Jaarverslag 2006
Deel I
Overzicht van activiteiten
Het Jaarverslag van de EIB-Groep over 2006 bestaat uit drie afzonderlijke delen: ➾ Het Overzicht van activiteiten, dat een beeld geeft van de activiteiten van de EIB-Groep over het verslagjaar en de vooruitzichten voor de toekomst; ➾ Het Financieel Verslag, dat de jaarrekening bevat van de EIB-Groep, de EIB, de Investeringsfaciliteit van Cotonou, het FEMIP-Trustfonds en het EIF, alsmede de bijbehorende toelichtingen; ➾ Het Statistisch overzicht, waarin een overzicht wordt gegeven van de door de EIB in 2006 gefinancierde projecten en opgenomen leningen, evenals een lijst van de projecten van het EIF. Ook zijn hierin vergelijkende cijfers opgenomen voor 2006 en de voorafgaande vijf jaar. Op de cd-rom die bij deze brochure is gevoegd vindt u de informatie die in de drie delen is opgenomen, alsmede de elektronische versies van deze delen in de verschillende beschikbare talen. Het jaarverslag kan ook worden geraadpleegd op de website van de Bank: www.eib.org/ report.
Europese Investeringsbank Groep
Overzicht van activiteiten 2006
EIB-Groep
Inhoud
EIB-Groep: kerngegevens
4
EIB-Groep: verkorte balans
5
Bericht van de president
6
Het Activiteitenplan van de Bank 2007-2009
8
Activiteiten van de EIB-Groep in 2006
12
➾ Evenwichtige ontwikkeling binnen de gehele Europese Unie
13
➾ Ondersteuning voor innovatie
17
➾ Duurzaamheid van het milieu
22
➾ TEN’s: vervoersnetwerken voor Europa
28
➾ Ondersteuning aan kleine en middelgrote ondernemingen
32
➾ Een duurzame, concurrerende en continue energievoorziening
35
➾ Voorbereiding van de uitbreiding van de Europese Unie
38
➾ De zuidelijke en oostelijke buurlanden
43
➾ Ondersteuning van de partnerlanden
48
➾ Inleenactiviteiten: onze strategie biedt klanten toegevoegde waarde
54
Bestuur van de EIB-Groep
58
➾ Constructieve samenwerking met de EU en andere financiële instellingen
59
➾ Transparantie en verantwoording
61
➾ Bestuur en medewerkers van de EIB-Groep
66
➾ Statutaire lichamen van de EIB
68
➾ De Directie van de EIB
70
➾ Organigram van de EIB
71
➾ Statutaire lichamen van het EIF
76
Adressen van de EIB-Groep
78
EIB-Groep
Overzicht van activiteiten 2006
EIB-Groep: kerngegevens Europese Investeringsbank Activiteiten in 2006
(in mln EUR)
Ondertekende overeenkomsten Europese Unie Partnerlanden
45 761 39 850 5 911
Goedgekeurde projecten Europese Unie Partnerlanden
53 371 45 559 7 811
Uitbetalingen Uit eigen middelen Uit begrotingsmiddelen
36 802 36 535 267
Opgenomen middelen (vóór swaps) In communautaire valuta’s In andere valuta’s
48 050(1) 26 535 21 515
Situatie op 31.12.2006 Uitstaande bedragen Kredieten uit eigen middelen van de Bank Garanties Financieringen uit begrotingsmiddelen Opgenomen leningen op korte, middellange en lange termijn Eigen vermogen Balanstotaal Resultaat over het boekjaar Geplaatst kapitaal waarvan gestort en nog te storten
310 911 68 1 982 246 576 31 172 289 158 2 566 163 654 8 183
Europees Investeringsfonds Activiteiten in 2006
(1) Middelen opgenomen uit hoofde van de globale machtiging voor inleentransacties voor 2006, waaronder de in 2005 afgewikkelde ‘voorfinanciering’ van 2,9 miljard euro. (2) Hiernaast bestaan tevens de NEOTEC en het Dahliadakfonds, beide uit afzonderlijke faciliteiten, waarin het EIF deelneemt met respectievelijk 50 miljoen euro en 75 miljoen euro (via het risicokapitaalmandaat van de EIB en uit eigen middelen).
Ondertekende overeenkomsten Risicokapitaal (participaties in 34 fondsen) Garanties (54 overeenkomsten)
2 728 688(2) 2 040
Situatie op 31.12.2006 Portefeuille Risicokapitaal (participaties in 244 fondsen) Garanties (188 overeenkomsten) Eigen vermogen Balanstotaal Resultaat over het boekjaar Geplaatst kapitaal waarvan gestort
14 910 3 774(2) 11 136 694 771 49 2 000 400
Overzicht van activiteiten 2006
EIB-Groep: verkorte balans
EIB-Groep
Annual Report 2006
Financieel Verslag 2006 Volume II
Financial Report
per 31 december 2006 (in 1 000 x EUR) European Investment Bank Group
ACTIVA
1. Kasmiddelen .................................................................................................................................................... 2. Kortlopend schatkistpapier dat bij centrale banken kan worden geherfinancierd ........................................................................................................... 3. Vorderingen op kredietinstellingen a) onmiddellijk opeisbaar .......................................................................................................... b) overige vorderingen ................................................................................................................... c) kredieten . .........................................................................................................................................................
31.12.2006 14 676 2 701 696 165 224 14 598 326 115 846 949
141 866 003 - 82 417 141 783 586
5. Obligaties incl. vastrentende waardepapieren a) van publiekrechtelijke emittenten ................................................................... b) van andere emittenten ..........................................................................................................
PASSIVA
1. Schulden aan kredietinstellingen a) op termijn of met opzegging .....................................................................................
31.12.2006 218 967 218 967
130 610 499 4. Vorderingen op cliënten a) kredieten .......................................................................................................................................................... b) specifieke voorzieningen ..................................................................................................
719 292 10 572 110
2. Schuldbewijzen a) obligaties in omloop . ................................................................................................................. b) overige schuldbewijzen .......................................................................................................
251 742 473 1 090 202 252 832 675
3. Overige schulden a) overige crediteuren ...................................................................................................................... b) diversen ............................................................................................................................................................. c) negatieve vervangingswaarde .................................................................................
1 483 201 39 739 15 437 071 16 960 011
4. Overlopende passiva 5. Voorzieningen a) pensioenfonds personeel ..................................................................................................
344 285 869 174 869 174
11 291 402 6. Aandelen en andere waardepapieren met variabel rendement ...............................................................................................................................................................
1 671 533
7. Immateriële activa ................................................................................................................................
5 131
8. Onroerende zaken en inventaris ..............................................................................
219 884
9. Overige activa a) overige vorderingen ................................................................................................................... b) positieve vervangingswaarde . .................................................................................
293 211 14 315 907
TOTAAL PASSIVA
6. Kapitaal – geplaatst ............................................................................................................................................................. – niet opgevraagd ...................................................................................................................................
1 444 700
11. Overlopende activa ............................................................................................................................
80 726
7. Geconsolideerde reserves a) reservefonds .............................................................................................................................................. b) aanvullende reserve . ..................................................................................................................
8. Middelen voor de faciliteit gestructureerde financiering
1 250 000
9. Middelen voor risicokapitaalactiviteiten
1 663 824
11. Resultaat over het boekjaar: Vóór toevoeging aan het Fonds voor algemene bankrisico’s ............................................................................................................................................................ Toevoeging aan het Fonds voor algemene bankrisico’s . ..
TOTAAL ACTIVA
304 432 951
16 365 374 2 511 342 18 876 716
10. Fonds voor algemene bankrisico’s na toevoeging
163 653 737 -155 471 050 8 182 687
14 609 118 10. Geplaatst kapitaal en te ontvangen reserve, opgevraagd maar nog niet gestort .....................................................................
271 225 112
Te bestemmen resultaat
TOTAAL EIGEN VERMOGEN
TOTAAL PASSIVA EN EIGEN VERMOGEN
0
2 259 612 975 000 3 234 612 33 207 839 304 432 951
EIB-Groep
Overzicht van activiteiten 2006
Bericht van de president In 2006, aan de vooravond van haar vijftigjarig bestaan, voerde de EIB haar activiteiten uit op basis van de nieuwe strategie waartoe de Raad van Gouverneurs van de Bank het voorgaande jaar had besloten. In de nieuwe strategie ligt de nadruk op drie doelstellingen: het vergroten van de effectiviteit van de verrichtingen van de EIB, het richten van de financieringsactiviteiten binnen de Unie op zes Europese prioriteiten, en het afstemmen van de financieringsactiviteiten buiten de Unie op het externe beleid van de Unie. In 2006 verleende de Europese Investeringsbank kredieten voor in totaal 45,8 miljard euro. Financiering ten behoeve van de toen 25 EU-lidstaten vertegenwoordigde 87% van haar activiteiten oftewel 39,8 miljard euro. Het Europees Investeringsfonds (EIF) – de in risicokapitaaltransacties en garantiefaciliteiten voor het MKB gespecialiseerde tak van de EIB-Groep – investeerde bijna 700 miljoen euro in risicokapitaalfondsen, en verstrekte in totaal 2 miljard euro aan garanties ten behoeve van MKB-kredietportefeuilles van banken en andere financiële instellingen. Om deze activiteiten te kunnen financieren nam de EIB op de internationale kapitaalmarkten een bedrag op van in totaal 48 miljard euro, via meer dan 300 over 24 valuta’s verdeelde obligatieleningen.
len aanzienlijk verruimd, en wel tot 308 miljard euro. Aldus wordt het mogelijk om de Structuurfondsen gedeeltelijk aan te wenden voor financiële structuren ter ondersteuning van het MKB en micro-ondernemingen (JEREMIE), alsmede voor de sociale ontwikkeling van steden (JESSICA). Het derde initiatief (JASPERS) – gefinancierd door de Commissie, de EIB-Groep en de EBRD – voorziet in kosteloze technische bijstand bij de aanwijzing en uitvoering van infrastructurele projecten die eventueel in aanmerking komen voor financiering door de Structuurfondsen. De EIB en de Commissie hebben ook hun krachten gebundeld bij de bevordering van onderzoek en ontwikkeling alsmede innovatie. Er zijn nieuwe financiële instrumenten voorhanden die voorzien in een grotere risicodeling en aanwending van extra publiek of particulier kapitaal. Daarnaast spant het EIF zich in om meer toegang tot financiering te bieden aan met name startende ondernemingen in het MKB, dit alles in het kader van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie 2007-2013 van de Commissie.
Zes prioriteiten binnen de Unie Meer effectiviteit De effectiviteit van de verrichtingen van de Bank kan het best worden vergroot door de samenwerking met andere publieke of particuliere instellingen te intensiveren. Zo kan immers worden geprofiteerd van de synergieën die het gevolg zijn van het bundelen van expertise en ervaring en het combineren van subsidies en kredietverlening. In dit opzicht is de Europese Commissie, die bij uitstek deskundig is op het gebied van subsidieverlening, een natuurlijke partner van de EIB. In 2006 kwamen er drie gemeenschappelijke initiatieven tot stand, waarmee met behulp van de EIB een breder toepassingsgebied werd gevonden voor de Europese Structuurfondsen van de Commissie. In de periode 2007-2013 zijn de hiertoe beschikbare midde-
Binnen de Europese Unie heeft de EIB-Groep de ambitie om op doelmatige wijze, door middel van een selectieve keuze van projecten, bij te dragen aan de verwezenlijking van de doelstellingen van de Unie en te stimuleren dat uit andere bronnen middelen worden geïnvesteerd in dergelijke projecten. Ten gevolge van deze – door de Raad van Gouverneurs vastgestelde – doelstelling, waarbij de kwaliteit van projecten belangrijker wordt gevonden dan de kwantiteit ervan, is de omvang van de kredietverlening in 2006 licht gedaald (39,8 miljard euro tegenover 42 miljard euro in 2005). Volgens eigen berekeningen heeft de kredietverlening van de EIB-Groep in 2006 bijgedragen aan investeringen met een totale omvang van ongeveer 120 miljard euro, waarvan twee derde bestemd was voor de minst ontwikkelde regio’s binnen de Unie. Nu de kredietverleningsactiviteit qua omvang stabieler is geworden en
Overzicht van activiteiten 2006
het aantal medewerkers in bescheiden mate groeit, richt de EIB-Groep zich vooral op het bieden van toegevoegde waarde door zich te concentreren op meer complexe projecten en meer innovatieve financiële producten. Daarbij zet de Groep zich in voor de ondersteuning van investeringen in alle 27 lidstaten, al wordt relatief prioriteit gegeven aan de nieuwe lidstaten. De zes EU-prioriteiten waarop de kredietverlening in de Unie van de EIB zich in 2006 in de eerste plaats richtte, zijn: economische en sociale cohesie, ondersteuning van innovatie, vervoers-TEN’s (trans-europese netwerken), een duurzaam milieu, ondersteuning aan het MKB, en een duurzame, concurrerende en continue energievoorziening. Elk van deze prioriteiten wordt afzonderlijk uitgebreid beschreven in het eerste deel van dit Overzicht van activiteiten; een volledig overzicht van de door de EIB verstrekte kredieten is te vinden in het afzonderlijk uitgegeven Statistisch overzicht.
Ondersteuning van het externe beleid van de Europese Unie Buiten de Europese Unie biedt de EIB financiële bijstand aan het steun- en ontwikkelingssamenwerkingsbeleid ten behoeve van de partnerlanden van de Unie. Deze landen vallen in drie brede categorieën: de kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten, de zuidelijke en oostelijke buurlanden van de EU, en de partnerlanden in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan alsmede in Azië en Latijns-Amerika. In elk van deze landen heeft de EIB een rol te vervullen, zoals blijkt uit de hierop betrekking hebbende gedeelten van dit Overzicht van activiteiten.
bedoeld om de toetreding van toekomstige lidstaten voor te bereiden en het Nabuurschapsbeleid van de Unie te ondersteunen. In 2008 worden nieuwe mandaten voor de ACS-landen van kracht.
Goed ondernemingsbestuur Nieuwe initiatieven en nieuwe financiële producten binnen de Europese Unie, nieuwe mandaten buiten de EU - uit al deze ontwikkelingen blijkt dat de EIB, na 49 jaar haar activiteiten te hebben ontplooid, een moderne en dynamische financiële instelling blijft. Ook in haar bestuurlijke organisatie houdt de Bank zich aan normen die internationaal worden aanvaard als de beste. De afgelopen jaren is een aantal financiële maatregelen genomen om de verschillende controlefuncties te verbeteren, de transparantie te vergroten en de betrekkingen met de burgermaatschappij nader gestalte te geven. De maatschappelijke verantwoordelijkheid van de Bank is momenteel een voorwerp van voortdurende zorg: speciaal op dit terrein zijn in de toekomst verdere verbeteringen te verwachten. Het tweede deel van het Overzicht van activiteiten (deel I van het Jaarverslag) heeft betrekking op het bestuur van de Bank; hetzelfde geldt voor het Maatschappelijk verslag van Bank, dat wordt aanbevolen aan eenieder die geïnteresseerd is in dit aspect van de activiteiten van de Bank.
Philippe Maystadt In december 2006 liet de Europese Raad concreet blijken hoeveel belang hij hecht aan de activiteiten van de EIB buiten de EU: de Bank verkreeg nieuwe externe mandaten voor in totaal 27,8 miljard euro gedurende de periode 2007-2013, een toename van meer dan een derde in vergelijking met de voorgaande mandaten. Deze mandaten zijn vooral
President van de Europese Investeringsbank Groep
EIB-Groep
EIB-Groep
Overzicht van activiteiten 2006
Het Activiteitenplan van de Bank 2007-2009 De in 2005 ingevoerde nieuwe strategie vormt de basis voor het ondernemingsplan van de Europese Investeringsbank. Deze nieuwe strategie brengt met zich mee dat de Bank bereid is projecten te steunen die potentieel een grote toegevoegde waarde vertegenwoordigen, zelfs wanneer de risico’s hoog zijn. Het gedetailleerde ondernemingsplan is opgenomen in een voor het publiek beschikbaar document: het Activiteitenplan, dat betrekking heeft op de drie jaren 2007-2009. De Europese Unie heeft zes prioriteiten vastgesteld: economische en sociale cohesie in de uitgebreide Unie, ondersteuning van innovatie, ontwikkeling van trans-Europese netwerken en toegangsnetwerken, duurzaamheid van het milieu, ondersteuning aan kleine en middelgrote ondernemingen (MKB) en een duurzame, concurrerende en continue energievoorziening.
De EU en de EIB bundelen hun middelen en expertise De prioriteiten voor de kredietverlening in Europa zijn opnieuw vastgesteld, naar aanleiding van de ontwikkelingen in het beleid van de Europese Unie zoals opgenomen in de ‘Financiële perspectieven voor de periode 2007-2013’ en de hieraan gerelateerde mechanismen inzake gezamenlijke financiering via begrotingsmiddelen van de EU en kredietverlening door de EIB, alsmede nieuwe initiatieven waarbij de Bank, de Commissie en de lidstaten betrokken zijn. In 2006 zijn verscheidene nieuwe operationele initiatieven tot stand gekomen, die in de komende jaren een belangrijke invloed zullen uitoefenen op de activiteiten van de Bank, in haar hoedanigheid van kredietverlener, adviseur en beheerder van fondsen en programma’s van de EU. In 2006 zagen drie initiatieven het licht - de drie J’s: JASPERS, JEREMIE en JESSICA. Elk van deze programma’s maakt op eigen wijze gebruik van de synergieën die voortvloeien uit de bundeling van expertise enerzijds en subsidies en kredietverlening anderzijds, waarbij al deze elementen een bijdrage leveren aan de verbetering van de kwaliteit en doelmatigheid van het aanbod van de EIB aan haar cliënten. ➾ JASPERS (Joint Assistance to Support Projects in the European Regions, gezamenlijke ondersteuning van projecten in de Europese regio’s) is een programma voor technische ondersteuning dat
zich voornamelijk richt op de aanwijzing en voorbereiding van grote projecten die in aanmerking komen voor financiering door de Structuurfondsen. Een sterk team, dat wordt aangestuurd vanuit het hoofdkantoor van de Bank in Luxemburg maar in de regio tegenwoordig is en over deskundigen beschikt die opereren vanuit regionale bureaus in Warschau, Wenen en Boekarest, zal de twaalf nieuwste lidstaten ondersteunen bij de voorbereiding van projecten van hoge kwaliteit, zodat deze landen zoveel mogelijk kunnen profiteren van de aanzienlijke subsidies uit de Structuur- en Cohesiefondsen die beschikbaar zijn gedurende de periode 2007-2013. Medewerkers die gedetacheerd zijn door de EIB en de EBRD alsmede deskundigen die op kosten van de Europese Commissie worden ingehuurd, zullen adviezen verlenen, zorg dragen voor coördinatie, projectstructuren ontwikkelen en beoordelen, knelpunten en hiaten uit de weg ruimen en problemen in kaart brengen. Er is al gestart met de voorbereiding van projecten die een waarde vertegenwoordigen van meer dan 25 miljard euro aan investeringen. ➾ JEREMIE (Joint European Resources for Micro to Medium Enterprises, gezamenlijke Europese hulpmiddelen voor zeer kleine tot middelgrote ondernemingen) is een gemeenschappelijk initiatief van de EIB-Groep en de Europese Commissie waarmee wordt beoogd kleine ondernemingen een betere toegang te bieden tot financiering, zoals faciliteiten voor startende ondernemingen en microkredieten. Via het JEREMIE-initiatief kunnen lidstaten
Overzicht van activiteiten 2006
Het Activiteitenplan van de Bank 2007-2009
en regio’s hun Structuurfondsen gedeeltelijk aanwenden om de beschikking te krijgen over een reeks financiële instrumenten die speciaal is opgezet voor de ondersteuning van micro- en kleine ondernemingen. De middelen worden beheerd door het Europees Investeringsfonds en aangevuld en versterkt door de Bank en andere kredietverleners; ze zullen beschikbaar worden gesteld aan instellingen die zich bezighouden met risicokapitaal, MKB-financiering en microfinanciering. ➾ JESSICA (Joint European Support for Sustainable Investment in City Areas, gezamenlijke Europese steun voor duurzame investeringen in stedelijke gebieden) is een beleidsinitiatief van de Europese Commissie, dat wordt ondersteund door de EIB en waaraan wordt meegewerkt door de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa. Bij JESSICA wordt in het kader van het regionale beleid van de EU gebruik gemaakt van toegesneden
financiële constructies, ter ondersteuning van investeringen in duurzame stadsvernieuwing. De lidstaten mogen de hun toegewezen bijdragen uit de Structuurfondsen gedeeltelijk gebruiken voor investeringen in stedelijke ontwikkelingsfondsen die zich richten op inkomensgenererende stedelijke programma’s. Hierbij is aan de Bank een belangrijke rol toegekend: zij kan deze programma’s medefinancieren, of zelfs door de autoriteiten in de lidstaten rechtstreeks benoemd worden tot dakfondsbeheerder van JESSICA.
Risicodeling ter ondersteuning van de nieuwe strategie van de Bank Via twee nieuwe financiële instrumenten worden begrotingsmiddelen van de EU en kredietverlening door de EIB in combinatie aangeboden. De Risicodelende Financieringsfaciliteit, voornamelijk gericht op investeringen van de particuliere sector in onderzoek, ontwikkeling en innovatie, is een combinatie van begrotingsmiddelen van de EU en reserves van de EIB, in te zetten ter dekking van risico’s bij de verlening van kredieten aan projecten en projectopdrachtgevers die onvoldoende kredietwaardig zijn, maar technologische investeringen stimuleren die van essentieel belang zijn voor de Europese economie. Op dezelfde wijze zal het nieuwe kredietgarantie-instrument voor TEN-vervoersprojecten gebruik maken van begrotingsmiddelen van de EU en reserves van de EIB ter dekking van inkomensrisico’s die in de eerste periode na de voltooiing van trans-Europese netwerken kunnen optreden, wanneer het verkeer nog op gang moet komen. Deze nieuwe instrumenten van de EU en de EIB vormen een aanvulling op andere nieuwe producten die ontwikkeld worden in samenwerking met commerciële banken.
EIB-Groep
EIB-Groep
10
Overzicht van activiteiten 2006
Het Activiteitenplan van de Bank 2007-2009
Goedgekeurde projecten, ondertekende leningovereenkomsten en uitbetalingen (2002-2006)
Energie krijgt hoge prioriteit
(Mld)
Energie is op de be leidsagenda van de Europese Unie uitge 50 groeid tot een zeer 40 belangrijk onderwerp; hetzelfde geldt 30 voor de Bank, die in 20 haar Activiteitenplan 2007-2009 energie 10 tot een van haar prio 0 ritaire doelstellingen 2004 2005 2006 heeft gemaakt. De EIB heeft al eerder Uitbetalingen kredieten verstrekt Ondertekend in de energiesector, Goedgekeurd maar door energie tot prioriteit te verheffen kunnen er nu meer financiële middelen en hooggekwalificeerd personeel worden ingezet. 60
2002
2003
De nieuwe prioritaire doelstelling is genoemd „een duurzame, concurrerende en continue energievoorziening”, waarbij alle drie aspecten even belangrijk zijn. Op basis van de beleidsrichtlijnen van de EU zijn er vijf gebieden vastgesteld waarop de EIB kredieten kan verstrekken: duurzame energie, zuinige energie, energie-onderzoek, ontwikkeling en -innovatie, veiligheid en diversificatie van de interne energievoorziening (met inbegrip van trans-Europese energienetwerken), en de externe energievoorziening (met inbegrip van pijpleidingen en LNG-terminals). In het Activiteitenplan 2007-2009 zijn tevens gekwantificeerde streefdoelstellingen opgenomen: jaarlijks zou er voor de vijf genoemde gebieden binnen en buiten de EU in totaal 4 miljard euro aan kredieten moeten worden ondertekend. Er is ook sprake van een subdoelstelling: per jaar
zou er 600-800 miljoen euro aan financiering moeten worden verstrekt ten gunste van projecten op het gebied van duurzame energie, waarbij 50% van de kredieten zou moeten gaan naar elektriciteitsopwekking met behulp van duurzame energietechnologieën.
Prioriteiten buiten de EU Buiten de Europese Unie zal de EIB de komende jaren een aantal nieuwe mandaten uitvoeren. De beschikbare middelen zijn uitgebreid. In het kader van de nieuwe mandaten mag de EIB in de periode 2007-2013 tot een bedrag van 27,8 miljard euro aan kredieten verstrekken, tegenover 20,7 miljard euro onder de mandaten voor het tijdvak 2000-2006. Voor pretoetredingslanden is voozien in een kredietbedrag van maximaal 8,7 mijard euro. De betrokken landen zijn de toetredingslanden en kandidaatlidstaten Kroatië, Turkije en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, evenals de potentiële kandidaat-lidstaten Albanië, Bosnië en Herzegovina, Montenegro, Servië en Kosovo. Het voorgaande pretoetredingsmandaat bedroeg 10,2 miljard euro, maar dit had tevens betrekking op kredietverlening in de 12 nieuwe lidstaten die inmiddels tot de EU zijn toegetreden. In het kader van het Nabuurschapsbeleid van de EU is de EIB ook kredieten gaan verstrekken in de landen die in het zuiden en oosten aan Europa grenzen. Dat de EU prioriteit geeft aan haar buurlanden blijkt uit het feit dat in de periode 2007-2013 12,4 miljard euro voor deze landen beschikbaar is gesteld – het grootste mandaat dat ooit buiten de Unie werd verstrekt. Op grond van dit mandaat kan de EIB voldoen aan de hoge verwachtingen die leven in de Mediterrane partnerlanden (8,7 miljard euro tegenover 4,6 miljard euro in 2000-2006, kredietverlening aan Turkije niet inbegrepen) en tegelijkertijd activiteiten gaan ont-
Overzicht van activiteiten 2006
11
EIB-Groep
Het Activiteitenplan van de Bank 2007-2009
plooien in het oosten (Rusland, Oekraïne, Moldavië alsmede Armenië, Azerbeidzjan en Georgië).
Duurzaamheid en een zorgvuldig bestuur
In Azië en Latijns-Amerika zal de EIB in de periode 2007-2013 tot een bedrag van 3,8 miljard euro aan kredieten verstrekken. Voor Zuid-Afrika is 900 miljoen euro beschikbaar (was 825 miljoen euro). De landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan vallen onder de partnerschapsovereenkomst van Cotonou, die in 2000 werd afgesloten voor een periode van twintig jaar. De omvang van de kredietverlening door de EIB wordt geregeld in opeenvolgende financiële protocollen. In het kader van het huidige protocol is 2 miljard euro beschikbaar uit hoofde van de Investeringsfaciliteit, een doorlopend fonds dat via het Europees Ontwikkelingsfonds gevoed wordt met bijdragen van de lidstaten; daarnaast is 1,7 miljard euro uit de eigen middelen van de Bank beschikbaar gesteld. In 2008 wordt de Investeringsfaciliteit aangevuld met 1,1 miljard euro, terwijl er 2 miljard euro beschikbaar zal zijn voor kredietverlening uit eigen middelen. Bij dit bedrag moet 400 miljoen euro worden opgeteld voor rentesubsidies en technische bijstand1.
Bij alle activiteiten van de Bank, zowel binnen als buiten de Europese Unie, blijft de nadruk liggen op duurzame ontwikkeling. Gewoonlijk worden bij duurzame ontwikkeling drie doeleinden nagestreefd: milieubescherming, sociale rechtvaardigheid en cohesie, alsmede economische welvaart. Het belang van deze drie doelstellingen werd opnieuw onderstreept door de Europese Raad, toen deze in juni 2006 de vernieuwde EU-strategie inzake duurzame ontwikkeling aannam. Gezien dit alles is de EIB bezig haar technieken voor de aanwijzing en de beoordeling van alsmede het toezicht op projecten te verbeteren, zodat bij de vaststelling van de toegevoegde waarde van een project systematisch en in voldoende mate wordt nagegaan of er is voldaan aan duurzaamheidsvereisten. De Bank zal haar capaciteit op het gebied van duurzame ontwikkeling blijven uitbreiden, en de belanghebbenden en het grote publiek op de hoogte houden van haar activiteiten. In dit verband is vermeldenswaard dat de EIB momenteel bezig is haar websitetekst over duurzame ontwikkeling te herzien.
1
Zie voor bijzonderheden over de activiteiten van de EIB in het kader van mandaten voor niet-EU-landen de desbetreffende onderdelen van dit Overzicht van activiteiten.
De Raad van Bewind van de EIB keurt jaarlijks het Activiteitenplan van de Bank voor de volgende drie jaar goed
EIB-Groep
12
Overzicht van activiteiten 2006
Activiteiten van de EIB-Groep in 2006
Overzicht van activiteiten 2006
13
EIB-Groep
Evenwichtige ontwikkeling binnen de gehele Europese Unie De Europese Investeringsbank is altijd al de Bank geweest voor de regio’s, de steungebieden die ook subsidies uit de Structuurfondsen ontvangen. Meer dan twee derde van de kredietverlening van de EIB ging in 2006 naar de armste delen van de Europese Unie2. Sinds de toetreding van 12 nieuwe lidstaten in 2004 zijn er zowel in aantal als in percentage veel meer Europese burgers woonachtig in de armere gedeelten van de EU. Op deze delen van Europa richt zich ook het cohesiebeleid van de EU zoals dat in de programmeringsperiode 2007-2013 ten uitvoer zal worden gelegd. De kredietverlening in de regio’s bedroeg in 2006 in de EU-25 26,7 miljard euro oftewel 67% van de totale kredietverlening. Wanneer de 739 miljoen euro voor projecten in Bulgarije en Roemenië wordt meegerekend, bedraagt de totale kredietverlening in de regio’s in de EU-27 27,5 miljard euro.
Gezamenlijke doelstellingen en sectoren De voornaamste sectoren waarop de kredietverlening van de Bank in de armste regio’s zich in 2006 richtte, waren vervoer en telecommunicatie (43%), energie (14%), en water, riolering en afval (18%).
