PJ P A R T N E R S
E X P E R T I S E C E N T R U M
VOOR LEEFBAARHEID, PARTICIPATIE EN VRIJWILLIGE INZET
NIEUWE COMBINATIES BUYTENWEGH ZOETERMEER SAMENVATTING ONDERZOEKSRESULTATEN
Samenvatting NIEUWE COMBINATIES
EINDRAPPORTAGE ONDERZOEK INFORMELE HULP IN BUYTENWEGH, ZOETERMEER
T.M. Groot Koerkamp en C.S.M. de Jong
Maart 2011 PJ PARTNERS, Rotterdam
Inhoud Inleiding
1
1
3
Antwoorden uit interviews
1.1
Wat doet u/uw organisatie?
1.2
Wat is uw visie op burenhulp, sociale activering, vrijwilligerswerk in de toekomst in Buytenwegh?
3 8
1.3
a. Welke mensen hebben (buren)hulp hard nodig?
8
1.3
b. Welke mensen hebben wel hulp nodig, maar maken er geen gebruik van?
8
1.4
Waarom maken mensen geen of weinig gebruik van hulp?
8
1.5
Welk informeel hulpaanbod is er al in Buytenwegh?
8
1.6
Wat ontbreekt er aan de hulpverlening/ondersteuning?
9
1.7
Collectieve problemen en wensen in Buytenwegh. Mogelijke aanknopingspunten voor wijkaanpak door vrijwillige inzet
10
1.8
Kansrijke groepen voor vrijwilligerswerk
10
1.9
Wat is nodig om deze mensen actief te krijgen om elkaar te laten helpen?
11
1.10 Wat is nodig voor een goede matching? Hoe kan de vraag terecht komen bij het aanbod en andersom?
11
1.11 Adviezen/ideeën voor begeleiding? Wat zijn belangrijke voorwaarden?
12
1.12 Meningen over een sociaal activeringscentrum
12
2
Conclusies ten aanzien van onderzoeksvragen
13
2.1
Overzicht vraag en aanbod informele hulp in Buytenwegh
13
2.2
Slaag- en faalfactoren eerdere projecten
17
2.3
Voorstel indicatoren monitoring hulpbehoefte
19
3
Aanbevelingen
21
4
Samenvatting
25
Bijlage 1 | Lijst geïnterviewde organisaties/personen
27
Bijlage 2 | Lijst documenten
29
Bijlage 3 | Lijst met gehanteerde termen
33
Bijlage 4 | Uitwerking groepsbijeenkomst beleidsmedewerkers gemeente Zoetermeer
35
Inleiding Eenzaamheid, behoefte aan meer (buren)contact en behoefte aan hulp bij gewone dagelijkse dingen komt veel voor in Zoetermeer en ook in de wijk Buytenwegh. De gemeente ervaart dat het aanbod van informele hulp en de vraag hiernaar elkaar niet altijd bereiken. Dat wil men verbeteren. Het gaat om lichte vormen van hulp, zoals boodschappen doen, de tuin aanharken, oppassen, een praatje met iemand maken. Hier wordt dus geen zorg onder verstaan. In het project Nieuwe Combinaties staat de vraag centraal hoe de vraag naar en het aanbod van informele (buren)hulp beter met elkaar gematched kunnen worden, hoe men tot nieuwe combinaties van vraag en aanbod kan komen en tot nieuwe vormen van samenwerking tussen organisaties. Onderdeel van het project moet onder andere zijn om meer mensen met een uitkering, die niet direct naar betaald werk kunnen worden geleid, vrijwilligerswerk te laten doen. Hierbij is het de bedoeling dat het project Sociaal Activeringscentrum van afdeling Werk, Zorg en Inkomen van de gemeente Zoetermeer gekoppeld wordt aan Nieuwe Combinaties. Ook wordt gezocht naar manieren om wijkbewoners te stimuleren om zich in te zetten voor wijkbewoners die hulp nodig hebben. De gemeente wil een wijknetwerk/organisatievorm ontwikkelen die de verbindingen legt en een brug slaat tussen bewoners, partijen en organisaties die elkaar tot nu toe niet of onvoldoende hebben gevonden. PJ PARTNERS heeft in 2010 onderzoek gedaan naar vraag en aanbod informele hulp in de wijk Buytenwegh in opdracht van de gemeente Zoetermeer. Doel van het onderzoek Matchen van vraag en aanbod op buurt- en wijkniveau van informele hulp in de wijk Buytenwegh in Zoetermeer. Gewenste resultaten 1. Overzicht vraag en aanbod van informele hulp in Buytenwegh. 2. Succes- en faalfactoren van eerdere/andere projecten op dit terrein. 3. Voorstel indicatoren monitoring hulpbehoefte. 4.
Aanbevelingenvoor een wijknetwerk/organisatiemodel voor matching vraag en aanbod op
buurt- en wijkniveau.
Werkwijze 1. Interviews 24 Interviews met (vrijwilligers)organisaties uit Buytenwegh, gemeenteambtenaren, bewoners. De vragenlijst en de lijst te interviewen personen zijn samengesteld in overleg met de gemeente en fungeerde als lijst met aandachtspunten voor de gesprekken. Voor een volledige lijst van geïnterviewde personen zie bijlage 1. Er is geen interview geweest met de contactpersoon van woningbouwcorporatie Vestia over de plannen met het sociaal activeringscentrum. 2. Documentenanalyse Voor een volledige lijst van de doorgenomen documenten zie bijlage 2.
Nieuwe Combinaties
1
3. Groepsinterview met gemeenteambtenaren Voor de resultaten daarvan zie bijlage 4. Deze eindrapportage gaat stap voor stap na wat de antwoorden zijn op de belangrijkste vragen uit de interviews gecombineerd met inzichten opgedaan uit de documentenanalyse. Ten slotte zetten we de mogelijke besluiten naar aanleiding dit onderzoek voor u op een rij. In hoofdstuk 1 zullen wij eerst de belangrijkste antwoorden geven op de vragen die gesteld zijn in de interviews. Niet in alle interviews zijn dezelfde vragen gesteld en er ontstond vaak een gesprek. We hebben de belangrijkste vragen geformuleerd en inventariseren daar de antwoorden van de geïnterviewden bij. In hoofdstuk 2 zullen we ingaan op de conclusies ten aanzien van de gewenste resultaten van dit onderzoek. Vervolgens worden in hoofdstuk 3 aanbevelingen gedaan. Het rapport eindigt met een samenvatting in hoofdstuk 4. Voor de in dit rapport gehanteerde termen wordt verwezen naar bijlage 3.
2
1 Antwoorden uit interviews De onderstaande vragen zijn niet altijd exact zo gesteld tijdens de interviews. De vragenlijst fungeerde als een lijst met aandachtspunten, maar geven wel weer op welke vragen we in dit onderzoek antwoord wilden hebben. De antwoorden op de onderstaande vragen zijn geïnventariseerd uit de interviewverslagen en geclusterd onder onderstaande vragen. Behalve bij vraag 1.1. zijn de antwoorden verder zoveel mogelijk geanonimiseerd. Er is geen toestemming gevraagd om de antwoorden per persoon te vermelden. Men verwacht dat de antwoorden geclusterd worden per vraag. De geïnterviewden zijn allen contactpersonen van (vrijwilligers)organisaties waar gewerkt wordt aan informele hulp en gemeenteambtenaren. Er is verder met een winkelier (een schoenmaker) gepraat die zelf veel informele hulp verricht in Buytenwegh. Verder is gepraat met een fysiotherapeut uit een andere buurt als voorbeeld van iemand die mensen met elkaar in contact brengt om informele hulp te bieden en die dat zelf ook doet. De vragenlijst en de lijst te interviewen personen zijn samengesteld in overleg met de gemeente. Voor een volledige lijst van geïnterviewde personen zie bijlage 1. Het interview met de contactpersoon van woningbouwcorporatie Vestia over de plannen met het sociaal activeringscentrum is niet tot stand gekomen.
1.1 Wat doet u/uw organisatie? 1.
John Valk, voorzitter buurtvereniging Buytenrode Het is een buurtvereniging waar men lid van kan worden. De vereniging organiseert leuke activiteiten in het buurtcentrum en doet ook aan belangenbehartiging. Het bestuur zorgt voor het reilen en zeilen van de vereniging.
2.
Melvin Bunsee, huismeester/complexbeheerder woningcorporatie Vestia Vestia is één van de drie woningcorporaties in Zoetermeer en ook in Buytenwegh. Melvin is huismeester/complexbeheerder voor Buytenwegh. Dat zijn ongeveer 1000 woningen. Die beheert hij alleen. Hij signaleert problemen (zowel sociaal als aan de huizen), hij repareert van alles. Voor sociaal-emotionele problemen, zoals vervuiling of burenruzies schakelt hij de woonconsulenten in van Vestia. De woonconsulenten voeren gesprekken en verwijzen eventueel weer door als dat nodig is. Vestia verhuurt aan de Leopoldhove ook woningen aan stichtingen zoals Trefpunt van Steinmetz I De Compaan (ondersteuning voor mensen met een beperking of ouderen) en de Fokuswoningen (woningen voor mensen met een lichamelijke handicap die zelfstandig wonen). Die bewoners doen ook een beroep op hem als er iets mankeert aan de woning. In het complex aan de Leopoldhove woont een mix van jongeren, ouderen en gehandicapten.
3.
Jeanne Landa, wijkcoach Palenstein van Kwadraad Kwadraad is een regionale instelling voor algemeen maatschappelijk werk, gezinscoaching, groepswerk, wijkcoaching in Palenstein en Buytenwegh. Jeanne heeft veel ervaring met zorg achter de voordeur. Collega Chris Roos is wijkcoach Buytenwegh, maar per 1 augustus begonnen. Het is de bedoeling dat ze preventief werken voor mensen die een steuntje in de rug nodig hebben, doorverwijzen, enz. Uiteindelijk komt ze ook veel zwaardere gevallen tegen, mensen die shoppen langs hulpverleningsinstellingen, met multiproblem, waar veel instanties bij betrokken zijn. Zij neemt dan de regisseursrol om individuele mensen te helpen. Ze komen binnen via
Nieuwe Combinaties
3
woningcorporaties, wijkagent, consultatiebureau, wijkmanager en AMW. Jeanne heeft een netwerkfunctie. 4.
Marije Arnouts, stagemakelaar maatschappelijke stages bij MOOI, welzijnsorganisatie Onder Stichting MOOI valt het Vrijwilligers Info Punt Zoetermeer en van daaruit worden maatschappelijke stages georganiseerd. Marije bemiddelt als leerlingen zelf nog geen stageplaats hebben geregeld of gevonden. Ze zorgt voor stageplekken, bijvoorbeeld via projecten, eventueel in de wijk. Dat is altijd voor groepen leerlingen. Ze beheert een website (www.mooi4jou.nl) waarop stageklussen staan en waar leerlingen dus stageplaatsen kunnen kiezen en organisaties stageplaatsen kunnen aanbieden. Waarschijnlijk gaat ze het zo regelen dat alle leerlingen aangemeld worden bij de site en ook dat alle klussen via de site gaan lopen. Nu is het nog vrijblijvend en dus kan het voorkomen dat zij nog klussen in de aanbieding heeft, waar ze dan geen leerlingen meer voor heeft. Marije is voorzitter van Platformoverleg MaS. Daarin zitten de stagecoördinatoren van de zes scholen voor voortgezet onderwijs. Soms worden hier organisaties uitgenodigd om informatie uit te wisselen of afspraken te maken over stageplekken. Dan is er ook het Stuurgroep overleg MaS, met de directeuren van de scholen.
5.
Fien Meiresonne, diaken (vrijwilligerswerk) bij de Protestantse kerk in De Olijftak De Protestantse kerk in Zoetermeer heeft twee afdelingen, hij zit in Noord, waar Buytenwegh deel van uitmaakt. Daar zijn twee kerken en ze maken soms gebruik van ruimte in Oranje Nassaucollege. In Noord zijn zo'n 14 diakenen, 1200 gezinnen lid, drie predikanten en ouderlingen. Stadsbreed is er het College van Diakenen. De diaconie zorgt voor ondersteuning van leden van de kerk (maar soms ook voor mensen die geen lid zijn of die niet de kerk bezoeken) ook in materiële/financiële zin. Als ze een signaal krijgen van problemen, gaan ze helpen. Door het teruglopend ledenaantal is het beleid van de kerk nu: per wijk één centrale voorziening, dat biedt meer duidelijkheid. Het staat dus ter discussie wat er met de kerk De Olijftak staat te gebeuren (misschien onderdeel van restaurant De Sniep, iets met zalenhuur, experimentele diensten voor vrouwen, ouderen, doven enz.).
6.
