Reglementen Limburgse Schaakbond
Seizoen 2008-2009
Inhoud
Statuten ...................................................................................3 Huishoudelijk Reglement ......................................................7 Wedstrijdreglement LiSB-Bondscompetitie .....................16 Reglement avondcompetitie LiSB .....................................34 Wedstrijdreglement KO-Competities Viertallen...............46 Wedstrijdreglement Rapidcompetities ..............................54 Reglement op de Senioren Grand Prix Cyclus. ..............67 Reglement op de persoonlijke kampioenschappen van de LiSB ..................................................................................71 Nader reglement persoonlijke jeugdkampioenschappen LiSB .......................................................................................73 Nader reglement voorronde persoonlijke jeugdkampioenschappen LiSB ..........................................79 Reglement op de Jeugd Grand Prix Cyclus. ...................82 Reglement Jeugdclubcompetitie LiSB..............................86 Reglement scholencompetitie LiSB ..................................93 Reglement Commissie van Beroep. .................................97 Club van het Jaar en Aanmoedigingsprijs .....................101 Grand Prix toernooien Senioren seizoen 2008-2009 ...104 Grand Prix toernooien Jeugd seizoen 2008-2009 .......104
2
Statuten Artikel 1 Naam-duur-zetel. De bond is genaamd “Limburgse Schaakbond”, bij afkorting Li.S.B., hierna ook aangeduid als “de Bond”. Hij is opgericht te Maastricht op 25 maart 1927 voor onbepaalde tijd en is gevestigd te Maastricht. Artikel 2 Doel en middelen. De bond stelt zich ten doel de beoefening van het schaken in de provincie Limburg te bevorderen en hieraan leiding te geven. De bond tracht dit te bereiken, door: a. het nader in contact brengen van de aangesloten verenigingen, b. het uitschrijven van competitiewedstrijden in de provincie Limburg, c. het organiseren van wedstrijden met schaakbonden of verenigingen in het buitenland gevestigd of de andere provincies van Nederland of in het verlenen van medewerking aan zodanige organisaties, d. het behulpzaam zijn bij de oprichting van schaakverenigingen in plaatsen binnen de provincie Limburg, waar nog geen bij de Bond aangesloten vereniging bestaat, e. het organiseren van simultaanséances. f. het jaarlijks doen verspelen van persoonlijke kampioenschappen, g. steunverlening aan de bij de Bond aangesloten verenigingen, die hulp nodig hebben, h.alle verdere geoorloofde middelen. Het een en ander, indien nodig of gewenst, in contact of samenwerking met de Koninklijke Nederlandse Schaakbond. De Bond beoogt niet het maken van winst. Artikel 3 Leden en lidmaatschap. De Bond wordt gevormd door in Limburg gevestigde schaakverenigingen, welke als lid tot de Bond zijn toegelaten op de wijze als in het Huishoudelijk Reglement, bij afkorting H.R., bepaald.
3
Zij kent verder: Persoonlijke leden, Ondersteunende leden, Ereleden. Als persoonlijk lid kan worden toegelaten een natuurlijk persoon, die geen lid is van een Limburgse schaakvereniging, als ook een vereniging, zelf geen schaakvereniging zijnde. Hun toelating wordt eveneens geregeld bij H.R. Ondersteunende leden zijn verenigingen of natuurlijke personen, die een jaarlijkse bijdrage betalen, vastgesteld bij H.R. Ereleden zijn natuurlijke personen, die zich jegens de Bond bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt. Zij worden op voorstel van het bestuur door een Algemene Vergadering benoemd met tenminste 2/3 der uitgebrachte geldige stemmen. Artikel 4: Het lidmaatschap van de Bond vervalt: a. voor een vereniging: a. door opzegging, b. door ontbinding, c. door royement bij besluit van een Algemene Vergadering met tenminste 2/3 der uitgebrachte geldige stemmen. b. voor een natuurlijk persoon: a. door opzegging, b. door overlijden, c. door royement op gelijke wijze als sub.a vermeld. Artikel 5 Leiding en verantwoording De leiding van de Bond berust bij een bestuur, onder toezicht van de Algemene Vergadering. Artikel 6: Het bestuur bestaat uit 7 of 9 leden; te weten, één voorzitter, en 6 of 8 leden. De wijze van verkiezing en aftreding van de bestuursleden wordt bij H.R. bepaald. Bestuursleden kunnen te allen tijde tot aftreden worden gedwongen, door de in art.7 bedoelde Algemene Vergadering.
4
Artikel 7: Onder Algemene Vergadering wordt verstaan de op de bepaalde tijd te bestemder plaats aanwezige afgevaardigden van aangesloten verenigingen. De oproep tot de vergadering moet minstens 14 dagen van te voren verzonden zijn. Het H.R. regelt het aantal stemmen, dat een afgevaardigde voor zijn vereniging uitbrengt. Artikel 8: Iedere aangesloten vereniging benoemt één afgevaardigde en één plaatsvervangend afgevaardigde. Artikel 9: Het Bondsjaar loopt van 1 september tot 31 augustus. Jaarlijks wordt de maand september een Algemene Vergadering gehouden. Op deze vergadering brengt het bestuur verslag uit over het afgelopen verenigingsjaar en geeft rekening en verantwoording van het beheer. Artikel 10: Alle besluiten worden genomen en alle benoemingen worden gedaan bij eenvoudige meerderheid van stemmen, tenzij Statuten of H.R. anders voorschrijven. Stemmingen over zaken geschieden mondeling en die over personen schriftelijk. Artikel 11: Het H.R. stelt bepalingen vast, betrekking hebbende op de inrichting en het goed functioneren van de Bond. Artikel 12: De Bond wordt door de voorzitter zowel in als buiten rechte vertegenwoordigd. Bij ontstentenis van de voorzitter wordt de Bond zowel in als buiten rechte vertegenwoordigd door de secretaris en de penningmeester tezamen.
5
Statutenwijziging en ontbinding Artikel 13: Een voorstel tot wijziging van de Statuten of een voorstel tot ontbinding kan slechts in behandeling worden genomen door een Algemene Vergadering, wanneer daarin minstens 3/4 der aangesloten verenigingen door afgevaardigden zijn vertegenwoordigd. Is dit aantal niet bereikt op het ogenblik, dat het voorstel aan de orde komt, dan wordt het van de agenda afgevoerd en wordt speciaal voor dit voorstel een afzonderlijke Algemene Vergadering opgeroepen, uiterlijk 3 weken na de eerste vergadering. Voor de tweede vergadering moet een nieuwe oproep worden gezonden. In deze tweede vergadering wordt het voorstel in behandeling genomen en kan een rechtsgeldig besluit worden genomen, ongeacht het aantal vertegenwoordigde verenigingen. Artikel 14: Een voorstel bedoeld als in art.13 kan slechts aangenomen worden met minstens 2/3 der uitgebrachte stemmen. Artikel 15: Een voorstel tot ontbinding moet tevens bepalingen bevatten omtrent hetgeen zal geschieden met de bezittingen van de Bond. Artikel16: Door deze Statuten vervallen de eerder vastgestelde. Aldus vastgesteld in de Algemene Vergadering, gehouden te Sittard op 29 september 1979
6
Huishoudelijk Reglement Artikel 1 1. Bestuursleden worden door de Algemene Vergadering gekozen uit de leden der aangesloten verenigingen. 2. De Voorzitter wordt als zodanig afzonderlijk gekozen. De overige bestuursfuncties worden door het bestuur zelf onder zijn leden verdeeld. 3. Indien bij de eerste stemming voor een voorzitter of een of meer andere bestuursleden geen volstrekte meerderheid behaald wordt, heeft een herstemming plaats tussen hen, die de hoogste aantallen stemmen verkregen. Het aantal personen, dat voor herstemming in aanmerking komt, bedraagt het tweevoud van het aantal beschikbare plaatsen. Bij drie of meer personen met een gelijk aantal stemmen wordt geloot, wie voor herstemming in aanmerking komt. 4. In de jaarlijkse Algemene Vergadering treden de voorzitter en de helft der bestuursleden af; deze laatsten volgens rooster bij loting opgemaakt. 5. Aftredende bestuursleden zijn terstond herkiesbaar. 6. Wordt een bestuurslid vervangen door een ander, dan neemt deze in het rooster van aftreding de plaats in van het vervangen lid. 7. Bij tussentijds aftreden of overlijden van een bestuurslid, wordt door de overige bestuursleden één hunner aangewezen om de functie van het afgetreden of overleden 1id over te nemen. Artikel 2 1. Functies, waarmede in ieder geval een bestuurslid moet worden belast, zijn die van: a. Secretaris, b. penningmeester, c. competitieleider, d. jeugdleider, e. propagandist. 2. Verder wijst het bestuur een van zijn leden aan als plaatsvervangend voorzitter, die het voorzitterschap ook waarneemt in geval van tussentijds aftreden of overlijden van
7
de voorzitter, zulks tot de eerstvolgende Algemene Vergadering, die een nieuwe voorzitter kiest. Artikel 3 De taak van het bestuur is in het algemeen datgene te doen, wat verwacht mag worden, opdat de Bond haar taak als leidinggevend lichaam kan vervullen. Het zorgt verder in het bijzonder voor het uitvoeren of doen uitvoeren van de door de Algemene Vergadering genomen besluiten en houdt toezicht op het nakomen door de verenigingen van de op deze rustende verplichtingen. Artikel 4 Het bestuur vergadert zo dikwijls de voorzitter dit nodig acht, of minstens twee andere bestuursleden de wens daartoe aan de voorzitter te kennen hebben gegeven; in het laatste geval uiterlijk één week na ontvangst der kennisgeving. Alle vergaderingen worden bij voorkeur gehouden op een in onderling overleg vastgestelde plaats, dag van de week en aanvangsuur. Artikel 5 1. Geen besluiten kunnen worden genomen, wanneer niet minstens 4 bestuursleden aanwezig zijn. In de vergadering heeft ieder bestuurslid een stem. 2. Bij mondelinge stemming brengt de voorzitter zijn stem het laatste uit. Staken dan de stemmen, dan geeft zijn stem de beslissing. Artikel 6 Voorzitter 1. De voorzitter leidt alle Algemene en Bestuursvergaderingen. 2. Hij heeft het recht alleen de officiële afgevaardigden, zoals vermeld in art.8 van de statuten spreektijd te geven. Voorts heeft hij het recht bij discussies een beperkte spreekduur vast te stellen, een spreker er op te attenderen, wanneer deze buiten de orde gaat en bij herhaling door dezelfde spreker, deze het woord te ontnemen.
8
3. Hij heeft het recht de discussies te onderbreken om een voorstel van orde in te dienen. Over dit voorstel wordt onmiddellijk gestemd, zonder dat hierover discussie wordt toegelaten. 4. Hij heeft steeds het recht op inzage van stukken en bescheiden, welke de Bond betreffen. Samen met de betrokken bestuursleden ondertekent hij, na goedkeuring door de vergadering, de notulen en de jaarverslagen. Artikel 7 Secretaris 1. De secretaris voert de briefwisseling. Hij houdt van de uitgaande stukken een afschrift. 2. Hij schrijft de vergaderingen uit, maakt de notulen der vergaderingen en brengt op de jaarlijkse Algemene Vergadering schriftelijk verslag uit omtrent de toestand van de Bond. 3. Hij is tevens belast met de zorg voor het archief. 4. Hij beheert het ledenbestand van de Bond aan de hand van de maandelijkse afschriften uit de centrale ledenadministratie van de K.N.S.B. Artikel 8 Penningmeester 1. De penningmeester beheert de geldmiddelen. Op de jaarlijkse Algemene Vergadering brengt hij schriftelijk verslag uit omtrent de financiële toestand van de Bond en over de gang van zaken in het afgelopen jaar. 2. Voorts dient hij bij de jaarlijkse Algemene Vergadering een door het bestuur opgestelde begroting voor het komende Bondsjaar aan te bieden. 3. Voor geldelijke nadelen, ontstaan door zijn onachtzaamheid of nalatigheid, is de Penningmeester persoonlijk aansprakelijk. 4. De Boeken en bescheiden worden jaarlijks vóór de Algemene Vergadering gecontroleerd en "voor gezien" getekend door een commissie. 5. Voor de samenstelling van deze commissie worden in de voorafgaande Algemene Vergadering twee verenigingen benoemd. Deze wijzen elk een hunner leden aan als lid
9
6.
7. 8. 9. 10. 11.
12.
van deze commissie om voor de Algemene Vergadering de controle uit te oefenen. De commissie brengt omtrent haar onderzoek schriftelijk rapport uit aan de voorzitter. Deze brengt dit rapport ter kennis van de Algemene Vergadering. Goedkeuring van dit verslag door de Algemene Vergadering geldt voor de Penningmeester als volledige decharge voor het door hem gevoerde beheer. Het verslag van de controlecommissie kan worden vervangen door een accountantsrapport. Bij tussentijds aftreden of overlijden van de penningmeester heeft controle plaats door het bestuur. De commissie stelt tussentijds een controle in, wanneer het bestuur dit wenst. Een controle kan ook worden uitgeoefend door twee bestuursleden na machtiging van de voorzitter. De Penningmeester is verplicht alle boeken en bescheiden voor een reglementaire controle ter beschikking te stellen aan degenen, die met de controle zijn belast. De Penningmeester zendt aan de aangesloten verenigingen contributienota’s, volgens de regels vastgesteld door de Algemene Vergadering. De Penningmeester zorgt voor inning van de bijdrage van persoonlijke en ondersteunende leden.
Artikel 9 Competitieleider De competitieleider is belast met de regeling van de competitiewedstrijden van de Bond en al wat daarbij gerekend wordt te behoren. Hij oefent toezicht uit op de juiste naleving van de bepalingen van het wedstrijdreglement en brengt in de jaarlijkse Algemene Vergadering verslag uit. Artikel 10 Jeugdleider De jeugdleider is belast met de regeling van jeugdwedstrijden, waaronder bijvoorbeeld schoolschaakwedstrijden en wedstrijden voor het jeugdkampioenschap vallen. Hij brengt hierover verslag uit aan de jaarlijkse Algemene Vergadering.
10
Artikel 11 Propagandist De propagandist is belast met het doen verzorgen van publicaties in pers en eigen orgaan van de LiSB.. Tevens is hij belast met het stimuleren van ledenwerfacties en het begeleiden van nieuwe verenigingen. Hij brengt over zijn activiteiten verslag uit aan de Algemene Vergadering. Artikel 12 Leden 1. Iedere vereniging, die wenst toe te treden als lid. geeft zich op bij secretaris onder overlegging van de ledenlijst, waarna het bestuur beslist over de toelating. 2. Tegen niet-toelating staat schriftelijk beroep open bij de Algemene Vergadering, hetgeen door de secretaris met de afwijzing aan de desbetreffende vereniging wordt medegedeeld. Artikel 13 Persoonlijke en ondersteunende leden 1. Het bestuur beslist over toelating van persoonlijke en ondersteunende leden. 2. Deze hebben het recht Algemene Vergaderingen als toehoorder bij te wonen, respectievelijk zich daar te doen vertegenwoordigen. Zij kunnen in de vergadering vragen stellen, doch niet deelnemen aan de discussies, noch aan stemmingen. 3. Natuurlijke personen kunnen bovendien deelnemen aan wedstrijden, bedoeld in art. 2 van de Statuten, sub. c,e,f. 4. Persoonlijke leden betalen een jaarlijkse contributie, welke gelijk is aan die van persoonlijke leden van de K.N.S.B. 5. Ondersteunende leden betalen een jaarlijkse bijdrage van minstens €10. Artikel 14 Onderscheidingen 1. De LiSB kent de volgende onderscheidingen: a. Erevoorzitter b. Erelid c. Lid van verdienste
11
2. De onderscheiding erevoorzitter kan worden toegekend aan een oud-voorzitter van de LiSB die zich gedurende een lange reeks van jaren in die functie buitengewoon verdienstelijk heeft gemaakt voor het schaken in de provincie Limburg. De onderscheiding bestaat uit een legpenning en oorkonde. 3. De onderscheiding erelid kan worden toegekend aan (bestuurs-)leden van de LiSB die zich gedurende een zeer lange periode buitengewoon verdienstelijk hebben gemaakt voor het schaken in de provincie Limburg. De onderscheiding bestaat uit een erespeld en oorkonde. 4. De onderscheiding lid van verdienste kan worden toegekend aan (bestuurs-)leden van de LiSB die zich verdienstelijk hebben gemaakt voor het schaken in (een bepaald deel van) Limburg. De onderscheiding bestaat uit een oorkonde. 5. De onderscheidingen erevoorzitter en erelid worden toegekend door de Vertrouwenscommissie Benoemingen, benoemd door het bestuur van de LiSB, bestaande uit: a. de voorzitter van de LiSB; b. een lid van een bij de LiSB aangesloten vereniging uit Noord-Limburg; c. een lid van een bij de LiSB aangesloten vereniging uit Midden-Limburg; d. een lid van een bij de LiSB aangesloten vereniging uit Zuid-Limburg; e. een erevoorzitter, erelid of lid van verdienste. 6. De onderscheiding lid van verdienste wordt toegekend door het bestuur van de LiSB. 7. Een bij de LiSB aangesloten vereniging kan een schriftelijk verzoek tot toekenning van een onderscheiding voor een eigen lid indienen. Dit verzoek dient, voorzien van een deugdelijke motivering en ondertekend door tenminste vijf leden, gericht te worden aan de voorzitter van de LiSB.
12
Artikel 15 1. De aangesloten verenigingen zijn verplicht hun leden te registreren bij de centrale ledenadministratie van de KNSB. Wijzigingen moeten maandelijks worden opgegeven. 2. De door de aangesloten verenigingen te betalen jaarlijkse contributie wordt voor elk Bondsjaar op basis van een door de Algemene Vergadering bepaald bedrag per verenigingslid vastgesteld. Genoemde bedrag mag afhankelijk zijn van de leeftijd van een verenigingslid mits maand en jaar van geboorte in de centrale ledenadministratie is vastgelegd. 3. De door de aangesloten verenigingen te betalen contributie wordt (achteraf) per kwartaal vastgesteld aan de hand van het gemiddelde ledental in de maanden van dat kwartaal. 4. De contributienota’s worden door de penningmeester per kwartaal verzonden. 5. De uiterste vervaldatum van de contributienota is de eerste dag van de tweede maand volgend op de maand van verzending. Na het vervallen van deze data wordt over de openstaande bedragen 1% rente per maand of gedeelte van een maand in rekening gebracht. 6. Verenigingsleden die binnen een halfjaar na afmelding weer op de ledenlijst van dezelfde vereniging voorkomen worden geacht onafgebroken lid van die vereniging te zijn geweest. Voor die leden wordt de verschuldigde contributie achteraf bij afzonderlijke nota geheven. Deze nota’s dienen binnen een maand na ontvangst te zijn voldaan. Artikel 16 Vergaderingen en stemrecht 1. Behalve de gewone jaarlijkse Algemene Vergadering kunnen door het bestuur buitengewone algemene vergaderingen worden uitgeschreven, zo dikwijls het dit nodig acht. 2. Het is daartoe verplicht binnen een maand na ontvangst van een met redenen omkleed verzoek ingediend door 3 of meer verenigingen. Deze vergadering moet worden be-
13
3. 4.
