Digitized by the Internet Archive in
2011 with funding from University of Toronto
http://www.archive.org/details/denationalekonstOOmoes
1
/2?'k
DE NATIONALE KONST-GALLERY EN
HET KONINKLIJK MUSEUM
DE NATIONALE
KONST-GALLERY EN
HET KONINKLIJK
MUSEUM BIJDRAGE TOT DE
GESCHIEDENIS VAN HET RIJKSMUSEUM DOOR
E.
W.
DIRECTEUR VAN
'S
MOES RIJKS
PRENTENKABINET
EN
EDUARD VAN BIEMA OUD-COMMIES TEN ARCHIEVE
AMSTERDAM
FREDERIK MULLER 1909
&
Co.
u;.ri5
1968
i
Aan de meeste
catalogi
van kunstverzamelingen ontbreekt
een uitvoerig verhaal van haar ontstaan, en toch moest naar onze meening,
dit het
hoofdstuk
zijn,
dat juist met de grootste
nauwkeurigheid behandeld wordt.
Van ons Rijksmuseum vond de dagen, dat onze zelfstandigheid dat was
en
bestond,
wellicht
stichting plaats in als
staat
nog
de moeielijke
slechts in schijn
een bijkomstige reden, slechts
weinig aandacht aan dat tijdperk te schenken.
Aan
het alom
verbreide dwaalbegrip, dat de voormannen van het Bataafsch
Gemeenebest weinig voor de belangen der kunst gevoelden, hopen
wij
door het uitgeven van de resultaten van ons onder-
zoek een einde
te
maken.
Tallooze onderzoekingen waren echter noodig taat te wij
mogen verwachten.
getracht,
om
eenig resul-
Door verdeeling van arbeid hebben
het nog aanwezige
voor zoover ons
materiaal,
bekend, geheel te doorvorschen, en er
alles
aan te ontleenen,
wat bouwstoffen biedt voor een geschiedenis van den oorsprong van ons Rijksmuseum.
Daar een voornaam bestanddeel van de kern van
gevormd
is
uit
dit
museum
de kunstschatten die de Oranjes van oudsher
hunne vele kasteelen en paleizen bijeengebracht hadden,
in
vormde een onderzoek
in
het Huisarchief van H. M. de Koningin
een belangrijk onderdeel van die onderzoekingen.
nam deze
taak op
zich,
en dank
zij
van den Directeur, Prof. Dr. F.
Een onzer
de hulpvaardige voorlichting J.
L.
Kramer, konden daar
vele bouwsteenen bijeengegaard worden.
Op Jhr.
het Rijksarchief wezen
Mr.
de
Algemeene
Rijksarchivaris,
Th. H. F. van Riemsdijk, de Hoofdcommies de heer
Th. Morren en Dr. H. T. Colenbrander, Secretaris der Com-
VI
van Advies
missie
voor
's
Rijks
geschiedkundige publicaties,
ons den weg.
De
heeren Mr.
W.
R. Veder, C.
J.
Gonnet, Dr. H. E. van
Gelder en Dr. E. Wiersum verschaften kostbaar materiaal
uit
de
aan hunne goede zorgen toevertrouwde stedelijke archieven van
Amsterdam, Haarlem, den Haag en Rotterdam.
De
Hoofddirecteur van het Rijksmuseum, Jhr. B.
W.
F. van
Riemsdijk, verleende inzage van de oude inventarissen die zich in het archief
De
der hoofddirectie bevinden.
Directeur der Koninklijke Bibliotheek,
Dr.
Byvanck, maakte ons het gebruik der bescheiden
Meermanno-Westreenianum gemakkelijk. De heer J. M. Burger te Rotterdam stelde de briefwisseling van Gogel en de heer
in
W. G. C. het Museum
te onzer beschikking
W.
C. Burger te Ant-
werpen verschafte ons het portret van dien staatsman, eigenlijke stichter
Hen Ant.
allen,
VV.
M.
ten
de
van het Rijksmuseum beschouwd moet worden.
en nog velen anderen
Mensing
(firma
—
Fred.
medewerking het mogelijk gemaakt
nemen
die als
niet het minst
Muller heeft,
&
Co.)
den heer
—
wier
dat wij ons voor-
uitvoer hebben kunnen brengen, zeggen wij onzen
oprechten dank.
DE NATIONALE
KONST-GALLERY EN
HET KONINKLIJK MUSEUM. Maart 1808 onderteekende koning Lodewijk het Decreet, waarbij de oprichting bevolen werd van een Koninklijk Museum te Amsterdam, dat bevatten zou .schilderijen, teekeningen, verschillende werken van beeldhouwkunst en ciselure, gesneden steenen, oudheden, kunstzaken en zeldzaamheden van allerlei soort". Deze stichting van den kunsdievenden vorst vierde 21
dus dat
niet lang
geleden haar eeuwfeest, want al is het program de bewoordingen van bovengenoemd decreet is neergelegd niet geheel ten uitvoer gebracht, al is de naam van de stichting herhaaldelijk gewijzigd evenals de huisvesting, de ontwikkeling van dit Koninklijk Museum in het tot Koninklijk in
Paleis geworden Stadhuis van Amsterdam tot het Rijksmuseum op de Stadhouderskade is stap voor stap na te gaan en ook reeds meer dan eens te boek gesteld. Maar dit Koninklijk Museum heeft een voorlooper gehad, waar de geschiedschrijvers van het Rijksmuseum zich
wel wat gemakkelijk van hebben afgemaakt. Daarom meenden wij, dat het geen ongepaste feestgave op dit eeuwfeest zou zijn, wanneer thans uitvoerig en met de oorspronkelijke bescheiden toegelicht, de geschiedenis verhaald werd van de «Nationale Konstal
te
Gallery",
waar het Koninklijk Museum
uit
voortgekomen
is.
meer
Museum dunkt ons, blijken, dat dit Nationaal tot heden aan gewyd is. belangstelling verdient, dan er onderzoekingen hebben w.j geTot uitgangspunt van onze van het >Konmkhjk nomen den eersten gedrukten catalogus is door den directeur Museum van Holland", die geschreven een jaar na de stichting, Cornelis Apostool en reeds in 1809. Het
zal dan,
het licht zag. van 583 voorwerpen, voor Die catalogus bevat de opsomming Dezen voorraad schilderijen. verreweg het grootste gedeelte verschillende bestandin groepen, die de
hebben
wij
verdeeld
De kern bestond van het Museum bevatten. December 1808 uit den Haag naar uit de voorwerpen, die in ons dus allereerst Amsterdam waren overgebracht en waar wij schilderijen en 38 mee moeten bezighouden. Het waren 9^ andere voorwerpen. deelen
Confiscatie vanhe.
rampzalig jaar Het jaar 1795 was voor ons land wel een diep
Fransche broeders die binnen Vrijheid, Gelijkheid en ^^^^ grgnzen waren gehaald om ons o. a. zóó op, Broederschap te brengen, vatten die begrippen met bijzonderen dat ze vrij waren het door den Stadhouder Schilderijen naar smaak en kunstzin bijeengebrachte Kabinet van genot was, gelijk dat het voor ons een Parijs te ontvoeren genieten, en dat in Frankrijks hoofdstad te
schildeKabinet „Jet rijen vandenPrins.
"°'' «795-
alleen in politiek opzicht.
De
;
deze kunstschatten verzetten, de ware broewij ons, door ons hier niet tegen te ders zouden toonen.
museum, Het ontvoerde Kabinet was een goed geordend de Haag Christian waar 's prinsen hofschilder Tethart Philipp Deze had al vooruit gezien wat er na het directeur van was. toen er twee dagen vertrek van den prins gebeuren zou immers gehouden ongelukkige inscheping een vergadering ;
na diens geconsterneert en werd van de Confrerie Pictura, was hij .zeer toekwam, geconfusioneert", zeggende reeds alles wat hem .privé te hebben. buiten het Kabinet op een andere plaats gesecureert" Terwesten: En 19 Mei 1795 notuleerde de secretaris Pieter Regent-Directeur Haag, .Niet zonder aandoening van den de Kunstbewaarder van Zijne Doorl. Hoogh. vernoomen: Dat begonnen Fransche Commissarissen nu ook aan zijn Hotel
:
hadden met het inpakken van 't overheerlijk Kabinet Schilderijen van Hoogstgen. Zijn Hoogh. En 't welk Zijn Ed. niet wynig chagrineerde, zooals ook wel te begrijpen is" i). Het is nog een geluk te achten, dat de Fransche broeders zich tevreden stelden met dit «overheerlijk Kabinet Schilderijen" en niet alle verblijven van de vorstelijke familie zijn gaan doorsnuffelen. Voor de inventarisatie daarvan zorgden niettemin de nieuwe heeren in den Haag. Reeds in de zitting van 5 Maart 1795 behandelden de Provisioneele Representanten van het Volk van Holland de aangelegenheid der goederen van den en
prins
kwamen
zij
tot
het
besluit,
deze te sequestreeren.
25 Maart werd besloten het Committé van Algemeen Welzijn te autoriseeren, dit decreet ter executie te leggen. Aan den zeer uitvoerigen 22 Mei 1795 gedateerden inventaris, waarvan wij de kunstvoorwerpen hieronder mededeelen, is een verklaring van Leonard Faber, den Conciërge van het Huis in 't Bosch, toegevoegd, die ons doet zien, dat de leden van dit Comité toch het een en ander uit de handen hunner verlossers wilden redden Inventaire des meubles,
maisons
au
vis k vis et
Grande
qui se trouvent i la maison du Bois, les deux Inventaris van het Huis in 't Bosch, Loo, par Leonard Faber, conciërge.
petit
'"5-
salie.
4 bustes de marbre. 1 do. de bois bronzé sur un pied de marbre. 3 grandes pièces de porcelaine sous la cheminée, dont l'une La salie de billard.
est
raccomodée.
25 Dessins en cadres noirs. Chambre è. coucher.
de porcelaine sous la cheminée. groupes en biscuit endommagées. Cabinet bleu. pièces de porcelaine sous la cheminée, endommagées. 5 5 pièces 2
Antichambre du prince. de porcelaine devant
5 pièces 5
1)
»
>
Oud-Holland XIX,
Haag werd
»
sous
la
cheminée
>
>
la plupart.
endommagées.
241. 242.
behandeld. 14 Sept. 1798 leverde hij een request aan de voormalige Staten-Generaal in 1795 waarbij hij voor hemzelve en de gewezene bedienden van dit kabinet betaling verzocht van / 839, hem toekomende van i Nov. 1794 tot 7 Juni 1795, toen het kabinet naar Frankrijk werd getransporteerd". Aan dit verzoek werd voldaan en het bedrag werd hem uitbetaald (Nassau later niet slecht
in «reïtereerende zijn verzoek
Dom.
196).
Inventaris van het
Huis
in
't
2'-
Bosch
Chambre. Premier Etage.
5 pièces de porcelaine sous la cheminée.
«795-
11
3 I
g 18
8 12
32 I
5= Chambre. Tableaux ou Desseins en cadres dorés ou noirs. 6"= Chambre. Tableaux en cadre doré. > noir. Tableau » Pièces de porcelaine devant la cheminée. 2= Chambre. Rez-de-Chaussée. Estampes en cadres noirs de peu de valeur. 4= Chambre. Pièces, tant tableaux qu'estampes de peu de valeur. 6= Chambre. Estampes en cadres noirs de peu de valeur. Maison vis-i-vis dite la maison du bain. Estampes en cadres noirs de peu de valeur.
idem.
tableau
Aan de
Administratie over de goederen van
Oranje-Nassau.
Daar
ik
heden
uit
order van het Committée van Algemeen Welzijn
4 marmeren en
gebronzde buste met nog eenige portraits van de vorstelijke personen een afgelegen cabinetje heb moeten plaatzen, zo heb ik niet willen afzijn aan de Administratie hiervan kennis te geven. Huis in 't Bosch. I
in
den 22 L<'
Verkoop inboedel v/d.
Prins,
28/9
Mey
Faber
1795 i).
28 Sept. 1/95 wcfd op het Buitenhof een gedeelte van den inboedel van den prins verkocht, omtrent welks bestanddeelen
de catalogus ons
inlicht:
Catalogus van een magnifique en zeer deftige inboedel, bestaande in verschelde capitaale en precieuse meubelen, als zijnde Oost-Indische en Saxsische Porcelaincn, waar onder een groot Tafel-Servies, verscheiden
Kroonen en
Kopere en Houten Schoorsteenwaar onder twee capitale Orgelwerken. Benevens andere Speelwerken, en extra Forte-Pianoos, etc. Voorts al wat tot een deftige Inboedel behoord, benevens een groote partij Koper, Tin, verder eenige Rommel. En hetgeen verder op de kijkdagen zal vertoond worden. Al het welk zal worden verkogt op Maandag den 28 September 1795, en volgende dagen, op of voor het gewezen Naturalia- of Konst-Kabinet, op het Buitenhof in den Haag. Ter 's Lands Drukkerij van Holland, alwaar deeze Catalogus voor 2 stuivers wordt uitgegeven. Glaasen,
Branches,
differente
Er waren geen
Spiegels, extra groote
Pendules,
schilderijen
bij.
Eenige inventarissen vergunnen i) Rijksarchief,
Nass.
Dom.
9191.
ons
een blik
te
slaan
op
hetgeen
de verschillende ontruimde paleizen nog was over-
in
gebleven. Uit eene
omschrijving daarbij behoorende blijkt, dat na de aankomst der Representanten der Fransche natie van het Noorden en van de Sambre en Maas door deze bij Decreet van 25 Pluviose jaar III (25 Mei 1795) van de castelijnes een inven-
gevorderd was, die, na gemaakt te zijn met toestemming van het Committé van Algemeen Welzijn, aan de genoemde Representanten was ter hand gesteld, terwijl een copie werd gegeven aan de Administrateurs over de goederen van den Prins van Oranje. Daar na het vertrek der Representanten meubelen verplaatst of in het ongereede waren geraakt en het Oude Hof beTstemd werd tot wonmg van den rranschen Ambassadeur, had men het noodig geoordeeld, een nieuwen staat van inventaris op te maken van alle op het Oude Hof aanwezige goederen. Voor ons doel zullen wij ons uitsluitend bezig houden met de schilderijen en dergelijke kunstvoorwerpen die aldaar werden gevonden.
Het Oude Hof in^"'"^^ '°' """'"^ van denFranschen Ambassadeur,
6 November 1795 «Inventaris der Meubelen en andere Goederen op het Oude Hoff nadat het zelve door de Fransche generaals die aldaar hunnen intrek hadden genomen vfas ontruimd, opgemaakt op mondelingen last van
Hof, 6 Nov. 1795.
taris
,
.
,
1
1
\
111
1
Committé van Algemeen Welzijn door den Controleur G. van der Linden, volgens de aanwijzingen van Pauline Catharina Hingendorflf, huisvrouw van
het
den kastelein van het Oude Hof Pierre Ostheim".
Op Een
de Vliering.
groot schilderij verbeeldende een landschap in wasch geboetseerd.
verg.
lijst.
2 schilderijtjes
met
in
wasch geboetseerde beeldjes, zwarte met scheepjes, zw. lijst.
lijst.
2
kleinere dito, zeetjes
I
grooter dito met spiegels er
I
Engelsche illuminatie van 4 geschilderde glazen, de verwoesting van Jerusalem. zw.
I 1
2
in.
lijst.
met een zeltde onderwerp, verg. lijst. dito van 3 glazen, de brand van Troje. rijke zw. landschappen op glas geschilderd, verg. lijst. dito
lijst.
I
zeestuk van stroo. bruine lijst, beschadigd portret, zw. lijst.
I
ordinaire illuminatiekast met elf doorgeslagen prenten.
I
21 printjes in zw.
8 dito 3 1
iets
lijst
in glaasjes, militairen,
eenige
zijn defect.
grooter in een eiken kist.
met potlood geteekende printjes. print met alle de zeeslagen met de
vier werelddeelen.
Inventaris
Oude
Oude
i
dito,
Hof, 6 Nov. 1795.
I
dito, geslachtstafel
Inventaris
de geslachtsboom van
't
Roomsche
rijk.
der vorsten van Europa. dito, chroniektafels der algemeene historie. dito Geographische Chroniek van Priestly. dito, kaart van het heihge land.
2 I 1
Op
den meubelzolder.
2 familieportretten, zw.
Op
een portaal.
2 schilderijen, bataille I
dito,
I
dito,
I
dito,
lijst.
van Hollandsche met Spaansche schepen, zw.
Belegering van Gibraltar, zw.
lijst.
lijst.
I
twee valken, zw. lijst. de Liefde die een Leeuw gebreideld houdt. dito Venus en Cupido, verg. lijst.
I
portret ovaal. verg.
I
print ovaal. verg.
Toiletkamer der Prinses.
Op
't
lijst.
lijst.
portaal van de Audiëntiezaal.
4 schilderijen, verg.
lijsten.
In de Audientiekamer der Prinses. I
familieportret.
Tweede kamer van den
Prins.
hierna
1
13 printen. 15 dito waarvan elf in kleuren.
lijst
gecrayoneerd manshoofd. verg.
I
geschilderd
te
de
voorkomende.
\
I
man
bij
der prenten
lijst.
paard, vierk. verg.
lijst.
Noordervleugel. I
familieportret verg.
Corps de 1
lijst.
garde-zaal.
Landschap, verg. Groote kamer
lijst.
ter linkerzijde
Pleisterbeelden van
van het voorhuis.
Romeinen en Grieken.
I
familiestukken en printen in zw. verg. lijsten. ovaal pastel familieportret, verg. lijst en glas.
I
klein dito blauw en witte
I
klein dito. zw.
2
lijst
en
glas.
lijst.
20 familieportretten op hout geschilderd met geel geverfde 5 kleinere dito in zwarte printen m. zw. lijst en glas. 6 vrouwenportretten, schilderijen zw.
lijsten
met goude paarlen en
I
zwarte plaat, de familie van Paulus Amelius, verg. dito Cleopatra en Meleager.
I
gekleurde print, de Laundress, zw.
I
I
I 1
lijst.
lijst en glas. de Industrious Cottagers. groote Engelsche plaat, de Opstanding op den Oordeelsdag. schildeiij van papier, bijbelsch onderwerp, zw. lijst en glas-
dito
2 dito. I
lijsten.
dito landschap
met beelden.
roosjes.
5 gekleurde prenten in zw.
en verg.
lijsten.
Een boer van Zurich. Een boerin van Zurich. Een boer van Aargou. I
boerin van Bern.
Een
grijsaard uit het Zwarte Bosch.
6 stuks spotfiguren van
vreemde
natiën.
4 ovale schilderijtjes van blauw en wit Engelsch zw.
Wedgewood
porcelein,
lijsten.
2 kleinere dito. I
op
wit satijn gedrukt
met email en kleuren,
In het eerste cabinet van den Prins. I
miniatuur familieportretje op papier.
is een stuk gevoegd onder dagteekening en geteekend door Govert van der Linden van 6 November 1 795 en den Notaris W. J. Schmolck, inhoudende dat den eerste door het Committé van Algemeen Welzijn op 13 Juli 1795 gelast was de meubelen die zich op het Oude Hof bevonden te doen overbrengen naar het huis te voren het kabinet van schilderijen bevattende, of op zoodanige andere plaats als hem aangewezen zou worden. Vervolgens werd hem door de burgers de Lange en Appel, als Gecommitteerden van het Committé van Algemeen Welzijn, mondeling gelast die meubelen te inventariseeren, en daarbij eene scheiding te maken tusschen de dingen van waarde en den rommel. De voorwerpen van waarde werden overgebracht naar het gewezen Naturaliën- Kabinet. De rommel werd opgeborgen op het Oude Hof i). Nadat de Representanten der Fransche Natie het Stadhouderlijk Kwartier verlaten hadden werd in April 1796 ook van de aldaar aanwezige meubelen en goederen op last van het Committé van Algemeen Welzijn een inventaris opgemaakt door den Controleur Govert van der Linden, op aanwijzing van den kastelein George Wilhelm Groos. Dezelfde opmerkingen die aan den Inventaris der goederen van het Oude Hof vooraf gingen vinden wij ook hier. De inventaris werd verdeeld in twee rubrieken. Aan de eene zijde vinden wij de goederen opgeschreven die behoorden aan de Provincie van Holland, aan de andere zijde die behoorden
Bij
dezen inventaris
aan den Prins van Oranje. Met uitzondering van eenige kleinigheden werd het gros van i)
Rijksarchief, Nass.
Dom.
9194.
:
8
den inventaris ondergebracht
het
in
gebouw van het voormalige
Naturaliën-Kabinet.
dezen inventaris kwamen voor de volgende schilderijen en kunstvoorwerpen van den Prins. In
5
In de kamer van den Commies naast de Secretarie groote familie portretten verg. lijst.
I
dito familie portret, losse
Inventaris v. Schilderijen etc. in het
Stadhoud. tier,
Kwar-
April 1796.
lijst.
18 dito van verschillende groote. verg. I
lijsten.
marmer van den regeerenden koning van
borstbeeld in
Pruisen.
:z
T\cy
f^''!
4 wit marmeren groepen. 3 groepen van biscuit. 6 vierkante schilderijtjes, verg.
lijsten.
4 kleine portretjes in verg. metaal. I beeld van den overleden koning van Pruisen te paard in biscuit. :^ I landschap bruine lijst. 1
familieportretje.
2
prenten in
Tk^^J^'
Antichambre van de Prinses. lijsten.
In de groene kamer. 43 Schilderijtjes van verschillende groote verg. lijsten en glas. In
't
cabinet.
63 schilderijen en prenten van verschillende soort met lijsten en glas. 2
Op de kamer der Prinses. wassen geboetseerde beelden verg. In
's
lijsten
met
glas.
Prinsen kwartier.
1
de kamer der edellieden. met verg. lijsten en glas. In den boven doorgang. geboetseerde portretten van het koninklijke Zweedsche huis. marmer medaillonportret van de Prinses van Brunswijk.
5
prenten verg.
2
Antichambre van den schilderijen van paarden.
in
3 prenten
7
lijsten.
Prins.
3 prenten in lijsten.
In I
't
12 prenten
21
dito
In I
appartement van Prins Frederik.
biscuitgroep. lijst lijst 't
en en
glas. glas.
cabinet van Prins Frederik.
beeld van den koning van glazen stolp.
II printen lijsten
6 schilderijen in
en
Pruisen
te
paard op verg. voet onder
glas.
lijsten.
groot familieportret met verg.
lijst.
12e kamer, 2e verdieping. 17 prenten
waarvan
11 in
'''
t.
Buffetkamer naast de eetzaal. I
y
zw. 6 in verg.
3 schilderijtjes van was verg. lijsten. 1 portefeuille met prenten.
lijsten.
^,
DE NATIALE RELIEKEX
ii
v//i.^.-/f^
Vt'*«^yVü^-
MAART
1795
NAAR DE VERGADERZAAL
DER STATEX-GEXERAAL GEBRACHT.
GRAVURE VAX
R.
VIXKELES.
ie kleine zolder van
den Cingelzolder. met en zonder
7 portretten van verschillende soort 2 bloemstukken verg. lijst.
lijsten.
zwarte lijsten met groen zijden gordijntjes daarvoor. Chineesche schilderij op glas m. witte-lijst. landschappen in lijsten. schilderij in was geboetseerd. militaire prenten in lijsten 2 verg. 2 zw. prenten zw. lijst en glas. teekeningcn in lijsten. hoofden in was geboetseerd, lijst en glas. printen lijsten en glas.
2 schilderijen in I
7 1
4 17
4 2
8 13
verg.
dito
lijst.
Overwinning van Zoutman op glas geschilderd, verg. lijst. De vorstelijke familie in was geboetseerd, verg. lijst en glas. 19 prenten zw. lijst m. glas. 1
3 schilderijen in papier. 2 schilderijen in was. 1
schilderij in pleister.
3 schilderijen in pleister verg. In de Coepelkamer.
lijst.
3 portretten in was, lijsten en glas. 1 ovaal dito lijst en glas. 3 dito. 2 dito
i).
Van
het Huis in 't Bosch had bovengenoemde Leonard Faber werk reeds 19 Mei 1795 verricht. Op last van het Committé van Algemeen Welzijn zond Faber 8 Febr. 1796 een groote partij meubelen naar den Haag om vandaar naar Woerden vervoerd te worden 2). De praktijk niet uit het oog verliezende had hij er de vloertapijten en eenige meubelen o.a. een schrijftafeltje van slangenhout uit de audiëntiezaal en een ingelegde mahonyhouten hoektafel uit de kamer van de Prinses af moeten houden, daar de heeren die zelf voor hun vergaderzaal konden gebruiken. Maar ook edeler drijfveeren zijn er op te merken. 1 1 Maart 1 795 toch hadden ze in plechtige optocht met muziek eenige nationale relieken naar de Vergaderzaal der StatenGeneraal gebracht. Genoemd worden het zwaard van de Ruyter, Relieken overgede commandostaf van Tromp, de eeuzenappen en de houten \'^'^^^ "^^ <'« beker die heetten afkomstig te zijn uit de eerste dagen van ons verzet tegen Spanje. Dit feit werd vereeuwigd in een prent van C. Josi naar een teekening van C. van Cuylenburg en in dit
een andere, gegraveerd door R. Vinkeles. 1) Rijksarchief,
Nass.
3) Rijksarchief,
Nass.
Dom. Dom.
9194.
9191.
:
lO
Inmiddels ging
men
voort met inventariseeren van wat nog
over was gebleven. Zoo werd 14 Mei 1796 de inventaris opgemaakt van wat toen nog op het Huis in 't Bosch aanwezig was.
Het bleek dat daar nog heel wat
schilderijen
gevonden
werden, en wel In de billardzaal.
Inventaris Schilde-
op het Huis
rijen
in
't
134 schilderijen in vergulde lijsten, 17 teekeningen in zwarte lijsten.
Bosch, 14 Mei
Tweede kamer en
•796. 1
schilderij.
2
printen in
cabinet.
lijsten.
Eerste etage, eerste kamer. 3 schilderijen.
Idem 3e kamer. 58 schilderijen en printen. 2 do.
Benedengang, 4e kamer. 8 stuks schilderijen en printen van wijnig waarde.
Idem 6e kamer. van wijnig waarde. Deze inventaris is als accoord bevonden op 14 Mei 1796 onderteekend door den kastelein Leonard Faber i). 12 printen
Helaas heeft Faber het niet noodig geoordeeld eenig schilderij nader te omschrijven. De vele kunstwerken behoorden zeker niet alle tot het oorspronkelijke meubilair van het Huis in 't Bosch, maar waren daarheen ook gebracht uit andere ontruimde paleizen. Werd toch Soestdijk evenals een gedeelte van
logement verhuurd, het Loo tot had men ook met Honselersdijk iets voor. In verband daarmede werd 31 Jan. 1798 J. C. Hespe door de regeering gecommitteerd tot de inspectie van Honselersdijk. Reeds den volgenden dag leverde deze zijn rapport in, waaruit alleen het negatieve bericht geput kan worden, dat daar toen geen kunstwerken meer waren. Nevens den burger Faber wordt thans ook de burger van Gyt genoemd. 29 Dec. 1796 kreeg deze een dankzegging voor het sorteeren en nummeren der goederen in de Oranjezaal 2). Iets later, 5 Jan. 1797, wordt bericht, dat dezelfde, nu van der Geyt genoemd, de goederen onder zijn directie genomen heeft, en dat hij daarvoor gemaakt heeft: het Huis in
hospitaal
i)
't
Bosch
ingericht,
Rijksarchief, Nass.
2) Rijksarchief,
Nass.
zelf als
en
Dom. Dom.
9194.
Oranjezaal, 291.
II i"e
Een Catalogus van de fraayste meubelen en huyscieraden loopende zooals dezelve genommerd zijn van N°. 1—420.
2«
van het overige een Boelhuyslyst, houdende N". 40 i 50 koopen van allerley rommelarye i).
i— 1340,
behalve
Dit alles was dus voor verkoop bestemd. Het zou echter nog eenige maanden duren, eer het hiertoe kwam. Twee misde burgers J. J. Loke en E. Temminck 2) hebben si ven van
hierop betrekking:
Den Haag
22 Juni 1797.
Medeburgers!
By Ulieder resolutie van 31 Meij laastleden in handen van de onderschrevene gesteld zynde ten fine van executie de resolutie van de Commissie van buperintendentie van den 29 derselver maand, waar by dit Collegie gelast word alle de goederen op het huys in 't Bosch, except de familiepourtraiten, de houte illustres (sic), het pourtrait van de keyser en keyserin, de meubelen behoorende tot de Chineesche kamers, benevens de marmere borstbeelden en tapyten te doen verkoopen uyterlyk met den laasten Julii deses jaars en daarvan in de couranten ten spoedigsten de meesten publiciteit te geven en intusschen daar toe de nodige arrangementen te maken en met het gerecht van Wassenaar, waar onder de goederen gelegen zyn, zodanige schikkingen te maken als met het belang en voordeel van den boedel over een sal komen en waarbij het Collegie verder gelast word de goederen nog in de silverkamer berustende behoorlijk te doen inventariseeren en de zijn de onderCommissie van Superintendentie te dienen van berigt etc. schrevene van advis dat aan de Commissie van Superintendentie van wegens dit Collegie behoord te worden afgesonden de hier navolgende missive omme daarover het goedvinden van gemelde Commissie in te wagten. Waarmede Heil en Broederschap.
—
—
J. J.
Loke.
E. Temminck.
Het college van Administratie aan de Commissie van Superintendentie.
Den Haag
22 Juni
"797
Direct na de receptie van Ulieder nadere resolutie van den 29 Meij dezes
vervattende eene last aan dit Collegie om uijterlijk voor den laasten daaraan volgende de goederen en meubelen op het Huijs in 't Bosch, eenige uijtgesonderd, te doen verkoopen en deswegens de nodige arrangementen met het Gerecht van Wassenaar, waaronder deze goederen gelegen zijn, ten meesten profijte van den boedel te maken, heeft dit Collegie na veelvuldige aangewende pogingen en moeijenissen tusschen het gerecht van jaars,
Julii
i)
Rijksarchief, Nass.
Dom.
9191.
Everhardus Temminck, zoon van Hendrik Temminck en Johanna Bern, geb. 31 Juli 1758. overl. te Rijsenburg 7 Mrt 1837, was Inspecteur-Generaal der Domeinen en Administrateur van de goederen der familie Rijckevorsel te Rijsenburg. 2)
De
famiUeportrct-
°p
***'
Huis
in
'f° v'erkocht^"word'e'n.
12
Wassenaar en den Vendue-mecster van den Haag het zoo verre gebragt dat hij Gerecht van Wassenaar van syn recht tot die verkooping zoude afzien; en deselve overlaten aan den Vendunieester van den Haag, mits eene resolutie van nonprejuditie daarvan krijgende, en een dedomagement van ƒ 300, idem 2 st. van ieder koop boven de ƒ 2 voor de armen van Wassenaar, zoo als altijd gebruykelijk is, en mits de woorden van vendumeester uijt de advertentien in de courant en catalogus gelaten worden. Wij hebben gemeend in dit accoord niet te mcgen treden alvorens Ulieder goedvinden en approbatie daar op te ontfangen, en zyn van gedagten, dat op dese wys nog het meeste profyt van den boedel sal behartigd worden, wyl de verkoping door die van Wassenaar geschiedende op contant geld zoude moeten zijn, waardoor de pretieuse meubelen in dezen tijd nog veel verder beneden de waarde zouden moeten verkogt, ja genoegsaam weg gegeven worden. Dat wat aangaat om alle de meublen van onder de jurisdictie van Wassenaar te transporteeren, sulks soude aan nog veel grooter inconvenienten onderhevig zijn, en onses bedunkens voor den boedel nog schadelijker vallen. Verder meenen wij dat het ook hoog noodsakelijk tot profijt van den boedel is, omme, soo als by alle importante verkoopingen gebruykelyk is, en zooals ten voorleden jare reeds in de couranten door het Provinciaal Committé van Holland geannonceerd was, een catalogus, de voornaamste zaken bevattende, te doen drukken en in dese Republicq alomme te versenden. Op het een en ander sullen wij Ulieder goedvinden schriftelijk inwagten etc. J. J.
LOKE.
E. Temminck.
Op
i)
werd de Commissie van Administratie (Loke en Temminck) door de Commissie van Superintendentie gemachtigd conform den inhoud van dit schrijven te handelen
Verkoop inboedel op het Huis in 't Bosch,
16
Aug.
27
Juli
en de advertentie zoo spoedig mogelijk te plaatsen. Op 10 Juli werd eene door Loke en Temminck opgestelde concept advertentie voor de dagbladen door de Superintendenten geapprobeerd. Deze advertentie verscheen in de Haagsche Courant No. 74 en luidde: Woensdag July 1797 -^ J i-yi ö 19 3
797-
Het Collegie van Administratie der door de Franschen Geabandonneerde Goederen van den Vorst van Nassauw zal op speciale last van de Commissie van Superintendentie, als bij Decrete van de Nationale Vergadering daar toe geauthoriseerd, op Woensdag den ló^e Augustus 1797, en volgende dagen, voor en op het Huis in 't Bosch, doen verkoopen; Veelerhande kostbare, pragtige en verdere Meubelen en Schilderyen, alle welke op Saturdag, Maandag en Dinsdag voor de Verkoping, 's morgens van 10 tot 12, en 's namiddags van 3 tot 6 uuren zullen kunnen worden bezigtigd, en waar van de Catalogus, de voornaamste zaken bevattende, eerstdaags by den Boekverkooper Leeuwensteyn in den Haag, en verder alomme by den Uitgeevers van het Dagblad der Nationale Vergadering voor één stuiver
i)
zal te
Rijksarchief, Nass.
bekoomen
Dom.
9101.
zijn.
13
Deze catalogus berust derijen in den
aantal
lo-:se
Haag en
in
het Koninklijk Kabinet van Schil-
uit 366 nummers, behalve een voorwerpen buiten catalogus, als kasten, kabinetten,
bestaat
matrassen, gordijnen, enz. De nummers 212 349 bestonden
—
uit
schilderijen
met
ver-
zonder verdere omschrijving, de nummers 350— 366 uit prenten achter glas en schilderijen met zwarte lijsten eveneens zonder omschrijving. De opbrengst bedroeg ƒ15883 12, waar ƒ1436 17 voor gulde
lijsten
—
—
moesten worden, terwijl aan van der Geyt voor zijn assistentie ƒ 382 9 gegeven werd. De penningen werden aan den Ontvanger-Generaal Molière ter hand gesteld, en met het resultaat was men klaarblijkelijk zoo tevreden, dat de Administrateurs der Domeinen te Breda en Soestdijk besloten daar nog eens een grondig onderzoek te doen instellen, of niet nog wat meubelen naar den Haag te brengen waren, om daar publiek geveild te worden i). En werkelijk, te Soestdijk slaagde men buitenmate. Alleen voor het overbrengen van meubelen uit dat paleis naar den Haag door den Schipper Jan van der Pol uitbetaald 2). Verwerd 12 Maart 1798 aan vracht ƒ354. moedelijk waren het deze goederen, door den vendumeester Johannes Bosboom verkocht, waarvan de opbrengst na aftrek van onkosten 16 April 1798 berekend werd op ƒ4384 3 63). Ook het Oude Hof aan het Noordeinde bevatte nog van allerlei. Dat was als woning toegewezen aan Charles De La Croix, den Franschen ministre plénipotentiaire, die voor zijn meubilair verlakte tafels, vazen, beelden, stoelen en canapees in het Huis in 't Bosch had mogen uitzoeken. 18 April werd een en ander afgegeven 4). Maar het schijnt, dat deze woning den Franschman toch niet bevallen heeft; immers nog geen twee volle maanden later ontruimde hij haar weer en werden de leeg orekomen vertrekken bestemd voor de leden van het Uitvoerend ö Bewind. De administrateurs lohannes Jacobus Loke en Everhardus -1 stelden naar aanleidmg 1-1-1daarvan 8 Juni 1798O aan de j T' Temmmck Commissie van Superintendentie voor, de goederen, de schildeonkosten
afgetrokken
—
—
——
oi-
i)
Rijksarchief, Nass.
Dom. Dom. Dom.
194.
2) Rijksarchief,
Nass.
3) Rijksarchief,
Nass.
4) Rijksarchief,
Korte not. Nass. Dom. Oranjezaal
9193. 9194. 291.
Het Oude Hof be^'°^^'^°-
'^°°'
<*=
'eden van het uit-
voerend Bewind.
14 rijen enz. die zich
nog
in het
Oude Hof bevinden,
te inventari-
seeren en zooveel mogelijk in twee afgesloten appartementen van den rechtervleugel bijeen te brengen i). Reeds denzelfden dag werd authorisatie hiertoe verstrekt. De zaken gingen toen ontzettend vlug.
Nog
Verkoop van een zeiiwagen.
meer verkocht. Zoo werd Temminck 9 Juli 1798 gemachtigd, bij den as. verkoop van meubelen van den Prins van Oranje nog te voegen een oude staatsiekoets cn een zeilwagen die van Scheveningen was gekomen 2). Qf jjf. ^jg zeilwagcn van Simon Stevin was ? De opbrengst van deze partij werd 23 Juli 1798 door den vendumeester Joh. Bosboom op ƒ 8710 3 8 berekend 3). Maar er kwam al meer, denzelfden dag nog weer een geheele scheepslading van schipper Jan Teunis 3) uit Leeuwarden en 3 Aug. 1798 nog een bezending uit Leeuwarden met » schilderijen en goederen" 4), terwijl 9 Aug. besloten werd 77 stuks tafelzilver uit de hand aan een zilversmid te verkoopen 4). 28 Aug. 1798 werd Anthonie van Geyt gemachtigd, goederen steeds
werd
er
——
Breda naar den Haag te transporteeren om die daar te doen verkoopen, waarna hij 10 Sept. 1798 ook nog te Breda een veiling hield van achtergebleven houtwerk, oud ijzer, meubelen enz. 4). Nog 22 Dec. 1798 is gedateerd een «Memorie van ontvangsten en uitgaven van Anthony van Geyt als lasthebber van den Agent van Finantiën der Bataafsche Republiek, wegens de verkooping van meubilaire en andere goederen in den Haage, te Breda als te Honsholredijk". Aan schipper Leendert van der Hoeven was voor vijf vrachten met meubelen per vracht ƒ 30. betaald. en schilderijen k ƒ6. Inmiddels was er een belangrijke wijziging in de afwikkeling der zaken gekomen. Het College van Administratie, bestaande uit de heeren Egbert van Dompseler, Johannes Hermanus Noordbeek, Johannes Jacobus Loke en Alexander Willem Swart, verkreeg bij resolutie van 26 Juli 1798 een honorabel ontslag en voortaan moesten alle stukken betreffende de domeinen uit
—
1)
Rijksarchief, Nass.
2)
Rijksarchief, Nass.
3) Rijksarchief, Nass. 4) Rijksarchief,
Nass.
Dom. Dom. Dom. Dom.
—
9191. 195.
91Q4. 196.
ISAAK JAN ALEXANDER GOGEL. SCHILDERIJ IN HET BEZIT
VAN DEN HEEK
TE ANTWERPEN.
VV. C.
BURGER
15
eene circulaire van 27 Juli 1798 gericht worden tot den Agent van Finantiën i). Die man was Izaak Jan Alexander Gogel. Hij was lo Dec. 1765 te Vucht geboren als de zoon van een Duitsch officier in Staatschen dienst en een juffrouw CruU, zuster van den bekenden schout-bij-nacht Willem Crull. Na eenige jaren op een handelskantoor werkzaam geweest te zijn vestigde hij zich in 1791 zelfstandig en sloot zich aan bij de partij der Patriotten. Zelfs nam hij spoedig onder hen een zeer voorname plaats in en werd o. a. in 1794 met een zending naar de vertegenwoordigers van het Fransche volk belast. Dat na het slagen der revolutie krachtens
hem
werden toegedeeld, spreekt van zelf, door rechtschapen door en karakter is van een zeer en weldadigen invloed geweest. Hij behoorde tot het vijftal mannen die 12 Juni 179S de teugels van het bewind in handen namen en hij zelf liet zich benoemen tot Agent van Finantiën. Reeds aanstonds moet zich bij dezen bewindsman het denkbeeld gevormd hebben, uit de nog aanwezige kunstschatten een museum te vormen. Maar een bepaald besluit dienaan-
Optreden van ^°8ei-
verschillende posten
zijn
gaande hebben nauwkeurigste
wij
niet
kunnen vinden, niettegenstaande de
nasporingen.
toespeling op konden vinden
De
eerste
was
3
keer dat wij er een
Aug. 1798. Toen:
>Is by den Agent geresolveerd, den burger Voormeulen, deurwaarder te Leeuwarden, te qualificeeren, ora de meubelen behoorende tot den nationaal verklaarden boedel, welke zig nog te Leeuwarden of op het Oranjewoud bevinden, doch alléén dezulke welke van weinig waarde zyn, aan den meestbiedenden publiek te verkoopen, doch geenszins schilder>'en of goederen, waarop het wapen van den geweezen stadhouder of deszelfs famillie wordt gevonden, zullende hy verphgt zyn dezelve benevens de kist welke reeds ingepakt is, behoorlyk voorzien naar herwaards te doen transporteeren en daartoe èf een geheel óf een gedeelte van een schip te huuren, terwyl hem wel inzonderheid word gerecommendeerd de schilderyen welke noch zyn in de gewesene danszaal van het Hof te Leeuwarden, voorzichtig te doen uitnemen en mede te voeren, en vooral in 't generaal te zorgen, dat niet wederom door den regen ofte andersints de goederen bij het transporteeren bedorven worden" 2).
20 Aug. 1798 werd ook aan R. Boschma te Leeuwarden door den Thesaurier-Generaal en Raaden van Finantie gelast, een rapport uit te brengen over de schilderijen die zich bevonden 1)
Rijksarchief, Nass.
2)
Rijksarchief, Nass.
Dom. Dom.
195. iq6.
Stichting van een
™"=^'"°-
:
i6
Schilderijen het Loo.
van
op het Hof te Leeuwarden en dit te zenden aan den Agent van Finantiën Gogel »die deze op de Nationale Kunstgalerij wilde doen plaatsen" i). Maar met deze poging slaagde hij niet. 20 Sept. ontvingen de heeren een afwijzende beschikking van het Bestuur van het voormalig gewest Friesland, op grond dat het Hof te Leeuwarden geen eigendom van den gewezen Stadhouder was geweest en het voormalig gewest Friesland jaarlijks een som van ƒ 10.000 voor onderhoud van die bezitting betaalde. De schilderijen werden dus niet naar den Haag gezonden en hangen nog te Leeuwarden 2). Meer succes had Gogel op het Loo. De Fransche broeders waren daar wel geweest, maar gelukkig meer geboeid door de olifanten in de diergaarde dan door de schilderijen. Deze dieren werden in 1797 naar Parijs verzonden en kwamen daar na een langdurige en moeielijke reis behouden aan 3). 22 Sept. 1798 zond zekere A. Gelderman, rentmeester op 't Loo, een »lyste van alle de meubelen dewelke gedeeltelyk met een afgehuurd schip, en 't geene dat daarin niet konde geborgen worden, met den Deventer beurtman, gelyk sulks aan den voet der Lyste genoteert
Deze
22 Sept.
is". lijst bestaat nog en is 18 Sept. genoemde meubelen kunnen we maar de lijst der schilderijen, zullen
1798 verzonden
De
gedateerd.
1798
er in
bespreking laten, we, ofschoon ze zeer gebrekkig buiten
is,
toch in extenso afdrukken,
want in haar hebben we den oudst bestaanden inventaris van het tegenwoordig Rijksmuseum. Klaarblijkelijk waren de schilderijen in zes kisten verpakt N".
I.
zijnde 9
(sic)
stuks schilderijen.
verbeeldende de slag bij Nieuwpoort. Het Spaansch heidinnetje op Majorca. De intrede van Nieuwpoort. 1
N".
2.
Vreemd gevogelte. De boodschap van Marie. 3 portretten der Pruissische familie. 2 landgezichten.
Het regenen van de Manna.
r)
Rijksarchief, Nass.
2) Rijksarchief, Nass.
3)
Dom. Dom.
ig6, fol.
iio.
292, Friesland.
Nieuwe Algemeene Konst- en Letterbode, 1796 Het mannetje stierf te Parijs 17 Jan. 1802.
p. 121.
II p. 201, 202
en 1797
II
:
17
Kopie van een
altaarstuk in het klein
met
2
deuren met glazen
paneelen.
Bloemstuk. De offerande van Cain en Abel. Prins Willem III in zijn jeugd. Fruitstukje
met een
pijp.
Rots.
Hertog van Alva.
Een
den adem uitblaast. de gevangenis door de borsten Vrouwtje van Mechelen. Het Stadhouderlyk kwartier. grj-saard die
Man N°.
3.
De
in
zijner dochter gevoed.
opstandinge.
Het gehoor.
De
N°.
4.
nyd. Diogenes. Boerenkerrais. 2 portretten van Prins Willem
II
met zyne gemalin.
Prins Maurits.
Johannes in de woestijn. De ontmoeting van Jacob en Esau. Paris die de appel ontvangt. Portret van de Pruissische familie.
Vrouwenbeeld
in
ovalen
lijst.
De Musikant Hendel. N°.
5.
van de Pruissische
2 portretten
familie.
Portret van de Brunswijksche familie.
Koning Willem's
portret in het grauw.
Portret van de Pruissische familie.
Maria met Wijzen
De
't
kindje.
uit het
Oosten.
Bloemstuk. Boerenhuishouding. 3 landschappen. N°.
6.
Neptunus (zeer groot
stuk).
Zeestorm.
Deze stukken werden in het Huis in 't Bosch opgeborgen i). Er moest iemand gevonden worden die zich met het toezicht daarop wilde belasten. 1 2 Januari 1 799 werd hierin voorzien In aanmerking genomen zijnde de noodzakelijkheid eener spoedige voorziening ter Conservatie der kunststukken op het Huis in 't Bosch. Als mede dat het belang des Lands vordert dat een aanzienlijk aantal meesterstukken
der schilderkunst voor verder bederf worden bewaard. Is by den Agent geresolveerd den burger Cornelis Sebille Roos, Makelaar te Amsterdam, aan te stellen als Inspecteur van de Zaal en Kunst Gallery op het Huis in 't Bosch en vervolgens denzelven te gelasten en te authoriseeren om dadelijk de nodige ordres te stellen tot het sorteren en opmaken der Schilderijen,
1)
Zie Bijlage
I.
Optreden van C. S. Roos.
i8 dezelve te rangschikken, daarvan te maken behoorlijke Inventaris, en al dat geen te doen en te verrichten, wat het meest belang des Lands in deezen zal vorderen, zullende aan denzelven de nodige localen, voor de
werkzaamheden op het voornoemde huis worden ingeruimt en voorts worden gevaledeert en goedgedaan ordinaris daggelden, mitsgaders het werkloon der door hem geemployeerde en verdere onkosten volgens costume. i)
Cornelis Sebille Roos was een man die in die dagen in kunstzaken zeer op den voorgrond trad. In hetzelfde jaar dat wij zijn naam het eerst aantreffen in verband met de Konst-Galerij heeft hij te Amsterdam een » Genootschap ter Bevordering der Teeken-, Schilder-, Beeldhouw- en Graveerkunst" opgericht, gaf hij een voortreffelijke reeks door Cornelis Brouwer gegraveerde prentteekeningen uit en opende hij in de door hem bewoonde noordelijke helft van het Trippenhuis een permanente tentoonstelling van moderne kunst. Bijzonder voortvarend was hij in de betrekking, die zonder twijfel Gogel hem verschaft had. Pas 12 Jan. 1 799 tot Inspecteur benoemd, is zijn eerste rapport aan den Agent van Finantiën der Bataafsche Republiek al van 30 Jan. en een kennismaking ermede is van groot belang voor ons onderzoek:
Den ondergeteekende heeft zich op den 28 Jan. 1799 met en benevens den Burger E. Temminck naar Utrecht begeeven, en aldaar zich vervoegd op het Huis in gebruik geweest zynde van het voorheen Provintiaal Bestuur en hebben op hetzelve geene Schilderijen gevonden, welken waardig geoordeeld hebbe om op de Kunst-Gallery geplaatst te worden. Dan daar en teegen hebben wij op het Huis te Soestdyk vyff alleruitmundtende Schilderyen door G. de Laires, aldaar boven deuren en schoorsteenen geplaatst, en vier capitale stukken van M. de Hondekoeter in de vestibule gevonden, zo ook zes fraye marmere Bustes, 't een en ander ten minsten waardig zynde een somma van ƒ loooo. Om deeze stukken behoorlijk in order te doen brengen, kwam het mij onder verbetering het beste voor, dat die stukken onder mijne Directie werden uitgenomen, vervolgens in kisten gepakt, en naar Amsterdam gezonden, ten einde dezelve aldaar door bekwaame meesters te laten in order brengen, voorts nieuwe lysten om dezelve te laten maaken, en vervolgens gereed zynde naar de Kunst-Gallery te doen transporteeren- Voorts dat de leedige vakken waar deeze stukken op dat Huis gestaan hebben, weder met eenig schilderwerk diende gevuld te worden, eenigsints passende by het schilderwerk dier zaaien, en vestibule, dat zulks in een lugtige manier gedaan wordende zeer wijnig zal kosten, mits zulks aanbestedende. Dat ik hiermede drie bekwame kunstenaars aan 't werk kan helpen be-
Inspectie Soestdijk.
i)
Rijksarchief, Korte Notulen Nass.
met stukken betreffende
Dom., Oranjezaal,
292.
—
Portefeuille
en kunstvoorwerpen afkomstig van de vorstelijke paleizen (zgn. Coll. Hingman), Rijks-Arch. N°. 191, Nass. Dom. 197. schilderijen
CORXELIS SEBILLE RÜOS. SCHILDERIJ DOOR AURIAAN DE LELIE IX HEI' BEZIT VAX Dr. V. F.
VAX HAMEL ROOS TE AMSTERDAM.
:
19 halve de twee allervoornaamste mannen, welken zich naar 't Huis in 't Bosch zullen begeeven, dat om de Hagenaars niet voorbij te gaan, ik aan twee van dezelve zoodanige schilderyen wilde laten restoreeren, als ik
vertrouw dat zij wezentlyk goed zullen doen, om dusdoende een yder te vreden te stellen Dan het zal Uw, Burger Agent, niet onbewust zyn, dat de Kunstenaars gaarne nu en dan geld zien, dat men met hun van tyd tot tyd voor 't verrichte te betalen, men hunnen yver aanwakkert. Dat om niet alle ogenblikken met klynigheeden Uwe zo meenigvuldige beezigheeden te stooren met het inzenden van reekeningen, dan van de kunstschilders, opplakkers, lystemakers, handlangers, als ingrediënten en gereedschappen wensch ik gaarne door Uw in staat gesteld te worden by provisie met een somma van ƒ 3 a 4000.— om daarvan de betalingen te doen, en Uw vervolgens een generale verantwoording daarvan in te leveren. Dat hunnen yver hierdoor te groter zal zijn, te meer daar die zelfde kunstenaars my voorgehouden hebben, dat de langsame betaling van het schoonmaken der schilderyen op het Huis der Gemeente Amsterdam oorzaak zy, dat dat werk tot hecden nog niet volkomen in order is. Verzoeke over een en ander in deeze voorkomende (onder verbetering)
Uwe
autorisatie,
Amsterdam 30
waarmede
gij
mij zult verpligten.
Heil en Achting C. S. Roos.
Jan. 1799. i)
Tusschen de bedrijven door hield men zich bezig met het zoeken van huurders voor het logement in het Huis in 't Bosch en voor het Huis te Soestijk. In de Haagsche Courant (No. 21 van Maandag, 18 Febr. 1799) annonceerde E. Temminck, Inspecteur der Nationale Gebouwen herkomende van de vorst van Nassau, bij inschrijving te willen verhuren, tot het houden van een logement, het Huis in het
Nadere inforden Notaris en Makelaar Arnoldus van Beek op het Voorspui in den Haag en bij C. S. Roos te Amsterdam ten huize Trip te bekomen, terwijl de conditiën ter lezing gelegd waren in verschillende Hotels in de voornaamste plaatsen van het land en ook te Brussel en te Kleef. In N°. 27 van hetzelfde orgaan, dato 4 Maart 1799, werd de verhuring aangekondigd van het Huis te Soestdijk, door bemiddeling van denzelfden notaris en van W. Renaud, rentmeester te Culemborg, die informatiën kon verstrekken. Bosch, inschrijvingen openstaande tot maties waren
1° April.
bij
zoogenaamde collectie Hingman vonden wij ook een rapport van den reisgenoot van Roos, E. Temminck, doch dit is merkwaardigerwijze eerst 3 Mei i 799 verzonden, en luidde In
I)
dezelfde
Rijksarchief, Coli.
Hingman.
20 Rapport Soestdijk door Temminck.
Rapport van den Inspecteur E. Temrainck wegens deszelfs inspectie en Domein Soestdijk en wel in de Maanden January en Maart 1799 aan den Agent van Financien der Bataafsche Republiek. By niyn aanweezen is door den Burger C. S. Roos, Inspecteur van de Konstgallery op 't Huis in 't Bosch, en door niy, ter voldoening aan des Agents Resolutie de dato 9 February 11., doen wegneemen de volgende Konst-stukken, welke op het Huis te Soestdijk in de vestibule en boven de deuren en schoorsteenen waaren geplaatst, als: 4 stukken door M. de Hondekoeter, 5 van G. de Lairesse, benevens 7 in plaats van 6 Marmere Bustes by bovengemelde resolutie vermeld, dan daar en booven hebben wy mede doen wegneemen een der uitmuntentste Blafonnen van G. de Lairesse, hetwelk thans aldaar tot zyn bederf zoude hangen, en 't welk zeer gevoeglijk in de Konstgallery kon worden geplaatst, als ook zeeven schoone landschappen door Glauber en gestoffeerd door G. de Lairesse, om alle deeze stukken op het Huis in 't Bosch te doen overbrengen ; alhoewel wy tot dit alles juist geen orders hadden, zo hebben wy vermeend, dit egter niet te moogen nalaaten, als overeenkomende met de intentie van den Agent, om by de verhuuring van het Huis te Soestdyk deeze waarlijk schoone konststukken voor bederf en schade te bevyligen, waarom wy dus des Agents approbatie hier op verwagten Aldus gerapporteerd in den Hage, den 3 Mey 1799. Heil en respect, verrichtingen in het
E.
Temminck
i).
Ter vervanging van de doeken van Glauber en Lairesse
te
Soestdijk leverde de schilder A.
6 Juli 1799 J. Duncan, aldaar op diverse schilderstukken grosso modo gecalculeerd op 648 ellen doek voor / 550, ingevolge de Resolutie van den Agent van
Finantiën
De
Oranjezaal
opengesteld.
Op
2).
1799 werd het onderstaande besluit genomen betreffende de heffing van entree van 6 st. voor de bezichtiging
29
April
van de Oranje- en Chineesche zaal, terwijl hieraan verbonden was eene decisie, waaruit op te maken valt, dat men weinig ruchtbaarheid wenschte te geven aan de voorbereiding en samenstelling der Kunst-Galery.
by den Agent [van Finantién] geresolveerd, den kastelein op het Huis Bosch te gelasten de zogenaamde Oranjezaal en Chineesche kamers, voortaan te beginnen met den eersten Mey e.k. aan niemand te laten bezichtigen, dan teegens betaaling van 5M stuiver de persoon, welke te ontvangen penningen hy Castelein voornoemd zal moeten werpen in een gesloten busse, waarvan de sleutel zal berusten onder den Thesaurier A.C. »Is
in het
—
i)
Zie Bijlage
II.
2) Rijksarchief,
Nass.
Dom.
9192.
ld
>
O X H O
w X u o 3
ai
D
o:
C/5
^
o H O M
ca
> s
21 Molière, van welke betaaling alleen zullen uitgezonderd zijn den Agent van Finantiën en den Inspecteur-Generaal der Nationale Domeinen, herkomende van den vorst van Nassau, echter alleen voor hunne persoenen.
En
wyders geresolveerd, den Directeur van het Cabinet van Schilderyen, Roos, te gelasten, aan niemand wie hij ook zijn moge, eenige der schilderyen, of andere stukken, geplaatst zullende worden in het voorschreven C.
is
S.
Cabinet, provisioneel te laten bezichtigen
i).
Het Huis in 't Bosch was dus aangewezen om de bijeen gegaarde en nog bijeen te garen kunstwerken op te nemen. Daartoe was daar nog heel wat in orde te brengen, ii Jan. 1799 reeds had Temminck een missive gezonden, kennis gevende » dat hij bij accurate opneming bevonden had, dat het Huis in het Bosch, alvorens het kan worden geapproprieerd tot dat einde, waar toe het geschikt is, daarin reparatiën en veranderingen moesten worden gedaan" 2), waartoe hij autorisatie verzocht en verkreeg. Everhardus Temminck, dien wij reeds vroeger ontmoet hebben Administrateur van de domeinen van den Stadhouder, was thans Inspecteur der Nationale Gebouwen, en het Huis in het Bosch heeft wel bijzonder zijn belangstelling gewekt. Het tot stand komen der Kunst-Galerij vond in hem een ijverig bevorderaar. 8 Febr. 1799 vroeg hij aan Gogel autorisatie om eenige schilderijen te laten halen die op het Prinsenhof te Amsterdam in de kamer van Convooien en Licenten boven den schouw hingen. Het waren: De uitdeeling van de burgerkroon door Aeneas aan zijn volgelingen, en Menelaos die zijn zoon doet onthoofden, omdat hij tegen zijn wil slag had geleverd, beide door Ferdinand Bol 3), en van denzelfde het portret van Michiel Adriaensz. de Ruyter, in een kamer in gebruik bij de marine: als
»Daar deze konststukken op de Nationale Konstgallery op 't Huis in 't >Bosch noodzakelyk dienen overgebragt te worden, zo solliciteere dat den «Burger C. S. Roos, Inspecteur van bovengemelde Konstgallery, door den >Agent mag worden geauthoriseert, om de twee eerstgemelde stukken, op «voornoemde Gallery over te brengen, en om in de plaats van het uitgenoome «schoorsteenstuk te brengen een raam enz «Voorts ten opzichte van het derde schilderstuk, my te authoriseeren, om «met den Agent van Marine te confereeren, ten einde door den voorn. •Burger C S. Roos, hetzelve mede op de voorn. Konstgallery te doen over«brengen en in deze schoorsteen mede een raam te doen plaatsen." i)
Rijksarchief, Nass.
Dom. Dom.
197.
2) Rijksarchief,
Nass.
3) Rijksarchief,
Korte Not. Nass. Dom. 292.
197.
Schilderijen op het
P"°5^°''°f
'=
*"
:
22
De
werd, gelijk te verwachten was, verleend
autorisatie
i).
Roos zorgde goed voor de hem toevertrouwde schatten. De rekeningen betreffende de werkzaamheden op het Huis ten Bosch, loopende van Maart tot December 1799, bevatten daaromtrent herhaaldelijk aanwijzingen als de volgende Restauraties
Op
in
28 Mrt.
1799-
17 April
2
groote schilderyen van
't
Zeecomtoir uyt de schoorsteenen
genomen en by U [C. S. Roos] aan huis gebracht. /12.16. Twee groote ramen gemaakt, 64 voet 4 st. de voet, 34 elle è,
geplemeurt doek, |hetzelve geschilderd en opgespannen k
/
16 Juli.
/ 34.
d'el.
I
op nieuwe doeken geplakt, samen groot 1067 voet k 6 st. de voet. / 320.2. 50 spieraamen gemaakt, groot 1098 voet en de schilderyen opgespannen a 7 st. de voet. / 384.6. 2 groote Schilderyen by UE. gebracht en daar in een kist
32
schilderyen
/ 4.
gepakt. 17
Tien swarte breede HoU. h. I — 10 de voet.
>
30 Aug.
lijsten
ƒ363. HoU. lijsten gemaakt met duyms goude binnensponningen, saamen groot 760 voet i— 10, de voet. / 1140. 25 groote breede swarte
Spaan. Ook Jacobus Egbert van Drielst en H. Breckenheimer
Dit gold werkzaamheden verricht door
Johannes Lauwers,
worden
gemaakt, groot 242 voeten
J.
verband genoemd 2). Bij gebrek aan geopgaven hebben wij niet kunnen nagaan welke
in dergelijk
detailleerde
door de kunstschilders gerepareerd en gerestaureerd Wij deelen slechts mede dat van Drielst voor zijn aandeel y 1596 ontving en Lauwers ƒ 15 12. Spaan kreeg ƒ 1642 en leverde daarvoor o.a. 59 nieuwe spieramen, terwijl hij 32 stukken verdoekte. Corn. van Cuylenburgh inde voor het restaureeren van eenige portretten ƒ 162 en de lijstenmaker J de la Vigne leverde 18 lijsten tot een gezamentlijk bedrag van ƒ 1557 3). Alles wat aan schilderwerken gevonden werd, werd echter niet voor de Kunstgalerij bestemd. Zoo is 15 Mei 1799 aan Temminck authorisatie verleend, om nevens eenige meubelen die zich nog in het Huis in 't Bosch bevonden ook eenige schilderijen te verkoopen, maar hierbij vinden wij de beperking »uit welke laatste reeds door den Makelaar Roos de beste zijn uitgezocht om op de Nat. Kunstgalerij geplaatst te worden i). Denzelfden schilderijen zijn.
"
i)
Zie Bijlage
2)
Rijksarchief, Nass.
III.
3) Rijksarchief, Coll.
Dom.
197.
Hingman.
:
:
:
23
dag kreeg Temminck ook nog een bevoegdheid van wijdere strekking, daar de Commissie van Superintendentie hem autorisatie
verleende »tot het verzamelen en overbrengren voor het
Huis in 't Bosch van de schilderijen, rariteiten etc. berustende onder de custodie der verschillende directiën in de Republiek en aan Roos over te geven" i). Betrekking hierop heeft het onderstaande document uit het Notarieel Archief ten Rijks-Archieve N°. 3788 Protocol van Notaris Johannes Jacobus Schmolck, N°. 293.
Schilderijen
Staten-Generaal
:
Inventaris van alle zodanige meubilaire en andere goederen als zy actueel zyn bevindende in de gebouwen en derzelver appartementen, voorheen betrokken en geoccupeerd geweest zynde by de voormalige Staaten-Generaal dezer Republicq, geformeert en in geschrift gebragt door Johannes Jacobus Schmolck, Notaris alhier in den Hage, als daartoe gequalificeert zynde door den Contrarolleur G. van der Linden op last der Commissie van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataafschen Volks. En zulks zodanig als dezelve goederen zyn opgegeeven en aangeweezen geworden door den Burger Andries Lotze als conchierge van de voorschreeve gebouwen.
Wij houden hier geen rekening met de meubels en andere goederen en zullen alleen de schilderijen vermelden, die op dezen inventaris voorkomen. In de Treves-Kamer schoorsteenstuk verbeeldende de Alliantie van deeze Republicq met de Fransche, geschildert door Hendriks A° 1795. Een dito stuk verbeeldende Vreede, Vryheid en Overvloed, door van der
Een
Schuur A°
1698.
In de
Oude Vergaderkamer:
Twee
schoorsteenstukken met vergulde lijsten, het eene verbeeldende de Vryheid en het andere de Standvastigheid. Een teekening van het Binnen-Hof, in een goude lijst met een glas. In de geweeze Admiraliteytskamer Twaalf schilderytjes van Claudius Civilis, door Hans Holbeyn, in vergulde lijsten.
Een schoorsteenstuk met een bruyn gebeeldhoude
lijst.
In de Charter-Kamer Zeven portretschilderyen bevorens geplaatst geweest zynde in de
Vergaderkamer, in zwarte Willem I. Willem II. Willem in.
WUlem
lijsten
IV.
Willem V. Prins Maurits. Prins Frederik Hendrik.
i)
Rijksarchief, Coll.
Hingman.
zeer fraai geschildert, verbeeldende
Oude
17 Juni 1799.
24 Den 17 Juny Compareerde voor
1799.
my
Johannes Jacobus Schmolck, Notaris by den Hove van Holland, geadmitteert in den Hage, resideerende ter presentie van de na te noemen getuygen. Den Burger Andries Lotze in qualiteit als in het hoofd deezes genoemd, dewelke verklaarde bovenstaande opgave te hebben gedaan deugdelijk zonder daar iets verzwegen of ter kwader trouw terug gehouden te hebben, aan hem bekend was tot de voorenstaande appartementen te be't welke hooren en door hem by de aanvaardinge zyner bedieninge in dezelve is gevonden, beloovende indien by vervolg door hem nog iets mogt worden ontdekt het geen op deezen Inventaris zou behooren te worden gebragt, hetzelve weder te zullen op en aangeven. Verklaarende wyders den Comp' bereid te zijn de deugdelykheid dezer door hem gedane opgave des gerequireerd met Eede te bevestigen. Aldus gedaan en gepasseert ter presentie van Engelbertus George Bruyns en Pieter Hendrik Doorschodt als getuygen. E. J. Bruvns. A. Lotze. P. H. Doorschodt. J. J. Schmolck.
Al zeer spoedig maakte de Inspecteur Temminck gebruik van de zeer weikomen bevoegdheid, en hij verzond op 17 Juni een schrijven van den volgenden inhoud. Den
Inspecteur E.
Temminck
aan den Agent van Financiën der Bataafsche Republicq. Burger Agent. Schilderijen
van
en
rari-
Venius
Ik heb de eer by dezen ter Uwer kennisse te brengen, dat ik op myne missive van den 12 Juny 11. aan de Commissie van toezicht en Policie over de Vergaderzaal op den 13 daaraanvolgende van dezelve ontvangen heb de
teiten v. d. Staten
Generaal
navolgende schilderyen en rariteyten ten behoeve van het Kunstcabinet op het Huys in 't Bosch naby den Haag, als Elf stuks schilderyen voorstellende de veldslagen van Claudius Civilis, i) waarvan het twaalfde by den Kunstschilder Liernur. Een Chineesche pendule, gehangen hebbende in de Treves-Kamer. Een Canon zynde een Present van den Turksche Keyzer aan H. H. M. Een houten bal benevens De Geuzen Nap. en Twee Zwaarden met de Staf van Commando van den Admiraal de Ruyter, zonder knop. Welke goederen ik dan ook aanstonds aan den Inspecteur van de Zaal en Kunst-Gallery C. S. Roos heb ter hand gesteld, zoo als blijkt uit de hier nevengaande Copie regus van voorschrevene Inspecteur, waarvan het Heil en Agting origineel onder my is berustende.
overge-
bracht.
E. Temminck.
den Haag i)
17
Juny 1799
2).
Zie Bijlage IV.
2) Rijksarchief. Coll.
Hingman.
:
25 Gelijken tred met den ijver van Temminck om bestanddeelen voor de te vormen Kunst-Galerij bijeen te garen hield de werkzaamheid van Roos om dit alles in een toonbaren staat te brengen. Belangrijke uitgaven werden daarvoor verstrekt, bv. en 25juli ƒ 4000. i), iets wat in het oorlogs30 Mei ƒ2000. jaar 1799 zeker te waardeeren is. 29 Aug. 1 799 schreef Roos aan Gogel
—
Door de
—
omstandigheden waarin het land zich bevind kan werken en begeeft zich voor eenige dagen naar Amsterdam, en daar ik op de Galery dan van geen nut kan zijn, moet ik mij tevens naar huis begeven. Daar ik my persoonlyk voor de betaling der lysten verbonden heb, verzoek ik om /3500 om de vergulders en lystemakers by myn arrivement in Amsterdam te kunnen voldoen" 2). V.
Drielst
critique
niet
Maar hoe mild Gogel
hij was een Roos nog denzelfden
deze zaken ook was,
in
man van orde en regelmaat en
gelastte
dag >het inzenden eener behoorlijke rekening", waaraan deze twee dagen later gevolg gaf 3). Deze rekening werd ter fine van consideratie en rapport in handen gesteld van Temn:iinck, en hieruit bleek, dat behalve het reeds door Roos betaalde en genoten voorschot ten bedrage van ƒ8000. nog de som van ƒ3143 9 zou moeten betaald worden.
—
—
Van aankoopen hooren
wij in
1
799
niet veel.
i
Nov. stelde Roos
koopen een gedenkstuk aan den inval der Engelschen en Russen en hij bood daartoe aan den » sabel van den overwinnaar Brune'" i). voor, als pendant van den sabel van de Ruyter aan te
Inmiddels naderde de Kunst-Galerij
hare voltooiing.
2 Jan.
1800 schreef Roos aan Gog-el. ö Geachte Medeburger.
Van den Burger
Temmink
geïnformeerd zijnde dat de kamers der 't Bosch in zoo verre gereed waren, heeft de ondergeteekende zich met de benodigde Bediendens op den 29 Nov. 1799 derwaarts begeeven, gevolgt van een afgehuurde Pakschuit met de lysten der Schilderyen, en heeft vervolgens de gereed zijnde vertrekken met de voorhanden Schilderyen behoorlijk behangen. ....dat voorschreven gallery alsdan behoorde gesloten te worden tot tyd en wylen er door U de nodige schikkingen gemaakt worden tot de publieke bezichtiging, welke geen plaats behoorde te hebben voor en al eer dat alle E.
Nationale Kunstgallery op het Huis in
schilderyen volkomen i) Rijksarchief,
2
Nass.
Rijksarchief, Coll.
3) Rijksarchief, Nass.
gerestoreerd,
Dom.
197
—
Oranjezaal 292
Hingman.
Dom.
197
f.
gevernist en
123e.
f.
geplaatst zyn,
1089.
hebbende
Sabel van Brune.
:
26 kunstschilders E. van Drielst en J. Lauwers op de door den Burger Temmink gedane uitnodiging derwaarts te begeven tot de verdere voitoying der wynige nog onafgedane stukken, uit hoofde der onverdraaglijke onaangenaamheden, welken zy gedurende hunne werkzaamheeden met den actueele Castelynnesse gehad hebben, en het ongunstige jaarsaisoen Verzoekende mits deezen van U te mogen ontfangen een ordonantie op den Thesaurier Molière van voorschreeven somma (/1105)... ten einde de verdere voltooying der Kunstgallery in het aanstaand voorjaar te kunnen bewerkstelligen, hetwelk doende enz.
het mij niet te
mogen gelukken de
kunnen beweegen
om
zich
Heil en eerbied.
Amsterdam
2
January 1800.
C. S. Roos, Inspecteur over de Nationale Kunstgallery.
men wederom op
van Gogel het Huis Dit zou op Zaterdag in 't Bosch als logement te verhuren. I Febr. 1800 geschieden ten overstaan van gecommitteerden van den Haag. Liefhebbers daagden echter niet op en het gebouw moest voorloopig onverhuurd blijven. Artikel 2 van deze verhuurconditiën bepaalde «Onder de verhuring zal niet begrepen zijn de Orange-zaal, de Chineesche kamer met de daarachter gelegen vertrekken, evenals de twee bovenvertrekken opgaande in het kabinetje achter de Chineesche kamer, in het kort, de geheele middenétage, beginnende wanneer men het huis van voren inkomt, aan de rechterhand van de vestibule af, en zoo opwaarts ten einde toe, zullende de voorschreven appartementen zijn en verblijven ter vrije dispositie van den agent van Financiën der Bataafsche Republiek, en wel ter bewaring van de daar op geplaatste of nog te plaatsen schilderijen en beelden." Blijkbaar was men in die dagen niet beangst voor het brandgevaar waaraan de kostbare verzameling door de onmiddellijke nabijheid van een publiek logement werd blootgesteld. Op het terrein was een brandspuithuisje met het noodige materiaal en den eventueelen huurder werd bij artikel 1 1 de plicht opgelegd het bluschmateriaal in goeden staat te houden en zelf zoo goed als zijne bedienden hulp te verleenen bij Intusschen trachtte
last
voorkomende ongevallen. Oorspronkelijk had men het voornemen, vast te stellen, dat de eventueele huurder van het Huis een opzichter over de zalen zou delegeeren, die aanwezig moest zijn zoo lang de Galerij geopend was. 1 1 Febr. kwam Temminck met Roos overeen, zoo spoedig
27 mogelijk het resteerende van de galerij
in
orde te brengen en
28 April nog eens >tot volkomen afmaking der galerij"
i).
Gogel ontving van den Inspecteur C. S. Roos op 26 April 1800 de mededeeling welke verdere onkosten vereischt werden om de Galerij volkomen af te maken, namelijk een bedrag van Daaronder zou begrepen zijn: ƒ2000.
—
1°.
2°.
3°.
Restauraties ïd '^°°'
.
Het restaureeren van alle stukken. Het opplakken en het maken der spieramen en lijsten. Het vernissen van 180 schilderijen en van het plafond van G. de Lairesse. vernist worden.
De
meeste stukken moesten
3^4
maal
4°.
Het schoonmaken en vernissen der schilderijen in de kamer van de Wit. Het ophangen der stukken in de historiekamer.
5°.
Alle materialen.
Alle schilderijen, die eene kunstbewerking moesten ondergaan, werden door Roos, Spaan en van Drielst uitgezocht om naar •A.msterdam verzonden te worden. Ook Cornelis van Haarlem's Kindermoord van Bethlem bevond zich hierbij. Binnen den tijd van vier of vijf weken zou zoodoende de geheele Galerij
orde
in
zijn.
Dit contract werd den
voorwaarden
i^^eo y[Q\
igoo op de bovenstaande
definitief gesloten tusschen
Roos en den Inspecteur
Temminck.
E.
Gedurende deze
laatste
werkzaamheden bleef ook de
uit-
breiding der verzameling aan de orde.
1800 ontving Gogel uit Amsterdam een particulier van zekeren Schilger, waarbij zijne aandacht gevestigd werd op een Christusbeeld dat te Rotterdam in het vertrek van den kamerbewaarder van het Zee-Comptoir hing en van de portretten der gewezen stadhouders die zich in de Charterkamer van hetzelfde kantoor bevonden. In een noot van dit schrijven lezen wij dat de bewuste portretten in een houten kist zeer goed ingepakt waren. Gogel zond hiervan aan Roos dadelijk bericht, die toen met Temminck de doeken ging inspecteeren 2) en reeds 17 Mei kon geboekt worden een: 7 April
schrijven
i) •
Rijksarchief, Coll.
2) Rijksarchief, Coll.
Hingman. Hingman.
Christusbeeld te
Rotterdam.
:
28
Portretten Oranjes
de Ruyter
en te
Missive van den Inspecteur E. Temminck en C. S. Roos, het opzigt hebbende over de Nationale Kunst-Gallery op het Huis in 't Bosch, geschreven alhier den lóo" dezes, houdende dat zy Remonstranten zig op den 14'" te vooren na Rotterdam hadden begeeven, ten einde inspectie te neemen van de schilderyen op het Zee-Comptoir voorhanden zijnde, aldaar hadden gevonden de volgende stukken, die tot eene aanmerkelyke verciering en ter verdere volmaking van de Nationale Kunst-Gallery op 't Huis in het Bosch zouden kunnen dienen, als 1° Een stuk verbeeldende een gekruiste Christus, hebbende gedient in de kajuit van het Admiraalschip van de vloot van Vigos, door den Admiraal Piet Heyn op de Spanjaarden verovert. 2° De Pourtraiten van Willem den Eersten, Willem de 2^', Maurits en Frederik Hendrik van Nassau. 3° Twee Pourtraiten van den Admiraal de Ruiter omtrent welke laatsten ^jj vermeenden, dat geenen hetwelk in de kamer der Marine hangt, in het byzonder tot het voors. eynde zouden kunnen dienen. Dat zy Remonstranten wel hadden getragt om de opgemelde schilderyen tot het gezegde oogmerk te bekoomen, dog dat Commissarissen van de Marine te Rotterdam hebbende gedeclareert de afgave van de zelve niet te kunnen doen zonder daar toe vooraf door den Agent der Marine te zijn geauthoriseerd, zy Remonstranten de vryheid neemen den Agent te verzoeken om te willen bewerken dat zodanige authorisatie door den Agent der Marine mogte worden verleent en dat vervolgens zij Remonstranten daarvan kennis mogte bekomen. En geresolveert deswegens aan den Agent der Marine te schryven de
der van Rot-
terdam.
missive breeder geinsereert in het Register der Missives Pag. 25
Van
23 Mei
is
i).
dan een:
Missive van den Agent der Marine van den 22=" dezer, meldende, dat hy ingevolge des Agents verzoek bij Missive van den 17= te vooren gedaan, den Commissaris-Directeur der Marine te Rotterdam heeft geauthoriseerd de schilderstukken daarby gemeld tegen behoorlyk bewijs af te geven, om
op de Nationaale Kunstgallery van 't Huis in 't Bosch. by extiact deezer te stellen in handen van den Inspecteur E. Temminck, om daar omtrent het nodige te verrichten 2). de zelven
En
te plaatsen
geresolveert, deeze Missive
Curieus
is
het,
dat er een oogenblik sprake van geweest
is
eenige schilderijen, afkomstig van een der vroeger georgani-
seerde verkoopingen, weer terug te koopen.
20 Mei 1800
is
Tenminste, van
een
Missive van de Burgers F. J. Mensart en C. S. Roos, kennis gevende, dat zy zich op den 12= deezer hebben vervoegd ten huize van den Burger
Huybrechts, woonende onder de Uilenboomen alhier in den Haag, welke voorgaf eenige voorname schilderyen uit het uitschot der Schilderyen, op den 3, 4 en 5= Juny 1799 op het Huis in 't Bosch verkocht zynde, aldaar voor geringe pryzen gekocht te hebben, dat zy met oplettendheid het door i)
Dom., N°. 198
f°.
450.
Nass. Dom., N°. 198
f°.
472.
Rijksarchief, Nass.
2) Rijksarchief,
I
•
^^m^
^A ^c
B *!(
%
^
a^ J
1 *^K1
ii
^K:^' ^^H^H^-
>
'
1.
j
't
?.
> j u
^'1
^-
?.
.1
1 '
/ JK ^
1
,\
^
^^ f irf .jmMK^
H ?;
o w ,
*—
^^K^IFJ^' ^^^^^^^Sr'>
j < O
^
o
o
>
N
i
^j
|i^
Mm
Lj f ^^^ÊêÊê^^^ è
7,
O ''f,
^ <* -T*
1:
1
^ <
tiJ
y-
u a y. i;
Q
>
a
o
r
M M D
t:^
/. -1*
w 'n ai
a a
:
29
hem
^ekochte hebben nagezien, en niets gevonden hebben, waaraan men eenige waarde kan toekennen als alleen een stuk door T. van Tuiden naar Primatitio gecopieerd, hoogst, na in orde gebragt te zijn, waardig 50 d 60 welk stuk, vermits er veele fraaye origineelen van dien Meester guldens
—
hangen op de Kunstgallery van voorn. Huis, zy niet waardig geoordeeld hebben aldaar geplaatst te worden — al het welk nader bevestigd wordt door eene verklaring van verscheidene kunstschilders en kunsthandelaars i) onder deeze missive gevoegd. En geresolveerd, met bovengemelde genoegen te nemen 2).
Mei 1800 konden de burgers van den Haag in de Haagsche Saturdagsche Courant de bekendmaking lezen: »De Nationale Kunst-Gallery op het Huis in 't Bosch nabij den Haag, is van nu af aan, des voor- en namiddags, op de daartoe gestelde 31
voor een ieder te zien". 31 Mei 1800 af bestond er dus een openbaar Rijksmuseum, waarvan het entreegeld bepaald was op zes stuivers per persoon. De Galerij zou des winters van 9V2 3 uren en des zomers van 9 2 en van 4 uur tot één uur vóór zonsondergang geopend zijn. Een geruimen tijd dus. Kunstenaars, die copieën in de Galerij wenschten te maken, moesten daartoe een permissie-billet bij den opzichter aanvragen en in eens 12 stuivers betalen. Zonder twijfel vond het werk van Gogel, Temminck en Roos de verdiende waardeering, en daardoor versterkt zetten zij hun taak onverdroten voort. 11 Juni 1800 richtte Roos zich tot Gogel met den volgenden brief: tijden
Van
Opening der Kunst^^'"'j' 3''^'^''^°°
—
—
Geachte Medeburger! Ik acht
my
ten hoogsten vereerd
met
Uwe
zoo vriendelyke uitnodiging
tegens aanstaande Zaterdag, dan daar de Verkoping niet voor aanstaande Vrydag eindigd, ben ik in de onmogelykheid gesteld om van die vereerende
blyk Uwer vriendschap gebruik te kunnen maken, en moet U dus tot myn leedwezen bedanken. Ik heb de N°. 2 tot een spotprys gekogt namentlyk voor /%.— dus met 't opgeld en tafelgeld / 100, Ik kan er reeds een goede winst op krygen met de W. van de Velde heeft het egter niet willen lukken dezelve is voor 73425.— verkogt, 't geen om U de waarheid te zeggen veel te duur is.
—
.
;
Het waren
E
van Drielst en J. Spaan, de kunstschilders en van Cuylenburg, D. van der Aa, Daniel Mehrem, van Bremen, J. Teissier, Abraham Delfos, kunsthandelaar te Leiden en de kunsthandelaar A. P. Labouchère. 2) Rijksarchief, Nass. Dom., N°. 198, 1°. 457. i)
restaurateurs Jos
J.
Lauwers,
Vallette, C.
Asselijn's
Zwaan,
,
30 ik de Zwaan [van Asselyn, N°. 2 van den Catalogus] in een naar het Huis in 't Bosch, en ik zal zorgen, dat het geplaatst is voor aanstaande Zaturdag. Een pryscatalogus zal ik de eer hebben, UEd. zo spoedig mogelyk te bezorgen.
Morgen zend
kist
—
my dat ik UEd. eene belofte herinner, namelijk de ƒ1000. nog van het aangenomene werk aan de Burgers van Drielst, Lauwers en Spaan toe komen; deeze hebben my daar reeds meermalen naar gevraagd! Na myn vriendelyk compliment aan Mevrouw UE. beminde verzocht te P^xcuseer
die
hebben,
etc. i).
C. S. Roos.
Dit briefje had betrekking op de verkooping van het beroemde «Kabinet van Schilderyen, nagelaaten door den kunstminnaar Jan Gildemeester Jansz., Agent en Consul-Generaal van Portugal by de Bataafsche Republiek", dat ten huize van Roos, d. w. z. in
800 en volgende dagen door de makelaars Philippus van der Schley, Jan de Bosch Jeronimusz., Jan Yver, Cornelis Sebille Roos en Roelof Meurs Pruyssenaar verkocht werd. Daar is dus toen Asselyn's Zwaan 2) verworven, de eerste schilderij van rijkswege op een publieke auctie voor het Rijkshet Trippenhuis,
museum Artiiierietrein in lïiein.
't
1 1
Juni
1
gekocht.
Maar ook andere afdeelingen van de Nationale Konstgallery werden behartigd; 26 Juni 1800 stelde de Agent van Oorlog Cambier ter dispositie de in de vertrekken van den voormaligen Raad van State berustende «Artillerie- Veld- en Transport-trein in
het klein",
om
die naar het Huis in
't
Bosch
te
brengen. Dit voorstel werd aangenomen, en omstreeks
doen over-
November
van datzelfde jaar vond, op last van den Colonel en Chef der Artillerie Althuyzen en onder toezicht van den Kapitein-Adjudant H. Gysenhart, het transport plaats, dat ƒ 39 15 kostte 3). J. De toegang tot de Konstgallery was publiek, doch niet gratis. Zelfs vond men het reeds zeer spoedig na de opening raadzaam het bedrag der entrees, >consent-billetten" genoemd, te verhoogen, dat nu gesteld werd op: »ii st., zonder distinctie van vrouw of man, en wel van af den dag dat de Artiiierietrein
—
op het
huis zou geplaatst zijn" 4).
i) Brieven van Gogel, in het bezit van den heer T- M. Burger te Rotterdam, wiens vader A. J. F. Burger gehuwd was met de dochter van Gogel's eenigen zoon J. M. Gogel. 2) Zie Bijlage V. 3) Rijksarchief, Nass. Dom., Oranjezaal 292.
4) Rijksarchief, Nass.
Dom.
Oranjezaal
fol.
840, N°. 198.
:
31
De
opbrengst was nogal belangrijk. Anders had Teniminck niet 30 Aug. iSoo autorisatie kunnen krijgen, uit het fonds te ontleenen voor reparaties aan der consentbilletten ƒ 800.
—
schilderijen
i).
