VOORUITGANGSTRAAT 323 BUS 1 – 1030 BRUSSEL – T 02/205 00 50 – F 02/205 00 60 –
[email protected] - WWW.VMC.BE
PRINCIPES INZAKE ISLAMITISCH BEGRAVEN OP EEN BEGRAAFPLAATS IN VLAANDEREN VMC - SEPTEMBER 2007
1. Een gemeentelijke begraafplaats. De begraving van de overledenen, en daaruit voortvloeiend begraafplaatsen, zijn een opdracht van de gemeentelijke overheid.
de
inrichting
van
de
2. Het neutrale karakter van de begraafplaats De begraafplaats heeft een neutraal karakter. Het is niet toegelaten op de begraafplaats een onderscheid te maken of te discrimineren wegens geloof of eredienst van de overledene of omstandigheden eigen aan zijn dood. Zo kan de overheid niet op basis van de godsdienst of de geloofsovertuiging van de overledene bepalen waar hij of zij op de begraafplaats begraven wordt. 3. Eerbied voor de religieuze overtuiging. De gemeentelijke overheid houdt, binnen het kader van de wetgeving, rekening met de geloofsovertuigingen van de overledene en zijn familie. De gemeente kan perken voorzien voor bepaalde groepen, zoals overledenen van de islamitische godsdienst of van een religieuze orde. Graven met soortgelijke kenmerken kunnen worden gegroepeerd. Het initiatief daartoe ligt bij de gemeentelijke overheid. 4. De laatste wilsbeschikking Iedereen kan tijdens zijn leven vrijwillig een schriftelijke kennisgeving van zijn laatste wilsbeschikking bezorgen aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van gemeente. Die laatste wilsbeschikking kan handelen over de wijze van lijkbezorging, de asbestemming evenals het ritueel van de levensbeschouwing voor de uitvaartplechtigheid. Onder levensbeschouwing worden alle erkende godsdiensten, namelijk de Katholieke Godsdienst, de Protestantse Godsdienst, de Anglicaanse Godsdienst, de Orthodoxe Godsdienst, de Joodse Godsdienst, de Islamitische Godsdienst, alsook de Vrijzinnige Levensovertuiging en de Neutraal Filosofische Overtuiging, gerekend. De gemeente tot wie een verzoek wordt ingediend, mag in geen geval bij de betrokken religieuze overheid nagaan of de overledene al dan niet een bepaalde godsdienst beleed. De tussenkomst van de gemeente beperkt zich tot de registratie van de wens van de overledene of van zijn familie of van degene die voor de begrafenis kan instaan.
1
5. Rituele reiniging Wanneer een moslimman of - vrouw is overleden, zorgt de moslimgemeenschap ervoor dat het lichaam wordt gewassen of symbolisch gereinigd. Directe familieleden komen het meest in aanmerking voor het wassen van de overledene. Wanneer geen familieleden aanwezig zijn, of de aanwezige familieleden niet in staat zijn de wassing te verrichten, wordt betrouwbare moslims verzocht deze taak op zich te nemen. Het lichaam wordt driemaal gewassen met water waaraan lotusblad, zeep of andere welriekende, niet alcoholische parfum is toegevoegd Het lichaam wordt symbolische gereinigd met schoon zand of aarde, die men eerst van de handen slaat, waarna men éénmaal licht over het gezicht en éénmaal over beide armen en handen strijkt. 6. Snel begraven Bij de moslims is het gebruikelijk de doden zo snel mogelijk te begraven. De overledene kan zo van zijn laatste rustplaats genieten en de genade van Allah ontvangen, als het een goed mens was. In België wordt rekening gehouden met de nodige administratieve regels. 