Ingrid Gouwens, ex-opbouwwerker Buytenwegh bij MOOI, welzijnsorganisatie Dit heeft ze gedaan tot 1 mei 2010. Deels uitvoerend opbouwwerk (20 uur) en verder stedelijk projectmanager jeugd en gezin, brede school, wonen, welzijn en zorg. De functie projectmanager kwam te vervallen waardoor het opbouwwerk ook kwam te vervallen. Werkzaamheden opbouwwerk: bewonersparticipatie vormgeven, speelplekken voor kinderen, inspraaktrajecten, begeleidingscommissie Resto VanHarte: themabijeenkomsten.
7.
Lian Voshol, secretaris Platform Gehandicaptenbeleid Zoetermeer Opkomen voor de belangen en beleid van gehandicapten. Het is een vrijwilligersorganisatie met 200-250 leden. Ze geven een blad uit.
8.
Morena Hesselberg, manager van het Resto VanHarte Dit is een landelijke organisatie, heeft in Zoetermeer twee locaties: Palenstein en Buytenwegh (bestaat 1 jaar). Ze serveren goedkope maaltijden en hebben tot doel om iedereen die daar behoefte aan heeft in contact te laten komen met buurtgenoten. Ze doen soms ook themaavonden, altijd voor, tijdens of na de maaltijd. Eten staat centraal. In Buytenwegh hebben ze samenwerking met het ID-college. Het ID-college levert de kok en de leerlingen die helpen met koken en in het restaurant. Naast de leerlingen zijn er vrijwilligers actief in het Resto. Zij helpen de kok, bij de kassa, met afruimen enz. Morena is Restomanager (op het moment van het interview
4
sinds 1 maand): ze legt contacten met buurtbewoners en instellingen en zorgt voor het reilen en zeilen van het project. Ze is er op gericht om mensen naar het restaurant toe te krijgen en contact met elkaar te maken en elkaar te helpen. 9.
Peter Collignon, wijkmanager Buytenwegh in Wijkpost Buytenwegh Wijkpost, wijkwebsite, nieuwsbrief, wijkteam één keer per twee maanden. Zoetermeer bestaat uit zes wijken van allemaal ca. 20.000 inwoners gemiddeld. Iedere wijk heeft een wijkmanager.
10. Elsje van Dijk, wijkmanager Meerzicht Al vier jaar wijkmanager. Dit interview is vanwege haar ervaring met het project Burenhulpcentrale in Meerzicht. Burenhulpcentrale is een soort doorkiescentrale waarbij mensen aangeven in welke categorieën ze iets willen bieden en als iemand dan belt voor die ondersteuning wordt de match gemaakt en wordt hij doorgeschakeld naar een aanbieder. Ze kende het project Tante Kwebbel uit Rotterdam (ook een soort burenhulpcentrale). Tegelijkertijd kwam er vanuit de buurtvereniging van de Waterbuurt een vraag om burenhulp/sociale cohesie. In de gemeenteraad was een motie aangenomen. Naar aanleiding daarvan hebben een ambtenaar Zoetermeer en zij contact gezocht met de Burenhulpcentrale. Dat was in oktober 2008. 11. Germien La Grand en Stephan van Puffelen, respectievelijk directeur Palet Welzijn van Vierstroom Buytenwegh en regiomanager Zoetermeer, zorg, verzorgingstehuizen, verpleging Mensen wonen soms zelfstandig, maar wel gecentreerd zodat ze gebruik kunnen maken van gemeenschappelijke ruimten en activiteiten (activiteitenbegeleiding ook met vrijwilligers). Vierstroom levert ook zorg thuis, vanuit de gezondheidscentra. Palet Welzijn is dochter van Vierstroom sinds april 2010. Aparte BV, non-profit, kan commercieel werken. Hier zijn alle activiteiten van Vierstroom ondergebracht die zich richten op welzijn: ouderen, mantelzorgers (intramuraal; overige mantelzorg gaat via Stichting Rondom Mantelzorg), activiteiten rond eenzaamheidsbestrijding en ontmoeting. Ze organiseren op verschillende locaties activiteiten. Maatschappelijke participatie is de belangrijkste doelstelling. Er werken 38 professionals, 18 fte, 700 vrijwilligers plus nog eens 1600 vrijwilligers bij de zorginstellingen van Vierstroom. Vierstroom is actief in tien gemeenten (Zoetermeer – Woerden). 12. Paula Gilin, manager Stedelijke Projecten en Producten MOOI, welzijnsorganisatie Paula is eindverantwoordelijk voor VIP (Vrijwilligers Info Punt Zoetermeer). In samenwerking met Stichting Vrijwilligerscentrale Zoetermeer zorgt het VIP voor onder andere: vrijwilligersvacaturebank, bemiddeling, actieve werving en selectie van vrijwilligers en competenties vrijwilligers beginstadium. Verder onderhoudt ze netwerken met andere organisaties. Er is ook een opbouwwerker per wijk. Ten tijde van het interview was deze vacature voor Buytenwegh vacant. 13. Ria van Tuyl, bestuurslid Bezoekwerk De Zonnebloem Werven en begeleiden van vrijwilligers. Voor mensen in Zoetermeer die een ziekte, handicap of vergevorderde leeftijd, lichamelijke beperkingen hebben en bij wie sociaal isolement dreigt: mogelijkheden bieden voor het leggen van contacten en er op uit te trekken, activiteiten, uitjes, bemiddelen bij Zonnebloemvakanties. In Zoetermeer zijn twee afdelingen: Zuid en Buitenwaard (inclusief Buytenwegh).
Nieuwe Combinaties
5
14. Wim van Weert en Nesta May, coördinatoren vriendschappelijk huisbezoek Humanitas Humanitas is een vrijwilligersorganisatie die diensten verleent op het gebied van zorg, welzijn en wonen. Projecten zijn: Vriendschappelijk huisbezoek, Thuisadministratie, Steun bij Verlies, Steun na scheiding, Home-Start. Vriendschappelijk Huisbezoek bestaat zo'n 10 jaar. Ze hebben ongeveer 45-50 vrijwilligers en iets meer cliënten. Het is ongeveer één op één. Van de 50 cliënten komen er zeven uit Buytenwegh. 15. De heer Sheikkariem, fysiotherapeut Groepspraktijk Fysiotherapie Broekwegpassage (winkelcentrum De Leyens) Andere fysiotherapeuten uit Buytenwegh die benaderd zijn voor een interview, hadden er geen tijd voor. Hij is één van de vier fysiotherapeuten in de praktijk. Hij doet dit hier sinds 1979. Er is met deze fysiotherapeut gesproken, omdat hij een voorbeeld kan zijn van een professional die burenhulp stimuleert. 16. Marijke Puyk, senior medewerker VIP, MOOI, welzijnsorganisatie MOOI werkt samen met de Stichting Vrijwilligerscentrale Zoetermeer in het VIP (Vrijwilligers Info Punt Zoetermeer). VIP is stedelijk, kantoor in Stadshart, bij bibliotheek. Marijke stuurt het VIP en de vrijwilligers aan. Stichting Vrijwilligerscentrale Zoetermeer heeft de Klussendienst onder zich. De Klussendienst is er voor personen met een gering inkomen. Men kan vrijwilligers inschakelen voor het doen van klussen in en om het huis, voor € 2,50 per half uur. Men belt met de vraag, de klus wordt genoteerd, vrijwilligers komen langs en nemen het briefje mee, die bellen voor een afspraak en gaan de klus uitvoeren. De bemiddeling wordt gedaan door vrijwilligers. Verder behelst de Vrijwilligerscentrale ook het Gilde met één op één bemiddeling, maatjesprojecten voor taal/integratie, Stadswandelingen. 17. Frank de Koning, wijkagent Buytenwegh De wijkagent houdt spreekuur, heeft contact met wijkmanager, wijkcoach, scholen en JGZ. Hij is deel van het wijkteam, zorgt voor de openbare orde, nazorg huiselijk geweld, signaleren en verwijzen naar hulpverlening. 18. Magriet van Leuveren, programmamanager Wijkontwikkeling gemeente Zoetermeer Elke wijk moet een WOP krijgen (staat in collegeprogramma). Dat wordt samen met de woningcorporaties, bewoners en maatschappelijke organisaties opgemaakt. Heeft ook een uitvoeringsprogramma. Er is een regiegroep met de 'bazen' van de drie woningcorporaties en gemeentelijke afdelingen (welzijn, wijkmanagement, stadsbeheer, stadsontwikkeling, communicatie). Magriet is hiervan secretaris. Diezelfde clubs leveren mensen voor de projectgroep die uitvoering geeft. Magriet is voorzitter van de projectgroep. Dit is gestart in mei 2009, maar in september echt begonnen met de voorbereidingen voor het WOP Buytenwegh. 19. Tico Rozendal, winkelier winkelcentrum Buytenwegh Tico is schoenmaker en heeft enkele personeelsleden. Hij is een zeer actieve winkelier in het winkelcentrum die doet voor kinderen, ouders, verpleegtehuizen, volwassenen, ouderen, eenzame mensen en de buurt. Tico is Antilliaan en heeft veel contacten met Antilliaanse gezinnen, jongeren en kinderen in Buytenwegh.
6
20. Mevrouw Baran, woonconsulent woningbouwcorporatie Vestia Ze is woonconsulent voor de wijken Buytenwegh, De Leyens en Noordhove. Mensen komen bij haar terecht als buren overlast melden of als er een huurachterstand is. 21. Ragnhild van den Berg, coördinator Piëzo-centrum Buytenwegh Piëzo staat voor Participatie Integratie Emancipatie Zoetermeer. Activiteiten voor mannen, vrouwen en kinderen die aan deze doelstelling tegemoet komen. Ze is sociaal-cultureelwerkster. 22. Sylvia Nandpersad, klantmanager en Riet Wissink, unitcoördinator/klantmanager bij WZI gemeente Zoetermeer Binnen WZI zijn de afdelingen Werk & Inkomen en Zorg & Inkomen. Als iemand voor meer dan 12 uur goedgekeurd is voor werk, dan gaat hij naar de afdeling WI. Bij WI gaat het om mensen die nog wel naar werk toegeleid kunnen worden via motivatietrainingen, opleidingen, sollicitatietraining enz. Bij ZI gaat het om mensen die ver van de arbeidsmarkt staan. Ze zijn vrijgesteld van arbeidsverplichtingen. Daardoor kunnen ze niet gedwongen worden om ergens aan mee te doen, als ze niet willen dan hoeven ze niet. Bij ZI wordt gezocht naar sociale activeringstrajecten, ze doen assessment/onderzoek, soms een traject waarin sport en bewegen centraal staat en als 'hoogst haalbare' doet men soms aan vrijwilligerswerk. Ze gokt dat 50 van de 800 klanten vrijwilligerswerk doen. Soms vinden ze dat ze het moeten, soms vinden ze het waardevol. Wat ze doen: koffie schenken in verzorgingstehuis, wilgen knotten, bicyclette, gastvrouw in ziekenhuis. Voor kleine klusjes/burenhulp worden ze niet ingezet. De gemeente huurt twee organisaties in die bemiddelen naar vrijwilligerswerk: VIP en Track, een re-integratiebedrijf. Ze zoeken alleen vrijwilligerswerk in de maatschappij (dat wil de gemeente), ze hebben zelf geen projecten waarin ze mensen aan het werk houden. Een klant kan zelf ook vrijwilligerswerk zoeken. VIP bemiddelt en begeleidt de klant 9 maanden. Er is een begingesprek tussen klant, klantmanager en bemiddelaar. Als dat gesprek goed gaat en de match gemaakt wordt, dan houden de klanten het meestal wel vol. Als tijdens dit gesprek geen goede match gemaakt wordt, haken ze meteen af. 23. Mevrouw Wijbenga, locatiemanager Fokuswoningen Ze is verantwoordelijk voor het reilen en zeilen, het personeel en de financiën. Fokus is een landelijke organisatie die verleent ADL-assistentie (algemene dagelijkse levensbehoeften) aan mensen met een lichamelijke handicap die zelfstandig wonen, 24 uur per dag, 7 dagen per week. Alles op afroep/bespreking met de cliënten. Cliënten ontvangen verder soms verpleegkundige zorg en thuiszorg. De ADL-ers leren in sommige gevallen (voor als er noodsituaties zijn) wel hoe ze verpleegkundige acties kunnen verrichten, maar dat zijn uitzonderingen. Het bestaat al 36 jaar. In Leopoldhove zijn 15 woningen aangesloten. Ze hebben altijd bestaan van subsidie, maar het is de bedoeling dat ze per 2012 overgaan in de ABWZ. Dat is een probleem omdat ADL niet onder één functie valt. Sommige aspecten van ADL vallen meer onder de Wmo. 24. Jolanda van Dijk, directeur-bestuurder Stichting Rondom Mantelzorg Ze heeft net deze baan opgezegd. Stichting Rondom Mantelzorg biedt ondersteuning aan mantelzorgers. Beantwoorden vragen, thema-avonden, cursussen. Niet wijkgebonden, in 5 gemeenten. In Zoetermeer ook respijtzorg. Er zijn 16 parttimers in dienst. Ze zijn voorzitter van OVT, Overleg Vrijwillige Thuishulp. Dat is een lokaal overleg. Zit enige overlap in het aanbod van verschillende organisaties. Ze zoeken afstemming, gezamenlijke deskundigheidsbevordering op operationeel niveau. Dan is er ook nog het Platform Informele Zorg: Regionaal platform met Buddynetwerk, Reakt, MEE, terminale zorg: instellingen met vrijwilligers, maar altijd met
Nieuwe Combinaties
7
professionele coördinatie. Roulerend voorzitterschap. In 2010 begonnen. Samen met Mezzo opgezet, nu zelf verder. Bestuurlijk niveau, managers. Gericht op versterken van informele zorg in vijf gemeenten. Kernkwaliteiten mantelzorg en vrijwillige hulp, ook burenhulp zou daar onder passen, maar heeft nu geen speciale plek.
