PRINCE2 2010 Een introductie
Algemene informatie voor medewerkers van SYSQA B.V.
Organisatie Titel Onderwerp
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
Pagina Versie Datum
2 van 12 2.0 05-02-2013
Inhoudsopgave 1
INLEIDING .............................................................................................................................. 3 1.1
2
PRINCE2 ................................................................................................................................. 4 2.1 2.2 2.3
3
OPSTARTEN VAN EEN PROJECT (SU).................................................................................. 7 INITIËREN VAN EEN PROJECT (IP) ....................................................................................... 7 STUREN VAN EEN PROJECT (DP)........................................................................................ 8 BEHEERSEN VAN EEN FASE (CS)........................................................................................ 8 MANAGEN PRODUCTOPLEVERING (MP) .............................................................................. 8 MANAGEN FASEOVERGANGEN (SB).................................................................................... 8 AFSLUITEN VAN EEN PROJECT (AP).................................................................................... 8
THEMA’S .............................................................................................................................. 10 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7
5
KENMERKEN PRINCE2 ..................................................................................................... 4 VOORDELEN VAN HET GEBRUIK VAN PRINCE2.................................................................... 4 OPBOUW PRINCE2 .......................................................................................................... 4
OVERZICHT VAN PROCESSEN ............................................................................................ 7 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7
4
ALGEMEEN........................................................................................................................ 3
BUSINESS CASE .............................................................................................................. 10 PROJECTORGANISATIE .................................................................................................... 10 KWALITEIT ...................................................................................................................... 10 PLANNEN ........................................................................................................................ 10 RISICO’S ......................................................................................................................... 11 W IJZIGINGEN .................................................................................................................. 11 VOORTGANG ................................................................................................................... 12
LITERATUURVERWIJZINGEN ............................................................................................. 12
Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
1
Inleiding
1.1
Algemeen
Pagina Versie Datum
3 van 12 2.0 05-02-2013
PRINCE werd in 1989 door OGC (Office of Government Commerce, voorheen Central Computer and Telecommunication Agency, CCTA) ontworpen. De methode is gebaseerd op PROMPT, een methode voor projectmanagement die in 1975 is ontwikkeld. De methode PRINCE was gericht op projectmanagement in een ICT-omgeving. In 1996 werd PRINCE2 geïntroduceerd. Het wezenlijke verschil tussen beide versies is dat PRINCE2 niet meer ICT-gerelateerd is, maar geschikt is voor alle type projecten. PRINCE2 is daarmee een generieke projectmanagementmethode die binnen de gehele organisatie gebruikt kan worden in alle type projecten. In 2002 en in 2005 is een geheel herziene druk van de manual “Managing Successful Project with PRINCE2” verschenen. In 2009 is er een splitsing gemaakt tussen managing en directing succesfull projects with PRINCE2. De rede hiervoor is voornamelijk om het verschil te maken tussen wat voor een Project Manager relevant is en wat voor een senior manager. Daarnaast is er meer naar de praktijk gekeken en zijn er ook meer praktijkvoorbeelden toegevoegd. De nieuwe opzet is meer gefocust om een leidraad te vormen voor managers. Het voorliggende document beschrijft de hoofdlijnen van PRINCE2 vanuit deze versies. In Engeland en Nederland is PRINCE2 de meest gebruikte projectmanagementmethode. In andere europese landen neemt het gebruik snel toe. In meer dan 130 landen worden momenteel PRINCE2 examens afgenomen.
Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
2
PRINCE2
2.1
Kenmerken PRINCE2
Pagina Versie Datum
4 van 12 2.0 05-02-2013
PRINCE2 (PRojects IN Controlled Environments) is een gestructureerde methode voor effectief projectmanagement. De belangrijkste kenmerken van PRINCE2 zijn: · De methode is proces georiënteerd en gericht op een zakelijke rechtvaardiging, met als centrale element de Business Case, vanuit de staande organisatie; · Er is een gedefinieerde organisatiestructuur voor het projectmanagementteam; · De methode kent een op producten gebaseerde benadering van planning; · De methode legt de nadruk op de onderverdeling van projecten in beheersbare en controleerbare fasen; · De methode is flexibel en kan in vrijwel elke omgeving gebruikt worden voor elk soort project.