7. Lijkwade Volgens de meerderheid van de islamitische wetscholen wordt de overledene in een lijkwade (kafan) gewikkeld. Na de wassing wordt de overledene in doeken gewikkeld, de man in principe in 3 en de vrouw in 5 doeken. De wikkeldoeken worden op elkaar gelegd in de volgorde waarop ze om de overledene gewikkeld worden, dus de grootste en laatste doek onderop. Het is gebruikelijk de doeken te parfumeren en in het vertrek wierook te branden. Soms worden het voorhoofd, de neus, handen, knieën en voeten extra geparfumeerd. Het Vlaamse decreet op de begraafplaatsen en lijkbezorging (art.11) voorziet in begraving in een doodskist of in een lijkwade. Bekisting en begraving dienen te gebeuren in naleving van de regelgeving inzake de hygiëne en de volksgezondheid. 8. De baar Het dragen van de baar gebeurt door de moslimgemeenschap zelf. De traditie wil dat zoveel mogelijk mannen uit de gemeenschap de baar of de kist op weg naar het graf een stukje dragen 9. De begraafplaats De begrafenis moet plaatsvinden op een begraafplaats die geschikt is voor moslims. Moslims verkiezen begraven te worden naast andere moslims. Een dergelijk perk kan, om het aan te duiden, een eigen toegang hebben of afgezoomd worden. Rekening houdende met de neutraliteit van de begraafplaats mag het niet geïsoleerd worden van de rest van de begraafplaats. Het betreft enkel een voorbehouden perceel waarvan de algemene aanleg toelaat dat de graven in een welbepaalde richting worden gericht en dat de graven worden verhoogd.
2
afbeelding 1 : Moslimperk op begraafplaats Beringen-Mijn 10. Het graf Het graf wordt in de islam beschouwd als het goed van de dode. Bij moslims is het daarom de gewoonte dat er één overledene in een graf komt te liggen. Het graf moet ruim genoeg zijn en over de nodige diepte beschikken; men kan voor de uitgraving kiezen tussen
de zogenaamde 'chaq' ( een eenvoudige, diepe put);
de zogenaamde 'lahd', d.w.z. met een nis in het onderste gedeelte van het graf, uitgegraven in de richting van Mekka.
Het graf wordt zodanig gegraven dat het lichaam op de rechterzijde kan gelegd, met het gezicht richting Mekka. De overledene wordt met aarde in die houding ondersteund. De lijkwade wordt aan het hoofd en de voeten losgemaakt. De wanden zijn eventueel verstevigd, zodat zij kunnen worden afgedekt, om te voorkomen dat er aarde zou vallen op de dode. Daarop kan de aarde weer teruggeplaatst worden. Iedereen die aan de begrafenis deelneemt strooit aarde in het graf. Na de begrafenis wassen alle aanwezigen hun handen.
Afbeelding 2: Moslimperk op begraafplaats Mol-Kruisven
3
11.grafinrichting Van de overblijvende aarde worden een heuveltje, soms twee bulten gemaakt. Een steen aanbrengen is mogelijk om het graf niet verloren te laten gaan of te identificeren. De zerk blijft beperkt tot een eenvoudige steen met gegevens als naam en data's, soms ook voorzien koranteksten en afbeeldingen van een moskee. Planten en bloemen niet worden vertrapt. Het is verboden op het graf te zitten of te stappen, uit respect voor de overledene.
Afbeelding 3 : Moslimgraf op begraafplaats Beringen-Mijn
Afbeelding 4 : Moslimgraf op begraafplaats Maaseik -Egelsveld
4
Condoleances Na de begrafenis geldt een eerste rouwperiode van drie dagen, waarin de nabestaanden worden gecondoleerd en eten krijgen van familie en buren. Voor weduwen geldt na die drie dagen een rouwperiode van vier maanden en tien dagen, waarin zij geen make-up of sieraden dragen. Vaak wordt door de familie gedurende veertig dagen elke avond thuis voor de overledene gebeden. Na die veertig dagen wordt de rouwtijd afgesloten met gebeden waarin gevraagd wordt om de overledenen op te nemen in de djenna (hemel), gevolgd door een maaltijd voor de hele familie.