1.2 Wat is uw visie op burenhulp, sociale activering, vrijwilligerswerk in de toekomst in Buytenwegh? De geïnterviewden geven blijk van zeer verschillende meningen over dit onderwerp. We geven hier antwoorden die globaal laten zien welke soms totaal verschillende visies er leven. Bijvoorbeeld: 'We leven in een ikke-ikke-ikke cultuur' en 'Het gaat altijd wel goed, mensen helpen elkaar best wel' staan lijnrecht tegenover elkaar. Men niet altijd tevreden over de organisatie rondom hulp. Aan de ene kant vindt men dat men niet moet 'overorganiseren'. Aan de andere kant wil men meer regie van de gemeente, meer integrale dienstverlening en één loket waar men voor veel zaken terecht kan.
1.3 a. Welke mensen hebben (buren)hulp hard nodig? Op deze vraag antwoordden de meeste geïnterviewden met 'mensen die meerdere problemen hebben'. Armoede werd meestal genoemd, gevolgd door mensen met een niet-westerse achtergrond, opvoedingsproblemen, (eenzame) ouderen, leefbaarheidsproblemen in de buurt, onzichtbare problematiek achter de voordeur. Verder werd een aantal zaken slechts één maal genoemd.
1.3 b. Welke mensen hebben wel hulp nodig, maar maken er geen gebruik van? Bij deze vraag werden ouderen het vaakst (6x) genoemd, daarna mensen met een niet-westerse achtergrond (5x) en zieken/minder validen (3x).Verder werden nog genoemd: eenzame mensen met weinig geld en sociale contacten, zorgmijders, klanten van WZI die best wat administratieve hulp kunnen gebruiken, jongeren en yuppen.
1.4 Waarom maken mensen geen of weinig gebruik van hulp? Op deze vraag werden vaak meerdere redenen genoemd. Onbekendheid met het aanbod werd het meest genoemd en vervolgens schaamte, trots, eergevoel. Ook ontkenning van het probleem/vluchtgedrag werd vaak genoemd. Verder werd nog genoemd: Angst voor het onbekende, afzondering, isolatie, geen vertrouwen in instanties, psychisch in de war, men lost het zelf op.
1.5 Welk informeel hulpaanbod is er al in Buytenwegh? Bij de vraag welk informele hulaanbod er al is werd een grote hoeveelheid projecten en initiatieven genoemd: Nationale Burendag, Pimp your house voor jongeren, bewonerscommissies, Resto VanHarte die mensen met elkaar in contact brengt, ontmoetingsruimte van Piëzo, Piëzo bezoekvrouwen en -mannen, activiteiten van de schoenmaker voor jeugdigen uit de buurt/voedselbankbezoekers/verzorgingstehuisbewoner/bewoners uit de wijk, maatschappelijke stages
8
door het Alfrinkcollege, Go4it, buurtverenigingen, project Help een Handje van de Protestantse kerk, signalerend, activerend of vriendschappelijk huisbezoek door veel verschillende organisaties, feesten, ontmoetingsmiddagen, recreatieve, educatieve activiteiten, vriendschap en praktische hulp voor ouders, klussen, respijtzorg, ondernemen van activiteiten met jongeren als maatje, sociaal emotionele ondersteuning door een buddy, telefonische hulp voor eenzame ouderen, lichamelijk gehandicapten, langdurig zieken, mensen met een psychiatrische achtergrond, alleenstaanden en zieken, gezinnen met minimaal 1 kind jonger dan 6 jaar, jongeren 6-24 jaar, alle inwoners van Zoetermeer vanaf 75 jaar, mensen met een niet-westerse achtergrond van 45 jaar en ouder, mensen die behoefte hebben aan een luisterend oor, allochtone vrouwen en mannen in Zoetermeer. Ook de Wijkposten worden regelmatig genoemd hoewel dat niet echt onder informele hulp valt. De Wijkpostmedewerkers kennen zoveel bewoners, die leggen verbanden, brengen bewoners met elkaar in contact, soms met behulp van het opbouwwerk. Ze werken er ook met wijkgericht inburgeren, dagbesteding voor mensen met psychiatrische en/of psychosociale problemen, project Rondom Je Netwerk voor mantelzorgers en zorgvrager om netwerk in beeld te krijgen en mogelijk uit te breiden, bemiddeling bij
vraag en aanbod vrijwilligerswerk, klussendienst, buurtpanels, buurtbemiddeling. Soms werden projecten genoemd die stedelijk georganiseerd worden, maar wel ook beschikbaar zijn voor bewoners van Buytenwegh. Soms werden alleen voorbeelden genoemd waar geen professionals bij te pas komen (individuele burenhulp). De activiteiten van de schoenmaker vallen hier opvallend op in kwantiteit en kwaliteit. Vaker worden projecten genoemd van professionele organisaties waarbij sprake is van veel vrijwillige inzet. Daarbij werden vooral de projecten genoemd van de eigen organisatie. Een aantal keren ging het over projecten die niet van de grond zijn gekomen (burenhulpcentrale, buurtnetwerk, boodschappendienst) en soms over nieuwe projecten in oprichting. Piëzo, de signalerende huisbezoeken door Vierstroom en Resto VanHarte werden vaak genoemd als succesvolle initiatieven. Er werden zowel individuele hulpprojecten genoemd als collectieve projecten voor de hele wijk. Soms werden ook professionele organisaties genoemd die vraag en aanbod bij elkaar brengen. Slechts enkele malen zei men dat men zelf als organisatie niets aan informeel hulpaanbod doet, maar dat zou goed door de verschillende interpretatie van de term kunnen komen.
1.6 Wat ontbreekt er aan de hulpverlening/ondersteuning? Deze vraag werd vooral opgevat als vraag wat er ontbreekt/hapert aan de organisatie rondom hulp en ondersteuning. Slechts zelden werden concrete projecten/zaken genoemd die ontbreken. Dit waren: een laagdrempelige ontmoetingsplek, mogelijkheid om iemand verplicht te laten opnemen, halte ouderenbus in de wijk, spreekuur van ouderenadviseurs in de wijk, buddynetwerk voor specifieke vragen, aanbod voor jeugd vanaf 10 jaar, VIP zou wijkgericht moeten werken. Jongerenwerkers meer zichtbaar op straat aanwezig, een goede manier om achter onzichtbaar leed achter de voordeur te kunnen komen, hulp voor alleenstaande dementerenden. De meeste antwoorden gaan echter over overzicht, samenwerking, samenhang, communicatie, regie. Men mist overzicht aanbod bij hulpvragers en bij aanbieders, men vindt het aanbod teveel en te versnipperd, men mist regie door de gemeente en bij het Wmo-loket. Een enkel antwoord gaat over de attitude van de hulpaanbieders (het moet meer vanuit het hart). Een geïnterviewde was tevreden over het aanbod en de manier van communiceren (nl. via wijkoverleg). Vaker heeft men een eigen netwerkje van enkele andere personen of organisaties waarmee men
Nieuwe Combinaties
9
zaken doet. In positieve zin werden genoemd: Meldpunt Bezorgd, Wijkmanager, Overleg van het wijkteam, MOOI, Piëzo en buurtbemiddeling.
1.7 Collectieve problemen en wensen in Buytenwegh. Mogelijke aanknopingspunten voor wijkaanpak door vrijwillige inzet Onderstaande uitspraken zijn meningen van de gesprekspartners over de buurt Buytenwegh in het algemeen. Verder zijn punten gehaald uit buurtonderzoeken en de documenten die beschikbaar zijn op wijkniveau. Veelal gaat het over sociaal-fysieke aspecten van de openbare ruimte. Deze punten zijn mogelijke aanknopingspunten voor wijkaanpak door collectieve of projectmatige vrijwillige inzet of gestuurd vrijwillige inzet (MaS, Halt, activering enz.). Genoemd tijdens de interviews/geïnventariseerd tijdens documentanalyse (o.a. gesprekken met bewoners in de Wijk Uit: Eerste uitkomsten gesprekken bewoners van de projectgroep): •
Vanwege de dekwoningen is er veel criminaliteit, hangjongeren. De helft van de problemen kun je al aanpakken door de ruimte anders in te richten (fysieke ingrepen, rare hoeken weg).
•
Angst voor hangjongeren.
•
Onvoldoende voorzieningen voor jongeren.
•
Veel inbraken/gevoel van onveiligheid.
•
Het moet fysiek wel een opknapbeurt krijgen, behoorlijk ingrijpend. Het winkelcentrum is niet prettig.
•
Beter groenonderhoud (teveel, te groot).
•
Weinig speelplekken voor de kinderen.
•
Verkeersoverlast.
•
Rommel: prullenbakken, hondenpoep, graffiti.
•
Renovatie van stoepen, meer aanpassingen voor mensen die slecht ter been zijn.
•
Meer ontmoetingsmogelijkheden in de buurt.
•
Sociale controle verbeteren, meer toezicht en handhaving.
•
Opfrissen winkelcentrum.
1.8 Kansrijke groepen voor vrijwilligerswerk De geïnterviewden konden bij elk van de genoemde groepen aangeven hoe kansrijk zij deze groep vinden voor vrijwilligerswerk/informele hulp. Van alle antwoorden per groep is een gemiddelde berekend. De gemiddelden lopen uiten van 4,6 (kwetsbare burgers zelf) tot 7,4 (Zilveren krach en Exverpleegkundigen). Gemiddeld 6 of meer: niet actieve wijkbewoners, allochtone vrouwen, MaS, uitbreiding kring mantelzorgers, gewone stagiaires, maatschappelijke ondernemers/personeel, ex-Mantelzorgers, Ex verpleegkundigen, zilveren kracht. Gemiddeld onder de 6: de rest. De gemiddelden zeggen echter niet alles: Bij nagenoeg alle groepen lopen de scores zeer uiteen van tienen en negens tot enen en tweeën. Per groep kon men ook een toelichting geven. Deze is niet opgenomen in deze samenvatting.
10
Antwoorden tijdens de interviews * Zilveren kracht
8
8
7
7
8
-
7
7
10
8
9
Ex-verpleegkundigen
7
7
7
7
5
-
6
10
9
7
Ex-mantelzorgers
7
7
7
6
8
-
6
4
9
7
-
Maatschappelijke
5
7
7
6
8
-
4
3
6
4
9
Gewone stagiaires
9
5
7
8
9
-
7
8
8
8
Uitbreiding kring
4
-
3
5
5
-
6
6
7
MAS
6
8
7
7
10
8
8
8
Allochtone vrouwen
7
5
5
5
2
-
7
Langdurig werklozen
9
8
5
8
8
7
Niet actieve
3
5
5
9
-
Halt Taakstraffen
6
8
5
5
Zorgvrijwilligers
5
5
7
6
Inburgeringcursus
7
6
5
Kwetsbare burgers
3
6
5
Gem.
9
8
9
8
2
9
7
8
-
7
7,4
9
-
9
8
2
9
8
6
-
8
7,4
8
-
9
8
2
9
8
8
-
6
7,3
8
8
1
8
1
9
8
10
-
6
6,6
1
1
5
8
6
3
9
7
10
-
8
6,3
-
-
10
-
1
3
10
7
8
1
-
10
6,3
8
8
6
7
8
4
3
4
7
8
10
-
5
6,2
5
8
6
8
-
8
1
6
1
9
8
8
7
8
6,2
8
6
10
6
6
6
1
5
10
9
7
0
7
8
5,9
-
6
5
8
6
8
3
-
8
7
1
9
6
8
-
7
6,1
7
-
3
6
6
6
4
5
7
5
1
10
2
8
10
-
3
5,7
2
-
4
9
5
7
8
9
-
1
8
1
9
7
2
-
8
5,6
5
4
-
5
6
8
7
8
3
7
2
6
2
3
5
8
5
7
4,8
6
4
-
3
5
10
7
9
7
7
1
1
1
6
5
6
-
7
4,6
ondernemers
mantelzorgers
die thuis zitten
wijkbewoners
zorginstellingen
zelf * zelf ingeschat naar aanleiding van de antwoorden
1.9 Wat is nodig om deze mensen actief te krijgen om elkaar te laten helpen? Veel geïnterviewden leggen nadruk op persoonlijke benadering van mensen. Direct aanspreken. Ook de noodzaak dat men elkaar moet kennen wordt verschillende malen genoemd en benadrukt. Erkenning en waardering voor vrijwillige inzet worden bovendien belangrijk gevonden. Iemand benadrukt de noodzaak van een attitudeverandering. Men moet meer omzien naar elkaar en hiervoor een antenne ontwikkelen. Dat kan ook in een soort publiciteitscampagne terugkomen.
