NADERE TOEGANG 249
OUD ADMINISTRATIEF ARCHIEF SCHIEDAM WEESKAMER INVENTARISNUMMER 1615 15–08–1627 t/m 28–12-1645 BEWERKING DOOR A N T H O N I U S V A N D E R T U IJ N TE RHOON
NADERE TOEGANG 249
Nr. 1 folio 1 d.d. 15-08-1627. Geertgen Crijnen weduwe Pieter Cornelisz. Penning geassisteerd met haar gekozen voogd Dirck Arijensz. lakenkoper ter ene zijde, mitsgaders Doen Jorisz. Beijs en Jop Cornelisz. Penning als voogden van de 6 nagelaten weeskinderen van de voorn. Pieter Cornelisz. Penning en Geertgen Crijnen, genaamd: Maertgen Pietersdr. oud 11 jaar, Sijtgen Pietersdr. 9 jaar, Neeltgen Pietersdr. 7 jaar, Lijsbeth Pietersdr. 6 jaar, Sijtgen Pietersdr. 5 jaar en jonge Maertgen Pietersdr. 3 jaar, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd na overlegging van de inventaris, nopers de vaderlijke erfenis. De weduwe is gehouden haar kinderen op te voeden tot hun mondige dag of eerder huwelijk en alsdan een uitzet te geven overeenkomstig haar staat, mitsgaders aan elk f 2, te versterven van het ene kind op het andere en bij overlijden van allen op de erfgenamen van vaders zijde ab intestato. Hiertegen zal de weduwe de gehele boedel behouden met in- en uitschulden. Zij verzekert dit op haar huis en erf in de Lange Nieuwstraat, belend ten O: de voorn. Dirck Arijensz. en ten W: Maertgen Lenertsdr. weduwe Lenert Lambrechtsz. Nr. 2 folio 1v. d.d. 25-08-1627. Lenart Heijnricxz. weduwnaar Trijntgen Jansdr. ter ene zijde, mitsgaders Jan Arijensz. bestevader en Pieter Jansz. oom, beiden voogden van Annitgen Lenertsdr. oud 5 jaar, nagelaten door de voorn. Trijntgen Jansdr. en verwekt bij Lenart Heijndricxz., ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd na overlegging van de inventaris, nopens de moederlijke erfenis van het weeskind. De weduwnaar is gehouden het weeskind te onderhouden tot haar mondige dag of eerder huwelijk en alsdan uit te reiken f 6. Hiertegen zal hij behouden de gehele boedel met in- en uitschulden. Hij verbindt hieraan al zijn goederen. Kanttekening: Lijsbeth Dircxdr. laatst gehuwd met Leendert Hendricxz. exhibeerde de kwitantie van deszelfs dochter Annetgen Leenders, welke bekende van het bewijs ten volle betaald te zijn. Nr. 3 folio 2 d.d. 30-08-1627. Neeltgen Thomasdr. weduwe Maerten Molijn kuiper ter ene zijde, mitsgaders Claes Jansz. Muijs en Frans Harmensz. kuiper en keurmeester van de haring, voogden van de 5 onmondige weeskinderen van Neeltgen Thomasdr. verwekt bij Maerten Molijn, genaamd: Willem Molijn oud 21 jaar, Pieter Molijn 18 jaar, Catalijn Molijn 16 jaar, Cornelis Molijn 14 jaar en Machtelt Molijn 12 jaar, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de vaderlijke erfenis van de kinderen, naar staat en gelegenheid des boedels waarbij gebleken is dat er meer schulden zijn dan baten. De weduwe is gehouden de weeskinderen op te voeden tot hun mondige dag of eerder huwelijk en alsdan uit te reiken elk f 3, te versterven van het ene kind op het andere en bij overlijden van allen op de erfgenamen van vaders zijde ab intestato. Hiertegen zal de weduwe behouden de boedel met in- en uitschulden. Zij verzekert dit op haar huis en erf in de Westmolenstraat, belend ten O: Jan Jansz. leertouwer en ten W: Bouwen Cornelisz., strekkende voor van de straat tot achter aan de bansloot. Nr. 4 folio 2v. d.d. 13-09-1627. Jacobmijntgen Arijensdr. weduwe Roeloff Pietersz. ter ene zijde, mitsgaders Mees Roelen, Jacob Roelen, vervangende Cornelis Pietersz. gehuwd met Neeltgen Roelen, mitsgaders Jan Roelen hun broeder tegenwoordig uitlandig, allen mondige en gehuwde kinderen en Mees Roelen als voogd neffens Huijbrecht Cornelisz. welke hij vervangt, van de weeskinderen van Pieter Roelen verwekt bij Pleuntgen Arijens, nog als voogd neffens Jan Cornelisz. Caescoper, van de weeskinderen van Pouwels Roelen waar moeder van is Maertgen Dircken, allen tezamen kinderen en erfgenamen