Z
o kiest u de juiste rechtsvorm voor uw bedrijf •
De rechtsvorm van een bedrijf is van groot belang. Grofweg zijn er twee rechtsvormen: zonder en met rechtspersoonlijkheid. • • • • • • • •
Hoe kies ik de juiste rechtsvorm? Hoe richt ik een eenmanszaak op? Wat is er nodig voor een maatschap? Hoe komt een vennootschap onder firma (VOF) tot stand? Aan welke vereisten moet een commanditaire vennootschap (CV) voldoen? Een bedrijf in verenigingsvorm Wat is een coöperatieve vereniging? Kan een bedrijf ook een stichting zijn?
H
oe kies ik de juiste rechtsvorm? Rechtspersoonlijkheid betekent dat het bedrijf zelf rechten en verplichtingen heeft, zoals een BV. Bij een bedrijf zonder rechtspersoonlijkheid liggen de rechten en plichten bij de eigenaar zelf waardoor deze persoonlijk aansprakelijk is. Zoals u - als natuurlijk persoon - iets kunt kopen, eigenaar van een zaak kan zijn of een betalingsverplichting kan hebben, zo kan een rechtspersoon dat ook.
•
•
W
el of niet samenwerken Een belangrijke vraag die u uzelf moet stellen bij de keuze van de rechtsvorm is of u het bedrijf zelfstandig of samen met anderen gaat voeren. U kunt kiezen voor een samenwerkingsverband met of zonder rechtspersoonlijkheid. Samenwerkingsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid zijn onder meer:
Bij de keuze van een rechtsvorm spelen verschillende factoren een rol, zoals: •
•
•
Vereiste hoeveelheid beginkapitaal o Bij een rechtspersoon ligt dit beduidend hoger (minimaal 18.150 euro voor een BV). De eenmanszaak of de VOF kunt u bij wijze van spreken zonder kapitaal starten. Administratieve eisen o De papiermolen waar u in terecht komt is veel groter bij een rechtspersoon. Belastingen o Voor een bedrijf met rechtspersoonlijkheid gelden andere belastingheffingen (vennootschapsbelasting) dan voor een bedrijf zonder
© Coöperatie EuroAdviseurs U.A.
rechtspersoonlijkheid (inkomstenbelasting). Kosten o De oprichting van een rechtspersoon brengt meer kosten met zich mee, zoals het opstellen van een notariële akte. Aansprakelijkheid o Bij een bedrijf met rechtspersoonlijkheid is in principe de rechtspersoon aansprakelijk en niet de eigenaar zoals bij een bedrijf zonder rechtspersoonlijkheid. Zekerheid o Het voortbestaan van een bedrijf is bij een rechtspersoon zekerder, omdat het minder afhankelijk is van het wel en wee van de eigenaar.
• • •
de maatschap; de vennootschap onder firma; de commanditaire vennootschap.
Samenwerkingsverbanden met rechtspersoonlijkheid zijn onder meer: • •
de besloten vennootschap; de naamloze vennootschap.
H
oe richt ik een eenmanszaak op? Bij een eenmanszaak bent uzelf de enige eigenaar van een bedrijf zonder rechtspersoonlijkheid. Een eenmanszaak wil echter niet zeggen, dat u geen personeel in dienst kunt hebben. Een eenmanszaak is vormvrij, dat wil zeggen dat er geen akte voor opgemaakt hoeft te worden. Wel bent u verplicht uzelf in te
2006/2007
pag.1 van 8
schrijven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel in het gebied waar uw onderneming gevestigd is. Een uitzondering vormt een aantal vrije beroepen, zoals accountants, advocaten, artsen en journalisten.
ondernemingsvermogen. Sinds 1998 hoeft de FOR niet vrij te vallen als deze het ondernemingsvermogen overtreft.
Van oprichting van een eenmanszaak is sprake zodra u de eerste handeling in naam van uw bedrijf verricht. U dient uw bedrijf daarna zo spoedig mogelijk in het handelsregister in te schrijven.
