Sahara-Interactive
Helpbestand C-Tools Plus
1
Inhoud Minimum systeem vereisten C-Tools Plus Over C-Tools Plus Bedienen C-Tools Plus C-Tools Plus aanpassen aan uw wensen De lay-out van uw (les)documenten aanpassen De kleur van de vormen aanpassen Objecten aanpassen Pagina’s instellen Invoegen van afbeeldingen Invoegen van vormen Afbeeldingen bewerken Bedieningselementen C-Tools Plus Achtergronden Invoegen van achtergronden ClipArt Lessen/Documenten De tekengereedschappen De bestandsgereedschappen De standaard gereedschappen Een lesplan maken Nieuw (les)document maken De presentatiemodus Een bestaand (les)document openen Gebruik maken van de tekengereedschappen Kaarten Mijn map Internetbronnen Quick Media Gebruik maken van de Quick Media Aanvullende informatie met betrekking tot de klok Het gebruik van de knop Instellen als standaard (b.v. bij Lijnpapier & Grafiekpapier) Schermkopieën Hulpmiddelen C-Tools Plus De bureaubladmodus Het starten van de bureaubladmodus Het gebruik van de bureaubladmodus Gebruik maken van de rekenmachine (calculator) Het schermtoetsenbord Gebruik maken van Audio- of Videoclips Invoegen van hyperlinks (koppelingen) De Internetbrowser De rekenmachine (calculator) Gebruik maken van het potlood Gebruik maken van de kwast (indien geactiveerd) Gebruik maken van de markeerstift en de blokmarkeerstift De gum Snel wissen Gebruik maken van de vulkleur Gebruik maken van de spotlight Gebruik maken van het tekstgereedschap Gebruik maken van videoclips en de webcam
2
3 4 4 7 9 9 10 11 12 12 13 14 14 15 16 19 19 19 20 20 22 22 22 23 24 26 28 29 30 31 32 33 35 35 35 36 38 38 38 39 39 40 41 41 41 42 42 43 43 44 46
Minimum systeem vereisten C-Tools Plus • Processor: Pentium 4, 700 MHz processor (1 GHz Pentium processor aanbevolen) • Geheugen: 256 MB (512MB of meer aanbevolen) • Display: 800 x 600, 256 kleuren (1024 x 768, hoge kleuren of beter aanbevolen) • CD-ROM Drive: 4x of sneller • Harde schijf: 600 MB vrije schijfruimte voor de basisinstallatie • Microsoft.Net Framework 3.5 (verwerkt in installatiebestand) • Besturingssysteem: Windows XP, Windows Vista of Windows 7
3
Informatie C-Tools Plus Over C-Tools Plus C-Tools Plus is een veelzijdige softwarepakket dat speciaal ontwikkeld is voor gebruik op een Touchscreen, maar natuurlijk ook zeer eenvoudig te gebruiken is in combinatie met elk merk digitaal schoolbord.
Bedienen C-Tools Plus Op de afbeelding hieronder ziet u een schermafdruk van C-Tools Plus. Op de volgende pagina wordt meer informatie gegeven over: • Het verbergen van de vensters • Het sluiten van de vensters • De Bedieningselementen • Extra Opties Wanneer u C-Tools Plus voor het eerst opent, krijgt u onderstaand scherm te zien:
4
Het verbergen en sluiten van de vensters: Misschien wilt u enkele vensters sluiten om zo een groter werkgebied te creëren. Er zijn twee manieren om dit te doen: door het verbergen of door het volledig sluiten van de vensters. • Klik op de knop Verbergen op de menubalk van de Bedieningselementen of de Miniafbeeldingen. Het venster verdwijnt en er verschijnt een tabje aan de zijkant of onderzijde van het scherm met daarop de naam van het venster. Of: • Klik op de knop Sluiten op de menubalk van de Bedieningselementen of de Miniafbeeldingen om het venster te sluiten. Het venster kan geopend worden door in de menubalk naar Beeld te gaan en vervolgens bij Windows het gewenste scherm te activeren (door het aan te vinken). Navigeren binnen C-Tools Plus: • Klik op lessen opgeslagen lessen weer te geven.
onder Bedieningselementen om alle
Een lijst van opgeslagen lessen wordt (op alfabetische volgorde) weergegeven.
5
De rechtermuisfunctie: Als u met de rechtermuisknop op een object klikt, wordt er een menubalk met opties weergegeven. De onderstaande afbeelding toont het menu dat wordt weergegeven wanneer u met de rechtermuisknop op een vorm klikt. Houd er rekening mee dat de presentatieoptie standaard ingesteld staat op: • Verplaatsbaar in presentatiemodus. • Bewerkbaar in presentatiemodus.
6
C-Tools Plus aanpassen aan uw wensen De C-Tools Plus software kan worden aangepast via Opties weergeven • Klik in de menubalk op Extra en vervolgens op Opties weergeven. • Het venster Opties wordt geopend.