5.
6.
legd uiterlijk één maand nadat dit verzoek is ingediend. Heeft het bestuur drie weken na indiening van het verzoek de vergadering nog niet uitgeschreven, dan hebben de verzoekende verenigingen het recht zelf de vergadering uit te schrijven, in welke vergadering rechtsgeldige besluiten kunnen worden genomen, ongeacht het aantal vertegenwoordigde verenigingen, mits niet in strijd met de bepalingen van de statuten of van dit reglement. Bij afwezigheid van de voorzitter wordt deze vergadering geleid door een door de uitschrijvende verenigingen aan te wijzen afgevaardigde. Alle algemene vergaderingen worden zoveel mogelijk belegd op een zaterdag; de buitengewone zoveel mogelijk op een uur en ter plaatse als meestal gebruikelijk voor de gewone jaarlijkse algemene vergaderingen, zulks ter beoordeling van de uitschrijver(s). In een Algemene Vergadering worden de aangesloten verenigingen vertegenwoordigd door een hunner leden als gemachtigde volgens art.8.der statuten. Deze brengt voor zijn vereniging stemmen uit, welk aantal afhangt van het aantal leden van zijn vereniging op de eerste van de maand, voorafgaande aan de maand waarin de vergadering wordt gehouden, overeenkomstig de opgave bedoeld in art.15 en wel a. voor één t/m 15 leden: twee stemmen en b. verder voor elke tien leden en restant boven de vijf leden nog één stem. De algemene vergaderingen zijn openbaar.
Artikel 17 Commissies Het bestuur is bevoegd voor bepaalde doeleinden en/of voor bepaalde tijd commissies aan te wijzen uit de leden. Artikel 18 Kostenvergoeding Alle kosten, welke iemand noodzakelijkerwijs heeft te maken voor het behoorlijk uitvoeren van een reglementair op hem rustende taak, komen ten laste van de Bond.
14
Artikel 19 vervallen Artikel 20 Organiseren van wedstrijden en toernooien De verenigingen mogen wedstrijden, toernooien e.d. slechts organiseren na verkregen toestemming van het bestuur. Hetzelfde geldt voor samenwerking met niet-aangesloten verenigingen. Artikel 21 Onvoorziene gevallen In gevallen, waarin dit reglement niet voorziet, of voor meervoudige uitleg vatbaar is, beslist het bestuur. Op de beslissingen van het bestuur is beroep mogelijk op de Algemene Vergadering. Artikel 22 Reglementswijziging Dit reglement kan slechts gewijzigd worden door een Algemene Vergadering met tenminste 2/3 der uitgebrachte geldige stemmen, zonder dat hiervoor een bepaald aantal verenigingen vertegenwoordigd behoeft te zijn. Artikel 23 Slotbepaling Door dit reglement vervallen alle eerder vastgestelde. Aldus vastgesteld in de Algemene Vergadering, gehouden te Sittard op 14 april 1984 en laatstelijk gewijzigd op 20 september 2008.
15
Wedstrijdreglement LiSB-Bondscompetitie Hoofdstuk 1. Algemeen Artikel 1. Wedstrijdreglement 1. Alle wedstrijden die door of met medewerking van de Limburgse Schaakbond worden georganiseerd in het kader van de LiSB-Bondscompetitie, zijn onderworpen aan de bepalingen van dit Wedstrijdreglement. 2. Een exemplaar van het Wedstrijdreglement dient bij alle wedstrijden van de LiSB-Bondscompetitie aanwezig te zijn. Artikel 1a Onder rating wordt in dit reglement verstaan de KNSB-rating Artikel 2. Spelregels 1. Tenzij dit reglement anders bepaalt, worden partijen in de LiSB-Bondscompetitie gespeeld volgens de FIDE Regels voor het Schaakspel, zoals deze zijn vastgelegd in de laatste uitgave van de KNSB. 2. Een exemplaar van de FIDE Regels voor het Schaakspel dient bij alle wedstrijden van de LiSB-Bondscompetitie aanwezig te zijn. Artikel 3. Competitieleider 1. De algehele leiding van de LiSB-Bondscompetitie berust bij de Competitieleider van de LiSB. Hij is belast met de uitvoering en de handhaving van het Wedstrijdreglement en het beslissen in alle geschillen en onvoorziene gevallen, welke zich ter zake mogen voordoen. 2. De Competitieleider heeft het recht om aanvullende bepalingen voor te schrijven, indien omstandigheden hiertoe aanleiding geven. 3. Bij ontstentenis van de Competitieleider wordt zijn functie waargenomen door een door het Bestuur van de LiSB aan te wijzen plaatsvervanger.
16
Artikel 4. Beroep 1. Tegen beslissingen van de Competitieleider staat binnen 14 dagen nadat zij ter kennis van de betrokken vereniging zijn gebracht, beroep open bij de Commissie van Beroep van de LiSB. 2. Een beroep moet schriftelijk en met redenen omkleed worden ingediend bij de Secretaris van de LiSB. Gelijktijdig dient een afschrift te worden toegezonden aan de Competitieleider en, voor zover van toepassing, aan de bij het beroep rechtstreeks betrokken andere vereniging(en). Het beroepschrift dient vergezeld te gaan van een bedrag ter grootte van € 50. Dit bedrag wordt terugbetaald indien het beroep gegrond wordt verklaard. Artikel 5. Wijzigingen in het Wedstrijdreglement 1. Wijzigingen in dit Wedstrijdreglement worden door de Algemene Vergadering vastgesteld met eenvoudige meerderheid van stemmen. 2. Door de vaststelling van dit Wedstrijdreglement vervallen eerder vastgestelde. Hoofdstuk 2. Deelname aan de LiSB-Bondscompetitie Artikel 6. Aanmelding van teams 1. Verenigingen zijn verplicht vóór een jaarlijks door het Bestuur vast te stellen datum de volgende gegevens te verstrekken: a. Het aantal teams dat aan de LiSBBondscompetitie gaat deelnemen; b. Naam, adres en telefoonnummer van de Teamleider van elk team; 2. Aanmelding voor deelname aan de LiSB-Bondscompetitie dient schriftelijk te geschieden bij de Competitieleider. 3. Deelnemende teams van dezelfde vereniging worden genummerd naar speelsterkte: het laagste nummer voor het sterkste team. Indien een vereniging ook deelneemt
17
aan de KNSB-competitie, is het nummer van het sterkste team in de LiSB-Bondscompetitie één hoger dan dat van het hoogst genummerde team in de KNSB-competitie. 4. Teams van verenigingen die gedurende meer dan 6 maanden de contributie niet hebben voldaan, kunnen van deelname aan de LiSB-Bondscompetitie worden uitgesloten. 5. Voor elk team is een jaarlijks door het Bestuur vast te stellen inschrijfgeld verschuldigd. Artikel 7. Teamopstellingen 1. Verenigingen zijn verplicht vóór een jaarlijks door het Bestuur vast te stellen datum de namen van de spelers van de deelnemende teams aan de Competitieleider te verstrekken. 2. Indien een vereniging meerdere teams in de KNSB of LiSB-Bondscompetitie heeft, dan dienen lager genummerde teams een hogere gemiddelde rating van de opgegeven spelers te hebben dan hoger genummerde teams Artikel 8. Terugtrekking van teams 1. Als een voor de LiSB-Bondscompetitie aangemeld team na de in artikel 6 lid 1 bedoelde datum uit de competitie wordt teruggetrokken, wordt aan de betrokken vereniging een boete van 40 Euro opgelegd. 2. Door een teruggetrokken team reeds gespeelde wedstrijden worden geannuleerd. Hoofdstuk 3. Speelschema, Klassen en Afdelingen Artikel 9. Speelschema 1. De Competitieleider stelt jaarlijks een programma op voor het spelen van de wedstrijden. 2. De wedstrijden worden zoveel mogelijk vastgesteld op zondagen direct volgend op de voor de KNSB-competitie vastgestelde zaterdagen.
18
3. Voor beslissingswedstrijden en/of bijzondere gevallen stelt de Competitieleider plaats, datum en aanvangstijdstip vast. 4. Verenigingen zijn verplicht zich aan het wedstrijdprogramma te houden. Artikel 10. Slotronde 1. Het Bestuur kan besluiten dat voor één of meer klassen de laatste ronde geheel of gedeeltelijk gezamenlijk gespeeld dient te worden. 2. De betrokken teams zijn in geval van een gezamenlijke slotronde verplicht op de door het Bestuur aan te wijzen plaats te spelen. Artikel 11. Klassen 1. De LiSB-Bondscompetitie is als volgt ingedeeld: a. Promotieklasse, bestaande uit 8 teams; b. 1e klasse, bestaande uit 16 teams, verdeeld over twee afdelingen van elk 8 teams; c. 2e klasse, bestaande uit 16 teams, verdeeld over twee afdelingen van elk 8 teams; d. 3e klasse, bestaande uit de resterende aan de competitie deelnemende teams, verdeeld over afdelingen van maximaal 10 teams. Deze teams worden zodanig ingedeeld, dat zij minimaal 6 en maximaal 9 wedstrijden spelen. 2. In de 2e en 3e klasse wordt alleen dan gespeeld als voor deze klassen minimaal 4 teams zijn aangemeld. Artikel 12. Indeling in klassen 1. De indeling in klassen wordt gebaseerd op de resultaten van de laatst gespeelde Bondscompetitie, met inachtneming van de toen geldende promotie-/degradatieregeling. 2. Nieuwe teams worden ingedeeld in de 3e klasse. 3. Teams die uit de KNSB-competitie zijn gedegradeerd, worden ingedeeld in de Promotieklasse. Met degradatie wordt hierbij bedoeld dat de teams ook daadwerkelijk ge-
19
speeld hebben en op basis van hun resultaten teruggezet worden naar de LiSB-Bondscompetitie. Wanneer een team voortijdig teruggetrokken wordt uit de KNSBcompetitie, wordt het geacht opgehouden te hebben bestaan. Artikel 13. Verdeling over afdelingen 1. Bij klassen, die in afdelingen gesplitst zijn, worden de afdelingen geacht van gelijke speelsterkte te zijn. 2. Bij klassen, die in afdelingen gesplitst zijn, worden de teams zoveel mogelijk regionaal ingedeeld. 3. In afdelingen van dezelfde klasse worden ten hoogste 2 teams van dezelfde vereniging ingedeeld, behoudens indien zulks naar oordeel van de Competitieleider een extreme inbreuk betekent op de regionaliteit, of wanneer vanwege een te gering aantal afdelingen in deze klasse zulks niet mogelijk is. 4. Wanneer meerdere teams van één vereniging in dezelfde afdeling zijn ingedeeld, worden de onderlinge wedstrijd(en) van deze teams in de eerste en zonodig in de meteen daarop volgende ronde(n) gespeeld. 5. Lid 4 geldt tevens voor de Promotieklasse. Hoofdstuk 4. Teams, Teamleiders, Spelers Artikel 14. Aantal spelers per team 1. In de Promotieklasse bestaat een team voor het spelen van wedstrijden uit 8 spelers. 2. In de 1e klasse bestaat een team voor het spelen van wedstrijden uit 8 spelers. 3. In de 2e klasse bestaat een team voor het spelen van wedstrijden uit 6 spelers. 4. In de 3e klasse bestaat een team voor het spelen van wedstrijden uit 4 spelers. Artikel 15. Teamleider 1. Voor elk team benoemt de desbetreffende vereniging een leider, Teamleider genaamd.
20
2. Ten aanzien van wedstrijden in de LiSB-Bondscompetitie wordt de Teamleider geacht namens zijn team en/of vereniging te handelen in alles de wedstrijden van het team betreffende. Artikel 16. Spelers 1. Als speler in de LiSB-Bondscompetitie mag uitkomen ieder lid van de vereniging, dat op de wedstrijddatum als zodanig staat vermeld op de laatst verschenen ledenlijst van de ledenadministratie van de KNSB, alsmede personen waarvan de vereniging kan aantonen, dat zij bij de LiSB-Ledenadministratie 7 dagen voor de speeldatum als lid zijn aangemeld. Aanmelding dient te geschieden via de beschikbare formulieren (post, per email of digitaal via de website van de LiSB). 2. Een speler mag in de KNSB- en LiSB-Bondscompetitie slechts spelen voor één vereniging. Artikel 17. Speelgerechtigdheid Onverminderd het bepaalde in artikel 16 mag voor een team niet uitkomen de speler die: a. Is opgegeven voor een team uitkomende in de KNSBcompetitie; of b. Conform artikel 7 is opgegeven voor een lager genummerd team in de LiSB-bondscompetitie; of c. Meer dan drie maal heeft gespeeld voor een lager genummerd team in de LiSB-Bondscompetitie of in de KNSB-competitie; of d. In een overeenkomende ronde heeft gespeeld voor een ander team in de LiSB-Bondscompetitie of in de KNSBcompetitie. Onder overeenkomende ronde worden verstaan wedstrijden die maximaal 9 dagen vóór de betreffende wedstrijd zijn gepland.
21
Artikel 18. Verplicht spelen van opgegeven spelers 1. Spelers die conform artikel 7 zijn opgegeven voor een team uitkomende in de Promotieklasse of in de 1e klasse, moeten minimaal tweemaal in dit team of in een lager genummerd team in de LiSB-Bondscompetitie of in de KNSB-competitie spelen. Overtreding van deze bepaling wordt bestraft met het in mindering brengen van twee matchpunten per speler. 2. Indien naar genoegen van de Competitieleider overmacht is aangetond, kunnen in de ingediende opstelling maximaal twee spelers vervangen worden door spelers die niet of in een hoger genummerd team waren opgesteld. Deze vervanging dient te geschieden vóór de derde ronde. 3. Wanneer een speler vervangen wordt door een speler uit een hoger genummerd team, dient tevens voor dat hoger genummerde team een vervanger opgegeven te worden. 4. Spelers die overeenkomstig het tweede lid zijn vervangen zijn voor de resterende ronden niet speelgerechtigd in een hoger genummerd team dan dat waarvoor zijn oorspronkelijk waren opgegeven. Artikel 19. Niet speelgerechtigde spelers 1. Het meespelen van een niet speelgerechtigde speler heeft verlies van de door hem gespeelde partij tot gevolg. 2. Indien een speler niet speelgerechtigd was op basis van artikel 16 lid 1, wordt aan de vereniging van deze speler tevens een boete opgelegd van 20 Euro. Hoofdstuk 5. Wedstrijden Artikel 20. Wedstrijdlokatie 1. Met uitzondering van een gezamenlijke slotronde worden wedstrijden in de LiSB-Bondscompetitie in het clublokaal van de thuisspelende vereniging gespeeld, zoals vermeld in het LiSB-jaarboek.
22
2. De thuisspelende vereniging mag een andere locatie voor een wedstrijd aanwijzen. Behoudens bijzondere omstandigheden dient een wijziging van locatie minimaal 10 dagen vóór de geplande wedstrijddatum medegedeeld te worden aan de Teamleider van het bezoekende team, alsmede aan de Competitieleider. 3. Bij wedstrijden is het niet toegestaan in de speelzaal te roken. Artikel 21. Toegang tot de wedstrijden 1. Wedstrijden in de LiSB-Bondscompetitie zijn voor iedereen toegankelijk. 2. Aan personen, die conform artikel 13.7 van de FIDE Regels voor het Schaakspel bij een eerdere gelegenheid in het kader van de LiSB-Bondscompetitie uit de speelzaal verwijderd zijn, kan door de Competitieleider de toegang tot wedstrijden in de LiSB-Bondscompetitie worden ontzegd. Artikel 22. Aanvang van de wedstrijden 1. De wedstrijden beginnen om 13:00 uur. Wedstrijden die op een doordeweekse avond gespeeld worden, beginnen om 20:00 uur 2. In onderling overleg en na verkregen toestemming van de Competitieleider, kunnen wedstrijden op een ander tijdstip beginnen. 3. Op het vastgestelde aanvangstijdstip worden de klokken van de witspelers aangezet. 4. Indien door nalatigheid van de thuisspelende vereniging de wedstrijd niet op het vastgestelde tijdstip kan beginnen, wordt de verloren gegane tijd bij het feitelijke begin, in mindering gebracht op de speeltijd van de spelers van de thuisspelende vereniging. Artikel 23. Verschuiven van (individuele) wedstrijden 1. Behoudens het hierna bepaalde moeten alle partijen van een wedstrijd gelijktijdig worden gespeeld.
23
2. Individuele partijen kunnen in onderling overleg worden vooruitgespeeld. Hiervan moet mededeling worden gedaan aan de Competitieleider. Het maximale aantal vooruit te spelen individuele partijen is de helft van het totale aantal partijen minus één. 3. Uitstellen van individuele partijen is niet toegestaan. 4. Vooruitspelen van een totale wedstrijd is toegestaan bij onderlinge overeenstemming en na verkregen toestemming van de Competitieleider. 5. Uitstellen van een totale wedstrijd is niet toegestaan, tenzij naar oordeel van de Competitieleider sprake is van buitengewone omstandigheden. Artikel 24. Niet of te laat verschijnen 1. Indien een speler één uur na het vastgestelde aanvangstijdstip niet aan het bord aanwezig is, is de partij beëindigd en voor hem reglementair verloren. Indien beide spelers niet aanwezig zijn, wordt uitslag van de partij reglementair op 0-0 gesteld. 2. Een team dat niet volledig opkomt wordt overeenkomstig de navolgende tabel gesanctioneerd: a. Bij 4-tallen i. 0 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 20 boete; ii. 1 speler aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 10 boete; iii. 2 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 5 boete; iv. 3-4 spelers aanwezig: geen sanctie: b. Bij 6-tallen i. 0 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 30 boete; ii. 1 speler aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 20 boete; iii. 2 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 10 boete;
24
iv. 3 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 5 boete. v. 4-6 spelers aanwezig: geen sanctie c. Bij 8-tallen i. 0 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 40 boete; ii. 1 speler aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 30 boete; iii. 2 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 20 boete; iv. 3 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 10 boete. v. 4 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 5 boete vi. 5-8 spelers aanwezig: geen sanctie 3. Voor de bepaling of het vereiste aantal spelers is opgekomen, worden overeenkomstig artikel 23 lid 2 vooruitgespeelde partijen meegeteld. 4. Een partij wordt geacht te zijn gespeeld indien de speler a. Een zet heeft gedaan; of b. Geen zet heeft kunnen doen om geen andere reden dan dat zijn (beoogde) tegenstander geen zet heeft gedaan dan wel de partij na de eerste zet heeft opgegeven. Artikel 25. Wedstrijdleiding 1. De leiding over een wedstrijd berust bij de Wedstrijdleider. 2. De Competitieleider kan een Wedstrijdleider benoemen. Indien de Competitieleider geen Wedstrijdleider benoemt, kan de thuisspelende vereniging een Wedstrijdleider benoemen. Indien noch de Competitieleider noch de thuisspelende vereniging een Wedstrijdleider benoemt, is de Teamleider van het thuisspelende team Wedstrijdleider. 3. De Wedstrijdleider kan Assistenten benoemen. Assistenten hebben dezelfde rechten en plichten als de Wedstrijd-
25
leider. De Wedstrijdleider kan beslissingen van zijn Assistenten herroepen. 4. Wanneer de Wedstrijdleider of een Assistent deelneemt aan een wedstrijd waarover hij de leiding heeft of aan enige andere wedstrijd, hebben zijn plichten als Wedstrijdleider of Assistent voorrang boven zijn plichten als speler. 5. Spelers en toeschouwers zijn verplicht aanwijzingen van de Wedstrijdleider of een Assistent op te volgen. Artikel 26. Opstellingen 1. Voor aanvang van de wedstrijd overhandigen de Teamleiders de opstellingen van hun teams gelijktijdig aan de Wedstrijdleider. 2. Wanneer een team niet compleet is bij aanvang van de wedstrijd, dient de teamleider van het incomplete team dit vóór het uitwisselen van de teamopstellingen aan de teamleider van het andere team te melden, waarbij hij tevens moet opgeven op welk(e) bord(en) geen speler wordt opgesteld.. 3. Wanneer beide teams niet compleet zijn, worden de opstellingen als bedoeld in het tweede lid zodanig gewijzigd dat de borden waar geen speler wordt opgesteld met elkaar overeenkomen. 4. Indien één der opgegeven spelers niet verschijnt, is het toegestaan dat een vervanger wordt ingezet, echter nooit meer dan één speler per team. 5. De opgegeven opstelling is in principe bindend vanaf het moment van overhandiging aan de wedstrijdleider. Behoudens het bepaalde in het derde en vierde lid mogen wijzigingen of verschuivingen vanaf dat moment slechts plaatsvinden onder volledige en uitdrukkelijke akkoordbevinding van beide teamleiders.
