RISICOBEREIDHEIDSONDERZOEK PPF APG Pieter Kasse / Manja Rietjens 15/16/17 januari 2014
RISICOBEREIDHEIDSONDERZOEK ONDER DEELNEMERS
AANLEIDING ONDERZOEK • Inzicht in (risico)voorkeuren van deelnemers en gepensioneerden • Herijken beleid & input nieuw pensioencontract – Inzet en volgorde van beleidsinstrumenten – Beleggingsbeleid in lijn met de risicohouding van deelnemers? – Aanscherping communicatie (deelgroepen vs totaal)
• Vergroten betrokkenheid deelnemers • Wens van DNB 3
INBEDDING RISICOBEREIDHEIDSONDERZOEK • Risicohouding bestuur • Risk self assessment • ALM-studie 2013 / 2014
• Analyse naar nieuw pensioencontract vanaf 2015
4
RESPONSE POPULATIE • Geen steekproef maar totale populatie (excl. slapers) – 1853 actieven en 1557 gepensioneerden
• Response gemiddeld 32% – Actieven: ongeveer 40% – Gepensioneerden: ruim 15%
• Oorzaken hoge response – Eigen pensioenfonds staat dichtbij – Pensioenachtergrond werknemers APG – Het wordt gewaardeerd
CHECK OP REPRESENTATIVITEIT • Voldoende omvang – 1053 ingevulde vragenlijsten
• Samenstelling responsegroep vs. totale populatie – Gepensioneerden en vrouwen (25/75 ipv 40/60) ondervertegenwoordigd – Inkomens boven 2x modaal oververtegenwoordigd
• Onderscheid responsegroep en beeld totale populatie
6
OPZET VRAGENLIJST • Persoonlijke kenmerken – Effecten op de resultaten • Risicohouding in brede zin – Meer risico of meer zekerheid? • Beleidsmaatregelen – Welke maatregelen zetten we in? • Pensioencontract – Vast versus variabel? Regelmatig korten & indexeren?
• Het ideale pensioen – Een uitruil tussen pensioenleeftijd en risico
7
RISICOHOUDING IN BREDE ZIN: EEN VRAAG
Helemaal oneens
Noch eens, Noch oneens
De volgende drie stellingen gaan over uw risicovoorkeuren in algemene situaties a. Wanneer ik plannen maak, zorg ik ervoor dat ik zo min mogelijk risico neem. b. Ik ben liever dubbel verzekerd dan dat ik het risico loop eventueel te weinig verzekerd te zijn in geval er iets gebeurt. c. In het algemeen vind ik het niet erg als bepaalde zaken anders lopen dan oorspronkelijk verwacht.
De volgende twee stellingen gaan over uw risicovoorkeuren in financiële situaties d. Over het algemeen ben ik bereid om financiële risico’s te nemen. e. Ik ben bereid om grotere financiële risico’s te lopen met mijn pensioen om een hogere pensioenuitkering te kunnen krijgen.
8
Helemaal eens
RISICOHOUDING IN BREDE ZIN: GEMIDDELD BEELD
• 9
•
Er is sprake van een geringe risicobereidheid van actieven en gepensioneerden tezamen De correctie van de responsepopulatie versterkt dit beeld
RISICOHOUDING IN BREDE ZIN: ZICHTBARE NUANCES
• • 10
Gepensioneerden en werknemers met lagere inkomens zijn sterk risicomijdend Ook bij inkomens van meer dan 2 keer modaal blijft een gemiddelde risicobereidheid de norm
BELEIDSMAATREGELEN: EEN VRAAG Stel er is een financiële crisis en er dreigt een financieel tekort bij uw fonds. In welke volgorde zou u de volgende maatregelen willen inzetten om dit tekort op te lossen? U wordt verzocht onderstaande maatregelen te rangschikken van 1 (eerste voorkeur) tot 5 (laatste voorkeur). • • • • •
11
de pensioenaanspraken en pensioenuitkeringen verlagen (korten) de premies verhogen (zowel voor de werkgever als de werknemer) niet indexeren de pensioenregeling versoberen terwijl de premie gelijk blijft risicovoller beleggen (bijvoorbeeld meer in aandelen), waarbij ook een kans bestaat dat het tekort groter kan worden maar ook goed gemaakt kan worden.
BELEIDSMAATREGELEN: BIJ EEN CRISIS
12
• • •
Deelnemer met lagere risicobereidheid: niet indexeren en een premieverhoging Deelnemer met hogere risicobereidheid: risicovoller beleggen of korten Overall weegt het beperkte risicoprofiel zwaarder door
BELEIDSMAATREGELEN: BELEGGINGSRISICO
•
Mate van beleggingsrisico in relatie tot de dekkingsgraad: – Overgrote deel is het eens met de huidige mate van beleggingsrisico – Logische reactie gezien de relatief hoge dekkingsgraad
13
BELEIDSMAATREGELEN: INDEXATIE
•
Een evenwichtig besluit tot indexatie: – Merendeel vindt de indexatie in 2013 een goede beslissing – Weinig verschillen tussen werknemers en gepensioneerden
14
PENSIOENCONTRACT: KENMERKEN IDEAAL CONTRACT (1)
•
• 15
Gemiddeld wenst men een vast pensioen met weinig risico. Als er gekort moet worden, dan liever vaker een kleine korting (spreiding over de tijd) Hogere inkomens zijn bereid tot een meer risicovol pensioen (in staat schokken beter op te vangen?)