Standaard Taal: Na installatie van C-Tools Plus kunt u de taal op elk gewenst moment wijzigen. • Klik op het pijltje omlaag in het veld achter Standaard taal en een lijst met talen zal verschijnen. • Klik op de gewenste taal en C-Tools Plus zal automatisch in de gewenste taal weergegeven worden. Raster Tonen: • Klik op het veld achter Raster weergeven en selecteer Ja. • Klik vervolgens op OK. Het raster wordt weergegeven op de nieuw toegevoegde pagina’s. • Als u geen raster wilt tonen, dan zal de optie Nee geselecteerd moeten worden. Grootte hoofdraster: De rastergrootte kan ingesteld worden op 3, 5, 10, 15, 20 en 25. Klik op het pijltje omlaag in het veld achter Grootte hoofdraster om de gewenste rastergrootte te selecteren. Achtergrondkleur instellen: • Klik op het kleine vierkantje achter het veld met de huidige achtergrondkleur. • Alle kleuropties worden getoond. • Kies de gewenste achtergrondkleur en klik op OK. • Alle bestaande pagina's en nieuwe pagina’s krijgen de geselecteerde achtergrondkleur.
7
Hoogte en Breedte van de pagina: Deze instelling wordt gebruikt om het werkgebied van C-Tools Plus vast te stellen. Bij de installatie van C-Tools Plus wordt de op dat moment ingestelde resolutie van de PC overgenomen. Indien nodig kunt u achter Canvas Hoogte en Canvas Breedte de gewenst Hoogte en Breedte (in pixels) invoeren. Afdrukstand: De Afdrukstand kan ingesteld worden op Staand of Liggend. Voorkeur onderwerpmap: Met de Voorkeur onderwerpmap stelt de gebruiker de locatie in waar de lessen opgeslagen moeten worden. Bijvoorbeeld op de lokale harde schijf of op de server. • Klik op het kleine vierkantje en blader naar de gewenste locatie. • Selecteer de locatie en klik op OK. Het geselecteerde locatiepad wordt getoond in het veld achter Voorkeur onderwerpmap. • Klik onderin het venster op de knop OK om de instellingen te bevestigen. Map met ClipArt: Wijzig de locatie van de map met ClipArt-bestanden. • Klik op het kleine vierkantje en blader naar de gewenste locatie. • Selecteer de locatie en klik op OK. Het geselecteerde locatiepad wordt getoond in het veld achter Map met ClipArt. • Klik onderin het venster op de knop OK om de instellingen te bevestigen. Hier kunt u natuurlijk ook een koppeling naar uw eigen afbeeldingen maken. Pagina's per afdrukvel (1-12): Selecteer hoeveel lespagina’s er op één afdrukvel geprint moeten worden. Instellingen werkbalken en schermen bewaren: Met de functie Instellingen werkbalken en schermen bewaren kunt u de gewenste voorkeuren (breedte en kleur van het potlood) en de positionering van de Miniafbeeldingen en de Bedieningselementen behouden. Wanneer deze optie is ingesteld op Ja, zullen de instellingen bij het afsluiten van C-Tools Plus worden opgeslagen. Voorbeeld: • Selecteer een tekengereedschap (potlood, markeerstift, markeerblok) en stel de gewenste breedte en kleur in • Maak aantekeningen binnen uw (les)document. • Ga naar Extra, selecteer Opties weergeven en zet Instellingen werkbalken en schermen bewaren op Ja. Klik vervolgens op de knop OK. Als u de volgende keer C-Tools Plus start, zullen de instellingen die opgeslagen werden bij het afsluiten van C-Tools Plus weer geactiveerd worden.
8
De lay-out van uw (les)documenten aanpassen De kleur van de vormen aanpassen Indien u een gevulde vorm invoegt in uw (les)document, zal deze vorm de kleur hebben van de op dat moment actieve vulkleur. U kunt deze vulkeur zeer eenvoudig op een later tijdstip wijzigen. Om de kleuren van de vormen aan te passen: • Selecteer de vorm waar u de kleur van wilt wijzigen.
• Selecteer de vulkleur via de werkbalk of klik met de rechtermuisknop op de vorm en selecteer de lijnkleur of de vulkleur van de vorm. • De vorm verandert van kleur zodra u in het menu op een nieuwe vulkleur klikt. • U kunt ook de transparantheid van de vorm regelen door met de rechtermuisknop op de vorm te klikken en vervolgens de dichtheid te selecteren.
9
Objecten aanpassen Alle ingevoegde objecten kunnen op verschillende manieren aangepast worden. Zo kunt u: Objecten verplaatsen Objecten vergroten of verkleinen Objecten draaien Objecten spiegelen
Let op: Door op Volledig Scherm
te klikken, heeft u meer werkruimte.
Het verplaatsen van een object: Klik op het object dat u wilt verplaatsen. Houd de linkermuisknop ingedrukt en sleep het object naar de nieuwe positie. Laat de linkermuisknop los als het object op de gewenste positie staat. Het vergroten of verkleinen van een object: Klik op het object dat u wilt wijzigen. Het object heeft nu vierkantjes eromheen. Klik op een van de (hoek)vierkantjes en sleep het vierkantje totdat het object het gewenste formaat heeft. Het draaien van een object: Klik op het object dat u wilt wijzigen. Het object heeft nu een vierkant aan de bovenzijde [zie boven]. Klik op het bovenste vierkantje en beweeg de muis met de knop ingedrukt in de gewenste richting. Het object zal 360 graden draaien rond het middelpunt Of Klik met de rechtermuisknop op het object dat u wilt draaien en kies Transformeren. Selecteer een van de opties, waardoor het object 90 graden linksom of rechtsom gedraaid wordt. Het spiegelen van een object: Selecteer het object dat u wilt spiegelen/wijzigen en klik in de menubalk op Bewerken, vervolgens op Transformeren en kies de gewenste optie. Of Klik met de rechtermuisknop op het object dat u wilt spiegelen en kies Transformeren. Selecteer een van de opties, waardoor het object horizontaal of verticaal gespiegeld wordt.