26
Artikel 27. Kleurverdeling 1. Het bezoekende team heeft wit aan de oneven genummerde borden. Het ontvangende team heeft wit aan de even genummerde borden. 2. Bij het afzonderlijk vooruitspelen van partijen geldt, tenzij specifiek is overeengekomen dat op een bepaald bord wordt vooruitgespeeld, dat de eerste vooruit gespeelde partij gespeeld wordt aan een oneven genummerd bord, de tweede aan een even genummerd bord, etc. 3. De wedstrijdleider controleert of de kleurverdeling juist is uitgevoerd. Artikel 28. Speeltijd, Speeltempo 1. De totale speeltijd die niet onderbroken mag worden bedraagt: a. 6 uur bij wedstrijden in de Promotieklasse en 1e klasse met als aanvangstijdstip 13:00 uur; b. 4 uur bij wedstrijden in de 2e klasse en 3e klasse met als aanvangstijdstip 13:00 uur; c. 4 uur bij wedstrijden met als aanvangstijdstip 20:00 uur. 2. Het speeltempo bedraagt: a. 40 zetten in twee uur en daarna één uur voor de rest van de partij bij partijen in de Promotieklasse en 1e klasse die om 13:00 uur beginnen; b. 40 zetten in 1¾ uur en daarna één kwartier voor de rest van de partij bij partijen in de 2e klasse en 3e klasse, die om 13:00 uur beginnen; c. 40 zetten in 1¾ uur en daarna één kwartier voor de rest van de partij bij partijen die om 20:00 uur beginnen. 3. Indien conform Artikel 22 lid 2 een ander aanvangstijdstip gekozen is, geldt in principe het speeltempo dat behoort bij de betreffende klasse en het oorspronkelijke aanvangstijdstip. In onderling overleg en na verkregen toestemming van de Competitieleider, kunnen beide Teamleiders hiervan afwijken.
27
4. Het terugzetten van de klok na de tijdcontrole kan door de spelers zelf in onderling overleg geschieden. Indien één der spelers dit wenst, wordt deze handeling door de Wedstrijdleider verricht. Artikel 29. Mobiele telefoons 1. Mobiele telefoons moeten worden uitgeschakeld. Ook een trilstand is niet toegestaan. 2. Als tijdens de wedstrijd een mobiele telefoon afgaat, verklaart de wedstrijdleider de partij verloren voor de speler van wie de betreffende mobiele telefoon is. Artikel 30. Noteren 1. Conform de FIDE Regels voor het Schaakspel is iedere speler verplicht tijdens de partij zijn zetten en die van zijn tegenstander te noteren. 2. Indien een speler om lichamelijke of godsdienstige redenen niet kan noteren, dan wordt aan het begin van de partij zijn bedenktijd verminderd met 10 minuten. 3. De Teamleider van een speler die niet kan noteren, dient dit voor aanvang van de wedstrijd mee te delen aan de Teamleider van de tegenstander en aan de Wedstrijdleider. 4. De Wedstrijdleider dient er op toe te zien dat de bedenktijd van de speler die niet kan noteren, overeenkomstig sub b wordt verminderd. Artikel 31. Geschillen, Protesten 1. Wanneer tijdens het spelen van een partij geschillen ontstaan tussen beide spelers, dan dienen dezen de zaak onmiddellijk voor te leggen aan de Wedstrijdleider. Beide spelers kunnen hun Teamleider verzoeken hen hierbij van advies te dienen. 2. De Wedstrijdleider neemt een beslissing in elk geschil, dat tijdens de wedstrijd optreedt. 3. Tegen een beslissing van de Wedstrijdleider kan protest worden aangetekend bij de Competitieleider. Hiertoe dient op het wedstrijdformulier kort te worden beschreven wat
28
het geschil is, welke beslissing de Wedstrijdleider hierin genomen heeft en waartegen protest aangetekend wordt. Beide Teamleiders en de Wedstrijdleider dienen het protest voor gezien te paraferen. 4. Een protest moet nader toegelicht worden middels een apart schrijven aan de Competitieleider. Dit schrijven dient uiterlijk 10 dagen na het spelen van de wedstrijd bij de Competitieleider binnen te zijn. 5. De Competitieleider neemt binnen 14 dagen na ontvangst van alle relevante informatie een beslissing ten aanzien van een ingediend protest. 6. Behoudens zeer uitzonderlijke omstandigheden, zulks ter beoordeling van de Competitieleider, worden geen protesten in behandeling genomen die niet op het wedstrijdformulier staan vermeld of die niet voor gezien zijn geparafeerd. Hoofdstuk 6. Wedstrijdresultaten Artikel 32. Resultaat individuele partijen, Teamresultaat 1. Geeft één van de spelers zijn partij verloren of wordt remise door hem aangeboden of geaccepteerd, dan is dit bindend voor zijn team. 2. Voor iedere gewonnen partij wordt één bordpunt toegekend. Bij remise wordt aan beide spelers een half bordpunt toegekend. 3. Aan het team dat de meeste bordpunten heeft behaald, worden twee wedstrijdpunten toegekend. Bij een gelijk aantal bordpunten wordt aan beide teams één wedstrijdpunt toegekend. Artikel 33. Wedstrijdformulieren 1. Na afloop van de wedstrijd moet het wedstrijdformulier volledig worden ingevuld en worden ondertekend door de Wedstrijdleider en beide Teamleiders. 2. Spelers die niet conform artikel 24 lid 3 een partij hebben gespeeld, moeten op het wedstrijdformulier als "Niet Opgekomen" of "N.O." worden aangemerkt.
29
3. Het wedstrijdformulier dient door de thuisspelende vereniging onmiddellijk aan de Competitieleider toegezonden te worden. Indien de Competitieleider conform Artikel 25 lid 2 een Wedstrijdleider heeft benoemd, komt deze taak toe aan de Wedstrijdleider. 4. Is een formulier niet binnen 48 uur verzonden, dan wordt aan de betreffende vereniging een boete van 10 Euro opgelegd. Deze bepaling is niet van toepassing indien de Competitieleider conform Artikel 25 lid 2 een Wedstrijdleider heeft benoemd. 5. De Competitieleider kan onjuist ingevulde formulieren corrigeren. 6. Aan de verplichting uit het eerste lid kan eveneens worden voldaan door alle op het wedstrijdformulier voorkomende gegevens digitaal door gebruikmaking van het programma Winstand aan
[email protected] te zenden. De wedstrijdleider is verplicht het originele wedstrijdformulier 1 jaar te bewaren en op eerste verzoek van de competitieleider LiSB te overleggen. Artikel 34. Doorbellen wedstrijdresultaten 1. De thuisspelende vereniging is verplicht op de wedstrijddag de uitslag vóór 20.00 uur telefonisch door te geven aan de Competitieleider. Indien de competitieleider conform artikel 25 lid 2 een wedstrijdleider heeft benoemd, komt deze taak toe aan de wedstrijdleider 2. Het bepaalde in het eerste lid geldt niet bij een gezamenlijke slotronde. 3. Bij overtreding van het bepaalde in het eerste lid wordt aan de betreffende vereniging een boete van 10 Euro opgelegd. Deze bepaling is niet van toepassing indien de Competitieleider conform artikel 25 lid 2 een Wedstrijdleider heeft benoemd. Artikel 35. (Eind)standen 1. In dezelfde afdeling van een klasse wordt de volgorde op de ranglijst van teams bepaald door het aantal toegekende wedstrijdpunten. Bij een gelijk aantal wedstrijdpunten
30
beslist het aantal behaalde bordpunten, behoudens wanneer in dezelfde afdeling van een klasse meer dan twee teams van dezelfde vereniging zijn ingedeeld. 2. Bij meer afdelingen in één klasse wordt zonodig de onderlinge volgorde tussen teams welke met inachtneming van sub a op dezelfde plaats zijn geëindigd, bepaald door het aantal toegekende wedstrijdpunten. Bij een gelijk aantal wedstrijdpunten beslist het aantal behaalde bordpunten. 3. Wanneer niet alle afdelingen van gelijke grootte zijn, worden wedstrijd- en bordpunten van de afwijkende afdeling(en) gecorrigeerd met een factor. Deze factor bestaat uit een breuk, waarbij de teller bestaat uit het aantal partijen dat in de afdelingen die als norm gelden wordt gespeeld, en de noemer bestaat uit het aantal partijen dat in de afwijkende afdeling(en) wordt gespeeld. 4. Indien in de gevallen bedoeld onder sub a of sub b twee of meer teams gelijk eindigen, wordt de onderlinge volgorde bepaald door het spelen van een beslissingswedstrijd, respectievelijk een halve competitie. Indien ook hierna twee of meer teams gelijk eindigen, beslist het lot. Artikel 36. Kampioenen 1. In iedere afdeling is het als eerste geëindigde team kampioen. 2. De kampioen van de Promotieklasse is tevens Kampioen van Limburg. Hoofdstuk 7. Promotie en Degradatie Artikel 37. Promotie- en degradatieregeling 1. Promotie naar en degradatie uit de KNSB-competitie geschiedt volgens de bepalingen van de KNSB. 2. Indien per saldo maximaal één team méér uit de KNSBcompetitie degradeert dan er naar de KNSB-competitie promoveren, gelden inzake promotie en degradatie de bepalingen van Artikel 38 en Artikel 39. In het andere geval zijn Artikel 38 en Artikel 39 niet van toepassing en stelt het Bestuur binnen één maand na afloop van de LiSB-
31
Bondscompetitie een overgangsregeling vast inzake promotie en degradatie. Artikel 38. Promotie 1. De kampioen van de Promotieklasse promoveert naar de KNSB-competitie. Tevens promoveren naar de KNSBcompetite zoveel verder als beste geëindigde teams als de KSNB extra promotieplaatsen toekent aan de LiSB. 2. De afdelingskampioenen van de 1e klasse promoveren naar de Promotieklasse. 3. De afdelingskampioenen en de nummers 2 van de 2e klasse promoveren naar de 1e klasse. 4. De afdelingskampioenen van de 3e klasse promoveren naar de 2e klasse. Indien de 3e klasse uit 3 afdelingen bestaat, promoveert ook de met inachtneming van Artikel 35 best geklasseerde nummer twee in de 3e klasse naar de 2e klasse. Indien de 3e klasse uit 1 of 2 afdelingen bestaat, promoveren ook de nummers twee in de 3e klasse naar de 2e klasse. Artikel 39. Degradatie 1. Uit de Promotieklasse degradeert een zodanig aantal laagst geëindigde teams naar de 1e klasse, dat met in achtneming van Artikel 38 er 8 teams in de Promotieklasse over blijven. 2. Uit de 1e klasse degradeert een zodanig aantal laagst geëindigde teams naar de 2e klasse, dat met in achtneming van sub a en Artikel 38 er 16 teams in de 1e klasse over blijven. 3. Uit de 2e klasse degradeert een zodanig aantal laagst geëindigde teams naar de 3e klasse, dat met in achtneming van sub a, sub b en Artikel 38 er 16 teams in de 2e klasse over blijven. 4. Vanuit de 3e klasse vindt geen degradatie plaats. 5. Binnen een klasse wordt het aantal degraderende teams gelijk verdeeld over de verschillende afdelingen van die klasse. Voor zover een gelijke verdeling niet mogelijk is, beslist voor de resterende degradatieplaatsen de met inachtneming van Artikel 35 sub b bepaalde onderlinge
32
volgorde tussen de op de overeenkomstige minst lage plaats geëindigde voor degradatie in aanmerking komende teams.
33
Reglement avondcompetitie LiSB Hoofdstuk 1. Algemeen Artikel 1. Wedstrijdreglement 1. Alle wedstrijden die door of met medewerking van de Limburgse Schaakbond worden georganiseerd in het kader van de LiSB-avondcompetitie, zijn onderworpen aan de bepalingen van dit Wedstrijdreglement. 2. Een exemplaar van het Wedstrijdreglement dient bij alle wedstrijden van de LiSB-avondcompetitie aanwezig te zijn. Artikel 1a Onder rating wordt in dit reglement verstaan de KNSB-rating Artikel 2. Spelregels 1. Tenzij dit reglement anders bepaald, worden partijen in de LiSB-avondcompetitie gespeeld volgens de FIDE Regels voor het Schaakspel, zoals deze zijn vastgelegd in de laatste uitgave van de KNSB. 2. Een exemplaar van de FIDE Regels voor het Schaakspel dient bij alle wedstrijden van de LiSB-avondcompetitie aanwezig te zijn. Artikel 3. Competitieleider 1. De algehele leiding van de LiSB-avondcompetitie berust bij de Competitieleider van de LiSB. Hij is belast met de uitvoering en de handhaving van het Wedstrijdreglement en het beslissen in alle geschillen en onvoorziene gevallen, welke zich ter zake mogen voordoen. 2. De Competitieleider heeft het recht om aanvullende bepalingen voor te schrijven, indien omstandigheden hiertoe aanleiding geven. 3. Bij ontstentenis van de Competitieleider wordt zijn functie waargenomen door een door het Bestuur van de LiSB aan te wijzen plaatsvervanger.
34
Artikel 4. Beroep 1. Tegen beslissingen van de Competitieleider staat binnen 14 dagen nadat zij ter kennis van de betrokken vereniging zijn gebracht, beroep open bij de Commissie van Beroep van de LiSB. 2. Een beroep moet schriftelijk en met redenen omkleed worden ingediend bij de Secretaris van de LiSB. Gelijktijdig dient een afschrift te worden toegezonden aan de Competitieleider en, voor zover van toepassing, aan de bij het beroep rechtstreeks betrokken andere vereniging(en). Het beroepschrift dient vergezeld te gaan van een bedrag ter grootte van € 50. Dit bedrag wordt terugbetaald indien het beroep gegrond wordt verklaard. Artikel 5. Wijzigingen in het Wedstrijdreglement Wijzigingen in dit Wedstrijdreglement worden door de Algemene Vergadering vastgesteld met eenvoudige meerderheid van stemmen. Hoofdstuk 2. Deelname aan de LiSB-avondcompetitie Artikel 6. Aanmelding van teams 1. Verenigingen zijn verplicht vóór een jaarlijks door het Bestuur vast te stellen datum de volgende gegevens te verstrekken: a. Het aantal teams dat aan de LiSBavondcompetitie gaat deelnemen; b. Naam, adres en telefoonnummer van de Teamleider van elk team; 2. Aanmelding voor deelname aan de LiSB-avondcompetitie dient schriftelijk te geschieden bij de Competitieleider. 3. Deelnemende teams van dezelfde vereniging worden genummerd naar speelsterkte: het laagste nummer voor het sterkste team. 4. Teams van verenigingen die gedurende meer dan 6 maanden de contributie niet hebben voldaan, kunnen van
35
deelname aan de LiSB-Bondscompetitie worden uitgesloten. 5. Voor elk team is een jaarlijks door het Bestuur vast te stellen inschrijfgeld verschuldigd. Artikel 7. Teamopstellingen 1. Verenigingen zijn verplicht vóór een jaarlijks door het Bestuur vast te stellen datum de namen van de spelers van de deelnemende teams aan de Competitieleider te verstrekken. 2. Indien een vereniging meerdere teams in LiSBavondcompetitie heeft, dan dienen lager genummerde teams een hogere gemiddelde rating van de opgegeven spelers te hebben dan hoger genummerde teams Artikel 8. Terugtrekking van teams 1. Als een voor de LiSB-avondcompetitie aangemeld team na de in artikel 6 lid 1 bedoelde datum uit de competitie wordt teruggetrokken, wordt aan de betrokken vereniging een boete van 40 Euro opgelegd. 2. Door een teruggetrokken team reeds gespeelde wedstrijden worden geannuleerd. Hoofdstuk 3. Speelschema, Klassen en Afdelingen Artikel 9. Speelschema 1. De Competitieleider stelt jaarlijks een programma op voor het spelen van de wedstrijden. 2. Verenigingen zijn verplicht zich aan het wedstrijdprogramma te houden. Artikel 10. Indeling 1. De LiSB-avondcompetitie wordt ingedeeld in poules van maximaal 6 teams. 2. De indeling in poules wordt gebaseerd op regionaliteit.