V
ereisten
•
A
ansprakelijkheid Als eigenaar van een eenmanszaak bent u met uw totale privé-vermogen aansprakelijk voor eventuele ontstane schulden. In het geval dat u in gemeenschap van goederen bent getrouwd, vallen ook de bezittingen van uw echtgenote onder die aansprakelijkheid. U bent in gemeenschap van goederen getrouwd, als er geen huwelijkse voorwaarden zijn opgemaakt.
•
De Vestigingswet kent drie niveaus waarin bedrijven zijn ondergebracht: • • •
B
elastingen Als eigenaar van een eenmanszaak geniet u winst uit uw onderneming. Alle voordelen die uit de onderneming worden verkregen, vallen onder het begrip 'winst uit onderneming'. Winst is in dit verband overigens een rekenkundig begrip: de 'winst' kan ook negatief zijn. Ook de premies voor de volksverzekering moeten uit die winst worden betaald. Alle winst die uw bedrijf behaalt, wordt belast volgens het progressieve tarief van de inkomstenbelasting. Daar staan een aantal fiscale faciliteiten tegenover: •
•
Ondernemersaftrek: afhankelijk van uw activiteiten bestaat deze uit de zelfstandigenaftrek en al of niet de aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk, de meewerkaftrek en de stakingsvrijstelling. de Fiscale Oudedag Reserve (FOR): jaarlijks een voorziening vrijmaken door een deel van de winst te reserveren. Dit bedrag is 12 % van de winst, met een maximum van € 10.951,-. Bovendien mag de FOR nooit hoger zijn dan het
© Coöperatie EuroAdviseurs U.A.
• Voor een eenmanszaak is een notariële akte niet vereist, wel zult u moeten nagaan welke vergunning(en) er voor de uitoefening van uw bedrijf nodig zijn. U bent verplicht uw bedrijf in te schrijven in het handelsregister. Afhankelijk van de branche waarin u werkzaam bent, heeft u een vergunning nodig voor het voeren van uw bedrijf.
niveau A - 'vrije' beroepen niveau B - het basisbedrijf niveau C - brancheclusters (levensmiddelen, vervoermiddelen, installatie- en bouwbedrijf)
Veel bepalingen uit de Vestigingswet zijn echter vervallen. Het is veel gemakkelijker geworden zonder vergunning of diploma een bedrijf te beginnen.
B
eëindiging van een eenmanszaak Beëindiging van een eenmanszaak hoeft juridisch gezien weinig problemen met zich mee te brengen. Het vermogen behoort aan de eigenaar die tevens instaat voor eventuele schulden die nog moeten worden afgelost. Bij de verkoop van uw eenmanszaak zit de fiscus wel bovenop uw lip. Voor de belastingen is er sprake van het 'staken' van een onderneming. Staking van een onderneming kan het gevolg zijn van:
2006/2007
• •
bedrijfsbeëindiging. Het bedrijf houdt op te bestaan, de bezittingen worden verkocht en de schulden voldaan; overname of overdracht of omzetting. Een ondernemer die zijn bedrijf geheel overdraagt, geniet ook niet meer van de winst.
pag.2 van 8
W
at betekent zo'n staking? De 'stille reserves'(o.m. onroerend goed, voorraden) en mogelijk aanwezige goodwill worden als stakingswinst beschouwd. De 'stakingswinst' valt onder de inkomstenbelasting. De stakingswinst is het verschil tussen de verkoopprijs van uw onderneming en de boekwaarde. Via de aangifte inkomstenbelasting rekent u uw stakingswinst af, met inachtneming van het progressieve tarief. De fiscus kent een stakingsaftrek van € 3.630,- als u de gehele onderneming staakt. Bij staking in 2001, 2002, 2003, 2004 en 2005 gelden tijdelijk hogere bedragen.
I
nterne aansprakelijkheid Vaststelling van ieders winstaandeel door een van de maten of door een derde is niet rechtsgeldig. Ook een onderlinge afspraak waarin is overeengekomen dat een van de vennoten alle voordelen, bijvoorbeeld de winst, zal genieten is ongeldig.