2.2
Voordelen van het gebruik van PRINCE2
PRINCE2 levert voordelen voor managers en bestuurders van projecten en voor organisaties door een beheerst gebruik van mensen en middelen en de mogelijkheid risico’s effectiever te beheersen. PRINCE2 is ‘best practice’. De methode wordt algemeen erkend en zorgt voor een gezamenlijke taal voor alle deelnemers aan het project. PRINCE2 is een krachtig hulpmiddel om tot een gestructureerde aanpak te komen. PRINCE2 levert projecten met: · Een beheerste start, midden en einde; · Focus op zakelijke rechtvaardiging en risico’s; · Een gedefinieerde organisatiestructuur; · Flexibele beslismomenten; · Regelmatige controles op voortgang; · Gecontroleerde bijsturing door het projectmanagement bij afwijking op het plan; · Betrokkenheid van het management en belanghebbenden op het juiste moment en over de juiste onderwerpen; · Goede communicatiekanalen tussen het project en de rest van de organisatie.
2.3
Opbouw PRINCE2
De PRINCE2 methode is opgebouwd uit vier elementen: 1. Principes: PRINCE2 kent zeven principes. Deze zijn allen essentieel en moeten worden gevolg voordat er kan worden gesproken over een PRINCE2 project. 2. Thema’s: PRINCE2 kent zeven Thema’s. staan continue centraal tijdens een PRINCE2 project en spelen een belangrijke rol in de PRINCE2 processen. 3. Processen: PRINCE2 kent zeven processen. Deze processen beschrijven tezamen, in chronologische volgorde, alle management stappen van een project. 4. Project Omgeving: PRINCE2 kan bij elk project worden gebruikt. Ongeacht de complexiteit of grootte, de PRINCE2 methode kan volledig worden aangepast aan de omgeving van een project.
Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
Pagina Versie Datum
5 van 12 2.0 05-02-2013
De Principes van PRINCE2 vormen de basis voor de methodiek. Op elk moment van een PRINCE2 project moeten deze principes worden gevolgd. Als dit niet het geval is kan er niet worden gesproken over een PRINCE2 project. In totaal onderkent PRINCE2 zeven principes: · Continue zakelijke rechtvaardiging: Een PRINCE2 project dient op ieder moment een zakelijke rechtvaardiging te hebben. Een project zou niet mogen worden gestart zonder een geldige zakelijke rechtvaardiging. Gedurende het project zijn er regelmatig momenten waarop de zakelijke rechtvaardiging moet worden gevalideerd. Zodra er geen zakelijke rechtvaardiging meer bestaat voor een project, moet deze onmiddellijk worden stop gezet. · Leren van ervaringen: Binnen een PRINCE2 project wordt er waar mogelijk gebruik gemaakt van opgedane ervaringen. Dit kunnen ervaringen van binnen maar ook van buiten de organisatie zijn. Ook moet er ruimte gecreëerd worden voor het opdoen, vastleggen en doorgeven van ervaringen voor eventuele volgende projecten. · Gedefinieerde rollen en verantwoordelijkheden: Door de tijdelijke aard van een project moet er te allen tijde duidelijkheid bestaan over wie welke verantwoordelijkheden heeft. In een PRINCE2 project moeten rollen en verantwoordelijkheden duidelijk beschreven zijn, waarbij de business, gebruiker en leverancier vertegenwoordigd zijn. · Manage door fasering: Een PRINCE2 project moet per fase worden gepland, bewaakt en beheerst. Pas als een fase is afgerond en goedgekeurd door de Stuurgroep, mag aan een volgende fase worden begonnen. · ‘Management by Exception’: Het principe dat management alleen bijstuurt bij afwijkingen zorgt ervoor dat economisch met schaarse managementtijd