Nu de Konstgallery eenmaal geopend was, wendden zich ook andere burgers met aanbiedingen tot den Agent van Finantiën. Zoo schreef 22 Aug. 1800 Engelbert Michael Engelberts, kunsthandelaar te Amsterdam aan Gogel >Door myn vriend van Hall belast zynde met de Commissie tot aankoop van eenige schilderyen om in het Museum geplaatst te worden, hebbe ik my EO veel mogelyk toegelegt om aan de daarby opgegeeve vereischten te voldoen en het is my gelukt om een getal van 20 stukken by elkander krygen, welke ik niet twyfel of sullen so in sorteering, qualiteit en pryzen voldoen".
Den
17
September schreef Engelberts wederom aan Gogel:
«Waarde Medeburger! Met het aanhoudend vogtige weder de vernis niet willende droogen, verhinderde my zulks UEd. de schilderyen heden per pakschuit afgezonden eerder te doen geworden Ik hoop zulks nog niet te vroeg gedaan te hebben, en dat dezelve
U
in
orde zullen geworden, terwyl
my
het ten uiterste aan-
genaam zal zijn by gelegenheid te vernemen of deselve aan Uw oogmerk hebben voldaan. Er zyn enige welke misschien de opgegeven maat zullen te buiten gaan, dan dit kan met de sponning der lyst dieper te maaken gevonden worden. Ook zyn er 3 è. 4 stukjes by, die my met het schoonmaken tegen zyn gevallen als twee van Wynands en twee zeetjes van Rietschoof, dan de overige vergoeden dit ook dubbeld, schoon er misschien weinige onder zullen zyn die de goedkeuring van R [Roos] wegdragen als zynde niet door hem geleeverd, dan ik agte my boven die sensure verheeven. Zoo er nu intusschen nog enige schilderyen ontbreken zoude UEd. durven raaden die van beter qualiteit te neemen, en niet als van eerste meesters aan te kopen, het Cabinet zal dan door elkander een schoon geheel maaken en voor kundige en onkundige in alle opsigten voldoen. Ik neem de vryheid de pryzen der gezondene stukken hier onder te voegen etc. E. M. Engelberts.
Twee Landschapjes
het eene gestoffeerd met een vrouwtje met een lastdragende ezel, door Wynands Een boerenerfje met staand en liggend vee, door A. Klomp Een stil en woelend water met verscheidene schepen, door het andere
X
Rietschoof
Een
dito kleinder in het verschiet
Amsterdam,
80
•
50
»
60
>
Transporteeren Nass.
Dom.
Oranjezaal, N'. 980.
paard,
alleruitvoerigst
door A. Stork
i) Rijksarchief,
te
/
ƒ
9° 280
Aankoopen Engelberts
m
van 1800.
32 Aankoopen Engelberis
in
Per transport een fontein met twee paarden en een ezel, door Verbeek de meester van Wouwerman Het graf van een Romeinsch veldoverste, door van Deelen Een avondstond zijnde een Italiaansch landschap gestoffeerd met een drift beesten door het water wadende, door Blinkvliet Een stal met paarden, door P. Wouwerman Een landschap met een drift beesten waarin byzonder een roodbonte koe uitmunt, door M. Carré Een zeehaven, op den voorgrond koopmansgoederen, door
Een
van 1800.
X
X X X X X
pleisterplaats
R. Zeeman Een St. MaartensVuur, door Colonia Het naar bed leiden eener bruid, door Brakenburg Een wintertje, door A. van der Neer Een landschap met beesten, op den voorgrond een vrouwtje met een ander in gesprek, door J. Lap in de manier van
Pynacker
Huisum van Roomen, door J. Moucheron
Italiaansch landschap, door
X X
/
280
„
120
»
65
* >
35 120
»
70
bij
J. v.
Fen gedeelte Een landschap met valkenjagt, door de oude Ekels Het geval waar Christus de kinderen tot zig laat komen, door Coxie, een discipel van Rubens kosten verpakking vragt voor eenige schilderyen
»
65
»
45
»
85
•
70
»
200
„
85
»
gs
>
75
»
55
/
1465
>
4
»
3.16
/
1472.16
De som werd
den 28 September betaald met eene assignatie op I. J. A. Gogel, te Amsterdam, doch daar een deel der schilderijen niet beviel, werden slechts tien stukjes in Januari 1801 op de Kunstgalerij geplaatst en de overige tien, welke met X gemerkt zijn, aan den burger C. S. Roos gezonden, om ze weder van de hand te doen. Nadat Gogel zijne bevinding over den aankoop aan Engelberts had medegedeeld, zond deze hem op 30 September 1800 de volgende missive: Waarde Medeburger Zeer wel gewerd my de Uwe van eergisteren benevens eene assign. ter somma van /1472 — 16 waar meede onze reekening is vereffent. Uwe reflexie omtrend de schilderyen is te billyk dan dat ik dezelve niet zoude toestemmen en het is juist hetgeen ik onze vriend van Hall deed opmerken toen hy mij de pryzen van zo /so op/ 200. indertyd bepaalde want van welk geacht meester en goede qualiteit tevens kan men onder de/2 è.300 koopen? ik dagt dat Uwe intentie slegts was enige vakken welke niet te z£er op het ligt stonden te vullen en dit moet met zodanig soort van schilderijen geschieden; daar door vallen de goede schilderstukken des te meer in 't oog en het vormt zo in coloriet als in onderwerp een geheel hetwelk
—
:
33 is, ik hebbe dit in de beste cabinetten opgemerkt, onder andere by Gildemeester, daar seer veel eerst goedje was, maar ook seer veel
niet onaartig
middelmatig.
my intusschen aangenamer zyn dan nader door onze vriend verneemen hoe UEd het met een en ander hebt geschikt terwijl het mij een genoegen achte U te verzekeren van myne oprechte achting etc.
Niets
zal
van Hall ik
te
K.
M. Engelberts
i).
Eigenaardig is zeker de inkleeding van de aanbieding, waarin het oordeel van Roos verdacht gemaakt werd, en waarbij hij blijk gaf een eigenaardigen kijk te hebben op de meest gewenschte manier om het Museum te vullen, en het zou ons niet verwonderen wanneer Gogel, alleen terwille van zijn vriend van Hall, geen afwijzend besluit had genomen. De tien niet geplaatste stukken werden ter bewaring gegeven aan Roos. Deze vroeg, ze van lijsten te mogen voorzien en ze dan te verkoopen, maar hier kwam niets van. 2 April 1802 kreeg hij last, ze zoo spoedig mogelijk in den toestand zooals ze waren aan Temminck te zenden 2). Roos zelf had meer pleizier van zijn aanbiedingen. 30 Aug. 1800 werd hem uit het fonds der consentbiljetten ƒ400 uitbetaald voor de levering van de vier volgende stukken R. Zeeman, Slag bij Livorno. Moreelse, Oldenbarneveldt. Miereveldt, Maurits.
Asselyn,
Een veel
De Zwaan,
uit
de auctie Gildemeester
3).
belangrijker uitgaaf vorderde de aankoop van een
merkwaardige collectie, waarover Roos 22 Sept. 1800 den volgenden brief aan Gocrel schreef: uiterst
Geachte Medeburger Daar de vermeerdering der luyster van de Konstgallery my zeer ter harte gaat, heb ik my by myn laatste retour naar Rotterdam begeeven en aldaar by den eygenaar der uitmundtende pourtretten van van Nes vervoegd, om te zien of ik gemelde pourtretten tot een billyken prys kon magtig worden; met veel moeyten kreeg ik hem tot een weezentlyk waardigen prijs van ƒ4000 voor de vyf hiernevens omschreevene schilderyen daar hy bevoorens meer als /6000 voor rroeg. Ik heb naderhand per messive moeyte gedaan om hem op een prys van drieduizend te doen komen en UEd. dezelve als dan aan te bieden, dan ik heb er het inleggende antwoord op bekomen.
i)
Rijksarchief, Nass.-Dom., 9192.
2) Rijksarchief,
3) Rijksarchief,
Korte Notulen Nass.-Dom. 280. Thesaurie 292, Nass.-Dom. fol. 841,
198.
Aankoopen
van
:
:
Indien UE. konde besluiten tot den pr>'s van /4000 over te gaan, zouwde den luyfter der Gallery werkelyk vermeerderen! en den toeloop niet wijnig bevorderen, alzo de van der Helst de frayste zyn die er bekend zyn en waarlyk ƒ4000 waardig. Ook heb ik het genoegen U te kunnen berichten, dat ik meester ben van een fray schildery door H. Rietschoof, voorstellende de slag van Bossu op de Zuyderzee (niet die van Hoorn maar veel klynder en frayer). Ik laat hetzelve alhier in order brengen waarna het genoegen zal hebben U het zelven tot een modique prys aan te bieden. My worden nu en dan Vaderlandsche stukken aan de hand gedaan, maar wyl men in het sustenu is als of ik die 4 tout prix moet hebben, houw ik my zeer koel, en zal die dus doende by tyd en wyle zeer gemaklyk magtig worden. Men heeft my reeds meer als eens toegevoegd, wel dan ga ik er direct mee naar den Agent Gogel. Mag ik U bidden, laat my stil begaan, en zo U zulks mocht voorkoomen, wys hun van de hand, of naar my, ik verzeeker dat wy zo dan magtig zullen worden alles wat voor handen is in dat vak. Ik vley my dat UE. Hierop UE. antwoord inwagtende enz. dit zullen gevoelen. zulks
I
U
C. S. Roos. Inspecteur.
De koop kwam
tot stand,
en 29 Sept. 1800 kon Roos aan
Gogel schrijven Geachte Medeburger.
Het
is
my
byzonder aangenaam, dat UE.
schilderyen zyt overgegaan, zy zullen paerlen
tot den inkoop der bewuste op de kroon der Gallery zijn.
verkoping van 8 Octob. zal ik my naar Rotterdam begeeven, en dan met de schilderyen overkomen, heden schreef ik naar Rotterdam. Den burger Waldorp schryft my eenige schilderyen van wynig belang by UE. gezien te hebben, mag ik U bidden houd den inkoop zo lang op tot myne overkomst, als dan hoop ik het genoegen te hebben, U een voorstel te doen om by wyze van ruyling een groote verbeetering aan de Gallery
Na myn als
te
doen,
etc.
C. S.
Aankoopen terdam, iSoo.
10
te
Rot-
Nov.
Roos
—
i).
lo Nov. 1800 wcfd de koopsom, groot ƒ 4000. aan T. Muonikhuizen te Rotterdam uitbetaald. Daardoor vonden de volgende alle even fraaie als uit een historisch oogpunt belangrijke kunstwerken een plaats in de Konst-Gallery 2) Bartholomeus van der Helst, Het portret van den LuitenantAdmiraal Aert van Nes en diens vrouw Geertruida den Dubbelde, ,
1668.
Lieven de Jongh, Het portret van den Vice- Admiraal Jan van Nes en diens vrouw Aletta van Ravensberg, 1666 en 1668.
i)
Dossier Burger.
2)
Zie Bijlage VI.
—
.
35
Frangois
Verwik, Het zoontje van den Admiraal, 1669, en
Lieve Verschuier, Het kielhalen.
Ook voor de
beveiliging
van
al
die
schatten werd
zorg
gedragen en 26 Nov. iSoo / 155 betaald aan G. van den Haamer, voor vergrooting van het brandspuithuisje. Toch sloot de rekening der consentbiljetten over het jaar 1800 nog met een batig saldo van ƒ 1279 10. Er was dan ook aan dubbele en enkele consentbiljetten ƒ 1727 5 ontvan<7en, waarbij nog een subsidie kwam van f 5000. Het volgend jaar werd reeds spoedig geopend met een aankoop op 15 Jan. 1801 van Majoor J. B. de Lega van een viertal schilderijen, voor de som van /900 18. Het waren: Paulus Potter, Landschap met vee. Jan Wynants en Adriaen van de Velde, Landschap. David Teniers, Twee bedelaars. Dominicus van Tol, Bloemenbegietende vrouw. Geen van deze stukken is echter thans meer aan te wijzen.
—
—
—
—
Wij hebben nu
van stukken kunnen noemen. Maar er bestaan vollediger gegevens om een beeld te kunnen doen verkrijgen van wat de Konst-Gallery bood. Gaan we daartoe voort met de belangwekkende briefwisseling tusschen den burger Roos en zijn geachten medeburger Gogel: al
tal
Geachte Medeburger.
Amsterdam,
19
Nov.
1800.
Heeden hebbe van hier gezonden het schildery van H. Rietschoof, twijfele niet of UE. zal er genoegen in neemen, hetzelve moet uiterlyk kosten ƒ 500. Ik heb er twee liet hebbers voor die het indien UE. hetzelve niet mogt bevallen gaarne hebben willen, de eene is de Heer de Leeuw te Munnikkendam uit wiens famillie dit afkomstig den andere is alhier woon;
achtig,
welke er een ander schildery voor wil geeven. dat wel /700.
waardig is. In afwagting
etc.
C. S. Roos. P. S.
Eerstdaags komt er
iets in
de Letterbode.
Amsterdam,
7
Dec. 1800.
Geachte Medeburger In vriendelyke rescriptie van UE. aangename van 4 deezer, kan ik niet ontkennen dat UE. aanmerkingen omtrent de schepen in 't schildery van H. Rietschoof niet ongegrond zijn. Dan dat UE. de prys zoo hoog vind,
Aankoopen van J-
^ ^*
^^s^. «5
36 en dat maar voor een H. Rietschoof verwonderd niy eenigsints, te meer daar het een Vaderlandsche Historie voorsteld. Ik heb voor eenige tyd /336 voor een Rietschoof betaald, en dat was maar een eenvoudig woelend water met eenige wijnige schepen. UE. is de vaderlandsche stukken verzameld, hier zyn er 3, twee te Leyden. in Rotterdam en in Dord wil men ook wel een vaderlandsch stuk, en daarom gaan die soort van schilderyen altoos duur op de verkopingen. Men heeft UE voorgelogen dat dit schildery eens verkogt is, alzo het zelve door H. Rietschoof geleeverd is aan de vader van de Heer D. de Leeuw te Munnikkendam, van wien ik zyn geheele Cabinet den 22 Octob. 1798 gekogt heb, en welken Heer (wyl een zyner voorvaderen een voornaam rol in dat gevecht gespeeld heeft) zulks gaarne als een Familliestuc terug had; om UE. te overtuigen dat het geen praatjes zyn, zo zend ik UE. hier nevens de origineele koopconditie waarin UE. het stuk aangehaald zult vinden, en welke koop ik zeeker voor het effe geld gehad zouw hebben dan om rond te zyn. D^. Engelberts die mij die koop aan de hand gedaan had, wilde dat stuk gaarne hebben, ik heb 't hem gegeeven en nu weeder ingeruild voor een quantiteit teekeningen. Ik heb er zeederd zeer veel onkosten aan en ongenoegen mede gehad, met dien eenigste
niet
die
Haarlem en een
te
;
Heer die met my wilde trokkeeren. Burger Agent myn caracter is rond voor de vuist en ik heb nog nimmer ongenoegen gehad met liefhebbers of kunstkopers. Zend my eenvoudig het stuk weerom, of geeft er my net zoo veel voor als het U waard is; de Gallery en U vriendschap is my meer waard dan eenig gewin. Bykomend een korte beschryving der Gallerij zoo als ik die in de Letterbode wilde plaatzen en die ik niet voordat UE. dezelve geaprobeert heeft aan den redacteur wilde toezenden. Een myner confraters heeft thans een \V. van de Velde, voorstellende het begin der Vierdaagsche Zeeslag van de Ruy ter hy vraagt er /5000 voor; als ik hem voor /3000 of daaromtrent kon kopen zouw ik hem bewaren tot dat de cas toeliet om hem op de Gallery te plaatsen; hy is beeter als die by Gildemeester was en is bynaar van gelyke groote. Na myn complement aan Mevrouw UE. moeder en UE. beminde gemaakt te hebben etc. C. S. Roos. P.S. Verzoeke de koopconditie te rug. ;
Amst. 23 Dec. 1800.
Geachte Medeburger
my
van de Rietschoof, patientia, ik zal hem dan terug neemen. is voor /3800. reeds verkogt. Ik zouw niet gemankeerd hebben UE. eerder te antwoorden, dan ik ben thans aan de thans heerschende ziekte de Influenza; met pleizier hoop ik UE. by my
Het
spjrt
De Willem van de Velden
—
te zien etc.
C. S. Roos.
Beschrijving Kunstgalerij
7
door Roos,
Dec. 1801.
Die »korte beschrijving" is dus 7 Dec. 1800 verzonden en bevat het ccrstc overzicht van ons Rijksmuseum. Zij is gepubliceerd in de Algemeene Konst- en Letterbode van 1801, I, p. 41 vlg. (uitgegeven Vrijdag 16 Januari).
:
^1
Na
een beknopte inleiding, waarin de eer der totstandkoming der Nationale Konst-Gallery wordt toegekend >aan den Kunstlievenden Agent van Finantien, den burger
om
I. f.
A. Gogel,
oogmerk te bereiken, onder het toezicht van den Inspecteur der Gebouwen, herkomende van den Vorst van Nassau, den burger E. Temmink, alle de Schilderyen in die Gebouwen voorhanden zynde, naar het Huis in 't Bosch deed transporteeren, en vervolgens tot Inspecteur over deze kunstverzameling aanstelde den Burger Cornelis Sebille Roos, Makelaar te Amsterdam, onder wiens kundig opzicht deze voortreffelyke verzameling in de beste orde gebragt en aldaar in zeven kamers met smaak geplaatst is", welke,
dat
volgt de korte beschrijving In de Eerste
Kamer ontmoet men
het Portrait van de Admiraal M. de
Ruyter, overheerlijk geschilderd door F. Bol, met een verschiet vol schepen, door W. van de Velde; dat van Kortenaar, door B. van der Helst; Jan
van Nes, door L. de Jong; benevens een afbeelding van het Kielhalen van den Chirurgyn, welke dien Admiraal vergeven had, door L. Verschuur; voorts den Zeeslag voor Livorno, waarin den zeeheld van Galen gesneuveld is, door R. Zeeman; een gekruiste Kristus, welke door den Admiraal Piet Hein, by het veroveren der Zilver Vloot, uit de Cajuit van den Spaanschen Bevelhebber, ter gedagtenis, is medegenomen; verders een menigte andere Helden en Vorsten uit het Huis van Nassau. In de Tweede Kamer vindt men, onder een aantal Vaderlandsche Portraitten, door Miereveld, Ravestyn en Hondhorst, voornamentlyk uitmunten die van den Zeeheld Aart van Nes en deszelfs Huisvrouw, beide van de uitmuntendste schildering van B. van der Helst, met aangename verschieten, door L. Backhuyzen; voorts Willem de Derde, zynde een kaarslicht, door G. Schalcken J. van Oldenbarneveld, door P. Moreelse het overzeilen der Galyen van Spinola, door Vroom ; een Witte Zwaan zyn nest verdedigende, zinspelende op den Raadpensionaris de Wit, door Asselyn vervolgens een geestige, ryk met Beelden gestoffeerde, Ordonantie op de reformatie, door de beide Breughels, en een menigte anderen, de Vaderlandsche Historie ;
;
;
betreffende.
In de Derde Kamer, welke meest met historieele stukken behangen is, munten byzonder uit onder de Italianen, die van Titiaan, Guido, Marat, Coxi en Spanjolet, onder de Nederlandsche die van C. van Haarlem, G. de Crayer, G. Flink, A. Bloemaart en andere voortreffelyke Meesters. Van daar treedt men in een Kabinet, waar in geplaatst is de Gemalin
van Willem de Tweede, in het wit satyn gekleed, overschoon gepenseeld door B. van der Helst; in het daar op volgend Kabinet wordt men verrukt op het zien van een der schoonste schilderyen, m.et dood en levend Wild, door J. Wenix, en verders enige anderen door Glauber, Boel en Hondhorst. In de Vierde Kamer tredende, ziet men verscheiden der beste Taferelen van M. de Hondekoeter, verschillende levende Vogels enz. voorstellende, welken deze beroemde Schilder, in deszelfs volle kracht, bewonderd Een uitmuntend schilderstuk van A. van Dyk, de kinderen van Karel de Eerste verbeeldende, en ook enige moderne stukken van Zorg, Kobell en anderen, vercieren J. Steen, van der Ulft, Neefs, Hugtenburg, uit
wordt.
voorts dit vertrek.
38
De
Beschrijving Kunsl-
Kamer
merendeels aan G. de Lairesse toegevoegd, alzo 'er vyf gekoleurde en drie in 't grauw geschilderde stukken van dezen voortreffelyken Meester ten toon hangen; behalve de bekende twaalf stukjes, voorstellende de Oorlog der Batavieren, onder aanvoering van Claudius Civilis, tegen de Romeinen gevoerd, door Otto Venius, wordt het oog alhier verrukt door twee historieele ordinantiën, verbeeldende het ene de uitdeling van pryzen door Eneas aan zijne Vlotelingen, en het ander de rechtspleging van Titus Manlius Torquatus, beide door de meesterlijke hand van F. Bol vervaardigd.
galery 1800.
het
Vijfde
fraaiste
is
Blaffon,
De Zesde Kamer intredende, ziet men de bedrieglykste, in Basrelief geschilderde grauwen van J. de Wit. Voorts zijn in deze zaal geplaatst die weinige kostbare en zeldzaamheden, welke de geschiedenissen onzes lands betreffen
en hier
te
lande nog voorhanden zijn;
als
een ryk met goud en
gesteentens vercierd stuk Kanon; de Zydgeweren van den Admiraal de Ruyter, benevens deszelfs Staf van Commando de zogenaamde Geuzenbeker ;
en de houten Bal, waar in de zaamverbondenen, by het formeren der Unie, ieder een spyker geslagen hebben; de Stoel van Jacoba van Beyeren, benevens de originele Portraitten van haar zelve en dat van Franc van Borsselen, zo ook enige door haar vervaardigde Kannetjes de Koning van Pruissen, Frederic de Tweede, te paard zittende, in brons; en eindelyk een fraai ;
Artillerie-Park, in
't
klein.
Vervolgens treedt men in de Zevende Kamer, alwaar de fraaiste Schilderyen van Rubens, van Dyk, Lange Jan en Jordaans, met zeer veel kunde geplaatst zyn, ten einde een geschikten overgang te hebben ter bezichtiging der zogenoemde Oranje-Zaal, welker verbazende schoonheid reeds genoeg bekend is. Behalven dit alles zyn de Galleryen, welke toegang tot alle deze Zalen geven, behangen met Schilderyen van van Balen, Mytens, Boel, en een menigte Portraitten door Miereveld, Ravestyn en andere Meesters; de Vestibule pronkt met fraaie marmeren Bustes, door Xavery en andere bekwame Beeldhouwers vervaardigd; daar by ziet men tevens de zo fraai bewerkte Chineesche Kamer, wier pracht eiken beschouwer verrukt! De toeloop van deze Kunst-Gallery is verbazend groot; men betaald slegts een kleinigheid voor de Entre; een daar toe gesteld deskundig persoon geleidt den Beschouwer rond, en geeft aan hun, die zulks begeren, een naauwkeurige uitlegging van ieder schildery. Wy kunnen onze Landgenoten geluk wenschen met de oprichting dezer voortreffelyke Kunst-Gallery, alzo men hier de voornaamste, aan den Lande behorende, Kunststukken, welken weleer overal, in allerleie Gebouwen, voor het Kunstlievend oog gedeeltelijk verborgen, en gedeeltelijk aan een volstrekt bederf blootgesteld waren, by elkander, in de beste orde en met bevalligsten
j.
G. Waidorp.
smaak gerangschikt
vindt".
Dc
deskundige persoon die den beschouwer rondleidde, was hij genoot hiervoor een Jan Gerard Waldorp per dag. Hij was te Amsterdam in tractement van f i 1740 geboren en had zich een naam verworven als kundig De schermen van de «Burgerbuurt" en van decoratieschilder. het iGothische paleis" in den nieuwen Amsterdamschen Schouw-
de
schilder
;
.
—
IWV
-.'
"-
•-
u
%y
JAN GERARD WALDORP.
TEEKENlNd
IN HEI' ÜEZIT
VAN DEN HEER
TE VGRAVENHAliE.
H.
l'ii.
GERRITSEN
:
39
burg waren door hem geschilderd we kunnen ze leeren kennen uit de fraaie prenten die Reinier Vinkeles ernaar gesneden heeft. Te Haarlem was hij medebestuurder der Stads-Teeken-Academie, en hield als dusdanig in 1774 een redevoering, die in druk uitgegaan is. Hij heeft zich vooral een goeden naam verworven door zijn voortreffelijk geteekende copieën naar oude schilderijen, terwijl hij de etsnaald niet ongelukkig gehanteerd heeft. Boven de troosteloos slecht geteekende en slecht uitgevoerde spotprenten, die van anti-orangistische zijde in de woelige jaren vóór 1787 zijn verspreid, steken de zijne hemelhoog uit, getuige de geestige prent >Ecce Proditor" van 1784, waarin van Goens, de hertog van Brunswijk en prins Willem V aan den kaak gesteld worden. ;
Wellicht was
dit
nog
niet
vergeten, toen
hij
in
1800
zijn
aanstelling aan de Nationale Konstgallery kreeg.
heeft zich de moeite getroost de wanden van alle teekening te brengen, met een nauwkeurige aanwijzing waar de verschillende stukken hingen. Deze teekeningen, waarvoor hij 9 Febr. 1801 ƒ126 ontving, berusten op het Rijksarchief.
Waldorp
zalen in
Er
schijnt echter iets
aan gehaperd
te
hebben, want
nog eens
ze terug en leverde ze 19 Sept. 1801
bij
hij
kreeg
Temminck
nu nog met twee vermeerderd, ten eerste van den gang, en ten tweede met een algemeenen plattegrond van den geheelen vleugel met de Oranjezaal hiervoor kreeg hij nog ƒ42 extra. Men behoeft de op deze teekeningen aangegeven stukken in,
;
nummeren en daarna de
te
slechts
wederom een gedaan,
titels
af te schrijven,
om
Dit hebben wij twee dier teekeningen hiernevens verkleind
volledigen catalogus te hebben.
terwijl wij
afbeelden.
Catalogus 't
van
de
Nationale
Konstgallery
in
het
Bosch N°.i— 7
Officieren
onder Frederik Hendrik
bij
het
beleg van
genbosch. 7* Ruïne van het huis te Teylingen. 8 David en Abigael, door Breugel en van Balen, g De dooping van den Moorman, door Breugel en van Balen. 10 11
12
De Nassausche helden, door van der Venne. Jagdstuk van Boel. Een dame in amazone, door Mytens.
Huis
in catalogus Wai<^°'P ^°'-
'sHerto-
40 Catalogus
Kunsl-
galery 1801.
N"
13
Officieren, als boven.
14 15
Officieren, als boven.
16 17
Portret van Philips Willem, graaf van Buren, door Miereveld.
18
Officier, als
boven.
.9} Officieren, als boven. 20 J Portret van de koningin van
Een oud
Denemarken.
portret.
Portret van Gaston de Foix.
Willem de tweede, door Hondthorst de vrouw van Willem II, door Hondthorst. Portret van de vrouw van admiraal J. van Nes, door L. de Jong. Portret van de zoon van admiraal A. van Nes, door F. Verwilt. De Geestelijke Visscherij, door Fluweele en Helsche Breugel. Portret van Frederik Hendrik, door Hondhorst. De Witte Zwaan, zinnebeeld op de raadpensionaris J. de Witt, door Portret van
Portret van
J.
Asselyn.
Portret van Emilia van Solms, door Hondthorst. Portret van Alva, door Barends.
Willem de eerste, door Miereveld. Admiraal Aardt van Nes, door B. van der Helst. Frederik Hendrik belegert den Bosch, door Palamedes. Portret van Willem III, kaarsligt, door G. Schalken. Portret van de vrouw van Aart van Nes, door B. van der Helst. Vaderlandsche Helden, door Kavestein. Vaderlandsche Helden, door Ravestein. Portret van Friso. Vaderlandsche Helden, door Ravestein. Zeeslag tegen Spinola voor Duinkerken, door Vroom. Portret van Willem de derde, koning van Engeland, door G. Schalken. Portret van den graaf van Katzenellenbogen, door Bakker. Portret van Oldebarneveldt, door P. Moreelse. Portret van Graaf Hendrik van Nassau. Portret van prins Maurits, door Miereveld. Portret van de gravin van Solms, door Lely. Crucifi.x, verovering van P. P. Hein. -63 Veertien portretten van illustre personen. Portret van admiraal de Ruyter, door F. Bol en W. v. d. Velden. Portret van admiraal W. C. de With. Portret van admiraal Cortenaer, door B. v. d. Helst. -So Veertien portretten van illustre personen. Portret van admiraal J. van Nes, door L. de Jong. Portret van admiraal Banckert, door J. Berckman, in rijk geornamenPortret van
teerde lijst. Zeeslag van van Galen voor Livorno, door Zeeman. I
Twee
portretten van illustre personen.
»
(d
O < K r.
ld
> < ai O y >
'^
a:
J X d O C-i
O
31 1^
Ui
K
-1*
r^
J -»
x
o 1-
K !?;
^
<
„-
5:
,S
C
f.
•7.
«
< r/ > O n Q -1 o < a r1 U Ü — Lh
.
*f
o O n o
X w :^ u
tu
w
o
41
92
Maria Magdalena, door Carlo Maratti. Ecce homo, door Gaspar de Crayer. Een jager met honden, door J. de Udine. Maria Magdalena, door Titiaan. Vanitas, door Spagnolette. Loth, door Romanelli.
93
Paris oordeel, door. Pannini.
N°. 87 88
89 90 91
Maria .Magdalena, door Correggio. Jan, door M. Cocxie. Maria met het kind, door J. de Maubeuge. 97 Heilige Familie, door Barotius. 98 Het portret van M. van Oostenrijk, door Holbein. 99 Christus Kruisdraging, door een Italiaansch schilder. 100 Kindermoord van Herodes te Bethlehem, door Coruelis van Haailem. Portret van Madame de Maintenon. 101 102 Oud Gothisch schilderij. Cleopatra, door Guido Reni. 103 104 Een wedloop, door A. Bloemaert. 105 Hymen de leeuw aan den hand houdende, door Covert Flinck. 106 Venus en Adonis, door Willebort. 107 Venus, door van der Werf. 108 Maria, door S. Francx. 109 Cain en Abel, door Le Sueur. iio Vrouwenhoofd, door Pordenone. 111 Jacob en Esau, door Rubens. 112 Melchizedek, door S. Francx. 113 Hoofd, door Pourbus. 114 Heilige Maagd, tapisserie van de Gobelins. 115— ISO Zes miniaturen. 121 Een portret, in den vorm van een triptiek. 94
95 96
St.
122, 123,
Twee
boetseersels in wasch.
Petrus, tapisserie
van de Gobelins.
124
St.
125
Een oud
126
Groot portret van de vrouw van Willem
basrelief in hout. II,
in
't
wit satijn,
door
B. V. d. Helst. 127
Portret van Frederik Hendrik, door Honthorst.
128
Dood
129 130 131 132
133
134 135
136 137
138
139 140 141 142
gevogelte, door J. Weenix. Keyser Franciscus de Eerste. Portret van Emilia van Solms, door Honthorst. Groot schilderij, dood wild, door S. Boel. Emilia van Solms en haar zuster, door Honthorst. Landschap, door Glauber en J. de Lairesse. Een stuk met de portretten van Maurits en Frederik Hendrik, door J. Mars. Landschap, door Glauber en J. de Lairesse. Portret van Marlborough te paard, door J. Hugtenburg. Landschap, door Glauber en J. de Lairesse. Munnik, door Neveu. Kerk, door P. Neefs. Fniit, door J. D. de Heem. Levendig gevogelte, door Hondecoeter. Fruit, door C. de Heem.
42 Catalogus
gaUry
Kunst- N°. 143
1801.
144 145
146 147
148 149 150 iSi
152 153
IS4 iSS 156 157 158
159 160 161 162
163
Hof in den Haag, door E. van de Velde. Ruïnes in Rome, door Canaletto. Levendige vogels, door M. de Hondekoeter. Ruïnes te Rome, door Canaletto. Preekheerenkerk te Antwerpen, door P. Neefs. Storm, door H. Kobell. Landschap, door Konings en Poelenburg. Romeinsche markt, door van der Ulft. Rencontre, door P. Wouwerman. Levendige en doode vogels, door M. de Hondekoeter. Kinderen van Karel de Eerste, door A. van Dijk. Kwakzalver, door Jan Steen. Chirurgijnswinkel, door J. M. Sorg. Levendige en doode vogels, door M. de Hondekoeter. Landschap, door Glauber. Allegorie, door van Peenen. Stuk met vreemd gevogelte. Kindje, door Hondhorst. Venus en Mars, door G. de Lairesse. Zefirus en Flora, door G. de Lairesse. Eneas deelt op zijn togt naar Troje prijzen uit, door Ferdinand Bol.
't
164 •65
Drie kleinere stukken, behoorende
tot
de reeks van Claudius
Civilis.
166 167
T. Manlius Torquatus doet
zijn
zoon onthoofden, door Ferdinand Bol.
168 169
Drie kleinere stukken, behoorende tot de reeks van Claudius
Civilis.
170 171
172
173
174 175
176
Groot landschap, door Glauber en Tideman. Groot stuk van Diana en Endimion, door G. de Lairesse. Groot landschap, door Glauber en Tideman Venus en Mars, door G. de Lairesse. Cupido slaapt. Vergoding van Willem III, door G. de Lairesse, in 't grauw.
1771 178 179 180
Zes schilderijen, betrekking hebbende op het leven van Claudius
Civilis.
181
182 183
184 185
186 187
i88 189
190 191
192 193
Bacchus en Ariadne, door G. de Lairesse. Rome op den throon, in 't grauw, door G. de Lairesse. Rome van den throon, in 't grauw, door G. de Lairesse. Hymen en de leeuw, door Hondhorst. Besnijdenis, door L. Bramer. David en Nathan, door L. Bramer. Landschap, door Glauber en Lairesse. Venus en Adonis, in 't grauw, door P. de Wit. De vier jaargetijden, in 't grauw, door J. de Witt. Meleager en Atalante, door P. de Witt. Portret van Frank van Borsselen.
]
3!
a -^
o Q J <
a o < O < K -1 a UJ * O > o -^
7. P3
7-,
LjlI
7. '^ -/
u a
o
?.
M
< 7.
."^
a a
W
;j o;
> ^ > Q 7;
si
j j
^
<;
U.
O
O
u:
7
%
O 2
r-i
w
<:
>J
j
W
1'
p-
o
:
43 194 195
196 197
198
199
200
Portret van Jacoba van Beyeren.
door S. Vouet. door J. Jordaens. geboorte van Venus, door Jacob Jordaens. Maria Magdalena, door A. van Dyck. Boodschap aan Maria, door Lange Jan. Heilige familie, door P. P. Rubens. Christi hemelvaart,
De De
vier jaargetijden,
Het jaar 1801 was voor den aanwas van de Konstgallery 10 Febr. werd nauwelijks minder vruchtbaar dan het vorige. een tweede afgietsel van de buste van de Ruyter bij besluit van het Uitvoerend Bewind geplaatst. Een Rembrandt was nog niet in de collectie. Het schijnt,
Onderhandelingen
onderhandelingen gevoerd zijn om o^" de Staaimeesde btaalmeesters machtig te worden, lenmmste, met geen brandt, ander schilderij kan de daarop betrekking hebbende passus in een brief van Roos aan Gogel van 18 Jan. 1801 in verband
dat er omstreeks dezen
tijd
eebracht worden o Geachte Medeburger! Indien de
Rembrand een
sujet geweest was als die van Gildemeester van hebben op den duur zou hy U niet bevallen hebben, vooreerst is hij 10 voet breed en 8 voet hoog, en zou dus een vreeselyken plaats beslaan en ons mogelijk na de kerk gejaagd hebben; daarby zijn het niet anders als vyf Heeren alle in 't zwart, die niets uitvoeren als zitten om gepourtraiteerd te worden; als negotie omdat Rembrand altoos duur moet zyn, zouw den ruil zeer goed geweest z\ti, maar by dat geld nog wat bygelegd zal ons mogelyk schielyk genoeg een Rembrand bezorgen, die beeter geschikt is naar de plaats, die wij hebben. Ik heb reeds drie verkopingen daar in elk een Rembrand is, ik heb ze nog niet gezien maar by Fouquet die den 13 April bymy zijn zal, is er al een. Wy hebben te Rotterdam en byzonder te Dord een Scheepschilder die agter de Pourtraiten van Zoutman en Crul wel wat zal kunnen maken, hetgeen wel behagen zouw. Ik durf de ontfangene Schilderden nauwlyks taxeeren, wyl UE. er zulke hooge gedachten van maken als ik er de lysten om had. zouden er mogelyk /200. en zoo als zij thans zijn zal het hoogst ƒ 100 a./i25 zyn dat er vry geld van te maken is; laat den gewezene ygenaar my de lijsten overzenden; hy heelt er niets aan, en al zyn zy slegt het siert doch meer of min, en om er anderen om te laten maken zyn zy niet waard. In de Letterbode van gepasseerde Vrydag is de beschryving van de Gallery geplaatst U boekverkoper zal U die wel kunnen bezorgen. Als de catalogus van Fouquet uitkomt zal ik niet mankeeren er UE. een te zenden etc.
zouw
er
ik
meer
spijt
;
;
—
;
C. S. Roos.
:
44
De
inhoud van de volgende brieven sluiten zich hierbij aan Amsterdam, 3 April
1801.
üeachte Medeburger Aankoopen.
Na het aflopen der verkoping van Fouqiret zal ik niet mankeeren om aan UE. verlangen te voldoen met een Catalogus te formeeren van de Schilderyen op 't Huis in 't Bosch. Ik heb een kist met twee schilderyen afgezonden welke UE. morgen op de Gallery in de kamer van Waldorp kunnen zien. Het eene vertoond Prins Maurits, die te Utrecht op de Neude de Waardgelders afdankt, in die tijd door den Schilder Pauwlus van Hillig of Hilligaard geschilderd. Deezen kunstenaar woonde op die tijd op de Neude zelve blykens zijn naam die boven een der huizen ter linker zijde boven de deur staat. Het tweede verbeeld Hugo de Groot in zyn jonge jaaren in zyn studeerkamer ook naar het leven door A. van Gaasbeek in die zelfde tyd geschilderd. Dit stuk is daar altoos voor bekend geweest; met J. Fokke heb ik hetzelve geconfronteerd met een tekening van H. Goltzius, die Huig de Groot op zyn 15 jaar getekend heeft, hebbende op die jaaren reeds van Hendrik de Vierde om zyn uitmuntende talenten een goude medaille ten geschenke ontfangen. Deze twee schilderyen verdienen wel een plaats in de Vaderlandsche Historiekamer en wel voor de geringe somma van /300 voor de twee. Ik twijfel
geenzints
of zy zullen
Uwe
goedkeuring wegdragen
;
hiervan
mogen erlangen zouw byzonder aangenaam zijn aan hem die by deezen de Eer heeft U te mogen feliciteeren met Uwen jong geborenen bericht te
zoon
etc.
C. S. Roos. Rembrandt [Fabricius].
Dochter van
lierodes.
P.S. Wy hebben hier op de verkoping een alleruitmuntend schildery door Rembrandt, het geen in de Italiaansche kamer een schoon effect zouw maken, en het geen mogelijk zeer goedkoop verkogt zal worden, om reden dat het sujet voor een particulier Cabinet niet zeer aangenaam, maar voor de Gallery zeer geschikt is hetzelve verbeeld de Dochter van Herodes, benevens den Scherprechter welke het hoofd van Johannes op een schotel heeft leggende verzeld van een menigte van haar gevolg. Het is van zyn beste schildering en zal mogelyk geen /2000 gelden, ofschoon het van schildering, rykheid van ordonnantie en coloriet beeter is als de Rembrand welke by Gildemeester over de /8000 gekost heeft ;
Den
13 April
word hetzelve ten mynen huize verkogt; het is N°. 6 inde My komt voor dat dit een
aan UE. gezondene catalogus van Fouquet. occasie is, die niet ligt weer voor zal komen.
Amsterdam, 26 April
1801.
Geachte Medeburger!
Heden dacht
na den Haag
en gisteren de Rembrand van dan doordien ik dezelve eerst door een zeer bekwaame hand schoongemaakt wilde hebben, en een verkoping tegens 11 May die deeze week klaar gemaakt moet worden my zulks beletten, moet ik myn overkomst uitstellen tot Hemelvaartdag.
hier te zenden
ik
om
te vertrekken,
die te gelijk in de Gallery te plaatsen,
:
:
45 Ik heb het schildery door zeeker toeval 't welk UE. mondeling zal verhalen zoo goed als present; UE. moet eerst het schildery zien, als dan zal UE. de prijs frappeeren genoeg ik heb er al een groote winst op kunnen krijgen. Twijfel niet of UE. zullen zeer voldaan zyn over de verrichtingen ;
van enz. C. S.
Roos
i).
Zoowel de Hillegaert als de Gaesbeeck, die Roos 3 April aanbood, zijn gekocht, maar de illusie, dat op laatstgenoemd stuk een portret van den jeugdigen Hugo de Groot zou zijn afgebeeld, heeft men al lang laten varen. Tv.'ijfel dienaangaande 8 Juni 1802 heeft trouwens al van den aanvang af bestaan. schreef Hendrik van Wijn te Gouda aan Adriaan Loosjes
Op
Huis ten Bosch in den Haag zijnde, heb ik gezien verbeeldende Huig de Groot op zijn 15= jaar (zegt men en "t is ook 't figuur) in een studeerkamer. Zou men dit portrait dat ten voeten uit is niet in een vignet voor de Juvenilia kunnen brengen : Ik ken geen ander portrait van de Groot tot de voeten" 2). >M>Ti Heer
een
fraai
't
schilderstuk,
Maar de geleerde Haarlemsche boekhandelaar was ditmaal voorzichtiger dan de toekomstige Landsarchivaris.
antwoordde
10 Juni 1802
hij
Het zal my aangenaam zyn, van U hoe eer zo beter, het nog ontbrekende aan de Carmina Juvenilia te ontvangen. Wat aangaat het portrait van de Groot, dat op het Huis in het Bosch gevonden wordt. Ik accordeer U, dat dit een heerlyk cieraad zyn zou \oor dit werkje, maar zou gaarne vooraf zeker zyn, dat dit het portrait van de Groot in de daad is, en wel een ander dan in het Leven van de Groot door Brand en Kattenburch in het begin van het werk als een indrukplaatje gevonden wordt, dat zo niy op het geheugen voorstaat, maar tot beneden de knieën loopt. De zekerheid omtrent de echtheid van het portrait verkregen zynde, zou ik gaarne, zo het mogelijk was, dat portrait voor eenigen tyd in handen van den Heer Vinkeles te zien, ten einde hy daarvan de gravure zou kunnen vervaardigen; en welk zou daartoe de beste weg zijn" 3)?
Een eerst
belangrijker aanwinst
>door een
zeer
was echter het
stuk,
dat Roos
bekwame hand schoongemaakt
wilde
Die bekwame hand werd gevonden bij Adriaan de 16 Mei ƒ60 ontving »voor het schoonmaken te Amsterdam van een schilderij van Rembrand". Of toen reeds een o-root deel van het doek van onderen omgeslagen is, om de voorstelling minder afschuwelijk te maken ?
hebben. Lelie,
i)
die
Dossier Burger.
2) Universiteits-Bibliotheek te 3)
Koninklijke Bibliotheek te
Amsterdam. Gravenhage.
's
46 Bij
de
laatste restauratie in
Fabritius
toegeschreven
1897 werd aan de thans aan Carel
schilderij
weer
zijn
oorspronkelijke
gedaante teruggegeven. Restauraties 1801.
Werden nog talrijke andere Gedetailleerde opgaven hierover missen Dit jaar
gedaan. wij echter. Alleen noteerden wij uit de administratieve rekeningen, dat aan J. G. Waldorp voor het schoonmaken en restaureeren van een groot portret van Willem III f lo, voor het restaureeren van vier portretten, den Zwaan van Jan Asselyn en een Christus aan het
Gerrit
Muller
van
&
—
y 40. betaald werd i). Met aankoopen ging het crescendo. 20 Mei 1801 werd aan Rqos f 2400 toegestaan voor acht schilderijen, gekocht van de kruis
Aankoopen
heeren Gerrit Muller
omschreven Portretten van Zout-
man en
Crui.
restauraties
zijn.
&
Zoonen.
Jammer, dat deze stukken
niet
Een vermeerdering van minder belang
is
In Mei kreeg nl. Cornelis van wel afzonderlijk geboekt. voor een portret van den Vice- Admiraal Cuylenburg ƒ 153. Jan Arnold Zoutman, en i Sept. van dat jaar nog eens een gelijke som voor een portret van den Schout-bij-Nacht Willem Crul, gecopiëerd naar een origineel van J. J. Heinsius i). Opmerking verdient het, dat Crul Gogel's oom was. Op de rekening der Consentbilletten van het jaar iSoi komt een ontvangst voor van ƒ 788 13 8 als een bedrag geschonken
—
— —
door Gogel.
Deze post werpt een aardig eerlijkheid. Hij
had
zich
op voorgenomen, licht
's
mans
om
strikt
gedurende
begrip van zijn
agent-
schap geen aandeel te nemen in eenige speculatie in 's lands effecten, en toen een waarschijnlijk reeds vóór zijne benoeming op touw gezette zaak, in compagnie met Tetterode te Amsterdam,
hem een winstaandeel bezorgde van het bovengenoemd bedrag, bestemde hij die som, ingevolge zijne secreete resolutie N°. 5 van 10 Febr. 1801, tot donatie voor het fonds der Consent.
billetten tot het bezichtigen
der Nationale Kunstgalerij
i).
De zooeven genoemde beknopte beschrijving was natuurlijk op den duur niet voldoende, en nog terwijl Waldorp bezig was aan zijn schetsen, werd 5 Febr. 1801 aan Roos gelast, vóór Pinkster a.s. een catalogus van de schilderijen in te zenden. i)
Rijksarchief,
Rekening der Consentbilletten.
:
47 24 Mei iSoi kreeg J. Fokke »een douceur voor zijn assistentie tot het formeeren der beschrijving". Dit resultaat is neergelegd
een handschrift, berustende in de collectie stukken van den heer Burger: «Beknopte Beschryving van de Nationale KunstGallery, benevens die der voortreffelyke Oranje-zaal, op het in
Huys
den Haag". In het voorbericht lezen wij ongeveer hetzelfde wat over de Kunstgalerij gezegd was in den Kunst- en Letterbode van alleen wordt de naam van C. S. Roos er niet in Januari 1801 genoemd. Wij citeeren hieruit het volgende in
"t
Hosch,
bij
;
• Daar nu de toeloop tot deeze kunstvertrekken van dag tot dag verbaazend toeneemt, achte men het nodig tot gemak der aanschouwers eene korte >beschrijving zo wel van deeze Kunstgallery als van de Oranjezaal zelve >te vervaardigen, waardoor de Liefhebbers als met een opslag van 't oog •
'kunnen zien welke schoone tafereelen hem
ter bezigtiging
werden voor-
>gesteld".
een later schrijven van C. S. Roos van 28 Aug. welke futiele overwegingen de vervaardiging van den catalogus in werkelijkheid achterwege bleef. Deze zag nooit het licht. Om den geteekenden wandcatalogus van Waldorp aan te vullen zullen wij uit het handschrift de opsomming der stukken overnemen. Daardoor zullen wij een completer overzicht over de verzameling bekomen, te meer daar al de namen der personen als Vaderlandsche portretten opgesomd daarin vermeld worden.
Wij
zullen uit
iSoi zien,
uit
Eerste 1
Kamer met
Prins Willem
I.
M.
deszelvs Cabinet:
v.
Mierevcld.
2
Prins Maurits, door denzelfden.
3
Prins Frederik Hendrik.
4
Emilia van Solms,
5
Prins Willem
6
Maria, dochter van Karel
7
8
Willem Willem
Q
Prins Philip Willem.
10 11
12
13
14 15
III
G. Hondhorst.
door denzelfden.
II,
by
kaarsligt.
•
I,
>
G. Schalken.
over de knien, door denzelfden. M. van Miereveld. Alva. D. Barends. van Oldenbarneveld. P. Moreelse. Hugo Grotius in zijn jeugd in zijn studeerkamer. J. van Grasbeek. Gemalin van Johan Wolfert van Brederode, zuster van Emilia van Solms. de Engelsche Lely. III tot
Graaf Willem van Nassau. Graaf Hendrik van Nassau.
J.
Bakker.
Catalogus i8oi.
Roos
48 Catalogus
Roos
i6
Michiel
W.
1801.
17
18 19
30 21
22
23 24 25
V.
de
door F. Bol, met een verschiet van schepen door
Ruijter,
d. Velde.
Witte Cornelis de VVith. Egb. Meeuwsz. Kortenaar. B. v. d. Helst. Adriaen Bankert. H. Berkman. Aart van Nesl door B. v. d. Helst, verschiet met schepen door L. Diens vrouw / Bakhuyzen. Jan van Nes. L. de Jong. Het overzeilen der Spaansche galleyen voor Duins. Vroom. Afdanking der Waardgelders. P. van Hillegaart. De belegering van den Bosch door Fredrik Hendrik en Ernst Casimir. Palamedes.
26
Zeeslag op de kust van Livorno door van Galen tegens de Engelschen. R. Zeeraan.
27
Een zwaan
zijn nest
beschermend, zijnde een zinnebeeld op den Raad-
pensionaris de Wit.
De
J.
Asselyn.
executie van den chirurgijn op het schip van van Nes, over
33
't ingeven aan zijn Admiraal op de Maas voor Rotterdam. L. Verschuur. Het in wasch geboetseerd portret van den Admiraal Piet Hein. Een gekruiste Christus, welk stuk den Admiraal Piet Hein veroverd heeft uit de Cajuit van den Spaanschen bevelhebber der Zilveren Vloot. Een zinnebeeld op de Reformatie en het onderscheid der Godsdiensten, met de Pourtraiten der voornaamste vorsten en reformateurs van dien tijd. Breughel en van Balen Willem Frederik, Stadhouder van Vriesland. Gaston de Foix.
34
Justus Lipsius.
28
van
29
30 31
32
vergift
Voorts 44 Vaderlandsche Pourtretten door de Ravestein en andere meesters als: 35
I
Prins Willem
36
2
Prins Maurits.
37 38
3 Prins Frederik Hendrik. 4 Prins Willem II.
39 40
6 Prins Philips Willem.
5
I.
Koning Willem
III.
Justinus van Nassauw.
41
7
42
S Johan van Nassauw.
43
Oude en Jonge
9 Lodewijk van Nassauw. 10
44 45 46
II
47
13
48
14
49
15
Adolph van Nassauw. Hendrik van Nassauw. van Nassauw. Ivodewyk Gunther van Nassauw. Jan van Nassauw. Adolph van Nassauw. Willem Lodewyk van Nassauw. Ernst Casimir van Nassauw. Willem Fredrik van Nassauw. Ernst van Nassauw. Albert van Nassauw. Hendrik van Nassauw. Caspard de Coligny, Admiraal van Frankrijk.
12 Philip
50
16
51
17
52
18
53
19
54
20
55 56
21 22
Mierevelt,
49 Maarschalk van Frankrijk.
57
23 Chastillon,
58
24 Maximilliaan de Betune, Hertog van Sully.
59 60
25
61
27 de Graaf van Lijcester. 28 de Colonel Veere.
62
63 64
De Heer de
la
Noue.
26 Vies, Maarschalk.
29 de
Oude Graaf
Philips
van Hohenloe.
65
30 Graat Philips Ernst van Hohenloe. 31 Den Ouden Rhyngraaf van Zalm.
66
32 de Colonel Hilderson.
67
33 de Heer de Hama. 34 de Heer de Houten.
68 69 70
35 de Heer Smilsing. 36 de Colonel Broek.
73
37 de Heer Templer. 38 de Colonel Uttenhoven. 39 de Heer van Kessel.
74
40 onbekend.
71
72
75
41 dito.
76
42 dito.
77
43 Marquis Spinola. 44 de Admirant van Arragon.
78
Tweede kamer.
De
80
2
Scherprechter met het hoofd van Johannes de Dooper op een waarbij de dochter van Herodias. Rembrand van Rhijn. Maria Magdalena in verrukking. Correggio.
81
3
Een
82
4
Eene peinzende Maria Magdalena met een doodshoofd
79
I
schootel
door Titianus
dito
in
de hand.
C. Maratti.
83
5
Vanitas
84
6
De trouw van Joseph en
85 86
7
87
Spagnoletto.
Maria. Angellico.
Eene geestelyke Ordonnantie. C. 8 Een dito. Cirus Ferrus. 9 Sint Jan.
J.
Lanfrank.
88
10
De Hemelsche Vader op de
89
II
Een
12
14
93 94
wolken. Gaule Bacier.
met honden. J de Udine.
Loth met zyn dochter. Romanelli. Maria het kind Jesus kussende. J. de Mabuze. 15 Christus zyn kruis dragend. 16 Het oordeel van Parys. Parmegiano.
90 91
92
jager
Maratti.
17
Cleopatra.
95
18
96
19
De kindermoord te Bethlem. Comelis van Haarlem. Een Ecce Homo. Gaspard de Crayer.
97
20
Een Huwelyksgod welke een leeuw aan een band
98
21 Sint Jan.
100
M. Coxie. 22 Venus en Cupido. Ridder A. v. d. Werff. 23 Keyzer Maximiliaan van Oostenryk. Hans Holbein.
101
24
102
25 Abels offerande.
103
26 Jacob en
99
Een
uitvoerig vrouwenportrait. Pourbus.
Le
Sueur.
Ezouw, een model.
P. P.
Rubens.
heeft.
G. Flink
5° Catalogus Roos
104
'8°'-
105
106
de Inzameling van 't Manna. S. Franx. Abraham en Melchisedecli. S Franx. 29 Eenige heilige maagden spelende met het kind Jezus, door een 27
28
ouden meester. Eerste Cabinet
108
2
van de Gemalin van Prins Willem B van der Helst. Een Arcadiesch landschap. J. van Huizen.
100 iio
3
Een
107
111
112
113
114 115
I
Het
portrait
in
wit satyn.
't
geestelijke ordonnantie.
Karel
ten voeten uit
Barotius.
4 Christus de kinderen tot zich neemend. Miniaturen alle door Orley: I
II
A. Co.xie.
I.
Willem II. 3 Madame de Maintenon, na Mytens. 4 Susanna met de Ouden. S Een fray Damespourtrait met Oost Indische 2 Prins
Inkt,
gewassen door G.
Netscher. 117
— 118
Twee
stuks. Petrus
en Maria Magdalena, tapijtwerk
uit
de Gobelins
te Parijs.
119
Een oud bas
hout gesneeden, voorstellende Christus
relief in
zijn kruis
dragende naar den Berg Calvaria.
120— 121
Twee
stuks caricatuures, in wasch geboetseerd door Seep.
Tweede Cabinet:
Een der
met dood en levend gevogelte, hangende de voorgrond een witte gans, patrijzen en vrugten en een aangename lustplaats in het verschiet. J. Wenix. 2 Een stuk met hangend en leggend dood wild. P. Boel. 123 124 3 De pourtraitten van Emilia van Solms en haar zuster, jonge juffers, zijnde alsjachtgodinnen afgebeeld, met twee cupido's. G. Hondhorst. 125 4 Een landschap, door J. Glauber, gestoffeerd door G. de Lairesse. 126—127 5 Prins Frederik Henderik en deszelvs Gemalin Emilia van Solms, beiden door G. Hondhorst. 122
I
allerbeste stukken
hasen, enz.
12S
6 Franciscus
129
I
Op
I,
Roomsch
keizer.
Derde Kamer.
Koning Karel Anthonie van
II
en deszelfs zuster
in
hun jeugd, ten voeten
uit.
Dijk.
132
Een hofgezicht met dood en levend wild. M. de Hondekoeter. Een dito als de voorgaande. M. de Hondekoeter. 4 Een menagerie met levendig gevogelte, een pelikaan en West-Indische
133
5
130 131
2
3
eenden.
Een
M. de Hondekoeter.
hofgezicht met West-Indisch gevogelte en een aapje.
Hondekoeter.
Een bataille. Pieter Wouwerraan. Een Roomeinsche markt. J. van der Ulft. 8 Een woedend onweder op zee. H. Kobell. 9 Een kwakzalver op zijn theater. Jan Steen.
134
6
135 136
7
137
M.
de
51 1^8
lo
139
II
Een chirurgynswinkel met frappand invallend licht, zo goed als Rembrand of Douw, door H. M. Zorg. Een gezicht op het Hof in den Haag, gestoffeerd met een uittocht ter Jacht.
140— 141 142
13
143
14
144
15
12
E. van de Velde.
Twee
stuks Italiaansche ruines.
De kerk der
Predikheeren
te
Cannaletti.
Antwerpen, gestofieerd met een processie.
P. Neefs.
Een Een
boschgezicht, door A. Keerings, gestoffeerd door C. Poelenburg. bataille
met het pourtrait van Marlbourg
te
paard.
J.
van
Hugtenburg.
— 146
16 Twee stuks landschappen, door J. Glauber, gestoffeerd door G. de Lairesse. 17 Prins Maurits eu Frederik Hendrik te paard. Jan Marsse de Jonge. 147 148 18 Een fruitstuk. C. de Heem. '49~i5° 19 Twee landschappen. VV. Schellings. 151 152 20 Twee zeegezichtjes. A. Stork. 153—154 21 Twee dito. H. Rietschoof. 155 22 Een landschap met koebeesten. M. Carré. 156 23 Een Fruitstuk. J. D. de Heem. 157 24 De kerk van Sint Gudula te Brussel. P. Neefs. 145
—
164
Een avondstont. Blinkvliet. Een landschap met paarden. P. Verbeek. 27 Een biddende Heremiet. M. Naiveu. 28 Twee bedelaars. D. Teniers. 29 Een duynachtig landschap. J. Wynants, gestoffeerd door A. v. d. Velde. 30 Een oud vrouwtje bloemen begietende. D. van Tol. 31 Een grazige weide met drie koeyen waarvan er een door een boerin
165
32
166
51
158
25
26
159 160 161 162
163
gemolken word, door P. Potter. Een Grieksche wedloop daar de schoonste de palmtak aan den
overwinnaar uitdeeld. A. Bloemaart. Een bevallig kindje peeren plukkende. G. Hondhorst. 34 Een landschap, door J. Glauber, gestoffeerd door G. de Lairesse. 35 Eene zinnebeeldige ordonnantie, door T. van Peenen oud 76 Jaaren.
167
168
Vierde Kamer. 169
170
171
Het plafond steld voor de opkoomende dagenraad omgeeven met een meenigte beelden, cieraaden en werktuygen betrekking hebbende op de Jagt. 2 Boven de schoorsteen Bachus Ariadne vergodende. 3 Ter wederzijde de schoorsteen 172 Roome in zijn grootheid en in zijn ondergang, beiden in 't graauw I
—
geschilderd. 173
174
175
176 177
17S
4 Diana en Endymion.
Mars en Venus, door Mercurius gewaarschout, terwijl zich Cupido met de wapens van Mars vermaakt. 6 Cupido Venus den helm van Mars opzettende. 7 Venus en Adonus door Cupido teruggehouden wordende. 8 De vergoding van Prins Willem III, in 't Graauw; deze zj-n allen door G. de Lairesse in zyn beste tyd geschilderd. 10 Manlius Torquatus zijn eigen zoon doende onthalzen wyl hy zijn beveelen niet stiptelijk waargenomen had. F. Bol. 5
:
:
52 Catalogus Roos tSoi.
179 180
Eneas de prijzen uitdeelende voor de scheepstrijd. F. Bol. Een Egyptiesch landschap door J. Glauber, gestoffeerd door Philip
11
12
Tiedenian.
Een Een
door dezelfde meesters Glauber en Tiedeman. door J. Glauber, gestoffeerd door G. de Lairesse. 183 15 De Liefde alles overwinnende. Gerard Hondhorst. 184 -185 16 Twee stuks Bybelsche ordonnantiën. L. Bramer. 186 17 Een Slapende Cupido. 18 De Twaalf altoos beroemde schilderyen verbeeldende den 1S7- -198 Oorlog, van Claudius Civilis als bevelhebber der Batavieren tegens de Romeinen, beschreven door Tacitus, geschilderd door Octavio van Veen anders Otto genaamd. 181
13
182
14
dito,
dito,
Vervolgens
ziet
men
in
de Gaanderij
199—200 Twee fraaye Schilderyen door Breugel en van Balen, de eenede dooping van den Moorman, het andere Davids woede doorAbigaöl gestuit.
201
Een jonge Vorst
202
De Nassausche
bij een paard. D. Mytens. helden te paard. A. van de Venne. 203—209 Een verzameling van Helden en andere pourtraiten alle betrekking hebbende tot de Vaderlandsche Historie, meerendeels door Ravestein. 210 Een gezicht op het huis te Teijlingen alwaar Jacoba van Beyeren overleeden is. R. Roghman.
Vyfde kamer. 211
ziet men tusschen de twee glasramen allerbedriegeuitgehouwen door J. de Wit geschilderd. Meleager en Athalante verzeld van eenige minnewichten daar tegen over: Venus en Adonis alles levensgroot, en boven de schoorsteen: Bachus, Ceres en Cupido verzeld van eenige minnewigten door beval-
By
het
lijkst
212 213
inkoomen als
lige kindertjes afgebeeld.
Nevens de schoorsteen staan: 214—215 Twee in marmer uitgehouwene Romeinsche keizers Galba en Hadrianus.
Voor 216 217
218 219 220 221
dezelve.
Twee worstelende kinderen, en daartegenover: Een door J. B. Xavery vervaardigd uitmuntende Fontyn
of Vaas met twee Tritons. Hier boven zijn geplaatst de origineele geschilderde pourtraiten van Jacoba van Beijeren en Frank van Borselen. Benevens: eenige Vrouw Jacobaa's kannetjes door haar zelve vervaardigd. Voorts de stoel door haar op het huis te Teijlingen gebruikt. Wijders vind
men hier: De houten Bal
der Unie alwaar de zaam verbondene Edelen met 't hoofd yder een spyker in sloegen, als teken van hun Verbond tegen Spanje. Benevens: 223 de zogenaamde Geuzenbeeker of Berkemyer by die gelegenheid gebruikt. De twee zwaarden en de staf van commando van den 224, 225 en 226 Admiraal de Ruyter.
222
Brederoden aan
:
:
53 Ï27
Een
drinkglas, volgens inscriptie van Palsgraaf
Ludwich
Philips in 1643,
in dien tijd 1000 jaar oud.
228
Het standbeeld van Frederik de tweede, Koning van
Pruissen, te paard,
een present van hem zelve. Een magnifiek rijk met goud en zilver opgelegd stuk kanon, zijnde een present van den keizer van Tunis aan den Staat, overgebracht door den Admiraal de Ruiter. in brons, zijnde
229
Vervolgens treedt men door de zesde kamer (welker beschrijving hierop volgt, ten einde een geschikten overgang te hebben tot de Oranjezaal) in de prachtige Chineesche kamer. [Wij laten de beschrijving hiervan achtenvege.]
Zesde Kamer
233
Maria met het kind Jezus slapende op haar schoot, waarbij Joseph en Maria. P. P. Rubens. Lange Jan. 2 De boodschap aan Maria. 3 De boetvaardige Maria Magdalena. Anthonic van Dijck. 4 De vier getijden des Jaars in een stuk afgebeeld. P. P. Rubens en J.
234
5
230 331
232
I
Jordaens.
Neptunus en Venus
Dan
volgt
insgelijks
Amfitrite.
J.
Jordaens.
eene uitvoerige beschrijving van de Oranjezaal, die achterwege laten.
wij
Vestibule
De
236
in marmer door van Luchteren en andere voorname beeldhouwers uitgehouwene bustes van Frederik Hendrik. Willem II en deszelfs Gemalin.
2 37
Prinses Maria.
238
Koning Willem III. Koning Willem III ten voeten Koning Karel II.
235
239 240
uit.
Bijvoegsel tot
de Eerste Kamer:
De
241
De vrouw van Jan van
242
243
Een koningin van Denemarken. De Admiraal Zoutman \
244
De
245
Een keukenstuk, door J. Olis Beiden door den Heer A. Swart present Een hoofd, door A. van Dijkl gedaan.
Jong.
r> u ^^'^^^ ^""^ Cuylenburg. ,
Schout-bij-Nacht Krul) tot het Eerste
246
Nes.
.
,
1
Cabinet: 1
tot
de Gaanderij:
347 248
De zoon van
349
Borstbeeld van Willem
Een
jagtstuk,
tot
Aart van Nes met den hoed in de hand. door Boel. Weerga in 't Tweede Kabinet.
de Vijfde Kamer:
350—353 Een
Artillerytafel
I,
en
geboetseerd en verguld. metaal canon.
2 stukjes
54
Daar een
eerst 13 April
beschrijving zelf
is
1801 gekocht schilderij reeds in de
opgenomen en
het 28 Aug. betaalde portret
van Crul in het bijvoegsel vermeld staat, is de tijd van samenen inlevering vrij nauwkeurig vast te stellen. Toch schijnen de portretten van Zoutman en Crul toen nog geen vaste plaats gekregen te hebben, want nog 19 Sept. 1801 schreef Waldorp hierover aan Temminck «waaromtrent ik UEd. beveelen om dezelve te hangen zal afwachten''. Niet vermeld in de beschrijving is een stuk, waarover wij zeer gaarne nadere bijzonderheden hadden leeren kennen. 30 Mei 1801 werd Temminck gemachtigd een schilderij, voorstellende het «Laatste Oordeel", uit het lokaal van het Departementaal Bestuur van de Dommel, dus uit 's Hertogenbosch, over te brengen naar de Kunst-Galerij i), en van 16 Juni 1801 is een Besluit van het Uitvoerend Bewind (N°. 38) gedateerd, waarbij genoemd Departementaal Bestuur geautoriseerd wordt, Een Laatste Oordeel uit den Bosch doet dit stuk af te geven. ons ccn Schilderij van den grooten Jeronimus Bosch vermoeden, Even weinig vernemen wij over de in 's landsgebouwen te Vlissingen berustende schilderstukken, die Temminck 3 Juni tSoi toegedeeld werden 2). 29 Aug. 1801 bood de chef de bureau A. W. Swart twee stukken aan, een Keuken door Olis en een Vrouwenkop door van Dijk.
stelling
Het .Laatste Oordeel", uit
gen osc
's
Herto-
.
Geschenk van A.
W.
Swart.
Waldorp, die zich zoo verdienstelijk gemaakt had bij het in teekening brengen der zalen, kreeg bij resolutie van den Agent van Finantiën van lo Juni 1801 de opdracht >alle billetten die
hem
gepresenteerd worden nauwkeurig"
te examineeren of ze in dan of die ongenummerd, met een valsche handteekening, signature of eenig ander blijk van onechtheid zijn voorzien". Hij werd verantwoordelijk gesteld voor alle fraude met de consentbilletten gepleegd 3). Hij was niet gelukkig in zijn pogen om lotsverbetering. 19 Sept. 1801 vroeg hij een tractementsverhooging en 23 Sept. een toelage gedurende de wintermaanden, maar ook dit laatste
orde
i)
zijn,
Rijksarchief, Korte notulen Nass.
2) Rijksarchief, Nass. 3) Rijksarchief,
Nass.
Dom. Dom.
199
fol.
Dom.
199. fol. 705.
722.
gigi. Not.
Agent
f.
766 N°. igg.
55
werd
bij
missive van 13 Nov. geweigerd, en nu was
hij
zelfs
Dec. aan den Agent van Finantiën, met het oog omstandigheden, waarin hij met zijn gezin verbehoeftige de op keerde, een voorschot op zijn tractement te vragen, waarop verplicht
hem 4 werd.
i
—
Dec. zes weken loon i ƒ7. dus ƒ 42 voorgeschoten Of dit soms verband houdt met klachten die er inge-
komen waren van den
kastelein
Loock? Deze schreef 27 Nov.
1801 aan den Agent van Finantiën
1802 aan Gogel •
Brenge
ter
naamheden en
Abbema,
die sedert
i
Sept.
deze functie was opgevolgd:
in
Uwer
kennis myn regtmaatige klagten weegens de onaangedien ik moet afwagten van dien man, die de
insolensis
schilderye laat besigtige VValdorp. Dien man is aangestelt van de kunstkooper Roos van Amsterdam met goetkeuring van den geweesen agent Gogel aleenig om de Schilderye te laate besichtige maar anders heeft die man zig met niets te bemoeie".
Dan
volgt een lang beklag over de bemoeizucht van
zaken die hem niet aangaan, het gebouw: werken aan en kleine die zich
mengt
in
Waldorp
als reparatiën
»Daar worden hem briefjes gegeven op syn outoorityd aan timmerman is het maar om een schildery uyt de lyst te neemen, die hy voor sijn self afteekent, heeft hy die geteekent, alweer de timmerman". >Self neemt hy de vrypostigheyt van de familiestucke, dat ons wel stiptelyk is verbooden van die niet te mooge laate besigtige, daar voor sijn die op een kaamer geslooten, maar een maant of 4 geleeden is Roos van Amsterdam oover geweest en heeft mijn de sleutel afgevraagt en heeft die aan Waldorp gegeeve en doen ik die sleutel weer om vrog doen heeft die man met de groote impertinensie mij die niet wille weer om geeven en soo draa de geweese agent Googel is afgegaan heeft hy 15 van die familie stucke van die kaamer gehaalt en heeft die op een aparte kaamer geplaast en laat die extra besigtige. Wij gaan alle aavonde de ronte doen om te sluyte en ook op de galdery want die man loopt den geheelen dag met komvoorte met vuer op de galdery dat voor ons een groote sorg is en dus misse wy 4 stuck van de familie[portretten], wy kanne die nergens vinde; sy syn inhuysniet en hem daar naar te vraage wagt ik de insolensi niet af, voornaamelyk als di man wat vuel heeft gebruijkt, dus verwagt ik van Ue billikhijt daar in te voorsien op soon wys kan ik daar niet voor verantwoord etc" i). al
Loock had met zijn klachten geen succes, want Waldorp 's per week versalaris werd 7 Mei 1802 eindelijk tot op ƒ 10. hoogd, en hoe het Loock ging zullen we aanstonds zien. Wij moeten nog een oogenblik stil staan bij het heftige geschil tusschen Loock en Waldorp. Naar aanleiding van de aan-
—
i)
Rijksarchief,
Nass.
Dom.
9192.
56
vonden wij een schrijven van Waldorp aan den fungeerenden Agent van Finantiën, dato den lo Dec. i8oi, klacht van den eerste
dat wij licht
in
zijn
geheel weergeven, omdat het een eigenaardig
op de zaak werpt. Mijnheer!
Oranje Portretten
door Tischbein.
Ontfangen hebbende UEds. geachte resolutie van Vrydag 4 December 80 op het raport van den Heer A. J. Verbeek heb ik de eer UEd. te rescribeeren, dat, toen ik in May 1800 hier arriveerde, ik, behalven de schilderyen welke in het Cabinet aanwezig waaren, gevonden heb in eene kamer naast die der zogenaamde Vaderlandsche, verscheide Pourtraitten en Schilderyen, waaronder eenige met Crayon door Tischbein, van de familie van den gewezene Stadhouder; hoe veel dezelve geweest zijn. heb ik, als geen kwaad vermoedende, noit geteld; dat by het vertimmeren van dezelve kamer, in de voorl. maand Augustus, allen, welke ik niet nodig oordeelde beneden te houden, en in de aan mij door den gewezene Agent, de Heer Gogel, in desselfs plaats toegewezene kamer niet konden geborgen worden, naar boven heb gebragt op de zolderkamer waarvan door voorn. Agent ray de sleutel is overgegeven, en waarvan de Castelein er ook eene heeft, dat ook tegelyk twee schilderyen welke voorheen in 't Cabinet waaren, een Venus en Adonis door VVillebords en 't Pourtrait van Mad. de Maintenon door Mijtens geschilden, met behulp van den gewoone hier buiten werkenden knegt van den Timmerman van Gogh, derwaarts zyn 1
1
getransporteerd
De ondergeteekende
getuigt noit andere gezien, en zich dikwerf beklaagt hebben, geen andere Pourtraitten van de oude Prinses en desselfs zoonen te bezitten dan dat van de oude Prinses fe paard door Haag en twee der jonge Prinssen door een elendig Duitsch schilder gemaakt, behalven verscheiden levensgroote olyverfpourtraitten van de familie en een Crayon pourtret van den gew. Stadhouder in zyn jeugd, silouetten etc. welken ook op dezelve tyd naar boven gebragt zyn. De ondergetekende getuigt op zyn woord van eer, en indien zulks nodig is, met eede te bekragtigen, dat zo lang hy hier geweest is, hy geen andere Crayonpourtraitten gezien heeft, dan die by de inspectie van den Heer Verbeek gevonden zijn, en insinueert de Heer Zwart, hier tegenwoordig, de Heeren Teraminck en Roos, oit anderen in dien tyd by hem gezien te hebben, dus is de opgaaf van de Casteleines en de klerk van der Trappen, dewyl de verplaatsing, die in de maand Augustus, dus veel meer dan 5 weeken geleeden, geschied is, fautif. En wat aangaat het bewuste Doosje, zeer fraay van buiten met bloemen beschildert, dit is, volgens gedachte circa 6 duim lang en 4 duim hoog en breed, dus zelf niet bekwaam om 6 i 7 laat staan 35 pourtraitjes, gelijk opgegeven is, te bevatten, in 't zelve heb ik noit meer, behalve eenige afgestooten brokken van vergulde lysten, gevonden dan een slegt migniatuur pourtraitje, in koper verguld lystje en gebrooken glas, 't welk ook na boven gebragt is en nu niet gevonden word. De ondergeteekende betuigd na de maand Augustus, na dat zulks na boven gebragt is, noit op dezelve zolderkamer geweest te zijn. Het spyt den ondergeteekende, dewyl hy niet in staan kan voor een Cabinet, waarin hy niet te
:
57 woond, en de Castelein zowel de sleutels als hij heeft, en dus, kwaadaardig op zynen post, alles doen kan wat hij wil, verzuimt te hebben dat, toen de Heer Roos, op order van den H'. Agent Gogel een Catalogus maakte van de Schilderyen in 't Cabinet, ook niet verzogt heeft eene van die te maaken, welken toen in zyn kamer en op de voorn, zolder waaren, maar die geen kwaad bewust is denkt op geen erg. Ik heb de eer met alle Hoogagting te zyn Mynheerl
UEd. dw. J. 't
Huis
in
't
G.
dr.
Waldorp
i).
Bosch
10 Dec. iSoi.
de schrijver van een >Reize door de Bataafsche den jare 1800", was in zijn oordeel over den conciërge Loock allesbehalve mild. Hij schreef over het Huis in 't Bosch > Het is nu ter bewaring der Bataaffsche Kunst Galery ingericht, behalve eenige kamers, die door een Logementhouder van de wanvoegelijkste soort bewoond worden". 2) Daarentegen had hij niets dan lof voor den opzichter J. G. Waldorp. R.
Feil,
Republiek
in
:
Hij vermeldt, dat sedert hare stichting in 1797 tot slechts 3
1
November 1800
20 toegangsbilletten uitgegeven werden en knoopt daar-
aan de gevolgtrekking vast, dat er in Holland niet veel smaak voor de schoone kunsten gevonden wordt, of dat er weinig vreemdelingen in den Haag geweest zijn. Over het wegstoppen der portretten van de Oranje vorsten laat hij zich als volgt uit
De portraiten van Koning Georg II en Karolina, van derzelver dochter Anna, de moeder des Stadhouders, en van verscheiden koninklyke personen van lateren tyd zijn naar de afgelegenste kamers van het Paleis verwezen; opdat het oog van den Republikein door hen te zien niet beleedigd, noch de Oranjegezinden door de afbeeldingen van voorwerpen zyner liefde verheugd worde.
Verder beweerde
hij,
dat het Gouvernement der Bataafsche
Republiek het ruiterstandbeeld van den Pruisischen koning niet Nass. Dom. 0192In de oorspronkelijke in 1801 te Londen verschenen uitgave van Fell's Tour through the Batavian Republic during the latter part of the year 1800 laat de schrijver zich nog veel krasser uit: i) Rijksarchief, 2)
>It reflects little credit on those who are charged with the care of the national >domains, and from their functions must in some measure be considered as the «guardians of public morals, that they permit a brothel to be established within •the sacred precincts of a national palace, yet, to the dishonour of the Batavian •govemment, such is the purpose to which a part of the house in the wood is
infamously prostituted".
R. Keiis bcschrij''^°^'
58
had durven wegmoffelen, uit vrees voor de gevoeligheid van den Souverein van Pruissen. het
Bij
vermeerderen der
collectie
bleef
men
steeds letten
op de historische beteekenis der schilderijen, ook wanneer de kunstwaarde hiervan zeer gering was. Eens achtte Roos zich geroepen hiertegen te waarschuwen. brief aan Gogel 28 Aug. 1801
Zoo schreef
hij
in
een
:
Geachte Medeburger,
Het schildery van J. & C. de With is in lang niet van Mieris maar na een prent die presies als dit schildery is, geschilderd het is elendig mistekend, geen Anatomie, nog iets waarom men zoo een stuk zou begeeren, ik durf taxeeren, en oordeel het geen nieuwe lyst waardig, het doet my 't niet :
leed, 't
te
lyst
dat ik er dit getuigenis van geeven moet; in een goude lyst zouw zwart staan, dus als UE. 't absoluut plaatsen wilde, ware het best de die er om zit wat te repareeren, en er een gordyntje voor te hangen.
Wat aangaat de slag van Bossu te Hoorn, gelieve UE. te weeten dat het 9—10 voet breed en 8 hoog is, en door Blankenhagen geschilderd,
zelve
dus nog later als de Rietschoof, die ik gehad heb. De afzweering der Nederlanden door Fran.v kan goed en in der tyd geschilderd zijn, alzo Franx in die tijd geleeft heeft. Daar ik de kwaadsprekers van myne Italiaansche schilderijen overtuigd heb dat ik er zoo veel honderde voor genoten heb, als zy zich duizende verbeelden is dat praatje gestuit; enkel jalousie brengt dit teweeg, en UE. kund verzekerd zijn dat wanneer ik z3 tot die prijzen op myn zaaien had gesteld, dezelve geen 2 maanden gehangen zoude hebben; dezelve kosten ygentlyk niets, alzo die op de Rembrand toegegeven zijn, want als ik had willen handelen zoo als veel gedaan word, dan had ik immers de Rembrand tot ƒ2000 kunnen laten opjagen. Hebben ze nu zoo lang gehangen laat ze nu bid ik U maar blyven hangen. Mondeling zal ik UE. alles nader ontdekken en U de persone noemen. Ik was er voor om geen Catalogus van de Gallery te drukken, vooreerst omdat er van tijd tot tijd wat by komt, ten anderen om zotte reflectiën voor te komen. De Beschryving van de Oranjezaal en Chineesche Kamer zou men kunnen drukken, en daarop laten volgen. Voorts zyn er nog 8 Kamers met schilderyen van de beroemdste Nederlandsche, Brabantsche en Italiaansche meesters, als van Die en Die meesters, alsmede een met rariteiten enz. welke door een deskundig persoon aangewezen worden. Wat gelieve UE. met het schildery van de gebroeders de Wit gedaan te hebben. De reden van myn lange zwygen is een zinkingkoorts geweest, anders zouwde UE. eerder geantwoord hebben etc. i). C. S. Roos. i)
Dossier Burger.
—
59
Het door Roos zoo afgemaakte stuk van J. en C. de Witt het bekende onsmakelijke tafereeltje met de lijken der gebroeders de With. Niettegenstaande het protest van Roos is is
het toch gekocht.
Doch gaan we geregeld na wat
er in
1802 verworven
is,
volgens de Rekening der Consentbiljetten, aangevuld door de Korte Notulen van het Nassau-Domein i), waar de machtiging
om
de koopsom uit te betalen geboekt is: stukken van van Linthorst, waarvan er Vermoedelijk aangekocht van een nog aanwezig is, / 275. den schilder zelf. Een landschap met paarden, van Philips Wouwer5 Mei 1 802 man, en een waterval van Ruysdael. Gekocht voor ƒ4000.
aan Temminck 2
Twee
April 1802:
—
.
:
van R. Meurs Pruyssenaer te Amsterdam. 10 Mei 1802: Een stuk van Rachel Ruysch en een stuk van van Jurriaan Oudorp. Cuyp. Gekocht voor f 300. 9 Juli 1802: >Een Italiaansch stuk, zijnde een Faun omringd door Nimpfen en twee Saters, door Amiconi". Gekocht voor ƒ458 10 van den schilder van der Aa. Een stuk van Ouiryn Brekelencam en een van 17 Nov. 1802 van Theod. [lees Thomas] de Keyser. Gekocht voor f 350. den kunstkooper P. C. Huybrechts. 17 Nov. 1802: De Onwaardige Gast, van Eeckhout, en een van den Gekocht voor ƒ 1280. Kerkje, van van der Vliet. kunstkooper D. van der Aa. Ook het stukje met de lijken der gebroeders de Witt is in dit jaar verworven, en wel op een eenigzins zonderlinge wijze, waarvan de juiste toedracht ons niet geheel duidelijk is. In de
—
—
:
—
:
—
rekeningen
luidt die post:
September
28.
•deu gewezen Agent van Finantien I. J. A. Gogel wegens restitutie van quitantie van C. S. Roos, dato 16 Fbr. voor aankoop van een schildery >van M. de Hondekoeter, zullende dienen tot een geschenk, voor het aan >het Nationaal Kunstkabinet present gedaan zijnde stuk, voorstellende de •Lyken van de vermoorde Broeders J. en C. de Wit, hangende aan de Wip >op 't zogenaamde groene zoodje in den Haag, geschildert door F. van Mieris >den Ouden, volgens resolutie van 22 Fbr. 11., /963".
een
1)
Rijksarchief, Korte Notulen Nass.
Dom.
294.
Verschillende
a»nkoopcn.
6o
De
quitantie
waarvan hier sprake
is
luidde als volgt:
Ontfangen van de Heer I. J. A. Gogel de somma van /960, voor een van de Hondekoeter. Amsterdam, i6 Septb. 1802. C. S. Roos. Zegge /960.
M
schilderij
Ong./.r
Het
griezelige stukje
is
thans nog te zien, voor wie er naar wil
Van de andere bovengenoemde stukken zijn de paarden van Wouwerinan vermoedelijk N°. 355 of 359 van den catalogus kijken.
1809 van het Koninklijk Museum, en de Waterval van Ruisdael evenzoo N°. 267 of 268. De Brekelencam is N°. 44, de Eeckhout N°. 86 en de Hendrick van Vliet N°. 349.
van
zijde kwam er in 1802 slechts weinig in; 10 Maart een missive gedateerd van den Secretaris van den Raad der Aziatische bezittingen te Amsterdam, kennis gevende van het afzenden van het portret van Prins Maurits van Nassau, dat in hun residentiehuis had gehangen, om in het Museum Het portret is niet met eenig portret geplaatst te worden i). van prins Maurits, noch met een van Johan Maurits den Brasiliaan in verband te brengen..
Van andere
1802
is
Nu het belang van de Kunst-Galery zoo zienderhand toenam begon ook de regeering er zich meer direct mee te bemoeien. 30 Juli 1802 besloot het Staatsbewind den Raad der Nassausche Domeinen, onder wiens beheer immers het Huis in 't Bosch ressorteerde, aan te schrijven >om bericht nopens opkomst, inrichting, etc. der verzameling van schilderstukken op het Huis in 't Bosch, en om een vasten voet daarvoor in het vervolg te bepalen, met hetgeen daartoe relatief is 2). Aan Temminck werd gelast, hierop te dienen van consideratie en advies. De zaken van het Huis in 't Bosch waren van vrij ingewikkelden aard. Naast de Kunst-Galerij had de kastelein J. Loock altijd ook nog verschillende andere lokalen te bewaken. 3 Sept. 1802 verzocht de Portugeesche minister d'Araujo om bij het vernieuwen van het huurcontract met den kastelein J. Loock i)
Rijksarchief, Nass.
3) Rijksarchief, Nass.
Dom. zoo. Dom. N°. 201,
fol 324.
EVERHARDUS TEMMINCK.. TEEKENINX; IX HET BEZIT VAN DE DAMES TEMMINCK
TE 's-GRAVENHAGE.