12. Concessie Moslims worden begraven in een eigen graf met, liefst, onbepaalde grafrechten. In Vlaanderen worden concessies verleend, die hernieuwd kunnen worden tot een maximumtermijn van vijftig jaar. De hernieuwingen kunnen geweigerd worden indien blijkt dat op het moment van de aanvraag tot hernieuwing het graf verwaarloosd is. Wanneer een concessie verstreken is zonder dat een aanvraag tot hernieuwing werd toegestaan, worden de opgegraven stoffelijke overschotten naar een daarvoor bestemd perceel van de begraafplaats overgebracht worden 13. Samenspraak Voor het inrichten en verzorgen van een perk dat beantwoordt aan de religieuze vereisten is een open overleg nodig tussen de overheid en de woordvoerders van de lokale moslimgemeenschap.
14. Repatriëring
De meeste moslims kiezen vooralsnog om zich te laten begraven in hun land van herkomst. De meerderheid van de moslims sluit daarvoor een uitvaartverzekering af. In België beschikken de moslims over 2 mogelijkheden: een verzekering afsluiten bij een bank of zich aansluiten bij een islamitisch uitvaartfonds.
15. Administratieve stappen Na het overlijden van iemand dienen er stappen te worden genomen om het lijk te laten repatriëren1 1. Attest van overlijden wordt opgemaakt door de arts die het overlijden heeft vastgesteld. Dit document noemt men een C3. Het is een vertrouwelijk document waarin staat: tijdstip & oorzaak van overlijden. 2. Vervolgens gaat men naar het stadhuis waar men het C3 afgeeft. Hierbij wordt gemeld naar welk land en stad het lichaam overgebracht moet worden Er worden twee documenten meegegeven: Akte van overlijden Akte van vervoer.
1
Iemand die ervoor kiest om in België begraven te worden moet de stappen 1 t.e.m. 5 volgen.
5
3. Bij het overlijden verwittigt men de verzekering ( bank of uitvaartfonds) en de begrafenisondernemer. 4. De verzekering neemt contact op met een begrafenisondernemer 5. De begrafenisondernemer neemt contact op met een reisbureau voor de overbrenging van het lichaam. Daarna wordt er een akte van vervoer naar het buitenland aangevraagd bij het Ministerie van Gezondheid. Ook nemen ze contact op met een ambulance in het land van herkomst. Hierbij is het belangrijk om het adres te vermelden waar het lichaam wordt begraven en wie de persoon is die het zal ontvangen (meestal is dit een familielid in het land van herkomst). 6. Men dient ook een Laisser-passer te verkrijgen van het consulaat. Hier moet men volgende documenten afgeven: Attest van de dokter dat de overledenen niet lijdt of leed aan een besmettelijke ziekte bij het overlijden. Een attest dat bevestigd dat het gaat om een natuurlijke dood. Indien dit niet het geval is, onderzoekt de Consul of het lichaam overgebracht mag worden of het niet nodig is voor een eventueel gerechtelijk onderzoek. 16. ref.documenten:
VMC, Moslimbegraafplaatsen in Vlaanderen, een inventaris, september 2007
10 MAART 2006. - Omzendbrief BA-2006/03 betreffende de toepassing van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging en de uitvoeringsbesluiten BS 07.04.2006 (www.staatsblad.be)
Herman DE LEY, Het Recht op een http://www.flwi.UGent.be/cie/CIE2/deley32.htm
Fatima Ben Azrak, Tot Allah behoren wij en tot Hem is de terugkeer’, eindwerk, Erasmus Hogeschool Brussel – dep.Lerarenopleiding, 2006-2007
BISMILLAH AR-RAHMAN AR-RAHIM, www.geocities.com/naffernl/nafnl04.html
Laytouss Brahim, Islamitisch begraven: voorschriften en rituelen, VOEM OostVlaanderen. http://www.flwi.ugent.be/cie/archief/docu4.htm
Menswaardige
Begrafenis,
Contact:
[email protected] www.vmc.be
6