wordt omgegaan. Het PRINCE2-model gaat uit van vier organisatie-niveaus onderscheiden: Door toleranties aan het project mee te geven kan het werk worden voortgezet zonder een bovenliggende organisatieniveau in te raadplegen. Pas als de verwachting ontstaat dat een projectdoelstelling buiten deze marges dreigt te raken, wordt een hoger niveau geraadpleegd. · Focus op producten: Een PRINCE2 project richt zich op de definitie en oplevering van een product en in het bijzonder de scope en kwaliteit ervan. Dit komt ondermeer nadrukkelijk tot uiting in de zogenaamde product breakdown en een product gebaseerd plannen in plaats van activiteiten gebaseerd. · Aanpassen op de projectomgeving: PRINCE2 kan worden aangepast aan de omgeving, omvang, complexiteit, belang, risico’s en kundigheid van de betrokkenen van een project. De Thema’s beschrijven en verklaren de belangrijkste elementen van projectmanagement. Tijdens een project staan deze Thema’s continue centraal. De zeven Thema’s van PRINCE2 zijn: · Business Case: Een project start met een idee dat potentieel waarde creëert voor de organisatie. Dit thema behandelt de vertaling van het idee tot een levensvatbaar investeringsvoorstel en hoe management hierop met focus blijft sturen. De business case beantwoordt de ‘Waarom’-vraag, waarom is dit project nodig en zinvol; · Organisatie: Dit thema beschrijft rollen en verantwoordelijkheden in de tijdelijke projectorganisatie; Organisatie beantwoordt de ‘Wie’-vraag, wie is waarvoor verantwoordelijk; · Kwaliteit: Dit thema legt uit hoe het idee wordt gedefinieerd tot concrete eisen, zodat alle projectdeelnemers de kwaliteitseigenschappen van de op te leveren producten begrijpen, en hoe projectmanagement borgt dat het project uiteindelijk conform deze eisen oplevert. Kwaliteit beantwoordt de ‘Wat’-vraag; wat gaan we maken. · Plannen: projectvoortgang vindt plaats op basis van goedgekeurde plannen. Het thema Plannen beantwoordt de vragen ‘Hoe’, ‘Hoeveel’, en ‘Wanneer’. · Risico’s: Projecten bevatten typisch meer risico dan operationele lijnactiviteiten. Dit is juist een van de redenen om van iets een project te maken: het gaat uit van onzekerheden en daarop zijn de organisatie de plannen en werkwijze ook ingericht. Het thema risico’s behandelt de ‘Wat als’- vraag. · Wijziging: Dit thema beschrijft hoe met issues wordt omgegaan die impact hebben op bekrachtigde plannen, ontwerpen, geleverde (tussen-)producten. Het behandelt de vraag ‘Wat is de impact?’. · Voortgang: Dit thema adresseert de voortdurende geldigheid van plannen. Het behandelt het proces voor bekrachtiging van plannen, het meten van de actuele performance ten opzichte van plannen en het escalatiemechanisme Het beantwoord de vragen ‘Waar zijn we nu’, ‘Waar stevenen we op af’ en ‘Moeten we nog steeds doorgaan?’. De thema’s zijn verder uitgewerkt in hoofdstuk 4.
Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
Pagina Versie Datum
6 van 12 2.0 05-02-2013
De Processen zijn beschreven in het PRINCE2 procesmodel. De zeven processen van PRINCE2 beschrijven tezamen alle management stappen die tijdens het project moeten worden genomen: wat moet worden gedaan, door wie, wanneer en hoe om een project succesvol te managen? PRINCE2 onderkent als processen: · Opstarten van een project; · Initiëren van een project; · Sturen van een project; · Beheersen van een fase; · Managen productoplevering; · Managen faseovergangen en · Afsluiten van een project.
Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
3
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
Pagina Versie Datum
7 van 12 2.0 05-02-2013
Overzicht van Processen
Volgens PRINCE2 wordt het projectmanagementproces onderverdeeld in acht hoofdprocessen. Ieder hoofdproces wordt verder onderverdeel in subprocessen. Het procesmodel (voorzien van de gangbare Engelstalige afkortingen) ziet er als volgt uit:
PreProject
Sturen (Directing)
SU
Initiatiefase
DP
Oplever fase(n)
Sturen Project
SB
Beheersen (Managing)
Finale opleverfase
SB
CS Fase
IP
Leveren (Delivering)
Beheersen
MP Managen Productoplevering
CP
CS Fase
Beheersen
MP Managen Productoplevering
SU = Opstarten Project (Starting Up a project) DP = Sturen Project (Directing a Project) IP = Initiëren Project SB = Beheersen faseovergangen (managing a Stage Boundery) CS = Beheersen van een Fase (Controlling a Stage) MP = Managen productoplevering (Managing product delivery) CP = Afsluiten Project (Closing a Project)
3.1
Opstarten van een Project (SU)
Dit is het eerste proces in PRINCE2. Het proces vindt plaats vóór de start van het project en duurt in principe kort. Het project begint pas nádat dit proces is doorlopen en de Stuurgroep het begin van het project heeft geautoriseerd. Basisprincipes voor dit proces zijn: · Er moet een zakelijke rechtvaardiging zijn om een project te starten; · Bepaalde informatie is nodig om een rationele beslissing te kunnen nemen over het starten van een project; · Er kunnen geen werkzaamheden worden uitgevoerd voordat bepaalde verantwoordelijkheden zijn gedefinieerd en bepaalde rollen zijn ingevuld; · Voordat goedkeuring kan worden gegeven om met de initiatiefase te beginnen, moet er een Initiatiefaseplan zijn opgesteld. Het proces begint met een Projectmandaat afkomstig van het bedrijfs- of programmamanagement, waarin de aanleiding en de zakelijke rechtvaardiging voor het project op hoofdlijnen zijn beschreven.. De door het bedrijfs- of programmamanagement aangestelde Projectmanager stelt het Projectvoorstel op en opent het Risicologboek. Ook definieert de Projectmanager de Projectaanpak en stelt hij het Initiatiefaseplan op. Hierbij doorloopt hij het proces “Opstellen van een Plan”.
3.2
Initiëren van een Project (IP)
Het doel van dit proces is helderheid te verschaffen wat met het project moet worden bereikt, waarom het project nodig is, hoe de resultaten zullen worden gerealiseerd en wat de verantwoordelijkheden van alle betrokken partijen zijn, zodat er daadwerkelijk draagvlak voor het project kan worden verkregen. Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
Pagina Versie Datum
8 van 12 2.0 05-02-2013
Het proces begint met het opstellen van het Projectkwaliteitsplan en het openen van het Kwaliteitslogboek. Op basis van het Projectkwaliteitsplan en het Projectvoorstel wordt vervolgens het Projectplan opgesteld. De Business case wordt getoetst en nader gedefinieerd, er wordt nagegaan welke risico’s kunnen optreden en het Risicologboek wordt bijgewerkt. Daarna worden de beheersmechanismen en het Communicatieplan voor het project opgesteld en het projectdossier ingericht. Tenslotte wordt het Projectinitiatiedocument (PID) opgesteld.
3.3
Sturen van een Project (DP)
Dit proces loopt gedurende de totale duur van het project en beschrijft het proces binnen de Stuurgroep. Het proces richt zich op het maximaliseren van de kans dat het project succesvol is en dat het project oplevert wat de klant en de gebruiker ervan verwachten. In de eerste processtap wordt op basis van de documenten van het proces Opstarten van een Project de initiatiefase geautoriseerd. Op basis van het PID en het Faseplan voor de volgende fase wordt het project geautoriseerd en de start van de eerstvolgende fase vrijgegeven. Het PID wordt met het bedrijfs- of programmamanagement besproken. Op basis van de documenten van het proces Managen Faseovergangen wordt de start van de volgende fase geautoriseerd. De stuurgroep stuurt zowel op basis van de rapportages en de escalaties van de Projectmanager als op basis van informatie van buiten het project. De laatste processtap gaat over het correct Afsluiten van een Project.