36
3. De Competitieleider is bevoegd in een regio meerdere klassen te vormen. 4. De Competitieleider is bevoegd een klasse meerdere afdelingen te vormen. Hoofdstuk 4. Teams, Teamleiders, Spelers Artikel 11. Aantal spelers per team Een team bestaat voor het spelen van wedstrijden uit 4 spelers. Artikel 12. Teamleider 1. Voor elk team benoemt de desbetreffende vereniging een leider, Teamleider genaamd. 2. Ten aanzien van wedstrijden in de LiSB-avondcompetitie wordt de Teamleider geacht namens zijn team en/of vereniging te handelen in alles de wedstrijden van het team betreffende. Artikel 13. Spelers 1. Als speler in de LiSB-avondcompetitie mag uitkomen ieder lid van de vereniging, dat op de wedstrijddatum als zodanig staat vermeld op de laatst verschenen ledenlijst van de ledenadministratie van de KNSB, alsmede personen waarvan de vereniging kan aantonen, dat zij bij de LiSBLedenadministratie 7 dagen voor de speeldatum als lid zijn aangemeld. Aanmelding dient te geschieden via de beschikbare formulieren (post, per email of digitaal via de website van de LiSB). 2. Een speler mag in de LiSB-avondcompetitie slechts spelen voor één vereniging. Artikel 14. Speelgerechtigdheid Onverminderd het bepaalde in artikel 13 mag voor een team niet uitkomen de speler die:
37
a. Conform artikel 7 is opgegeven voor een lager genummerd team in de LiSB-avondcompetitie; of b. Meer dan twee maal heeft gespeeld voor een lager genummerd team in de LiSB-avondcompetitie; of c. In een overeenkomende ronde heeft gespeeld voor een ander team in de LiSB-avondcompetitie Artikel 14a 1. Spelers die zijn opgegeven voor een team moeten minimaal tweemaal in dit team of in een lager genummerd team in de LiSB-avondcompetitie spelen. Overtreding van deze bepaling wordt bestraft met het in mindering brengen van twee matchpunten per speler. 2. Indien naar genoegen van de Competitieleider overmacht is aangetond, kunnen in de ingediende opstelling maximaal twee spelers vervangen worden door spelers die niet of in een hoger genummerd team waren opgesteld. Deze vervanging dient te geschieden vóór de derde ronde. 3. Wanneer een speler vervangen wordt door een speler uit een hoger genummerd team, dient tevens voor dat hoger genummerde team een vervanger opgegeven te worden. 4. Spelers die overeenkomstig het tweede lid zijn vervangen zijn voor de resterende ronden niet speelgerechtigd in een hoger genummerd team dan dat waarvoor zijn oorspronkelijk waren opgegeven. Artikel 15. Niet speelgerechtigde spelers 1. Het meespelen van een niet speelgerechtigde speler heeft verlies van de door hem gespeelde partij tot gevolg. 2. Indien een speler niet speelgerechtigd was op basis van artikel 16 lid 1, wordt aan de vereniging van deze speler tevens een boete opgelegd van 20 Euro.
38
Hoofdstuk 5. Wedstrijden Artikel 16. Wedstrijdlocatie 1. Wedstrijden in de LiSB-avondcompetitie worden in het clublokaal van de thuisspelende vereniging gespeeld, zoals vermeld in het LiSB-jaarboek. 2. De thuisspelende vereniging mag een andere locatie voor een wedstrijd aanwijzen. Behoudens bijzondere omstandigheden dient een wijziging van locatie minimaal 10 dagen vóór de geplande wedstrijddatum medegedeeld te worden aan de Teamleider van het bezoekende team, alsmede aan de Competitieleider. 3. Bij wedstrijden is het niet toegestaan in de speelzaal te roken. Artikel 17. Toegang tot de wedstrijden 1. Wedstrijden in de LiSB-avondcompetitie zijn voor iedereen toegankelijk. 2. Aan personen, die conform artikel 13.7 van de FIDE Regels voor het Schaakspel bij een eerdere gelegenheid in het kader van de LiSB-avondcompetitie uit de speelzaal verwijderd zijn, kan door de Competitieleider de toegang tot wedstrijden in de LiSB-avondcompetitie worden ontzegd. Artikel 18. Aanvang van de wedstrijden 1. De wedstrijden beginnen om 20:00 uur 2. In onderling overleg en na verkregen toestemming van de Competitieleider, kunnen wedstrijden op een ander tijdstip beginnen. 3. Op het vastgestelde aanvangstijdstip worden de klokken van de witspelers aangezet. 4. Indien door nalatigheid van de thuisspelende vereniging de wedstrijd niet op het vastgestelde tijdstip kan beginnen, wordt de verloren gegane tijd bij het feitelijke begin, in
39
mindering gebracht op de speeltijd van de spelers van de thuisspelende vereniging. Artikel 19. Verschuiven van (individuele) wedstrijden 1. Behoudens het hierna bepaalde moeten alle partijen van een wedstrijd gelijktijdig worden gespeeld. 2. Individuele partijen kunnen in onderling overleg worden vooruitgespeeld. Hiervan moet mededeling worden gedaan aan de Competitieleider. Het maximale aantal vooruit te spelen individuele partijen is de helft van het totale aantal partijen minus één. 3. Uitstellen van individuele partijen is niet toegestaan. 4. Vooruitspelen van een totale wedstrijd is toegestaan bij onderlinge overeenstemming en na verkregen toestemming van de Competitieleider. 5. Uitstellen van een totale wedstrijd is niet toegestaan, tenzij naar oordeel van de Competitieleider sprake is van buitengewone omstandigheden. Artikel 20. Niet of te laat verschijnen 1. Indien een speler één uur na het vastgestelde aanvangstijdstip niet aan het bord aanwezig is, is de partij beëindigd en voor hem reglementair verloren. Indien beide spelers niet aanwezig zijn, wordt uitslag van de partij reglementair op 0-0 gesteld. 2. Een team dat niet volledig opkomt wordt overeenkomstig de navolgende tabel gesanctioneerd: a. 0 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 20 boete; b. 1 speler aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 10 boete; c. 2 spelers aanwezig: 2 matchpunten in mindering en € 5 boete; d. 3-4 spelers aanwezig: geen sanctie:
40
3. Voor de bepaling of het vereiste aantal spelers is opgekomen, worden overeenkomstig artikel 23 lid 2 vooruitgespeelde partijen meegeteld. 4. Een partij wordt geacht te zijn gespeeld indien de speler a. Een zet heeft gedaan; of b. Geen zet heeft kunnen doen om geen andere reden dan dat zijn (beoogde) tegenstander geen zet heeft gedaan dan wel de partij na de eerste zet heeft opgegeven. Artikel 21. Wedstrijdleiding 1. De leiding over een wedstrijd berust bij de Wedstrijdleider. 2. De Competitieleider kan een Wedstrijdleider benoemen. Indien de Competitieleider geen Wedstrijdleider benoemt, kan de thuisspelende vereniging een Wedstrijdleider benoemen. Indien noch de Competitieleider noch de thuisspelende vereniging een Wedstrijdleider benoemt, is de Teamleider van het thuisspelende team Wedstrijdleider. 3. De Wedstrijdleider kan Assistenten benoemen. Assistenten hebben dezelfde rechten en plichten als de Wedstrijdleider. De Wedstrijdleider kan beslissingen van zijn Assistenten herroepen. 4. Wanneer de Wedstrijdleider of een Assistent deelneemt aan een wedstrijd waarover hij de leiding heeft of aan enige andere wedstrijd, hebben zijn plichten als Wedstrijdleider of Assistent voorrang boven zijn plichten als speler. 5. Spelers en toeschouwers zijn verplicht aanwijzingen van de Wedstrijdleider of een Assistent op te volgen. Artikel 22. Opstellingen 1. Voor aanvang van de wedstrijd overhandigen de Teamleiders de opstellingen van hun teams gelijktijdig aan de Wedstrijdleider. 2. Wanneer een team niet compleet is bij aanvang van de wedstrijd, dient de teamleider van het incomplete team dit vóór het uitwisselen van de teamopstellingen aan de
41
teamleider van het andere team te melden, waarbij hij tevens moet opgeven op welk(e) bord(en) geen speler wordt opgesteld.. 3. Wanneer beide teams niet compleet zijn, worden de opstellingen als bedoeld in het tweede lid zodanig gewijzigd dat de borden waar geen speler wordt opgesteld met elkaar overeenkomen. 4. Indien één der opgegeven spelers niet verschijnt, is het toegestaan dat een vervanger wordt ingezet, echter nooit meer dan één speler per team. 5. De opgegeven opstelling is in principe bindend vanaf het moment van overhandiging aan de wedstrijdleider. Behoudens het bepaalde in het derde en vierde lid mogen wijzigingen of verschuivingen vanaf dat moment slechts plaatsvinden onder volledige en uitdrukkelijke akkoordbevinding van beide teamleiders. Artikel 23. Kleurverdeling 1. Het bezoekende team heeft wit aan de oneven genummerde borden. Het ontvangende team heeft wit aan de even genummerde borden. 2. Bij het afzonderlijk vooruitspelen van partijen geldt, tenzij specifiek is overeengekomen dat op een bepaald bord wordt vooruitgespeeld, dat de eerste vooruit gespeelde partij gespeeld wordt aan een oneven genummerd bord, de tweede aan een even genummerd bord, etc. 3. De wedstrijdleider controleert of de kleurverdeling juist is uitgevoerd. Artikel 24. Speeltijd, Speeltempo 1. De totale speeltijd die niet onderbroken mag worden bedraagt 3 ½ uur. 2. Het speeltempo bedraagt 40 zetten in 1 ½ uur en daarna één kwartier voor de rest van de partij.
42
3. Indien conform Artikel 22 lid 2 een ander aanvangstijdstip gekozen is, geldt in principe het speeltempo dat behoort bij de betreffende klasse en het oorspronkelijke aanvangstijdstip. In onderling overleg en na verkregen toestemming van de Competitieleider, kunnen beide Teamleiders hiervan afwijken. 4. Het terugzetten van de klok na de tijdcontrole kan door de spelers zelf in onderling overleg geschieden. Indien één der spelers dit wenst, wordt deze handeling door de Wedstrijdleider verricht. Artikel 25. Mobiele telefoons 1. Mobiele telefoons moeten worden uitgeschakeld. Ook een trilstand is niet toegestaan. 2. Als tijdens de wedstrijd een mobiele telefoon afgaat, verklaart de wedstrijdleider de partij verloren voor de speler van wie de betreffende mobiele telefoon is. Artikel 26. Noteren 1. Conform de FIDE Regels voor het Schaakspel is iedere speler verplicht tijdens de partij zijn zetten en die van zijn tegenstander te noteren. 2. Indien een speler om lichamelijke of godsdienstige redenen niet kan noteren, dan wordt aan het begin van de partij zijn bedenktijd verminderd met 10 minuten. 3. De Teamleider van een speler die niet kan noteren, dient dit voor aanvang van de wedstrijd mee te delen aan de Teamleider van de tegenstander en aan de Wedstrijdleider. 4. De Wedstrijdleider dient er op toe te zien dat de bedenktijd van de speler die niet kan noteren, overeenkomstig sub b wordt verminderd. Artikel 27. Geschillen, Protesten 1. Wanneer tijdens het spelen van een partij geschillen ontstaan tussen beide spelers, dan dienen dezen de zaak onmiddellijk voor te leggen aan de Wedstrijdleider. Beide
43
2. 3.
4.
5. 6.
spelers kunnen hun Teamleider verzoeken hen hierbij van advies te dienen. De Wedstrijdleider neemt een beslissing in elk geschil, dat tijdens de wedstrijd optreedt. Tegen een beslissing van de Wedstrijdleider kan protest worden aangetekend bij de Competitieleider. Hiertoe dient op het wedstrijdformulier kort te worden beschreven wat het geschil is, welke beslissing de Wedstrijdleider hierin genomen heeft en waartegen protest aangetekend wordt. Beide Teamleiders en de Wedstrijdleider dienen het protest voor gezien te paraferen. Een protest moet nader toegelicht worden middels een apart schrijven aan de Competitieleider. Dit schrijven dient uiterlijk 10 dagen na het spelen van de wedstrijd bij de Competitieleider binnen te zijn. De Competitieleider neemt binnen 14 dagen na ontvangst van alle relevante informatie een beslissing ten aanzien van een ingediend protest. Behoudens zeer uitzonderlijke omstandigheden, zulks ter beoordeling van de Competitieleider, worden geen protesten in behandeling genomen die niet op het wedstrijdformulier staan vermeld of die niet voor gezien zijn geparafeerd.
Hoofdstuk 6. Wedstrijdresultaten Artikel 28. Resultaat individuele partijen, Teamresultaat 1. Geeft één van de spelers zijn partij verloren of wordt remise door hem aangeboden of geaccepteerd, dan is dit bindend voor zijn team. 2. Voor iedere gewonnen partij wordt één bordpunt toegekend. Bij remise wordt aan beide spelers een half bordpunt toegekend. 3. Aan het team dat de meeste bordpunten heeft behaald, worden twee wedstrijdpunten toegekend. Bij een gelijk aantal bordpunten wordt aan beide teams één wedstrijdpunt toegekend.
44
Artikel 29. Wedstrijdformulieren 1. Na afloop van de wedstrijd moet het wedstrijdformulier volledig worden ingevuld en worden ondertekend door de Wedstrijdleider en beide Teamleiders. 2. Spelers die niet conform artikel 24 lid 3 een partij hebben gespeeld, moeten op het wedstrijdformulier als "Niet Opgekomen" of "N.O." worden aangemerkt. 3. Het wedstrijdformulier dient door de thuisspelende vereniging onmiddellijk aan de Competitieleider toegezonden te worden. Indien de Competitieleider conform Artikel 25 lid 2 een Wedstrijdleider heeft benoemd, komt deze taak toe aan de Wedstrijdleider. 4. Is een formulier niet binnen 48 uur verzonden, dan wordt aan de betreffende vereniging een boete van 10 Euro opgelegd. Deze bepaling is niet van toepassing indien de Competitieleider conform Artikel 25 lid 2 een Wedstrijdleider heeft benoemd. 5. De Competitieleider kan onjuist ingevulde formulieren corrigeren. 6. Aan de verplichting uit het eerste lid kan eveneens worden voldaan door alle op het wedstrijdformulier voorkomende gegevens digitaal door gebruikmaking van het programma Winstand aan
[email protected] te zenden. De wedstrijdleider is verplicht het originele wedstrijdformulier 1 jaar te bewaren en op eerste verzoek van de competitieleider LiSB te overleggen. Artikel 30. (Eind)standen In een poule wordt de volgorde op de ranglijst van teams bepaald door het aantal toegekende wedstrijdpunten. Bij een gelijk aantal wedstrijdpunten beslist het aantal behaalde bordpunten, behoudens wanneer in dezelfde afdeling van een klasse meer dan twee teams van dezelfde vereniging zijn ingedeeld.
45
Wedstrijdreglement KO-Competities Viertallen Hoofdstuk 1. Algemeen Artikel 1. Dit wedstrijdreglement is van toepassing op de K.O.Bekerwedstrijden. Artikel 2. a. Voor de K.O.-Bekercompetitie is het FIDE-reglement, laatste uitgave, van toepassing. b. Het wedstrijdreglement dient bij elke elke wedstrijd aanwezig te zijn. Hierop kunnen door de wedstrijdleider LiSB aanvullende bepalingen worden voorgeschreven. Artikel 3. De Wedstrijdleider LiSB is belast met de handhaving van dit reglement. Hij stelt een programma op voor het spelen van de wedstrijden, en legt dit voor de aanvang van het seizoen vast in de LiSB-schaakagenda. Artikel 4. a. De wedstrijden worden in het algemeen gespeeld op de clubavond/clubmiddag van door loting aangewezen thuisspelende verenigingen. Deze vinden plaats binnen de hiervoor in de LiSB-schaakagenda aangegeven perioden. b. Tegen elkaar spelende teams moeten met elkaar een afspraak maken over de datum van de wedstrijd. Deze afspraak dient door beide teamleiders aan de wedstrijdleider LiSB (of zijn vervanger) te worden medegedeeld. Van de gemaakte afspraak kan, behoudens overeenstemming tussen beide partijen en goedkeuring van de wedstrijdleider LiSB, niet meer worden afgeweken. c. Mochten de tegen elkaar spelende teams niet tot overeenstemming kunnen komen, dan wordt de wedstrijd gespeeld op de uiterste speeldatum, zijnde de laatste zaterdag van de aangegeven periode. Is een wedstrijd zonder
46
bericht van de teamleider(s) niet gespeeld op die dag, dan verliest het thuisspelende team de wedstrijd met 0-4. d. Het uitstellen van de wedstrijd tot ná de uiterste speeldag is niet toegestaan, behoudens zeer bijzondere omstandigheden en met goedkeuring van de wedstrijdleider LiSB. e. Een vereniging die niet opkomt, krijgt een boete van 20 Euro opgelegd. Hoofdstuk 2. Indeling Ronden KO-Bekerwedstrijden Artikel 5. Voor elke ronde geldt, dat de indeling van de teams tot stand komt op basis van loting in het openbaar door een LiSBbestuurslid. Daartoe zal de loting plaatsvinden tijdens een vergadering van de LiSB, of op een clubavond (clubmiddag) van een vereniging. In de eerste ronde wordt een dusdanig aantal teams vrijgeloot dat aan de tweede ronde 32 resp., 16 resp., 8 teams zullen deelnemen, e.e.a. afhankelijk van het aantal aangemelde teams. Artikel 6. In beginsel plaatsen zich de volgende teams voor de 2e ronde: a. De winnaars van de wedstrijden in de 1e ronde, zonodig aangewezen met inachtneming van het bepaalde in artikel 24, letter c. b. De op grond van artikel 5 eventueel vrijgelote teams. Hoofdstuk 3. Deelneming aan de Wedstrijden Artikel 7. a. Er zal worden gespeeld in twee klassen, Klasse A is opengesteld voor alle spelers, Klasse B is opengesteld voor spelers met als basisteam 1e klasse LiSB of lager. b. De aanmelding tot deelname aan de wedstrijden moet binnen de daarvoor bekend gemaakte termijn geschieden bij de Wedstrijdleider LiSB.
47
c.
Van deelneming kunnen worden uitgesloten de teams van verenigingen, waarvan gedurende meer dan zes maanden de contributie niet is ontvangen.