6i
verzekerd
te
zijn
van
de dispositie over de door
hem van
Loock sfehuurde boekenkamer, welk verzoek werd toegestaan. Maar 17 Nov. 1802 besloten de Thesaurier-Generaal Molière en de Raad van Finantie, om het huurcontract met Loock, dat 30 April 1803 zou afloopen, niet te hernieuwen, met last aan den Inspecteur-Generaal Temminck, om het Huis in 't Bosch >op eene convenabele wijze onder approbatie van den Raad te verhuren". Wel requestreerde Loock 8 Dec. om bij de nieuwe verhuring de voorkeur te mogen genieten, maar 4 Febr. 1803 rapporteert Temminck in een breedvoerig stuk, dat Loock >niet den
aanleg
heeft,
vereischt
om
aan
hem
het
niet
door de 't Bosch
geoccupeerde gedeelte van het Huis in houden van een logement te verhuren" en daarom stelt hij voor, hem aan te stellen tot Baakmeester, waarna 21 Febr. 1803 diens definitieve aanstelling tot Baakmeester effective in het domein Princeland volgde. 7 Maart 1803 ^ijn de conceptconditiën gedateerd ter verhuring van het Huis in 't Bosch aan Frangois Delon ter somme van ƒ550. 'sjaars, en werd aan Temminck gelast met hem een huurcontract te sluiten voor drie Kunst-Galerij
tot het
—
jaren.
Op
waarop het door Loock ingediend verzoek ter tafel was gebracht, werd tevens besloten, dat door den Custos der Nationale Bibliotheek voor de Kunstgalerij voor f 29 18 5 gekocht zouden worden de Levensbeschrijvingen der dezelfde vergadering,
— —
Nederlandsche Kunstschilders, nl. een J. Campo Weyerman, een Carel van Mander, een J. van Gooi en een A. Houbraken.
Met Gogel was voorloopig ook Roos van het tooneel verdwenen, en in zijn plaats werd de kunstkooper P. C. Huybrechts voornamelijk met de leverantie bevoorrecht. 12 Jan. 1803 leverde hij »twee schilderijen op doek geschilderd door Karel Roetard, i). verbeeldende een beeren- en een vossenjacht" voor ƒ 160. 28 Febr. werd Temminck gemachtigd, van denzelfde voor joo. te koopen een Schoenmakerswinkel van Brouwer en f »de inhaling van de VYitt na zijn tocht naar Chatham", door L. Verschuur 2).
—
—
i)
Rijksarchief, Nass.
2)
Rijksarchief,
Dom.
202
fol.
184.
Nass Dom. 202
fol.
667.
Aankoopen
van
^en kunstkooper "
'
"^
62
De
zijn niet meer aan te maar de Sclioenmakerswerkplaats prijkt nog onder de juiste benaming van David Ryckaert, evenals de Lieve Verschuier, in 't Rijks-Museum, van welk laatste stuk de uitlegging van de voorstelling geen geringe wijziging heeft ondergaan, want thans ziet men daar terecht in de Aankomst van koning Karel II van Engeland te Rotterdam, 24 Mei 1660.
beide stukken van Carl Ruthardt
wijzen,
Toen Temminck de laatstgenoemde twee stukken aanvroeg,
hem
geleden een portret van Tromp was aangeboden hij was hierover al in onderhandeling getreden, toen hij onverwachts gewaar werd dat het aangekocht
meldde
hij
tevens, dat
niet lang
;
was voor het Museum
—
Aankoopcn,
Daarom vroeg en kreeg
hij
nu machtiging om, ingeval er geen gelegenheid was, vooraf de autorisatie van den Raad van Finantie te verzoeken, »al zulke stukken de vaderlandsche historie betreffende als voor het Cabinet geschikt zijn" aan te koopen, mits van eiken aankoop rapport doende. Reeds spoedig werd Temminck in de gelegenheid gesteld de geleden schade in te halen, want 11 Mei 1803 kocht hij van Huybrechts voor vier portretten der familie Tromp, 20^00. n.1. Maerten Harpertsz. en zijn vrouw Cornelia Teding van Berkhout, benevens Cornelis Tromp en zijn vrouw Margaretha van Raephorst, beide door Johannes Mytens. Behalve dat van Maerten Harpertsz. zijn ze alle nu nog in het Rijksmuseum. Ook waren er bij sabels, stok en donderpistool, door hen gebruikt. 20 Juni 1803 ^'^^ Temminck wederom een belangrijken aankoop vermelden. Toen gold het den aankoop voor ƒ2159 10 van i). Huchtcuburg, EcH gCVCCht. Saenredam, Een kerk gestoffeerd door Ostade. D. Teniers, Een gevecht bij 't verbreken van 't Bestand. Th. de Keyser, Hoogerbeets en zijn familie op Loevestein. Mierevelt, Portret van Uittenboogaard. De Huchtenburg en de de Keyser zijn thans nog in het Rijks, museum, en de zoogenaamde Teniers vinden we wel nog in den catalogus van het Koninklijk Museum van 1809, maar is nu niet meer aan te wijzen.
f
30 Juni 1S03.
te Parijs.
i)
—
:
Rijksarchief, Res.
v.
Thes. Gen. Raaden
v.
Fin., Nass.
Dom.
295.
.
:
:
—
.
.
Temminck machtiging
tot aankoop van de portretten van Hugo de Groot, Maria van Utrecht en Erasmus. Vermoedelijk gold dit dezelfde zaak, waarover de Secretaris-Generaal E. Canneman, een intieme vriend van Gogel, dezen reeds 27 April 1802 geschreven had:
verzocht
Tegelijkertijd
>Uw catalogus retourneer ik hierbij en wel met verdoek namens den Raad of gij de portretten van de onsterfelijke Huig en zijn teder belangrijk Mietje voor het Museum wilt inkoopen; men heeft met uw troetelkind machtig veel op en schijnt groote inkoopen mettertijd op het oog te hebben" i).
Reeds 22 Juni werd de aankoop van de laatste vijf koopen goedgekeurd en tevens ƒ 1946 5 toegestaan voor de portretten van Hugo de Groot door Miereveld en Maria van Utrecht door denzelfde, beide nog aanwezig. 6 Juli 1803 wendde Temmink zich wederom tot den ThesaurierGeneraal en stelde voor te koopen H. de Meyer, Willem III's overtocht naar Engeland / 84. >Een Salvator Mundi of Christushoofd, welke gehouden wordt, geschilderd te zijn door Rubens" /^ 1 70. en Holbein, Portret van Erasmus ƒ573. Zijn verzoek werd toegestaan. Het portret van Erasmus, niet door Holbein, maar een copie naar Ouinten Matsys, is nog aanwezig, evenals de Hendrick de Meyer, die echter voorstelt het Vertrek van Karel II uit Schevcningen, 23 Mei 1660. De quitantie was geteekend door H. C. van Molman. In hun vergadering van 22 Juni hadden Thesaurier-Generaal en Raad van Finantie op voorstel van Temminck den OntvangerGeneraal A. C. Molière gemachtigd >om bij gebrek aan de noodige penningen het Fonds der Consentbilletten nu en voortaan te subsidieeren uit de Ordinaire Cassa der Domeinen" 2). Spoedig bleek deze maatregel noodig te zijn, want 15 Aug. 1803 kwam Temminck voor den dag met een lijst van niet minder dan 19 stukken, die hij Auc gekocht had
—
Aankoopen, 6 Juli 1803.
—
—
1
G.
1
Dou en van Berchem, de Leydsche Burgermeester
van der Werff en zijn vrouw, uit den boedel der gravin van Moens, met de kosten van restaureeren en schoon-
maken ƒ3576. i)
Dossier Burger.
2)
Rijksarchief, Nass.
—
Dom.
tjiQi.
.\aakoopea, 1
1
Aug. 1803
1
64 Albert Cuyp, Het uitzeilen der vloot naar Chattam.
Champaigne, Portret van Kenau Hasselaer. Dit stuk was door Temminck te Haarlem bezichtigd, toen hij daar het portret van Erasmus gekocht had. Philippe de
A.
Bloemhart,
van
Portret
C.
P.
burge-
Hooft,
—
5
6
meester (/ 17. ). de Baen, Portret van Jan de Witt. J.
co
7
Jan Steen, Binnenhuis, boerenbruiloft. Berchem, Landschap met figuren, koeien en schapen,
8
van de Poel, Springen van 'tkruithuisteDelft, a°. 1652.
9
J.
lO
Ruisdael,
Een groote
Willem van de Velde,
Woelend
waterval. Stil
water.
1
Dezelfde,
12
Frans van Mieris, Portret van Graaf Maurits van
13
Moreelse, Portret van Frederik van Bohème,
14
van de Venne, Willem
15
L. v. d. Helst,
i6
Jesaias
water.
Nassau, f 1679.
Auke
I
op
zijn
paradebed,
a°. 1584.
Stellingwerff, f 13 Juni
1665.
i8
van de Velde, De overgave van den Bosch, onder het beleid van Prins Frederik Hendrik, a°. 1629, met een zilveren medaille daarop betrekking hebbende. Janson, Het slot te Heemstede. Stork, Zeegezichten en Nederlandsche havens.
19
Dezelfde, dito dito
17
^
i).
—
—
voor de nrs. 12 de koopsom van ƒ icxx). 19 waren inbegrepen de verschotten voor schoonmaken en restaureeren. Een laatste aanvrage om qualificatie tot den aankoop van Munsterschen Vrede, werd ter Borch's Bezwering van den aangehouden. Wij vonden er later geen post over, maar daar het stuk, de bekende copie, aanwezig is, moet het toen wel gekocht zijn. Met geschenken vlotte het minder. 24 Jan. 1804 meldde Temminck, dat aan hem door Mr. A. van Twist ten geschenke voor de Kunstgalerij was toegezonden een borstbeeld van Pieter Adriaensz. van der Werff, en door den kunstkooper van der Aa een schilderij, dat in zijn brief In
i) Rijksarchief,
Nass.
Dom.
295.
Huis ten Bosch.
;
:
65 uitvoerig beschreven
wordt.
Daar deze
brief
merkwaardige bijzonderheden bevat, laten
wij
ook nog andere
hem
in
extenso
volgen Den
Geexhibeerd 24 Jan. 1803. Inspecteur Generaal E. Temminck
aan Thesaurier Generaal en Raaden van Financien der Bataafsche Rebublicq.
hebbe de eer by deeze tot Ulieder Kennisse te brengen dat door van Twist, alhier in den Haag woonachtig aan my in ciualiteyt en als de directie hebbende over de Nationale Konstgallery ten geschenke voor dezelve is toegezonden, een borstbeeld van den beroemden Burgemeester en Verdeediger der Stad Leyden, Pieter Adriaansz van der Werf, als mede dat door den Konstschilder. .. van der Aa, insgelyks alhier woonachtig aan my ten zelve einde is toegezonden een schilderstuk, verbeeldende de trap in het geweesene Hof te Delft, waar op Prins Willem den Eerste is dood geschoten, in het verschiet ziet men denzelve van den trap afkomen. Deze beide geschenken zyn my voorgekoomen zoo uit hoofde hunner betrekking op de Vaderlandsche Historie, als wegens de konstige bewerking Ik
M'.
A.
derzelve waardig te z}-n
om
in het
Konstkabinet geplaatst
te
worden, waarom
de Kamer der Bustes en het tweede in de vaderlandsche-historiekamer hebbe doen plaatsen en hebben niet gemanqueerd deeze beide geevers by voorraad namens Ulieder Vergadering te bedanken. En alzo het my voorkomt dat het Ulieden niet onverschillig kan zijn, dat de Nationale Konstgallery met stukken van merites op deeze wyze word vermeerdert en verfraaid, zo neem ik de vrj'heid by deeze voor te dragen 1°. Om namens Ulieder Vergadering, aan deze beide geevers, als ook aan alle voorige en volgende, te presenteeren een diploma of consentbillet, waarvan ik een door my ontworpen conceptschets by deeze ter approbatie overlegge, en waarby aan hun dog alleen voor hunne persoonen de vrye toegang tot de Nationale Konstgallery zonder eenige betaaling word aangebooden of toegekend. 2". Om aan de Leeden van Ulieder Vergadering, derzelver Ministers, den Chef de Bureau der Nationale Domeinen herkoomende van den Vorst van Nassau, als ook aan den ondergeteekende in zyne qualiteit, benevens die geenen welken Ulieden verder zullen goedvinden, zonder eenige betaaling de vrye toegang tot voors. Konstgallery te laaten, en zulks by besluit of op zoodanige andere wyse als UE«" zullen vermeenen te behooren. 3°. Om aan de agterzyde van ieder ontfange en geplaatst wordend geschenk te doen stellen de naam en voornaam van den geever, beneevens het jaar, maand en dag, op welke zodanig stuk geschonken is. 4°. Om, wanneer dit myn voorstel, benevens de door my overgelegde schets werd goedgekeurd, my alsdan te authoriseeren, tot het doen graveeren van bovengemeld diploma, waar van ik alsdan eene behoorlyke party zal doen drukken, en overigens de plaat weder onder my doen deponceren, ter plaatse alwaar de verdere of andere plaaten en dominiale kaarten, dewelke onder rayne directie zijn gesteld berustende zyn; kunnende alsdan door Ulieden aan de differente geevers, zoodanig diploma op onderteekening
ik
dan het
eerste
in
5
66 van Ulieder Secretaris worden uitgereikt, als hiervooren in deeze is opgegeeven, my in deeze egter onderwerpende aan het beter oordeel van van Ulieder vergadering.
—
Haage den
Diploma voor scheakers.
Heil en Eerbied E. Temminck
12 Juli 1802.
i).
Het door Dirk van der Aa gegeven stuk berust onder N°. 108 thans in het Rijksmuseum als » Portaal in een traptoren". Temminck's voorstel om een diploma voor de schenkers te docn maken werd 15 Juli 1803 door den Domeinraad goedgekeurd, en het door Reinier Vinkeles keurig gegraveerde diploma
een voorbeeld hoe smaakvol het toenmalig bewind dergelijke opdrachten wist te doen uitvoeren. Ook J. Zoutman schonk 15 Juli 1803 ^^ portretten van zijn ouders, den Vice-Admiraal en diens echtgenoote, waarvoor hem 15 Aug. 1803 vrijen toegang verleend werd i). Bij dergelijke aanbiedingen werd echter wel kritiek uitgeoefend. Zoo is er een Besluit van het Staatsbewind van 16 Jan.
is
1804, waarbij de Raad van Superintendentie wordt geinformeerd van de aanbieding van eenige stukken betrekking hebbende op den Admiraal Piet Hein door den Raad der Amerikaansche Coloniën, om gevoegd te worden bij de collectie van vaderlandsche oudheden; de zaak werd in advies gehouden tot gemelde stukken aan den Raad zullen worden gepresenteerd i).
Zoo veel
als in
er gekocht zijn
1803 is er in 1804 niet gekocht, en over wat helaas veel minder goed ingelicht. Op de
we
rekening der consentbilletten over dat jaar staat op 20 Maart 10 >wegens aangekochte stukken". een post geboekt van ƒ 2845
—
Welke stukken aangekocht zijn wordt niet vermeld. Wellicht was er bij de zooeven genoemde copie naar ter Borch's Vrede Aankoop van de Remonstrantsche
Gem.
te
venhage.
's-Gra-
van Munster. 13 April Werden van de Remonstrantsche 2) Gemeente i) te 's-Gravenhage voor /27S twee portretten aangekocht: 1. Uyt^, ...^ ' ^. ,r al j tenbogaert door Miereveld, en Uirk V. Loornhert door een "^
,
,
Korte Notulen Nass. Dom. 295. » Gereformeerde" Gemeente zonder aanduiding
i)
Rijksarchief,
2)
In de Consentbilletten staat
van
,
plaats.
I
o Q J
Z <: >
O o »
2 <: Z o b] M O u: H a ^ z; » •& ^ 2 t! > M < < > z < S
co
u
o J j w 0;
S
c c
:
67
onbekende, in welken koop nog inbegrepen was een stoel, door Johan van Oldenbarnevelt gebruikt. Merkwaardigerwijze paradeert eerstgenoemd stuk in het Koninklijk Museum van 1809 als het portret van Praevostius door een onbekende. Thans is
in zijn goede benaming hersteld. Het de bekende fraaie repliek van Cornelis
het sedert lang weer
tweede
portret
Cornelisz.
is
i).
—
1804 leverde Huybrechts voor /33CX). Rubens' krokodil Het enorme een stuk werd in op den 2). catalogus Jacht van 1809 toegeschreven aan Frangois Snyders en is als een copie naar Rubens voor eenige jaren uit het Depot van het Rijksmuseum afgegeven aan de Universiteit te Utrecht. Bij deze aankoopen in 1804 kunnen we vermoedelijk ook nog voegen den Vroolijken Speelman van Ary de Vois, die tenminste afkomstig is van de veiling der collectie Barones van Leyden van 24 April
Warmond,
10 Sept. 1804.
Geschonken werd Mr.
J.
A.
J.
Carré
1804 slechts één stuk, »een stuk". Welk stuk,
in
nl.
door een open
ii Juni
blijft
vraag.
Voor de
van de tentoongestelde schatten werd goed gezorgd. 3 Sept. 1804 kreeg Temminck autorisatie om vanwege de domeinen met de eigenaars of bewoners van de buitenplaatsen in de omgeving van het Huis in 't Bosch voor drie of zes jaren te contracteeren, om in geval van brand op een spoedige hulp te kunnen rekenen, en verder om voor rekening van het domein op het Huis een bliksemafleider te plaatsen 3). Ook met den nu alweer verouderden catalogus nam men geen genoegen meer, en 24 Oct. 1804 kreeg Temminck last »een lyst te formeeren van de stukken en rariteiten in de galerij en elk half jaar opgave te doen van de aanwinsten" 4). Zulk een lijst was juist kort tevoren door Waldorp samengesteld en door hem 14 Mei 1804 in handen gesteld van J. D. N. van der Trappen, die toen de functie van » Adjunct-Directeur van de kunstgalerij op het huis in 't Bosch" bekleedde i)
veiligheid
Zie Bijlage VII.
Dom.
2) Rijksarchief,
Nass.
3) Rijksarchief,
Korte Notulen, Nass. Dom.
4) Rijksarchief, Nass.
Dom.
295.
N'. 209
fol.
280.
293.
Aankoop Rubens, J"*;' °P
"°
^'°-
68 Inventaris
dorp 1804.
Wal-
Inventaris of 1-yst van de Schilderyen en Rariteiten, berustende in het Nationaal Kabinet op het Huis in 't Bosch opgemaakt door J. G. VValdorp, opzichter van 't zelve kabinet, in April 1804.
Schilderyen in de eerste of Vaderlandsche kamer.
de Schoone, graaf van Holland, Insteller van 't Gulde Vlies, door Lucas van Leiden. 2 Willem I Stadhouder, door Michiel Miereveld na Corn. Visscher. 3 Filips Willem, Grave van Buuren, door M. Miereveld. 4 Maurits van Nassau, tweede Stadhouder, door M. Miereveld. 5—6 Frederik Hendrik, derde Stadhouder, en Emilia van Solms, door Hondhorst. 7—8 Willem II, vierde Stadhouder, en desselfs Gemalin, de dochter van Karel I"= Koning van Engeland, door Hondhorst. 9 Willem III, vyfde Stadhouder en Koning van Engeland; uitmuntend kaarslicht, door G. Schalken. 10 F. de Toledo, Hertog van Al va, door D. Barends. 11 De H. van der Werf, Burgemeester in de belegering van Leiden, de figuuren door Gerard Dou en 't landschap en hond door N. P. Berchem. 12 't Origineel pourtrait van Kenou Hasselaar, verdedigster van Haarlem, de meester onbekend. 13 Joan van Oldenbarneveld, Advocaat van Holland, door J. Lievens de Oude. 14 Maria van Utrecht, gemalin van Oldenbarneveld, door Paulus Moreelse. 15 Hugo de Groot, Pensionaris van Rotterdam, door M. Miereveld. 16 Dezelve op zyn 15"= jaar in zyn studeerkamer, door J. Gaasbeek. Romboud Hogerbeets en familie, wandelende in de tuin op Loevestein, 17 door H. de Keiser. 18 van Uitenbogaard, Raadsheer voor 't Hof van Holland, eene der uitvoerigste pourtraiten van Rembrand. 19 Jacob Cats, Pensionaris van Holland, door M. Miereveld. 20 Pieter Buis, zoon van den beroemden Paulus Buis, door H. de Keiser. 21 Joan de Witt, Raadspensionaris van Holland, door J. de Baan. 22 Cornelis Pieterse Hooft, Burgemeester van Amsterdam, door L. Bramer. 23 J. Maurits van Nassau, door F. van Mieris de Jonge. 24 Fredrik van de Palts, Koning van Boheemen, door P. Moreelse. 25—26 Joan en Corn. de Witt, met de pen op yvoir, door Cornelis Visscher 27—28 Maurits en Oldenbarneveld, evenzo getekend na dezelve. 2g Willem I, dood op het paradebed, door van de Venne. 30 Erasmus van Rotterdam, door H. Holbein. Michael de Ruyter, door Ferd. Bol, en de Zee met Scheepen in 31 't verschiet door W. v. d. Velde. 32—33 Maarten Harpertse Tromp en desselfs Gemalin, door M. Miereveld. 34—35 Aart van Nes en desselfs Gemalin, door Barth v. d. Helst, en de zee met scheepen in 't verschiet door L. Bakhuyzen. 36—37 Cornelis Tromp en desselfs gemalin, door A. Mytens. 38 J M. Cortenaar, door B. v. d. Helst. 39 Jan van Nes, door L. de Jong. 40 Banckaart, door H. Berkman. 41 Witte Cornelisz de With, de meester onbekend42 P. Pieterse Hein, door J. Verkolje de Oude. 1
Filips
69 speksteen en wasch. Chineesch werk. door B. v. d. Helst. Zoutman en gemalin, door A. C. Hauck.
45
Dezelve
44
Stellingwerf,
45—46 47 48
in
De Eceslag van Heemskerk tegen De zeeslag op 't Slaak in Zeeland,
Spinola voor Gibraltar, door Vroom. tusschen Graaf Jan van Nassau van
de zydc der Spaanschen en onder Fredrik, de Colonel Maissonneuvc, met volkomen ovenvinning der Hollanders in 't jaar 16,51, door Simon de Vlieger. Breeken van het twaalfjarig bestand door de Spanjaarden, door
49
't
50
De
D. Teniers. belegering van
's
Hertogenbosch door Frederik Hendrik, door
Palamedes. 51
52 53
54 55
56 57
58 59 60 61
62
't
Overgaan van de Velde.
's
Hertogenbosch aan Fr. Hendrik, door Esaias van
trap in 't Oude Hof te Delft, door de Delftsche van der Meer. Springen van 't Kruidmagazijn te Delft, door J. v. d. Poel. van de Waardgelders op de Neude, door J. Hillegaard. 't Afdanken 't Uitzeilen van de Vloot na Chattam onder Corn. de Witt voor Dord, door Capelle. van Corn. de Witt op de Maas voor Rotterdam, door 't Inhaalen L. Verschuur. De lyken van Jan en Corn. de Witt, door Jan Mieris of de Baan. of schildery uit de Cajuit van 't Admiraalschip, door een 't Crucifix Ital. meester onbekend. 't Hernemen van Coeverden op de Bisschop van Munster door Rabenhaupt 30 Dec. 1672, door Pieter Wouwerman. 't Aan boord gaan van Willem III te Scheveningen, door H. de Meyer. Graaf Hendrik van Nassau, broeder van Willem I, de meester onbekend. De vredehandeling te Munster, na G. ter Burg.
De 't
Tweede of
Italiaansche
Kamer.
Maria Magdalena in droefheid, door Titiaan Vicelli. Maria Magdalena in verrukking, door Cario Dolci. 65 Maria Magdalena in overdenking, door Carlo Maratti. 66 Een jager met honden, door Schiavoni. 67 De trouw van Joseph en Maria, door Sebast. del Piombo. 68 Theresia in verrukking, door Carlo Maratti. 69 Theresia in devotie, door Cyrus Ferrus. 70 Een Vanitas, door Spangnoletti. Een Vrouwenhoofd, door Pordenone. 71 72 Een jonge Johannes de Dooper, door Lan franc. 73 't Oordeel van Paris met drie Godinnen, door Parmeggiano. 74 De Drieeenheid, door Gaudi. 75 Loth en zyn dochters, door Romanelli. 76 Cleopatra, na Guido Rheni, Een jonge Johannes de Dooper, door Michael Coxie. 77 78 Een Ecce homo, of voorstelling van Christus door Pilatus, door Gaspar de Crayer. 79 Een Salvator mundi, door P. P. Rubens. 80 De ontmoeting van Jacob en Esau, een model, door Rubens. 63
64
70 Inventaris
Wal-
De inzameling van 't Manna, en de ontmoeting van Melchisedek en Abraham, door Sebast. Franx. De ofiferhande van Cain en Abel, door Le Sueur. Een oud klooster, met verscheidene heiligen, meester onbekend. Maria het kind kussende, door Jan de Mabuse. Maximiliaan van Oostenrijk, door Hans Holbein. Elizabeth van Engeland, door Pourbus. Christus, zyn kruis dragende, door M. Heemskerk. De kindermoord te Bethlehem, door Corn. v. Haarlem, Venus en Cupido, door Ridder v. d. Werf. Een capitaal stuk, verbeeldende de beul met het hoofd van Johannes de Dooper in de Ischootel, de dochter van Herodes en verscheide beelden, door Rembrand.
Si— 82
dorp 1804.
83
84 85 86 87
88 89 go 91
Eerste Kabinetje. Q2
De
gemalin van Willem'
II,
in
't
wit satyn, capitaal schildery,
door
Barth.'Jv. d. Helst.
Een binnenhuis met een vrouw met een kind aan de
borst en verder bywerk, door Gerard Dou. 94 Een conversatie, met twee figuuren, eene der beste schilderyen van dien meester, door Q. Brekelenkamp. 95 Twee bedelaars. Man en Vrouw met een hond, door David Teniers. 96 De oude kerk te Delft, overhoeks, frapant zonligt, door van Vliet en gestoffeerd door Adr. v. d. Velde. 97 Een boerenbinnenhuis met twee vertrekken en doorzigt met veel bywerk, door v. d. Poel. 98 Drie beesten in een landschap, door Paulus Potter. 99 Een landschap, zonlicht, met drie beelden, door A. Cuyp. 100 Een keukenstuk, met vier beelden en veel bywerk, door J. Olis. Een fruitstuk, door Cornelis de Heem. loi 102 Een bloemstukje, door Rachel Ruysch. 103—104 Twee, een bloem en fruitstuk, door J. Linthorst. 105 Een Arcadisch landschap, door Jan van Huisum. 106 Een gezicht aan den Tiber te Rome, door Isaac de Moucheron. 107 Een landschap, met een paard, ezel en verdere figuren, door Verbeek. 108 Een Avondstond, door J. Blink vliet. 109 Executie van den vergiftiger van Admiraal A. van Nes, op de Maas voor Rotterdam, door L. Verschuur. 110 Johannes, een modelhoofd, door A. van Dijk. 111 Christus, de kinderen tot zich nemende, in 't grauw, door de jonge Coxie. 112 't Pourtrait van een Graaf van Nassau— Catzenellenbogen, door de Bakker. 113—114 Petrus en Maria Magdalena, geweven door de Gobelins. 115 Een oud Basrelief in hout, verbeeldende 't lyden van Christus, gemerkt 93
SZ-K.B. 116— 117 Twee
Tweede 118
Een
caricaturen, bedelaars in wasch geboetzeert, door Sepp.
Cabinetje.
met doodc en levendige vogels, op de voorgrond een gans, hangende haas, een aap, fruit, bloemen en verschiet, door Jan Wenix, eene der beste van dien meester. alleruitmuntendst schildery
71
Een zwaan
126
op de pensionaris J. de Witt de Repudoor Jan Asselyn. Een Baluster met tapyt waarop een vaas, gestofleerd niet aapen en verscheide West-Indische vogels, door M. de Hondekoetcr. Een landschap met drie paarden te water gaande en verder bijwerk, capitaal schildery door Philip Wouwerman. Een strandje, stil water niet veel figuren, door Willem van de Velde. Een woelend water met verscheide zeilende scheepen, door Willem van de Velde. Een kwakzalver op zijn theater op een boeredorp, met verscheide caracteriseerende tiguuren, door Jan Steen. Een boerebruiloft vol gewoel, met de pourtraiten van Jan Steen en zijn vrouw, door Jan Steen. Een binnenhuis, zijnde eeu Chirurgynswinkel, frapant zonlicht, door
127
Een
119
in furie, zinnebeeld
bliek beschermende,
120 121
122
123
124 125
Koedijk. landschap, duinzicht, door de Velde.
J.
Wynands,
gestoffeerd door A. van
Een landschap met
vrouwtje, een schaap melkende en verdere beelden en beesten, door N. P. Berchem; bekend door de prent door dien meester zelf geëtst. 129 Een uitmuntende waterval by Schaf hsusen, door Jacob Ruisdael. 130 Een fruitstuk, door Jan Davids de Heem. 131 Een kerkje te Brussel, door Pieter Neefs. 132 133 Twee Zeestukken, door Rietschoof. 134 De pourtraiten van Karel II en zijne zuster, ten voeten toe uit, door Anthony van Dyk. 135 De pourtraiten van Aemilia van Solms en haar zuster de gravin van Brederode, door Hondhorst. 136—137 Frederik Hendrik en Amilia van Solms, door Hondhorst. 138 Ernst Casimir, Stadhouder van Vriesland, den meester onbekend. 128
—
Derde kamer. 139 140
Een bachanaal, met een Faun en Nimf, en twee
De
parabel ran den
man zonder
door Amiconi. door Gerbrand y. d.
kindertjes,
bruiloftskleed,
143
Eekhout, eene der uitvoerigste van dien meester. Twee Capitaale Ordonnantien met levendige en doode vogels, door M. de Hondekoeter, in zyn groote manier. Een dito met levendige Oostindische Vogels, door dezelve in zijn uit-
J44
Een
141
— 142
voerigste manier.
145
146 147
148
capitaale water\'al, door Jacob Ruisdael, het beste dat van dien meester bekend is. Een schoenmakerswinkel, rijk van ordonnantie, in 't coloriet van Rubens, door Adriaan Brouwer. Een oud vrouwtje in een nis, bloemen begietende, zeer uitvoerig als van G. Dou, door D. van Tol. Een biddende munnik, door J. Nepveu. Prins Eugenius en de hertog van Marlbourg te paard, met de slag van
Hochstad, door 149 150 151
J.
Huchtenburg.
Een rencontre, door J. Huchtenburg. Een rencontre, door Pieter Wouwerman, ryk van Een markt te Rome, door J. van der Ulft.
ordonnantie.
72 Inventaris Wal-
dorp 1804.
Een kerk
tc Leiden, door P. Zaanredam, gestoffeerd door Adriaan van Ostade. 153 De kerk der Predikhcercn te Antwerpen, door Pietcr Neefs en gestoffeerd met een prosessie door Jan Heus. 154 Een landschap, door J Keerinks, gestoffeerd door Poelcnburg. i55~'57 Drie stuks landschappen, door J. Glauber. 158 Een landschap met beesten, door de Oude Carrée. 159 Een landschapje, door J. Wynands. 160 Een landschapje, door J. Lingelbach. 162 Twee zeestukjes, door Rietschoofi6i 163—164 Twee dito, door A. Stork. 165 Gezicht van 't Hof en Vyverberg met een uittocht van 't hof ter jagd, door Ezaias v. d. Velde. 166 Maurits en Frederik Hendrik te paard, door J. Mars. 167 Een kindje, peeren plukkende, door Hondhorst. 168 Een Grieksche wedloop, door Abraham Bloemaart. 169 Een Geestelijke Visscherij, of satyre op de onderscheidene christelijke secten, door de fluweele Breugel, en de figuuren zijnde allen pourtraitten van de hoofden en beschermers der verschillende Religiën, door van Balen,
152
—
Vierde kamer.
170— 171
Twee
quatus,
capitaale
schilderijen,
"t
eene verbeeldende Manlius Tor-
doende zyn zoon onthoofden en de wêergade. Eneas
prijzen
uitdeelende, beide geschilderd door Ferdinand BoU, uitmuntend van
en bruin en harmonie der couleuren. Twaalf stuks schilderijen de oorlogen van Claudius Civilis, door Otto Veenius, eerste leermeester van P. P. Rubens. Bladfond der kamer, de opkomst ivan de dageraad, door G. de licht
172— 1S3 184
't
185
Voor de Schoorsteen, Bachus en Ariadne, door
Lairesse.
Lairesse.
Diana en Endimion, door Lairesse. 187 Venus gekroond door Cupido met de helm van Mars, door Lairesse. 188 Cupido, triomfeerende over Mars en Venus, door Lairesse. 189 Flora en Sefinis, door Lairesse. 190—191 Ter wederzyde van den schoorsteen twee stuks, 't eene Rome in grootheid, 't andere de Republiek van Rome in zyn ondergang, in 't grauw, door Lairesse. Vergoding van Willem III, in 't grauw, door Lairesse. 192. 193—194 Twee der capitaalste Arcadische landschappen, door J. Glauber, gestoffeerd door P. Tiedeman. 195 Een landschap, door Glauber, gestoffeerd door de Jan de Lairesse. 196 Cupido met de Leeuw aan den band, door Hondhorst. 197—198 Nathan by David, en de besnydenis Christi, door Leonard Bramer. 199 Een slapende Cupido, door een Fransch meester onbekend. 186
Vyfde of Rariteitkamer.
200—202 Drie Basrelieven in 't grauw, zeer bedriegelyk geschildert door Jacob de Wit in zyn beste tyd, achter 't licht Meleager en Attalante, over 't licht Venus en Adonis, en voor de schoorsteen in kinderen de 4 Jaargetijden.
73 303—204 Twee sluks, de pourtraiten van Jacoba van Beyeren en Franr, van Borsselen, geschilderd in de jaaren 1300 a 1400. De meesters onbekend. 205
206 207
208 209 210
Zes stuks Jacobakannetjes. Stoel van Jacoba. Bol van Unie. De houte bocaal of oude Duitsche berkemeycr.
De 't
zilrere nap.
Hoofd van Gerard van Velzen, relief de puin van een oud huis te Velzen.
in
marmer, gevonden onder
Borstbeeld van Corn. de Witt, in gebakken aarde. Borstbeeld van M. A. de Ruyter, in dito. 313—215 Desselfs twee sabels en stok.
211
't
312
't
216
De donderbusch van den Admiraal M. H. Tromp.
217—218 219 220 221
Desselfs stok en degen.
De degen
van desselfs zoon Corn. Tromp. Het harnas van den Admiraal Pieter Pieterse Hein. De zilvere Lampetschotel en kan door de bewindhebbers der W.
I.
C.
vereerd aan Piet Hein. 222
't
Geboetzeerd portrait van burgemeester
P.
H. van der Werf,
in
een
prachtig ornament.
Geboetzeerd en gebronsd pourtrait van Willem I, zynde 't model de bronze statue aan de graftombe te Delft, door H. de Keyzer. 224 Een met goud overtrokken kanon, een geschenk van den Dei van Algiers, door de Ruyter mede gebracht. 225 Een gedamasseerd kanon en al zyn toebehooren. 226—227 Twee marmeren busten van Romeinsche keizers. 223
't
tot
Zesde kamer. 228 329 230 331
232
Een
heilige familie, met Joseph, Maria niet het kind Jesus en Anna, door Petrus Paulus Rubens. De vier Jaargetyden, eene der capitaalste stukken van Petrus Paulus Rubens, Maria Magdalena in devotie, door Anthony v. Dyk. Venus Amfitrite of de geboorte van Venus uit zee, op haar zegewagen gevoerd door Neptunus en omringt door verscheide zeegoden, door Jacob Jordaens. De boodschap van den Engel aan Maria, door Lange Jan.
De kamer zelf is nagemaakt Japans Lak en geleid tot de waarc Chineesche kamer, waar in behangsel, stoelen, kanapees, gordynen, en meubelen &c. wezenlyk Japans en Chineesch en eenig in zyn soort zijn. Zevende kamer of de bekende en zo zeer beroemde Oranjezaal. Gallery, of toegang tot de verschillende kamers.
Fredrik Hendrik, door Miereveld. Vier en twintig pourtraiten van officieren, die onder Frederik Hendrik, gedient hebben, en wel voornamelijk in de belegeringen van Breda en 's Hertogenbosch, door Ravestein. 259—260 Willem 1 en Maurits na Miereveld.
233
234—258
74 Inventaris Wal-
26 1
Willem
dorp 1804.
262
Migael, David ontmoetende, door de fluweele Breugel en de beelden
III in
koninklyk gewaad, door G. Schalken,
door van Baaien. de Moorman doopende, door van Baaien. Een Allegorie op de geleerdheid, door T. van Peenen. Een Landschap, door J. Glauber en gestoffeerd door G. de Lairesse. Pliilippus
263
264 265
266
1
•'67
I
T^^^*^ Jagdstukken,
door
J. Balt.
Boel.
268
Venus en Adonis, door
269
Maurits, Frederik Hendrik, Filips Willem en andere Nassausche familie
J-
Willebords.
bekend door de prent onder de naam van de Nassausche
te paard,
helden, door van de Venne.
270—314
Vyf en
desselfs
315
't
veertig pourtraitjes van de geheele afstamming van
Willem
I,
broeders, neeven, Spaansche, Fransche, Engelsche en Hol-
landsche officieren, betrekkelyk tot de historie van Holland van dien tijd, door Miereveld, Ravestein en andere meesters. Kasteel Teilingen in zijn welstand, door J. van Kessel.
Gemaakt
en overgegeven aan den Heere Adjunct-Directeur van de in 't Bosch J. D. N, van der Trappen, op den '.
Kunstgallery op het huis 14="
Uitgave van een Gaierijweik.
May
1804.
Al mccr en meer begon de verzameling de aandacht te trekken. Het is een weinig bekend feit, dat er reeds in 1804 sprake geweest is van het uitgeven van een Galerijwerk der Nationale Kunstgalerij. 20 Juli 1804 deden A. Loosjes Pz. en J. Immerzeel Jr, boekverkoopers resp. in Haarlem en te 'sGravenhage, een desbetreffend voorstel. Huis
in
't
Bosch,
July 25, 1804. Is geleezen een request van A. Loosjes Pz. en J. Immerzeel Junior, Boekverkopers, respectivelyk te Haarlem en alhier in den Hage, daarby te kennen gevende dat zy in het gevoelen verkerende dat door ieder Burger van een Land, zo veel in zyn vermogen is moet worden bygedragen tot roem van zyn vaderland, voornamentlyk in den kring van zyne werkzaamheden van dat beroep waarmede hij zig en de zijnen een eerlijk bestaan poogt te verschaffen, geoordeeld hebben, dat daar toe byzonder geschikt zoude zyn, het doen .aftekenen en in koper brengen der uitmuntende schilderstukken die onder directie van dezen Raad (Thes. Gen. en Raden van Fin.) in het Huis in het Bosch verzameld worden, ten einde die platen met derzelver beschryvingen, in de Nederduitsche en Fransche talen, door een bekwaarae hand vervaardigd, onder den titel van Bataafsche Kunstgallerije of eenen dergelijken zoo binnen als buiten de Republiek algemeen verkrijgbaar te maken; dat zy wel genegen zijnde om met gunstig verlof van dezen Raad, voor hunne rekening die onderneming te doen en de
teekeningen der schilderyen benevens derzelver platen door de beroemdste
;
;,
/O de Teken- en (iraveerkunde te doen vervaarmet geschikte kunstenaars hebben gesproken. Dat zij echter, om dit te ondernemen volstrekt behoeven de vergunning van dezen Raad zo wel ter hekoming van een vryen toegang tot het gezegde kunstkabinet, voor hun en die genen wier hulp zij in de voorschreven onderneming behoeven, als om door deze permissie een waarborg te verkrijgen tegen baatzuchtige pogingen, die welligt zouden kunnen worden aangewend om hun in deze kostbare enterprise te benadelen. Redenen waarom zy zich keren tot dezen Raad, verzoekende, dat aan hun de vryheid mag worden vergund om de schilderstukken van het Huis in het Bosch voorhanden voor hunne rekening te laten aftekenen, ten einde die in plaat te brengen en uittegeven onder den Titel van Bataafsche Kunstgallerye, belovende van hunne zijde alles te zullen aanwenden, dat de meer gemelde Gallerye tot eere verstrekke van de vaderlandsche teken en graveer, kunst, en tot een waardige vereeuwiging van den roem zoo van aanzienlijke merendeels vaderlandsche personen en gebeurtenissen als van de voorname Nederlandsche en andere kunstschilders, wier meesterstukken aldaar gevonden worden. Waarop gedelibeerd zijnde, is goed gevonden en verstaan, het verzoek van de requestranten te accorderen, gelijk geschiedt by deze, wordende mitsdien aan hun verleend de vrije toegang tot de Kunstgallery op het huis in 't Bosch, zo voor zich zelve als voor die genen wier hulpe zij in de voorschr. onderneming zullen nodig hebben, met en benevens de vrijheid om de schilderyen aldaar voorhanden door vaderlandsche meesters te laten aftekenen op zodanige plaats als hun door den Inspecteur-Generaal Temminck daartoe zal worden aangewezen, ten einde die te doen graveeren, en vervolgens voor hunne rekening in druk uittegeven, met eene daartoe betrekkelijke beschrijving in de Fransche en Nederduitsche Taal, alles echter onder deze specialen mits en conditie. 1° dat zij alle jaren ten minsten een catern van de opgemelde platen vaderlandsche meesters
in
digen, daarover reedts voorlopig
zullen uitgeven; 2° dat door hun dadelyk by de uitgave eene proefdruk en een ordinaire druk dier platen in eene behoorlyke portefeuille aan dezen Raad zullen worden toegezonden ten einde op de Kunstgallerye te worden gedeponeerd 3° dat zy zoo voor zich zelve als voor elk der kunstenaars welke tot deze onderneming zullen moeten werkzaam zijn by den Inspecteur-Generaal E. Temminck zich zullen moeten voorzien van de behoorlyke consentbilletten tot de vrije entre voornoemd, wordende gezegde Inspecteur-Generaal dien ten gevolge geauthoriseerd om na dat hij zich zal hebben verzekerd, dat de perzonen voor wien consent billetten gevraagd worden wezenlijk ten voorschr. einde worden geemployeerd, dezelven af te geven 4° dat zij zullen moeten instaan voor alle schade, welke aan de schilderijen of aan derzelver lijsten by het behandelen van dezelven ten voorschreven einde zoude moge worden toegebracht, .alles op poene, dat wanneer door de Requestranten aan de voorschr. conditiën of aan een derzelve niet mogt worden voldaan, de voors. vr>'heid dadelijk ingetrokken en buiten effect zal gesteld worden. En zal Extract dezer aan de requestranten als mede aan den InspecteurGeneraal E. Temminck worden ter hand gesteld tot informatie en naricht i).
i)
Rijksarchief,
Nassau Dom., N°. 208
fol.
365 vlg.
:
:
:
76
Er is van dit werlc stellig één aflevering verschenen, maar een exemplaar hiervan kennen wij niet, wel van den inhoud ervan, bestaande uit de volgende prenten, in hetzelfde formaat en karakter gesneden De Schoenlapper, van David Ryckaert, toen nog toegeschreven aan Adriaen Brouwer, gesneden door J. C. Bendorp. Het Paardenwed, van Philips Wouwerman, gesneden door R. Vinkeles 1805.
Maria Magdalena, copie naar, toen nog toegeschreven aan Titiaan, gesneden door J. Bemme 1805, en Het portret van Aert van Nes, door Bartholomeus van der Helst, eveneens gesneden door J. C. Bendorp 1805, als de vorige stukken naar teekeningen van A. Teerlink, en alle met het adres: Loosjes et Immerzeel excud. Bij het exemplaar van laatstgenoemd portret in 's Rijks Prentenkabinet is een folioblad tekst in het Hollandsch en het Fransch, met eenige mededeelingen over den voorgestelde en den schilder, maar bovendien op een quartovel de volgende kennisgeving »Eene belangrijke ongesteldheid (schoon tegenwoordig weder geweeken) van den Graveur van het Portrait van Aart van Nes, toen hij bezig was met de laatste hand aan de gravure van hetzelve te leggen, heeft ons, tot ons groot leedwezen, belet dat Portrait bij deze Aflevering te voegen. Intusschen kan men verzekerd zijn, dat binnen weinige dagen, dat Portrait in gereedheid zijn en afgeleverd zal worden". A. Loosjes Pz. 1805/25 Dec. J. Immerzeel Jr.
Een tweede aflevering schijnt nimmer verschenen te zijn, want nog in 1806 maakte men reclame voor den verkoop der eerste aflevering. In de Schouwburg van in- en uitlandsche Letter- en Huishoudkunde van 1806 komt nl. de volgende aankondiging voor Afdeehng, bestaande uit een viertal Haarlem en in den Haag, by A. Loosjes Pz.
«Bataaffsche Kunstgallery. •
kunstplaten.
Te
Immerzeel. J. .dito/ 18,—". »en
In
De
1"=
prijs
is
ƒ14,
proefdr.
y 15.15,
ongelett.
een stukje dat volgt op deze aankondiging en dat den van Gogel, Temminck en Roos lezen wij o. a. op
lof zingt bl.
156: Deze kunst-galler)-, waarin zoo veele meesterstukken, nu als herboren, en aan het verderf, dat hun in de gebouwen, waar ze voorheen geplaatst waren,
HET
P
AA R
HRENT
li
E
VAN-
V/
A B S E U VO
K»
HET
IN
1S05
UlrGEGEVEN GAI.ERIJWERK
.BATAAFSCHE KUNSTGALLERV..
I
H.
.
:
//
oog van duizende aanschouwers, die men gelegenheid tot derzelver bezigtiging gaf, verrukten (Men kan deze Kunst-gallery dagelyks, voor den geringen prys van ii st. bezichtigen, mits zich daartoe aandienende by den Castelein der gewezene Besoigne-kamer, welke de daartoe vereischt wordende kaartjes afgeeft), leverde welhaast een fond op waaruit men in sUat gesteld werd, het getal der reeds voorhanden zijnde dreigde, ontweldigd, het
kunststukken met aanzienlijke aankoopen te vermeerderen, welke thans het uitmaken, dat sedert eenigen tijd op de zalen, voormaals gediend hebbende ter plaatsing van het kabinet van wijlen Nederlandsch laatsten Stadhouder, overgebragt is geworden. voortreftelijk kabinet
Het jaar 1805 begon met een zeer belangrijken aanwinst, die niet als aankoop in de Rekening der Consentbilletten geboekt is. Reeds 30 Juli 1804 was aan den schilder Wybrand Hendriks te Haarlem uit erkentelijkheid een diploma van vrijen toegang gegeven, wegens zijn hulp in het afnemen der schilderijen van de Magistraat der stad Haarlem. Nader wordt dit toegelicht in de transactie met de stad Haarlem, naar aanleiding officieel
van besluit N°.
i
van 20 Febr. 1805
i).
een extract uit het register der besluiten van het Staatsbewind Febr. N°. 23, waarbij op de missive dezer vergadering van 17 Jan. 1.1.
Is gelezen
van
II
N". II, houdende: 1°. Kennisgeving dat door den Raad tengevolge van des Bewinds besluiten van 9 April 1804 N°. 27 met de Stad Haarlem, was aangegaan een contract, waardoor aan Haarlem wederom in eigendom werd gecedeerd en getransporteerd het gewezen Raadhuis aldaar,, bevoren door het Land tot een Locaal van 't Departementaal Gerechtshof van het Dept. van Texel aangekocht en zulks tegen overgave van de vyf volgende schilderstukken Een verbeeldende den Bethlemschen kindermoord door Comelis van Haarlem, a" 1591 geschilderd, met twee deuren door Maarten van Heemskerk. Een verbeeldende den Goden- Bruiloft, door Cornelis van Haarlem. Een verbeeldende Adam en Eva, door Cornelis van Haarlem. Een verbeeldende een gevecht op de Vuycke of Haarlemmermeer, door
Vroom. Een verbeeldende een Magdalena-Beeld, door een onbekend schilder. En 2'. Eene voordracht over de wijze, waarop de waarde van deze schilderijen of wel de koopschat van het afgestaan Gebouw, uit de kas der Domeinen aan het afgezonderd Fonds der Nationale Domeinen, tot hypotheek voor de vrijwillige negotiatie van 1801 verstrekkende, als tot welke Domeinen het vorig lokaal te Haarlem moest gerekend worden te behoren, zoude kunnen worden gerembourseerd. Goedgevonden is het eerste gedeelte dier missive aan te nemen voor notificatie, te
bepalen dat de hiervoren omschreven schilderyen van 's landszullen worden gecedeerd tegens betaling van
wege aan deze Domeinen 1)
Rijksarchief, Nass.
Domein, N°.
208, f°. 370.
Transactie ^'='"'«"'
ecnige rijen.
met
o""
schilde-
:
ƒ 8ooo
aan Nat'. Losrenten, gesproten uit de vrywillige negotiatie van 1801 en de Intressen, welke by de overgifte dier Losrenten daarop te goed mogen zyn, met qualificatie op dezen Raad, om de overgifte der zelfde schilderyen op dezen voet te eflfectueeren, en ten dien einde den Thesaurier Ontv. Gen. A. C. Molière te auctoriseeren om uit de kas dezer Domeinen aan te kopen /8000 aan losrenten en dezen den Hoofdcommies ter Thesaurie H. Tromp tegens kwitantie ter hand te stellen om door dezen aan 't land te worden verantwoord, etc.
Het contract waardoor deze overeenkomst bekrachtigd werd, luidde als volgt Wij Pieter Nicolaas Quarles & Gijsbert Andrc- Vermeulen, Schepenen in Haarlem, oirconden, dat voor ons Compareerde den Inspecteur-Generaal der Nationale Domeinen, herkomende van den Vorst van Nassau E. Temminck, in qualiteit als by Besluit van Thesaurier-Generaal en Raaden van Finantien der Bataafsche Republiek van den 13= December 1803 N°. 24 en nader Besluit van dezelven van den 22"= Juni N°. 37 hiertoe speciaal geauthoriseerd en gequalificeerd ; Ende bekende de comparant alzoo en ingevolge van het Besluit van het Staatsbewind der Bataafsche Republiek van den April 1804 N°. 27, als
9'=
mede krachtens
het contract tusschen Thesaurier-
Generaal en Raaden van Finantien voormeld, en Wethouders der Stad Haarlem, als daar toe door den Raad derzelve stad expresselijk geauthoriseerd en gequalificeerd, op heden den 8= Ju!y 1804 aangegaan en geteekend en aan ons Schepenen geëxhibeerd, by deze van wege den lande, zonder betaaling van kooppenningen, in eenen vollen en vrijen eigendom af te staan, te cedeeren en transporteeren [in margine vrij van de 40= penn. ingevolge het hier in de text gemelde contract], aan en ten behoeve van de Stad Haarlem, het gewezene Raadhuis in dezelve stad, zoo als hetzelve thans is gesitueerd, en door of van wege de Stad Haarlem op den 11' Nov. 1800 aan en ten behoeve dezer Republiek is gecedeert. Ende bekende comparant in zijne voormelde qualiteit, dat hem van wege deze stad, ten behoeve van den Lande mede zonder betaaling van kooppenningen zijn ter hand gesteld en gecedeert, de navolgende schilderstukken, als: Het groote stuk met twee deuren, verbeeldende de Goden-Bruiloft, waarschynlyk door Cornelis Cornelisz. van Haarlem A° 1593. Een verbeeldende Adam en Eva, door dezelve in hetzelfde jaar. Een verbeeldende een gevecht op de Vuijcke of Haarlemmermeer door Vroom 1630 en Een thans hangende op het zogenaamde Princenhof binnen dezelve stad, verbeeldende een Magdalena-Beeld, geschilderd door een onbekend meester. Quiteerende mitsdien daarvoor bij deze ten vollen en absoluut zonder eenige reserve, met belofte dat het Land deze cessieën en opdragt en de Stad Haarlem deze afstand en overgifte ten allen tyde zal gestand doen, zoo als naar rechten behoord en vereischt word. Zonder Fraude, des t' oirconden is deze met het Stadszegel en de handteekening van onzen Secretaris bekragtigd; dezen 8'= July 1804. :
C.
Om
Testard.
de zaak duidelijk voor te stellen, zullen wij het een en ander citeeren uit een artikel van de hand van den archivaris van Haarlem, den Heer C. J. Gonnet, dat verscheen in de
.
79
Oprechte Haarlemsche Courant, Stads-Editie v. 9 Juli 1.1. II, onder het opschrift »Het Raadhuis te Haarlem". Tengevolge van de Staatsregeling van 1798 was het uitzicht geopend dat er te Haarlem een Departementaal Gerechtshof gevestigd zou worden, en de Stedelijke Magistraat, zeer begeerig naar de verwezenlijking hiervan, bood al vast aan een geschikt te zoeken. De Hooge Overheid wenschte dit Gerechtshof geplaatst te zien in het aloude Raadhuis, het vroegere
gebouw ervoor
Hof der Hollandsche Graven, en de Magistraat kon tegen dezen niet veel overzetten. 11 November 1800 werd het Raadhuis voor ƒ35.000 door de Municipaliteit aan de Bataafsche wil
Republiek verkocht. Men ging toen van staatswege al een en ander veranderen ten dienste der zittingen van het Gerechtshof, maar uitgeoefend is de rechtspraak er waarschijnlijk nooit. Immers in 1801 was er weer eene nieuwe staatsregeling gereed, die vele bepalingen der vorige te niet deed, o. a. de mogelijkheid van het bestaan van een Departementaal Gerechtshof te Haarlem. En zoo stond het Raadhuis leeg en verlaten. Het Stedelijk Bestuur voelde zich weinig behaaglijk in zijne nieuwe woning, het van
Mevrouw de Weduwe Mr. Reinier
Floris van Zanen aangekochte de St. Jansstraat (thans Gouvernementsgebouw, zuidelijk gedeelte), en hunkerde ernaar weer in zijn oude verblijf terug te komen. Maar het was verkocht en de noodige contanten ontbraken om het terug te koopen. Toen werd er onderhandeld en eindelijk kwam de hiervoren vermelde overeenkomst tot stand i).
huis in
de
6e
Rekening der Consentbilletten, van A°. 1805 2) vinden wij »Aan entrees nihil, aan subsidie per 6 Maart/5000. Geen uitgaven vooraankoop gedaan zijnde, zijn voor/ 5596 13. /8000 Nationale Losrenten tot 685/8 % door bemiddeling van W. Jochems & Zoon gekocht en dit krachtens de Resolutie van de Finantie Raad van 20 Febr. 1805, N°. i. Deze fondsen-inkoop was het gevolg van de hiervoren breed omschrevene transactie met de Municipaliteit van de stad In
:
—
Haarlem.
i)
Zie Bijlage VIII.
2)
Rijksarchief, Nass.
Dom.
9192.
—
8o Diefstal portret
van
een
door
van
lil
Mei 1805 had Cr ccn
diefstal
in
de Kunst-Galerij
plaats.
Dengene welke uit de Nationale Kunstgallery op het Huis in 't Bosch mogt genomen hebben zeker Ovaal Pourtraitje met een Yvoor bewerkte
Mieris.
verbeeldende Graaf Maurits Jan van Nassau, geschildert door VV. van hoog met dezelve lyst tusschen de 4 en 6 Duim, wordt verzogt, ten einde alle poursuites, en daar uit voor den Dader te proflueeren onaangenaamheden voor te komen, hetzelve ten spoedigste, op de aan hem goeddunkende wyze, weder aldaar te doen bezorgen; werdende inmiddels een iegelyk verzogt, om zo wanneer zodanig pourtraitje, of Yvoor bewerkte lyst ter koping of andersints mogt worden aangeboden, hetzelve aan te houden en daarvan kennis te geven aan den Bailliuw van Wassenaar en Zuydwijk, A. van der Does, wonende te Wassenaar. lyst,
Mieris,
Deze
annonce werd door bemiddeling van P. F. Gosse geplaatst in de Leidsche-, Utrechtsche-, Haarlemsche-, Amsterdamsche-, Rotterdamsche- en Delfsche Courant, voor een som van ƒ23.2. Het stukje is niet teruggevonden.
Sluiting
^"'"'j-
lier
Kunst-
Van
ingrijpende gevolgen
voor de Nationale Kunst-Galerij 20 Mei 1805 in de Haagsche Courant was te lezen »Naar men verneemt, heeft Zijne Excellentie den Heere Raadpensionaris sedert gisteren zijn intrek voor het zomer-saisoen genomen op de Oranje-zaal, doorgaans genoemd Het Huis in 't Bosch".
was het
bericht, dat
:
Reeds van
12
Mei af was het logement voor het publiek
gesloten.
Alvorens voor goed afscheid te nemen van het gebouw dat de Kunst-Galerij tot dusverre geherbergd had, nog een paar woorden dienaangaande. Bij Secreet Staatsbesluit van 27 Aug. 1805 L* D. werd Everhardus Temminck belast met de intendance van alle de voorwerpen i) specteerende het approprieeren van het hotel bestemd tot verblijf van den Raadpensionaris. Hij leverde daarover eene rekening en verantwoording in, die wat de voor dit doel tot Juni 1807 ontvangen gelden betreft, de som bedroeg van ƒ 325.880 14 12. De uitgaven tot 17 December 1807 bedroegen ƒ 327.229 8 8, dus ƒ 1348 13 12 meer dan de
— — ——
— —
ontvangsten. Kon. Deer. v. 9 Juni 1806 werd J. D. N. van der Trappen, vroeger van Temminck, toen zijn schoonzoon, bij afwezigheid van den tot diens plaatsvervanger benoemd. Nass, Dom. 475,
i) Bij
assistent klerk laatste
DE BESOGNE-KAMER TE •sGRAVENHAGE. TEEKENING VAN
G.
TOORENBURG
IN
HET GEMEENTE-MUSEUM
TE 's-GRAVENHAGE.
8i
Deze uitgaven betroffen arbeidsloonen, reparatiën en van meubelen. Wat de uitgaven voor kunstdoeleinden wij op die rekening de posten:
leverantie
betreft, releveerden
Aan P C. Huybrechts voor schoonmaken, retoucheeren en vernissen der Oranjezaal en koepel tot ultimo Maart 1806, mitsgaders van alle de overige schilderijen /1803. Aan Cs. van Cuylenborg voor het schilderen van twee groote deurpaneelen en twee handen in
De
't
wit,
op een gouden grond /481
1).
rekening werd door de Rekenmeesters voor de Adminider Nationale Domeinen gearresteerd op 25 Januari 1808.
stratie
Mei konden de Hagenaars
hun Courant het bericht 't Bosch is getransporteerd naar het lokaal, waarin te voren het Cabinet van Schilderijen van den Vorst van Nassau is geplaatst geweest 31
vinden;
en
»De Nationale
zal a.s.
Op
in
Kunstgalerij van het Huis in
week wederom
te bezichtigen zijn".
dienzelfden datum, 31 Mei 1805, werd
in
van den Raad van Finantiën een extract gelezen
de Vergadering uit
het Register
der Besluiten van 24 Mei 1805, N°. 49, waarbij eene instructie was gearresteerd voor den Raad van Finantiën. Zij bes ond 25
uit
artikelen
en was door den Raadpensionaris Schimmel-
Alleen artikel 15 dezer instructie is van belang voor ons, daar het betrekking heeft op de administratie der Nationale Kunstgalerij. Het luidde: «Zoolang »de Administratie der Nationale Domeinen van den Vorst van «Nassau op den tegen woordigen voet zal verblijven, zullen de
pennink bekrachtigd. relatief
«rekeningen
der
comptabelen worden opgeDat wilde zeggen, dat de administratie
onderscheidene
nomen en gesloten"
i).
voorloopig ongewijzigd zou blijven. In
de maand Juni van 1805
verliet
ook Waldorp het Huis
Wegens gemis van te gaan wonen. werd hem door den Secretaris van Staat van de Finantiën een vergoeding toegekend tot en met ultimo Juni 1806 ten bedrage van /132 — 10 2). in
't
Bosch,
om op kamers
huisvesting
i)
Rijksarchief, Nass.
2) Rijksarchief, Nass.
Dom. Dom.
211
fol.
9192.
304.
verhuizing
n
het Buitenhof,
82
De verhuizing van de Galerij was een gereede aanleiding om de schilderijen eens goed na te zien, of ze ook herstelling of reiniging noodig hadden. Vele posten, juist nu daarvoor uitgetrokken, wijzen er op, dat dit ook geschied is. Zoo lezen we, dat in Juni 1805 Cornelis van Cuylenburgh de twee schilderijen met honden en vossen van Ruthard voor ƒ 20. »schoonmaakte en bijhielp", terwijl mede nog in dit jaar door P. C. Huybrechts een groote schilderij van P. Zegers voor ƒ 15 15 werd «vernist, schoongemaakt en in orde gebracht". Op veel grooter schaal werden deze werkzaamheden in het begin van het volgende
— —
jaar voortgezet.
3 Jan.
1806 werd besloten:
den Thesaurier en Ontvanger-Generaal A. C. Molière te authoriseren zoo als geschiedt by deze, om aan den Secretaris van Staat Gogel uit het fonds der Consentbilletten tot het bezigtigen van het Nationale KunstKabinet uit te reiken eene somma van twee duizend guldens ter voldoening van kosten besteed tot het schoonmaken van schilderyen enz. aan het gezegde Kunstkabinet behoorende etc als in voorgaand extract i).
De som van / 1075— 2, die 5 Maart 1805 aan Temminck was toegestaan voor het schoonmaken van schilderijen, werd eerst 25 Maart 1806 uitbetaald, gelijk blijkt uit het Verbaal der Handelingen van den Secretaris van Staat voor de Finantiën,
N°. 214 (N°. 12 fol. 718). Van gedetailleerde rekeningen der restaurateurs hebben wij er slechts ééne, die wij hieronder mededeelen. Restauraties 1806.
P-
C.
Huybrechts leverde
nl.
dit jaar
een nota
in
voor het
schoonmaken en repareeren der onderstaande stukken op de Nationale Kunstgalerij boven de Besoignekamer, voor een bedrag van 912
—
10.
Schoongemaakt, overgespannen, geretoucheerd eene groote schildery door Keiler, voor het
Oude
Hof.
De twee
graven van Egmont en Hoorn door Mierevelt geschilderd, schoongemaakt, aan beide de overschilderde achtergronden afgehaald, de naden gestopt en geretoucheerd. Het portret van den Raadpensionaris Cats door Mierevelt, schoongemaakt, twee naden gelijmt, gestopt en geretoucheerd. De slag op het Slaak of zoogenaamde Mosselslag door S. de Vlieger, schoongemaakt, de differente overschilderde luchten afgehaald en geretoucheerd. De geestelijke schildery door Fluweelen Breugel schoongemaakt, de overschilderde lucht en water afgehaald en de naden geretoucheerd.
i)
Rijksarchief,
Extract uit het Verhaal der Handelingen van den Secretaris
van Staat voor de Financiën.
83 Het portret van van Nes door de Jong, het overschilderde van de tronie afgehaald en geretoucheerd. Willem en zyne zuster in hun kindsche jaren door Ant. van Dyck, schoongemaakt, de heele overschilderde lucht en voorgrond afgehaald en geretoucheerd. De groote schildery van Amiconi, verdoekt, schoongemaakt, het overschilderde afgehaald en geretoucheerd. De groote schildery van Cornelis van Haarlem verbeeldende Adam en Eva, schoongemaakt, het overgeschilderde afgedaan en geretoucheerd. De Magdalena van Titiaan, schoongemaakt, het overschilderde over de geheele schildery afgedaan, hierdoor deze schildery tot haar vorige originaliteit en waarde gebracht, verder vast gezet en geretoucheerd. De Magdalena van Carel Maratti, behandeld als de voorgaande schildery; hiervan was al het naakt overgeschilderd. Het oordeel van Paris door Parmesiani, hetwelk in 't geheel overschilderd was, in zijn vorigen staat gebracht.
De Heilige familie door Barocius, schoongemaakt, het overschilderde over de geheele schildery afgedaan en geretoucheerd St. Jan door Coxi, schoongemaakt, het overschilderde afgedaan en geretoucheerd.
Het landschap van Wulfraet, schoongemaakt en geretoucheerd. Jan van Schorel, al de zwarte doorgeslagen stippels over de geheele tronie en hals weggemaakt De gast zonder bruiloftskleed door G. van den Eeckhout, verdoekt, schoon-
De Magdalena van
gemaakt, gestopt en geretoucheerd.
De
slag
op de Haarlemmermeer, schoongemaakt, de verschillende gaten
en geretoucheerd. levende vogels van Hondecoeter, schoongemaakt, het overschilderde afgedaan en geretoucheerd. Het binnenhuis door Dou, schoongemaakt en vernist. De kerk van van Vliet, schoongemaakt en over de geheele schildery de doorgeslagen lucht uitgewerkt. Het groote Godenfeest door Cornelis van Haarlem, schoongemaakt het overschilderde afgedaan en geretoucheerd De zee door Cobel, schoongemaakt, al het overschilderde over de geheele schildery afgedaan en geretoucheerd. De groote Magdalena van Antonie van Dyck, verdoekt, het verschilderde over het geheele naakt van haar en het kind afgehaald, verder schoongemaakt en geretoucheerd. Aan deze 25 meest alle zeer groote schilderyen gewerkt sedert 27 Juli 1805 tot en met 14 Februari 1806, gedeeltelyk met drie personen en meestal met vier personen uitgenomen drie i vier dagen dat het Nationaal Cabinet verhangen is en heeft P. C. Huijbrechts hier aan verdiend een somma
gestopt, het verschilderde afgedaan
De
van
/912— 10. 'sHaage, 15 Februari 1806. Voldaan 25 Maart 1806.
Aangekocht werd er in den eersten tijd na de verhuizing Aankoopen Wij vonden op de Rekening der Consentbiljetten '805/06. over 1805/06 uitgetrokken- een Storm aan de kust, door Ludolf Het aan boord Backhuysen, gekocht van Roos voor ƒ3500.
slechts weinig.
—
,
.
84
gaan van Jan de kocht van C. Josi gekocht van den van Roos. Deze
Witt, eveneens door Ludolf Backhuysen, ge-
voor/ 2200. —
,
en acht diverse schilderijen, volgens taxatie / 5400.
—
heer George voor acht
schilderijen
zijn
,
jammer genoeg
niet
geweest de volgende vier stukken Jacques van Schuppen. Portret van prins Eugenius van Savoie (ƒ500. ), Frans Francken, Allegorie op den troonsvan Goyen, Het afstand van keizer Karel V (/2550. ), Jan Valkhof te Nijmegen i) (/300. ), en Johan van Huchtenburgh, Stellig
gespecificeerd.
zijn
er bij
:
—
—
—
—
Ruitergevecht (/300. ). Nog werd in 1805 een groote zilveren kan en schotel op de Galerij geplaatst, na door den zilversmid F. Simons voor 9 10 in orde te zijn gebracht.
ƒ —
Geschenk Trip— Limburg Stirum.
V.
Eindelijk werdcn
—
15 Juni
1805 door den heer en
Xrip van Limburg Stirum de portretten van Egmond en Hoorne geschonken, die echter gebleken zijn voor te stellen een nog onbekend krijgsoverste en Justinus van Nassau.
Ook
Aankoopen ''*°^-
in
mevrouw
in 1806 waren de aanwinsten niet groot. werd door P. C. Huybrechts voor f 2 1 Mei het door 3 Aved geschilderde portret van Willem IV geleverd. de portretten van Jan 17 Sept. door denzelfde voor ƒ 132. en Cornelis de Witt, door Jan de Baen, en het portret van Maria van Reygersberg, 29 Nov. voor / 80. door David Bailly. Merkwaardigerwijze staan op de rekening over 1806 ook twee betaald aan Waldorp, voor de copieën posten, ieder van ƒ80. naar de portretten van Cornelis Tromp en echtgenoote, door Johannes Mytens, en van Maerten Harpertsz. Tromp en echtgenoote, door Mierevelt. Er blijkt daarentegen wel het een en ander verkocht te zijn. Op de rekening over 1806 komt onder de inkomsten voor: Verkoop aan Silversmid Simons .
1
—
—
—
—
31 I
Maart: April
:
15 i
,
zilveren in onbruik geraakte zegels: dito
van
van Cuyk
_/"
104.
—
de gewezen Leenkamer »
i) Deze schilderij is niet, zooals de catalogus van 's Rijksmuseum gekocht op de verkooping der collectie van der Pot in 1808.
5
—
15.
meldt
85
Lezen we, met dit voor oogen, eens den 14 Juli 1806 aan Gogel schreef:
brief, dien
Roos
WelEd. Heer. Hiernevens hebbe de eer UEd. te zenden 3 Catalogussen, waarvan een aangehaald. Indien UwEd. somtyds mogten goedvinden een of andere schilderye te limmiteeren gelieven UwEd. zo goed te zyn my zulks bytyds te melden. Ik durf my niet vleyen UwEd. op de zogenaamde kijkdagen hier te zien, alsdan zouwde UwEd. de verbetering der stukken kunnen zien en over het limitteren kunnen spreken, want is de Morillos egt dan zouw men hem tot een zeekere hoogte kunnen pousseren, het is de eerste, die ik verkoop, dus weet er de waarde niet van en 't was te wagen om hem ten minsten voor geen bagatel te laten lopen dan is er 5 per cent verbeurd en mogelijk gelegenheid om hem naderhand of met een klyn verliesje of voor geld van de tegenbieders kwijt te raken ; dit gaat egter niet zeeker 't eigen ;
door.
UwEd.
ook het
Uwer
Schilderyen in de Catalogus niet nommers door hun al te geringe qualiteit onbezigtigd op de verkooptafel komen en als extra verkogt worden, hebbende de ondervinding geleerd, dat zij alsdan wel zo veel gelden als dat zy ten toon hangen en de goede stukken als overbluffen.
vinden.
zullen
De reden
volle getal
hiervan
is,
dat er in de 80
UwEd. kunnen er staat op maken dat ik in alles myn best zal doen om UwEd. stukken i) zo hoog mogelyk aan de man te brengen zo maak ik ook staat op UwEd. goede intentien mywaarts omtrent de Kunstgallery te meer daar ik verneem dat Zijn Majestyt een voorstander der kunst is. Na myn Compliment ook aan Mevrouw gemaakt te hebben tekene my met de meeste Hoogachting
UwEds. Dw. Dienaar C. Roos.
Gogel had dus weer een werkzaam deel der museumszaken genomen.
in
2)
de behandeling
Lodewijk Napoleon als Koning van Holland traden echter weldra geheel andere toestanden in het
Met het optreden van
leven.
Door den Koning werd bij Decreet van 20 Nov. 1806 3) een commissie benoemd, bestaande uit de heeren Meerman van Dalem, van Styrum, Flament en Thibault, Controleur der gebouwen, die, geholpen door een Auditeur, moesten nagaan wat er in Frankrijk op het punt van wetenschappen en schoone kunsten bestond. Bij 't zelfde decreet benoemde Z. M. een i)
Zie Bijlage DC.
2)
Dossier Burger.
3)
Jaarb. uitgek in i8io, i' deel voor 1806.
:
:
86 Directeur-Generaal van de voorwerpen die wetenschappen en kunsten betroffen, welke met het oppertoezicht, het bestuur en de aanmoediging der kunstenaars, en het beheer der uit-
gaven belast zou worden; ook kreeg
hij
het beheer over de
bibliotheek.
22 Nov. 1806 volgde reeds het Koninklijk Besluit N°.
i
1. La Bibliothèque Royale sera établie dans l'Hótel appellé jusqu' ici Hotel du Prince Maurice, lequel nous destinons exclusivement k eet objet. 2. Le Musée restera établi dans Ia maison, oü il se trouve actuellement Cette maison devrait servir uniquement k cette fin; la partie, qui en est occupée actuellement a d'autres usages, sera évacuée d'ici au premier du mai de l'année prochaine. Le Ministre des Finances, le grand-mahre de notre maison et le 3. Directeur-Général du musée sont chargés chacun en ce qui Ie concerne de
l'exécution
Donné a
du présent
décret.
notre Palais Royal de la
Haye
le 22
novembre de
l'an 1806.
Louis.
De
werkkring van den Directeur-Generaal werd daarna
bij
Koninklijk Besluit van 22 Jan. 1807 vastgesteld:
De
Directeur-Generaal der schoone kunsten, heeft het oppertoezicht over Museum, en der Museums en Kabinetten, welke zich in de
het Koninklijk
Departementen bevinden. De Museums zullen eiken Saturdag om niet voor het Publiek open zijn, en dezelven zullen dagelijks, en mede om niet, voor de Kunstenaars open staan. Er zal in het Museum eene zaal voor de werken, door kundige schilders, overeenkomstig de voorschriften vervaardigd worden geopend, en daarboven een Kabinet, waar men bekroonde stukken der kweekelingen, waar op dezelve naar Parys of Romen zullen gezonden zijn, zal
Huitman
aange- Bij
steid
Direc-
tot
sThoonrKunsteT.
bewaren.
hetzelfde
decreet werd
tot
Dirccteur-Generaal
—
Apostooi teert
soiiici-
voor secre-
Meerman van Dalem aangesteld
van het Openbaar Onderwijs en Wetenschappen, en 23 Jan. G. Huitman tot Staatsraad en Directeur-Generaal van Schoone Kunsten, op een tractement Waarschijnlijk bij deze gelegenheid schonk van ƒ4000. Huitman het portret van Oldenbarnevelt door Mierevelt. 2 Febr. 1807 Solliciteerde Cs. Apostool voor SecretarisGeneraal
yverd
.
taris-Generaal.
Au Roi Sire
Depuis longtems les Beaux Arts languissent sans appui et sans encouragement dans notre patrie, lorsque Votre Majesté ranimant et vivifiant toutes les sources de l'industrie nationale a daigné jetter un regard bienveillant sur cette partie, si digne de fixer l'atteDtion du Souverain, surtout dans ud pays
87 fécond en talens célèbres, qui vont rcnaitre avec un nouvel auspices puissans de V.
éclat,
M
sous les
Les dispositions favorables qui Mr. Hultman honoré par V. M. du titre de Directeur des Beaux-Arts a bien voulu me témoigner m'engagent è, reclamer Sire, la gra^e d'etre désigné Secretaire-Générai de cette Direction. L'expérience et les connaissances que j'ai acquises, pendant un long séjour en divers pays, que j'ai eu lieu d'observer avec tout l'enthousiasme d'un véritable ami des arts me donnent l'espoir d'obtenir une décision favorable de V. M. Permettez moi Sire d'y ajouter qu' après un service d'onze années je me trouve actuellement sans emploi — Ayant obtenu en récompense des avantages que j'ai été dans Ie cas d'assurer au commerce de ce pays, la charge honorable de CommissaireGénéral du Commerce en Angleterre, je n'ai pu jouir de cette place que peu de tems, la guerre mettant fin k toutes les relations politiques et commerciales.
C'est alors
pour
que
Ie
Gouvernement m'a conferé
la
charge de Commissaire
prissonniers de guerre, et je saisisais avec empressement l'occassion de réunir tous mes efforts pour sauver autant que possible les débris du les
commerce que
cette catastrophe funeste et les injustices de ennemi avoient maïs les soins que je prenais alors pour les interets de mon pays, les proces que j'ai du entamer pour reclamer nos batimens détenus en Angleterre avant la déclaration de guerre, m'ont enfin procuré mes passeports du Gouvernement Anglais. De retour en Hollande, deux ans se sont écoulés jusqu'i ce que Ie gouvernement voulant encore avoir égart k ma personne me confia la charge de Secrétaire du Gouvernement-Général des possessions Hollandaises dans l'Inde, place qui avec les promesses que j'avois regues auroit pu me dédommager de toutes les pertes que j'ai essuyé. Enfin en conséquence des ordres que M"'. van Grasvelt a regu de V. je me trouve encore déchu des espérances que j'avois osé concevoir; en voyant finir de nouveau la carrière ou j'étais d peine entre Je me suis permis Sire de presenter eet exposé de mes services k V. M. J'aime k croire que dans les divers emplois dont j'ai été honoré et que je n'ai quittes que par Ie concours des circonstances, j'ai toujours rerapli avec zèle les devoirs de ma place. C'est donc encore k ce titre que je viens solliciter la bienveillance de V. M. Je suis avec Ie plus prolond respect Sire de V. M. 1
causé,
M
,
Le
tres obéissant et
Fidele Sujet
Cs. Apostool.
De „Directeur-Général des Beaux-Arts" Hultman, gaf ii Febr. 1807 een zeer gunstig rapport aan den Koning op dit verzoekschrift. Hij bevestigt daarin de niededeelingen door Apostool gedaan, doch
wij
zullen
hem
woordelijk citeeren,
om
aan
te
toonen hoe zijn oordeel over Apostool luidde: convient en tout sens k M'. A., qui, lui même connaisseur des beautés de son art, est a même d'assister par son travail, et aider par ses conseils le Directeur Général dans la formalion et organisation d'un département, qui est absolument neuf".
•Le Secrétariat
artiste distingué et
qu'il désire
:
88
De
apostille
van Koning Lodewijk Napoleon op deze warme
aanbeveling luidde »I1 n'y aura pas de Secretaire des Beaux-Arts, du Directeur-Général pourra faire ce travail.
etc.
Le
Le
Secrétaire particulier
20 fevr. 1807
Louis
i).
De
nieuwe Directeur-Gcneraal, Mr. Carel Gerard Hultman, ^y^^ te Zutphen geboren, had als politiek persoon zijn sporen reeds verdiend. In de rumoerige jaren die aan de omwenteling van 1795 voorafgingen, was hij weinig op den voorgrond getreden en hield hij zich, buiten de beslommeringen van het Griffierschap bij het Provinciaal Hof van Gelderland, voornamelijk bezig met oudheidkundige onderzoekingen. Na de omwenteling werd hij Lid der Nationale Vergadering, en 22 Jan. 1798 deelde hij met vele andere gematigden de onderscheiding, met het Huis in 't Bosch als staatsgevangenis kennis Later bekleedde hij nog verschillende aanzienlijke te maken. betrekkingen, als Secretaris-Generaal van het Uitvoerend Bewind, Algemeen Staatssecretaris, enz-, tot hij uit zijn rust op een buitenplaats onder Rijswijk door Lodewijk Napoleon tot zijn nieuwen werkkring geroepen werd. Bij de aanvaarding van zijn ambt kreeg hij eene instructie Instructie van den Direct.-Generaai. jn 21 artikelen, die wij hieronder in extenso wedergeven: Carei Gerard
Huitman.
jq
jy|j
22 Januari 1807 N°. 66.
Lodewijk Napoleon, door de Gratie Gods en de Constitutie des Koningrijks, Koning van Holland Wij hebben gedecreteerd en decretercn:
Er
zal
Art I. een Directeur-Generaal der Schoone Kunsten Art.
zijn.
2.
met het bewind het oppertoezigt en het onderhoud van het Museum, en der Museums en Kabinetten welke zich in de Departementen bevinden, belast zijn. Hij
zal
Koninklijk
Art
3.
met het bestier der jaarlijksche uitgaven, welke dienen moeten tot onderhoud der verzamelde stukken; mitsgaders tot de verzorging der Museums en Kabinetten, en voor de aanmoedigingen welke de Kunsten noodig hebben. De uitgaven zullen in de begrooting van het Ministerie van Binnenlandsche Hij
zal
insgelijks
zaken begrepen i)
belast
zijn
zijn.
Rijksarchief, Staatssecretarie, Port. N°. 340.
Mr.
CAREL GERARD BULTMAN.
PHVSIONOTRACE DOOR GONORD.
89 Art. 4.
om de beste meesters in alle vakken, welke zich in het Koningrijk bevinden, en in hetzelve geboren zijn, te ontdekken. Hij zal ons de middelen voordragen, om hen herwaarts te lokken, wanneer dezelve ergens elders woonachtig zijn. Hij zal de noodige nasporingen doen,
Art. 5.
Hij zal ons jaarlijks een verslag voorleggen van alles wat onder zijne directie gedaan is, en van het gene nog te doen overig is. Art. 6.
Hij zal onder zijn opzigt
doen uitgeven een Journaal van Schoone Kunsten,
het welk maandelijks zal uitkomen. Art.
7.
de Akademie der Schoone Kunsten, welke opgerigt zal worden ten gevolge van eene Voordragt, die hij Ons in den loop van dit jaar zal aanbieden, en in welke Akademie geene andere dan Kunstenaars, welke waardig zijn met anderen van naburige Landen, naar den prijs te dingen, zullen worden aangenomen. Hij
zal
Voorzitter zijn van
Art. 8.
onderwerpen aan de beste nationale schilders worden opgegeven; hetzelfde onderwerp zal aan onderscheidene derzelve nationale schilders worden opgegeven. Het beste stuk zal den prijs ontvangen, de overige blijven den eigendom van derzelver makers. zullen er
Jaarlijks
Art. 9.
Ten einde den Staat der Kunsten in het Rijk te kennen zal er in de maand Augustus des aanstaanden jaars door de Akademie een prijs van ƒ3000 worden toegewezen voor het beste stuk van Vaderlandsche Geschiedenis een van gelijke waarde voor het beste beeldhouwwerk een prijs ;
;
van ƒ 2000 voor het beste Klassiek-stuk (Tableau de Genre), een van dezelfde waarde voor het beste Landschap of voor het beste stuk met Dieren, en eindelijk een voor het beste Graveerwerk. Bijaldien geene der Stukken den prijs behaalt, zal de uitspraak naar denzelven tot het volgende jaar uitgesteld worden, maar intusschen zullen de Werken in het geheim bij de Akademie bewaard worden, om daar naar den voortgang der Kunsten te beoordeelen. Art. 10.
twee jaren zal men aan dengenen, die het beste akademiebeeld levert, eenen prijs van Schilderkunst, eenen van Beeldhouwkunst, eenen van Bouwkunst, en eindelijk eenen van Graveerkunst uitdeelen, ten gevolge van een Reglement, het welk ons door den Directeur- Generaal der Schoone Kunsten zal voorgedragen worden. Alle
Art. II.
Deze
vier Prijzen zullen in de
maand Augustus door den
Directeur-Generaal,
en volgens de manier, die hieromtrent zal worden bekend gemaakt, worden uitgedeeld aan jonge lieden, welke adspireren om als Kwekelingen bij de Akademie aangenomen en onderhouden te worden.
90 Art. 12. Instructie
van den
Direct.-Generaal.
Te
Parijs
en
te
Romen
jn elk dezer steden moeten
zullen acht zij
Kwekelingen onderhouden worden.
twee jaren doorbrengen.
Die gene, welke den Prijs behalen, zullen in het vervolg naar Romen en gezonden, en twee jaren in ieder dier steden onderhouden worden, zoo dezelve voldoen aan de Voorwaarden, welke hen zullen worden opgelegd. Voor dit jaar zullen er terstond vier dier Kwekelingen gekozen worden, onder de meest belovende jongelieden; de vier overige zullen die genen zijn, welke de Prijzen der Akademie zullen behalen. De Directeur-Generaal zal ons hieromtrent een voorstel doen. Parijs
Art. 13.
Op
Augustus zullen de Prijzen door de Akademie toegewezen worden, overeenkomstig den voet, welke bij het reglement zal worden bepaald. Indien niemand den Prijs behaalt, zullen de Prijzen tot het volgend jaar verschoven worden. Indien het getal van acht Kwekelingen in een jaar niet mogt kunnen worden voltallig gemaakt, zal dezelfde mededinging het volgend jaar plaats hebben, ten einde het getal van acht in den loop van dat jaar te vervullen. De gemelde Kwekelingen zullen nu ten getale van acht voor Parijs of Romen worden voltallig gemaakt, maar in het vervolg zullen dezelve alle twee jaren niet dan voor de helft vervangen worden, ten einde ieder hunner vier volle jaren afwezend blijven.
den
I
Art. 14.
de redactie van het Journaal der Schoone Kunsten zal voornamelijk worden in 't oog gehouden, dat daardoor alle de Schilderstukken der oude Hollandsche school bekend worden, in welke landen dezelve zich bevinden, voorts dat de namen der Schilders worden opgegeven, en de verdiensten van ieder werk gekend worden. Men zal zich daarbij wijders toeleggen om de meest beroemde Schilders der Oudheid, die van onzen tijd en diegene, welke tot luister der Vlaamsche school gestrekt hebben, bekend te maken. Het zelve Journaal zal tevens berigten mededeelen aangaande het gedrag en de vorderingen der Kwekelingen te Romen en te Parijs. Bij
Art. 15.
