REPERTORIUM OP DE LENEN VAN DE HOFSTEDE MEEUWEN, 1366-1650 Door J.C. Kort Eerder gepubliceerd in ‘Genealogisch Tijdschrift voor Midden- En West-Noord-Brabant en de Bommelerwaard’, jrg. 22-23 (1998-1999) Inleiding Van de hofstede Meeuwen, zelf sinds 1355 leenroerig aan de graaf van Holland, 1 hing een groot aantal leenmannen af zoals blijkt uit de van dit leenhof bewaarde registers. Thans bestaat de reeks uit een vrijwel aaneengesloten serie registers over 1505 tot 1799, 2 tot 1701 was de serie nog aanmerkelijk groter. In dat jaar was Filips van Leefdaal, heer van Eethen en Meeuwen, namelijk failliet gegaan, waarom hij het het raadzaam achtte met de noorderzon te vertrekken met medeneming van onder meer enige leenregisters. Naar valt op te maken uit het grote register A van ca. 1650 (thans nr. 44), bedoeld als repertorium, waren het: register H (1372-1414) van Willem en Jan van Drongelen, R (1438-1451) van Dirk van de Merwede,3 P (1467-1470) van Robert van Drongelen, G (1474-1477) van Adriaan van Drongelen en Q (1489-1494) van Jan Millinc. Hierop volgt in de tijd het bewaarde register S, thans inv.nr. 41, waar een register B (16191641) weer ontbreekt. De registers van Meeuwen berusten in het archief van de heerlijkheid Eethen en Meeuwen, aanwezig in het Rijksarchief Den Bosch, en worden hier alleen met de inventarisnummers geciteerd. Van de gegevens na 1650 is geen gebruik gemaakt. De registratie kon tenslotte worden aangevuld door een lijst van leenmannen van Meeuwen in de Leen- en Registerkamer van Holland (LRK), waar vanaf 1478 ook enige lenen verheven werden (hier nrs. 133, 133A, B en K). Noten: 1. ‘Ons Voorgeslacht’ 1995, pp. 241-243 nr. 13. 2. Heerlijkheide Eethen en Meeuwen, inv.nrs. 41-51. 3. Hiervan een afschrift in: heerlijkheid Eethen en Meeuwen, inv. 36 fol. 91-96v.
BABILONIBNBROEK 11. Een vierde van een hoeve in het Broek in het land van Altena, genaamd Bugereinse hoeve, strekkend van Holland tot de Midgraaf, oost: Nikolaas de Voogd Willemsz. van Tuil, west: Elisabeth, gehuwd met Nikolaas Bijl, van Geertruidenberg. 28-9-1368: Jan van Veen Pietersz. van Giessen, eventueel te komen op Herman, zijn bastaard, ARA, Handschriften Derde Afdeling, nr. 507. 25-1-1411: Pieter van Giessen bij dode van Jan van Veen, zijn vader, niet te verzuimen, HSS., nr. 509. 12. 4 morgen land met werf (1508: met dijkaveling) in Babiloniënbroek (1508: in het land van Altena; 1525: op de Hil), strekkend van de heerlijkheid Meeuwen (1508: van de werf; 1586: het klooster te Heusden; 1645: genaamd Marienkroon; en erven Adriaan Cornelisz.; 1608: Jan Jorisz.; 1645: erven Maarten Jansz. van Gent te Gorinchem; 1557: noord) tot de naaste dwarssloot, oost: Anton van der Horst (1525: Baayen Pietersz.; 1557: erven Arnout Jansz. Ruimschotel; 1586: Jan Bernardsz., gehuwd met weduwe Hendrik Nikolaasz. van Lith te Gorinchem; 1608: erven Hendrik Cornelisz. Lappike; 1645: weduwe en erven Gerard Hendriksz. en Cornelis Gerardsz.), west: erven juffrouw Hille (1525: de leenman). 7-3-1452: Jan en Willem, natuurlijke zoons van Jan van de Merwede, natuurlijke zoon van de leenheer, eventueel te komen op een van hen of op de leenheer, 36 fol. 94v-95, 44 fol. 239.