3.4
Beheersen van een Fase (CS)
Dit proces gaat over het dagelijkse (project)management binnen een fasee en is essentieel voor het succes van het project. Toleranties hiervoor worden van te voren vastgesteld. Het proces bestaat uit een hoofdregelkring met de volgende activiteiten: · Werkpakket autoriseren; · Voortgang bewaken; · Projectissues verzamelen; · Projectissues beoordelen; · Status fase beoordelen; · Hoofdpunten rapporteren; · Corrigerende maatregelen nemen; · Projectissues escaleren; · Afgerond Werkpakket ontvangen.
3.5
Managen Productoplevering (MP)
Het proces is gericht op de uitvoering van een Werkpakket. Een Werkpakket behelst het realiseren van één of meer samenhangende producten die in het Faseplan zijn gedefinieerd. Op basis van de beoordeling van het uit te voeren werk stelt de Teamleider het Teamplan op. Het werk wordt uitgevoerd en de tijd, middelen en risico’s die aan het werk zijn verbonden, worden bewaakt en beheerst. De kwaliteit van de op te leveren producten wordt bewaakt en getoetst. De resultaten van de beoordelingen worden vastgelegd in het Kwaliteitslogboek. De voortgang/status van het werk wordt aan de Projectmanager gerapporteerd in Voortgangsrapporten op de wijze zoals vooraf bij de acceptatie van het Werkpakket is overeengekomen. Het Werkpakket wordt goedgekeurd en opgeleverd aan de Projectmanager.
3.6
Managen Faseovergangen (SB)
Dit proces realiseert de producten nodig voor de Stuurgroep om te kunnen beslissen over de voortgang van het project (“no go / go”-beslissing), om de benodigde inzet van mensen en middelen voor de volgende fase te kunnen vrijmaken en om decharge te kunnen verlenen aan de Projectmanager en de projectteams over de afgelopen fase. In geval van een afwijking wordt een Afwijkingsplan opgesteld in plaats van het Faseplan voor de volgende fase. Het Afwijkingsplan gaat over de resterende periode vanaf de afwijking tot aan het einde van de huidige fase.
3.7
Afsluiten van een Project (AP)
Dit proces stelt zeker dat de resultaten uit het PID zijn bereikt, de eisen en wensen van de gebruikers zijn ingevuld, de opgeleverde producten zijn geaccepteerd en dat een heldere overdracht plaatsvindt van de projectresultaten aan de organisatie van de klant. Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
Pagina Versie Datum
9 van 12 2.0 05-02-2013
Een aanbeveling projectafsluiting wordt opgesteld voor de Stuurgroep, zodat de vrijkomende mensen en middelen opnieuw kunnen worden ingezet. De producten worden opgeleverd. De acceptatie door de gebruikers (eindgebruikers en beheerders) wordt bevestigd. De projectorganisatie wordt ontbonden en de fysieke hulpmiddelen worden vrijgegeven. De project- en productdossiers worden gearchiveerd. Een Postproject-review wordt opgesteld. Op basis van de ervaringen van het Leerpuntenlogboek wordt een Leerpuntenrapport voor het gehele project opgesteld. Tevens wordt een Projecteindrapportage opgesteld.
Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
4
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
Pagina Versie Datum
10 van 12 2.0 05-02-2013
Thema’s
De PRINCE2 thema’s geven aan hoe (en waarom) de procesactiviteiten uitgevoerd moeten worden De thema’s beschrijven: · hoe baselines worden opgesteld. Baselines omvatten alle zes prestatiedoelen van een project (voordelen, risico’s, scope, kwaliteit, kosten en tijd); · hoe het projectmanagement team tijdens de voortgang van het project het werk stuurt en beheerst.