10
Pagina’s instellen U kunt uw lessen in een bepaald (huis)stijl (bijvoorbeeld van uw school of bedrijf) opmaken door gebruik te maken van dezelfde achtergrondkleur of achtergrondafbeelding. Zo kan het logo van uw school of bedrijf verwerkt worden in elke pagina met behulp van een achtergrondafbeelding. Leerkrachten en docenten zouden gebruik kunnen maken van verschillende achtergronden om de lessen van verschillende vakgebieden aan te duiden. Achtergrondkleur instellen Achtergrondafbeelding instellen Om de achtergrondkleur in te stellen: Klik in de menubalk op Formaat, vervolgens Huidige pagina en daarna Achtergrondkleur instellen. Er verschijnt een venster met alle mogelijke kleuren.
Klik op de gewenste kleur . De kleur verschijnt als achtergrond in uw (les)document. Let op: Om de achtergrondkleur op alle pagina’s identiek te krijgen, selecteert u Alle pagina’s in plaats van Huidige pagina. Om de achtergrondafbeelding in te stellen: Klik in de menubalk op Formaat, vervolgens op Huidige pagina en daarna Achtergrondafbeelding instellen. Blader naar de gewenste afbeelding (bestandstype .jpg, .png, .gif of .bmp) op uw PC. Klik op Openen als u de gewenste afbeelding gevonden heeft. De afbeelding verschijnt als achtergrond in uw (les)document. Let op: Om de achtergrondafbeelding op alle pagina’s identiek te krijgen, selecteert u Alle pagina’s in plaats van Huidige pagina.
11
Invoegen van afbeeldingen C-Tools Plus biedt duizenden ClipArt-afbeeldingen, maar u kunt natuurlijk ook andere afbeeldingen invoegen. Dit kunnen foto's of andere afbeeldingen zijn die u heeft opgeslagen op uw computer. Het invoegen van een afbeelding: • Klik in de menubalk op Invoegen en vervolgens op Afbeelding. • Blader naar de gewenste afbeelding. • Selecteer de afbeelding (bestandstype .jpg, .png, .gif of .bmp). • Klik op de knop Openen. • De afbeelding opent in uw (les)document.
Invoegen van vormen Met C-Tools Plus kunt u vormen toevoegen aan uw (les)document. Deze vormen kunnen worden gevuld met een kleur (gevulde vormen) of blanco zijn (holle vormen). Om een vorm in te voegen: Bepaal of u een holle vorm of een gevulde vorm in wilt voegen. Klik op het icoon van de holle of de gevulde vorm
Klik op de gewenste vorm. De geselecteerde vorm verschijnt in uw (les)document. 12
op de menubalk.
Afbeeldingen bewerken Met C-Tools Plus kunt u de ingevoegde objecten, vormen en afbeeldingen bewerken. Om de grootte van een afbeelding of vorm te veranderen: Selecteer het object en de vierkantjes verschijnen. Klik op een van de vierkantjes in de hoeken en sleep deze groter om het object te vergroten of kleiner om het object te verkleinen.
Om een object te draaien: Klik op het bovenste middelste vierkantje en draai het object in de gewenste richting Het uitsnijden van een vorm De knop Afbeelding uitsnijden kan gebruikt worden om gedeeltes uit tekst of afbeeldingen te snijden. Klik op de knop Afbeelding uitsnijden . Selecteer het gebied. Het uitgesneden gedeelte verschijnt op de pagina.
13
Bedieningselementen C-Tools Plus Achtergronden Over achtergronden: C-Tools Plus bevat veel educatieve achtergronden die gebruikt kunnen worden binnen het (les)document. De achtergronden kunnen worden geselecteerd met (Met tekst) of zonder de begeleidende tekst (Zonder tekst). De teksten zijn Engelstalig. Hieronder staan voorbeelden van een achtergrond met tekst en een zonder tekst.
14
Invoegen van achtergronden C-Tools Plus heeft vele achtergronden (Met tekst of Zonder tekst) die u in uw (les)document kunt plaatsen. Hieronder staat beschreven hoe dit in zijn werk gaat.
Het invoegen van achtergronden: Klik op Achtergronden in de Bedieningselementen. Er worden twee mappen getoond (Met tekst en Zonder tekst). Klik op het plusje voor de gewenste map. Alle achtergronden worden getoond. Klik met de rechtermuisknop op het witte gedeelte naast de titels en klik op Miniafbeeldingen weergeven om de achtergronden in het klein weer te geven. • De verschillende achtergronden worden in alfabetische volgorde weergegeven (zie het voorbeeld hiernaast). • Klik op de achtergrond die u nodig heeft en sleep deze naar de pagina. Let op: Dubbelklikken op een achtergrond zorgt ervoor dat deze beeldvullend op de pagina komt te staan. • Als de achtergrond weergegeven wordt op de pagina, kunt u de grootte van de achtergrond wijzigen door de afbeelding te selecteren en met behulp van de vierkantjes de achtergrond in de gewenste grootte te slepen. U kunt de afbeelding verplaatsen door erop te klikken, de linkermuisknop ingedrukt te houden en de afbeelding naar een nieuwe positie te slepen. Zie het onderstaande voorbeeld.
15
ClipArt C-Tools Plus ClipArt: De C-Tools Plus ClipArt Viewer bevat duizenden afbeeldingen die door zowel het Primair als het Secundair onderwijs gebruikt kunnen worden.