Regio’s met een bbp per hoofd van de bevolking van minder dan 75% van het EU-gemiddelde en regio’s die in structurele moeilijkheden verkeren.
maken voor ondernemingen. In de Baltische staten blijven kredieten een belangrijke financieringsbron voor ondernemingen, daar het vaak niet mogelijk is om nieuwe aandelen of obligaties uit te schrijven.
Regionale ontwikkeling in de EU Afzonderlijke leningen 2006: 20,2 mln EUR
In de transportsector verstrekte de EIB een lening van 320 miljoen euro voor de aanleg van onderdelen van de M3/M35-autoweg. Deze autosnelweg maakt deel uit van het trans-Europese netwerk en verbindt de Hongaarse hoofdstad Boedapest met de minder ontwikkelde regio’s in Oost-Hongarije. Het is van groot belang dat de autoweg wordt voltooid, omdat de oostelijke delen van Hongarije zich dan verder kunnen ontwikkelen en kunnen integreren in de Europese Unie. Sinds Hongarije bij de EU is aangesloten is het verkeer toegenomen; de investeringen zullen ook de veiligheid op de weg verbeteren. In de industriële en in de dienstensector heeft de EIB 25 miljoen euro toegewezen aan Hansapank, een bank in Estland, voor de financiering van investeringen door middelgrote ondernemingen – met maximaal 3 000 werknemers – overal in de Baltische staten. Hansapank zal de EIB-middelen zelf in Estland uitzetten; in Letland en Litouwen werkt Hansapank via dochterbanken. De EIB stelt zich ten doel middellange en langetermijnfinanciering toegankelijker te
2
(Mln)
30 000 25 000
20 000
15 000
10 000
5 000
0
2002
2003
2004
2005
2006
Doelstelling 1 Doelstelling 2 Multiregionaal
EIB-Groep
14
Overzicht van activiteiten 2006
Evenwichtige ontwikkeling binnen de gehele Europese Unie
Regionale ontwikkeling in de EU Kredieten per sector (2006)
(Mln EUR)
Bedrag
TOTAAL %
Verbindingen
8 760
44
Energie
2 857
14
Gezondheidszorg, onderwijs
2 436
12
Water, riolering, afval
2 115
10
Stadsontwikkeling
1 446
7
Industrie
1 438
7
Overige diensten
1 169
6
20 220
100
Totaal afzonderlijke kredieten Kredietlijnen3 3
6 500
Voorheen aangeduid met de term „globale kredieten”.
In de Schotse Hooglanden verstrekte de EIB 60 miljoen GBP ten behoeve van investeringen in bouw en onderhoud van scholen. De Highland Council Education Service is opgezet als een publiekprivaat samenwerkingsverband waarbij tien scholen betrokken zijn: drie middelbare scholen, vijf nieuwe basisscholen (in één school wordt les gegeven in Gaelic), een gecombineerde basis- en middelbare school en een nieuwe school voor kinderen met speciale leerbehoeften. Door het project wordt de leeromgeving verruimd, ook omdat hierbij in de bredere gemeenschap levenslang leren wordt aangeboden. Gaandeweg zal het project een belangrijke bijdrage gaan leveren aan de economische groei en de ontwikkeling van de regio. Veel projecten in de regio’s dragen bij aan de verwezenlijking van andere prioritaire doelstellingen. In 2006 ontvingen de steungebieden 59% van de directe leningen ter ondersteuning van de Lissabon-agenda, evenals 65% van de kredietverlening ter verbetering van het natuurlijk en stedelijk milieu en 73% van de kredietverlening voor TEN’s en andere belangrijke Europese netwerken, waaronder energienetwerken.
Bulgarije en Roemenië Bulgarije en Roemenië werden op 1 januari 2007 lid van de EU. De EIB heeft vanaf 1990 projecten in deze twee landen gefinancierd, voor een bedrag dat eind 2006 in Bulgarije 1,3 miljard euro en in Roemenië 4,9 miljard euro beliep. De kredietverlening van de EIB kwam ten goede aan de belangrijkste economische sectoren van deze landen, waarbij investeringen werden gefinancierd die de landen nodig hadden om te voldoen aan de toelatingscriteria voor de EU en, meer in het algemeen, om in de toekomst gemakkelijker te integreren in de EU. Nu Bulgarije en Roemenië leden van de EU zijn geworden kunnen zij een beroep doen op alle financieringsvormen van de Bank. De ondersteuningskaders die in 2006 tussen de EIB en de betrokken landen werden overeengekomen, geven een idee van de verwachte omvang van de activiteit in de twee nieuwe lidstaten. Weliswaar zal de financiering plaatsvinden op basis van specifieke projectvoorstellen, maar uit de overeenkomsten blijkt dat de EIB-kredieten ten behoeve van de investeringsprogramma’s van deze landen voor de periode 20072013 ongeveer 500-700 miljoen euro in Bulgarije en 1 miljard euro in Roemenië per jaar zullen bedragen. De samenwerking tussen de betrokken landen en de EIB zal zich concentreren op faciliteiten voor medefinanciering via de Structuurfondsen van de EU en de drie J’s (JASPER, JEREMIE en JESSICA), evenals op ondersteuning van overheden en partners uit de particuliere sector bij het opzetten en uitvoeren van projecten via publiek-private samenwerkingsverbanden.
Kredietverlening in het kader van structuurprogramma’s Met ingang van 2001 heeft de Bank een aantal kaderkredieten ondertekend waarmee beoogd wordt de operationele programma’s voor 2000-2006
Overzicht van activiteiten 2006
15
EIB-Groep
Evenwichtige ontwikkeling binnen de gehele Europese Unie
JASPERS: technische bijstand voor projectvoorbereiding In 2006 heeft de Europese Commissie samen met de EIB en de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBRD) het initiatief genomen tot JASPERS (gezamenlijke ondersteuning van projecten in de Europese regio’s), om de voorbereiding te verbeteren van projecten waarvoor subsidies door de Structuurfondsen van de EU worden aangevraagd, en lidstaten te helpen de door de Unie verstrekte subsidies effectiever en sneller te gebruiken. In totaal zal er voor de regio’s in de periode 2007-2013 een bedrag van 308 miljard euro aan subsidies beschikbaar zijn.
De EIB ontmoet de regio’s in Brussel
Aan ondersteuning door JASPERS zijn voor de begunstigden geen kosten verbonden. De dienstverlening is beschikbaar bij de voorbereiding van projecten van hoge kwaliteit in alle EU-lidstaten waarop de convergentie-doelstelling betrekking heeft, waarbij echter prioriteit wordt gegeven aan grote projecten en aan projecten in de 12 nieuwste lidstaten. Hulp bij de projectvoorbereiding is beschikbaar voor infrastructurele projecten gericht op de modernisering van de transportnetwerken, milieuprogramma’s en investeringen in projecten die zich richten op energiebesparing en de toepassing van duurzame energie. JASPERS biedt ook ondersteuning bij de verbetering van intermodale transportsystemen en stadsvervoer. JASPERS wordt uitgevoerd door een team dat bestaat uit zo’n twintig deskundigen plus ondersteunende medewerkers van de EIB en de EBRD. Verwacht wordt dat zomer 2007 met behulp van financiële ondersteuning door de Europese Commissie 32 nieuwe ingenieurs en economen kunnen worden aangetrokken. De werkzaamheden worden verricht vanuit het hoofdkantoor van de EIB in Luxemburg en drie regionale bureaus in Warschau, Wenen en Boekarest. Eind 2006 was JASPERS reeds betrokken bij meer dan honderd investeringsprojecten en programma’s, waarbij de totale investeringskosten opliepen tot 25 miljard euro.
te ondersteunen welke in de lidstaten worden uitgevoerd op basis van medefinanciering door de Structuurfondsen. Via kaderkredieten worden meerdere projecten omvattende activiteiten gefinancierd, die gewoonlijk worden uitgevoerd door de publieke sector en deel uitmaken van een investeringsprogramma, vaak gericht op infrastructurele projecten. De doelstelling van deze „structurele kredietverlening” is ondersteuning van de activiteiten van de Structuurfondsen. De programma’s voor structurele
kredietverlening werden aanvankelijk uitgevoerd in de armste regio’s in Spanje en Italië, maar vinden nu ook plaats in Duitsland, Tsjechië, Cyprus, Hongarije, Letland, Polen, Slowakije en Slovenië; hiermee is een totaalbedrag van meer dan 3,5 miljard euro gemoeid. Nu de initiatieven JASPERS, JEREMIE en JESSICA tot stand zijn gekomen, zal de samenwerking tussen de Bank en de Structuurfondsen zich sterk uitbreiden.
EIB-Groep
16
Overzicht van activiteiten 2006
Evenwichtige ontwikkeling binnen de gehele Europese Unie
Meer gericht beleid Voor de programmeringsperiode 2007-2013 van de Structuur- en Cohesiefondsen zijn drie doelstellingen overeengekomen: ➾ Convergentie: stimuleren van groei om te bewerkstelligen dat de verschillen tussen de armste regio’s van de Unie en de andere gebieden minder groot worden; ➾ R egionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid: buiten de convergentieregio’s vooruitlopen op economische veranderingen door versterking van het concurrentievermogen en het scheppen van meer en betere banen; ➾ Europese territoriale samenwerking: grensoverschrijdende, transnationale en interregionale samenwerking ter bevordering van de verdere integratie van de EU. Binnen dit vernieuwde cohesiebeleid wordt bij de Structuur- en Cohesiefondsen het grootste accent
gelegd op convergentie; de doelstelling „regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid” is grotendeels gebaseerd op de Lissabon-agenda. Om recht te doen aan het nieuwe EU-kader zal de Bank haar traditionele doelstelling „sociale en economische cohesie”, in het verleden „regionale ontwikkeling” genoemd, in 2007 vervangen door de „convergentie”-doelstelling. Buiten de convergentieregio’s blijven de door de EIB ondersteunde EUbeleidsdoelstellingen vooralsnog: ondersteuning van innovatie, milieubescherming, trans-Europese netwerken, een duurzame, concurrerende en continue energievoorziening, alsmede ondersteuning aan het MKB. De kredieten door de EIB in het kader van de convergentie-doelstelling zullen gaan naar de aangewezen convergentieregio’s, evenals naar de uitfaseringsen infaseringsregio’s, in totaal 113 regio’s in de EU27, met een bevolking van 190 miljoen. Gezien het feit dat het hier naar schatting gaat om zo’n 40% van de totale jaarlijkse kredietverlening in de komende jaren, blijft convergentie voor de Bank een centrale doelstelling.
Overzicht van activiteiten 2006
17
EIB-Groep
Ondersteuning voor innovatie Bij de totstandkoming van de Lissabon-agenda in 2000 heeft de Europese Unie strategisch gezien gekozen voor de verwezenlijking van een concurrerende, innovatieve Europese kenniseconomie, die in staat is duurzame groei te verwezenlijken met meer en betere banen en een grotere sociale cohesie. Het Initiatief Innovatie 2010 werd in 2000 door de EIB-Groep gelanceerd als kredietraamwerk voor de financiering van investeringen die de Lissabon-agenda ondersteunen. Sindsdien heeft de EIB in het kader van dit Initiatief 45,7 miljard euro aan kredieten uitgezet. In 2006 werd in de EU 10,4 miljard euro besteed aan de financiering van innovatie, evenveel als het jaar ervoor, waardoor het zeer waarschijnlijk is dat de Bank vóór 2010 een hoger bedrag aan leningen zal ondertekenen dan de 50 miljard euro die haar voor ogen stond. Sinds 2000 is zo’n 70% van de investeringen naar de armste gedeelten van de EU gegaan. In 2006 kwam 5,6 miljard euro oftewel 59% van de EIB-kredietverlening uit hoofde van het Initiatief Innovatie 2010 ten goede aan innovatieprojecten in de armste regio’s (2005: 8,8 miljard euro oftewel 84%). Door de financiering van innovatie in steungebieden wordt de trend gekeerd dat dergelijke investeringen vooral naar de rijkste regio’s gaan; aldus wordt kennis verschoven naar regio’s die op dit punt een achterstand hebben. Zo voert de EIB de Lissabon-agenda uit in combinatie met een van haar andere beleidsprioriteiten, namelijk sociale cohesie en convergentie.
Drie brede sectoren Het Initiatief Innovatie 2010 stimuleert technologische innovatie en bereidt het menselijk kapitaal voor op een Europese economie waarvan de contouren werden geschetst in Lissabon. Het Initiatief richt zich op drie investeringsgebieden: ➾ Onderzoek, ontwikkeling en innovatie – investeringen binnen de particuliere en de publieke sector in onderzoek, de ontwikkeling van expertisecentra en instellingen voor academisch onderzoek, alsmede investeringen in producten en processen in de particuliere sector.
➾ Onderwijs en opleiding - ondersteuning aan universitaire opleidingen, door het onderwijs toegankelijker te maken en levenslang leren te stimuleren, de integratie van onderzoek in projecten binnen het universitair onderwijs, de modernisering van de IT-infrastructuur in deze sector, alsmede computervaardigheden en -leerprogramma’s. ➾ De verspreiding van technologieën en de ontwikkeling van informatie- en communicatietechnologie – waaronder de invoering van breedbandnetwerken voor vaste en mobiele telefonie en van toegangstechnologieën, het opzetten van netwerken in een aantal sectoren (gezondheidszorg en vervoer) en de ontwikkeling van elektronische handelsplatforms. Het Europees Investeringsfonds, de dochterinstelling van de EIB, speelt eveneens een rol bij de tenuitvoerlegging van de Lissabon-strategie, door te investeren in risicokapitaalfondsen die het MKB voorzien van kapitaal. In 2006 ondertekende het Fonds risicokapitaalovereenkomsten voor een bedrag van 688 miljoen euro; aan het eind van het jaar beliep het totaal aan investeringen door het Fonds 3,8 miljard euro, een bedrag dat ten goede kwam aan 244 fondsen.
Onderzoek, ontwikkeling en innovatie Onderzoek, ontwikkeling en innovatie was de afgelopen jaren de voornaamste activiteit; hiermee was in 2006 een bedrag van 6,7 miljard aan kredieten gemoeid, waarbij de helft van de financieringen naar investeringen in Duitsland ging. Ongeveer 1,9 miljard euro kwam ten goede aan de Duitse auto-industrie.
EIB-Groep
18
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning voor innovatie
Projecten op dit terrein zijn voor de Bank van groot belang, omdat die niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van geavanceerde technologie in de EU, maar ook vaak ondersteuning bieden aan andere EU-beleidsdoelstellingen, zoals zuinige energie en de reductie van CO2-emissies. De EIB financiert onderzoek, ontwikkeling en innovatie in zowel de particuliere als de publieke sector. In Polen verstrekte de EIB bijvoorbeeld een krediet van 500 miljoen euro via het ministerie van Financiën voor de financiering van een deel van de begrotingsuitgaven voor 2006 ten behoeve van kapitaalsinvesteringen in infrastructuren en uitrusting voor wetenschap en technologie, periodieke salariskosten van wetenschappers die werkzaam zijn bij de Poolse Academie voor wetenschappen en bij onderzoeksuniversiteiten van de staat, geaccrediteerde openbare universiteiten, universitaire instellingen voor technologie en vergelijkbare organisaties, alsmede onderzoekssubsidies voor wetenschappers. Anders dan in het algemeen het geval is in de EU25 blijft in Polen de overheid de voornaamste investeerder in onderzoek en ontwikkeling; het relatieve aandeel van het bedrijfsleven is de afgelopen jaren gedaald. Buitenlandse ondernemingen hebben in Polen productielocaties gevestigd; hun activiteiten op het gebied van onderzoek en ontwikkeling bleven echter voornamelijk bij moederondernemingen in het buitenland plaatsvinden. Met het EIB-krediet wordt beoogd het land bij te staan in het keren van deze negatieve trend, en wel door de publieke uitgaven op dit terrein te stabiliseren en geleidelijk te verhogen, en aldus financiering door de particuliere sector aantrekkelijker te maken door verbetering van de algemene wetenschappelijke infrastructuur. In Spanje financierde de Bank de uitbreiding van het Parc Cientific de Barcelona (PCB), een wetenschapspark van de campus van de Universitat de Barcelona. De doelstelling van het project is het voorzien in aanvullende faciliteiten ten behoeve van biomedische ondernemingen en onderzoeksinstellingen op het gebied van biowetenschappen. Het park biedt onderdak aan researchgroepen uit zowel de publieke
als de particuliere sector en voorziet in een breed scala aan technologische faciliteiten. De universiteiten van Mainz, Kaiserslautern, Tübingen en Freiburg, vier toonaangevende Duitse onderzoeksuniversiteiten, ontvingen bijna 900 miljoen euro voor investeringen in voornamelijk faciliteiten voor elementair en geavanceerd onderzoek.
Onderwijs en opleiding De EIB verstrekte voor meer dan 1,9 miljard euro aan kredieten ten behoeve van een breed scala aan investeringen in menselijk kapitaal, variërend van de bouw of renovatie van school- en universiteitsgebouwen tot feitelijke trainingsprogramma’s. Zo verstrekte de Bank een krediet van 25 miljoen euro voor de modernisering van onderwijsfaciliteiten aan de Universiteit van Venetië. De Universiteit van Venetië heeft een grote naam op het gebied van economie, moderne talen, literatuur en filosofie, en behoort in Italië tot de top. Een bijkomend voordeel is dat het project ook een bijdrage zal leveren aan het werelderfgoed van de stad Venetië: een aantal historische gebouwen en locaties zal worden gerenoveerd en opgeknapt. In Duitsland heeft de EIB het elementair onderzoek aan universiteiten gefinancierd. Hier heeft de Bank ook een kredietlijn van 200 miljoen euro verstrekt aan KfW Entwicklungsbank ten behoeve van de financiering van de microkredietcomponent van het door KfW uitgevoerde programma voor beroepsonderwijs en ondernemingsvaardigheden dat de Duitse rege-
Overzicht van activiteiten 2006
19
EIB-Groep
Ondersteuning voor innovatie
Ondertekende kredieten in het kader van het i2i (2000-2006)
EIB-kredieten in het kader van het Initiatief Innovatie 2010
(mln)
25 000
23 023
2000-2006
20 000 15 000 11 590
10 349
10 000 5 000 0
Informatie- en communicatietechnologie Onderwijs/opleiding Onderzoek en ontwikkeling
1
Aantal projecten
8
10 St Petersburg
Helsinki
Oslo Stockholm Tallinn
1 2
4
8 Riga
Edinburgh
4
1
6
1
Moskva
1
1
København
Vilnius
Belfast
Minsk
2
1
Hamburg
Dublin
5
Cork
14
8
Amsterdam
London
3 7
Bruxelles
2
1
2
Praha
1
Frankfurt
Luxembourg
2
1
Kiyev
3
1
&:G:
,"'-%.+'- .&+('"
"K:
$HNKHN &HGMLBGeKR -HGGe@K:G=>
&:
Wien
München
Paris
,BGG:F:KR
4 Warszawa
17 46
1
GUYANA
2
Berlin
Bratislava
2''
+eFBK>&HGMCHER &:MHNKR +HNK:
2
+e@BG:
,:BGM
9
>HK@>L &:KBI:LHNE:
7
9
,.+"'&
1
Ljubljana
Lyon
+,"%
Milano
3 7
Budapest
5 10 2
1
Kishinev Odessa
2
Zagreb
2 Bucuresti
Sarajevo
Belgrade
10 12 ^
Niksic‘ 2 Roma Porto
Lisboa
18 10 12 3 1 3
Barcelona
1
Sofia Skopje
Istanbul
Tiranë Ankara
Madrid
1
4
2
1
1
Athinai
Islas Canarias Nicosia
1
2
EIB-Groep
20
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning voor innovatie
ring aanbiedt aan geschoolde werknemers. Het is de bedoeling dat de deelnemers kennis en vaardigheden verwerven, in het bijzonder op het gebied van management, boekhouden en recht, en dat zij hun vakbekwaamheid verder ontwikkelen, zodanig dat zij daarna in staat zijn een eigen bedrijf te starten of binnen hun sector een meer verantwoordelijke functie te vervullen. Het programma valt onder de niet-academische component van het Duitse onderwijssysteem, dat zich onder meer richt op ondersteuning van mensen in hun proces van levenslang leren. Het programma speelt een belangrijke rol in de gehele productie- en dienstenketen, doordat het leidt tot hooggekwalificeerde arbeidskrachten en flexibiliteit in het arbeidsproces en bewerkstelligt dat het innovatieproces geleidelijk steeds meer gestalte krijgt. De gezondheidszorgsector vervult uiteraard ook een belangrijke functie op het gebied van menselijk kapitaal, waarbij aspecten van onderwijs en opleiding soms ook van belang zijn. Daarom heeft de EIB eveneens financiering verstrekt voor het moderniseren en opknappen van ziekenhuizen, zoals het ziekenhuis van Arras in het departement Pas-de-Calais en ziekenhuizen in Marseille en Nice in Frankrijk, evenals het universitair medisch centrum in Rotterdam en de Royal London and Barts Hospitals in het Verenigd Koninkrijk.
kelen voor specifiek hiertoe geselecteerde markten in Duitsland, Nederland en Frankrijk. In Praag financierde de Bank een nieuw centrum voor informatiedienstverlening voor Deutsche Post, waarbij de activiteiten van de onderneming op het gebied van pakketdiensten, expresverzending, post en logistiek worden geïntegreerd. In het nieuwe centrum wordt een gemeenschappelijk IT-platform voor Deutsche Post World Net opgezet. De onderneming biedt concurrerende diensten dankzij haar zeer efficiënte procestechnologie, waarbij geavanceerde technologieën worden toegepast. Kredieten van de Bank binnen het domein van informatie- en communicatietechnologie gaan tevens naar audiovisuele projecten. De ondersteuning van de EIB richt zich op versterking van het internationale concurrentievermogen van de sector. Gewoonlijk komen kredieten in de audiovisuele sector tot stand op basis van risicodeling, in samenwerking met gespecialiseerde financiële instellingen. In 2006 verleende de EIB ook 75 miljoen euro aan BBC Worldwide voor investeringen in nieuw audiovisueel BBC-materiaal voor de periode 2006-2008. Bij deze nieuwe producties gaat het voornamelijk om documentaires, natuurprogramma’s en entertainment.
Kredietproducten op basis van risicodeling Netwerken van informatie- en communicatietechnologie De EIB heeft via kredieten met een totaalvolume van meer dan 1,3 miljard euro investeringen in dergelijke netwerken gestimuleerd. Deze netwerken zijn van fundamenteel belang voor de verbreiding van innovatie en het uitwisselen van gegevens. De invoering van breedband-toegangsnetwerken vormt hiervan een belangrijk onderdeel. De Bank verstrekte een krediet van 160 miljoen euro aan Telecom Italia voor investeringen in breedband in Frankrijk. Het project is onderdeel van de strategie van de projectontwikkelaar om concurrerende projecten te ontwik-
Kenmerkend voor de innovatiesector is dat er vaak geopereerd wordt op basis van speerpunttechnologieën, waarbij nieuwe wegen worden ingeslagen. Dit heeft tot gevolg dat de investeringen vaak niet met standaardkredieten kunnen worden gesteund, maar dat er financiële producten moeten worden ingezet waarbij de risico’s worden gedeeld. Derhalve heeft de EIB de faciliteit voor gestructureerde financiering in het leven geroepen, waarmee het mogelijk is om prioritaire projecten en projectontwikkelaars met een zeer lage kredietwaardigheid te ondersteunen; voorzieningen voor de hiermee
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning voor innovatie
Gekwantificeerde resultaten (In mln EUR)
2006
2005
2000-2006
Onderzoek, ontwikkeling en innovatie
6,7
6,2
23,0
Onderwijs/opleiding
1,9
2,3
11,1
1,3
1,9
9,9
10,4
10,7
44,84
Netwerken van informatie- en communicatietechnologie Totaal Initiatief Innovatie 2010 in de EU
4
Met inbegrip van 300 miljoen euro voor de laboratoria van CERN in Zwitserland.
verband houdende hogere kredietrisico’s worden getroffen door een deel van het resultaat van de Bank hiervoor te bestemmen. De faciliteit is niet uitsluitend bestemd voor innovatieve sectoren, maar kan ook in andere sectoren worden ingezet. In 2006 stemde de Raad van Gouverneurs in met een verhoging van de voorziening van 750 miljoen tot 1 250 miljoen euro; tevens stelde de Raad voor toekomstige kapitaalstoewijzingen in het kader van de faciliteit een plafond vast van 3 750 miljoen euro. De middelen van de faciliteit voor gestructureerde financiering zullen gedeeltelijk worden aangewend in het kader van een nieuw instrument voor risicodeling, waaraan ook de Europese Commissie haar medewerking verleent: de Risicodelende financieringsfaciliteit. Een gedeelte van de middelen die beschikbaar zijn op grond van het 7e kaderprogramma voor onderzoek wordt door de Commissie beschikbaar gesteld voor voorzieningen in verband met kredietrisico’s. Vanaf 2007 krijgen particuliere ondernemingen en publieke organisaties door de invoering van de faciliteit meer mogelijkheden voor de financiering van schulden, via aanvullende financiële producten zoals voorwaardelijke en achtergestelde leningen, mezzanine-financiering, derivaten en kapitaalinstrumenten in de vorm van quasi-kapitaal en indirect kapitaal. Financiering op basis van risicodeling is een arbeidsintensief instrument, maar genereert toegevoegde waarde en is een ideaal middel om voortgang te boeken in het kader van de Lissabon-agenda.
21
EIB-Groep
EIB-Groep
22
Overzicht van activiteiten 2006
Duurzaamheid van het milieu De activiteiten van de EIB die zich richten op een duurzaam milieu hebben betrekking op het volledige scala aan milieu-aangelegenheden, met inbegrip van klimaatverandering, bescherming van de natuur en van de wilde flora en fauna, gezondheid, natuurlijke hulpbronnen en afvalbeheer, alsmede verbetering van de kwaliteit van het bestaan in de stedelijke omgeving.
In 2006 werd voor een bedrag van 10,9 miljard euro aan directe kredieten verstrekt ten gunste van milieuinvesteringsprojecten, oftewel 24% van het totale kredietverleningsbedrag. Milieu-investeringen kunnen ook worden gefinancierd via kredietlijnen. Dexia Crediop in Italië kwam in aanmerking voor een kredietlijn van 50 miljoen euro die uitsluitend bestemd is voor kleinschalige milieu-investeringsprojecten; in Duitsland ontving Helaba, de Landesbank Hessen-
Milieusectoren In 2006 verstrekte afzonderlijke kredieten (In mln EUR)
Totaal Klimaatverandering
2 334,5
Stedelijk milieu
4 058,1
Natuur, biodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen
473,8
Natuurlijke hulpbronnen en afvalbeheer
624,4
Totaal afzonderlijke kredieten
Milieusectoren Afzonderlijke kredieten 2002-2006: 52,9 mln EUR
2 158,7
Milieu en gezondheidszorg
9 650,0
Thüringen, een kredietlijn van 151 miljoen euro en BayernLB een kredietlijn van 300 miljoen euro voor de financiering van kleinschalige projecten die zich richten op innovatie, milieu en gezondheidszorg.
(Mln)
15 000
12 000
Bestrijding van klimaatverandering
9 000
6 000
3 000
0
2002
2003
2004
2005
Milieu en gezondheidszorg
2006
In 2006 werd het steeds duidelijker hoe snel en ingrijpend het klimaat verandert; klimaatverandering blijft dan ook een prominente plaats innemen op de milieuagenda. Naar aanleiding van het Kyoto-Protocol, waarmee wordt beoogd in de periode 2008-2012 een daling van de uitstoot van broeikasgassen met 8% te bewerkstelligen ten opzichte van de niveaus van 1990, werd het aanzienlijke bedrag van 2,3 miljard euro ter beschikking gesteld voor investeringen in duurzame en zuinige energie.
Stedelijk milieu Natuur, biodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen Natuurlijke hulpbronnen en afvalbeheer Klimaatverandering
Zo werd in Spanje een EIB-krediet van 70 miljoen euro verstrekt voor een investering in de eerste grootschalige commerciële krachtcentrale op basis
Overzicht van activiteiten 2006
Duurzaamheid van het milieu
van zonnewarmte in de Europese Unie, in een groot dal ten noorden van de Sierra Nevada, zo’n 60 km van Granada - een ideale locatie vanwege de hoge stralingsniveaus. In de Andasol-krachtcentrale zal ook een nieuw systeem van hoge temperatuurwarmteopslag worden uitgetest, waarmee de dagelijkse elektriciteitsopwekking kan worden uitgebreid tot meer dan 12 uur in de winter en tot 20 uur in de zomer. De opgewekte zonne-energie zal de met fossiele brandstoffen opgewekte energie vervangen, en aldus bijdragen aan de bestrijding van klimaatver-
andering. Verwacht wordt dat de centrale een voorbeeldfunctie zal vervullen, zodat de toepassing van zonne-energietechnologie van de nieuwe generatie steeds meer ingang zal vinden in de EU. Het project van de EIB won de Project Finance Deal Award voor de beste duurzame-energietransactie van het jaar. Het EU-programma voor verhandelbare emissierechten bleef zich verder ontwikkelen. In het kader van dit programma worden ongeveer 12 000 industriële vestigingen in de Unie geconfronteerd met maxima
De milieuvoetafdruk van de EIB De kredietverleningsactiviteit van de EIB heeft gevolgen voor de kwaliteit van het bestaan, maar hetzelfde geldt voor de Bank als zodanig: haar kantoren en de mensen die erin werken. Zij vormen de „milieuvoetafdruk” van de Bank als onderneming. De EIB werkt voortdurend aan de verbetering van de milieuprestaties en het facilitair beheer van haar gebouwen. De voornaamste terreinen waarop activiteiten worden ontplooid zijn een zuiniger energieverbruik, inzameling en hergebruik van afvalstromen en een geleidelijke introductie van ecologisch verantwoorde aanbestedingsprocedures, als onderdeel van een geïntegreerd milieubeheersysteem. De bouw van het nieuwe kantoor van de Bank naast haar hoofdkantoor in Luxemburg vormt een goede gelegenheid om van meet af aan rekening te houden met milieu-aspecten. Doelstelling is de negatieve milieueffecten die de aanbouw en het functioneren van het kantoorpand zullen uitoefenen, zo gering mogelijk te doen zijn, en omstandigheden te creëren waarbij de gebruikers zich prettig voelen. Vanaf het eerste ontwerpstadium is er rekening gehouden met de milieueffecten van de nieuwe gebouwen. Een van de doelen was een rationeel energieverbruik, zodat het energieverbruik ten opzichte van standaardkantoorgebouwen met meer dan de helft wordt teruggedrongen. Het nieuwe pand van de EIB, dat begin 2008 gereed moet zijn, is het eerste op het Europese vasteland dat gecertificeerd is op basis van de milieubeoordelingsmethode van de Building Research Establishment, die het ontwerp van het gebouw beoordeelde als „zeer goed”.