20-9-1508: Jonge Jan van de Merwede bij overdracht door Jan van de Merwede, zijn vader, met lijftocht van Salomo, zijn vrouw, 41 fol. 91. 26-5-1525: Jan Adriaansz. Ruimschotel bij overdracht door Jan van de Merwede, 41 fol. 91v. 17-11-1533: Arnout Jansz. Ruimschotel, 41 fol. 92v. 21-12-1557: Jan Arnoutsz. Ruimschotel, 41 fol. 56. 25-3-1586: Jan Buis Joostenz. bij overdracht door Jan Arnoutsz. Ruimschotel, 41 fol. 98v. 9-10-1593: Adriaan Willemsz. voor Janneke, dochter van Jan Buis, bij dode van haar vader, 41 fol. 98v. 12-5-1606: Maarten van Gent, 41 fol. 103. 16-11-1608: Hendrik Govertsz. van de Wetering bij overdracht door Maarten Jansz. van Gent, schout van Babiloniënbroek, 41 fol. 103v. 23-11-1610: Hendrik Govertsz. van de Wetering, gehuwd met Neeltje Jacobsdr., mag beschikken, 41 fol. 105. 10-2-1645: Jacob Kievits voor Marieke van de Wetering, zijn vrouw, bij dode van Hendrik, haar vader, 42 fol. 53, 44 fol. 239. 13. 4 morgen land in het Broek in het land van Altena (1514: op de Hil), (1489: strekkend van de Broekse straat tot de oude wetering; 1514: strekkend van de ban van Dussen; 1549: Zuid-Holland; tot het dwarspad), oost (1475: Godschalk van Hille; 1514: erven Adriaan van de Wetering; 1549: Joost Adriaansz. van de Wetering; 1623: Jacob Willemsz. Kievits en weduwe Castercon), west (1475: Jan Nevensz.; 1514: Jan Adriaansz.; 1549: Bastiaan Jansz. van de Wetering; 1623: Anton Cornelisz. Palinck; 1630: of Anton Jacobsz.). ..-.-1467: Arnout Nikolaas Paulusz., vermeld 1472, 44 fol. 235, LRK 283 fol. 82. 7-11-1475: Arnout Nikolaas Pauluszz., 44 fol. 235. ..-.-1489: Arnout Nikolaas Pauluszz. 44 fol. 235. 24-6-1514: Nikolaas Jacobsz. bij overdracht door Heineman Besschen, 41 fol. 91v. 31-12-1549: Cornelis Reinersz. voor Adriaan Jacobsz. bij dode van Nikolaas Jacobsz., diens grootvader, 41 fol. 94. 21-2-1592: Daam Antonsz. te Eethen voor Neeltje, dochter van Adriaan Jacobsz. van der Plas, gehuwd met Jan Jansz., en mag beschikken, 41 fol. 97v-98 en fol. 94v. 27-10-1623: Marieke Jans van der Linden bij dode van Neeltje, dochter van Adriaan Jacobsz., haar moeder, 44 fol. 235. 25-2-1630: Jacob Willemsz. Kievits bij overdracht door Jan Rudolfsz. voor Willem Pietersz., ‘chercher’ van de Raden ter admiraliteit te Rotterdam, zoals Marieke Jansdr., gehuwd met Willem Pietersz., 42 fol. 52, 44 fol. 235. 14. 2 morgen land en een werf, afkomstig van het St. Nikolaassgilde van Dordrecht, strekkend van de Broekse straat tot de naaste dwarssloot, west: Anton van der Horst, oost: Reiner Paulusz.; een werf aldaar, afkomstig van Goike Stasen, oost: erven juffrouw Hille, west: de leenmannen; een werf aldaar, afkomstig van Jan Jacobsz., west: de Heilige Geest van het Broek, noord: Boyen van Polanen; (1508: zijnde het eerste perceel; 2 morgen, strekkend van de hofstede tot de naaste dwarssloot, oost: Anton Doyensz., west: Willem van de Merwede; 6 hont ten noorden daarvan, strekkend van de middeldwarswetering tot de achterste dwarswetering, oost: de kerk van Babiloniënbroek, west: heer Jan van Zwijndrecht, priester; 1 morgen in de achterste Geer, strekkend van de achterste dwarssloot tot de Midgraaf, oost: heer Jan van Zwijndrecht, west: Anton Doyensz.; 8 hont naast 6 hont, oost: heer Jan van Zwijndrecht, priester, west: Arnout Paulusz). 7-3-1452: Jan en Willem, natuurlijke zoons van Jan van de Merwede, natuurlijke zoon van de
leenheer, 36 fol. 94v-95. De volgende beleningen zijn gelijk aan nr. 12 tot gesplitst wordt in nrs. 14A, 14B, 14C, 14D en 14E. 14A. 1 morgen op de Hil, strekkend van de hofstede (1549: Matthijs Jansz. met zijn gezaat; 1608: erven Hendrik Cornelisz. Lappeke; 1630: Cornelis Gerardsz.; noord) tot de naaste dwarswetering (1608: het dwarspad), oost: erven Jan Gillisz. (1549: Screvel Adriaanz.; 1608: Hendrik van Nispen; 1630: mr. Cornelis van Nispen, baljuw en dijkgraaf van het land van Altena), west: het klooster van Heusden, (1608: genaamd Marienkroon). 26-5-1525: Nikolaas Jacobsz. bij overdracht door Jan van de Merwede, 41 fol. 92. De volgende beleningen zijn gelijk naar nr. 13 tot: 30-1-1608: Adriaan Corstenz. ook voor medeërven, waarna overdracht aan Hendrik Govertsz. van de Wetering, 41 fol. 103v-104. 