E
Daarnaast is er ook nog een stakingslijfrentevrijstelling. Men spreekt van een fictieve staking bij 1. overlijden van de eigenaar; 2. echtscheiding; 3. verhuizing naar het buitenland door de eigenaar; 4. verhuizing naar het buitenland door het bedrijf.
O
mzetting in BV (geruisloze overgang) In de praktijk komt het regelmatig voor dat een ondernemer besluit zijn eenmanszaak om te zetten in een BV, om op die manier te ontkomen aan het progressieve tarief van de inkomstenbelasting. In dat geval moet er sprake zijn van een nieuwe BV die door u zelf wordt opgericht, of van een reeds bestaande BV die al actief was. Ook dient u hiervoor een verzoek in te dienen. Wat is er nodig voor een Maatschap? Een maatschap is een overeenkomst tussen twee of meerdere personen, waarbij partijen zich verbinden arbeid of andere vermogensbestanddelen (zoals geld, goederen of goodwill) in te brengen bij het nastreven van een bepaald doel (bijvoorbeeld kostenbesparing). De maatschap is vormvrij en voor de oprichting is - bij wijze van spreken - niet meer nodig dan een mondelinge afspraak. Het verdient evenwel aanbeveling een en ander schriftelijk vast te leggen.
© Coöperatie EuroAdviseurs U.A.
Vaak wordt voor de maatschapvorm gekozen, als de maten om een bepaalde reden willen samenwerken, bijvoorbeeld in hetzelfde pand, maar wel hun zelfstandigheid willen behouden en als zodanig naar buiten treden. De maatschap wordt vaak gebruikt door tandartsen en accountants.
xterne aansprakelijkheid Er moet een onderscheid worden gemaakt tussen beheersdaden en beschikkingsdaden. Onder beheersdaden wordt de afhandeling van lopende zaken verstaan. Met beschikkingsdaden worden alle andere handelingen bedoeld, dus de daden die niet tot de normale gang van zaken behoren, zoals de aankoop van een pand. Tenzij anders is afgesproken, beschikken alle maten elk afzonderlijk over beheersbevoegdheid, maar hebben zij slechts samen beschikkingsbevoegdheid. Met name bij beschikkingsdaden hoort een derde na te gaan of alle maten het eens zijn met de handeling en de handelende maat gemachtigd is. Blijkt dat inderdaad het geval te zijn, dan kan de derde de maten voor een gelijk deel aansprakelijk stellen (Tenzij de maten onderling hebben afgesproken dat uitsluitend een of meerdere vennoten de verliezen zullen dragen). Gaat een van de maten een overeenkomst aan met een derde, dan is de laatste meestal niet op de hoogte van het bestaan van de maatschap. De maat handelt in eigen naam (maar voor rekening van de maatschap). Alleen de bewuste maat is tegenover de derde partij aansprakelijk. Als de maat uitdrukkelijk in naam van de maatschap handelt, dan is hij in principe nog steeds alleen aansprakelijk. Met uitzondering van de volgende twee situaties:
2006/2007
pag.3 van 8
1. de maat beschikte over een volmacht om namens de maatschap op te treden; 2. de maat handelde in strijd met zijn bevoegdheid (maar de overeenkomst bleek in het voordeel van de maatschap te zijn). In het laatste geval moet een derde wel kunnen aantonen dat de maatschap voordeel heeft genoten.
B
elastingen Voor de belastingen is elk lid van de maatschap een zelfstandig ondernemer met een eigen onderneming, namelijk zijn/haar deel van de maatschap. Bij toetreding van een nieuw lid tot een reeds bestaande maatschap, koopt deze een deel van het bedrijf terwijl de zittende leden een deel van hun bedrijf overdragen. Fiscaal gezien staken de laatsten gedeeltelijk hun onderneming.