16
Het invoegen van de ClipArt: Klik op C-Tools Plus ClipArt Dubbelklik op C-Tools Plus ClipArt.
in de Bedieningselementen.
17
De C-Tools Plus ClipArt Viewer wordt geopend.
• Dubbelklik op de (sub)categorie van uw keuze en dubbelklik op de afbeelding die u in wilt voegen. • De afbeelding verschijnt op de pagina. • Herhaal deze handelingen als u meerdere afbeeldingen in wilt voegen. Zodra de afbeelding op de pagina staat, kunt u hem slepen door hem met de linkermuisknop te selecteren en naar de gewenste positie te slepen. Met behulp van de vierkantjes kunt u de grootte aanpassen.
18
Lessen/Documenten De tekengereedschappen U kunt het (les)document altijd aanpassen. Hierdoor kunt u in het reeds voorbereide (les)document aantekeningen maken om de dingen te verduidelijken. Dit kunt u bijvoorbeeld doen met het potlood, de markeerstift of de markeerblok.
De tekengereedschappen hebben (van links naar rechts) de volgende functie: • Selectiegereedschap: voor het selecteren van objecten in het (les)document • Tekst invoegen: toevoegen van tekstvakken aan uw (les)document • Potlood • Kwast (indien geactiveerd) • Holle vormen • Gevulde vormen • Vulkleur • Schakelen tussen de vulkleur • Lijnkleur • Vulgereedschap • Lijndikte • Lijnstijl • Polygoon (indien geactiveerd) • Gum/Wisser • Snelwisser voor het wissen van aantekeningen, vormen of de gehele pagina • Markeerstift • Markeerblok • Afbeelding uitsnijden (indien geactiveerd)
De bestandsgereedschappen De bestandsgereedschappen hebben (van links naar rechts) de volgende functie: • Nieuw: opent een nieuw (les)document • Openen: opent een reeds opgeslagen (les)document • Opslaan: Slaat de wijzigingen op • Afdrukken: voor het afdrukken van de geselecteerde pagina(’s) 19
De standaard gereedschappen De standaard gereedschappen hebben (van links naar rechts) de volgende functie: • Nieuwe pagina: Om een nieuwe pagina toe te voegen aan het (les)document • Object kopiëren • Knippen • Plakken • Verwijderen • Ongedaan maken • Opnieuw uitvoeren • Afbeelding invoegen van het bestandstype .jpg, .gif, .png of .bmp • C-Tools Plus ClipArt
Een lesplan maken Om te helpen met uw planning kan het nuttig zijn om een lesplan te maken. Hier kunt u alle gegevens van de gemaakte les in kwijt zoals onderwerp, lesduur, korte en lange beschrijving en doelen. Het invullen van een lesplan: • Klik in de menubalk op Beeld en vervolgens op Lesplan bekijken. • Het lesplan-scherm wordt geopend. • Voer de informatie in die u nodig acht. Zie de afbeelding hieronder:
• Klik op pagina 2, 3 & 4 om de andere pagina’s van het lesplan te openen waar u nog meer lesdetails in kunt voeren. • Klik op de knop OK rechtsonder in het scherm wanneer u klaar bent. 20
Het beveiligen van een lesplan: Met behulp van Lesplan beveiligen kan de gebruiker verhinderen dat er per ongeluk wijzigingen in het lesplan aangebracht worden. Het lesplan is te vergrendelen door het aankruisvakje Lesplan beveiligen rechts bovenaan in het scherm aan te vinken. Er kunnen dan geen wijzigingen aangebracht worden totdat het vinkje weggehaald wordt.
21
Nieuw (les)document maken Om een nieuw (les)document aan te maken: • Klik in de menubalk op Bestand en selecteer Nieuw • Een nieuw (les)document is aangemaakt. • Klik in de menubalk op Bestand en selecteer Opslaan als. • Het venster Opslaan als wordt geopend. • Voer een bestandsnaam in het veld Bestandsnaam en klik op de knop Opslaan. • Uw nieuwe (les)document is opgeslagen en u kunt beginnen met het invoeren van informatie.
De presentatiemodus Na het voorbereiden van het (les)document kunt u de presentatiemodus starten door op presentatiemodus te klikken. Om naar de presentatiemodus te gaan: Klik op het icoon presentatiemodus in de werkbalk. De presentatiemodus wordt geopend. Voordat u op presentatiemodus klikt, kunt u per object instellen hoe deze zich in de presentatiemodus “gedraagt”. U kunt de presentatieopties instellen door het object te selecteren en vervolgens de rechtermuisfunctie te activeren en voor presentatieopties te kiezen. U heeft de keuze uit: Verbergen in presentatiemodus, Verplaatsbaar in presentatiemodus en Bewerkbaar in presentatiemodus. Deze presentatieopties kunnen inen uitgeschakeld worden.
Een bestaand (les)document openen Om een bestaand (les)document te openen: Klik in de menubalk op Bestand en vervolgens op Openen. Het venster Bestand openen wordt geopend. Blader naar het gewenste bestand. Selecteer het gewenste bestand en klik op de knop Openen. Het geselecteerde (les)document wordt geopend in C-Tools Plus.
22
Gebruik maken van de tekengereedschappen Hoewel u misschien al klaar bent met de voorbereidingen van het (les)document, vindt u het wellicht prettig om nog wat aantekeningen toe te voegen. U kunt dit doen met behulp van de werkbalk tekengereedschappen die verschijnt als u in de menubalk op presentatiemodus klikt.