van Roeloff Pietersz., ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd na overlegging van de inventaris van de boedel. De erfgenamen zullen hebben de kustingbrief sprekende op Cornelis Pietersz. van Bergen kuiper, inhoudende nog f 592-10-00, te betalen met f 30 per jaar, mitsgaders nog de somme van f 97, te ontvangen uit de eerste ontvangen penningen van de kustingbrief sprekende op Abram Souwers, te betalen met f 40 per jaar. De weduwe zal hebben de gehele boedel met in- en uitschulden en verbindt hieraan haar huis en erf in de Lange Kerkstraat, belend ten W: Claes Arijensz. de Pals en ten O: Arent Meessen metselaar. Nr. 5 folio 3v. d.d. 11-10-1627. Maertgen Pietersdr. weduwe Ewout Arijensz. ter ene zijde en Jan Jansz. van Es en Michiel Heijndricxz. omen en bloedvoogden van het weeskind nagelaten door Euwout Arijensz. verwekt bij Maertgen Pieters, genaamd Jannitgen Euwouts oud 5 jaar, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de vaderlijke erfenis van het weeskind, na overlegging van de inventaris waarbij is gebleken dat er meer schulden waren dan baten. De weduwe belooft het kind te onderhouden, een handwerk te laten leren, tot haar mondige dag of eerder huwelijk en alsdan een uitzet te geven naar haar staat en uit te reiken f 6, te versterven op de erfgenamen van vaderszijde ab intestato. Daartegen zal zij hebben de gehele boedel met in- en uitschulden. Zij verbindt hieraan haar persoon en goederen. Nr. 6 folio 4v. d.d. 27-09-1627.
NADERE TOEGANG 249 Geertgen Danckers weduwe Pieter Gleijns geassisteerd met Cornelis Caescoper haar gekozen voogd, ter ene zijde en Adriaen Jorisz. brouwer en Pieter Arijensz. pottenbakker als voogden van de 2 nagelaten kinderen van Pieter Galeijnsz. verwekt bij Geertgen Danckers, genaamd Maertgen Pieters oud 20 jaar en Hadewij Pieters 18 jaar, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens het vaderlijk bewijs van de kinderen na overlegging van de inventaris. De weduwe zal haar kinderen opvoeden tot hun mondige dag of eerder huwelijk en alsdan een uitzet geven en uitreiken f 300 op f 50 op de mondige dag of eerder huwelijk en de rest op f 50 per jaar. Indien zij in hetzelve jaar trouwen, elk f 25 en daarna f 50 per jaar. Nog zullen de kinderen hebben de erfenis van Pieter Gleijnsz. hun zaliger oom, hetwelk de weduwe is possiderende, te versterven van het ene kind op het andere en bij vooroverlijden van beiden op de erfgenamen van vaderszijde ab intestato. De weduwe zal behouden de verdere boedel met in- en uitschulden. Zij verzekert dit op haar beide huizen, staande tegenover elkaar op de Nieuwstraat, belend het ene ten N: Heijndrick Allertsz. bakker en ten Z: Jan Fransz. de Bruijcker. Het andere belend ten Z: de gang van de voorn. Caescoper en ten N: Geertgen Gillis. Wijders op haar tuin en barg in de Princestraat, belend ten W: Jan Jansz. schuitvoerder en ten O: Joost van Montfoort. Nr. 7 folio 5. d.d. 11-10-1627. De weesmeesters authoriseren Heijndrick Willemsz. Spieringman als oom en voogd van de weeskinderen van zaliger Dammis Willemsz. waar moeder van is Trijntgen Cornelis om zich te transporteren te Pernis in het sterfhuis van Pieter Heijndricxz., oudoom van de kinderen overleden te Pernis, om aldaar de gerechtigheid van de kinderen waar te nemen tegen de mede erfgenamen, de penningen te ontvangen en alles te doen wat gedaan moet worden en bewijs en reliqua daarvan te overleggen aan de weesmeesters. Nr. 8 folio 6 d.d. 25-10-1627. De weesmeesters hebben op verzoek van de erfgenamen van Pleun Arijensz. Broer en als oppervoogden over de weeskinderen van Arijen Pietersz. landman, Pieter Arijensz. pottenbakker, geauthoriseerd om de huizing, meubele goederen van de voorsz. Broer te verkopen en te gelde te maken, gifte van het huis te geven en voorts alles te doen wat gedaan moet worden en daarvan bewijs en reliqua te overleggen. Nr. 