1.10 Wat is nodig voor een goede matching? Hoe kan de vraag terecht komen bij het aanbod en andersom? Veel reacties vertonen overlap met de antwoorden bij vraag 1.6 Wat ontbreekt er aan hulpverlening en ondersteuning. Een aantal concrete matching ideeën wordt genoemd: goede website, buurtcoach, kinderoppas aanbieden, welzijnsactiviteiten om elkaar beter te leren kennen, goede intake, geen telefoon/computerstem bij bemiddeling, soort supermarktkaartjes met foto van hulpvrager, database, nieuwe tool Rondom je netwerk, vertrouwenspersoon vanuit de diaconie die tussen alle zorgloketten in zit, training van vrijwilligers in 'antennes' voor problemen, Meldpunt Bezorgd beter bekend maken, kring maken van hulpverleners (privé en professioneel) rond hulpvrager, tactische communicatie.
Nieuwe Combinaties
11
Maar de meeste reacties gaan, net als bij vraag 1.6, over een betere samenwerking, afstemming, communicatie, overzicht tussen aanbieders. Tijdens de interviews kwam men regelmatig achter organisaties waarvan men het bestaan niet wist. Bij organisaties waar meer contact mee wordt gewenst worden ook vaak professionele organisaties genoemd zoals wijkmanager, wijkagent, huisartsen, maatschappelijk werk en wijkcoach. Wellicht is een conferentie over rollen, taken, bevoegdheden, privacy en dergelijke een zinvol gegeven.
1.11 Adviezen/ideeën voor begeleiding? Wat zijn belangrijke voorwaarden? Reacties lopen uiteen. Het hangt af van de soort activiteit en van de vrijwilliger en is dus afhankelijk van de organisatie, de hulpaanvrager. Dat ligt aan de klus en de persoon. Het is individueel, er is geen standaard voor.
1.12 Meningen over een sociaal activeringscentrum Op deze vraag werd 12 maal geantwoord dat het goed zou zijn als er een centrale fysieke plek zou zijn in de wijk. Acht keer werd genoemd dat dit een laagdrempelige plek moet zijn waar je elkaar zou kunnen ontmoeten. In dit kader werd drie maal genoemd dat de Wijkpost al een laagdrempelig en centrale functie heeft. Het winkelcentrum wordt over het algemeen als meest gunstige locatie genoemd. Men gaat in de antwoorden niet echt in op de inhoud van het centrum. Moet het vooral voor langdurig werklozen geschikt zijn of voor iedereen? Aan het begin van de interviews kon PJ PARTNERS hierop ook niet echt doorvragen omdat de enige informatie over het activeringscentrum destijds in een nog vertrouwelijk stuk stond. Een interview met de contactpersoon van het activeringscentrum van Vestia is niet tot stand gekomen. De ideeën van de gemeente waren nog niet uitgekristalliseerd.
12
2 Conclusies ten aanzien van onderzoeksvragen 2.1 Overzicht vraag en aanbod informele hulp in Buytenwegh AANBOD INFORMELE (BUREN)HULP Er bestaan soms tegengestelde meningen over burenhulp, vrijwilligerswerk en sociale activering in de toekomst in Buytenwegh. Bijvoorbeeld: 'We leven in een ikke-ikke-ikke cultuur' en 'Het gaat altijd wel goed. Mensen helpen elkaar best wel'. Wie heeft gelijk? Uit de documentenanalyse blijkt dat de vrijwillige hulp in Nederland de afgelopen jaren in omvang stabiel blijft, maar dat er wel dynamiek is binnen organisaties. Men blijft korter en het lijkt erop dat er afname is bij mensen die werken of studeren en een toename onder relatief kwetsbare groepen mensen. Het percentage vrijwilligers in de sector zorg en welzijn neemt vanaf 55 jaar toe. Van de 75plussers doet zelfs 17% vrijwilligerswerk in genoemde sector. Jongvolwassenen (18-24) en mensen met een niet-westerse achtergrond zijn ondervertegenwoordigd als vrijwilliger in genoemde sector. Het vrijwilligerspotentieel zal stijgen door het zogeheten 'geleid' vrijwilligerswerk zoals maatschappelijke stages, werkgeversvrijwilligerswerk en re-integratieprojecten. De verwachting is dat de komende 10 jaar het aantal mensen dat vrijwilligerswerk doet, gaat stijgen met 5%. In Zuid-Holland zullen in 2020 een miljoen mensen informele hulp geven. Dit is een toename van 5,8%. De gemeente Zoetermeer scoort in de benchmark Wmo qua vrijwilligerswerk op alle aspecten onder het gemiddelde. De wijk Buytenwegh daarentegen scoort op vrijwilligerswerk het allerbeste. Bij de respondenten van heel Zoetermeer is bijna één op de vijf respondenten actief als vrijwilliger, vaak bij sportclub, kerk, moskee of school. 66% Helpt zijn of haar buren. In de wijk Buytenwegh is men iets vaker vrijwilliger (20,2 t.o.v. 18,6%), geeft men meer hulp aan buren (72,8 t.o.v. 67,3%), terwijl men iets vaker geen zin heeft in vrijwilligerswerk (11,5 t.o.v. 10,9%) en men veel vaker onbekend is met de mogelijkheden van vrijwilligerswerk (14,1 t.o.v. 7,1%). Ook is duidelijk dat er best veel mensen bereid zijn om iets te doen aan collectieve problemen in de buurt zoals groenonderhoud e.d. (bewonersonderzoek november 2009 Wijkpost). In de Omnibusenquête 2009 wordt dit ook bevestigd: in Buytenwegh zijn meer mensen actief in de buurt: 26,3 t.o.v. 24,3%. In het document Visieontwikkeling Buytenwegh (juni 2010) staat bovendien dat in Buytenwegh 28% van de bijstandsgerechtigden maatschappelijk actief is (t.o.v. 20% in heel Zoetermeer). Uit bovenstaande cijfers kun je niet afleiden dat er een ikke-ikke-ikke cultuur heerst in Buytenwegh en dat er juist wel relatief veel vrijwillige (buren)hulpaanbieders zijn in Buytenwegh. Op de vraag welk informeel hulpaanbod er is in Buytenwegh antwoordden de geïnterviewden meestal met projecten en initiatieven van de eigen organisatie waarbij veel vrijwilligers ingezet worden: • •
Vestia: Nationale Burendag, Pimp your house voor jongeren, bewonerscommissies Resto VanHarte: ontmoetingsmogelijkheden in het restaurant, opleidings- en werkervaringsplaatsen in de keuken
•
Piëzo: ontmoetingsmogelijkheden, educatieve activiteiten, huisbezoek, zo nodig meegaan naar dokter enz., toeleiding naar activiteiten in de wijk
•
Protestantse kerk: Help een handje en diaconie
Nieuwe Combinaties
13
•
Vierstroom: signalerend huisbezoek één keer per drie jaar aan 75+ers, administratieve dienstverlening aan ouderen
•
Palet Welzijn: dagbesteding recreatieve activiteiten
•
Humanitas: vriendschappelijk huisbezoek, hulp bij de financiële administratie/post
•
Reakt: dagbesteding recreatieve en educatieve activiteiten
•
Stichting Rondom Mantelzorg: respijtzorg
•
MOOI/VIP: klussendienst, maatschappelijke stage Alfrinkcollege, buurtbemiddeling
•
Gemeente: ondersteunen van bewonersverenigingen en buurtpanels
•
Buurtverenigingen: organiseren van activiteiten om elkaar te ontmoeten
•
Zonnebloem: activiteiten, uitjes, vakanties.
Een aantal keren ging het over projecten die niet van de grond zijn gekomen (burenhulpcentrale, buurtnetwerk, boodschappendienst) en soms over nieuwe projecten in oprichting: klussendienstplus, WAS-kracht (wijk en agent samen), seniorencontactbank van Palet Welzijn, Burendag door MOOI, hulp voor alleenstaande dementerenden door Buddynetwerk. Piëzo, de signalerende huisbezoeken door vrijwilligers van Vierstroom en Resto VanHarte werden vaak, ook door anderen, genoemd als succesvolle initiatieven. Ook de Wijkpost werd vaak in positieve zin genoemd, maar die valt niet precies onder informele hulp. Verder werd nog genoemd: •
Go4it, een samenwerkingsproject van Halt, politie, welzijn en scholen in wijken in Den Haag en Zoetermeer waarbij jongeren een klus doen in de wijk tegen een kleine vergoeding.
Uit de documentenanalyse blijkt dat genoemde activiteiten en projecten nog lang niet een volledig overzicht geven. Meer projecten van organisaties waar vrijwilligers een rol spelen: •
Rode Kruis: bezoekdienst, eigen activiteiten, vakanties voor ouderen en eenzamen
•
Home-Start: vriendschap, steun en praktische hulp voor gezinnen
•
Jong Perspectief: ondernemen van activiteiten met jongeren die steuntje/maatje nodig hebben
•
Buddynetwerk: sociaal-emotionele ondersteuning voor mensen met ernstige, chronische en/of levensbedreigende ziekte of aandoening
•
Sensoor: telefonisch een luisterend oor bieden aan ouderen, eenzamen en mensen met sociale of psychische problemen
•
Formulierenbrigade: hulp bij aanvraagformulieren voor diverse voorzieningen
•
Rechtswinkel: juridische bijstand
•
Mensen in de Minima (MIM) voor mensen met een minimuminkomen voor hulp bij financiële administratie
•
Voedselbank: gratis voedselpakketten
•
Vluchtelingenwerk: informatie en advies, hulp
•
Ouderenbonden
•
Andere religieuze organisaties
•
JIP (JongerenInformatiePunt)
•
STIP (Steun en Informatiepunt) voor GGZ cliënten en hun directe omgeving
14
•
MEE voor mensen met een lichamelijke en/of verstandelijke handicap of chronisch zieken
•
Patiëntenverenigingen.
Bij de geïnterviewden waren slechts twee personen die niet bij een maatschappelijke of overheidsorganisatie werkten, maar die zeker veel voor buurtbewoners doen. Dit waren een schoenmaker en een fysiotherapeut. De activiteiten van de schoenmaker voor jeugdigen uit de buurt, voor voedselbankbezoekers, verzorgingstehuisbewoners, bewoners uit de wijk vallen daarbij in het bijzonder op door kwaliteit en kwantiteit. Een greep uit die activiteiten: eten, drinken, gezelligheid, hulp bij problemen, educatieve en recreatieve activiteiten organiseren, gratis schoenmakerijdiensten aan bezoekers voedselbank en verzorgingstehuizen enz. De fysiotherapeut werkt weliswaar in een andere wijk, maar was behulpzaam met voorbeelden van informele hulp aan cliënten zoals het koppelen van andere cliënten met kleine klusjes zoals naar de apotheek rijden. Hij helpt cliënten zelf informeel ook door iemand even naar Schiphol te rijden, wakker te bellen enz. Bewoners zelf zijn echter niet geïnterviewd waardoor het inzicht in kwantiteit en kwaliteit van individuele burenhulp vooral beperkt blijft tot de reeds genoemde cijfers uit de Omnibusenquête die laten zien dat de bewoners in Buytenwegh in vergelijking met heel Zoetermeer vaker vrijwilliger zijn en het meeste burenhulp verrichten. Uit het onderzoek naar informele zorg 'De betekenis van nabijheid' dat plaatsvond in een vergelijkbare achterstandswijk in Breda, zouden we wel kunnen afleiden dat bewoners in Buytenwegh zeker ook informele (buren)hulp verrichten, maar dat het vooral de kwetsbare mensen zijn die kwetsbare mensen helpen volgens het ‘de lamme helpt de blinde-concept’. Al met al kunnen we concluderen dat er veel aanbod lijkt te zijn van georganiseerde informele hulp en informele burenhulp maar is het genoeg? Om dat te beantwoorden moeten we kijken naar de vraag naar informele (buren)hulp. DE VRAAG NAAR INFORMELE (BUREN)HULP Mensen met gestapelde problematiek hebben het meeste informele (buren)hulp hard nodig. (Allochtone en/of Oudere) Mensen met eenzaamheid-, armoede- en/of opvoedingsproblemen of mensen met een lichamelijke of psychiatrische beperking. Duidelijk is dat zich dit vaak onzcihtbaar achter de voordeur afspeelt. De problematiek leidt regelmatig tot frustratie en onmacht. Leefbaarheidsproblemen in de buurt kunnen ook zorgen dat mensen hulp nodig hebben. De bewoners van de dekwoningen in Buytenwegh zonderen zich bijvoorbeeld af van de maatschappij. Oudere, alleenstaande mensen maken vaak geen gebruik van de hulp terwijl ze het wel nodig hebben. Dit geldt ook voor inwoners met een niet-westerse achtergrond, waaronder specifiek Antilliaanse ouders evenals mensen die door de veranderingen in de Wmo en de ABWZ buiten de boot dreigen te vallen (zieken/mindervaliden), mensen met weinig geld en sociale contacten, zorgmijders, sommige klanten van de WZI die administratieve hulp zouden kunnen gebruiken en jongeren. In Buytenwegh heeft men vaker een laag inkomen, is vaker werkzoekend, voert wat vaker eenpersoonshuishoudens en is vaker van niet-westerse afkomst. De komende jaren zal een groter beroep op het informele hulpaanbod worden gedaan vanwege de vergrijzing, het personeelstekort in de zorg, de bezuinigingen op de AWBZ en de zorg in het algemeen.