23
EIB-Groep
EIB-Groep
24
Overzicht van activiteiten 2006
Duurzaamheid van het milieu
aan hun CO2-emissies; zij mogen vergunningen aanen verkopen om aan hun wettelijke verplichtingen te voldoen. De EIB speelt ook een actieve rol bij de ontwikkeling van de koolstofmarkt. Twee koolstoffond-
sen zijn door de Bank ingesteld en worden door haar beheerd, één samen met de EBRD en één samen met de Wereldbank; beide fondsen werden in 2006 operationeel.
Het stedelijk milieu en JESSICA Bescherming van het stedelijk milieu is in het kader van de activiteiten binnen Europa uitgegroeid tot een centrale doelstelling. Beleidsmakers op EU-, nationaal, regionaal en plaatselijk niveau zijn zich steeds sterker bewust geworden van de gevolgen die achterstelling en sociale uitsluiting in bepaalde wijken hebben op de kwaliteit van het bestaan en de economische prestaties van stedelijke gebieden. In de kredietverleningsstrategie van de EIB, die een weerspiegeling van het EU-beleid vormt, wordt het accent gelegd op stedelijke concentratie, om daarmee te voorkomen dat steden steeds verder uitdijen: hierdoor wordt de vraag naar schaars land in perifere gebieden teruggedrongen. Stedelijke consolidatie zorgt ook voor energiebesparing: het autogebruik neemt af en het gebruik van openbaar stadsvervoer wordt bevorderd. De EIB is ook geïnteresseerd in het rijke culturele en architectonische erfgoed van oudere steden, daar dit een voorname rol kan spelen bij de verjonging van stedelijke gebieden. In 2006 verstrekte de EIB 4,1 miljard euro aan kredieten ten behoeve van stadsvernieuwing en stadsvervoer in de Europese Unie. Het Poolse Czestochowa in het noorden van Silezië is een middelgrote stad met zo’n 250 000 inwoners. In de stad bevindt zich het 14e-eeuwse Paulinerklooster op de Jasna Góra, een van de beroemdste christelijke pelgrimsplaatsen, dat jaarlijks meer dan 4 miljoen bezoekers trekt. Dit legt een onevenredig grote druk op de stedelijke infrastructuur. De bezoekers zijn zeer belangrijk voor de plaatselijke economie. Om deze reden heeft de EIB in 2006 een krediet van 29 miljoen euro verstrekt ten behoeve van de modernisering van de stedelijke infrastructuur en de gemeentelijke diensten. Veel Europese steden hebben stadsontwikkelingsplannen ten behoeve van wijken waar fysiek verval alsmede sociale en economische achterstelling voorkomen, welke speciale aandacht behoeven. Zo werd de EIB in Frankrijk in 2006 partner in een nationaal programma voor stedelijk en sociaal herstel van 500 miljoen euro, ter ondersteuning van investeringen door plaatselijke autoriteiten in 200 problematische stedelijke gebieden in het hele land.
Overzicht van activiteiten 2006
Duurzaamheid van het milieu
Investeringen in duurzaam openbaar stadsvervoer worden uitgevoerd in samenhang met stadsvernieuwing en leveren een positieve bijdrage aan het stedelijk milieu doordat het particuliere autogebruik wordt teruggedrongen. In Roemenië verstrekte de EIB bijvoorbeeld een krediet van 63 miljoen euro voor de uitbreiding en modernisering van de metro in Boekarest. Voor hetzelfde doel werden reeds eerder kredieten verstrekt ter waarde van 215 miljoen euro. In het Spaanse Valencia financierde de Bank de vervanging van een verouderde door dieseltreinen bereden voorstedelijke spoorlijn door een nieuwe uitbreiding van de metro, over dezelfde route maar met een grotere capaciteit en frequentie. In 2006 vond de voorbereiding plaats van JESSICA (gezamenlijke Europese steun voor duurzame investeringen in stadsgebieden), een nieuw beleidsinitiatief van de Europese Commissie, ondersteund door de EIB, ten gunste van stadsvernieuwing in gebieden waarvoor Structuurfondsen van de EU (Europees Regionaal Ontwikkelingsfonds, Europees Sociaal Fonds) beschikbaar zijn in de begrotingsperiode 2007-2013. De Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa zal eveneens een bijdrage leveren; ook andere internationale financiële instellingen, het commerciële bankwezen en de particuliere sector kunnen deelnemen. Doelstelling van JESSICA is om een verdere impuls te geven aan stadsvernieuwing door de toepassing van nieuwe financiële producten. Hierdoor is het mogelijk door middel van periodieke uitkeringen uit de Structuurfondsen te investeren in stadsontwikkelingsfondsen via opnieuw te gebruiken en terugvorderbare financiële instrumenten, voornamelijk kapitaal, garanties en achtergestelde leningen. Terugontvangen middelen kunnen opnieuw worden geïnvesteerd in stedelijke projecten, ook in de vorm van subsidies. De stadsontwikkelingsfondsen hebben alle een commerciële benadering: verwacht wordt dat de investering minimaal wordt terugverdiend en dat geïnvesteerd wordt in inkomensgenererende projecten, in het kader van goed omlijnde, geïntegreerde plannen voor stedelijke vernieuwing en ontwikkeling. De lidstaten kunnen ervoor kiezen de EIB tot fondsbeheerder te benoemen. In dat geval kan medefinanciering via EIBkredieten gemakkelijker verlopen en kan direct worden beschikt over de deskundigheid en ervaring van de Bank op het gebied van stadsvernieuwing.
De voordelen van JESSICA zijn: ➾ Mogelijkheid tot aanvullende kredieten voor publiek-private samenwerkingsverbanden en andere projecten voor stadsontwikkeling in de regio’s; ➾ Beschikbaarheid van financiële deskundigheid en organisatorische expertise van specialistische instellingen zoals de EIB en de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa; ➾ Sterkere stimulansen voor een succesvolle implementatie door de begunstigden via een combinatie van subsidies met kredieten en andere financiële middelen; ➾ Continuïteit op de lange termijn, dankzij het doorlopende karakter van de bijdragen van het Europees Regionaal Ontwikkelingsfonds en het Europees Sociaal Fonds aan fondsen die gespecialiseerd zijn in investeringen in stadsontwikkeling.
25
EIB-Groep
EIB-Groep
26
Overzicht van activiteiten 2006
Duurzaamheid van het milieu
Het EBRD-EIB Multilateraal koolstofkredietfonds, waarin zes lidstaten en zes energiebedrijven voor een bedrag van 165 miljoen euro deelnemen, moet het mogelijk maken dat landen van Midden-Europa tot Centraal-Azië veel meer koolstofkredieten kunnen opbouwen dan tot nu toe het geval is. Deze regio heeft een enorm potentieel waar het gaat om de reductie van emissies van broeikasgassen door een zuiniger omgaan met energie, een proces waarvoor zowel de EIB als de EBRD bereid zijn financiering te verstrekken. Het neveneffect van dergelijke investeringen zijn verhandelbare koolstofkredieten: door toe te treden tot het Multilateraal koolstofkredietfonds kunnen landen – die aandeelhouder moeten zijn van de EBRD of de EIB – en ondernemingen koolstofkredieten kopen die gegenereerd zijn bij projecten die door een van beide instellingen in deze regio werden gefinancierd. Tevens hebben de Wereldbank en de EIB het Europees koolstoffonds opgericht, waarmee EU-lidstaten en ondernemingen koolstofkredieten kunnen verwerven; tevens is dit fonds een platform voor het verhandelen van koolstofkredieten uit projecten die zijn voorbereid en gefinancierd door de Wereldbank of de EIB. Het Europees Koolstoffonds ging van start met een eerste tranche van 50 miljoen euro. Een van de voordelen van het feit dat de EIB, de EBRD en de Wereldbank betrokken zijn bij de handel in koolstofkredieten, is dat aldus direct toegang verkregen kan worden tot de door deze instellingen in portefeuille gehouden projecten, waarvan een aanzienlijk aantal koolstofkredieten kan genereren. Alle drie instellingen hebben langlopende relaties met de projectlanden en de projectpartners, dankzij hun jarenlange steun aan de onderliggende projecten. Ter bevordering van deze initiatieven kan de EIB een vorm van technische bijstand verlenen die gefinancierd wordt via de speciaal hiertoe in het leven geroepen faciliteit voor technische bijstand klimaatverandering, op basis waarvan subsidies kunnen worden verstrekt voor de ontwikkeling van investeringsprojecten waarbij koolstofkredieten ontstaan. Deze faciliteit werd in 2006 volledig operationeel.
Waterprojecten Het beheer van waterbronnen is een centraal onderdeel van het milieu-, regionaal- en ontwikkelingsbeleid van de Europese Unie. Het afgelopen decennium waren de investeringen in de EU op dit terrein vooral het gevolg van de strengere milieunormen, met name in de EU-richtlijnen betreffende de opvang en behandeling van stedelijk afvalwater en de kwaliteit van drink- en zwemwater. In de toekomst zal in het bijzonder de Kaderrichtlijn Water een stimulerende rol gaan spelen, door de nadruk die hierin gelegd wordt op een duurzaam beheer van natuurlijke bronnen door middel van plannen voor geïntegreerd beheer van rivierbekkens. Doelstelling is te bereiken dat alle waterlichamen in de EU in 2015 in ecologisch opzicht van goede kwaliteit zijn. Het merendeel van de gefinancierde projecten heeft betrekking op de modernisering en uitbreiding van de bestaande netwerken voor distributie, opvang en behandeling, als onderdeel van grootschalige nationale, regionale en gemeentelijke kapitaalinvesteringsprogramma’s. Zo kreeg Águas de Portugal in 2006 420 miljoen euro ten behoeve van investeringen in regionale concessies voor openbare nutsbedrijven, in verband met grootschalige watervoorziening alsmede opvang en behandeling van afvalwater in heel Portugal. De investeringen komen ten goede aan zo’n 5 miljoen inwoners overal in Portugal: ongeveer de helft van de Portugese bevolking. De centrale doelstelling is het terugdringen van de volksgezondheidsrisico’s door verbetering van de kwaliteit van de waterbronnen in de regio’s, zoals grondwater en rivier- en kustwateren, met parallel daaraan verlaging van de kosten van levering van drinkwater en uitbreiding van de recreatieve mogelijkheden van oppervlaktewateren.
Overzicht van activiteiten 2006
Duurzaamheid van het milieu
Uitsluitend projecten die goed zijn voor het milieu Als Europese instelling rekent de EIB het tot haar verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat alle projecten die zij in Europa financiert, in overeenstemming zijn met het milieubeleid en de milieuprincipes en -normen van de EU. In de lidstaten en kandidaat-lidstaten controleert de EIB de naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving, met name de EU-Richtlijn milieueffectrapportage (MER), evenals EU-richtlijnen betreffende indus triële vervuiling, water- en afvalbeheer, lucht- en bodemvervuiling, gezondheid en veiligheid op het werk alsmede natuurbescherming. Buiten Europa neemt de Bank eveneens de hoogst mogelijke normen in acht, zo nodig rekening houdend met plaatselijke omstandigheden. In sommige gevallen kan volledige toepassing van de EU-milieunormen om financiële of organisatorische redenen op te grote bezwaren stuiten, maar dan dient deze in een later stadium alsnog plaats te vinden. De Bank legde publiekelijk een verklaring af met betrekking tot dit beleid toen zij in 2006 de „Europese milieuprincipes” lanceerde. Met deze principes bevestigt de EIB dat zij zich gebonden acht aan de EU-benadering inzake milieuaangelegenheden en laat zij aan de buitenwereld zien dat zij zich sterk maakt voor milieubeheer. Vier andere multilaterale financiële instellingen hebben zich achter de Europese milieuprincipes geschaard: de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa, de EBRD, de Noordse Investeringsbank (NIB) en de Noordse Milieufinancieringsmaatschappij. Aldus bevorderen de Europese milieuprincipes, waar ook de Europese Commissie een groot voorstander van is, de harmonisatie van de milieubenadering van deze instellingen en bieden zij in de contacten met projectopdrachtgevers een consistent en duidelijk mechanisme ten aanzien van milieuaangelegenheden.
Maatschappelijke beoordeling De EIB hanteert van oudsher een brede definitie van de term „milieu”, zodat hier ook een aantal verwante maatschappelijke onderwerpen onder vallen. Aan al die onderwerpen werd in 2006 systematisch aandacht geschonken: maatschappelijke beoordeling van projecten wordt steeds belangrijker gevonden, in het bijzonder wanneer deze buiten de Europese Unie worden uitgevoerd. De Bank volgt bij haar aanpak van sociale problemen de praktijken die zijn ontwikkeld door internationale financiële instellingen bij de benadering van maatschappelijke situaties in ontwikkelingslanden. Hierbij worden mogelijk negatieve maatschappelijke consequenties in kaart gebracht en maatregelen ontwikkeld om deze te verlichten of te verhelpen. Wanneer de investering wordt geanalyseerd wordt te allen tijde nagegaan of deze belangrijke effecten heeft op de inkomensverdeling en een bijdrage kan leveren aan armoedeverlichting. Ook wordt hierbij onderzoek gedaan naar arbeidsnormen, bedrijfsgezondheidszorg en -veiligheid, herhuisvesting, de gevolgen voor de inheemse bevolking en het cultureel erfgoed. Bovendien wordt onderzocht of belanghebbenden inspraak hebben gehad c.q. zijn geraadpleegd en of recht is gedaan aan andere bestuurlijke principes. Op deze wijze is het mogelijk een volledig beeld te verkrijgen van de maatschappelijke kansen die door de EIB gefinancierde projecten kunnen opleveren voor de plaatselijke bevolking en de gemeenschappen waarvan zij in bredere zin deel uitmaken. Sinds 2006 worden de EIB en haar activiteiten ten gunste van een duurzaam milieu meer gedetailleerd beschreven in haar jaarlijkse Maatschappelijk verslag, dat op aanvraag verkrijgbaar is.
27
EIB-Groep
EIB-Groep
28
Overzicht van activiteiten 2006
TEN’s: vervoersnetwerken voor Europa De energie- en vervoerssectoren worden vaak de slagaders van de moderne industriële samenleving genoemd. Hun goede functioneren is van vitaal belang voor een gezond en krachtig Europa. Energie en vervoer zijn onderling afhankelijk: voor vervoer is energie nodig en de energievoorziening is voor een groot deel afhankelijk van vervoersverbindingen5.
5
In deze paragraaf worden trans-Europese netwerken in de vervoerssector behandeld. TEN’s in de energiesector komen aan de orde in de paragraaf „Een duurzame, concurrerende en betrouwbare energievoorziening” – in 2006 tot een afzonderlijke beleidsdoelstelling van de EIB verheven.
De ontwikkeling van trans-Europese netwerken is van essentieel belang voor de totstandkoming van de interne markt en voor een sterkere economische en sociale cohesie. De EIB is de voornaamste verstrekker van langetermijnkredieten in de EU en de financiering van trans-Europese netwerken voor vervoersinfrastructuren vormt een van de kernactiviteiten van de Bank.
Trans-Europese netwerken 2002-2006: 36 mrd EUR
TEN’s werden in 1993 een prioritaire doelstelling van de EU; sindsdien heeft de Bank aan TEN’s ondersteuning geboden voor een kredietbedrag van in totaal 77 miljard euro. TEN’s vormen, samen met onderzoek, ontwikkeling en innovatie, de kern van de Europese Actie voor groei (2003). Als onderdeel van het initiatief, dat zich richt op versterking van het groeipotentieel van Europa op de lange termijn, zijn 30 prioritaire vervoersprojecten vastgesteld, waarvan de EIB er inmiddels 21 ondersteunt. De Bank heeft zich er ook toe verbonden voor de periode 2004-2013 75 miljard euro aan kredieten te verstrekken ten gunste van TEN’s.
TEN’s in 2006
(Mln)
In 2006 bedroeg de EIB-financiering aan vervoersTEN’s in de EU-25 7,3 miljard euro, waarvan 3,2 miljard euro (43%) bestemd was voor wegenprojecten, 2,8 miljard euro (38%) voor spoorprojecten – een prioritaire vervoerssector van de EU en de EIB –, en de rest voor (lucht)havens.
8 000 7 000 6 000 5 000 4 000 3 000 2 000 1 000 0
2002 Vervoer Energie
2003
2004
2005
2006
Spanje en Portugal speelden een centrale rol in de kredietverlening van de Bank ten behoeve van TEN’s. In 2006 werd in deze landen 3,171 miljard euro aan kredieten verleend ten behoeve van TEN’s, waarvan 2,9 miljard euro alleen al in Spanje, terwijl 1,1 miljard euro naar prioritaire TEN’s ging. In Spanje werd ondersteuning geboden aan de aanleg van de hogesnelheidslijnen Madrid-Barcelona-Figueres en Córdoba-Málaga, terwijl in Portugal financiering werd verstrekt voor de Linha do Norte. In de Baskische regio verstrekte de Bank financiering voor de modernisering van wegeninfrastructuren.
Overzicht van activiteiten 2006
29
EIB-Groep
TEN’s: vervoersnetwerken voor Europa
Verrichtingen van de EIB ten behoeve van transeuropese netwerken en corridors
Tracé van de prioritaire transeuropese netwerken (TEN’s) Gedeelten van deze TEN’s waarvoor financieringsverplichtingen zijn aangegaan Overige gefinancierde Europese infrastructuren en netwerken
1993-2006
Weg- en spoorwegverbindingen in Midden- en Oost-Europa Delen van deze verbindingen waarvoor financieringsmiddelen zijn toegekend Weg/spoorweg Elektriciteit Gas Luchthaven Project ten gunste van meerdere regio’s Overslagcentrum Haven Luchtverkeerscontrole
St. Petersburg
Helsinki
Exploitatie aardolie en -gasbronnen
Oslo Stockholm
Elektronisch tolsysteem voor meerdere rijstroken
Tallinn
Moskva
Riga Edinburgh København
Belfast
Vilnius Minsk
Dublin Cork
Berlin Amsterdam
London
Warszawa
Bruxelles
Kiyev Praha
Luxembourg Paris Strasbourg
München
Wien
Ljubljana Lyon Milano
Bratislava
Kishinev
Budapest
Odessa
Zagreb Sarajevo
Bucuresti Belgrade Sofia
Porto Skopje
Madeira (PT)
Madrid Lisboa
Barcelona
Roma
Tiranë
Istanbul Thessaloniki
AÇORES (PT)
ISLAS CANARIAS (ES)
Athinai
EIB-Groep
30
Overzicht van activiteiten 2006
TEN’s: vervoersnetwerken voor Europa
omvang van 150 miljoen euro, is dat het beschikbaar is gesteld voor een periode van maximaal 50 jaar, wat de grote financiële toegevoegde waarde van EIB-ondersteuning illustreert. In 2006 werd er in Oostenrijk, Italië, Nederland, Duitsland, Spanje en Griekenland voor in totaal 1,3 miljard euro aan financiering verstrekt voor luchthavens, luchtverkeerscontrolecentra en havens die onderdeel vormen van trans-Europese netwerken.
In het westen van Polen verleende de Bank 300 miljoen euro aan kredieten ten gunste van de aanleg en vernieuwing van onderdelen van drie autosnelwegen, om aldus de verbindingen met en de bereikbaarheid ten opzichte van andere EU-lidstaten te verbeteren. Het betrof hier een onderdeel van de A1, die de agglomeratie Katowice verbindt met de Tsjechische grens, een onderdeel van de A4 tussen Katowice en de Duitse grens en van de A6 in de buurt van Szczecin, in de richting van de Duitse grens en verder naar Berlijn. In Frankrijk is de EIB betrokken bij een aantal investeringen in hogesnelheidstreinen: de TGV Atlantique, de TGV Nord Europe, de TGV Méditerranée en de TGV Est. In 2006 bood de Bank ondersteuning tijdens de eerste fase van de aanleg van de oostelijke tak van een nieuwe hogesnelheidsspoorlijn, de LGV Rhin-Rhône tussen Dijon en de Duitse grens. Door de nieuwe lijn, onderdeel van een prioritair TENspoorproject, wordt het treinverkeer langs de as Lyon/Genève-Duisburg-Antwerpen/Rotterdam verder verbeterd. Daar deze lijn tijdens de eerste fase een gebied doorkruist dat ondersteund wordt via de Structuurfondsen en de toegankelijkheid hiervan vergroot, zal het project ook een positieve uitstraling hebben naar de ontwikkeling van de regio. Een opvallend kenmerk van dit krediet, met een
738 miljoen euro ging naar projecten langs belangrijke vervoersassen in buurlanden. De Bank verstrekte een krediet van 210 miljoen euro voor de aanleg van het laatste gedeelte van de autosnelweg Rijeka-Zagreb in Kroatië, langs de pan-Europese corridor die loopt van de Hongaarse grens via Kroatië naar de Sloveense grens. 112 miljoen euro ging naar Noorwegen voor de financiering van de aanleg van een vierbaansgedeelte van de autosnelweg E-18, een voortzetting van de Noordse driehoek, een prioritair TEN-vervoersproject, waardoor Noorwegen, Zweden, Finland en Denemarken worden verbonden met elkaar en met de rest van de Unie.
Financiering en expertise In een ex-postevaluatie van de kredietverlening van de EIB ten behoeve van TEN’s6, die werd uitgevoerd door de onafhankelijke afdeling Evaluatie van de verrichtingen van de Bank en in 2006 is gepubliceerd, werd geconcludeerd dat het sterkste punt van de Bank is gelegen in het feit dat zij in staat is tegen concurrerende tarieven en voorwaarden de voor een project benodigde, vaak zeer omvangrijke, financiële middelen te verstrekken, afgestemd op de behoeften van de kredietnemer. Daarnaast levert de Bank ook een belangrijke niet-financiële bijdrage. De EIB beschikt over ervaring en specialistische kennis; aangezien zij al in een vroeg stadium een rol speelt bij de opzet van projecten, is het mogelijk tijdig afspraken te maken over de rol van de betrokken partijen, de vorm van het project en de financiële structuur.
Overzicht van activiteiten 2006
31
EIB-Groep
TEN’s: vervoersnetwerken voor Europa
De EIB speelt een belangrijke rol bij de stimulering van particuliere investeringen in TEN’s, en is betrokken geweest bij publiek-private samenwerkingsverbanden (PPS) sinds het eind van de jaren 1980, toen deze voor het eerst ontstonden in het Verenigd Koninkrijk. De Bank is een van de belangrijkste financiers van dergelijke samenwerkingsverbanden: haar kredietportefeuille omvat meer dan 100 PPS met een gezamenlijke waarde van ongeveer 20 miljard euro. Op verzoek van de Oostenrijkse overheid nam de EIB in 2006 deel aan het eerste Oostenrijkse publiek-private autowegproject – eveneens een TEN. De Bank verstrekte een krediet van 350 miljoen euro voor de planning, aanleg en ingebruikname, in het noordoostelijke gedeelte van Wenen, van de A5, de noordelijke autosnelweg, en van gedeelten van de noordelijke rondweg om Wenen en de buitenste Ring. Met de investering zal de prioritaire TEN Gdańsk-Katowice-Zilina/Brno-Wenen worden verbeterd. Het project heeft de vorm van een concessie van 33 jaar, gebaseerd op een systeem van beschikbaarheidsvergoedingen en schaduwtolbetalingen.
Door de deelname van de EIB aan dit opmerkelijke publiek-private project kon de kredietnemer profiteren van veel voordeliger voorwaarden dan gebruikelijk, waardoor ook de publieke lasten lager zullen zijn. Om voorzieningen te treffen voor het kredietrisico dat wordt gelopen bij sommige vervoers-TEN’s, kan de EIB gebruik maken van haar faciliteit voor gestructureerde financiering, waardoor ook kredieten kunnen worden verstrekt ten behoeve van projecten met een lage kredietwaardigheid. Bovendien is vanaf 2007 een kredietgarantie-instrument voor vervoers-TEN’s operationeel, dat gefinancierd wordt uit reserves van de faciliteit voor gestructureerde financiering en begrotingsmiddelen van de EU; dit instrument is beschikbaar voor aanvullende kredieten die bestemd zijn voor dekking van het risico van te lage vervoersinkomsten in de beginfase. Daarnaast zal de technische bijstand die wordt geleverd via het initiatief JASPERS7 naar verwachting een belangrijke invloed uitoefenen op de ontwikkeling en uitvoering van vervoers-TEN’s.
„Evaluation of Cross-Border TEN Projects” (Evaluatie van grensoverschrijdende TEN-projecten), beschikbaar via de website van de EIB: www.eib.org. 7 Zie de paragraaf: „Evenwichtige ontwikkeling binnen de gehele Europese Unie”. 6
EIB-Groep
32
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning aan kleine en middelgrote ondernemingen De EIB en het Europees Investeringsfonds stellen gezamenlijk hun deskundigheid en ervaring ter beschikking om ondersteuning te bieden aan kleine en middelgrote ondernemingen (het MKB) in de Europese Unie. Door middel van hun in onderlinge samenwerking aangeboden financieringsinstrumenten zorgen zij ervoor dat de EIB-Groep een zo breed mogelijk scala aan MKB-investeringen kan ondersteunen. Met nieuw geopende kredietlijnen van de EIB en EIFinvesteringen in risicokapitaal en verstrekte garanties ten gunste van het MKB was in 2006 een bedrag van in totaal 8,6 miljard euro gemoeid; zo’n 209 000 kleine en middelgrote ondernemingen kwamen in aanmerking voor ondersteuning van de EIB of het EIF.
Kredietlijnen: de EIB-aanpak ten gunste van het MKB Bij de ondersteuning van het MKB kiest de EIB voor een benadering waarbij zij bemiddelende banken voorziet van aantrekkelijke financieringsmechanismen die zij vervolgens kunnen gebruiken bij de financiering van MKB-investeringen. Deze kredietlijnen vormen een financieringsinstrument dat van essentieel belang is voor de EIB, de bemiddelende banken en de ondernemingen waarvoor de kredieten bestemd zijn. De EIB zorgt voor de kredietverlening, terwijl de bemiddelende banken en financiële instellingen de plaatselijke markt tot in detail kennen; doordat aldus de sterke punten van beide partijen worden gecombineerd, krijgen kleine bedrijven een betere toegang tot financiering. Zonder de kredietlijnen voor de bemiddelende instellingen zou de Bank uitsluitend grote projecten financieren. De door het MKB opgenomen bedragen verschillen sterk; het uit hoofde van de kredietlijnen maximaal beschikbare bedrag is 12,5 miljoen euro per investering. In 2006 werden er in de Europese Unie via 118 bemiddelende instellingen 107 nieuwe EIB-kredietlijnen ondertekend. Al met al hebben in 2006 naar schatting 30 000 kleine en middelgrote ondernemingen baat gehad bij financiering door de EIB. In de hele Europese Unie werden 75 MKB-kredietlijnen geopend voor een bedrag van in totaal 6 miljard euro. Evenals directe leningen van de EIB kunnen door de EIB verstrekte kredietlijnen een hefboomeffect uitoefenen, doordat zij de toegang mogelijk maken tot
andere financieringsbronnen. In 2006 werd een specifiek met dit doel geconstrueerde kredietlijn van bijna 100 miljoen euro beschikbaar gesteld aan de Regionale investeringsmaatschappij van Brussel, die investeringen uitvoert voor het Hoofdstedelijk Gewest Brussel. De kredieten van de EIB zullen worden gebruikt voor medefinanciering van het MKB bij investeringen in de industriële en dienstensector, evenals in energie, milieubescherming, onderwijs en gezondheidszorg. De keuze van de MKB-investeringen zal worden gebaseerd op voorstellen aan de Regionale investeringsmaatschappij, door een groep gevestigde commerciële banken die op basis van risicodeling uit eigen middelen medefinanciering zullen verstrekken. Het MKB heeft ook meer financieringsmogelijkheden gekregen doordat het scala aan bemiddelende financiële instellingen is uitgebreid. Hoe meer bemiddelaars binnen een bepaalde markt EIB-financiering aanbieden, hoe meer aanbieders hun best doen MKB-klanten binnen te halen en hoe beter de voorwaarden die voor het MKB gelden. Zo werd in Tsjechië Komerčni Banka als nieuwe bemiddelaar geïntroduceerd. Komerčni Banka is een van de belangrijkste Tsjechische commerciële banken en beschikt over een grote kennis van de plaatselijke markt, met name door haar uitgebreide kantorennet. In 2006 beschikte deze bank over een EIB-kredietlijn van 37,5 miljoen euro, waarmee zij de tiende bemiddelende financiële instelling in Tsjechië werd. De kredietlijnen van de EIB kunnen ook worden ingezet in specifieke, welomschreven MKB-segmenten. In Duitsland werd bijvoorbeeld in 2006 in samenwerking met Deutsche Bank de eerste kredietlijn
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning aan kleine en middelgrote ondernemingen
Jeremie In 2006 ontstond het initiatief JEREMIE (gezamenlijke Europese hulpmiddelen voor zeer kleine tot middelgrote ondernemingen), een nieuw instrument ten behoeve van het MKB waarmee het aanbod aan financiële producten van de EIB-Groep opnieuw wordt uitgebreid. JEREMIE is een gezamenlijk initiatief van de Europese Commissie en de EIB-Groep waarmee wordt beoogd EU-lidstaten de mogelijkheid te bieden een gedeelte van de hun voor de begrotingsperiode 20072013 toegewezen bijdragen uit de Structuurfondsen te investeren in een doorlopend fonds, dat beheerd wordt door een bemiddelende instelling. Het doel hiervan is om kleine ondernemingen in regionale ontwikkelingsgebieden meer financieringsmogelijkheden te bieden, zoals faciliteiten voor startende ondernemingen en microkredieten met behulp van een toegesneden pakket van financiële producten Bij het EIF is hiertoe een speciaal JEREMIE-team in het leven geroepen. In samenwerking met autoriteiten in de lidstaten zijn deze specialistische medewerkers momenteel - tot eind 2007 - bezig te onderzoeken welke toegevoegde waarde JEREMIE in elk van de gevallen zou kunnen bieden. Er zijn in 2006 memoranda of verklaringen van overeenstemming ondertekend met Slowakije, Griekenland, Roemenië en Portugal; met een aantal andere lidstaten zijn de onderhandelingen in een vergevorderd stadium. JEREMIE vormt een innovatief vertrekpunt voor financiering van het MKB, omdat via dit initiatief de bijdragen uit de Structuurfondsen veel effectiever worden aangewend; bovendien is voorzien in een doorlopende financieringsfaciliteit via een dakfonds. Aldus worden nieuwe mogelijkheden gecreëerd en wordt afgestapt van de voorheen uitsluitend op subsidies gebaseerde financieringsbenadering van de Structuurfondsen.
ingesteld die volledig bestemd is voor middelgrote investeringen in onderzoek, ontwikkeling en innovatie. De EIB zal in dit verband 100 miljoen euro bijdragen aan investeringen (projectkosten van maximaal 25 miljoen euro, waarvan de helft wordt gefinancierd met middelen van de EIB) door relatief grote MKBbedrijven en andere particuliere ondernemingen of publiek-private instellingen, zoals researchconsortia.
leasecontracten die zijn aangegaan door Raiffeisen Leasing Polska, een toonaangevende Poolse leasemaatschappij, onderdeel van de Raiffeisen International Group. Door deze opzet kan de EIB het MKB op andere manieren ondersteunen dan via kredietlijnen. Ook het Europees Investeringsfonds is als garantieverstrekker bij deze transactie betrokken.