9 folio 6v. d.d. 01-11-1627. Jeremias Dircxz. hoedenkramer ter ene zijde en Andries Gerritsz. Hessing als voogd van het weeskind van Willemijntgen Dircxdr. waar vader van is Adam Sluijs bakker, ter andere zijde. Zij zijn overeengekomen aangaande de f 400 die het weeskind van hem Jeremias Dircxz. toekomt volgens het verlij van 30-09-1624 ter weeskamer gedaan, met de renten van dien. Jeremias Dircxz. geeft in mindering hiervan en transporteert de lijfrente van f 43 per jaar, staande t.n.v. Neeltgen Maertensdr. zijn huisvrouw, houdende op de stad Enkhuizen, tot volle betaleing van het kinds achterzijn toe. Voorts is nog geaccordeerd dat Jeremias Dircxz. het weeskind zal onderhouden voor de tijd van 1 jaar voor de somme van f 54. Nr. 10 folio 7 d.d. eodem die. Annitgen Dircxdr. weduwe Cornelis Senten vertoonde een testament door hen beiden verleden op 0609-1624 voor Dirck Gommersbach notaris, waarin het onderhoud van hun kind wordt bewezen. Nr. 11 folio 7 d.d. eodem die. Jop Cornelisz. en Mees Cornelisz. Vlam, mitsgaders Roelant van Rhee vertonen een accoord (staande achter op de vertichting door Ariaentgen Dircxdr. weduwe Willem Cornelisz. Zeeman op 1507-1625 van hun kind en contract met Cornelis Joppen Vlam aangaande de onderhouding van hetzelve kind gemaakt), waarop zij verzochten approbatie, luidende als volgt: Op 31-10-1627 zijn (op verzoek van de weesmeesters) geaccordeerd Jop Cornelisz. en Mees Cornelisz., kinderen en erfgenamen van Cornelis Joppen Vlam met Roelant van Rhee als gehuwd hebbende Arijaentgen Dircxx die weduwe was van Willem Cornelisz. Zeeman, nopende de tenietdoening van het voorn. contract. Te weten, dat Roelant van Rhee zal ontvangen de somme van f 600 op deze stad belegd, met de intrest sedert de belegging en nog in geld van de erfgenamen de somme van f 336. Hiervoor zal van Rhee het kind aannemen en onderhouden in conformite van het contract. Indien het kind tot zijn mondige dag of eerder huwelijk zal zijn gekomen, zal hij uitreiken de somme van f 75. Hiermede is dood en te niet gedaan het contract van 15-07-1625. De weesmeesters hebben het accoord gezien en approberen dit. Roelant van Rhee heeft ter nakomeng en onderhouding van hetgeen door Cornelis Joppen bij het voorsz. contract was beloofd, verbonden zijn huis en erf op de hoogstraat, belend ten O: Jacob Meessen Juijst en ten W: Huijbrecht Jacobsz. Veen, strekkende voor van de straat tot achter op de haven. Nr. 12 folio 8 d.d. 08-11-1627. Abraham Gerritsz. en Pieter Gerritsz. Vinck kleermaker als omen van de weeskinderen van Lenert Jacobsz. schipper van vaderszijde, zijn tot voogden gesteld over dezelve kinderen.
NADERE TOEGANG 249 Nr. 13 folio 8 d.d. eodem die. De weesmeesters als oppervoogden over de weeskinderen van Fijtgen Jacobsdr. weduwe kapitein Arijen Heijndricxz. Bolleman autoriseren Bruno van der Dussen als geordonneerde voogd om van de heren gecommitteerde raden ter Admiraliteit te Rotterdam te ontvangen de penningen die Sebastiaen Bolleman aan de voorn. weduwe van kapitein Adriaen Bolleman en haar kinderen over de verdiende gage vanwege dezelve dienst, is schuldig gebleven, volgens rekening door hunlieden, mitsgaders Gurardus Schulius en Jacob Bolleman als getuigen ondertekend. Mits dat Bruno van der Dussen de penningen die hij zal ontvangen alhier ter kamer zal brengen om uitgereikt te worden aan degene die daartoe gerechtigd is. Nr. 14 folio 8v. d.d. 15-11-1627. Dirck Jansz. huistimmerman wonende alhier weduwnaar Maertgen Lenertsdr., ter ene zijde en Joost Ariensz. neef en Adriaen Cornelisz. Molswijck beiden voogden van de 5 nagelaten weeskinderen van dezelven, genaamd: Leendert Dircxz. oud 13 jaar, Jan Dircxz. 8 jaar, Maertgen Dircx 6 jaar, Cornelis Dircxz. 4 jaar en Hermanus Dircxz. 