De
Directeur-Generaal zal ons jaarlijks een Voordragt doen opzigtelijk
het employ der Somme, die op de Begrooting voor het Ministerie van Binnenlandsche Zaken voor de Schoone Kunsten zijn geconsenteerd. Art. 16.
Hij
zal
eene verzameling der beste Pleister-beelden doen bijeenbrengen. Art. 17.
By de Schilder-Akademie
zal
worden opgerigt een Teekenschool naar het bij het Reglement zal worden
Model, overeenkomstig het geen daaromtrent bepaald. Art. 18.
De Museums
om niet voor het Publiek open zijn, om niet voor de Kunstenaars open staan.
zullen eiken Zaturdag
en dezelven zullen dagelijks en mede
Art. 19.
Onverminderd de mededinging der Kwekelingen
zal er alle twee jaren eene tentoonstelling van Werken van Nationale Kunstenaars plaats hebben. Dezelve zal voor elk open zijn, en in den loop der maand Augustus plaats hebben.
91 Art. 20.
Er
Museum een
de werken door levende Schilders, overeenkomstig de Voorschriften vervaardigd, worden geopend, en daarenboven een Kabinet, waar men de bekroonde stukken der Kwekelingen, waarop dezelve naar Parijs of Romen zullen gezonden zijn, zal bewaren. zal
in
't
zaal voor
Art. 21.
Onze Minister van Binnenlandsche Zaken en de Uirecteur-Generaal der Schoone Kunsten, bij ons Decreet van heden N°. 58 benoemd, zijn ieder voor zoover hun aangaat, met de uitvoering van dit Decreet belast. Gegeven in ons Koninklijk Paleis in den Haag den 225'=° Januari 1807, en van onze Regeering het eerste. (Geteekend) Louis. (Onder stond) wegens den Koning Minister Secretaris van Staat (Geteekend) W. F. Roell.
Zeer ernstig vatte Hultman zijn taak op en verschillende maatregelen getuigen van zijn goeden wil. 18 April 1807 publiceerde hij in twee talen een adres aan zijn landgenooten, om ze op te wekken tot het beoefenen en liefhebben van de kunst. Samen met Meerman, den Directeur-Generaal van het Openbaar Onderwijs, zou hij, ingevolge Decreet N". 25 van 18 Maart 1807, zorgen voor de samenstelling van een in twee talen uitgegeven «Jaarboek der Wetenschappen en Schoone Kunsten in het Koningrijk Holland onder de regeering van Lodevvijk Napoleon", en dit ter vervanging van de Journalen vermeld in de artikelen 6 en 14 der instructie voor Hultman van 22 Januari 1807, N°. 66, waarvan maandelijks een deel zou verschijnen. Bepaaldelijk werd vermeld, dat de voornaamste verkoopingen van schilderijen, beelden enz. er in opgenoemd zouden worden. Aankoopen zijn er, voorzoover we konden nagaan, gedurende het bestuur van Hultman niet gedaan. Over aanbiedingen kan hij overigens niet te klagen hebben gehad. Een extract uit de decreten van den Koning, van 7 Aug. 1807, deelt bv. de Aanbod collectie Luden Bonaparte. volgende aanbieding mede: Overgelegd zijnde een Catalogus van diverse waarop dezelve waren geëvalueerd;
schilderijen
met de
prijzen,
Is besloten dezelve Catalogus te renvoyeeren aan den Directeur-Generaal der Schoone Kunsten ten einde dezelve te examineeren, en Z. M. daaromtrent, na Hoogst derzelver terugkomst te dienen van rapport
Dit besluit was den Directeur-Generaal toegezonden. stuk vermeldde deze ambtenaar:
Op
het
92 In September heb ik Zijne Maj. bij zijn terugkomst hierover onderhouden mijne opinie over de kosten (1.076.000 francs) en de onmogelijkheid Z. der berigting gouteerende, heeft mij gelast het stuk in 't Archief te bewaren.
en
M
,
om de hem aangebodene collectie, bestaande uit 99 schilderijen en 2 beeldhouwwerken, te koopen, doch voorgelicht door den raad van den Directeur, deinsde hij ten slotte voor de hooge uitgave terug. De Koning had
1
klaarblijkelijk
Claude Lorrain, landschap met Liber Veritatis
groote
figuren,
lust
gegraveerd in het fi
Wouwermans, Landschap met paarden en
figuren...
2
Ph.
4
Domenichino, Marteling van den H. Stefanus, gegraveerd in de Galerij van Orleans
18000 6.000
6.000
5
g
De Heem ^
„
1
j
,,
,
Beesten, Vruchten en
15.000
4.000
„,
Bloemen
4.000
I
10.000
g 9
Landschappen met Watervallen
^
10.000
I
Claude Lorrain, de Vlucht naar Egypte, vroeger
in
de
Galerij Colonna, gegrav. in het Liber Veritatis
10 11
L v. Ostade, Landelijk feest, meesterwerk,Galerij van Turijn. A. Cuyp en van der Meer, Landschap met figuren en
20.000 12.000
13
beesten Salvator Rosa, Landschap, Galerij van Orleans Guido Reni, H. Cecilia, Galerij Borghese, gegrav. door
14
Le
15
17
Guido Reni, Christus G. Dou, De gierige oude vrouw, Galerij van Turijn Rubens, de Triomph van Silenus, Cabinet Dutartre,
18
Paul Potter, Landelijk tafereel
8.000
19 20
Jouvenel, De Presentatie in den Tempel, gegr. door Loir. Primatice, De Rechtspraak van Otto den Groote
6.000
12
A. Pietrini Sueur, het
in
16
15.000
Wonder van
St.
Paul, gegrav.
door Massard
de Galerij Robillard
gegrav. door Delaunay
Champagne, De Aanbidding der herders
21
Ph.
22
Jordaens, De mand met vruchten Vernet, Het onheil op zee, gegrav. door Nicolet
23
10.000
10.000
10.000 7.000
8.000
24.000 6.000
6000 8.000
9.000
29
Guerchino, Christus en de Samaritaansche Perugino, St. Augustijn Giorgione, De Kruisafneming André del Sarto, Leda, gegr. in de Galerij van Orleans. Verboom, Landschap met vee Parmesan, Endy mion
30
Stella,
31
Sassoferrate, Heilige Familie
6.000
32
Guerchino, Endymion
7.000
33 34
Vernet,
35
Velasquez, Vrouwenportret
24 25 26 27
28
Geboorte
De
watervallen van Tivoli
Morillos, St. Augustijn de Drieëenheid bespiegelend
6.000 6.000 9.000 8.000 5.000
8,000
5.000
9000 15.000
7.000
93 36 37
38
39
40 41 42 43
44 45 46 47 48
49 50 51
52
53 54 55
Annibale Carrachio, De Drie Maria's op het graf, Galerij van den hertog de la Torre, gegrav. door Roullet Sebastiano del Piombo, Portret van een Hertog van Urbino Cario Dolci, Portret van Savonarola Rembrandt, Portr. van Coppenol, gegrav. door Rembrandt, en een zijner zeldzaamste platen Van Dyck, De guitaarspeler gegrav in het kabinet Choiseul Greuze, Studie van een meisje Albani, Heilige Familie, Galerij van Orleans Ribeira, De Heilige Jeronimo Nic. Poussin, De Heilige Familie Titian, Het portret van den doge Priuli Paolo Veronese, Venus de Liefde ontwapenende Greuze, De Heilige Maria uit Egypte Alexander Verone, Het beeld van Europa Tintoretto, Het portret van kardinaal Bembo G. Lairesse, Dansende kinderen Baroccio, Het portret van den tyran Cavalca Vernet, De storm (kleine) Weenix, Het schuitje, gegrav. in de Galerij van Vlaamsche Schilders door Lebrun Alessandro Allori, Venus de Liefde ontwapenend, gegrav. in de Galerij van Orleans Schidone, De foltering van St. Sebastiaan, Galerij van
Modena
73
Diana en Calisto Canaletto, Gezicht op Venetië Guaspre Poussin, Mercurius en lo, landschap Lenain, Interieur van een hut. Leonardo da Vinci, Magdalena. Ambrosiaansche Biblioth. Rubens, Het portret zijner gemalin, Cabinet Dutartre... Morillos, Het portret eener Andalouzische. Van Dyck, Het portret van Rubens Holbein, Het portret van Frans I Raphael Sanzio, Het portret van den Fattorino Morone, Sint Vincent de Paul Leonardo da Vinci, De Zedigheid en de IJdelheid Ridder Liberi, Het portret van een edelman G, Ziesel, Bloemen op glas geschilderd Van Mol, Diogenes die een man zoekt. Meesterstuk Gerard v. Lairesse, De drie engelen bij Abraham. Meesterstuk, gegrav. in zijn werk Dominichino, Het beeld van Sint Agneta Annibale Carrachi, De opstijging der Maagd, Galerij van
74
Lahire,
56 57 58
59
60 61
62 63
64 65
66 67 68
69 70 7
1
72
Titian,
.
Orleans
75
76
fr.
20.000
»
8.000
»
4.000
»
5.000
»
8.000
»
3.000
»
6.000
»
6.000
•
8.000
»
4.000
>
5.000
>
6.000
»
5.000
»
4 000
»
6,000
»
5.000
»
6.000
»
7.000
>
15.000
>
8,000
>
9.000
>
2,000
»
3.000
»
7,000
»
12.000
»
9.000
000
»
7
»
8.000
»
10,000
>
15.000
•
6.000
»
20.000
»
7.000
>
4.000
>
12.000
»
10.000
»
5.000
>
8.000
»
12.000
»
15.000
»
15,000
De
kindermoord, zoogenaamd met de beeren. Meesterwerk Albano, Quos ego of de Zegenpraal van Venus op de zee, gegrav. door Aveline, Cabinet Dutartre Titian, De foltering van Sint Pieter, Galerij Comaro te Venetië
..
94 Aanbod
collectie
Het Mirakel van Jezus te midden der Farizeeërs. Meesterstuk, gegrav. door Flipart
77
Dietrich,
78
Morillos,
79
Dominichino, Het borstbeeld van Sint Jeronimus Ludovico Carrachi, De verloving der H. Catharina Carlo Lotto, De schilder en zijn gezin. Meesterstuk, gegrav. door Ricciani Aug. Carrachi, Narcis aan den fontein André del Sarto, De Heilige Familie. Meesterstuk Titian, De verloving der H. Catharina. Meesterstuk, Galerij Orologgi te Padua Soffonisba, Het schaakspel. Galerij van Capodimonte David Teniers, De tooverkol. Meesterstuk, Galerij van Turijn Guido Reni, De aanbidding der zes heiligen van Boulogne Ribeire (Spagnuoletto), Archimedes in gedachten, gegrav. door Balestra Titian, Diana in het bad en Acteon Michel Angelo Buonarotti, De stervende Christus Meesterstuk, met olie geschilderd, gegrav. door Folo, Galerij Borghese Anibale Carrachi, Diana in het bad en Acteon, gegrav. door Fontana, Galerij van Capodimonte Karel de Moor, Een Vlaamsch gezin, meesterstuk, Galerij van Turijn
Lucien Bonaparte.
80 81
82
83 84 85
86 87
88 89
90
91
92
De
Heilige Familie
.
93
94
David Teniers, Landelijk
4.000 7.000
9000 13.000 15.000
20.000 7.000
.
18.000 8.000
7.000 12.000
30.000
7
feest,
meesterstuk, gegrav. door
Bas, Cabinet Dutartre
20.000
96 97
Corregio,
98
door Spierre, Galerij Olivarez Raphael Sanzio, De slaap van het kindeke Jezus, Galerij
De
Heilige
Maagd
8.000
9,000
het kindeke zoogend, gegrav.
Olivarez
99 100 lOI
000
7.000
Schidone, De Boetvaardige Magdalena, Galerij van Turijn. Julius Cesare Procaccini, de Heilige Catharina door de Engelen gekroond, Galerij van Orleans
95
8000 18.000
Heilige Familie
Bellini,
Le
fr.
•
25000
Raphael Sanzio, De Heilige Maagd met de luchters, gegrav. door G. Morghen, Galerij Borghese Beeldwerk van Michel Angelo Buonarotti, Ganimedes. .. Vaas met de werken van Herkules, door Donatello
Te samen
25.000 16.000
5.000 fi
1.076,000
De aanbieding zelf is geschreven in het Fransch, met een Fransche hand, en draagt en margine de volgende aanteekening van den Koning: •Renvoyé au Directeur des Beaux-Arts pour l'examiner, le conserver, m'en faire son rapport a notre retour!" Toulouse 7 aoüt 1807. Louis i). i)
Rijksarchief, Collectie
Hingman.
et
:
95
Reeds een lezen
eerste oogopslag in deze
collectie
kennen,
die
het
lijst
doet ons de uitge-
eigendom was van Lucien
Bonaparte i). Had de Koning toegeslagen, wij zouden thans, ook wat Italiaansche kunst betreft, met de voornaamste musea in het buitenland Maar hij beschikte niet over groote kunnen concurreeren. middelen en kon geen schatten uitgeven voor het aankoopen van kunstvoorwerpen. Ook toen de Directeur-Generaal 8 Sept. 1807 bericht van den HoUandschen Gezant bij het Badensche hof Gronovius ontving, dat er te Parijs een beroemd stuk van Correggio te koop was, kon het antwoord van dezen diplomaat wel luiden, dat Z. M., die zich toen juist te Parijs bevond, het stuk daar in oogenschouw zou nemen en daarna een beslissing nemen, maar gekocht werd het niet. Ook langs anderen weg kwamen er slechts weinig aanwinsten voor het Museum in. Mr. Jacob Abraham Üytenhage de Mist berichtte 5 Juli 1807 den Directeur-Generaal der Schoone Kunsten, dat zich in de vertrekken van het zoogenaamde Oude Hof in den
Haag nog bevonden I
schilderstuk,
1
kleiner stuk, en
koperen platen in lijsten gevat, de Vergaderkamer van Holland ten tijde van Jacob Cats voorstellende. Deze vier stukken werden door den Directeur-Generaal op het Museum geplaatst, maar daar iedere nadere omschrijving van de eerste twee stukken ontbreekt, kan van eenige identificatie geen sprake zijn. Behalve deze stukken kwamen in 1807 nog in het Museum het portret van Pieter Cornelisz Hooft, door Sandrart geschilderd, en een portret van Heraugières, dat het werk heette te zijn van een leerling van Miereveld. De verkooper was kapitein Rottiers 2), die daarvoor 31 Maart ƒ150. bedong. P. C. Huybrechts kwam nog wel eens in aanmerking voor 2
—
1)
Zie Bijlage X.
Rottiers, later generaal, verkocht toen vaak stukken aan Koning Willem I. In het Mauritshuis treffen wij vijf stukken aan die van hem overgingen in het bezit van den Souvereinen Vorst. Hij schijnt ook zelf de kunst beoefend te 2)
hebben; ten minste
hij
teekende een
ex-libris
voor de familie Hoeufl"t.
96 hij op i6 Maart 1807 ontving voor het «schoonmaken enz.", waarschijnlijk
verschillende besognes; zoo vinden wij, dat
ƒ500.
—
restaureeren, van vier schilderijen op de Trèveszaal.
G. D. Hartlein, die kastelein was op de Besoignekamer, alwaar het Schilderijenkabinet was overgebracht, verantwoordde van 9 Jan. tot 14 Maart 1807 154 entrees, ten bedrage van/ 80
——
i
8,
daar van dien datum af op bevel van den Koning, de Kunstgalerij kosteloos te bezichtigen
Waldorp bleef
en eene toelage van ƒ100.
woning Huitman
treedt af.
benoeming
Bij I'" 2^'
loon van
— per jaar,
ƒ10
per week
wegens gemis aan
vrije
eerst 23 Jan. 1807 aangevangen, het slot van hetzelfde jaar een einde wegens tot
Staatsraad
in
buitengewonen
dienst.
Koninklijk Decreet N°. 4 van 14 Oct. 1807 werd bepaald: dat de Directie van Schoone Kunsten vereen igd
werd met die van Openbaar Onderwijs. dat den Secretaris-Generaal van Openbaar Onderwijs werd verleend de titel van Directeur-Generaal der Wetenschappen en Kunsten en dat deze een Secretaris ( Secrétaire- Archi viste) op een traktement van /2500.
Meerman
i).
Het bestuur van Hultman, zijne
irecteur.
een
1).
nam nog vóór
Joh.
was
op
opzichter
—
onder
zijne bevelen zal
hebben.
De
nicuwe directeur Mr. Johan Meerman, Heer van Vuren ^^ Dalcm, geborcn te 's-Gravenhage i Nov. 1753, was de bekende geleerde aristocraat, die pas in 794 door Leiden tot de Vergadering der Algemeene Staten afgezonden, zich na de omwenteling geheel buiten de politiek had gehouden en zijn tijd sedert besteedde aan letteroefeningen en geschiedkundige studiën. Eerst Lodewijk Napoleon riep hem tot het openbaar leven terug en benoemde hem 20 Nov. 1806, met van Styrum, Flament en Thibault 2), Controleur der Gebouwen, in een commissie, die tot taak had, te onderzoeken wat er in Frankrijk voor wetenschappen en schoone kunsten gedaan werd. Meermans werkzaamheid is toen voornamelijk geweest ten dienste van de Koninklijke Bibliotheek, waarvan hij de huisvesting in het 1
Mauritshuis heeft voorbereid. i)
Rijksarchief, Nass.
Dom.
9192.
Thibault was de bouwmeester van den Koning en herstelde o. a. het Loo. In Nov. 1807 was hij mede bekroond voor een plan tot herbouwing van de door de buskruitramp vernielde wijk te Leiden. 2)
^ rrr77////?'
Mr.
(IRAVURE VAN
F.
JOHAN MEERNfAN.
JDHX NAAR EEN SCHILDERIJ VAN
L. L.
BOILLY.
:
97
Vele werkzaamheden wachtten den nieuwen Directeur-Generaal. het archief van het Museum Meermanno-Westreenianum vonden wij den volgenden concept-brief van Meerman aan den
In
Minister van Binnenlandsche Zaken, dato den
i8 jan.
1808:
• Omtrent de plaatsing en inrichting van het Kon. Museum nog niets bepaald zijnde, verzoek ik thans alleen voor den tegenwoordigen opziener de som, die hij tot nu toe genoten heeft van 10 gl.'s weeks of 520 's jaars, aan denzelve voor verschotten of andere kleine uitgaven /loo samen /620. >Voor den aankoop van schilderijen, kunststukken en andere objecten tot vermeerdering van het Kon. iMus. neem ik de vrijheid te vraagen eene som van / 10.000".
18 Febr. 1808 zond hij den Koning een project-reglement 30 artikelen voor het «Koninklijk Museum". Het reglement schijnt verloren te zijn. Wel vonden wij
het archief van
het
Museum Meermanno-Westreenianum
begeleidende schrijven, dat wij hieronder
De
in
Direct.-Genl.
in
in
het
extenso weergeven 's
Hage
18 Febr. 1808.
aan Z. M. den Koning. Sire!
kunnen vallen, om ter voldoening aan Uwer Project-Reglement voor het Koninklijk Museum te formeeren, daar ik uit het Decreet concerneerende Uwe groote Bibliotheek genoegzaam van Hoogst derzelver intentie in zoo parallele gevallen geïnformeerd was. Ik heb dus de eer dit Reglt. hiernevens op dezelfde principes geschoeid of met die veranderingen slechts welke de aart der zake vorderde ter goedkeuring aan Uwe Maj. aan te bieden. De stad van het Koningrijk, die het Museum bewaren zal, heb ik gemeend nog niet te moeten uitdrukken, daar dit zeer waarschijnlijk af zal hangen van de plaats welke Hoogst dezelve voor de Academie der Schoone Kunsten Het heeft mij
niet raoeijelijk
Majest. jongste bevel een
zal
goedvinden
In het
15'=
te destineren.
artikel
vast jaarlijksch
heb
subsidie
ik de bepaling der som, welke Uwe Maj. als een voor het Museum zoude gelieve te destineeren
opengelaten.
Indien
men
stelde
Voor den Directeur >
»
Opzichter
»
•
Bediende
ƒ » >
/
1500 600 500 2600
En voor alle overige kosten, zoo van aankoop in alle de verschillende vakken, welke het Museum bevatten moet, als van het nodige onderhoud, benevens de verschotten, briefen kassevracht zamen/7400, zou zoude dit een som van / 10.000 uitmaken, welke gewisselijk voor eene verzameling van zoo veelerlei kunstzaken zeer gering is en dikwijls door de emplettes eener enkele goede schilderij geabsorbeerd zou kunnen worden als een gewoon subsidie door Uwe Majesteit daar aan te accordeeren heb ik echter ;
7
:
98 gemeend
mij tot dezelve te moeten bepalen, daar door het volgende i6= art. even als bij de Koninklijke Bibliotheek is goedgevonden de deur tot vragen van een buitengewoon subsidie bij bijzondere gelegenheden steeds aan mij wordt opengelaten. Ik heb de Eer. tog,
Dan
liet
historische
Meerman weer een nieuwe lijst maken van de stukken in het Museum aanwezig.
had hier om gevraagd. 21 Febr. 1808 had aan den Minister van Binnenlandsche Zaken het volgende
De Koning hij
zelf
briefje geschreven Exh. 23 febr. 1808 N°. 2. Monsieur Mollerus. Mettez i la disposition de I'Intendant-Général de ma maison les portraits de Ruyter, Tromp, qui se trouvent au Museum de la Haye et rendez moi compte des tableaux de sujets nationaux qui pourraient s'y trouver encore. Sur ce, Monsieur Mollerus, je prie Dieu qu'il vous ait en Sa Sainte garde. Utrecht, vingt-un Février 1808
De
Louis.
i).
Minister voldeed onmiddellijk aan den wensch van den
Koning: Dingsdag den 23 February
1808. N°.
2.
De
Minister enz.
Ontvangen hebbende eene koninklijke order in de Fransche taal gegeven te Utrecht den 21= dezer maand, houdende last, om, ter dispositie van den Intendant-Generaal van 's Konings huis te stellen de afbeeldsels van de Ruyter en Tromp, welke zich in het Museum in den Haag bevinden, en om voorts aan Zijne Majesteit verslag te doen van de Schilderijen van Nationale onderwerpen (sujets nationaux), welke aldaar nog mogten aanwezig zijn, geeft de Minister voornoemd, ter voldoening aan geml. order, van voorsz. kennis aan den Directeur-Generaal der Wetenschappen en Kunsten, ten einde overeenkomstig Zijner Majesteits verlangen de afbeeldsels van de Ruyter en Tromp, zich in het Museum in den Haag bevindende, aan den IntendantGeneraal van 's Konings huis te doen toekomen, en om voorts aan den Minister verslag te doen van de schilderyen van nationale onderwerpen, welke in het zelve Museum als nog moeten aanwezig zijn i).
Meerman
was, zooals een goed directeur betaamt, minder
ingenomen met 's Konings wensch, gelijk uit zijn 26 Febr. 1808 gedateerd antwoord aan den Minister duidelijk blijkt: >Ter zelfder tijd kan ik echter niet nalaten op te merken, en ik twijfel of U.Ex. zal dit wel, met ter handstelling dezer lijsten aan Z. M. aan H. D. willen communiceeren, dat het hoofdmerite van het Kon. Museum, en tevens het aanzienlijkste gedeelte van hetzelve in deze verzameling bestaat, die, wanneer zij, 't zij in haar geheel, 't zij stukwijze uit hetzelve verniet,
i)
Rijksarchief, Binnenlandsche Zaken, Port. N°. 599.
99 Museum althans in zijn tesenwoordigen staat, van weinig belang zou doen worden, gelijk dan deeze inlandsche verzameling met zeer veel moeite van alle zijden van 't Rijk tot een gebracht is, en wanneer zij gesepareert of gedipiceerd wordt, haar voornaamste verdiensten verliezen zou, die in de vereeniging zeker bestaat" i). wijdere! wierdt, het
De gevraagde 28 Febr. zond
lijst
hij
liet
die
Meerman aanstonds maken en
reeds
den Minister toe:
van de Schilderijen op het Koninklijk Museum in den Haag voor zij het rijk betreffen, meegedeeld door den Directeur-Generaal der Wetenschappen en Kunsten aan den Minister van Binnenlandsche Zaken Lijst
zoo ver
28 Februari 1808
i).
Eerste kamer.
1—2 De
10
portretten van Jacoba van Beyeren en Frank van Borsselen, met de stoel uit haar troon. Lucas van Leyden, Portret van Philips van Bourgondien. » > Hans Holbein, Maximiliaan van Oostenrijk. . M. Miereveld, Willem I. G. Dou en N. Berchen Burgemeester van der Werff en vrouw. G. Schalcken, Portret van Willem III. > » Graaf v. Egmond. » » den Hertog van Alva. D. Barends, den Graaf van Hoorn.
II
M. Miereveld,
3
4 5
6 7
8 9
Prins Maurits. Philips, graaf
13
13
Gaasbeek,
14
M. Miereveld.
'5
BaiUi,
16
Hans Holbein,
17
'9 20
G. Dou,
21
Paulus Moreelse,
Pieter Buis.
Kenau Zeeman,
23
V. d.
24
Meer van M. Miereveld,
25
Honthorst,
26
29
Palamedes, Esaias van de Velde, Honthorst, Palamedes,
30
M. Miereveld,
31 3a
Pieter
27
28
Delft,
1)
Hasselaar,
Maria van Utrecht. De zeeslag voor Livomo door Jan van Galen. De trap van Willem I. Portret van Ds. Uittenboogaard. » » Frederik Hendrik. » > Maarten Harpertsz Tromp. Het evacueeren van 's Hertogenbosch. Portret van Amalia van Solms. De belegering van 's Hertogenbosch door Frederik Hendrik. Portret van Oldenbamevelt, met een stoel uit zijn
Wouwerman,
M. Miereveld,
zijn 15= jaar.
Maria van Reigersbergen. Erasmus. Charlemagne. Charlemagne's gemalin.
18
22
van Buren.
Hugo de Groot op Hugo de Groot.
gevangenis.
Het hernemen van Coevorden. Portret van de gemalin van M. H. Tromp.
Rijksarchief, Binnenlandsche Zaken, Port N". 599.
laventaris 1808.
lOO Inventaris iSoS.
de Vlieger,
33
S.
34
F. Francken,
35
Paulus
36
Jan de Baen,
37
B. Peeters,
38
Ludolf Bakhuyzen,
39 40
Rembrandt,
Het verdrinken van graaf Jan van Nassau of de Mosselslag. De overdracht van Karel V's regeering aan Philips II en Ferdinand.
V.
Hillegaard,
Het afdanken der Waardgelders te Utrecht. De gebroeders de Witt op het Groene Zoodje. Het inbrandsteken van de Engelsche vloot te Chattam.
Capellen,
Het in zee brengen der vloot door Jan de Witt by Texel. Het bijeenverzamelen der Vloot. Het portret van Uyttenboogaard.
41
Honthorst,
42
M. Miereveld,
>
»
>
43
Honthorst,
»
>
»
Willem I. Jacob Cats. de gemalin van Willem
44
Coedyck, de Meyer, E. van de Velde,
>
»
>
Pieter Pietersz. Hein.
45 46
•
II.
Het vertrek van Willem III van Scheveningen Het hof in den Haag met een jacht van Prins Maurits.
47
48
49
H. Goltzius, L. Bramer, Copie naar Terborch,
Portret van D. R.
De
Camphuyzen.
burgemeester Corn. P. Hooft. vredehandeling te Munster. »
>
Het huis Tellingen.
50
Tweede Kamer.
53
Jan van Goyen, B. V. der Helst en Ludolf Bakhuyzen, Ferd. Bol en Willem
54
B. V. d. Helst en
51
52
V. d.
Velde,
Ludolf Bakhuyzen,
55—66
67
Otto Venius,
Het Valkenhof
> » de gemalin van Aert van Nes. Twaalf schilderijen uit de kamer van Hunne Ho. Mo. voorstellende de geschiedenis van
I.
Portret van Cornelis
Mytens,
Tromp.
Portretten van de vier broeders van Willem
103 104
B. V. d. Helst,
105
Ant van Dyck of
106
J.
Hanneman
?
108
Mytens, Teniers de Oude, van der Poel,
109
Vroom,
iio
L. Verschuur,
III
L. de Meijer,
107
Michel de Ruyter.
>
»
Claudius Civilis. Vier en dertig portretten van de familie van
— lOI J.
Nymegen.
Portret van Aert van Nes.
Willem 102
te
112— 114
Portret van de gemalin van Willem
Karel
I.
II.
en zyne zuster. van de gemalin van Comelis Tromp. Het verbreeken van het twaalfjarig bestand. Het springen van het kruitmagazijn te Delft. Het overzeilen van de Spaansche Vloot door Heemskerk voor Gibraltar. De terugkeer van de Vloot v. Chattam op de Maas. Het innemen van Hulst door Frederik Hendrik. Drie portretjes behoorende tot de 34 overigen der familie van Prins Willem L Portret
II
lor 'iS
Een
ii6
Portret van Jan de Witt.
Jan Asselyn, J. de Baen, 117--'23
witte zwaan, zinnebeeld
van Jan de Witt.
Zeven portretjes behoorende tot de overigen van de familie van Prins Willem I. Portret van Banckaart van der Trappen. 124 » » Corn. de Witt. I2S Zeven portretjes behoorende tot de overigen "5--132 van de familie van Prins Willem I. Portret van Cornelis de Witt. 133 Jan de Baen, Crucifix genomen door Piet Hein by de ver134 overing van de Zilveren Vloot. Portret van Cortenaer. »35 Bart. V. d. Helst, » » Zoutman. 136 A. C. Haucq, » • Willem IV. L. Aved, '37 » » Zoutman's gemalin. 138 Haucq, » Willem V. 139 Tischbein, Gravure op ivoor, de portretten van Jan en 140 Corn. Visscher, Cornelis de Witt. Piet Pietersz. Hein, Chineesch werk in spek141 steen en was. Maurits 1 in de manier van 142 Oldebarneveld J Corn. Visscher. 143 144 van de Venne, de oude, Willem I op zijn paradebed. Portret van den koning van Bohemen, neef 145 van Frederik Hendrik. Rariteiten.
De bol van Unie van 1564. De Berkemeyer of Geuzenbeker. Een zilveren geuzennapje van Willem
I.
4 kannetjes van Jacoba van Beyeren. Geboetseerd portret van de Ruyter. » Corn. de Witt. Marmerbeeld van Gerrit van Velzen. Zilveren kan en schotel uit de Zilveren Vloot. Het harnas van Piet Hein. Twee sabels en de rotting van de Ruyter. De rotting, donderbus en twee degens van Maarten Harpertsz. Tromp.
In den gang. 146
G. Schalcken,
'47—15°
Ravesteyn,
Portret van Willem
Vier portretten Hendrik.
III.
van Officieren van Frederik
In den dwarsgang.
151—156 157
Ravestein?
Jansson den Oude,
Groote '
58 -159
Zes portretten van Officieren van Frederik Hendrik. Gezicht op Heemstede.
zaal.
G. Honthorst,
De
portretten van
Amalia van Solms en hare
zuster.
160
de Vries,
Gezicht op Haarlem.
I02 Inventaris 1808.
t6i
162
Saanredam, van Vliet en
De Groote Kerk
A.
De Oude Kerk
V. d.
Velde,
163
van Nikkelen,
164
Vroom,
Een kerk
te
Haarlem.
te Delft.
Haarlem
te
Beeldenkamer.
De
van Bossu op het Haarlemmermeer. voeten uit in marmer. Portret van burgemeester van der Werff in slag
Willem
III ten
op
pijpaarde
Willem Willem
II in
piëdestal.
marmer.
geboetseerd en- verguld door I Keyser. Borstbeeld van de Ruyter in gips. Maria, vouw van Willem III in marmer. Frederik Hendrik in marmer. AVillera III in
Op
marmer.
zolder in de Lattenkamer.
Honthorst naar
>65
v.
Dyk,
Portret van Frederik Hendrik.
Willem
166
V
als
kind.
den hertog van Brunswijk lijst en glas als onix.
Portret van relief in
Willem
167 168
i6g 170 200
V
als
Een hertog Naar Miereveld.
— «99 — 213
214 215
de
in bas-
crayon.
in miniatuur.
Prins Maurits.
29 officiersportretten zonder 14 do. met lysten.
lijsten.
Portret van Prins Frederik van Oranje.
De
216—218
twee jonge prinsen en de prinses op de groote van de gravure. Driemaal het portret in crayon van prinses
219 220
De Prinses Wilhelmina van De Hertog van Brunswijk.
221
Portret van Prinses Carolina.
222—224
Drie portretten van de prinses Wilhelmina van Pruisen in crayon, omlijst en met glas bedekt.
Tischbein,
Louise.
Portret van Willem V als kind. Levensgroot portret van Prins Frederik. Portret van den Erfprins. > > de gemalin van den Erfprins.
325 336
237 328 229 230
Haag,
2.SI
232 233,
234
235 236,
238
239
Pruisen.
237
Willem IV. Wilhelmina van Pruisen te paard. . Willem III. » > Willem III in koninklijk gewaadTwee portretten van Willem V. Portret van Willem IV. Twee portretten van officieren. Portret van Amalia van Solms. > > de gemalin van Aert van Nes. »
»
»
»
103 240
Cuylenburg
Portret van Admiraal Zoutman.
Een grauw
241
opschrift in de Oranjezaal
boven de
schoorsteen. Portret van Willem
242 243,
Twee
244
Portret van Willem III.
245 246 247 248
II.
portretten van den Erfprins.
A.
V.
Dyk (twijfelachtig),
249
»
»
Willem
»
»
»
»
»
»
Frederik Hendrik. Amalia van Solms, zeer schoon. Willem IV ten voeten uit.
II.
Geboetseerd portret van Willem II levensgroot ten voeten uit en opgeschilderd. Geboetseerd en verguld borstbeeld van Willem I. Borstbeeld van Willem V. > » de gemalin van Willem V, \Villem I in marmer zwaar basrelief. In de gesloten
kamer op den Zolder. van Ernst CaslmLr van Nassau ten voeten uit. Dezelfde twee maal als borstbeeld. De slag aan de Boyne. Portret van Ernst Casimir. Het oude kasteel Teylingen in welstand. Portret van Frederik Hendrik. Twee portretten van ofificieren. Portret van kapitein Ripperda. De executie op de Maas. Maurits en Frederik Hendrik te paard, in het verschiet de slag bij Ostende. Portret van Jan van Nes » » Ernst Casimir. Portret
250 251,
252
253
Hugtenburg,
254 255
256
Miereveld,
257>
258
259 260
Frans Hals, L. Verschuur, J. Mars,
261
262 263 264
Lievens de Oude,
265
266
267
de Baen, G. de Lairesse,
J-
Willem I. Oldenbameveld » » Jan de Witt, klein ovaal. Een zinnebeeldig schilderij van Willem »
»
>
»
't
III in
grauw.
In den bovengang. 268
269 270
Levensgroot portret ten voeten uit van Willem IV. . » . » » > Willem III. Bij den Heer Huybrechts aan huis. Portret van Prins Mautits. Miereveld,
Op 271
de Opzienerskamer.
van de Venne,
Maurits,
Frederik Hendrik en familieleden te
paard-
Drie
272—274
't
Uit deze verblijf
lijst
zien
stuks
familieportretten van
het huis in
Bosch.
we dus hoe de verzameling
was opgesteld. Maar ze
leert
in
haar nieuwe
ons nog meer, want er
-
:
I04
een aantal stukken in opgesomd, die niet in de lijst van staan, zoodat we de verwerving daarvan tusschen deze beide tijdstippen moeten plaatsen, al vonden we er geen melding van gemaakt in de rekeningen of onder de geschenken. Het zijn Pieter Saenredam, De fe groote kerk tel^ 11^ te zamen gekocht voor . ^ Haarlem, en Van Nickelen, Een kerk te Haarlem,) B. Peeters, Het in brand steken van de Engelsche vloot te Chattam. Lievens, Portret van Oldebarneveld (in 1828 verkocht). J. Onbekend, Portretten van de vier broeders van Willem I. » Portret van Ernst Casimir van Nassau, ten voeten uit. » Portret van Ernst Casimir. > Portret van Hedwig Sophia. » Portret van Hendrik Casimir I. Hals, Portret van kapitein Ripperda. Miereveld, Portret van Frederik Hendrik.
zijn
1801
:
ir
'
I
,
Dezelfde, Portret van Smelsinc.
Onbekend, Charlemagne. Charlemagne's gemalin.
»
Toen
mede
lijst aan den Koning toezond, de bedenkingen van Meerman bescheidenlijk
Minister Mollerus deze
verzuimde
hij niet
te deelen
Rel. Verb. 28 Febr. 1808 N°.
'^y-.
Aan den Koning Sire
Ter voldoening aan Uwer Majesteits Order van den 2i«" dezer maand den Directeur-Generaal der Wetenschappen en Kunsten aangeschreven hebbende de portraiten van Tromp en de Ruyter welke zich in het Koninklijk Museum in den Haag bevinden dadelijk aan den Intendant-Generaal van 'sKonings Huis te doen toekomen, heb ik heden van den gen=. Directeur Generaal de communicatie ontvangen, dat daarop de noodige order gesteld was, waarvan ik de eer heb U M. bij dezen, kennis te geven, terwijl ik, ter verdere voldoening aan Hoogst derzel ver geëerbiedigde order hiernevens voege de lijst van al wat op hetzelve Museum zoo in portraiten als historische stukken dit Koningrijk betreft, alle welke stukken van alle kanten des Rijks in het Museum zijn bijeen gebracht, en aldaar vereenigd deszelfs voornaamste gedeelte en sieraad uitmaken. Ik heb de eer met den meesten eerbied te zijn Sire etc.
De 1) Rijksarchief,
Minister
Binnenlandsche Zaken, Port. N".
599.
v.
Binn. Zaken
i).
I05
Onder de archiefstukken vonden
nog een tweeden inventaris van schilderijen, zonder vermelding van datum en eenigszins afwijkend van dien, door Meerman op 28 Febr. 1808 aan den Minister van Binnenlandsche Zaken toegezonden. Deze lijst moet gemaakt zijn tusschen de plaatsing der stukken in het gebouw op het Buitenhof en hunne overbrenging naar het Koninklijk Paleis te Amsterdam, en volledigheidshalve drukken wij ook deze hieronder af: wij
Inventaris van Schilderijen &c. behoorende tot het Nationaal Cabinct het Buitenhof in
den Haag.
Jagtstukken, door P. Boel.
2
3
De Verlooren
Boven de deur. Zoon,
als
Palamedes.
Eerste Kamer.
Jacoba van Beyeren & Frank van Borsselen. 4, 5 6 De stoel van Jacoba en twee Jacobakannetjes. 7 't Kasteel van Teilingen, door van Kessel en de 8 Ruïnen van 't zelve; 2 stuks. Q Graaf Hendrik van Nassau, door de Engelse Lelie. 10 Graaf Casimier van Nassau, door Pieter van der Helst. 11 De Helden van Nassau, door van de Venne. 12 Prins Eugenius, door van Schuppen. 13 Jan van Nes, door de Jong. 14 Jan de VVitt, door de Baan. Apotheose van Willem III, door G. de Lairesse. 15 16 Gapt. Ripperda, door F. Hals. 18,
Een houte Basrelief. 19 Twee Pourtretten, door Ravestein.
20
De
21
Fr. Hendrik,
22
Willem IV. Casimier van Vriesland.
17
23
slag
aan de Boine, door Huchtenberg. door M. Miereveld.
25
Heemskerk voor 't Inneemen van
26
't
24
door Vroom. door de Meyer. Beleg van Oostende, door J. Mars. Gibraltar,
Hulst,
Tweede Kamer. 27,
29
30 31
32 33 34 35,
Willem II en Vrouw, door Honthorst. Maximiliaan van Oostenrijk, door H. Holbein. Philip van Bourgondien, door L. van Leiden. Burgemeester van der Werf, door G. Dou en N. Berchem. Willem III, door G. Schalken. Willem I, door Miereveld. Hertog van Al va, door D. Barends. 36 Egmond en Hoorn; 2 stuks. 28
Inventaris Cabinet
Buitenhof.
In den Opgang.
Twee
I,
op
io6 Inventaris Cabinet
37
Buitenhof.
38
Maurits, door Micreveld. Philips Graaf van Buuren, door Miereveld.
39 40
Hugo Hugo
Grotius, door Miereveld.
42
Grotius in zijn jeugd, door Gaasbeek. Maria van Reigersbergen, door Baili. Erasmus, door H. Holbein.
43
Kenau
44
Pieter Buys, door G.
41
45,
47 48
49 50 51
52 53
54 55 56 57
58
59 60 6i
62
63
64 65 66 67 68
69 70 71
72
73 74 75 76 77
Hasselaar.
Dou. Charlemagne en vrouw; 3 stuks. Maria van Utrecht, door P. Moreelse. De slag van J. van Galen voor Livorno, door Zeeman. De Trap te Delft, door de Delfse van der Meer. J. van Uytenbogaard, door M. Miereveld. Fr. Hendrik, door Hondhorst. Amalia van Solms, door Hondhorst. 't Overgaan van 's Hertogenbosch, door E. van de Velde. M. Harpertz Tromp, door Miereveld. De vrouw van Tromp, door Miereveld. Fr. Hendrik bij de belegering van den Bosch, door Palamedes. 't Hernemen van Coeverden, door Pieter Wouverman. Oldenbameveld, door Miereveld. Stoel uit de kamer van Oldenbameveld. 't Verdrinken van Graaf Jan van Nassau, door S. de Vlieger. Carel V in 't overgeeven van zijne waardigheden, door F. Franx. 't Afdanken van de Waardgelders te Utrecht, door Hillegaard. Hof in den Haag, door E. van de Velde. De gebroeders de Witt op 't Groene Zoodje, door J. de Baen. De brand van de Scheepen op Chattam, door B. Peters. 't In zee brengen der Vloot door J. de Witt op Texel, door L. Backhuysen. 't Bijeenzamelen dier vloot, door Capellen. 't Pourtrait van de Raadsheer Uitenbogaard, door Rembrand. Graaf Casimir van Catzenellebogen, door Backer. Jacob Cats, door Miereveld. Van Solras, door de Engelse Lelie. Hogerbeets en familie, door de Keiser. P. Pieterse Hein, door Coedijk. 't Overgaan van Willem III naar Engeland, door de Meyer. D. R. Camphuyzen, door H. Goltzius. C. P- Hooft, door L. Bramer. De Vrede van Munster, copie naar Terburg. 46
Derde Kamer.
Nimwegen, door J. van Goyen. de Historie van Claudius Civilis, door Otto Veenius. 91 Aart van Nes, door B. v. d. Helst en L. Backhuyzen. 92 M. de Ruyter, door F. Bol en W. v. d. Velde. 93 De Vrouw van A. van Nes, door B. v. d. Helst en Bakhuyzen. 94—127 Pourtraitjes uit de familie der Stadhouders. 128 Corn. Tromp, door Mytens. 129 De 4 broeders van Willem I. 130 De vrouw van Willem II, door B. v. d. Helst. 78
't
Valkhof
79—90
te
12 stuk,
I07 en zuster, door A. van Dyk. C. Tromp, door Mylens.
131
Karel
132
De vrouw van
II
Breeken van het 12-jarig bestand, door de oude Teniers. Springen van 't Kruidmagazijn te Delft, door van der Poel. 135 't Kielhalen van de Vergiftiger van J. van Nes, door L. Verschuur. 136 Geestelyke Visschery, door Breugel en van Baaien137 De terugkomst van C d. Witt, op de Maas te Rotterdam, door L. Verschuur. 138 Witte Zwaan, allegorie op J. de Witt, door J. Asselyn. 139 J. de Witt, door J. de Baan. 140 Schoutby-Nagt Crul, door Cuylenburg. Admiraal Stellingwerf, door B. van der Helst. 141 142—158 17 Pourtraitjes van Officieren. 159 Admiraal Bankert. 160 Admiraal Witte Corn. de With. 161 Com. de Witt, door J. de Baan. 162 Admiraal Cortenaar, door B- van der Helst. 163 Crucifix uit de zilvervloot van den Spaanse Admiraal. 164 Admiraal Zoutman, door Haucq. 165 Willem I, copie na Miereveld. 166 Willem I op 't Paradebed, door van de Venne. Maurits en Oldenbameveld op yvoor, 2 stux167, 168 169 De vrouw van admiraal Zoutman, door Haucq. 170 Oldenbameveld, door de Oude Lievens. 172 P. P. Hein, Chineesch werk in speksteen en wasch. 172. 173 J- C. de Witt op yvoor, door C. Visscher. 174 Een koning van Boheemen. 133
't
134
't
Rariteiten
op de
Tafel.
De 2 Sabels en de Rotting van M. de De Donderbus en de Rotting van M. van de tombes Zilvere Vaas en Harnas van P. Zilveren penning Bol, Beker en de
Ruyter.
Harperts
Tromp en de degens
Trompen. Schotel na de Verovering van de
van de
2
Zilvervloot, en
P. Hein.
op de verovering van den Bosch Nap van de Geuzen.
4 Jacoba-Kannetjes.
Een
oud 1200 jaar. koppen van C. de Witt en M. de Ruyter. Marmere kop van Gerrit van Velsen. Metaale standbeeld van Fred. II, koning van Pruisscn. Pourtrait van dezelve in marmer. glas
2 geboetseerde
Poutrait van desselfs vader in biscuit.
Vierde Kamer. Hemelvaart Christi van Simon Vouet. 176 Een Faunus en Bachante, door Amiconi. 177 Adam en Eva, door Com. van Haarlem. 178 Een Vanitas, door Spagnoletti. 179 Cleopatra na Guido Reni. 180 St. Hubert, door Sciavoni. 181, 182 Abraham en Melchisedek en 't verzamelen van 175
F. Franx. 2 stuks.
't
Manna, door
io8 Inventaris Cabinet
183
Buitenhof.
184 185 186 187,
189 igo 191
192 193 194 195
196 197
198
199 200 201
203
203 204 305 206 207
208 209 210 211
212 213
214 315,
Een Madonna en
Heiligen, door Cyro Ferri. Cain en Abel, door Le Sueur. Jacob en Esau, Schets van Rubens. Koningin Elizabet, door Pourbus. :88 Ruïnes te Rome, door Canaletti; 2 stuks. Een Ecce Homo, door G. de Crayer Loth en dochters, door Romanelli. De drieeenheid, door Gaudi. De trouw van Joseph en Maria, door S. del Piombo. Joannes de Dooper, door Lanfranc. St. Theresia, door C. Maratti. Een Griekse wedloop, door A. Bloemaard. Een Madonna, door J. de Mabuse. Maria Magdalena, door A. del Sarto. Een Vrouwehoofd, door Pordenone. Maria Magdalena, door Cario Dolzi. Een Salvator Mundi, door Rubens. Een jonge Joannes de Dooper, door Michiel Coxie. Maria Magdalena, door J. Schorel. Eenige Heiligen, door Barotius. Eenige Heiligen, door Jan van Eyk. Een Kruisdraging, door Heemskerk. Maria Magdalena, door Titiaan. De Man zonder Bruiloftskleed, door G. v. d. Eekhout. Onthoofding van Johannes de Dooper, door Rembrand. d'Kerk der Predikheeren te Antwerpen, door P. Neefs. Een kindje, door Hondhorst. Een Romeinse Markt, door van der Ullt Paris en de drie Godinnen, door Parmeggiano. Een Landschapje. Een Johanneshoofd, schets van van Dyk. 216 Twee Bijbelsche stukken, door L. Bramer.
In de Gang.
217—220 4 Pourtraiten, door Ravestein. 221 Willem III, door G Schalken. 222 Allegorie op de Liefde, door Hondhorst. Landschappen, door J. Glauber; 2 stuks. 323, 324 225 Venus en Adonis, door Willebords 226 David en Abigael en de 227 Doop van de Moorman, door Breugel en van Baaien; 22S
De zoon van
229
Gaston.
3 stuks-
Aart van Nes.
6 Pourtraiten, door Ravestein. Gezicht van Heemstede, door Janson.
230—235 236
2 Zeegezichtjes,
door Vitringa.
239,
238 240
2
241,
242
2
343,
344
Petrus en Maria Magdalena; 3 stuks van de Gobelins.
245 246
P. C. Hooft,
237.
»
>
Sterk.
Landschapjes, door Wynands.
door Sandrart.
Helt, kapitein in
't
Turfschip van Breda.
I09 Beeldekamer.
marmer. en Vrouw, borstbeelden in marmer; III, klein standbeeld marmer. Karel II, borstbeeld marmer. Frederik Hendrik, borstbeeld marmer. Willem II, dito in dito. Willem I, borstbeeld boetzeersel verguld. Ignatius Loyola, levensgrootte in
Willem Willem
De
III
2 stuks.
Ruyter, borstbeeld in gips.
marmer, door Savary. Romeinsche borstbeelden in marmer. I Profil van Burgemeester van der Werf en ornement. De slag van Bossu op het Haarlemmer Meer. Een bloemstuk van Zegers. 2
kindertjes in
2
't
Goude kanon.
Gedamasseerd kanon en toebehooren. Groote Zaal. Eugenius en Mirlbourg in de slag by Hochsted, door Huchtenburg. Een landschap, door Glauber. 249 Amalia van Solms en zuster, door Hondhorst. 250 Manlius Torquatus en Aeneas 2 stuks, door F. Bol. Bachus en Ariadne, door G. de Lairesse. 251, 252 -53 Sefyrus en Flora, door G. de Lairesse. 254 De maaltijd der Goden, door Corns. van Haarlem. 255 Diana en Endimion, door G. de Lairesse. 256 De Boodschap aan Maria, door P. P. Rubens. 257 Venus en Mars, door G. de Lairesse. 258 Mars en Venus, door G. de Lairesse. 259 Een batailje, door Huchtenburg. 260 Een maneschijn, door van der Poel. 261 Een landschap, door A. Cuyp. Arcadische landschappen, door Glauber, 2 stuks. 262, 263 264 Een kindje, door Frans Netzer. 265 Een Grauwe Schildery, door Coxie. 266 Allegorie op de liefde, door G. Flink. 267 Uitlandsche levendige vogels, door Hondekoeter. 268 Gezicht op Haarlem, door de Vries. 269 Rokende Boeren, door D. Teniers. 270 Een man met een wijnroemer, door A. de Voys 271 Een kerk te Brussel, door P. Neefs. 272 Een landschap, door Glauber. 273 Een zeegezicht, door Vitringa. 274 Een beerejagd, door Rottard. 275 Een keuken, door J. Olis. 276 Een bloemstukje, door Rachel Ruj-sch. 277 Een landschapje, door A. Cuyp. 278 Een biddende monnik, door een discipel van G. Dou. 279 Een vrouwtje dat bloemen begiet, door D. van Tol. 280 Een kwakzalver, door J. Steen. 281 Het paardewetje, door Philip Wouwerman. 247 24S
;
uo 282
283 284 285
286
Maria Magdalena, door A. van Dyk.
287
De crocodillejagt, door P. P. Rubens. Doode vogels, door Hondekoeter. Een stormende zee, door Backhuyzen.
288 289 Veiling Fortuin
te
Gouda.
Een oud vrouwtje, kaarslicht, door D. van Een maneschijntje. Doode vogels en haas. door J. VVeenix. Een Heilige Familie, door Verhoek.
Dc Koning
Tol.
Stelde Onafgebroken het grootste belang in kunst-
Toen hem ter oore was gekomen, dat er in Maart 1808 te Gouda een verzameling schilderijen van zekeren Fortuyn verkocht zou worden, schreef Kolonel Ferrière hierover op den heer Droogleever te Gouda i). Het 's Konings last aan zaken.
gevolg was, dat er tien stukken voor Z. M. gekocht werden, niettegenstaande de Kolonel er den Koning opmerkzaam op gemaakt had, dat er volgens rapport van den heer Thieron geen schilderij bij was, 's Konings aandacht waardig. Vermoedelijk zijn deze stukken echter voor de particuliere verzameling van den Koning aangekocht en niet voor het Koninklijk Museum, in welk geval Meerman er toch stellig in gekend zou zijn. Het Kon. Museum overgebracht naar ""^
"*
'
Verkooping Kabinet
V.
d.
Pot
v.
GroeneveldteRot-
terdam
Inmiddels had Koning Lodewijk besloten, Utrecht over te brengen
zijn residentie
naar Amsterdam, waarvan
hij
van een
middenpunt wilde maken van kunsten en wetenschappen. De door Meerman in zijn 30 artikelen nog opengelaten vraag, waar het Koninklijk Museum gevestigd zou moeten zijn, kon nu wel niet anders beslist worden dan zooals bij decreet van 21 April 1808 geschied is, waarbij de oprichting bevolen werd van een groot Koninklijk Museum te Amsterdam, dat bevatten zou > schilderijen, teekeningen, verschillende werken van beeldhouwkunst en ciselure, gesneden steenen, oudheden, kunstzaken en zeldzaamheden van allerlei soort". Prenten en penningen werden uitgezonderd. Die zouden in de Koninklijke Bibliotheek Het jaarlijksche budget werd te 's-Gravenhage bewaard blijven. gesteld op / io.ocxd, met machtiging om voor buitengewone aankoopen sommen afzonderlijk aan te vragen. Een gelegenheid hiertoe deed zich al zeer spoedig voor, waardoor het Museum de grootste uitbreiding kreeg sedert de
^ m Nationale Galerij ^.
i)
i
.
..
^'
i_^
gesticht was.
Koninklijke Bibliotheek te
's
Gravenhage.
LODF.WIJK NAPOLEON, KONING
VAN HOLLAND.
SCHILDERII IJOOK CHARLES HOVVARD HODGES IN HET RIJKSMUSEUM
TE AMSTERDAM.
:
:
11
1
6 Juni 8oS werd te Rotterdam het uitgelezen kabinet verkocht, bijeengebracht door Gerrit van der Pot van Groeneveld. Door stukken in het archief Meermanno-Westreenianum zijn wij in 1
de gelegenheid mede te deelen hoe de Directeur-Generaal over deze collectie oordeelde, en geven hieronder copie van zijn schrijven, dat hij den 29 Mei 1S08 tot den Koning dienaangaande richtte •Sire! La Conimission, que V. M. a bien voulu me confier par rapport au Cabinet v. d. Pot étant de la plus grande importance, j'ai cru de mon devoir de Lui en parier encore avant la vente, pour lui communiquer ce que j'ai appris depuis ma dernière lettre k ce sujet, pour Lui deroander avant la fin de cette semaine ses ordres ultérieurs et défmitifs. J'ai été voir moi-même Ia gallerie &: non seulement d'après mes propres lumières, mais encore d'apres celles de personnes beaucoup plus instruites, environ la moitié du cabinet consiste en pièces médiocres, dont je ne scaurais conseiller h. V. AL l'achat, tandisque l'autre moitié contient en partie des sujets du premier mérite, en partie des tableaux très-estimables. Je prends la liberté d'offrir k V. M. ei jointe la liste de tous les nujnèros du catalogue; ceux que j'ai laissé en blanc, ne me paraissent pas dignes d'entrer dans Ie Museum de V. M. soit parceque ces tableaux ne sont que d'une tres petite valeur en euxmeme ou qu'ils ont été retouches. J'ai mis les lettres Af., c'est a dire prix illimité auprès des numéros dont, selon la lettre de V. M. au 16 de ce mois Elle exige, que les pièces ne lui échappent en aucune matière, et / ou pnx limill auprès de ceux, dont l'acquisition serait désirable, sans que pour cela on tomberait dans des prix énormes, auquel Ie concours prodigieux d'amateurs, et la somme d'au dela de 200 000 P'rcs., qu"un négociant de Paris, Fontaines, a ce que Ton dit, k offert pour Ie cabinet doit faire attendre. V. M. verra aussi par une des conditions marquées •'v:
payement doit se faire huit jours après la vente. V. M. approuve Ie tableau des numéros ei joint, je prendrai tous les soins imaginables pour que les commissions que je donnerai, soient proportionnées a la juste valeur des pièces et même un peu au de \k. En général un profond secret sera tenu sur toute l'affaire. C'est en la suppliant de m'hononer d'une reponse sur cette proposition, que j'ai l'honneur etc." sur
Ie
catalogue que
Quant aux
Voor veiling
Ie
prix limités.
si
niet minder dan ruim / 100.000 heeft Meerman op deze kunnen koopen.
Den 10 Juni berichtte hem verkregen resultaat Le
hij
in
een uitvoerig schrijven het door
La Haye 10 Juin 1808. Directeur-Général des Sciences et des Arts è S. M. Ie Rol. Sire.
l'honneur d'offrir k V. M. le note des tableaux, que je viens d'acheter pour Elle k la vente de van der Pot, avec les prix ; je me flatte qu'EUe sera J'ai
satisfaite
de
la
réussite
de
cette affaire
en apprenant qu'EUe possède tout
ce que ce cabinet renfermait de mieux, pour
la
somme
de/97.030, ilaquelle
:
112 pen nioins de fl. 5000 pour les frais de vente. Le fameux le quel on avait oftert /50.0CK) au defunt possesseur, V. M. I'obtient pour /17.500; le superbe Potter pour/io.050; les deux van de Velde, représentant Ie triomphe de notre flotte sur celle des Anglais en 1666 pour Sooo; et la Familie Sainte du Chevalier van der Werf pour fl. 5225. Huit autres passent les 73000. Tous les N'« qu'on a lachés, soit parcequ'ils n'avaient aucune valeur, soit parceque le prix, que d'autres en oft'raient, surpassait de beaucoup la valeur du tableau, soit enfin pour pouvoir obtenir pour une somme moins considérable des pièces de plus d'importance, n'ont rapporté ensemble qu'environ 31 k 32.000 florins; et j'ose assurer, sans crainte d'en trop dire. que si V. M. avait acheté le cabinet en masse avant la vente, Elle ne l'aurait pas obtenu au dessous des fl. 200.000 sans que le nombre des pièces, qui n'ont pas été achetées, aurait rendu sa coUection plus interessante. Les différentes personnes que j'ai employees comme commissionaires se sont parfaitement bien acquittées de la tdche dont elles s'étaient chargé, et généralement on na pas même observé qu'elles achetaient pour le même cabinet, biens moins encore que ce fut pour celui de V. M. Au reste, en confrontant la liste ei jointe avec celle que j'eus l'honneur de présenter a V. M. dernièrement, Elle observera le peu de dift'érence, entre la proposition et 1'achat, difterence encore que les circonstances ou un examen ultérieur ont impérieusement dicté. La vente s'étant terminée hier jeudi, et par conséquent la somme totale de fl. 101.881 — 10 devant être fournie aux héritiers de M. v. d. Pot vers le milieu de la semaine prochaine, je prie V. M. de vouloir m'indiquer de qu'elle maniere Elle désire que cela s'exécute; et a moins de recevoir des ordres contraires de sa part, je ne déguiserai plus lors du payement que c'est pour Elle que les différents commissionaires ont acheté. Je La supplie également d'être informé de ses intentions par rapport a l'endroit, ou en acceptant les tableaux, je les ferai d'abord transporter ü l'Hotel du Musée ayant par le départ du bureau de M'. le Direct'.-Genl. Voute, de la place de reste, je proposerais rl V. M. de les y recevoir, en les tenant néanmoins faut joindre
iin
(lerard Dou, pour
séparés des autres tableaux qu'il renferme.
Lorsque j'aurai re§u la note des caisses pour des commissionaires. j'aurai l'honneur de la V. Maj."
le transport, et
faire
parvenir
des débours également h.
De prijzen voor de schilderijen besteed waren de volgende; de nummers wijzen hun plaats in den auctiecatalogus aan 2
/
1-005,
L. Bakhuysen, Mosselsteiger.
G. Dou, Avondschool.
3
3050,
6
540,
J.
7
500,
Idem, Amsterdams stadgezicht. C. Bega, Grijsaard. N. Berchem, Bergachtig landschap. idem. Idem, J. V. Beyeren, Visschen. J. Both, Landschap. Q. Brekelenkamp, Spinnend grijsaard en visscher. Fluweele Breugel, Landschap met figuren.
9
195.
II
3025,
12
345,
'5
25.
18
3-690.
20
850.
21
180.
Beerstraten, Zeeslag
op
12 Juni
1666.
1
-M
/
26
.
27
»
325.
28
•
I7.S0O,
29
»
I.IOO,
31
•
1.665,
37 42
'
1-380,
44 46
>
47
>
3-005,
48
565 3-860,
210,
36
V. d. Does, Italiaansch landschap niet figuren en dieren. G. Dou, Avondschool. Idem, Monnik in een gewelf. C Dusart, Dorpsscène. V. Eyck, Gothieke tempel met figuren. G. Flinck, Isaac Jacob zegenend.
S.
Geel, Zelfportret.
J. V.
160,
Goyen, Riviergezicht. Hagen, HoUandsch landschap met brug en J. Hackert en A v. d. Velde, Beukenlaan. J. D. V. Heem, Bloemen en Vruchten. Idem, idem.
•
385,
49
.
460,
52
•
480,
53
'
1-045.
54
'
115.
'
3-6io,
110,
58 66
David de Coninck, 4 stukken. Herten, Beerenjacht, Dood wild, Kenden met honden en roofvogels. Alb. Cuyp, Landschap.
265,
1-405,
55
1
3 'O,
V.
J.
d.
J. V.
B. V. d. Helst,
Twee
sluis.
afzonderlijke portretten.
Heyde en Adr.
v. d. Velde, 2 stadsgezichten. Hondecoeter, Landschap met gevogelte. Idem, Witte hen met kuikens. J. V. Huijsum, Vruchtstuk. Ph. Koning en D. van Bergen, Boschgezicht met vee en
J. V.
M.
d.
V.
figuren.
70
395.
72
785.
73
.
780,
75 76
'
705.
.
2.025,
79
'
165,
80
.
790,
83
•
145.
96 98
.
600,
A. de Lelie, HoUandsche keuken met figuren. J. Lingelbach, Haven met schepen.
Idem. Hooikar. Meer de Jonge, Bergachtig landschap. F. v. Mieris, Schrijvende dame.
J. V. d.
W. v. Mieris, Kluizenaar. A. Mignon, Vruchten en Stilleven. Ch. de Moor, de Ruijter en zijn gezin. A. v. Ostade, Schildersatelier. Idem, Boer met een kruik. C. Poelenburg, Landschap met nimfen en
.
36,
101
»
660,
103
.
10.050,
loS
.
1.800,
108
»
1.165,
116
•
455.
119
>
705,
J.
121
•
255.
Idem, Dorpskeuken.
8.000,
133
P. Potter,
Landschap met
A. Pynacker, Riviergezicht. Ruijsdael, Strandgezicht.
J.
F. Snijders, Wild,
bloemen en vruchten.
Steen, Bakker.
W.
Velde, 2 stuks, Zeeslag op 13 Juni 1666 en binnen-
V. d.
vallen der vloot te Goeree. 2.510,
J.
137 141
>
5-225,
A.
>
43.
142
.
3-625.
M3
'
3-030,
135
•45
'
1-055.
145
.
600,
151
.
66,
saters.
vee.
B.
Weenix, Wild.
V. d.
Werfif,
Heilige familie.
E. de Witt, Kerkinterieur.
Wouwerman, Gevecht. Idem, Jachttafereel. Idem, Hoefsmid. Idem, Boerengevecht. H. Zachtleven, Rijnlandschap. P.
Totaal
/
97.080.
114
Met 57 nummers van den veilings-catalogus, bevattende 63 werd het Museum uitgebreid, en daarbij waren stukken als de beide groote van de Velde's met scènes uit schilderijen,
den
Vierdaagschen Zeestrijd, Dou's Avondschool, Hackaert's Esschenlaan, Geertgen's Allegorie op het Zoenoffer des Nieuwen Verbonds, Flinck's Zegening van Jacob, Ostade's Atelier en VVouwerman's Overwinning der boeren. Verschillende benamingen zijn natuurlijk door latere onderzoekingen gewijzigd en eenige stukken zijn aan het Mauritshuis afgestaan Alles
i).
kwam
voorloopig nog naar den Haag, maar 28
Juli
1808
deelde de Intendant van het Koninklijk Paleis te Amsterdam aan
den Directeur-Generaal Meerman als 's Konings wensch mede, dat van den Haag naar het Paleis te Amsterdam gezonden zouden worden de stukken, bestemd om deel uit te maken van het Museum, in de eerste plaats alle stukken uit de collectie van der Pot. De heeren Smissaert en Thibault, die door den Koning speciaal met de overbrenging van de schilderijen belast waren, voegden hierbij nog een lijst van 27 stukken uit de groote collectie in den Haag, waarvan de bedoeling ons onbekend is, want veel meer, ja bijna de geheele collectie is overgezonden. Echter niet alles, waarover straks. Deze 27 stukken waren: I,
2
Een VVouwerman.
4 5
Miereveld, portret van Prins Maurits. r en Mytens, een stuk met de portretten van twee jonge prinsen.
6
Lesueur, een kleine schets voorstellende een
7.
8
9 10
13
?
stukken van J. Weenix. Schalken, portret van Willem II by kaarslicht. G. Dou, portret van van der Werf.
II— 12
2
B. V. d. Helst,
de portretten van
v.
Es en
zijne gemalin.
Lingelbach, de Manege.
14
Govert Flinck, portret van Uitenbogaert.
15 16
Jan van Schorel, (l'unique tableau). Lucas van Leyden, portret van bisschop Philips van Bourgondie. Holbein, portret van keizer Maximiliaan. Koedyk, portret van Piet Hein. Wynands, landschap met figuren van v. d. Velden. Dusart, landschap in den trant van Adriaan van Ostade.
17
18
ig
20
i)
Watervallen van Ruysdael.
3
Zie Bijlage XI.
:
"5 21
Van
22
Rubens, heilige
23
Pieter Neef, groote kerk.
Capellen, Vertrek van de vloot naar Chattatn. familie.
24
Pieter Neef, kleine kerk.
25 26
Zeer oude kleine H. Maagd. Morel, bloemstuk. St. Ignatius, marmerbeeld.
27
Dan
twee gedetailleerde regus voor schilderijen en een beeld, die door M. A. P. Smissaert, Intendant van Paleis te Amsterdam, en door den Directeur ad 's Konings interim van het Museum, Temminck, op 30 Juli en 2 Aug. 1808 afgegeven zijn zijn
er
Ik onderschreeven Intendant van 's Konings Paleis te Amsterdam, als daartoe behoorlijk geauthoriseerd door den Intendant-Generaal van 's Konings Huis, verklaare te hebben ontvangen uit handen van den Directeur-Generaal van Weetenschappen en Kunsten, de navolgende schilderstukken, behoorende
21
Koninglijk Museum. Het portrait van Willem de ^'^', door Schalken. Het portrait van Willem de i*'"=, door Miereveld. Het portrait van Oldenbameveld, door Miereveld. Het portrait van de Vrouwe van Oldenbameveld, door P. Moreelse. Het portrait van Frederik Hendrik, door Honthorst. Het portrait van Maria [sic] van Solms, Huisvrouw van Frederik Hendrik door HonthorstHet uitlopen van de Vloot uit Texel, door Bakhuyzen. Het bijeenverzamelen van de Expeditie op Chattam, door Capelle. Het portrait van den Admiraal Piet Hein ten voeten uit, door Coedijk. Een Landschap, door Berchem, de twee Beelden daarin door Douw. Het portrait van den Raadsheer Uittenbogaert, door Rembrand. Het portrait van Hugo de Groot, door Miereveld. Het portrait van Maria van Reygersbergen, door Bailly. Het portrait van Willem de 2
22
De
23
Een Ecce Homo, door de Craayer.
24
De trouw van Joseph en
25
Het Het Het Het
tot het 1
2
3
4 5
6
7
8
9 10 11
12
13
14 15 16 17
18
K)
20
26 27
28 2<)
30
Vanitas, door Spanjoletto.
Maria, door Sebastiano del Piombo. van Johannas den Dooper, door Lanfranco. portrait van Maria Magdalena, door Andrea del Sarto. portrait van Maria Magdalena, door J. Schorel. portrait van Maria Magdalena, door Titiaan. De man zonder bruiloftskleed, door Eekhout. Het hoofd van Johannes den Dooper, door Rembrand. portrait
IIÓ 31
32 33 34 35 36 37
38 39 40 41
42 43
44 45
46 47 48
49 50 5
f
53 53
54 55
56 57,
59
Eene kerk te Antwerpen, door Neefs. Een stuk met dood wild, door Weenix. Het portrait van Maria Magdalena, door van Dyck. Een zeekoeijenjacht, door Rubens. Een manege, door Lingelbach. Een wintergezigt, door van Berchem.
De kerk te Haarlem, door Zaanredam. Twee stukken met vogels, door Hondekoeter. Een chirurgienswinkel, door Coedyk. Een schoenmakerswinkel, door Brouwer. Een landschap, door Wynands. Een kerk te Delft, door van Vliet en van de Velde.
De De
familie van Jan Steen in een schuit gaande, door Jan Steen. geboorte van Venus, door Jordaans. Het portrait van een munnikje, door van Staveren. Een gezigt van Romen, door de Moucheron. Levendige vogels, door Hondekoeter. Een gezelschap van boeren, door Teniers.
Twee bedelaars, door Teniers. Een man met een wijnroemer, door de Vooys. Een waterval, door Ruysdael. Dito, door Ruysdael.
met paerden, door Wouwerman. uit, door Miereveld. Een stuk met twee portraitten ten voeten uit, door van Dijk. Een offerhande, door Le Sueur. 58 Twee graauwe, door Lairesse. Een vrouwtje, door van Tol. Amsterdam den 30 July 1808. (get.) M. A. P. Smissaert.
Een
stuk
Prins Maurits ten voeten
Ik ondergeschreeven Intendant van 'sKonings Paleis te Amsterdam, als daartoe behoorlijk geauthoriseerd door den Intendant-Generaal van 's Konings Huis, verklaare te hebben ontvangen uit handen van den Directeur-Generaal
der Weetenschappen en Kunsten de navolgende stukken, behoorende het Koninglijk Museum 1
2
3
4 5
6 7
8
De
Statue van
St. Ignatius.
Het portrait van Philip van Bourgondien, door L. van Leijden. Het portrait van Keijzer Maximiliaan, door H. Holbein. Een heilige Familie, door Rubens. Een kerkje, door Neefs. Eene heilige Familie, door J. de Mabuse.
Een bloemstuk, door Morel. Een boerenherberg, door C. Amsterdam, den
2
Dusart.
Augustus 1808. (was get.) M. A- V. Smissaert. Voor copie conform. De Secretaris-Archivist der Wetenschappen en Kunsten. J.
i)
tot
In het archief van de Hoofddirectie van
"s
Dedel
Rijks
i).
Museum
te .'Vmsterdam.
117
door den Koning genomen ontsloeg de heeren Thibault en M. A. P. Smissaert, Intendant van het Koninklijk Paleis te Amsterdam, van de zorg voor het in orde brengen van het Museum en de voorbereidselen tot de te houden tentoonTemminck werd hiermede ad interim belast. Deze stelling. laatste verklaarde op 13 Sept. 1808 van den Intendant in goede orde te hebben overgenomen de verzameling schilderijen, aanwezig op het museum van het Paleis te Amsterdam, bestaande in
Een
decisie
:
de
1'.
van wijlen van der Pot, 57 nummers en 63 volgens de daarvan door den Secretaris-Archivist
collectie
stuks,
Dedel opgemaakte authentieke lijst. de schilderijen van het Haagsche Museum, in Aug. 1808 naar Amsterdam gezonden, ten getale van 67 stuks. 5 schilderijen voorheen op het Stadhuis.
2°.
3°.
2
uit
»
Voor deze
7
publieke gestichten. stuks ontving de Burgemeester indertijd
regu van den heer Smissaert.
Het
de Ruyter. 2 landschappen door Kobell. I bloemstuk door Morel. Stukken van levende meesters, bestemd voor de tentoon-
4°.
5°.
portret van
stelling.
Wij
de gelegenheid de werkzaamheid van den DirecteurGeneraal nader in het licht te stellen en aan te toonen hoe hij, op initiatief des Konings, deskundigen uitzond om hem verslag uit te brengen over te koop zijnde kunstwerken. Deze bemoeiingen leidden wel is waar niet tot een resultaat, en de stukken waarvan zijn in
sprake was,
kwamen ons Museum
niet verrijken,
maar het
is
de moeite waard met die beschouwingen kennis te Wij ontleenen de gegevens aan eene correspondentie het archief van het Museum Meermanno-Westreenianum.
toch wel
maken. in
La Haye
ce 9 Juin 1808.
Le Direct Genl. k Sa Majesté Le Roi Sire
Je viens de recevoir le rapport de M"". Van Leen, le peintre que j'avais envoyé a Anvers pour y examiner selon les ordres de V. M. ce que cette ville pourrait offrir de reraarquable en fait de tableaux pour autant qu'il serait possible
den
faire l'acquisition.
Connaissant Anvers
et
presque toutes
:
ii8 collectioDs, qui s"y trouvent, tres verse outre ccla dans les productions des différents maitres de l'Ecole Flamande, il n'a eu besoin que de peu de jours pour y reraplir sa commission avec la petite excursion de Malines, qu'il y a jointe. Le premier Cabinet qu'il a vu est celui de M. Beekmans il contient 4 tableaux d'un grand mérite. 1° Pan qui découvre Ceres par Rubens. Une des meilleures pièces de ce grand peintre qui a été achetée a la vente d'un cabinet de Bruxelles tres renommé. Elle est d'une singuliere pureté, peinte sur toile de 49'/^ pouces de hauteur sur 76 de largeur. On en demande/6000 & selon M'. van Leen, il ne serait pas payé trop cher fl. 5000. 2° 3° La Ressurrection de Lazare avec 17 figures & La Ste. Cène avec les
;
—
par Rubens peint
figures
13
sur
du bois en
grisaille
&
avec autant de
pureté que d'exactitude. Les gravures en sont connues, la hauteur en est de 23 pouces, la largeur 18. Elles ont été payées k la vente de Braamkamp
/
1700; on en demande/ 2000. 4° Un tableau Italien qui passé pour
un Carlo Dolci mais que d'autres Madonne en méditation, peinte sur toile, haut de 18V3 pouces, large de 15. Le tableau est de la plus belle nature et d'une superbe composition. M'. van Leen l'estime a ƒ 1400, mais on en demande /2600. La seconde coUection d'Anvers dont parie le rapport, est celle de M'. Wolschot: mais celui ei ne se trouvant pas en ville, il n'a pu indiquer ses prix k M'. van Leen, qui néanmoins en attend encore la note. Voici les tableaux principaux que M^ van Leen y a observé, et la valeur k la jugent supérieur au mérité de ce peintre. C'est une
quelle
les estime.
il
Tableau
1°
mérite,
tant
Italien.
d'Emmaus; pièce d'un grand composition, de l'expression et du
Jesus avec les disciples
du coté du dessein, de
Ia
; il paroit pur & peut valoir / 1200. Autre tableau Italien de chevalet, représentant une familie sainte; il est d'une grande beauté, bien dessiné & d'une composition agréable; il est estimé ƒ800. 3' Paysage de Simon van der Does de belle et riche composition, avec plusieurs troupeaux de boeufs et de moutons une des meilleures pièces de ce maitre, estimé a / 700. 4° Une Madeleine, qui passé pour Sassoferrati, tres belle et pure; il n'y a qu'une tresse de cheveux de repeinte on l'estime/ 1200. 5° Une allegorie de Jacques Jordaens, pièce capitale et de son meilleur faire; c'est un satyre qui parait se métier d'un paysan. Elle est calculée
colorit 2°
;
;
a
/ I4CX3.
Un Christ mort étendu aux genoux de la Vierge, accompagnée de St. Jean. Il passé pour un Van Dijk sans que néanmoins on ne puisse l'assurer. En tout cas il a beaucoup de mérite & 6' Autre tableau capitale.
qui
est
peut valoir
La 1°
J
1000.
M^ Lyssens, ou M'. van Leen a remarqué chasse de renard par Snyders de moyenne grandeur, mais supé-
troisieme collection est de
Une
rieusement peint; 2°
Un
Jesus,
autre
du même
il
l'estime
tres
/
800.
bon tableau de
l'école Italienne,
La
vierge
&
l'enfant
prix.
Les cabinets de Mesrs van Lankeren, Vink & Stevens renferment également quelques pièces extraordinaires mais comme on n'y vend pas k moins
119 que par hasard des prix énormes soyent
offerts a ses possesseurs il aurait lenumération. M^ van Leen fut a peine parti d'i^i que je re?us une lettre d'un certain M'. Snyers d'Anvers, olïrant une quantité de tableaux, qu'il rassemblait chez lui, il vendre. J'eus exactement Ie temps de faire parvenir sa lettre au commissionaire envoyé par les ordres de V. M. Il y a sans doute du mystère dans Ie trafic de tableaux de ce M'. Snyers, car il refusa a M^ van Leen 1'entrée de son cabinet, jusqui ce que celui-ci lui montra la lettre que
été inutile
den
faire
Snyers m'avoit écrite, & lui dit qu'il venait de ma part. J'ai raison de croire en correspondance avec des personnes d'ici qui tachent de débiter par son moyen a Anvers ce qui ne leur réusserait pas dans Ie royaume. Il est certain au moins que Ie Triomphe de Frederic Henri sur la prise de Bois Ie Duo par Cuyp, dont il m'a envoyé l'esquisse, & qui est une tres maigre pièce de ƒ 200 k / 300 de valeur, quoique il en demande /4500, lui est parvenue de chez nous. EUe a été tirée du Palais du Bois en 1795. Quoi qu'il en soit, voici les pièces belles de grand mérite que M^ v. Leen a reraarqué dans cette collection avec les prix excessifs, que M^ Snyers en demande, quoique toutes ne soyent pas également pures, et qu'on n'ose assez repondre de l'originalité de plusieurs d'elles. qu'il est
3°
Chasse de tigre & de iion par Rubbens / 8000. Le meurtre d'Abel par Guido Rheni ƒ 8000. Baccanal d'enfants par Van Dyk / 6000.
On
doute surtout de
4°
La
vierge,
1° 2°
de ces
l'originalité
&
l'enfant Jesus,
mais retouche par-ci par les 4 saisons par Jordaens
original,
5° Silene et
& 6°
trois pièces.
anges, par
2
Van Eyk/4500.
Il
parait
\k.
ƒ
1500.
Ce
tableau est tres original
pur.
Diane qui
dort,
& Endymion
par
Pordenone/
1500.
U
est
beau
et
assez pur.
de St. Fran^ois par Guido Rheni / 600. de Christ, couronné d'épines par Jos. d'Arpino/ 600; beau et pur. 9° La vierge & 1 enfant Jesus par Le Corrège, / 1500; beau mais restauré. 10° Guérison d'un aveugle par Nic. Poussin / 2500 beau tableau. 7° Extase
8° Tête
;
M^ van Leen a poussé son voyage jusqu'4 Malines, oü dans peu (le 20 de ce mois) l'on doit vendre le cabinet de M<^'= van Velsen, mais il n'y a trouvé qu'une seule pièce è. son gout, supérieurement peinte par Zorgh, représentant un marché aux herbes, de nche & tres belle composition, qu'on peut taxer a
/
1000.
de Malines, connus de M^ v. Leen, possèdent un une belle esquisse terminée en couleurs par Rubens, représentant un Mucius Scaevola tenant sa main au brasier ardent. Le grand tableau, qu'en est l'original, se trouve a Vienne chez le prince de Lichtenstein.
Deux
encore
riches particuliers
1
Cette esquisse peut s'estiraer a
ƒ 1400.
L'autre tableau est un portrait d'horame a deux raains par plus Il
beau
qu'il soit possible
de
voir,
se flatte sans pourtant oser
1
M'. van Leen l'estime a
Van Dyk,
/
le
1800.
assurer, qu'on pourroit faire l'acquisition
de ces deux pièces.
La note ei jointe contient les debours et le salaire du commissionaire montant ensemble i ƒ 257 11 ce qui ne me paroit excessif J'attends sur ces objets les ordres de Votre Maj.
:
I20
Vermelden we nog welke andere Amsterdam kwamen vermeerderen.
De
schilderijen het
Museum
te
Zeeland te Middelburg stond in 1808 een portret van Michiel Adriaensz. de Ruyter, door Ferdinand Admiraliteit van
Bol, af Plaatsing
in
het
Museum van schilderijen
der
stad
Amsterdam.
i).
En Amsterdam
Aug. 180S eindelijk voor een van Rembrandt. De volgende ,,'',. jr stukkcn, direct ot mdirect aan de stad toebehoorende, zouden voortaan evenzoovele hoofdwerken van het Museum zijn Rembrandt, De Nachtwacht. zorgde
15
vertegenwoordiginsf
.^y^^j.jjjgre
•
Dezelfde,
Van der Dezelfde,
De
i
,
i
i
i
Staalmeesters.
Helst,
De
i
De
Schuttersmaaltijd.
Doelheeren.
Govert Flinck, De Schuttersvrede. Karel du Jardin, De Regenten van het Spinhuis. Willem van de Velde, Het IJ vóór Amsterdam 2).
Juist
toen de onderhandelingen hierover aan den directeurs-quaestie
zou niet
mede naar Amsterdam een
er
Temminck
Apostooi '«">•
Direc-
weer aan de orde, want Meerman
was de
Tot
als
nieuwe
gang waren,
gaan.
benoemd was, nam Egbert der Nationale Gebouwen die functie
directeur
Inspecteur
ad interim waar. Apostool's reeds in het begin van 1807 geuit verlangen werd eindelijk verwezenlijkt. Bij Koninklijk Besluit van 25 Aug. 1808 werd hij benoemd tot Directeur van het Koninklijk Museum. Comelis Apostool was eigenlijk een dilettant. Te Amsterdam 6 Aug. 1762 geboren, had hij zich weliswaar onder leiding van den landschapschilder Hendrik Meyer geoefend, en nadat hij dezen op zijn tweede reis naar Engeland gevolgd was, had daar in 1791, 1793 en 1794 eenige reeksen aquatinten naar oud-Hollandsche schilderijen en «Select views in the South of France" uitgegeven, maar de beoefening van kunst was bij
hij
hem
niet
de hoofdzaak.
door hemzelf
is
Hij
bij
Wat
zijn
had veel gereisd, ook
1)
Zie Bijlage XII.
2)
Zie Bijlage XIII.
hij
in
Engeland heeft
uitgericht,
eerste sollicitatie uitvoerig toegelicht. in
Frankrijk en
Italië.
CORNELIS APOSTOOL. SCHILDERIJ DOOR CHARLES
HÜWARD HODOES
IE AMSIERDAM.
IN
HET RIJKSMUSEUM
121
Reeds 4 Sept. 1808 werd hem gelast een catalogus van het Koninklijk Museum te maken. Een resultaat hiervan is vermoedelijk de volgende inventaris, waarbij echter de naam van den opsteller niet genoemd is. Het stuk berust in het archief van de Hoofddirectie van 's Rijks Museum.
in
Overgeblevene Schilderijen, Rariteiten &c. op het Koninklijk Musaeum den Haag, op den 14 September 1808.
Schilderijen
den Haag bleven
Kamer:
1^ I
Een
schilderij
verbeeldende de Gerechtigheid, door
J. Pott.
van den heer Meerman, maar naderhand van 't Oude Hof toegezonden. 2—16 Vijftien stuks kleine pourtraitjes van de Familie van Nassau. De Helden van Nassau, door van de Venne. 17 18 Een geestelijke Visserij, door Breugel & van Baaien. 19 Graaf Hendrik van Nassau, door Hondhorst. 20 Een officierspourtrait. 21 De Belegering van Oostende, door J. Mars. N.B.
Dit schilderij
2'
is
niet
op de
lijst
Kamer:
28
Jacoba van Beyeren en Franc van Borsselen; twee kannetjes en stoel van dezelve. Willem IV, door Aved. Graaf Ernst Casimir van Nassau, door Hondhorst. Filips Willem, Graaf van Buuren, door Miereveld. De Erfprins, in craijon, door Tishbein. Deszelfs vrouw, door denzelfden.
22,
24 25 26 27
23
29
Prins Frederik,
»
>
30
Deszelfs zuster,
»
»
31
33
De Graaf van Egmond. De Hertog van Alva, door De Graaf van Hoorn.
33
D. Barends.
34,
35
Charlemagne en vrouw, twee
36
De
Pensionaris Buys, door G. Dou.
37 38
Kenau
stuks.
Hasselaar.