25-2-1630: Jacob Willemsz. Kievits voor Marieke Hendriks van de Wetering, zijn vrouw, 42 fol. 52v. 14B. 1 morgen op de Hil, strekkend van de hofstede (1548: Matthijs Jansz.; 1630: Cornelis Gerardsz. van Hagestein; 1592: noord) tot de naaste dwarssloot (1548: het klooster van Heusden), oost: het klooster van Heusden, (1643: genaamd Marienkroon), west: Baeyen Pietersz. (1548: de kerk in het Broek; 1566: Cornelis Antonsz.; 1630: Gerard Hendriksz. Lapper). 26-5-1525: Govert Jacobsz. bij overdracht door Jan van de Merwede, 41 fol. 91v-92. 13-2-1548: Jacob Govertsz. bij dode van Govert Jacobsz., zijn vader, te versterven in de boedel, 41 fol. 94. 15-9-1566: Adriaan Jan Jacobsz. voor Govert Jacobsz., zijn neef, 41 fol. 95v. 3-9-15..: Hulde van Govert Jacobsz., 41 fol. 95v. 23-7-1592: Nikolaas Willemsz. voor Neeltje Jacobsdr., gehuwd met Jan Buis Joostenz., 41 fol. 98v. 25-2-1630: Cornelia van Hedikhuizen, 44 fol. 245. 6-6-1643: Hendrik Gerardsz. voor Dirkje Laurens, weduwe Gerard Hendriksz., zijn moeder, bij overdracht door Jacob Willemsz. Kievits voor Cornelia van Hedikhuizen, gehuwd met Maarten van der Ulft, burger van Gorinchem, 42 fol. 54v, 44 fol. 245. 14C. 1 morgen, (1539: groot 6 hont), op de Hil in de achterste Geer, strekkend van erven Jan Gillisz. (1576: Jan Jacobsz.; 1643: erven Jan Maartensz. van Gent; 1576: noord) tot de Midgraaf, oost: het klooster te Heusden, west: het klooster te Heusden en erven Jan Gillisz. (1576: Arnout Lambertsz.; 1643: de armen van Woudrichem). 26-5-1525: Reiner Jansz. bij overdracht door Jan van de Merwede, 41 fol. 91v. 14-11-1539: Matthijs Jansz. voor Adriaantje, dochter van Reiner Jansz., zijn vrouw, 41 fol. 93. 4-11-1576: Jan Matthijsz., 41 fol. 97. 20-2-1595: Adriaan Willemsz. stadhouder van de lenen van Meeuwen, voor Jan Maartensz. te Gorinchem, bij overdracht door Gijsbert Jansz. te Eyll voor Jannetje Hendriksdr., weduwe Jan Matthijsz. op de Hil, bevestigd door Leendert Cornelisz. Bijl voor de wees van Adriaan Adriaansz. Maech bij Lijntje Tijssendr. van de Hil, 41 fol. 55. 18-11-1643: Adriaan Arnoutsz. Suurmond op de Hil voor Gijsbert Woutersz. Vosch, zoon van Anneke Jansdr. van Gent, zoals Jan Maartensz. van Gent, 42 fol. 54, 44 fol. 243. 14D. 6 hont op de Hil, strekkend van de middelste dwarssloot tot de achterste dwarssloot, oost en west: het klooster te Heusden, (1607: genaamd Marienkroon).
17-11-1533: Reiner Jansz. bij overdracht door Jan van de Merwede, 41 fol. 92v. 13-11-1537: Cornelis Reinersz., 41 fol. 92v. 4-9-1582: Adriaan Cornelis Reinersz. zoals zijn vader bij verzuim, 41 fol. 96v. 22-6-1592: Job van Ruiven Pietersz. bij overdracht door Adriaan Cornelis Reinersz., 41 fol. 98. 17-2-1607: Joris Jansz., 41 fol. 109v. 22-1-1614: Dirk Meeusz., wonend op de Hil, bij overdracht door Joris Jansz. Koevinck, wonend op de Hil, 41 fol. 104v. 15-5-1619: Jan van Gent Maartensz. bij overdracht door Dirk Meeusz. d.d. 22-1-1614, 41 fol. 105. 18-11-1643: Adriaan Arnoutsz. Suurmond voor Gijsbert Woutersz. Vosch, zoon van Anneke Jansdr. van Gent, bij dode van Jan van Gent Maartensz., 42 fol. 55, 44 fol. 247. 14E. 8 hont (1645: in 16 hont) op de Hil, strekkend van de achterste dwarssloot tot de Midgraaf; (1645: strekkend zuid van het klooster Marienkroon en erven Jan Maartensz. van Gent te Gorinchem noord tot de Midgraaf of de ban van Waardhuizen), oost: het klooster Marienkroon te Heusden, west: weduwe en kinderen Gerard Hendriksz. 27-5-1523: Hendrik Loef bij overdracht door Jan van de Merwede, 41 fol. 91v. 4-12-1546: Dirk Loef Hendriksz., 41 fol. 93v. 10-10-1600: Francois Loef, 41 fol. 99. 9-9-1645: Isak van Beurderen, schepen van Heusden, bij overdracht door Adriaan Danielsz. Van Berlicum, oud-burgemeester, en mr. Adriaan van Haren, secretaris van Heusden, voor Francois Loef van der Sloot, burger van Den Bosch, bevestigd door Elias, diens zoon, 42 fol. 53v, 44 fol. 241. 15. 2 morgen land in Babilonienbroek, strekkend van de dwarswetering tot de naaste dwarssloot, oost: Rutger Noyensz., west: Boudijn van Polanen en erven Jan van Polanen. ..-.-14(38): Nikolaas Gijsbertsz. van Baardwijk, 36 fol. 94v. DUSSEN 31. 3½ morgen land, (1538: samen met nr. 32 zijnde 7 morgen), met timmering daarop in Muilkerk, strekkend van de halve Dussen tot Govert Stoke, (1489: de halve; 1648: dwarswetering), oost: de leenman (1498: erven Danis Jansz.; 1505: Jacob Andriesz.; 1553: de leenman; 1626: Marieke, dochter van Jan van Hedikhuizen; 1648: Jan Pietersz. van Gelder), west: mr. Jan Albertsz. (1489: Cornelis Jan Schorenz. en Jordaan van Goirle; 1505: mr. Jacob Gout; 1553: Joost Jansz.; 1626: Cornelis Cornelisz. de Reer), (1472: jaarlijks 2 pond waardig). ..