Artikel 8. Jaarlijks moeten aan de wedstrijdleider LiSB de volgende gegevens zijn verstrekt, vóór de door het bestuur te bepalen data: a. Het aantal teams dat aan een competitie gaat deelnemen. b. Per team de naam en het adres van de teamleider. c. De namen van de spelers van de deelnemende teams. d. De teams worden genummerd in volgorde van speelsterkte. Het laagste nummer voor het sterkste team. Hoofdstuk 4. Teams, Team- en Wedstrijdleider Artikel 9. Elk team voor het spelen van de wedstrijden bestaat uit 4 spelers. Een speler, opgegeven voor enig team, mag in het lopende competitieseizoen niet meer in een der hoger genummerde teams voor dezelfde competitie spelen. Artikel 10. a. Indien de namen van de spelers in afwijking van het bepaalde in artikel 8, letter c, niet tijdig zijn doorgegeven, worden daarvoor de namen van de spelers in de 1e ronde in de plaats gesteld. b. Voor de wedstrijden gelden ten aanzien van de op te geven spelers de volgende bepalingen: 1. Indien er één team van een vereniging wordt aangemeld, mogen alle leden van deze vereniging (met inachtneming van artikel 7a) als speler in dit team worden ingezet. 2. Indien er meerdere teams van één vereniging in één klasse worden aangemeld, dan moeten er minimaal 4 spelers voor alle teams van deze vereniging (met uitzondering van het hoogst genummerde team) worden aangemeld. Ieder lid van de
48
vereniging dat nog niet in de lager genummerde teams is aangemeld mag (met inachtneming van artikel 7a) voor elk team uitkomen. 3. Indien een speler die niet was aangemeld in een ronde heeft meegespeeld, mag hij in de lopende competitie niet meer spelen in een hoger genummerd team. Artikel 11. a. Als speler bij de wedstrijden mag uitkomen ieder lid van de vereniging, dat op de wedstrijddatum als zodanig staat vermeld op de laatst verschenen ledenlijst van de ledenadministratie van de KNSB. Uitgezonderd hiervan is de speler, van wie de vereniging kan aantonen dat die op basis van tijdige aanmelding bij het secretariaat van de LiSB op bedoelde ledenlijst had moeten voorkomen. b. Een speler mag gedurende de lopende competitie per competitiesoort maar voor een vereniging uitkomen. Artikel 12. Het medespelen van een niet gerechtigde speler heeft verlies van de door hem gespeelde partij tot gevolg. Artikel 13. a. Voor elk team benoemt de desbetreffende vereniging een leider, teamleider genaamd. Bij wedstrijden wordt de teamleider geacht namens de vereniging te handelen in alles, de wedstrijd betreffende. b. De teamleider van het thuisspelende team heeft de leiding van de wedstrijd en wordt wedstrijdleider genoemd. Zijn plichten als wedstrijdleider prevaleren boven die als speler. Artikel 14. Wanneer tijdens het spelen van een partij meningsverschillen ontstaan tussen spelers, dan dienen dezen de zaak onmiddellijk voor te leggen aan de wedstrijdleider, terwijl de spelers van
49
bezoekende verenigingen hun teamleider kunnen verzoeken hen daarbij van advies te dienen. Hoofdstuk 5. Aanvang, Kleurverdeling, Klokken Artikel 15. a. De wedstrijden beginnen om 20.00 uur als op een avond wordt gespeeld en om 13.00 uur indien de wedstrijd op een middag plaats vindt. In onderling overleg mag een ander aanvangsuur worden vastgesteld. b. Op het vastgestelde tijdstip van aanvang, worden de klokken van de witspelers bij de aangezet. c. Indien door nalatigheid van de thuisspelende vereniging de wedstrijd niet op het vastgestelde tijdstip kan beginnen, wordt de verloren gegane tijd, bij het feitelijk begin in mindering gebracht op de speeltijd van de spelers van de thuisspelende vereniging. d. Alle partijen moeten gelijktijdig worden gespeeld. Artikel 16. a. Is een team één uur na het vastgestelde tijdstip van aanvang niet aanwezig met tenminste 3 spelers, dan verliest dit team de wedstrijd met 4-0. b. De vereniging van een niet opgekomen team krijgt door de wedstrijdleider LiSB een boete opgelegd van 20 Euro. Artikel 17. Indien een speler één uur na het vastgestelde tijdstip niet aanwezig is, gaat de partij voor hem verloren. Artikel 18. a. Het wedstrijdformulier, door de Wedstrijdleider LiSB beschikbaar gesteld, wordt door de wedstrijdleider volledig ingevuld. b. Vóór aanvang van de wedstrijd overhandigen beide teamleiders elkaar gelijktijdig de opstelling van hun team. Die opstelling is vanaf dat moment bindend; wijzigingen mo-
50
c.
gen dan nog slechts plaats vinden onder uitdrukkelijke akkoordbevinding van beide teamleiders. Indien één der opgegeven spelers niet verschijnt, is het toegestaan dat een vervanger wordt ingezet, echter nooit meer dan één speler per team.
Artikel 19. a. De bezoekende vereniging heeft wit aan de oneven genummerde borden en de ontvangende vereniging wit aan de even genummerde borden. b. De wedstrijdleider controleert of de kleurverdeling juist is uitgevoerd. Artikel 20. De speeltijd, die niet onderbroken mag worden, bedraagt 4 uur. Artikel 21. a. Het speeltempo bedraagt: 40 zetten in 1¾ uur, waarna de klok 15 minuten terug gezet wordt en in de dan resterende tijd de partij uitgespeeld wordt. b. Het terugzetten van de klokken, als bedoeld onder letter a, kan door de spelers zelf geschieden. Indien één der spelers dit wenst, wordt die handeling door de wedstrijdleider verricht. Hoofdstuk 6. Wedstrijdresultaten Artikel 22. Geeft een speler zijn partij verloren of wordt remise door hem geaccepteerd, dan is dat bindend voor zijn vereniging. Artikel 23. Na afloop van de wedstrijd moet het wedstrijdformulier volledig door de wedstrijdleider worden ingevuld. Dit dient door beide teamleiders te worden ondertekend. Het formulier dient onmiddellijk aan de wedstrijdleider LiSB te worden gezonden. Is
51
dit niet binnen 24 uur gebeurd, dan wordt een boete opgelegd van 10 Euro aan de thuisspelende vereniging. Artikel 24. a. Er wordt voor iedere gewonnen partij één bordpunt toegekend, bij remise wordt aan beide spelers een half punt toegekend. b. Het team met de meeste bordpunten is winnaar. c. Indien de wedstrijd in een 2-2 gelijkspel eindigt, wordt de winnaar bepaald door het resultaat aan bord 4 te laten vervallen. Leidt dit niet tot een beslissing, dan vervalt het resultaat aan bord 3, enz. tot een beslissing verkregen is. Eindigen alle vier partijen in remise, dan wordt een beslissing verkregen door het spelen van vluggertjes of door loting. De teamleiders dienen voor de aanvang van de wedstrijd af te spreken, welke manier in dat geval wordt gekozen. Artikel 25. De winnaar van de finalewedstrijd klasse A is K.O.Bekerwinnaar van Limburg. Dit team ontvangt een wisselbeker en een (geld)prijs. De winnaar van de finalewedstrijd klasse B, ontvangt een wisselbeker en een (geld)prijs. Hoofdstuk 7. Slotbepalingen Artikel 26. Op punten, waarin dit reglement niet voorziet, beslist de wedstrijdleider LiSB. Artikel27. Op beslissingen, door de wedstrijdleider LiSB genomen, staat binnen 14 dagen nadat zij ter kennis van de betrokken vereniging zijn gebracht, beroep open bij de Commissie van Beroep van de LiSB
52
Artikel 28. De bestuursleden van de LiSB hebben toegang tot alle wedstrijden. Artikel 29. Wijzigingen in dit reglement kunnen worden aangebracht bij besluit van de Algemene Vergadering, met eenvoudige meerderheid van stemmen. Artikel 30. Door vaststelling van dit wedstrijdreglement vervallen eerder vastgestelde.
53
Wedstrijdreglement Rapidcompetities Hoofdstuk 1. Algemeen Artikel 1. Dit wedstrijdreglement is van toepassing op de Rapidcompetitie. Artikel 2. 1. Voor de Rapidcompetitie is het Rapidschaak-reglement van de FIDE, laatste uitgave, van toepassing. 2. Het wedstrijdreglement dient bij elke wedstrijd aanwezig te zijn. Hierop kunnen door de wedstrijdleider LiSB aanvullende bepalingen worden voorgeschreven. Artikel 3. De Wedstrijdleider LiSB is belast met de handhaving van dit reglement. Hij stelt een programma op voor het spelen van de wedstrijden, en legt dit voor de aanvang van het seizoen vast in de LiSB-schaakagenda. Artikel 4. 1. Voor de Rapidcompetitie worden de wedstrijden gespeeld op clubavonden (maandag t/m vrijdag) van aangewezen gastverenigingen, welke zoveel mogelijk wisselend worden gekozen. Tenminste één team van de gastvereniging neemt in de betreffende poule deel. 2. De speelronden 1 t/m 3 worden zo mogelijk gespeeld in de laatste weken van de maanden februari, maart en april. De finale wordt gemeenschappelijk op een centrale plaats gespeeld, bij voorkeur op een woensdagavond in mei of juni. Hoofdstuk 2. Indeling Teams Artikel 5. 1. De poules in de Rapidcompetitie bestaan uit 4 teams.
54
2. Indien het aantal aangemelde teams een veelvoud van 4 overschrijdt, dan wordt de indeling zodanig gedaan dat een poule bestaat uit 5, 6 of 7 teams. Artikel 6. ste 1. Voor de indeling van de teams voor de 1 ronde wordt op basis van de gemiddelde rating een volgorde van alle deelnemende teams vastgesteld. Op basis hiervan worden vier gelijke secties gevormd. In elke poule wordt een team uit één van de secties geplaatst. ste 2. Bij de indeling voor de 1 ronde wordt zoveel als mogelijk voorkomen dat teams van dezelfde vereniging in dezelfde poule terechtkomen. 3. Bij toepassing van artikel 5, tweede lid, waarbij een groep van 6 of 7 teams wordt gevormd, worden eerst groepen van 4, respectievelijk 3, teams gevormd, waarna twee groepen zullen worden gecombineerd. 4. Bij toepassing van artikel 5, tweede lid, waarbij een groep de van 5 teams wordt gevormd, worden 3 teams uit de 3 en de 4 sectie in de groep geplaatst, waarbij de voorkeur uitde gaat naar plaatsing van de nummer 1 van de 3 sectie, de de de nummer laatst van de 4 sectie en de mediaan van de 3 de en 4 sectie. Artikel 7. ste 1. Voor de indeling van de teams voor de 2 ronde wordt op ste basis van de resultaten uit de 1 ronde een volgorde van alle deelnemende teams vastgesteld. Op basis hiervan worden vier gelijke secties gevormd. In elke poule wordt een team uit één van de secties geplaatst. 2. Bij toepassing van artikel 5, tweede lid, waarbij een groep van 6 of 7 teams wordt gevormd, worden eerst groepen van 4, respectievelijk 3, teams gevormd, waarna twee groepen zullen worden gecombineerd.
55
3. Bij toepassing van artikel 5, tweede lid, waarbij een groep de van 5 teams wordt gevormd, worden 3 teams uit de 3 en de 4 sectie in de groep geplaatst, waarbij de voorkeur uitde gaat naar plaatsing van de nummer 1 van de 3 sectie, de de de nummer laatst an de 4 sectie en de mediaan van de 3 de en 4 sectie. de 4. Bij de indeling voor de 2 ronde wordt zoveel als mogelijk voorkomen dat teams die elkaar in de lopende competitie reeds hebben ontmoet, in dezelfde poule terechtkomen. de 5. Bij de indeling voor de 2 ronde wordt zoveel als mogelijk voorkomen dat teams die uitgekomen zijn in een poule met meer dan 4 teams opnieuw in een dergelijke poule terechtkomen. Artikel 7a ste 1. Voor de indeling van de teams voor de 3 ronde wordt op ste de basis van de resultaten uit de 1 en 2 ronde een volgorde van alle deelnemende teams vastgesteld. Op basis hiervan worden vier gelijke secties gevormd. In elke poule wordt een team uit één van de secties geplaatst. de 2. Bij de indeling voor de 3 ronde wordt zoveel als mogelijk voorkomen dat teams die elkaar in de lopende competitie reeds hebben ontmoet, in dezelfde poule terechtkomen. 3. Bij toepassing van artikel 5, tweede lid, waarbij een groep van 6 of 7 teams wordt gevormd, worden eerst groepen van 4, respectievelijk 3, teams gevormd, waarna twee groepen zullen worden gecombineerd. 4. Bij toepassing van artikel 5, tweede lid, waarbij een groep de van 5 teams wordt gevormd, worden 3 teams uit de 3 en de 4 sectie in de groep geplaatst, waarbij de voorkeur uitde gaat naar plaatsing van de nummer 1 van de 3 sectie, de de de nummer laatst van de 4 sectie en de mediaan van de 3 de en 4 sectie.
56
de
5. Bij de indeling voor de 3 ronde wordt zoveel als mogelijk voorkomen dat teams die elkaar in de lopende competitie reeds hebben ontmoet, in dezelfde poule terechtkomen. de 6. Bij de indeling voor de 3 ronde wordt zoveel als mogelijk voorkomen dat teams die uitgekomen zijn in een poule met meer dan 4 teams opnieuw in een dergelijke poule terechtkomen. Artikel 8. 1. Voor de indeling van de teams voor de gemeenschappelijste ke finaleronde wordt op basis van de resultaten uit de 1 , de de 2 en 3 ronde een volgorde van alle deelnemende teams vastgesteld. Op basis hiervan worden in aflopende volgorde klassen van 4 teams gevormd. 2. In afwijking van het eerste lid wordt indien het aantal deelnemende teams een veelvoud van 4 overschrijdt met 1, de het laagstgeëindigde team in de rangschikking na de 3 ronde uitgesloten van verdere deelneming. 3. In afwijking van het eerste lid worden, indien het aantal deelnemende teams een veelvoud van 4 overschrijdt met 2, de laagste twee klassen gevormd door 3 teams, 4. In afwijking van het eerste lid worden, indien het aantal deelnemende teams een veelvoud van 4 overschrijdt met 3, de laagste klasse gevormd door 3 teams. Hoofdstuk 3. Deelneming aan de Wedstrijden Artikel 9. 1. Jaarlijks moeten aan de wedstrijdleider LiSB de volgende gegevens zijn verstrekt, vóór de door het bestuur te bepalen datum: a. Het aantal teams dat aan de competitie gaat deelnemen. b. Per team de naam en het adres van de teamleider.
57
c.
2. 3.
4. 5. 6. 7.
8.
De namen van de spelers van de deelnemende teams. Per team worden tenminste 4 en maximaal 6 namen doorgegeven. Als speler mag uitkomen ieder lid van de vereniging, dat op de wedstrijddatum als zodanig staat vermeld op de laatst verschenen ledenlijst van de ledenadministratie van de KNSB, alsmede personen waarvan de vereniging kan aantonen, dat zij bij de LiSB ledenadministratie 7 dagen voor de speeldatum als lid zijn aangemeld. Aanmelding dient te geschieden via de beschikbare formulieren (post, per email of digitaal via de website van de LiSB). Van elk team wordt de gemiddelde rating bepaald aan de hand van de rating van de 4 hoogstgeklasseerde spelers. De teams worden genummerd in volgorde van speelsterkte: het laagste nummer voor het sterkste team Van elk team wordt aan de hand van de opgegeven spelers vastgesteld wat de hoogste en laagste rating is van het team. Een lid, dat niet ingevolge het tweede lid voor enig team is opgegeven, behoort niet als invaller te fungeren in een ander team dan dat, waartoe het redelijkerwijze moet worden gerekend. a. Wanneer de KNSB-rating van de invallende speler lager is dan de hoogste ratinghouder van het betreffende team (in de opstelling volgens het tweede lid), is invallen toegestaan. b. Om te bepalen tot welk team een lid redelijkerwijze moet worden gerekend is niet alleen de rating van de speler van belang, maar kunnen ook andere factoren een rol spelen. Als een vereniging een beroep wil doen op dergelijke andere factoren, dan dienen voordat de betreffende wedstrijd wordt gespeeld de aangevoerde omstandigheden door de competitieleider te zijn gehonoreerd. Voor elk team is een inschrijfgeld verschuldigd, dat jaarlijks door het bestuur van de LiSB wordt vastgesteld.
58
Hoofdstuk 4. Teams, Team- en Wedstrijdleider Artikel 11. 1. Elk team voor het spelen van de wedstrijden bestaat uit 4 spelers. 2. Een speler, opgegeven voor enig team, mag in het lopende competitieseizoen niet meer in een ander team voor dezelfde competitie spelen. 3. Een speler, niet opgegeven ingevolge het bepaalde in artikel 10, en die als invaller voor enig team is uitgekomen, mag in het lopende competitieseizoen niet meer in een ander team voor dezelfde competitie spelen. . Artikel 12. vervallen Artikel 13. Een speler mag gedurende de lopende competitie per competitiesoort maar voor een vereniging uitkomen. Artikel 14. Het medespelen van een niet gerechtigde speler heeft verlies van de door hem gespeelde partij tot gevolg. Artikel 15. 1. Voor elk team benoemt de desbetreffende vereniging een leider, teamleider genaamd. Bij wedstrijden wordt de teamleider geacht namens de vereniging te handelen in alles, de wedstrijd betreffende. 2. De teamleider van het thuisspelende team heeft de leiding van de wedstrijd en wordt wedstrijdleider genoemd. Zijn plichten als wedstrijdleider prevaleren boven die als speler. Artikel 16. Wanneer tijdens het spelen van een partij meningsverschillen ontstaan tussen spelers, dan dienen dezen de zaak onmiddel-
59
lijk voor te leggen aan de wedstrijdleider, terwijl de spelers van bezoekende verenigingen hun teamleider kunnen verzoeken hen daarbij van advies te dienen. Hoofdstuk 5. Aanvang, Kleurverdeling, Klokken Artikel 17. De wedstrijden beginnen om 20.00 uur als op een avond wordt gespeeld en om 13.00 uur indien de wedstrijd op een middag plaats vindt. Artikel 18. 1. Is een team niet met tenminste 3 spelers aanwezig, krijgt dit team door de wedstrijdleider LiSB een boete opgelegd van € 20. 2. Een team dat voor een tweede maal niet met tenminste 3 spelers opkomt, krijgt door de wedstrijdleider LiSB een boete opgelegd van € 40 en wordt uitgesloten van verdere deelname aan de lopende competitie. 3. Een team dat in het geheel niet is opgekomen krijgt door de wedstrijdleider LiSB een boete opgelegd van € 60 en wordt uitgesloten van verdere deelname aan de lopende competitie. Artikel 19. vervallen Artikel 20. 1. Het wedstrijdformulier, door de Wedstrijdleider LiSB beschikbaar gesteld, wordt door de wedstrijdleider volledig ingevuld. 2. De teamleiders overhandigen de opstelling van hun team aan de wedstrijdleider. Deze opstelling is vanaf dat moment bindend voor alle wedstrijden van die dag.