De tekengereedschappen hebben (van links naar rechts) de volgende functie: • Selectiegereedschap: voor het selecteren van objecten in het (les)document • Tekst invoegen: toevoegen van tekstvakken aan uw (les)document • Potlood • Kwast (indien geactiveerd) • Holle vormen • Gevulde vormen • Vulkleur • Schakelen tussen de vulkleur • Lijnkleur • Vulgereedschap • Lijndikte • Lijnstijl • Polygoon (indien geactiveerd) • Gum/Wisser • Snelwisser voor het wissen van aantekeningen, vormen of de gehele pagina • Markeerstift • Markeerblok • Afbeelding uitsnijden (indien geactiveerd)
23
Kaarten Over kaarten: Binnen C-Tools Plus heeft u diverse landkaarten tot uw beschikking. Om een kaart in te voegen: Klik op kaarten in de Bedieningselementen. Er worden twee mappen getoond (Met tekst en Zonder tekst). Klik op het plusje voor de gewenste map. Alle kaarten worden getoond.
Dubbelklik op de gewenste landkaart of sleep deze in de pagina. Zodra de landkaart op de pagina staat, kunt u hem selecteren door er met de linkermuisknop op te klikken. U kunt ook de grootte van de kaart veranderen door op een van de vierkantjes te klikken en de kaart in de gewenste grootte te slepen. U kunt de kaart verplaatsen door er op te klikken, de linkermuisknop ingedrukt te houden en naar de nieuwe positie te slepen. Als u met de rechtermuisknop op de kaart klikt, worden de rechtermuisopties weergegeven.
24
Hieronder ziet u een voorbeeld van een kaart met alle opties.
25
Mijn map Over Mijn map: Met behulp van Mijn map kunt u snel en eenvoudig bij de bestanden en programma’s op uw computer. Klik op Mijn map
in de Bedieningselementen.
Het gebruik van Mijn map: Dubbelklik op Nieuwe map om een nieuwe map aan te maken.
Het venster Voeg een nieuwe map toe wordt geopend. Vul een naam in en een nieuwe map met de gewenste naam wordt toegevoegd. Klik met de rechtermuisknop op de zojuist toegevoegde map voor meer opties zoals het toevoegen van bestanden, het verwijderen van bestanden en het hernoemen van bestanden.
26
Bestand toevoegen: Dubbelklik op Bestand toevoegen om bestanden toe te voegen. Het venster Bestand toevoegen wordt geopend. Selecteer het gewenste bestand en klik op Openen. Dubbelklik op het toegevoegde bestand om dit te openen. Let op: Als het geselecteerd bestand een bestand is dat in C-Tools Plus geopend kan worden (zoals b.v. een audiobestand, videobestand of afbeelding) dan wordt dit bestand als een object in de huidige pagina geplaatst. U kunt bestanden hernoemen of verwijderen door er met de rechtermuisknop op te klikken en de gewenste functie in het rechtermuismenu te kiezen.
Map toevoegen: Dubbelklik op Map toevoegen. Het venster Map selecteren wordt geopend. Selecteer de map die u nodig heeft en klik op OK. Door op de toegevoegde map te dubbelklikken, wordt de map uitgeklapt en worden alle aanwezige bestanden getoond. Dubbelklik op het bestand om dit te openen. U kunt toegevoegde folders en bestanden verwijderen of hernoemen door er met de rechtermuisknop op te klikken en de gewenste functie in het rechtermuismenu te kiezen. Let op: Als het geselecteerde bestand een bestand is dat in C-Tools Plus geopend kan worden (zoals b.v. een audiobestand, videobestand of afbeelding) dan wordt dit bestand als een object in de huidige pagina geplaatst.
27
Internetbronnen Nieuwe websites toevoegen: U kunt met behulp van Internetbronnen snel en eenvoudig naar bepaalde websites gaan. De linken naar deze websites kunt u zelf toevoegen. Het toevoegen van een link naar een website: • Klik op Internetbronnen in de Bedieningselementen. • Klik met de rechtermuisknop in het witte vlak onder de lijst met websites. • Een venster wordt geopend.
Klik op Nieuwe website toevoegen. Het volgende venster wordt geopend.
Vul in het veld achter titel de gewenste titel in. Vul in het veld onder titel de URL van de website in. Klik op de knop Ok. De website is nu toegevoegd aan Internetbronnen. De website kan gestart worden door er op te dubbelklikken.
28
Quick Media Over Quick Media: In Quick Media staan vele eenvoudig te gebruiken educatieve hulpmiddelen. Sommige hiervan zijn interactief. Zo zijn er onder andere verschillende soorten klokken, grafiekpapier, gevormd papier en gelinieerd papier. Er zijn ook diverse wizards waarmee u het uiterlijk en de werking van deze hulpmiddelen instelt. U kunt deze hulpmiddelen zelfs instellen als achtergrond van een pagina. Hier zijn enkele voorbeelden:
De klok
Het cijfervierkant 29
Gebruik maken van de Quick Media Om gebruik te maken van de Quick Media:
Klik op Quick Media in de Bedieningselementen. Dubbelklik in de lijst op het gewenste hulpmiddel (zoals b.v. de klok).
De wizard van het geselecteerde hulpmiddel wordt gestart. Selecteer de gewenste opties in de wizard. Klik - indien nodig - op de knop OK om het hulpmiddel als achtergrond in uw pagina te plaatsen.
Let op: De klok werkt niet meer als een klok als deze op de achtergrond wordt geplaatst. Het wordt dan namelijk een achtergrondafbeelding.