De kredietlijn van Deutsche Bank richt zich qua omvang op investeringen van relatief grote MKBondernemingen. Andere kredietlijnen zijn bestemd voor investeringen door kleine bedrijven en microondernemingen met minder dan 10 werknemers. Zo stelde de EIB in Polen een krediet van 50 miljoen euro ter beschikking aan Raiffeisen Leasing Polska voor investeringen van 10 000 tot 250 000 euro. Deze middelen zullen worden gebruikt voor de financiering van industriële projecten, voor het merendeel ten behoeve van de aankoop van transportuitrusting, alsmede van dienstverlening of toerisme. Deze financiële transactie kent een innovatieve opzet: er worden op activa gebaseerde zekerheden aangekocht die worden gedekt door vorderingen vanuit
Het EIF Het Europees Investeringsfonds is het enige orgaan van de Europese Unie dat zich heeft gespecialiseerd in financiering van het MKB. De EIB is meerderheidsaandeelhouder in het Fonds: 61,2% van de aandelen wordt gehouden door de EIB, terwijl de Europese Commissie 30% in handen heeft en financiële instellingen in zestien landen het resterende belang van 8,8% houden. De activiteiten van het EIF richten zich met name op risicokapitaal, garanties en aanverwante producten. In 2006 werden 183 000 kleine en middelgrote ondernemingen door het EIF ondersteund; in een derde van de gevallen betrof het micro-ondernemingen met minder dan 10 werknemers.
33
EIB-Groep
EIB-Groep
34
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning aan kleine en middelgrote ondernemingen
Activiteiten van het EIF
Het EIF opereert als een dakfonds dat (Mln) investeert in risico3 000 kapitaal, met name bij fondsen die 2 500 zich richten op de beginfase van de ontwikkeling van 2 000 geavanceerde technologieën bij het 1 500 MKB. Ook biedt het Fonds financiële 1 000 instellingen garanties ter dekking van 500 MKB- en microkredieten. Evenals de 0 EIB ondersteunt 2003 2004 2005 2006 het EIF het MKB via bemiddelende Risicokapitaaltransacties, ondertekend Garanties financiële instellingen, in dit geval risicokapitaalfondsen en banken. Ook maakt het EIF gebruik van eigen middelen – eind 2006 694 miljoen euro -, evenals van fondsen waarvoor het EIF een mandaat ontvangt van zijn aandeelhouders of van derde partijen. 2002-2006
2002
8
D e activiteiten van het EIF worden afzonderlijk verantwoord; zij zijn niet opgenomen bij de kredietverleningscijfers van de EIB.
In 2006 ondertekende het EIF risicokapitaalovereenkomsten voor 688 miljoen euro8; aan het eind van het jaar beliepen de risicokapitaalactiviteiten in totaal 3,8 miljard euro. Het EIF speelt met investeringen in 244 fondsen een belangrijke rol in de Europese risicokapitaalmarkt. Dit houdt niet alleen verband met de omvang en de spreiding van de investeringen van het Fonds, maar ook met de rol die het speelt als katalysator. Het EIF streeft ernaar een minderheidsbelang te houden en tevens door zijn „kwaliteitszegel” deelname van een brede kring van investeerders te stimuleren, met name vanuit de particuliere sector. In 2006 bleef het Fonds zijn investeringsstrategie verder verbreden: niet alleen werd tijdens het beginstadium geïnvesteerd in fondsen, maar ook gedurende de midden- of eindfase; ook werd geïnvesteerd in technologieoverdracht, om te bevorderen dat onderzoek een meer winstgevend karakter krijgt.
Daarnaast investeerde het EIF in 2006 voor het eerst in een 100% milieufonds, het Milieutechnologiefonds, waarbij het Fonds middelen van de Europese Commissie aanwendde. De garantieactiviteiten van het EIF beliepen in 2006 2 miljard euro. De totale garantieportefeuille bedroeg eind 2006 11,1 miljard euro, verspreid over 188 transacties. Het EIF biedt in het kader van haar garantieactiviteiten ten behoeve van het MKB twee belangrijke soorten productlijnen aan: verzekering van krediet en kredietondersteuning (effectisering). Bij de verzekering van krediet past het EIF een dekking via garanties of contragaranties toe voor de portefeuille van een tegenpartij (MKB-kredieten, microkredieten of leaseovereenkomsten); het Fonds neemt dan 50% van het kredietrisico van elke afzonderlijke leen- of leaseovereenkomst in de portefeuille op zich. Het effect is dat de tegenpartij meer kapitaal ter beschikking krijgt, waardoor er ruimte ontstaat voor verdere kredieten ten gunste van het MKB. De tegenpartijen zijn onder meer banken, leasemaatschappijen, garantie-instellingen en algemene investeringsinstellingen. Het EIF verricht deze activiteit gedeeltelijk op basis van financiering onder mandaat van de Europese Commissie en gedeeltelijk uit eigen middelen. Het EIF biedt ook ondersteuning bij de effectisering van krediet- en leaseovereenkomsten met het MKB, die door financiële instellingen worden gebundeld ten behoeve van de verkoop op kapitaalmarkten. Er werden in 2006 ongeveer twintig kredietondersteuningstransacties uitgevoerd, waaronder de eerste effectiseringsactiviteit waarbij meerdere landen en transactiebronnen (banken die de MKB-activa bundelen) betrokken waren; dit betrof KfW en Raiffeisenbank in Tsjechië en Raiffeisenbank Polska in Polen. Overigens werden de activa gedeeltelijk aangekocht door de EIB (zie de voorliggende paragraaf voor de rol die de Bank vervulde bij de activiteit van Raiffeisen Leasing Polska ten behoeve van MKB en microkredieten). Het EIF levert toegevoegde waarde doordat het Fonds zijn AAA-rating aanwendt om het effect van garantie- en effectiseringstransacties te verhogen.
Overzicht van activiteiten 2006
35
EIB-Groep
Een duurzame, concurrerende en continue energievoorziening De afgelopen tijd is er opnieuw veel aandacht voor de energievoorziening in Europa. De EIB heeft zich hier volledig achter geschaard en besloot in 2006 haar vele activiteiten in de energiesector te bundelen en deze tot een beleidsprioriteit te verheffen. Van nu af aan vormt een duurzame, concurrerende en continue energievoorziening een van de zes centrale beleidsdoelstellingen van de EIB.
Sinds de oliecrisis in de jaren 1970 en de nasleep hiervan hebben energievraagstukken niet meer zo prominent op de agenda van Europa gestaan als nu. De drie voornaamste onderwerpen zijn voor de EU en de EIB duurzaamheid, concurrentievermogen en continuïteit van de energievoorziening. Bij duurzaamheid gaat het om het terugdringen van het gebruik van eindige, niet-hernieuwbare energiebronnen en het tegengaan van het cumulatieve effect dat dit gebruik uitoefent op het natuurlijk milieu, in het bijzonder via CO² emissies. Concurrentievermogen houdt verband met de economische ontwikkeling van de Europese Unie: energie is immers essentieel voor alle sectoren van de economie. Continuïteit van de energievoorziening tenslotte is van belang omdat Europa steeds afhankelijker wordt van energievoorziening van buitenaf, waarbij er op het internationale vlak sprake is van vele risicofactoren. Er zijn vijf gebieden vastgesteld waarop de EIB kredieten in de energiesector kan verstrekken: duurzame energie, zuinige energie, energie-onderzoek, ontwikkeling en innovatie, continuïteit en diversificatie van de interne energievoorziening (met inbegrip van trans-Europese energienetwerken), en externe energiezekerheid en economische ontwikkeling. Vanaf 2007 zal er jaarlijks binnen en buiten de EU een bedrag van ongeveer 4 miljard euro aan kredieten worden verstrekt ten behoeve van energie-investeringen. Van het totale bedrag is 600-800 miljoen euro bestemd voor projecten voor duurzame energie, terwijl de helft van het kredietbedrag dat de Bank verstrekt voor nieuwe investeringen in elektriciteitsopwekking moet gaan naar technologieën voor duurzame energie.
Duurzame energie In 2006 werd door de Bank 524 miljoen euro aan kredieten verstrekt ten behoeve van projecten voor duurzame energie (doelstelling voor 2007: minimaal 600-800 miljoen euro), oftewel 31% van de kredietverlening van de Bank in het kader van elektriciteitsopwekking. In de vijfjaarsperiode 2002-2006 bedroeg de kredietverlening 2,2 miljard euro, oftewel 35% van de voor elektriciteitsproductie bestemde financiering. In Spanje leende de Bank in 2006 450 miljoen euro aan Iberdrola, de nummer één op de mondiale windenergiemarkt. Dit grootste EIB-krediet dat ooit voor de opwekking van duurzame energie werd verstrekt, is bestemd voor de ontwikkeling van 31 windmolenparken en twee mini-waterkrachtcentrales. In navolging van de recente trends gingen de investeringen in duurzame energie van de EIB de afgelopen jaren vooral naar windenergie. Het is echter de bedoeling meer spreiding aan te brengen in de portefeuille van de EIB voor duurzame energie ten gunste van nog niet ver ontwikkelde vormen, zoals zonne-energie en met name biobrandstoffen, evenals aan nieuwe duurzame technologieën met goede economische vooruitzichten voor de lange termijn. Het krediet van de Bank van 70 miljoen euro aan Andasol9 in Spanje, voor de eerste grootschalige commerciële krachtcentrale op basis van zonnewarmte in de Europese Unie, laat zien welke richting moet worden ingeslagen.
9
Vergelijk de paragraaf „Duurzaamheid van het milieu”.
EIB-Groep
36
Overzicht van activiteiten 2006
Een duurzame, concurrerende en betrouwbare energievoorziening
Zuinige energie De EIB wil meer accent leggen op energiebesparing in alle economische sectoren: industrie, vervoer, huisvesting, diensten, enz. In 2006 verstrekte de Bank 317 miljoen euro aan kredieten ten gunste van investeringen in zuinige energie in de Europese Unie. Gecombineerde generatie van warmte en elektriciteit alsmede stadsverwarmingsnetwerken vormen een prioriteit van de Bank. Grootschalige investeringen in energiebesparing zijn mogelijk en wenselijk, in het bijzonder in de lidstaten die in 2004 tot de EU toetraden, evenals in de nieuwe lidstaten Bulgarije en Roemenië en in buurlanden. De Bank leende 20 miljoen euro aan IRIDE, de autoriteit voor elektriciteit en gas, ten behoeve van de verhoging van de productiecapaciteit voor elektriciteit en de installatie van faciliteiten voor op afstand bedienbare elektronische meters in het elektriciteitdistributienetwerk van Turijn. Doel van de investering is zuiniger en rationeler met energie om te gaan en op een rendabele en milieuvriendelijke wijze te voldoen aan de huishoudelijke elektriciteitsbehoefte. Oudere, op stookolie gebaseerde warmtekrachttechnologie zal worden vervangen door een moderne, schonere en zuiniger technologie (gas-stroomcentrale) voor de productie van elektriciteit en warmtecapaciteit voor stadsverwarming. Door de installatie van digitale meters worden vraagbeheersing en een meer efficiënte vraagafstemming gestimuleerd, zodat energiebesparingen en een rationeler energieverbruik worden bevorderd.
Onderzoek, ontwikkeling en innovatie in de energiesector
10
Vergelijk de paragraaf „Ondersteuning voor innovatie”.
Dat de Bank veel belang hecht aan innovatie blijkt uit haar kredietverlening ten behoeve van onderzoek, ontwikkeling en innovatie in de energiesector10. Goede voorbeelden hiervan zijn de kredieten die zij in Duitsland verstrekte voor een groot investeringsprogramma voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie op het gebied van emissiereductie en veiligheid, evenals voor
de ontwikkeling van een door waterstof aangedreven personenauto. Bij haar inspanningen in het kader van onderzoek, ontwikkeling en innovatie in de energiesector volgt de Bank nauwgezet de activiteiten van de Europese technologieplatforms, zoals op het gebied van waterstof- en brandstofcellen en fotovoltaïsche en zonne-energie.
Trans-Europese energienetwerken De voorbereiding en uitvoering van trans-Europese energieprojecten beslaan een lange periode; de omvang van de investeringen – en de financiering – verschilt van jaar tot jaar. In 2006 verstrekte de EIB voor 321 miljoen euro aan kredieten ten gunste van energie-TEN’s, een relatief klein bedrag in vergelijking met voorgaande jaren. De financiering kwam ten goede aan gas- en elektriciteitsprojecten in Ierland, het Verenigd Koninkrijk en Griekenland. Een van de twee in Griekenland gefinancierde projecten is een prioritair trans-Europees energienetwerk; het betreft de aanleg en ingebruikname van een 85 kilometer lange gasleiding die de Griekse en Turkse nationale gassystemen moet verbinden tussen Komotini in Griekenland en de Grieks-Turkse grens. Deze leiding maakt het voor Griekenland mogelijk om via Turkije aardgas te importeren uit het Kaspische Zeegebied en het Midden-Oosten; aldus kan worden voldaan aan de groeiende vraag en is het land zekerder van een continue energievoorziening. Er zijn ook vertakkingen van de leiding gepland naar Italië en de Balkan, zodat ook een groter gedeelte van de Europese markt in de toekomst baat kan hebben bij dit project.
Externe energiezekerheid en economische ontwikkeling Buiten de Europese Unie biedt de EIB ondersteuning aan de EU-doelstelling inzake de oprichting van
Overzicht van activiteiten 2006
Een duurzame, concurrerende en betrouwbare energievoorziening
een pan-Europese energiegemeenschap met de buurlanden, en financiert de Bank, ook in partnerlanden, investeringen die een bijdrage leveren aan de vergroting van de betrouwbaarheid van de energievoorziening voor de Unie. De Bank ontwikkelt ook een reeks klimaatveranderingsprojecten en werkt mee aan investeringen waarmee – met name de armste groepen van de bevolking – meer toegang verkrijgen tot moderne energiebronnen. De EIB verstrekte in 2006 buiten de Europese Unie zo’n 1 miljard euro aan kredieten ten gunste van investeringen in energie; hiervan kwam 594 miljoen euro ten goede aan het Middellandse Zeegebied. De energievoorziening in de Mediterrane partnerlanden11 staat sterk onder druk, hetgeen de komende jaren alleen nog maar kan verergeren, omdat de vraag naar energie blijft toenemen. Momenteel beschikken 16 miljoen inwoners van de minst ontwikkelde gedeelten van het Middellandse Zeegebied nog steeds niet over elektriciteit.
elektrische voorzieningen en in betere transmissie en distributie. In Ghana ondersteunde de Bank de aanleg van een pijpleidingsysteem voor transport van aardgas van Nigeria naar Ghana, Togo en Benin, evenals een op basis van waterstroom werkende waterkrachtcentrale in Mali, waardoor de elektriciteitsvoorziening zowel in dit land als in Mauritanië en Senegal wordt verbeterd. In het Caribisch gebied financierde de EIB de bouw van een windmolenpark in Barbados en in het gebied van de Stille Oceaan een waterkrachtcentrale in Fiji. Een aanzienlijk deel van de projecten op het gebied van hernieuwbare energie die de afgelopen jaren door de Bank werden gefinancierd, bevond zich buiten de EU. In het kader van de nieuwe prioritaire energiedoelstelling zal in het bijzonder aandacht worden geschonken aan projecten buiten de Unie, waarmee de betrouwbaarheid van de energievoorziening van de EU wordt vergroot, zoals de aanleg van pijpleidingen en LNGterminals voor het transport van energie naar Europa.
Het Euro-Mediterrane partnerschap heeft dezelfde energiedoelstellingen als de EU: continuïteit in de elektriciteitsvoorziening, een concurrerende energiesector en energie-efficiëntie, dat alles onder milieuvriendelijke condities. De kredietverlening van de EIB in het kader van de Faciliteit voor Euro-Mediterrane Investeringen en Partnerschap (FEMIP) richt zich met name op de aanleg en modernisering van de energie-infrastructuur op nationaal en regionaal niveau en op een grotere integratie van de Euro-Mediterrane energiemarkten, zodat de continuïteit van de energievoorziening voor alle betrokken landen wordt vergroot. Sinds 2002 zijn er in het kader van de FEMIP twintig kredieten ondertekend voor energieprojecten in de Mediterrane partnerlanden, en wel voor 2,8 miljard euro oftewel 42% van de totale FEMIP-portefeuille. Energie-investeringen speelden ook een belangrijke rol in de landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, waar in 2006 een bedrag van 185 miljoen euro aan EIB-kredieten werd verstrekt. In Kameroen financierde de Bank het post-privatiseringsprogramma van AES Sonel voor investeringen in warmte- en hydro-
Zie de paragraaf „De zuidelijke en oostelijke buurlanden”.
11
37
EIB-Groep
EIB-Groep
38
Overzicht van activiteiten 2006
Voorbereiding van de uitbreiding van de Europese Unie De meest nabijgelegen niet-EU-landen waarin de EIB activiteiten ontplooit zijn de toetredende landen, de kandidaat-lidstaten en de landen in de westelijke Balkan – in de toekomst potentiële kandidaat-lidstaten van de EU. Bulgarije en Roemenië hadden in 2006 nog de status van toetredende landen, maar zijn per 1 januari 2007 lid van de Europese Unie geworden.
af voor twee kredietlijnen van elk 30 miljoen euro, ten behoeve van de financiering van kleinschalige investeringen door bedrijven en plaatselijke autoriteiten. In de periode voorafgaande aan de toetreding verstrekte de EIB aan Bulgarije voor in totaal 467 miljoen euro aan kredieten.
De EIB en Bulgarije ondertekenen op 5 oktober 2006 een samenwerkings overeenkomst
Bulgarije In de jaren voorafgaande aan de toetreding tot de EU verstrekte de EIB in Bulgarije kredieten ten behoeve van alle belangrijke sectoren van het land: basisinfrastructuren, industriële productie en diensten; ook werd via plaatselijke financiële instellingen financiering verschaft aan het MKB en aan gemeenten. In 2006 sloot de EIB met HVB Bank Biochim en DSK Bank overeenkomsten
In 2006 ondertekende de EIB met Bulgarije een memorandum van overeenstemming voor een ondersteuningskader waarbij de Bank gedurende de periode 2007-2013 jaarlijks 500-700 miljoen euro verstrekt ten behoeve van de investeringsprioriteiten van de Bulgaarse regering. De samenwerking zal zich richten op de verbetering en modernisering van de basisinfrastructuur van het land voor de sectoren vervoer en milieu (waarbij ook EU-subsidies en andere financieringsbronnen zullen worden aangewend); daarnaast worden technische bijstand en expertise aangeboden voor bepaalde projecten in het kader van de Cohesieen Structuurfondsen van de EU die in het nationale actieplan van JASPERS zijn omschreven, en wordt de Bulgaarse regering ondersteund bij de uitvoering van een nationaal programma voor publiekprivate samenwerkingsverbanden.
Uitbreidingslanden Kredieten verstrekt in 2006 (In mln EUR)
Totaal Turkije
1 827
Roemenië
679
Kroatië
270
Bulgarije FYROM Westelijke Balkan Uitbreidingslanden
60 10 403 3 248
Roemenië In 2006 verstrekte de EIB voor 679 miljoen euro kredieten aan Roemenië. De vervoerssector speelt in dit land van oudsher een belangrijke rol; in 2006 werd financiering verstrekt voor het lopende programma voor wegenherstel en voor de modernisering van de metro in Boekarest. De EIB richt zich bij voorrang op kleine en middelgrote bedrijfsinveste-
Overzicht van activiteiten 2006
Voorbereiding van de uitbreiding van de Europese Unie
EIB-Forum 2006: Zuidoost-Europa – een regio in beweging Het jaarlijkse Forum van de EIB is een platform voor actuele discussies en overleg tussen medewerkers en deskundigen van de Bank, en politieke, universitaire en zakelijke topfunctionarissen met wie zij samenwerkt. In oktober 2006 kwamen zo’n 600 personen op uitnodiging van de EIB bijeen in Athene om te bespreken hoe de politieke en economische integratie in Zuidoost-Europa kan worden versterkt zodat deze regio stabiliteit, groei, democratie en welvaart deelachtig kan worden. De deelnemers aan het Forum debatteerden over de vraag hoe de Europese Unie een impuls kan geven aan dit proces en over de rol die politieke leiders en het zakenleven in deze regio kunnen spelen: zij kunnen bewerkstelligen dat de samenwerking in de regio en de Europese integratie worden bevorderd en uiteindelijk een feit worden. Aangezien handel en efficiënte infrastructuurnetwerken bepalend zijn voor de economische dynamiek van de regio, legden de sprekers de nadruk op de rol die de publieke en particuliere sectoren spelen bij de totstandkoming van infrastructuurprojecten, de bevordering van grensoverschrijdende investeringen en de ontwikkeling van diensten; hierbij is het ook van belang dat de publieke sector en het bedrijfsleven toegang krijgen tot financiering (raadpleeg voor meer informatie over het Forum: EIB-Information nr. 125 of de website van de Bank). Na de EIB-Fora over een duurzaam milieu (Dublin, 2003), investeringen in de nieuwe lidstaten (Warschau, 2004), de Lissabon-strategie (Helsinki, 2005) en het Forum in Athene over Zuidoost-Europa in 2006 zal het volgende EIB-Forum, dat in september 2007 in Slovenië wordt gehouden, gewijd zijn aan investeren in energie en beheersing van klimaatverandering.
39
EIB-Groep
EIB-Groep
40
Overzicht van activiteiten 2006
Voorbereiding van de uitbreiding van de Europese Unie
ringen en gemeentelijke projecten en ondersteunt daarnaast projecten in de watersector. Voor de aanleg van een nieuw afvalwaterzuiveringsproject in Boekarest werd een krediet van 25 miljoen euro beschikbaar gesteld. 41,5 miljoen euro ging naar de renovatie van gemeentelijke rioleringssystemen en 29,5 miljoen euro naar de verbetering van de systemen voor gemeentelijke drinkwatervoorziening. Dit project is een onderdeel van het programma SAMTID, dat zich richt op de ontwikkeling van de infrastructuren van kleine en middelgrote steden. Hierbij worden kleinere gemeenten binnen één district gestimuleerd om zich te verenigen en exploitatie en beheer over te dragen aan regionaal opererende organisaties. Het project leidt tot verbetering van de watervoorziening, kostenbesparing en vermindering van lekkages: er worden netwerkleidingen en oude pompen vervangen en waterverbruikmeters geïnstalleerd. Het EIB-krediet wordt verleend in combinatie met het PHARE-programma van de EU. Tijdens het EIB-Forum dat in oktober 2006 in Athene werd georganiseerd (zie kader) ondertekende de Bank met Roemenië een soortgelijke kaderovereenkomst als met Bulgarije. De komende jaren kan de kredietverlening ten gunste van Roemenië 1 mil-
jard euro gaan belopen; de Bank zal er hierbij voor waken dat de projecten efficiënt en kosteneffectief worden gefinancierd en uitgevoerd. Naar verwachting kan de samenwerking verder worden versterkt door structurele hervormingen; ook de opening van een plaatselijk EIB/JASPERS-bureau begin 2007 kan een stimulerende rol spelen. Indien de macro-economische situatie stabiel is en de directe buitenlandse investeringen aanzienlijk van omvang blijven, zal de Bank waarschijnlijk ook meer gaan investeren in de particuliere sector. Kroatië en Turkije zijn toetredingslanden, aangezien de onderhandelingen voor hun toetreding tot de EU reeds zijn aangevangen. De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië geldt als kandidaat-lidstaat, omdat de toetredingsonderhandelingen nog niet van start zijn gegaan. Voor deze landen en de landen van de westelijke Balkan (Albanië, Bosnië en Herzegovina, Montenegro, Servië en Kosovo) heeft de EIB een pretoetredingsmandaat van de EU aanvaard voor een kredietbedrag van maximaal 8,7 miljard euro in de periode 2007-2013. De EIB zal ook in overweging nemen of zij het onder dit mandaat beschikbare kredietbedrag zal aanvullen met door haar op eigen risico te verstrekken kredieten.
Overzicht van activiteiten 2006
Voorbereiding van de uitbreiding van de Europese Unie
Kroatië Ter ondersteuning van de wens van Kroatië om lid te worden van de EU verstrekt de EIB kredieten voor projecten waarmee het land wordt geholpen om aan de toetredingscriteria te voldoen en snel in de Europese Unie te integreren. Sinds 2001 heeft de EIB in Kroatië voor meer dan 900 miljoen euro aan kredieten verstrekt. De kredieten richtten zich van meet af aan op de aanleg en wederopbouw van de infrastructuur van het land, en dan met name op het vervoersnetwerk. Dit gold ook in 2006, toen de EIB een recordbedrag van 270 miljoen euro leende voor vervoersinfrastructuren, waaronder het laatste gedeelte van de autosnelweg tussen Rijeka en Zagreb – een traject dat nog ontbrak in de pan-Europese corridor van de Hongaarse grens via Kroatië naar de Sloveense grens. De komende jaren is de Bank voornemens om Kroatië ook kredieten te gaan verlenen ten behoeve van milieu en menselijk kapitaal, dit alles in nauwe samenwerking met de Commissie en het instrument voor pretoetredingssteun van de EU.
Turkije In 2006 is de EIB zeer actief geweest in Turkije. Het aantal investeerders in dit land neemt toe, waarbij de start van de EU-toetredingsonderhandelingen een stimulerende rol speelt; tegen deze achtergrond groeide de kredietverlening van de EIB in Turkije in 2006 tot 1,8 miljard euro, zo’n 50% meer dan het voorgaande jaar. De EIB werkt samen met binnenlandse en buitenlandse industriële investeerders en biedt, doordat zij samenwerkt met een uitgebreid netwerk van plaatselijke banken, ondersteuning aan een MKB-sector die bruist van activiteit. Ook levert de Bank een bijdrage aan grootschalige industriële investeringen; zij verstrekte een krediet van 175 miljoen euro aan Turk Otomobil Fabrikasi voor de ontwikkeling en productie van commerciële wagens voor de Europese markt, in samenwerking met PSA Peugeot Citroën en Fiat.
Door sterke handelscontacten en een efficiënte infrastructuur, zoals vervoerscorridors, wordt de welvaart van het land bevorderd en wordt het rijp voor het lidmaatschap van de EU. In dit verband ging een groot deel van de door de Bank verstrekte kredieten naar investeringen in verbindingen, zoals de aanleg van een hogesnelheidslijn tussen Istanbul en Ankara, de vernieuwing en uitbreiding van de luchtvloot van Turkish Airways en investeringen in het netwerk voor mobiele telefonie van Vodafone-Turkije. De Bank ontplooit ook veel activiteiten ter verbetering van het systeem voor stadsvervoer in Istanbul. In 2006 werd een krediet van 400 miljoen euro besteed aan de aankoop van rijdend materieel dat bestemd is voor gebruik op het spoor tussen het Europese gedeelte van de stad en de voorstad Gedze aan de Aziatische kant, in een tunnel onder de Bosporus. Ook voor de aanleg van de tunnel zelf was eerder al een krediet verstrekt, voor een bedrag van 650 miljoen euro. De Bank financierde tevens voor 50 miljoen euro de aankoop van twee snelle veerboten voor de oversteek van de Bosporus; elk schip kan ongeveer 1 200 passagiers en meer dan 200 auto’s vervoeren. Als toetredingsland komt Turkije op basis van het nieuwe instrument voor pretoetredingssteun van de EU in de periode 2007-2013 in aanmerking voor bijdragen uit de EU-begroting. De EIB is in nauwe samenwerking met de Europese Commissie en de Turkse autoriteiten bezig toekomstige prioritaire investeringen vast te stellen, die aansluiten op zowel de nationale ontwikkelingsplannen als de prioriteiten van de EU. In de nabije toekomst is de Bank van plan bureaus te openen in Ankara en Istanbul.
