Lage rugklachten achtergronden casusschetsen voor begeleider/presentator
Voorstel wijzigingen bij herziening werkafspraak kunnen op de laatste pagina worden genoteerd
Hoogeveen september 2009
1
Casusschets Casus 1: Meneer Jansen is 53 jaar, buschauffeur, getrouwd, heeft 3 kinderen en tennist 2 keer per week. Hij heeft zes weken last van zijn rug en er is uitstraling tot net boven de rechter knie. In het verleden heeft hij vaker last gehad van zijn rug. Zes jaar geleden zijn er foto’s gemaakt, daarop was niets te zien dat de klachten zou kunnen verklaren. Hij zit nu anderhalve week in de ziektewet. Hij komt bij u op het spreekuur met de vraag of er wat aan gedaan kan worden, hij is bang dat er wat kapot is en vraagt om een verwijzing naar een specialist. 1.U breidt de anamnese uit en vraagt naar alarm signalen en doet LO 2.U verwijst naar de neuroloog 3.U maakt een foto en laat lab onderzoek doen 4.U verwijst naar de fysiotherapeut 5.U stelt hem gerust en geeft een NHG patiënten brief mee.
Juist Antwoord 1 en 5 Alarm signalen( NHG standaard) • radiculaire uitstralende pijn in een been, pijn in been meer op de voorgrond dan de lagerugpijn, neurologische prikkelings- of uitvalsverschijnselen: lumbosacraal radiculair syndroom; • begin van lagerugpijn na 50e levensjaar, continue pijn onafhankelijk van houding of bewegen, nachtelijke pijn, algehele malaise, maligniteit in de voorgeschiedenis, onverklaard gewichtsverlies, verhoogde BSE: maligniteit; • leeftijd boven de 60 jaar, vrouw, laag lichaamsgewicht, langdurig corticosteroïdgebruik, lengtevermindering, versterkte thoracale kyfose: osteoporotische wervelfractuur; • begin van lagerugpijn voor 20e levensjaar, man, iridocyclitis, onverklaarde perifere artritis of inflammatoire darmaandoening in voorgeschiedenis, vooral nachtelijke pijn, ochtendstijfheid >1 uur, minder pijn bij liggen/bewegen/oefenen, goede reactie op NSAID’s, verhoogde BSE: spondylitis ankylopoetica; • ernstige lagerugpijn aansluitend aan een trauma: wervelfractuur; • begin van lagerugpijn voor 20e levensjaar, palpabel trapje in verloop van processi spinosi ter hoogte van L4-L5: ernstige vorm van spondylolisthesis. -Aanvullende vragen: (zie standaard) bv: Wat deed u vorige keren, waardoor gingen de klachten over Wat is de invloed van rust of bewegen of houding Wat zijn de beperkingen. Waar belemmert het u in. -Lichamelijk onderzoek: (wanneer er geen alarm symptomen zijn, dan feitelijk niet nodig de 1e 3 weken. Anders m.n.. letten op de lokalisatie van de pijn en de bewegingsbeperking
Hoogeveen september 2009
2
Antwoord op vragen en “uitslag lichamelijk onderzoek Meneer Jansen heeft geen pijn onder zijn knie, geen tintelingen of uitval in zijn been, hij had vroeger ook al vaak rugpijn, en als hij stilzit of ligt is er geen pijn, ook ‘s nachts geen pijn, alleen bij draaien in bed, hij is verder goed gezond, nooit kanker gehad, hij is wat fors qua gewicht en valt maar steeds niet af ondanks Sonja Bakker, gebruikte nooit prednison, is niet korter geworden en is niet krommer dan voorheen. Er doen geen andere gewrichten mee, hij moet ‘s ochtends een beetje op gang komen maar na een kwartiertje gaat het wel. Hij is voorzichtig en vermijdt de pijn. Nee, hij had geen recent ongeval. Bij lichamelijk onderzoek is hij wat stijf onder in de rug. In de anamnese zijn catastroferende cognities te herkennen, nl: 1.Hij heeft overgewicht 2.Hij is 1,5 week in de ziektewet 3.Hij vermijdt de pijn 4.Hij heeft geen pijn bij liggen en zitten. 5.Hij is bang dat er iets kapot is.