30
Aanvullende informatie met betrekking tot de klok U heeft de mogelijkheid om voor het aftellen van de klok een eigen geluid (MP3- of WAVbestand) te kiezen. Dit gekozen geluid zal klinken als het aftellen stopt. Het instellen van een eigen geluid bij de klok: Stap1 • Dubbelklik op de klok in de lijst van de Quick Media. • Klik in de werkbalk Bediening op Kies eigen geluid. • Het venster Selecteer geluidsbestand wordt geopend. • Blader naar de locatie van het geluidsbestand (.MP3 of .WAV) op uw computer. • Selecteer het gewenste geluidsbestand. • Klik op de knop Openen. Stap2 • Bij de Klok Opties gaat u naar Alarmgeluid en vervolgens selecteert u Eigen keuze. • Vervolgens gaat u naar Type klok en selecteert u Aftellen. • De Start Aftellen-knop zal verschijnen in de linkerbovenhoek van de pagina.
Stap3 • Stel de tijd in op de klok (door de wijzers in de gewenste stand te slepen). • Klik op de knop Start Aftellen.
31
Het gebruik van de knop Instellen als standaard (b.v. bij Lijnpapier & Grafiekpapier) Door op de knop Instellen als standaard te klikken, kunt u uw favoriete instellingen bewaren. De volgende keer dat u de wizard start, staat de wizard meteen ingesteld met uw favoriete instellingen. • Dubbelklik op een van de hiervoor genoemde Quick Media items (b.v. Lijnpapier). • Selecteer de opties van de wizard zodat deze helemaal naar uw wens zijn. Om hulplijnen te krijgen, maakt u een keuze uit de opties die u krijgt als u op Lijnpapier klikt.
Klik op Instellen als standaard. Klik daarna op de knop OK en het lijnpapier verschijnt als achtergrond in de geselecteerde pagina. Let op: Indien u een hulpmiddel (zoals bijvoorbeeld Lijnpapier) via een wizard ingevoegd heeft en vervolgens naar Volledige pagina of naar de presentatiemodus gaat, zullen de nieuwe pagina’s die u aanmaakt dezelfde opmaak (in dit geval Lijnpapier) hebben als de huidige pagina.
32
Schermkopieën Het maken van schermkopieën: Met C-Tools Plus kunt u zeer gemakkelijk een schermkopie maken van het gehele scherm of een gedeelte van het scherm. Deze schermkopieën kunt u invoegen in uw (les)document. Het maken van schermkopieën: 1. Klik op het scherm dat u wilt vastleggen. Let op: C-Tools Plus maakt een schermkopie van het actieve scherm. Stap 1 is dus alleen nodig als u meerdere schermen geopend heeft. 2. Selecteer Invoegen en kies Schermkopie en vervolgens een van de drie opties: • Volledig scherm – er wordt een schermkopie van het volledige scherm gemaakt. • Rechthoekig gebied - u kunt een rechthoekig gebied op het scherm selecteren waarvan u een schermkopie wilt. • Vrije-vorm-gebied – selecteer door dit te “tekenen” het gebied waarvan u een schermkopie wilt.
Afhankelijk van welke optie u heeft geselecteerd, moet u het volgende doen:
33
3. Hele scherm C-Tools Plus voegt automatisch een kopie van het hele scherm toe aan uw (les)document. 4. Rechthoekig gebied C-Tools Plus toont het scherm dat u wilt vastleggen. 1. Beweeg uw muiscursor naar het gebied dat u wilt selecteren. 2. Klik op het beginpunt en houd de linkermuisknop ingedrukt. 3. Sleep over het gebied waar u een kopie van wilt hebben. 4. Laat de muisknop los als u het gewenste gebied geselecteerd heeft. C-Tools Plus voegt een schermkopie van dit gebied toe aan uw (les)document. 5. Vrije-vorm-gebied C-Tools Plus toont het scherm dat u wilt vastleggen. 1. Beweeg uw muiscursor naar het gebied dat u wilt selecteren. 2. Klik op het beginpunt en houd de linkermuisknop ingedrukt. 3. “Teken” de gewenste vorm die u nodig heeft en laat de muisknop los als u het gewenste gebied geselecteerd heeft. C-Tools Plus voegt een schermkopie van dit gebied toe aan uw (les)document.
34
Hulpmiddelen C-Tools Plus De bureaubladmodus De bureaubladmodus omvat vele gebruiksvriendelijke hulpmiddelen voor gebruik op een digitaal schoolbord of touchscreen:
Start/terug naar het hoofdscherm van C-Tools Plus Aantekeningen maken Internetbrowser starten Schermtoetsenbord starten Rekenmachine (calculator) starten Schermkopieën maken ClipArt openen Mijn map Quick Media Achter de cijfers 1 tot en met 9 kunt u snelkoppelingen naar bestanden of websites instellen. Dit doet u door met de rechtermuisknop op het gewenste cijfer te klikken en te kiezen voor Stel snelkoppeling in. De wizard Link-opties (zie onder) wordt gestart.
Het starten van de bureaubladmodus Klik op het icoon van de bureaubladmodus De bureaubladmodus wordt gestart.
op de werkbalk.
35
Het gebruik van de bureaubladmodus Door met de muis over de icoontjes van de bureaubladmodus te gaan, worden de muisovers getoond. Hierdoor kunt u zien waar elke knop voor dient. Door er op te klikken kunt u het volgende doen:
Met de knop Start/Terug naar lesboek gaat u terug naar het hoofdscherm van C-Tools Plus. Met de knop Aantekeningen maken kunt u aantekeningen maken in elk programma dat op uw computer aanwezig is.
