Routebeschrijving Rondje Oss
De wandeling begint bij het NS-station aan de Spoorlaan. Het station is in 1982 in de plaats gekomen van het oorspronkelijke stationsgebouw, dat al gereed was toen in 1881 de spoorlijn tussen Tilburg en Nijmegen werd geopend. Langs de Spoorlaan staan een aantal rode en witte paardekastanjes, een boomsoort afkomstig uit de Balkan. U gaat links de Bram van den Berghstraat in, die precies tegenover het station begint. U ziet rechts al snel het hoofdkantoor (pand met informatie- paneel) met ʻJugendstil-trekjesʼ van de tapijtfabriek Bergoss, in 1856 als wattenfabriek opgericht. Nagenoeg 125 jaar lang is het een bedrijf geweest van de familie Van den Bergh. De straat is genoemd naar een van de bekendste directeuren. In 2005 is het grote fabriekscomplex achter het kantoor grotendeels gesloopt om plaats te maken voor een woonwijk. Nog voor de grote kruising gaat u links de Meijer van Leeuwenstraat in. Dit gebied is in de jaren 1983 tot en met 1986 als woonbuurt gebouwd op de plaats waar tot die tijd twee fabrieken stonden; de uit de vorige eeuw stammende margarinefabriek van Meijer van Leeuwen (later koekfabriek De Ster) was er een van. Op de splitsing houdt u rechts aan, de Meijer van Leeuwenstraat volgend. U komt, tussen dokterspraktijk en apotheek (pand met informatiepaneel), uit op de Molenstraat. Hier gaat u
rechtsaf. U loopt langs enkele fraaie panden uit het eind van de 19e eeuw, en u steekt bij de verkeerslichten links over. U staat nu voor museum Jan Cunen, gevestigd in Villa Constance (pand met informatiepaneel). Bent u in de gelegenheid om het museum te bezoeken dan bent u van harte welkom. Het museum is geopend van dinsdag tot en met zondag van 12.30 tot 16.30 uur. De toegang is gratis. U steekt de Raadhuislaan over, richting centrum. Links ziet u enkele fraaie ʻfabrikantenvillaʼsʼ (Molenstraat 63 en 61 met informatiepaneel, 59 en 57) die eind vorige eeuw, net als Museum Jan Cunen, zijn gebouwd en bewoond werden door leden van de concurrerende families Van den Bergh en Jurgens. Zij zijn later gaan samenwerken, waarna een fusie volgde met het Engelse Lever-Brothers, de grondleggers van het huidige Unileverconcern. Op nummer 57 woonde de familie Hartog, grondlegster van de gelijknamige fabrieken, beter bekend onder de merknaam Unox, en nu ook deel uitmakend van Unilever. U steekt de Boterstraat over. Aan uw rechterhand ziet u een groot gebouw, het Titus Brandsmalyceum. Op het gazon ervoor ziet u een beeld van pater dr. Titus Brandsma, vervaardigd door beeldhouwer T. van de Namer. Op deze plaats stond villa Josina van Jan Jurgens (1835- 1913), wiens erfgenamen de fraaie woning met grote tuin beschikbaar stelden voor de oprichting van een middelbare school. De toen in Oss werkzame karmeliet Titus Brandsma (1881-1942) heeft dit mede bewerkstelligd. Hij is in het concentratiekamp Dachau omgebracht en de school is later naar hem vernoemd. In 1985 is Brandsma zalig verklaard. Op de plaats waar het bij villa Josina behorende koetshuis stond, staat nu, op de hoek van de Molenstraat en de Haar- viltstraat, een appartementencomplex met winkels en een restaurant, voorzien van een (atoom)schuilkelder, gebouwd in 1982/1983. Voorbij het adres Molenstraat 35 gaat u linksaf de Haarviltstraat in. Deze naam herinnert aan het haarviltfabriekje dat hier stond. Het verwerkt het varkenshaar van de exportslachterijen tot vilt. Aan het einde van deze straat steekt u het Heschepad over, u komt dan op het Margarinepad. Het parkeerterrein aan uw rechterhand heet Jurgensplein. Tot 1985 stond hier een oud fabriekje, het laatste overblijfsel van de Osse margarine industrie. Het was de margarinefabriek van de al genoemde Simon van den Bergh, die het bedrijf in 1891 verplaatste naar Rotterdam. Evenals Jurgens was hij aanvankelijk groothandelaar in boter. Een jaar nadat Jurgens het procédé voor de fabricage van kunstboter (= margarine, een Franse vinding) voor het eerst in Oss had toegepast, wist Van den Bergh ook hoe het moest! Aan uw linkerhand ziet u een parkje