Westelijke Balkan Ook in de landen van de westelijke Balkan bevorderen de financieringsactiviteiten van de EIB het proces van integratie in de Europese Unie. In meer algemene zin levert de ondersteuning van de EU en de
41
EIB-Groep
EIB-Groep
42
Overzicht van activiteiten 2006
Voorbereiding van de uitbreiding van de Europese Unie
EIB een bijdrage aan politieke en economische hervormingen en stimuleert deze bijstand het proces van sociale verzoening in de regio. Het welslagen van dit proces is van vitaal belang voor de betrokken landen en de Europese Unie in haar totaliteit. In 2006 verleende de EIB voor in totaal 412,5 miljoen euro aan kredieten voor projecten in de westelijke Balkan; dit was het hoogste jaarbedrag dat de Bank in deze regio ooit aan financiering verstrekte. Het totale kredietbedrag sinds 1995 bedroeg eind 2006 2,1 miljard euro. De EIB breidde haar financieringsactiviteit verder uit en verstrekte kredieten ten gunste van relatief nieuwe sectoren als gezondheidszorg en onderwijs. In Albanië ging 12,5 miljoen euro naar onderwijshervormingen, terwijl in Servië 80 miljoen euro werd besteed aan de modernisering van klinische centra. Bovendien ging de Bank ook over tot financiering van projecten ter verbetering van het milieu en de kwaliteit van het bestaan in de regio, zoals via een krediet van 5 miljoen euro voor de verbetering van de gemeentelijke water- en rioleringsinfrastructuur in Montenegro. Het accent van de financieringsactiviteiten van de EIB in de westelijke Balkan bleef echter liggen op de modernisering van infrastructuurnetwerken; hierbij werd prioriteit gegeven aan de bevordering van regionale integratie en het opheffen van knelpunten op wegen, spoor en energiesystemen. In 2006 financierde de Bank het herstel van wegen in Republika Srpska in Bosnië en Herzegovina, evenals reparaties aan wegen en bruggen in Servië en Montenegro, de bouw van een nieuwe terminal voor passagiersveerboten in de haven van Durrës in Albanië en de wederopbouw van gedeelten van het Servische spoornet; het laatste was dringend noodzakelijk om knelpunten in het systeem te verhelpen, vooral omdat de bewuste gedeelten gelegen zijn in een prioritaire pan-Europese corridor. Voor hetzelfde project verstrekte de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling financiering ten behoeve van de aankoop van rijdend materieel door de Servische spoorwegmaatschappij.
In 2006 werden voor een bedrag van 145 miljoen euro kredietlijnen beschikbaar gesteld voor ondersteuning van investeringen door het MKB en voor kleinschalige gemeentelijke projecten. De EIB treedt op als medefinancier van grote projecten in de regio en werkt hierbij samen met andere internationale financiële instellingen, in het bijzonder de EBRD, de Wereldbank en de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa, alsmede met bilaterale donoren. Ook werkt de Bank nauw samen met de Europese Commissie en het Europese Agentschap voor de Wederopbouw bij de voorbereiding en medefinanciering van projecten waarvoor in het kader van het nieuwe instrument voor pretoetredingssteun van de EU een bijdrage vanuit de EUbegroting kan worden verstrekt.
Overzicht van activiteiten 2006
43
EIB-Groep
De zuidelijke en oostelijke buurlanden Het Nabuurschapsbeleid van de EU is de drijvende kracht achter de activiteiten van de EIB in de landen die in het zuiden en oosten aan Europa grenzen. Hoe belangrijk deze landen voor de EU zijn, blijkt uit het in het 2006 door de Raad genomen besluit om de EIB voor de periode 20072013 ten behoeve van de buurlanden van de EU een nieuw kredietmandaat te verlenen voor een bedrag tot 12,4 miljard euro. Het betreft hier het grootste mandaat dat ooit voor een gebied buiten de Unie werd toegekend: het betekent dat de activiteit van de EIB in de Mediterrane partnerlanden (exclusief Turkije) feitelijk wordt verdubbeld en dat het voor de oostelijke buurlanden beschikbare kredietbedrag wordt verzesvoudigd.
FEMIP voor het Middellandse Zeegebied De FEMIP (Faciliteit voor Euro-Mediterrane Investeringen en Partnerschap) die onderdeel uitmaakt van het Barcelona-proces en sinds kort ook van het Europese Nabuurschapsbeleid, heeft tot doel de economische en sociale modernisering van de economieën van de Mediterrane partnerlanden te stimuleren en de regionale integratie te bevorderen, met name gedurende de periode van geleidelijke invoering van een vrijhandelszone met de EU, welke in 2010 een feit moet zijn. In het kader van de FEMIP past de Bank een breed scala aan instrumenten toe om ondersteuning te bieden aan de economische ontwikkeling van de Mediterrane partnerlanden. De EIB is uitgegroeid tot de voornaamste financiële partner van het Middellandse Zeegebied; de Bank heeft tussen 2002 en 2006 voor meer dan 11 miljard euro financiële steun verleend, waarvan 1,4 miljard euro in 2006. In het kader van de FEMIP wordt het accent gelegd op ondersteuning van de particuliere sector en het creëren van een investeringsvriendelijke omgeving, voornamelijk door de financiering van infrastructuren die de economische ontwikkeling een impuls kunnen geven. Daarnaast wordt in de context van de FEMIP steeds meer de dialoog aangegaan met alle partijen die betrokken zijn bij het Euro-Mediterrane partnerschap, zowel op institutioneel niveau als met vertegenwoordigers van de particuliere sector en de burgermaatschappij.
Landen in het Middellandse Zeegebied Kredieten verstrekt in 2006 (In mln EUR)
Middelen Totaal
eigen
Egypte
550
550
-
Marokko
290
280
10
Israël
275
275
-
Tunesië
154
154
-
Syrië
45
45
-
Regionaal
40
-
40
1 354
1 304
50
Middellandse Zeelanden
begroting
Ondersteuning aan de particuliere sector in 2006 In Egypte verstrekten de EIB bijvoorbeeld een krediet van 200 miljoen euro voor een methanolfabriek op mondiale schaal. Het project heeft betrekking op het ontwerp, de bouw en de ingebruikname van een fabriek waar zo’n 1,3 miljoen ton per jaar zal worden geproduceerd, voornamelijk voor de export. Wanneer er ook op plaatselijk niveau vraag ontstaat, zal de methanol ook aan de Egyptische industrie worden verkocht. Sinds in Egypte in de jaren 1990 aanzienlijke voorraden aardgas werden aangetroffen, heeft de Egyptische regering er in strategisch opzicht voor gekozen dit aardgas aan te wenden als brandstof voor de binnenlandse markt, als basismateriaal voor de petrochemische industrie alsmede ten behoeve van de export.
EIB-Groep
44
Overzicht van activiteiten 2006
De zuidelijke en oostelijke buurlanden
Jaarverslag van de FEMIP
De activiteiten van de FEMIP ten gunste van de particuliere sector betroffen in 2006 vooral kredietlijnen aan bemiddelende financiële instellingen en risicokapitaalinvesteringen in fondsen die in de Mediterrane partnerlanden opereren; in totaal was hiermee een bedrag van 165 miljoen euro gemoeid. Kredietlijnen die beschikbaar worden gesteld aan bemiddelende banken zijn bestemd om te worden doorgeleend aan plaatselijke kleine en middelgrote ondernemingen, die in het Middellandse Zeegebied, evenals overal elders, een belangrijke steunpilaar van de economie vormen. Zo leende de EIB in Israël, na tien jaar afwezigheid, 75 miljoen euro aan Bank Hapoalim ter ondersteuning van het MKB in de sectoren industrie, diensten, gezondheidszorg en onderwijs.
Het door de FEMIP verstrekte risicokapitaal is ook een doelmatig instrument voor de stimulering van de particuliere sector. Zo investeerde de EIB in 2006 10 miljoen euro in elk van vier regionale multisectorale fondsen: het in Beiroet gevestigde Euromena Fund, het Maghreb Private Equity Fund II, dat vanuit de regio zelf opereert, het Euromed Fund, dat vanuit Italië zijn activiteiten ontplooit, en het SGAM Al Kantara Fund, het eerste van dit soort fonds en dat door Societé Générale wordt gesponsord. Ook investeerde de Bank 8,5 miljoen euro in het Horus Food&Agribusiness Fund, dat gespecialiseerd is in de Egyptische landbouwindustrie. Risicokapitaal werd ook ingezet bij een microkrediet van de EIB in het Middellandse Zeegebied. De kredietnemer was Enda inter-arabe in Tunesië, een NGO die sinds 1995 microkredieten heeft verleend aan zo’n 30 000 micro-ondernemers, waarvan meer dan 85% vrouw is. Met het FEMIP-krediet wordt beoogd het kapitaal van Enda inter-arabe te versterken en de NGO in staat te stellen haar activiteiten uit te breiden naar de minst ontwikkelde regio’s in het land. Naast het EIB-krediet wordt technische bijstand aangeboden die gefinancierd wordt uit begrotingsmiddelen van de EU.
Energie en milieu De activiteiten die ingevolge de FEMIP in de Mediterrane energiesector worden ontplooid, worden nauw afgestemd op de prioriteiten van de EU voor deze sector: ontwikkeling van duurzame energie, concurrentievermogen en continuïteit van de energievoorziening. In 2006 stelde de Bank 600 miljoen euro beschikbaar voor energieprojecten in Egypte, Marokko en Tunesië – een bedrag dat al met al 44% van de totale kredietverlening in het Middellandse Zeegebied vertegenwoordigde. In Tunesië verleende de EIB een krediet van 114 miljoen euro voor de bouw van een krachtcentrale met gecombineerde cyclus op basis van aardgas-stroom te Ghannouch. Met deze investering kan gedeeltelijk
Overzicht van activiteiten 2006
45
EIB-Groep
De zuidelijke en oostelijke buurlanden
worden tegemoetgekomen aan de continu stijgende vraag naar elektriciteit in het land en wordt Tunesië tevens aantrekkelijker als vestigingsland voor indus triële activiteiten en diensten, in het bijzonder in de toeristische sector. In Egypte ging een krediet van 260 miljoen euro naar twee andere krachtcentrales met gecombineerde cyclus. Hier zal elektriciteit worden geproduceerd tegen een concurrerende prijs, terwijl de belasting van het milieu beperkt blijft. Ten behoeve van de toekomstige uitbreiding van investeringen in de sector duurzame energie lopen momenteel drie onderzoeken van het FEMIP-Trustfonds. Een hiervan richt zich op duurzame energie in de Mediterrane partnerlanden. Het wordt uitgevoerd in samenwerking met de „Agence de l’Environnement et de la Maîtrise d’Energie” en de „Agence Française de Développement”. Bij een ander onderzoek wordt nagegaan welke mogelijkheden er in het Middellandse Zeegebied liggen voor het financieren en crediteren van koolstof, zodat prioritaire sectoren in kaart kunnen worden gebracht en
een overzicht van projecten kan worden gemaakt, die de EIB de komende jaren zou kunnen ondersteunen. Ten slotte is een onderzoek van start gegaan waarmee wordt beoogd na te gaan welke mogelijkheden er liggen voor duurzame, milieuvriendelijke biobrandstofproductie in de FEMIP-landen; over dit onderwerp is momenteel uitsluitend versnipperde informatie beschikbaar. In 2006 werd 325 miljoen euro aan EIB-kredieten beschikbaar gesteld voor milieubeschermingsprojecten in het Middellandse Zeegebied. De financiering richtte zich op de meest urgente milieuproblemen, met name op water en rioleringsprojecten in Israël, Marokko, Syrië en Tunesië. In Marokko was een krediet van 40 miljoen euro bestemd voor verbetering en uitbreiding van de rioleringsstelsels in stedelijke centra in het wadi Sebu bekken, dat gelegen is tussen Taza in het oosten en Kénitra aan de Atlantische kust. De lening gaat naar het netwerk voor afvalwateropvang en afvoer van overtollig regenwater, alsmede naar de bouw van een tweede afvalwater-
Bijeenkomst van de FEMIP-Ministerraad in Tunis
EIB-Groep
46
Overzicht van activiteiten 2006
De zuidelijke en oostelijke buurlanden
bedrijf. Gezien de aanzienlijke milieu-effecten van het project wordt het bovendien ondersteund via een rentesubsidie uit begrotingsmiddelen van de EU. 4 miljoen euro aan technische bijstand in het kader van de FEMIP is gereserveerd voor de projectorganisatie en voor werkzaamheden waarmee de institutionele capaciteit van de kredietnemer wordt vergroot. Meer in het algemeen ontwikkelt de Europese Commissie momenteel een grootschalig langetermijnprogramma voor het terugdringen van de verontreiniging van de Middellandse Zee. Bij dit initiatief, dat bekendstaat onder de naam Horizon 2020, werkt een aantal partners samen, waaronder de EIB. In het kader van de FEMIP zal de Bank haar aandacht richten op het terugdringen van de voornaamste vervuilingsbronnen en zal zij een aantal vanuit bancair oogpunt acceptabele investeringsprojecten ontwikkelen, dit alles in nauwe samenwerking met andere multilaterale banken en het DG Milieu van de Commissie.
Hulp aan Libanon Tijdens de internationale donorconferentie, die in januari 2007 plaatsvond in Parijs, zegde de EIB toe ondersteuning te bieden aan het door de Libanese regering opgestelde plan voor herstel, wederopbouw en hervorming, en wel door de komende zes jaar een bedrag van 960 miljoen euro ter beschikking te stellen voor belangrijke projecten in het kader van het programma voor overheidsinvesteringen alsmede voor investeringen in de particuliere sector. De Bank, die reeds lang met Libanon samenwerkt, zal infrastructuurprojecten blijven financieren (vooral op het gebied van vervoer en afvalwater); nieuwe EIB-kredieten zullen gaan naar ondersteuning van kleine en middelgrote ondernemingen waarvan de activiteiten door het recente conflict werden onderbroken, naar sectorale hervormingen – vooral in de energiesector – en naar investeringen in de particuliere sector. Daarnaast zullen subsidies worden verleend ten behoeve van technische bijstand bij de voorbereiding en uitvoering van projecten en ter ondersteuning van het proces van privatisering.
Tenuitvoerlegging van het nieuwe FEMIP-mandaat De activiteiten van de EIB in het Middellandse Zeegebied zijn in de eerste plaats gericht op financiële ondersteuning. Partnerschap houdt echter ook in dat er een beleidsmatige dialoog wordt gevoerd met de belanghebbenden: de betrokken landen, de particuliere sector en de burgermaatschappij. In het nieuwe mandaat wordt voorzien in versterking van het partnerschap en de wederzijdse contacten op drie niveaus. Op regeringsschaal zullen FEMIPMinisterraden verantwoordelijk zijn voor de strategische beleidsvorming op hoog niveau. De eerste ministeriële vergadering in het kader van het nieuwe mandaat zal in mei 2007 op Cyprus plaatsvinden. Op meer praktisch niveau zal een commissie, bestaande uit vertegenwoordigers van de EU, de Mediterrane partnerlanden en de Europese Commissie, regelmatig overleg voeren over de strategie van de FEMIP, de ministers adviseren met betrekking tot specifieke onderwerpen, zoals sectorale analyse en het opzetten van nieuwe financieringsinstrumenten, alsmede haar goedkeuring hechten aan het jaarverslag van de FEMIP. Ten slotte zullen er in het kader van de FEMIP conferenties worden georganiseerd, waar vertegenwoordigers uit de particuliere en publieke sectoren, wetenschappers en andere belanghebbenden zullen discussiëren over door de Ministerraad geselecteerde onderwerpen. In 2006 werd in Monaco een conferentie gehouden over noodzakelijke investeringen in vervoerssystemen in het Middellandse Zeegebied.
Rusland en andere oostelijke buurlanden Hoewel de EIB al zo’n dertig jaar actief is in het Middellandse Zeegebied werd het eerste EIB-krediet voor een project in Rusland pas in 2003 verleend. De mandaten met betrekking tot EIB-activiteiten in het oosten waren in verhouding tot het Middellandse Zeegebied bovendien relatief beperkt. Naarmate de EU meer belangstelling krijgt voor dit deel van
Overzicht van activiteiten 2006
47
EIB-Groep
De zuidelijke en oostelijke buurlanden
de wereld wordt ook de omvang van de mandaten steeds groter. Betrof het oorspronkelijk, in 2001, 100 miljoen euro voor Rusland, tot januari 2007 is 500 miljoen euro naar Rusland, Wit-Rusland, Moldavië en Oekraïne gegaan, terwijl in de periode 2007-2013 3,7 miljard euro is uitgetrokken voor genoemde landen plus de zuidelijke Kaukasus. Het eerste EIB-mandaat van 100 miljoen euro richtte zich specifiek op milieuprojecten langs de Baltische zee in Rusland. Dit resulteerde in drie door de Bank gefinancierde initiatieven voor in totaal 85 miljoen euro ten gunste van waterprojecten in de regio SintPetersburg, die alle medegefinancierd werden door de EBRD en de Noordse Investeringsbank (NIB). Het tweede mandaat van 500 miljoen euro was bestemd voor de financiering van voor de EU belangrijke projecten in Rusland, Oekraïne, Moldavië en WitRusland, zowel in de milieusector als voor vervoers-, telecommunicatie- en energie-infrastructuren voor prioritaire trans-Europese netwerken met grensoverschrijdende belangen voor een EU-lidstaat. In 2006 keurde de Bank een eerste krediet van 200 miljoen euro goed ten behoeve van het herstel van de laatste gedeelten van de autosnelweg M-06 in Oekraïne, tussen Kiev en Brody langs de pan-Europese corridors III en V. Het project komt tot stand op basis van medefinanciering met de EBRD.
Wil de EIB in het kader van het mandaat activiteiten kunnen ontplooien in afzonderlijke landen, dan moeten er kaderovereenkomsten worden afgesloten tussen de Bank en het betrokken land. Voorheen bestonden dergelijke overeenkomsten alleen met Rusland en Oekraïne, maar in 2006 kwam ook een overeenkomst met Moldavië tot stand, zodat de EIB in de toekomst in dit land verder actief kan worden. Ook belangrijk voor de kredietverlening van de Bank in de oostelijke buurlanden was de ondertekening op 15 december 2006 van een memorandum van overeenstemming tussen de Europese Commissie, de EIB en de EBRD betreffende een nauwere samenwerking in de oostelijke buurlanden. De investeringen in Rusland, Oekraïne en Moldavië zullen, evenals die in Armenië, Azerbeidzjan en Georgië in de zuidelijke Kaukasus, in de periode 20072013 gericht zijn op de sectoren die onder eerdere mandaten vielen; daarnaast zal echter nieuwe prioriteit worden gegeven aan projecten in de energiesector, in het bijzonder projecten die betrekking hebben op strategische energievoorziening, evenals aan vervoersprojecten.
De EIB, de EBRD en de Commissie versterken hun samenwerking in Oost-Europa, de zuidelijke Kaukasus, Rusland en CentraalAzië
EIB-Groep
48
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning van de partnerlanden De EIB financiert investeringen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS), evenals in Azië en Latijns-Amerika (ALA). De kredietverlening door de Bank vindt plaats onder mandaat van de Europese Unie, maar de mandaten in de ACS- en ALA-landen hebben een heel verschillend karakter. In de ACS-landen helpt de EIB met de uitvoering van het ontwikkelingsbeleid van de EU, terwijl in de ALA-landen altijd de nadruk heeft gelegen op economische samenwerking tussen de Unie en haar partnerlanden.
Landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan alsmede Zuid-Afrika Kredieten verstrekt in 2006 (In mln EUR)
Totaal Afrika
Middelen eigen budgetair
564
133
431
Westelijk
218
115
103
Zuidelijk en Indische Oceaan
146
18
128
Centraal en Equatoriaal
101
-
101
Oostelijk
56
-
56
Multiregionaal
43
-
43
Caribisch gebied
41
10
31
Stille Oceaan
37
25
13
-
-
-
Multiregionaal
103
-
103
ACS-LGO
745
167
578
80
80
-
LGO
Zuid-Afrika
De EIB in de ACS-landen
12
I nclusief 8,5 miljoen euro uit hoofde van de overeenkomst van Lomé IVbis.
De basis voor de activiteiten van de Bank in de ACSlanden is de partnerschapsovereenkomst van Cotonou tussen de EU en de 79 ACS-landen. De centrale doelstelling van de overeenkomst van Cotonou, de opvolger van de voormalige overeenkomsten van Yaoundé en Lomé, is de vermindering en uitbanning van armoede, alsmede de integratie van de ACS-economieën in de wereldeconomie. Voor de periode 2003-2007 mag de EIB uit haar eigen middelen kredieten verstrekken tot 1,7 miljard euro, evenals 2 miljard euro uit de Investeringsfaciliteit, een doorlopend fonds dat door het Europees Ontwikkelingsfonds
wordt gefinancierd en door de Bank wordt beheerd. De Investeringsfaciliteit is opgezet ter ondersteuning van investeringen in particuliere ondernemingen en commercieel geleide organisaties in de publieke sector die actief zijn binnen de sectoren vervoer, water, energie en telecommunicatie, waarbij wordt geïnvesteerd in infrastructuren die noodzakelijk zijn voor de ontwikkeling van de particuliere sector. Projecten met een belangrijke milieu- en/of sociale component dan wel projecten in de publieke sector in landen die economische aanpassingsprogramma’s uitvoeren, komen normaal gesproken in aanmerking voor rentesubsidies. De kredietverlening door de EIB in ZuidAfrika valt onder een afzonderlijk mandaat dat voor de periode 2000-2006 voorziet in een bedrag tot 825 miljoen euro. De kredietverstrekking door de EIB in ACS-landen bedroeg in 2006 745 miljoen euro (tegenover 537 miljoen euro in 2005), waarbij 578 miljoen euro afkomstig was van middelen van het Europees Ontwikkelingsfonds12 en 167 miljoen euro van eigen middelen van de Bank. In het kader van de overeenkomst van Cotonou heeft de Investeringsfaciliteit een groot aantal activiteiten ontplooid, met sinds 2003 ondertekende overeenkomsten ten bedrage van bijna 1 400 miljoen euro. Het accent heeft tot dusverre duidelijk gelegen op projecten in de particuliere sector: 81% van de portefeuille van de Faciliteit aan het eind van 2006. Sectoraal gezien is 53% van de portefeuille gericht op financiële dienstverlening – waarbij de Bank tot dusverre goede resultaten heeft geboekt bij de ontwikkeling van activiteiten op het gebied van microkredieten in de ACS-landen en in het bijzonder in Afrika beneden de Sahara – en 20% op industriële investeringen (inclusief acti-
Overzicht van activiteiten 2006
49
EIB-Groep
Ondersteuning van de partnerlanden
Jaarverslag van de Investeringsfaciliteit van de overeenkomst van Cotonou
viteiten in de mijnbouw). De resterende 26% heeft betrekking op basisinfrastructuren (investeringen in energie, water, vervoer en telecommunicatie). Kredieten uit eigen middelen van de Bank beliepen eind 2006 in totaal 386 miljoen euro, waarvan meer dan de helft bestemd was voor projecten in de particuliere sector. Industrie (inclusief mijnbouw) en basisinfrastructuren waren samen goed voor 65% van de kredietverstrekking uit eigen middelen. Bescherming van het milieu speelt een belangrijke rol in de ACS-landen, in het bijzonder projecten met betrekking tot water en sanitaire voorzieningen (zie het kader over de watervoorziening in Mozambique), maar ook investeringen in duurzame energie. In 2006 verstrekte de Bank een krediet van 9,75 miljoen euro uit eigen middelen aan de Barbados Light and Power Company voor een windenergieproject. Dit project dient ter vervanging van het gebruik van dure fossiele brandstoffen en vermindert de uitstoot in de atmosfeer. Het krediet ging gepaard met een rentesubsidie uit milieuoverwegingen. De investering werd gefinancierd via de Financieringsfaciliteit klimaatverandering van de EIB en komt waarschijnlijk in aanmerking voor registratie in het kader van het Mechanisme voor schone ontwikkeling van het Kyoto-Protocol. De projectopdrachtgever heeft een beroep gedaan op de Faciliteit technische bijstand klimaatverandering van de Bank om de registratie te vergemakkelijken. De EIB heeft eveneens een krediet van 24,5 miljoen euro verstrekt voor de bouw van een waterkrachtcentrale in Fiji. In 2006 werden de activiteiten van de Bank in ZuidAfrika beperkt door de naderende afloop van het lopende mandaat per eind 2006 en de daaruit voortvloeiende beperkte beschikbaarheid van middelen. De EIB verleende een krediet van 80 miljoen euro uit eigen middelen aan ESKOM Holdings Ltd voor de bouw van een nieuwe hoogspanningsverbinding tussen Johannesburg en Kaapstad. ESKOM is het elektriciteitsbedrijf van het land dat volledig in handen van de staat is. Uit hoofde van het mandaat 2002-2006 heeft de Bank kredieten verstrekt aan het MKB (260 miljoen euro) en heeft zij investe-
ringen gedaan in milieubescherming (245 miljoen euro) en energie (130 miljoen euro).
Financiële dienstverlening Verrichtingen in samenwerking met de financiële sector, in het bijzonder het doorsluizen van middelen via lokale financiële instellingen en participatiefondsen, dienen in het algemeen een dubbel doel: enerzijds ondersteunen zij de ontwikkeling van lokale financiële markten en anderzijds worden aldus kredieten verstrekt aan kleinere ondernemingen, inclusief micro-ondernemingen. In 2006 heeft de Bank, via de Investeringsfaciliteit, een krediet verstrekt ter ondersteuning van de ontwikkeling van de First Bank of Nigeria (FBN), een van de grootste banken van het land, die een start heeft gemaakt met een verregaand moderniseringsproces. Dankzij haar unieke positie en na haar geplande fusie met Ecobank is FBN op weg een vooraanstaande rol te gaan spelen bij de financiële versterking en economische integratie in West-Afrika. FBN zal haar nieuwe regionale netwerk benutten voor het verbeteren van de dienstverlening aan commerciële klanten en het bedrijfsleven. Via dit krediet heeft FBN toegang tot een bron van stabiele langetermijnfinanciering om haar strategieën uit te voeren. Door het aanbieden van aanvullend kapitaal vormt de Investeringsfaciliteit tevens de katalysator voor het vergroten van de stroom kredieten vanuit de particuliere sector aan FBN, waardoor haar financieringsbasis wordt gespreid. De EIB heeft eveneens 5 miljoen USD bijgedragen aan het Keniaanse MKB-fonds Business Partners International, een vennootschap die investeert in jonge middelgrote ondernemingen. Het fonds wordt medegesponsord door IFC en Business Partners International, een dochteronderneming van Business Partners Ltd, een Zuid-Afrikaanse specialist in investeringen in het MKB. Ook dit fonds zal profiteren van
EIB-Groep
50
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning van de partnerlanden
Schoon drinkwater voor de armen van Maputo, Mozambique In 2006 heeft de EIB 31 miljoen euro aan kredieten verstrekt voor de verbetering en uitbreiding van het watervoorzieningssysteem in Maputo, Mozambique. De projectopdrachtgever, de watervoorzieningsmaatschappij Maputo, bedient de agglomeratie Maputo met 1,7 miljoen inwoners. In dit gebied leeft de helft van de bevolking in absolute armoede en slechts 40% heeft toegang tot schoon drinkwater. Doordat het bevolkingsdeel dat toegang heeft tot schoon drinkwater aanzienlijk wordt vergroot levert het EIB-project een bijdrage aan de verwezenlijking van de millennium-ontwikkelingsdoelstellingen van Mozambique met betrekking tot water, gezondheid en het bestrijden van armoede, doelen die centraal staan in de door het land gevolgde strategie ter vermindering van de armoede. De zevende millennium-ontwikkelingsdoelstelling van de VN – gericht op een duurzaam milieu – heeft als subdoelen onder meer het tot de helft terugbrengen van het gedeelte van de bevolking dat geen duurzame toegang heeft tot schoon drinkwater, alsmede het verbeteren van de sanitaire voorzieningen. Het Maputo-waterproject heeft vier specifieke doelstellingen: vergroting van de geïnstalleerde productiecapaciteit ter garandering van een constante voorziening aan de 730 000 mensen die momenteel aangesloten zijn op het bestaande waterleidingsysteem (momenteel voorziet het systeem niet in levering van 24 uur per dag) en het vergroten van de op het net aangesloten bevolking met 467 000 mensen in 2010 en nog eens 145 000 in 2014; verbetering van de prestatie van het systeem door vermindering van niet geregistreerd “ongemeten” water; uitbreiding van de watervoorziening in de armere gebieden in de buitenwijken van de stad met de steun van kleine plaatselijke particuliere aanbieders, om nog eens 110 000 mensen te laten profiteren van de diensten; en de verbetering van de capaciteit en de financiële levensvatbaarheid van het watervoorzieningsbedrijf, waardoor de waterdiensten in alle steden onder verantwoordelijkheid van de opdrachtgever kunnen worden verbeterd. Het project bouwt voort op eerdere sectorale hervormingen en projectwerkzaamheden door de Wereldbank en zorgt voor een samengaan van de nationale waterinstantie FIPAG (Fundo do Investimento e Património do Abastecimento de Água) en de regering van Mozambique enerzijds met een groep internationale ontwikkelingsfinancieringsorganisaties anderzijds: de EIB, de Waterfaciliteit van de Europese Commissie, de FMO uit Nederland en de Agence Française de Développement. Duurzaamheid en haalbaarheid worden bereikt door een combinatie van financiering tegen lage kosten, een goed functionerend toezichthouderschap (in het bijzonder betreffende tarieven en institutionele autonomie), goed opgezette en gereguleerde participatie door de particuliere sector bij het leveren van diensten, en betrokkenheid van plaatselijke NGO’s.
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning van de partnerlanden
de steun en betrokkenheid van de regionale vertegenwoordiging van de EIB in Nairobi.
