Personenvennootschappen mei 2006
mr J. Brouwer
De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch Boers Advocaten kan aansprakelijk worden gesteld voor schade van welke aard dan ook gebaseerd op onjuiste en/of onvolledige informatie. Deze uitgave althans delen daarvan mag uitsluitend worden verveelvoudigd met volledige vermelding van de naam van de auteur. Copyright © 2006
Voor een ieder die in een maatschap, vennootschap onder firma of c.v. werkzaam is, of overweegt dat te gaan doen staan er veranderingen op stapel.
Naar verwachting zal in 2007 het wetsvoorstel voor de nieuwe personenvennootschappen in werking treden. Het voorstel is reeds aangenomen door de Tweede Kamer, maar de Eerste Kamer heeft nog de nodige vragen gesteld.
Wat houdt dat wetsvoorstel nu in en welke mogelijkheden brengt dat voor u?
De nieuwe personenvennootschap is gebaseerd op een overeenkomst tussen personen (of vennootschappen) tot samenwerking voor gemeenschappelijke rekening met als doel het behalen van vermogensrechtelijk voordeel door middel van inbreng van alle vennoten.
Er zijn 3 verschillende personenvennootschappen:
1.
1.
de stille,
2.
de openbare zonder rechtspersoonlijkheid,
3.
de openbare met rechtspersoonlijkheid.
De stille
Deze vennootschap is gebaseerd op een gewone onderlinge overeenkomst. Zij is niet
ingeschreven
bij
de
Kamer
van
Koophandel.
Er
wordt
geen
gemeenschappelijke naam naar buiten gevoerd en ieder der vennoten is, uitsluitend met volmacht van de andere vennoten, bevoegd te handelen namens de vennootschap en gerechtigd tot een evenredig deel van de winst en voor een evenredig deel aansprakelijk voor de schulden van de vennootschap.
2.
De openbare vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid
Deze vennootschap is ook gebaseerd op een gewone onderlinge overeenkomst. Er wordt naar buiten opgetreden onder één gemeenschappelijke naam. Inschrijving bij de Kamer van Koophandel mag, maar hoeft niet.
2
Boers Advocaten J. Brouwer
Iedere vennoot is volledig bevoegd namens de vennootschap te handelen máár ook volledig aansprakelijk voor de schulden van de vennootschap en gerechtigd tot een evenredig deel van de winst.
3.
De openbare vennootschap met rechtspersoonlijkheid
Deze vennootschap moet worden opgericht bij notariële akte. Hij moet een eigen naam hebben waaraan de woorden “openbare vennootschap met rechtspersoonlijkheid” of de afkorting “OVR” moet worden toegevoegd. Die toevoeging moet op alle schriftelijke stukken van de vennootschap vermeld worden. Voor het overige geldt hetzelfde als bij de openbare vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid.
Het belangrijkste verschil tussen 2 en 3 zit natuurlijk in de rechtspersoonlijkheid. Wat houdt dat nu precies in? Een openbare vennootschap met rechtspersoonlijkheid (OVR) heeft een eigen vermogen wat afgescheiden is van het privé-vermogen van de vennoten. De OVR kan dus bijvoorbeeld op eigen naam onroerend goed aan- of verkopen of vergunningen aanvragen en verkrijgen op eigen naam. Zij kan op eigen naam in rechte optreden en zal (naar verwachting) onderworpen zijn aan de Vpb. Bij de stille en de openbare vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid zal de winst (of het verlies) in ieder geval rechtstreeks afgewikkeld worden in de IB van de vennoten. Waarin de OVR nog verschilt van de BV (die ook rechtspersoonlijkheid heeft) is dat de vennoten (anders dan de BV aandeelhouder) met hun eigen vermogen hoofdelijk aansprakelijk blijven voor de schulden van de OVR.
Een ander belangrijk verschil tussen enerzijds de stille vennootschap en anderzijds de openbare vennootschap (met én zonder rechtspersoonlijkheid) is dat bij de stille vennootschap de vennoten slechts voor een evenredig deel aansprakelijk zijn, terwijl bij de openbare vennootschap de vennoten hoofdelijk (d.w.z. elk naast elkaar en ieder voor het volle pond) aansprakelijk zijn.
Verraderlijk in de nieuwe wetgeving is dat als je een stille vennootschap begint en op enig moment een gemeenschappelijke naam gebruikt, je vanaf dat moment voor de wet een openbare vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid bent. Daardoor is de aansprakelijkheid van de vennoot dus niet langer beperkt tot een evenredig deel, maar is men hoofdelijk aansprakelijk voor het geheel. 3
Boers Advocaten J. Brouwer
Nieuw in deze regeling is dat op relatief eenvoudige wijze omzetting kan plaatsvinden. Zowel van een openbare vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid naar een openbare vennootschap met rechtspersoonlijkheid en omgekeerd, als bijvoorbeeld een OVR in een BV en omgekeerd. Voor deze omzetting is een rechterlijke machtiging vereist. Op verzoek daartoe hoort de rechter ook de vennoten respectievelijk aandeelhouders, die het met de omzetting niet eens zijn. Weliswaar wordt de aandeelhouder tengevolge van de omzetting weer persoonlijk mede aansprakelijk maar dat geldt alleen voor schulden die zijn ontstaan ná de omzetting en dus niet voor schulden die daarvoor door de BV zijn gemaakt.