Nieuwe Combinaties
15
Van alle respondenten in de Omnibusenquête 2009 zegt 7% maatschappelijke ondersteuning te ontvangen en daarnaast geeft 3% aan daar behoefte aan te hebben. Bij maatschappelijke ondersteuning gaat het om de hulp van anderen of van instanties, om zelfstandig te kunnen blijven wonen en om mee te kunnen doen in de samenleving. Deze hulp kan tal van terreinen omvatten: het schoonmaken van het huis, boodschappen en klusjes in en om het huis, regelen van vervoer, aanpassen van de woning, invullen van formulieren, (op orde brengen van) de financiën, (tegengaan van) eenzaamheid, opvoeden van kinderen en vinden van dag- of vrijetijdsbesteding. Ook de praktische hulp aan mensen met een handicap of een langdurige ziekte en aan hun naasten vallen onder de noemer maatschappelijke ondersteuning. Schoonmaken (ca. 60%), doen van boodschappen en verrichten van klusjes in en om het huis (ca. 32%) zijn de belangrijkste activiteiten waar men ondersteuning bij krijgt. 79% Van degenen die maatschappelijk ondersteuning ontvangen achten deze merendeels voldoende. 12% Acht de ontvangen hulp niet voldoende. De 52 personen, die nog geen of onvoldoende hulp ontvingen, willen het liefst meer hulp ontvangen bij het schoonmaken van het huis, het doen van boodschappen en klusjes in en om het huis. 59% Van de ondersteuningsontvangers krijgt de maatschappelijke ondersteuning van een thuiszorgorganisatie en 36% van familie als bron van hulp. Op de vraag of men weet waar men kan aankloppen voor maatschappelijke hulp zegt 53% de gemeente en 50% zegt een thuiszorgorganisatie. Daarnaast worden genoemd (in omvang afnemende volgorde) familielid, vriend of vriendin, iemand uit de directe omgeving, vrijwilligersorganisatie. Ook genoemd worden huisarts, de kerk en het maatschappelijk werk. Het aantal mensen dat een beroep doet op het Wwmo-loket stijgt de afgelopen jaren. Vooral de stijging van de vraag naar hulp bij het op orde brengen van financiën en het invullen van formulieren valt op. De belangrijkste twee redenen waarom hulpbehoevenden geen hulp vragen zijn: Onbekendheid met het aanbod: Men is veelal onbekend met het hulpaanbod. In Buytenwegh loopt de bekendheid met de verschillende Zoetermeerse of regionale hulpdiensten uiteen van 60% (bekend met Slachtofferhulp) tot 7,6% voor Vertrouwenslijn Sensoor. Het Vrijwilligers Info Punt Zoetermeer is het minst bekend (32,4%) in vergelijking tot de bekendheid in andere stadsdelen. Ook de onbekendheid met mogelijkheden van vrijwilligerswerk zijn minder bekend dan in heel Zoetermeer. Schaamte, trots, eergevoel. Er bestaat vraagverlegenheid bij de hulpbehoevenden. Vraagverlegenheid ligt onder meer aan de kwetsbaarheid waarmee je je opstelt als je een vraag stelt. Je laat zien dat je eenzaam, gokverslaafd, armoedig of hulpbehoevend bent. Dat is in deze tijd, waarin zelfstandigheid, eigen kracht, onafhankelijkheid gepredikt wordt, voor veel mensen iets om je voor te schamen. 'Wat er vooral lijkt te ontbreken aan de hulpverlening/ondersteuning is tijdens de interviews het meest genoemd: een laagdrempelige ontmoetingsplek in Buytenwegh. We kunnen concluderen dat er in Buytenwegh veel aanbod is van informele (buren)hulp. Of dit voldoende is voor de vraag naar informele (buren)hulp is twijfelachtig. Er is nog veel onzichtbaar achter de voordeur en zijn de onbekendheid met het aanbod en de vraagverlegenheid van de hulpvragers zijn de grootste struikelblokken.
16
2.2 Slaag- en faalfactoren eerdere projecten Een aantal projecten is succesvol. De Wijkpost is succesvol omdat medewerkers de mensen kennen, bewoners met elkaar in contact brengt en je er voor alles terecht kunt. Het is een laagdrempelige plek, centraal in de wijk. Resto VanHarte is een goede samenwerkingspartner van veel organisaties. De signalerende huisbezoeken door vrijwilligers van Vierstroom zijn succesvol omdat ze één keer in de drie jaar plaatsvinden bij alle 75-jarige Zoetermeerders door getrainde vrijwilligers en dus structureel zijn en methodisch. De follow up bestaat uit een ouderenadviseur. Piëzo bezoekt de allochtone ouderen en verleent zelf of laat meteen de benodigde hulp verlenen. Het zou echter ook goed zijn om mensen te bezoeken die het kaartje niet terugsturen. Wat ook opvalt is dat er een groot aantal andere huisbezoeken plaatsvinden. Het OVT bestaat uit 14 organisaties die thuishulp verlenen (Zonnebloem, Humanitas, Home-Start, Vriendschappelijk huisbezoek, Activerend huisbezoek, maatjesprojecten enz.). Hier staat buurtbemiddeling door MOOI nog niet bij. Ook medewerkers van de woningbouwcorporaties komen achter de voordeur evenals de contactvrouwen van de Protestantse kerk. De vraag is of er voldoende samenhang is tussen al deze huisbezoekinitiatieven. Over het algemeen worden projecten succesvol gevonden als er sprake is van een persoonlijke benadering. Men moet elkaar kennen. Het ontvangen en aanbieden van informele hulp hangt af van de kwaliteit van de persoonlijke relatie. De volgende projecten zijn niet geslaagd: buurtnetwerk, de burenhulpcentrale, boodschappendienst en WAS-kracht (Wijk en Agent Samen). Het buurtnetwerk is niet geslaagd omdat de opkomst minder was en de drive ontbrak. Het is nooit echt van de grond gekomen omdat de financiering niet rond was. Het gebruik van de burenhulpcentrales (BHC) valt tegen. Men zou meer nadruk moeten leggen op motivaties van potentiële vragers om zich in te schrijven en gebruik te maken van BHC. Meer kennis van BHC bij andere organisaties, in sociale kaart. Technische verbeteringen zijn nodig (lange wachttijd, onduidelijke wachttijd). Het onpersoonlijke wordt niet op prijs gesteld. (Je haalt een vreemde in huis). Weinig allochtone deelnemers. Werving richtte zich meer op vrijwilligers dan op vragers. Aanbevelingen: Publiciteit & Werving meer richten op kwetsbare groepen, allochtone bewoners en jonge gezinnen. Projectcoördinator moet meer samenwerken met buurtbewoners. Persoonlijke helpdesk leidt tot positievere resultaten. ICT vooral voor ouderen toegankelijker maken. Goede doorverwijzing met behulp van goede sociale kaart is nodig. Een benadering gericht op het creëren van sociale netwerken rondom de hulpbehoevende, zonder associaties met de buurt is vermoedelijk kansrijker dan het creëren van meer buurtcohesie. Mensen vinden het meestal moeilijk om hulp te vragen aan minder bekende buren. Belangrijk bij het vragen en verlenen van hulp is het aanwezig zijn en de kwaliteit van de persoonlijke relatie en niet omdat ze deel uitmaken van een buurtgemeenschap. Men bewaart graag een sociale afstand ten aanzien van de buurtgenoten. Het kennismaken met buren middels bijvoorbeeld een buurtbarbecue is daarvoor niet voldoende. Daarnaast speelt bij vraagverlegenheid ook het streven naar onafhankelijkheid, zelfredzaamheid en autonomie een rol. Veel buurtbewoners zouden zonder meer helpen als iemand hen dat zou vragen, ze doen dat evenwel niet ongevraagd. Grote uitdaging is dus om latent buurschap
Nieuwe Combinaties
17
om te zetten in manifest buurschap en latente hulpvragen om zien te zetten in manifeste hulpvragen. Daarbij dient rekening gehouden te worden met allerlei gevoeligheden. Hulp aanbieden is meestal makkelijker dan hulp vragen. Er zijn bovendien aanwijzingen dat kwetsbare mensen zich niet in de eerste plaats als eenzaam, problematisch of hulpbehoevend beschouwen. Een outreachende aanpak met (in aanvang) een presentiebenadering lijkt een succesvolle weg. De presentiebenadering is een manier van werken die draait om sociale nabijheid in de relatie tussen de hulpbieder en de kwetsbare mens. Projecten die kansrijk zijn of lijken te worden: Eigen Kracht Conferenties, tool Rondom je Netwerk om eigen netwerk in kaart te brengen, het Bredase project Werk aan de wijk en de huisbezoeken van verschillende organisaties mits daar meer samenhang in gevonden kan worden. In de Eigen Kracht Conferenties wordt samen met de hulpvrager het netwerk in kaart gebracht en gemobiliseerd om een plan te maken om tot oplossingen voor de probleemsituatie te komen. Met de tool Rondom je Netwerk wordt samen met iemand het persoonlijke netwerk uitgebreid in beeld gebracht. In het project Werk aan de Wijk staat een centrum centraal waar je allerhande diensten kunt leveren en afnemen. Een soort participatiecentrum waar vraag en aanbod bij elkaar komen. De afname van diensten gebeurt tegen een (kleine) vergoeding waardoor ook tegemoet getreden wordt aan vraagverlegenheid. Het is een bemiddelingsbureau dat bewoners van de wijk met elkaar in contact brengt om samen te werken aan een plezierige wijk. Iedereen die tijd over heeft en de handen uit de mouwen wil steken kan bij het bureau aan de slag: betaald of als vrijwilliger. Te denken valt aan buurtservices zoals klussen-, verhuis-, woonzorg-, beveiligings- en/of schoonmaakdiensten. Voorwaarde is dat de diensten aansluiten bij de behoeften van de wijk en aanvullend zijn op bestaande dienstenaanbod. Bewoners profiteren in de vorm van een laag tarief (10 euro per uur of Bredapas 6 euro per uur). Werk aan de Wijk werkt samen met bedrijven en instanties en biedt mensen zonder werk mogelijkheden voor begeleiding, scholing en opleiding als voorbereiding naar de arbeidsmarkt. Er wordt een vergoeding of een salaris betaald. Projecten: formulierenbrigade, zwerfvuilbrigade, buurtcoaches, vrouwenstudio's, get started, fietsenproject, maatschappelijke stages en taalstages. En een dienstenpakket: verhuisdienst, klussendienst, tuindienst, woonzorgdienst, beveiligingsservice. Veel organisaties houden zich momenteel met huisbezoeken bezig. Het zou goed zijn om daar meer samenhang in aan te brengen. Organisaties in het Overleg Vrijwillige Thuishulp, maar ook contactvrouwen van de Protestantse kerk en huisbezoeken door buurtbemiddeling en woningbouwcorporaties. Het is van belang om ook samenhang te krijgen in datgene wat gedaan wordt met de resultaten van de huisbezoeken. Hier is ook een duidelijk overzicht gewenst wat er allemaal aan aanbod is zodat er een warme overdracht kan plaatsvinden. Het probleem is vaak dat organisaties gericht zijn op bepaalde doelgroepen (zoals ouderen, lichamelijk gehandicapten, GGZ-klanten, jongeren) en geen verbinding kunnen maken met andere organisaties die op andere doelgroepen gericht zijn. Conclusie is dat kennen en gekend worden de belangrijkste slaagfactoren zijn voor informele hulp.
18
2.3 Voorstel indicatoren monitoring hulpbehoefte De Omnibusenquête deelrapport Wmo 2009 gaf informatie over maatschappelijke ondersteuning en vrijwilligerswerk. In dit rapport is hier gebruik van gemaakt. Het is ook zinnig dat er een onderscheid is gemaakt tussen maatschappelijke ondersteuning, vrijwilligerswerk en burenhulp. De categorie maatschappelijke ondersteuning kan ons inziens uitgebreid worden met de vragen: 1. Kunt u, indien nodig, een beroep doen voor hulp op a. Uw gezin? b. Uw familie? c.