60
3. Indien één der opgegeven spelers niet verschijnt, is het toegestaan dat een vervanger wordt ingezet, echter nooit meer dan één speler per team. Artikel 21. 1. De wedstrijdleider verricht in aanwezigheid van tenminste 3 teams de loting voor de nummering van de teams. 2. a. In poules met 4 teams wordt gespeeld volgens het Berger-systeem: ste i. 1 ronde 1 – 4 ; 2 – 3 de ii. 2 ronde 4 – 3 ; 1 – 2 de iii. 3 ronde 2 – 4 ; 3 – 1 b. In poules met 4 teams worden op een avond 3 wedstrijden gespeeld. c. In poules met vier teams heeft eerstgenoemde team in het schema zwart aan het eerste bord, de volgende borden afwisselend wit en zwart. 3. a. In poules met meer dan 4 teams wordt gespeeld volgens het Molter-systeem: i. Bij 5 teams:
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
5 teams van 4 spelers Ronde 1 Ronde 2 Ronde 3 A1 – D1 C1 – E1 A1 – C1 B1 – C1 D1 – B1 B1 – E1 E1 – D2 B2 – A1 E2 – D1 C2 – A2 A2 – E2 C2 – B2 E2 - B2 D2 – C2 D2 – A2 A3 – E3 C3 – A3 D3 – B3 D3 – C3 E3 – B3 E3 – C3 B3 – A4 E4 – D3 B4 – A3 C4 – E4 A4 – D4 A4 – E4 D4 – B4 B4 – C4 C4 – D4
61
ii. Bij 6 teams:
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
6 teams van 4 spelers Ronde 1 Ronde 2 Ronde 3 A1 – B1 B1 – E1 A1 – D1 D1 – F1 C1 – D1 C1 – B1 E1 – C1 F1 – A1 E1 – F1 B2 – F2 A2 – E2 B2 – E2 C2 – A2 D2 – B2 C2 – D2 E2 – D2 F2 – C2 F2 – A2 C3 – B3 A3 – C3 A3 – B3 D3 – A3 B3 – F3 C3 – E3 F3 – E3 E3 – D3 D3 – F3 A4 – F4 B4 – A4 B4 – D4 D4 – C4 C4 – E4 E4 – A4 E4 – B4 F4 – D4 F4 – C4 iii. Bij 7 teams:
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
7 teams van 4 spelers Ronde 1 Ronde 2 Ronde 3 A1 – C1 C1 – F1 A1 – F1 B1 – G1 D1 – E1 B1 – E1 F1 – D1 G1 – A1 G1 – C1 E1 – F2 A2 – B1 C2 – D1 B2 – C2 C2 – E2 D2 – B2 D2 – A2 F2 – B2 E2 – A2 E2 – G2 G2 – D2 F2 – G2 A3 – E3 B3 – F3 C3 – B3 D3 – B3 E3 – C3 D3 – A3 F3 – G3 G3 – D3 G3 – E3 C3 – D4 B4 – A3 E4 – F3 G4 – C4 A4 – G4 A4 – C4 E4 – B4 C4 – F4 B4 – G4 F4 – A4 D4 – E4 F4 – D4
62
b. In een poule met meer dan 4 teams worden door een speler op een avond 3 partijen gespeeld. c. In een poule met meer dan 4 teams heeft de eerstgenoemde speler in het schema heeft wit. 4. De wedstrijdleider controleert of de kleurverdeling juist is uitgevoerd Artikel 22. De speeltijd, die niet onderbroken mag worden, bedraagt één uur per wedstrijd. Artikel 23. Het speeltempo bedraagt ½ uur per speler per partij. Hoofdstuk 6. Wedstrijdresultaten Artikel 24. Geeft een speler zijn partij verloren of wordt remise door hem geaccepteerd, dan is dat bindend voor zijn team. Artikel 25. 1. Na afloop van de wedstrijd moet het wedstrijdformulier volledig door de wedstrijdleider worden ingevuld. Het formulier dient onmiddellijk aan de wedstrijdleider LiSB te worden gezonden. Is dit niet binnen 24 uur gebeurd (datum poststempel), dan wordt een boete opgelegd aan € 10 aan de thuisspelende vereniging. 2. Aan de verplichting uit het eerste lid kan eveneens worden voldaan door alle op het wedstrijdformulier voorkomende gegevens digitaal aan
[email protected] te zenden. De wedstrijdleider is verplicht het originele wedstrijdformulier 1 jaar te bewaren en op eerste verzoek van de wedstrijdleider LiSB te overleggen.
63
Artikel 26. 1. In een poule met 4 teams: a. worden 2 matchpunten behaald indien een team méér bordpunten in een wedstrijd scoort dan de tegenstander. b. wordt 1 matchpunt behaald indien een team een gelijk aantal bordpunten scoort als de tegenstander. c. Een team scoort de som van de behaalde borden matchpunten als totaalscore. 2. In een poule met meer dan 4 teams: a. worden 2 matchpunten behaald indien een team méér bordpunten in een wedstrijd scoort dan de tegenstander. b. wordt 1 matchpunt behaald indien een team een gelijk aantal bordpunten scoort als de tegenstander. c. Bij deelname van 5 teams worden de behaalde matchpunten gecorrigeerd door deze te vermenigvuldigen met 0,75. d. Bij deelname van 6 teams worden de behaalde matchpunten gecorrigeerd door deze te vermenigvuldigen met 0,6. e. Bij deelname van 7 teams worden de behaalde matchpunten gecorrigeerd door deze te vermenigvuldigen met 0,5. f. Een team scoort de som van de behaalde borden gecorrigeerde matchpunten als totaalscore. 3. Ten behoeve van de rangschikking (in een poule) wordt indien meerdere teams met een gelijk aantal punten einste digt, een scheiding bereikt door de resultaten van de 1 bordspelers beslissend te laten zijn. Brengt dit geen bede slissing dan zijn bepalend de uitslagen van het 2 bord, enz.
64
4. Bij de toepassing van het vijfde lid wordt een opsplitsing van gelijkgeëindigde teams beschouwd als een beslissing en dient voor verdere scheiding het vijfde lid opnieuw toegepast worden. Artikel 27. 1. Rapidcompetitiewinnaar van Limburg is de winnaar van de 1e klassepoule in de finale. Dit team ontvangt een wisselbeker en een geldprijs. 2. Geldprijzen zijn in de Rapidcompetitie verder beschikbaar voor de overige op de eerste plaats en op de tweede plaats geëindigde teams in de finale van alle klassen. Hoofdstuk 7. Slotbepalingen Artikel 28. Op punten, waarin dit reglement niet voorziet, beslist de wedstrijdleider LiSB. Artikel 29. Op beslissingen, door de wedstrijdleider LiSB genomen, staat binnen 14 dagen nadat zij ter kennis van de betrokken vereniging zijn gebracht, beroep open bij de Commissie van Beroep van de LiSB Artikel 30. De bestuursleden van de LiSB hebben toegang tot alle wedstrijden. Artikel 31. Wijzigingen in dit reglement kunnen worden aangebracht bij besluit van de Algemene Vergadering, met eenvoudige meerderheid van stemmen.
65
Artikel 32. Door vaststelling van dit wedstrijdreglement vervallen eerder vastgestelde.
66
Reglement op de Senioren Grand Prix Cyclus. Artikel 1: 1. Dit reglement geldt voor de jaarlijkse Grand Prix cyclus van de LiSB. 2. Waar in dit reglement gesproken wordt over de club wordt de organiserende club, een vertegenwoordigende commissie van 1 of meer clubs of een andere organisatie of rechtspersoon bedoeld die in het bondsgebied een toernooi wil organiseren. 3. Het LiSB bestuur heeft het recht om de Grand Prix cyclus een specifieke naam te geven, bijvoorbeeld van een sponsor. Artikel 2: 1. Het LiSB bestuur wijst een Grand Prix coördinator aan. 2. De Grand Prix coördinator is belast met een aantal taken als nader gespecificeerd in dit reglement. 3. De Grand Prix coördinator verricht zijn werk onder verantwoordelijkheid van het bestuur. Artikel 3: 1. In de Grand Prix cyclus worden opgenomen de rapidtoernooien welke door of onder auspiciën van een bij de LiSB aangesloten club worden georganiseerd in de periode waarop de Grand Prix cyclus betrekking heeft. 2. Uiterlijk 1 september maakt het LiSB bestuur bekend welke toernooien in het daaropvolgende seizoen (september tot en met augustus) deel uitmaken van de Grand Prix cyclus. Artikel 4: De club is vrij in het kiezen van de toernooivorm.
67
Artikel 5: 1. De deelname moet mogelijk zijn voor alle belangstellenden in het bondsgebied. 2. Voor deelname is een bondslidmaatschap niet verplicht. 3. De club mag een invitatiegroep vormen. Artikel 6: De club is vrij in het bepalen van inleggeld en prijzen. Artikel 7: 1. De club stuurt, uiterlijk 2 weken voor de geplande toernooidatum, uitnodigingen naar de clubs. 2. De club stuurt, zo spoedig mogelijk, een elektronische versie van de uitnodiging aan de Grand Prix coördinator. 3. De Grand Prix coördinator stuurt, zo spoedig mogelijk na ontvangst van een elektronische versie, de uitnodiging door naar de hem bekende belangstellenden. Aanmelding voor deze mail kan via een bericht aan de Grand Prix coördinator. 4. Op de uitnodiging geeft de club aan dat dit toernooi onderdeel is van de cyclus en maakt een verwijzing naar eventuele sponsoren. Artikel 8: De bond zal, daar waar zij nodig acht, het toernooi promoten. Artikel 9: 1. Op alle deelnemende toernooien zijn punten te verdienen voor de GPL. 2. Puntentelling vindt plaats in 3 verschillende ratingcategorieën: a. 1801 en hoger b. 1600 – 1800 c. 0 – 1599
68
Artikel 10: 1. In iedere ratingcategorie ontvangt de als eerste geëindigde 100 punten, de tweede 99 punten, de derde 98 punten etc. 2. Indien het toernooi wordt gespeeld in een vorm waardoor spelers uit eenzelfde ratingcategorie in verschillende groepen uitkomen, zal voor de toekenning van de Grand Prix punten een ranglijst worden opgemaakt waarbij de feitelijke score wordt vermenigvuldigd met een factor gebaseerd op de gemiddelde rating van de groep waarin de speler heeft gespeeld. Artikel 11: 1. Na afloop van het toernooi stuurt de club de eindstand van de groep of groepen op naar de Grand Prix coördinator. 2. De uitslag wordt bij voorkeur als Excel blad verzonden. 3. De uitslag omvat tenminste van de deelnemers: naam, voornaam / geboortedatum / behaalde plaats / aantal behaalde bordpunten / rating / geslacht. Artikel 12: 1. De Grand Prix coördinator zal ernaar streven om zo snel mogelijk, maar bij voorkeur binnen 48 uur na de ontvangst van de gegevens, de cyclusstand te publiceren. 2. Per deelnemer tellen maximaal 70% van het totaal aantal toernooien, naar boven afgerond, mee voor de Grand Prix stand. 3. Indien een speler aan meer dan 70% van het totaal aantal toernooien deelneemt tellen alleen de beste resultaten. 4. In de Grand Prix stand worden slechts spelers opgenomen lid zijn van een bij de LiSB aangesloten club. 5. Na het laatste toernooi zullen de cyclusprijzen worden uitgedeeld. Deze is gebaseerd op een verdeling overeenkomstig een verdeelsleutel die op de ALV wordt vastgesteld.
69
Artikel 13: 1. Op punten, waarin dit reglement niet voorziet, beslist de Grand Prix coördinator. 2. Op beslissingen van de Grand Prix coördinator staat binnen een maand na het bekend worden beroep open bij de Commissie van Beroep van de LiSB. Artikel 14: 1. Dit reglement kan worden aangehaald als 'Reglement Senioren Grand Prix Cyclus. 2. Dit reglement treedt in werking op 21 september 2008.
70
Reglement op de persoonlijke kampioenschappen van de LiSB Artikel 1 Kampioenschap 1. In elk kalenderjaar wordt onder auspiciën van de LiSB een persoonlijk kampioenschap van de Limburgse Schaakbond gehouden in de volgende categorieën: a. Algemeen b. Senioren (leeftijd 50 jaar en ouder) c. Veteranen (leeftijd 60 jaar en ouder) d. Dames e. A-jeugd (leeftijd tot en met 20 jaar) f. B-jeugd (leeftijd tot en met 16 jaar) g. C-jeugd (leeftijd tot en met 14 jaar) h. D-jeugd (leeftijd tot en met 12 jaar) i. E-jeugd (leeftijd tot en met 10 jaar) j. F-jeugd (leeftijd tot en met 9 jaar) k. G-jeugd (leeftijd tot en met 8 jaar) l. H-jeugd (leeftijd tot en met 7 jaar) 2. Het kampioenschap kan als zelfstandig kampioenschap worden georganiseerd, dan wel onderdeel vormen van een open toernooi.
Artikel 2 Gerechtigd zijn tot deelname 1. Spelers zijn enkel gerechtigd tot deelname aan het Persoonlijk Kampioenschap van de Limburgse Schaakbond, indien ze per de eerste van de maand voorafgaande aan de maand waarin het kampioenschap een aanvang neemt lid zijn van een bij de Limburgse Schaakbond aangesloten vereniging. 2. In een nader reglement ten behoeve van de organisatie van een zelfstandig georganiseerd kampioenschap, kan van het bepaalde in het eerste lid worden afgeweken.
71
Artikel 3 Bepaling van kampioen 1. De eindstand wordt bepaald door: a. Score b. Onderling resultaat c. Buchholz-score d. Sonnenborn-Berger score e. Loting 2. Indien spelers die in aanmerking komen voor de toekenning van de dames-, senioren- en veteranenprijzen alsmede de toekenning van de dames-, senioren- en veteranentitel zowel in verschillende groepen deelnemen, wordt de toekenning van de titels in deze categorieën, in afwijking van het eerste lid, bepaald door: a. De Toernooi Prestatie Rating (TPR). b. Loting 3. In een nader reglement ten behoeve van de organisatie van een zelfstandig georganiseerd kampioenschap, kan van het bepaalde in het eerste lid worden afgeweken.
Artikel 4 Wijzigingen in het reglement 1. Wijzigingen in dit reglement kunnen worden aangebracht bij besluit van de Algemene Vergadering met eenvoudige meerderheid van stemmen. 2. Bevoegd tot het opstellen van een nader reglement als bedoeld in artikel 2 en 3 is het bestuur van de LiSB. Alvorens een dergelijk nader reglement wordt vastgesteld, wordt een ontwerp van dit reglement ter consultatie aan de aangesloten verenigingen toegezonden. 3. Door de vaststelling vervalt het wedstrijdreglement persoonlijk kampioenschap van de Limburgse Schaakbond .
Artikel 5 Slotbepaling 1. Dit reglement kan worden aangehaald als: Reglement op de Persoonlijke Kampioenschappen van de Limburgse Schaakbond. 2. Dit reglement treedt in werking op 21 september 2008.
72
Nader reglement persoonlijke jeugdkampioenschappen LiSB HOOFDSTUK 1
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Dit nader reglement geldt voor de jaarlijks te organiseren wedstrijden om het persoonlijke jeugdkampioenschap van de LiSB. Artikel 2 Algehele leiding van de wedstrijden berust bij de jeugdwedstrijdleider van de LiSB. Artikel 3 Er wordt gespeeld volgens de spelregels van de Wereldschaakbond FIDE in de laatste uitgave van de KNSB. Dit reglement dient bij alle wedstrijden aanwezig te zijn. Artikel 4 1. Er wordt gespeeld in de leeftijdscategorieën als bepaald in artikel 1, eerste lid, onder e tot en met l, van het Reglement op de Persoonlijke Kampioenschappen van de Limburgse Schaakbond 2. De jongens en de meisjes spelen in dezelfde categorie tegen elkaar. De hoogstgeplaatste speler is de algemene kampioen(e). Het beste meisje is meisjeskampioen. 3. De speelgerechtigdheid van een speler voor een leeftijdscategorie wordt bepaald op basis van de leeftijd welke de speler op of na 1 januari van het seizoen (september t/m juni) waarin het kampioenschap wordt gehouden, bereikt. Artikel 5 1. In afwijking van het bepaalde in artikel 3, eerste lid, van het Reglement op de Persoonlijke Kampioenschappen van de Limburgse Schaakbond wordt de winnaar in een leeftijdscategorie als volgt bepaald: a. Score
73
b. Onderling resultaat. c. Indien geen scheiding wordt bereikt worden beslissingswedstrijden gespeeld. i. Zijn twee spelers gelijk geëindigd dan worden er twee beslissingspartijen van 15 minuten p.p.p.p. gespeeld. Is er dan nog geen beslissing: 2 partijen van 5 minuten p.p.p.p. ii. Indien dan nog geen beslissing: een of meerdere partijen van 5 minuten p.p.p.p. totdat een van de spelers de partij wint. iii. Zijn er drie of meer spelers gelijk geëindigd dan wordt er een halve competitie gespeeld van 10 minuten p.p.p.p. Indien dan nog geen beslissing een halve competitie van 5 minuten p.p.p.p. De kleurverdeling wordt door loting bepaald. 2. In afwijking van het bepaalde in artikel 3, eerste lid, van het Reglement op de Persoonlijke Kampioenschappen van de Limburgse Schaakbond worden de overige plaatsen in de ranglijst als volgt bepaald:d: a. onderlinge resultaat b. Buchholz-score c. Sonneborn-Berger punten d. Meeste winstpartijen met zwart e. Meeste partijen gespeeld met zwart HOOFDSTUK 2
KAMPIOENSCHAP
Artikel 6 Het kampioenschap wordt overdag gespeeld op vier dagen in de Kerstvakantie. Artikel 7 1. Het aantal beschikbare plaatsen in het kampioenschap is als volgt: a. Categorie A: onbeperkt b. Categorie B: onbeperkt
74
c. Categorie C: onbeperkt d. Categorie D: 18 deelnemers. e. Categorie E: maximaal 18 deelnemers f. Categorie F: maximaal 18 deelnemers g. Categorie G: maximaal 18 deelnemers h. Categorie H: maximaal 18 deelnemers 2. Het bestuur van de Limburgse Schaakbond kan, op voordracht van de Jeugdcommissie, besluiten dat voorronden worden gehouden in één of meer van de in het eerste lid genoemde leeftijdscategorieën. Artikel 8 De bedenktijd is als volgt: Categorie A: 90 minuten voor 35 zetten, gevolgd door 30 minuten voor de rest van de partij. Notatie is verplicht. Categorie B: 90 minuten voor 35 zetten, gevolgd door 30 minuten voor de rest van de partij. Notatie is verplicht. Categorie C: 60 minuten p.p. per partij. Notatie is verplicht. Categorie D: 30 minuten p.p. per partij. Notatie is verplicht. Categorie E: 20 minuten p.p. per partij. Notatie is niet verplicht. Categorie F: 20 minuten p.p. per partij. Notatie is niet verplicht Categorie G: 20 minuten p.p. per partij. Notatie is niet verplicht. Categorie H: 20 minuten p.p. per partij. Notatie is niet verplicht. Artikel 9 Het wedstrijdsysteem is als volgt : Categorie A: 7 ronden Zwitsers. Categorie B: 7 ronden Zwitsers Categorie C: 9 ronden Zwitsers. Categorie D: halve competitie. Categorie E: halve competitie.
75
Categorie F: Categorie G: Categorie H:
halve competitie. halve competitie. halve competitie.