volgt, met beeld van Peter H. van de Locht, genaamd ʻZuilensculptuur, naar het principe van de architectuur der natuurʼ (1990). Recht voor u – waar nu nieuwe flats staan – stond de zuivelfabriek. Op de flat is een informatiepaneel aangebracht. Rondom het fabriekje ontstond een buurt met eenvoudige arbeiderswoningen die – hoe karakteristiek en pittoresk ook – in de jaren ʻ70 en ʻ80 zijn gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw van woningen, kantoren en winkels. Aan het eind van het Margarinepad gaat u rechtsaf, de Boterstraat in. Volgens gaat u rechtsaf de Nieuwstraat in. Op de laatste winkel, op de hoek met het Heschepad, bij de Nieuwstraat, is een informatiepaneel te vinden over dit gebied. U steekt het Heschepad over en gaat rechtdoor de Houtstraat in, een straatje met kleine en speciale winkeltjes. U komt weer uit in de Molenstraat. Hier gaat u linksaf. Kort daarna houdt u links aan, het Walplein op. Deze loopt u uit. Het pand op hoek aan uw linkerhand (nu een modehuis) was vroeger de woning van Simon van den Bergh, die zijn huis (gebouwd rond 1860), kantoor en fabriek toen dus dicht bij elkaar had. Dit pleintje en de – in het verlengde hiervan liggende – Walstraat vormden vroeger de grens van de stad. Hier la- gen een wal en een stadsgracht. Oss kende ooit zelfs twee stadspoorten, waarvan de Bossche Poort stond op de kruising met Kruisstraat en Heuvelstraat. De laatste restanten van de Bossche Poort zijn in 1838 verdwenen. In de bestrating vindt u groot formaat metalen ʻpunaisesʼ met het opschrift ʻ1399- 1999ʼ. De punaises zijn aangebracht bij de viering van Oss 600 jaar stad. Ze markeren de middeleeuwse stadsomwalling. Door de Molenstraat en over het Walplein hebben spoorrails gelopen voor de aan- en afvoer van goederen van de margarinefabriek van Jurgens. De oude hoofdingang van deze fabriek was in het Fabrieksstraatje rechts van de Hema. Momenteel is het straatje afgesloten door een winkelpand (de ʻpunaisesʼ
stoppen voor de gevel). Het winkelpand ligt ook op de vroegere stadswal (zie informatiepaneel op modewinkel tussen de splitsing van Wal- en Heuvelstraat). U gaat rechtsaf de Heuvelstraat in. U passeert de Kerkstraat en hebt dan een mooi gezicht op de toren van de Grote Kerk, die u later tijdens de wandeling nog eens tegenkomt. Heuvelstraat nummer 10-12 heeft een symmetrische gevel met aardige gebogen etalageruiten, met daarboven glas-in-loodramen met Jugendstilinvloeden. Even verder rechts gaat u een smalle doorgang in, de Passage. In Oss staat deze doorgang beter bekend als ʻt Gengske. Het was een oud kerkenpad naar een schuilkerk in de Molenstraat, die stond op de plaats van het grote warenhuis (zie informatiepaneel op winkel links, midden in het Gengske). Als u ʻt Gengske uitkomt, bent u in de Walstraat. Het grootwinkelbedrijf recht voor u, gebouwd in 1973, is te beschouwen als een stedenbouwkundige en architectonische vergissing. Het past door zijn aard en afmetingen eigenlijk niet in het stadscentrum van Oss. Op deze plaats stond – tot 1966 – een kleine hervormde kerk met pastorie in een grote tuin, een groen hart in het centrum. In de Walstraat gaat u linksaf (hier ziet u de ʻpunaisesʼ weer). U komt dan aan de linkerzijde nog twee doorsteekjes tegen: de Schakel en de Galerij. De Schakel is in 1971 aangelegd op de plaats waar het ʻBondsgebouwʼ stond, eertijds het centrum van het culturele leven en voorganger van theater De Lievekamp. De Galerij is een overdekte winkelstraat die al in 1964 tot stand kwam en in 1997 vergroot is. Parkeerterrein De Wal, rechts, was nog niet zo lang geleden een deel van de tuin van de hervormde pastorie. U steekt nu de kruising met de Burgwal-Carmelietenstraat over. Deze straten vormen een ʻdoorbraakʼ uit de jaren ʻ70. Vóór die tijd kende de Walstraat hier aan beide zijden een bebouwing met grote woningen en winkelpanden. Op het eind van de Walstraat, aangelegd langs de vroegere stadswal, komt u aan op de Oostwal, een belangrijke ontsluitingsweg voor het centrum. Rechts aan de overzijde ziet u het