-.-1469: Hendrik Evertsz., vermeld 1472, 44 fol. 170, LRK 283 fol. 82. ..-.-1477: Jan Jansz. voor Ida, weduwe Hendrik Evertsz., zijn vrouw, 44 fol. 170. ..-.-1489: Jan Heinenz., 44 fol. 170. 13-6-1505: Jan Heinenz. van Hedikhuizen, 41 fol. 36v. 29-5-1538: Belast voor Katharina, weduwe Jan Dirksz., met 7 gouden karolusguldens door Jan van Hedikhuizen Jansz. samen met nr. 32 met oude belenders, te lossen met f 105.-, 41 fol. 46. 14-7-1553: Belast voor Pieter Arnoutsz. van Enschot met 7 gouden karolusguldens door Jan van Hedikhuizen Jansz., 41 fol. 52. 21-6-1563: Jan van Hedikhuizen Jansz., die eerder 21-12-1561 beleend was, 41 fol. 79. 20-4-1568: Koenraad van Hedikhuizen Jansz. voor Jan Adriaan Jansz. van Drunen, zoon van
Machteld, dochter van Jan van Hedikhuizen, zijn neef, bij overdracht door Jan, zoon van Jan van Hedikhuizen en Antonia, 41 fol. 61v-62. 1-10-1593: Leendert Woutersz. voor Adriaantje in Porta Dirksdr., weduwe Arnout Cornelisz. van Gesel, burgemeester van Dordrecht, ook met geheel nr. 32 na verwin, 41 fol. 70v. 15-9-1595: Arnout Antonsz. in Porta bij dode van Adriaantje Dirks in Porta, weduwe, zoals verwin d.d. 7-3-1592, bevestigd door Jan Antonsz. in Porta, zijn broer, 41 fol. 86v. 18-2-1626: Jan Spiering voor Neeltje, dochter van Jan van Hedikhuizen, bij dode van Koenraad van Hedikhuizen Jansz., haar oom, 44 fol. 170. Het leen 31 gesplitst in 31A en 31B. 31A. De helft van het leen, west: nr. 31B. 9-8-1631: Anton Adriaansz. voor Dingetje, dochter van Jan Spiering, zijn vrouw, bij dode van Neeltje van Hedikhuizen, haar moeder, na verzuim, 44 fol. 170v. en fol. 176. 27-5-1648: Samuel Adriaansz. Potter bij overdracht door Adriaan Pietersz. Pellikaan voor Dingen, dochter van Jan Spiering, diens vrouw, 42 fol. 41, 44 fol. 170v. en fol. 176. 31B. De helft van het leen, oost: nr. 31A. 9-8-1631: Jan Cornelisz. de Zeeuw voor Fijke, dochter van Jan Spiering, bij dode van Neeltje van Hedikhuizen, haar moeder, na verzuim, 44 fol. 172 en fol. 178. 23-10-1638: Anton Adriaansz. Capiteyns bij overdracht door Willem Jansz. Wambois voor Fijke Spiering, diens vrouw, 44 fol. 172 en fol. 178. 32. 18 hont land in Muilkerk (1537: aan de Dussen), strekkend van de wetering (1475: noord) tot het land van Altena, oost: Hendrik Stoke (1537: Jan van Hedikhuizen), west: mr. Jan Albertsz. en Willem van Wijk (1537: de jonkvrouw van Drunen en Jan Joostenz.). ..-.-1469: Jacob de Bie voor zijn vrouw, vermeld 1472, 44 fol. 174, LRK 283 fol. 82v. ..-.-1475: Dirk van Honswijk Jansz., 44 fol. 174. 24-2-1537: Joost Pietersz., waarna overdracht aan Screvel Adriaansz., waarna overdracht aan Jan van Hedikhuizen, 41 fol. 45, 42 fol. 40v. Het leen 32 gesplitst in 32A, 32B en 32C. 32A. 6½ hont 15½ roeden, strekkend van het land van Altena zuid tot de eerste dwarssloot, oost: Joost van Wijtvliet Florisz., west: de heer van Drunen. 7-1-1550: Hubert van de Wetering Willemsz. bij overdracht door Jan van Hedikhuizen Jansz., 41 fol. 51. 32B. 3½ hont en ¼ hont 11½ roeden 3 voet, strekkend van Hubert van de Wetering met nr. 32A zuid tot de eerste dwarssloot, oost: de leenman, west: de heer van Drunen. 4-12-1554: Pieter Adriaansz. bij overdracht door Jan van Hedikhuizen Jansz., 41 fol. 53. De lenen 32A en 32B herenigd en verminderd tot 32D. 32D. De helft van 14 hont aan de oostzijde, strekkend van erven Kuindert van Hedikhuizen Jansz. noord tot het land van Altena, oost: Lucas Pietersz., west: Anton Cornelisz. Paling, zuid: erven Kuindert van Hedikhuizen Jansz. 30-1-1608: Adriaan Corsten, 41 fol. 113v. 23-11-1610: Arnout Gerardsz. van Hagoord bij overdracht door Adriaan Corsten, 41 fol. 115v-116, 42 fol. 40v, 44 fol. 174v. 32C. 11½ hont, strekkend van de halve wetering (1626: noord) tot Hubert Willemsz. (1626: Arnout Gerardsz. van Hagoord), oost: erven Jan van Hedikhuizen (1626:
Marieke, dochter van Jan van Hedikhuizen), west: Joost Jansz. en Arnout Wolfs (1626: Cornelis Cornelisz. de Reer en erven Anton Cornelisz. Palinck). 21-6-1563: Jan van Hedikhuizen Jansz. voor Koenraad van Hedikhuizen Jansz., zijn broer, 41 fol. 79. 18-2-1626: Neelje van Hedikhuizen bij dode van Koenraad, haar oom, 44 fol. 176. Het leen 32C gesplitst in 32E en 32F. 32E. De helft van het leen, (1648: oost: Jan Pietersz. van Gelder, west: Cornelis Cornelisz. de Reer en Adriaan Arnoutsz. Suurmond). De beleningen zijn gelijk aan nr. 31A. 32F. De helft van het leen, (1638: blijkbaar samen met nummer 31B zijnde de helft van 4 morgen 5 hont, strekkend van Arnout Gerardsz. van Hagoord zuid tot de ban van Meeuwen, oost: erven Marieke, weduwe Cornelis Cornelisz. de Zeeuw, west: Cornelis Cornelisz. van Haist en erven Anton Cornelisz. Palinck). De beleningen zijn gelijk aan nr. 31B. 33. 1½ morgen land in Muilkerk in het ambacht van jonkvrouw Jan van Herlaar in het weer van de leenman, strekkend van de naaste dwarssloot (1537: het halve gat) over de wetering tot het land van Altena (1537: de Hilse straat), oost: de leenman en Elisabeth, weduwe Herbaren van Veen, (1537: erven Jan Spiering; 1634: Aalke Jans met kinderen), west: de leenman met de Lange morgen (1537: Arnout Wolfs; 1538: die leenman is; 1634: Cornelis Cornelisz. van Heyst alias de Reer). ..-.-1412: Hendrik Boyen Jan Boyensz., neef van de leenheer, bij overdracht door Arnout Jan Doedensz., 44 fol. 183. ..-.-1477: Dirk van Honswijk Jansz., 44 fol. 183. 24-2-1537: Joost Pietersz., 41 fol. 45. 6-2-1538: Arnout Wolfs bij overdracht door Joost Pietersz., 41 fol. 46. 16-10-1583: Anton Jan Arnout Wolfsz. met een derde, 41 fol. 68. 7-10-1585: Gerard Blankart, schout van Veen, met het geheel, 41 fol. 68v. 18-10-1585: Willem Cornelis Wolfs, 41 fol. 68v. 13-7-1592: Govert Cornelisz., 41 fol. 69v. 22-12-1602: Sebastiaan Adriaansz. voor Maaike Willemsdr., zijn vrouw, 41 fol. 101v. 15-8-1634: Cornelis Joosten aan de Dussen bij overdracht door Rob van Leur voor Aaltje, dochter van Sebastiaan Stael, diens vrouw, 42 fol. 43, 44 fol. 183. 34. De tiende van de polder van de leenman (1505: van Floris van Wijtvliet); de korentiende van Munsterambacht buitendijks aan de zuidzijde van de Dussen en de smaltiende, voorts ‘omgaand’ tot waar Jacob de Groot woonde, aan de Maas; (1505: en de smaltiende van Bilwijk en de korentiende buitendijks). 11-2-1461: Jan van Wijtvliet Florisz., ARA Brussel, Heerlijkheid Dussen, charter. 13-8-1505: Heer Bartholomeus, priester, pastoor van Broek, bij dode van Dirk Adriaan Naeyensz., waarna overdracht aan Gerard van Wijk Joostenz. zoals Floris van Wijtvliet, 41 fol. 36v-37. 10-8-1507: Jacob Nijsen wegens zijn erfenis van Elisabeth, dochter van Nikolaas Voogd, gehuwd met Gerard Joostz. van Wijk, 41 fol. 37v. 21-9-1516: Eimbert Hermansz. bij overdracht door Jacob Nijsen, 41 fol. 39v. 2-3-1522: Belast voor Hendrik Loef met f 2,- jaarlijks door Eimbert Hermansz., 41 fol. 41. 4-12-1546: Dirk Loef bij dode van Hendrik, zijn vader, met de rente, 41 fol. 49v. 12-7-1534: Adriaan Eimbertsz. met lijftocht van Janneke, zijn moeder, die Lijntje en Marietje,
haar dochters bij Eimbert Hermansz., zal onderhouden, na haar dood te delen, 41 fol. 43v. 11-7-1571: Pieter Adriaansz., schout van Munsterkerk, voor Johan van Brecht bij overdracht door Imbert Adriaansz., 41 fol. 63v. en 69. 22-7-1592: Adriaan Pietersz. Stael, schout van Munsterkerk, voor Jacob van Brecht, heer van de Dussen, 41 fol. 70, 42 fol. 32 en fol. 33v. Van nr. 34 zijn nrs. 34A, 34B en 34C afgesplitst. 34A. De smaltiende van varkens, schapen, ganzen en bijen in Munsterkerk aan de Dussen; de korentiende tussen de Dussen en de straat. 13-6-1505: Floris van Wijtvliet, met lijftocht van Aleid Pieters, zijn vrouw, 41 fol. 36v. De beleningen zijn vanaf 1534 gelijk aan nr. 34. 34B. Een smaltiende in Munsterkerk. 22-3-1511: Eimbert Hermansz. bij overdracht door Adriaan Eimbertsz., die verkreeg bij overdracht door Gerard Joostenz., S fol. 38v. De volgende beleningen zijn gelijk aan nr. 34. 34C. De halve tiende van Bilwijk en Munsterkerk binnen- en buitendijks met toebehoren tussen de Polredijk en de tiende van de kerk van Munsterkerk ten zuiden van de Middelt. 28-7-1529: Mr. Jacob Willemsz. met een tiende, 41 fol. 42. 17-5-1531: Adriaan Jacobsz. bij dode van mr. Jacob Willemsz., zijn vader, 41 fol. 42v. 5-2-1538: Zeger Filipsz. voor Zwaantje Willemsdr. bij overdracht door Adriaan mr. Jacobsz., haar neef, 41 fol. 46. 12-7-1561: Jan Thomasz. voor Elisabeth, weduwe Arnout Simonsz., zijn schoonzuster, 41 fol. 57, 42 fol. 32v. 35. De tiende van de Kerksteeg tot des Konings hekken tussen de Middelt en de Dussen; twee polders, genaamd heer Jans polder, beide buitenen binnendijks; de visserij van Betsaerts werf te Dussenmonde toe aan de noordzijde van de Maas; de visserij van de Dussen aan de zuidzijde, waar Gillis’ polder afgaat, tot de zijdwinde. 