Handleiding: montage tristand steeldak/damwand Auteur: Carolien Hoppenbrouwers Datum: Maart 2013 Benodigdheden: - Rolmaat / lang meetlint - Potlood - Schroefmachine met kruiskop, Torx T40, Imbus 5 - Poptang - Speciale mal - Metselkoord / smetkoord - Dopsleutel maat 15 - Kniptang - Montagesleutel MC4 - Tangenset MC4 - Tridesign berekening
1. Tridesign Bij de geleverde materialen zit een uitdraai van de berekening gemaakt in Tridesign. Hierin staat de maatvoering van het systeem.
2. Uitmeten ligging PV-systeem in de hoogte en breedte Op het dak wordt uitgemeten waar het PV-systeem precies komt te liggen. Eerst wordt de hoogte van het systeem bepaald. Hierbij moet in acht worden genomen dat de TSprofielen maar maximaal 300 mm vanaf een ondersteuning mogen uitsteken. Aan de hand van de berekening gemaakt in Tridesign, kan er bepaald worden waar de special-safe-clicks komen te zitten. Let op: de maten uit de berekening zijn globale maten. 3. Maatvoering onderste rij special-safe-clicks We beginnen met de maatvoering van de onderste rij special-safe-clicks. Om een horizontale lijn te krijgen is het handig om eerst de maatvoering van de buitenste special-safe-clicks op te zetten. Vervolgens wordt voor de tussenliggende special-safe-clicks de maatvoering bepaald met behulp van een smetkoord of metselkoord. 4. Voorboren en maatvoeren overige special-safe-clicks Voordat de special-safe-clicks kunnen worden vast gepopt, worden de gaten voorgeboord met een boortje rond 6 mm. In deze gaten wordt een speciale mal vastgezet (zie foto), waarmee op eenvoudige wijze de maatvoering van de bovenliggende rij special-safe-clicks kan worden voorgeboord.
5. Bevestigen special-safe-clicks Eerst wordt de onderste rij special-safe-clicks bevestigd. De special-safe-clicks worden in het dak gepopt met popnagels door middel van een popnageltang.
6. Vastzetten TS-C
TS-profielen hebben een maximale lengte van 6,0 m. Mocht het te monteren systeem langer zijn dan 6,0 m, dan worden de TSprofielen gekoppeld met een TS-C profiel. Hierbij worden de TS-profielen in het TS-C profiel geschoven. In het midden aan de bovenkant van het TS-C profiel zit een lipje wat de speling (3 mm) tussen de twee profielen moet waarborgen. Zitten de TS-profielen op de goede plaats dan kunnen de schroefjes worden aangedraaid. Bij een systeemlengte van >12 m mag er maar één schroefje worden aangedraaid. De profielen hebben zo de vrijheid om uit te zetten en te krimpen ten gevolge van temperatuurverschillen.
TS-C profiel
TS-C profiel
TS-C profiel 7. Eindhoekjes Aan beide zijden van het TS-profiel wordt een eindhoekje bevestigd. Het eindhoekje wordt in de gleuf aan de onderzijde van het TS-profiel geschoven en vastgezet met het schroefje. Het eindhoekje zorgt ervoor dat de panelen niet uit de profielen kunnen schuiven. 8. Vastzetten TS-profielen De TS-profielen hebben een smalle en een iets bredere flens. De bredere flens moet naar beneden wijzen en de smallere naar boven. De panelen worden namelijk eerst bovenin de brede flens van het TS-profiel geschoven om daarna in het onderste smalle profiel te zakken.
Lipje
De TS-profielen moeten eerst worden gekoppeld voordat deze op de special-safe-clicks worden gemonteerd. Het monteren op de special-safeclicks gebeurt om en om. Het ene TS-C profiel zoveel mogelijk naar rechts en het volgende TS-C profiel naar links enz.