V
ereisten Voor wat de inhoud van de maatschapovereenkomst betreft, is men nauwelijks aan (wettelijke) regels gebonden. Wel is het raadzaam de inbreng van de maten en de verdeling van winst en verlies vast te leggen. Ook verdient het aanbeveling op schrift te stellen welke goederen bij beëindiging zullen worden verdeeld. Andere zaken die op schrift gesteld kunnen worden zijn: taakverdeling, beheer, aanschaf en wat er moet gebeuren voor 't geval een van de maten opstapt of komt te overlijden.
B
eëindiging maatschap De rechtsvorm van de maatschap maakt dat het voortbestaan van het bedrijf afhankelijk is van het welzijn van de maten. Bij een faillissement, onder curatele stelling of overlijden van een van de maten eindigt de maatschap, tenzij de overblijvende maten voortzetting van de maatschap wensen. Is de maatschap voor een bepaalde tijd aangegaan, dan eindigt deze natuurlijk op de daarvoor overeengekomen einddatum (tussentijdse beëindiging is alleen mogelijk, als dit uitdrukkelijk is vastgelegd in de maatschapovereenkomst). Daarnaast is het
© Coöperatie EuroAdviseurs U.A.
uiteraard mogelijk dat door onderlinge meningsverschillen een einde aan de samenwerking komt en dus een einde aan de maatschap. Wel wordt daarbij verondersteld dat een dergelijke beëindiging te goeder trouw, dus niet in strijd met de redelijkheid en billijkheid, geschiedt. Met andere woorden dat men de samenwerking niet opzegt met voorkennis van wetenschap. Een maatschap kan, tot slot, worden ontbonden omdat een van de maten niet, niet behoorlijk of niet tijdig een verplichting nakomt.
H
oe komt een Vennootschap onder Firma (VOF) tot stand? Een VOF is een samenwerkingsverband met als doel de uitoefening van een bedrijf door twee of meer firmanten, die naar buiten toe onder een gemeenschappelijke naam optreden. Een VOF ontstaat door een overeenkomst tussen de oprichters. De wet schrijft voor dat dat schriftelijk gebeurt, maar u bent niet verplicht om dit bij een notaris te doen. In de wet wordt de VOF uitdrukkelijk een bijzondere vorm van een maatschap genoemd. Alle regels die gelden voor een maatschap zijn ook van toepassing op de VOF, voor zover er niet van wordt afgeweken. Een aantal samenwerkingsovereenkomsten wordt abusievelijk voor maatschap of VOF aangezien. Zo zijn het participatiecontract en de pot- of poolovereenkomst noch een maatschap noch een VOF. Bij een participatiecontract stelt iemand kapitaal ter beschikking aan een zakenpartner en deelt, zonder werkelijke samenwerking, mee in de winst. Een potovereenkomst is eigenlijk precies het tegenovergestelde: de maten werken wel samen, maar brengen niets in. Behaalde winst wordt echter wel degelijk volgens afspraak - verdeeld.
2006/2007
pag.4 van 8
A
ansprakelijkheid Tenzij u iets anders afspreekt, geldt dat elke vennoot bij een VOF zowel beheers- als beschikkingsbevoegdheid heeft. Belangrijk verschil met de maatschap is dat elke vennoot vertegenwoordigingsbevoegdheid heeft. Met uitzondering van de volgende twee situaties: • •
De handeling moet het voortbestaan van de vennootschap ten doel hebben; Een vennoot kan in zijn vertegenwoordigingsbevoegdheid worden beperkt of zelfs uitgesloten.
Vereisten Vennoten zijn verplicht de VOF in het handelsregister in te laten schrijven. Is dat nog niet gebeurd, dan worden derden niet geacht op de hoogte te zijn van onderling gemaakte afspraken tussen de vennoten. Net als bij de maatschap zijn de vennoten vrij in het bepalen van de verdeling van winst en verlies.
B
•
Het laatste moet wel uitdrukkelijk in het handelsregister vermeld staan. Is dat niet het geval, dan is de vennootschap toch gebonden.
•
De vennoten van een VOF zijn elk rechtstreeks en hoofdelijk aansprakelijk voor alle vennootschapsschulden. Hoofdelijk aansprakelijk betekent dat elke vennoot afzonderlijk voor alle schulden aansprakelijk is, afgezien van de vraag wie de schuld is aangegaan namens de vennootschap.
