KAART 1 REDENEN CONTACT MET DE HUISARTS EN/OF DE SPECIALIST (VRAAG GP.06. EN SP.06. - mondelinge vragenlijst)
1.
Wegens een klacht, ziekte
2.
Diagnostisch of preventief onderzoek, test
3.
Voor een behandeling of een voorschrift
4.
Voor het resultaat van een onderzoek of test
5.
Om een administratieve reden
6.
Doorverwezen of om andere reden
9.
Weet het niet
KAART 2 DOORVERWIJZINGEN (VRAAG GP.10. + SP.10. - mondelinge vragenlijst)
01. Neen, niet doorverwezen 02. Doorverwezen naar specialist of polikliniek 03. Doorverwezen voor het maken van foto’s 04. Doorverwezen naar laboratorium voor onderzoek 05. Doorverwezen naar ziekenhuis voor opname 06. Doorverwezen naar kinesist 07. Doorverwezen naar thuisverpleging 08. Doorverwezen naar maatschappelijk werk 09. Doorverwezen naar andere instantie 99. Weet het niet
KAART 3 SOORT SPECIALIST (VRAAG GP.10. - mondelinge vragenlijst)
1.
Hartspecialist (cardioloog)
2.
Chirurg
3.
Plastisch chirurg
4.
Huidspecialist (Dermatoloog)
5.
Maag- en darmspecialist (Gastro-enteroloog)
6.
Gynaecoloog-Verloskundige
7.
Specialist inwendige ziekten
8.
Specialist nucleaire geneeskunde
9.
Neurochirurg
10. Neuropsychiater 11. Oogarts 12. Neus-keel- en oorarts 13. Orthopedist 14. Kinderarts (Pediater) 15. Fysiotherapeut 16. Longspecialist (Pneumoloog) 17. Psychiater 18. Reumatoloog 19. Radiotherapeut 20. Specialist mondziekten (Stomatoloog) 21. Uroloog 22. Geriater 23. Nierspecialist (Nefroloog) 24. Kankerspecialist (Oncoloog) 25. Neuroloog 26. Endocrinoloog
KAART 4 VOORGESCHREVEN MEDICIJNEN (VRAAG DR.03 - mondelinge vragenlijst)
a.
Geneesmiddelen tegen hoest, verkoudheid, griep, keelpijn, enz.
b.
Geneesmiddelen of zalven tegen reuma, gewrichtspijnen enz.
c.
Andere pijn- en koortswerende middelen.
d.
Versterkende middelen zoals vitaminen, mineralen, tonica, ..
e
Geneesmiddelen voor hart en bloedvaten of bloeddruk.
f.
Geneesmiddelen voor het verbeteren van de hersendoorbloeding.
g.
Waterafdrijvende middelen.
h.
Laxeermiddelen (voor de stoelgang).
i.
Geneesmiddelen tegen maag- en darmklachten; spijsverteringsmiddelen.
j
Slaapmiddelen.
k.
Geneesmiddelen tegen depressie.
l.
Kalmeringsmiddelen en andere middelen voor de zenuwen.
m. Antibiotica. n.
Geneesmiddelen voor lokale behandeling van de huid (bij acné, eczeem, jeuk, schilfertjes, wonden).
o.
Geneesmiddelen tegen allergie.
p.
Geneesmiddelen tegen astma.
q.
Hormonen tijdens de menopauze.
r.
Geneesmiddelen tegen suikerziekte (ook injecties).
s.
Geneesmiddelen tegen epilepsie (stuipen).
t.
Geneesmiddelen tegen de ziekte van Parkinson.
u.
Geneesmiddelen voor de ogen (zalf, druppels).
v.
Geneesmiddelen om te vermageren.
w.
Homeopathische middelen.
x
Andere geneesmiddelen.
y.
Soort geneesmiddel onbekend.
KAART 5 NIET VOORGESCHREVEN MEDICIJNEN (VRAAG DR.O6. - mondelinge vragenlijst)
a.
Geneesmiddelen tegen hoest, verkoudheid, griep, keelpijn, enz.
b.
Geneesmiddelen of zalven tegen reuma, gewrichtspijnen enz.
c.
Andere pijnstillers en koortswerende middelen..
d.
Versterkende middelen zoals vitaminen, mineralen, tonicum..
e.
Geneesmiddelen voor hart en bloedvaten of bloeddruk.
f.
Geneesmiddelen voor het verbeteren van de hersendoorbloeding.
g.
Waterafdrijvende middelen.
h.
Laxeermiddelen (voor de stoelgang).
I.
Geneesmiddelen tegen maag- en darmklachten, spijsverteringsmiddelen.
j.
Slaapmiddelen.
k
Kalmeringsmiddelen, middelen voor de zenuwen.
l.
Geneesmiddelen voor lokale behandeling van de huid (bij acné, eczeem, jeuk, schilfertjes, wonden).
m. Geneesmiddelen tegen allergie. n.
Geneesmiddelen tegen astma.
o.
Geneesmiddelen voor de ogen (zalf, druppels).
p.
Geneesmiddelen om te vermageren.
q.
Homeopathische middelen.
r.
Andere geneesmiddelen.
s
Soort geneesmiddel onbekend.
KAART 6 REDENEN CONTACT MET TANDARTS (VRAAG DE.08. - mondelinge vragenlijst)
1.
Ten gevolge van pijn
2.
Periodiek onderzoek
3.
Behandeling na periodiek onderzoek
4.
Langlopende behandeling
5.
Andere reden
9.