1 jaar, tezamen ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens het moedelijk goed van de kinderen, na overleging van de inventaris. De weduwnaar zal zijn kinderen alimenteren en opvoeden tot hun mondige dag of eerder huwelijk en alsdan tezamen uitreiken de somme van f 1.000, te versterven van het ene kind op het andere. Op de leeftijd van 16 jaar zal t.p.v. ieder kind diens portie renteren tegen de penning 16. De kinderen zullen leren lezen en schrijven en een vak of handwerk leren. Bij huwelijk nog uit te reiken een uitzet naar de staat en een somme van f 20. De weduwnaar zal behouden de gehele boedel met in- en uitschulden. Hij verzekert dit op zijn huis en erf op de Nieuwstraat, belend ten N: Jan Fransz. de Bruijcker en ten Z: Jan Fiool zwaardveger. Nog op een obligatie van f 1.000 hoofdsom, sprekende t.l.v. Janneken Jacobsdr. bestemoeder van de weeskinderen. Nr. 15 folio 9v. d.d. eodem die. Arien Joosten wagenmaker weduwnaar Ariaentgen Jansdr. ter ene zijde en Joost Ariensz. en Maertgen Ariensdr. verwekt bij voorn. Ariaentgen Jansdr., ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd neffens Dirck Jansz. huistimmerman als mede voogd neffens de voorn. Joost Ariensz. over de voorn. Jan Ariensz. aangaande de moederlijke goederen, na overlegging van de inventaris door Arijen Joosten. Joost Arijensz. en Maertgen Arijensdr. voor hunzelf en hun onmondige broeder zullen hebben de helft van de boedel, te weten de helft van het huis en erf op de Dam waarin zij met hun vader wonen, alsmede de helft van de meubele goederen, houtgereedschap, inschulden, etc. mits zij voldoen de helft van de schulden van de boedel. Zij verbinden daaraan hun personen en goederen. Joost Ariensz. en Maritgen Ariensdr. beloven hun broeder Jan Ariensz. te onderhouden en alimenteren tot zijn mondige dag of huwelijke staat en te laten leren lezen en schrijven, alsmede een ambacht. Gekomen tot de leeftijd van 14 jaar zullen zij ter weeskamer brengen de somme van f 100 t.p.v. hetzelve kind om op rente te worden belegd. Joost Arijensz. en Maertgen Arijensdr. zullen daarvoor hebben de gehele erfenis van het weeskind. Zij verbinden hieraan hun helft in het huis en erf op de Dam, belend ten O: Arien Cornelisz. Drooch en ten W: de erfgenamen van Frans Prelleman. Nr. 16 folio 10v. d.d. 22-11-1627. Cornelis Cornelisz. kuiper zoon van zaliger Cornelis Cornelisz. ter ene zijde en Maertgen Pietersdr. bejaarde dochter van Pieter Cornelisz., beiden verwekt bij Liedwij Cornelisdr. hun zaliger moeder, geassisteerd met Cornelis Cornelisz. haar oom ter andere zijde. Zij verklaren geaccordeerd te zijn nopens de nagelaten moederlijke goederen. Cornelis Cornelisz. kuiper zal tegen Maertgen Pietersdr. delen de meubele goederen volgens de inventaris en bovendien zal hij van Maertgen Pietersdr. ontvangen de somme van f 12, waarin begrepen zijn vaderlijk goed hetwelk hij nog te goed had. Maertgen Pietersdr. zal hebben alle verdere goederen alsmede de kleding van haar moeder welke gerekend zijn tegen de kleding die Cornelis Cornelisz. van zijn vader heeft ontvangen. Nog ontvangt zij de kustingpenningen op Jan Jacobsz. bootgezel, mits betalende alle lasten en schulden. Zij verbindt hieraan haar huisje en erf waarin haar moeder is overleden, staande voor de Raam, belend ten Z: Rochus Arijensz. en ten N: Thonis Arijensz. landman. Kanttekening d.d. 24-12-1627: Cornelis Cornelisz. bekent van het verlijden door zijn zuster Maertgen Pietersdr. voldaan te zijn, alsmede van hetgeen hij met haar had uitstaan. Nr. 17 folio 10v. d.d. 22-11-1627. Andries Reijniersz. schoenlapper oom en Reijnier Berckel predikant zijn tot voogden gesteld over de 4 kinderen van zaliger Gouwitgen Reijniers waar vader van is Arijen Thonisz. Oudeman. Nr. 18 folio 10v. d.d. 06-12-1627. Christiaen Pijnacker en Cornelis Cleijwech zijn tot voogden gesteld over de 2 weeskinderen van zaliger Reijer Arentsz. waar moeder van is Stijntgen Gilberts. Nr. 19 folio 10v. d.d. 13-12-1627.