Nauwe samenwerking met de Europese Commissie Het samenbrengen van de expertise en de financiële middelen van de EIB en de Europese Commissie is zeer effectief gebleken. In 2006 tekenden deze twee instellingen een memorandum van overeenstemming voor het creëren van een trustfonds ter ondersteuning van de regionale infrastructuur in Afrika. Via dit trustfonds, dat ook open zal staan voor bijdragen vanuit de lidstaten, zal de Europese Commissie in eerste instantie tot 60 miljoen euro aan rentesubsidies verstrekken naast ongeveer 260 miljoen euro aan kredieten van de EIB. Langs dezelfde lijnen werd goede vooruitgang geboekt bij de tenuitvoerlegging van projecten in Ethiopië, Madagaskar en Mozambique; hier betrof het EIB-kredieten in combinatie met technische ondersteuning en subsidies uit hoofde van de ACS-EU-waterfaciliteit, die in 2004 in het leven werd geroepen ter bevordering en ondersteuning
van investeringen in de watersector in de ACS-landen. Afzonderlijk daarvan werd een nieuwe specifieke faciliteit voorbereiding waterprojecten van de EIB opgezet ten bedrage van 3 miljoen euro voor de financiering van de voorbereiding van ten minste acht projecten voor water en sanitaire voorzieningen in de ACS-landen gedurende de komende drie jaar. Daarnaast heeft de EIB van de Europese Commissie het verzoek gekregen adviesdiensten te leveren in het kader van de implementatie van haar tweede faciliteit voor risicokapitaal in Zuid-Afrika, een op speciale sectoren gericht programma van 50 miljoen euro over een periode van vijf jaar. Dit programma is een voortzetting van de succesvolle faciliteit voor risicokapitaal die in 2002 van start ging, waarbij de EIB ook reeds was betrokken: het is gericht op het verstrekken van eigen vermogen en quasi-eigen vermogen aan kleine en middelgrote bedrijven die eigendom zijn van historisch benadeelde personen in Zuid-Afrika. De bijdrage van de EIB bestaat erin dat zij de EU-Commissie van advies dient bij het ontwerp en de totstandkoming van de faciliteit en vervolgens participeert in de technische evaluatie en goedkeuring van de investeringsvoorstellen, zonder dat de Bank verder op enige wijze betrokken is bij het financiële beheer van de fondsen zelf.
51
EIB-Groep
EIB-Groep
52
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning van de partnerlanden
De EIB en Azië en Latijns-Amerika Kredieten verstrekt in 2006
Vooruitblik (In mln EUR)
De overeenkomst van Cotonou is in ju240 ni 2000 afgesloten 100 voor een periode 40 van twintig jaar, 40 met protocollen 40 voor iedere opeen20 volgende periode 243 van vijf tot zes jaar. 120 Het eerste proto50 col, dat de periode 38 2003-2007 omvatte, 35 zal spoedig ten 483 einde lopen. Het tweede protocol, voor 2008-2013, voorziet in een aanvullend bedrag van 1,1 miljard euro voor de Investeringsfaciliteit en 2 miljard euro uit de eigen middelen van de Bank, waaraan een dotatie van nog eens 400 miljoen euro moet worden toegevoegd voor rentesubsidies en technische ondersteuning. Uit hoofde van de nieuwe externe mandaten wordt van 2007 tot 2013 een bedrag van 900 miljoen euro beschikbaar gesteld voor projecten in Zuid-Afrika. Totaal
Latijns-Amerika Colombia Brazilië Ecuador Peru Honduras Azië Sri Lanka Maldiven Vietnam Pakistan Azië en Latijns-Amerika
In de komende jaren zal de Bank het accent leggen op infrastructuren en financiële sectoren. Voor wat betreft infrastructuren zal de nadruk liggen op basisinvesteringen, zoals in energie, water en projecten voor sanitaire voorzieningen. Projecten in de particuliere sector en regionale initiatieven, dat wil zeggen projecten die betrekking hebben op of gevolgen hebben voor meerdere landen, zullen ook prioriteit genieten.
De EIB en Azië en Latijns-Amerika Het EIB-mandaat voor kredietverstrekking in Azië en Latijns-Amerika gedurende de periode 2000-2006 voorzag in een bedrag tot 2 480 miljoen euro aan
kredieten ter ondersteuning van investeringen die van wederzijds belang zijn voor de Europese Unie en het ontvangende land. Het doel was de economische samenwerking te ondersteunen. Eind 2006 had de Bank 2 425 miljoen euro aan kredieten verstrekt. In 2006 bedroeg het totale kredietbedrag dat de EIB verstrekte voor projecten in Azië en Latijns-Amerika 483 miljoen euro, waarvan 240 miljoen euro in Latijns-Amerika (Brazilië, Colombia, Ecuador, Honduras en Peru) en 243 miljoen euro in Azië (Pakistan, Vietnam, Sri Lanka en de Maldiven). In Latijns-Amerika heeft de Bank een lening ondertekend van 20 miljoen euro aan de Centrale Amerikaanse Bank voor Economische Integratie voor de aanleg van een doorgangsweg in Honduras die de kusten van de Atlantische en de Stille Oceaan met elkaar verbindt. Het project maakt deel uit van het Plan Puebla - Panama, een regionaal actieplan voor de verbetering van de grensoverschrijdende infrastructuur in Midden-Amerika en Mexico. Andere kredieten gingen naar het ontwerp en de modernisering van digitale mobiele telefoonnetwerken in Colombia, Ecuador en Peru, evenals naar investeringen in bandenfabrieken van Michelin in Brazilië. In Azië heeft de EIB een bijdrage geleverd aan de internationale en door de EU geleverde inspanningen ter leniging van de gevolgen van natuurrampen in dit gebied, met name door middel van kredieten ter financiering van de wederopbouw in de Maldiven en Sri Lanka na de tsunami. In Pakistan werd een krediet verleend voor de bouw van een cementfabriek. Dit project is belangrijk voor de wederopbouw na de aardbeving die het land in oktober 2005 trof. In Vietnam financierde de Bank de bouw van zelfbedieningswarenhuizen door Metro Cash & Carry. Sinds zij in 1993 is begonnen met kredietverlening in de ALA-landen heeft de EIB bijna honderd leningen verstrekt voor een totaalbedrag van 4 762 miljoen euro, waarvan 55% naar projecten in Latijns-Amerika en 45% naar projecten in Azië ging.
Overzicht van activiteiten 2006
Ondersteuning van de partnerlanden
Het nieuwe ALA-mandaat Uit hoofde van het nieuwe mandaat van de EIB voor de periode 2007-2013 kan de Bank tot 3,8 miljard euro aan kredieten verstrekken in de ALA-partnerlanden. Dit is een toename ten opzichte van het vorige mandaat. Het nieuwe mandaat is onderverdeeld naar indicatieve plafonds van 2,8 miljard euro voor kredietverstrekking in Latijns-Amerika en 1,0 miljard euro voor Azië.
Opdat de EIB de samenwerkingsstrategie van de EU in de ALA-landen beter kan ondersteunen, is de sectorale en geografische reikwijdte van het mandaat vergroot. In het bijzonder kan de Bank nu projecten financieren die bijdragen aan een duurzaam milieu, bijvoorbeeld op het gebied van klimaatverandering en van de energievoorziening van de EU. De Bank zal ook kracht blijven bijzetten aan de aanwezigheid van de EU in de betrokken landen via directe buitenlandse investeringen en de overdracht van technologie en expertise.
De reactie van de EIB op natuurrampen in Azië In 2006 werd ongeveer twee derde van de kredietactiviteit van de EIB in Azië besteed aan wederopbouw en herstel in landen die waren getroffen door natuurrampen. De verwoestende aardbeving en tsunami die op 26 december 2004 de landen in de Indische Oceaan troffen, veroorzaakte niet alleen een tragisch aantal doden maar richtte ook enorm veel schade aan langs duizenden kilometers kustgebied, waardoor meer dan een miljoen mensen dakloos werden en de infrastructuur ernstig werd ontwricht. In 2005 werd een kredietlijn van 50 miljoen euro met uitzonderlijk gunstige voorwaarden beschikbaar gesteld voor kleine en middelgrote investeringen die samenhingen met de tsunami in het Indonesische Atjeh en Noord-Sumatra. In 2006 bood de EIB eveneens hulp aan de Maldiven; dit vereiste de uitbreiding van het bestaande ALA-mandaat, waarin dit land voorheen niet was opgenomen. Op de Maldiven richtte de Bank zich op de sector toerisme, de belangrijkste pijler van de economie. Er werd een kredietlijn van 50 miljoen euro beschikbaar gesteld voor vakantieparken en hotels in de particuliere sector, die door de tsunami waren getroffen. In Sri Lanka opende de EIB een kredietlijn met twee tranches: een met subsidies van de centrale bank en de ander onder de normale voorwaarden van de Bank. Tegen een gesubsidieerd rentetarief werd in de locale munt 20 miljoen euro gereserveerd voor kleinschalige investeringen door geldnemers die direct waren getroffen door de tsunami. Nog eens 50 miljoen euro werd in grotere bedragen verdeeld onder geldnemers die direct of indirect waren getroffen. De tweede grote ramp in Azië, die in 2006 voor de EIB aanleiding was om financiële steun te bieden, was de aardbeving die Pakistan in oktober 2005 trof. De wederopbouw van woningen en de infrastructuur na de aardbeving leidde tot een sterke stijging van de behoefte aan cement in Pakistan. Om het tekort in de aanvoer te lenigen en de wederopbouw te ondersteunen financierde de EIB een nieuw cementproject in Khaipur met een krediet van 35 miljoen euro.
53
EIB-Groep
EIB-Groep
54
Overzicht van activiteiten 2006
Inleenactiviteiten: onze strategie biedt cliënten toegevoegde waarde De Bank is haar financiële kracht zo goed mogelijk blijven benutten, hierin gesteund door haar aandeelhouders – de EU-lidstaten – zodat zij haar inleenactiviteiten kan verrichten tegen optimale kosten en aldus toegevoegde waarde kan bieden aan haar cliënten. Bij het nastreven van deze doelstellingen is de Bank een consistente inleenstrategie blijven volgen, met als resultaat continuïteit en innovatie in haar benchmarkprogramma’s en emissies op maat. De aldus behaalde resultaten kwamen ten goede aan de kredietnemers, zowel op de markten binnen de EU als op de lokale, zich ontwikkelende markten waarop de Bank actief was.
Het totale inleenbedrag van 48 miljard euro was vergelijkbaar met dat van (Mrd) vorig jaar. Er werden middelen opgeno50 men in 24 valuta’s, een recordaantal, 40 waaronder zes valuta’s in synthetische vorm. Er was een 30 toegenomen vraag naar niet-kernvalu20 ta’s (voornamelijk Australische dollar), hetgeen een inleen10 bedrag opleverde van 8 miljard euro, tegenover 6 mil0 jard euro in 2005. 2005 2006 De kernvaluta’s EUR (EUR, GBP en USD) GBP USD bleven echter de Overige voornaamste financieringsbron, goed voor een bedrag van 40 miljard euro aan opgenomen middelen (44 miljard euro in 2005).
Omvang inleenprogramma vóór swaps, 2002-2006 228 mrd EUR
2002
2003
2004
Dat de markt het inleenbeleid van de EIB positief waardeert, blijkt wel uit de resultaten van de verkiezing die door EuroWeek onder marktdeelnemers werd gehouden, waarbij de Bank voor het derde opeenvolgende jaar werd uitgeroepen tot de ‘meest indrukwekkende’, ‘meest vernieuwende’ en ‘beste supranationale’ emittent. De Bank werd eveneens
uitgeroepen tot ‘meest interessante en uitdagende emittent voor de komende jaren’.
Kernvaluta’s – overheidsobligaties en innovatie De benchmarkprogramma’s in de kernvaluta’s euro (EUR), pond sterling (GBP) en US-dollar (USD) versterkte de unieke positie van de Bank als met overheden gelijk te stellen benchmark-emittent in vele valuta’s. Deze activiteit blijft de hoeksteen van kosteneffectieve financiering. Met benchmark-emissies in de drie kernvaluta’s van de Bank werd 28 miljard in euro-equivalent opgenomen (59% van de totale financiering). Hiervan werd het grootste bedrag opgenomen in euro (10,6 miljard euro), gevolgd door USD (9,7 miljard in euro-equivalent) en GBP (8,0 miljard in euro-equivalent). De activiteiten in 2006 voor wat betreft de kernvaluta’s werden gekenmerkt door een aantal innovaties en onderscheidende kenmerken. In EUR, waarin de Bank een totaalbedrag van 17,4 miljard euro opnam (via benchmarks en doelgerichte emissies), werd voortdurend op proactieve wijze afgestemd op de specifieke kenmerken van overheidsemissies; zo was sprake van een emissieomvang van 5 miljard euro voor ‘EARN’-benchmark-emissies 13 met twee nieuwe transacties van 5 miljard euro, een in het 5jaars- en een in het 10-jaarsgebied. Hiermee kon een financieringsvoordeel worden behaald dat wordt geassocieerd met de sterke prestaties van Europese overheidsobligaties in 2006. Verdere belangstelling
Overzicht van activiteiten 2006
55
EIB-Groep
Inleenactiviteiten: onze strategie biedt cliënten toegevoegde waarde
voor liquiditeiten met de kwaliteit van overheidsobligaties was te zien in de stijging met 580 miljoen euro van de EARN-2008, via een op biedingen gebaseerde toewijzingsprocedure voor liquiditeiten. De Bank blijft de enige emittent die, evenals gouvernementele geldnemers, internationale benchmark-emissies heeft uitstaan van 5 miljard euro met looptijden die variëren van 3-30 jaar. Een belangrijk hoogtepunt in de gerichte en gestructureerde uitgifte in EUR (in totaal werd 6,9 miljard euro opgenomen), was de eerste emissie die werd verspreid via een openbare bieding in alle 12 landen van de eurozone, genaamd European Public Offering of Securities (‘EPOS’). Deze emissie betrof een gestructureerde obligatie van 1 miljard euro die was gekoppeld aan de inflatie in de eurozone. Het was een praktisch aanbod, gebaseerd op het “paspoort”-mechanisme waarin is voorzien in de Prospectusrichtlijn van de EU14. Het was de eerste keer dat het paspoortmechanisme op deze schaal werd toegepast in de obligatiemarkt. De emissie is daarom vermeldenswaard als een bijdrage aan de ontwikkeling van de kapitaalmarkt in EUR. In GBP handhaafde de Bank haar positie als belangrijkste alternatief voor Gilts; eind 2006 maakte het in GBP uitstaand bedrag van de Bank ongeveer 10% uit van de non-Giltmarkt in GBP. In GBP nam de Bank in totaal 5,7 miljard GBP (8,4 miljard euro) op. Er waren transacties in 15 verschillende benchmark-looptijden tot 2054, het breedste scala aan looptijden van non-Gilt-emissies. Eveneens werden er twee nieuwe benchmarklijnen opgezet met looptijden van 3-10 jaar. In gestructureerde producten kwam de Bank met een nieuwe emissie en verhoogde de bestaande aan de inflatie gekoppelde emissie met looptijd 2016 tot in totaal 297 miljoen GBP. In USD nam de Bank een totaalbedrag op van 17,6 miljard USD (14,2 miljard euro), waarmee zij een van de grootste niet-Amerikaanse emittenten in deze valuta was. De Bank gaf 5 internationale benchmarks uit in alle belangrijke looptijden:
3 jaar, 5 jaar, 10 jaar (twee maal) en 30 jaar. Met de laatste emissie werd de EIB-curve uitgebreid naar 30 jaar; het was de eerste benchmark-emissie in dit deel van de curve na de herintroductie van de ‘lange obligatie’ door de Amerikaanse schatkist. De tweede nieuwe emissie van 3 miljard USD met looptijd van 10 jaar vertegenwoordigde de grootste transactie in deze looptijd door een nietAmerikaanse AAA-emittent, hetgeen de kracht onderstreept van de door de EIB aangeboden liquiditeit. De Bank gaf eveneens twee Eurodollarobligaties in de 7-jaars sector uit, voor respectievelijk 1 miljard USD en 1,5 miljard USD. De laatste was de grootste euro-obligatie van dit jaar in deze categorie. Gestructureerde transacties beliepen in totaal 1,4 miljard USD (1,2 miljard euro).
Valutaspreiding Buiten haar 3 kernvaluta’s nam de Bank 8,0 miljard in euro-equivalent op via 15 aanvullende valuta’s. Ook verrichte de Bank emissies in synthetische vorm in zes andere valuta’s (geboekt onder overige betaalvaluta’s), voor een bedrag van 0,6 miljard euro. De grootste bron van groei in de niet-kernvaluta’s was de activiteit in Australische dollar (AUD); de drie belangrijkste bij deze overige valuta’s, elk met een bijdrage aan opgenomen middelen van meer dan 1 miljard in euro-equivalent, waren de AUD (1,8 miljard euro), de Japanse yen (JPY – voor 1,3 miljard euro) en de Turkse lira (TRY – voor 1,1 miljard euro).
Gevolgen van deze ontwikkeling Ontwikkelingsactiviteiten in valuta’s van de nieuwe lidstaten, toetredende/toetredingslanden en EUpartnerlanden bleven een belangrijke rol spelen. Middelen werden opgenomen in deze en andere valuta’s van landen waarop de Bank haar inleenactiviteit richt, ter opheffing van het valutarisico, voorzover in- en uitlening kan worden gecombineerd.
13 14
E uro Area Reference Notes. Deze Richtlijn omschrijft een efficiënt mechanisme voor de wederzijdse erkenning (“passporting”) van prospectussen in de lidstaten van de Europese Unie: een prospectus die is goedgekeurd door de bevoegde overheid in de ene lidstaat kan gebruikt worden als een geldig prospectus in elke andere lidstaat zonder dat het prospectus enige verdere goedkeuring behoeft.
EIB-Groep
56
Overzicht van activiteiten 2006
Inleenactiviteiten: onze strategie biedt cliënten toegevoegde waarde
Ondertekende en opgenomen leningen in 2006*, in vergelijking met 2005 (In mln EUR)
Vóór swaps: 2006
Na swaps: 2005
17 439
36,3%
31 820
66,2%
32 179
64,6%
CZK
18
0,0%
18
0,0%
19
0,0%
DKK
235
0,5%
235
0,5%
GBP
8 392
17,5%
10 057
20,2%
3 067
6,4%
3 096
6,2%
HUF
110
0,2%
222
0,4%
97
0,2%
53
0,1%
PLN
32
0,1%
73
0,1%
32
0,1%
49
0,1%
SEK
309
0,6%
174
0,4%
309
0,6%
468
0,9%
26 535
55%
29 838
60%
35 577
74%
35 864
72%
1 840
3,8%
692
1,4%
BGN
102
0,2%
CHF
703
1,5%
709
1,4%
259
0,5%
HKD
101
0,2%
ISK
501
1,0%
162
0,3%
JPY
1 277
2,7%
1 352
2,7%
183
0,4%
NOK
424
0,9%
38
0,1%
NZD
933
1,9%
1 077
2,2%
AUD
MXN
38,8%
2005
EUR
Totaal EU
19 311
2006
88
0,2%
38
0,1%
TRY
1 095
2,3%
1 222
2,5%
USD
14 225
29,6%
14 309
28,7%
12 305
25,6%
13 581
27,3%
ZAR
312
0,7%
219
0,4%
80
0,2%
63
0,1%
Totaal niet-EU
21 515
45%
19 962
40%
12 473
26,0%
13 941
28,0
TOTAAL
48 050
100%
49 800
100%
48 050
100%
49 805
100%
* Middelen opgenomen in het kader van de globale machtiging voor inleningstransacties voor 2006, inclusief een bedrag van 2,9 miljard dat bij wijze van ‘voorfinanciering’ reeds in 2005 werd opgenomen
Onder de valuta’s van de nieuwe lidstaten en de toetredingslanden blijft de grootste bron van vraag die naar Turkse lira, waarin de Bank 1,1 miljard in euroequivalent opnam en haar liquiditeit en rentecurve bleef ontwikkelen. In Bulgaarse leva (BGN) introduceerde de Bank haar eerste obligatie met variabele rente. De Bank deed in deze regio emissies in 3 andere valuta’s (Tsjechische kroon (CZK), Hongaarse forint (HUF) en Poolse zloty (PLN). Buiten Europa waren er aanzienlijke ontwikkelingsresultaten in valuta’s van de partnerlanden van het Middellandse Zeegebied en Afrika. Van bijzondere betekenis was de eerste emissie door de Bank in Egyptische pond (EGP), en vervolgens ook de langstlopende synthetische emissie in die markt, alsmede emissies in de Botswaanse pula (BWP) en de Namibische dollar (NAD), beide de eerste van een internationale emittent (in synthetische vorm). Ook bleef
de Bank een vooraanstaande rol spelen in de ZuidAfrikaanse rand (ZAR), waarin zij 2,8 miljard ZAR (312 miljoen euro) opnam. Als onderdeel hiervan werd de 8% jan 2013 ZAR emissie verhoogd tot 4,5 miljard ZAR, waardoor deze de grootste en meest liquide Eurorand-obligatie werd. In andere regio’s was er voor het eerst een synthetische emissie in de Indonesische rupia (IDR), en een herhaalde emissie in synthetische vorm in de Braziliaanse reaal (BRL) en de Russische roebel (RUB).
Nieuwe activiteiten in de andere Europese valuta’s In de Zwitserse frank (CHF) introduceerde de Bank een nieuwe benchmark, een 30-jaars emissie van 300 miljoen CHF, die ten tijde van de uitgifte de langst-
Overzicht van activiteiten 2006
Inleenactiviteiten: onze strategie biedt cliënten toegevoegde waarde
„De manier om Europa te kopen” Korte schets van de EIB als emittent Met de EU-staten als gezamenlijke eigenaren, waardoor zij de allerhoogste kredietkwaliteit biedt, kunnen EIB-obligaties gezien worden als „De manier om Europa te kopen”. ➾ D oordat de EU-lidstaten gezamenlijk eigenaar zijn van de EIB bieden haar obligaties een unieke en gespreide belegging met de kwaliteit van overheidsobligaties. ➾ D e Bank wordt door de drie meest vooraanstaande ratingbureaus geclassificeerd als AAAemittent, hetgeen betekent dat zij unaniem de EIB een stabiele emittent achten. ➾ D e strategische marktbenadering, met sterke nadruk op liquiditeit en transparantie, combineert brede benchmarkprogramma’s in de drie kernvaluta’s van de Bank (EUR, GBP and USD) met emissies op maat, in een uitgebreid scala aan valuta’s en producten. ➾ De EIB is een van de grootste en meest actieve geldnemers op de internationale kapitaalmarkten. In 2006 nam de Bank in totaal 48 miljard euro op. ➾ De Bank heeft een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kapitaalmarkten in valuta’s van nieuwe EU-lidstaten, toetredende en toetredingslanden en EU-partnerlanden. Uitgifte in plaatselijke valuta’s kan de ontwikkeling van de kredietverlening stimuleren.
lopende emissie was. In de markt van de Deense kroon (DKK) emitteerde de Bank de langstlopende “blue-stamped” 2% obligatie (2% jun 2026 DKK 2,6 miljard), hiermee reagerend op beleggersvraag naar qua looptijden fiscaal voordelige producten in een segment dat wordt ondersteund door de overheid. In Zweedse kroon (SEK) introduceerde de Bank de eerste aan de inflatie gekoppelde obligatie in de internationale markt die werd uitgegeven door een supranationale emittent (emissie van 1,5 miljard SEK met een looptijd tot 2020). De Bank was ook aanwe-
zig op de markten van de IJslandse kroon (ISK) en de Noorse kroon (NOK). In totaal nam de Bank 2,2 miljard in euro-equivalent op in alle ‘overige Europese valuta’s’ tezamen.
Groei in Azië en de Stille Oceaan De EIB versterkte haar rol als vooraanstaande emittent op de markten van Azië/Stille Oceaan, waar zij voor een totaal van 4,2 miljard in euro-equivalent opnam. In Australische dollar (AUD) realiseerde de Bank de sterkste groei en het grootste emissievolume onder de niet-kernvaluta’s (3,0 miljard AUD tegenover 1,2 miljard AUD in 2005) en was zij de grootste ‘Kangoeroe’ (buitenlandse) emittent. In deze markt gaf de Bank de eerste aan de inflatie gekoppelde Kangoeroe-obligatie uit, een aan de consumentenprijsindex gekoppelde obligatie van 250 miljoen AUD met een looptijd tot 2020. De Bank nam ook 0,9 miljard in euro-equivalent op in de markt van de Nieuw-Zeelandse dollar (NZD). Van bijzondere betekenis in Japanse yen (JPY) was de 20-jaars Global emissie van 50 miljard JPY, die bij introductie de enige lopende benchmark-coupon met looptijd van 20 jaar was van een met overheden gelijk te stellen emittent op de internationale markten. In Hong Kong dollar (HKD) gaf de Bank een 2-jaars obligatie uit voor 1 miljard HKD, de eerste supranationale transactie na de versoepeling van de wetgeving in Hong Kong, waardoor emissies met een looptijd korter dan 3 jaar werden toegestaan.
57
EIB-Groep
EIB-Groep
58
Overzicht van activiteiten 2006
Bestuur van de EIB-Groep
Philippe Maystadt en Danuta Hübner, lid van de Europese Commissie
Overzicht van activiteiten 2006
59
EIB-Groep
Constructieve samenwerking met de EU en andere financiële instellingen De dialoog met de Europese instellingen die overleg voeren en besluiten nemen over het beleid van de Unie is zeer belangrijk voor de totstandkoming van het kader voor de activiteiten van de EIB binnen de Europese Unie en daarbuiten. De Europese Commissie vervulde samen met de EIB in 2006 een voorbereidende rol bij de discussies en besluitvorming binnen de Raad, waarbij de koers werd uitgezet voor de activiteiten van de Bank voor de komende jaren. De EIB participeert in de Raad van Ministers (ECOFIN) en heeft regelmatig contact met het Europees Parlement.
Instrumenten en initiatieven in de Unie De intensieve samenwerking tussen de Commissie en de EIB leidde in 2006 tot de introductie van nieuwe gezamenlijke financiële instrumenten en faciliteiten voor de periode 2007-2013. Ter ondersteuning van haar beleid heeft de Unie meer fondsen tot haar beschikking dan ooit, uit haar begroting dan wel uit middelen van de EIB, dankzij het gecombineerde hefboomeffect van de EU-begroting en de 48 miljard euro aan kapitaalmarktmiddelen die jaarlijks door de EIB wordt opgenomen. De EIB-Groep heeft haar procedures voor samenwerking met de Europese Commissie versterkt via de introductie van drie nieuwe gezamenlijke initiativen waardoor de lidstaten in staat worden gesteld op bredere schaal gebruik te maken van de Europese Structuurfondsen – waarvoor het bedrag voor de periode 2007-2013 aanzienlijk is verhoogd en wel naar 308 miljard euro. Het is nu mogelijk een deel van de Structuurfondsen te bestemmen voor financiële constructies ten gunste van het MKB en micro-ondernemingen (JEREMIE) of voor stedelijke sociale ontwikkeling (JESSICA). Het derde initiatief (JASPERS) – gefinancierd door de Commissie, de EIB-Groep en de EBRD – biedt kosteloos technische ondersteuning bij het selecteren en uitvoeren van infrastructurele projecten in de nieuwe lidstaten die in aanmerking komen voor financiering door de Structuurfondsen. In het kader van deze faciliteiten zijn reeds diverse projecten aangewezen. Deze technische ondersteuning brengt geen enkele verplichting met zich mee een beroep te doen op financiering door de EIB of de EBRD.
Op soortgelijke wijze hebben de EIB en de Commissie hun krachten gebundeld om te komen tot een versnelde invoering van het ambitieuze programma voor vervoers- en energie-TEN’s (transEuropese netwerken) door de instelling van een faciliteit voor gestructureerde financiering en een garantiefonds voor TEN’s, waarmee projecten met een hoog risicoprofiel kunnen worden gefinancierd. Deze twee financiële instrumenten zullen dienst doen als katalysator bij het aantrekken van een bedrag tot 20 miljard euro aan aanvullende publieke of particuliere financieringsmiddelen ter ondersteuning van TEN’s. Ter ondersteuning van de inspanningen in het kader van innovatie, onderzoek en ontwikkeling binnen de Unie zijn de EIB en de Commissie bezig met de opzet van een nieuwe “Onderzoeksfaciliteit” van 1 miljard euro, medegefinancierd door de Bank en het 7e Kaderprogramma voor onderzoek en ontwikkeling. Ook dit financiële instrument zal het mogelijk maken meer risico’s te nemen en particulier kapitaal te mobiliseren voor projecten die belangrijk zijn voor het industriële concurrentievermogen van de Unie. Via dit instrument, in het leven geroepen op verzoek van de Europese Raad van december 2005, kan tot 10 miljard euro aan aanvullende middelen gedurende de periode 20072013 beschikbaar komen. Tezelfdertijd is het EIF in staat om extra ondersteuning te bieden aan het MKB door middel van een verhoging van het kapitaal van het Fonds – thans in voorbereiding – en van de 1,1 miljard euro die via het Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie 2007-2013 extra beschikbaar
EIB-Groep
60
Overzicht van activiteiten 2006
Constructieve samenwerking met de EU en andere financiële instellingen
komt voor de ontwikkeling van innovatieve financiële producten, in het bijzonder voor starters in het MKB.
Ontwikkeling en samenwerking buiten de EU Het jaar 2006 was ook belangrijk voor de EIB omdat de Raad besluiten heeft genomen over nieuwe mandaten voor de activiteiten van de Bank in partnerlanden buiten de Unie. De EIB zal in de periode 2007-2013 tot 27,8 miljard euro aan kredieten verstrekken met garanties van de EUbegroting. Ook is door de Commissie en de EIB een nieuw trustfonds in het leven geroepen voor de financiering van infrastructuren in Afrika beneden de Sahara. Om buiten de Unie effectief en consistent te kunnen optreden zal de financiering door de EIB en via de EU-begroting ook zeer nauwgezet worden gecoör-
De EIB en de Europese Commissie (DG-Regio) ondertekenden in juli een «bijdrageovereenkomst» inzake JASPERS.
dineerd met andere financieringsinstellingen die in dezelfde regio opereren. Hiertoe heeft de EIB in 2006 overeenkomsten gesloten met de Agence française de développement, de Kredietanstalt für Wiederaufbau en het samenwerkingsverband van Europese ontwikkelingsbanken – een groep van veertien bilaterale ontwikkelingsbanken – evenals met de EBRD en de Wereldbank. De Europese Commissie was vaak partij bij deze overeenkomsten. De samenwerking met andere internationale financieringsinstellingen heeft ook geleid tot nieuwe milieu-initiatieven, in het bijzonder de oprichting van koolstofkredietfondsen ter bestrijding van klimaatverandering en tot een gezamenlijk handvest betreffende de Europese Milieuprincipes, welke van toepassing zijn op de financiering van projecten binnen en buiten de Europese Unie. Gezamenlijke financiering van projecten buiten de EU heeft altijd al plaatsgevonden, maar de nieuwe overeenkomsten zullen dit proces versterken.