Uw buren?
d. Uw kennissen? e. Uw vrienden/vriendinnen? 2. Om welke hulp gaat dit dan? (antwoordmogelijkheden zoals bij maatschappelijke ondersteuning vraag 4.4.) 3. Hoe vindt u het om deze hulp te vragen? a. Gewoon b. Moeilijk c.
Als ik, maar iets terug kan doen
d. Ik doe het niet De categorie burenhulp kan ons inziens uitgebreid worden met de volgende vraag: ontvangt u weleens burenhulp? De Omnibusenquête is een belangrijk en onmisbaar instrument. Bij het in kaart brengen van de vraag naar informele (buren)hulp is het echter belangrijker om persoonsgericht, persoonlijk en vertrouwelijk te werk te gaan. Individuele huisbezoeken zijn daarvoor een welkome aanvulling naast de uitkomsten van de Omnibusenquête. In grote lijnen zullen de huisbezoeken dezelfde informatie kunnen opleveren als de Omnibusenquête, maar er kan dan ook persoonsgericht, persoonlijk en vertrouwelijk actie worden ondernomen.
Nieuwe Combinaties
19
20
3 Aanbevelingen 1.
Sociale Kaart Het is van belang dat de aanbieders van elkaar weten wat er allemaal bestaat zodat er een goede doorverwijzing/samenwerking mogelijk is. Een goed overzicht van het aanwezige informele hulpaanbod voor hulpzoekers, maar ook voor aanbieders onderling. Deze sociale kaart goed bijhouden. Als er op een gegeven moment een participatiecentrum, komt waar alle vraag en aanbod bij elkaar komen, maakt dit het overzicht van het aanbod overzichtelijker.
2.
Elkaar kennen. Bijeenkomsten waarbij de aanbieders elkaar live kunnen ontmoeten, kunnen speeddaten met elkaar en een gezamenlijke nieuwe aanpak kunnen bespreken. n. Specifieke aanbeveling is een conferentie voor alle organisaties die huisbezoeken afleggen (Overleg Vrijwillige Thuishulp, Protestantse contactvrouwen, buurtbemiddeling) over presentiemethode, warme doorverwijzing, direct hulp bieden, centrale regie en afstemming.
3.
Regie gemeente Meer samenhang en een eenvoudiger overzicht realiseren door meer regie van de gemeente op alle verschillende initiatieven en projecten. Overwegen om met minder organisaties meer te doen. Nu is er zoveel dat men vaak door de bomen het bos niet meer ziet. De nieuwe Buytenweghcoach gaat de reeds aanwezige netwerken in kaart brengen. Op basis hiervan zou men tot meer clustering van organisaties kunnen overgaan. Het is van belang dat de verschillende netwerkclusters wel van elkaar op de hoogte zijn. Aandachtspunt hierbij is dat buurtnetwerken en stedelijke organisaties door elkaar lopen. Waken voor teveel bureaucratie en overorganisatie.
4.
Participatiecentrum Het project Werk aan de Wijk in Breda (een participatiecentrum waar alle aanbod bij elkaar komt) verder onderzoeken en invoering van dit concept in Zoetermeer (stedelijk niveau) overwegen. Hierbij zeker ook aandacht besteden aan de vraagkant van hulp om tegemoet te komen aan de vraagverlegenheid. De naam activeringscentrum mijden omdat dit negatieve associaties met zich mee kan brengen.
5.
Een laagdrempelige ontmoetingsplek (veel vraag naar en naar verhouding is er ook weinig ontmoetingsmogelijkheid in Buytenwegh) in het centrale winkelcentrum van Buytenwegh realiseren waar vraag en aanbod van informele hulp bij elkaar kunnen komen. Een soort VIP op buurtniveau. Kamers voor vertrouwelijk gesprek moeten aanwezig zijn. Mogelijk combineren met aanbeveling 4: Een participatiecentrum zoals Werk aan de Wijk in Breda.
6.
Uitbreiding hulpaanbod overwegen De volgende concrete adviezen van geïnterviewden op het hulpaanbod overwegen: 1.
halte ouderenbus in de wijk
2.
spreekuur van ouderenadviseurs in de wijk
3.
buddynetwerk voor specifieke vragen
4.
aanbod in de buurt voor jeugd vanaf 10 jaar
5.
VIP zou meer wijkgericht moeten werken
6.
jongerenwerkers moeten meer zichtbaar op straat aanwezig
Nieuwe Combinaties
21
7.
zoeken naar een goede manier om achter onzichtbaar leed achter de voordeur te kunnen komen
7.
8.
hulp voor alleenstaande dementerenden
9.
Vertrouwenspersoon die tussen alle zorgloketten in zit.
Vraagkant Bij het organiseren van informele hulp (bijvoorbeeld in de PR) meer aandacht besteden aan de vraagkant in verband met het bestaan van vraagverlegenheid bij de mensen die hulp zouden kunnen gebruiken. Meer nadruk leggen op 'vragen mag' in plaats van op eigen kracht en empowerment. Ook aandacht besteden aan het verminderen van vraagverlegenheid van professionals en het formele hulpaanbod om hulp te vragen aan het informele hulpnetwerk. Bijvoorbeeld: het Wijkzorgnetwerk moet ook contact houden met alle vrijwilligersorganisaties die in de wijk actief zijn.
8.
Outreachende straatgerichte huisbezoeken door getrainde vrijwilligers Bij het organiseren van informele hulp kiezen voor een outreachende methode waarbij goed getrainde vrijwilligers straatgericht huisbezoeken afleggen waarbij in eerste instantie gebruik wordt gemaakt van de presentiemethode om zo tegemoet te komen aan vraagverlegenheid. Stichting Mezzo heeft overigens veel ervaring in het trainen van vrijwilligers in de presentiemethode. Vrijwilligers moeten ook getraind worden in het ontwikkelen van antennes voor problemen. Huisbezoeken kunnen zorgen voor een vroegtijdige signalering. Tactische communicatie is belangrijk i.v.m. schuld- en schaamtegevoelens. Het gaat bovenal om een persoonlijke benadering.
9.
Meer samenhang in alle bestaande huisbezoeken In Zoetermeer en Buytenwegh is al een aantal vrijwilligersorganisaties die achter de voordeur komen met huisbezoeken. Hier nog meer samenhang en afstemming in brengen. Het OVT (Overleg Vrijwillige Thuishulp) waarin 14 organisaties samenkomen kan bijvoorbeeld uitgebreid worden met buurtbemiddeling, Protestantse contactvrouwen en woningbouwcorporaties die ook achter de voordeur komen. De aanpak van Piëzo om allochtone mensen te bereiken hierbij zeker handhaven. Bij de huisbezoeken is het belangrijk om een warme overdracht te verzorgen naar personen of organisaties waarnaar men kan verwijzen. Een goede sociale kaart en een participatiecentrum waar veel aanbod bij elkaar komt kan daarbij helpen.
10. Uitbreiden en inzetten individuele sociale netwerk Meer aandacht besteden aan het uitbreiden van het individuele sociale netwerk van de personen zonder associaties met de buurt als gemeenschap. Het gaat om de kwaliteit van individuele contacten. De methodiek van Eigen Kracht Conferenties is hierbij een goed voorbeeldproject en verdient navolging in Buytenwegh. Eigen Krachtconferenties mobiliseren het eigen netwerk van de hulpvrager die samen een plan van aanpak maakt. Ook de tools in ontwikkeling Rondom je Netwerk van Rondom Mantelzorg en de Mantelzorgtool van Vierstroom waarmee mensen hun eigen netwerk in kaart kunnen brengen lijken hieraan tegemoet te komen. Het is aan te bevelen om deze kansrijke projecten verder te onderzoeken en uit te bouwen in Buytenwegh. Soms is een kring van hulpverleners (informeel en formeel) ook een geschikte manier.
22
11. Leefbaarheidsprojecten Projecten gericht op sociale cohesie zijn minder van belang voor informele burenhulp. Dit zijn wel goede projecten om energie te mobiliseren voor een bijdrage aan de oplossing van collectieve problemen zoals achterstallig groenonderhoud, sociale veiligheid, rommel op straat enz. 12. Gebruik succesvolle voorbeelden De aanpak en werkwijze van Resto VanHarte en Wijkposten gebruiken voor andere projecten: laagdrempelig, persoonlijke contacten, betrokkenheid, enthousiasme. Deze projecten gaan verder dan buurtcohesieprojecten waarbij men elkaar onvoldoende leert kennen om daarna over te gaan tot het vragen of verlenen van informele hulp aan elkaar. 13. Indicatoren monitoring hulpbehoefte Het lijkt goed om de vragenlijst Omnibusenquête uit te breiden. Bij het in kaart brengen van de vraag naar informele (buren)hulp is het verder belangrijk om persoonsgericht, persoonlijk en vertrouwelijk te werk te gaan. Individuele huisbezoeken zijn daarvoor een welkome aanvulling naast de uitkomsten van de Omnibusenquête. In grote lijnen zullen de huisbezoeken dezelfde informatie kunnen opleveren als de Omnibusenquête, maar er kan dan ook persoonsgericht, persoonlijk en vertrouwelijk actie worden ondernomen. Samenvattend Wat nodig is: kennen en gekend worden, durf en vertrouwen, leiderschap en regie, richting en ruimte, empowerment en durven vragen, denken in ketens en netwerken.
Nieuwe Combinaties
23
24
4 Samenvatting Nieuwe Combinaties heet dit onderzoek naar informele (buren)hulp in de wijk Buytenwegh. In Nieuwe Combinaties staat de vraag centraal wat de vraag naar en het aanbod van informele (buren)hulp is, hoe deze beter met elkaar gematched kunnen worden en hoe men tot nieuwe vormen van samenwerking tussen organisaties kan komen. PJ PARTNERS heeft in opdracht van de gemeente Zoetermeer, met subsidie in het kader van RASgelden van de Provincie Zuid-Holland, antwoord proberen te vinden op vraag en aanbod, succes- en faalfactoren van projecten, op betere samenwerkingsmethodes in de wijk en op nieuwe indicatoren om de hulpbehoefte te monitoren. Dit is gedaan door 24 mensen te interviewen die iets te maken hebben met informele hulp in Buytenwegh: gemeenteambtenaren, medewerkers van (vrijwilligers)organisaties en in een enkel geval mensen die zelf individueel informele hulp bieden. Verder heeft PJ PARTNERS een documentanalyse uitgevoerd over het beleid van de gemeente Zoetermeer, over de wijk Buytenwegh, over vrijwilligerswerk en informele (buren)hulp in het algemeen en over projecten in Zoetermeer en in Nederland. Het onderwerp van dit onderzoek heeft een wat onduidelijke afbakening. Termen als burenhulp, informele hulp, vrijwilligerswerk, maatschappelijke ondersteuning, zorgvrijwilligers vertonen regelmatig overlap met elkaar. Het onderzoek zou niet om zorg draaien, maar om zaken als boodschappen doen, klusjes in huis en tuin, een praatje maken met iemand die weinig contacten heeft enz. Echter, de meeste van dit soort burenhulp wordt gevraagd door, of is nodig voor mensen die ook zorg nodig hebben voor ernstiger problemen zoals armoede, werkloosheid, opvoedproblemen, verslaving enz. Oplossing is niet om termen nog beter af te bakenen, maar om te accepteren dat de werkelijkheid complex is en dat verschillende situaties in elkaar kunnen overlopen. Een ander gegeven waar het onderzoek mee te maken had, was dat het in aanvang erg gericht was op de aanbodkant. Dit kwam mede door de plannen van de gemeente met een sociaal activeringscentrum waardoor de vraag hoe verschillende groepen mensen te activeren voor informele hulp centraal kwam te staan. Vandaar dat alle geïnterviewden tot hulpaanbieders gerekend kunnen worden. De mensen die informele (buren)hulp nodig hebben zijn zelf niet geïnterviewd dus we moesten afgaan op datgene wat de aanbieders over hen denken. Wij hadden bij de documentanalyse de beschikking over onderzoeksresultaten naar informele zorg in een achterstandswijk in Eindhoven waarin bewoners en hulpkrijgers zijn geïnterviewd. (De betekenis van nabijheid, een onderzoek naar informele zorg in een volksbuurt, Sdu, Den Haag, 2010). Dit was een belangrijke bron van aanvullende informatie. De mensen in Buytenwegh doen verhoudingsgewijs veel aan vrijwilligerswerk en burenhulp. Er blijkt ook veel georganiseerd informeel hulpaanbod te zijn in Zoetermeer en Buytenwegh. Veel geïnterviewden verzuchten regelmatig dat het zelfs teveel is, onoverzichtelijk en dat het geen samenhang kent. De aanbieders weten van elkaar vaak niet wat er verder allemaal is en dat geldt zeker ook voor potentiële hulpvragers. Er zou dus gewerkt moeten worden aan meer overzicht, meer samenhang en meer kennis over elkaar. Een participatiecentrum waar alle aanbod overzichtelijk bij elkaar komt, fysiek en digitaal, is daarom een aanbeveling evenals bijeenkomsten voor clusters van aanbieders om meer samenhang in het aanbod te bereiken.