NADERE TOEGANG 249 Stijntgen Gilberts weduwe Reijer Arijens brouwersknecht ter ene zijde en Christiaen Pijnacker en Cornelis Allertsz. Cleijwech geordonneerde voogden over de 2 weeskinderen van Reijer Arijens, verwekt bij de voorn. Stijntgen Gilberts, genaamd Gilbert Reijers oud 4 jaar en Arent Reijers 2½ jaar, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de vaderlijke goederen van de weeskinderen. De weduwe belooft haar kinderen op te voeden tot hun mondige dag of eerder huwelijk en alsdan elk uit te reiken f 6 en een uitzet naar de staat van de boedel, te versterven van het ene kind op het andere en bij vooroverlijden op de erfgenamen van vaders zijde ab intestato. Hiertegen zal zij behouden de gehele boedel met in- en uitschulden. Zij verbindt hieraan haar persoon en goederen. Nr. 20 folio 11 d.d. eodem die. Maertgen Allarts weduwe Govert Reijniers schoenlapper ter ene zijde en Andries Reijniersz. schoenlapper voor zichzelf en vervangende Reijnier Berckel predikant als voogden over de 4 weeskinderen van zaliger Gouwetgen Reijniers waar vader van is Adriaen Thonis Ouweman, tezamen erfgenamen van Govert Reijniersz. schoenlapper, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de erfenis van Gouwetgen Reijniersdr. De weduwe is gehouden binnen 3 maanden aan Andries Reijniersz. en de kinderen van Gouwetgen Reijniers te betalen de somme van f 32, ieder f 16. Daartegen zal zij behouden de gehele boedel met in- en uitschulden. Zij verbindt hieraan haar persoon en goederen. Ter meerdere zekerheid hebben Claes Cornelisz. Goethart en Gerrit Jacobsz. schoenmaker zich borg gesteld onder verband van hun personen en goederen. Kanttekening d.d. 28-08-1828. Andries Reijniersz. bekent de f 16 ontvangen te hebben. Nog een kanttekening d.d. eodem die. Claes Cornelisz. Goethart heeft vanwege Maertgen Allarts in de weeskamer gebracht f 16, waarmee de weeskinderen van Gouwetgen Reijniers zijn bewezen. Nr. 21 folio 13 d.d. 20-12-1627. Maertgen Lucas weduwe Lenert Jacobsz. ter ene zijde en Abraham Gerritsz. en Pieter Gerritsz. Vinck kleermakers als omen en voogden over de 4 weeskinderen van Lenart Jacobsz. verwekt bij Maertgen Jans zijn eerste huisvrouw, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de vaderlijke goederen van de weeskinderen. De weduwe is gehouden de kinderen uit te reiken Pinksteren boven de kleding van hun vader, de somme van f 10 tezamen, mitsgaders de f 24 door Lenert Jacobsz. de kinderen beloofd, voor hun moederlijke goederen op 10-11-1625. Hiertegen zal zij behouden de gehele boedel zoals vermeld in de inventaris, gemaakt op 22-11-1627. Indien er nog schulden te voorschijn komen buiten de inventaris om, zullen die gedeeld worden met de weeskinderen, half om half. Maertgen Lucas verbindt hieraan haar huis en erf in de Kreupelstraat, belend ten N: Adam Vinck en te Z: Egbert Cornelisz. stierman, strekkende van de straat tot achter aan de sloot van de St. Sebastiaans doelen. Abraham Gerritsz. en Pieter Gerritsz. verbinden hieraan de personen en goederen van de kinderen, mtsgaders als borgen hun personen en goederen. Nr. 22 folio 14 d.d. 17-01-1628. Jan Wesselsz. weduwnaar Hillitgen Lenarts ter ene zijde en Arijen Lenartsz. oom en Jacob Jansz. neef, beiden voogden over Evert Jansz. oud 10 jaar weeskind van de voorn. weduwnaar en Hillitgen Lenerts, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens het moederlijk goed van het weeskind. Jan Wesselsz. is gehouden het kind op te voeden en alimenteren tot zijn mondige dag of eerder huwelijk en alsdan uit te reiken de somme van f 6 en een uitzet naar staat van de boedel. Daartegen zal hij behouden de gehele boedel met in- en uitschulden en verbindt hieraan zijn persoon en goederen. Nr. 23 folio 14v. d.d. 17-01-1628. Sebastiaen Bolleman en Cornelis Heijndricxz. zijn gesteld tot voogden over het weeskind van Heijndrick Heijndricxz. Bolleman waar moeder van is Annitgen Fransdr. Nr. 24 folio 14v. d.d. 14-02-1628. Jasper Dircxz. in de Vuijck gehuwd gehad hebbende Maertgen Michielsdr. van Bommel ter ene zijde en Annitgen Lambrechts huisvrouw van Heijndrick Michielsz. van Bommel als meuij van Geertgen (niet verder ingevuld), nagelaten weeskind van de voorn. Maertgen Michielsdr. verwekt bij (niet ingevuld) haar eerste man, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens het moederlijk goed van het weeskind. Het weeskind zal na het overlijden van Jasper Dircxz. vooruit hebben uit zijn gereedste goederen, de somme van f 40. Indien het weeskind voor Jasper Dircxz. komt te overlijden, zal de somme versterven aan hem Jasper Dircxz. Hij weduwnaar zal hebben en behouden de gehele boedel en verbindt hieraan zijn huis en erf in de Zijlstraat, belend ten N: Harman Pietersz. en ten Z: Michiel Cornelisz. Nr. 25 folio 15 d.d. 28-02-1627. Pleuntgen Arijensdr. weduwe Pieter Arijensz. de Corte geassisteerd met Pieter Cornelisz. van Zierikzee haar toekomstige man, ter ene zijde en Cornelis Arijensz. Corte en Reijn Cornelisz. beiden kleermaker en omen van het weeskind van Pieter Arijensz. de Corte verwekt bij de voorsz. Pleuntgen Arijensdr., genaamd Arijen Pietersz. de Corte zijnde naar Oost-Indië oud 15 jaar. Zij zijn geaccordeerd nopens de vaderlijke goederen van het weeskind. De weduwe zal gehouden zijn het weeskind te