Juist Antwoord 5 Andere factoren voor chroniciteit, nl: 1.Hij heeft overgewicht 2.Hij is 1,5 week in de ziektewet 3.Hij vermijdt de pijn 4.Hij heeft geen pijn bij liggen en zitten. 5.Hij is bang dat er iets kapot is.
Juist Antwoord 2, 3 en 5 Wat gaat u nu doen? 1.U stelt hem gerust en geeft hem een NHG patiënten brief 2.U geeft een verwijzing voor de neuroloog 3.U verwijst hem naar de rugschool (wanneer wel dan, stroom diagram, afhankelijk van screening) 4.U overlegt met de arbo dienst 5.U vraagt naar zijn vrouw (zo’n gekke vraag is het niet, zie screenings lijst, grapje)
Juist Antwoord 1, 3 en 5
Hoogeveen september 2009
3
U besluit dat reattributie belangrijk is. U geeft hem de volgende adviezen: 1.U kunt het beste gelijk gaan bewegen, (pas op, patiënt voelt zich niet serieus genomen) 2.Ik wil u over 2 week weer terug zien. (pas op, “het zal wel niet over zijn, er kan nog een heel gedoe volgen, het wordt vast chronisch) 3.Er kan niets kapot gaan in uw rug. 4.Neemt u gerust 6 tot 8 paracetamol wanneer u pijn heeft (tijds contingent versus pijn contingent) 5.Pijn betekent niet dat het erger wordt (en hoe geef je die boodschap dan? )
Juist Antwoord 1, 3 en 5
Hoogeveen september 2009
4
Casus 2 Dhr. de Vries, 39 jaar en betonvlechter van beroep komt voor de 2e keer in 3 maanden bij u i.v.m. lage rugklachten omdat de klachten, ondanks adviezen en medicatie niet zijn verbeterd. Momenteel zit dhr voor 100% in de ziektewet Tijdens lichamelijk onderzoek kunt u wederom niks anders concluderen dan aspecifieke lage rugklachten U loopt de screeningslijst lage rugpijn door. Vraag 1: De heer scoort 4-8 punten op deze lijst.Wat doet u? 1.) U gaat door met de tijdcontigente benadering. 2.) Naar uw mening is de dhr een uitstekende kandidaat voor de rugschool en u stuurt hem door naar fysiotherapie de Leeuwerik 3.) Dhr komt niet in aanmerking komt voor de rugschool, dus schrijft u een verwijzing voor reguliere fysiotherapie. 4.) U weet niet zeker of dhr een geschikte kandidaat is voor de rugschool, dus stuurt u hem naar fysiotherapie de Leeuwerik, om hem/haar te laten bepalen dhr in aanmerking komt voor de rugschool.(toelichting fysiotherapeut op screeningslijst)
Juist Antwoord 4 Vraag 2: Dhr heeft wel eens fysiotherapie en oefentherapie gehad, maar dit heeft niet voor blijvend resultaat gezorgd. Hij vraagt zich af of de rugschool hem van zijn pijn af helpt. Hoe antwoordt u hier op? 1.) U antwoordt met ‘Ja’. 2.) U antwoordt ‘nee’, want dat is niet de insteek van de rugschool. 3.) U antwoordt met ‘nee’, maar geeft een korte uitleg over de inhoud en doelstelling van de rugschool. 4.) U geeft hier geen antwoord op, maar geeft een korte uitleg over de inhoud en doelstelling van de rugschool .(toelichting fysiotherapeut op screeningslijst)
Juist Antwoord 4
Hoogeveen september 2009
5
Casus 3 . Mevrouw De Waal heeft rugklachten en ze heeft zich direct ziek gemeld op haar werk. Mevrouw geeft haar werk de schuld van de klachten. Ze werkt op een crèche en moet heel veel tillen. De huisarts geeft haar beweeg- en houdingsadviezen. Gezien de aard van de pijnklachten kan de huisarts zich voorstellen dat ze niet is gaan werken. Toch geeft de huisarts het advies om het werk weer proberen op te pakken. De huisarts heeft het belasting-belastbaarheidsmodel uitgelegd en gezegd dat stil zitten geen optie is. Aan fysiotherapie/oefentherapie wordt in deze fase nog niet gedacht. Wat vindt u van het handelen van de huisarts (H) en de patiënt (P) P