Weet het niet
KAART 7 TUSSENKOMST TANDARTS (VRAAG DE.O9.- mondelinge vragenlijst) 1.
Controle
2.
Trekken van tand of kies
3.
Vullen van tand of kies
4.
Maken van kroon of brug
5.
Gebitsregulatie (tandbeugel)
6.
Fluorapplicatie
7.
Verwijderen van tandsteen
8.
Iets anders
9.
Weet het niet
KAART 8 PARAMEDISCHE EN SOCIALE DIENSTEN (VRAAG PC.O2. - mondelinge vragenlijst)
01. Kinesist 02. Diëtist 03. Homeopaat 04. Acupuncturist 05. Chiropractor, osteopaat, kraker 06. Andere genezer 07. Thuisverpleging 08. Thuishulp (diensten voor gezins- en bejaardenhulp) 09. Arbeidsgeneeskundige diensten 10. PMS-centra 11. Centra of diensten voor geestelijke gezondheidszorg, gezinsvragen 12. Jongeren informatie- en adviescentra 13. Tele-onthaaldiensten, telefonische hulpverlening (bv. AIDS-telefoon) 14. OCMW 15. Zelfhulpgroep (bv. suikerziekte, anonieme alcoholisten) 16. Andere dienst
KAART 9 DIENSTEN VOOR OUDEREN (VRAAG PC.03.- mondelinge vragenlijst)
1.
Gezins- of bejaardenhulp
2.
Poetshulp (van een dienst bejaardenhulp)
3.
Privé-poetsvrouw
4.
Warme maaltijden aan huis
5.
Hulp van een dagcentrum
6.
Andere
KAART 10 DIENST OPNAME (VRAAG HO.05. - mondelinge vragenlijst)
1.
Cardiologie (Hart- en vaatziekten)
2.
Chirurgie (Heelkunde)
3.
Plastische Chirurgie
4.
Dermatologie (Huidaandoeningen)
5.
Gastro-enterologie (Maag- en darmziekten)
6.
Gynaecologie (Verloskunde)
7.
Inwendige geneeskunde
8.
Nucleaire geneeskunde
9.
Neurochirurgie
10. Neuropsychiatrie 11. Ophtalmologie (Oogziekten) 12. Neus-keel-oorziekten 13. Orthopedie 14. Pediatrie (Kindergeneeskunde) 15. Fysiotherapie (fysieke geneeskunde) 16. Pneumologie (Longziekten) 17. Psychiatrie 18. Reumatologie 19. Radiotherapie 20. Stomatologie (Mondziekten) 21. Urologie 22. Geriatrie 23. Nefrologie (Nierziekten) 24. Oncologie 25. Intensieve Zorgen 26. Neurologie
KAART 11 FYSIEKE ACTIVITEIT (VRAAG AP.01. - mondelinge vragenlijst)
1.
Harde training en competitiesport meer dan eens per week
2.
Joggen en andere recreatiesporten of tuinieren, tenminste 4 uren per week
3.
Joggen en andere recreatiesporten of tuinieren, minder dan 4 uren per week
4.
Wandelen, fietsen of andere niet-inspannende activiteiten tenminste 4 uren per week
5.
Wandelen, fietsen of andere niet-inspannende activiteiten, minder dan 4 uren per week
6.
Lezen, TV-kijken of andere zittende activiteiten
KAART 12 HUIDIGE STUDIERICHTING/DIPLOMA (VRAAG ET.02., ET.03. mondelinge vragenlijst)
01. Lager onderwijs 02. Bijzonder lager onderwijs 03. Lager middelbaar beroepsonderwijs 04. Lager middelbaar technisch onderwijs 05. Lager algemeen middelbaar onderwijs 06. Bijzonder middelbaar onderwijs 07. Hoger middelbaar beroepsonderwijs 08. Hoger middelbaar technisch onderwijs 09. Hoger algemeen middelbaar onderwijs 10. Hoger onderwijs buiten de universiteit (2-3 jaar) 11. Hoger onderwijs buiten de universiteit (4 jaar of meer) 12. Universiteit 13. Andere 99. Weet het niet
KAART 13 INKOMEN (> 80.000 BEF / MAAND) (VRAAG IN.02. mondelinge vragenlijst + huishoudvragenlijst)
14. 80.000 - 84.999 BEF 15. 85.000 - 89.999 BEF 16. 90.000 - 94.999 BEF 17. 95.000 - 99.999 BEF 18. 100.000 - 104.999 BEF 19. 105.000 - 109.999 BEF 20. 110.000 - 114.999 BEF 21. 115.000 - 119.999 BEF 22. 120.000 - 124.999 BEF 23. 125.000 - 129.999 BEF 24. 130.000 - 134.999 BEF 25. 135.000 - 139.999 BEF 26. 140.000 - 144.999 BEF 27. 145.000 - 149.999 BEF 28. 150.000 BEF of meer
KAART 14 INKOMEN (< 80.000 BEF/MAAND) (VRAAG IN.02. mondelinge vragenlijst + huishoudvragenlijst)
1.
Minder dan 20.000 BEF
2.
20.000 - 24.999 BEF
3.
25.000 - 29.999 BEF
4.
30.000 - 34.999 BEF
5.
35.000 - 39.999 BEF
6.
40.000 - 44.999 BEF
7.
45.000 - 49.999 BEF
8.
50.000 - 54.999 BEF
9.
55.000 - 59.999 BEF
10. 60.000 - 64.999 BEF 11. 65.000 - 69.999 BEF 12. 70.000 - 74.999 BEF 13. 75.000 - 79.999 BEF