A
fgescheiden vennootschapsvermogen Het beginkapitaal met de eventueel later daaraan toegevoegde winsten of inbreng vormt het vennootschapsvermogen. Het vennootschapsvermogen is in de eerste plaats bedoeld als garantie voor de schuldeisers van uw bedrijf. Alleen de vennoten gezamenlijk kunnen beslissen wat er met het geld gebeurt. Op die manier wordt vermenging met privé-schulden vermeden. Het is door dit vennootschapsvermogen dat de VOF naar buiten toe veel meer dan de maatschap een eigen juridisch leven leidt. Het vennootschapsvermogen is in de eerste plaats bedoeld als garantie voor de schuldeisers van uw bedrijf. Belastingen Voor een VOF geldt met betrekking tot de belastingen hetzelfde als voor een maatschap.
© Coöperatie EuroAdviseurs U.A.
eëindiging VOF Een VOF kan beëindigd worden door:
•
ontbinding van de vennootschap door de rechter, dood, curatele of faillissement van een van de vennoten; het verloren gaan van het door een firma geëxploiteerde object, bijvoorbeeld het verlies van het bedrijfspand door brand. door opzegging.
Nadat een VOF is ontbonden, moeten eventuele schulden nog worden betaald. De zaakschulden zullen het eerst moeten worden afgelost. Daarna kunnen de vennoten hun inbreng in natura of in geld terugkrijgen tegen de vermogenswaarde op het moment van inbreng. Afhankelijk van wat daar onderling over is afgesproken, is ook een andere regeling mogelijk. Resteert er te weinig in kas om de schulden te voldoen, dan zijn de vennoten wettelijk verplicht de kas aan te vullen.
A
an welke vereisten moet een commanditaire vennootschap (CV) voldoen? Bij een commanditaire vennootschap is er sprake van een 'gewone' vennoot en een of meerdere commanditaire venn(o)ot(en). Voor de oprichting volstaat een vormvrije overeenkomst tussen de beherende vennoot en de commanditaire venn(o)ot(en). De leiding van het bedrijf berust bij de beherende vennoot, de commanditaire vennoot brengt uitsluitend kapitaal in. Het is mogelijk dat een CV twee of meer beherende vennoten heeft; in dat geval is het tegelijkertijd een VOF en dus ook een afgescheiden vermogen. Een CV met slechts een beherend vennoot heeft geen afgescheiden vermogen.
2006/2007
pag.5 van 8
A
ansprakelijkheid Alleen de beherende vennoot is rechtstreeks en hoofdelijk aansprakelijk. Een commanditaire vennoot is slechts geldschieter en verder niet voor de schulden van de vennootschap aansprakelijk. Bemoeit de commanditaire vennoot zich echter wel openlijk met de bedrijfsvoering en verricht hij dus zgn. beheers- of beschikkingsdaden dan is deze wel voor alle schulden aansprakelijk (ook voor schulden ontstaan voordat hij zich openlijk met de bedrijfsvoering bemoeide!). Een CV kan bijvoorbeeld ontstaan doordat bij een VOF van vader en zoon de vader zich uit de zaak terugtrekt, maar achter de schermen nog zeggenschap wil uitoefenen. Het kapitaal van de vader in de VOF wordt dus omgezet in commanditair kapitaal. De vader is een 'stille' vennoot. Een commanditaire vennoot riskeert slechts zijn inbreng. Mocht een commanditaire vennootschap echter failliet gaan, dan heeft dat wel het faillissement van de beherende vennoten tot gevolg, maar niet van de commanditaire vennoot.