4.1
Business Case
Een PRINCE2 project is gebaseerd op een valide Business case. De Business case geeft antwoord op de vraag: waarom moet dit project worden uitgevoerd? De antwoorden op deze vraag worden op een structurele manier gepresenteerd: · de redenen voor de noodzaak van het project en de op te leveren producten; · beschrijving van de overwogen opties en de argumentatie voor de gekozen oplossing c.q. project; · identificatie van de baten die kunnen worden behaald door middel van de op te leveren producten van het project; · overzicht van de begrote kosten en de geschatte tijdsduur van het project. De Opdrachtgever is eigenaar van de Business case. De Business case is een “levend” document; gedurende het project worden beslissingen over de voorgang en verdere investeringen genomen op basis van de Business case. Tijdens de levenscyclus van het project geeft de Business case antwoord op de vraag: Is het zinvol om door te gaan met het project, gezien de verdere investeringen benodigd voor het resterende deel van het project? Hierom wordt op cruciale momenten in het project de Business case geactualiseerd, onder andere tijdens de faseovergangen.
4.2
Projectorganisatie
De PRINCE2 projectorganisatiestructuur gaat uit van een klant-leverancierrelatie. PRINCE2 maakt een splitsing tussen het management van het project en degenen die de eigenlijke specialistische producten realiseren. PRINCE2 onderscheidt vier niveaus in de projectmanagementstructuur: · Bedrijfs- of programmamanagement; · Stuurgroep; · Projectmanager; · Teamleiders.
4.3
Kwaliteit
PRINCE2 gaat uit van het begrip projectkwaliteit: ‘De mate waarin het geheel aan productenkenmerken in staat is om de vastgestelde of impliciete behoeften te vervullen.’ De kwaliteitsverwachting met bijbehorende acceptatiecriteria wordt in het Projectmandaat vastgelegd. Kwaliteitsmanagement is het proces dat zekerstelt dat aan de kwaliteitsverwachtingen van de klant wordt voldaan. Het omvat: · Het kwaliteitssysteem, de reeks samenhangende procedures en instructies ter uitvoering van de kwaliteitszorg; · De kwaliteitsborging, de inrichting, het onderhoud, de controle en de evaluatie van het kwaliteitssysteem; · De kwaliteitsplanning, de kwaliteitscriteria van de klant, het toe te passen kwaliteitssysteem, de uit te voeren kwaliteitscontroles en de daarvoor benodigde mensen en middelen. · De kwaliteitsbeheersing, het onderzoek om na te gaan of de producten voldoen aan de gestelde specificaties.
4.4
Plannen
Onder een plan wordt verstaan: een document waarin staat hoe gedefinieerde doelstellingen in termen van resultaten, tijd, kosten en kwaliteit kunnen worden gerealiseerd. PRINCE2 onderscheidt vier soorten plannen: Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
· ·
· ·
4.5
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
Pagina Versie Datum
11 van 12 2.0 05-02-2013
Een Projectplan is een globaal plan, waarin de belangrijkste op te leveren producten en de managementfasen worden aangegeven. Dit plan beschrijft verder in hoofdlijnen de belangrijkste activiteiten, de benodigde tijd, geld en de in te zetten mensen en middelen. Een Faseplan bevat die informatie die nodig is om de uitvoering van een fase adequaat te beheersen. Het Faseplan is het werkdocument van de Projectmanager, maar dient ook voor de besluitvorming van de Stuurgroep, om de start van de volgende fase te autoriseren en de benodigde mensen en middelen voor deze fase vrij te geven. Een Teamplan bevat alle informatie nodig voor de Teamleider om één of meer producten te realiseren, die aan de werkgroep ter realisatie zijn toebedeeld. Het teamplan is facultatief. Een Afwijkingsplan wordt opgesteld voor de resterende periode van het betreffende plan als de gegeven toleranties van een projectplan, een faseplan of een teamplan dreigen te worden overschreden, waarbij wordt gerefereerd naar het Afwijkingsrapport dat aanleiding was tot het besluit om het Afwijkingsplan op te stellen.