Artikel 10 Bij geringe deelname kan de wedstrijdleiding, na overleg met de jeugdwedstrijdleider LiSB, categorieën samenvoegen. Hierbij geldt dan de bedenktijd van de hogere categorie. HOOFDSTUK 3
DEELNAMEGERECHTIGDHEID
Artikel 11 In afwijking van het bepaalde in artikel 2, eerste lid, van het Reglement op de Persoonlijke Kampioenschappen van de Limburgse Schaakbond is deelnamegerechtigd iedereen die aan de leeftijdseis voldoet en bij aanvang van het kampioenschap staat vermeld op de ledenlijst van de LiSB, een en ander behoudens het gestelde in artikel 12. Artikel 12 Indien overeenkomstig het bepaalde in artikel 7, tweede lid, is besloten tot het houden van voorronden zijn deelnamegerechtigd aan de finale van de desbetreffende leeftijdscategorie: 1. Vanuit de finale van het voorafgaande kalenderjaar zijn deelnamegerechtigd: a. de kampioen bij de jongens in dezelfde categorie, mits wordt voldaan aan de leeftijdseis. b. de kampioen bij de meisjes in dezelfde categorie, mits wordt voldaan aan de leeftijdseis. 2. Per rayon is deelnamegerechtigd de nummer 1 van de voorronde. 3. Indien in een rayon 5 of meer deelnemers aan de voorronde hebben deelgenomen is tevens de nummer 2 van de voorronde deelnamegerechtigd vanuit dat rayon; 4. Per rayon is deelnamegerechtigd het hoogstgeëindigde meisje 5. Per leeftijdscategorie plaatsen zich minimaal 4 meisjes. Indien dit aantal niet wordt gerealiseerd op grond van het bovenstaande, is tevens deelnamegerechtigd:
76
Het als tweede geëindigde meisje uit i. het rayon met de meeste meisjes in de voorronde. ii. het rayon met de meeste deelnemers. iii. Het niet reeds geplaatste meisje met de hoogste procentuele score (aantal behaalde punten gedeeld door aantal partijen) iv. loting 6. In uitzonderlijke gevallen kan de jeugdwedstrijdleider van de LiSB, na verkregen advies van de Jeugdcommissie, aan maximaal twee spelers een “wildcard” toekennen. 7. De restplaatsen worden over de rayons verdeeld via onderstaande verdeelsleutel: a. het aantal deelnemers per rayon wordt gedeeld door het totaal aantal deelnemers en daarna vermenigvuldigd met het aantal restplaatsen in die categorie. b. eindigt de uitkomst op 0,60 of hoger wordt er naar boven afgerond, anders naar beneden. c. de einduitkomst is beslissend voor het aantal extra plaatsen dat aan een rayon wordt toebedeeld. d. Ontstaat er een verschil tussen het aantal toegewezen restplaatsen en het aantal beschikbare restplaatsen dan wordt dit verschil in mindering of in meerdering gebracht bij het rayon met de meeste restplaatsen. e. De volgorde in de eindstand bij de voorronde is bepalend voor toewijzing van de extra plaatsen. 8. reserve-regeling: komt er een plaats vrij doordat een geplaatste speler niet meedoet aan het kampioenschap dan dient de geplaatste speler vervangen te worden in onderstaande volgorde: a. Het aantal niet geplaatste spelers per rayon in een bepaalde categorie wordt gedeeld door het totaal aantal deelnemers in die categorie. De regio met de hoogste uitkomst krijgt de opengevallen plaats b. Is de uitkomst bij 1 bij 2 of meer regio's gelijk dan geldt achtereenvolgens:
77
i. de regio met de meeste deelnemers in de voorronde gaat voor ii. hoogste procentuele score van de hoogstgeëindigde niet reeds geplaatste deelnemer (aantal behaalde punten gedeeld door aantal partijen) iii. loting HOOFDSTUK 4
SLOTBEPALINGEN
Artikel 13 In gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist de jeugdwedstrijdleider van de LiSB. Tegen zijn beslissingen is beroep mogelijk bij het de Commissie van Beroep van de LiSB Artikel 14 Het niet verschijnen op of het niet uitspelen van het kampioenschap zonder geldige reden wordt bestraft met uitsluiting van 1 jaar wat betreft de deelname aan de persoonlijke kampioenschappen van de Limburgse Schaakbond. Artikel 15 1. Dit reglement kan worden aangehaald als Nader reglement Persoonlijke Jeugdkampioenschappen van de Limburgse Schaakbond. 2. Door de vaststelling vervallen eerdere reglementen betreffende het persoonlijk jeugdkampioenschap van de Limburgse Schaakbond 3. Dit reglement treedt in werking op 21 september 2008.
78
Nader reglement voorronde persoonlijke jeugdkampioenschappen LiSB HOOFDSTUK 1
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Dit nader reglement geldt voor de voorronde van het persoonlijke jeugdkampioenschap van de LiSB. Artikel 2 Algehele leiding van de wedstrijden berust bij de jeugdwedstrijdleider van de LiSB. Artikel 3 Er wordt gespeeld volgens de spelregels van de wereldschaakbond FIDE in de laatste uitgave van de KNSB. Dit reglement dient bij alle wedstrijden aanwezig te zijn. Artikel 4 1. Er wordt gespeeld in de leeftijdscategorieën waarvoor overeenkomstig het bepaalde in artikel 7, tweede lid, van het Nader Reglement op de Persoonlijke Jeugdkampioenschappen van de Limburgse Schaakbond is besloten tot het houden van een voorronde. 2. De jongens en de meisjes spelen in dezelfde categorie tegen elkaar. Artikel 5 De eindstand wordt bepaald op de wijze als omschreven in artikel 5 van het Nader Reglement Persoonlijke Jeugdkampioenschappen van de Limburgse Schaakbond. HOOFDSTUK 2
VOORRONDEN
Artikel 6 1. De LiSB is verdeeld in vier rayons: Noord, Midden, ZuidOost en Zuid-West. In elk rayon wordt een voorronde georganiseerd.
79
2. Het bestuur van de Limburgse Schaakbond kan, op voordracht van de Jeugdcommissie, besluiten dat de voorronden van meerdere rayons gecombineerd worden. RAYONINDELING RAYON NOORD Arx Bergen Blerickse SV Venlose SV Venray
Arcen Bergen Blerick Venlo Venray
Reuver SchaakVelden Tegelse SV H.S.D.V. Horst '76
Reuver Velden Tegelen Helden Horst
’t Pionneke ’t Stokpaardje Ultimo Vero
Roermond Maasbracht Echt
Kerkrade Schaesberg Voerendaal
Kerkrade Landgraaf Voerendaal
DJC DJZ Sjaakmat
Stein Noorbeek Meerssen
RAYON MIDDEN De Postertoren EWS Leudal
Posterholt Weert Haelen
RAYON ZUID-OOST Brunssum Brunssum Heerlen Heerlen Hoensbroek ME Hoensbroek
RAYON ZUID-WEST Gess MSV-VSM Eijsden Geleen
Sittard Maastricht Eijsden Geleen
Artikel 7 De voorronden dienen in de periode van 15 september tot 15 november gespeeld te worden. Artikel 9 De bedenktijd in gelijk aan het bepaalde in artikel 8 van het Nader Reglement Persoonlijke Jeugdkampioenschappen van de Limburgse Schaakbond.
80
Artikel 10 Bij geringe deelname kan de wedstrijdleiding, na overleg met de jeugdwedstrijdleider LiSB, categorieën samenvoegen. Hierbij geldt dan de bedenktijd van de hogere categorie. Artikel 11 1. Een speler dient deel te nemen in het rayon waartoe zijn vereniging behoort. 2. Deelname in meer dan een rayon is niet toegestaan. HOOFDSTUK 4
SLOTBEPALINGEN
Artikel 12 In gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist de jeugdwedstrijdleider van de LiSB. Tegen zijn beslissingen is beroep mogelijk bij het de Commissie van Beroep van de LiSB Artikel 13 1. Dit reglement kan worden aangehaald als Nader reglement Voorronde Persoonlijke Jeugdkampioenschappen van de Limburgse Schaakbond. 2. Dit reglement treedt in werking op 21 september 2008.
81
Reglement op de Jeugd Grand Prix Cyclus. Artikel 1: 1. Dit reglement geldt voor de jaarlijkse Grand Prix cyclus van de LiSB. 2. Waar in dit reglement gesproken wordt over de club wordt de organiserende club, een vertegenwoordigende commissie van 1 of meer clubs of een andere organisatie of rechtspersoon bedoeld die in het bondsgebied een toernooi wil organiseren. 3. Het LiSB bestuur heeft het recht om de Grand Prix cyclus een specifieke naam te geven, bijvoorbeeld van een sponsor. Artikel 2: 1. Het LiSB bestuur wijst een Grand Prix coördinator aan. 2. De Grand Prix coördinator is belast met een aantal taken als nader gespecificeerd in dit reglement. 3. De Grand Prix coördinator verricht zijn werk onder verantwoordelijkheid van het bestuur. Artikel 3: 1. In de Grand Prix cyclus worden opgenomen de jeugdtoernooien welke door of onder auspiciën van een bij de LiSB aangesloten club worden georganiseerd in de periode waarop de Grand Prix cyclus betrekking heeft. 2. Uiterlijk 1 september maakt het LiSB bestuur bekend welke toernooien in het daaropvolgende seizoen (september tot en met juni) deel uitmaken van de Grand Prix cyclus. Artikel 4: 1. De club is vrij in het kiezen van de toernooivorm. 2. Alle wedstrijden van een jeugdtoernooi dienen op een dag gespeeld te worden.
82
Artikel 5: 1. De deelname moet mogelijk zijn voor alle belangstellenden in het bondsgebied. 2. Voor deelname is een bondslidmaatschap niet verplicht. Artikel 6: De club is vrij in het bepalen van inleggeld en prijzen. Artikel 7: 1. De club stuurt, uiterlijk 2 weken voor de geplande toernooidatum, uitnodigingen naar de clubs. 2. De club stuurt, zo spoedig mogelijk, een elektronische versie van de uitnodiging aan de Grand Prix coördinator. 3. De Grand Prix coördinator stuurt, zo spoedig mogelijk na ontvangst van een elektronische versie, de uitnodiging door naar de hem bekende belangstellenden. Aanmelding voor deze mail kan via een bericht aan de Grand Prix coördinator. 4. Op de uitnodiging geeft de club aan dat dit toernooi onderdeel is van de cyclus en maakt een verwijzing naar eventuele sponsoren. Artikel 8: De bond zal, daar waar zij nodig acht, het toernooi promoten. Artikel 9: 1. Op alle deelnemende toernooien zijn punten te verdienen voor de GPL. 2. Puntentelling vindt plaats in 5 verschillende leeftijdscategorieën: d. Categorie A/B – leeftijd tot en met 20 jaar; e. Categorie C – leeftijd tot en met 14 jaar; f. Categorie D – leeftijd tot en met 12 jaar; g. Categorie E – leeftijd tot en met 10 jaar; h. Categorie F – leeftijd tot en met 9 jaar. 3. De speelgerechtigdheid van een speler voor een leeftijdscategorie wordt bepaald op basis van de leeftijd welke de
83
speler op of na 1 januari van het seizoen waarin de Grand Prix wordt gehouden, bereikt. Artikel 10: 1. In iedere leeftijdscategorie ontvangt de als eerste geëindigde 100 punten, de tweede 99 punten, de derde 98 punten etc. 2. Spelen in een hogere leeftijdscategorie is toegestaan. De toegekende punten gelden slechts voor de leeftijdscategorie waarin ook daadwerkelijk gespeeld is. 3. Indien in een cyclus in verschillende leeftijdscategorieën is gespeeld, worden de toegekende punten in de rangschikking van de afzonderlijke leeftijdscategorieën verwerkt. 4. In een toernooi waarin niet in leeftijdscategorieën wordt gespeeld, telt het resultaat alleen mee voor de eigen (gekozen) leeftijdscategorie. 5. Indien het toernooi wordt gespeeld in een vorm waardoor spelers uit eenzelfde (gekozen) leeftijdscategorie in verschillende groepen uitkomen, zal voor de toekenning van de Grand Prix punten een ranglijst worden opgemaakt waarbij de feitelijke score wordt vermenigvuldigd met een factor gebaseerd op de gemiddelde rating van de groep waarin de speler heeft gespeeld. Artikel 11: 1. Na afloop van het toernooi stuurt de club de eindstand van de groep of groepen binnen één week op naar de Grand Prix coördinator. 2. De uitslag wordt bij voorkeur als Excel blad verzonden. 3. De uitslag omvat tenminste van de deelnemers: naam, voornaam / geboortedatum / behaalde plaats / aantal behaalde bordpunten / rating / geslacht. Artikel 12: 1. De Grand Prix coördinator zal ernaar streven om zo snel mogelijk, maar bij voorkeur binnen 48 uur na de ontvangst van de gegevens, de cyclusstand te publiceren.
84
2. Per deelnemer tellen maximaal 70% van het totaal aantal toernooien, naar boven afgerond, mee voor de Grand Prix stand. 3. Indien een speler aan meer dan 70% van het totaal aantal toernooien deelneemt tellen alleen de beste resultaten. 4. In de Grand Prix stand worden slechts spelers opgenomen lid zijn van een bij de LiSB aangesloten club. Voor de berekening van het aantal toe te kennen grandprix-punten worden de spelers die geen lid zijn van een bij de LiSB aangesloten vereniging wel meegeteld. 5. Bij gelijk eindigen is de winnaar: a. De speler die aan de meeste toernooien heeft deelgenomen; b. De speler die de meeste toernooien heeft gewonnen; c. De winnaar van een match over twee partijen met een bedenktijd van 10 minuten per persoon per partij tijdens de najaarsvergadering van de LiSB, waarbij de kleurverdeling van de eerste partij via loting wordt bepaald. d. Loting. ste 6. Uitreiking van de prijzen vindt uiterlijk plaats op het 1 Jeugd Grand Prix toernooi van de LiSB in het eerstvolgende schaakseizoen. Artikel 13: 1. Op punten, waarin dit reglement niet voorziet, beslist de Grand Prix coördinator. 2. Op beslissingen van de Grand Prix coördinator staat binnen een maand na het bekend worden beroep open bij de Commissie van Beroep van de LiSB. Artikel 14: 1. Dit reglement kan worden aangehaald als “Reglement Jeugd Grand Prix Cyclus”. 2. Dit reglement treedt in werking op 21 september 2008.
85
Reglement Jeugdclubcompetitie LiSB HOOFDSTUK 1
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Alle partijen worden gespeeld volgens de spelregels van de Wereldschaakbond FIDE, zoals beschreven in de laatste uitgave van de KNSB. Een exemplaar moet in de speelzaal aanwezig zijn. Artikel 2 1. Elk team bestaat uit 4 personen. 2. Per speeldag kunnen in een team maximaal 5 spelers deelnemen 3. De spelers (en reserves) worden aan het begin van de (eerste) speeldag opgegeven in een vaste bordvolgorde. 4. Extra reserves of invallers van lagere teams worden onder aan de lijst toegevoegd. 5. De bordvolgorde kan gedurende de competitie niet gewijzigd worden. 6. De spelers en reserves mogen slechts in de opgegeven bordvolgorde in het team opgesteld worden. . Artikel 3 1. Elke speler dient in de laatst verschenen ledenlijst van de KNSB als lid van de vereniging, waarvoor hij speelt, te zijn ingeschreven. 2. Een speler mag gedurende het seizoen slechts voor een vereniging uitkomen, tenzij hij van woonplaats verandert. 3. In een ronde mag een speler slechts eenmaal worden opgesteld. 4. Een speler mag binnen een bepaalde leeftijdscategorie slechts uitkomen voor een bepaald team indien hij in het lopende seizoen niet meer dan tweemaal heeft meegespeeld in een lager genummerd team binnen dezelfde leeftijdscategorie. 5. Spelers en/of reserves van een lager team, die voor de derde wedstrijd in een hoger team invallen, worden geacht
86
bij het laagste hogere team waarvoor zij zijn ingevallen te horen. Zij mogen daarna niet meer uitkomen voor het team waarvoor zij werden opgegeven 6. Spelers en/of reserves die opgegeven zijn voor lagere teams mogen invallen in hogere teams. Als lager geldt een tweede team ten opzichte van een eerste, een Cteam lager dan een A-team, een D-team lager dan een Cteam en een E-team lager dan een D-team. Artikel 4 Bij overtreding van bepalingen van artikel 4 of 5 wordt de partij steeds verloren verklaard voor de speler die ten onrechte aan de wedstrijd heeft deelgenomen c.q. aan een lager bord heeft gespeeld dan is toegestaan. Artikel 5 1. Van alle teams wordt bij de opgave van de teams een gemiddelde rating bepaald. De teamrating wordt berekend aan de hand van de KNSB rating en/of KNSB jeugdrating van de eerste vier spelers die voor het team zijn opgegeven. 2. De KNSB-rating gaat voor de KNSB-jeugdrating. 3. Is geen rating bekend dan wordt de rating vastgesteld op basis van de volgende formule: (leeftijd * 100) – 75, met een maximum van 1700. Artikel 6 1. De ontvangende vereniging zorgt voor een niet-spelende wedstrijdleider. 2. De eerstgenoemde vereniging heeft zwart aan de oneven genummerde borden. 3. Op het wedstrijdformulier worden voor aanvang van de wedstrijd de teamopstellingen ingevuld. Deze zijn vanaf dat moment bindend voor de betreffende wedstrijd. Als een team incompleet is moeten de laagstgenummerde borden bezet worden.
87
Artikel 7 1. Na afloop van de wedstrijd moet het wedstrijdformulier volledig worden ingevuld meeondertekend door de beide teamleiders. 2. De ontvangende vereniging dient het formulier binnen 24 uur aan de jeugdwedstrijdleider van de LiSB te zenden. Bij gebreke hiervan wordt een boete van € 5 opgelegd. Artikel 8 1. Voor iedere gewonnen partij wordt een bordpunt toegekend. 2. Bij remise wordt aan beide spelers een half bordpunt toegekend. 3. Het team dat bij een wedstrijd de meeste bordpunten scoort, ontvangt twee wedstrijdpunten. Bij gelijke stand ontvangen beide teams een wedstrijdpunt. Artikel 9 Trekt een team zich terug voordat alle wedstrijden zijn gespeeld, dan worden de door dat team gespeelde wedstrijden geannuleerd. Artikel 10 Winnaar in een leeftijdscategorie is het team met de meeste wedstrijdpunten. Bij gelijk eindigen is achtereenvolgens bepalend: a. aantal behaalde bordpunten b. aantal wedstrijdpunten in de onderlinge ontmoeting(en) c. aantal bordpunten in de onderlinge ontmoeting(en) d. aantal bordpunten aan de eerste 3 borden in de onderlinge ontmoeting(en) e. aantal bordpunten aan de eerste 2 borden in de onderlinge ontmoeting(en) f. aantal bordpunten aan het eerste bord in de onderlinge ontmoeting(en) g. loting.
88
Artikel 11 Het winnende team is Limburgs Kampioen in de desbetreffende leeftijdscategorie. Artikel 12 Bij niet opkomen van een team bij een wedstrijd wordt een boete van € 10,- per wedstrijddag opgelegd. Artikel 13 Voor elk team is een door het Bestuur jaarlijks vast te stellen inschrijfgeld verschuldigd. HOOFDSTUK 2 AANVULLENDE BEPALINGEN CATEGORIE C Artikel 14 Gerechtigd tot deelname zijn alle jeugdspelers die op 31 december van het jaar waarin de competitie eindigt de leeftijd van 15 jaar nog niet hebben bereikt en lid zijn van een bij de LiSB aangesloten vereniging. Artikel 15 1. De jeugdwedstrijdleider LiSB is belast met de organisatie van de competitie. Hij stelt een speelschema op van de wedstrijden, afhankelijk van het aantal inschrijvingen, die op zondagen plaatsvinden. 2. De verenigingen zijn verplicht zich aan dit wedstrijdprogramma te houden. Artikel 16 1. De bedenktijd in de categorie C bedraagt 1 ½ uur voor 35 zetten en vervolgens 30 minuten per speler voor de rest van de partij. Notatie is verplicht. 2. Alle teams spelen tegelijkertijd op een plaats. Bij voorkeur wordt er een keer in het noorden, een keer in het midden en een keer in het zuiden gespeeld.