Er wordt begonnen met de onderste TS-profiel te monteren. Hierbij wordt het TS-profiel net boven de aanslag van de special-safe-clicks gelegd. Nu is het belangrijk om eerst de goede plaats van het TS-profiel te bepalen voordat deze er ingeklikt wordt. Het is, nadat de TS-profielen erin geklikt zijn, niet meer eenvoudig het TS-profiel te verschuiven. Het TS-profiel dat direct boven de onderste TS-profiel komt te liggen, wordt los op de safe-clicks gelegd. Aan het einde van de linker- of rechterzijde van het TS-profiel wordt een paneel in de profielen gelegd. Met behulp van het paneel kan de verticale lijn tussen de TS-profielen worden bepaald. Het bovenste TS-profiel kan nu (met paneel en al) in de safe-clicks worden vastgeklikt. Voor de overige TS-profielen geldt dezelfde werkwijze. 9. Fixeren TS-profielen Wanneer de TS-profielen vastgeklikt zijn in de special-safe-clicks, kunnen deze bijna niet meer verschuiven. Om dit verschuiven volledig tegen te gaan, wordt er aan beide zijden van de specialsafe-click het TS-profiel verwrongen. Hiervoor gebruiken we een special bending-tool. Deze tool wordt aan beide zijden naast de special-safe-click op de flens van het TS-profiel gestoken. De tool vervormd het TS-profiel waardoor deze niet meer kan verschuiven. 10. Optimizers monteren + kabels trekken De optimizers worden met zelf-tappers op de nok van de damwandplaat geschroefd. Elke optimizers wordt met 2x een zelf-tapper vastgezet. Hierbij moet rekening worden gehouden met de plaats van de junction-box aan de achterzijde van de panelen. Er is te weinig hoogte om de optimizers bovenop de junction-box te plaatsen. De kabels van de optimizers kunnen nu aan elkaar worden verbonden. Met de kabels van de optimizers (zwart van kleur) wordt de string gemaakt. Vanaf de omvormer wordt er een rode kabel naar de eerste optimizer op het dak aangesloten en wordt er een blauwe kabel naar de laatste optimizer van de string op het dak aangesloten. Hierbij mag de kleur blauw worden verwisseld met rood en andersom, als er maar één rode en één blauwe kabel aanwezig is. Alle kabels kunnen nu worden opgebonden met de meegeleverde tiewraps en Edgeclips. Hierbij moet men er voor zorgen dat er geen spanningsoppervlaktes ontstaan.
11. QR-code Ook kunnen de QR-code-stickers van de optimizers worden verwijderd en op de physical lay-out van SolarEdge worden geplakt. De QR-code-sticker zit aan de achterkant van de optimizer. De stickers moeten in de juiste volgorde op de physical lay-out worden geplakt, zodat het stickervel de daadwerkelijke plaatsing van de optimizers aangeeft. Dus de meest linkse optimizer zit ook links op het sticker vel en de bovenste optimizer zit ook boven op het sticker vel geplakt enz. 12. Dak-doorvoer maken + gootjes aanleggen Onder een paneel wordt een gat geboord door de nok van een damwandplaat heen. Hierin wordt een dakdoorvoer gestoken. De diameter van de doorvoer wordt bepaald door het aantal kabels van de stringen. Het uiteinde van de blauwe en rode kabel wordt op lengte afgeknipt en door de dak-doorvoer naar binnen gestoken. Deze kabeleinden kunnen nu middels een gotensysteem naar de omvormer worden gelegd. 13. Panelen leggen Hierna kunnen de panelen worden gelegd en de kabels van de panelen worden gekoppeld met de optimizers. De kabels van de panelen kunnen in de stekkers van de optimizer worden geklikt. De panelen worden eerst in het bovenliggende TS-profiel geschoven en daarna in het onderliggende TS-profiel geschoven. De kabels worden opgebonden middels tiewraps en edgeclips. De voegmaat tussen de panelen bedraagt 3 mm. Deze is voor het uitzetten en krimpen van de panelen ten gevolge van temperatuursverschillen. 14. Omvormer De blauwe en rode kabel wordt op de juiste lengte (tot aan de omvormer) afgeknipt en voorzien van MC4-stekkers. Waarna ze kunnen worden gekoppeld aan de omvormer. Hierna kan de omvormer worden geïnstalleerd. Zie hiervoor de handleiding van SolarEdge geleverd bij de omvormer.