Met de knop Internetbrowser wordt de Internetbrowser gestart.
Met de knop Schermtoetsenbord wordt het Schermtoetsenbord gestart.
Met de knop C-Tools Plus rekenmachine wordt de C-Tools Plus rekenmachine gestart.
Met de knop Schermkopieën kunt u schermkopieën van (delen van) het scherm maken.
Met de knop C-Tools Plus ClipArt wordt de ClipArt-galerij geopend.
Met de knop Mijn map worden uw persoonlijke C-Tools Plus mappen geopend.
Met de knop Quick Media kunt u op eenvoudige wijze gebruik maken van de Quick Media. Transparant (doorschijnend): U kunt de werkbalk van de bureaubladmodus transparanter (doorschijnender) maken zodat deze minder prominent aanwezig is. Dit kunt u doen door de schuifbalk naar links te verplaatsen aan de onderzijde van de werkbalk van de bureaubladmodus. Door de schuifbalk helemaal naar rechts te verplaatsen wordt de werkbalk van de bureaubladmodus weer volledig zichtbaar.
36
Aantekeningen maken in de bureaubladmodus: Klik op het icoon Aantekeningen maken in de werkbalk van de bureaubladmodus. Hierdoor kunt u aantekeningen over elk programma dat op uw computer aanwezig is. Natuurlijk moet dit programma wel gestart zijn. Om de pagina op te slaan en automatisch mee te nemen naar uw (les)document, klikt u op Pagina opslaan en doorgaan
in de werkbalk.
Om de bureaubladmodus af te sluiten, klikt u op Start/Terug naar lesboek werkbalk.
in de
Let op: Alle bewaarde pagina’s worden in C-Tools Plus opgeslagen als een nieuwe pagina. De Quick Media starten in de bureaubladmodus: Klik in de werkbalk van de bureaubladmodus op het icoon van de Quick Media Er verschijnt een lijst met hulpmiddelen.
Selecteer het gewenste hulpmiddel en de wizard wordt gestart. Selecteer de gewenste opties en klik op OK. Om af te sluiten, klikt u op het icoon Start/Terug naar het lesboek de bureaubladmodus.
37
in de werkbalk van
Gebruik maken van de rekenmachine (calculator) Om de C-Tools Plus rekenmachine te starten:
Klik op het icoon van de rekenmachine (calculator) op de werkbalk. Selecteer welke rekenmachine (calculator) u wilt gebruiken.
De geselecteerde rekenmachine (calculator) wordt gestart.
Het schermtoetsenbord Het schermtoetsenbord van C-Tools Plus is erg handig en eenvoudig te gebruiken bij het invoeren van teksten (bijvoorbeeld bij het gebruik van een digitaal schoolbord of touchscreen). Om het C-Tools Plus schermtoetsenbord te gebruiken: Klik op het icoon van het schermtoetsenbord Het schermtoetsenbord wordt gestart.
op de werkbalk.
Gebruik maken van Audio- of Videoclips Met behulp van C-Tools Plus kunt u gebruik maken van audio- of videoclips in uw (les)documenten. Invoegen van een audio- of videoclip: • Klik op Invoegen en selecteer Audio Clip (of Video Clip) • Blader naar de locatie van de clip en klik op de knop Openen. • De clip wordt ingevoegd in uw (les)document. • Klik op de knop Afspelen om het bestand af te spelen. • Klik op de knop Stoppen om het afspelen te stoppen. • Klik op de knop Pauzeren om het afspelen te pauzeren. • Klik op de knop met de luidspreker om het geluid aan of uit te zetten.
38
Invoegen van hyperlinks (koppelingen) Met C-Tools Plus kunt u van elk object een hyperlink (koppeling) maken. U kunt zo koppelingen maken naar websites, andere lessen van C-Tools Plus of een bestand op uw computer. Het invoegen van een link (koppeling): Klik met de rechtermuisknop op het object waar u een koppeling aan toe wilt voegen. Klik op Koppelen. Het scherm koppelen wordt geopend.
Selecteer het koppelingstype door op het pijltje omlaag te klikken en de gewenste optie te selecteren. Blader naar de gewenste locatie. Voeg een URL of bestand in. Klik op de knop Accepteren. Indien u in de presentatiemodus op het object klikt, wordt de koppeling geactiveerd en de website, het bestand of het (les)document geopend.
De Internetbrowser Om naar het internet te gaan, kunt u op het icoon van de Internetbrowser klikken of op de reeds toegevoegde linken bij Internetbronnen. Om gebruik te maken van de Internetbrowser: Klik op het icoon van de Internetbrowser De Internetbrowser wordt gestart.
op de werkbalk.
39
De rekenmachine (calculator) Binnen C-Tools Plus kunt u gebruik maken van twee verschillende rekenmachines. Te weten de rekenmachine van het besturingssysteem dat u gebruikt (bijvoorbeeld windows 7) en de C-Tools Plus rekenmachine. Met de C-Tools Plus rekenmachine kunt u de bewerkingen en uitkomsten van uw berekeningen van het gebied onder de toetsen naar de pagina slepen.
C-Tools Plus rekenmachine
Systeem rekenmachine
40
Gebruik maken van het potlood Om gebruik te maken van het potlood: Klik op het icoon van het potlood op de werkbalk. Het potlood wordt geactiveerd en u kunt aantekeningen maken. U kunt gewenste opties zoals lijndikte (Potlood Breedte), lijnkleur en lijnstijl selecteren in de werkbalk. Houd de linkermuisknop ingedrukt en teken op de pagina.