PENSIOENCONTRACT: KENMERKEN IDEAAL CONTRACT (2)
16
Echter een vast pensioen zonder ambitie van koopkracht-behoud is ook niet gewenst.
HET IDEALE PENSIOEN
risico Indexeren
Pensioen leeftijd
Verwachte uitkering
Korten / verhogen
HET IDEALE PENSIOEN VOOR ACTIEVEN: EEN VRAAG We leggen u steeds vier verschillende pensioenscenario’s voor die van elkaar verschillen op de volgende punten: • De leeftijd waarop u met pensioen wilt. • Het verwachte maximale pensioen inclusief AOW, uitgedrukt als percentage van uw netto loon. • De ondergrens van uw pensioen inclusief AOW, uitgedrukt als percentage van uw netto loon. Dit betekent dat uw pensioen met een kans van 2,5% (eens in de 40 jaar) bijna nooit lager dan dit bedrag zal uitvallen.
18
HET IDEALE PENSIOEN VOOR ACTIEVEN: IDEAAL PENSIOENPROFIEL
risico
Verwachte uitkering
Pensioen leeftijd
• Leeftijd vs een acceptabel pensioen: – Voorkeur voor leeftijd 66/67 jaar met geen of weinig risico (langer doorwerken geen taboe meer) – Veel risico heeft de minste voorkeur bij alle pensioenleeftijden – Bereid door te werken voor een minder risicovol pensioen!
19
Pensioenleeftijd
geen risico ondergr. bovengr.
weinig risico ondergr. bovengr.
gemiddeld risico ondergr. bovengr.
veel risico ondergr. bovengr.
65 jaar
65%
65%
55%
80%
50%
90%
45%
95%
66 jaar 67 jaar
70% 75%
70% 75%
60% 60%
85% 90%
55% 55%
95% 100%
45% 50%
100% 110%
68 jaar
80%
80%
70%
100%
60%
105%
55%
120%
HET IDEALE PENSIOEN VOOR GEPENSIONEERDEN: EEN VRAAG Om uw ideale pensioen samen te stellen willen we u vragen uit een aantal pensioenscenario’s te kiezen. Daarbij wordt u steeds gevraagd: • Hoeveel u uw pensioen jaarlijks procentueel wilt laten stijgen (indexatie). • Hoe vaak uw pensioen mogelijk verlaagd (korten) of extra verhoogd mag worden. • Hoeveel deze verlaging dan wel verhoging mag bedragen.
20
HET IDEALE PENSIOEN VOOR GEPENSIONEERDEN: IDEAAL PENSIOENPROFIEL
Indexeren
Korten / verhogen
• Jaarlijkse indexatie vs hoe om te gaan met schokken: – Jaarlijkse indexatie van 1% en 3% met een milde schok heeft de meeste voorkeur – Voorzichtig heeft de voorkeur
21
Indexatie
vaak, milde schokken frequentie omvang
gemiddelde schokken frequentie omvang
soms, grote schokken frequentie omvang
0% per jaar
eens per 5 jaar
+10%
eens per 10 jaar
+20%
eens per 15 jaar
+30%
1% per jaar
eens per 5 jaar
+5%
eens per 10 jaar
+10%
eens per 15 jaar
+15%
3% per jaar
eens per 5 jaar
-5%
eens per 10 jaar
-10%
eens per 15 jaar
-15%
4% per jaar
eens per 5 jaar
-10%
eens per 10 jaar
-20%
eens per 15 jaar
-30%
CONCLUSIE • Voorkeur voor zekerheid – Gepensioneerden hebben een lagere risicobereidheid dan actieven – Een hoger inkomen gaat samen met een hogere risicobereidheid
• Risicobereidheid en volgorde van te nemen herstelmaatregelen – Laag: niet indexeren, premieverhoging, regeling versoberen – Hoog: niet indexeren, risicovoller beleggen, korten
• Voorkeur voor een pensioen met weinig risico’s – Hoewel een vast pensioen een nominaal pensioen betekent is het besef dat indexatie ook belangrijk is voor koopkrachtbehoud – Liever vaker een kleine schok dan af en toe hard ingrijpen – Ook als dat langer werken betekent voor actieven
• Brede support voor huidig indexatie- en beleggingsbeleid 22
VERVOLGSTAPPEN • Interpretatie resultaten door sociale partners / pensioenfondsbestuur
• Koppeling met keuzes pensioencontract • Frequente herhaling en benchmarking
23
DANK VOOR UW AANDACHT
Vragen?