grote Fabriekscomplex van Bergoss, waarvan u al eerder het kantoor heeft gezien. Het bedrijf is in 1980 in handen gekomen van een andere Osse tapijtfabriek, Desseaux (Desso) Enkele oude fabriekshallen zijn bewaard gebleven en hersteld. Zij horen nu bij het luxueuze hotel De Weverij (1998 geopend). De meeste fabriekshallen zijn echter in 2005 afgebroken voor een nieuwe woonwijk. U steekt rechtdoor over op het zebrapad en gaat linksaf. Aan de linkerkant ziet u, daar waar een parallelweg begint, de plaats waar tot 1984 de voormalige marechausseekazerne stond (nu een grote winkel in kleding en schoeisel). Het pleintje aan de rechterkant heet nog Kazernestraat. Deze kazerne herinnerde aan enkele roerige episoden in de geschiedenis van Oss. Aan het einde van de 19e eeuw en in de jaren dertig van de 20e eeuw kende Oss korte golven van toegenomen misdaad. De grote armoede en sociale ellende in dezelfde perioden, veroorzaakt door verschillende crisissen, hadden hier zeker mee te maken. Ze bezorgden Oss een slechte naam die nog vaak ter sprake komt. Na het pleintje gaat u rechtsaf de Kazernestraat in. Even verder loopt u links de Klaphekkenstraat in. Door de bestrating heeft deze straat een eigen sfeer, hoewel een brand en de nieuwbouw veel veranderd hebben. Recht voor u ziet u de Gerardus Majellakerk, in de volksmond beter bekend als ʻde Visserskerkʼ, naar de bouwpastoor. De kerk is in 1923 gebouwd. In 2000 is de kerk weer teruggebracht tot de oorspronkelijke grootte. Aan het einde van de Klaphekkenstraat gaat u linksaf de Hooghuisstraat in. Midden in deze straat stond een andere stadspoort, de Graafse Poort aan de uitvalsweg naar Grave. Deze poort was na een ingrijpende verbouwing bekend als het Hooghuis. Toen zich hier in 1925 een houthandel vestigde, stond het Hooghuis in de weg en werd gesloopt. De houthandel heeft op zijn beurt in 1980 plaats gemaakt voor de in 1985 uitgevoerde doortrekking van de Oostwal, waar u weer naar terugloopt. De plaats van de vroegere stadspoort en de naam Oostwal geven aan, dat ook hier vroeger de stadswal met gracht liep. Een deel van de gracht was hier tot in deze eeuw nog aanwezig. De ʻpunaisesʼ markeren dat. Steekt u hier de Oostwal weer over, en volg de Hooghuisstraat richting centrum. Links, in het oude pand nummer 7, woonde de familie Kuyte, die kerkorgels vervaardigde. U gaat u rechtsaf de Eikenboomgaard in.
U ziet dan al snel aan uw linkerhand de voormalige openbare school met onderwijzerswoning, gebouwd in 1883. Dit was tot 1997 de Osse Muziekschool. Het gebouw heeft nu een horecabestemming. De muziekschool en het centrum voor kunstzinnige vorming zijn samen gegaan en hebben nieuw onderdak gevonden bij theater De Lievekamp. De laan met Amerikaanse eiken verder volgend, ziet u rechts een kerkhof, dat bij de Grote Kerk hoort. Incidenteel wordt er nog begraven; in de jaren ʻ60 is een nieuwe algemene begraafplaats aangelegd aan de zuidrand van Oss. Op het kerkhof staan enkele grote neogotische grafmonumenten voor leden van de familie Jurgens. Door het poortgebouw zijn ze te zien en eventueel toegankelijk om ze van dichtbij te bekijken. Het parkeerplein aan de voorzijde – in deze vorm aangelegd en beplant – doet tevens dienst als marktplein (dinsdag en zaterdag), als kermisterrein (half augustus) en voor het houden van evenementen. Deze parkeerplaats is beplant met parasol- dennen. Deze grote open plek aan de noordkant van de stad is ook al aanwezig op oude kaarten. Het was – vermoedelijk – de grond die hoorde bij Terwaenen, een versterkt huis op de stadswal. Direct voorbij de begraafplaats ziet u hoge woontorens met winkels en een parkeerterrein. Dit is het Burchtplein. Bij de verste woontoren, vindt u op een zuil een informatiepaneel met de verklaring van de naam. In 1995 is hier namelijk bij de bouw de fundering van een middeleeuws kasteel teruggevonden. Dit was een onverwachte vondst, daar deze ʻburchtʼ geheel in de vergetelheid was geraakt. De stadsgracht – zie de ʻpunaisesʼ – liep er langs. De zwarte rechthoekige stenen op de