Erasmus, door Holbein. 39 Ernst Casimir, door Hondhorst. 40 De Gravin van Brederode. De slag van Jan van Galen vóór Livomo, door Zeeman. 41 42 De Trap te Delft, door de Delftsche van der Meer. 43 Jan van Uitenboogaart, door Miereveld. 44 't Hernemen van Coeverden, door Pieter Wouwerman. 45 Fred*"- Hend'-, door Miereveld. 46 De Uittogt uit 's Hertogenbosch, door E. van de Velde. 47 P. C. Hooft, door Sandrart. 48 Willem V, crayon, door Tishbein. 49 Fred'' Hend"» bij de belegering van den Bosch, door Palamedes,
in
ge-
1808.
122 Schilderijen
den
Haag
in
ge-
bleven 1808.
van Oldenbarneveld, door
J- Lievens, Cen zyn stoel). V, crayon, door Tischbein. 't Verdrinken van Graaf Jan van Nassau, door de Vlieger. Keizer Karel V zyn waardigheden neerleggende, door Frans Franc. Maurits dankt de waardgelders af te Utrecht, door Hillegaard. De Moord van de twee Broeders de Witt, door J. de Baan.
50
J.
51
De vrouw van Willem
52
53
54 55 56 57
't
Verbranden der scheepen op Chattam, door
't
Oude Huys
B. Peters.
Teylingen.
Hogerbeets en familie, door D. de Keiier. Willem I, door Miereveld. J. Cats, door Miereveld. 61 't Vertrek van Willem III, door de Meyer. 62 De dochter van Weylburg, crayon, door Tischbein. 63 't Hof van den Haag daar Maurits ter Jagt gaat, door il. van de Velde. 64 D. R. Kamphuizen, door H. Goltzius. 65 Com. Pieter Hooft, door L. Bramer. 66 De Vrede te Munster, na G. ter Burg. 67 Ruïne van 't Huis Teilingen. 68 Apotheose van Willem III, door G. de Lairesse. 69—80 De twaalf schilderijen van Claudius Civilis uit de Besognekamer van H.H. Mog., door Otto Vaenius. 81, 82 Jan van Nes en vrouw, door de Jong. 2 stuks. 83 De Harangay uit het Turfschip van Breda. 84 De Ramp van Leyden, door J. Hanssen. 85—123 39 Pourtraitjes van de Familie van Nassau. Corn. Tromp & vrouw, door J. Mytens, twee stuks. 124, 125 126 De vier broeders van Willem I. 127 Willem III in Koninklijk gewaad, door Schalken. 128 Ripperda, door Frans Hals. 129 't Breeken van 't Twaalfjarig Bestand, door de oude Teniers. 130 't Springen van 't kruidmagazijn te Delft, door v. d. Poel. »3i Heemskerk in 'toverzeilen van de Spaanse galeien voor Gibraltar, door 58
59 60
Vroom. r32
De
terugkomst van C. de Witt op de Maas voor Rotterdam, door
L. Verschuur. 133
't
Inneemen van Hulst van
134
't
Kielhalen van de chirurgijn van
door de Meyer. van Nes, door L. Verschuur. 135 De slag aan de Boyne, door Hugfenburg. '36, 137 Jan & Cornelis de Witt, door J. de Baan, twee stuks. 138 J. Banckert Gsrtenaar, door Miereveld. 1.39 140 Witte Corn. de Witt. 141 Schout bij nacht Crul, door Cuilenburg. 142 Een Crucifix uit de Zilvervloot. Admiraal Zoutman & vrouw, door Haucq, twee stuks. 143, 144 145 De vrouw van M. H. Tromp, door Miereveld. 146 Admiraal P. P. Hein, in Chineesch speksteen en wasch. 147—150 4 Pourtraitjes, door en na Corn. Visscher. 151 Willem I op zijn paradebed, door van de Venne. Een pourtraitje van een Koning van Boheemen. 152 Fred'' Hend'', J.
123 Rariteiten.
De De
Bol van Unie. Geuzebeker. 't Geuzenapje. Twee Sabels en de Rotting van M. de Ruiter. De Rotting en Donderbusch van M. H. Tromp. Twee Degens van de Kisten van de twee Trompen.
Een
zilvere vaas
en schotel
uit
de Zilvervloot van Piet Hein.
Deszelfs Harnas.
Twee Geboetseerde Koppen
v.in
M. de Ruiter en C. de Witt
Vier Kannetjes van vrouw Jacoba.
Een
glas,
oud 1200 Jaaren.
Fred^ de Groote Dezelve, Profil in
te paard, in
marmer
brons en niarnier.
basrelief.
Deszelfs vader in biscuit. Gerrit van Velsen in marmer.
Een monstreuze Paardskop in Liquor. Een Medailje op de overgang van 's Hertogenbosch 4=
Kamer.
154
Een Hemelvaart Christi, door Vouet. Een Bachanaal, door Amiconi.
155
Adam
153
in zilver.
en Eva, door Corn. van Haarlem.
164,
Een Landschap, door Glauber. Een Cleopatra, na Guido. Een St Hubert, door Sciavoni. 160 Twee stuks, door Seb. Franx. Een Modelkop, door Anth. van Dyck. Een Bloemstukje, door of na Rachel Ruijsch. Een Schets, door P. P. Rubens. 165 Twee stuks Italiaansche ruïnen.
166
'tPourtrait van
167
Een Romeinsche Markt, door van der Ulft
168
Loth en zijn dochters, door Romanelli. God de Vader, door Gaudi. Maria met het Kind en Theresia, door C. Ferrus Theresia de wonden ontfangende, door Cario Maratti Een Manskop, door Rembrand. N.B. dit schilderij is niet op de Lijst van dH' Meerman, maar mij door ZijnEd. toegezonden. Een Grieksche wetloop, door A. Bloeraaert. Paris oordeel, door Pamieggiano. Een Kloosterstuk, door Jan van Eyk. Eenige Heiligen, door Pordenone. Een Vrouwekop, door Barotius. Een Salvator Mundi, door Rubens. Een Maria Magdalena, door Carlo Dolci. Een Kruisdraging, door Frans Floris. Een jonge Johannes de Dooper, door Michiel Coxie. Een Kindje, door Hondhorst.
156 157
158 i5Q,
161
162
163
169 170 171
172
173
174 175
176 177
178
179 180 181
182
Koningin Elisabeth, door Pourbus.
124 Schilderijen
den
Haag
bleven 1808.
in
183
ge-
,84
Een Landschapje. Een Besnijdenis, door
185
Nathan by David, door L. Bramer.
L. Bramer.
In de Gang.
1S6— ig4 9 Officiers-Pourtraitten. Cupido en de Leeuw, door Hondhorst. 195 196 Venus en Adonus, uit de school van van Dyk. 197 Een Landschap, door Glauber. 198
De zoon van Aart van
199
Gaston.
Nes.
200
Een
201
Heemstede, door de oude Janson. 203 Twee stukjes, door Vitringa, twee stuks. s 205 Twee door Wynands, twee > ' 207 Twee door Stork, twee 209 Petrus en Maria Magdalena, van de Gobelins, twee
202, 204, 206, 208,
Officiers-Pourtrait.
>
Op
de Groote
Zaal.
212
Een Zee, door Vitringa. Een Jagt, door een Duitsch Meester. Een Morgenstond, door J. van Strij.
213 214
Een Landschap, door Glauber.
215
Amalia van Solms en
216,
217
210 211
De
slag
stuks.
van Hochsted, door Huchtenburg.
Twee
zuster,
groote stukken,
door Hondhorst. Maniius Torquatus en Enaeas, door Fer-
dinand Bol. Maaltijd der Goden, door Corn. van Haarlem. 219 Een Landschapje, door Jan van Huyzum. 220 Een Batailje, door Hugtenburg. 221 Een Keuken, door J. Olis. 222, 223 Twee landschappen, door Glauber, twee stuks. 224 De Gerechtigheid, door G. Metzu. 225 De Liefde met de Leeuw, door Govert Flink. 226 Een Landschap, door Glauber. 227 Een Zee, door Vitringa. 228 Een Jagt, door een Duitsch Meester. 229 Levendige vogels, door Hondekoeter. 230—234 Vijf Historiën uit Ovidius, door G. de Lairesse, vijf stuks. 235 De Boodschap aan Maria, door P. P. Rubens. 236 Een woelende zee, door L. Bakhuizen. 237 Een woelende en stille zee, door Baur, twee stuks. 238 Een Landschap met beesten, door N. P. Berchem. 239 Een Bataille, door P'. Wouwerman. 240 Een Landschap, door Kerings en Poelenburg. Een fruitstuk, door C. de Heem. 241 242 Een Kwakzalver, door J. Steen. 243 Een knielende Munnik, door Nepveu. 244 Een Landschap met drie beeltjes, door A. Kuyp. 245 Een haspelend vrouwtje, kaarsligt, door D. van Tol. 246 Een .\potheose op de Koning van Holland in Papier, door Reygers. 218
De
125 247
Ed
Een 249 Een 250 Een 248
251,
253
254 255
256 257 258
259 260 261
262 263
264 265
266 267
268 269
270 271
272 273 274 275 276 277
maneschijn, door
v. d.
Poel.
rencontre, door A. Cuyp.
door J. Steen. van buiten door M. Heemskerk en van binnen door C. van Haarlem. 252 Twee Bijbelsche Historiën, door Breugel en van Baaien, twee stuks. De vier Jaargetijden, door Rubens en Jordaans. Een Landschap, door Glauber. Een bloem- en fruitstuk, door Lindhorst, twee stuks. Een binnenhuis, door v. d. Poel. Een Landschap, door de oude Carrde. Een wintergezicht, door A. v. d. Neer. Een Maria Magdalena, gewasschen door Nagtegaal. Een Conversatie, door Brekelenkamp. Een woelend en een stil water, door W. v. d. Velde, twee stuks. Een Landschap, door de Vries. Een Psyche en Cupido, door de Ridder van der Werf. Een Landschapje met Beesten, door N. P. Berchem. Een Migniatuur, na Rosalba door Paf. Een voorstelling van Christus, na L. da Vinci door dezelve. Een Landschap met Beesten, door Verbeek. Een do. met drie koeien, door P. Potter. Een woelende zee, door Kobell. Een vrouwtje met een kind aan de borst, door G. Dou of Slingeland. Een gezicht van de Kalvermarkt in den Haag, door Valois. Een stalletje, door P^ VVouwerman. Een Minervakop, fabrique de ParisDe groote Kerk te Haarlem, door van Nikkelen. Een wit Paard, door J. van Strij. Een ketelschuurster, door B. van Strij. Een fruitstuk, door J. Davids de Heem. boerebruiloft, altaarstuk,
Beeldekamer. Willem II, buste in marmer. Willem I, geboetzeerd en verguld, door de Keyzer. Afgietsel te Amsterdam van M. A. de Ruyter, in gips. Willem III, buste in marmer. Maria, buste in marmer. Fred''
278 279
In 280,
HendS
't
zelve.
van Engeland, 't zelve. Twee Marmere Romeinsche Keizerskoppen, 't zelve, twee stuks. Willem III ten voeten uit, in raarmer, 't zelve door Xavery. Twee Kindertjes, in marmer, door dezelve. Burgem. van der Werf, Profil in pijpaard en ornament. Een zogenaamd Goud-Kanon en afuit. Een gedammaseerd en spiraal getrokken ijzer kanon en afuit, Een Bloemschilderij, door P. Zegers. De slag van Bossu op de Haarlemmer Meer, door Vroom. Een model van een Oostindisch schip. Karel
281
II
't
Portaal naar beneden.
Twee
Jagtstukken, door Boel.
120 Schilderijen
den
Haag
In
in
ge-
,82
't
Voorhuis.
Een koning van Zwecden
te paard, levensgrootte,
bleven iSoS.
In de 283
284
Kamer op de
Zolder.
Prins Eugenius van Savoye. Casimir van Nassau.
285,
286
Twee
287 288
Een
graauïv van de jonge Coxie.
De
289
Een Fransch Kindje.
290
Jan de Witt, door de Baan.
famillie
Officiers.
van de Erfprins
Een gebeellhout
in
Crayon, door Tischbein.
Blok.
In het lattehok op de Zolder.
Een marmere schoorsteengroep met twee Beelden, door 9 Koppen, in marmer & geboetzeerd, onbekend. 5 beschadigde antike koppen, vijf stuks. I gevleugeld kopje. 1 Dianakopje. 3 anderen. Een rond
J.
B. Savary.
Basrelief.
Monstreuze Kinderen, in gips. Willem I, zwaar basrelief in marmer. 2
Een marmer Willem Willem Willem
V I,
tafelstukje.
en Wilhelmina, busten in marmer, twee geboetseerd en verguld.
II,
levensgrootte ten voeten
uit,
stuks.
geboetseerd
&
opgeschildert
Schilderijen.
291—298 299—302 303 304 305 306
Acht bloemstukken, door P. Zegers, acht stuks. Vier stukken met Kindertjes in 't groen.
Een Koningin van Denemarken.
Madame de Een
stuk,
Maintenon. door T. van Peenen.
Willem II. Willem IV. 308—320 13 Officiers, 307
13 stuks.
321
Fred"^ Hend''.
322
Een Crayon, onbekend.
323
Wilhelmina
te
paard, door Haag.
9 pourtraitten, onbekend. Twee Kinderenpourlraitten op één stuk. Een stuk met Duitsche pourtraitten.
324—332 333 334 335 336 337
338 339 340
Willem V.
Een hchangselstuk. Anna van Brunswijk-Lunenburg. Willem V, door Siesenis. Wilhelmina, door Siesenis. 'tjagthuis te Teilingen.
342,
Willem IV. 243 De vrouw van den Erfprins, Crayon door Tischbein. tweemaal.
344
Een Kinderpourtrait.
341
127 Vier stuks met Kindertjes 349—354 ^og zes anderen, dito. 355 Willem V.
345— 34^
356
Maurits.
357 358
Een Zeestukje. Een Landschapje.
359 3C0
De
drie Colignies,
in couleur, vier stuks.
door C. Ketel.
Prins Fred'=, olijverf door Tischbein.
363
De Erfprins, door dezelve, tweemaal. Twee Kinderpourtraitten op één stuk, onbekend.
364,
365
366,
367
362
361,
368 369
370 371
372 373 374 375 376 378
Maria Theresia en haar man, twee stuks. Willem II, tweemaal. Willem III. Een Fransch pourtrait. Louisa Araalia van Bninswijk. Levendige vogels, door Valkenburg. Wilhelmina in wit satijn, olijverf door Tischbein. Willem V. Willem V als kind. De vrouw van den Erfprins, Crayon door Tischbein. Willem y. Wilhelmina, in Crayon.
De
379 380
vorstlijke familie, in Silhouetten.
Een
381—383
Crayonpourtrait, onbekend. drie Kinderpourtraitten, drie stuks.
De Hertog van
384 385
Brunswijk.
386,
Een vrouwepourtrait met Engeltjes, onbekend. 387 Twee Ovale pourtraitjes, twee stuks.
358,
3S9
390
Een Manspourtrait.
391
Wilhelmina, Silhouet op goud. 293 Twee Caricatuuren in wasch, twee stuks. Een Lijst met Zeeschulpen.
392,
394
Een
395 396
Willem
V
als kind,
twee stuks.
miniatuurpourtraitje.
402
Susanna en de Boeven, in miniatuur. Carel I, Koning van Engeland, in dito. Madame de Maintenon, in miniatuur. Een onbekend pourtraitje, met rood gewasschen. Een klein altaarstukje met deuren. Een crayonpourtrait in een kas met deuren. Een heestergewa.s in lijst en glas.
403,
404
405 406
Admiraal Zoutman, door Cuylenburg.
435 436
Araalia van Solms, door Hondhorst.
397
389 399 400 401
— 434
437
Twee
stuks vergulde kasten
met
glas,
met Figuuren.
28 stuks officieren.
De Hertog van Brunswijk, geboeueerd De Groot- vorst van Rusland.
43S— 443 6 Antique batailjes in 't graauw, 444 Een zinnebeeldig schoorsteenstuk. 445 Een graauw uit de Oranjezaal. 446 Willem IV ten voeten uit
in Profil,
zes stuks.
met
lijst
en
glas.
:
128 Schilderijen
den
Haag
ia
447
Amalia van Solms ten voeten
ge-
448
Madame de Maintenon met
44^ 450
Maria Hemelvaart, na A. van Dyck.
451
Een bloemstuk, door P. Zegers. Een levensgroot pourtrait ten voeten
bleven 1808.
452
De
uit, als
A
van Dyek.
bijwerk,
vorstelyke Familie levensgrootte, door Tischbein.
453 454
Willem
455
Eenige lappen geschildert
Een
III ten
gesloten
voeten
uit,
onbekend.
uit.
kist. zijl
van Behangsel &c.
In de Bovengang.
456—459 Vier stuks behangselstukken. 460 Venus en Adonis na Titiaan. 461 Willem IV ten voeten uit, levensgrootte. 462 Willem III do. In
463 464
465
't
Portaal.
De Kindermoord, door Een Verlooren Zoon,
C. van Haarlem.
als
Palamedes.
Op mijn kamer. De Hertog van Brunswijk I
en Princes Louisa, door Tischbein. Vier Groote Familiestukken uit kamers op 't Huis in 't Bosch. Historie, schoorsteenstuk van 't Oude Hof.
I
dito.
466—469 470 471 472,
474 475,
Twee Kopere Platen in zwarte lijsten, twee stuks. Een rond vrouweportrait. 476 Twee Prenten van de Godsdienst en een bloemstuk met Couleuren 473
gedrukt.
Van Huybrechts terug. 477 Een graauw met kindertjes, door 478 Een Pourtrait van Prins Maurits.
J.
de
van
Witt,
't
Huys
in
't
Bosch.
Ongedecideerde Schilderj'en. 479
"t
Stuk door de Regering van Dordrecht present gedaan aan de familie
van de Witt na 't verbranden van Chattam behoord aan dH' Pompe van Meerdervoort. 4S0 De Gouverneur Coen en vrouw, eerst Gouverneur van Batavia, Batavia in 't verschiet, door A. A. Cuyp; behoord aan dH' Verbeek. Twee Copijen na A. van Dyck, door Wonder te Utrecht, twee stuks. 481, 482 483, 484 Twee schilderijen, een Schilderkamer en een Boerenbinnenhuijs, door v. d. Burg in den Haag, twee stuks. 485 Een Lezend oud man met een bril op wie toebehoord mij onbekend. Een kist met zes stuks Academiebeelden en koppen in lijsten en glazen, uit de school van G. Dezan te Groningen. ;
;
Geschenk
v-in
van Biljoen.
Spaen
Oct. 1808 bood J. P. G. Baron vaii SpEcn Koning ten behoeve van het Museum aan Venusbuste van Grieksche herkomst, te Ephesus een buste van Julia, de dochter van Augustus, en lo
^j^j^
schilderijen
van Biljoen een antieke opgegraven, de volgende
—
129 |.
Brueghel,
De
prediking van Christus tot de visschers.
Francken, Heilige Familie.
Fr.
Paulus
[d.
i.
De
Pieter] Potter,
Stroosnijder.
G. Seghers, Christus en de boetvaardige zondares.
Veronese [copie naar Palma], Heilige Familie. Heilige Familie.
Cimon en Pera. Een historiestuk. Naar aanleiding van dit geschenk en een ander ten behoeve van het Kabinet van Gesneden Steenen vonden wij in den Alg. Konst- en Letterbode van ii Nov. 1808: »Zyne Majesteit heeft deze Geschenken met erkentenis aangenomen, en is in 't byzonder gevoelig geweest, zoo wel aan de edelmoedige en verlichte denkwyze der Eigenaren ... als aan het nuttig voorbeeld daar door aan andere Ingezetenen gegeven terwijl Hoogstdezelve besloten heeft, dat het aanbod, de naam des schenkers en de ;
aanneming door den Koning, onder ieder stuk zou worden uitgedrukt''.
Van September 1808 totaaluitgaven
tot
ƒ7850 — 14 —
einde
10,
Maart
zoodat
er
1809 bedroegen de oogenschijnlijk
een
——
ƒ2149 6, hoewel er nog was te voorde uitgaven voor de komende vijf maanden. Er was dan ook het een en ander aangekocht: In Sept. 1808, op last van den Koning, van zekeren Reygers te Middelburg, voor ƒ400. een > kunststuk in papier". In Oct. 1808 van de weduwe van den schilder Jan Evert Morel, voor /550. een bloemstuk van wijlen haar man van zekeren Schouten te Amsterdam, voor/ 2 50. het model van een schip; van G. J. Windelincx, voor f ^2^. een stukje van Teniers en van den heer Roth van Willingen, voor/ 150. 5
saldo overbleef van zien in
—
—
;
— —
een ivoren horloge. In
Nov.
1808 verkocht de Kapitein- Adjudant Rottiers
voor
—
het door Rembrandt geschilderde portret van Lumey, zoogenaamde portret van Rembrandt's vader. Voorts werd /300. gegeven voor een landschap zonder nadere aanduiding, en werd van J. Bosboom, voor / 265. 12.8,
ƒ
300.
het
—
een stuk gekocht, waarbij weliswaar iedere nadere omschrijving ontbreekt,
maar dat
wij
toch misschien kunnen identificeeren
Verschillende «»n-
'°°p'°
m
i
o
.
—
130
met een van Johannes Bosboom afkomstigen
triptiek
in
het
Nederlandsch Museum (Rijks-Museum N°. 339). In Febr. 1809 werden van A. B. G. van Dedem van de Gelder, voor / 880. 12, drie afbeeldingen in kurk van den Tempel te
Paestum gekocht, die thans in het Rijksmuseum van Oudheden Leiden tentoongesteld zijn. Op de eerste tentoonstelling van werken van levende meesters, waarvan het programma 3 Aug. 1808 was uitgeschreven en waarvoor in het Paleis twee zalen, een portaal en een voorvertrek beschikbaar waren gesteld, werd een schilderij van Jan Baptist Scheffer, voorstellende Jacob Simonsz. de Rijk weigerend zijn ontslag uit de gevangenis te nemen, met een prijs, bestemd voor de historische stukken, bekroond. De Koning wilde het aankoopen en daar de schilder het bepalen der koopsom aan Z. M. overliet, gelastte deze aan Apostool hieromtrent een voorstel te doen. Deze oordeelde dat het gerekend kon worden tot die historiestukken, tot wier samenstelling zeer veel tijd en kosten noodig zijn, »zoo tot nauwkeurige bestudeering van alle de partijen naar het leven of ter oplettende navolging der kleederdracht van den tijd of der schilderachtige plooiing". Hij meende daarom dat het werk met ƒ1400. gehonoreerd moest worden. Indien de Koning het gekocht heeft, is dit niet voor het Museum geweest, want het wordt in geen der oudere catalogi aangetroffen. Een ander stuk, dat op dezelfde tentoonstelling ook met een eerste prijs van f 2000. bekroond is, is wel in het Museum terechtgekomen, nl. Willem Bartel van der Kooi's Minnebrief, maar niet dan nadat het in 1869 door een zoon van den schilder, Mr. H. van der Kooi, geschonken was. Van de tentoonstelling van 1 809 is een landschap te SaintCloud van den schilder Pieter Rudolph Kleyn gekocht. Het uitnemende werk is thans nog in het Rijksmuseum. te
Aankoop op de tentoonsieiiing
vaa 1809.
Wij laten hierachter volgen een regu van 22 December 1808, vermeldende de opgave der schilderijen door Temminck in ontvangst genomen en geven tevens een afschrift van de verklaring van overname van schilderijen en zeldzaamheden, door den Directeur O. Apostool aan denzelfden Temminck den 2deii
Jan.
1809 overhandigd.
1
'3' 22
December
iSo8.
Re^u van den directeur Yan het Koninklijk Museum te Anistcrdam E. J. Teinminck voor den Directeur-Generaal van Wetenschappen en Kunsten, wegens schilderijen, bas-reliet's, statuen en rariteiten voortkomende uit het Museum in den Haag. Schilderijen.
2
Bakhuizen, Woelende zee. van der Hagen, Landschap.
3
Teniers,
1
Twee rokende
boertjes.
Janzon, Een burgerwoning. 5—12 8 Stuks kleine portretjes van de familie van Nassau. 13—55 44 Portretjes van de familie van Nassau. 56 van der Venne. De helden van Nassau. 57 Breugel en van Balen, Een geestelijke visscherij. 4
62
Hondhorst, Graaf Hendrik van Nassau. Mars, De belegering van Ostende. Aved, Willem de Vierde. Honthorst, De graaf van Nassau. Miereveld, Philips Willem graaf van Nassau.
63 64
D. Barends,
65
De
58 59
60 61
66 67
68
69 70 71
72
73 74 75
76
J.
De
graaf van
Egmond.
De
hertog van Alva. graaf van Hoorn. G. Douw, De pensionaris Buys. Kenau Hasselaar. Holbein, Erasmus.
De gravinne van Brederode. Zeeman, De slag van v. Galen voor Livorno. De Delftsche v. d. Meer, De trap te Delft. Miereveld, Jan van Uytenbogaard. P. Wouwerman, De herneming van Coevorden. Miereveld, Frederik Hendrik. E. van de Velde, De uittocht uit Sandrart, P. C. Hooft.
's
Hertogenbosch.
Lievens, Jan van Oldenbameveld. de Vlieger, 't Verdringen van graaf Jan van Nassau. 79 Frans Francx, Karel V zijne waardigheden nederleggende. 80 Hillegaard, Maurits de Waardgelders afdankende. 8i P., Frederik Hendrik bij de belegering van 's Hertogenbosch. 82 J. de Baan, De moord van de gebroeders de Wit. 83 B. Peters, Het verbranden der schepen op Chattam. 77
J.
78
84
't
Oude
85 86
't
Jachthuis Teylingen.
huis Teylingen.
D. de Keizer, Hogerbeets en familie.
Miereveld, Jacob Cats. de Meyer, 't Vertrek van Willem III. 89 van de Velde, 't Hof in den Haag daar Maurits ter jacht 90 Goltzius, D. R. Camphuizen. 91 Bramer, C. P. Hooft. 92 C. Terburg, De vredehandel te Munster. 93—104 Otto Vannis, 12 schilderijen van Claudius Civilis.
87 88
gaat.
132 io6 de Jong, Jan van Nes en vrouw. 2 stuks. de Haraugay met 't turfschip van Breda. 108 J. Hansen, De ramp van Leyden. 109, iio J. Mytens, C. Tromp en vrouw, 2 stuks. 111 De vier broeders van Willem I. 112 Frans Hals, Ripperda. ÏI3 Oude Teniers, 't Breeken van het twaalfjarig bestand. 114 van de Poel, 't Springen van het kruidmagazijn te Delft. 115 Vroom, Heemskerk overzijlende de Spaansche gallioenen voor Gibraltar. 116 L. Verschuur, De terugkomst van C. de Wit op de Maas te Rotterdam. de Meyer, 't Innemen van Hulst door Frederik Hendrik. 117 1x8 't Kielhalen van den chirurgijn van J. van Nes. 119 Hugtenburg, De slag aan de Boyne. 120, 121 Jan en Comelis de Wit, 2 stuks105,
107
122
J.
Bankert.
124
Miereveld, Cortenaer. Witte Comelisz. de Witt.
125
Cuilenburg,
126,
127
123
128
De
Schout-bij-nacht Crul.
Haucq, De Admiraal Zoutman en zijn vrouw. Miereveld, De vrouw van M. H. Tromp. Hubert.
129
Schiavoni,
130
A. van Dyk, Een vrouwenkop. Pourbus. Het portret van Koningin Elisabeth. P. P. Rubens, Een schets. v. d. Ulft, Een Romeinsche markt.
131
132
133
St.
136
Rembrand, Het portret van Lumey. J. V. Eyk, Een kloosterstuk. De zoon van Arend van Nes.
137
Oude
134 135
145
Janson, Heemstede. Hugtenburg, De slag van Hochsted. Hondhorst, Amalia van Solms en zuster. Hugtenburg, Een bataille. J. Olis, Een keuken. Hondekoeter, Levendige vogels. 144 Baur, Een woelend water, 2 stuks. Berghem, Een landschap met beesten.
146
J.
138
139 140 141
142 143,
147 148 149 150 151,
153 154 155
156 157
158
159 160,
Steen,
Een kwakzalver.
Nepveu, Een knielende monnik.
Een haspelend vrouwtje, kaarslicht. Een rencontre. Jan Steen, Een boerenbruiloft. 152 van de Velde, Een woelend en stil water. Brekelenkamp, Een conversatie. y.
Tol,
A. Cuip,
Ridder van der Werf, Psiche en Cupido. Valois, Een gezicht van de Kalvermarkt in den Haagvan Nikkelen, De groote kerk te Haarlem. van Stry, Een ketelschuurster. Vroom, De slag van Bossu op 't Haarlemmermeer. Berghem, Een landschap. i6i Charlemagne en vrouw.
T
<»
1
het Koninglijk Museum, verklaard op hebben overgenomen van den Kamerheer Temminck, ad interim belast geweest met de Directie van gemeld Museum op het Paleis alhier, de verzameling Schilderijen, Zeldzaamheden &c. thans aanwezig en bestaande in: 1°. De Collectie Schilderijen aangekogt uit de verzameling van wylen den Heer van der Pot welke door gemelden Directeur ad interim volgens de authentique lijst, opgemaakt door den Secretaris-Archivist Dedel van den Heer Smissaert, Intendant van 's Konings Paleis, zijn overgenomen, te samen 57 nummers en 63 stuks. i". De Schilderijen van het Haagsche Museum, in de Maand Augustus naar Amsterdam gezonden, volgens overgelegde Notitie. 3°. Vijf stuks Schilderijen, voorheen geplaatst op het Stadhuis, benevens twee dito uit publique gestigten, volgens afzonderlijke Notitie, door den Heer Secretaris-Archivist opgemaakt. 4". Het Pourtrait van den Admiraal de Ruyter hebbende voorheen geplaatst geweest in een der zalen van het Paleis, benevens twee Schilderijen met beesten door Kobell, mede uit de Salons van het Paleis. 5°. Zo veel stuks Schilderijen van nog levende Meesters (gediend hebbende voor Exhibitie) als nog aanwezig zijn. 6°. De Schilderijen en Zeldzaamheden in de Maand December uit het Museum in den Haag overgezonden, volgens overgelegde Notitie, door den Secretaris-Archivist opgemaakt. 7^. Tien stuks aangekogte Schilderijen van nog levende Meesters als van SchefTer i stuk, van van Os 2 stukken, van Hulswit 2 stukken, van Coclers i stuk, van Sonneberg i stuk, van Bauer een woelend water, van Schouman een stuk en van Linthorst een bloemstuk. 8°. Vijf stuks ingezonden van Parijs door de Koninglijke élèves, benevens een teekening door Knip. 9°. Drie Kasjes en drie üoozen met Patés en Afdruksels van Pourtraiten, zijnde een cadeau van de Erven van de Heer Eytelwyn. 10'. Ses stuks Schilderijen benevens een Marmerbeeldje, Venus voorstellende, alsmede een buste van Julia van Grieksch Marmer, al hetwelk door den Commandeur Baron Spaan van Biljoen aan Z. M. ten geschenke is
De Ondergetcekende, Directeur van
heden
te
Ontvangstbewijzen '^'an
Apostool.
aangeboden. \i°.
Vijf kisten D. N°.
1—5, komende van
Parijs,
bevattende afdruksels van
Medailles en gesneeden steenen, waarbij de Catalogus (nog geëmballeerd). 12".
Den inhoud van 41 kisten met Pleisterbeelden, zijnde Modellen van het Museum Napoleon, volgens de daarbij geëxhiljeerde Inventaris bij Procesverbaal opgemaakt
bij
derzelver ontpakking
op het
Paleis
te
Amsterdam.
Amsterdam den 2den Jan, Cs Apostool.
1809.
Keeren we echter temg tot het te 's Gravenhage achtergebleven gedeelte der oude Konstgallery. Waldorp was gestorven en tot zijn opvolger werd 3 Dec. 1808 benoemd Jean George Teissier i), in 1750 te 's Gravenhage geboren en een leerling van Benjamin Bolomey. Daar i)
Decisie N». 166.
j.
g. Teissier,
<^»='"ge den Haag.
134
Waldorp wegens zijne geringe bezoldiging genoodzaakt was, fooien van de bezoekers aan te nemen, werd Teissier's salaris op /6oo gesteld. Op denzelfden dag kreeg de DirecteurGeneraal Meerman
last
Haag
Hij
om
de schifting der schilderijen in den dit ii Dec. 1808 en de voor het Koninklijk Museum te Amsterdam uitgeschoten stukken werden 17 Dec. 1808 onder geleide van zekeren J. J. de Witt per pakschuit naar Amsterdam vervoerd, waarvoor aan transport uitbetaald werd, terwijl de ijsgang nog ƒ24. extra ƒ130. Een tweede zending volgde eerst in Maart vorderde. te regelen.
deed
—
1809
—
(/72.—
)•
Over de benoeming van
Museum en de het volgende
Teissier
tot
schifting der schilderijen in
geschrift
in
opzichter
van
het
den Haag handelt Museum Meer-
het Archief van het
manno-Westreenianum. La Haye Le
ce 12
Dec
1808.
Direct.- Gen.
&c. k Sa Majesté
le
Roy.
Sire. la décision de V. M. du 3 Dec. par rapport au Musée de la Je crains m'êire mal expliqué dans ma lettre k V. M. du 23 Nov. Le décret du 21 Avril, qui contient le reglement du Musée Royal et qui dans le I' art. le considère deja comme fixé k Arasterdam, dit néanmoins dans les J'ai
re^u
Haye.
& 3 que le Directeur auquel, sous le surintendance du Dir.-Gen. des Sciences et des Arts le musée sera confié, sera assisté par un intendant ou surveillant (opzichter) qui demeurera dans le batiment même & par un domestique, le premier jouissant d'un traiteraent de / 600 et dont l'eraploi exige tout ce qui tient au nettoyement et a la partie mécanique de Ia conart- 2
versation des tableaux.
Waldorp occupalt ce poste indispensable par tout ou le musée se trouve depuis 9 ans, et ses gages qui ne montaient qu'a/53o ont été portésè/6oo dès la date du décret, aussi n'était il resté jusqu'ici a la Haye, que parce que les meilleures pièces seulement avaient été transportés au Palais de V. M. k Amsterdam, mais que le noyau du Musée pouvait encore être consideré comme existant ici, ce qui actuellement ne sera plus le cas. Quand donc j'ai pris la liberté de proposer k V. M. un successeur a l'inspecteur défunt dans la personne de Teissier duquel je croyais pouvoir être sur, tant par rapport aux connaissances nécessaires pour eet emploi que du cóté de la probité, ce n'était pas comme conciërge du Musée de la Haye, mais comme le surveillant ou inspecteur du Musée Royal, qu'exigc le décret, et qui non seulement est chargé de plusieurs travaux, qui ne peuvent s'exécuter par Ie directeur mais qui est tres essentiel aussi k la responsabilité du Direct.- Genl. des Sciences et des Arts, dans les mains duquel, selon l'art 37, il prète Ie scrment de fidelité et d'obéissance tant k ses ordres qu'a ceux du Directeur. Peut-être ces éclaircissements pourraient influer sur la décision infinitive de
135 M. a regard de eet article, car dans l'état temporaire qui a eu lieu ne connaissais pas même officiellement celui ou ceux, qui devaient répondre sous Ie Directeur-Général du Musée ad interim, de la ;.Oreté et de la conservation des objets lorsque irrégularité, qui ne pourrait plus durer, depuis que dans peu, non seulement des tableaux mais toute sorte d'autres curiosités arriveront au Palais, quelques unes même de tres petite V.
jusqu'ici je
:
étendue.
me
rendu hier au Musée de la Haye, et j'ai fait Ie choix de toutes me paraissent de nature k être conservées pour Ie Musée Royal. Elles sont encore en tres-grand nombre. Non pas qu'au mois d'Avril tout ce qui élait véritablement de choix n'en ait été enlevé et envoyé h Amst. mais parceque outre plusieurs autres tableaux, trop bon pour ne pas être gardes quelques peu même acquis depuis ce temps la, Ie Musée brillait surtout par sa richesse en pourtraits d'hommes de marque du pays, pas toujours également bien peints, mais précieux néanmoins par leur réunion qui avec les tableaux historiques nationaux, dont parle l'art 7 du Reglt., paraissent devoir remplir une salie apart du Musée. Outre cela, il se trouve encore a Ia Haye plusieurs pièces de sculpture & d'autres curiosités, dont V. M. ne voudra pas certainement priver son Mnsée. J'enverrai Ie tout vers la fin de la semaine k Amsterdam, et je n'offrirai Ie don de V. M. k la Haye, qui recevra encore une collection assez nombreuse, que lorsque la séparation sera bien constatée. Je
suis
les pièces qui
Een Verbaal van Burgemeesteren en Wethouders van de stad den Haag van den Jare 1809, N°. 15, in het Haagsche Gemeente-Archief, levert een schat van gegevens om te kunnen overzien, wat er te 's Gravenhage achterbleef. Donderdag den
Fol. 17. N°. 59.
19 January 1809.
Missive van den Directeur der Wetenschappen en Kunsten in d° II January l.leden kennis gevende, dat zijne Majesteit een gedeelte van het Museum van Schilderijen alhier tot een present voor den Haag gedesiineerd had.
Per missive den voornoemden Directeur-Generaal te bedanken voor de kennisgeving, en te verzoeken de tolk der dankbare gevoelens van voorts Gecommitteerden dit Bestuur bij zijne Majesteit te willen zijn ; der Fabricage verzogt te inquireeren naar de quantiteit der Schilderijen en te adviseren, waar dezelve zouden kunnen geplaatst worden.
—
FoL
28.
De missive verzonden 30 Januari 1809. eene missive van dankzegging te schrijven aan zijne den Koning, wegens het present van Schilderijen aan den
N°. 96.
Bepaald, Majesteit,
om
Haag gedaan.
De missive verzonden z Februari 1809. Bepaald om een advertentie in de Stadscourant te plaatsen, ten aanzien van het present van Schilderijen door den Koning aan den Aan voldaaa. Haag gedaan.
Fol. 29. N°. loi.
Fol. 40. N°. 132.
13 Februari 1809.
Rapport van den Burgemeester wegens het overnemen der Schilderijen, en zeldzaamheden door den Koning aan den Haag gedaan.
Achtergebleven schilderijen
in
136 Fol. 85. N°. 267.
Notificatie.
Maandag den
17=
van Grasmaand
1809.
Missive van den Minister van Binnenlandsche Zaken in ó' 14 dezer, daarbij ten fine van berigt toezendende eene missive van den Directeur-
Genl. der Wetenschappen van den 3"^ February l.leden aan Zijne Majesteit den Koning daarbij insisterende om een locaal tot plaatsing der Schilderijen enz. door Zijne Majesteit aan den Haag present gedaan. De Burgemeester verzogt deswegens met den Landdrost te confereeren. Fol- 149. N°. 434.
Op
26
het gerapporteerde van den
Zomermaand
iSog.
Heer Burgemeester, dat de Landdrost
hem geinformeerd
had, dat de Minister van Finantiën ter zijner dispositie had het locaal, genaamd de Besoigne-Kamer (voorheen het Cabinet van den Stadhouder) tot plaatzing der Schilderijen door Zijne Majesteit aan de Stad den Haag vereerd.
gesteld
Fol. 244. N°. 687.
9
Wijnmaand
1809.
den Landdrost in dato 5 dezer, kennisgevende, dat door den Minister van Finantiën geapprobeerd waren de schikkingen tusschen den Burgemeester en het bestuur van het Haagsch Departement tot Nut van het Algemeen omtrent het gebruik van het gebouw, genaamd de Besoigne-Kamer en dat de Secretaris-Generaal bij het voorsz. Dispositie van
Ministerie gequalificeerd was,
om
het voorsz. locaal naar
aan den Burgemeester van den Haag
's
Rijks locaal
te transporteeren.
Bijlagen tot de Verbalen van Burgemeesteren en
Wethouders van den Haag Exh. 13 Febr. 1809. Eerste kamer I
De
Overgeblevene schilderyen. 2'
Etage.
prinses te paard, door Haag.
van de princes,
5
Het Een Een Een
6
28 do. van differente Capiteyns.
7
3 4
pourtrait
2= 7
8
9 10 II
12
in pastel.
do. in pastel, zijnde een Graaf. do. zijnde een
Dame.
do. van een graaf, in een zwarte
lyst.
Kamer.
Twee pourtraite van de Erfprins van Orange, levensgr. met goude lijsten. Een do. van Zoutman, Schout-by-nagt. Een schilderij met drie figuren, onbekend. Een pourtrait van een Prins. Een ebbehout kasje, met een vrouwepourtrait. Een kasje met twee dubbelde deuren, met een historie daarin geschilderd, onbekend.
13
14 ïS 16 17 18
19
20 21
22 23
Een Een Een Een
van een klein prinsje. omringd met een Engel en verscheyde kindertjes. do. van een Prins, in 't miniatur. do. van Prins Wm. de V")', in pastel ovale lijst. Drie stuks pourtraite in pastel, onbekend. Een do. van een Prins met witte monteeringEen schilderij, de famielje van den Prins Willem de V<'«, in silouct. Twee stuks van een behangsel met figuuren. pourtrait
do. van de Princes
Ses stuks schoorsteenstukken met kindertjes. Een tekening met 3 schulpen in lijst ea glas. Een oude man en vrouw in wasch gebousecrt,
defect.
137 Kamer.
3*
Een 25 Een 26 Een Een 27 28 Een 20 Een 30 Een 31 Een 32 Een 33 Een 34
34 35
pourtrait, levensgroote,
pourtrait in
't
Harnas, levensgroote.
do. do.
do. van Prins do. zijnde een
Wm-
de IV^». vrouw in een vergulde
do. do. in zwarte
lijst.
lijst.
do. Sofia van Gotes
(?).
met 2 kindertjes, in vergulde famieljestuk met vergulde lijst.
schilderije
pourtrait in pastel van een kindje, vergulde
Neegen
37
38
Een
schoorsteenstuk.
Kamer.
4«
39 40
Prins Willem de IV<'= levensgroote.
41
Een
42
43
lijst.
stuks bloemstukken, alle schoorsteenstukken.
Vier stuks schoorsteenstukken met kindertjes. Ses do. kindertjes, in 't grauw. Prins Wm. de V^' in 't Harnas.
36
lijst.
de V^^, in zwarte lijst. een vergulde lijst. De vrouw van Prins Willem de V'^'^. Een vrouwepourtrait met een kind op de schoot. do. do.
dito in
Een manspourtrait in ovale vergulde lijst. Een dito geharnast. 46 Een dito verbeeldende een MooreKoningin. 47 Een do. een Princes met een hondje agter haar.
44 45
van een
48
Het
pourtrait
49 50
do. van een
Prins.
53
Een Een Een Een Een
54
Vier do. met groene kindertjes.
55
23 pourtraitte van diverse prinse, alle in zwarte Nog eenige klijne pourtretten geboutseert.
Si
52
Dame.
do. van een groote Vorst, door Godefri.
do. van Prins
Willem de
IV'J'.
gezigt in een tuyn, zijnde perspectief.
schoorsteenstuk.
5=
lijsten.
Kamer.
56
De
57
2 Stuks,
58
gemalin van Prins Willem de V^c, door Thisbein. de Keyzer en Keyzerin van Oostenrijk. Een mansportret onbekend.
59
Prins Willem de
IV'^»,
levensgroote.
Een do. van een vorstelijk persoon. 61 Een do. vrouwspourtrait. 6a Een do. van een prinses ten voeten uit. 63 Een do van Prins Willem III. 64 Een schilderij met drie figuren en een paard. 65 Een schoorsteenstuk met twee gekoleurde kinderen. 66 Een pourtrait van Willem III.
60
67
Maria met verscheide kindertjes voorstellende een Hemelvaart.
138 Achtergebleven
68
schilderijen
69
Een schoorsteenstuk met groene Een boovedeurstuk in 't Grauw.
70
De
den Haag.
in
brieflezing
kindertjes,
door Keiler,
door de kinderen van Prins Willem V, levensgroot
in
olieverf geschilderd door Thisbein.
Op
de Boovegang.
71
Drie stuks vakke van behangsels met kindertjes, door Keiler.
72
Een jonge met een leeuw, voorstellende de Reede. Een landschap, door Glauber en Lairesse. Een pourtrait van Prins Maurits. Een pourtrait van Prins Willem den Eerste. Een bloemkrans, door Pater Zegers.
Op 73
74 75
76
de Trap.
Beeldekamer N°.
6.
81
Het pourtrait van Willem 111 Koning van Engeland. Een do. van Prins en Princes Willem V, 2 stuks. Een do. van den Erfprins in keijzerlijke Uniform. Een do. van Prins Willem den Eerste. Een do. van Prinses Louwisa, in pastel door Thisbein.
82
De
77 78
79
80
83 84
brieflezing, getekend en in plaat gebragt naar het origineel schildery van Thisbein (zie N°. 70). Drie figuren in wasch geboezeerd, in lijst en glas. Twaalf bustes op houte piëdestals van marmer en plijster en andere geboezeerd en gebeeldhoud.
Op 85
86 87
88 80
90 91
92 93 94 95 96 97
98 99 100 loi
102 103 104 105
106 107
108
de Groote
Zaal.
De Goude
Maaltyd, door Comelis van Haarlem. Een Bachanaal, door Amiconi. Een Hemelvaart Christi, door Vouet. Twee stuks, Italiaansche Ruines. Een Grieksche Wedloop, door A. Bloemaert. Een Cleopatra, na Guido. Een bloemstukje, door of na Rachel Ruijsch.
God als Vader, door Maratti. Maria met het kindje. Een Maria Magdalena, door Carlo Dolci. Een kruijsdraging, door Frans Floris Een jonge Johannes de Dooper, door Michiel Coxie. Een kindje, door Hondhorst. Een besnijdenis. Een dito Nathan by David. Twee stuks door L. Bramer. Een landschap, door J. van Huysum. De Geregtigheid, door G. Metsu. De Liefde met de Leeuw, door Goverd Flink. Een schoorsteenstuk, door G. de Lairesse. Een landschap, door Keemlis en Poelenburg. Een FVuijtstuk, door C. de Heem. Een Maneschijn, door van de Poel. Twee Bijbelsche Histories, door Breugel. Een landschap met beesten, door de Oude Carré. Een winter, door A. van der Neer.
1
:
139 log iio 1
1
113 1
13
114 115
116 117
118
119 120
Een landschap met beeste, door Verbeek. Een woelende zee, door Koobell. Een vrouw met een kind aan de borst, door G. Douw of Een stalletje met paarden, door P. Wouwerman. Een wit paard, door J. van Stry. Een fruytstuk, door J. David de Heem.
Twee Jagtstukken, door do, Een schilderij, door Stiebo. Een Een Een Een
do. door P.
J.
Slingeland.
2 stuks.
Post.
door van Peenen. Christushoofd, door een onbekend Mr. landschap, voorstellende een offerhande van Hercules, door Glauber do.,
en Lairesse. 121 122
123 124 125 126 127
Een do. offerhande, door Glauber en Lairesse. Een landschap, door Glauber en Lairesse. Een do. door Glauber en Lairesse. Een landschapje met paarde, door Ph- Wouwerman. Twee bijbelsche histories, onbekend. Een grauwtje, door Lairesse. Venus en Pan.
128
Drie figuren, door een Frans Mr.
129
Een landschap met drie figuren, door Kuijp. Een batalje, door Hugtenberg. Een maaltijd, in de manier van Palmede. Een kop in ovaal, door een onbekend Mr. Twee landschapjes, door een onbekend Mr.
130 131
132 133
134
Vier zeetjes, door een onbekend Mr.
135
142
Een landschap, onbekend. Een kindje liggende op een rustbed. Een Maria, door Gaudi. Een schilderij in 't Grauw, onbekendEen historie, onbekend. Een kast met beschilderde deuren. Een schilderij met vogels, door Valkenburg. Twee Jagtstukken, door een Duijtsch meester.
143
Venus en Adonis, door een onbekend Mr.
144
Carolus
136 137
138
139 140 141
In
't
Voorhuijs.
II te
paard, levensgroot.
In de beneedenvoorkamer.
Drie vergulde kasten met glaasen en keurjeusiteiten, daarin 29 stuks differenten beelden meest defect. Een houte tafel.
Op
de Zolder.
Eenige houte pedeslallen en verder romraelarij. In de Eerste kamer. Eerste gang N". 145
Een
146
Slaapende Venus.
pourtrait levengroot Princes
I.
Maria van Solms met
2
kinderen.
140 Achtergebleven
147
schilderijen
148 1481 Drie stuks pourtretten, zijnde behangselstukken. 149 150 Een forstelijk familjestuk, levensgroot. 151 Een vrouw met de hemelsteekens.
in
den Haag.
153
Het pourtret van Prins Maurits.
153
Een schoorsteenstuk met herders en herderinnen. Een vergulde schoorsteenlijst, staande in de eerste kamer op de gang. Twee geharnaste beeldjes en verdere rommelarij.
'54 iSS
De bovengemelde Museum
Koninglijk
stukken op heeden door mij als opzichter van het aan Mijnheer de Burgemeester der stad den Haag
overgegeven.
Den Haag den J.
10 February 1809. D. Teissier.
Lijst der goederen welke door mij ondergeteekende op order van den WelEd. Heer Rentmeester van der Trappen op het Buitenhof gelaten zijn
geworden. 34 stuks houte Pedestallen.
Een Een .^
rol
Behangsel geschilderd door Lairesse.
Olijphantshuid.
Chineesche of andere vreemde
Een van hout
schuitjes.
gebeitelde rots.
32 stuks pourtretten geschilderd door diversen. Een kist met minerale steenen en etsen.
Den Haag P. J.
lo Maart 1809. Roelofswaard.
Het beste van wat er in den Haag was achtergebleven was overgegaan in het bezit van de stad en het werd voorloopig opgeborgen in het lokaal van de Besogne-Kamer op het Buitenhof. Toch bevindt zich een deel dezer stukken thans in het Mauritshuis, meestal met in den catalogus de stereotype vermelding >Na 181 7 uit het depot te voorschijn gehaald". dus
Krachtens welke wettelijke transactie heeft het Rijk over deze stukken vervoegd, die toch in eigendom behooren aan de Gemeente 's-Gravenhage ? Waarschijnlijk zijn ze tegelijk met de Bibliotheek door de stad aan koning Willem I opgedragen, kort na diens terugkeer in het land.
den Haag met het achterblijvend gedeelte bezig hield, was Apostool onvermoeid werkaam in het belang van het Amsterdamsche Museum. 18 April 1809 zond hij aan Meerman een verslag van een bezoek aan 's Hertogenbosch, om de schilderijen te inspecteeren die door Quirijn aan Amelsvoort te koop waren geboden. Terwijl
men
zich in
:
141
Volgens Apostool bestond deze collectie uit schilderijen van een zeer middelmatig gehalte weinig overeenkomende met de opgave tlie men er van aan den Directeur gedaan had, zoowel ten opzichte van de namen als van de kunstwaarde en gevolgelijk zou geen der stukken waardig zijn om in het Museum geplaatst Hij vond het overbodig zijn chef op te houden te worden. met uitvoerige details en bepaalde zich slechts tot enkele aanmerkingen. De collectie bestond uit de volgende stukken Een H. Johannes
t.
Titiaan in
in
den
woestijn, natuurlijke groote
de manier van Giorgione, hoog
62,
op doek, door Hiervan
breed 4872 duim.
had de eigenaar geschreven: »A1 wat zich hier in dit zoo goed geconditioneerde stuk vertoond krachtig en van schoone ordonnantie, uit Titiaan 's laatsten
is stout,
en grootsche manier. Johannes staat ten voeten uit half naakt met kemelharen schort in de open lucht van een grootsch landschap. Ter rechter zijde van hem aan zijne voeten een lam, aan zijn linkerhand de oevers van den kronkelenden Jordaan, die op den tweeden voorgrond een waterval vormt". Apostool teekende hier bij aan: >Het figuur slecht geteekend, te klein van hoofd en zeer scherp en hard. Het bijwerk, even als de figuur, zeer ruw, zelfs zoodanig dat de waterval er als met krijt opgeteekend schijnt te zijn. Dit schilderij is eenigszins in den stijl van Salvator Rosa, doch geenszins zijn beste manier. Men vraagt er n.b.
tijd
/4000 voor". Een portret op natuurlijke groote voorstellende een Procurator van Marco, gezeten op een leunstoel, kniestuk op doek, hoog 45 en breed
2.
S.
34 '/j duim.
Volgens den eigenaar een stuk uit Titiaans besten tijd en in diens zoo bekende tusschenmanier met de gloeiende levendigheid behandeld, welke hem alleen in het conterfeiten eigen was. De handen van den in pelsgewaad gekleeden man noemde hij een wonder van kunst. Apostool daarentegen vond de handen zeer slecht geteekend, niet zeer meesterlijk van penseel en eenigszins beschadigd. Men eischte voor elk stuk
/ 3000.
Een klein doek, een onderhoud aan den disch voorstellende, van Paul Veronese, hoog 20'h, breed i6'/2. De eigenaar was over dit stuk vol lof. Apostool daarentegen noemde het een zeer ruw schilderij waarin niets van een edel penseel te vinden was en daarenboven onnauwkeurig geteekend. Grijsaard in leunstoel, natuurlijke groote op doek, door Rembrand, 4. hoog 61'/*, breed 49'/» duim. Diana in het bad, door Rembrandt, op paneel, hoog 7, breed 6'/' duim. 5. 6. Martius Coriolanus, door B. Breenberg, doek, hoog 4772, breed 3.
39 duim.
Volgens de eigenaar een van de beste stukken van den schilder; Apostool kleurig en flikkerend. Niobe, door Paulus Moreelse, doek, hoog 21, breed agV» duim. 7.
vond het zeer
142 8. Een kapitaal stuk van Covert Flinck, voorstellende de Kruiziging van Christus tusschen de twee gauwdieven, daarbij de Heilige Familie, paneel,
hoog
42, breed 35 duim. Apostool noemde daarbij den prys van/ 600 i). Een minne met haar zuigeling, daarnaast een klein Spaansch hondje, 9. door Ferdinand Bol, doek hoog 46, breed 37^ duim. 10. Een monnik, door Gerard Dou, paneel, hoog 10, beed 8 duim. 11. Een dame met haar kind, door Willem Mieris, paneel, hoog 18, breed 14 duim. 12. Vijf kleine portretten, te samen voorstellende de vijf zinnen, door Casper Netscher, paneel, hoog 13 14, breed 11 duim. De eigenaar noemde het vier stuks, zijnde figuren ten voeten uit, verbeeldende vier van de vijf zinnen in prachtige satijnen gewaden, van zijn aller-
besten
tijd.
Apostool noemde het zeer bruine schilderijtjes, die veel geleden hebben. Een kostbaar portretje van een dame, door Cornelis Poelenburgh, 13. paneel, hoog 7, breed sVs duim. Een tiental figuren, voorstellende >la Marionette", door Jan Steen, 14. paneel hoog 24, breed 18 duim. Een oude lierspeler voor een hoeve, met veel figuren, door Isaac 15. van Ostade, paneel, hoog 18, breed 16 duim. 16. Diana in het bad verrast, zeer fijn afgewerkt stukje door Jacque de Roore, paneel, hoog 12, breed 20 duim. Pendant van het voorgaande stukje, terugkeer van de jacht door 17. denzelfden, hoog 13, breed 20 duim. 18. HoUandsche officieren in gesprek, door Jan Leduc, uit zijn besten tijd, doek, hoog 24, breed iqVs duim. Een landschap met beesten, door Paulus Potter, paneel, hoog 13VS. 19. breed 19 duim. 20. Landschap met een stoet die ter jacht gaat met honden en paarden, door Albert Cuyp, een der schoonste stukken van dien meester, paneel, hoog 15, breed 22^ duim. Apostool vond dit schilderij goed doch bijgeholpen. 21. Italiaansch landschap met beesten, door Pieter van Laar, genaamd Bamboche, uitmuntend stuk, doek, hoog 24, breed 28 duim, Apostool noemt het kleurig, verwig en dus twijfelachtig. Men vroeg er n.b. f 2000 voor. 22. Een bosch metstroomendebeekjes, kostbaar werk van JacobRuysdael, doek, hoog 21, breed 23)4 duim. De eigenaar noemde dit stuk een van Ruysdael's heldere zilverachtige schilderijen in
den
trant
van Hobbema.
Apostool daarentegen vond het zeer zwaarmoedig en bruin en hebbend zeer veel geleden.
Met
het pendant moest het volgens Apostool's aanteekening/2000 kosten.
23.
Twee landschappen van
J.
doek, hoog 24^4, breed 3a duim. Een klein landschap, door 24.
Wynants, door Lingelbach gestoffeerd,
Adam
Pynacker, paneel, hoog
10,
breed
8 duim. i) Volgens eene mededeeling van Dr. A. Bredius was dit stuk eenige jaren geleden te Parijs voor 25.000 francs te koop.
«43 Drie mooie stukken, pendanten, een met bloemen, een met vruchten 25en een met insecten, door Mignon, doek, hoog 26, breed 32 duim. Een alderuitmuntendst kunstwerk door Mignon, verbeeldende vogels, insecten en bloemen met een doorzicht en een landschap, het schoonste dat van hem bekend is. De twee anderen verbeelden het een vruchten en het ander bloemen met gouden en zilveren vazen en schoon geconditionneerd ; aldus de eigenaar. Apostool beoordeelde de stukken als drie tamelijk goede schilderijen van Mignon, doch waarvoor men n.b. / 3000 vroeg.
Onderweg bezocht Apostool ook Gorinchem, waar
een verkooping plaats had van de schilderijen nagelaten door den kort te voren overleden burgemeester Lom, maar deze collectie bleek van zeer inferieur gehalte te zijn. Ook deed hij Rotterdam aan, waar een uitmuntende juist
koop zou zijn, maar toen Apostool het stuk kwam zien, was het door den eigenaar ergens anders heen gestuurd. Hij stelde deze zaak dus uit om nog zijn aandacht te schenken aan eenige schilderijen die in den Haag en Dordrecht te koop
Hobbema
te
waren geboden. In het begin van November 1809 werd de bekende ver- De verzameling zameling van Mr. Frans Jacob Otto Boymans te Utrecht door Boymans aan*°' Apostool bezocht, en zijn oordeel daarover in een missive van ,30° Meerman is zeker vermeldenswaardig, daar de verzameling later aan de stad Rotterdam is vermaakt. De Heer Boymans
gedurende zijn reizen bizondere gelegenheden alle gelegenheden waargenomen, met oogmerk om zijne collectie te doen bestaan, niet alleen uit schilderijen van de raarste en kostbaarste soort der eerste meesters, maar ook om van die meesters, welke van de tweede klasse genoemd worden, het beste te hebben en aldus eene volledige verzameling van de Hollandsche school te ver. garen, waardoor dezelve dan ook zeer talrijk is geworden. Onder de schilderijen van de eerste klasse bevinden zich zeer fraaie van Ruisdael, Hobbema, Both, A. van der Velde, du Jardin, Wouwerman, Potter, van der Helst, Jan Steen, Moreelse, e. a. Onder die van de tweede klasse zijn zeer uitmuntende en sommige zeer weinig voorkomende schilderijen zooals van de Vries, Dekker, van Goyen, Griffier, Moucheron, de Koning, Kamphuizen, van der Neer, e. a. Wat de beoordeeling van het geheel betreft en de vraag of deze geheele verzameling zou kunnen dienen tot aankoop voor het Museum, hierop moet ik zeggen, dat deze collectie zeer interessant is voor de volledigheid van de Hollandsche school, dat ofschoon men in een menigte schilderyen, de aanleg der collectie ontwaard, wanneer de verzamelaar minder kunde en kieschheid bezat, als de ondervinding hem naderhand gegeven heeft, er echter in de meeste schilderijen zelfs die van de middelmatigste soort, altoos iets gevonden wordt, dat ze eenigszins belangrijk voor een kenner maakt, gehad, en door
zijn
heeft
kunstkennis
:
•44 en zeldzaam zijn zou dat deze verzameling gebroken of uit zijn geheel gebracht werd; daar het nu een zeer goede en belangrijke collectie uitmaakt voor iemand die een kabinetje Hollandsche schilderijen wilde hebben hetgeen eenigszins volledig was, en die echter ten opzichte van de kosten, niet de hoogste prijs wilde terwijl er
onder de schilderijen van de eerste klasse zeer
fraaie
voorkomende stukken gevonden worden, waarom het ook jammer
besteden.
Wat eindelijk de overweging aanbelangt, of deze collectie voor het Museum zoude kunnen of behooren aangekocht te worden, hierop moet ik berichten, dat alhoewel er sommige schilderijen zijn der eerste klasse, welke uiterst belangrijk voor het Museum zouden zijn, en welke in der daad die verzameling zouden completeeren, en er onder die van de tweede klasse stukken zijn, die wanneer ze afzonderlijk te koop waren, zeker behoorden aangekocht te worden, dat echter de geheele verzameling, zooals de Heer Boymans die wil verkoopen, geenszins dienstig zijn kan voor het Museum".
De
verdere geschiedenis
is
uitvoerig door den heer Haver-
korn van Rijsewijk te boek gesteld in den Notice descriptive des tableaux et sculptures du Musée de Rotterdam, Rotterdam 1892 p. VII vlg. Ofschoon het de grenzen van ons onderwerp een weinig overschrijdt willen wij toch ter aanvulling daarvan
nog den brief publiceeren dien Boymans den Koning richtte i)
zelf
2 Juli
18 10 tot
Utrecht 2 Juli 1810. Sire.
Informé par une lettre du Directeur-General des arts des circonstances peu favorables i l'acquisition de ma coUection de tableaux, je prie V. M. de permettre que je lui e.xprime mon regret sur ce que cette coUection, combinée avec tant de soins, ne fasse un jour partie de la propriété particuliere de V. M. Le motif de mes voeux est que V. M. trouvera par tout & en tout tems d'autres objets; mais rarement de belles collections choisies i acheter surtout pour un prix e.xtrêmement modique; en attendant animé par un vrai sentiment d'attachement i sa personne Auguste, je me déciderais d'attendre, et de refuser les négociations avec les commissionnaires de quelques nouveaux riches étrangers; mails il me faut obvier è. mes circonstances domestiques, surtout comme mon fils n'a pour la plupart que des effets sur J'ai
que
je
ce pays, et
qu'il
pu
être
maintefois l'ai
va toucher i sa majorité. emploié, mais ce n'est que depuis peu de tems,
demandé k V. M.
La
place de premier Sécrétaire du Tribunal de Justice de cette ville vaque depuis quelque tems par la mort de M"^ Duker; oserais je soUiciter V. M. de la conferer k moi, afin que je puisse obvier k mon état domestique, et
dans la marche des affaires vers l'organisation générale, ce qui ne manquerait pas d'être avantageux au Tribunal même, en cas qu'il serait sujet k d'autres formes, et que le second Secrétaire M' Hinlopen serait un jour emploié ailleurs. F. J. O. Boymans.
m'initier
1)
Rijksarchief, Staatssecretaris 329.
:
145
Hebben
van Apostool dus niets voor het Museum opgeleverd, een andere aanwinst, even belangrijk als indertijd de schilderijen uit de collectie van der Pot, werd inmiddels beklonken, nl. met den heer A. L. Gevers, page van H.H. M.M. den Koning en de Koningin, die de erfgenaam was van het kabinet van Adriaan Leonard van Heteren. Voor ongeveer / loo.ooo werd de uit 137 schilderijen bestaande verzameling overgenomen, waarvan de volgende lijst was samengesteld al die
reizen
• Catalogue Raisonné d'une Collection de Tableaux appartenant d Monsieur A. L. Gevers, Page de Leiirs Majestés Ie Roi et la Reine de Hollande".
I
Henry van
3
4
chaud 5
6
7
8
Ce
tableau capital représente une entrevue de Bachus
de Diane avec plusieurs autres
surnommé
Breugel,
2
Balen.
figures. Le paysage est peint par Jean Velours (peint sur bois, haut 15, large 20 pouces). On y voit les Enfans d'Israël au désert, réculant la Manne. Le paysage est aussi peint par Jean Breugel, surnommé le Velours (cuivre, h. 19M 1. 27K). Comeille Bega. Beau tableau, représentant des paysans qui se divertissent. Un des meilleurs tableaux de ce maitre (toile, h. 18 1. isH). Nicolas Berchem. Un beau paysage montagneux avec un troupeau de bétail traversant Teau, accompagné par un berger et une bergère, et encore une autre femme assise sur un boeuf. Beau tableau d'un coloris
et
(bois, h.
14K
le
1.
24).
Un
paysage représentant Ruth se prosternant aux pieds de Boas dans les champs, avec plusieurs autres figures et du bétail (toile, h. 41 1. 51). Unbeau tableaux, oül'on voit unhomme et uncheval, qui paraissent engourdi de froid, un traineau et d'autres accessoires (bois, h 15 1. i8}4). Petit paysage avec des vaches et des chèvres (bois, h. 12 1. gJi). Nicolas Bertin. Un tableau, représentant Susanne entre deux vieillards
11
12K). 1. pendant, représentant la femme de Potiphar qui cherche i séduire Joseph (cuivre, h. 18 1. 12M). Sebastien Bourdon. Beau paysage, dans lequel on voit la Sainte Familie avec l'Enfant Jesus donnant une bague a St. Catherine (toile, h. 34 1. 40). Regnier Brakenburg. Beau tableau représentant des paysans qui se
12
Jean Breda.
13
des bateaux, &c. (bois, h. 15 1. 21 M). Paul Bril. Beau tableau représentant une caravanne en repos (cuivre,
(cuivre, h. 18
q 10
Un
dirertissent (bois, h. 13
h. 16
14
1.
1.
11).
paysage avec des chariots, des chevaux, une
Un
15 h. 10
1.
I.
et
dansant Tres bien peint
i2/i).
pendant. i2«).
Plusieurs
Jean Breugel, surnommé
le
paysans buvant
Velours.
surtout sont tres bien soignés; les
rivière,
22).
Adrien Brouwer. Plusieurs paysans buvant (bois, h. 10
16
Un
Un
on y
laboureurs en grenouilles (bois,
h.
et se querellant (bois,
beau paysage, dont les arbres Latone qui métamorphose
voit
J4H
1.
21M).
Kabinet
Adriaan
^^'""^'"^
"" "'
146 Kabinet
Adriaan
17
Leonard van Heteren.
Jean Breugel. (cuivre, h. 6
iS
Joli
paysage
Petit
1.
tres soigné
avec des figures et du bétail
4K).
tableau représentant des voyageurs Egyptiens Ie long d'un
fleuve avec des chariots et plusieurs figures (cuivre, h. i2?i
Un
ig
paysage avec quantité de
rivière (cuivre, h. 8
20
21
22
23
1.
18).
bateaux sur une
10^).
&
Adrien Both. Superbe paysage avec une groupe de figures, de boeufs, de chevaux sur Ie devant, et dans Ie lointain une rivière et des montagnes. Tableau tres précieux bien ordonné imitant parfaitement la Nature (cuivre, h. lyK 1. 22K). Antoine Coypel. Représentant la fiUe de Jephté qui doit être sacrifié i cause du voeu téméraire de son Père (toile, h. 2oX 1. 28K). Le Clercq. Représentant Ie Jugement de Midas qui préféré Ie chant du Dieu Pan sur celui d'Apollon (cuivre, h. 17 1. 23 K). Gerard Douw. Dans laquelle on voit un vieillard assis devant un chevalet occupé è. peindre. Tableau peint avec beaucoup de delicatesse et tres
Jean
bien terminé (bois,
Tableau d'un
24 25
1.
figures, plusieurs
h.
12
effet
()%).
1.
charmant, représentant un philosophe dans son
cabinet d"étude (bois, h. 14 1. 11 34). Charmant tableau représentant une jeune
fille
une lanipe k
la
main
6%). 26 Jean le Duc. Tableau capital représentant des officiers et des chevaux en repos avec plusieurs accessoires (toile, h. 26 1. 19H). Le Chevalier Antoine van Dijck. Beau tableau représentant la Vierge Marie 27 avec l'Enfant Jesus sur ses genoux. Pièce tres précieux (bois, h. 27 H 1. 2 1 K ). 28 Tableau tres particulier représentant van Dijck et Rubbens jouant aux cartes, le peintre Brouwer derrière eux qui les regarde, tous trois en habits de paysans, avec beaucoup d'accessoires (bois, h. 16 1. 20). 2Q Jean van Eijck. Tableau tres ancien, celui qui l'a peint étant l'inventeur de la peinture a l'huile: il représente l'Adoration des Mages (bois, (bois, h. 8>i
h. 2i'A
30 31
17).
Frangois Francken.
tableau représente la Sainte Familie avec beau-
figures d'autres (cuivre, h. 16
Jean
Ce paysage Tours (bois, h. 14M Griffier.
1.
Tableau
chambre dans
33
Ce
coup sept.
32
1.
1.
12H). le
ig).
tres singulier et tres la
1.
représente une vue prés du Rhijn sur
beau représentant
l'intérieur
d'une
quelle est assis un vieillard qui sait placer son argent
dans des tonneaux par un jeune gartjon; dans le lointain deux personnages les regardent (bois, h. iq 1. 14). Beau tableau; paysage avec des batimens et beaucoup d'accessoires, parfaitement bien peint (bois, h. 11
1.
14).
34
Pierre Gijzels. Tableau tres soigné, représentant un village avec quan-
35
tité de chariots, de chevaux &c. (cuivre, h. io?i 1. 13). Jean Davidsz. de Heem. Tableau capital, représentant des fleurs et des fruits, peint dans le meilleur de tems de ce maitre avec beaucoup de
delicatesse (toile, h. 28
36
1.
23).
Jean van der Heyden- Tableau tres estimé, Ie meilleur que l'on connaisse de ce Maitre, d'un superbe coloris, clair, bien soigné, peint avec art, et d'un superbe effect; il représente l'un des Canaux de la Ville d'Amsterdam, avec un Pont; de plus Adrien van de Velden l'a orné de plusieurs figures d'un bateau &c. (bois, h. 17 1. 22).
147 37
Jean van batimens
Heyden.
der et
du
38
Un
39
Gerard Hoedt.
40
41
47
48
Un Hans
pendant. Holbein. Portrait 1.
50
51
52
54
en
habit
eclésiastique
1.
et
sa
femelle,
26)^).
Pendant. Tableau non moins beau que Ie precedent; on y voit des femmes ornant au autel de fleurs (cuivre, h. 22 1. 26 >i). Charles du Jardin. Tableau tres précieux de la plus grande beauté, représentant deux figures d'hommes devant une chaumière, des anes, des cochons et des chèvres (toile, h. 13?^ 1. 17%). Tableau représentant une hotellerie en Italië avec plusieurs figures et des mulets (cuivre, h. 13 H 1. 17). On y voit un cavalier devant une auberge buvant pour se
16K
1.
13).
Jaques Jordaans. Paysage représentant Ie suplice que les neuf Muses font éprouver k Midas pour avoir préféré Ie chant du satyre Marsias et du Dieu Pan sur celui d'Apollon (toile, h. 2g>i 1. 46). Lucas Jordaans. Tableau capital représentant l'Adoration des Mages (toile, h.
55
Robert Sidneij
Paysage avec une poule blanche et ses un pigeon; dans Ie iointain deux oiseaux étrangers (toile, h. 44 1. 54H). Ce tableau représente differentes espèces de plantes et d'arbrisseaux avec des oiseaux et des papillons (toile, h. 25 1. 20). On y voit une perdrix suspendue, entouré de plusieurs autres oiseaux morts (toile, h. 19 1. i6J<). Jean van Huysum. Tableau capital richement ordonné, représentant un vase avec differentes espèces de fleurs peintes avec la plus grande delicatesse sur un fond clair (bois, h. 31 1. 23). Tableau charmant avec des batimens, des figures et du bétail
un paon
refraichir (toile, h.
53
de
12).
Melchior de Hondekoeter.
(cuivre, h. 22
49
paysage avec des
i7«)-
1-
poussins,
46
eflfet,
pendant.
(bois, h. 16
45
joli
9).
temple"de Junon (bois, h. 12 1. isX). Un pendant non moins beau que Ie precedent, dans lequel on représente plusieurs princesses entourant Alexandre après un Victoire et lui offrant du vin dans des vases d'or (bois, h. 12 1. 15/i). Un joli paysage avec des ruines et des figures (bois, h i3>i
44
1.
Tableau d'histoire, rempli de figures, bien ordonné représentant Ie Mariage d'Alexandre avec Roxane devant l'autel et ie
42 43
Tableau d'un
bétail (cuivre, h. S
37 H
I.
44).
Gerard Lairesse. Ce tableau représente Seleucus cédant k son fils Antioche sa couronne, son sceptre et sa femme Seleucus et Stratonice sont devant Ie lit, sur lequel Antioche est couché. Ce morceau est tres estimé, il est d"une riche ordonnance et travaiUé avec un pinceau ;
moUeux 56 57
58
(bois, h. 12
1.
18).
Henri van Limburg. Paysage tres agréable dans Ie quel Fiere est représenté avec ses attributs (toile, h. 26 I. 21). Pendant. Tableau aussi agréable que Ie precedent, représentant un paysage avec un berger et une bergère (toile, h. 26 1. 21). Jaques Limburg. Charmant tableau avec une troupe de jeunes enfans tout
nuds jouant Collin Maillard
(bois, h.
loK
1.
13).
;
148 Kabinet
Adriaan
59
Leonard van Hetereu.
60 61
Jean Lingelbach. Beau tableau représentant un port de mer d'Italie avec plusieurs vaisseaux et beaucoup de figures (toile, h. 22H 1. i9?i). Beau tableau k la maniere de Wynants et Wouwerman, avec des collines, plusieurs figures et des chevaux (toile, h. 14?^ 1. lyJi). Gabriel Metsu. Dans la quelle on voit un homme et une femme assis devant une table pour diner. Morceau tres estimé et délicatement peint (bois, h. 14
1.
iiK).
Guillaume van Mieris. Tableau peint avec Ie plus grand soin dans une niche, des perdrix, des faisants, un petit panier avec des oeufs au dessous un basrelief peint avec la plus extreme delicatesse (bois, ;
h. 15
63
1.
12W).
van Mieris
Fran<;ois est
une
vieille
Ie
femme
Vieux. Intérieur d'une chambre dans la quelle
qui appen^oit avec horreur Lucrèce qui vient de
se tuer; avec plusieurs accessoires tres beaux (bois, h. i4>< Joli
65
66 67
morceau dans
69
1.
1.
10 K).
la guitarre
11).
1.
29).
plusieurs autres figures (cuivre, h. •
et
6H
1.
9).
Voyageant avec un Ange, un poisson
veut avaler Tobie, mais ce dernier,
poisson en pièces (bois,
74
jouant de
Eglon van der Neer. Beau payage dans lequel sont représenté Venus et Diane (bois, h. 24 1. 20). Dans Ie quel est représenté une offrande au Dieu Pan, avec
72
73
femme
Charles de Moor. Tableau capital, représentant une vue prise k Warmond sur la Ville de Leyden; sur Ie devant une familie de paysans faisant leur prière avant Ie diner {toile, h. 24 1. 28H). Tout aussi beau que Ie precedent; ce paysage représente une vue sur Warmond; sur Ie devant sont deux enfants qui pèchent d la ligne (toile, h. 14
71
quel on voit une
dans l'éoignement trois personnes jouant aux cartes (bois, h. 8K 1. 6K). Abraham Mignon. Tableau tres renommé, représentant un pot h. fleurs sur Ie point de tomber par un chat qui veut attraper un souris dans une sourissière (toile, h. 33 H 1. 27 J4). Jodocus de Momper. Beau paysage, que Breugel surnommé Ie Velours a omé de figures et de bétail (bois, h. 18 1. 29). Louis de Moni. Tableau tres bien soigné et d'un charmant effet, représentant une femme dans une niche avec un arrosoir et des fleurs (bois, h. 14
68
Ie
h.
614
1.
sort
de
la rivière
du Tigre,
par ordre de l'Ange, met
Ie
9).
Neefs. Belle église d'une perspective admirable et d'un fini précieux avec quelques figures (bois, h. 19 1. 31). Gaspard Netscher. Beau tableau représentant une mère occupée k Pierre
les cheveux d'un enfant, un autre enfant se reguarde au miroir, une servante apporte de l'eau dans un bassin. Ce morceau est du meilleur tems de Netscher et peint avec une touche moëlleuse (bois,
arranger
h.
75
76 77
17
1.
14'A).
Jean van Os. Superbe tableau pour l'ordonnance et l'exécution (bois, h. 34 1. 28). Izaak van Ostade. Joli tableau, dans Ie quel on voit plusieurs figures et des chevaux en repos (bois, h. 20H 1. 26K). Adrien van Ostade. Devant la quelle on voit plusieurs fermiers assis devant la maison, paraissant rire et causer. Tableau estimé l'un des meilleurs de ce Maitre (bois, h. 14 1. iiX).
149 78
79
Adrien van Ostade. Beau tableau représentant trois paysans assis, occupé k boire et k fumer (bois, h. 17 1. 13). Corneille Poelenburg. Dans Ie quel on voit Adam et Eve chassé du Paradis (bois,
80
Même
81
Dans
h.
iiH
1.
14 K).
mais d"une ordonnance differente (bois, h. 11 Ji quel sont représenté Bachus, Venus et Ceres
sujet Ie
plusieurs jeunes enfans (bois, h. 7
1.
1.
14).
avec
9?i).
Représentant Marie Madelaine avec plusieurs petits enfans descendant du Ciel (cuivre, h. 7 1. 9H). Représentant des hommes et des femmes occupés a se baigner 83 (cuivre. h. 5^ 1. 6K). Pendant. Même sujet. 84 85 Paul Potter. Tableau capital et tres bien e.xécuté, représentant un paysage montagneux avec beaucoup d'arbres, sous un desquels se trouve Orphée assis, jouant de la lire et tous les animaux de la forêt se rangent autour de lui pour l'entendre (toile, h. 25 >i 1. 34). Beau paysage dans Ie quel est représenté un berger gardant des 86 moutons et des vaches (bois, h. 9 1. uK). 87 Jean Henry Prins. Tableau moderne peint en 1793, représentant l'exterieur d'une église dans une ville (bois, h. 16 1. 21). 88 Adam PjTiaker. Beau paysage dans Ie quel sont représenté deux hommes couchés avec plusieurs autres figures et du bétail. Tres beau tableau peint avec beaucoup de vérité (toile, h. 38>i 1. 34!^). 89 Guido Reni. Grand tableau représentant Marie Madelaine et deux Anges dans les airs (toile, h. 60 5i 1. 50M). 90 Pierre de Ring. Tableau capital, représentant une table couverte d'un tapis de velours bleu, sur la quelle sont poses plusieurs espèces de fruits, des écrivisses, des crabbes, des huitres, &c. (toile, h. 38 H 1. 32 H). Conrad Roepel. Beau tableau représentant toutes sortes de fleurs dans 91 un vase doré (toile, h. 26 1. 20). Pendant. 92 93 Guillaume Romein. Dans Ie quel on voit une rivière avec du betail 82
(bois, h.
5%
1.
7).
Pendant, dans
94
Ie
quel on voit des mulets chargés et des vaches
qui boivent.
95
Hans Rottehamer.
Tres beau tableau peint a Venise en
sentant Marie avec l'Enfant Jesus, Joseph, St. Jean,
St.
1604, repré-
Catherina et
Anges; dans un paysage, peint par Breugel sumommé Ie Velours (cuivre, h. 14 1. 11). Beau tableau représentant Mars et Venus, avec plusieurs autres figures. Le paysage est de Breugel sumommé Ie Velours (cuivre, h. 11
plusieurs
96
1.
14K).
1.
9H).
Tableau représentant
97
98
naisance de Jesus Christ (cuivre,
h.
12X
Pierre Paul Rubbens. Superbe ébauche, représentant Jésus succombant sous le fardeau de la Croix en allant au Mont Calvaire. Le grand tableau peint d'après cette ébauche se trouvait autrefois dans l'Eglise de l'Abaye de Afflingen de l'Ordre des Benedictins a quatre lieues de
Bruxelles du coté de
99
la
Herman
Saltleven.
Gand
(bois, h.
28X
1.
21H).
Beau tableau représentant une vue
avec plusieurs figures et des bateaux (bois,
h.
12
1.
17).
sur le Rhijn
1
150 Kabinet
Adriaan
loo
Leonard van He-
Herman
Vue du
Saftleven.
marché avec plusieurs
'"^°-
loi
102
103
104 105
106
107
108
109
iio
1 1
Rhijn; d'un coté prés de la rivicre un
figures (bois, h. ii
1
13
14}^).
femme donne k manger (bois, h. 19 1. 15). David van Tol. Tres joli tableau, représentant un jeune gar^on dans une niche avec un chat et une sourissière et deux autres enfans avec plusieurs accessoires (bois, h. 12
112
1.
Godefroid Schalken. Ce tableau représente une femme qui pose une chandelle dans une lanterne, et un petit gar^on qui souffie sur un morceau de feu; on croit voir l'étincelle (toile, h. 18 1. 15). Pendant, représentant un jeune homme qui fume une pipe; un autre gar^on tient a la main une chandelle (toile, h. 18 1. 15). Tableau tres agréable; on y voit un jeune homme qui mange un oeuf avec négligence, un petit gart,on mange de la boullie, un viellard les observe tous les deux et sourit; on lit encore la devise Anglaise: Every one his Fancy (bois, h. 16 1. 12). Pendant. Le jeune homme fume sa pipe avec délices; dans l'éloignement une dame et un homme semblent se parier. (bois, h. 16 1. 12). Pieter van Slingeland. Tres beau tableau d'un grand fini; on y voit un homme assis jouant du violon, un jeune gargon chante, une femme préparé des legumes (bois, h. it'A 1. 23). Tres 'beau portrait d'homme en robe de chambre, une montre a la main, dans une niche avec un charmant basrelief (bois, h. 10 1. 8). Franqois Snijders. Représentant toutes sorte de gibier mort, étalé sur une lable, avec un vase rempli de fruits (bois, h. 21K 1. 33 J4). W. van Strij. Joli tableau, représentant un maitre donnant a un enfant une levon de dessin (bois, h. 9 1. 8). Jean Steen. Tableau capital et tres estimé, représentant une soiré de St. Nicolas, les parents donnent des bonbons aux enfans, mais l'un d'eux re<;oit une verge; il y a beaucoup de variété dans les personnages de ce tableau, et il est du meilleur tems de ce maitre (toile, h. 31 !4 1. 27). Dans la quelle on voit trois hommes jouant aux dés; une cage avec un perroquet est suspendue au milieu de la chambre, auquel une
1.
10).
David Teniers. Tableau magnifique, représentant un corps de garde, dans lequel sont assis plusieurs officiers; on y voit encore des armures de toutes espèces et beaucoup d'accessoires (toile, h. 23 1. 36). Beau tableau, représentant des'paysans et paysannes qui se divertissent (bois, h. 13
Ce
1.
11).
115
mère qui paraissent donner des iinstructions leur fiUe qui est habillée en satin blanc; on y voit beaucoup d'autres accessoires (toile, h. 27 1. 27?^). Jaques van der Ulft. Ce tableau représente une vue d'Italie avec des
116
batimens et des figures (bois, h. 5 1. 7M). Pendant, avec plusieurs figures et du bétail
117
M. Versteegh.
114
Terborg.
tableau représente un père et une a.
Ce
(bois, h. 5
tableau représente l'intérieur d'une
1.
7}^).
chambre dans
un viellard est assis, lisant avec la plus grande attention k la lumière d'une chandelle avec une pipe a la bouche (bois, h. i4>i 1. 13). Ce tableau représente une grotte dans le quelle un Hermite est assis, occupé a écrire a la lumière d'une lampe. Ce tableau est d'un la quelle
118
charmant (bois, h. 11 1. 9M). Adrien van de 'Velden. Ce paysage il est omé de plusieurs figures et du
effect
119
est
du meilleur tems de ce maitre;
bétail (toile, h. 13
1.
14).
151 120
Adrien van der Vennc.
Dans
la
quelle on voit une
blanc, assise devant sa toilette (bois, h. 121
122
12%
I.
dame
habillée
de
9).
Adrienne Verbrugge. Tres joli tableau, représentant un panier avec toutes sortes de fruits (toile, h. i,^ 1. 11). Ary de Voijs. Petit tableau tres bien exécuté représentant un pêcheur de bonne humeur, la poitrine découverte et un panier de poissons Ie dos (bois, h. 6 1. 4%). Guillaume van de Velden. Ce tableau représente une jetée de port avec une eau tres calme; quelques vaisseaux et autres petits bateaux ferment un morceau charmant tres clair et d'un fmi précteux (bois
sur
123
h. 13
124
iiJi'.