Nieuw ten opzichte van de huidige regeling van de maatschap en de v.o.f. is ook dat de nieuwe wet er van uitgaat dat als een vennoot uittreedt of overlijdt de vennootschap niet ophoudt te bestaan maar juist wordt voortgezet door de achterblijvende vennoot of vennoten. De wet kent een regeling hoe er moet worden verdeeld bij uittreding van één van de vennoten of bij algehele ontbinding van de vennootschap. Het grootste deel van deze bepalingen is van regelend recht, hetgeen betekent dat de vennoten daar in onderling overleg ook van kunnen afwijken.
Wat kunnen beweegredenen zijn om een samenwerking in te richten als een personenvennootschap? We hebben immers ook al de BV. Een eerste gegeven is dat in Nederland circa 170.000 v.o.f.’s zijn. Er is dus blijkbaar een behoefte aan andere vormen dan de BV (of de NV). Een tweede motief is te vinden in financiële en fiscale consequenties, maar ook in meer emotionele argumenten die zeker een rol spelen bij de opvolging binnen het familiebedrijf.
Een financieel voordeel van de openbare vennootschap is dat er, anders dan bij de BV, geen minimum kapitaal behoeft te worden gestort en aangehouden. Evenmin is er een verplichting tot het aanhouden van wettelijke reserves. Bij de openbare vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid en de stille vennootschap bespaart men zich ook de kosten van een notariële akte voor oprichting of wijziging van de vennootschapsovereenkomst.
De privé-vennoten in de stille vennootschap en de openbare vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid (OV) kunnen in de inkomstenbelasting gebruik maken van enkele
4
Boers Advocaten J. Brouwer
ondernemersfaciliteiten (meewerkaftrek, startersaftrek, etc), die de ondernemer in de BV niet heeft. Het nut van een OVR zal met name afhangen van de vraag of het Ministerie van Financiën de OVR wel of niet als een transparant lichaam zal beschouwen. Zo ja, dan zal daar op zelfde wijze als bij de stille vennootschap en de OV de winst belast worden bij de vennoten. Dat kan voordelen opleveren bij OVR’s waar de vennoten zelf vennootschappen zijn die bijv. een bouwcombinatie vormen of waar de vennoten vennootschappen zijn uit verschillende landen. Wordt de OVR door de belastingdienst straks beschouwd als niet-transparant, dan worden winst en verlies op gelijke wijze als thans bij de BV afgehandeld binnen de VpB. Bij de nog veel voorkomende vader-zoon-maatschappen en man-vrouw-v.o.f.’s zijn veel problemen gerezen over waardering van activa bij uittreding en/of ontbinding. De beslissingen die de Hoge Raad daarin heeft genomen wijken aanmerkelijk af van wat eigenlijk ooit de bedoeling van de wettelijke regeling is geweest. In de nieuwe wetgeving is deze jurisprudentie nu verdisconteerd. Ook voor die maatschappen en v.o.f.’s biedt de nieuwe regelgeving daardoor weer een werkbaar alternatief t.o.v. bijv. de B.V.
Een onzekere factor wordt nog gevormd door het feit dat er nog geen invoeringswet is geschreven. Daardoor is thans nog onduidelijk wat de positie zal zijn van de huidige maatschappen, vo.f.’s en commanditaire vennootschappen. Het is haast ondenkbaar dat met de invoering van de nieuwe regelgeving deze automatisch onder het nieuwe regime zullen vallen. Een overgangsregeling ligt dan ook het meest in de lijn der verwachtingen.
De effectiviteit en aantrekkelijkheid van de nieuwe vennootschappen zal met name afhangen van de fiscale regelgeving daaromtrent. Er is echter nog niet met enige waarschijnlijkheid aan te geven hoe die er uit zal gaan zien. Bovendien zijn er wijzigingen in voorbereiding voor de B.V. Naar verwachting zullen die tot gevolg hebben dat het voor (startende) ondernemers makkelijker is een B.V. op te richten. Als dat het geval is, zal dat ook zijn invloed hebben op de keuze voor OVR of BV.
Dat de nieuwe personenvennootschappen nieuwe mogelijkheden bieden is een zekerheid, of die nieuwe mogelijkheden ook veel benut zullen gaan worden is nog maar de vraag.
5
Boers Advocaten J. Brouwer
Wilt u meer informatie over het bovenstaande dan kunt u contact opnemen met mr J. Brouwer: 0318 – 522 404 of
[email protected]
6
Boers Advocaten J. Brouwer