NADERE TOEGANG 249 betalen f 200, welke penningen zij onder zich zal houden tegen de penning 16, belopende f 12-10-00 per jaar. Bovendien zal zij aan de voogden laten volgen de kleding van Pieter Arijensz., om dezelve te verkopen en de penningen laten toekomen aan het voorn. weeskind. Indien hij uit Oost-ndië zal komen, dient zij hem te geven 6 nieuwe hemden. De gage door het kind reeds verdiend en nog te verdienen, zal komen t.p.v. hetzelve kind, te versterven op zijn erfgenamen van vaders zijde. Bij overlijden van het kind zal Ploentgen Arijensdr. de f 200 met de rente van dien, betalen op 2 jaar. Hiertegen zal zij hebben de gehele boedel met in- en uitschulden en verbindt hieraan haar huis en erf in de Westmolenstraat, belend ten O: Govert van Gesel en ten W: Pieter Jansz. Lis. Nr. 26 folio 16 d.d. 13-03-1628. Cornelis Cornelisz. gehuwd met Aeltgen Ghijsbrechtsdr. dewelke heden (alvorens gehoord hebbende Jan Cornelisz. gewezene voogd van de voorsz. Aeltgen Ghijsbrechts) overhandigd is de doos en stukken van de goederen aangaande Aeltgen Ghijsbrechts. Cornelis Cornelisz. bedankt de weesmeesters en haar voogden. Nr. 27 folio 16 d.d. 03-04-1628. Arijs Crijnen en Jacob Crijnen zijn gesteld tot voogden over de 4 weeskinderen van hun broeder Abraham Crijnen waar moeder van is Jannitgen Maertens. Nr. 28 folio 16v. d.d. eodem die. Jannitgen Michielsdr. weduwe Claes Jansz. Ploij exhibeerde het testament dat zij hebben verleden op 08-09-1627 voor notaris Dirck Gommersbach en wat door de weeskamer wordt gesecludeerd. Nr. 29 folio 16v. d.d. eodem die. Pieter Sijmonsz. zeilmaker en Maerten Willemsz. Sluijs oud burgemeester zijn gesteld tot voogden over de weeskinderen van Dirck Jacobsz. Gommersbach waar moeder van is Maertgen Daniels van der Houven. Nr. 30 folio 16v. d.d. eodem die. Mees Tijssen en Govert Jansz. du Bois zijn gesteld tot voogden over de 2 weeskinderen van zaliger Hendrick Jacobsz. schipper waar moeder van is Claesgen Heijndricxs. Nr. 31 folio 17 d.d. eodem die. Hans van der Burch en Mr. Adriaen van Waert zijn gesteld tot voogden over de 2 weeskinderen van zaliger Sarra Pietersdr. waar vader van is Jan Gerritsz. de Wilde. Nr. 32 folio 17 d.d. 09-04-1628. Anthonij van Dael oom en Jujaen Lenartsz. Koeijen zijn gesteld tot voogden over de 9 weeskinderen van Mr. Gerrit Luijten waar moeder van is Hadewij Pietersdr. Nr. 33 folio 17 d.d. eodem die. Maerten Jacobsz. kleermaker en Pieter Arijensz. zullen gesteld worden tot voogden over het weeskind van zaliger Maertgen Pietersdr. weduwe Thonis Cornelisz. Nr. 34 folio 17 d.d. 15-05-1628. Heijndrick Cornelisz. zoon van Cornelis Dammasz. zaliger waar moeder van is Aechgen Heijndricxs, oud 21 jaar, verzoekt uit de voogdij ontslagen te worden. De weesmeesters gehoord hebbende het advies van de voogden, verklaren dat hij machtig is zijn eigen goederen te regeren en onslaan hem uit de voogdij. Nr. 35 folio 17v. d.d. 21-05-1628. Anthonis Cornelisz. en Huijch Woutersz. Bol zijn tot voogden gesteld over de weeskinderen van Rochus Claesz. en Maertgen Cornelisdr. Nr. 36 folio 17v. d.d. 29-05-1628. De voogden van de voorkinderen van Cornelis Jacobsz. de Gilde en van Neeltgen Jansdr. zijn gesteld tot voogden van het weeskind van dezelve de Gilde en dezelve Neeltgen Jansdr., beiden zaliger. Nr. 37 folio 17v. d.d. 07-07-1628. Claesgen Heijndricxdr. weduwe Heijndrick Jacobsz. ter ene zijde en Govert Jansz. du Bois vervangende Mees Thijssen als voogden over de 2 weeskinderen van de voorn. Claesgen Heijndricxs, verwekt bij Heijndrick Jacobsz., genaamd Grietgen Heijndricxs oud Vlaardingse kermis toekomende 5 jaar en Maertgen Heijndricxs oud 1 jaar, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de vadelijke goederen van de weeskinderen. De weduwe is gehouden haar 2 kinderen te alimenteren en onderhouden tot hun mondige dag of eerder huwelijk, te laten leren lezen en schrijven en een handwerk. Bij huwelijke staat een uitzet en elk de somme van f 6, te versterven van het ene kind op het andere en bij vooroverlijden op de erfgenamen van vaders zijde. Zij zal behouden de gehele boedel met in- en uitschulden en verbindt hieraan haar persoon en goederen. Nr. 38 folio 18v. d.d. 26-06-1628.