B
elastingen Winstbelasting is afhankelijk van het vennootschapscontract. Bijvoorbeeld: bij een 'open CV' kunnen commanditaire vennoten in de maatschap stappen of vertrekken zonder dat daarvoor toestemming nodig is van alle vennoten (beherend zowel als commanditair). Een 'open CV' is alleen vennootschapsbelasting verschuldigd. In zo'n vennootschap zijn de vennoten aandeelhouders. Als de beherende vennoten natuurlijke personen zijn, zijn zij inkomstenbelasting verschuldigd over de winst die zij genieten. Zijn de beherende vennoten echter rechtspersonen, dan zijn zij vennootschapsbelasting verschuldigd. In beide gevallen is dat winstaandeel aftrekbaar bij het bepalen van de toelaatbare winst. Is de CV geen 'open CV' dan geldt voor beherende vennoten hetzelfde als voor de vennoten in een VOF.
© Coöperatie EuroAdviseurs U.A.
De commanditaire vennoot in een CV is geen ondernemer, maar wordt aangemerkt als "medegerechtigde". De behaalde winst wordt in box I belast. Wanneer er sprake is van een pure belegging-CV geniet de commanditaire vennoot geen winst, maar een inkomen uit sparen en beleggen, dat dus in box III wordt belast.
V
ereisten Van de beherende vennoot moet de persoonsnaam in het handelsregister worden vermeld. Bij een 'open' CV is het niet verplicht dat de 'stille' vennoot met zijn persoonsnaam staat ingeschreven. Wel moet het aantal en het bedrag worden vermeld.
B
eëindiging Voor beëindiging van een CV geldt hetzelfde als voor een VOF.
A
ansprakelijkheid Bij een informele vereniging is de scheiding tussen het eigen vermogen en dat van de bestuurders onvolledig. Bestuurders van een informele vereniging zijn dan ook naast de vereniging hoofdelijk aansprakelijk. Bij een vereniging als bedrijf wordt er een directeur benoemd. Meestal is de directeur geen lid van het bestuur. Het is echter de algemene ledenvergadering, die de bevoegdheid heeft om: • • •
de statuten te wijzigen; bestuurders te benoemen; het besluit tot ontbinding van de vereniging te nemen.
B
elastingen Een bedrijf in de vorm van een vereniging valt onder de vennootschapsbelasting. Dat geldt ook voor de onderneming in verenigingsvorm die weliswaar geen winst beoogt, maar wel met andere ondernemingen concurreert.
2006/2007
pag.6 van 8
V
ereisten Een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid hoeft niet bij notariële akte te worden opgericht. kunt eerst een informele vereniging oprichten,om later de statuten in een notariële akte te laten opnemen. De zo ontstane formele vereniging moet worden ingeschreven in het verenigingenregister,dat wordt bijgehouden door de Kamer van Koophandel. Daarin moet ook staan welke personen gerechtigd zijn de vereniging te vertegenwoordigen.
B
geval dat de coöperatieve vereniging wordt opgeheven. Met dien verstande dat die aansprakelijkheid ook geheel of gedeeltelijk kan worden uitgesloten en wel op de volgende drie manieren: 1. Coöperatieve vereniging met wettelijke aansprakelijkheid (WA); De leden (respectievelijk oud-leden) zijn bij opheffing onbeperkt aansprakelijk voor gelijke delen voor het hele tekort. Oud-leden blijven een jaar lang aansprakelijk na opzegging van hun lidmaatschap. De leden zijn dus niet hoofdelijk aansprakelijk. Wel kan in plaats van gelijke delen een andere verdeelsleutel als maatstaf worden gekozen; 2. Coöperatieve vereniging met beperkte aansprakelijkheid (BA); De leden zijn tot een bepaald maximum aansprakelijk; 3. Coöperatieve vereniging met uitgesloten aansprakelijkheid (UA). De leden hoeven bij een gerechtelijk faillissement of bij een buitengerechtelijke vereffening niet bij te dragen in een eventueel tekort.
eëindiging vereniging Een vereniging wordt beëindigd:
• • • • •
door een besluit van de algemene ledenvergadering; in de situaties door de statuten bepaald; door insolventie na failliet te zijn verklaard of door faillissement wegens de boedeltoestand; door de rechter in gevallen bij de wet bepaald; door het ontbreken van leden.