Risico’s
PRINCE2 definieert risico als de onzekerheid over de uitkomst (zowel positief als negatief). Risicomanagement omvat proactief management om onzekerheden over de uitkomst voor het project te beheersen. Risicoanalyse · Risico-identificatie: wat is een potentieel risico en wat is de consequentie voor het project? · Risico-evaluatie: wat is de grootte van het risico? Deze omvang wordt vaak gevisualiseerd in een risicoprofiel (Risico = Kans * Impact). Hierbij is het tevens zaak de risicohorizon vast te stellen: op welke termijn kan het risico zich voordoen? · Identificatie passende maatregelen: voorkomen, reduceren, overdragen, opstellen calamiteitenplan of acceptatie. · Selectie maatregelen: het maken van een afweging tussen het risico en de kosten/consequenties van de mogelijke tegenmaatregelen.
4.6
Wijzigingen
Een project opereert per definitie in een zich wijzigende omgeving. Zonder een goed wijzigingsbeheer treedt vaak een sluipende verandering op in de scope en de specificaties. Ogenschijnlijk kleine wijzigingen kunnen een grote invloed hebben op de rest van het project. Alle wijzigingen in een project worden binnen PRINCE2 behandeld als Projectissue. Projectissues kunnen verder worden onderverdeeld in: · Wijzigingsverzoek (WV): Als een product is goedgekeurd door de Stuurgroep kan het product niet meer worden gewijzigd zonder toestemming van dezelfde Stuurgroep. · Afwijzing van Specificatie: Dit geeft aan dat een specialistisch product niet voldoet of niet zal voldoen aan de specificaties. · Uiting van zorg · Vraag Goedgekeurde wijzigingen moeten worden vastgelegd als configuratie-item (CI) in de Configuratiedatabase.
Almere © 2010
Proud of it
Organisatie Titel Onderwerp
4.7
SYSQA B.V. PRINCE 2 2010 Een introductie
Pagina Versie Datum
12 van 12 2.0 05-02-2013
Voortgang
Het thema voortgang omvat het voortdurende proces van het bepalen van de haalbaarheid van de plannen. Voortgangscontrole waarborgt dat op elk niveau van het project management team, het bovenliggende managementsniveau: · De voortgang kan volgen; · Gerealiseerde mijlpalen/opbrengsten kan vergelijken met de plannen; · Plannen en keuzes kan doornemen en vergelijken met toekomstige situaties; · Problemen kan detecteren en risico’s kan identificeren; · Correctieve acties kan initiëren; · Extra (meer-)werk kan goedkeuren.
PRINCE2 biedt voortgangscontrole door: · Bevoegdheden te delegeren; · Het project te verdelen in management fases; · Voortgangsrapportage en reviews te baseren op tijd en mijlpalen (gebeurtenissen); · Afwijkingen te constateren.
5 Literatuurverwijzingen De nieuwe PRINCE-heerlijk - B.H. Hedeman – 9039524513 Projectmanagement volgens Prince 2 – Peter Janssen – 9043006971 Projectmanagement op basis van Prince 2 - B. Hedeman, G. Vis van Heemst & H. Fredriksz – 9077212752 De kleine Prince 2 - M. van Onna & A Koning – 9039524505 Managing Successful Projects With Prince2 - Office Of Government Commerce - 0113308914 Directing Succesful Projects with PRINCE2 – Office Of Government Commerce – 9780113310609 PRINCE2 Revealed – Colin Bentley – 9781856178136 PRINCE2 voor opdrachtgevers. – Michiel van der Molen – Van Haren Publishing - 9789087533045
Almere © 2010
Proud of it