NADERE TOEGANG 249
NAAMLIJST
Allertsdr. Maritgen 20 Allertsz. Heindrik 6 Cornelis – Cleijwech 19 Anthonisz. Arien – Oudeman 17-20 Arendsz. Reijer 18 Ariensdr. Jacoba 4 Maritgen 15 Pleuntgen 4-25 Ariensz. Anthonis 16 Dirk 1 Euwout 5 Jan 2-15 Joost 14-15 Claas – den Pals 4 Cornelis – de Corte 25 Pieter 6-8-33 Pieter – de Corte 25 Pleun – Broer 8 Reier 19 Rochus 16 Beijs Doen Jorisz. 1 Bergen Cornelis Pietersz. van 4 Berckel Reinier 17-20 Bol Huig Woutersz. 35 Bolleman Arien Heindriksz. 13 Heindrik Heindriksz. 23 Jacob 13 Sebastiaan 13-23 Bommel Heindrik Michielsz. van 24 Maritgen Michielsdr. van 24 Boijs Govert Jansz. du 30-37 Broer Pleun Ariensz. 8 Bruijcker Jan Fransz. de 6-14 Burch Hans van der 31 Dael Anthonij van 32 Dammisz. Cornelis 34 Danielsdr. Maritgen – van der Houve 29 Dankertsdr. Geertgen 6 Dirksdr. Annitgen 10 Ariaantgen 11 Lijsbeth 2 Maritgen 14 Wilhelmina 9 Dirksz. Hermanus 14 Jeremias 9 Jan 14 Jasper Cornelis 14 Lenert 14 Drooch Arien Cornelisz. 15 Dussen Bruna van der 13 Es Jan Jansz. van 5 Euwoutsdr. Jannitgen 5 Fiool Jan 14 Fransdr. Annitgen 23 Fransz. Jan – de Bruijcker 6-14
NADERE TOEGANG 249 Geleinsz. Pieter 6 Gerritsz. Abraham – Vinck 12-21 Andries – Hessing 9 Jan – de Wilde 31 Pieter – Vinck 12-21 Gesel Govert van 25 Gilde Cornelis Jacobsz. de 36 Gillisdr. Geertgen 6 Stijntgen 18-19 Goethart Claas Cornelisz. 20 Gommersbach Dirk 10-28 Dirk Jacobsz. 29 Gijsbrechtsdr. Aaltgen 26 Harmensz. Frans 3 Heindriksdr. Agatha 34 Grietgen 37 Claasgen 30-37 Maritgen 37 Heindriksz. Arien – Bolleman 13 Heindrik – Bolleman 23 Cornelis 23 Lenert 2 Michiel 5 Pieter 7 Hessing Andries Gerritsz. 9 Houve Maritgen Danielsdr. 29 Jacobsdr. Fijtgen 13 Janneken 14 Jacobsz. Dirk – Gommersbach 29 Gerrit 20 Heindrik 30-37 Huibrecht – Veen 11 Jan 16 Cornelis – de Gilde 36 Lenert 12-21 Maarten 33 Jansdr. Ariaantgen 15 Maritgen 21 Neeltgen 36 Trijntgen 2 Jansz. Dirk 14-15 Evert 22 Govert – du Bois 30-37 Jacob 22 Jan 3-6 Jan – van Es 5 Claas – Muijs 3 Claas – Ploij 28 Pieter 2 Pieter – Lis 25 Joostensz. Arien 15 Joppensz. Cornelis – Vlam 11 Jorisz. Arien 6 Doen – Beijs 1 Juijst Jacob Meesz. 11 Caescoper Jan Cornelisz. 4 Cornelis 6 Claasz. Rochus 35 Cleijwech Cornelis 18 Cornelis Allertsz. 19
NADERE TOEGANG 249 Koeijen Jujaan Lenertsz. 32 Cornelisdr. Liedewij 16 Maritgen 35 Trijntgen 7 Cornelisz. Anthonis 33-35 Arien – Drooch 15 Arien – Molswijck 14 Bouwen 3 Egbert 21 Heindrik 34 Huibrecht 4 Jan 26 Jan – Caescoper 4 Job – Penning 1 Job – Vlam 11 Claas – Goethart 20 Cornelis 16-26 Mees – Vlam 11 Michiel 24 Pieter 16-25 Pieter – Penning 1 Reier 25 Willem – Zeeman 11 Corte Arien Pietersz. de 25 Cornelis Ariensz. de 25 Pieter Ariensz. de 25 Crijnsdr. Geertgen 1 Crijnsz. Abraham 27 Arijs 27 Jacob 27 Lambrechtsdr. Annitgen 24 Lambrechtsz. Lenert 1 Lenertsdr. Annitgen 2 Hillitgen 22 Maritgen 1-14 Lenertsz. Arien 22 Jujaan – Koeijen 32 Lis Pieter Jansz. 