1.
Tableau
capital, représentant une eau agitée aveC plusieurs vaisseaux k pleine voile; dans Ie lointain un yacht et d'autres bateaux (toile, h.
125
126
128
44).
46
1.
37 ?i)-
Le Chevalier Adrien van der Werf. Tableau
tres précieux représentant
un berger jouant de la flute faisant danser une Nymphe; dans le lointain un paysage avec des moutons (bois, h. 17 1. i2?i). Le Chevalier Adrien et Pierre van der Werf. Superbe tableau représentant un St. Jéróme au désert avec beaucoup d'accessoires (bois, h. i7?i
129
1.
(bois, h. 16 1. 17X). Jean Baptiste Weenix. Tres beau tableau, dans Ie quel est représenté sur Ie devant un lièvre mort, une dinde et autre gibier; un chien bracque reguarde Ie gibier; on voit dans Ie lointain un paysage (toile, h.
127
35
Tableau d'un fini précieux; il représente une eau calme; sur Ie devant on voit deux vaisseaux et plus loin deux vaisseaux des Indes
1.
n^).
Pierre van der Werf.
de
fleurs
une
14H
(bois, h.
Ce
petite statue; 1.
tableau représente deux jeunes filles ornant il est d'un superbe coloris et tres bien fini
11).
130
Pendant, encore plus joli que Ie precedent; il représente une jeune fille qui va dessiner, ayant pour modèle une statue de Venus; un jeune gargon est derrière elle et semble suivre tous les mouvemens (bois,
131
Philippe
14K
h.
un 132
133
134
1.
II).
Wouwerman. Tableau dans
136
137
quel est représenté une bataille, 1.
28).
Tableau ressemblant au precedent; dans l'éloignement un moulin embrasé (bois, h. 22 1. 31). Beau tableau représentant un pré dans le quel on conduit plusieurs chevaux, avec beaucoup d'accessoires (bois, h. 16% 1. 19^)Tres bon tableau représentant un manége avec plusieurs chevaux
——
et plusieurs figures (toile, h. 18
135
le
pillage et tous les exces qui s'en suivent (bois, h. 20 Ji
1.
24).
Paysage charmant, tres délicatement peint, l'un des plus jolis connus de ce maitre, avec plusieurs figures (bois, h. 8X 1. 11). Tableau d'une rare beauté dans le quel des dames et des cavaliers k cheval suivent la chasse de cerf; on voit dans le lointain les ruïnes d'un vieux chateau (cuivre, h. ii)4 1. 13 K). Jean Wijnants. Jolie vue sur les collines et des dunes, orné de figures, de vaches et de moutons par Adrien van de Velden (bois, h. 10 K 1.
13^).
'52
Er was
bij Jan Steen's Ostade's Rustende
kooi,
Wouwerman's
Ponteveer,
St.
Nicolaasfeest
reizigers,
Adr.
eii
zijn
van
Papegaais-
de
Velde's
Rijschool, ter Borch's Vaderlijke raad-
geving en Metsu's Ontbijt, kabinetstukken dus van den eersten rang. Eenige stukken hebben sedert 1809 andere namen gekregen, en een aantal zijn thans niet meer aan te wijzen, waarbij echter te bedenken is, dat er 4 Aug. 1828 vele verkocht zijn i). Verkooping Bicker.
809 werd ook het een en ander gekocht op de 19 Juli verkooping der collectie Wed. Jan Berend Bicker te Amster1
dam,
nl.
Nic.
Berchem's Ponteveer. IJsgezicht nabij een stad.
»
S. v. d. Does,
Herderin.
H. Dubbels, D. Teniers,
Riviergezicht.
E. V. d. Velde,
De
Verzoeking van St. Antonius. kat wien de bel wordt aangebonden. Boerenwoning. J. Wynants, En eindelijk werd ook nog in 1809 van de familie van den Heuvel te Utrecht het portret van den ontvanger Johannes Wttenbogaart gekocht, waarin men toen en nog lang daarna de hand van Rembrandt meende te herkennen, doch dat thans aan Govert Flinck toegeschreven wordt. '&"
Wij voegen hier nog aan toe een rapport van den DirecteurGeneraal aan den Minister van Eeredienst en Binnenlandsche zaken over het aanbod door den schilder Hodges aan den Koning gedaan om van hem over te nemen de koperen platen gesneden naar de werken van Rubens en van Dyck. Dit stuk bevindt
zich
in
het
Archief van
het
Museum Meermanno-
Westreenianum. Stadwijk onder Voorschoten, 17 Slagtmd. iSog.
De
Direct.-Gen.
Aan ZE. den Minister v. Eeredienst en BZ. Hoog Ed. Gestr. Heer. Het heeft Uwe Excellentie behaagd bij miss. van 5 VVijnmaand mijn Rapport te vragen over een Request van den Heer Hodges aan ZM- welke de koperen platen tot de onlangs door hem uitgegevene Oeuvres de Rubens i)
Zie Bijlage XIV.
153 of van I)yk bchoorcnde, welke platen het hem eenige jaren geleden gehikt was in Brabant magtig te worden, aan Z.M. eer hij ze buitenslands te koop biedt bij voorkeur te oftVeeren, als kunnende dit plaatwerk gerangschikt worden aan de voornaamste voortbrengselen der kunst en leverende eenc der belangrijkste bijdragen op tot de geschiedenis der graveerkunst, allegeerende de rec|uestrant daarbij het voorbeeld der Museums van Parijs en Napels, waar men dergelijke koperen platen bezit, op prijs stelt, of de afdruksels derzelven debiteert.
Reeds eer de Hr Hodges dit request aan Z.M. inzond, heb ik hem, daar mij over zijn voornemen onderhield, de zwarigheden niet verborgen welke met dat verzoek, zoo 't mij voorkwam, gepaard gingen, dra het gepresenteerd zijnde door Uwe Excell. in mijne handen gesteld was, heb ik hem dezelve herhaald, doch hem tevens verzocht, ten einde de zaak beter te beoordeelen, mij te willen opgeven hoe veel platen en afdruksels hij den Koning te koop bood, welke eene som hij daarvoor, ten allermatigsten gesteld, begeerde en wat voor een gedeelte daar van geabsorbeerd wierdt door de afgedrukte exemplaren van zijn werk, indien Z.M. gelijk hij hij
;
wenschen, dezelve mede acquireerde. op den 24 v. Wijnnv' door mij ontvangen, behelsde, dat hij 97 stuk platen aan den Koning aanbood, samen bevattende 88 onderwerpen, met 43 complete exemplaren, en dit voor de som van f 20,000. Dat het publiek voor ieder dezer exemplaren betaalde/ 262,10: 't geen voor de 43 bedraagt / 11287,10; doch met het koopmansrabat van 25 pc.° schat hij dit slechts op ƒ8500. De kooperen platen alleen biedt hij aan voor/ 12000. De vraag is dus: kan men aan Z.M. aanraden, om voor Haar Museum te kopen de koperen platen van eenige beroemde graveurs, welke naar schilderijen van Rubbens en van D)'k gewerkt hebben, nadat het werk van den Heer Hodges de afdruksels deezer platen thans in zeer veel handen gebracht heeft en wel voor een som van/ 12000? Zoo ja, kan men dan in de tweede plaats aan Hoogstdezelve mede aanraden om de 43 exemplaren afdruksels welke de H"^ Hodges zijn overgebleven, tegen koopmansprijs er bij te neemenr Tot het laatste kan ik op generlei wijs adviseeren; deeze 43 exemplaren zullen waarschijnlijk wel allengskens, vooral bij een algemeene vrede, hunnen kooper vinden, doch de percenten winst, die het gouvernement daarvan trekken zou, zouden ligtelijk geabsorbeerd kunnen worden door het nog eenigen tijd renteloos liggen van het Capitaal, door hetgeen bewaring, toezicht en debiet van dezelve naar zich zoude sleepen. Bij het koopen der plaaten koomt mij eveneens elk mercantiel oogmerk voor het Gouvernement onraadsaam voor, al besloot men dan ook daarbij om door een matigen prijs het werk steeds in behoorlijke waarde te behouden, en voor winzieke handen te behoeden. De inrichtingen zijn daar toe hier te lande niet getroffen, gelijk te Parijs en te Napels; het debiet zou nog lang eene concurrentie vinden in de exemplaren die de H^ Hodges nog overig houdt, en het Gouvernement zoude hem gelijk hij het Gouvem. wederzijds kunnen drukken; de winst zou daarenboven al veel door dezelfde redenen, die ik zoo even noemde, insgelijks worden weggenomen. In allen gevalle zou men om op een wezentlijk voordeel te kunnen rekenen en een behoorlijk intrest van het Capitaalgeld te trekken jaarlijks op het debiet van veel meer exemplaren moeten kunnen staat maken als het waarschijnlijk is, dat er van zou plaats hebben. scheen
te
Zijn antwoord,
154
De
der graveurs komt bij den koop der platen even weinig Uit een goed afdruksel leeren zij oneindig meer dan uit de koperen plaat. En aan deze afdrukselen ontbreekt het van de plaaten, in
instructie
consideratie.
men nu te koop biedt, op geenerlei wyze. Al wat dan nog overblijft onderzoeken, is, of het Z.M. waard zij, / 12000 voor dezelve platen uitte geeven als voor eene calcographische zeldzaamheid, en om misschien dezelve te bewaren van aan inhaalige lieden ten deele te worden, welke ze versieeten zijnde, weder op zouden werken en er dus slegte afdruksels van in de waereld brengen, die het werk in minachting zouden doen geraken, terwijl het Gouvernement zich dan voorts met der tijd van deze uitgave gedeeltelijk zou dedommageeren door hetgeen men in het vervolg van afdruksels debiteeren zou, het mocht veel of weinig zijn. die te
De Heer Hodges, om het eerste eenigsins smakelijk te maken, heeft mij getoond, dat men zulke platen niet behoefde in kisten weg te sluiten, maar dat men dezelve, ze ligt verzilverende, in lijsten op het Museum kon ophangen, 't geen daarna niet obsteerde dat men er afdrukselen van trekken konde, en zijnde de platen over 't algemeen wel genoeg geconserveerd, om nog een aantal deezer afdruksels te gedogen. Ik kan dat alles niet loogchenen, maar daar eene koperen plaat weinig merite in zich zelve heeft, en die slechts bekomt door de afdrukselen, die men er van neemt, zoo weerhoudt mij steeds het aantal der laatstgenoemde 't welk men er onlangs eerst van genomen heeft, om aan deeze zeldzaamheid der graveerkunst een zulke groote waarde toe te schrijven; het gedeeltelijk rembours blijft steeds onzeker, en met zeer veel omslag gepaard en dit aantal zelve van gedebiteerde afdruksels doet mij voor eerst weinig voor vervalschingen vreezen, behalve dat zulk een gevaar nog geen reden oplevert om zich van alle platen, waar mede het zou kunnen geschieden meester te maken. Ik geloove dus voor mij, dat Z.M. de genoemde som van ƒ12000, voor Haar Museum nuttiger zoude kunnen besteden dan door deze acquisitie. Evenwel is de zaak van die natuur om aan Hoogstdeszelver beslissing geheel van alle zijden te worden voorgedragen, daar het toch originele platen van zeer voortreffelijke meesters zijn en monumenten der eerste en beste kunst der Vlaamsche school naar twee der eerste schilders gegraveerd, alles andersins ligtelijk naar buitenslands zou kunnen vervoerd en 't welk aldaar gedebiteerd werden.
De
eerste gedrukte
catalogus
Nict lang iiadat de laatstc aanwinsten verworven waren, was
Apostool met zijn catalogus gereed gekomen, den eersten die van de verzameling in druk is uitgegaan. Deze «Catalogus der
op het Koninlijk Museum te de Gebroeders van Cleef, Boekverkoopers van den Koning en der Koninklijke Bibliotheek. bevat een doorloopende Prijs stuivers" (8°.) 1809. 14 nummering van de alphabetisch naar de schilders gerangschikte werken, van i tot 372, waarna nog van 373 tot 459 stukken van onbekende meesters. Dan volgen van 460 tot 502 eenige oudheden en rariteiten, van 503 tot 532 de oudheden gevonden Schilderijen,
Oudheden,
Amsterdam.
Amsterdam
enz. bij
155
de zoogenaamde Hunnebedden door den heer J. Hofstede, Landdrost van genoemde Departement, aan het Koninklijk INIiiseuni aangeboden en door den Koning aangenomen'', en eindelijk van 533 tot 583 nog een aantal teekeningen, waarvan alle van 537 af aan het Museum gegeven waren door A. A. Stratenus, Bibliothecaris-Generaal. Zij vormen de kern van de thans zoo uitgebreide verzameling oude teekeningen in 's Rijks Prentenkabinet. De beschrijving der schilderijen is bij de voornaamste werken vrij uitvoerig. De toeschrijving aan de verschillende meesters zou noodwendig in den loop van een eeuw door de resultaten bereikt met de beoefening der kunstgeschiedenis, zeer vaak een wijziging moeten ondergaan. Daarom zullen wij dit onderzoek besluiten met een verkorte opgave van de in dezen eersten werkelijken catalogus genoemde stukken met de tegenwoordige verblijfplaats en benaming in
het Departement Drenthe
in
156
AFKOMST.
CATALOGUS VAN
TEGENWOORDIGE 1809.
VERBLIJFPLAATS.
C. Hnybrechts, 28 Febr. 1803 als door Brouwer. Verk. Jan Gildemeester Jansz.,
2.
II Juni 1800. P. C. Huybrechts, 13 Mei 1S06. Geruild in 1802 tegen een
4.
P.
van Hondecoeler. P.C. Huybrechts, 17 Sept. 1806.
1.
3.
schilderij
"
C. S. Roos. 1805/06.
5-
6. 7.
C. Josi, 1805/6.
8.
Coll. V. d. Pot, Rott.,6 Juni 1808.
9.
Van Jan
Arp, Binnenhuis met een schoenmaker. Asselyn,
Zinspeling op de waakzaamheid van Joan de Witt. Aved, Prins Willem IV. J. J. de Baan, De mishandeling der lijken van
de gebroeders de Witt. Joan de Witt. Cornelis de Witt. Ludolf Backhuizen, Zeegezigt langs een bergachtige kust. Het aan boord gaan van den Raadpensionaris Joan de Witt. Een gedeelte van het IJ, aan den Mos-
— —
— — — —
David Ryckaert III, Rijksmuseum, 2092. De bedreigde Zwaan, Rijksmuseum, 382. Rijksmuseum, 389. 405-
,
.,
,
,
Verkocht
in
401. 402. 1828.
Rijksmuseum, 410. 4II-
Amsterdam. Eene woelende zee. Eene woelende zee.
selsteiger te
10.
11.
P. C.
Was
Huybrechts, 29 Nov. 1 806. 7 Dec. l8oo reeds aan-
12. 13.
wezig.
Kabinet van Heteren, 1809.
14. 5-
,
4«2.
Maur. (Cat. 1 895 p. 7, n". 7). D. Bailly, Maria van Reigersbergen. Rijksmuseum, 407. Hendrik van Balen en Jan Breugel, De Adriaan van de Venne. De Vischvangst der onderscheidene secten van Zielenvisscherij, Rijkshet Christendom. museum, 2486. Diana en Bacehus. Rijksmuseum, 424. De kinderen Israëls vergaderende Manna Verkocht in 1828.
— —
,
,
•
de Woestijn. Barendsz. Kerdinand Alvares de Toledo. Hertog van Alva. J. Beerestraten. De Zeeslag tusschen de Hollandsche en Engelsche Vlooien, 12 Zomerin
Van
het Loo,
18 Sept. 1798.
Coll. V. d. Pot, Rott..
6 Juni 1808.
16.
17.
maand
1666.
18.
—
19.
Cornelis Bega,
Wintergezigtaan den IJkant te Amsterdam, verbeeldende de oude Schippersbeurs en Nieuwenbrug. ,
Een oud man
in zijn
Studeer-
kamer.
Kabinet van Heteren. 1S09. Coll. V. d. Pot, Rott., 6 Juni 1808.
20. 21. 22.
Kabinet van Heteren, 1809. Verk. Mevr. Bicker, Amst., 19 Juli
Juli
,
seum, 455. Rijksmuseum, 453.
Salomon Koninck, museum, 1675. Rijksmuseum, 459.
24-
474470.
25. 26.
eene Rivier doorsneden. Wintergezigt. Wintergezigt aan een' Stads Wal.
464465-
23-
— —
—
Rijks-
473467-
,
Geboomte en Bergen, verbeeldende een Avondstond. Ruth zich nederbuigende voor Boas. Italiaansch bergachtig landschap met
1809.
Kabinet van Heteren, 1808. Verk. Mevr. Bicker, Amst., 19
— —
Een boerengezelschap. Nic. Berchem, Berg- en boomrijk landschap. Italiaansch landschap met hoog opgaand
Waarschijnlijk eene copie. Rijksmuseum, 432. De zeeslag bij ter Heyde, 10 Aug. 1653, Rijksmu-
.
,
,
1809.
Gekocht 11 Aug. 1803. Onbekend.
2728.
Kabinet van Heteren, 1809.
29.
>>
>>
,1
Was
30.
9 Febr. 1801 reeds aanw. Kabinet van Heteren, 1809.
32.
Coli. v. d. Pot. Rott'., 6 Juni 1808.
33. 34.
31.
—
Landschap, met Koeijen en Bokken. Verkocht in 1828. Landschap met een wit Paard. Landschap met beesten en figuren. Italiaansch landschapje met hoog ge- Rijksmuseum, 466. boomte aan een rivier. Hendrik Berkman, A. Banckert. 489. Nicolaas Bertin, Susanna in het Bad. 500— Potiphars Huisvrouw. 499Beyeren, Tafel waarop een mand met J. 504-
— — —
.
,
,
,
,
schelvisch.
28 Maart 1799 uitgenomen uit de Kamer der Convooien en Licenten op het Prinsenhof te
35.
Kerdinand Bol, De aankomst van Eneas Latinus.
In
bruikleen
de
gegeven aan
Rijksuniversiteit
Utrecht, 1902.
Amsterdam.
Als voren.
bij
36.
—
,
Manlius Torqualus.
Als voren.
te
O/
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
TEGENWOORDIGE iSog.
VERBLIJFPLAATS.
Admiraliteit van Zeeland, 1808. CoU. V. d. Pot. Rott., 6 Juni 1 808.
Kabioet van Hetereu, 1809.
37. Ferdinand Bol, Michiel Adriaansz. de Ruiter. 38. Jan en Andries Both, Ilaliaansch landschap
Rijksmuseum, 549. 593-
39
met Bergen en hoog geboomte. Italiaansch bei^achtig en boomrijk Land-
596.
40.
schap. Sebastiaan Bourdon,
599-
—
,
Heilige Familie met het kind Jezus, welke aan St. Catharina eeu
Ring 41.
De
toereikt.
Renier Brakenburg, Een gezelschap vrolijke
1606.
boeren.
Gekocht 11 Aug. 1S03, door A. Bloemhart.
als
Kabinet van Ileteren, 1S09.
42.
43.
C.Huybrechts, 17N0V. 1S02.
44.
Coll.v.d.Pot,Rott.,6Juni 180S.
45. 46.
P.
Kabinet van Heieren, 1809.
47.
Leonard Bramer, Hooft, Drost van Muijden.
Copie
naar Joachim voo Sandrart door Jurriaan Ovens, Rijksmus., 1832. Jan van Breda, Landschap met eene Rivier Jozef van Bredael, Rijksen een menigte Paarden, Wagens en Beesten. museum, 615. Quirijn Brekelenkamp, Een Heer welke een Komt al niet meer voor in glas in de hand heeft, en met eene Vrouw den catalogus van 1825. bezig is te spreken. Een Grijsaard aan het Spinnewiel. Rijksmuseum, 629. Een Man, een kruik in de hand heb630. bende, bij het Vuur. bijgenaamd den Fluweelen Breugel, Jan, 646.
— —
,
,
Latona welke de Boeren
in
Kikvorschen
herschept.
—, Landschap met Figuren en Beesten.
49.
Landschap met eenige vreemde Reizigers, aan den kant van eene Rivier. Landschap met eene menigte Figuren en Schepen langs eene Rivier. De Prediking van Christus op een der Visschers Schepen. Laud- en Watergezichtje met Schepen en Beelden. De wedergade van het voorgaande. Paulus Bril, Landschap. Adriaan Brouwer, Gezelschap drinkende en vrolijke Boeren. Gezelschap drinkende en vegtende Boeren. Le Clercq, Het oordeel van Midas.
50.
Geschenk van Baron van Spaen
51.
van Hiljoen, 10 Oct. 1S08. Coll. V. d. Pot, Rolt., 6 Juni 1808.
52 53.
Kabinet van Heteren, 1809.
Komt
48.
54.
55. 56. 57.
—
— — — —
,
al niet meer voor in den catalogus van 1821. Rijksmuseum, 644.
,
645.
,
648.
,
Komt
.
Als voren.
—
al niet meer voor in den catalogus van 1821.
Rijksmuseum, 633.
,
,,
641.
„
642.
Hendrik de Clerck, Rijks-
museum, 695. Coll. V. d. Pot, Rott., 6 Juni 1S08.
58. 59. 60.
61.
Rijksmuseum, 712.
David de Coninck, Eene Hertenjagt. — Eene Beerenjagl.
7«37'5-
,
— —
,
,
Dood Wild. Eenden door Honden en Roofvogels
7'4.
ge-
stoord.
Was
62.
Corregio, Eene wenene Maria Magdalena.
Copie naar Titiaan, Rijks-
Kabinet van Heteren, 1809.
63.
Verkocht
Was
Dec. 1800 reeds aan-
64.
Anthonij Coijpel, Historie van de Dochter van Jefta. Casper de Crajer, Ecce Homo.
I Sept. iSoi van den schilder. Coll. V. d. Pot, Rott., 6 Junii8o8.
65. 66.
C. van Cuilenburgh, Schout bij Albert Cuijp, Land- en Riviergezigt, zijnde
745-
67.
een Morgenstond. Gevecht van eenige Ruiters.
743-
7
Deo. iSoo reeds aan-
museum, 2306.
wezig.
7
22 Dec. 1808 reeds aan-
182S.
Komt
al niet meer voor in den catalogus van 1858. Nacht Crul. Rijksmuseum, 739.
wezig.
Was
in
—
,
wezig. Coll. v.d. Pot, Rott., 6 Juni 1808.
68.
Simon van der Does, Italiaansch Landschap met Schapen, Lammeren en andere Beesten.
783-
158
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
Verk. Wed. Bicker, Amst., 19
69.
1809.
Juli
70.
71.
II
Aug. 1803.
Coll. V. d. Pot, Rott., 6 Juni 180S.
Kabinet van Heteren, 1809.
—
v.
d.
VERBLIJFPLAATS.
Does, Bergachtig Landschap.
Heuvelachtig Landschap. Gerard Dou, Avondschool. 72. In een boomrijk Landschap staat een Heer-, bij dezelve zit eene rijk gekleede Vrouw. 73. Een biddende Monnik. 74. In een binnenvertrek zit een oud Man te
Idem, idem. Coll. V. d. Pot, Rott.. 6 Juni 1808.
Gekocht
Simon
TEGENWOORDIGE 1809.
Rijksmuseum, 784. 785795794-
,
•-
798.
Verkocht 1828.
schilderen. 75.
Een oud man
76.
Een jong Meisje met een brandende Lamp
77.
in de hand. Dubbels, Stil Water.
Kabinet van Heteren, 1809.
78.
Jan
Coll. V. d. Pot, Rott., 6 Juni 1S08. Was 2 Aug. 1808 reeds aan-
7980.
Verk.
Wed.
Juli
1809.
Bicker, Amst., 19
zittende in zijn Studeervertrek.
,
al niet meer voor in den catalogus van 1827. Rijksmuseum, 796.
811.
»
Ie Duc, Eenige Officieren, Paarden, Krijgstoerustingen en verder bijwerk. Comelis Dusart, Dorpgezigt.
—
Komt
Jacob Duck, Rijksmuseum, 821.
Rijksmuseum S44.
Binnenpkiats van eene Herberg.
846.
wezig.
Kabinet van Heteren, 1809.
Ridder Anthonij van Dijck, De Maagd Maria, hebbende op haren schoot het kind Jezus. 82. Rubbens en van Dijck, zittende in boerenkleeding onder eene menigte Boeren op de
81.
—
Was
7
Dec. 1800 reeds aan-
wezig. Als voren.
Geschenk van A. W. Swart, 29 Aug. 1801. 17 Nov. 1802 van Dirk van der
Aa
te
's
Gravenhage.
Coll. v.d. Pot, Rott., 6 Juni 1808.
Was
9 Febr. 1801 wezig.
reeds aan-
,
kaart te spelen. Prinsesse Maria van Hertog van Gloucester.
— —
Komt
al niet meer voor in den catalogus van 1816. Vincent Malo, Boerengezel-
schap, Rijksmus.,
de Prins Willem II en Maria Stuart, Rijksmuseum,857. Eene wenende Vrouw in een Landschap. Boetvaardige Magdalena, 84. Rijksmuseum, 853. 85. Door of in de manier van de Ridder Anthonij Verkocht in 1828. van Dijck. Een Modelkop. 86. Gerbrand van den Eekhout, De Parabel van Nicolaes Moeyaert, Rijksden Man, welke, omdat hij geen bruiloftsmuseum, 1634. kleed aanhad, buiten geworpen werd. 87. Hubert en Jan van Eijck. In een Gothischen Geertgen tot St. Jans, AlleTempel, vertoonen zich eene menigte zeer gorie op het Zoenoffer vreemd gekleede figuren. des Nieuwen Verbonds, Rijksmuseum, 950. 88. Maria met het Kind, omringd van vele Hollandsche school (tweede 83.
—
,
Engel.ind
en
,
,
Vrouwen.
helft der
museum, Kabinet van Heteren, 1809.
89.
Jan van Eijck, uit het Oosten.
Onbekend.
90.
C. Ferrus,
1
5e eeuw), Rijks43.
De aanbidding van de Wijzen Copie
De Trouw van
St.
Catharina.
naar Hieronymus Bosch, Rijksmus., 589. Spaansche school (eerste
eeuw) museum, 334. helft der 17e
In
bruikleen afgestaan door de stad Amsterdam, 15 Aug.
1808. Coll. v. d. Pot, Rott.. 6 Juni 1808.
91.
Covert Flinck, Eene bijeenkomst van Offien Schutters na het sluiten van den Munslerschen Vrede. Jakob, ontvangende de zegen van zijnen
Rijks-
Rijksmuseum, 925.
cieren 92.
—
93.
George.
927.
,
Vader Gekocht 1805/06 van den heer
1514.
Izaak.
Franfois Francken, Allegorie op den afstand der waardigheden van Keizer Karel den
935.
Vijfden.
Kabinet van Heteren, 1S09.
94.
—
,
Heilige
Familie
met zeer vele andere
936-
figuren.
Was
in
1801 reeds aanwezig.
95.
Benvenuto Garofalo, De Trouw van Maria Italiaansche school (begin der
en Jozef.
l6e
museum,
Van
Soestdijk, 9 Febr.
1799.
96.
Johannes Glauber,
Twee Landschappen.
eeuw).
Rijks-
331. Rijksmuseum, 983, 984.
159
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
TEGENWOORDIGE 1809.
VERBLIJFPLAATS.
Coll.v.d.Pot.Rott.,6Junii8o8.
97-
Jan van Goyen, Hollandsch Landschap.
Gekocht 1805/06 van den heer
98.
—
99-
Joost van Graasbeek, Hugo de Groot, circa 12 jaren oud, st.iande in zijn Studeervertrek.
.
Het Valkhof
Rijksmuseum, 992.
Nijmegen,
te
991-
George.
na
Gekocht
een
C. S. Roos, .^pril iSoi.
\ia
aanbieding gedaan 3
Jan Griffier, op de zeven Een oud lOI. Jongen zijn
Kabinet van Heteren, 1809.
IOC.
—
il
II
II
Een
,
102.
—
103.
Jan
,
zeer rijk Rijngezigt, ziende
Man, bezig zijnde in
tonnen
om door een
te laten
van de stad Haarlem, 9 April 1808. Was 7 Dec. 1800 reeds aan-
104.
van de stad Haarlem, 9 April 1808. Coll. V. d. Pot, Roti., 6 Juni 180S. II
Onbekend. Reeds aanwezig
in
1808.
Rijksmuseum, 1003. Verkocht 1828. ,,
Dorpgezigt met eene menigte
Pieter
Gijsels,
J.
Zoutman, 15
van
Haarlem,
Adam
en Eva,
in
105.
—
106.
—
,
De Kindermoord van Belhlehem.
,
Hetzelfde verschrikkelijke onderwerp.
Rijksmuseum,
Coll. v. d. Pot, Rott.,
J.
III.
Hancq, Vice-Admiraal
J.
A. Zoutman.
Jan Davidsz. de Heem, Tafel waarop een gevulde Wijnroemer en eenig Zilverwerk. , Tafel waarop een porceleinen schaal met "3112.
6 Juni 1808.
7 19.
71S.
Mauritshuis, Cat. 1895 p. 79.
van der Hagen, Een weg, geleidende naar Toegeschreven aan Jacob v. een Heul of Schuiten-Overhaal. Ruisdael,Rijksmus..2o8i. io8. Jan Hakkert en Adriaan van de Velde, Een „De Esschenlaan", Rijksrondgaande weg voor een Hofstede. museum, 1021. 109. Italiaansche Hakkert, Een Wijn-Oogst achter Komt al niet meer voor in de Stad Sorento. den catalogus van 1846. IIO. Frans Hals, Kapitein Ripperda. Hollandsche school. Rijks107.
1803.
Juli
Kabinet van Heteren, 1809,
Rijksmu-
seum, 1007.
museum, Geschenk van
Rijks-
het Paradijs.
wezig.
Overgenomen
Cornelis
Gaesbeeek,
doen.
Wagens. Overgenomen
van
Een jongeling. museum, 943.
Torens.
geld Wintergezigt. Gijzeis,
Adriaen
—
191.
August Christian Hauck, Rijksmuseum,(l44Rijksmu. Claesz., seum, 692. Rijksmuseum, 1124. Pieter
vruchten.
114.
Onbekend.
Was
7
Dec. 1800 reeds aan-
wezig. Als voren.
,
Mand
,
Fruitstuk.
117.
door
afgestaan
118.
en vergulde Schaal
Verkocht 1S28.
Rijksmuseum, 1123.
Bartholomeus van der Helst, Vice-Admiraal
"45-
M. Kortenaer.
E.
bruikleen
In
115. 116.
— Tafel met eene met Druiven. — Een Bloem- en
— Maria van Engeland, Prinsesse van Prins Willem den Tweeden. — De Schutters Maaltijd. ,
Weduw
'44•'35-
,
de stad Amsterdam, 15 Ang. 1808.
Gekocht
11
Aug. 1803.
119.
In bruikleen afgestaan door stad Amsterdam, i;
de
120.
— —
,
,
Vice-Admiraal A. Stellingiverf.
Lodewyck van der
Drie Doelheeren.
Rijksmuseum, II 53. Rijksmuseum, 11 36.
Helst,
Auc
1808.
*"
Coll. V. d. Pot, Rott,
„
;,
6 Juni 1808.
121.
,,
122.
— —
123.
Bartholomeus van der Helst en Ludolf Bak-
1141. 1142. 1146,
huizen, Luitenant-Admiraal Aart van Xes en deszelfs Huisvrouw. .24. Jan van der Heijden, Eene Hollandsche Gracht. Stadsgezicht met eene schilderachtige brug. 125. Stadsgezicht vertoonende eene Gracht met 126.
117"II731172-
„
Gekocht 10 Nov. 1800 van T. Munnikhuizen te Rott. Kabinet van Heteren, 1809. 6Juni 1808.
Coll. v.d. Pot, Rott., ..
Kabinet van Heteren, 1809. •'
«1
>i
,
—
,
,
—
127. 128.
Onbekend Mansportrait. Onbekend Vrouwenportrait.
,
hoog geboomte. Landschap met Gebouwen. De wedergade van het voorgaande.
— —
,
,
Verkocht 1828. ••
II47-
i6o
aanbieding
129.
C. S. Roos, gedaan 3 April 1801. Kabinet van Heteren, 1809.
130.
Gekocht
een
na
TEGENWOORDIGE
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
van
1809.
VERBLIJFPLAATS.
Hillegaard, Het afdanken der Rijksmuseum, Waardgelders op de Neude te Utrecht.
11 77.
Gerard Hoedt, Het Huwelijk van Alexander Roxane. Een Triomf van Alexander. Landschap met Ruïnen en Figuren. De wedergade van het voorgaande. Hans Holbein, Robert Sidney.
1206.
Paulus van
„
in
131. 132. 133. 134.
Gekocht 6 Juli 1803 van H. C. van Molnian. Was 9 Febr. 1801 reeds aan-
135. 136.
— —
,
—
,
,
1207. 1204. 1205. Pieter Pourbus, Portret van „ „
,
Desiderius Erasmus.
,
Keizer Maximiliaau van Oostenrijk.
Duitsche school (eerste
— —
een jonkman, Rijksmuseum, 1920a. Copie naar Quinten Massys,
Rijksmuseum, 1530.
man. Coll.
V. d.
helft
der i6e eeuw), Een jonk-
wezig. Pot, Rott.,6JuniiSo8.
137.
139.
— —
140.
—
138.
Kabinet van Heteren, 1809.
Melchior de Kuikens.
Hondekoeter, Eene
Rijksmuseum,
Hen met Verkocht
in
21.
1828.
Eenden en Duiven. Rijksmuseum, 1221. Een Vfitte Hen met haar Kuikens, een 1222. Paauw en eene Paauwin, een Duif en verschelde vreemde Vogels. Bloemstuk met verschelde Planten, Voge1218. ,
,
len en Kapellen. 141.
9 Febr. 1799 afgenomen uit de vestibule van het huis te Soestdijk. Als voren.
142.
— —
,
,
Dood
Gevogelte. Verschelde Papagaaijen, vreemde Vogels
1217. 1223.
en Apen. 143.
— tak — ,
Een doode Reiger opgehangen aan den
1219.
van eenen boom.
Een doode
Reiger, een Haas en Faizanten. ,,Het drijvend Veertje". Gerard Honthorst, Twee Portraiten. Prins Willem de Tweede.
Onbekend. Rijksmuseum, 1234.
149.
— —
Copie, Rijksmuseum, 1243. Mauritshuis, 's Gravenhage.
Gekocht 20 Juni 1803.
150.
Johan van Huchtenburg, De
Gekocht 1805/06 van den heer
151.
Als voren. Als voren.
144. 145. 146.
Onbekend. Vermoedelijk afkomstig uit de Charterkamer van het Zeekantoor te Rotterdam, 23
147.
Mei 1800.
Was 28 Febr.
1808 reeds aanw.
Keeds aanwezig
in
1801.
148.
— —
,
,
,
,
,
Prins Willem de Tweede. Prins Frederik Hendrik en Amalia van
Solms.
„
1220.
„
1224.
(Cat. Bataille aan de
1895
p.
17S.)
Rijksmuseum, 1264.
Boijne.
—
,
Een gevecht van
Ruiters.
„
1263.
George. Coll. V. d. Pot, Rolt., 5 Juni 1808. Kabinet van Heteren, 1S09.
152. 153. 154.
Gekocht
11
Aiig. 1803.
bruikleen afgestaan door de stad Amst.. 15 Aug. 1808. Kabinet van Heteren, 1809.
In
155. 156. 157.
158. 159. 160.
Jan van Huijsum, Eenige uitgelezen Vruchten. Een der fraaiste Bloemstukken van dezen
— Meester. — Arkadisch Landschap met prachtige gebouwen. — Arkadisch Landschap m. eenige Nymphen. ,
,
,
De Oude
Janson, Het
slot
te
Heemstede.
Karel du Jardin, Vijf Regenten van het Spinof Tuchthuis. Boerenwoning, voor dezelve een Boer bezig zijnde met koren Ie wannen. Italiaansche Herberg, voor dezelve eene menigte Figuren en Muil-Ezels. Voor eene Herberg staat eene Vrouw, bij haar ziet men een' Heer te Paard, welke bezig is met drinken.
— —
—
•2751276. 1279-
1280. 1297828.
,
831.
,
834.
,
833.
I
i6i
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
TEGENWOORDIGE 1809.
VERBLIJFPLAATS.
Gekocht 10 Nov. 1800 vod T. Munnikhuizen te Rotterdam. Verzojilen van het Loo, 18 Sepl.
1798.
Kabinet van Ileteren, 1809.
Ludolf de Jong, Schout bij Nacht J. van Nes en deszelfs Huisvrouw. 162 Jacques Joi'daans, Neftunus en Venus getrokken door Zeepaarden ea Tritons. , De straf van Midas. 163. 164. Lucas Jordaans, De aanbidding van de Wijzen 161
]
—
165.
Reeüs aanwezig April 1804, als door J. Verkolje. CoU. V. d. Tot, Rott., 6Juni 1808.
166.
1310.
Verkocht 1S28.
Rijksmuseum, 1317. Verkocht in 1828.
het Oosten.
uit
20 Juni 1803.
P. C. Iluybrechts,
Rijksmuseum, 1309,
Hendrik de Keizer, Rombout Hogerbeets en Portretstuk, door Thom. de zijne Familie.
Keyser, Rijksmus., 1348.
Loo, 18
«74-
Reeds aanwezig 9 Febr. 1801.
175-
N. Koedijk, Luit.-Admiraal Pieter Pietersz. Wybr. de Geest, Een krijgsHein. overste, Rijksmus., 962. Philip de Koning en Dirk van Bergen, De Rijksmuseum, 1370. ingang van een Bosch. G.de Lairesse.Twee Schilderijen in het Grauw. 1414. >4'5Mars, Venus, Cupido en Mercurius. 1410. Diana en Endymion. 1412. Mars, Venus en Cupido. 1409. Venus, Adonis en Cupido. Verkocht 1828. Seleucus afstand doende van zijne Vrouw Rijksmuseum, 1406. en Schepter aan zijn' Zoon Antiochus. Italiaansche school (17e Jean Lanfranc, Johannes de Dooper. eeuw), Rijksmus., 332. Lucas van Leyden, Philips van Bourgondien. Floris V. Egmond, door J. v.
Geschenk van Gerard Hultman
176.
Jan
177.
Hendrik van Limburg, Flora.
Reeds aanwezig 9 Febr. 1801. Van Soestdijk. 9 Febr. 1799. Als voren. Als voren. Als voren. Kabinet van Heteren, i8og.
Verzonden
van
het
167.
168. 169. 170. 171. 172. 173-
Sept. 1798.
in
1807.
Kabinet van Heteren, 1809.
178. Coll. v. d. Pot, Rott.,
6 Juni 1808.
Kabinet van Heteren, 1S09.
Reeds aanwezig April 1804. Kabinet van Heteren, 1809. Coll. V. d. Pot, Rott.,
6 Juni 180S.
— — — — —
,
,
.
,
,
Lievens, AO. 1618.
—
Joan
van
Oldenbarneveld,
Mabuse, Rijksmus., 1498. Verkocht 1828.
Amor
en
Psyche,
Rijks-
museum, 1466.
Een Herder en eene Herderin. Groep van spelende Kindertjes.
,
—,
Rijksmuseum, 1465.
Johannes Lingelbach, Italiaansche Zeehaven. Landschap met een menigte figuren en 181. ,
'467'4751476.
182.
.
1470-
179. 180.
183. 184.
— Paarden. — Eene Rijschool. — Italiaansche Zeehaven. — „Het Hooiwagentje".
«474-
,
Mauritsh.
,
te
's
Gravenhage.
(Cat. 1895 p. 215.)
Verzonden
van
Loo,
18
185.
6 Juni j8o8.
186.
Geschenk van D. van der Aa te 's Gravenhage, 24 Jan. 1803.
187.
Sept.
hel
1798.
Coll. v.d. Pot, Rott.,
Kabinet van Heteren, 1809.
18S.
Door of in de manier van F. Mazzuoli, Eene Copie naar Quinten Massys, Rijksmuseum, 1529. Madonna met het kind Jezus. Johan van der Meer de Jonge, Schapen en Rijksmuseum, 1535. Lammeren, benevens een slapenden jonge Herder met een' hond. De Delftsche van der Meer, De Trap van het gewezene St. Agatha Klooster te Delft, op dewelke Willem de Eerste, Prins van Oranje, is doodgeschoten. Gabriël Metzu, Een Man en eene zittende de Meijer,
tafel
Gekocht van H. C. van Molman, 6 Juli 1803.
189.
Reeds aanwezig 28 Febr. 1808.
190.
Als voren.
191.
Gekocht 22 Juni 1803. Aug. 1800, als door P. Moreelse. Reeds aanwezig 9 Febr. 180 1.
192.
C. S. Roos, 30
193194.
om
museum,
108.
Vrouw aan Rijksmuseum,
1553.
te eten.
Het vertrek van Prins Willem H. den Derden, van Scheveningen.
—
Hollandsche school (tweede helft deri7e eeuw). Rijks-
Het
vertrek
Karel ningen,
II
koning
van uit
Scheve-
23 Mei 1660. Rijksmuseum, 1566. Rijksmuseum, 1565.
Het beleg der stad Hulst door Prins Fredrik Hendrik. Michiel Miereveld, .Smelsin,Veldoverste onder Jan van Ravesteyn, Rijksmuseum, 1976. Prins Maurits. Rijksmuseum, 1604. Hugo de Groot, AO. 1631. 1587's Lands Advocaat Barneveld.
— — —
,
,
,
,
Philips Willem, Prins van Oranje.
1580.
102
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
TEGENWOORDIGE 1809.
VERBLIJFPLAATS.
Verworven te
uit het Zeekantoor Rotterdam, Mei iSoo.
Als voren.
196.
„ C.
Huybrechts te 's Gravenhage, ii Mei 1803. Reeds aanwezig April 1S04.
P.
«95-
Coll. V. d. Pot, Rott., ójiini 180S.
Kabinet van Heteren, 1809. » .,
Coll. V. d. Pot, Rolt., 6 Juni 1808.
197198. 199200.
201. 202. 203.
204.
—1
Prins
Willem de
Rijksmuseum, 1579.
Eerste.
— Prins Maurits. — Prins Fredrik Hendrik. — Cornelia Tedingh van Berkhout, Huisvrouw van Marteu Harpertsz. Tromp. — Jacob Cats.
1581. 1582. 1605.
,
,
,
"584. 1615.
,
Frans van Mieris, Eene in het satijn rijk gekleede Vrouw is bezig een' briefte schrijven, waarna een bediende schijnt te wachten. Eene stervende Lucretia. Eene Vrouw welke op de Guitar speelt. Willem van Mieris, Patrijzen, Faizanten en een mandje met Eijeren. Een biddende Heremiet.
— —
,
,
—
,
Verkocht 1828. Rijksmuseum, 1611. 1617.
Frans van Mieris
Jr.,
Rijks-
museum,
205.
"
Abraham Mignon, Eene menigte Vruchten,
1620. Rijksmuseum, 1621.
benevens een' Kreeft en een' Rijnsche Wijnroemer.
Kabinet van Heteren, 1809.
206.
—
Een Bloemstuk hetwelk op
,
het vallen
210.
door eene Kat, die eene Muis tracht uit den Val te krijgen. Jodocus de Momper, Landschap met figuren en Beesten. Louis de Moni, Eene Vrouw bezig zijnde met Bloemen te begieten. Ridder Karel de Moor, Een gezigt van het Dorp Warmond bij Leyden. Een ander gezigt op Warmond.
211.
—
1622.
staat
,.
207.
"
208.
.,
209.
.,
Coll.
V.
d.
Pot, Rott., 6 Juni
1808, als Joost van Geel.
Gekocht 22 Juni 1803,
als
door
212.
Miereveldt.
Onbekend.
213.
Reeds aanwezig
2
Aug. 1808. 214.
—
April 1S04.
2'5-
Hubrechts
te 's
Graven-
hage, II Mei 1803. Reeds aanwezig 9 Febr. 1801. 7 Dec. 1800. 7 Dec. 1800. Kabinet van Heteren, 1809.
E.
J.
Morel,
Eene
Vaas,
waarin
allerlei
Fredrik
1.
,,
,,
»>
>»
II
"
"
"
•1
II
II
1»
1»
..
1 Jl
al niet
de
Moucheron, Een gezigt van de
Dohna, Rijksmus., 1663. Izak Vaarzon Morel, Rijksmuseum 1666. Verkocht 1828.
Rome.
Johannes Mijtens, Luitenant-Admiraal Cornelis Tromp en zijne Huisvrouw. 217. Matthijs Naiveu, St. Hieronimus. 218. Pieter Neefs, Een der kerken te Antwerpen van binnen. 216.
219. 220. 221. 222. 223. 224.
1656.
Komt
1
stad P. C.
1643.
meer voor in den catalogus van 1816. van Geel, Karel de Moor, zittende voor zijn Schilder- Joost RijksmuEzel. seum, 949. Paulus Moreelse, Maria van Utrecht, weduw Rijksmuseum, 1659. van Joan van Oldenbarneveld. Door of in de manier van Paulus Moreelse, Ursula van Solms, gemalin Portrait van eene zeer rijk gekleede Vrouw. van den Burggraaf van ,
Bloemen. „
164 1,
— Eene Roomschc Kerk. — Kerkgezigt. Eglon van der Neer, Venus en Adonis. — Eene Offerande aan den Bosch-God. — De Historie van Tobias. ,
,
Rijksmu.seum i699eul700. 1708. «7>51716.
1717Verkocht 1828.
,
,
Gaspar Nelscher, Eene prachtig gekleede Vrouw, bezig zijnde met hel Haar van een Jongetje op te tooijen. 225. Jan van Os, Bloemstuk. 226. Adriaan van Ostade, Boerengezelschap zittende voor eene Boerenwoning. Gezelschap van rookende en drinkende 227.
—
,
Rijksmuseum 1722. 1724.
I799181S.
Verkocht 1828.
Boeren. Coll. v. d. Pot, Rott.. 6 Juni 1808.
228.
—
,
Een Schilder
v. zijn
Schilder-Ezel gezeten.
Rijksmuseum 1813.
163
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
TEGENWOORDIGE 1809.
VERBLIJFPLAATS.
Coll. V. d. Pot, Rott.,
6 Juni 1 808.
229.
Kabinet van Heteren, 1809.
230.
Reeds aanwezig ïS Febr. 1S08.
23'-
Gekocht
Aug. 1803.
II
van
Verzonden
het
Isaac van Ostade,
Een lagchende
Adriaen van Ostade, Rijks-
Boer.
museum 1816. wit Paard Rijksmuseum 1822. en verscheide stilhoudende Reizigers. Bonaventuur Peters, Het verbranden der Jan Peeters, Rijksmus. 1850.
—
,
Voor eene Boeren Herberg een
Engelsche Vloot in de Haven van Chattam. E. van der Poel, Het springen van den Kruidtoren te Delft. 18 233Boerenbinnenhuis. 232-
Loo,
—
Sept. 1798CüU. V. d. Pot, Rott., 6 Juni 1808.
234-
Kabinet van Ileteren, 1S09.
235-
Rijksmuseum 1889. i888.
,
Cornelis Poelenburg, Verscheide naakte Nymphen, van welke eenige vlugten op het gezigt
1894-
van twee Faunen.
236. 237238.
.. .1
M
,,
,,
»»
»t
,,
„
H „
239. 240. 241. 242.
».
,,
— Het wegdrijven van Adam en Eva het Paradijs. — Hetzelfde onderwerp. — Bacchus, Venus en Ceres. — Maria IVIagdalena. — Landschap met badende figuren. — De wedergade van het voorgaande. Paulus Potter, Orpheüs spelende. — Een Veehoeder met eenige Schapen ,
1893-
uit
Verkocht 1828.
,
,
,,
,
,,
Rijksmuseum 1891.
,
1892. 1912.
,
,
en
•909-
Koeijen.
Maj.J.B.de Lega, 15 Jan. 1801. Coll. V. d. Pot, Rott., 6 JuniiSoS.
243244.
Spaen
245.
Geschenk van Baron V. Biljoen,
v.
10 Oct.
1808.
—
Een Boerinnetje welke eene Koe melkt. Verkocht 1828. Een rood bonte Os, een zwart bonte Rijksmuseum 19 14. Bok, een Ram, twee Schapen en een Lam. Door of in de manier van Paulus Potter, Pieter Potter, Rijksmuseum Een Stalknecht, bezig zijnde met stroo te 1918.
—
,
,
snijden.
Frans Pourbus, Elisabeth, Koninginne van Rijksmuseum 1919. Engeland. Rijksmuseum 1921. Kabinet van Meteren, 1809. 247. Hendrik Piins, Stadsgezigt. 248. Adam Pijnakker, Hoog geboomte, waaronder Mauritshuis te 'sGravenli ,, (Gat. 1895 p. 297). twee Herders rusten. Coll. v. d. Pot, Rott., ójuni 1808. 249Rijksmuseum 1926. Bergachtig Landschap. 2016. In bruikleen afgestaan door 250. Rembrand van Rhijn, „De Nachtwacht". de stad Amsterdam, 15 Aug. Reeds aanwezig 9 Febr. 1801.
.,
246.
,,
—
1808.
Als voren.
251.
Verk.
252.
P.
Fouquet, Amst., 13
April, 1801.
Van de
familie van den
Heuvel
253-
te Utrecht, 1809.
,
— Vijf Bestuurders van het Staal-Hof Amsterdam. — De onthoofding van Joannes den Dooper. — De ontvanger van Utrecht, Pieter van ,
,
Uitenbogaert.
Gek. van den Kapitein Rottiers, Nov. 1808.
254.
—
,
2017.
te
,
Lumeij, Graaf van der Mark.
Carel
Rembrandt's Rijksmus. 202$.
schijnlijk
Rijksmuseum 2026.
Guido Reni, Maria Magdalena.
255256.
Jan
257.
Pieter
Claasze
de
Rietschoof,
Ring,
Twee
zeestukken.
Verscheidene
Vruchten,
2032 en 2033.
2034.
Kreeften, Oesters enz. „
„
„
258.
Coenraad Roepel, Een Bloemstuk.
Een
•,
259260.
„ »•
**
»,
>»
"
Rijks-
921. Gov. Flinck. De ontvanger Joh. van Wtenbogaert (?), Rijksmuseum 931. waarstudiekop, Copie, vader,
Kabinet van Heteren, 1809 Reeds aanwezig April 1804, misschien gekocht van E. M. Engelberts, 22 Aug. 1800. Kabinet van Heteren, 1809.
Fabritius,
museum
261. 262.
Fruitstuk.
Willem Romein, Onderscheide Beesten eene Rivier. Beladen Muil-Ezels en Koeijen. Hans Rotlenhammer, Mars en Venu».
—
,
bij
2043. 2044. 2047.
2048. 2063.
;
164
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
Kabinet van Ileteren, 1809.
Verzonden van het Loo, iS Sept. 1798.
Als voren.
Gekocht Gek. te
II
Aug. 1803.
V. R. Meurs Pruyssenaer Amsterdam, 5 Mei 1802.
Cüll. V. d. Pot, Rott., 6 Juni 1808. V. C. Hubrechts, 20juni 1803.
TEGENWOORDIGE 1809.
VERBLIJFPLAATS.
Hans Rotterhammer, De Geboorte te Beth- Maria met het kind Jezus, Rijksmuseum 2062. lehem. 264. De Ridder Petrus Paulus Rubbens, Jezus Rijksmuseum 2065. bezwijkende onder de kruisdraging. Copie, De ontmoeting van Eene Historische Schets. 265. Jacob en Esau, Rijksmuseum 2069. 266. Uit de School van den Ridder Petrus Paulus Veikocht 1828. Rubbens, de Boodschap aan Maria. 267. Jacob Ruisdael, Woest bergachtig Landschap. Komt al niet meer voor in den catalogus van 1827. Mauritshuis te 'sGravenh. 268. Landschap met hoog geboomte. (Cat. 1895 p. 357). Idem, idem. p. 359. Zee-, Strand- en Duingezigt. 269. 270. Pieter Saenredam, De groote Kerk te Haarlem, Rijksmuseum 2083. van binnen. De groote Kerk te Haarlem van binnen. Isaac van Nickelen, Rijks271. 263.
—
,
— —
—
,
.
Reeds aanwezig 28 Febr. 1808. als door van Nikkelen. Reeds aanwezig 7 Dec. 1800. 272. Godfried Schalken, Koning Willem de Derde ,
museum
1744.
Rijksmuseum 2140.
Kaarslicht.
Kabinet van Heteren, 1809.
273.
— Eene Vrouw, welke bezig met eene Kaars in eene Lantaarn doen. — Een jongman welke eene pijp rookt. — Ieder meug". — Een jongman welke met smaak eene
2143-
is
,
Ie
274. 275. 276.
2142. 2141. 2144.
,
,
zijn
,,
,
pijp tabak rookt.
Onbekend. Overgenomen
van
de
stad
Haarlem, 9 April 1804. Gekocht van George 1805/06. Reeds aanwezig 9 Febr. 1801, als Een jager met honden, door J. de Üdine. Reeds aanwezig 7 Dec. 1800, als door H. M. Sorgh. Kabinet van Heteren, 1S09.
277. 278.
—
,
Guercino, Rijksmus. 100$.
Maria
Magdalena,
Rijks-
museum
279. 280.
Von Schuppen,
Prins Eugenius van Savoijen. St. Hubert.
Andries Sciavoni,
2189. 2182. school (begin der Hollands,
i6deeeuw).Adonis,Rijks-
museum 281.
282. 283. 284.
Coll.v.d.Pot,Rott.,6Juni 1808.
Joan Schoorl, Peinzende Maria Magdalena. „de Dochter Sions".
2S5.
van
Slingeland, Binnenhuis, waarin een Chirurgijn bezig is een' Boer te verbinden. Gezelschap Boeren, waarbij een Vioolspeler en zingende Jongens. Portrait van een deftig bejaard Man. Pieter
— —
,
—
Rijksmuseum 2203. 2304. 2208.
,
Frangois Snijders, pot met bloemen. ,
Eene
Dood Wild, benevens een
doode
ree.
benevens
een
kreeft,
eenige
zwijnskop,
61.
Verkocht 1828.
2209.
een wilde groenten en
bloemen.
P.
286.
—
Loo, 18
287.
Spagnoletti, Vanitas.
1808.
288.
Jacomo van
2S9.
Jan Steen, Boerenhuisgezin zich inschepende in eene schuit.
Rijksmuseum 2239.
Boerenbruiloft. Boerenmeid bezig zijnde met hel schuren van een tinnen kan.
2240. 2242.
Huybrechts. 24 April 1804, als door Rubens. C.
Verzonden van
het
De Jagt Crocodil. ,
van
den
Hippopotamus
Sept. 1798.
Reeds aanwezig 30
Juli
Staveren,
In naar Rubens. bruikleen gegeven aan de Rijksuniv. Utrecht, 1902. Spaansche school (eerste der 17de eeuw). helft
en Copie
Rijksmuseum 337. Een biddende Grijsaard. Johan van Staveren, Rijks-
museum Gekocht
11
Aug. 1803.
Coll. V. d. Pot, Rott.. 6 Juni 1808.
Reeds aanwezig 7 Dec. 1800. Coll. V. d. Pot, Rott., 6Juni 1808. Kabinet van Heteren, 1809.
290. 291.
— —
292.
—
293. 294.
— —
,
,
,
,
,
Een Kwakzalver. Een Bakker. Een St. Nicolaas
Feest.
2229.
2241. 22332237.
i
>65
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
TEGENWOORDIGE 1809.
VERBLIJFPLAATS.
Kabinet van Heterea, 1809.
P. C.
Huybrechts, zo Juni 1803.
Steen, Verscheiden Personen, waarvan er drie aan eene tafel met de Dobbelsteenen spelen. In het midden van de kamer hangt een Papegaai. 296. W. van Strij, Een Teekenmeester 297. De Oude Teniers, Het verbreken van het Twaalfjarig bestand. 295.
Reeds aanwezig April 1808.
298.
Onbekend.
299.
Van
M.ijoor J. 1801.
U.
de
Lega,
300.
15 Jan.
Kabinet van Heteren, 1809.
301. 302.
Mevr. Bicker, Amster- 303. dam, 19 Juli 1809. Kabinet van Heteren, 1809. 304. Verk.
Gekocht 1803. Kabinet van Heteren, i8og.
305. 306.
Van Majoor
Lega,
307.
Reeds aanwezig 28 Febr. 1808.
30S.
7 Dec. 1800. Kabinet van Heteren, 1809.
309. 310. 311.
J.
B.
de
15 Jan. 1801.
312.
313.
J.
— — — — —
,
,
,
Wachtkamer met verschelde
,
Vrolijke Boeren en Boerinnen.
.
De verzoekingen van
—
— —
,
—
,
Een
In
bruikleen afgestaan door de stad Amst. 15 Aug. 1808. CoU. V. d. Pot, Rott., 6 Juni 1808.
321.
Rijksmuseum 2333.
Italiaansch gezigt. het voorgaande.
2334.
Adriaan van de Velde, Een Landschap waarin rustende en grazende Beesten. Esaias van de Velde, De uittogt uit 's Hertogenbosch. Prins Maurits bezig zijnde eene Kat de Bel aan te binden.
Willem van de Velde, Woelend Water.
319. 320.
Anthonius.
De wedergade van
315. 316.
Aug. 1803.
2292,
2293. 2295.
,
Kabinet van Heteren, 1809.
11
Rijksmuseum
,
—
Gekocht
St.
Officieren.
Gerard Terburg, Een Jonkvrouw staande voor 570. eene Tafel, waaraan is zittende een Heer en nog eene Vrouw. Copie, Rijksmuseum 576. Het sluiten der Vrede te Munster. David van Tol, Drie vrolijke kinderen, zich Dominicus van Tol, Rijksmuseum 2308. verheugende met eene Kat in een Muizenval. Eene oude Vrouw, gietende water op een Verkocht 1828. pot met Bloemen. Eene oude Vrouw, welke bij lamplicht bezig is met garen te klossen. Jacob van der L'lft, Eene Romeinsche Markt.
314.
317. 318.
2272.
Hollandsche school (tweede helft der 17de eeuw), Gevecht van soldaten in een landschap bij een brug. Rijksmuseum, 115. Komt al niet meer voor in den catalogus van 1828.
David Teniers, Drie drinkende en rookende Boeren in een boerenhuis. Een Boer, met een bierkan en tabakspijp Rijksmuseum 2294. in de hand. Een Man en eene Vrouw, zijnde Bedelaars. Verkocht 1828.
Verk.
Mevr. Bicker, Amsterdam, 19 Juli 1809.
Rijksmuseum, 2245.
,
— — — — —
Stil
spiegelend Water.
,
,
Stil
Water.
Woelend
Zeegezigt. Strandgezigt. De stad Amsterdam van het
Paulus
V. Hilligaert,
museum
Hollandsche school (Eerste der 17de eeuw). helft
Rijksmuseum 97Rijksmuseum 2473.
zien.
Rijksmuseum 2469.
Het strijken der Vlag en de overgave van het Engelsch Admiraalschip „The Royal
2470.
—
.
Rijks-
II 82.
24752474Verkocht 1828.
,
,
Rijksmuseum 2445.
IJ
te
,
Prince". 322. Uit 's
de Admiraliteitskamer te Gravenhage, 17 Juni 1799.
Gekocht
II
Aug. 1803.
323.
324.
Reeds aanwezig 9 Febr. 1801. 325. Kabinet van Heteren, 1809.
326.
—
Het opbrengen der vier veroverde Engel2471. sche Oorlogschepen. Otto Veneus, Twaalf stukken, verbeeldende 2432—2443. de Gastmalen, Strijden en Heldendaden der oude Batavieren onder Claudius Civilis. Adriaan van der Venne, Prins Willem de Prins Maurits op zijn paradebed. Rijksmuseum 2491 Eerste na zijn' dood. , Prins Maurits te Paard, verzeld van zijne Rijksmuseum 2489. ,
— Broeders en Neven. — Eene Vrouw in ,
tende voor eene
tafel.
het
wil
gekleed,
zit-
Verkocht 1828.
i66
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
Kabinet van Heteren, 1809. Geschenk v. Baron v. Spaen van Biljoen, 10 Oct. 1808. Gek.
van
T.
Munnikhuizen,
10 Nov. 1800. P. C. Hubrechts, 's Gravenh., 28 Febr. 1S03. Kabinet van Heteren, iSog. Rott.,
327. 328.
TEGENWOORDIGE 1809.
VERBLIJFPLAATS.
Verkocht 1828. Adriana Verbrugge, Bloemstukje. Paul Caliari, Veronese, Maria met het kind Jacopo Palma Vecchio, Rijksmuseum 1840. Jezus, Jozef, St. Joannes, St. Catharina en
verscheidene Engelen. L. Verschuur, Het Kielhalen der ScheepsChirurgijn van den Admiraal van Nes. Het inzeilen van Karel Stuart binnen 330. Rotterdam. 331. M. Versteeg, Een oud Man zittende bij Kaarslicht te lezen. 329.
—
332.
Rijksmuseum 2531. 2530.
,
—
,
Een Monnik zittende van eene Lamp.
te
lezen
bij
Komt
al
niet
meer voor
in
den catalogus van 1816. het Als voren.
licht
Verzonden van
het
Loo,
18
333.
Sept. 1798.
David Vinckeboons, Het Hof in 's Hage benevens Prins Maurils en zijne Hofstoet
Paulus
v. Hilligaert, Rijks-
museum
1180. Jagt uitrijdende. .Simon de Vlieger, Het verdrinken van Graaf Rijksmuseum 2560. ter
Aug. 1S03, als „Het uitvan de vloot van Chatham", door Cuyp. Gek. II Aug. 1803. Gek.
1 1
334.
Jan van Nassau.
zeilen
335.
—
,
Jan
Riviergezigt.
V. d.
Wellicht verk. Barones
v.
Ley-
den. v. Warmond, loSept. 1S04. Kabinet van Heteren, 1S09. Verzonden van het Loo, 18 Sept. 1798. Reeds aanwezig 7 Dec. 1800.
336. 337. 338. 339.
Arie de Vois, Een zeer koddig figuur, staande lagchende met een' Wijnroemer in de hand. Een vrolijke Vischboer. Vouët, De Offerande van Abel.
—
Het admiRijksmus.68l.
Capelle,
raalzeilen,
25732572.
,
Verkocht 1828.
Hendrik Cornelissen Vroom, Adm. v. Heems- Rijksmuseum 2604. overzeilende de Spaansche Galeijen
kerk,
voor Gibraltar. Jan Baptiste Weenix, Een doode Haas be- Jan Weenix, Rijksmuseum nevens nog eenig dood Wild en een Jagthond. 2616. Een levensgroole Haas, ter zijde liggen Rijksmuseum 2614. Coll. v. d. Pot. Rott.,6 Juni 1808. 341. twee Patrijzen en een Groninger. Dood Wild. In het verschiet de Hofstede 2615. Reeds aanwezig, 7 Dec. 1800. 342. Rijksdorp. 2631. Coll.v d. Pot, Rott.,6Juni 1808. 343. Ridder Adriaan van der Werfi", Eene heilige
Kabinet van Heteren, 1809.
340.
— —
,
,
Familie.
Reeds aanwezig 9 Febr. 1801, als Venus. Kabinet van Heteren, 1S09.
344. 345.
—
—
,
Venus
Phsyché en Cupido.
Een spelende Herder Nymph. ,
en eene dansende
Ridder Adriaan en Pieter van der Werff, Hieronimus. 347. Pieter van der Werff, Twee Meisjes welke een klein standbeeld met bloemen versieren. Een jong Meisje welke het standbeeld 348. van Venus schijnt na te willen teekenen. Gek. v. D. van der Aa, 's Gra- 349. E^manuel de Wit, Een gedeelte der Oude venhage, 17 Nov. 1802, als Kerk te Delft van binnen. door van der Vliet. Coll. v. d. Pot, Rott., 6Junil8o8. 350. Een Kerk van binnen te zien. Onbekend. 351. Jacob de Wit, Kindertjes in het Grauw. 346.
St.
— —
Kabinet van Heteren, 1809.
352. 353. 354. 355. 356.
Coll. V. d. Pot, Rott., 6 Juni 1808.
357. 358.
eu
Amor,
Rijks-
museum
Pieter van der Werff, Rijks-
museum
2635.
Rijksmuseum 2636. 2637.
,
,
Philip
— — — — — —
2634. Rijksmuseum 3632.
Wouwerman,
Hertenjagt.
,
Gevecht van Piiardenvolk. Gevecht van Ruiterij. Veldgezigt met verschelde
,
Rijschool.
,
Landschapje.
,
,
museum
Vliet,
figuren.
Rijks-
2566.
Rijksmuseum 2698. al niet meer voor in den catalogus van 1827. Rijksmuseum 2712.
Komt
Verkocht 1828.
Een beladen Kar met een figuur voor de Kar een wit ontspannen paard, enz. ,
Hendrik van
Onbekend. Rijksmuseum 2713. 2711. 2715-
i6:
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
TEGENWOORDIGE 1809.
VERBLIJFPLAATS.
Gek. Ie
CoU.
V. R. Meurs Pruyssenacr 359. P. Wouwerman, Een grijs Paard hetwelk door Rijksmuseum, 2716. een Stalknecht naar het water geleid wordt. Amsterdam, 5 Mei 1802. V. d.
Pol, Rolt., 6 Juni 1808.
Reeds aanwezig. April 1804.
360. 361. 362. 363.
— — —
,
,
De ,,Reigerjagt". De overrompel, en plundering
v.
2714. 2707.
een Dorp.
Hevig gevecht van Boeren. 2708. Door of in de manier van P. Wouwerman, Pietcr Wouwerman, RijksDe Herovering van Coeverden. museum 2704. ,
—
gFebr. 1801. 364. Een gevecht van Ruiters. Verkocht 1828. Rijksmuseum 2735. Maj.J. B. deLega, isjan. 1801. 365. Jan Wijnanls, Duinachtig Landschap. 1S09. Heteren, 366. DuinachtigLandschap, met Koeijen, SchaKabinet van 2737pen en figuren. AmsterLandschap. Zeer boomrijk Verk. Mevr. Bicker, 367. 2732. dam, 19 Jnli 1809.
—
,
,
—
Kabinet van Heteren, 1809. Coli! V. d. Pot, Roti.,
6 Juni 1808.
C. S. Roos, 30 Aug.
iSoo.
Geschenk v. den chef de bureau A. W. Swart, 29 Aug. 1801.
368. 369. 370. 371.
372.
,
Herman
— —
,
,
Zachtleeven, Rhijngezigt. het voorgaande. Rhijngezigtje.
2105. 2110. 2106.
,.
De wedergade van
Zeeman, De Bataille van den Kommandeur Rijksmus. 1753, als afkomter Zee Jan van Galen voor Livorno. stig V. d. Dir. V. d. LevantHendrik Maartensz. Zorg, Eene Keuken.
schen Handel, 1826. Jan Olis, Rijksmuseuml787.
ONBEKENDE MEESTERS. Onbekend.
373.
Twee geweven der Gobelins
374.
Schilderijen, uit de Fabrijk
te Brussel.
Een Landschap.
Petrus en Maria Magdalena,
Nederlandsch Museum.
Onbekend.
Reeds aanwezig 9 Febr. 1801, 375. Prins Maurits te paard, met een zijner Richting v. P. v. Hilligaert, Maurits en Frederik Generaals. Prins Maurits en Frederik als Hendrik. Rijksmus. 1138. Hendrik, door J. Mars. Reeds aanwezig 7 Dec. 1800, 376. Jacoba van Beijeren en Frank van Borsseïen. Rijksmuseum 130 en 131. 101. 9 Febr. 1801. 377. Ruine van den Huize Tellingen. „ „ April 1804. 378. Het moderne Huis Tellingen. Niels Rode, Rijksmus. 2040. 28 Febr. 1808. 379. Charlemagne en deszelfs Gemalinne. Christus Salvator en Maria. Rijksmuseum 40 en 41. Van de Remonstr. Gemeente 380. Bernardus Praevostius. Michiel Jansz. van Mierete 's Gravenh., 13 April 1804, veld, Johannes Wtenbogaert, Rijksmuseum 1586, als Wtenbogaert d. Mierevelt. Cornelis Cornelisz., RijksVan de Remonstr. Gemeente 381. Dirk Volkertsz. Koornhert. Gravenh., 13 April 1804. Aug. 1803 te Haarlem, als door Fh. de Champaigne.
museum
te 's
Gek.
II
Onbekend. Geschenk v.
382.
Kenau Hasselaar.
383. Graaf Adolph van Nassau. Heer en Mevr. 384. De Graven van Egmond en Hoorn. Trip-v. Limburg Stirum, 15 d.
Juni 1805.
720.
Rijksmuseum
153.
>79(?)
Toegeschreven aan W ybrand de Geest, Een veldoverste, Rijksmus. 965, en Ravesteyn, Just. v. Nassau, Rijksmus. 1978. Jan van Ravesteyn, RijksJ. V.
De Graaf van
Reeds aanwezig 1801.
385.
Onbekend. Reeds aanwezig 1801.
Gaspar de Coligny, Admiraal van Frankrijk. Rijksmuseum, 1996. 1981 (?) 387. Graaf Adolph van Nassau. Onbekend. 388. Een Prins uit den Huize van Nassau. Jan van Ravesteyn, Rijks389. De Heer van Kessel.
Leicester.
museum
1997.
386.
museum Reeds aanwezig 9 Febr. 1801. „April 1804, en wellicht gekocht 17 Nov. l8oa van P. C. Huybrechts.
390. 391. 392.
De
Kolonel Henderson. Gaston de Foix. 's Lands Advocaat Buis.
2005.
Rijksmuseum 2003. 28.
Komt
meer voor in den catalogus van 1827. al
niet
i68
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
Reeds aanwezig i8oi. j^
^,
,,
„ 9 Febr. iSoi.
393394395-
TEGENWOORDIGE 1809.
Graaf Jan van Nassau. Graaf Lodewijk vau Nassau. De belegering van 's Hertogenbosch.
VERBLIJFPLAATS.
Rijksmuseum Paulus
museum
door Palamedes. Reeds aanwezig 1801. als
396.
Graaf Hendrik van Nassau.
Rijksmuseum
"
397-
De Heer
Jan
tt
J>
398.
De Heer de
i8o.
van Ravesteyn, Rijks-
museum Bethune.
Rijks-
1178.
"
Smelsin.
177. .78.
V. Hilligaert,
1976.
Michiel Jansz. van Miereveld,
Rijksmuseum 1599.
"
••
399-
De Kolonel
"
"
400.
De Kolonel Wijten Hoghe.
Jan van Ravesteyn, Sir W. Brog, Rijksmuseum 2004. P. Moreelse, Anth. v. Uten-
"
"
401.
Graaf Jan van Nassau.
Jan van Ravesteyn, Rijks-
Broek.
hove. Rijksmuseum 1662.
museum
1980.
Onbekend. Graaf Albert van Nassau. Een onbekend Portrait. „ „ Een onbekend Portrait. ,, ,, „ Onbekend. Geboetseerd Portrait van den Luitenant- Nederlandsch Museum. Admiraal Pieter Pietersz. Hein. Reeds aanwezig 9 Febr. 1801. 406. Amalia van Solms, weduwe van Prins Fredrik Govert Flinck, Rijksmu^^
402. 403404. 405.
,^
Hendrik. seum 929. Vice-Admiraal Witte Korneliszoon de Witte. Rijksmuseum 242. Gek. van T. Munnikhuizen, Het Zoontje van den Luitenant-Admiraal Frangois Verwilt, RijksRolt.. 10 Nov. 1800. museum 2547. Aart van Nes. Reeds aanwezig 28 Febr. 180S. 409. De Kommandant welke Breda door middel Rijksmuseum 1S6. van een Turfschip veroverd heeft. „ 9 Febr. 1801. 410. De Prinsesse van Solms, weduw van den Toegeschreven aan G. van • Maarschalk Jan Wolphaart van Brederode. Honthorst,Rijksmus.I24l Wybrand de Geest, Rijks4H. D. Rijngref. „ 1801. 11 „
..
407. 408.
museum »
"
412.
De Heer
^^
n
,,
t*
413414. 415. 416.
Graaf Hendrik van Nassau. De oude Graaf Philips vau Holack. Graaf Philips van Nassau. De Kolonel de Veer.
Chatillon, Maarschalk van Frankrijk.
museum
„ "
,j
• •
^,
,,
*>
••
2006.
Onbekend. J.v.Ravesteyn,Rijksm.l984.
Rijksmuseum Michiel Jansz. veld.
••
958.
Jan van Ravesteyn, Rijks-
l8l.
van Miere-
Rijksmuseum 1600.
417-
Graaf Philips Ernst van Holack.
Jan van Ravesteyn, Rijks-
418. 419.
Graaf Lodewijk van Nassau. Graaf Ernest van Nassau.
Rijksmuseum 183
420. 421. 422.
Prins Willem de Eerste van Oranje. Prins Maurits. Prins Fredrik Hendrik.
423424. 425-
Prins Willem de Tweede. Kinder-Portrait van Koning Willem d. Derden. 1244. Philips Willem, Prins van Oranje. Jan van Ravesteyn, RijksJustinus van Nassau.
museum
1990. (?)
Jan van Ravesteyn, Rijksmuseum 1988 (?)
Rijksmuseum, 1979.
„
„
,,
"
n "
,,
,,
*>
•
„
>•
>*
"
426. 427.
l>
•
428.
Graaf Willem F'redrik van Nassau.
Wybrand de Geest, museum 957.
II
"
429.
De Admirant van Arragon.
Jan van Ravesteyn, Rijks-
•>
•*
430-
De Marquis de
Michiel Jansz.
1983-
Copie naar Gerard v. Honlhorst, Rijksmuseum 1242. Rijksmuseum. 1243.
museum Graaf Willem Lodewijk van Nassau.
museum Spinola.
1982.
Rijksmuseum, 1985. Michiel Jansz. van Mierevelt. Rijksmuseum 1596.
veld,
Rijks-
1998.
van Miere-
Rijksmuseum 1598.
lóg
CATALOGUS VAN
AFKOMST.
TEGENWOORDIGE 1S09.
VERBLIJFPLAATS.
Twee onbekende Portraiten van de Familie Onbekend. van Nassau. 432. Graaf Errst Casimir van Nassau. 433. Graaf .'\dolph van Nassau. 434. De Heer Vlies, Maarschalk van Frankrijk. Jan van Ravesteyn, Joost de Soete, heer van Villers, Rijksmi'seum 1999. Jan van Ravesteyn, Olivier 435. De Heer de Temple. van den Tempel, Rijks-
Onbekend.
431.
Reeds aanwezig 1801.
museum
2001.
436.
De Heer
de Holitin.
Jan van Ravesteyn, Willem de Soete de Laeke, heer van Hautain, Rijksmu-
437.
De Heer
de Haiua.
Jan van Ravesteyn, Charles de Levin, heer v. Famars,
438.
Willem Graaf van Nassau Catzenelbogen.
seum 2000.
Rijksmuseum 2002. Onbekend.
Jan van Ravesteyn, Rijks-
museum
1994.
439. Johan Graaf van Nassau Catzenelbogen. 440. Adolph Graaf van Nassau Catzenelbogen. 441. George Fredrik Graaf van Nassau Catzenelbogen.
Rijksmuseum, 1992.
442. Joh.-in Graaf van Nassau Catzenelbogen.
Jan van Ravesteyn, Rijks-
1993182.
museum 443. 444.
Philip Graaf van Nassau Catzenelbogen.
445.
Johan Graaf van Nassau Catzenelbogen.
1986.
Rijksmuseum, 1987.
Lodewijk Graaf van Nassau Catzenelbogen.
«989.
Michiel Jansz. veld,
van Miere-
Rijksmuseum 1597.
Reeds aanwezig April 1804. 449. Onbekend. 450. Verworven uit het Zeekantoor 451. te Rotterdam, Mei iSoo.
Vier Portraiten levensgrootte van Graaf Wybrand de Geest, Rijksmuseum 963. Lodewijk, Graaf Jan, Graaf Adolph en Graaf Hendrik van Nassau. Portrait levensgrootte van Graaf Ernst Casimir Rijksmuseum, 954. van Nassau. Portrait levensgrootte van Graaf Hendrik 9S5Casimir van Nassau. Graaf Ernst Casimir van Nassau. 959Sophia Hedwig van Brunswijk. 960. Altaarstuk gevonden aan boord van hel Copie naar Anthonie van Dyck, Christus van het Spaansch Admiraalschip vau de Zilver-Vloot.
Geschenk
Een Historiestuk.
Reeds aanwezig 28 Febr.
1
S08.
Onbekend.
446.
447. 448.
kruis.
Biljoen,
V.
.\ls
v.
Baron
v.
Spaen 452.
Rijksmuseum 863.
Rijksmuseum, depot.
10 Oct. 1808.
voren.
453. 454.
Onbekend.
455.
Heilige Familie.
De Dochter welke haren Vader
voedsel ver-
schaft in de gevangenis. Twee spelende Kindertjes.
Onbekend. Rijksmuseum, depot. Gerard de Lairesse, Rijks-
museum, depot. Gek.
II
Aug. 1803,
als
door 456. Een klein Portraitje van Fredrik, Koning van Toegeschreven aan Paulus
Bohemen.
Morcelse. V. d. Pot, Rott., 6 Juni 1808, als door Karel de Moor.
Coll.
Onbekend.
De Portraitjes van den Luitenant .Admiraal de Ruiter en Familie. 458. Prins Maurits en Joan van Oldenbarneveld met de pen op Ivoor geteekend. 459. Joan en Cornelis de Witt, met de pen op Ivoor geteekend. 457.
Moreelse, Rijksmuseum 1665. Gerard Hoet, Familietafereel, Rijksmuseum 1208. Rijksmuseum 2903.
Rijksmuseum 2904.
BIJLAGE DE SCHILDERIJEN
IN
1
I.
798 VAN HET LOO VERZONDEN.
Van de
in September 1798 van het Loo naar den Haag verzonden schilderijen nog eenige in het Rijksmuseum aan te wijzen. Alleen het thans als een copie naar Willem Key beschouwde portret van Al va (kist 2) vertoont achter op het paneel ingebrand het gekroonde naamcijfer van prins Willem III. zijn er
In de veiling, die 26 Juli 1713 te Amsterdam gehouden is van de «Schilderyen, van het Loo gekoomen", kwamen onder N°. iq en 20 twee portretten van Alva, voor, N'. 19 >Ducq d'Alba van dito" [d i. Titiaan] werd voor ƒ145— N°. 20 >Nog een Conterfeytsel van dezelve" voor / 160.—, toegewezen of opgehouden. De in kist 5 gepakte »Wijzen uit het Oosten", thans herkend als een copie naar den Jeronimo Bosch in het Museo del Prado te Madrid, heeft een oud inventarisnummer 149. De ontmoeting van Jacob en Esau van kist 4, een verkleinde copie naar den Rubens in de Alte Pinakothek te Miinchen, heeft een lakstempel, met het wapen van Jan Willem Friso. ,
Thans nog in het Rijksmuseum zijn verder: >Een grysaard die den adem uitblaast" (kist
2),
een zinnebeeldige voorstelling
171 van de vergankelijkheid, die na lang aan Ribera te zijn toegeschreven Rcweest thans tot de anonymen der Spaansche school gebracht is (N°. 337). In de beroemde verzameling van der Linden van Slingeland te Dordrecht was reeds omtrent het midden der achttiende eeuw een herhaling van deze schilderij, die in de door Gerard Hoet in 1752 uitgegeven beschrijving van deze verzameling als volgt vermeld wordt: >Een stuk, zynde een seer oud dog heerlyk geschildert Oud Mans Pourtrait, het bove lyf half naakt met sware Musculen en vermagerde Anne, een Pyp Tabak rookende. en den rook in de Lugt blasende, waar van de Copie of weerga in een van de vertrekken ter zyde de Spiegel, op 't Lusthuys 't Loo meede te sien is, door. .. h. 39 d., br. 32 d." i). In de verkooping der collectie van der Linden van Slingeland te Dordrecht 22 Aug. 1785 bracht deze herhaling echter slechts f i,.— op, >Het Stadhouderlyk kwartier" (kist 3), door Waldorp aan Esaias van de Velde, door Apostool van Üavid Vinckboons en thans aan Paulus van Hilligaert toegeschreven (N°. 1180), >Johannes in de woestijn" (kist 4), vroeger aan Lanfranco toegeschreven en thans gebracht tot de anonymen der Italiaansche school (N°. 332), >Maria met 't kindje" (kist 5), een atelierwerk van Quinten Massys(N°. 1529), • Boerenhuishouding" (kist 5), blijkens de naamteekening geschilderd door Egbert van der Poel (N°. 1888), en •Zeestorm" (kist 6), door Hendrik Kobell (N°. 1359 a). Deze stukken zijn óf verdoekt, óf vertoonen voor zoover ze op paneel geschilderd zijn geen kenmerken op de achterzijde.
In het Mauritshuis bevinden zich: 'Prins
Willem
III
in
zijn
jeugd"
catalogus 1895 P- 167), • Fruitstukje met een pijp" (kist
«Koning Willem's (als
portret
in
2),
(kist
Hollandsche school (Mauritshuis,
door Jan Davidsz. de Heem (als voren p. i4S)en grauw" (kist 5), door Gerard de Lairesse
het
voren p. 524).
In 1828 verkocht zijn
:
»De boodschap van Marie" (kist 2), •Het regenen van de Manna" (kist 2), »De offerande van Cain en Abel" (kist •Neptunus"
•
2),
2 portretten
door Waldorp Smissaert
uit
2)
en
(kist 6).
van Prins Willem II met zyne gemalin" (kist 4) werden in 1805 als door Honthorst geïnventariseerd en zijn 30 Juli i 808 door den Haag ontvangen, maar komen in Apostools catalogus niet
meer voor evenmin als >Paris die de appel ontvangt" (kist 4), in 1801 door Waldorp aan Pannini en door Roos aan Parmegiano toegeschreven 28 Febr. 808 was dit stuk nog aanwezig, doch sedert werd het niet meer vermeld. ;
1
Van twee stukken is het vooral te betreuren, dat na de vermelding van de verzending uit het Loo in 1798, elk spoor ervan verloren schijnt, nl. van het •Vrouwtje van Mechelen" (kist 2) en van »De Musikant Hendel" (kist 4). i)
Gerard Hoet, Catalogus of naamlyst van schilderyen,
p. 498,
II, 's
Gravenhage
1
752
172 Immers van jonkvrouw Margaretha van Mechelen is nog steeds geen portret bekend. Dat het portret van den grooten toonkunstenaar in de verzameling op het Loo aangetroffen werd, kan ons niet verwonderen, wanneer wij bedenken, dat prinses
Anna
muzieklessen van
hem genoten
BIJLAGE DE SCHILDERIJEN IN
er
1
heeft.
II.
799 AFGENOMEN TE SOESTDIJK.
In de zeer beknopte inventarissen die in 1699 en 1712 gemaakt zijn van wat aan kunstvoorwerpen te Soestdijk aanwezig was, worden wel verschillende
van >Glober" en >Larisse" genoemd, maar zonder nadere omschrijving. wat er in 1799 vandaan kwam, de prachtige reeks Hondecoeters, wordt gansch niet genoemd. Vermoedelijk zijn de stukken dus eerst na 1712 van een der andere residenties naar Soestdijk overgebracht. Een der 1799 uit Soestdijk genomen stukken, »Eene hen met kuikens", is 4 Aug. 1828 voor ƒ 60.— schilderijen
Het
fraaiste
verkocht.
BIJLAGE DE SCHILDERIJEN
IN
III.
799 GENOMEN UIT HET PRINSENHOF TE AMSTERDA.M. 1
Deze stukken worden door Wagenaar in zijn beschrijving van het Admiraliteitsgebouw, thans het Stadhuis, genoemd i): >De twee schoorsteenstukken zijn konstiglyk door Ferdinand Bol geschilderd. In dezelven wordt de geschiedenis van den jongen Manlius, die om dat hy, tegen last, gestreeden hadt, op bevel zyns Vaders, onthalsd werdt; en Eneas, de pryzen van den scheepstryd uitdeelende, keurlyk verbeeld. Ook hangt hier het geschilderd afbeeldsel van den LuitenantAdmiraal Michiel Adriaansz. de Ruiter." Het schoorsteenstuk met den jongen Manlius is te zien op de prent die Reinier Vinkeles gesneden heeft van de » Zittingneming van ZyneDoorl. Hoogheid, Willem den Vyfden, als Capiteyn Admiraal-Generaal, in het Edel-Mogende Col. ter Admiraliteit te Amsteldam; den ^i'" May 1768." Na jarenlang in het depot van het Rqksmuseum opgeborgen te zijn geweest, zijn de beide schoorsteenstukken in 1902 in bruikleen afgestaan aan de Rijksuniversiteit te Utrecht.