4-3-1521: Jan van der Dussen Florisz., 41 fol. 40v. 11-7-1571: Pieter Adriaansz., schout van Munsterkerk, voor Johan van Brecht, 41 fol. 69. De volgende beleningen zijn gelijk aan nr. 34. 36. De tiende in de Ballenkampen (1550: in Munsterkerk aan de Dussen, strekkend van de heerlijkheid Meeuwen west tot de halve Dussen, noord: Christina, weduwe Jan Pietersz., met kinderen, Willem Dirksz. van Raey, erven Hendrik Pietersz. en Arnout Jansz. met de voorkinderen van Hendrik Pietersz., zuid: Arnout Jansz., Adriaan Jan Dirksz., Gijsbert Willemsz., Maria, weduwe Beris Paulusz., met kinderen, voorkinderen van Hendrik Pietersz.). 18-5-1522: Willem Schalkenz. en Gerard Jan Schalkenz., 41 fol. 41. 31-5-1531: Jan Joostenz. voor Aleid, weduwe Jan Schalken, zijn vrouw, met de helft, omdat staande huwelijk gekocht is, 41 fol. 42v. 11-7-1536: Jan Joostenz. doet afstand aan Gerard Jansz., 41 fol. 44v. 14-2-1550: Jan Gerardsz., 41 fol. 51v. Het leen 36 gesplitst in 36A en 36B. 36A. De helft van het leen, (1608: noord: Lucas Pietersz., Lambert Gielen, Hendrik Hendriksz. en wederom Lucas Pietersz., zuid: Jacob Adriaansz. en erven Willem van de
Wetering). 14-2-1550: Potter Lonisz. bij overdracht door Zeger Jansz. voor Jan Gerardsz., 41 fol. 51v. 14-3-1608: Adriaan Cornelisz. Potter bij overdracht door Gozewijn Jansz., 41 fol. 114, 42 fol. 35, 44 fol. 154. 36B. De helft van het leen. 14-2-1550: Joost Jansz. bij overdracht door Zeger Jansz. voor Jan Gerardsz., 41 fol. 51v, 42 fol. 36. 37. 10 morgen land in Munsterkerk op Schuringen met hofstede en timmering, waar 1 morgen naast 4 hont aan de noordzijde daarin er niet (1469: wel) bijhoort, (1477: strekkend van de halve Dussen tot Arnout van der Dussen; 1510: met zijn schuring; en Michiel de Wind), zuid: Nikolaas de Voogd met 2 morgen, roerend van Dussen, (1477: de leenman), noord: Gerard de Smit (1477: Gillis Reinersz.; 1510: Arnout Jansz.), (1472: 18 pond jaarlijks waardig). 6-3-1366: Floris Nikolaas Voogdsz., GA. Dordrecht, Heilige Geest ter Grote kerk, nr. 41. ..-.-1372: Floris Nikolaas Voogdsz., 44 fol. 159. 14-5-1469: Mr. Pieter Govertsz., vermeld 1472, 44 fol. 159, LRK 283, fol. 82. 26-8-1477: Gerard Joostenz. van Wijk bij overdracht door mr. Pieter Govertsz., Heilige Geest, nr. 45, 44 fol. 159. 10-8-1507: Jacob Nijsen doet ook voor Heiman Jansz., Hendrik Jansdr., Jan Woutersz., gehuwd met Elisabeth, dochter van Gerard Woutersz., en Jan Jansdr., zijn broers en zusters, afstand van de erfenis van Elisabeth, dochter van Nikolaas Voogd, gehuwd met Gerard Joosten van Wijk, in Munsterkerk aan Gerard Joosten behalve nr. 34, 41 fol. 37v. 1-3-1508: Adriaan Willemsz. doet ook voor Joost Willemsz. voor Janneke Willems, zijn zuster, afstand van deze erfenis, 41 fol. 37v. 22-8-1508: Simon Gerardsz., gehuwd met Adriana, dochter van Jan Voogd, doet afstand van deze erfenis, 41 fol. 37v. 28-8-1510: Herbaren Reinersz. de Jonge bij overdracht door Gerard Joosten van Wijk, 41 fol. 38. 24-12-1516: Wouter Joostenz., 41 fol. 39v-40. 19-7-1517: Wouter Joostenz. doet afstand, Heilige Geest, nr. 102. 22-10-1521: Herbaren de Jonge voor de Heilige Geest en Heilig Sacramentsgasthuis te Dordrecht vermeld, LRK 286 fol. 240. 4-6-1535: Pieter Cornelisz. bij overdracht door Dammas Filipsz. en Willem Jansz. van der Biesen, Heilige Geestmeesters en gasthuismeesters te Dordrecht, en Jacob Maartensz. voor de godshuizen en daarom zal de leenman ook voor nr. 38 jaarlijks f 46,- karolus geven, te lossen 1 pond met f 100.-, 41 fol. 44. 21-901558: Cornelis Pietersz. voor Sebastiaan Pietersz., zijn broer, 41 fol. 75v. en 77v. 8-3-1562: Cornelis Jan Pottersz. bij overdracht door Leendert Pietersz. ook voor Adriaan Leendertsz., gehuwd met Zoetje Pietersdr., en Cornelis Pietersz., die mogen gebruiken, 41 fol. 78. Het leen 37 gesplitst in 37A, 37B, 37C en 37D. 37A. 3 morgen in Munsterkerk met een huis, waar Cornelis Pietersz. Hollander in woont, (1608: met geboomte), strekkend van de halve Dussen west tot erven Heineman Pietersz. (1608: Pleun Jacobsz.; 1622: Jacob Pleunen), zuid: Cornelis Jansz. (1608: Joost Arnoutsz.; 1622: Anton Cornelisz.; 1642: Cornelis Hastiaansz. Pellikaan), noord: Adriaan Hendriksz. (1622: de leenman; 1642: met nr. 376).