25 Lucasdr. Maritgen 21 Luijten Mr. Gerrit 32 Maartensdr. Jannitgen 27 Neeltgen 9 Mathijsz. Mees 30-37 Meesz. Arend 4 Jacob – Juijst 11 Michielsdr. Jannitgen 28 Maritgen – van Bommel 24 Michielsz. Heindrik – van Bommel 24 Molswijck Arien Cornelisz. 14 Molijn Catalina 3 Cornelis 3 Maarten 3 Machtelt 3 Pieter 3 Willem 3 Montfoort Joost van 6 Muijs Claas Jansz. 3 Oudeman Arien Anthonisz. 17-20 Pals Claas Ariensz. den 4 Penning Job Cornelisz. 1
NADERE TOEGANG 249 Lijsbeth Pietersdr. 1 Maritgen Pietersdr. 1 Maritgen Pietersdr. – de jonge 1 Neeltgen Pietersdr. 1 Pieter Cornelisz. 1 Sijtgen Pietersdr. 1 Sijtgen Pietersdr. – de jonge 1 Pietersdr. Hadewij 6-32 Lijsbeth – Penning 1 Maritgen 5-6-16 Maritgen – Penning 1 jonge Maritgen Pennig de jonge 1 Neeltgen – Penning 1 Sara 31 Sijtgen – Penning 1 Sijtgen – Penning de jonge 1 Pietersz. Arien 8 Arien – de Corte 25 Harman 24 Cornelis 4 Cornelis – van Bergen 4 Maarten 33 Roelof 4 Ploij Claas Jansz. 28 Prelleman Frans 15 Pijnacker Christiaan 18-19 Reiersz. Arend 19 Gillis 19 Reiniersdr. Gouwitgen 17-20 Reiniersz. Andries 17-20 Govert 20 Rhee Roeland van 11 Roelofsdr. Neeltgen 4 Roelofsz. Jacob 4 Jan 4 Mees 4 Pieter 4 Pouwels 4 Schulius Gurardus 13 Simonsz. Pieter 29 Sluijs Adam 9 Maarten Willemsz. 29 Souwers Abraham 4 Spieringman Heindrik Willemsz. 7 Thomasdr. Neeltgen 3 Veen Huibrecht Jacobsz. 11 Vincentsz. Cornelis 10 Vinck Abraham Gerritsz. 12-21 Adam 21 Pieter Gerritsz. 12-21 Vlam Job Cornelisz. 11 Cornelis Joppensz. 11 Mees Cornelisz. 11 Waert Mr. Arien van 31 Wesselsz. Jan 22 Wilde Jan Gerritsz. de 31 Willemsz. Dammis 8 Heindrik – Spieringman 7 Maarten – Sluijs 29 Woutersz. Huig – Bol 35
NADERE TOEGANG 249 Zeeman Willem Cornelisz. 11
GEOGRAFISCHE NAMEN
Enkhuizen 9 Oost-Indië 25 Pernis 7 Rotterdam 13 Zierikzee 25
N A M E N V A N S T R A T E N, V A A R W E G E N, E T C.
Dam 15 Hoogstraat 11 Kreupelstraat 21 Lange Kerkstraat 4 Lange Nieuwstraat 1 Nieuwstraat 6-14 Princestraat 6 Voor de Raam 16 Westmolenstraat 3-25 Zijlstraat 24
NAMEN VAN ONROERENDE GOEDEREN
Noordmolen
NAMEN VAN SCHEPEN
Zilvervloot
INSTELLINGEN
Admiraliteit 13 Vlaardingse kermis 37
FUNCTIES EN/BEROEPEN
Bakker 6-9
NADERE TOEGANG 249 Bootgezel 16 Brouwer 6 Brouwersknecht 19 Burgemeester 29 Hoedenkramer 9 Huistimmerman 14-15 Kapitein 13 Kleermaker 12-21-25-33 Kuiper 16 Lakenkoper 1 Landman 8-16 Leertouwer 3 Metselaar 4 Notaris 10-28 Pottenbakker 6-8 Predikant 17-20 Schipper 12-30 Schoenlapper 17-20 Schoenmaker 20 Schuitvoerder 6 Stierman 21 Wagenmaker 15 Zeilmaker 29 Zwaardveger 14