Overzicht van activiteiten 2006
61
EIB-Groep
Transparantie en verantwoording Openheid en transparantie zijn van essentieel belang in het kader van de instandhouding en versterking van de geloofwaardigheid van de EIB en van de verantwoording welke zij verschuldigd is jegens degenen die bij haar activiteiten betrokken zijn, evenals jegens alle burgers van Europa en daarbuiten. Openbaarmaking van informatie Hoeveel waarde de Bank hecht aan transparantie blijkt uit haar beleid met betrekking tot openbaarmaking van informatie. Op 28 maart 2006 heeft de Raad van Bewind van de EIB zijn goedkeuring verleend aan een gewijzigd beleid inzake openbaarmaking van informatie, waarmee het uit 2002 daterende beleid van de Bank in overeenstemming werd gebracht met haar huidige normen inzake transparantie, rekening houdende met Europese beleidsinitiatieven en internationale beginselen. Om geïnteresseerde belanghebbenden in staat te stellen bij te dragen aan deze beleidsherziening werd een publieksraadpleging gehouden. Dit proces verliep via twee ronden en leverde een grote inbreng op van de kant van belanghebbenden. De EIB hanteerde hierbij qua tijdsplanning en procedures een zeer flexibele benadering om een zo volledig mogelijke raadpleging mogelijk te maken. De resultaten werden positief ontvangen door zowel degenen die de bijdragen leverden als de Bank zelf. Van de openbare inspraakronde werd een verslag gepubliceerd, waarin wordt uiteengezet hoe de raadpleging was opgezet en welke suggesties werden gedaan door de belanghebbenden en in hoeverre de Bank hiermee – ondersteund door argumenten – rekening heeft gehouden. Het nieuwe openbaarmakingsbeleid is gebaseerd op het uitgangspunt dat informatie in principe openbaar is; dit betekent dat alle informatie die bij de EIB aanwezig is op verzoek openbaar kan worden gemaakt, tenzij er een dringende reden is om informatie als vertrouwelijk te behandelen. Aangezien de EIB een bank is, zijn er bepaalde beperkingen in het beleid opgenomen met betrekking tot de informatie die zij openbaar kan maken. Iedere drie jaar wordt het beleid formeel beoordeeld. Daarnaast zal de Bank het beleid in de eerste helft van 2007 herzien vanuit het juridische perspectief van de Aarhus-verordening, die de toepassing
regelt van de bepalingen van het Verdrag van Aarhus betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden. Een belangrijke rol bij de openbaarmaking van informatie wordt vervuld door de website van de EIB, die in 2006 ongeveer 3 miljoen bezoekers trok, evenals door de EIB Infodesk, die rond de 30 000 verzoeken om informatie behandelde van een veelheid aan groepen belanghebbenden. Het overzicht van lopende projecten op de website van de Bank speelt een bijzonder belangrijke rol binnen het beleid betreffende openbaarmaking van informatie. De EIB heeft zich ertoe verbonden op haar website samenvattende informatie te publiceren over projecten waarvoor zij financiering overweegt. Alle projecten moeten openbaar gemaakt worden voordat de Raad van Bewind hiertoe toestemming verleent, tenzij er legitieme redenen zijn om deze informatie als vertrouwelijk te beschouwen, hetgeen soms het geval kan zijn bij projecten voor de particuliere sector. Indien voor het project een milieueffectrapportage (MER) nodig is, zal de Bank ernaar streven op het overzicht een link te plaatsen naar de niet-technische samenvatting van de MER en, voor projecten buiten de EU, het equivalent hiervan samen met de milieueffectverklaring. Na goedkeuring door de Raad van Bewind en ondertekening van de kredietovereenkomst worden alle gefinancierde projecten in het jaarverslag opgenomen.
Relaties met maatschappelijke organisaties De relaties die de EIB onderhoudt met maatschappelijke organisaties, met inbegrip van niet-gouvernementele organisaties (NGO’s) en andere belangengroepen, zijn gestoeld op de erkenning dat deze organisaties een waardevolle inbreng kunnen hebben in de beleids-
EIB-Groep
62
Overzicht van activiteiten 2006
Transparantie en verantwoording
ontwikkeling. Zij kunnen eveneens plaatselijke kwesties onder de aandacht van de Bank brengen en nuttige informatie verschaffen over projecten. De eenheid Maatschappelijke relaties binnen de afdeling Communicatie en voorlichting van de Bank coördineert haar contacten met NGO’s en andere belangengroepen. De eenheid zorgt voor een samenhangende en kwalitatief goede communicatie en voor een actieve betrokkenheid bij de burgermaatschappij. Binnen de Bank is deze eenheid verantwoordelijk voor de coördinatie van de contacten met de burgermaatschappij en daarmee verband houdende kwesties; tevens organiseert zij, samen met de afdeling Human Resources en externe deskundigen, trainingsprogramma’s voor de medewerkers waarbij de omgang van de Bank met de burgermaatschappij wordt behandeld. In 2006 werd voor een nieuwe vorm gekozen voor de contacten met maatschappelijke organisaties. In de eerste plaats is de EIB partnerschappen aangegaan met gespecialiseerde organisaties waarmee zij bepaalde doelstellingen deelt, zoals de Lissabon-agenda van de EU, duurzame ontwikkeling, milieubescherming of armoedeverlichting. De Bank tekende ook een overeenkomst met betrekking tot biodiversiteit met het IUCN (Internationale Unie voor het behoud van de natuur en de natuurlijke hulpbronnen). Hierdoor werd een kader geschapen voor gezamenlijke initiatieven en samenwerking met betrekking tot biodiversiteitsaspecten van EIB-activiteiten, waarbij het IUCN de Bank van deskundig advies dient bij haar initiatieven, beleidslijnen en strategieën, zoals beoordeling van due diligence-richtlijnen en steun bij het toezicht op door de EIB gefinancierde projecten. Het IUCN assisteert de Bank eveneens bij de organisatie van interne trainingen en voorlichting met betrekking tot biodiversiteitvraagstukken. Een andere belangrijke ontwikkeling die bijdraagt aan de kwaliteit van de relaties met maatschappelijke organisaties is de recent door de EIB geïntroduceerde praktijk op het terrein van publieksraadpleging over bepaalde beleidslijnen, strategieën of richtlijnen. Na het succes van de publieksraadpleging met betrekking tot het beleid van de EIB inzake openbaarmaking van infor-
matie, wordt in 2007 een soortgelijk proces gestart voor wat betreft de beleidslijnen, richtlijnen en procedures van de Bank gericht op bestrijding van corruptie, fraude, witwassen van geld en financiering van terrorisme. De EIB is ook gespitst op het onderhouden en verbeteren van haar contacten met NGO’s die kritische campagnes voeren met betrekking tot onderwerpen die de activiteiten van de Bank raken. De contacten met deze organisaties zijn de afgelopen tijd uitgebreid en er heeft zich een dialoog ontwikkeld. Dit wordt onderstreept doordat de Bank deelneemt aan evenementen die deze organisaties hebben georganiseerd rond vraagstukken waarbij de EIB betrokken is, zoals de conferentie over een onafhankelijke instantie voor toezicht en beroep voor de Bank, die door het CEE Bankwatch Network en andere NGO’s in november 2006 in Brussel werd gehouden. Als onderdeel van haar reguliere workshops voor NGO’s en andere maatschappelijke organisaties heeft de Bank in 2006 twee workshops georganiseerd. De in het voorjaar in Brussel gehouden workshop betrof de volgende onderwerpen: onderzoek en ontwikkeling en innovatie in het kader van het Lissabon-proces, de vorming van menselijk kapitaal en de rol van de burgermaatschappij in de projectcyclus van de Bank. De in het najaar in Berlijn gehouden workshop richtte zich op onderwerpen betreffende de driehoek milieu – klimaatverandering – energie. Maatschappelijk verantwoord ondernemen stond eveneens op de agenda. In 2006 ontving de Bank van de kant van NGO’s meer dan honderd vragen en verzoeken met betrekking tot openbaarmaking van informatie. Een derde hiervan betrof projecten met betrekking tot het wegvervoer, voornamelijk in de nieuwe lidstaten en kandidaat-lidstaten.
Audit, controle en evaluatie Om verantwoording te kunnen afleggen naar de buitenwereld heeft de Bank voor al haar activiteiten con-
Overzicht van activiteiten 2006
63
EIB-Groep
Transparantie en verantwoording
Een open opstelling Als onderdeel van haar communicatiestrategie heeft de EIB in 2006 een breed scala aan landelijke, sectorale, thematische, jaar- en evaluatieverslagen en -brochures gepubliceerd, in talen van de Gemeenschap en voor zover nodig in andere talen. Zij zet zich er ook voortdurend voor in haar website informatief en actueel te houden. Maar persoonlijke contacten zijn niet uit de mode geraakt. Integendeel: leden van de Directie en stafleden hebben geparticipeerd in talrijke evenementen die werden georganiseerd door nationale of EU-overheden, en professionele organisaties rond bijzondere thema’s, om aldus de aandacht te vestigen op de activiteiten van de Bank en de financiële steun die zij kan bieden. Daarnaast was de Bank aanwezig bij een dertigtal specifieke grootschalige evenementen met een stand waar alle relevante informatie over de EIB beschikbaar was. Dit was bijvoorbeeld het geval tijdens de Carbon Expo in Keulen en de Groene Week in Brussel in mei 2006, de Carbon Expo in Beijing en de Europese Week van regio’s en steden in Brussel in oktober, evenals tijdens de Europese Ontwikkelingsdagen in november, ook in Brussel. Geïnteresseerde groepen met een relevante achtergrond zijn eveneens welkom in Luxemburg en in de externe bureaus van de Bank. In 2006 bezochten ongeveer 2 200 studenten, professionals, vooraanstaande beleidsmakers, diplomaten en lokale politici uit meer dan veertig landen de hoofdvestiging in Luxemburg. Een uitgelezen mogelijkheid om de EIB-Groep te profileren vormt de vijftigste verjaardag van de ondertekening van het Verdrag van Rome, dat de Bank in 2007 samen met de andere EU-instellingen zal vieren, met onder meer topontmoetingen en –conferenties op zakelijk en politiek niveau. De vijftigste verjaardag van de EIB zelf, in 2008, zal niet zozeer worden benut om terug te blikken op het verleden, maar vooral om vooruit te kijken en de nadruk te leggen op haar rol als de EU-Bank voor de burgers. In een reeks externe evenementen, publicaties en andere promotionele activiteiten zal de nadruk worden gelegd op transparantie, moderne bestuurlijke kwesties, nieuwe financieringsproducten, alsmede op de toegevoegde waarde van de verrichtingen van de Bank binnen en ook buiten de Europese Unie. De ingebruikname van het nieuwe gebouw van de EIB, grenzend aan haar hoofdvestiging in Luxemburg, zal volgens de planning samenvallen met de jaarvergadering van de Raad van Gouverneurs in juni 2008 en zal een van de hoogtepunten vormen van de vijftigste verjaardag van de EIB.
Ontmoeting met NGO’s in 2006
EIB-Groep
64
Overzicht van activiteiten 2006
Transparantie en verantwoording
EIB en universiteiten leren van elkaar Universitaire onderzoekers willen meer leren over de activiteiten van de EIB en de Bank wil leren van academisch onderzoek dat wordt verricht op de gebieden waarbinnen zij opereert. Om deze wederzijdse uitwisseling te vergemakkelijken is de EIB in 2006 een Universitaire onderzoeksactie gestart, die voorziet in subsidies aan onderzoekscentra binnen de EU, stageplaatsen voor jonge onderzoekers, en sponsoring van geselecteerde universitaire netwerken. Universitaire onderzoekscentra ontvangen voor een periode van drie jaar subsidies tot een maximum van jaarlijks 100 000 euro om hun onderzoek uit te breiden naar gebieden die van groot belang zijn voor de EIB. Op basis van een wedstrijd heeft de Bank vier universiteiten geselecteerd voor vier cruciale onderzoeksonderwerpen: de financiële en economische waardering van millieueffecten (Università Ca’Foscari, Venetië), technologiebeoordeling en versnelling van innovatie (Università di Bologna), publiek-private samenwerkingsverbanden (Universidad Politécnica de Madrid), en de sociale dimensies van duurzame ontwikkeling (Oxford Brookes University). Voor junioronderzoekers voorziet de EIB in stageplaatsen om door de Bank voorgestelde onderzoeksprojecten uit te voeren onder de gezamenlijke supervisie van een universitaire tutor en een tutor van de EIB. Universitaire netwerken die zich richten op gebieden die van bijzonder belang zijn voor de EIB kunnen eveneens gesponsord worden; indien van toepassing, mogen zij het label voeren van “Universitair netwerk EIB”.
De workshop „Europese universiteiten op zoek naar excellentie” vond op 17 november 2006 plaats in het hoofdkantoor van de Bank in Luxemburg
Overzicht van activiteiten 2006
Transparantie en verantwoording
Maatschappelijk verslag van de EIB Sinds 2005 publiceert de EIB een jaarlijks Maatschappelijk verslag, waarin gedetailleerde informatie verstrekt wordt over het bestuur van de Bank en haar activiteiten op het gebied van milieu, evenals meer algemene achtergrondinformatie. Het verslag kan worden geraadpleegd op de website van de EIB (www.eib.org) of portovrij worden besteld. troles ingebouwd. Sommige van deze controles zijn statutair verplicht, andere gebaseerd op interne organisatorische procedures, en weer andere worden uitgeoefend door externe onafhankelijke controleorganen. Het Comité ter controle van de boekhouding is een statutair lichaam van de EIB dat verslag uitbrengt aan de Raad van Gouverneurs, te weten de Ministers van Financiën van de EU-lidstaten. Het ziet erop toe dat de verrichtingen van de Bank worden uitgevoerd conform de procedures die zijn neergelegd in de statuten en het reglement van orde en dat haar boekhouding op een juiste wijze wordt gevoerd. Een extern accountantskantoor, Ernst&Young, assisteert het Comité van de boekhouding bij de uitvoering van deze taak. Het Directoraat Risicobeheer ziet toe op de krediet-, markten operationele risico’s, terwijl het Directoraat Controle van het Beheer zich richt op het proces van de vertaling van strategie naar doelstellingen en activiteitenplannen. De functionaris bescherming persoonsgegevens beschermt de persoonsgegevens van de medewerkers die werkzaam zijn bij de EIB-Groep. De Compliancefunctie van de EIB-Groep zorgt ervoor dat de Bank en haar medewerkers handelen in overeenstemming met alle toepasselijke wet- en regelgeving, gedragscodes en normen voor goede praktijken en fungeert als eerste instantie die nagaat of de medewerkers de regels op het gebied van ethiek en integriteit in acht nemen. Ex-ante wordt controle uitgeoefend op naleving van nieuwe beleidslijnen, procedures en producten en de uitvoering van voorgenomen acties. De Compliancefunctie houdt ook toezicht op ‘offshore’ in- en uitleenverrichtingen. Het onafhankelijke Inspectoraat-Generaal combineert Interne Audit en Evaluatie van de verrichtingen, de
twee voornaamste ex-post controlefuncties. Het speelt een cruciale rol bij het waarborgen van de controles, het verbeteren van de verrichtingen en het proces van transparantie en verantwoording. Interne Audit zorgt ervoor dat in redelijke mate voorzien is in relevantie en effectiviteit van de interne controlesystemen en de daarmee verband houdende procedures. De afdeling onderneemt eveneens actie wanneer er een vermoeden bestaat van fraude, corruptie of enige andere illegale activiteit bij projecten die zijn gefinancierd door de EIB-Groep of waarin deze heeft geïnvesteerd. Evaluatie van de verrichtingen voert ex-postevaluaties uit van een representatieve steekproef van de door de Bank gefinancierde projecten en programma’s, alsmede van verrichtingen van het EIF. De rapporten worden besproken door de Raad van Bewind en zijn beschikbaar via de website van de Bank. In 2006 voltooide de afdeling evaluaties van investeringen van de EIB in onderwijsen opleidingsprojecten, grensoverschrijdende transEuropese netwerken, kredietverlening in ACS-landen ingevolge de overeenkomst van Lomé IV, het FEMIPtrustfonds (technische ondersteuning in het voortraject van projecten en verrichtingen met risicokapitaal in het Middellandse Zeegebied), en EIF-investeringen in risicokapitaalfondsen. De Europese Rekenkamer controleert het gebruik van de communautaire fondsen die worden beheerd door de EIB. De Bank werkt nauw samen met OLAF, het Europees Bureau voor Fraudebestrijding, en met de Europese ombudsman. Er werd in 2006 een Klachtenbureau in het leven geroepen dat direct onder de secretaris-generaal valt en dat externe klachten behandelt die de Bank direct of via de Europese ombudsman bereiken. Een nieuw beleid inzake klachten en verhaal zal in de loop van 2007 naar buiten worden gebracht.
65
EIB-Groep
EIB-Groep
66
Overzicht van activiteiten 2006
Bestuur en medewerkers van de EIB-Groep In 2006 is er veel veranderd bij de afdeling Human Resources van de EIB. Er is veel aandacht besteed aan het ontwikkelen van een nieuwe strategie, die gericht is op drie pijlers: een uitmuntend wervingsbeleid, de motivatie en ontwikkeling van de medewerkers, en het welzijn van de medewerkers (gezondheid en veiligheid) terwijl tevens aandacht wordt geschonken aan het verbeteren van de administratieve diensten, door vereenvoudiging en optimalisatie.
In 2006 richtte het wervingsbeleid van de Bank zich wederom op de operationele gebieden. Hoog op de prioriteitenlijst voor de wervingsactiviteiten stond de invoering van het initiatief JASPERS (technische bijstand voor projectvoorbereiding in de nieuwe lidstaten) en de daarmee verbandhoudende werving van nieuw personeel. In 2006 werd het personeelsbestand van de Bank uitgebreid tot 1 369 medewerkers15. Er werden 102 vacatures vervuld (66 in specialistische en 36 in ondersteunende functies). Van de 66 nieuw geworven medewerkers op specialistisch niveau was 58% man en 42% vrouw. Van de 102 nieuw geworven medewerkers kwamen er 19 uit de nieuwe lidstaten. De Bank ontving in 2006 ongeveer 17 000 sollicitaties.
Naar aanleiding van de ingevoerde wijzigingen van het beloningssysteem voor medewerkers werden de beoordelings- en bevorderingssystemen doorgelicht en gemoderniseerd. Het bevorderingssysteem is gebaseerd op de bij een functie behorende eisen (verantwoordelijkheden en vaardigheden). In 2006 is men doorgegaan met het verduidelijken van deze functie-eisen. In dit verband zijn de criteria voor bevordering, zowel van de vaste als van de variabele beloning, duidelijk vastgelegd. Op andere gebieden heeft de Bank eveneens diverse beleidslijnen uitgezet met het oog op prestatieverbetering. Zo is het trainingsprogramma betreffende kredietrisico’s dat door de afdeling Human Resources wordt verzorgd, volledig op gang gekomen; het is thans een verplicht traject voor de kredietfunctionarissen en analisten.
Gezondheid en veiligheid van de medewerkers
2006
Sinds de oprichting van de interne medische dienst van de Bank in de tweede helft van 2005 wordt er steeds meer aandacht besteed aan het signaleren en voorkomen van bedrijfsgerelateerde gezondheidsrisico’s en het bevorderen van gezondheid en welzijn op de werkvloer. Naast de medische onderzoeken die bij indiensttreding worden gehouden en een groot aantal jaarlijkse medische keuringen die medewerkers kunnen laten verrichten, heeft de medische dienst zich beziggehouden met een gezondheidscampagne, het treffen van maatregelen ter bevordering en vergemakkelijking van de reïntegratie op het werk na een lange periode van afwezigheid door ziekte, en het verbeteren van de medisch voorzieningen voor dienstreizen. Ook heeft de Bank gezorgd voor de training van
1 213
1 300
1 259
1 325
Medewerkers van de EIB
1 369
ierbij inbegrepen zijn de EIB-medeH werkers die bij het EIF zijn gedetacheerd (situatie op 31 december 2006
Ontwikkeling van de medewerkers
1 200 1 113
15
Werving en selectie
1 100
1 000
900
2002
2003
2004
2005
Overzicht van activiteiten 2006
Bestuur en medewerkers van de EIB-Groep
medewerkers die zich vrijwillig hebben aangemeld bij het onlangs opgezette interne EHBO-team. In verband met de noodzaak om de maximaal verzekerde bedragen voor bepaalde medische behandelingen aan te passen, heeft de Ziekenkas van de Bank haar vergoedingenregeling in 2006 onder de loep genomen. Tevens werd de administratie van de Ziekenkas doorgelicht met als doel de efficiency ervan verder te verbeteren. Met betrekking tot de sociale diensten voor medewerkers is de Bank erin geslaagd 50 plekken te verkrijgen bij een particuliere crèche. Dit is een uitbreiding ten opzichte van de 100 plekken die reeds tegen gesubsidieerde tarieven voor de kinderen van medewerkers beschikbaar zijn bij de interne crèche van de Bank.
Communicatie met medewerkers De inspanningen van de Bank om de interne communicatie te verbeteren hebben in 2006 geresulteerd in de vorming van een nieuwe divisie Interne communicatie bij Human Resources. Deze divisie is verantwoordelijk voor alle mededelingen aan medewerkers, inclusief het verspreiden van relevante actuele bedrijfsinformatie en het steunen en bevorderen van een open en breed opgezette dialoog binnen de Bank.
Medezeggenschap Aangelegenheden betreffende de medewerkers van de Bank worden in behandeling genomen via een inspraakprocedure waaraan de afdeling Human Resources (HR) en het College van werknemersvertegenwoordigers deelnemen. Zij komen regelmatig bijeen in het kader van werkgroepen die zich over specifieke onderwerpen buigen en bij gezamenlijke commissies. In 2006 heeft de Pensioenraad zich bijzonder ingezet, vooral om de uitgangspunten te formuleren voor een kaderovereenkomst waarmee de toekomstige ontwikkeling
van het pensioenfonds zal worden bepaald. De werknemersvertegenwoordigers werden vertegenwoordigd in de werkgroep die verantwoordelijk was voor de invoering van het beleid met betrekking tot maatschappelijk ondernemen, waarvan het eerste jaarverslag in 2006 werd gepubliceerd. Wat de werkgroepen betreft is vermeldenswaard dat de verrichtingen van de werkgroep belast met het doorlichten van het beloningssysteem eind 2006 leidde tot specifieke voorstellen aan de Raad van Bewind. Nadat de Raad deze voorstellen gedeeltelijke had afgewezen was het College van mening dat de overlegronde niet op zorgvuldige wijze had plaatsgevonden, waarop het zijn ontslag indiende.
COPEC Het Paritair Comité voor gelijke kansen (COPEC) toetst bij zaken als loopbaanontwikkeling, werving van nieuwe medewerkers, opleidingsmogelijkheden en de sociale voorzieningenstructuur of het beleid inzake gelijke kansen wordt nageleefd. In 2006 was het COPEC betrokken bij de voorbereiding van een notitie van HR inzake evenwicht en gelijkheid tussen mannen en vrouwen bij de EIB, na een algemeen onderzoek naar de actuele situatie met betrekking tot gelijke kansen dat door een onafhankelijke externe consultant was uitgevoerd. De aanbevelingen uit de notitie werden in oktober 2006 door de Directie goedgekeurd. In juni 2006 trad de EIB op als gastheer van de 11de jaarlijkse bijeenkomst van het Organisational and Institutional Gender Information Network (ORIGIN). Het netwerk heeft als doel het uitwisselen van informatie, ervaringen en lessen die geleerd zijn met betrekking tot de verschillende behandeling van mannen en vrouwen. 25 gedelegeerden, waaronder hoogeplaatste Human Resources-functionarissen bij de Wereldbank, de Aziatische Ontwikkelingsbank, de Raad van Europa, het Europees Parlement en de OVSE waren aanwezig om te bespreken welke initiatieven binnen hun respectievelijke organisaties in het afgelopen jaar waren ontplooid en om ideeën uit te wisselen en elkaar te inspireren.
67
EIB-Groep
EIB-Groep
68
Overzicht van activiteiten 2006
Statutaire lichamen van de EIB De Raad van Gouverneurs bestaat uit Ministers, doorgaans de Ministers van Financiën, die hiertoe zijn aangewezen door elk van de 27 lidstaten. De Raad zet richtlijnen uit voor het kredietbeleid, verleent zijn goedkeuring aan de jaarrekening, en neemt besluiten met betrekking tot de deelname van de Bank aan financieringsactiviteiten buiten de Europese Unie alsmede aan kapitaalverhogingen. Voorts worden de leden van de Raad van Bewind, de Directie en het Comité ter controle van de boekhouding door de Raad benoemd.
De bovenvermelde lichamen functioneren overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van de statuten en het reglement van orde van de Bank. De overzichten van de leden van de statutaire lichamen van de EIB en hun curriculum vitae, alsmede aanvullende informatie over de beloningsstructuur worden regelmatig bijgewerkt en bekend gemaakt op de website van de EIB: www.eib.org.
De Raad van Bewind is als enig orgaan bevoegd om besluiten te nemen ten aanzien van het verstrekken van kredieten en garanties en het opnemen van leningen. De Raad van Bewind ziet toe op het beheer van de Bank en op de naleving door de Bank van de bepalingen van het Verdrag en de statuten, alsmede van de algemene richtlijnen zoals door de gouverneurs uitgezet. De leden van de Raad worden op voordracht van de lidstaten door de gouverneurs benoemd voor een verlengbare periode van vijf jaar; zij leggen uitsluitend aan de Bank verantwoording af. De Raad van Bewind bestaat uit 28 leden, waarbij iedere lidstaat een lid en de Europese Commissie eveneens een lid voordraagt. Daarnaast zijn er 18 plaatsvervangende leden, hetgeen inhoudt dat enkele functies door groepen van lidstaten gezamenlijk worden uitgeoefend. Ter verbreding van de deskundigheid van de Raad van Bewind op bepaalde gebieden mag de Raad maximaal zes deskundigen benoemen (3 leden en
Het Comité ter controle van de boekhouding
3 plaatsvervangend leden), die als adviseur zonder stemrecht deelnemen aan de bijeenkomsten van de Raad. De besluiten worden met meerderheid van stemmen genomen, in aanwezigheid van ten minste een derde van de stemgerechtigde leden, en met een vertegenwoordiging van ten minste 50% van het geplaatst kapitaal. De Directie vormt het permanente college van bestuur van de Bank. Zij bestaat uit negen directieleden. Onder leiding van de president en onder toezicht van de Raad van Bewind geeft zij leiding aan het dagelijks beheer van de EIB, bereidt zij besluiten van de Raad van Bewind voor en ziet erop toe dat deze worden uitgevoerd. De president is tevens voorzitter van de vergaderingen van de Raad van Bewind. De leden van de Directie leggen uitsluitend aan de Bank verantwoording af; zij worden op voordracht van de Raad van Bewind door de Raad van Gouverneurs benoemd voor een verlengbare periode van zes jaar. Volgens de statuten van de Bank is de president tevens voorzitter van de Raad van Bewind. Het Comité ter controle van de boekhouding is een onafhankelijk orgaan dat rechtstreeks aan de Raad van Gouverneurs verantwoording aflegt en belast is met het controleren van de regelmatigheid van de verrichtingen en de boeken van de Bank. Wanneer de Raad van Bewind zijn goedkeuring verleent aan de jaarrekeningen legt het Comité met betrekking tot de jaarrekeningen verklaringen af. De verklaringen van het Comité, die betrekking hebben op de resultaten van de door het Comité gedurende het voorgaande jaar verrichte werkzaamheden, worden samen met het jaarverslag van de Raad van Bewind aan de Raad van Gouverneurs voorgelegd. Het Comité bestaat uit drie leden en drie waarnemend leden, die allen voor een termijn van drie jaar door de Raad van Gouverneurs worden benoemd.
Overzicht van activiteiten 2006
69
EIB-Groep
Statutaire lichamen van de EIB
Kapitaal: Het aandeel van iedere lidstaat in het kapitaal van de Bank wordt bepaald aan de hand van het economisch gewicht (uitgedrukt in BNP) dat de desbetreffende lidstaat binnen de Europese Unie ten tijde van zijn toetreding heeft. In verband met de uitbreiding met Bulgarije en Roemenië op 1 januari 2007 is het aandelenkapitaal en het bestuur van de Bank overeenkomstig de bepalingen van de statuten van de EIB aangepast. Op grond van haar statuten is de Bank bevoegd een uitstaand bedrag aan kredieten te hebben dat maximaal tweeënenhalf maal zo groot is als de omvang van haar kapitaal.
De Directie
De totale omvang van het geplaatst kapitaal van de Bank bedraagt ruim 164,8 miljard euro.