14-5-1564: Job Pietersz. voor Emmeke, zijn dochter, bij overdracht door Cornelis Jan Pottersz., 41 fol. 79v-80. 3-10-1571: Adriaan Hendrik Woutersz. bij overdracht door Job Pietersz. voor Emmeke, diens dochter, 41 fol. 81v. 19-10-1606: Leendert Matthijsz. bij overdracht door Hendrik Gerardsz. Sas voor Seyken Gerards, 41 fol. 115. 7-8-1622: Marieke Adriaans, 44 fol. 159v. 20-11-1642: Jan Nikolaasz. Koenen voor Annetje Leendertsdr., zijn vrouw, bij dode van Marieke Adriaansdr., haar moeder, 42 fol. 36v, fol. 38, fol. 159v. en fol. 164v. 37B. 4 morgen, strekkend van de halve Dussen west tot Pleun Jacobsz., noord: 2 morgen, roerend van Dussen, zuid: de leenman. 3-9-1582: Hendrik Adriaansz. met 2 morgen 12 hont, voor Marieke, zijn zuster, met 1 morgen en voor Sijke Gerardsdr., zijn moeder, met 4½ hont, 41 fol. 82v-83. Het leen 37B gesplitst in 37E, 37F en 37G. 37E. 2 morgen 1½ hont, strekkend van de halve Dussen west tot de dwarssloot, (1646: zuid en noord: Jan Nikolaasz. Koenen). 22-8-1593: Hendrik Gerardsz. Sas voor Marieke, dochter van Hendrik Adriaansz., 41 fol. 85. 18-6-1646: Corst Goverden voor Hendrik, zijn zoon, bij dode van Marieke Hendriks, diens moeder, 42 fol. 37v, 44 fol. 162v. 37F. 1 morgen, (1646: oost: Corst Goverden met nr. 37E, west: de dwarssloot, zuid: de leenman, noord: 2 morgen, roerend van Dussen). 22-8-1593: Marieke Adriaansdr., 41 fol. 85. 12-5-1646: Jan Nikolaasz. Koenen voor Anneke Leendertsdr., zijn vrouw, bij dode van Marieke Adriaansdr., haar moeder, 42 fol. 37, 44 fol. 161v. 37G. 4½ hont, (1618: oost: de leenman met zijn gezaat, west: Jacob Pleunen, zuid: de leenman, noord: Marieke Hendriks). 22-8-1593: Hendrik Gerardsz. Sas voor Sijke Gerardsdr. bij dode van Hendrik Adriaansz., 41 fol. 83. 13-3-1618: Leendert Matthijsz. voor Marieke Adriaans, zijn vrouw, bij dode van Sijke Gerards, haar moeder, 41 fol. 115v. De volgende beleningen zijn gelijk aan nr. 37A. 37C. De helft van 3½ morgen gemeen met Jan Jaspersz. van Peursum met nr. 37D, strekkend van de halve Dussen west tot Dirk Nikolaasz., noord: erven Hendrik Adriaansz. (1608: Joost Arnoutsz.), zuid: het gasthuis ten Berg. 14-6-1592: Jan Potter bij dode van Cornelis, zijn vader, 41 fol. 85. 21-6-1592: Joost Jansz. van der Dussen bij overdracht door Jan Cornelisz. Potter, bevestigd door Joost Feesz. voor diens kinderen bij wijlen Agatha, dochter van Cornelis Jansz. Potter, 41 fol. 84v-85. 20-10-1597: Adriaan Joostenz., 41 fol. 88. 9-11-1608: Cornelis Joostenz., 41 fol. 113v, 42 fol. 38v, 44 fol. 166. 37D. De helft van 3½ morgen, (1627: oost: de Dussen, west: Anton Pleunen, zuid: Cornelis Joosten, noord: Marieke Adriaans). 21-6-1592: Jan Jaspersz. te Peursum bij overdracht door Jan Cornelisz. Potter, 41 fol. 85.