parkeer- plaats markeren de plek waar de oude muren van het kasteel stonden. Aan de overzijde van het plein ligt – op de kruising van de Koornstraat en de Singel 1940-1945 – een rotonde waarop het kunstwerk ʻDe drie voetballende Fratersʼ staat. Het herinnert aan de bijna 100-jarige aanwezigheid van de Fraters in Oss, waarover later meer. Het project is van de Osse kunstenaar Alex Schalken, oud-leerling van de Fraters. Volg de Eikenboomgaard tot deze overgaat in de Koornstraat. Dan gaat u – bij de apotheek – linksaf de Koornstraat in. Direct daarna gaat u rechtsaf de Krakenburg in. Halverwege de Krakenburg gaat u links de Fratershof in. In dit park, waar vroeger de tuin van de fraters was, loopt u langs een dubbele rij Noorse esdoorns. Hier was een karakteristiek laantje waar de fraters dagelijks hun gebeden lazen. In het park ziet u ook een kunstwerk van Wanda Janota. Het stelt een niet volledige ʻCʼ voor, symbool voor bijna 100 jaar Fraters in Oss. Ook hier in het park is de stadswal gemarkeerd. Kort daarna gaat u linksaf, het in pad in dat langs de Nicolaasschool loopt (pad met aan weerszijden een rij berken). U komt uit in de Koornstraat waar u rechtsaf gaat. Rechts ziet u een aantal gebouwen, gesticht door de Fraters van Tilburg, die in 1883 naar Oss kwamen. Het complex omvatte een klooster, internaat, lagere scholen en mulo-scholen. Neem de eerste weg links, de Varkensmarkt. Deze Varkensmarkt herinnert aan de belangrijke veemarkten die Oss in het verleden als centrumplaats kende. Op de Heuvel zijn ook grote paardenmarkten gehouden, waar tot in de jaren zestig jaarlijks duizenden dieren werden verhandeld. Voor 1940 was het een van de grootste paardenmarkten van het land. De Varkensmarkt was in de jaren ʻ60 geheel vervallen en heeft plaats gemaakt voor nieuwbouw. Aan het eind van de Varkensmarkt gaat u rechtsaf. Links is een klein straatje met de naam de Meijerijsche Kar. Hier stond tot 1966 een café met die naam, een belangrijk trefpunt van de boeren tijdens de marktdagen. U komt op de Heuvel. Op de Heuvel stond van 1768 tot 1921 het raadhuis met boterwaag. Het raadhuis werd te klein en – nadat een groot nieuwbouwplan op de Heuvel te duur was bevonden – besloot de gemeenteraad om Villa Constance als raadhuis aan te kopen. Dat is nu museum Jan Cunen. Dit is ook het plein waar vroeger recht werd gesproken. On- getwijfeld heeft die rechtspraak onder een lindeboom plaats gevonden. Hij is daarom ook opgenomen in het stadswapen van Oss. De lindeboom werd vroeger tevens gebruikt als ge- denkboom, vergaderboom en grensboom. In feite liep de Heuvel vroeger als Verlengde Heuvelstraat door tot aan het Hooghuis. De Heuvel is het oude centrum van de stad, terug te vinden op alle oude kaarten. De panden rondom de Heuvel dateren merendeels uit het laatste deel van de vorige eeuw, toen de margarine- en vleesindustrie in Oss hun opkomst maakten. Ze zijn inmiddels sterk aangetast of zelfs helemaal vernieuwd. We willen u toch nog wijzen op de fraaie 19e eeuwse gevel van de opticien links (nummer 36-38) (zie informatiepaneel), een voormalige notariswoning, en aan de overkant, voorbij de Galerij, de bovengevels van de nummers 19 (tot 1887 postkantoor) en 17 (tot 1933 kantongerecht) (zie informatiepaneel), nu
respectievelijk speelgoed- en schoenenzaak. Aan de andere kant is Heuvel 6 aardig om te zien met zijn klassieke gevelindeling in vier traveeën (delen). De Heuvel was vroeger onderdeel van de doorgaande weg door Oss. Sinds 1973 is het plein autovrij. In 1981 is het beeld van de harlekijn (K. Jansen) geplaatst. De Heuvel is in 2002 opnieuw ingericht, dit is vooral te zien aan de bestrating en de beplanting. Een stukje verder loopt u rechtsaf de Peperstraat in. Links ziet u op nummer 12 het oudste pand van Oss. Hier trokken in 1839 enkele Zusters van Liefde uit Tilburg in om het onderwijs aan meisjes op te bouwen. Later kregen zij aan de Arendsvlucht een groter gebouw dat uitgroeide tot klooster- complex, met pensionaat, bejaardentehuis en ziekenhuis. Het huis rechts op de