Omtrent het portret van de Ruyter heerscht verwarring, die wij vooralsnog kunnen oplossen. Het portret dat in 1799 uit het Prinsenhof gehaald is, werd in de Eerste Kamer der Konst-Gallery opgehangen, waar Roos het in zijn 7 Dec. 1800 verzonden beschrijving noemt: «overheerlijk geschilderd door F. Bol, met een verschiet vol schepen, door W. van de Velde." In alle latere inventaniet
i)
Jan Wagenaar, Amsterdam in
zijn
opkomst
enz.
II,
Amsterdam 1765
p. 79.
173 met de vermelding van deze twee schilders, slechts dit de Ruyter opgenomen, terwijl in den catalogus van 809 alleen Bol als schilder wordt genoemd. Nu hadden Temminck en Roos 14 Mei 1800 te Rotterdam op het Zee-Comptoir gezien «Twee Pourtraiten van den Admiraal de Ruiter omtrent welke laatsten zij vermeenden, dat geenen hetwelk in de kamer der Marine hangt, in het bijzonder tot het voors. eynde zouden kunnen dienen". De van den Agent der Marine gevraagde machtiging, om deze stukken ten behoeve van de Konst-Gallery te doen afnemen, werd 22 Mei verleend. Ze werden dus stellig naar den Haag gezonden, en toch blijft het steeds maar één portret van de Ruyter. En het in den catalogus van 1809 genoemde is vermoedelijk nog weer een ander, waarover later in bijlage XII. Waar nu in den catalogus van het Mauritshuis de afkomst van het zich daar bevindende portret van de Ruyter slechts met voorbehoud genoemd wordt als in 1817 aangekocht van Coclers, daar meenen wij het voor waarschijnlijk te moeten houden, dat een der bovengenoemde de Ruyterportretten thans in het Mauritshuis hangt. Ook met een ander, dat zich bevindt in het Nederlandsch Museum te Amsterdam, rissen
wordt, steeds
portret van
zal dat het geval
1
wezen.
BIJLAGE
IV.
DE VELDSLAGEN VAN CLAUDIUS
CIVILIS,
Dank
zij de vriendelijke mededeeling van den Algemeenen Rijksarchivaris, Th. van Riemsdijk, zijn wij in staat de geschiedenis van deze twaalf schilderijtjes belangrijk aan te vullen. De eerste aankoop wordt toegelicht door de twee volgende extracten » 26 Januari. Gehoirt het rapport van de heeren Gecommitteerde de twaelff stucken schilderie gecocht hebbende van den advocaet Veen, van wegen sijnen broeder, hebben Haere Ho: Mo: denselven coop ter somme van twee ende twintich hondert guldens geadvoyeert ende geaccordeert daervan te depescheren ordonnantie", i) »Die Staten etc. ordonneren Johan Doublet te betaelen aen Mr. Pieter van Veen, advocaet voor den Hove van Hollandt, de somme van tweeentwintich hondert ponden van veertich grooten 't stuck, daervooren dat Hare Ho Mo van hem door hare Gecommitteerde hebben doen coopen twaelff stucken schilderien, bij zijnen broeder gemaect van de oorloge ende daden Civilis tegen de Romeynen, tot een ciraet van Hare Ho: Mo; camere van vergaderinge. Gedaen in den Hage den XXVI=" January XVI'^ ende derthien" 2) Tot in het einde van 1699 bleven ze in het Binnenhof. »24 November. Op het gepresenteerde door den heer van Bergesteyn, ter vergaderinge gedaan is naar voorgaande deliberatie goedgevonden ende verstaan, dat de twaalff schilderijtjes voordesen gehangen hebbende in de Trèvescamer, representerende de historie van Claudius Civilis, vereert zullen werden aan Zijne Majesteyt van Groot-Brittannien ende werd de garde-raeuble de Lange gelast de voorschreven twaalff schilderijtjes ten dien eynde aan den gemelten heere
Jhr.
:
—
:
;
1)
2)
Extract uit de Resolutien der Staten-Generaal, 1613. Extract uit het Ordonantieboek,
1603— 1614,
fol.
313
v''
:
:;
174 van Bergesteyn te laten volgen, om door denselven overgelevert te werden aan diegeene die ordre sal hebben van hoogstgedagte Zijne Majesteyt om die te ontfangen"i ). Ze werden door Willem III op het Loo geplaatst, en kwamen zoodoende onder den hamer, toen i6 Juli 17 13 te Amsterdam de schilderijen van het Loo publiek verkocht werden, onder N°. 45: »Twaelf stuks van Otto Vaeni, zynde de Oorlogen van de Romeinen en de Batavieren, uytvoerig geschildert". Voor 1500 gulden werden de twaalf schilderijtjes toegewezen. Aan wien, blijkt uit het volgende extract: 28 Juli. »De heer van Burmania heeft aan de Heeren Haer Ho Mo Gedeputeerde kennisse gegeven, dat de heere Landgrave van Hessen Cassel ende de vrouwe Furstinne Douarière van Nassau kennisse bekomen hadden, om wederom te laten inkopen de twaalf stuckjes schilderije, verbeeldende de historie van Claudius Civilis, voor desen in de Trèveskamer gehangen hebbende ende aen Sijne Majesteit van Groot-Brittannien Glor: ged». vereert, goetgevonden hadden die stuckjes schilderije aen Haer Ho: Mo: te offereeren, ende dat de heer van Dalwigh deselve alhier hadde ende versoght te mogen weten, waer Haer Ho Mo wilden, dat die gebraght sullen werden. Waerop gedelibereert sijnde, is goedgevonden ende verstaen, dat de voorschreve stukjes met dancksegginge sullen werden aengenomen ende werd de griffier Fagel gelast deselve over te nemen, ende aen den secretaris van den heer van Dalwigh, deselve overbrengende, te geven vijf en twintigh pistolen, en werd den ontfanger van Hardenbroek gelast de waerde van dien aen gemelte griffier Fagel te restitueren, welcke aen hem in reeckeninge gevalideerd sal werden" 2). Sedert hingen ze in een vertrek ten oosten van de Trèveskamer, het HoUandsche Kamertje geheeten, en ze werden door het publiek bewonderd als geschilderd door niemand minder dan door Holbein 3). Wij kunnen ons thans nauwelijks voorstellen, dat deze schilderijtjes vroeger zóó gewaardeerd en als wonderwerken aangestaard werden. En toch schreef Feil in zijn Tour through the Batavian Republic during the latter part of the year 1800 zelfs, dat ze waren »of such excellence, that the great Lord Bolingbroke, a man whose judgment in whatever relates to the elegant arts few will be inclined to suspect, offered to purchase them at the extraordinary price of ten thousand pounds". Ook Ale.xander Liernur had voldoening van de copieën die hij naar de stukken geteekend heeft. Deze werden in een der vertrekken van de Nationale Bibliotheek te Leiden tentoongesteld en vervolgens ten getale van 24, waarvan 12 inkleuren en 12 in Oost-Indischen inkt, bij verloting voor /"iSoo verkocht 4). Venius blijkt wel behagen in de behandeling van deze stof gehad te hebben immers de 36 prenten die hij in 161 2, door Antonio Tempesta gesneden, uitgegeven heeft „Batavorum cum Romanis Bellum, a Gom. Tacito lib. IV & V. Hist. olim descriptum, figuris nunc aeneis expressum, Auctore Othone Vaenio Lugdunobatavo" waren weer geheel anders van compositie. :
:
:
i) 2)
3) 4)
Extract uit de Resolutiën van de Staten-Generaal, 1699. Extract uit de Secrete Resolutiën van de Staten-Generaal
17 13.
Tegenwoordige Staat van Holland, III, Amsterdam 1746 p. 37. J. Immerzeel Jr., Ue levens en werken der HoUandsche en Vlaamsche
kunstschilders,
Amsterdam
1842 p. 176, 177.
175
BIJLAGE
V.
DE ZWAAN VAN ASSELYN. >Een leevensgroote zwaan in een landschap. Staande in een moedige houding, met uitgespreide vleugelen en kromgebogen hals; gereed om zijn nest met eijeren, 't welk achter hem ligt, te beschermen tegens den aanval van een' waterhond. Dit onderwerp is een /.inspeeling op den Raadpensionaris de VVitt. Alles is fraai, natuurlyk en meesterlyk geschilderd, zoo goed als door J. Weenix''. Zoo luidt de beschrijving in den catalogus van het kabinet nagelaten door Jan Gildemeester Jansz Agent en Consul-Generaal van Portugal bij de Bataafsche Republiek. Dat echter de in het najaar van 1652 overleden Jan Asselyn deze schilderij niet bedoeld kan hebben als een zinnebeeld op de waakzaamheid van den Raadpensionaris Jan de VVitt, die eerst in 1653 deze hooge post aanvaard heeft, ligt voor de hand. De desbetreffende inscripties zijn dan ook stellig eerst later er op geschilderd. De verkooping vond plaats 11 Juni 1800, maar Gildemeester was al 18 Febr,
1799 overleden.
Dat de ongerijmdheid der voorgewende voorstelling niet aanstonds in het oog mag ons niet verwonderen. A. Loosjes Pz. liet er dan ook in 1805 door R. Vinkeles naar een teekening van van Os een afbeelding van graveeren als slotvignet van het in dit jaar door hem uitgegeven dramatisch behandelde verhaal: Johan de Witt, Raadpensionaris van Holland. viel
BIJLAGE
VI.
DE VERZAMELING VAN NES UIT ROTTERDAM. Het zou natuurlijk van belang geweest zijn, te weten te komen, uit wiens nalatenschap deze merkwaardige verzameling herinneringen aan de zeehelden Aert en Jan van Nes gekomen is, maar het is den heer Dr. Wiersum, den Archivaris van Rotterdam, niet gelukt nadere bijzonderheden te vinden over T. Munnikhuizen, van wien de zes stukken 10 Nov. 1800 gekocht zijn. Aert van Nes en Geertruida den Dubbelde hebben slechts één kind nagelaten, den advocaat Mr. Johan van Nes, wiens eenig kind. Aart Jan van Nes, in 17 16 op o-jarigen leeftijd is overleden. Jan van Nes en Aletta van Ravensburgh hebben op zijn minst twee kinderen gehad, Elisabeth geboren in 1674 en een kind, dat bij den dood van den vader in 1680 nog minderjarig en i6gi reeds overleden was. Het is wel aan te nemen I
den Admiraal" geweest is, van wien in 1669 gemaakt heeft. Dit en de andere familiestukken zullen later wel toebehoord hebben aan zijn zuster Elisabeth, die in 1691 de eenig overgebleven erfgename van den Vice-Admiraal genoemd is, een jaar te voren gehuwd was met Dirk van der Hey en tien kinderen gehad
dat dit kind
het
«zoontje van
Fran<;ois Verwilt zulk een prachtige schilderij
176 heeft, waarvan Jan van der Hey, overleden 1778 als veerschipper op Amsterdam, een mondig kind naliet i). Wij achten het waarschijnlijk, dat laatstgenoemde in, het bezit van de verzameling is geweest.
BIJLAGE
VII.
PORTRETTEN OVERGENOMEN VAN DE REMONSTRANTSCHE GEMEENTE TE 's-GRAVENIIAGE, 1804. Domeinen wordt de plaats niet genoemd Remonstrantsche Gemeente, die 13 April 1804 de portretten van VVtenbogaert en Coornhert verkocht heeft, maar daar in de rekeningen van de Remonstrantsche Gemeente te 's-Gravenhage over het jaar 804 de post voorkomt, >Van de Thesaurieren der Nationale Domeinen voor 2 schilderijen /275.— " 2) is twijfel dienaangaande uitgesloten. In de Korte Notulen der Nassausche
van
de
1
BIJLAGE DE SCHILDERIJEN
IN
VIII.
1805 UIT HAARLEM ONTVANGEN.
Van de drie groote schilderijen van Cornelis Cornelisz. zijn er twee, de Kindermoord en de Godenbruiloft, in 1825 in ruil afgestaan aan het Mauritshuis te 's-Gravenhage. Alle drie behoorden ze tot de meest bekende werken van den in zijn tijd meer dan tegenwoordig bewonderden kunstenaar. Reeds van Mander noemt ze in 1604: "Vroegher is van hem ghedaen een groote Kinderdoodinghe, de welcke is te zien te Haerlem, in 't Princen Hof, waer aen comen deuren van Marten van Hemskerck, welck is een uytnemend stuck. Hier siet men veel ghewoel van naeckte Kinderdooders, en den ernst der Moeders, hen kinderen te behoeden oock verscheyden Carnatien van verscheyden ouderdommen, soo van Mannen, Vrouwen, als dat teer jongh vleesch der kinderen, en 't veranderen door de doot in den uytgebloedde lichamen. Noch isser eenen grooten .\dam en Eva in de hooghte, boven een deur, en zijn beelden zoo groot als lieven, seer heerlijck ghedaen. Daer is oock ter selver plaetse in een Camer een groot stuck, een heel vack muers beslaende, wesende een Goden bancket, oft Bruyioft van Peleus en Thetis, daer den twistappel door Tweedracht wort gheworpen, en is een uytnemende constigh stuck, en aerdigh van inventie." De Haarlemsche magistraat had in 1591 het eerstgenoemde stuk van den :
schilder gekocht:
•Meester
Cornelis
Cornelisz.
schilder
voor zijnen arbeijt ende conste
int
Rotterdamsche Historiebladen. Genealogische aanteekeningen en levensI, Rotterdam 1880. p. 441—467. 2) Vriendelijke mededeeling van den heer J. Willink J. Bzn., Secretaris van het Bestuur der Remonstr. Geref. Gemeente te 's-Gravenhage. i)
beschrijvingen,
177 maecken ende schilderen van zeeckeren grooten taeffereel vande doodinge der kinderen bij den Coninck Herodes, als oock voor zijnen arbeijt int versien ende eenige schilderije te maken op de deuren i) hangende aen den voorsz. taeffereele int hof van zijn Ex'', zeer constelijck gemaect, mitsgaders voorden coop van zeecker constich taeffereel bij den zelven Mr. Cornelis gemaect int van eenen monick ende baghijn,
contrefeytsel
quitantie
.
.
.
600
£.'
2)
betaalt
bij
ordonnantie ende
3).
Prins betaelt voort gout, verruwe ende arbeijt bij hem ende gedaen int stofferen van zeecker groot taeffereel met deuren, hangende int hof van zijne Ex'". begrijpende de historie vande doodinge der kinderen bij den Coninck Herodes gemaect bij Mr. Cornelis schilder als oock voor stofferen van andere wercken deser stadt volgende dordonnantie ende quitantie ...51 £." 3). Twee jaar later werden de beide andere stukken gekocht: •Meester Cornelis schilder voor zekere twee schone stucken schilderije, deen zeer groot ende veele constige poeterijen begrijpende, ende een anderen van Yefï" ende Adam, beijde ten behoeve deser stadt gemaect, omme gehangen te werden int hof van zyn Ex'^. tot versieringe vanden camers der zelven, volgende dordonnantie ende quitantie betaelt 600 £." 4). Herhaaldelijk hebben deze drie hoofdwerken van Cornelis Cornelisz. de aandacht van Haarlem bezoekende vreemdelingen getrokken. In het reisjournaal van de Monconys staat daaromtrent geboekt: [22 Aug. 1663] » Avant que de diner Van Leoarden mena M. a la maison du Prince, oü il ny a rien de remarquable, que deux beaux tableaux, l'un de Corneille de Harlem, d"un Adam & Eva en nature" 5). En Uffenbach schreef 10 Febr. 1711 in zijn dagboek: •Nachgehends wurden wir noch unten herum geführet, da wir auf dem Vorplatz und in etlichen Zimmern folgende schone Gemahlde sahen. Der Kinder-Mord Herodis von Cornelius von Harlem. Es hatte dieses Stück zwey Flügel oder Thüren, so auch, und zwar von Heemskerck bemahlet waren. Adam und Eva, dabey stunde C. C. H. fe. 1592, welches auch von Cornelius von Harlem seyn soll. Beyde sind unvergleichlich schön. Ein Götter-Banquet, von eineni unbekannten Meister, aber wohl gemahlt" 6). Ook het stuk van Vroom was in 1629 door den Haarlemschen magistraat bij den schilder besteld: »Mr. Henrick Vroom neempt aen ende gelooft het stuck van de stadt Haerlem namentlijcken den slach ofte scheepstrijt opde Haerlemmermeer wel getrouw ende oprechte te maecken tot eere ende reputatie van deeser stadt ende loff sijner nacomelingen ende stellet loon ter eijgene discretie ende goetvindinge van den heeren Burgermrn, daer mede hij sich sal contenteren ende vergenoegen sonder tegenseggen ende es hem bij provisie op reeckeninghe •
Cornelis
gebruijct,
Cornelisz.
geleijt
.
i)
naar
.
.
Deze deuren, geschilderd door Maerten van Heemskerck, zijn niet mede Amsterdam gezonden, en bevinden zich thans in het Mauritshuis te
's-Gravenhage. 2)
Deze
voorstelling
het Stedelijk
Museum
van
het
Haarlemsche
Wonder
bevindt zich nog
in
aldaar.
3) Thesauriersrekening van 1591 p. 72 v' en 75 v°. Vriendelijke mededeeling van den heer Gonnet, den Archivaris van Haarlem. 4) Thesauriersrekening van 1593, p. 64. 5) Journal des voyages de Monsieur de Monconys, II, Lyon 1666. p. 172. 6) Zach. Conr. von Uffenbach, Merkwürdige Reisen durch Niedersachsen, Holland und Engelland, III, Ulm. 754 p. 530. i
178 verleent van deesen een ordonnantie van hondert ende veertich
ponden te 40 tpondt opden heere Thesaurier Teijlingen omme daer mede te twee hondersten penninck"i). Reeds in 1808 is het stuk door naar een teekening van Waldorp gegraveerd voor Cornelis de Tafereel der stad Haarlem (dl. II p. 92). De Maria Magdalena van Scorel was in 1625 aan de stad gekomen uit de Commanderie van St. Jan, wier goederen toen aan de burgerlijke gemeente zijn vervallen. Het stuk hing in 1573 >in de groote zael" en is in den inventaris van dat jaar aldus beschreven >een tafereel van Maria Magdalena, gemaect bij Mr. Jan Scorel". 2).
grooten vlaems voldoen sijnen D. Veelwaard Koning L. Dz.,
:
BIJLAGE EEN SCHILDERIJ
V.\N
MURILLO
IX. IN
1806 VERKOCHT.
In de verkooping die !.•; Aug. 1806 in het Trippenhuis gehouden werd en die volgens den catalogus bevat zou hebben »een uitmuntende verzameling fraaije schilderyen door beroemde Brabandsche en Nederlandsche meesters, nagelaaten
door wylen den Heere Daniel Mansveld" kwam deze schilderij onder N°. 103 onder den hamer: >F. Morrillos. Deeze capitaale Ordinantie in een Landschap, verbeeld twee Italiaansche I>andjongens met dobbelsteene speelende; de Caracters zyn natuurlyk, de voorwerpen levensgrooten, het coloriet aangenaam en van een meesterl)'k stoute pcnceelbehandeling, hoog 55, breed 46 duim, op Doek". Voor /500.— werd de schilderij weer door C. S. Roos ingekocht. Klaarblykelijk waren er in deze veiling ook andere aan het Rijk of aan Gogel? toebehoorende stukken, maar het is ons niet gelukt, deze in den catalogus te kunnen aanwijzen.
—
—
BIJLAGE
X.
DE COLLECTIE VAN LUCIEN BONAPARTE. Lucien Bonaparte was in 1801 als gezant te Madrid reeds ijverig aan het verzamelen van kunstwerken. In het zeldzame werkje „Mémoires secrets sur Lucien Bonaparte, Prince de Canino, rédigés sur sa correspondence et sur des pièces authentiques et inédites. Imprimés et supprimés è. Paris en 1815, Bruxelles 1818" (p. 78) vonden wij daaromtrent op dit jaar de volgende zinsneden: »Déjil Lucien avait acquis quelques ouvrages capitau.\ de Ribera, Morillos et autres bons peintres espagnols, lorsque sa bonne fortune amène dans la port de Malaga une prise anglaise, venant de Constantinople et chargée du mobelier précieux du Lord St. Helens, qui quittait cette ambassade. M. Ie Thiers, alors auprès de Lucien, fut chargé de lui acheter nombre de chefs-d'oeuvre de peinture que Ie Lord avait receuillis dans ses voyages." i)
Mem. van Burgemeesteren,
2)
F. Allan,
P- 355-
13 Febr. 1629.
Geschiedenis en beschrijving van Haarlem,
II,
Haarlem 1877
179
De steeds overhandnemende verwijdering tusschen Lucien en zijn broeder, noopte den eerste eindelijk zich in Amerika te vestigen. 5 Aug. 1810 vertrok hij van Civita Vecchia op een hem door Miirat ter beschikking gesteld schip, maar dit werd door Engelsche kruisers opgebracht, en na een kort verblijf op Malta landde Lucien in Dec. 1810 in Engeland. Reeds spoedig daarna liet hij zich ook zijn groote kunstverzameling naar Engeland zenden, opdat deze daar onder de hand verkocht zou worden. Ze werd onder leiding van Boyer in Pall Mali tentoongesteld en in 1812 verscheen het bekende galerijwerk: »Choix de gravures a Teau-forte d'après les peintures originales et les niarbres de la Galerie de Lucien Bonaparte, London chez Guillaume Miller". Wat niet verkocht werd zou voor eenzelfde bestemming naar Parijs gezonden worden, maar Napoleons onverwachte terugkeer van Elba wierp dit plan omver, en er vond te Londen een verkooping plaats bij Mr. Stanley, waar wel het een en ander verkocht maar toch het meeste opgehouden, en later verworven werd door Aynard en Erard te Parijs. Niet onaardig is het er op te wijzen, dat er toch een schilderij, zij het dan ook langs gansch anderen weg, ten slotte in het Rijksmuseum terecht gekomen is, nl. van Dyck's portret van Johannes Baptista Franck, dat tot de in 1S54 door van der Hoop aan de stad Amsterdam nagelaten schilderijen behoort.
BIJLAGE
XI.
DE SCHILDERIJEN VERWORVEN OP DE VERKOOPING VAN HET KABINET VAN DER POT TE ROTTERDAM, 1807. der Pot, heer van Groeneveld, was 19 Maart 1S07 te Rotterdam 75 jaren kinderloos overleden, als weduwnaar van zijn Pelerin, die 23 Dec. 1799 op slechts 26-jarigen leeftijd gestorven was. Zijn eerste vrouw Alida Viruly was hem in 1772, zijn tweede, Maria Elisabeth Brakel, in 1795 ontvallen. Den tijd dien zijn ambtelijke bezigheden hem hiertoe overlieten hij was o.a. van 1795 tot 1797 Raad en Wethouder der Gemeente wijdde van der Pot aan de vorming van zijn kunstkabinet. Een gelukkige omstandigheid heeft het ons mogelijk gemaakt, hieromtrent de meest authentieke gegevens te publiceeren, immers in het Rotterdamsche Gemeente- Archief wordt het journaal bewaard, dat de verzamelaar zelf van de aanwinsten zijner verzameling nauwkeurig heeft bijgehouden, i) Hierbij heeft hij niet alleen genoteerd hoe en voor hoeveel hij elk stuk verworven heeft, maar ook wat hij er later aan heeft Gerrit van
den ouderdom van derde vrouw Cathérine in
—
—
laten herstellen.
Hieruit
zullen
wij echter
alleen de gegevens lichten die mededeelingen be-
vatten over de voor het Koninklijk
De
om
Museum verworven
schilderijen.
verzamelen, was bij van der Pot aangewakkerd door zijn vader Willem van der Pot, voornamelijk bekend door zijn liefhebberij
schilderijen
te
I) Dit journaal en nog andere later te vermelden bescheiden omtrent de verzameling van der Pot hebben wij te danken aan de welwillende medewerking van Dr. E. Wiersum, Archivaris van Rotterdam.
—
1
i8o hofdicht Endeldyk. Tenminste verschillende schilderijen zijn hem door zijn vader geschonken. Zoo teekende hij bij het kerkgezicht van Emanuel de Witte (N°. 141) aan: »dit stukje heeft vader W. v. d Pot mij gegeeven". Daar Willem van der Pot 28 Jan. 1783 gestorven is, is de tijd eenigzins bepaald, wanneer het stuk in de verzameling is gekomen. Een ander stuk was hem door erfenis ten deel gevallen, nl. het zelfportret van Joost van Geel (N°. 42) >uit den boedel van Ignatia van Geel, deszelfs dogter geërft". Deze Ignatia van Geel had tot erfgenamen gesteld o. a. hare nichten Maria en Alida Viruly, en deze laatste was de eerste vrouw van Van der Pot. i) In Sept. 1796 heeft P. J. Thijs, die nog herhaaldelijk genoemd zal worden, het stuk «gedubbeld". Het eerst, dat wij van der Pot als kooper op zien treden was, toen 22 April 1778 1778 te Gouda de inboedel verkocht werd van Ds. Samuel Beyerman. Bij die gelegenheid kocht hij >5 Pourtraiten van twee Mannen en drie Vrouwen, zynde Lansbergens, gekomen uit den boedel van Ds. S. Beyerman te Gouda, voor '/^ in dezelve betaald ƒ 105.— dus /210. "2). Daar deze portretten geboekt staan onder het hoofd Bartholomeus van der Helst, mogen wij ze zonder bezwaar indentifieeren met de vijf portretten van dien meester die onder N°. 50 en 5 in de catalogus der verkooping van der Pot voorkwamen. Slechts een gedeelte van het eerste nummer is toen voor het Koninklijk Museum gekocht, wat wel jammer is, want"'de vijf portretten vormden klaarblijkelijk een reeks, en gewapend met van der Pots aanteekening «zijnde Lansbergens'", is het ook wel na te gaan, wie voorgesteld waren. Ds. Samuel Beyerman was 3 Oct. 1694 te Rotterdam gedoopt als de zoon van Jacob Beyerman en Agatha van Lansbergen. Nu is Samuel van Lansbergen, de 24 Oct. 1669 te Rotterdam gestorven predikant, driemaal getrouwd, I reeds vóór 1621 met Maria Pietersdr. de Leest (overleden 25 Febr. 1652), II met Anna de Wou en III (1661) met Sara Busch. 3). Waar nu N°. 50 vanden auctiecatalogus >een bejaard Mans portret" met twee pendanten aanwijst, >Een bejaard Vrouweportret" en een »jung Vrouweportret", daar mogen we veilig aannemen, dat deze portretten Samuel van Lansbergen en twee van zijn drie vrouwen voorstellen. Daar het voor het Koninklijk Museum gekochte vrouwenportret 1646 gedateerd is en het derde huwelijk van Samuel van Lansbergen eerst in 1661 gesloten werd, achten wij het waarschijnlijkst, dat nevens de zeker voorgestelde eerste vrouw ook de tweede door van der Helst geschilderd is. De fraaie portretten in het Rijksmuseum geven dus zonder twijfel te zien den bekenden Rotterdamschen predikant der Remonstrantsche gemeente Samuel van Lansbergen en diens eerste vrouw Maria Pietersdr. de Leest. N°. 51 van den auctiecatalogus, «Een kloek Jongmans-portret, een open boek in de regterhand houdende- Achter hem een Gordijn en boeken in 't verschiet. Eene wedergade, zijnde het Portret eener jonge Vrouw, de handen op elkaar houdende; in den achtergrond eene stemmige Architectuur. Beiden kloek geteekend, breed en meesterlijk geschilderd ten halven lijve. Hoog 28, breed 22% duim. Paneel", zal dan de portretten van den jongen Ds. Samuel van Lansbergen en diens vrouw, Maria Visch, bevat hebben.
—
i)
Hieromtrent
is
meer
te
vinden
in
OudHoUand XVI,
38, 44, 45.
In den catalogus der verkooping, die 21 April 1778 ten huize van den overledene op de Oosthaven te Gouda had plaats gevonden, staan als gewoonlijk 2)
de familieportretten niet vermeld. 3) Mededeeling van Dr. E. Wiersum
te
Rotterdam.
i8i Ze werden voor / 150— door Coclers gekocht, het portret van de derde vrouw van den ouden Samuel voor/ 110.— door Steenstra. Het duurde eenigen tijd voor van der Pot doorging met het verrijken van '78i zijn verzameHng. Eerst 10 Mei 1781 kocht hij op de verkooping der collectie van pastoor B. Kley te 's Gravenhage Dou's biddenden monnik voor/ 170— .(N°.2g).i) Ook bij kunstkoopers keek hij rond, en in Juli 1781 verschafte Aart SchouHondecoeters «stuk met vogels, man te 's Gravenhage hem voor / 105. verbeeldende een witte klokhen met kiekens, een hopvogel in het geboomte etc." Snyders, N". 55) en in dezelfde maand zekere Lemniens, ook voor / 105. Dood wild «verbeeldende een hangend Hart, Wilde Zwijnenkop, groentens, fruit en bloemen" (N°. 116). Hierbij teekende hij aan, dat het stuk 16 Mei 1781 op de verk. Wed. Mr. S. A. Westerhof te Amsterdam / 55.— gegolden had. In «schoonmaken, Juli 1783 onderging het een geheele operatie bestaande uit bersten uitdoen, opplakken" enz Op de verkooping der collectie Pieter Calkoen Willemsz. te Amsterdam, 10 Sept. 1 78 1, werden drie schilderijen door hem gekocht Hondecoeters Landschap met gevogelte (N°. 54) voor /45-— Lingelbachs Hooikar (N°. 73) voor ƒ201.— en Jan Steens Bakker Oostwaard (N°. 119) voor ƒ190— Dit laatste stuk had 18 Aug. 1762 op de verk. J. P. Wierman te Amsterdam / 160.— gegolden. Thijs maakte het in Sept. 1796 schoon, en nog toen hij bij van der Pot was
—
—
:
,
.
bracht
Bemme
J.
Ook
het in prent.
Amsterdam bezocht van der Pot de kunstkoopers en verzamelaars. 5 Dec. 1781 kocht hij er bij Pieter Fouquetjr. Wouwermans Hoefsmid (N°. 145) voor / 1 200. — en 5 Dec. 78 van Jan Danser Nijman Hackaerts meesterwerk, te
1
de Esschenlaan (N^.
47),
1
voor/
550.
De Hackaert werd
Sept. 1799
door Thijs
„in staat gebragt". 2)
Waar in zijn woonplaats iets goeds aan de markt kwam, verzuimde van der Pot de gelegenheid niet zijn verzameling uit te breiden. Zoo verschafte de verkooping van Mevr. de Wed. Molewater, 4 Maart 782 hem de twee binnenhuizen van Brekelencam (N". 20) voor/ 94.— en die van Wijnand Coole, 6 Aug. 1782, bvee stukken, de Heem's Bloemen en vruchten (N°. 45) 3) voor / 130.— en 1
Herman
Saftlevens Rijnlandschap (N°.
1
5
1)
voor
/ 42. —
weer te Amsterdam en kocht daar van Jan de Neufville voor/n 00.— twee woelende waters van Lud. Backhuysen (N°. 3)4): >NB. afkomstig van de Heer van den Enden, laast van de Heer Nijman a /1200. door hem gekogt"; 5) voor /1050.— twee stadsgezichten van Jan van der Heyden (N°. 53^: «Deese waren gekogt van P. Fouquet Junior"; voor ƒ200. het landschap met den slapenden schaapherder, door Jan van der Meer In Sept.
1782 sloeg
hij
zijn
slag
—
—
Het stuk is niet indentisch met het schilderijtje dat 3 Sept. 1737 op de Samuel van Huls te 's Gravenhage was voorgekomen. Immers daar was toen verkocht »Een Heremiet met een Boek in de Hand, hoog 11, breed 8!4 duim", en op de verk. Kley «Een Biddend Munnikje met de Handen te saamen, daar om een Pater-Noster met een Kruys voor hem leggende, hoog g%, breed i)
verk.
T'A duim".
Dit schoonmaken door Thijs zullen we voortaan niet meer vermelden. Dit stuk is 4 Aug. 1828 weer verkocht. 4) Door een onbegrijpelijke drukfout staat op p. 112 hierboven in plaats van 2)
3)
deze twee stukken van Backhuysen Dou's Avondschool. 5) Een dezer stukken is in 1825 door ruiling in het Mauritshuis terecht gekomen.
1752
.
l82 den Jonge (N^. 75): >NB. was door hem van Jan IJver voor/250.— gekogt"; Wouwerman's Overwinning der boeren (N°. 142): >Was door en voor/2100. hem voor f 2500.— gekogt uit het cabinet van Lubhnk." In dezelfde maand nam hij van Jacob de Vos een landschap van Jacob van Ruisdael over voor /400. >de Prijs waarvoor Zijn E. het eenige maanden te voren van de Heer Nijman had gekogf'. Van der Pot twijfelde later aan de juistheid der toeschrijving; hij sloeg in zijn journal Ruisdael's naam door en schreef er naast dien van Hobbema, met de opmerking: >zeer zeeker zegt F. J. Thijs". In den auctiecatalogus van 1807 werd het stuk echter aan Joris van der Hagen toegeschreven (N°. 46). Lang heeft het dien naam gedragen, doch in de laatste catalogi van het Rijksmuseum wordt het weer aan Jacob van
—
—
Ruisdael teruggegeven (N°. 2981). Nog verwierf hij in 1782 van zekeren G. van der Hoofd voor/ 31. 10 st. Ostade's Boer met een kan. Dit stukje is in den autiecatalogus van 1807 genoteerd als door Isaac van Ostade (N°. 98), maar sedert lang heeft het zijn
—
oude benaming terug. In 1783 was van der Pot niet minder gelukkig, niet zoozeer wat het aantal, als wat het gehalte der aankoopen betreft. 9 April nam hij op een verkooping over twee Land- en Waterte Amsterdam van Ploos van Amstel voor /300. gezichtjes van Jan Brueghel (N°. 21) en 6 Aug. kocht hij er uit het kabinet Jan de Neufville de Heems, Bloemen en Vruchten (N°. 49) voor /50.— en Lingelbachs Zeehaven (N°. 72) voor /201.— Belangrijker was het >Hofgezigt" van Jan VVeenix (N°. 135) dat hij 22 Sept. 178^ op de veiling van den in 1781 te 's Gravenhage overleden Pieter Locquet voor /i 200. — verwierf i). Eindelijk kocht hij in dit jaar van den heer Mossel voor /4900.— Dou's Avondschool (N°. 251), die Mossel 8 Sept. 1766 te Leiden voor /4000.— op de verkooping der weduwe Allard de la Court gekocht had. Het jaar 1784 brengt voor ons doel slechts twee schilderijen. 16 Oct. 17S4 1784 kocht hij van Pieter Fouquet Jr. te Amsterdam voor/1300.— een »osse- en een schapendrift in een keurig landschap" van Berchem (N°. 1 1), en 1 Nov. van dezelfde voor/1950.— een fruitstuk van Jan van Huysum (N°. 58). Belangrijker waren de aanwinsten in 1785, immers 14 Aug. van dat jaar nam 1785 hij van Jacob de Vos te Amsterdam voor /230.— over het «strand- en zeegezigt" van Jacob van Ruisdael (N°. 108), dat sedert 1825 door ruiling in het Mauritshuis berust, en 19 Nov. kocht hij van de Neufville, zeepsieder in den voor ƒ4000. Oliphant «alhier" d. i. te Rotterdam 2) de twee prachtige Willem van de Velde's met voorstellingen uit den Vierdaagschen Zeestrijd (No. 133). Ze waren 18 Aug. 1762 op de veiling Joh. Pieter Wierman te Amverkocht. sterdam voor /i 200 Ook in 1786 slechts twee stukken, een landschap van Pynacker, «waar in een 1786 liggende stam van een boom op den voorgrond" (N°. 105), 3 Jan. 1786 voor /1500.— gekocht van P. Fouquet Jr., die het stuk van den zooeven genoemden zeepsieder de Neufville verworven had; en 11 Jan. nam hij zelf van de Neufville nog over Flinck's Zegening van Jacob, voor ƒ8000.— (N°. 37). T783
—
—
—
—
i)
Dit
stuk
is
dus niet afkomstig van
Amsterdam 10 Juni 1801. 2) Deze zeepzieder in den
de
verkooping
Oliphant, aan de Hoogstraat,
Herman is
ten
Kate,
eerst 28 Juli 1811
gestorven, en klaarblijkelijk niet in gunstige finantiëele omstandigheden, want zijn
erfgenamen aanvaardden
zijn
nalatenschap niet dan onder benificie van inventaris.
S3 Thans merken
een
lange stagnatie in de aankoopen op.
Pas weer waar hij een zaakkundigen gids had in den bloemschilder Pieter Joseph Thijs. Deze was hofschilder geweest van de landvoogdes .\artshertogin Maria Christina, die 9 Nov. 1792 Brussel had moeten verlaten, om er niet terug te keeren. In Maart 1793 verkochten de ^19^ Franschen toen het meubilair uit hare paleizen, en bij die gelegenheid verwierf van der Pot, met alle onkosten meegerekend voor slechts ƒ137. Belgisch door hem zelf berekend op ƒ 11 7. courant 9 st Hollandsch de vier kapitale fjachtstukken van David de Coninck (N°. 24), die dus eens een der paleizen van de Aartshertogin versierd hebben. De Rotterdamsche schilder Nicolaas Muys kocht in Juli voor van der Pot op een riviergezicht van Jan van Goyen een verkooping te dier stede voor/ 80. (N°. 44) en 28 Nov. 1793 op de verkooping Jan van Spijk te Rotterdam voor Wouwerman's Boerengevecht (N°. 145); de door Muys voor voldaan /'12S. geteekende quitantie ligt nog in het journaal. Het laatstgenoemde stuk was afkomstig uit den boedel van de weduwe de Ramaeus aan zekeren Riemersma gekomen, en door dezen Riemersma op genoemde verkooping gedaan. De goede zaken in 1793 te Brussel gedaan, hebben van der Pot zeker aangespoord, dat terrein verder te verkennen. 22 Juli 1795 kocht hij er van den notaris H. van Wel, voor /"2045— 6 st. (Hollandsch) met inbegrip van alle onkosten de Schrijvende Dame van Frans van Mieris (N°. 76) en de Heilige Familie van Adriaan van der Werff (N°. 137). In het journal wijst van der Pot op den niet onbelangrijken stamboom van eerstgenoemde schilderij Heer van Cauwerven, Braamcamp en Randon de Boisset i). Waar hij echter den van der Werff een nog aanzienlijker stamboom toedeelt »is geweest in het Cabinet te Dusseldorp, later te Manheim, laast in het Cabinet van Randon de Boisset te Parijs," daar heeft hij zich toch vergist, want het stuk dat door van der Werff voor den Keurvorst is geschilderd en door van Gooi 2) in 1751 genoteerd is als hangende in het tweede Kabinet, is weliswaar later naar Mannheim gestuurd, waar Antoine Cardon het in 1795 in prent bracht, maar vandaar naar München gevoerd, en thans prijkt het daar nog in de Aeltere Pinakothek. De onderlinge verhouding van de vele herhalingen dezer schilderij Er zijn er op zijn minst vier, thans in de is niet gemakkelijk vast te stellen. musea te München, Kassei, St. Petersburg en Amsterdam. Het Amsterdamsche exemplaar, dat door van der Pot in 1795 te Brussel gekocht is, zal wel uit de collectie Randon de Boisset (1777) afkomstig zijn, en was dan daarvóór in de 6 April 1 772 verkochte collectie Duc de Choiseul (2700 livres), terwijl J. F. Rousseau het in 1 77 1 als bestanddeel van die collectie gegraveerd heeft. Later is het vermoedelijk geweest in de verzamelingen Duc de Lavallière, verkocht 21 Febr. 1781, Leboeuf, verkocht te Parijs 8 April 1783 en Destouches, i germinal an II 1793 treffen
in
wij
vrij
we van der Pot aan
te Brussel,
—
— —
—
—
—
:
(21
Maart
1794).
In het najaar van
1
795 heeft Thijs weer een bezoek aan van der Pot gebracht.
1) De verzameling van Jacob van Reigersberg, heer van Couwerve en Krabbendijke, was in 1752 al door Gerard Hoet in dl. II van zijn Naamlijst geïnventariseerd (p. 535—538). Nadat de eigenaar 10 Nov. 1762 gestorven was, kwam de collectie 31 Juli 1765 te Middelburg onder den hamer; de verkooping Gerrit
Braamcamp begon te Amsterdam en die van Randon de Boisset te
31 Juli 1771 (het stuk bracht er/ 3610.— op) Parijs 27 Febr. 1777 (8100 livres).
2) Johan van Gooi, De nieuwe Schouburg der Nederlantsche kunstschilders, 's-Gravenhage 1751, p. 561.
II,
—
i84 hij hem van Brussel uit zijn behouden thuiskomst, 1) en hij stelt hem meteen gerust over den toestand van zijn van Mieris: «Wat aengaet de berstjens in het stuxken van Frans Mieris, als het van het oud vernis ontbloot was, heb bevonden, dat er diergelijke seer klijne in het schildering waeren, welke zig meerder vertoonde omlaeg in het tabouretje die ik wat verholpen hebbe de oorsaek daer van kan sijn, dat dit stuxken eertijds wel wat van de hitte der zonne kan getroffen hebben eer de couleuren wel versteent waeren en dat er nog eenige olie in zat, dog het dogt mij van geen belang; nu kan het wezen, dat het nieuw vernis in die berstjens wat in getogen is, 't geene ik vermeijn niet remarkabel is ten sij men het stuxken schuijns besiet. Sijt versekert dit kan niets voor quaet gevolg, ik vermeijn selfs dat dit meerder verdwijnen sal als het vet van de gom meerder sal door den tijdt verarten, en om dit seffens weg te helpen is maer de oppervlacke van 't vernis wat doof te vrijven en te verminderen, en er een dunnere laag over te passeren, doch laet het 't kan niets erg aen de schildering." In 1796 venvierf van der Pot weer heel wat. Vooreerst Adriaen van Ostade's 1796 schilderkamer (N°. 96), 5 April gekocht op de verkooping Mr. Jacob van der Lely te Delft, voor ƒ211.— Dan nam hij 25 April twee stukken over van Jan Danser Nijman, nl. voor ƒ1200. Cuyp's » beestendrift" (N°. 26), door Nijman kort te voren voor /iioo.— gekocht, «staande toen boven een deur bij eene Onderwater te Dort." Hierbij mogen we er zeker wel op wijzen, dat Cuyps eenige dochter Arendina getrouwd is met Pieter Onderwater. Nog belangrijker was evenwel het andere stuk waar hij Nijman /6000. voor betaalde, nl. Potters Landschap met vee (N°. 103). Dit stuk komt uit den boedel van de Heer Snakenburg te Leiden, aan wien de Heer Nijman voor de Heer Hope te vergeefs /14.525. geboden had. In den catalogus van het Rijksmuseum staat, dat deze schilderij afkomstig is van de verkooping Wed. Valckenier — Hooft te Amsterdam, 31 Aug. 1796. Dit misverstand wordt opgehelderd door de volgende aanteekening die van der Pot in zijn journal schreef: «31 Aug. 1796 is op de verkooping van E. Hooft, Wed. W. Valckenier verkogt aan den Engelschen konstkoper Brian een stuk, inhoudende juist het zelve, doch wankleurig, zonder houding, egaal geel, eenige partijen niet gefmisseerd, sommige eerste aanleggen uitgeschilderd, voor ƒ3025.— Dit stuk wierd beoordeeld een aanleg van Potter geschilderd, voor een model van het bovenstaande gebruikt, en meerendeels door hem opgeschilderd. Het stuk was voor de verkooping nog schoongemaakt en verholpen, geteekend Paulus Potter 1651. Schoon dit stuk zeer onvoldoende was, wilde de Heer de Smeth en andere deeze capitale Potter hebben, doch gevallig zag de Heer GoU eenige dagen voor de verkooping met groote verwondering mijn stuk, verhaalde dit te Amsterdam, waarop Jacob de Vos en andere overkwamen om mijn stuk te zien; het onderscheid bekend geworden zijnde, wilde geen liefhebber het stuk koopen. Ik reisde met hem terug na Amsterdam en bevond met groot genoegen dat dit stuk, vergeleken met het mijne, van zeer geringe
15 Nov. van dat jaar bericht
;
—
—
waardij was."
Nog kocht hij in Sept. 1796 op de verkooping Hoevenaar voor ƒ52.— 10 st. een wintergezicht van Beerstraaten (N°. 7) »voormaals bij den papierkooper van Gijzen door Hoevenaar gekogt". 2) 1)
Een
dossier brieven van Thijs aan van der Pot berust in de bovendoelde
verzameling in het Rotterdamsche Archief. 2) Vermoedelijk Adriaan van Gijzen Cornelisz., die 3 Aug. 1781 gestorven is.
koopman op de Nieuwehaven,
•85 In het najaar van 1706 was Thijs
weer gedurende cenigen tijd te Rotterdam, de vele aankoopen van den laatsten tijd onder handen te nemen. 10 Oct bericht hij weer van Brussel uit zijn behouden aankonst. Thijs bleef van der Pot voortdurend op de hoogte houden omtrent wat er op het gebied van oude kunst te Brussel voorviel en wat hem van elders bekend werd. Zoo schreef >Eenen schilder van hier heeft lestmael tot Parijs het hij 27 Febr. 1747: Museum gesien; menigte van onze schilderijen heeft hij daer seer beschaedigt gesien den grooten Potter uijt het Cabinet van den prins i) in 't midden Alle de schilderijen waeren afgenomen door eene groote spijker gekrabt en laagen waer dat de metzelaers werckten om de Zael te vergrooten en veranderen". 18 Sept. 1797 klaagt hij over de kwade pratijken zijner collega's. Sprekend over Marneffe schreef hij »hij is altijt voorsien van Cuijpen, waar van ik geloof, onder ons, den maeker is van Strij, dus is er actuelijck een fabriek van Cuijp gelijck er eertijts een van Potter was Er is hier bij Marneffe gelogeert Regemortel van Antwerpen, die hier fabriqueert Ruijsdaelen, Pijnackers, Both, &c. Hij heeft het daer seer druck, waarschijnelijck sullen wij in 't kort sien te voorschijn komen een sortiment van alle die groote meesters, welkers naemen hij wel weet op sijn overschilderde schilderijen te setten. Ik bejammer dat eerlijke luij daer mede soo bedrogen worden". Over dat zetten van namen op oude schilderijen dacht men trouwens vroeger anders dan tegenwoordig. Immers Thijs zelf schreef 28 Jan. 798 aan van der Pot: »D'Heer van der Pais schrijft mij sijne schilderijen met voldoening entfangen te hebben, maer dat den Ruijsdael een luguber schilderij gebleven is, ik heb er alle partij van getrocken, tis soo geschildert geweest volgens het eenzaem sujet, helderder het te maeken, soude alles moeten overschildert hebben, en dan was den Ruijsdael weg. Ik sal er den naem in Holland beter opstellen, want ik hier geenen aen de hand had". Vóór \n) het verhaal van van der Pot's aankoopen voortzetten nog twee 21 Oct. 1798 schreef hij: 'Boijennans 2) van citaten uit de brieven van Thijs. Utrecht is hier, heb hem eenige teekeningen met een klijn lantschapje van zeker
om
:
1
hij vertrekt naer Parijs, maer alsoo syn pasport niet geviseert geweest in den Haag, is hij hier opgehouden", 6 Jan. 1799: >Boeijermans van Utreght heeft hier menigte nesten gekogt, ik meijnde die man beter kender was; hij heeft alle lorremans afgeloopen, gekogt, in meijning daer bedekte en onbekende schatten te vinden, ik heb hem geweygert die saeken in staet te stellen, want daer van geen eer te haelen was, hij is met alle dit vertrocken naer Parijs," en g Mei 1802: «Boymans van Utreght is hier op de verkoping 3) geweest, heeft besteed aan lorren ƒ25 a /30 en is daer mede vertrocken, heb voor hem in staat gebraght een klijne Hobbema; hij wilde met gewelt my mede hebben om sijn collectie in order te brengen, maer daer toe konde ik my niet resolveren, dien man raisonneerd en decideerd van alle groote meesters en sien hem noyt anders koopen als objecten die niemant wilt."
VVijnants verkogt; is
In 1797 en 1798 heeft van der Pot telkens slechts één schilderij gekocht, dat in het Koninklijk Museum terecht gekomen is, nl. Philip de Konincks
later
1)
De
3)
van Potter, thans Boymans.
stier
2) lees:
De verkooping
in het Mauritshuis.
der collectie van graaf Cuypers van
Brussel 27 April 1802 begonnen.
Reymenam was
te
1797
.
.
i86 •Bosch- land- en riviergezicht" 1798 C.
Roos
S.
(n°. 66),
Amsterdam, 13 Sept.
te
voor
ƒ340.— op een verkooping
bij
En
8 Dec. 1798 kocht hij uit de hand voor sleclits ƒ 1 1.— In Febr. 1798 had
17Q7.
Abr. van Beyerens vischstuk (n°. 15), hij op andere wijze Backhuysen's Mosselsteiger verworven (n°. 2): »NB. Dit stuk kogt Daniel de Jongh van Cocceraud te Brussel voor 160 Louisen, 1792 en is mij naar zijn overlijden door zijne Erfgenamen present gedaan, uit hoofde dat Daniel de Jongh met mij te Brussel had gewoond, en niets aan alle verteeringen of huishuur betaald had, stellende altoos uit, om daaromtrend eenige schikkingen te maken". Reeds 20 Nov. 1 796 had Thijs aan van der Pot bericht, dat Daniel de Jongh gestorven was. In het najaar van 1799 was Thijs weer in Holland geweest, en heeft toen eenige schilderijen aan van der Pot verkocht, nl. voor f do.— Eega's Oud man in zijn studeervertrek (N°. g) thans herkend als een Salomon de Koninck, en voor dezelfde som, als geschilderd door Huibert en Jan van Eick »Een antiecq stuk op Paneel, verbeeldende de Heilige Familie, Jozeph, Joachem, Maria, Martha, Elisabeth, Anna, Simon, Johanna, etc. in een tempel". (N°. 36). Het is zeer jammer dat van der Pot over de vroegere geschiedenis van deze allegorische voorstelling van het zoenoffer des Nieuwen Verbonds, geschilderd door Geertgen tot Sint Jans, niets heeft geboekt. Kort voor 18 Sept. 1797 had Thijs het pas verworven, want toen schreef hij er over: >D'Heer Cremer heeft bij mij eenige schilderijen gesien waer over hij scheen voldaen te sijn; ik heb hem getoont een stuck van de alderoutste schildering bekent, door Jan van Eijck, dat hij verwondert heeft". Van der Pot had Thijs geklaagd over den toestand van zijn Dou, vermoedelijk de Avondschool, waar deze 5 Dec. 1798 op antwoordde: «Komen er bersten int vernis van G. Dou, dit moet sijn door werckinge van de lught, 'tkan geen quaet aan de schildering doen, want dit vernis is al te teer; en hebbe geen ondervinding dat hij klieft, maer hitte of stercke droogte kan maken, dat het vettig .
—
gom
tijd allenskens weg treckt, dat dan die harde opperbedeckt door eenigsints t'samentrecken die bersten veroorsaekt; om dit te wederstaen hoeft men maer wat vernis oppervlackig af te haelen en er een dunne laag over te passeren, is weer aller genourisseert voor eenige jaaren; die doffe pleck kan niet sijn als aanslag van vogt, een penceelstreek daer over met wat dun klaer vernis doet dat op een oogslag
deel
van de
vlakte
die
het
metter
schilderij
passeren".
1800
Op
11 Juni 1800, waar Asselyns werd, heeft van der Pot twee stukken verworven, die later daar ook zouden komen te hangen, nl. Mignons fruitstuk (N°. 80) voor/2So.- en de Lelie's Morgenbezoek (N°. 70) voor 350.— Dit laatste stuk zal Gildemeester vermoedelijk van den schilder zelf gekocht
de verkooping Gildemeester
Zwaan onmiddellijk voor
het
te
Amsterdam,
Museum gekocht
ƒ
1801
hebben. De verkooping C. Groeninx van Zoelen te Rotterdam 25 Juni 1800 leverde ook twee stukken op, nl. het landschap met schapen, genoemd «Moederliefde" van Simon van der Does (N°. 27) voor/200.— en Jan Steens Schuurster (N°. 121) voor /78.— In Juli 1800 kocht hij van Thijs voor/200.— Dusarts Vischmarkt (N°. 31), welk stuk Thijs eenige weken te voren te Haarlem voor/162.— gekocht had. Nog eenmaal beproefde van der Pot zijn geluk in het buitenland. Het was toen 23 Febr. 1801 te Parijs het beroemde kabinet Claude Tolozan onder den hamer kwam. Thijs was er voor hem heen gegaan en het resultaat was, dat deze
i87 schilderijen voor hem kocht, nl. Berchems landschap met een herder en een herderin (N°. 121 voor frcs. 585. -, Bofhs Italiaansch landschap (N". 18) i) Poelenburgs landschap met badende meisjes (N°. loi) voor voor frcs. 3800. ƒ1005.— c" '^t "ot laest Wouwermans Reigerjacht (N^. 143) voor frcs 2750.—. Van der Pot heeft verzuimd van dit laatste stuk den stamboom in zijn journaal aan te teekenen. En deze mocht toch gerust gezien worden: Duc de Choiseul, 6 April 1772 (3000 frcs.), Prince de Conti, 8 April 1777 (400c frcs.) en Destouches, 21 Maart In 177 had Dunker het stuk voor het Cabinet Choiseul 1794.
er vier
—
,
1
gegraveerd. In Mei 1803 kocht van der Pot van Thijs Beerstraaten's Zeeslag van 12 Juni 1803 1666 (N°. 6) voor /600.— en 30 April 1804 van den schilder Kobel voor/30— 1804 het kleine familieportretstukje op koper, dat toen doorging voor de familie van admiraal de Ruyter, geschilderd door Karel de Moor (N°. 83), doch dat thans toegeschreven is aan Gerard Hoet, terwijl omtrent de voorgestelde personen
geen vermoeden bestaat. En dit is de laatste datum in het journaal, dien wij in verband kunnen brengen met eenig later voor het Koninklijk Museum verworven schilderij. Slechts bij één stuk had hij vergeten den datum van aankoop te noteeren, nl. bij den biddenden monnik van Frans van Mieris den Jonge «gekomen uit het Cabinet van de Keurvorst van Maintz en alhier uit de hand gekogt van de Heer Remij voor /78-15." Wel teekende er bij aan: »Word by Johan van Ciool aangehaald". Daar staat dan ook 2) >In het Kabinet van den Keurvorst van Ments is een biddende Munnik van hem te vinden, zijnde kunstig en uytvoerig geschildert". Zonderling is het, dat dit stukje in den auctiecatalogus aan Willem van Mieris is toegekend (N°. 79). Nog in Aug. 1806 kocht van der Pot van Thijs verschillende schilderijen, die later niet voor het Koninklijk Museum aangekocht zijn. Nadat van der Pot 19 Maart 1807 gestorven was, werd reeds 9 April een 'Specifique Taxatie van 't Cabinet Schilderyen vau Wyle den Heere G. van der Pot van Groeneveld, door den Heeren G. van Nymegen en N. Muijs gedaan." Hunne taxatie ligt in het dossier en is zeer laag gesteld, zoodat ze maar tot een totaalbedrag van /53oiS.— kwamen. Alle door hen genoemde prijzen werden op de verkooping, 6 Juni 1808, verre overtroffen.
BIJLAGE
XII.
HET PORTRET VAN DE RUYTER AFKO.MSTIG VAN DE ADMIRALITEIT VAN ZEELAND. In Bijlage III
hebben
wij
reeds gelegenheid gehad er op
te wijzen,
dat er
verschillende portretten van Michiel Adriaensz. de Ruyter in de Nationale Konst-
galery
opgenomen
zijn.
Reeds
in
1799 werd er een
genomen
uit
het Prin-
Dit was 22 Sept. 17S3 op de verk. Pieter Locquet te Amsterdam geweest, i) maar had daar nog een pendant: landschap met rechts bergen, van waar een groote waterval zich in een rivier stort, terwijl links onder een boomgroep drie
personen hiernaar kijken. 2) J. van Gooi, Nieuwe Schouburg der Nederlandsche Kunstschilders, 's
Hage
1751 p. 148.
II,
: .
i88 Amsterdam, en dit vinden we in verschillende latere inventarissen Mei 1800 kregen Temminck en Roos machtiging er een uit het Zeecomptoir te Rotterdam te nemen; ze zouden dit zeker niet gevraagd hebben, wanneer het portret niet beter of ten minste niet anders was dan het reeds aanwezige. En in 1808 werd zoowaar nog een derde uit Zeeland gezonden. Waar er nu in den catalogus van 809 slechts één portret van den grooten zeeheld senhof
te
terug.
23
1
genoemd wordt, achten
het het waarschijnlijkst, dat dit het uit Zeeland gezondene zal zijn geweest. In den catalogus van 1858 staat de afkomst dan ook al vermeld als geschenk van de Staten van Zeeland. Over de vroegere geschiedenis van dit portret is ons niets bekend geworden. In de »Dichtlievende tydkortingen van Johan Steengracht, Pieter Boddaert en Pieter de la Rue i) staat een gedicht: »Op het afbeeldzel van den roemrugtigen zeeheld Michiel de Ruyter, Hertog, Ridder &c. L. Admiraal Generaal over Holland en West-Vriesland. Zo als 't gezien werd op de Raadkamer ter Admiraliteit van Zeeland". wij
BIJLAGE
XIII.
DE ZEVEN SCHILDERIJEN .AFGESTAAN DOOR DE STAD AMSTERDAM. Toen
het
besluit
genomen
was,
dat het Amsterdamsche Stadhuis ingericht
van koning Lodewijk, was de magistraat van plan, de vele schilderijen die zich langzamerhand in hun paleis hadden opgehoopt, naar hun nieuwe woning in het Prinsenhof mede te nemen, maar omdat ze daar wegens de inrichting der lokalen voorloopig geen plaats konden vinden en ook in hun vroeger verblijf in den weg stonden, werd een groot gedeelte in Februari 1808 ter bewaring gegeven aan C. S. Roos in het Trippenhuis. De 20 Maart 1 808 daarvoor door Roos geteekende quitantie berust op het Archief te Amsterdam 2) • Ontfangen uit handen van den Wel Edelen Heer Mr. C. C. Six, Thesaurier, dezer Stad de navolgende Schilderijen uit het geweezene Raadhuis, te weten" enz. Wij zullen alleen noemen: >Van de Groote Krijgsraad Kamer De beroemde Maaltyt door B. van der Helst. Een door Rembrand, zynde 5 Heeren aan een Tafel zittende. Een door G. Flink daarin het Pourtrait van Maarseveen. Van de Kleine Krijgsraadkamer De beroemde Nagt Patroelje door Rembrand. Van de Rariteiten Kamer De cappitale Regentenstukken door B. van der Helst. Deze stukken, en nog vele andere, had Roos in ontvangst genomen »met belofte van dezelve zorgvuldig en nauwkeurig in myne woning genaamd het Huis van Trip te bewaren zonder echter te willen verstaan hebben dat ik my omtrent dezelve eenigzins verantwoordelyk stelle voor de ongevalle van Brand, Geweld, Diefstal of enig ander toeval die dezelve zouden kunnen overkomen".
zou worden
tot
paleis
.
Tweede
.
deel, Leyden 17 18 p. 191, 192. Deze en de volgende gegevens uit het Stedelijk Archief te Amsterdam zijn ons welwellend ter beschikking gesteld door den archivaris Mr. W. R. Veder. i) 2)
189 is in margine aangeteekend. welke plaats in stukken gegeven zou worden, of reeds gegeven was. Daarbij zijn niet ingevuld de Schuttersmaalteid, de Nachtwacht, een der Doelheerenstukken, van der Helst en verschillende andere die toch een plaats in het Prinsenhof gevonden hebben. Daarentegen waren de Staalmeesters reeds
een
In
afschrift
van
geplaatst
de
in
regu
dit
het nieuwe Stadhuis aan
de
resp.
Burgermeesterskan ler en Flincks Schuttersvrede was bestemd voor
Kamer van Schepenen
Extraordinaris.
Dus ook toen nog waren de oogen niet opengegaan omtrent de groote kunstwaarde van de Staalmeesters. Uit de omstandigheid, dat de Nachtwacht in de eerste helft van het jaar 808 in bewaring gegeven is aan Roos, heeft zich de legende ontwikkeld, dat Roos deze schilderij bij het bezoek van Napoleon in 8 gered zou hebben van een 1
1
overbrenging naar
1 1
Parijs.
Roos den volgenden brief: »De Minister van Binnenlandsche Zaken aan den Heer C.
8 Juli 180S ontving
S.
Roos, Lid van
het Instituut.
Ik heb eene Messive ontfangen van Zijne Excellentie den Groot Maarschalk
van
's
Konings
Majesteit
is,
Paleis,
waarby
my
gemeld word dat het de
dat de Schilderyen des Konings, welke thans by
intentie
van Zyne
UEd. zyn
geplaatst,
naar het Paleis werden gebragt. Ik verzoek UEd. dus daartoe het nodige te willen bezorgen. Ik twijffel niet, of de Heer Groot Maarschalk heeft de nodige orders gesteld tot den ontfangst, waartoe het best zyn zoude dat UEd dit met
den Heer Smissaert Intendant van het Paleis overlegd."
De
Minister voornoemd, F.
VAN Leyden.
De zaak schijnt niet spoedig genoeg gegaan te zijn naar den zin van den Koning. 27 Juh 80S schreef de Minister er nog weer over en nu »aan den Heer Staatsraad van de Poll, Burgemeester der stad Amsterdam." 1
Hoog EdelGestrenge Heer! Overeenkomstig hetgeen ik UHE. Gestr. reeds bevorens by mynen brief en mondeling heb medegedeeld van 's Konings verlangen dat de beste schilderijen die op het Stadhuis te Arasterdam geweest zijn, op het Paleis werden overgebragt, zoo verzoek ik UHE. Gestr. de nodige orders te willen stellen, dat dezelve ten spoedigste aan den heer Smissaert als daartoe van den heer van Lamsweerde gequalificeerd, tegen regu
Wanneer 6 Aug. heid
tot
werden overgegeven." weder in deze aangelegenvan desiderata echter een weinig
1808 de Intendant Smissaert zich
den Burgemeester wendt,
is
de
lijst
vergroot.
Hoog EdelGestrenge Heerl informeeren dat ik deeze morgen door ZE. den Zaken ben onderrigt, dat Z. M. had goedgekeurd de Nota van eenige schilderijen welke op het voormalig Stadhuis zich hadden bevonden en op Hoge Order door mij was overgezonden. Het heeft verders Z. M. behaagd, voor de Expositie te requireeren twee schilderijen, waarvan een is verbeeldende de Stad Amsterdam van het Ty te zien door van den Velden, en het andere een stuk van Carel du Jardin op het Stads Werkhuis aanwezig. »Ik
hebbe de eer
UExc
te
Minister van buitenlandsche
UEx. deeze twee stukken meede te mijner dispositie stellende zal hierdoor De op de Nota gespeciik aan de intentie van Z. M. voldaan worden.
meen
ficeerde stukken zijn:
190
De Nagtwagt *^°°^ van 4 Portraitten ( Een ordonnantie ordonnan De Munstersche Vrede. Een schutterstuk bekend onder de naam
Rembrand.
door van der Helst, ' van de Brouwerij de Haen Een capitaal stuk door Flink, verbeeldende Huydecoper van Maarseveen
4.
5.
|
als Capitein.
Wat de verdere descriptie aanbetreft, gelieve UExc. zulks in het op te maken Revu hetwelk ik gaarne zal onderteekenen, te doen uitbreiden. Het laatste stuk zal door de is
Heer Coclers aangewezen worden, aan wien zeer wel bekend M. bedoeld. Ik verzoek UExc. meede de nodige orders
het stuk door Z.
dat de Regenten van het Stads Werkhuis het Capitaale Stuk van du Jardin aan mij gelieven te laten volgen en dat UExc. hetzelve, als aan de stad behorende, gelieve te doen insereeren te gelyk met het stuk La marine de van de Velden, in het door my te passeren Regu." Op het door Smissaert geteekende re^u, gedateerd 8 Aug. 1808, is het tweede schutterstuk van van der Helst doorgehaald en wordt daarentegen bovendien aangetroffen »Een groot schilderij verbeeldende eenige zogenaamde Doelen Heeren met eereteekenen, die by het schieten naar het wit wierden uitgedeeld, door van der Helst". Er heeft dus een transactie plaats gehad, en het fraaie schutterstuk van van der Helst van 1639 is vervangen door diens Doelheeren van 1653. De vroegere geschiedenis van de beide schilderijen van Rembrandt, van de twee van der Helsten en van Flinck's Schuttersvrede is al voldoende elders te
stellen,
Carel
behandeld. Wij kunnen hier volstaan, met er op te wijzen, dat Du Jardin's in 1 669 geschilderd regentenstuk van het Spinhuis naar het nieuwe Werkhuis overgebracht was, toen in 1782 het eerstgenoemde gebouw aan zijn oorspronkelijke bestemming onttrokken werd, en dat W. Writs al in 1771 naar een in 1770 door Isaak de Wit gemaakte teekening een groote prent gesneden heeft naar het gezicht op het IJ door van de Velde «Berustende in de Schryers Toren".
BIJLAGE
XIV.
HET KABINET VAN HETEREN. Het kabinet schilderijen dat Adriaan Leonard van Heteren Gevers, page van H. H. M. M. in 1S09 aan den koning verkocht, was in de litteratuur niet onbekend. Gerard Hoet had al in 1752 in zijn «Catalogus of naamlyst van schilderyen met dezelver pryzen" opgenomen den «Catalogus van schilderyen in 't kabinet van den Heer Bewindhebber Adriaan Leonard van Heteren, in'sHage". i) Wij hebben er lang naar gezocht, vast te stellen, hoe dit kabinet aan den jongen Gevers is gekomen. Adriaan Leonard van Heteren moest wel in een nauwe familiebetrekking
doop
1)
te
dl. II,
's
hem
tot
Rotterdam
7
gestaan hebben, dat
Sept.
Gravenhage 1752
1794
p.
zijn
vollen
451—462.
hij
naam
hem
niet alleen
gaf,
maar hem
bij
later
zijn
ook
—
192 erfgenaam gemaakt heeft van zijn aanzienlijk kunstkabinet. Maar onder de voorouders van Gevers vonden we geen van Heteren. Eerst het volgende overzicht helderde de zaak op. i) Hieruit zien we tevens, dat Adriaan Leonard van Heteren het kabinet nog pas kort bezat, toen Hoet er in 1752 een catalogus van uitgaf. De eigenlijke samensteller is hij er dan ook niet van geweest, maar zijn vader Hendrik van Heteren, sedert 1697 Raad en Vroedschap van den Haag. Deze was gehuwd met Margaretha Lormier, een zuster van den grooten verzamelaar Willem Lormier, van wiens prachtige verzameling Hoet in 1752 eveneens een beschrijving heeft gegeven. Den eersten aankoop dien we konden constateeren, als vermoedelijk door Hendrik van Heteren gedaan is Karel du Jardin's Trompetter te paard, gekocht op de verkooping Jan Smees, Amsterdam 6 April 1720 voor ƒ41.— Van de verkooper Johan van Schuylenburg, "s Gravenhage 20 Sept. 1735. gingen de volgende drie schilderijen over in het kabinet van Heteren: van Huysum, Bloemstuk met vogelnestje (/450.— ), Pieter van der Werff, Teekenles (/140.— ) en van denzelfde een St. Hieronymus (ƒ265.—). Ook op de verkooping Bicker van Swieten, 's Gravenhage 12 April 1741 2) werd heel wat gekocht, waarvan Dou's Oud man schrijvende in een boek in 1828 weer verkocht is 3). Gebleven is >Een gezelschap in een Dorp, daar van Dyk en Rubbens met de kaart speeld, en Brouwer daar by sit, met veel figuren seer Extraordinair en fraay geschildert', toegeschreven aan Anthonie van Dyck. Voor /250.— onder die dwaze benaming aangekocht, prijkt het daarmede ook nog in den catalogus van 1809, doch sedert 1887 is het herkend als een boerengezelschap door Vincent Malo. Nog werd er gekocht Berchems Ruth en Boas voor ƒ215.— en Adriaan van der Werffs Dansles voor / 1300.— 4). Noemen we nog Jan Steens St. Nicolaasfeest, dat 23 Juli 1743 voor ƒ695. gekocht is op de verkooping Seger Tierens te 's Gravenhage, dan hebben we alles genoemd, waarvan de aankoop met vrij groote zekerheid aan Hendrik van Heteren mag toegeschreven worden. 20 Sept. 1749 werd Hendrik van Heteren begraven en erfde zijn eenig kind Adriaan Leonard van Heteren de verzameling schilderijen en het beroemde penningkabinet, dat herhaaldelijk door Gerard van Loon in zijn penningkundige tot
.
werken genoemd wordt. II Oct. 1742 was deze als twintigjarig jongeling te Leiden als jurist ingeschreven, en II Juli 1745 werd hij in ondertrouw opgenomen met zijn volle nicht VVouterina Brigitta Lormier.
Van den toestand van zijne verzameling heeft Gerard Hoet in 1752 een getrouw beeld gegeven. Daaruit blijkt, dat Frangois Franckens Heilige Familie er toen al deel van uitmaakte, en dit stukje dus niet in 1808 met de collectie van Spaen van Biljoen aan het Museum is gekomen. Zoo ook, dat Eega's BoerenHiertoe hebben ons gegevens verschaft de hh. Jhr. D. Rutgers van Rozenburg, W. L. Mirandolle te 's Gravenhage, Dr. E. Wiersum te Rotterdam en G. H. J. C. Eschauzier te Amsterdam. 2) Niet 1731, zooals door een drukfout in Hoefs catalogus II, p. 10 staat. 3) Het was 1S29 bij den kunsthandelaar Emmerson te Londen, later in de collectie Charles Brind aldaar en is 10 Mei 1849 gekocht door den Earl of Northbrook, bij wiens nakomeling te Londen het nog hangt. 4) Deze schilderij is dus niet afkomstig van de verkooping Lormier, 's Graven1)
Dr. H. E. van Gelder en R.
hage 4
Juli
1
763.
193 is van de verkooping Sydervelt in 1766, Schalckens Tabaksrooker niet van de verkooping Caudri in 1809 en Jan Steens Papagaaiskooi niet van de verkooping Lormier in 1763. Ook Adriaan Leonard van Heteren was er op uit, zijn verzameling uit te breiden. Een goede gelegenheid deed zich voor, toen 4 Juli 1763 te 's Gravenhage de enorme collectie van zijn oom Willem Lormier aan de markt kwam, en bij het vaststellen van zijn keuze toonde hij zich een oordeelkundig verzamelaar. Stellig had hij opgemerkt, dat Brouwers Vechtende boeren een tegenhanger vormde tot diens Boerendrinkpartij, die reeds in zijn bezit was, en voor/60.—
gezelschap niet afkomstig
kocht
hij
het
i).
Verder verwierf hij er ter Borchs Vaderlijke raadgeving voor/ 825.—, Metsu's Ontbijt voor /605.— Teniers' Wachtkamer voor /g6o. en twee stukken van Frans van Mieris, de Luitspeelster voor/ 655.— en Lucretia's dood voor/ 625.—. Al deze stukken waren in 1752 al bij Lormier en van de beide stukken van van Mieris kunnen we ook nog een vroegere verblijfplaats aangeven. Daar Lucretia's
—
,
dood echter in 1828 verkocht is, heeft het hier alleen belang, er op te wijzen, dat de Luitspeelster afkomstig is van de verkooping Bicker van Swieten, 's Gravenhage 12 April 1741 (/425.— en daarvóór van de verkooping de Fraula, )
Brussel 21 Juli 1738.
Op de verkooping Mr. W. van Wouw, 's Gravenhage 29 Mei 764, had hij nog weer eens gelegenheid voor /Q75. een bekend stuk uit de collectie Lormier aan zijne verzameling toe te voegen, nl. Potters Orpheus, dat hem bij de verkooping der collectie Lormier in 1763 misschien te duur gegaan was. Het was toen voor /1300.— gekocht door de gebroeders de Neufville, maar toen deze kort daarop insolvent geworden waren, had de vendumeester Franken ze van Amsterdam teruggehaald en ze op de verkooping van Wouw weder doen veilen. Op de verkooping Catharina Backer, Wed. AUard de la Court, Leiden 8 Sept. 1766 kocht hij voor /i 500.— Mignons Omgeworpen ruiker. » Het schoonste stuk dat ons ooit van dien Bloemschilder is voorgekomen," zegt Jacob Campo Weyerman 2) >berust in het Konstkabinet van den Heere Pieter de la Court van der Voort tot Leyden, bekent by de benaaming van A. Minjons Bloemstuk met de Kat. Op dat wonderlijk Tafereel heeft hy een Cypersche kat geschildert, die een vaas met bloemen omrukt, uyt welke vaas men het water ziet gulpen, zo het ons voorstaat, over een steene of over een marmere tafel. Alle de bloemen op dat stuk zijn om het keurelijkste geschildert, de witte Roozen zijn zo zuyver en zo doorschijnent gepenseelt als water, de Roode Roozen schijnen zo versch van de struyken geplukt, de Roozeknopjes zijn weergaloos het leeven naagevolgt, de Tulpen en de Heukelbloemen wijken geenszins voor de voornaamste bloemen, en de groene bladers zijn zo bovennatuurlijk schoon, dat ze nevens het leeven niet behoeven te verblikken of te verbloozen. Alle de 1
—
zich zo fris alsof ze eerst uyt het konstpenseel kwamen daar zweeft een dunne dauw over alle de bloemen, en de houding is zo onverbeterlijk schoon, als men op een konsttafereel dat uyt zo veele onderscheyde koleuren bestaat zou konnen wenschen om kort te gaan, het is een konstjuweel dat ten trots der Lente, en als in een tweestrijd met de Natuur schijnt geschildert."
koleuren vertoonen
rollen,
;
i) Wijst de omstandigheid, dat deze pendanten in 1752 in het bezit waren van twee zwagers, wellicht op een gemeenschappelijke oorsprong van de collectie, dan zou deze bij Claude Lormier gezocht moeten worden. De levens-beschryvingen der Nederlandsche konst-schilders en konst2)
schilderessen,
II,
's
Gravenhage 1729
p. 393, 394.
«3
194 Volgt de verkooping der collectie van Joan Hendrik van Heemskerk, heer van Achttienhoven en den Bosch, te 's Gravenhage 29 Maart 1770, met Berchems Ossendrift (/1265.— ) Lingelbachs Landweg (/575-— ), Snyders' Vruchten en dood wild (/140.— ) en van Tols Muizenval (/420.— ). Opmerking verdient het, dat de verzamelaar al in 763 gestorven was. Op de verkooping Gerrit Braamcamp, Amsterdam 31 Juli 1771 werd wellicht slechts de Moni's Bloemkweekster voor ƒ82. verworven, i ). Des te meer op de verkooping der verzameling van den Leidschen Hoofdofficier Mr. Johan van der Marck Aegidsz., te Amsterdam 25 Aug. 1773 gehouden. Vooreerst weer een stuk uit de collectie Lormier, nl. Hondecoeters klokhen in angst (ƒ230.—). Hier moest hij het betreuren, niet reeds in i 763 toegeslagen te hebben, want toen had de kunstkooper Palthe het stuk voor /i 50.— gekocht. In 1 752 was het al bij Lormier. Verder Pynackers Landschap met herders en vee (/350.— ). Slingelandts Rijke heer (/50.— ) 2), de Vois' Vroolyke vischboer 1
—
Ook de
Amsterdam 14 April 1777, bracht weer een stuk Lormier in zijn bezit, nl. Wouwermans Hertenjacht (/iggj. ). Ook dit stuk had in 1763 maar/ioio.— gegolden. In 1752 was het al bij Lormier, en vermoedelijk door hem gekocht op de verk. weduwe Jac. de Wit, Antwerpen 15 Mei 1741 (/234.— ). Verder Boths Italiaansch landschap (ƒ1025.—). Van lateren datum konden wij geen aankoopen door Adriaan Leonard van Heteren constateeren. Vooral jammer is het, dat wij niets hebben kunnen vinden over de merkwaardige schilderij, die door van Heteren aan Jan van Eyck was uit
de
verk. Nic. Nieuhof,
—
collectie
toegeschreven.
Van Heteren heeft ook van moderne meesters gekocht bv. van Jan van Os een bloemstuk, in 1774 geschilderd en van Johan Huibert Prins een stadsgezicht. Niet gedateerd zijn de teekenles van Abraham van Strij, welk stuk thans nog in het Rijksmuseum is en de beide stukjes van Michiel Versteeg, een lezende monnik en een oud lezend man, die al niet meer in den catalogus van 1827 voorkomen.
BIJLAGE XV. AANKOOPEN OP DE VEILING DER COLLECTIE JAN BERND BICKER, 1809. De eigenaar van deze kleine maar uitgelezen verzameling was de bekende patriot Mr. Jan Bernd Bicker 3), die in 1787 zijn vroedschapspost had moeten neerleggen op uitdrukkelijk verlangen van de prinses van Oranje en toen uitgeweken was, In den auctiecatalogus staat de heer Stephan als kooper genoteerd. Hier behoorden twee tegenhangers bij, nl. «Een Vrouwtje, hebbende een Roosje tusschen haar Vingers: ze rust met haar eene arm op een Baluster; verders staat een graauw Beeld op een Pedestal, vertoonende zich in 't verschiet een Gebouw, een Poort en Muur en eenig Geboomte" en »Een Mannetje in zyn Japon, staat voor een Pylaar met een Gordyn ; in 't verschiet een Mercurius Beeld op een Pedestal, en voorts eenige Boomen." Beide stukjes werden door Yver samen voor / 50. — gekocht. 3) Door een vergissing is op bladz. 152 de afkomst van deze schilderijen toegekend aan de Wed. Jan Berend Bicker. De vrouw van Bicker, Catharina Six, was al in 1793 te Brussel gestorven. Hij zelf is eerst 16 Dec. 1812 te 's Gravenhage overleden. i)
2)
195 naar Brussel. Na de omwenteling van 1795 kwam hij werd aanstonds Lid der Municipaliteit van Amsterdam en was in 1796 Voorzitter der Nationale Vergadering. Toen hij 19 Juli 1S09 te Amsterdam zijn schilderijen liet verkoopen, mocht dat eigenlijk niet geweten worden, immers zijn naam staat niet in den catalogus en is er slechts in eenige exemplaren door den een of ander bijgeschreven. Berchems Ponteveer en de Herderin door Simon van der Does had hij 23 April 766 voor resp. ƒ 1530.— en/ 207.— gekocht op de verkooping Anthonie Sydervelt, terwijl Teniers' Verzoeking van St. Antonius voor hem door Pieter eerst naar Parijs
weer
en
later
tot aanzienlijke posten,
1
Fouquet voor/ 255.— gekocht was op de verkooping Gerrit Braamcamp; deze had het stuk al in 752. 1
BIJLAGE XVI. OPMERKINGEN OVER EENIGE SCHILDERIJEN. ZGN. JAN VERMEER, DE TRAP IN HET ST. AGATHA-KI.OOSTER TE DELFT
(tegenwoordig N°.
Toen de Haagsche
108).
decoratieschilder Dirk van der
Aa
24 Jan.
1
803 dit stukje
geschenke gaf opperde zeker niemand twijfel aangaande de opgegeven voorstelling. Het was 17 Oct. 1792 verkocht op de veiling Aart Schouman te 's Gravenhage, als geschilderd door Egbert van der Poel, en had toen / 24.— i o opgebracht. De vermeende voorstelling was toen reeds uitvoerig omschreven: >De Binnentrap van het Oude Hof te Delft, waar in men in 't verschiet Prins Willem den Eersten ziet afkomen met een Boek in zijn hand, zijn Hondje hem verwelkomende onder aan de trap, schoon van ligt en bruin en byzonder natuurlyk". Dat het door den Delftschen Vermeer geschilderd zou zijn, meldt eerst de in 1804 door Waldorp opgemaakte inventaris. Na ook nog aan Aert de Gelder en aan Emanuel de Witte te zijn toegekend, wordt het thans toegeschreven aan een anonymus in de tweede helft der zeventiende eeuw. ten
DE PORTRETTEN VAN FRANK VAN BORSSELEN EN JACOBA VAN BEIEREN (N°. 130 en 131). In de 7 Dec. iSoo door Roos verzonden beschrijving der Kunstgalerij worden deze twee merkwaardige portretten reeds vermeld. Dat ze afkomstig waren uit het slot Nieuw-Teylingen blijkt wel uit een brief op de Kon. Bibliotheek, dien 22 Dec. 1801 Adriaan Loosjes Pz. aan Hendrik van Wijn schreef en waarin hij hem wijst op die portretten »die ik, voor eenige jaren, op het Huis te Teylingen gezien heb"'. Van Wijn kende ze trouwens wel, want reeds i o Jan. 793 had hij aan Ploos van Amstel geschreven: >0p 't slot van Tellingen worden oude pourtraiten van Jaboba en Frank gevonden. Ik ben tot mijn schande 1
nimmer aldaar geweest" i). Een nog vroegere vermelding in 1746 luidt: >Men vindt hier ook nog haar Afbeeldsel en dat van haaren geliefden Frank van Borsselen, in twee Schilderyen" 2). Het slot diende toen tot gevangenis voor overtreders
i)
2)
van de jachtwetten.
Brief op de Universiteitsbibliotheek te Amsterdam. Tegenwoordige Staat van Holland, Amsterdam 1746
p. 322.
:
196 COPIE NAAR GERARD TER EORCH, DE VREDE VAN MUNSTER (N°.
576).
Gekocht in 1803, was dit stuk afkomstig van de verkooping Mej. A. C. Putman, Amsterdam 11 Aug. 1803, waar het voor/ 340 toegewezen werd. Reeds Waldorp heeft het stuk in zijn inventaris van 1804 als een copie doen kennen.
AELBERT CUVP, RUITERGEVECHT (N°.
op
het 22 Dec. rSoS door
743).
Temminck geteekende
re§u van schilderijen den Haag verzonden, komt 'A. Cuip, Een rencontre" voor. Te onrechte is deze prachtige schilderij een tijd lang aan Cuyp ontnomen en aan Simon van Douw toegeschreven. Op de verkooping Johan van der Linden van Slingelandt, Dordrecht 22 Aug. 1785 was het voor ƒ 91 aan van Leen verkocht. Het is bekend dat van der Linden van Slingelandt specialiteit in zake Cuyp was. Eerst
uit
GERARD DOU EN
NIC.
EERCHEM, EEN ECHTPAAR
IN
EEN LANDSCHAP
(N°. 794).
Aug. 1803 werd deze schilderij, waarin men de portretten van den Leidschen burgemeester Pieter van der VVerfF en van diens vrouw meende te zien, uit den boedel der gravin van Moens voor / 3576.— aangekocht. Op de veiling dier collectie, te Amsterdam 20 April 1803, had het stuk voor ƒ 3200.— gegolden. II
ADRIAEN VAN GAESBEECK, EEN JONGELING (N°.
Q43).
Dit portret werd gekocht na een aanbieding van Roos, 3 April 1803. Deze had het 16 Maart 1801 te Amsterdam op de verkooping VV. F. Taalman Kip,
voor
/ 4 1.—
gekocht.
JAN HACKAERT, DE ESSCHENLAAN (N°.
Toen
I02l).
in 1786 een prent naar dit stuk sneed, was het stellig te Lebrun gaf deze prent in 1792 uit in het tweede deel van zijn Galerie des peintres flamands, hoUandais et allemands, en schreef er toen bij «Celui que nous avons fait graver se trouve actuellement en HoUande." Parijs.
R. Daudet
J.
B. P.
GERARD VAN HONTHORST, WILLEM
II
(N°. I234).