Nieuwe Combinaties
25
Een probleem is de vraagverlegenheid bij de potentiële hulpvragers. Men vraagt geen hulp in verband met de onbekendheid met de mogelijkheden, maar ook omdat men zich kwetsbaar en afhankelijk opstelt bij een vraag. Schaamte, trots en eergevoel verhinderen om hulp te vragen in een samenleving waar zelfstandigheid, onafhankelijkheid en empowerment hoog in het vaandel staan. Men vraagt alleen hulp aan mensen die men al kent. Men haalt liever geen vreemden in huis. Het hangt dus af van de kwaliteit van de persoonlijke relatie. Het lijkt erop dat er zo veel onzichtbare hulp wordt gegeven en ontvangen. Uit het reeds genoemde onderzoek ‘De betekenis van nabijheid’ en uit andere documenten wordt duidelijk dat lotgenoten elkaar opzoeken en helpen volgens het principe ‘De blinde helpt de lamme’. Dat betekent dat juist de kwetsbare mensen elkaar informele burenhulp bieden. De vraag, die ook de geïnterviewden zich stellen, blijft of dit ook die mensen bereikt die geïsoleerd en onzichtbaar achter de voordeur blijven. Straatgerichte huisbezoeken door getrainde vrijwilligers, waarbij in eerste instantie de presentiemethode wordt gehanteerd, lijken hiervoor een geschikte methodiek. Zij kunnen een vertrouwensrelatie opbouwen, het persoonlijk netwerk samen in kaart brengen en inschakelen (bijvoorbeeld door een Eigen Kracht Conferentie) en van daaruit hulp verlenen of zorgen voor een warme doorverwijzing naar andere aanbieders van hulp en/of op termijn naar het nieuw op te richten participatiecentrum. Er is veel animo voor een participatiecentrum waar vraag en aanbod zowel fysiek als digitaal bij elkaar kunnen komen. Er zijn goede ervaringen met het project Werk aan de Wijk in Breda. Het is een bemiddelingsbureau dat bewoners van de wijk met elkaar in contact brengt om samen te werken aan een plezierige wijk. Iedereen die tijd over heeft en de handen uit de mouwen wil steken kan bij het bureau aan de slag: betaald of als vrijwilliger. Te denken valt aan buurtservices zoals klussen-, verhuis-, woonzorg-, beveiligings- en/of schoonmaakdiensten. Voorwaarde is dat de diensten aansluiten bij de behoeften van de wijk en aanvullend zijn op bestaande dienstenaanbod. Bewoners profiteren in de vorm van een laag tarief (10 euro per uur of Bredapas 6 euro per uur). Werk aan de Wijk werkt samen met bedrijven en instanties en biedt mensen zonder werk mogelijkheden voor begeleiding, scholing en opleiding als voorbereiding naar de arbeidsmarkt. Er wordt een vergoeding of een salaris betaald. Projecten: formulierenbrigade, zwerfvuilbrigade, buurtcoaches, vrouwenstudio's, get started, fietsenproject, maatschappelijke stages en taalstages. En een dienstenpakket: verhuisdienst, klussendienst, tuindienst, woonzorgdienst, beveiligingsservice. Om een dergelijk participatiecentrum te laten werken zal er echter veel meer aandacht moeten zijn voor de vraagkant. Daarom is het nodig dat (clusters van) de huidige aanbieders samen een samenhangende aanpak ontwikkelen, die alle doelgroepen bereiken op een structurele manier waarbij de vragen opgehaald worden op een manier die rekening houdt met vraagverlegenheid en vertrouwen. Kennen en gekend worden is zowel bij aanbieders als hulpvragers essentieel. Dan ontstaan er nieuwe combinaties.
26
Bijlage 1 | Lijst geïnterviewde organisaties/personen 1.
Buurtvereniging Buytenrode
John Valk, voorzitter
2.
Woningbouwcorporatie Vestia
Melvin Bunsee, huismeester en complexbeheerder
3.
Kwadraad
Jeanne Landa, wijkcoach Palenstein
4.
MOOI
Marije Arnouts, stagemakelaar maatschappelijke stage
5.
Protestantse kerk Zoetermeer, De
Fien Meiresonne, diaken
Olijftak 6. 7.
MOOI (telefonisch)
Ingrid Gouwens, ex-opbouwwerker Buytenwegh
Platform voor het
Lian Voshol, secretaris
Gehandicaptenbeleid Zoetermeer 8.
Resto VanHarte
Morena Hesselberg, restomanager
9.
Gemeente Zoetermeer
Peter Collignon, wijkmanager Buytenwegh
10. Gemeente Zoetermeer
Elsje van Dijk, wijkmanager Meerzicht (bhc meerzicht)
11. Vierstroom Buytenwegh
Stephan van Puffelen, regiomanager Zoetermeer Germien La Grand, directeur Palet Welzijn
12. MOOI, Vrijwilligers Info Punt
Paula Gilin, manager stedelijke projecten en producten
Zoetermeer (telefonisch) 13. De Zonnebloem
Ria van Tuyl, bestuurslid bezoekwerk
14. Humanitas
Wim van Weert en Nesta May, coördinatoren project Vriendschappelijk huisbezoek
15. Groepspraktijk Fysiotherapie
De heer Sheikkariem, fysiotherapeut
Broekwegpassage 16. MOOI
Marijke Puyk, projectleider VIP klussendienst
17. Politie Haaglanden
Frank de Koning, wijkagent Buytenwegh
18. Gemeente Zoetermeer
Magriet van Leuveren, projectleider wijkontwikkeling
19. Winkelier
Tico Rozendal, schoenmaker
20. Woningbouwcorporatie Vestia
mevrouw Baran, woonconsulente
21. Piëzo Buytenwegh
Ragnhild van den Berg, coördinator
22. Gemeente Zoetermeer, afdeling WZI
Sylvia Nandpersad, klantmanager Riet Wissink, unitcoördinator
23. Fokuswoningen
mevrouw Wijbenga, locatiemanager
24. Platform Informele zorg
Jolanda van Dijk, directeur/bestuurder
Nieuwe Combinaties
27
28
Bijlage 2 | Lijst documenten Beleid gemeente Zoetermeer •
Benchmark Wmo 2008, Rapport Prestatieveld 1, gemeente Zoetermeer, 21-11-2008
•
Benchmark Wmo 2008, Rapport Vrijwilligers, gemeente Zoetermeer, 17-11-2008
•
Brochure Zorgzaam: informatie en advies over regelingen en voorzieningen op het gebied van inkomen, wonen, zorg en belastingen
•
Brochure Zorgzaam: Wmo-loket en individuele voorzieningen
•
Doen meer mensen mee in Zoetermeer?, Tussenevaluatie Wmo Meerjarenbeleid 2008-2011, Hoofdafdeling Welzijn, 23 maart 2009
•
Meerjarenbeleidsplan Meedoen in Zoetermeer, Wet maatschappelijke ondersteuning 2008-2011, gemeente Zoetermeer, Zoetermeer, 2008
•
Omnibusenquête 2009-deelrapport Wet maatschappelijke ondersteuning, gemeente Zoetermeer, april 2010
•
Wmo omnibus 2009: relevante cijfers voor de WOP-wijken
•
Zoetermeerse Wegwijzer 2010 voor hulp bij…
Documenten over Buytenwegh •
Beeld van de wijk, WOP Buytenwegh, gemeente Zoetermeer, Vestia, Vidomes en de Goede Woning, november 2009
•
Burgerjaarverslag 2009 Zoetermeer, over de wijken Buytenwegh, De Leyens en Meerzicht
•
Concept Uitvoeringsplan WOP Buytenwegh, september 2010
•
Digitale nieuwsbrief Buytenwegh
•
Foto van de Wijk Buytenwegh, De Leyens, 2008
•
Gegevens van Palet Welzijn uit signalerend huisbezoek Buytenwegh
•
Gesprekken met bewoners in de wijk (Projectgroep wijkontwikkeling Buytenwegh)
•
Uitkomsten interviews met partijen in de wijk (Projectgroep wijkontwikkeling Buytenwegh)
•
Kanskaart voor Buytenwegh, atlas voor gemeenten, Utrecht 2009
•
Stuk over activeringscentrum in Buytenwegh, vertrouwelijk
•
Visie wijkontwikkeling Buytenwegh, Mensen maken de Wijk, gemeente Zoetermeer, Vestia, Vidomes en De Goede Woning, Zoetermeer, 29-06-2010
•
Website Wijk Buytenwegh
•
Wijkactieplan 2009, Wijkteam Buytenwegh De Leyens, Zoetermeer, 2009
•
Wijkactieplan 2010, Wijkteam Buytenwegh De Leyens, Zoetermeer, concept januari 2010
•
Wijkbeeld Meerzicht, Concept, gemeente Zoetermeer, De Goede Woning, Vestia, Vidomes, Zoetermeer, 16-04-2010
•
Wmo omnibus 2009: relevante cijfers voor de WOP wijken
Documenten over projecten Zoetermeer •
Burenkalender 2010, Ik hou van, gemeente Zoetermeer, 2010
•
Flyer Meldpunt Bezorgd Zoetermeer, GGD
•
Website gemeente Zoetermeer, nieuwsbrief Buytenwegh, informatie over o.m. buurtnetwerk
Nieuwe Combinaties
29
•
Flyer van Reakt: Vriendendienst, koppelen van vrijwilliger aan iemand met psychiatrische problemen
•
Flyers Humanitas o.a. Vriendschappelijk huisbezoek, thuisadministratie
•
Go4 it Zoetermeer en Den Haag- website
•
Help een handje-dienst, olijftakgemeente, Zoetermeer
•
Kaart/vragenlijstje voor bewoners ‘Onderzoek naar burenhulp in Meerzicht’
•
Overzicht vrijwilligersorganisaties (OVT= Overleg Vrijwillige Thuishulp)
•
Projectplan Seniorencontactbank Zoetermeer-Palet Welzijn, Zoetermeer, juni 2010
•
Vierstroom vrijwilligersovereenkomst
•
Vierstroom vrijwilligersreglement
Scan landelijke projecten burenhulp •
10 Good Practices Welzijn Nieuwe Stijl, Meander en PJ PARTNERS, februari 2010: eigen krachtcentrales, signalerend en activerend huisbezoek, administratie thuis, attent op talent, Surinaams inloopproject Bribi Nanga blesi, centrales full colour, geluksbudget, hulp om de hoek, ontmoetingscentra,stichting Piëzo/samenwerken in de eilandenbuurt
• •
Burenhulpcentrale- Landelijk Evaluatieonderzoek, SEV, Rotterdam, 2008 Nieuwe trends in vrijwilligerswerk, nieuwsbrief servicepunt vrijwilligerswerk PJ PARTNERS, Movisie, 2010
•
Website Project Tijd Voor Elkaar, Utrecht en Breda
•
Website Tante Kwebbel www.tantekwebbel.nl als voorbeeld van burenhulpcentrale
•
Werk aan de Wijk, Breda, website
•
Werk aan de Wijk, Kei, kenniscentrum stedelijke vernieuwing, Projecten
•
Werk aan de Wijk,Voortgangsrapport Bedrijfsplan Samissie/Werk aan de Wijk, 2007
Documenten over activerend vrijwilligerswerk/ burenhulp algemeen •
Mantelzorgers en vrijwilligers doen mee! Deelrapport 2 Ontwikkelingen in Zuid Holland, Tympaan Instituut 2010
•
Activerend vrijwilligerswerk, vrijwilligerswerk als activeringsinstrument, een handreiking voor gemeenten, Stichting Vrijwilligers Management, Utrecht, 2002
•
De betekenis van nabijheid, een onderzoek naar informele zorg in een volksbuurt, Sdu, Den Haag, 2010
•
Bouwen aan Buurtzorg, handboek voor het versterken van vrijwillige inzet door en voor buurtbewoners, Movisie, Utrecht, 2008?