hoek van de Peperstraat (het pand De Drie Koningen, zie glas-in-lood raam boven de voordeur) voor- heen een herberg, was al heel lang artsenwoning. Aan het eind van de Peperstraat gaat u linksaf de Koornstraat in. De witgeverfde gevel aan de linkerkant behoort toe aan de voormalige synagoge (zie informatiepaneel). Het gebouw is in 1831 opgetrokken door de toen groeiende Osse joodse gemeenschap. Oss heeft vanaf begin 1800 een groeiende en na enige tijd een zelfs relatief grote joodse gemeenschap gehad. Veel handelaren en fabrikanten waren joods. De thans erg kleine joodse gemeenschap heeft na de Tweede Wereldoorlog een nieuwe synagoge gekregen aan de Oude Kerkstraat. Deze synagoge is inmiddels gesloten. Zuidelijk van Oss, aan de Hescheweg, ligt de joodse begraafplaats. Voorbij het zijstraatje – de Monsterstraat, genoemd naar het monsteren (bekijken) van de paarden die de boeren verhandelden op de Heuvel (einde van de straat informatiepaneel) – ziet u een fraai pand met huisnummer 6. Dit was vroeger de woning met rosoliemolen. De molen werd aangedreven door paarden van J. Jurgens, een van de leden van de bekende – katholieke – Jurgensfamilie. Vermoedelijk is het pand (zie informatiepaneel) na de stadsbrand van 1751 op de oude fundering herbouwd. Links naast de woning staat een authentiek 19e -eeuws prieeltje met gekleurd glas. Als u verder langs de Grote Kerk loopt,ziet u rechts een beeldengroep. Die is opgericht in 1894 als herinnering aan een periode van arbeidsonrust, armoede en criminaliteit, waar- van hiervoor al melding werd gemaakt. Het ontwerp is van L. Hezemans (1841-1909) die ook veel beelden voor de Grote Kerk maakte. De Grote Kerk (zie informatiepaneel bij de toren) is een rijksmonument, een neogotische schepping van H. van Tulder (1819-1903), gebouwd tussen 1857-1859. De kerk diende ter vervanging van een middeleeuwse kerk, die in 1751 ernstig door brand was beschadigd, vervolgens werd herbouwd en een eeuw later te klein was geworden. De oude kerk was gewijd aan stadspatroon St. Willibrordus, de nieuwe kreeg de H. Maagd Maria Onbevlekt Ontvangen als patrones (beschermheilige). Vandaar de veel gebruikte afkorting M.O.O. Het interieur telt beeldhouwwerk en gebrandschilderde ramen, die de moeite waard zijn. Veel kunstwerken zijn geschonken door leden van de familie Jurgens. Sinds 1982 is de kerk van binnen en van buiten uitgebreid gerestaureerd. Een rondleiding door de kerk is mogelijk op aanvraag (informeer voor meer informatie bij de VVV). Antoon Jurgens (1805-1880) en zijn gezin woonden tegenover de Grote Kerk, op de plaats waar in de gevel, bij het begin van de Kerkstraat, een knik zit (zie winkel met informatiepaneel). Hij was het die in 1871 in een schuur achter zijn huis voor het eerst op de wereld fabrieksmatig margarine maakte. Oss ontwikkelde zich in enkele tientallen jaren tot dé margarinestad met fabriekjes en tal van nevenbedrijven. Jurgens liet zijn woning in 1916 afbreken voor een groot fabriekscomplex, dat het beeld van het centrum van Oss sinds- dien heeft bepaald. Het was ontworpen door Charles Estourgie, toen een bekend architect en stedenbouwkundige, die zijn sporen ook elders in Oss heeft nagelaten. De fabriekswand heeft in 1982 plaatsgemaakt voor de enigszins vergelijkbare wand, te herkennen aan zaagtanddaken, met woningen en winkels. Over de fabrieken van Jurgens direct meer. U wandelt langs de kerktoren eerst even een stukje de Begijnenstraat in. Hoewel de naam van de straat anders doet denken, heeft Oss geen begijntjes (vrouwen die leefden als nonnen) gekend. Vermoedelijk dankt de straat haar naam aan de Zusters van Liefde uit Tilburg, die links (nu gebouwen voor ouderenzorg) hun klooster hadden. Rechts – voorbij twee voorname panden uit de tweede helft van de 18e eeuw – de lichtgrijze gevel van het St. Nicolaasinstituut. Het was van 1883 tot 1982 het hoofdgebouw van de Osse vestiging van de Fraters van Tilburg (zie informatiepaneel). U gaat nu niet verder de Begijnenstraat in, maar keert om en gaat rechtsaf de Torenstraat in.