Verdeling van het kapitaal van de EIB per 1 januari 2007 0
Bedrag (EUR) Duitsland Frankrijk Italië Verenigd Koninkrijk Spanje België Nederland Zweden Denemarken Oostenrijk Polen Finland Griekenland Portugal Tsjechië Hongarije Ierland Roemenië Slowakije Slovenië Bulgarije Litouwen Luxemburg Cyprus Letland Estland Malta
26 649 532 500 26 649 532 500 26 649 532 500 26 649 532 500 15 989 719 500 7 387 065 000 7 387 065 000 4 900 585 500 3 740 283 000 3 666 973 500 3 411 263 500 2 106 816 000 2 003 725 500 1 291 287 000 1 258 785 500 1 190 868 500 935 070 000 863 514 500 428 490 500 397 815 000 290 917 500 249 617 500 187 015 500 183 382 000 152 335 000 117 640 000 69 804 000
Totaal
164 808 169 000
10 000 000 000
20 000 000 000
% DE FR IT GB ES BE NL SE DK AT PL FI GR PT CZ HU IE RO SK SI BG LT LU CY LV EE MT
16,170 16,170 16,170 16,170 9,702 4,482 4,482 2,974 2,269 2,225 2,070 1,278 1,216 0,784 0,764 0,723 0,567 0,524 0,260 0,241 0,177 0,151 0,113 0,111 0,092 0,071 0,042 100,000
EIB-Groep
70
Overzicht van activiteiten 2006
De Directie van de EIB De directie van de Bank en de taken van haar leden Situatie op 1 mei 2007
Philippe MAYSTADT President van de Bank en voorzitter van de Raad van Bewind
Gerlando GENUARDI vice-president
Philippe de FONTAINE VIVE CURTAZ vice-president
Philippe MAYSTADT President van de Bank en voorzitter van de Raad van Bewind ➾ Algemeen beleid ➾ Institutionele aangelegenheden, betrekkingen met de andere Europese instellingen ➾ Betrekkingen met Inspecteur-generaal, financieel controleur en hoofd Bureau compliance ➾ Human resources ➾ Interne communicatie ➾ Beleid gelijke kansen; voorzitter van het paritaire comité voor gelijke kansen (COPEC) ➾ Voorzitter van de Raad van Bestuur van het EIF ➾ Voorzitter van de begrotingscommissie Gerlando GENUARDI vice-president ➾ Kredietverlening in Italië, Griekenland, Cyprus, Malta en de westelijke Balkan ➾ Faciliteit voor gestructureerde financiering ➾ Begroting ➾ Boekhouding ➾ Informatietechnologie ➾ Gouverneur van de EBRD Philippe de FONTAINE VIVE CURTAZ vice-president ➾ Kredietverlening in Frankrijk en de Mediterrane partnerlanden ➾ Kredietverlening aan het MKB ➾ Betrekkingen met het bankwezen ➾ Externe communicatie ➾ Transparantie en informatiebeleid ➾ Betrekkingen met NGO’s ➾ Lid van de Raad van Bestuur van het EIF
Ivan PILIP vice-president
Torsten GERSFELT vice-president
Ivan PILIP vice-president ➾ Kredietverlening in Polen, Tsjechië, Hongarije, Slowakije, Slovenië en Bulgarije ➾ Transeuropese vervoers- en energienetwerken ➾ Maatschappelijke verantwoordelijkheid van de Bank ➾ Vice-gouverneur van de EBRD Torsten GERSFELT vice-president ➾ Kredietverlening in Nederland, Denemarken, Ierland, de ACS-landen en Zuid-Afrika ➾ Energievraagstukken ➾ Sectoraal, economisch en financieel onderzoek ➾ Voorzitter van de Kunstcommissie van de EIB
Simon BROOKS vice-president
Carlos DA SILVA COSTA vice-president
Simon BROOKS vice-president ➾ Kredietverlening in het Verenigd Koninkrijk ➾ Milieubescherming ➾ Interne en externe audit en betrekkingen met het Comité ter controle van de boekhouding ➾ Compliance ➾ Betrekkingen met de Europese Rekenkamer ➾ Betrekkingen met het Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF) en de Europese ombudsman ➾ Gebouwen, arbeidsomgeving en logistiek Carlos DA SILVA COSTA vice-president ➾ Kredietverlening in Spanje, België, Portugal, Luxemburg, Latijns-Amerika en Azië ➾ Juridische aspecten van de verrichtingen en de financiële producten ➾ Financiën ➾ Lid van de Kunstcommissie van de EIB
Matthias KOLLATZ-AHNEN vice-president
Matthias KOLLATZ-AHNEN vice-president ➾ Kredietverlening in Duitsland, Oostenrijk, Roemenië en Kroatië en Turkije ➾ Economische en sociale cohesie; convergentie ➾ Programma JASPERS (Joint Assistance in Supporting Projects for European Regions) ➾ Risicobeheer: kredietrisico’s, marktrisico’s en operationele risico’s ➾ Lid van de Subsidiecommissie Eva SREJBER vice-presidente (per 01/07/2007)
Eva SREJBER vice-presidente (per 01/07/2007) ➾ Kredietverlening in Zweden, Finland, Litouwen, Letland, Estland, de oostelijke buurlanden, Rusland en de EFTA-landen ➾ Programma Innovatie 2010 (tenuitvoerlegging Lissabon-strategie), met inbegrip van de Risicodelende financieringsfaciliteit ➾ Ex-postevaluatie van de verrichtingen ➾ Voorzitter van de Subsidiecommissie
Overzicht van activiteiten 2006
71
EIB-Groep
Organigram u Hoofdafdeling
“ Afdeling h Extern bureau
Secretariaat-generaal en Directoraten Juridische zaken en Human resources
(Situatie op 1 juni 2007)
u Human resources Xavier COLL Directeur
Alfonso QUEREJETA Secretaris-generaal en Directeur-generaal Juridische zaken
u Interinstitutionele zaken en Bureau Brussel Dominique de CRAYENCOUR
“ Administratie en beheersystemen Michel GRILLI
Directeur
• Jean-Philippe BIRCKEL
Mededirecteur
• Ferdinand SASSEN “ Bestuursorganen, secretariaat en protocol Hugo WOESTMANN Mededirecteur
“ Taaldiensten Kenneth PETERSEN Juridische zaken u Communautaire en financiële zaken; kredietverlening buiten Europa
• Catherine ALBRECHT “ P ersoneelswerving Luis GARRIDO “ P ersoneelsontwikkeling en organisatiebeheer Bruno TURBANG (ad interim) • Ute PIEPER-SECKELMANN “ W elzijn op het werk en evenwicht tussen arbeids- en privéleven ... “ Interne communicatie Alain JAVEAU
Marc DUFRESNE
Adjunct-directeur-generaal Juridische zaken
Directoraat Strategie
• Jean-Philippe MINNAERT Functionaris bescherming persoonsgegevens
“ Financiële zaken Nicola BARR Mededirecteur
“ I nstitutionele zaken en personeelszaken Carlos GÓMEZ DE LA CRUZ “ Middellandse Zeegebied (FEMIP), Afrika, Caribisch gebied en Oceanië (de Investeringsfaciliteit), Latijns-Amerika en Azië Regan WYLIE-OTTE Mededirecteur
Rémy JACOB
Directeur-generaal
“ Middelenbeheer en coördinatie Geneviève DEWULF u Strategie, controle van het beheer en financiële controle Jürgen MOEHRKE
u Financiering in Europa Gerhard HÜTZ Directeur
• Gian Domenico SPOTA
“ Operationeel beleid, nieuwe financiële instrumenten José María FERNÁNDEZ MARTÍN “ Adriatische Zee, Zuidoost-Europa Manfredi TONCI OTTIERI Mededirecteur
“ Verenigd Koninkrijk, Ierland, Baltische landen, Denemarken, Finland, Zweden, EFTA-landen Patrick Hugh CHAMBERLAIN “ Frankrijk, België, Nederland, Luxemburg Pierre ALBOUZE “ Midden-Europa, Polen, Rusland, oostelijke buurlanden Barbara BALKE “ Spanje, Portugal Ignacio LACORZANA • Maria SHAW-BARRAGAN
Directeur
u Financiële controle en boekhouding Luis BOTELLA MORALES Financieel controleur
“ Algemene boekhouding Henricus SEERDEN “ Boekhouding derden en administratieve uitgaven Frank TASSONE “ E conomisch en financieel onderzoek Éric PERÉE “ P lanning, budget en controle Theoharry GRAMMATIKOS Mededirecteur
• Yannick MORVAN
“ B eleid maatschappelijke verantwoordelijkheid EIB Felismino ALCARPE
• G udrun LEITHMANN-FRÜH (Coördinatie EIF en Rekenkamer)
EIB-Groep
72
Overzicht van activiteiten 2006
Organigram u Hoofdafdeling
(Situatie op 1 juni 2007)
u Communicatie Gill TUDOR
Woordvoerder en directeur
“ Persbureau Gill TUDOR “ Informatie van het publiek en relaties met de burgermaatschappij Yvonne BERGHORST Informatiebureaus h Bureau Parijs Henry Marty-Gauquié
JESSICA Eugenio LEANZA • Gianni CARBONARO u Instrumenten Actie voor groei Thomas BARRETT Directeur
“ Trans-Europese netwerken Tilman SEIBERT Mededirecteur
• Ale Jan GERCAMA
Directeur
h Bureau Rome Manfredo PAULUCCI de CALBOLI
Mededirecteur
h Bureau Londen Adam McDONAUGH
h Bureau Berlijn Paul Gerd LÖSER
“ Afdeling h Extern bureau
“ Initiatief Innovatie 2010 (i2i) Kim KREILGAARD “ Milieu, energie en adviesdiensten Christopher KNOWLES Mededirecteur
u West-Europa Laurent de MAUTORT Directeur
u Informatietechnologie Patrick KLAEDTKE
“ Verenigd Koninkrijk, Ierland – banken en ondernemingen Robert SCHOFIELD
“ Infrastructuur en technologie José GRINCHO
“ West-Europa – gestructureerde kredieten, publiek-private samenwerkingsverbanden Cheryl FISHER
Directeur Informatiesystemen
Mededirecteur
“ Applicaties financiële activiteiten en kredieten Derek BARWISE
“ Frankrijk – infrastructuur Jacques DIOT Mededirecteur
“ Applicaties administratie en risicobeheer Simon NORCROSS
“ Frankrijk – banken en ondernemingen Jean-Christophe CHALINE • Miguel MORGADO
Gebouwen, logistiek en documentatie Patricia TIBBELS
“ België, Luxemburg, Nederland Henk DELSING
Hoofd
“ Beheer van de werkomgeving Patricia TIBBELS “ Task Force Nieuw gebouw Enzo UNFER “ Archief- en documentbeheer ... “ Inkoop en administratieve diensten ...
Mededirecteur
u Spanje, Portugal Carlos GUILLE Directeur
“ Spanje – infrastructuur Luca LAZZAROLI “ Spanje – banken en ondernemingen Fernando de la FUENTE
Mededirecteur h Bureau Madrid
Angel FERRERO
Directoraat Verrichtingen in de Europese Unie en de kandidaat-lidstaten
“ Portugal Rui Artur MARTINS h Bureau Lissabon Pedro EIRAS ANTUNES
Thomas HACKETT Directeur-generaal
u Midden-Europa Joachim LINK
u Operationele ondersteuning ...
“ Noord-Duitsland Peggy NYLUND GREEN
“ Coördinatie Dominique COURBIN
“ Zuid-Duitsland Anita FUERSTENBERG-LUCIUS
“ Informatiesystemen en applicaties Thomas FAHRTMANN
“ Tsjechië, Slowakije Jean VRLA
“ Ondersteuning van de kredietverlening Bruno DENIS
“ Oostenrijk, Hongarije Paolo MUNINI
Operationeel hoofdcoördinator
Directeur
Mededirecteur
Overzicht van activiteiten 2006
73
EIB-Groep
Organigram u Hoofdafdeling
“ Afdeling h Extern bureau
(Situatie op 1 juni 2007)
h Bureau Wenen Emanuel MARAVIC
Directoraat Verrichtingen buiten Europa en de kandidaat-lidstaten
Directeur
u Adriatische Zee Antonio PUGLIESE Directeur
“ Italië, Malta – infrastructuur Bruno LAGO Mededirecteur
• Flavio SCHIAVO CAMPO de GREGORIO
Jean-Louis BIANCARELLI Directeur-generaal
u Dienst Advies economische ontwikkelingsvraagstukken Daniel OTTOLENGHI Hoofdeconoom ontwikkelingszaken Mededirecteur
“ Italië, Malta – banken en ondernemingen Marguerite McMAHON “ Slovenië, Kroatië, westelijke Balkan Romualdo MASSA BERNUCCI
• Bernard ZILLER u Nabuurschapslanden en Rusland Claudio CORTESE Directeur
u Zuidoost-Europa Andreas VERYKIOS
Adjunct-directeur-generaal
“ Griekenland Themistoklis KOUVARAKIS h Bureau Athene Fotini KOUTZOUKOU “ Bulgarije, Roemenië, Cyprus Cormac MURPHY h Bureau Boekarest Götz VON THADDEN “ Turkije Franz-Josef VETTER h Bureau Ankara ... h Bureau Istanbul Alain TERRAILLON
• Alain NADEAU “ Maghreb Bernard GORDON h Bureau Rabat René PEREZ h Bureau Tunis Diederick ZAMBON “ Machrak Jane MACPHERSON h Bureau Caïro Luigi MARCON “ Oost-Europa, zuidelijke Kaukasus en Rusland Constantin SYNADINO • Umberto DEL PANTA “ Gespecialiseerde verrichtingen Jean-Christophe LALOUX u Afrika, Caribisch gebied, Oceanië – Investeringsfaciliteit Martin CURWEN Directeur
u Baltische Zee ... Directeur
“ Polen Heinz OLBERS h Bureau Warschau Michal LUBIENIECKI “ Baltische landen, Denemarken, Finland, Zweden, EFTA-landen Michael O’HALLORAN • Ann-Louise AKTIV VIMONT
h B ureau Helsinki ...
“ West-Afrika en Sahel Gustaaf HEIM h Bureau Dakar Jack REVERSADE “ Midden- en Oost-Afrika Flavia PALANZA
Mededirecteur h Bureau Nairobi
Carmelo COCUZZA “ Zuidelijk Afrika en Indische Oceaan Serge-Arno KLÜMPER h Bureau Tshwane (Pretoria) David WHITE “ Caribisch gebied en Oceanië David CRUSH h Bureau Fort-de-France Anthony WHITEHOUSE h Bureau Sydney Jean-Philippe DE JONG “ Hulpbronnen en ontwikkeling Tassilo HENDUS “ Portefeuillebeheer, strategie Catherine COLLIN
EIB-Groep
74
Overzicht van activiteiten 2006
Organigram (Situatie op 1 juni 2007 )
u Hoofdafdeling
u Latijns-Amerika en Azië Francisco de PAULA COELHO
Directoraat Projecten
Directeur
“ Latijns-Amerika Alberto BARRAGAN “ Azië Matthias ZÖLLNER • Philippe SZYMCZAK
“ Afdeling h extern bureau
Grammatiki TSINGOU-PAPADOPETROU Directeur-generaal
“ Duurzame ontwikkeling Peter CARTER Mededirecteur
“ Kwaliteitscontrole en follow-up Angelo BOIOLI
Directoraat Financiën Bertrand de MAZIÈRES Directeur-generaal
• Ghislaine RIOS u Kapitaalmarkten Barbara BARGAGLI PETRUCCI Directeur
“ De eurozone Carlos FERREIRA DA SILVA • Aldo ROMANI “ Europa (buiten de eurozone), Afrika Richard TEICHMEISTER “ Noord- en Zuid-Amerika, Azië, Oceanië Eila KREIVI • Sandeep DHAWAN “ Relaties met de beleggers en marketing Peter MUNRO u Treasury Anneli PESHKOFF Directeur
“ Middelenbeheer Béatrice LAURY u Concurrentievermogen en innovatie Constantin CHRISTOFIDIS Directeur
“ Verwerkende en overige industrie (O&O) ... “ ICT en digitale economie ... “ Menselijk kapitaal John DAVIS “ Dienstverlening en MKB, agro-industrie (waaronder biobrandstoffen) Hans-Harald JAHN • Pedro OCHOA • Peder PEDERSEN • Rüdiger SCHMIDT • Campbell THOMSON u Vervoer en energie Christopher HURST Directeur
• René van ZONNEVELD “ Wegvervoer en spoorwegen Matthew ARNDT
“ Liquiditeitenbeheer Francis ZEGHERS • Timothy O’CONNELL
“ Lucht- en zeevaart José Luis ALFARO • Klaus HEEGE
“ Beheer activa/passiva Jean-Dominique POTOCKI
“ Energieproductie en -netwerken ... • Heiko GEBHARDT • François TREVOUX
“ Portefeuillebeheer Paul ARTHUR “ Financiële engineering en adviesdiensten Guido BICHISAO u Prognoses en geldstromen Gianmaria MUSELLA Directeur
“ Backoffice uitleningen en operationele ondersteuning kredietverlening Ralph BAST “ Backoffice Treasury Yves KIRPACH “ Backoffice inleningen Antonio VIEIRA “ Systemen en procedures Georg HUBER Mededirecteur
“ Coördinatie en financieel beleid Éric LAMARCQ
“ Energie-efficiëntie en hernieuwbare energie Juan ALARIO GASULLA Mededirecteur
• Nigel HALL u Convergentie en milieu Patrice GÉRAUD Directeur
“ Kredieten-programma’s Guy CLAUSSE Mededirecteur
• Eugenia KAZAMAKI-OTTERSTEN “ Water en milieubescherming José FRADE Mededirecteur
• Michel DECKER “ Stadsvervoer en overige stedelijke infrastructuur Mateo TURRÓ CALVET Mededirecteur
Overzicht van activiteiten 2006
75
EIB-Groep
De samenstelling van de diensten, het curriculum vitae van de algemeen directeuren en de leidinggevenden van de controleafdelingen, evenals aanvullende informatie over de beloningsstructuur van het voltallige personeel van de Bank worden regelmatig geactualiseerd en bekendgemaakt op de website van de EIB: www.eib.org
u Hoofdafdeling
“ Afdeling h extern bureau
“ Ontwikkelingsprojecten, nieuwe initiatieven, vaste afvalstoffen Stephen WRIGHT Mededirecteur
• Eberhard GSCHWINDT • Philippe GUINET
(Situatie op 1 juni 2007)
Inspectoraat-generaal Peter MAERTENS
Inspecteur-generaal
JASPERS Patrick WALSH Mededirecteur
• Agustin AURÍA Mededirecteur
• Axel HÖRHAGER • Christian CAREAGA
• S iward de VRIES (Dienst Fraude-onderzoek)
“ Interne audit Ciaran HOLLYWOOD “ Evaluatie van de verrichtingen Alain SÈVE Mededirecteur
• Gavin Dunnett • Rainer SAERBECK • Werner SCHMIDT
Directoraat Risicobeheer Pierluigi GILIBERT Directeur-generaal
“ Coördinatie en ondersteuning Elisabeth MATIZ Mededirecteur
“ Financieel toezicht en herstructurering van verrichtingen Klaus TRÖMEL Mededirecteur
u Kredietrisico’s Per JEDEFORS
Compliancefunctie van de EIB-Groep Konstantin ANDREOPOULOS Chief compliance officer
• E velyne POURTEAU Mededirecteur
• Luigi LA MARCA
Directeur
“ Ondernemingen, publieke sector, infrastructuur Stuart ROWLANDS “ Projectfinanciering en verrichtingen buiten de EU Paolo LOMBARDO “ Financiële instellingen Per de HAAS (ad interim) u Financiële en operationele risico’s Alain GODARD Directeur
Adviseur van de Directie voor strategie- en onderhandelingsvraagstukken van de EIB-Groep
Francis CARPENTER Directeur-generaal
Vertegenwoordiging bij de Raad van Bewind van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling
“ Beheer activa/passiva en marktrisico’s Giancarlo SARDELLI • Vincent THUNUS “ Derivaten Luis GONZALEZ-PACHECO
Terence BROWN
Bewindvoerder van de EIB
“ Operationele risico’s Antonio ROCA IGLESIAS Walter CERNOIA Plaatsvervanger
EIB-Groep
76
Overzicht van activiteiten 2006
Statutaire lichamen van het EIF
Bestuur en sleutelfunctionarissen van het EIF Het EIF wordt bestuurd en geleid door de drie navolgende organen: ➾ De Algemene vergadering van aandeelhouders
(EIB, Europese Unie, 29 financiële instellingen), die ten minste eenmaal per jaar bijeenkomt; ➾ De Raad van Bestuur, bestaande uit zeven leden
en zeven plaatsvervangend leden, die onder andere besluiten nemen met betrekking tot de verrichtingen van het Fonds;
Francis CARPENTER Voorzitter Directeur investeringen ➾ John A. Holloway
Risicokapitaal
➾ ➾ ➾
Hoofden Jean-Philippe BURCKLEN Jacques DARCY Ulrich GRABENWARTER
Plaatsvervangend hoofden ➾ Jouni HAKALA ➾ Matthias UMMENHOFER ➾ ➾ ➾ ➾
Sleutelfunctionarissen Laurent BRAUN Paul VAN HOUTTE Christine PANIER David WALKER
Garanties en effectisering
Hoofd ➾ Alessandro TAPPI Plaatsvervangend hoofd ➾ Christa KARIS Sleutelfunctionarissen ➾ Per-Erik ERIKSSON ➾ Gunnar MAI
De Raad van Bestuur
➾ De algemeen directeur, die verantwoordelijk is
voor het bestuur van het Fonds, overeenkomstig de bepalingen van de statuten van het Fonds en de richtlijnen van de Raad van Bewind. De cijfers van het EIF worden gecontroleerd door een Auditcommissie, bestaande uit drie door de Algemene vergadering benoemde leden, en door de onafhankelijke externe accountants.
Jeremie
Hoofd ➾ Marc SCHUBLIN Plaatsvervangend hoofd ➾ Hubert COTTOGNI ➾ ➾ ➾
Sleutelfunctionarissen Alexander ANDÒ Graham COPE Fabrizio CORRADINI
Risicobeheer en -controle
Hoofd ➾ Thomas MEYER Sleutelfunctionarissen ➾ Helmut KRAEMER-EIS ➾ Pierre-Yves MATHONET
Algemene zaken
Secretaris-generaal ➾ Robert WAGENER
Uitgebreide gegevens betreffende de statutaire lichamen van het EIF (samenstelling, curriculum vitae van de leden, beloningsstructuur) en de diensten (samenstelling, curriculum vitae van de directeuren-generaal en de directeuren, beloningsstructuur voor alle medewerkers) worden regelmatig bijgewerkt en bekend gemaakt op de website van het EIF: www.eif.org
➾ ➾ ➾
Hoofden Maria LEANDER - Juridische zaken Jobst NEUSS - Compliance Frédérique SCHEPENS - Algemene en financiële zaken
➾ ➾ ➾ ➾
Sleutelfunctionarissen Eva GOULAS - Human resources Marceline HENDRICK - Cliënten Delphine MUNRO - Marketing en communicatie John PARK - ICT
Overzicht van activiteiten 2006
Projecten die voor financiering door de EIB-Groep in aanmerking komen Binnen de Europese Unie moeten projecten, om voor EIB-financiering in aanmerking te komen, bijdragen aan een of meer van onderstaande doelstellingen: ➾ het versterken van de economische en sociale cohesie: door het bevorderen van investeringen in alle sectoren van de economie, zodat een bijdrage wordt geleverd aan de ontwikkeling van de armste gebieden; ➾ het bevorderen van investeringen die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kennis- en innovatiemaatschappij; ➾ het verbeteren van de infrastructuur en dienstverlening op het gebied van gezondheidszorg en onderwijs, de belangrijkste elementen voor het vormen van menselijk kapitaal; ➾ het ontwikkelen van communautaire infrastructuurnetwerken op het gebied van vervoer, telecommunicatie en energie; ➾ bescherming van het milieu en verbetering van de kwaliteit van het bestaan; ➾ het veiligstellen van de energievoorziening door energiebesparing, ontwikkeling van de eigen energiebronnen, met inbegrip van duurzame energie, en spreiding van de invoer. De EIB-Groep ondersteunt de ontwikkeling van het MKB door de verbetering van het financiële klimaat: ➾ door kredietlijnen van de EIB op middellange en lange termijn; ➾ door de risicokapitaalactiviteiten van het EIF; ➾ door garanties van het EIF ten gunste van het MKB.
In de kandidaat-lidstaten en partnerlanden draagt de EIB bij aan de uitvoering van het Europese steunen ontwikkelingssamenwerkingsbeleid. Zij is actief in: ➾ de kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten in Zuidoost-Europa, waar zij een bijdrage levert aan de doelstellingen van het Stabiliteitspact door haar kredietverlening niet alleen te richten op de wederopbouw van de basisinfrastructuur en op projecten met een regionaal karakter, maar eveneens op de ontwikkeling van een particuliere sector; ➾ de niet-lidstaten in het Middellandse Zeegebied, waar zij in het kader van het euromediterrane partnerschap steun verleent met het oog op de vorming van een vrijhandelszone vóór 2010; ➾ de landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen), Zuid-Afrika en de Landen en Gebieden Overzee (LGO), ten behoeve van de ontwikkeling van basisinfrastructuren en de locale particuliere sector; ➾ Azië en Latijns-Amerika, waar zij steun verleent aan projecten die van wederzijds belang zijn voor de Unie en de desbetreffende landen.
77
EIB-Groep
EIB-Groep
78
Overzicht van activiteiten 2006
Adressen van de EIB-Groep
Europese Investeringsbank www.eib.org – U
[email protected] 100, boulevard Konrad Adenauer L-2950 Luxembourg
3 (+352) 43 79 1 5 (+352) 43 77 04
België
Rue de la loi 227 / Wetstraat 227 B-1040 Bruxelles / Brussel
3 (+32-2) 235 00 70 5 (+32-2) 230 58 27
Duitsland
Lennéstraße 11 D-10785 Berlin
3 (+49-30) 59 00 47 90 5 (+49-30) 59 00 47 99
Frankrijk
21, rue des Pyramides F-75001 Paris
3 (+33-1) 55 04 74 55 5 (+33-1) 42 61 63 02
Griekenland
1, Herodou Attikou & Vas. Sofias Ave GR-106 74 Athens
3 (+30) 210 68 24 517 5 (+30) 210 68 24 520
Italië
Via Sardegna 38 I-00187 Roma
3 (+39) 06 47 19 1 5 (+39) 06 42 87 34 38
Oostenrijk
Mattiellistraße 2-4 A-1040 Wien
3 (+43-1) 505 36 76 5 (+43-1) 505 36 74
Polen
Plac Piłsudskiego 1 PL-00-078 Warszawa
3 (+48 22) 310 05 00 5 (+48 22) 30 05 01
Portugal
Avenida da Liberdade, 190-4° A P-1250-147 Lisboa
3 (+351) 213 42 89 89 5 (+351) 213 47 04 87
Spanje
Calle José Ortega y Gasset, 29, 5° E-28006 Madrid
3 (+34) 914 31 13 40 5 (+34) 914 31 13 83
Verenigd Koninkrijk
2 Royal Exchange Buildings London EC3V 3LF
3 (+44) 20 73 75 96 60 5 (+44) 20 73 75 96 99
Externe bureaus:
Overzicht van activiteiten 2006
79
EIB-Groep
Adressen van de EIB-Groep
Australië
Level 31, ABN AMRO Tower 88 Phillip Street Sydney NSW 2000
3 (+61-2) 82 11 05 36 5 (+61-2) 82 11 06 88
Egypte
6, Boulos Hanna Street Dokki, 12311 Giza
3 (+20-2) 336 65 83 5 (+20-2) 336 65 84
Kenia
Africa Re Centre, 5th floor Hospital Road, PO Box 40193 KE-00100 Nairobi
3 (+254-20) 273 52 60 5 (+254-20) 271 32 78
Marokko
Riad Business Center, Aile sud, Immeuble S3, 4e étage, Boulevard Er-Riad Rabat
3 (+212) 37 56 54 60 5 (+212) 37 56 53 93
Senegal
3, rue du Docteur Roux BP 6935, Dakar-Plateau
3 (+221) 889 43 00 5 (+221) 842 97 12
Tunesië
70, avenue Mohamed V TN-1002 Tunis
3 (+216) 71 28 02 22 5 (+216) 71 28 09 98
Zuid-Afrika
5 Greenpark Estates 27 George Storrar Drive Groenkloof 0181 Tshwane (Pretoria)
3 (+27-12) 425 04 60 5 (+27-12) 425 04 70
Europees Investeringsfonds www.eif.org – U
[email protected] 43, avenue J.F. Kennedy L-2968 Luxembourg
3 (+352) 42 66 88 1 5 (+352) 42 66 88 200
Voor een bijgewerkt overzicht van bestaande bureaus, adressen en verdere gegevens kunt u terecht op de website van de Bank.
EIB-Groep
80
Overzicht van activiteiten 2006
Op de cd-rom die bij deze brochure is gevoegd vindt u de informatie die in de drie delen van het Jaarverslag is opgenomen, alsmede de elektronische versies van deze delen in de verschillende beschikbare talen. Het Jaarverslag kan ook worden geraadpleegd op de website van de Bank: www.eib.org/report
2006
EIB-Gruppe EIB Group Groupe BEI
Adenauer
1.
[email protected]
Tätigkeitsbericht Activity Report Rapport d’activité
2.
Finanzbericht Financial Report Rapport financier
3.
Statistischer Bericht Statistical Report Rapport statistique
IS SN 1 681- 3 9 9 5
De EIB dankt de volgende projectopdrachtgevers en leveranciers voor de foto’s die als illustratiemateriaal voor dit verslag zijn gebruikt: AVE (blz. 8, 28), Águas de Portugal (blz. 10), TGV-Est européen (blz. 12), SMTC (blz. 13, 16), AP-HM (blz. 15), Jean-Paul Kieffer (blz. 23), Aquafin (blz. 24), ANA - Aeroportos de Portugal, SA (blz. 31), LGV-Est européen (blz. 31), Rolls-Royce plc 2006 (blz. 33), Europese Commissie (blz. 33, 38, 58, 60). De overige foto’s en illustraties zijn afkomstig van het grafisch atelier van de EIB. Gedrukt in Luxemburg door Imprimerie Centrale s.a. op AcondaVerd Silk papier met plantaardige inkten op oliebasis. Dit papier, dat is gecertificeerd volgens de regels van de Forest Stewardship Council (FSC), bevat 60% zuivere vezel (waarvan ten minste 30% uit verantwoord beheerde bossen), 30% ontinkt postconsumptieafval en 10% papierafval uit de papierfabriek.