Gebruik maken van de kwast (indien geactiveerd) Om gebruik te maken van de kwast: • Klik op het icoon van de kwast op de werkbalk. • Selecteer de gewenste opties, zoals lijnkleur en lijndikte. • Houd de linkermuisknop ingedrukt en teken op de pagina.
Gebruik maken van de markeerstift en de blokmarkeerstift C-Tools Plus heeft twee soorten markeerstift: de markeerstift en de blokmarkeerstift. De blokmarkeerstift maakt een mooie rechthoek over een tekst of object. Om gebruik te maken van de markeerstift: Klik op het icoon van de markeerstift op de werkbalk. • Selecteer de gewenste opties zoals kleur en markeerstift breedte. • Houd de linkermuisknop ingedrukt en markeer het gewenste gebied. Om gebruik te maken van de blokmarkeerstift: Klik op het icoon van de blokmarkeerstift op de werkbalk. Selecteer de gewenste opties zoals vulkleur en lijnkleur. Houd de linkermuisknop ingedrukt en selecteer het gebied dat u wilt markeren.
41
De gum Gebruik de gum om aantekeningen die je niet meer nodig hebt weg te gummen. De gum werkt niet op (getypte) tekst of afbeeldingen. Het gebruik van de gum: Klik op het icoon van de gum op de werkbalk. Selecteer de gewenste breedte van de gum. Houd de linkermuisknop ingedrukt en beweeg met de gum over de aantekeningen die u wilt wissen. Let op: met de gum kunt u geen (getypte) tekst, ClipArt of ingevoegde afbeeldingen wissen.
Snel wissen Het gebruik van Wis pagina: Met deze functie kunt u: - Alle aantekeningen wissen - Alle vormen wissen - De hele pagina wissen Klik op het icoon Wis pagina Selecteer de gewenste optie.
op de werkbalk.
Afhankelijk van de keuze worden alle aantekeningen, alle vormen of de hele pagina gewist.
42
Gebruik maken van de vulkleur U kunt de vulkleur gebruik om een bepaalde vorm te vullen met de gewenste kleur of de kleur van de achtergrond te veranderen. Het gebruik van de vulkleur: Selecteer het object (bijvoorbeeld een gele driehoek) op de pagina. Klik op het icoon van de vulkleur op de werkbalk. De beschikbare kleuren komen in beeld. Selecteer de gewenste kleur. De kleur van de geselecteerde vorm zal gewijzigd worden in de gekozen kleur. Zo kunt u de kleur van objecten snel en makkelijk wijzigen.
Gebruik maken van de spotlight Met de spotlight (schijnwerper) kunt u de aandacht richten op bepaalde gebieden terwijl de rest van de pagina onzichtbaar blijft.
Door in de werkbalk op Vorm te klikken, kunt u de vorm van de spotlight selecteren. U kunt ook inzoomen op het geselecteerde gebied en u kunt de Helderheid (transparantheid) van het resterende gebied instellen. Hierboven ziet u een insect in de spotlight. 43
Gebruik maken van het tekstgereedschap Met behulp van het tekstgereedschap kunt u tekstvakken op uw pagina plaatsen. U kunt de kleur van de tekst, de lettergrootte en het lettertype wijzigen. Bovendien kunt u (delen van) de tekst vet of cursief maken of onderstrepen. Het invoegen van een tekstvak:
Klik op het icoon op de werkbalk om tekst in te voegen. Er wordt een tekstvak geopend waar u tekst in kunt voeren en op kunt maken.
Selecteer het gewenste lettertype, lettergrootte, kleur en andere opties met behulp van de werkbalk.
De tekst kan (van links naar rechts bekeken) naar wens gewijzigd worden in: • Een ander lettertype • Een andere lettergrootte • Een andere kleur • Vet • Cursief • Onderstreept Als u de tekst ingevoerd en opgemaakt heeft, klikt u op de knop OK. 44
• De tekst verschijnt omringd door vierkantjes op de pagina.
• Met behulp van de vierkantjes kunt u de tekst groter en kleiner slepen. • U kunt de tekst – indien nodig - ook tot 360 graden roteren. • Door op de tekst te dubbelklikken, kunt u de tekst verder aanpassen. • U kunt de tekst selecteren door er met de linkermuisknop op te klikken. • U kunt de tekst verplaatsen door deze te selecteren en naar de gewenste locatie te slepen. • Als u met de rechtermuisknop op de tekst klikt, wordt de rechtermuisfunctie geactiveerd en worden de menu-opties weergegeven. Hieronder ziet u een voorbeeld van een tekst met de opties van de rechtermuisfunctie.
45
Gebruik maken van Videoclips en de webcam Met C-Tools Plus kunt u videoclips invoegen in uw lessen. U kunt ook een live video-bron zoals een webcam invoegen. Het invoegen van een video clip: • Klik in de menubalk op Invoegen en selecteer Videoclip • Blader naar de locatie van de clip en klik op de knop Openen. • De clip wordt ingevoegd in uw (les)document. • Klik op de knop Afspelen om het bestand af te spelen. • Klik op de knop Stoppen om het afspelen te stoppen. • Klik op de knop Pauzeren om het afspelen te pauzeren. • Klik op de knop met de luidspreker om het geluid aan of uit te zetten.
46