Op de hoek staat een monumentale plataan van ongeveer 65 jaar oud. De plataan is een echte stadsboom, herkenbaar aan zijn opvallend gevlekte schors. Hij wordt veel aangeplant voor schaduw en om de sierwaarde in stadsstraten en op pleinen. Het café op de hoek van de Torenstraat – laat 19de eeuws, ramen met kuiven, omlijsting met oren – is aardig om te zien. De huizen in dit stukje straat ademen nog een beetje de sfeer ʻvan vroegerʼ. Vervolgens neemt u de eerste weg links, eerst Arends- vlucht, dan Oude Vest (hier vindt u weer ʻpunaisesʼ). U komt dan uit in de nieuwe woonbuurt Boschpoort, de plaats waar Jurgens in 1871 zijn margarinefabriek stichtte. Na het ver- trek van Jurgens in 1929 heeft Philips hier een halve eeuw gezeten. Dit bedrijf is overgeplaatst naar bedrijventerrein Landweer. Er is een nieuwe woonbuurt met zoʼn 220 woningen gebouwd in de architectuurstijl van de Bossche School, met veel baksteen en horizontale lijnen. We voeren u niet door alle straten van deze wijk, maar vertellen hier dat de straatnamen in Boschpoort herinneren aan het Osse verleden: de Oude Vest volgt de lijn van de vroegere stadswal, Sebastiaan, Anthonis en Barbara waren de namen van Osse gilden en Achter de Vuurloze herinnert aan de locomotief van het fabriekstreintje van Jurgens en Philips. Deze locomotief had geen met vuur gestookte ketel voor de aandrijving, maar alleen een drukketel. Deze ketel werd in de fabriek telkens op- nieuw onder druk gebracht. U gaat de tweede straat rechtsaf de St. Sebastiaanstraat, Na 75 meter linksaf het intieme St. Barbaraplein in. Rechts ziet u de voormalige kantine van Philips, thans Sociaal Cultureel Centrum De Binnenstad. Daarnaast staat het vroege- re koetshuis van Henri Jurgens, thans kantoor van een verzekeringsagentschap, en links een groot gebouw, dat u even in moet gaan. Dit gebouw, Kruisstraat 15, heet tegenwoordig De Groene Engel. Het gebouw is in 1913 door Ch. Estourgie ontworpen als kantoor van A. Jurgens. In de hal zit nog het Jugendstil-tableau, dat herinnert aan die tijd. Het kantoor was vroeger één grote ruimte (met glazen dak) waarin de beambten hun werk deden, staande achter hoge schrijftafels. Het kunstwerk in de vorm van een pakje margarine van Jurgens, herinnert aan de oude fabriek. Als u St. Barbaraplein uitkomt, gaat u rechtsaf de Kruisstraat in. Op de hoek ziet u het hoge pand van een makelaar, het Brouwershuis (zie informatiepaneel). Het werd gebouwd en bewoond door bierbrouwer H. van den Elzen (1856-1932), die vanaf 1910 tot zijn overlijden burgemeester van Oss is geweest. Zijn - door Simon Maris geschilderd - portret wordt bewaard in Museum Jan Cunen, evenals de portretten van andere Osse burgemeesters en van de belangrijkste vertegenwoordigers van de fabrikantenfamilies Jurgens, Van den Bergh, Hartog en Zwanenberg. Als u de Nieuwe Brouwerstraat een stukje inloopt, ziet u nieuwe woningen, behorend bij plan Boschpoort. Het vroegere Jurgens-, later Philipscomplex, reikte tot aan deze straat. Kunt u nagaan wat voor een bedrijf hier in het hartje van de stad was gevestigd, een eeuw lang! U steekt de Brouwerstraat over en vervolgt de Kruisstraat. Links onder meer de nieuwbouw (1970) van het postkantoor en rechts achter flinke bomen een gerestaureerd pand, eens een boerderij-bakkerij. Onder deze bomen staat het beeld van Jan Tompe, in 1981 vervaardigd door de Osse beeldhouwer Ger van Iperen. Jan Tompe was een in 1939 overleden straatfiguur, een zwerver, die lang in een soort plaggenhut op de Osse hei heeft gewoond. Kleine beeldjes van Jan Tompe en van zijn vrouw Netje kunt u kopen