89
Artikel 17 1. Aanvang van de wedstrijden wordt bepaald door de jeugdwedstrijdleider. 2. Vooruitspelen van een wedstrijd kan alleen met wederzijds goedvinden en toestemming van de jeugdwedstrijdleider LiSB. Uitstel is niet toegestaan, behoudens zeer ernstige omstandigheden. HOOFDSTUK 3 AANVULLENDE BEPALINGEN CATEGORIE D Artikel 18 In de D categorie zijn gerechtigd tot deelname alle op 31 december van het jaar waarin de competitie eindigt de leeftijd van 13 jaar nog niet hebben bereikt en lid zijn van een bij de LiSB aangesloten vereniging. Artikel 19 1. De jeugdwedstrijdleider LiSB is belast met de organisatie van de competitie of hij benoemt hiervoor een wedstrijdleider. Hij stelt een speelschema op van de wedstrijden, afhankelijk van het aantal inschrijvingen. De indeling vindt plaats door middel van loting. 2. De verenigingen zijn verplicht zich aan dit wedstrijdprogramma te houden. 3. Alle teams spelen tegelijkertijd op een plaats. Artikel 20 De bedenktijd in de categorie D bedraagt 60 minuten per speler per partij. Notatie is gewenst (niet verplicht) voor de D categorie. Artikel 21 Aanvang van de wedstrijden wordt bepaald door de jeugdwedstrijdleider.
90
HOOFDSTUK 4 AANVULLENDE BEPALINGEN CATEGORIE E Artikel 22 In de E categorie zijn gerechtigd tot deelname alle jeugdspelers op 31 december van het jaar waarin de competitie eindigt de leeftijd van 11 jaar nog niet hebben bereikt en lid zijn van een bij de LiSB aangesloten vereniging. Artikel 23 1. De jeugdwedstrijdleider LiSB is belast met de organisatie van de competitie of hij benoemt hiervoor een wedstrijdleider. Hij stelt een speelschema op van de wedstrijden, afhankelijk van het aantal inschrijvingen. De indeling vindt plaats door middel van loting. 2. De verenigingen zijn verplicht zich aan dit wedstrijdprogramma te houden. 3. Alle teams spelen op één zondag op een dezelfde plaats Artikel 24 De bedenktijd voor de E categorie bedraagt speeltijd is 20 min per speler per partij. Artikel 25 Aanvang van de wedstrijden wordt bepaald door de organiserende vereniging.. HOOFDSTUK 4 SLOTBEPALINGEN Artikel 26 1. Op punten waarin dit reglement niet voorziet, beslist de Jeugdwedstrijdleder LiSB. 2. Op beslissingen van de jeugdwedstrijdleider LiSB staat binnen een maand na het bekend worden beroep open bij de Commissie van Beroep van de LiSB.. 3. Een protest n.a.v. een wedstrijd kan tot een week na de wedstrijddag worden ingediend bij de jeugdwedstrijdleider LiSB.
91
Artikel 27 Door vaststelling van dit reglement vervallen alle eerder vastgestelde.
92
Reglement scholencompetitie LiSB Artikel 1 Dit reglement geldt voor de jaarlijks te organiseren Limburgse schoolschaakkampioenschappen in de categorieën: I Voortgezet Onderwijs II Voortgezet Onderwijs categorie eerste twee leerjaren III Basis Onderwijs Artikel 2 De Limburgse schoolschaakkampioenschappen worden georganiseerd onder auspiciën van de LiSB. Artikel 3 1. Er wordt deelgenomen door teams, bestaande uit 4 spelers, een teamleider, plus eventuele reserves. Alle spelers en reserves moeten bij de school waarvoor zij uitkomen als leerling zijn ingeschreven. 2. Een speler mag slechts in één categorie uitkomen. Artikel 4 1. Deelname is alleen mogelijk door leerlingen van dagscholen die onderwijs volgen aan de in lid 2 vermelde schoolsoorten. 2. Categorie I Scholen of afdelingen uit a. Het Voortgezet Onderwijs (VO), (o.a. VWO, HAVO, MAVO, VMBO, LBO, PRO) b. Het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) c. BVE (o.a. BOL, voltijd BOL en BBL) Categorie II De eerste twee leerjaren van de bij categorie I genoemde scholen c.q. afdelingen Categorie III Scholen voor Basis Onderwijs of daaraan gelijk te stellen. 3. Er wordt onderscheidt gemaakt bij afdelingen van scholen met een verschillende BRIN code dan de hoofdvestiging. Deze worden als een aparte school gezien.
93
4. De Jeugdwedstrijdleider LiSB is bevoegd: a. Niet in lid 2 genoemde opleidingsvormen toe te laten tot een bepaalde categorie; b. Een of meer spelers, in afwijking van lid 2, toe te laten tot een bepaalde categorie; c. Dispensatie te verlenen voor leerlingen van dagscholen die onderwijs volgen en niet aan lid 3 voldoen; d. In twijfelgevallen te beslissen over de van toepassing zijnde categorie. Artikel 5 1. Iedere deelnemende school dient de namen van alle spelers en reserves, alsmede de teamleider, bij de aanmelding bekend te maken. 2. De teamleiders, dienen uiterlijk bij aanmelding op de (eerste) speeldag de bordvolgorde aan de jeugdwedstrijdleider LiSB door te geven, 3. Spelers en reserves mogen slechts in de aangegeven bordvolgorde in het team worden opgesteld. Artikel 6 1. De wedstrijden worden gespeeld volgens de spelregels van de FIDE in de officiële vertaling, uitgegeven door de KNSB (laatste uitgave), inclusief aanvullingen, voor zover in dit reglement niet anders is bepaald. 2. In categorie I en II bedraagt het speeltempo 30 minuten per persoon per partij. 3. In categorie III bedraagt het speeltempo15 minuten per persoon per partij. 4. Noteren is verplicht in de categorieën I en II. Artikel 7 1. Voor het begin van een wedstrijd overhandigen de teamleiders gelijktijdig de opstelling van hun team aan de wedstrijdleider. 2. Deze opstelling moet voldoen aan de in artikel 5 gestelde normen. 3. Bij overtreding van deze normen verklaart de jeugdwedstrijdleider LiSB de partij steeds verloren voor de speler
94
die ten onrechte aan een lager bord heeft gespeeld dan volgens de bordvolgorde bepaald was. Artikel 8 1. Deelnemende teams zijn een inschrijfgeld verschuldigd, waarvan de hoogte jaarlijks door het Bestuur van de LiSB wordt vastgesteld. 2. Het inschrijfgeld dient voor aanvang van de wedstrijden te zijn voldaan. Artikel 9 De jeugdwedstrijdleider LiSB is belast met de organisatie van de competitie of hij benoemt hiervoor een wedstrijdleider. Hij stelt een speelschema op van de wedstrijden, afhankelijk van het aantal inschrijvingen. De indeling vindt plaats door middel van loting. Artikel 10 De in het speelprogramma eerstgenoemde teams spelen aan de oneven borden met zwart en aan de even borden met wit. Artikel 11 In elke categorie wordt gespeeld om matchpunten. Eindigen meer teams gelijk op matchpunten, dan geldt achtereenvolgens: a. Het aantal bordpunten b. Het resultaat van de onderlinge wedstrijd(en) c. De score aan de eerste drie borden d. De score aan de eerste twee borden e. De score aan het eerste bord f. Loting Artikel 12 Het team dat in zijn categorie winnaar wordt, verkrijgt de titel “Kampioen van Limburg” onder toevoeging van het jaartal en de categorie die van toepassing is.
95
Artikel 13 1. Op punten waarin dit reglement niet voorziet, beslist de Jeugdwedstrijdleder LiSB. 2. Op beslissingen van de jeugdwedstrijdleider LiSB staat binnen een maand na het bekend worden beroep open bij de Commissie van Beroep van de LiSB.. 3. Een protest n.a.v. een wedstrijd kan tot een week na de wedstrijddag worden ingediend bij de jeugdwedstrijdleider LiSB.
96
Reglement Commissie van Beroep. Artikel 1: Samenstelling 1. Er is een Commissie van Beroep, welke hierna als 'de Commissie' wordt aangeduid. 2. De Commissie bestaat uit tenminste vijf leden, onder wie tenminste twee juristen, welke door de Algemene Vergadering van de LiSB (hierna te noemen “Ledenvergadering”) worden benoemd. 3. De Ledenvergadering benoemt jaarlijks, overeenkomstig een vastgesteld rooster van aftreden, éénvijfde van de leden van de Commissie voor een tijdvak van vijf jaren. Het tijdvak waarvoor de benoeming geldt begint en eindigt steeds vanaf de Algemene Ledenvergadering als bedoeld in artikel 9 van de Statuten. 4. De Commissie kiest uit zijn midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter. 5. Leden van de Commissie kunnen steeds worden herbenoemd. 6. Leden van het Bestuur van de LiSB kunnen geen lid van de Commissie zijn. 7. Gedurende het tijdvak waarvoor een lid van de Commissie is benoemd wordt zijn lidmaatschap slechts beëindigd door overlijden, door het aanvaarden van een onverenigbare functie als bedoeld in het vijfde lid of door ontslag op eigen verzoek door middel van een daartoe strekkende kennisgeving van het desbetreffende lid aan de Ledenvergadering. 8. Tussentijds ontstane vacatures worden zo spoedig mogelijk door de Ledenvergadering vervuld. In dat geval geschiedt de benoeming voor het resterende gedeelte van het tijdvak gedurende welke het afgetreden lid van de Commissie lid zou zijn geweest. 9. Ingeval van niet of niet goed functioneren van de Commissie van Beroep kan de Algemene Vergadering op voorstel van het LiSB bestuur of op voorstel van vijf vere-
97
nigingen, de leden van de Commissie van Beroep ontslaan. Artikel 2: Taak 1. De Commissie heeft de taak om overeenkomstig de bepalingen van dit reglement zo snel als redelijkerwijs mogelijk is beslissingen te nemen op beroepen tegen beslissingen van wedstrijd- en/of competitieleiders dan wel overige instanties, met betrekking tot door of onder auspiciën van de LiSB gehouden wedstrijden en/of competities, indien en voor zover de Ledenvergadering de mogelijkheid van een dergelijk beroep heeft opengesteld voordat de beslissing waartegen het beroep wordt ingesteld werd genomen. 2. Indien de Commissie uitspreekt dat de beslissing waartegen het beroep is ingesteld, vernietigd dient te worden, dan neemt de Commissie tevens een beslissing zoals deze naar het oordeel van de Commissie had behoren te zijn genomen en/of een beslissing die naar het oordeel van de Commissie noodzakelijk is teneinde de wellicht reeds uitgevoerde gewraakte beslissing te corrigeren. 3. De Commissie neemt haar beslissingen met inachtneming van de bepalingen van de reglementen van de LiSB, waaronder begrepen de FIDE-reglementen, en het desbetreffende wedstrijd- of competitiereglement. Indien dat reglement niet duidelijk is of niet in het desbetreffende geschil voorziet dan beslist de Commissie in overeenstemming met de eisen van sportiviteit, redelijkheid en billijkheid. 4. De beslissingen van de Commissie zijn bindend. Tegen de beslissingen van de Commissie staat geen verder beroep open. 5. Indien in het desbetreffende wedstrijd- of competitiereglement bij het instellen van het beroep een bedrag aan de LiSB dient te worden betaald en het beroep niet gegrond wordt verklaard, beslist de Commissie of het bedrag of een deel daarvan wordt terugbetaald.
98
Artikel 3 Werkwijze 1. Beslissingen van de Commissie worden steeds door drie leden van de Commissie genomen. De voorzitter van de Commissie, en bij zijn ontstentenis de plaatsvervangend voorzitter, stelt vast welke drie leden van de Commissie in voorkomend geval de beslissing op het beroep nemen. Onder deze drie leden bevindt zich steeds een jurist. De overige leden van de Commissie mogen steeds aan de beraadslagingen omtrent de te nemen beslissing deelnemen. 2. Indien een lid van de Commissie persoonlijk en rechtstreeks bij de beslissing waartegen beroep wordt ingesteld is betrokken, of indien hij lid is van een vereniging waarvan een team of een lid rechtstreeks bij de beslissing is betrokken dient dat lid zich van deelneming aan de beraadslaging en beslissing te verschonen. 3. De Commissie geeft de rechtstreeks belanghebbende(n) steeds de gelegenheid om zijn resp. hun standpunt met betrekking tot het ingestelde beroep schriftelijk aan de Commissie kenbaar te maken. 4. Belanghebbenden bij de beroepsprocedure zijn de in de beslissing waartegen beroep is ingesteld in het ongelijk gestelde vereniging en/of persoon, de wedstrijdleider/competitieleider/instantie tegen wiens beslissing beroep is ingesteld, en de vereniging(en) of personen die naar het oordeel van de Commissie rechtstreeks nadelig beïnvloed kunnen worden door een beslissing over het beroep. 5. De Commissie kan besluiten om de wedstrijd- resp. competitieleider, getuigen, deskundigen en overige belanghebbenden en/of betrokkenen te horen alvorens een beslissing te nemen. De kosten welke daaraan zijn verbonden komen ten laste van de LiSB. 6. De Commissie stelt haar uitspraak op het beroep op schrift. In spoedeisende gevallen, zulks ter beoordeling van de voorzitter resp. de plaatsvervangend voorzitter, kan de Commissie de uitspraak mondeling kenbaar maken mits de uitspraak zo spoedig mogelijk nadien op
99
schrift wordt gesteld. De schriftelijke uitspraak omvat steeds een beslissing met inachtneming van het bepaalde in artikel 2 lid 2 van dit reglement alsmede een motivering van de genomen beslissing. De Commissie zendt haar schriftelijke uitspraak zo spoedig mogelijk aan het Bestuur van de LiSB. 7. De Commissie regelt zelf haar werkwijze voor zover dit reglement de werkwijze van de Commissie niet regelt. Artikel 4: Uitvoering 1. Het Bestuur van de LiSB draagt terstond zorg voor toezending van afschriften van de uitspraak van de Commissie aan degene die het beroep heeft ingesteld alsmede aan de in artikel 3 lid 3 bedoelde belanghebbende(n). 2. Het Bestuur van de LiSB draagt zorg voor de uitvoering van de beslissingen van de Commissie indien en voor zover de beslissingen van de Commissie uitvoering eisen. 3. Het Bestuur van de LiSB draagt voorts zorg voor zo spoedig mogelijke publicatie van de beslissingen van de Commissie. 4. De kosten verbonden aan de vervulling van de taak van de Commissie worden door de LiSB gedragen Artikel 5: Overgangs- en slotbepalingen 4. Dit reglement kan worden aangehaald als 'Reglement op de Commissie van Beroep'. 5. Dit reglement treedt in werking op 23 september 2007. 6. De Ledenvergadering stelt het rooster van aftreden van de op 22 september 2007 benoemde leden van de Commissie vast.
100
Club van het Jaar en Aanmoedigingsprijs Verkiezing Club van het jaar Artikel 1 In 1992 is door de Algemene Ledenvergadering van de LiSB besloten tot invoering van de verkiezing Club van het Jaar. De verkiezing is een grote blijk van waardering voor een vereniging die zich in het voorbije seizoen op meerdere terreinen duidelijk onderscheiden heeft van alle andere verenigingen. Artikel 2 Het LiSB-bestuur stelt een beoordelingscommissie samen die na elk seizoen een voordracht doet aan het LiSB-bestuur, waarna het bestuur over de voordracht beslist en de titel toekent. De commissie wisselt van samenstelling zodanig dat steeds iemand wordt vervangen door een afgevaardigde die uit de vereniging komt die Club van het Jaar is geworden. Artikel 3 De pas gekozen Club van het Jaar kan het seizoen erna niet in aanmerking komen voor de titel. Artikel 4 De beoordelingscommissie vormt zich een zo goed mogelijk beeld van de activiteiten van alle clubs, bijvoorbeeld aan de hand van de informatie uit Schakend Limburg, de clubbladen, internetpagina's of door een persoonlijk bezoek. Artikel 5 De bekendmaking van de winnaar van de titel Club van het Jaar gebeurt op de najaarsvergadering van de LiSB. De prijsuitreiking geschiedt vervolgens op een nader te bepalen datum in overleg met de winnende vereniging. Artikel 6 De Club van het Jaar hoeft niet per se elk jaar uitgeroepen te worden. Het is mogelijk dat de titel niet wordt toegekend, bij-
101
voorbeeld als er geen vereniging is die duidelijk boven de andere uitsteekt. Artikel 7 De prijs bestaat uit: a) Een schaakklok met inscriptie; b) De "Frits Hendriks wisselbokaal", beschikbaar gesteld door LiSB-erevoorzitter Frits Hendriks; c) Een (royaal) artikel plus foto('s) in Schakend Limburg waarin de vereniging wordt geportretteerd. Verkiezing Aanmoedigingsprijs Artikel 8 Met ingang van het seizoen 1998-1999 is de Limburgse Aanmoedigingsprijs ingesteld. Deze is bestemd voor een vereniging, een groep spelers of een speler die een aanmoediging verdient/verdienen omdat zij op een enthousiaste en opvallende manier aan de weg timmert/timmeren. Ook voor deze prijs wordt de beoordeling en de daarop volgende voordracht aan het LiSB-bestuur gedaan door de commissie 'Club van het Jaar'. Artikel 9 De pas gekozen winnaar van de Aanmoedigingsprijs kan het seizoen erna niet opnieuw hiervoor in aanmerking komen. Artikel 10 De bekendmaking van de winnaar van de Aanmoedigingsprijs gebeurt op de najaarsvergadering van de LiSB. De prijsuitreiking geschiedt vervolgens op een nader te bepalen datum in overleg met de winnaar. Artikel 11 De Aanmoedigingsprijs hoeft niet per se elk jaar uitgereikt te worden. Het is mogelijk dat de prijs niet wordt toegekend, bijvoorbeeld omdat geen vereniging, groep personen of persoon zich hiervoor duidelijk heeft gemanifesteerd.
102
Artikel 12 De prijs bestaat uit: a) Een oorkonde. b) Een (royaal) artikel plus foto('s) in Schakend Limburg over de prijswinnaar(s).
103
Grand Prix toernooien Senioren seizoen 2008-2009
11 oktober 2008 Hyfasss Adviesgroep Rapid Bergen 4 januari 2008 Nieuwjaarstoernooi Vlodrop 21 maart 2009 Liminanz Rapidtoernooi Venlo 1 maart 2009 Schaesberg Rapid Schaesberg 21 juni 2008 Alex Vinken Rapidtoernooi Kerkrade
Grand Prix toernooien Jeugd seizoen 2008-2009
DSM Jeugdtoernooi Jeugdtoernooi Reuver Theo van Spijk jeugdtoernooi Koninginnetoernooi Blerick Pinkstertoernooi Tegelen Open Roermonds Jeugdkampioenschap
30 november 2008 15 maart 2009 5 april 2009 25 april 2009 1 juni 2009 7 juni 2009
104