O
nderlinge waarborgmaatschappij Een onderlinge waarborgmaatschappij is een bijzondere vorm van de vereniging, namelijk een die zich heeft toegelegd op het sluiten van verzekeringen met haar leden. Qua aansprakelijkheid, vereisten en fiscale verplichtingen geldt voor het overige hetzelfde als bij een gewone vereniging.
W
at is een coöperatieve vereniging? De coöperatieve vereniging is een bijzondere vorm van de formele vereniging. Als doel heeft de coöperatieve vereniging: het voorzien in de stoffelijke behoeften van haar leden. Dat doel bereikt men door overeenkomsten te sluiten tussen de leden en het bedrijf dat de coöperatieve vereniging ten behoeve van haar leden uitoefent of doet uitoefenen. Er mogen ook overeenkomsten met niet-leden worden gesloten, maar transacties met niet-leden mogen die met de leden echter niet in de schaduw stellen.
A
ansprakelijkheid Bij een coöperatieve vereniging zijn de leden in beginsel wel aansprakelijk in het
© Coöperatie EuroAdviseurs U.A.
B
elastingen Een coöperatieve vereniging is vennootschapsbelasting verschuldigd. In beginsel is de winstberekening bij de coöperatieve vereniging gelijk aan die van de BV. Er geldt echter een uitzondering: de zogenaamde verlengstukwinst. Verlengstukwinst is de door de coöperatieve vereniging gemaakte winst, die wordt veroorzaakt door het samenvoegen van de activiteiten van de leden van de coöperatie. Elk van de leden zou afzonderlijk voor de winst uit onderneming worden belast als de coöperatieve vereniging niet bestond. Uitkeringen uit de verlengstukwinst die toekomen aan leden/natuurlijke personen kunnen in aftrek worden gebracht bij het bepalen van de winst. Uitkeringen van de verlengstukwinst aan leden c.q. rechtspersonen zijn niet aftrekbaar van de winst van de coöperatie. Bij de leden evenwel zijn de uitkeringen vrijgesteld op grond van de deelnemingsvrijstelling.
2006/2007
pag.7 van 8
B
Daarnaast kan de coöperatieve vereniging ook zelfstandig winst behalen, dus niet als verlengstuk van de leden. Die winst is altijd onderworpen aan de vennootschapsbelasting.
V
ereisten Een coöperatieve vereniging wordt bij notariële akte opgericht. In de akte zijn ook de statuten opgenomen. Een coöperatieve vereniging moet in het handelsregister worden ingeschreven. Daarin moet ook worden vermeld hoe de aansprakelijkheid is geregeld.
eëindiging Voor het beëindigen van een stichting geldt hetzelfde als bij een vereniging, uitgezonderd de ontbinding door besluit van de algemene ledenvergadering en het geheel ontbreken van leden. Immers: een stichting heeft geen leden.
VHeeft u nog vragen? Neem dan contact met ons op. 010-2849466 ragen
K
an een bedrijf ook een stichting zijn ? Omdat het een stichting verboden is om winstuitkeringen te doen die geen sociaal of ideëel doel dienen, is de stichtingsvorm in principe ongeschikt voor de bedrijfsvoering. Dat wil niet zeggen dat een stichting geen winst mag maken, alleen komt die dan eerdergenoemd sociaal of ideëel doel ten goede. De stichting is een organisatievorm met rechtspersoonlijkheid die geen leden kent en wordt geleid door een bestuur. Een stichting heeft een doelvermogen, dat wil zeggen dat zij beoogt met een speciaal daartoe bestemd vermogen een in de statuten vermeld doel na te streven. Het vermogen wordt beheerd door het bestuur.
A
ansprakelijkheid Het bestuur kan in beginsel niet privé voor schulden van de stichting worden aangesproken. De bestuurders zijn echter wel hoofdelijk aansprakelijk naast de stichting, zolang de inschrijving in het stichtingenregister nog niet heeft plaatsgehad.
B
elastingen Wordt er (toch) een onderneming geëxploiteerd dan is de stichting ook vennootschapsbelasting verschuldigd.
© Coöperatie EuroAdviseurs U.A.
2006/2007
pag.8 van 8