28-7-1627: Willem Antonsz. Bogge voor kinderen Anton Cornelisz. Verdoorn bij dode van hun vader na verzuim, 44 fol. 168. 23-11-1638: Anton Jacobsz. Pleunen voor Toontje Antons Verdoorn, zijn vrouw, bij dode van Anton, zoon van Joost Antonsz. Verdoorn, 44 fol. 168. 17-2-1639: Cornelis Bastiaansz. Pellikaan bij overdracht door Anton Jacobsz. Pleunen voor Toontje Verdoorn, diens vrouw, 42 fol. 39, 44 fol. 168. 38. 2 morgen land in Munsterkerk (1474: op Schuringen) naast de hofstede van Nikolaas de Voogd (1474: in een kamp, genaamd Garstkamp; 1645: en nu Molenkamp), strekkend van de halve Dussen tot de naaste dwarssloot, zuid (1474: 2 morgen, roerend van Dussen), noord (1474: mr. Pieter Govertsz. met goed van wijlen Jan Voogd: 1502: de leenman; 1645: Jan Nikolaasz. Koenen, gehuwd met Anneke Leendertsdr., met nr. 41). 12-7-1467: Jan de Voogd, eerder als getuige vermeld 1461 en vermeld 1472, 44 fol. 157, Heerlijkheid Dussen, charter, LRK 283 fol. 83. 3-6-1474: Gerard Joostenz. van Wijk bij overdracht door Jan de Voogd voor Elisabeth, dochter van Nikolaas de Voogd, zijn vrouw, en Jans zuster, Heilige Geest ter Grote kerk van Dordrecht, nr. 44, 44 fol. 157. 28-5-1502: Herbaren de Jonge Reinersz. bij overdracht door Gerard Joostenz. van Wijk, Heilige Geest, nr. 102. De volgende beleningen zijn tot 1562 gelijk aan nr. 37, waarna: 24-5-1645: Arnout Jansz. Verstelt bij dode van Marieke, dochter van Arnout Joostenz., zijn moeder, die aankwam van haar vader, na verzuim, 42 fol. 35v, 44 fol. 157. 39. 2 morgen land aan de Dussen. ..-.-1507: Nikolaas Cleyen, 41 fol. 37v. 40. 9 hond land in Munsterkerk aan de Dussen (1592: binnendijks), strekkend van Jan van Wijtvliet (1568: Bernard Gerardsz.; 1639: Arnout Folpertsz.; zuid) tot de Middelt (1639: Gerard Jansz.), oost: Jan van Wijtvliet (1553: erven Hendrik Nikolaasz.; 1568: Bernard Gijsbertsz. en Pieter Jansz.; 1639: Gerard Jansz. van Waspik), zuid (1527: Jan van Wijtvliet; 1553: erven Hendrik Nikolaasz.), noord (1527: de kerk van Dussen; 1553: Christina, weduwe van Jan Pietersz.). ..-.-1467: Nikolaas van der Stairt, vermeld 1472, 44 fol. 181, LRK 283 fol. 82v. 14-1-1527: Nikolaas Nikolaasz., waarna overdracht aan Michiel Gerardsz., 41 fol. 41v. 9-7-1553: Nikolaas Michielsz. bij dode van Michiel Gerardsz., zijn vader, 41 fol. 52v. 11-3-1556: Jan Cornelisz. bij overdracht door Nikolaas Michielsz., 41 fol. 54. 13-11-1558: Zeger Gerardsz. voor Cornelis Jansz. bij dode van Jan Cornelisz., diens vader, 41 fol. 75v-76. 2-5-1568: Apollonius Jacobsz. bij overdracht door Zeger Gerardsz., wonend aan de Dussen, voor Haaske Arnoutsdr., gehuwd met Jan Zwedersz., en Cornelis Jansz. ook voor Joachim Jansz., gehuwd met Wijntje Jansdr., en Aaltje Jansdr., 41 fol. 61. 10-12-1592: Gerard Melchiorsz., 41 fol. 84v. 24-1-1639: Melchior Gerardsz., waarna overdracht aan Anton Sebastiaansz. Staal, 42 fol. 42v, 44 fol. 181. 41. Een uiterdijk in Munsterkerk, (1472: groot 1 morgen), (1598: verminderd met een plaatsje aan de westzijde, verkocht aan de heer van Dussen om een rosmolen op te zetten), (1477: zuid: de straat, noord: de Dussen).
14-5-1469: Mr. Pieter Govertsz., vermeld 1472, M fol. 159, LRK 283 fol. 82. De volgende beleningen zijn gelijk aan nr. 37 tot: 3-11-1598: Dirk Hubertsz. te Arkel, 41 fol. 71. 13-11-1608: Hubert Dirksz. te Gorinchem, 41 fol. 114v. 18-10-1610: Leendert Matthijsz. bij overdracht door Hubert Dirksz. te Gorinchem, 41 fol. 114v-115. 7-8-1622: Marieke Adriaans, 44 fol. 152. 20-11-1642: Jan Nikolaasz. Koenen voor Anneke Leendertsdr. zoals Leendert Matthijsz., haar vader, 42 fol. 34v, 44 fol. 152. Van nr. 41 is nr. 41A afgesplitst. 41A. Een stuk land, eertijds de rosmolenwerf, west: de molenwerf, waar de Dussense korenmolen op staat, oost: de uiterdijk, noord: de Dussen, zuid: de heerstraat. 22-12-1602: Adriaan Pietersz. Stael, schout aan de Dussen, voor Jacob van Brecht, ambachtsheer aan de Dussen, 42 fol. 34, 44 fol. 101.