bij de VVV. Daar heeft men voor u ook een verkleinde uitvoering van de os, die voor het gemeentehuis staat. Het pleintje waar Jan Tompe staat, heette vroeger het Jurgens- plein, uiteraard vernoemd naar de familie Jurgens. De naam Jurgensplein is nu verbonden aan het parkeerterrein tussen Heschepad en Boter-straat, waar u eerder bent geweest. Oss kent aan de Berghemseweg ook nog een AntonJurgenshuis, een centrum voor sociaal-maatschappelijk werk. Nadat het fabrieksspoor door de Molenstraat was opgeheven, is een nieuw spoor aangelegd, dat over het Jurgensplein door een nieuwe ingang het fabriekscomplex opging en helemaal doorliep tot in de fabriekshal die tegenover de Grote Kerk stond. Dit ʻPhilipslijntjeʼ is nog tot in de jaren ʻ70 gebruikt. Voorbij het postkantoor slaat u linksaf de Lievekamplaan in. Als u op de Lievekamplaan nog even over uw rechterschouder kijkt (in de richting van de Kruisstraat), dan ziet u de molen Zeldenrust uit 1860, geplaatst op de rijksmonumentenlijst (zie informatiepaneel). Deze molen is in 1978 na een restauratie opnieuw in bedrijf genomen. U kunt er iedere zaterdagmorgen terecht om een kijkje te nemen, ook bovenin. De bakker naast de molen
verkoopt ʻbrood van de molenʼ. De Lievekamplaan is in de jaren ʻ70 aangelegd op de ʻLievekampʼ, vanouds de naam voor het stuk land, dat daar buiten de stad lag. Het is ook de naam geworden van het sociaal-cultureel centrum (1968) op het eind van de Lievekamplaan, met schouwburg, bibliotheek, poppentheater en expositieruimte. In 1997 zijn de bibliotheek en de schouwburg verbouwd en vergroot. Het theater is uitgebreid met een kleine zaal, nieuwe entree en restaurant. Ook is de Muzelinck, de naam voor de gefuseerde muziekschool en creativiteitscentrum, in het vergrote complex ondergebracht. Op de beide hoeken van de Lievekamplaan en de Raadhuislaan treft u moderne kantoorgebouwen aan. Rechts met de ronde gevel het politiebureau, een schepping uit 1979 van architectenbureau Van den Broek en Bakema. Links op de hoek ziet u het in 1981 gebouwde belastingkantoor. U steekt de Raadhuislaan over en gaat dan linksaf, in de richting van gemeentehuis. Het gebouw aan uw rechterhand huisvest een deel van de GGD (Gewestelijke Gezondheidsdienst), de centrale post voor het ambulancevervoer in heel Noordoost-Brabant, Bureau Jeugdzorg en Bureau Halt. U steekt de Raadhuishof over. Pal tegenover het gemeentehuis ziet u een kantoorgebouw, dat eveneens de architectuur van de Bossche School heeft. Onder de luifel van het gemeentehuis, op het voorplein, ziet u het beeld van een os (W. Haffmans, 1979), geschenk van onderneming Van der Pas die de bouw van het gemeente- huis uitvoerde. Links van het gemeentehuis staat een carillon (Eijsbouts), een geschenk van Organon aan Oss bij haar 50-jarig bestaan in 1973. U gaat rechtsaf het Heschepad in. Rechts ziet u een blauwmetalen sculptuur van Ton Maria Nijhof, een Osse kunstenaar. Het is in 1993 geplaatst, een geschenk van de bouwers van de nieuwe vleugel van het gemeen- tehuis. U gaat linksaf de Ridderhof in. U komt langs café Bellevue. De bouwstijl van de gevel van het pand is het traditionalisme en stamt uit 1890. U gaat nu linksaf naar Museum Jan Cunen dat is gevestigd in Villa Constance. Wat de bouwstijl betreft is het een goed voorbeeld van het eclecticisme, een 19e eeuwse stijl waarbij elementen zijn gebruikt uit de tijd van de Klassieke Oudheid en de Renaissance. Het pand is in 1888 gebouwd, heeft tal van functies gehad (woning van de margarinefabrikanten Van den Bergh en Jurgens, belastingkantoor, internaat, gemeentehuis) en is sinds 