•
Onderzoek pakketmaatregelen AWBZ: gevolgen en maatregelen voor ouderen, GGZ-cliënten, mensen met een lichamelijke beperking of chronische ziekte, mensen met een verstandelijke beperking, mantelzorger
•
Projecten multicultureel samenleven en buurtopbouw, website anders wonen, anders Leven, een initiatief van Werkplaats voor Duurzame Ontwikkeling
•
Welzijn versterkt burgerschap, Movisie, Utrecht, 2007
30
Artikelen •
Meer buurtcohesie bevordert echt geen burenhulp, de valse vooronderstellingen van de Wmo, Tijdschrift voor sociale vraagstukken, no. 5, mei 2010
•
Gekleurde wijk remt contact etnische groepen, ANP, Den Haag, mei 2010
•
De schaamte voorbij, diaconaal vertrouwenspersoon biedt laagdrempelige toegang, Diakonia, december 2009
Nieuwe Combinaties
31
32
Bijlage 3 | Lijst met gehanteerde termen We hanteren in dit rapport de volgende definities: Gestuurde (of geleide) vrijwilligers Maatschappelijke stage en re-integratietrajecten. Deze vallen niet echt onder vrijwilligerswerk omdat hier sprake is van een zekere mate van verplichting. Informele hulp Hulp die men aan elkaar geeft zonder professional te zijn. Het kan wel zo zijn dat een vrijwilligersorganisatie die informele hulp aanbiedt mogelijk gefaciliteerd wordt door een professionele ondersteuner. Ook kan er een link zijn met formele organisaties. Maar dat hoeft niet. Informele burenhulp De praktische hulp die buren elkaar onderling geven: bijvoorbeeld het verzorgen van planten en dieren tijdens de vakantie, klussen in huis en tuin, het opvangen van kinderen na schooltijd. Hier komt geen organisatie bij te pas. Intensieve zorgvrijwilligers Vrijwilligers die minimaal gemiddeld 1 dagdeel per week vrijwillige zorg verlenen, langdurig betrokken. Hun inzet gaat verder dan praktische hulp en omvat sociaal emotionele ondersteuning, de zogenaamde 1op1 ondersteuning van thuiswonende cliënten. Het gaat hier dan vaak om ondersteuning bij verlies, eenzaamheid, sociale uitsluiting, impact van ziekte of aandoening. Maatschappelijke ondersteuning De hulp van anderen of van instanties, om zelfstandig te kunnen blijven wonen en om mee te kunnen doen in de samenleving. Deze hulp kan tal van terreinen omvatten: het schoonmaken van het huis, boodschappen en klusjes in en om het huis, regelen van vervoer, aanpassen van de woning, invullen van formulieren, (op orde brengen van) de financiën, (tegengaan van) eenzaamheid, opvoeden van kinderen en vinden van dag- of vrijetijdsbesteding. Ook de praktische hulp aan mensen met een handicap of een langdurige ziekte en aan hun naasten valt onder de noemer maatschappelijke ondersteuning. Mantelzorgers De zorg voor een (chronisch) zieke, gehandicapte of hulpbehoevende partner, ouder, kind of ander familielid, vriend of kennis. Mantelzorgers zijn geen beroepsmatige zorgverleners, maar geven zorg omdat zij een persoonlijke band hebben met degene voor wie zij zorgen. Mantelzorg is niet de alledaagse zorg, zoals de zorg voor een gezond kind. Mantelzorg is vaak langdurig en intensief. Sociale activering Vorm van intensieve individuele of groepsbegeleiding (georganiseerd door gemeenten, zorginstellingen of welzijnsorganisaties) waardoor mensen op vrijwillige basis nieuwe activiteiten gaan ondernemen en hun isolement doorbreken; kan ook een opstap zijn naar betaald werk; sociale activeringstrajecten
Nieuwe Combinaties
33
worden gezien als eindige trajecten met uitstroom naar activerende arbeidsmarkttrajecten, vrijwilligerswerk zonder begeleiding of zorgtrajecten. Vrijwilligerswerk Werk dat onverplicht en onbetaald (of tegen een geringe vergoeding) wordt verricht ten behoeve van anderen of de samenleving. Vrijwilligerswerk verricht men altijd onder de hoede van een organisatie. Hieronder wordt ook verstaan inzet voor wijkbewoners die hulp nodig hebben. Zilveren kracht Oudere mensen die, al dan niet na hun pensioen, veel mogelijkheden hebben om vrijwilligerswerk te doen qua tijd en gezondheid. Zorgvrijwilligers Vrijwilligers die zorg en aandacht voor kwetsbare mensen op zich nemen in zorgorganisaties, vrijwilligersorganisaties in de zorg, patiënten en gehandicaptenorganisaties e.d. Incidenteel maar wel regelmatig.
34
Bijlage 4 | Uitwerking groepsbijeenkomst beleidsmedewerkers gemeente Zoetermeer d.d. 18 januari 2011 Presentatie Onderzoek Nieuwe Combinaties door PJ PARTNERS Thecla Groot Koerkamp & Suzan de Jong Aanwezigen Janneke van Reeuwijk
Senior beleidsadviseur Wmo
Yvonne Flooswijk
Sociaal Manager Palenstein
Jannie Slobma
Volwasseneneducatie m.n. laaggeletterdheid
Marianne van Reck
WZI
Paul Collignon
Wijkmanager Buytenwegh
Magriet van Leuveren
Programmamanager wijkontwikkeling
Ferd Stoutjesdijk
Beleidsmedewerker afdeling Welzijn/Beleid
Aanbeveling 1 | Er is al heel veel aanbod informele hulp. Men weet onvoldoende van elkaar wat men doet Acties en reacties a. Goede sociale kaart •
Zeer gewenst, nooit gezien!
•
Is er digitaal Wmo-loket. Maar gevuld houden is het probleem!
•
Houd het actueel (bij wie leggen?).
•
Denk na over de vorm waarin.
•
Achterhaald idee.
•
Is er niet. Moet vraaggericht en wijkgericht zijn.
b. Speeddate bijeenkomsten op thema's en werkwijzen
c.
•
Goed idee.
•
Al gedaan.
•
Snijden in overlap.
•
Goede werkwijze om mee te beginnen en daarna 1c.
•
Oké, ook door gemeente
•
Uitstekend.
Clustering van het aanbod •
Is zeer noodzakelijk; ook gezien financiën. Durf het ook een beetje op zijn beloop te laten.
•
Eerst schifting van aanbod, daarna clustering.
•
Hard nodig!! Aankondigen alle subsidies stopzetten en vandaar uit vanuit behoefte wijk subsidie toekennen (aanbesteden).
•
Doen!
Nieuwe Combinaties
35
d. Warme overdracht door formele en informele aanbieders naar elkaar. •
Samenwerking verplichten!
•
Is goed idee, maar wel aandacht voor wat je van informele aanbieders maximaal mag vragen.
•
Ja, via subsidiebeschikking.
•
Doen!
Conclusie 1a. Nodig: een wijkgericht sociale kaart, gelinkt aan digitale Wmo-loket voor werkers. 1b. Op wijkniveau speeddate bijeenkomsten: doel overlap eruit halen en informeren. 1c. Doen. 1d. Voor warme samenwerking, mits voldoende draagkracht bij informele aanbieders. Peiling*
1a
1b
1c
1d
voor
6,5
5
7
7
tegen
-
-
-
-
* 7 personen
Aanbeveling 2 | Communicatie is meer gericht op aanbodkant dan op de vraagkant Actie en reactie a. Rekening houden met vraagverlegenheid •
Mee eens; ja. Bewustzijn.
•
Uitkijken voor pamperen. Soms vraagverlegenheid bij gokschulden terecht.
•
Vraagt ook om cultuurverandering (jong beginnen met leren vragen).
•
Zeuren is ook een houding.
•
Bij laaggeletterden is kans zeer groot op vraagverlegenheid. Speciale aandacht hiervoor nodig.
b. Persoonlijke communicatie
c.
•
Mee eens, ook rol voor welzijnsorganisaties.
•
Gebeurt al deels. Ambassadeurs, bezoekvrouwen e.d. Ook woonconsulenten doen het!!
•
Mee eens, in trainen.
•
Prima.
Meer nadruk op “je mag leunen” •
Mee eens.
•
Ja,
•
Let op pamperen!
•
Oké.
d. Vraag ophalen door straatgerichte (hulp vragen) huisbezoeken met een presentatiebenadering door getrainde vrijwilligers •
Goed idee, maar eerst in kaart brengen welke huisbezoeken er al worden gedaan en bij welke groepen.
•
Zit in de WOP's. Welzijnsorganisaties moeten slag maken.
•
Eens, denk ook aan model voor overlast.
•
Ja, goed, zie ook 2a. m.b.t. laaggeletterden.
36
•
Hoe weet je waar en bij wie je langs moet gaan (ik zou het zelf overdreven vinden als mensen bij mij aan de deur komen).
e. Aandacht voor versterken en inzetten eigen netwerk (netwerktool en EKC) •
Goed idee.
•
Prima.
•
Eens. EKC? Let op verschil tussen middel en doel.
•
Prima.
Conclusie 2a. Goed idee, met aandacht voor cultuurverandering, uitkijken voor pamperen en aandacht voor specifieke doelgroepen, zoals laaggeletterden, gokverslaafden. 2b. Goed idee, maar wel binnen bepaalde kaders (door gemeente bepaald). 2c. Goed aandachtspunt, maar anders formuleren. Pas op voor pamperen (niet doorslaan), durf te vragen. 2d. Straatgericht is nieuw. Goed idee, maar in relatie bekijken met huisbezoeken die al worden gedaan. 2e. Prima. Peiling*
2a
2b
2c
2d
2e
voor
7
7
7
7
7
tegen
-
-
-
-
-
* 7 personen
Aanbeveling 3 | Overwegen om laagdrempelige, centrale ontmoetingsplek voor de wijk te combineren met een participatiecentrum (stedelijk) zoals Werk aan de wijk. Een fysiek en digitaal participatiecentrum waar vraag en aanbod informele hulp bij elkaar kan komen. (naar voorbeeld van Werk aan de wijk, Breda) Reacties •
Het stedelijk participatiecentrum ondersteun ik niet! Indien wijkparticipatiecentrum met een backoffice, dan eens.
•
Lijkt mooi plan. Kan nu niet zo snel consequenties overzien.
•
Wellicht wel het doel, maar we moeten nu aan de slag met participatiecentrum.
•
Goed streven, maar met kleine stappen beginnen. Organisaties in vroeg stadium betrekken bij wat zij misschien zien als mogelijkheden om combinaties te maken.
•
Werk aan de wijk: super. Overschat een ontmoetingsplek niet. Komen altijd dezelfde mensen, die anderen kunnen uitsluiten.
•
Semi-commercieel: aanpakken met starters van ondernemingen.
Conclusie • •
Iedereen voor! Twee bedenkingen: 1. let op verhouding stedelijk <-> wijk/schaalgrootte. 2. overschat gebruik ontmoetingsplek niet.
Nieuwe Combinaties
37
•
Twee aanbevelingen: 1. starten met participatiecentrum, 2. semi-commercieel aanpakken.
Peiling*
3
voor
6
tegen
1 niet met commerciële, eventueel wel startende ondernemers met klantfunctie
* 7 personen
Aanbeveling 4 | Projecten gericht op sociale cohesie zijn minder van belang voor individuele informele burenhulp. Dit zijn wel goede projecten om energie te mobiliseren voor een bijdrage aan de oplossing van collectieve problemen zoals achterstallig groenonderhoud, sociale veiligheid, rommel op straat enz. Reacties •
Reeds opgebouwde communities als basis voor informele hulp, bestaande samenwerking uit bouwen naar taakverbreding. Mensen lekker maken met positieve waardering/bezoldiging.
•
Zelfs dit moet nog veel meer gebeuren, zie WOP.
•
Toch doen.
•
Zin. 1.Oneens: zijn wel belangrijk voor individuele informele burenhulp. Denk aan persoonlijke benadering. 2. Klopt dus en/en.
•
Daarom zijn spontane ontmoetingsplekken zo belangrijk.
Conclusie •
En/en.
•
Dus wel doorgaan met sociale cohesie projecten. Maar ook aanhaken bij bestaande netwerken/contacten.
Peiling*
4
voor
6
tegen
-
* 6 personen
Aanbeveling 5 | Nog meer samenhang en afstemming brengen tussen alle organisaties (14 organisaties OVT+ wbc+ kerk+ buurtbemiddeling) waar huisbezoeken worden afgelegd om de vraag op te halen, samen persoonlijk netwerk in kaart te brengen, direct hulp te kunnen verlenen en/of een warme overdracht naar overig aanbod te kunnen maken. Reacties •
Heel goed idee. Bij wie ligt het initiatief en de regie? Speciale aandacht gevraagd voor in beeld brengen formele en informele hulp en de onderlinge afstemming.
•
Valkuil: wil niet overorganiseren, houdt het bij bewoners zelf (waar mogelijk).
•
Dubbelingen eruit halen. Kijk naar wettelijke taken en organisaties die subsidie ontvangen.
•
Dit is een (terugkerend) nog steeds niet opgelost vraagstuk. Wie gaat het nu eens doen.
38
•
Is er samenhang tussen de 15? Dus doen!
•
Goed plan. Samen sterk(er).
•
Goed idee, maar ook aandacht voor warme overdracht tussen formele en informele organisaties.
Conclusie •
Goed plan.
•
Heb aandacht voor informele en formele hulp.
•
Heb aandacht voor dubbelingen en de wettelijke taken (in relatie tot subsidie).
•
Ga ermee aan de slag, maar wie is de trekker?
Peiling*
5
voor
6
tegen
-
* 6 personen
Nieuwe Combinaties
39
Thurledeweg 95 Postbus 11117 | 3004 EC Rotterdam T 010 4362166 F 010 4366357
[email protected] www.pjpartners.nl