Juist Onjuist Geen mening
à à à
1 2 3
Juist: antwoord 1
H
Juist Onjuist Geen mening
à à à
1 2 3
Juist: antwoord 1
Mevrouw De Waal heeft voor de 2e keer in 4 maanden last gekregen van de lage rug, 2 dagen geleden is het haar tijdens zwaar tillen weer in de rug geschoten. Mevrouw zegt dat ze zich dit als alleenstaande moeder van 2 kinderen (2 en 4 jaar) niet kan permitteren. Daarnaast moet ze ook nog werken. Ze weet nog niet of ze morgen wel aan het werk gaat. Ook nu geeft ze haar werk als oorzaak. Ze baalt hier van. Ze vindt haar werk namelijk erg leuk, maar is bang dat ze door haar werk altijd rugklachten zal blijven houden. Ze zegt de ergonomie e.d goed in acht te houden, maar blijkbaar kan haar rug dit werk niet aan. Ze denkt aan ander werk. De huisarts besluit de rugschoolscreening er bij te pakken. Ze scoort 0-3 punten. Hoewel dit een indicatie is voor rugschool, besluit de huisarts haar, gezien haar verhaal toch maar door te sturen naar de revalidatie arts. Wat vindt u van het handelen van de huisarts? Juist Onjuist Geen mening
à 1 à 2 à 3
Juist: antwoord 2
Nog geen enkele vorm van training, dus eerst rugschool. Moeilijke casus, veel risicofactoren kan toch wel eens bij revalidatie-arts terechtkomen. NB stellingen. Verwijzen Leeuweriklaan.
Hoogeveen september 2009
6
Stellingen lage rugklachten antwoorden Stelling 1 Bij aspecifieke lage rugklachten is een combinatie van massage en oefeningen een wetenschappelijk aangetoonde nuttige combinatie Niet juist Stelling 2 Catastroferende cognities werken mee ten goede bij een patiënt met chronische lage rugpijn. Niet juist Stelling 3 Reattributie werkt mee ten goede bij een patiënt met chronische lage rugpijn. Juist Stelling 4 Het is bij chronische lage rugpijn net als bij een tenniselleboog: wat je ook doet of niet doet, het komt altijd vanzelf goed. Niet juist Stelling 5 De rol van de assistente is zeer beperkt bij het behandelen en voorkomen van chronische rugpijn. Niet juist Stelling 6 Van alle rugpijnen is 20 % specifiek en 80 % aspecifiek Niet juist Stelling 7 Rugpijn is een neuropathische pijn Niet juist Stelling 8 Een patiënt van 53 met een eerste episode van rugpijn behoeft dezelfde aanpak als een patiënt van 35 met een eerste episode van rugpijn Juist Stelling 9 Pijnstilling mag best voor lange tijd gegeven worden bij rugpijn want het duurt meestal ook lang. Niet juist Stelling 10 Meneer Jansen heeft aspecifieke lage rugpijn, een forse swaybackhouding bij staan, zit erg kyfotisch en geeft aan dat tillen problemen geeft. Hij zegt dat zijn slechte houding de klachten doen toe nemen. Scoort met de screeningslijst een 7. Deze persoon sturen we meteen door naar de Rugschool. Niet juist Hoogeveen september 2009 7
Stelling 11 Mevrouw de Jong wordt door u als verwijzer doorverwezen naar de Rugschool. U geeft mevrouw zowel een machtiging mee voor de fysiotherapie, als wel voor oefentherapie Mensendieck Juist Stelling 12 Op de machtiging (en) die u aan mevrouw de Jong meegeeft zet u chronische lumbago en verder niets. Niet juist Stelling 13 Verwijzing naar de fysiotherapeut voor de rugschool is verwijzing naar de praktijk aan de Leeuweriklaan. Juist
Hoogeveen september 2009
8