1980 museum met veel aandacht voor educatie. Het museum bezit een collectie schilderijen uit de 19e en 20e eeuw, archeologische vondsten en historische voorwerpen. Links boven de oude hoofdingang ziet u het wapen van Oss: op een blauw veld een os onder een lindeboom. Vroeger werd onder de lindeboom recht gesproken. Vervolg uw route naar het park achter het museum dat dienst doet als stadspark. De grootste bomen zijn vermoedelijk zoʼn honderd jaar oud. Het park bevat enkele beelden, waaronder de in brons gegoten hertogin Johanna van Brabant, van beeldhouwer N. van Leest, geschenk uit 1979 van de toen 75-jarige Rabobank. Verder ziet u de in 2004 aangelegde vijverpartij. Nabij de vijver staat een kunstwerk: het Domein (1987) van Sigurdur Gudmunsson. In het beeld zijn een gezicht, een huis en een muziekinstrument herkenbaar. De sokkel is in de vorm van een palet. Dit kunstwerk is een prijs, gekregen van de stichting Kunst en Cultuur, voor de educatieve activiteiten van museum Jan Cunen, dat als gemeentebedrijf onderdeel is van de gemeente Oss. Loop vervolgens terug naar de ingang van het museum aan de Raadhuislaan. U bent van harte welkom op dinsdag tot en met zondag van 12.30 tot 16.30 uur. Toegang is gratis! De monumentale villa waarin museum Jan Cunen is gevestigd bestaat uit vier verdiepingen en is sinds augustus 2001 Rijksmonument. Bij binnenkomst bevindt u zich in het souterrain van het museum. Tegenwoordig zijn op de meeste verdiepingen tentoonstellingen te bezichtigen. Toen dit gebouw nog een woonhuis was, had iedere verdieping een eigen functie. Het souterrain: de werkvertrekken van de bedienden en de keu- ken. De oude wandtegels van de keuken kunt u nog terugvinden in de huidige garderobe. Via een goederenliftje werd het eten naar de eetzaal van de bel-etage (begane grond) gebracht. De bel-etage (begane grond): de leefvertrekken van de bewoners, zoals de eetkamer (de huidige trouwzaal) en de woonkamer. De 1e verdieping: de slaapvertrekken van de bewoners. De 2e verdieping: de slaapvertrekken van de bedienden en de zolder. Ga met de trap naar de bel-etage (begane grond), met in het midden de centrale
ontvangsthal. U staat nu naar alle waarschijnlijkheid op de oudste parketvloer van Nederland. Deze parketvloer, bestaande uit losse parketdelen, is geheel met de hand vervaardigd. Het ʻbeeldhouwwerkʼ met engelen dat u tegen de bovenste rand van de wanden aantreft, is gemaakt van papier-maché. Niettemin, of juist daardoor, ziet de villa er ʻweelderigʼ uit en is de mooiste en grootste woning van die stijl in Oss. Vervolg uw route naar de grote zaal aan de rechterzijde (de trouwzaal). Deze zaal is na renovatie in 2006 weer in oude staat teruggebracht, waarbij de plafondschilderijen geheel zijn schoongemaakt en bijgewerkt. Enkele plafondschilderingen, zoals de viertal engeltjes, blijken op linnen te zijn geschilderd en pas later op het plafond aangebracht. Door de prachtige uitvoering is besloten deze toch te behouden. Het interieur van de eerste en tweede verdieping is, vanwege hun historische functie van slaap- en waskamer en zolder, minder bijzonder. De eerste verdieping wordt gebruikt als tentoonstellingsruimte. Op de tweede verdieping is de torenkamer voor publiek toegankelijk, het overige deel van de zolder is in gebruik als kantoorruimte van het museumpersoneel. Voor meer informatie over museum Jan Cunen, kunt u terecht bij de receptie van het museum of op de website: www.museumjancunen.nl. Na het eventuele bezoek gaat u vanuit de uitgang RA (Molenstraat) en voor de spoorwegovergang LA (Spoorlaan) richting station.