Terecht staat achter de vermelding van dit portret in den catalogus van het Rijksmuseum een vraagteeken. Wij kunnen verder gaan en zeggen, dat het portret den prins zeker niet voorstelt Wel geven de oude inventarissen in deze zaak ook geen licht, maar men behoeft slechts op te merken, dat het portret een dergelijk inventarisnummer (12) op de keerzijde draagt als de portretten van Amalia van Solms (17) en Louise Christina van Solms (18) om te zien, dat deze schilderijen tot een reeks behooren. Tot deze reeks heeft zonder twijfel ook behoord de echtgenoot van Louise Christina van Solms, Joan Wolfert van Brederode. Een vergelijking met diens gegraveerde portretten wijst aan, dat hij de voorgestelde persoon
is.
197 OERARD DE LAIRESSE, TWEE ALLEGORIEËN
üe twee enorme
(N°.
I4I4 EN N°.
I415).
Gerard de Lairesse in grauw geschilderd, komen het eerst voor op een der in het begin van 1801 door Waldorp geteekende voorstellingen der wanden van de Kunstgalerij, en ze werden door hem genoemd »Rome op den throon" en «Rome van den throon." Dat deze benaming juister de bedoeling van den schilder weergeeft dan de tegenwoordige »Het Gewettigd Gezag" en »üe Omwenteling", blijkt uit het volgende bericht in de Nieuwe Algemeene Konst- en Letter-Bode, van 26 Aug. allegorische voorstellingen, in 1689 door
>Beschryving van twee zinnebeeldige Schilderstukken, ongemeen een Raadzaal of Boekery geplaatst te worden. N°. Dit heerlyk in 't graauw geschilderd Konststuk steld voor: de grootheid en luister van de Romeinsche Republiek. Romens gezag is verbeeld door een Vrouw, omhangen met een Tabberd of Kleed, houdende in haar' regterhand het Zwaard der Wet; het hoofd is gedekt met een Helm, zy zet haar regtervoet op een Globe of rond, dewelke rust op een voetstuk; waar op gebeeldhouwd, in Basrelief, de Wolvin, die Romulus en Remus laaft. Boven haar hoofd zweefd de Faam, blazende den Roem der overwinningen en die der Heldendaden: aan haar's linkerhand staat de lieHyke Vrede. Door bevallige Vrouwen worden verbeeld de overwonnene Volken, die hunne dankbetuigingen aan de Republiek afleggen. Onder aan den voet ziet men de God des Tiebers gezeten, rustende met zyn linkerarm op zyn Kruik; daar nevens legt de hoorn des Overvloeds. Aan de regterhand des Zetels staat een Kdele Vrouw, rustende met haar linkerarm op den bundel Bylen, uitdrukkende de Burgemeesterlyke waardigheid. In het Gebouw heerscht smaak, Bouworder en Oudhoudkunde. De attributs of eigenschappen, alles stemd overeen, met grootsche achtbaarheid en de stilste zedenlyke orde. Door Ger. de Lairesse in zyn besten tyd geschilderd. Hoog 2 en N'. 2. Dit fraai Schilderstuk, zynde de weêrgae van het breed 8 voeten. voorgaande, vertoond de Weelde door ene besoedelde Vrouw zy is gezeten op den verbryzelden zetel van den Romeinschen Staat; aan deszelfs voetstuk legt de Vryheid en het Gezag ter nedergeworpen, benevens de Cieraden van het Capitool. De Romeinsche Maagd word door het Geweld mishandeld. Daar agter staat de blinde Wraakzugt en het tomeloos Geweld, met Zwaart en Toorts gewapend, hunne boosheden uitoeffenen. Agter praald Hoogmoed met haar Paauwen Tooy; aan de linkerhand der Weelde staat Vleizucht, het reukwerk bereidende tot verrigting van lage en laffe vleiëryen. Aan het Voetstuk ligt een Vrouw, de Rampen der Romeinen betreurende. Daar nevens gebroken Krygs-Trophenen, Bundelbylen, Penningen en vernielde Zuilen. Boven in een Wolk van Rook zweeft een Hels Monster of Harpy, die, door zyn inblazing, de overige Monsters schynt te bezielen. De geheele Ordonnantie is in een verhevene smaak de attributs en de hoedanigheden stemmen in alles overeen met den val van een groot en oogschynlyk onoverwinnelyk Volk, dat deszelfs ondergang heeft te danken aan het verlaten der vaderlyke deugden, door het omhelzen 1796 p.
70, 71:
geschikt,
om
in
i
1
—
j
;
van weelde, wellust en lage bedoelingen. Deze Schilderyen zyn uit de hand te koop en
te
bevragen by Jan de Bosch
Jeronismusz. te Amsterdam."
EGBERT VAN DER POEL, HET SPRINGEN VAN DEN KRUIDTOREN TE DELFT (N°. Dit Stuk,
A. C.
verworven
Putman
te
ii
1889}.
Aug. 1803, was toen gekocht op de verkooping Mej.
Amsterdam voor/ 12.50.
198 JACQUES VAN SCHUPPEN, PRINS EUGENIUS VAN SAVOVE (N°.
2182).
Van dit portret heeft Bernard Picart in 1722 een groote prent gesneden. Het was toen waarschijnlijk in zijn eigen bezit, tenminste in 1737 kwam het voor op de verkooping van zijn weduwe en werd toen voor /30.— verkocht.
JAN STEEN, HET VROOLIJK HUISWAARTS KEEREN (N°. 2239\
Deze schilderij wordt het eerst vermeld in het door Smissaert 30 Juli 1808 geteekende re^u van schilderijen uit den Haag verzonden en te Amsterdam in ontvangst genomen: >De familie van Jan Steen in een schuit gaande, door Jan Steen". Op de verkooping Braamcamp, Amsterdam 31 Juli 1771, was het stuk voor ƒ360.— verkocht aan J. üdon. In 1752 had Braamcamp het stuk nog niet.
JAN STEEN, BOERENBRUILOFT (N°.
2240).
Dit stuk was op de verkooping Izaak Hoogenbergh, Amsterdam, lo April 1743 voor / 81.— gekocht door Jacob Boreel en vonden wij terug op de verkooping van diens kabinet te Amsterdam 21 April 1746 ten huize van den overledene op de Keizersgracht bij de Reguliersgracht: »Een stuk verbeeldende een dronke Mans Gezelschap, van Jan Steen". Het werd voor ƒ51 gekocht door den makelaar Willem van den Bergh, die de verkooping leidde.
JAN STEEN, DE KWAKZALVER (N°.
2241).
Dit stukje komt het eerst voor in de 7 Dec. door Roos verzonden beschrijving der Kunstgalerij. Het was stellig afkomstig van een der verblijven van den Stadhouder, immers 4 Juli 1763 was het op de verkooping der collectie Lormier voor ƒ 420 gekocht door 's prinsen raadsman, den hofschilder Haag. Lormier had het 15 Juli 1749 op een verkooping te 's Gravenhage, voor ƒ go— verworven. In het exemplaar van den catalogus dezer verkooping in 's Rijks Prentenkabinet te Amsterdam, staat op p. 13 met een oude hand bijgeschreven: >NB. van dHr Gousset N°. 126 tot 159 incluys", en hiertoe behoorde ook >Een
Quaksalver van Jan Steen".
JAN WYNANTS, LANDSCHAP MET VEE (N°.
Daar
dit
dat jaar te
273S).
van Majoor J. B. de Lega, kan het 15 van de verkooping Dr. G. H. Trochel, die eerst 11 Mei van Amsterdam plaats vond. stukje
niet afkomstig zijn
Jan. iSoi gekocht
is
SYSTEMATISCH GERANGSCHIKTE LIIST VAN DE SCHILDERIJEN IN VERSCHILLENDE INVENTARISSEN VERMELD.
De
zijn gerangschikt naar de onderstaande onderwerpen: II. Portretten van aanverwanten der Oranjes. der Oranjes. IV. Andere portretten, alphabetisch. III. Andere vorstehjke personen. V. Bijbelsche historie. VI. Heiligen. VII. Mythologie en Oude geschiedenis. VIII. Nederlandsche geschiedenis. IX. Allegorie. X. Topographie. XIII. Zeegezichten. XII. Landschappen. XIV. Architectuur. XI. Genre. XVI. Bloem- en fruitstukken. XV. Jacht en gevogelte. De schilderijen uit de verzamelingen van der Pot en van Heteren zijn hierin 1.
schilderijen
—
Portretten
—
—
—
—
niet
—
—
—
— —
—
—
— —
—
opgenomen.
I.
PORTRETTEN DER ORANJES.
44 Vaderlandsche portretten door
den Ouden en Jongen Mierevelt, Ravesteyn,
—
e.a.
VValdorp, 1804. N°. 270—314. «45 pourCatalogus Roos, 1801. N°. 35—78. traitjes". Inventaris 1808. N°. 94-127. "34 pourtraitjes van de familie". Meerman, 1808. N°. 67—101, 112 — 114, 117— 123, 126— 132, (dus veelmeer). Catalogus Ontvangen door Temminck 22 December 1808. N°. 13—55.
— —
—
—
1809 o.a. N°. 191, 383, 385—390, 393, 394, 396-404, 411-445.
N°.
I.
Willem
2.
Prins Maurits.
3.
Frederik Hendrik.
I.
5.
Willem Willem
6.
Philips Willem.
7.
Justinus van Nassau.
4.
8. 9.
10.
11.
12. 13. 14. 15.
i6. 17. i8.
II.
III.
Johan van Nassau. Lodewijk van Nassau. Adolf van Nassau. Hendrik van Nassau. Philips van Nassau-Catzenelnbogen. Lodewijk Gunther van Nassau. Jan van Nassau-Siegen. Adolf van Nassau-Catzenelnbogen. Willem Lodewijk van Nassau. Ernst Casimir van Nassau. Willem Frederik van Nassau.
200 N".
Johan Ernst van Nassau. Albert van Nassau-Dillenburg. Hendrik van Nassau. Caspard de Coligny (1517 — 72). Caspard de Coligny, Maréchal de Chatillon (1584— 1646). Syrius de Bethune, vermeld als Max. de B. Hertog van SuUy. Frangois de la Noue. Joost de Soete, Heer van Villers, vermeld als Mr. Viles. Robert Dudley, Graaf van Leicester.
19.
20.
21.
22. 23.
24. 25.
26. 27. 28.
Sir Horatio Vere.
29.
Philips Graaf van
30.
Philips Ernst van
31.
Johan Conrad Wild- en Rijngraaf Sir Robert Henderson of Tunnegask, vermeld als Hilderson. Chs. de Levin, Heer van Famars, vermeld als Hama. Willem de Soete de Laeke, Heer van Hautin, vermeld als de Houten. Nicolaes Smelsinc, vermeld als Smilsing. Sir William Brog, vermeld als Broek. Olivier van der Tempel, Heer van Corbeeke, vermeld als Templer. Anthonie van Utenhove. Willem Adr. Graaf van Hornes, Heer van Kessel, enz. Onbekend.
32. 33. 34. 35. 36.
37. 38. 39.
40.
Hohenlohe Hohenlohe
Sr. Jr.
41. 42.
Arabrosius Markies van Spinola. Francisco de Mendoza, Amirant van Arragon. Vaderlandsche helden door Ravesteyn. Catalogus Waldorp, 1801, N°. 38, 39, 41. Roos, 1801. N°. 203—209. 14 Portretten van illustre personen. 43.
44.
—
14
»
»
»
»
—
Catalogus Waldorp, 1801. N°. 50—63, 67—80, 84, 85. Inventaris, 1808. N°. 142—158, 17. Officieren. Meerman, 1808. N°. 170—199 en 200—213, dus veel meer. Ontvangen door Temminck 22 Dec. 1808. N°. 5—12. Reeks officieren onder Frederik Hendrik bij het beleg van 's Hertogenbosch. Catalogus Waldorp, 1801, N°. 1—7, 13—16, 19, 20. Waldorp, 1804. N°. 234—258 » Vierentwintig"; dit komt niet uit met de nummers. Inventaris, 180S. N°. 217-220, 230—235. Meerman, 1808. N°. 147-150, 151-156. 13 I<>br. 1809. N°. 6 >28 differente capiteynen", vermeld als ge-
—
—
—
—
—
—
—
bleven in den Haag. Zonder twijfel is dit de belangrijke reeks officierenportretten door Jan van Ravesteyn in het Mauritshuis (Cat 1895 p. 301—419).
Twee
portretten van officieren. Int.
Twee
Meerman,
Int.
Meerman,
De Nassausche Cat.
1808, N°. 257, 258.
helden, door A. van de Venne.
Waldorp,
N°. 269.
—
Temminck, Wij
1S08, N°. 236, 237.
portretten van officieren.
1801.
N°.
10.
Inv. i8o8. N°. 11.
—
—
22 Dec. 1808. N°. 56.
Roos, 1801, N". 202.
Meerman,
—
-
1808. N°. 217.
Waldorp,
-
1804.
Ontv. door
Cat. 1809. N°. 325.
hebben hier eene afwijking gemaakt op de door ons aangenomen rangschikking der schilderijen naar hunne onderwerpen.
20I
De vorenstaande reeksen van vaderlandsche
portretten, vaderlandsche helden, bevattende vele afbeeldingen van Oranjes, maar daar de scheiding hier afbreuk zou kunnen doen aan een goed overzicht hebben wij gemeend deze reeksen in hun geheel te moeten laten. illustre
Willem 7
personen en
officieren,
I.
2.
—
't
Roos en Temminck. —
N°. S3
1801.
N».
—
Zeecomptoir te Rotterdam. 14 Mei 1800 23 Mei autorisatie. — Cat. Waldorp, Roos, 1801. N°. i. door Mierevelt. Waldorp, 1804. Meerman, 1808. N°. 5. 1808. N°. 33. Ontv. door
April 1800 gesignaleerd in
gezien door
als
Inv.
—
Smissaert 30 Juli 1808. N°. 2. Willem I, naar Mierevelt. Cat. Waldorp, 1804. N°. 259. N°. 264 als door Lievens.
De
—
— — —
Inv.
N°.
1808.
Meerman,
1808.
I,
—
129.
—
Inv. 1808. N°. 165.
[door Wybr. de Geest]. Meerman, 1808. N°. 103. Cat 1809. N°. 446. door Temminck. N°. iii.
van Willem
vier broeders
—
Cat. 1809. N°. 195.
—
—
Willem van Oranje, door Mierevelt. Waldorp, 1801. N°. 17. Roos, 1801. N°. 9. N°. 3. Inv. 1808. N°. 38. - Meerman, 1808. N°. ontv. door Temminck. N°. 62. — Cat. 1809, N°. 194.
22 Dec. 1808 ontv.
Philips
—
—
Cat.
—
Waldorp, 1804. 22 Dec. 1808
—
12.
Prins Maurits, [door Mierevelt]. 7
te Rotterdam. — 14 Mei 1800 — 23 Mei autorisatie. — Cat. Waldorp, — Waldorp, 1804. Mierevelt. — Roos, 1801. N°. N". 37. — Meerman, 1808. N". 11. — Ont. door
April 1800 gesignaleerd in
1801. N^'. 47, als
door
N°.
180S.
4.
—
Inv.
Temminck
"t
Zeecomptoir
Temminck en Roos.
gezien door
30 Juli
2.
1808.
N°. 54 »ten voeten
uit".
—
Cat. 1809. N". 196.
Prins Maurits. Inv.
Loo
18 Sept. 1798, kist 4.
Prins Maurits.
30 Aug. 1800 gekocht van Roos. Prins Maurits. 10 Maart 1802 verworven van de Raad der Aziatische Bezittingen Amsterdam. Inv. Meerman, 1808. N°. 270.
te
—
Prins Maurits, naar Mierevelt. Cat.
Waldorp,
1804. N°. 260.
—
Inv.
Het Stadhouderlijk kwartier [Maurits en Loo, 16 Sept. E. van de Velde. Inv. 1808. N°. 63. Inv.
1798, kist 3.
Meerman,
1808. N°. 167.
zijn jachtstoel,
—
door
P.
van
Hilligaert].
Cat. Waldorp, 1801. N°. 143, als door
— Roos, 1801. N°. 139. — Waldorp, 1804. N°. 165. — — Meerman, 1808. N". 46. — 22 Dec. 1808 ontv. door —
Temminck N°. 89. Cat. 1809. N°. 333 als door Vinckeboons. Maurits en Frederik Hendrik te paard door Mars [P. van Hilligaert]. Cat. Waldorp, 1801. N°. 134. Roos, iSof N°. 147. - Waldorp, 1804. N°. 166. N°. 261. N°. 375.
Willem
— Inv. — 22
—
1808. N°. 26, als
Dec.
1808
ontv.
— Meerman,
beleg van Ostende. door Temminck. N°.
't
59.
-
paradebed, door van de Venne. Inv. 1808. N°, Cat. Waldorp, 1804. N°. 29. Meerman, 180S. N°. 144. Cat. 1809. N°. 324. Vrouwtje van Mechelen. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 2. I
[Maurits]
op
1808.
Cat. 1809.
zijn
Get. II Aug. 1803.
—
—
—
166.
—
202 Frederik Hendrik en Amalia van Solms, door Honthorst. Cat. VValdorp, iSoi. N°. 29, 31. Roos, 1801, N°. 4, 5. Waldorp, 1804. N°. 5, 6. Frederik Hendrik en Amalia van Solms, door Honthorst. Cat. Roos, 1801. N°. 126, 127. Inv. 1808. Waldorp, 1804. N°. 136, 137. N°. 51, 52. Meerman, 1808. N°. 25, 28. Ontv. door Smissaert 30 Juli
—
—
—
—
—
—
-
1808. N°. 5, 6. Cat. 1809. N°. 149. Frederik Hendrik. 14 Mei 1800 7 April i8co gesignaleerd in 't Zeecomptoir te Rotterdam. gezien door Temminck en Roos. Cat. Waldorp, 23 Mei autorisatie. 1801. N". 127, als door Honthorst. Waldorp, 1804. N°. 232 als door
—
—
—
—
Mierevelt.
—
Inv. 1808. N°. 21, als
door Mierevelt.
—
door Honthorst en van Dyck.
—
—
Meerman, 180S
als
Ontv. 22 Dec. 1808 door Temminck.
N°. 74. Cat. i8og. N°. 197. Frederik Hendrik, door Mierevelt. Inv.
Meerman,
1S08. N°. 256.
Frederik Hendrik. Inv.
Meerman,
1808. N°. 247
Amalia van Solms, door Honthorst. Cat. Waldorp, i8or. N°. 130.
—
Inv.
Meerman,
1S08. N°. 238.
—
Cat.
1S09. N''. 406.
Amalia van Solms, door A. van Dyck
?
Meerman, 1808. N°. 248. Amalia van Solms en haar zuster, door G. Honthorst. Inv.
—
Cat Waldorp, 1801. N°. 132. jachtgodinnen met 2 Cupido's." 1808.
N°.
—
249.
Roos, i8or. N°. 124, «jonge juffers als Cat. Waldorp, 1804. N°. 135. - Inv. 22 Dec. 1808 ontv. door Meerman, 1808. N°. 8.
—
-
—
Temminck
N°. 139. en Maria Stuart, door A. van Dyck. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, als de Kinderen van Karel I. Roos, Cat. Waldorp. 1801. N°. 153. 1801. N°. 129. Waldorp, 1804. N°. 134. 1805 gerestaureerd. Inv. 1808. N°. 131. Inv. Meerman 1808. N". 105, als van Dyck of Hanneman. 30 Juli 1808 ontv. door Smissaert N°. 55, als »stuk met
Willem
II
—
—
—
—
—
—
—
portretten".
Prins Willem II Inv.
Loo
met
twee portretten.
zijne gemalin,
—
18 Sept. 1798. Kist 4.
—
Honthorst.
—
Roos, 1801. N°.
Cat.
—
5, 6.
Honthorst. Inv. 1808. N°. 27, 28. 30 Juli 1808 ontv. door Smissaert. N°.
Willem
7 April 1800 gesignaleerd in
't
—
1804. N°.
Meerman,
7, 8, als
door door
1808. N°. 41, 43.
—
14.
Zeecomptoir
Temminck en Roos.
1808. N°. 242.
—
—
te
Rotterdam.
—
23 Mei, autorisatie.
—
Mei 1800 Meerman,
14
Inv.
Cat. 1809, N°. 148.
II.
Inv.
Maria
1801, N°. 24, 25, als
Waldorp,
II.
gezien door
Willem
Waldorp
Meerman,
1808. N°. 246
door B. van der Helst. In de 7 Dec. 1800 verzonden ên Cat. Waldorp, 1801. N°. 126. Stuart,
16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving.
—
N°. 92.
—
Inv. 1808. N°. 130.
ontvangen door Smissaert. N".
Roos, 1801. N°.
- Meerman, 18.
—
1808.
107.
N^.
—
104.
Cat. 1809- N°. 117.
—
Waldorp, 1804. — 30 Juli 1808
203 Kindje, door Honthorst. Cat. \Valdorp, 1801.
— —
—
Roos, i8oi. N". 166. N°. 160. Waldorp, 1804. Inv. 1808. N°. 210. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven N°. 167. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 177). vermeld. N°. 97.
—
—
Prins Willem III in zijn jeugd. Inv.
Loo.
iS Sept.
1798
kist.
2.
door G. Schaicken. In de 7 Dec. 1800 verzonden beschrijving, 16 Jan. iSoi gepubliceerd. Roos, 1801. N°. 7. Waldorp, 1804. Cat. Waldorp, 1801. N°. 36. Meerman, 1808. N». 146. Inv. 1808. N". 221. N°. 9. 30 Juli 1S08 Cat. 1809. No. 272. ontvangen door Smissaert. No. i. Willem III, door G. Schaicken. Roos, 1801. N°. 8. Waldorp, 1804. Cat. Waldorp, i8or. N°. 43.
Willem
III, bij kaarslicht,
—
—
—
—
—
—
—
N°. 261.
—
—
—
Inv. 1808. N°. 32.
Meerman,
huis (Cat. 1895 p. 369). portret in het grauw, [door G.
Koning Willems
Loo
Inv.
Sept.
18
N°.
1898.
15.
N°.
1895 p. 524). III, levensgroot ten voeten
Willem Willem
Meerman,
N°. 269.
—
N°. 176, als 192.
—
Thans Mauritshuis
Inv. (Cat.
uit.
269.
gewaad.
1808.
N\
232.
III.
Inv.
Willem
Meerman, 1S08 N°.
III in koninklijk
Inv.
Lairesse].
— Cat. Waldorp, 1801. 177. — Waldorp, 1804. N°.
1808.
Willem
Inv.
de
— Thans Maurits-
1798. Kist N°. 5.
— Roos, 1801. — Meerman,
door Lairesse.
1808. N°. 7.
Meerman,
1808. N°. 231.
m.
Inv.
Een dame
Meerman.
1808. N°. 245.
amazone, door J. Mytens. In de 7 Dec. 1808 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N°. 12. Roos, 1801. in
—
—
—
Thans Mauritshuis (Cat. 1895 N°. 201. Ernst Casimir van Naussau, ten voeten uit. Inv.
Meerman,
—
1808. N"". 250.
p. 263).
Cat. 809. N°. 447.
Ernst Casimir van Nassau.
—
Cat. Waldorp, 1804. N. 138. Inv. 1808. N'. 10, als door B. of N°. 23. Meerman, 180S. N^. 254. Cat. 1808. N°. 449. Emest Casimir van Nassau. Borstbeeld, tweemaal. Inv. Meerman. 1808. N". 251, 252.
—
—
v. d.
Helst
Dezelfde. Inv.
Meerman,
Hendrik Casimir
I,
1808. 263.
levensgroot.
Cat. 1809. N°. 448.
Sophia Hedwig van Brunswijk. Cat. 1809. N°. 450.
Willem Frederik Graaf van Nassau. Cat. Roos, 1801. N°. 32.
Portret van Friso. Cat. Waldorp, 1801. N°. 40. Willem IV, levensgroot .en voeten Inv.
Meerman,
—
1808. N°. 268.
Inv.
uit.
Meerman,
1808, N'. 229, als
Willem IV.
204 Dezelfde ten voeten
uit.
Meerman,
Inv.
1808. N". 249.
Dezelfde, door Aved. 13 Mei 1806 gekocht van Meerman, 1808. N°. 137.
N°.
60.
—
Cat. 1809. N°.
P.
C.
—
—
—
Huybrechts. Inv. 1808. N°. 22. Dec. ontvangen door Temminck
22
3.
Dezelfde. Inv.
Willem
V
Inv.
Dezelfde
Meerman,
1808. N°. 235.
als kind.
Meerman,
1808. N°. 166.
als kind.
Inv. Meerman, 1808. N°. Willem V, door Tischbein. Inv. Meerman, 1808. N°.
225.
139.
Dezelfde, twee portretten. Inv.
Meerman,
1808. N°. 233, 234.
Prinses Wilhelmina te paard, door Haag.
Meerman,
Inv.
Haag
N°.
1808.
230.
—
13 Febr. 1809
vermeld
als in
den
gebleven.
Prinses Wilhelmina van Pruisen, door Tischbein. Inv.
Meerman,
1808. N°. 219.
Dezelfde, driemaal in crayon. Inv.
Meerman, i8o8. N°. 222—224. den Haag gebleven.
—
Een
hiervan 13 Febr. 1809 vermeld
als in
Prinses Carolina, door Tischbein. Inv.
Meerman,
1808. N°. 221.
De
twee jonge prinsen en de prinses, door Tischbein. Inv. Meerman, 1808. N°. 215.
De
erfprins,
Inv.
door Tischbein.
Meerman,
1808. N°. 226.
Dezelfde, twee portretten. Inv.
Meerman,
1808. N°. 243, 244.
Dezelfde, door Tischbein. Inv.
Meerman,
1808.
N°.
227.
Prins Frederik, levensgroot, door Tischbein. Inv. Meerman, 1808. N°. 216. Prins Frederik van Oranje. Inv.
Meerman,
1808. N°. 214.
Prinses Louise, driemaal in crayon, door Tischbein. Inv. Meerman, 1808. N°. 216-218. Hertog van Brunswijk, door TischbeinInv.
Meerman,
1808. N". 220.
Justinus van Nassau, [door
Geschenk
J.
Ravesteyn],
—
Juni 1805, door Tripvan Limburg Stirum, als Egmond. 1805 gerestaureerd, als door Mierevelt. Inv. 1808. N°. 35. Meerman, 1808. N°. 8. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 63. Cat. 1809. N°. 384. 15
—
—
—
Een Graaf van Nassau, door Honthorst. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°.
61.
—
205 Graaf Hendrik van Nassau. Roos, 1S81. N°. 15, als door J. Bakker. Cat. Waldorp, iSoi. N''. 46. Inv. 1806, Waldorp, 180 1. N". 61 als de broeder van Willem I. Ontvangen 22 Dec. 1808 door Temminck. No. 58, als door Lely. als door Honthorst. Graaf Maurits van Nassau, door Fr. van Mieris. Gekocht 15 Aug. 1S03. — Cat. Waldorp, 1804, N°. 23, als J. Maurits van
—
—
—
—
Nassau, door Fr. Mieris
—
Jr.
Mei
1805 gestolen (circa
Cat. Waldorp, 1801. N°. 44.
-
Roos, 1801,
groot).
III
-
Waldorp, 1884. N°. 112. Nassau, door J. Bakker. Backer. door Casimir, als Graaf
II.
4-6 duim
van Nassau-Siegenl. N°. 14, als Graaf Willem van
De Graaf van Katzenelbogen, door Bakker [Johan
-
PORTRETTEN VAN AANVERWANTEN DER
Inv. 1808. N°. 69,
ORANJE'S.
[Louise Christina] van Solms, door Lely [G. Honthorst]. Inv. 1808. N°. 71. Roos, 1801. N°. 13. Waldorp, 1801. N°. 48. Cat. 1809. N». 410. 22 Dec. 180S ontvangen door Temminck. N°. 69. Moreelse door Bohemen, van [?J. Frederik Inv. 1808. Cat. Waldorp, 1804. N°. 24. Gekocht II Aug. 1803. N°. Cat. 1809. 456. N°. i8o8. 145. Meerman, N°. 174.
De Gravin
—
Cat.
—
-
—
—
-
—
—
Drie portretten der Pruisische familie. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 2.
Twee
portretten van de Pruisische familie. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 5.
Portret van
de Pruisische
familie.
Inv. Loo, iS Sept. 1798, kist Portret van de Pruisische familie.
4.
Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 5. Portret van de Brunswijksche familie.
Inv. Loo, 18 Sept. 1791, kist 5.
III.
Keizer Frans
ANDERE VORSTELIJKE PERSONEN.
I.
N^
—
Roos, 1804. N". 128. door [Frans] Pourbus [den Oude]. Engeland], Een hoofd [Elisabeth, Koningin van Waldorp. 1804. 1881. N°. loi. Roos, N°. 113. 1801. Waldorp, Cat. ontvangen 1808 Dec. 22. 186. Inv. 1808. N°. N°. 87, als Elisabeth. 246. N°. 1809. Cat. door Temminck. N°. 131. De Koningin van Denemarken [Sophia van Mecklenburg]. Thans Mauntshuis Roos, 1801. N°. 242. Cat. Waldorp, 1801. N°. 21. Cat.
Waldorp,
1801.
129.
-
—
-
-
-
-
-
(Catal. 1895 p.
loi).
Eugenius van Savoie, door J. van Schuppen. Inv. 1806. N°. 180506 gekocht van George.
-
12.
-
Cat. 1809.
N
.
279.
-
206 Jacoba van Beieren en Frank van Borselen. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. iSoi gepubliceerde beschrijving.
—
—
—
VValdorp, Roos, t8oi.N°. 218, 219. Cat. VValdorp, 1801. N^. 193, 194. Inv. 1808. N°. 4, s. Meerman, 1808. N°. i, 2. N°. 203. 204. Cat. 1809. N°. 376.
—
1804.
—
—
van Egmond, door Jan van Mabuse]. Waldorp, 1804. N°. i. Inv. 1808. N°. 30, Meerman, 1808. als Philips van Bourgondié, door Lucas van Leyden. Cat. 1809. N°. 175. N°. 3. Ontvangen door Smissaert, 2 Aug. 1S08. N°. 2.
Een oud
portret. [Floris
Cat. Waldorp, 1801. N°. 22.
—
—
— —
—
IV.
ANDERE PORTRETTEN ALPHABETISCH.
Hertog van Alva. [Copie naar Willem Key]. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 2. Cat. Waldorp, 1801. N°. 32. Roos, 1801. N°. po. Waldorp, 1804. N°. 10, als door D. Barends. Inv. 1808, N°. 34. Meerman, 1808. N°. 9. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 64. Cat. 1809. N°. 16. Admiraal [Adriaen] Banckert, door Hendrick Berckmans. Cat. Waldorp, 1801. N°. 82. Roos, 180 r. N°. 19. Waldorp, 1804. N°. 40. Inv. 1808. N°. 159. Meerman, 1808. N°. 124. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 122. Cat. 1809. N°. 31. Pieter Buys, door de Keyser. Misschien het «stuk" van de Keyser dat 17 Nov. 1802 gekocht is. Cat. Waldorp, 1804. N°. 20. — Inv. 1808. N°. 44, als door Don. Meerman, 1808. N°. 19. 22 Dec. iSoS ontvangen door Temminck. N°. 66, als pensionaris Buys door Douw. Cat. 1809. N°. 392. D. R. Camphuyzen, door Goltzius. Inv. 1808. N°. 75. Meerman, 180S. N°. 47. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck N°. 90 Jacob Cats, door Mierevelt. Cat. Waldorp, 1804. N°. 19, Inv. 1808. N°. 70. 1805 gerestaureerd. Meerman, 1808. N°. 42. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck,
— —
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
— —
—
N°. 87. Cat. 1809. N°. 199. Coornhert, [door Comelis Cornelisz. van Haarlem]. Gekocht 13 April 1804 van de Remonstr. Gem. te 'sGravenhage. Cat. 1809. N°. 381. Egbert Meeuwsz, Cortenaer, door B. van der Helst. In de 7 Dec. 1800 verzonden korte beschrijving, 16 Jan. 1801 gepublceerd. Cat. Waldorp, 1801. N". 66. Roos, 1801. N°. i8. Wardorp, 1804. N°. 38. Inv. 1808. N°. 162. Meerman, 1808, N°. 135. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 123. Cat. i8og. N°. 116. Willem Crul, Copie [naar J. J. Heinsius], door C. van Cuyienburg. 7 Sept. 1808 betaalt aan den copiist. — Cat. Roos, 1801. N°. 244. Inv. 1808. N°. 140. 22 Dec. 1808 ontvangen doorTemminck, N°. 125. — Cat. 1809. N°. 65. Erasmus, door Holbein [Copie naar Matsys], Gekocht 6 Juli 1803 van H. C. van Molman. Cat. Waldorp, 1804. N°. 30. Inv. 1808. N°. 42. Meerman, 1808. N°. 16. - 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 68. Cat. 1809. N°. 135.
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
207 Gaston van Foix. Cat. Waldorp, 1801. N°. Cat. 1809. N°. 391.
Hugo de
23.
—
Roos, 1801. N°.
—
38.
Inv. 1808. N°. 229.
—
Groot, [door M. Miereveld].
Gekocht
—
22 Juni 1S03.
N°.
1808.
Inv.
—
39.
door Smissaert. N°.
12.
—
Cat. Waldorp, 1804. N°. 15, als door Mierevelt. 1808. N". 14. 30 Juli 1808 ontvangen
—
Meerman,
—
Cat. 1809. N°. 192.
Maria van Reigersbergh, door David Bailly. Inv. 1808. N*. 41. 29 Nov. 1806 gekocht van P. C. Huijbrechts. Meerman 1808. N". 15. 30 Juli 180S ontvangen door Smissaert N°. 13.
—
—
— —
Cat. 1809. N°. 12.
De Musikant HendelInv. Loo 18 Sept.
1798, kist 4.
Kenau Hasselaer, door Ph. de Champaigne. Gekocht 11 Aug. 1803 te Haarlem. Inv. 1808. N°. 43. door onbekend. 1808 ontvangen door Temminck. N°.
—
Helt, Kapitein van Inv.
Haraugay met Piet
turfschip te Breda, [Ch. de Heraugière].
't
N°. 246.
180S.
— Cat. Waldorp, 1804. N°. 12, als — Meerman, 1808. N°. 20. — 22 Dec. 67. — Cat. 1809. N°. 382.
't
—
Ontvangen 22 Dec. 1808 door Temminck, van Breda". Cat. 1809. N°. 409.
—
turfschip
als
>De
Heyn, door J. Verkolje Sr. [Krijgsoverste, door W. de Geest]. Inv. 1808. N°. 73, als door Koedyk. Cat. Waldorp, 1804. N°. 42. Meerman, 1808. N°. 44. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 9.
—
—
— —
Cat. 1809. N°. 166. F.
C. Hooft, door Bloemaert [Jurriaen Ovens, copie naar J. Sandrart]. Aug. 1S03. Cat. Waldorp, 1804. N°. 22, als C. F. Hooft, Gekocht Inv. 1808. N°. 76. Meerman, 1808. N°. 48. door Brouwer. 22 Dec.
n
—
—
—
1808 ontvangen door P.
C. Hooft, door Sandrart. Inv. 1808. N°. 245.
Temminck. N°.
—
—
91.
—
Cat. iSoo. N°. 42.
22 Dec. 180S ontvangen door
Temminck. N°.
76.
(miniatuur).
Justus Lipsius. Cat. Roos, 1801. N°. 34.
Mme
de Maintenon. Misschien Roos, 1801. N°. 113. Cat. Waldorp, 1801. N°. loi. Aert van Nes en Geertruida de Dubbelde, door B. van der Helst. 10 Nov. 1800 van T. Munnik22 Sept. 1800 gesignaleerd door Roos. In de 7 Dec. 1800 verzonden beschrijving, huysen te Rotterdam gekocht. Roos, 1801. Cat. Waldorp, 1801. N°. 37. 16 Jan. 1801 gepubliceerd. Inv. 1808 N°. 91, 93. Waldorp, 1804. N°. 34, 35. N°. 20, 21. Meerman, 1808. N°. 52, 239. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert.
—
—
—
—
—
—
—
—
—
N°. lan van 22
16,
17.
Nes en Sept.
—
Cat. 1809. N°. 123.
Aletta van Ravensberg, door Leuff de Jongh.
1800
gesignaleerd door Roos.
T. Munnikhuysen te Rotterdam. 16 Jan. 1801 gepubliceerd.
— —
—
— In de Cat.
7
— Dec
10 Nov.
Waldorp,
— Roos, — 1805 gerestaureerd. — — 22 Dec. iSoS ontvangen
Waldorp, 1804. N°. 39. N°. 22, 241. Meerman, 1808. N°. 262. Inv. 1808. N°. 13. Cat. 1809. N°. door Temminck. N°. 105, 106. 1801.
—
1800 gekocht van
1800 verzonden beschrijving, 1801, N°. 81, 25.
161.
2o8 >Het zoontje van den Admiraal", door Fr. Verwilt. 22 Sept. 1800 gesignaleerd door Roos. 10 Nov. 1800 gekocht van T. Munnikhuysen te Rotterdam. Cat. Waldorp, 1801. N°. 27. Roos, 1801. N°. 247, als »zoon van Aert van Nes". 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 136. Cat. 1809. N°. 408. Oldenbameveld, door Lievens [M. Mierevelt]. Geschenk Hultman. Inv. 1808. N°. 170. Meerman, 1808, N°. 265. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 77. Cat. 1809. N°. 176. Oldenbarnevelt, door Moreelse. In de 7 Dec. verzonden beschrijvin.Er, 30 Aug. 1800 gekocht van Roos. 16 Jan. 1801 gepubliceerd. Cat. Waldorp, 1801. N°. 45. Roos, Waldorp, 1804. N°. 13, als door Lievens. 1801. N°. II. Inv. 1808. N°. 58. als door Mierevelt. Meerman, 1808. N°. 30. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert, N°. 3. — Cat. 1809. N°. 193. Verkocht 4 Aug. 1828 te Amsterdam. Maria van Utrecht, door P. Moreelse. Gekocht 22 Juni 1803. Cat. Waldorp, 1804. N°. 14, als door Moreelse. Inv. 1808. N°. 47. Meerman, 1808. N°. 21. 30 Juli 1808 ontvangen Cat. 1809. N°. 212. door Smissaert. N°. 4. Lumey, door Rembrandt. [Studiekop, Rembrandts vader genoemd]. Gekocht Nov. 1808 van Rottiers. 22 Dec. 1S08 ontvangen door Tenninck
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
N°.
—
134.
Cat. 1809. N°. 254.
Kapitein Ripperda, door Fr. Hals. Inv. 1808. N°. 16. Meerman, 1808. N°. 259. 22 Dec. ontvangen door Temminck. N°. 112. Cat. 1809. N". iio. Michiel Adriaensz. de Ruyter, door F. Bol [met een verschiet vol schepen, door W. van der Velde]. S Febr. 1799 gevraagd door Temminck om te doen wegnemen uit een kamer in gebruik bij de marine op 't Prinsenhof te Amsterdam. In de 7 Dec. 1800 verzonden «korte beschrijving", 16 Jan. 1801 gepubli-
—
—
—
—
ceerd. 1804.
—
N°.
Cat. Waldorp, 1801. N°. 64. 31.
—
Meerman,
—
1808. N°. 53.
Roos, 1801. N°. Inv. 1808. N'.
—
16.
—
Waldorp,
92.
—
Cat. 1809.
N°. 37Portret van denzelfde. 14 Mei 1800 gezien door Temminck en Roos in 't Zeecomptoir te Rotterdam. 23 Mei 1800 autorisatie. Portret van denzelfde, door F. Bol. 1808 gezonden door de Amiraliteit van Zeeland. Aucke Stellingwerf, door Lodewyck van der Helst. Cat- Waldorp, 1804. N°. 44. Gekocht 11 Aug. 1803. Inv. 1808. Cat. N°. 141. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 19. 1809 N°. 119. Comelis Tromp en Margaretha van Raephorst, door J. Mytens. Cat. Waldorp, 1804. Gekocht van P. C. Huijbrechts, ii Mei 1803. Inv. 1808. N°. 128, 132. Meerman, 1808. N°. 102, 106. N°. 36. 37. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. log, iio. Cat. 1809. N°. 216. Maerten Harpertsz. Tromp en Comelia Teding v. Berckhout [School van Mierevelt]. Cat. Waldorp, 1804. Gekocht 11 Mei 1803 van P. C. Huybrechts. Inv. 1808. N°. 54, 55. Meerman, 1808. N°. 32, 33, als door Mierevelt. Alléén de vrouw, 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 26, 32. Cat. 1809. N°. 198. N°. 128.
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
209 Witte Corn. de With.
—
—
Cat. Waldorp, 1801. N°. 65. Roos, 1801. N°. 17. Waldorp, 1804. Inv. 1808. N°. 160. Meerman, 1808. N°. 133. N°. 41. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 124. Cat. 1809. N°. 407. Corn. de Witt, door J. de Baen. Gekocht 17 Sept. 1806 van P. C. Huybrechts. Inv. 1808. N=. 164. Meerman, 1808. N°. 133. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 120. Cat. 1809. N°. 8. Jan de Witt, door J. de Baen. Gekocht 17 Sept. 1806 van P. C. Huybrechts. Inv. 1808. N°. 139. Meerman, 1808. N". 116. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, Cat. 1809. N°. 5. N°. 121. Dezelfde, door J. de Baen. Cat. Waldorp, 1801. N°. 21. Gekocht 11 Aug. 1803. Inv. 1808. Meerman, 1808. N°. 266, »klein ovaal". N°. 14. Inv. 1808. N°. 14. Johannes Wtenbogaert, door Mierevelt [School van M. Mierevelt]. Gekocht van P. Huybrechts, 20 Juni 1803. Inv. 1808. K^. 50. Waarschijnlijk thans in het Mauritshuis (Cat. Meerman, 1808. N°. 24.
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
C
—
—
1895, P- 237)-
Dezelfde, door Mierevelt.
Gekocht hage.
—
13 April
1804 van de Remonstrantsche
Cat. Waldorp, 1804. N°. 18.
—
—
—
Gemeente
te
'sGraven-
Inv. 1808. N=. 68, als door
Rem-
—
brandt? Meerman, 1808. N°. 40. Cat. 1809, als Praevostius, door? 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 72. Cat. 1808. N°. 380. De Raadsheer Wtenbogaert, door Rembrandt. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert, N°. 11. De Ontvanger Wtenbogaert, door Rembrandt [G Flinck]. Gekocht van van den Heuvel te Utrecht, 1809. Cat. 1809. N°. 253. Johan Amold Zoutman, door C. van Cuylenburg. Mei 1801 gekocht van den schilder. Inv. Cat. Roos, 1801. N". 243. Meerman, 1808. N". 240. Johan Amold Zoutman en Adriana Johanna van Heusden, door Aug. Chr. Hauck. Geschenk 15 Juli 1803 van J. Zoutman. Cat. Waldorp, 1804. N". 45, Inv. 1808. N°. 164, 169. Meerman, 1808. N°. 136, 138. 22 Dec. 46. 1808 ontvangen door Temminck, N°- 126, 127. Cat. 1809. N°. iii.
—
—
—
—
—
—
—
—
—
Hoogerbeets met familie, door Th. de Keyser. [Portretstuk van een vader, moeder en drie dochters]. Cat. Waldorp, 1804. Gekocht 20 Juni 1803 van P. C. Huybrechts. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, Inv. 1808. N^. 72. N°. 17. N'. 86. Cat. 1809. N°. 165. Van der Werff [Portretstuk van een heer en dame] door Dou en Bercliem. Inv. 1808. Cat. Waldorp, 1804. N°. 11. Gekocht 11 Aug. 1803. Meerman, 1808. N°. 6. N°. 31. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. Cat. 1809. N°. 72. N°. 10. (N.B. niet als v. d. Werfif). Maximiliaan van Oostenrijk, door Holbein. [Jonkman, door den Meister des Todes Mariae, Joost van Cleef]. Waldorp, 1804. Roos, 1801. N°. 100. Cat. Waldorp, 1801. N°. 98. Aug. 1808 Inv. 1808. N°. 29. Meerman, 1808. N°. N°. 86. Cat. 1809. N°. 135. ontvangen door Smissaert. N°. 3.
— —
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
4—2
14
2IO Hoorne. [Een onbekend door N°.
krijgsoverste,
door W. de Geest].
—
Juni 1805 van Trip-van Limburg Stirum, 1805, als Mierevelt, gerestaureerd. Inv. 1808. N°. 36. Meerman, 1808.
Geschenk 10.
15
—
—
—
22
Dec.
1808 ontvangen
door Temminck. N°.
65.
—
Cat.
1809. N-. 384.
Hugo de
Groot. [Jongen in een studeervertrek, door Adr. van Gaesbeek].
—
Aangeboden door Roos, 3 April
—
1801. Cat. Roos, 1801. N°. 12. Waldorp, 1804. N°. 16. Inv. 1808. N". 40. Meerman, 1808 N°. 13.— Cat. i8og. N°. 99. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 15. Vrouwshoofd, door Pordenone [Palma Vecchio]. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 4. Cat. Waldorp, 1801. N°. iio. Waldorp, 1804. N°. 71. Inv. 1808. N°. 198. 13 Febr. 1809 vermeld als in den Haag gebleven. N°. 132. Thans in het Mauritshuis (Catal.
—
—
—
—
—
—
—
—
1895 p. 282).
V.
Adam
en Eva, door Cornelis Comelisz. overgebracht uit Haarlem.
1804
Een
BIJBELSCHE HISTORIE.
—
—
1805
gerestaureerd.
—
Inv.
i8o8.
Cat. 1809. N°. 104. N°. 177. offerande van Cain en Abel [door Simon Vouet].
Loo
—
2. Cat. Waldorp, 1801. N°. 109, als door Waldorp, 1804. N°. 83. Inv. Roos, 1801. N°. 102. 1808. N°. 184. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 56. Verkocht Amsterdam 4 Aug. 1828. Cat. 1809. N°. 338. Loth en zijne dochters, door Romanelli [Jacopo Palma Giovine]. Roos, 1801. N°. 90 Waldorp, 1804. Cat. Waldorp, 1801. N°. 92. Inv. 1808. N°. 190. Is in 1885 uit het Mauritshuis naar het N°. 75. Rijksmuseum gezonden. De ontmoeting van Jacob en Esau [Copie naar Rubens]. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 4. Waldorp, 1801. iSoi gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. AValdorp, 1804. N°. 80. Inv. Cat. Roos, 1801. N°. 103. N°. III. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 132, »een 1808. N°. 185. Cat. 1809. N°. 265. schets". Melchisedek, door S. Vrancx [School van Rubens]. Roos, 1801. N°. 105. Waldorp, 1804, Cat. Waldorp, 1801. N°. 112. Inv. 1808. N°. 181. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 354). N°. 82. Het regenen van de Manna. Cat. Roos, 1801. N". 104, als door S. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 2. Waldorp, 1804. N°. 81. Inv. 1808. N°. 182. Cat. 1809. Francx. Verkocht 4 Aug. 1828. N". 15, als door H. van Balen. David en Abigaël, door Breugel en van Balen [H. Rottenhammerj. Waldorp, 1S04. Roos, i8oi. N°. 199. Cat. Waldorp, 1801. N°. 8. Inv. 1808. N°. 126. N°- 262 13 Febr. 1809, als in den Haag gebleven Thans Mauritshuis (Cat. 1895 P- 34i)vermeld. N°. 106. David en Nathan, door Bramer. Roos, 1801. N°. 184, Waldorp, 1804. Cat. Waldorp, 1801. N°. 188. N°. 197.— Inv. 1808. N°. 215.— 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 98.
Inv.
Le
Sueur.
18 Sept. 1798. kist
—
—
—
—
—
—
— —
—
—
—
—
—
—
—
—
— —
—
—
—
—
—
—
—
—
—
— —
—
—
—
—
—
21
1
Kopie van een altaarstuk in 't klein, met 2 deuren met glazen paneelen. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 2. De hemelsche vader op de wolken, door Gaule Bacier [Italiaansche school,
XVIIe Eeuw].
—
Waldorp, 1804. N°. 74, als de Drieëenheid, door Inv. 1808. N°. 191. Gaudi. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 193). vermeld. N°. 92, als door Maratti. De boodschap aan Maria [School van Rubens]. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist z-— 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zoSWIonderwerp. Cat. Waldorp, 1801. Roos, 1801. N''. 231, als door Lange Jan. N°. 199 als door Lange Jan. Waldorp, 1804. N°. 232, als door Lange Jan. Inv. 1808. N°. 256. Cat. 1809. N°. 266. 4 Aug. 1828 verkocht. Het huwelijk van Maria, door Fra Angelico [School van Ferrara]. Waldorp, 1804. N°. 67, als door Sebast. del Cat. Roos, 1801. N°. 84. Inv. 1808. N°. 192. Piombo. 30 Sept. 1808 ontvangen door Smissaert Cat. 1809. No. 95. N°. 24. Besnijdenis, door L. Bramer. Cat. Waldorp, 1801. N°. 187. Roos, 1881. N°. 185. Waldorp, 1804. N°. 198. — Inv. 1808. N°. 216. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 184. De wijzen uit het Oosten [Copie naar Jeronimo Bosch]. Cat. Roos, 1801. N°.88.
—
—
—
^^e
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
Inv. Loo, iS Sept. 1798, kist
5.
Kindermoord van Bethlehem, door Corn.
Cornelisz.
In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, Cat. Waldorp, 1801. N". 100. zonder onderwerp. Roos, 1801. N°. 95. Waldorp, 1804. N°. 89. Cat. 1809. N°. 105.
—
—
—
—
Kindermoord, door Comelis Cornelisz. 1804 overgebracht uit Haarlem.
—
Cat. 1809. N°. 106.
—
Thans Maurits-
huis (Cat. 1895 p. 79). Heilige familie [Maria, Joseph, het kind Jezus en Anna], door Rubens.
—
Roos, 1804. No. 230 »Maria met 't slapend Cat. Waldorp, 1801. N°. 200. Waldorp, 1804. N°. 228. kind op schoot, waarbij Joseph en Anna". 2 Aug. 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 4. Heilige Familie, door Barotius [Fra Bartolomeo della Porta]. Roos, 1891. N°. 109, «Geestelijke ordonCat. Waldorp, 180 1. N°. 97. Vermoedelijk nantie". Inv. 1808. N°. 204. 1805 gerestaureerd.
—
—
—
—
—
—
thans in het Mauritshuis (Cat. 1895 p. 14). Eenige heilige maagden spelende met het kind Jezus, door «een zeer ouden meester".
—
Roos, 1801. Waldorp, 1801. N°. 102, »Oud Gothische schilderij". Waldorp, 1804. N°. 84, >Een oud klooster met verschillende heiligen". Inv. :8o8. N°. 204, Eenige heiligen. — 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 135, als door van Eyck. Cat.
N'.
106.
— —
Heilige familie. 1808.
Maria met
Geschenk van van Spaen.
—
Cat. 1809. N°. 453
kind Jezus, Jozeph, Johannes, Paulo Veronese. 1808. Geschenk van van Spaen. Inv. Heilige familie, door Verhoek. Inv. 1808. N°. 285. 't
—
St.
1
Catharine en engelen, door
808. N°. 183.
— Cat. 1808. N°. 328. «4*
212 Maria met het kindje, [door Q. Matsys]. Inv. Loc, i8 Sept. 1798, kist 5. Cat. Waldorp, tSoi. N°. q6, als door Mabuse. Roos, 1801. N°. 91. Waldorp, 1804. N°. 85. Maria het kind kussend, door Mabuse. Inv, 1808. N°. 196. 2 Aug. iSo8 ontvangen door Smissaert. N°. 6. Cat. 1809. N°. 185, als door Mazzuoli. Prediking van Christus tot de visschers, door J. Brueghel. 1808. Geschenk van van Spaen. Cat. 1S09. N". 51. Christus de kinderen tot zich roepend. Grauwtje, door A. Cocxie. Cat. Roos, 1801. N°. iio. Waldorp, 1804. N°. iii. Inv. 1808. N°. 265. De verloren zoon, door Palamedes.
—
— —
— —
—
—
—
—
Inv. 1808. N°. 3.
De onwaardige
door Eeckhout [Nic. Moeyaert]. Nov. 1802 van D. van der Aa. Cat. Waldorp, 1804. N°. 140. 30 Juli 1808 ontvangen door 1805 gerestaureerd. — Inv. 1808. N°. 207.
Gekocht
gast,
Smissaert, N°. 29.
—
—
— —
17
Cat. 1809. N°. 86.
Ecce homo, door Caspar de Crayer. [Copie naar Rubens?] In de 7 Deo. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N°. 88. Roos, 1801. N°. 96. Waldorp, 1804 N°. 78. Inv. 1808. N°. 189. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 23. Cat. 1809. N°. 64. Christus' kruisdraging, door een Italiaansch meester. Cat. Waldorp, 1801. N°. 99. Roos, 1801. N°. 92. Waldorp, 1804. N°. 88, 1808. N°. 205. als door M. van Heemskerck. Inv. 13 Febr. als in den Haag gebleven vermeld N°. 95, als door Frans Floris. Christusbeeld [Gekruiste Christus]. [Copie naar A. van Dyck]. 7 April 1800 aan Gogel gesignaleerd in 't Zeecomptoir te Rotterdam. In de 14 Mei 1800 gezien door Temminck en Roos. 23 Mei autorisatie.
—
—
—
— —
—
—
—
—
—
—
—
7
Deo.
beschrijving-, 16 Jan. 1801 gepubliceerd. — Cat. — Roos, 1801. N°. 30. — Waldorp, 1804. N°. 58. — Inv. — Meerman, 1808. N°. 134. — Cat. 1809. N°. 451.
1800 verzonden
Waldorp,
1801.
i8o8. N°. 163.
N°.
49.
De
opstanding.
De
Inv Loo, 18 Sept. 1798, kist 3. hemelvaart, door S. Vouet. Cat. Waldorp, 1801. N°. 195.
—
meld
—
Inv. 1808. N°. 175.
den Haag gebleven. N°.
als in
—
13 Febr. 1809 ver-
87.
Christus en Maria.
—
Meerman, 1808. Inv. 1808. N°. 45, 46, als >Charlemagne en zijn vrouw". N°. 17, 18. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 160, 161.
—
—
Cat. 1809. N°. 379.
Salvator Mundi, door
Gekocht 6
—
Juli
Rubens? 1803 van H. C. van Molman.
—
—
Cat.
Waldorp,
1804.
Inv. 1808. N°. 200. N°. 7913 Febr. 1809 als in den Haag geMisschien wel het stuk dat in 1885 van het bleven vermeld. N°. 119. Mauritshuis naar Amsterdam gezonden is (Verslag Rijksmuseum 1885, p.417).
—
Het
laatste oordeel.
30 Mei 1801
uit
den Bosch gezonden.
—
2IJ
HEILIGEN.
VI.
Maria, door S. Francx. Cat. VValdorp, 1801.
Jonge
N^
108.
Jan, door Coxie. In de 7 Dec. 1800 verzonden, St.
—
16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving,
—
zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N°. g$. Roos, 1801. N". 98. Waldorp, 1804. N°. 77. Inv. 1808. N°. 201. 1805 gerestaureerd. Misschien wel 13 Febr. 1S09 vermeld als gebleven in den Haag. N°. g6. het stuk dat in 1885 van het Mauritshuis naar Amsterdam gezonden is (Verslag Rijksmuseum, 1S85 p. 419). Johannes in de Woestijn. [Italiaansche school.] Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 4. Cat. Roos, 1801. N'. 87, als door AValdorp, 1804. N°. 72. — Inv. 1808. N° .193. — 30 Juli 1808 Lanfranco. ontvangen door Smissaert. N°. 25. Cat. 1809. N°. 174. Een hoofd [Johannes], door A. van Dyck. Cat. Roos, i8oi.N°. 246. 29 Aug. 1801 geschonken door A. W. Swart. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, Inv. 1808. N°. 214. 'Schets". Verkocht Amsterdam 4 Aug. 1828. N°. 130. - Cat. 1809. N°. 85. Onthoofding van Johannes den Dooper, door Rembrandt [Carel Fabritius]. Aangeboden door Roos, 3 April 1801. Cat. Roos, 1801. N°. 79. Waldorp, 1804. N°. 91. Inv. 1808. N°. 208. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 30. Cat. 1809. N°. 252. Maria Magdalena, door Correggio. [Hollandsche of Vlaamsche school]. In de 7 Dec 1800 verzonden, 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. Cat. Waldorp, iSoi. N°. 94. Roos, 1801. N°. 80. Waldorp, 1804. N°. 64, als door Carlo Dolci. Inv. i8ó8. N°. 199. Thans 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 94.
—
—
—
—
—
—
—
—
—
— —
—
—
—
—
—
—
— —
—
—
—
Mauritshuis (Cat. 1895 p. 170). Dezelfde, door Carlo Maratti.
In de
7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N°. 87. Roos, 1801. N°. 82. Waldorp, 1804. N°. 65. 30 Juli 1808 ontvangen 1805 gerestaureerd. door Smissaert. N". 26, als door Andr. del Sarto. Cat. 1809. N°. 62, als door Correggio. Dezelfde, door Titiaan [Guercino]. Waldorp, 1804. Cat. Waldorp, 1801. N°. 90. Roos, 1801. N°. 81. N°. 63. Inv. 1808. N°. 206. 30 Juli 1808 1805 gerestaureerd. ontvangen door Smissaert. N°. 28. Cat. 1809. N°. 277. Dezelfde, [door Jan ScorelJ. 1804 overgebracht uit Haarlem. 1805 gerestaureerd. Toen al aan Scorel toegewezen. Inv. 1808. N°. 202 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 27. Cat. 1809. N°. 278. Dezelfde, door A. van Dyck. [Copie naar Titiaan]. In de 7 Dec. 1800 verzonden, 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. Cat. 1809. N°. 84. Dezelfde, door A. van Dyck. Waldorp, 1804. N°. 230. Cat. Waldorp, i8oi. N°. 198. Roos, 1801 N". 232. 1805 verdoekt. Inv. 1808. N°. 286. 30 Juli 1808 ontvangen door
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
Smissaert. N°. 33.
—
—
—
—
214 De doop van den MoormaD, door
Brueghel en van Balen [H. Rottenhanimer]. Roos, 1801. N°. 200. Waldorp, 1804. N°. 263. Inv, 1808. N°. 227. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 106. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 342). Verzoeking van St. Antonius, door D. Teniers. Verk. Bicker 1809. Cat. 1S09. N°. 303. Een monnik [St. Hieronyraus], door Math. Naiveu. Cat. Waldorp, 1801. N°. 138. Waldorp, 1804. Roos, 1801. N°. 160. N°. 147. Inv. 1S08. N°. 248, als door een discipel van Dou. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 147. Cat. 1809. N°. 217. Portret van een munnikje, door J. van Staveren. Cat. 1809. N°. 288. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 45. Eene geestelijke ordonnantie [St. Theresia in verrukking], door Maratti. Cat. Inv. 1808. N°. 194.. Roos, 1801. N°. 85. Waldorp, 1804. N°. 68. Eene geestelijke ordonnantie, [St. Theiesia in devotie], door Ciro Ferri. Cat. Roos, 1801. N°. 86. Waldorp, 1804. N°. 69. Cat.
Waldorp,
N°.
1801.
—
9.
— —
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
MYTHOLOGIE EN OUDE GESCHIEDENIS.
VII.
Neptunus [door Inv.
Jordaens].
J.
Loo,
18
Sept.
1798,
kist
6.
—
In de
Dec.
7
1800 verzonden en
—
Cat. Walde Geboorte van Venus. Roos, 1801. N°. 234, als Neptunus en Amphitrite. Waldorp, 1804. N°. 231. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 44. Cat. 1809. N°. 162. Verkocht Amsterdam 4 Aug. 1828. Vijf alleruitmuntendste schilderijen, door G. de Lairesse. Mars, Venus en Amor. Mars, Venus en Amor. Diana en Endymion. Bacchus en Ariadne. Venus, Adonis en Amor. 28 Jan. 1799 gevonden door Roos boven deuren en schoorsteenen te Soestdijk. In de 9 Febr. 1799 doen wegnemen door Temminck. 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving. 7 Dec. 1800 verzonden en Roos, 1801. N°. 170, Cat. Waldorp, 1801. N°. 161, 162, 172, 174, 183. Waldorp, 1804. N°. 185, 186, 187, 188, 189. Inv. 173, 174, 175, 176.
16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp.
dorp,
1801.
N°.
197, als
—
—
—
—
—
—
—
—
—
1808. laatste
252,
253,
255, 257, 258.
stuk verkocht
—
1828.
—
— —
Het Het stuk met Bacchus
Cat. 1809. N°. 169, 170, 171, 172.
Amsterdam, 4 Aug.
—
en Adriadne is thans in het Mauritshuis (Cat. 1895 p. 207). Zeven schoone landschappen door J. Glauber, gestoffeerd, door G. de Lairesse, o. a. Mercurius en lo, Diana in het bad en Vertrek van Adonis ter jacht. In de 7 Dec. 9 Febr. 1799 te Soestdijk weggenomen door Temminck. Cat. 1808 verzonden, 16 Jan. gepubliceerde beschrijving, zonder aantal. Waldorp, 1801. N°. 133, 135, 137, 157, 171, 173, i8g (171 en 173 als gestofRoos, 1801. N°. 145, 146, 147, 180. 181, 182. feerd door Tideman). Inv. 1808, 223,224, Waldorp, 1804. N°. 155, 156, 157, 193, 194, 195, 265. 248, 262, 263, 272. — Vier hiervan 13 Febr. 1809 vermeld als in den Haag Het vertrek van Adonis Cat. 1809. N°. 96. gebleven. N°. 120—123.
—
—
—
—
ter jacht
is
—
—
—
thans in het Mauritshuis (Cat. 1895 p. 125].
—
215 Venus en Adonis, door Th. Willeboorts. Cat. Waldorp, iSoi. N°. io6. Waldorp, 1804. N°. 268. Inv. 1808. N°. 225, 13 Febr. 1809 vermeld als in den Haag gebleven. N°. 143. Thans Mauritshuis (Cat. 1805 p. 482).
—
—
—
—
Bacchus, Ceres en Cupido met minnewichtjes [Sine Cerere et Baccho Venus]. [Copie naar Rubens]. Cat. Roos 1801. N°. 213. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 351).
friget
—
Venus [door Amor
door [Adr.] van der Werff.
gekust],
—
Cat. Waldorp, 1801. N°. 107. Roos, 1801. N°. 99. - Waldorp, 1804. N°. 90. 22 Dec. i8o8 ontvangen door Temminck, als Psyche en Cupido. Cat. 1809. N°. 344.
— —
Een
jager met honden, door
J. de Udine. [.Adonis, Holl. School]. Waldorp, 1801. N°. 89. Roos, 1801. T^°. 89. Waldorp, 1804. N°. 66, als door Schiavone. Inv. 1808. N°. 180, als St. Hubert, door Schiavone. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 129.
— —
Cat.
—
—
—
Cat. 1809. N°. 280.
Venus en Adonis— Meleager en Atalante. Grauwtjes door J. de Wit. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving. Roos 1801. N°. 211, 212. Cat. Waldorp, 1801. N°. 190 en 192.
—
Cupido
slaapt. [Italiaansche School].
Cat. AValdorp,
N°.
igg.
als
—
—
Roos, )8oi. N°. 186. N°. 175. Waldorp, 1804. een Fransch meester. Thans Mauritshuis (Cat.
1801.
—
door
1895 P- 524).
Hymen den
leeuw aan den band houdende, door G. Flinck [Th. Willeboorts]. Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N"". 105. Roos, 1804. N°. 97. Inv. 1808. N°. 266. 13 Febr. 1809 vermeld als in den Haag gebleven. In de
7
—
N°. ïoi.
Thans Mauritshuis
(Cat. 1895 p. 482).
Hetzelfde onderAverp, door Honthorst. Cat.
Waldorp,
—
N°. ig6.
N°.
1801.
186.
No. 222.
Inv. 180S.
—
—
— —
—
—
Roos, 1801. N°. 183. vermeld
—
13 Febr. 1809
Waldorp 1804. den Haag
als in
gebleven. N°. 195.
Faun met Nimfen en Saters, door J. Amiconi. Gekocht 9 Juli 1802 van D. van der Aa. 1805 gerestaureerd
—
Inv. 1808. N°. 176.
—
Cat. Waldorp, 1804. N°. 139.
—
Amsterdam verzonden (Verslag Rijksmuseum, Godenmaal, door Cornelis Cornelisz. 1804 overgebracht uit Haarlem. N°. 254. 13 Febr. 1809 vermeld
—
Thans Mauritshuis Paris, die
als
1805
1885 N°. 429).
gerestaureerd.
gebleven
in
—
Inv.
den Haag. N°.
1808. 218.
—
(Cat. 1895 p. 81).
den appel ontvangt.
—
Cat. Waldorp, 1801. N°. 93, als door Waldorp, 1804. N°. 93, als door Parmigiano. Inv. 1808. N°. 212. N°. 73. 1805 gerestaureerd. wedloop [Hippomenus en Atalante], door Abr. Bloemaert. In de 7 Dec. iSoo verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, Roos, i8oi.N°. 164. zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N°. 104. Waldorp, 1804. N°. 195. 13 Febr. 1809 vermeld als gebleven in den Inv.
Loo,
Pannini.
18
—
—
Een
—
—
1885 van het Mauritshuis naar
Sept.
Roos,
1798, kist 4.
—
—
Haag. N°.
—
1801.
173.
—
—
Thans Mauritshuis
—
(Cat. 1895 P- 3o)-
—
2l6 Het uitdeden der burgerkroon door Aeneas, door
F. Bol.
8 Febr. 179Q vraagt Temminck het te laten wegnemen uit de kamer der Convooien en Licenten te Amsterdam op het Prinsenhof28 Maart 1799 uitgenomen. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Juni 1801 gepubliceerde Roos,i8oi. N° 179. beschrijving. Cat. Waldorp, 1801. N°. 163. Cat. 1809. N°. 35. Waldorp, 1804. N°. 171, Inv. 1808. N°. 251. Menelaus die zijn zoon doet onthoofden. [Titus Manlius Torquatus], door F Bol. 8 Febr. 1799 vraagt Temminck het te laten wegnemen uit de kamer der Convooien en Licenten te Amsterdam op het Prinsenhof - 28 Maart 1799 uitgenomen. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 180 gepubliceerde beschrijving. Cat. Waldorp, 1801. N°. 167. — Roos, 1801. N°. 178. Waldorp, 1804. N°. 170. Inv. 1808. N°. 251. Cat. 1809. N°. 36. Diogenes. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 3. Cleopatra, door Guido Reni. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N°. 103. Roos, 1801. N°. 94Waldorp, 1804. N°. 76. Inv. 1808. N°. 179, als naar Reni. 13 Febr. Thans Mauritshuis 1809 vermeld als in den Haag gebleven. N°. 90.
—
— —
—
— —
—
— —
1
—
—
—
—
—
—
—
—
—
(Cat. 1895 p. 525).
Man
in
de gevangenis door de borsten
Inv.
Cimon en 1808.
Loo
18 Sept. 1798, kist
zijner dochter gevoed.
2.
Pera.
Geschenk van van Spaen.
VIII.
—
Cat. 1809. N°. 454.
NEDERLANDSCHE GESCHIEDENIS.
Twaalf schilderijen, de veldslagen van Claudius Civilis. [Reeks van 12 tafereelen uit den opstand der Batavieren tegen de Romeinen], [door Otto van Veen]. In de 7 Dec. 1800 verzonden 17 Juni 1799 ontvangen door Temminck. en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving. Cat. Waldorp, 1801. N°. 164-166, 168-170, 177-182. Roos, 1801. N°. 187-198. Waldorp, 1804, 172—183. — Inv. 1808. N°. 79-90. Meerman, 1808. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 93—104. N°. 55—66.
—
—
—
—
—
—
—
Cat. 1809. N°. 323.
Historiestuk.
—
1808. Geschenk van van SpaenCat. 1809. N°. 452. Ordonnantie op de Reformatie, door Brueghel. [Zielenvisscherij, door A. van de Venne]. In de 7 Dec. 1800 verzonden beschrijving, 16 Jan. 1801 gepubliceerd. Waldorp, 1801. N°. 28. Roos, 1801. N°. 31. — Waldorp, 1804. N°. 169.—
—
1805
gerestaureerd.
—
Inv.
1808.
N°. 136, als Geestelijke Visscherij.
door Temminck- N°. 57. — Cat. 1809. N°. Allegorie op den afstand van Karel V, 1555, door Frans Francken II. Inv. 1808. N°. 61. 1885/06 gekocht van George. Meerman, N°. 34. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 79. Cat. 22 Dec. 1808 ontvangen
—
—
—
—
—
13.
1808. 1809.
N». 93.
door H. Cz. Vroom. Haarlem. Inv. Meerman, 1805 gerestaureerd 22 Dec. 1800 ontvangen door Temminck. N°. 158.
Gevecht op de Zuiderzee, 1804
overgebracht
1808. N". 164,
—
1573,
uit
—
—
—
217 Nieuwpoort, 1600. Loo, iS Sept. 1798, kist i. De intrede van Nieuwpoort. Inv. Loo, 18 Sept. 179S, kist i. Het overzeilen der galeien van Spinola, 1602, door H. Cz. Vroom. In de 7 Dec. 1800 verzonden beschrijving, 16 Jan. iSoi gepubliceerd. Cat. Waldorp, 1801. N°. 42. - Roos, 1801. N°. 23. Waldorp, 1804. Inv. Meerman, 1808. N°. log. N°. 47. Inv. 1808. N°. 24. 22 Dec. 1808 ontvangen door Teraminck, N°. 115. Cat. 1809. N°. 339. De kat, die de bel wordt aangebonden, door E. van de Velde. Cat. 1809. N°. 314. Verk. Mr. Bicker, 1809. Afdanking der Waardgelders, 1618, door P. van Hilligaert. Aangeboden door Roos 3 April 1801. Cat. Roos, 1801. N". 24. Waldorp, 1804. N°. 54. Inv. 1808. N°. 62. Meerman, 1808. N°.35. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N". 80. Cat. 1809. N°. 129. Gevecht bij het verbreken van 't Bestand, door D. Teniers Sr. [Oevecht, door een onbekenden meester]. Gekocht 20 Juni 1803 van P. Huybrechts. Cat. Waldorp, 1804. Inv. 1808. N°. 133. Meerman, 1808. N°. 107. N°. 49. 22 Dec. Cat. 1809. N°. 297. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 113. Frederik Hendrik [en Ernst Casimir] vóór den Bosch in 1629, door Palamedes [Paulus van Hüligaert]. Roos 1801. N°. 25. Waldorp, 1804. Cat. Waldorp, 1801. N°. 35. Meerman. 1808. N°. 29. 22 Dec. N°. 50. Inv. 1808. N°. 56. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 81. Cat. 1809. N°. 395. Uittocht van het gamisoen uit den Bosch, 1629, door E. van de Velde [Paulus van Hilligaert]. Inv. 1808. Gekocht 11 Aug. 1803. Cat. Waldorp, 1804. N". 51. N°. 53. Meerman, 1808. N°. 27. 22 Dec. i8o8 ontvangen door Temminck, N°. 75. Cat. i8og. N^. 313. Slag op het Slaak, 1631, door S. de Vlieger. Cat. Waldorp, 1804. N°. 48. Inv. 1808. N°. 60 1805 gerestaureerd. Meerman, 1808. N°. 33. 22 Dec. i8o8 ontvangen door Temminck. N". 78. Cat. 1809. N°. 334. Overgave van Hulst, 1645, door H. de Meyer. Inv. 1808. N°. 25. Meerman, 1808. N°. iii. Cat. 1809. N°. 190. Grauw opschrift. [Gedenkstuk op Frederik Hendrik, door Salomon de Bray]. Inv. Meerman 1808. N°. 241. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 44). Vrede te Munster, 1648. [Copie] door G. ter Borch. Gekocht 1803. Cat. Waldorp, 1804. N°. 62. Inv. 1808. N°. 77, als copie naar ter Borch. 22 Dec. 1808 Meerman, 1808. N°. 49. ontvangen door Temminck. N°. 92. Cat. 1809. N°' 305. Springen van 'tKruidhuis te Delft, 1652, door Egbert van der Poel. Gekocht 11 Aug. 1803. Cat. Waldorp, 1804. N". 53. Inv. 1808. N°. 134. Meerman, 1808. N°. 108. 22 Dec. 1S08 ontvangen door Temminck. N°. 114. Cat. 1809. N°. 232. Slag bij Livomo, 1653, door R. Zeeman. In de 7 Dec 1800 verzonden be30 Aug. 1800 gekocht van Roos. schrijving, die 16 Jan. 1801 gepubliceerd is. Cat. Waldorp, 1801. N°. 83. Roos, 1801. N°. 26. Inv. 1800. N°. 48 Meerman, 1808. N°. 22. 23 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 70. Slag
bij
Inv.
—
—
—
—
— —
—
—
—
—
—
—
—
C —
—
— —
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
— —
—
2l8 •Het Kielhalen van den Chirurgijn", door L. Verschuier. 22 Sept. 1800 gesignaleerd door Roos en 10 Nov. 1800 gekocht van In de 7 Dec. 1800 verzonden beschrijT. Munnikhuysen te Rotterdam. Cat Waldorp, 1801. N°. 86 Roos, ving, 16 Jan. 1801 gepubliceerd. Inv. 1808. N°. 135. Waldorp, 1804. N°. 109. Meerman, 1801. N°. 28. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 118. 1808. N°. 260.
—
— —
—
—
—
—
—
Cat. 1809. N°. 329.
Tocht van Willem III naar Engeland, door H. de Meyer. [Vertrek van Karel II van Scheveningen, 23 Mei 1660]. Cat. Waldorp, 1804. Gekocht 6 Juli 1803 van H. C. van Holman. 22 Dec. 1808 N°. 60. Inv. 1808. N°. 74. Meerman, 1808. N°. 45. ontvangen door Temminck, N°. 88. — Cat. 1809. N°. i8g. De inhaling van de Witt, door L. Verschuier. [Aankomst van koning Karel II
—
—
—
—
Rotterdam, 24 Mei 1660]. 28 Febr. 1803 gekocht van P. C. Huybrechts. Cat. Waldorp, 1804. N°. 56. Inv. 1808. N°. 137, goed beschreven. —Meerman, 1808. N°. 110. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 116. Cat. 1809. N°. 330. Het aan boord gaan van Jan de Witt, 1665, door L. Backhuyzen. Meerman, 1808. N°.38. 1805/06 gekocht van Josi. Inv. 1808. N°. 66. Cat. 1809. N°. 8. 30 Juli 1808 ontv. door Smissaert. N°. 7. Tocht naar Chatham, 1667, door [toegeschreven aan] Peeters. Inv. 1808. N°. 65. 22 Dec. 1808 ontvangen Meerman, 1808. N°. 37. door Temminck. N°. 83. Cat. 1809. N°. 231. De lijken der gebroeders de Witt, 1672, door J. de Baen. Vermeld door Roos, 28 Aug. 1801. Cat. Waldorp, 1804. No. 57, als door J. van Mieris of de Baen. Inv. 1808. N°. 64, als door J. de Baen. Meerman, 1808. N°. 36. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. te
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
N°.
—
82.
—
Cat. 1809. N°.
—
4.
Bestorming van Coevorden, 1672, door P. Wouwerman. Cat. Waldorp, 1804. N°. 59. Inv. 1808. N°. 57. Meerman, i8o8. N°. 31. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 73. Cat. 1809. N°. 363. Gevecht [Slag aan de Boyne, 1690], door J. van Huchtenburg. Gekocht 20 Juni 1803 van P. C. Huybrechts. Cat. Waldorp, 1804. Inv. 1808. N°. 20, goed beschreven. N°. 149. Meerman, 1808. N°. 253. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 119. Cat. 1809. N°. 150. Eugenius en Marlborough te paard in den slag by Hochsted, 1704, door J. van Huchtenburg. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N°. 136. Roos, 1801. N°. 144. Waldorp, 1804. N°. 148. Inv. 1808. N°. 247. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 138. De ramp van Leiden, 1807, door J. Hansen. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 108.
—
—
—
—
—
—
—
—
—
IX.
—
—
—
—
—
ALLEGORIE.
Een der uitmuntendste blafonnen
[Apollo en de verdwijnende nacht], door G. de Lairesse. In de 7 Dec. 9 Febr. 1799 te Soestdijk weggenomen door Temminck. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, — Cat. Roos, 1801. N°. 169. - Waldorp, 1804. N°. 184.
—
219 Drie grauwtjes, door de Lairesse. In de 7 Dec. 1800 verzonden, 16 Jan. iSoi gepubliceerde beschrijving. De vier jaargetijden, door J. Jordaens. Roos, N°. 233, als door Rubens en JorCat. Waldorp, 1801. N^. 196.
—
—
daens.
Waldorp, 1804. N'.
229,
als
een der capitaalste stukken van
Rubens. grijsaard die den Adem Spaansche school]. Inv. Loc, 18 Sept. 1798,
Een
ving,
16 Jan.
N". 91. N°. 178. N°. 287.
De
[Voorstelling van
uitblaast.
kist 2.
—
de Vergankelijkheid,
In de 7 Dec. 1800 verzonden beschrij-
1801 gepubliceerd, als door Ribera.
—
Cat. Waldorp, 1801.
— Roos, 1801. N°. 83. - Waldorp, 1804. N°. — 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°.
70. 22.
— Inv. — Cat.
1808.
1809.
Nijd.
Inv.
Loc
18 Sept. 1798, kist 3.
Het Gehoor. Inv.
Log
Rome op den
18 Sept. 1798, kist 3. throon, door G. de Lairesse.
—
—
—
Roos, 1801. N°. 171. Waldorp, 1804. N°. 190. Cat. 1809. N°. 168. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 57. Rome van den throon, door G. de Lairesse. Roos, 1801. N°. 172. Waldorp, 1804. Cat. Waldorp, 1801. N°. 185. Cat. 1809. N°. 169. N°. 191. 30 Juli ontvangen Smissaert. N°. 58. Allegorie [op de Gerechtigheid], door van Peenen [Gabr. Metzu]. Roos, 1801. N°. 168, door als T. van Cat. Waldorp, iSoi. N". 158. Waldorp, 1804. N°. 264. Peenen aet. 76. 13 Febr. 1809 als in den Haag vermeld, als door Metsu. N°. 100. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 232). Kindertjes in 't grauw, door Jan de Wit. Cat. 1809. N°. 351.
Waldorp,
1801. N°. 184.
—
—
—
—
—
—
—
—
—
X.
Een
kleine marine met
TOPOGRAPHIE.
Amsterdam
in
't
verschiet,
door A. Sterk.
gezonden door Engelberts. Gezicht op Haarlem, door de Vries. 22 Aug. 1800
—
Meerman 1808. N'. 160. Haarlem?], door Saenredam en Ostade. Cat. Waldorp, 1804. Gekocht 20 Juni 1803 van P. C. Huybrechts. Inv. Meerman, 1808. N°. 161, als >kerk N°. 152, als >kerk te Leiden". Cat te Haarlem." 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert, N°. 37. Inv. 1808. N°. 268.
Kerk
[te
—
—
—
—
1809. N°. 270.
Huis
Heemstede, door Joh. Janson. Meerman, 1808. N°. Inv. 1808. N°. 236. Gekocht u Aug. 1803. Cat. 1809. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 137. i57-
te
—
—
—
—
N°. 156. Het Stadhouderlijk Kwartier. Inv.
Een
Loo
18 Sept. 1798, kist
3.
gezicht van de Kalvermarkt in 22 Dec. 1808 ontvangen door
den Haag, door Valois.
Temminck. N°.
155.
2
Ruïne van het huis
te
Teylingen.
Cat. Waldorp, iSoi. N°. 7*.
Meerman,
i8oS. N°.
—
50.
—
—
22
20
Roos, Dec.
1801. N°.
1808
210.—
Inv. 1808. N".
8.
—.
ontvangen door Temminck.
N°. 84 Cat. 1809. N°. 377. Teylingf n in welstand, door J. Kassei [Het Huis Nieuw-Teylingen, door Niels Rode]. Cat. Waldorp, 1804. N°. 315. Inv. 1808. N°. 7. Meerman, 180S.
—
N°. 255. N°. 378.
Het Valkhof
—
—
22 Dec. 1808 ontvangen
door Temminck. N^.
— Cat.
85.
i8og.
Nijmegen, door J. van Goyen. Inv. 1808. N°. 78. Meerman, 1808. gekocht van George. N°. 51. Cat. 1809. N°. 98. 30 Juli 1808 ontv. door Smissaert. N°. 20. Romeinsche markt, door J. van der Ulft. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepublicerde beschrijving, Roos, 1801. N°. zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N°. 150. Inv. 1808. N°. 211. 22 Dec. 1808 Waldorp, 1804. N°. 151. 135Cat. 1809. N°. 309. ontvangen door Temminck, N°. 133. 4 Aug. 1828 te
1805/06
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
verkocht.
Ruïne
in
Rome, door Canaletto
[Carlevaris?]
Cat. Waldorp, 1801. N°. 144. 13
het
Febr.
1809 als
Mauritshuis
in
—
Roos, 1801. N°. 140.
—
Inv. 1808. N°. 187.
den Haag gebleven vermeld. N°.
(catal.
1895
p.
54)
en
dus
niet
88.
eerst
—
—
Thans in door koning
Willem I verworven. Ruïnes in Rome, door Canaletto [Carlevaris?] Cat. Waldorp, 1801. N°. 146. Roos, 1801. N°. 141. Inv. 1808. N°. 188. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 88. thans in het Mauritshuis (catal. 1895 p. 55) en dus niet eerst door koning Willem I verworven. Aan den Tiber te Rome, door F. de Moucheron. Cat. Waldorp, 1804. N°. 106. ^o JuH 1808 ontvangen door Temminck, N°. 46. Cat. 1809. N°. 215. 4 Aug. 1828 verkocht. Wijnoogst achter Sorento, door Ph. Hackert,
—
—
—
—
— —
—
Cat. 1809. N°. 109.
XI.
Een
GENRE.
met een vrouw], door Q. Brekelencam. Nov. 1802 van P. C. Huybrechts. Cat. Waldorp, 1804. N". 94. 22 Dec. 1808 ontv, door Temminck. N°. 153. Cat. 1809 N°.44. Binnenhuis, met een vrouw met kind aan de borst, door G. Dou. Cat. Waldorp, 1804. N". 93. 1805 gerestaureerd. 13 Febr. als in den Haag gebleven vermeld. N°. iii, als door Dou of Slingeland. Boerenherberg, door C. Dusart. 2 Aug. 1808 ontvangen door Smissaert. N". 8. Een kindje, door Fr. Netscher. stuk [Heer spreekt
Gekocht
—
— —
17
—
—
Inv. 1808. N°. 264. Keukenstuk, door J. Olis. 1801, geschenk van A. W. Swart. Cat. Roos, 1801. N". 245. Waldorp, 1804. N°. ICO. Inv. 1808. N°. 275. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 141. Cat. 1809. N°. 372, als door H. Mz. Sorgh.
—
—
—
—
—
—
221 Boerenhuishouding, [door Egb. Inv. Loo. i8 Sept. 1798, N°. 233-
v. d- Poel].
kist
Stroosnijder, door P[ieter] Potter.
5.
—
Cat. VValdorp, 1S04. N". 97.
—
1809.
—
Cat. 1808. N°. 245. 1808, geschenk van van Spaen. Schoenmakerswinkel. door Brouwer [Dav. Ryckaert III]. Gekocht 28 Febr. 1S03 van P. C. Huybrechts. Waldorp, 1804. N°. 145. Cat. 1S09. N°. i, als door van Arp. 30 Juli 1808 ontv. door Smissaert,.N°. 40. Chirurgijnswinkel, door H. Mz. Sorg. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan- 1801 gepubliceerde beschrijving, Cat. Waldorp, 1801. N°. 155. zonder onderwerp. Roos, 1801. N°. 138 Waldorp, 1804. N°. 126 >frappant zonlicht", als door Koedyck. 30 Juli Cat. 1809. N°. 281, als door Slingeland. 1808 ontv. door Smissaert. N°. 39. Kwakzalver, door Jan Steen. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, Roos, 1801. N°. 137. Waldorp, 1804. N°. 124. zonder onderwerp. Inv. 1808 N°- 280. 22 Dec. i8o8„ontvangen door Temminck. N°. 146. Cat. i8og. N°. 292. De familie van Jan Steen, in een schuit gaande, door Jan Steen. Cat. 1809. N°. 289. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 43. Boerenbruiloft, door Jan Steen. Cat. Waldorp, 1804. N°. 135. Gekocht 11 Aug. 1803. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 150. Cat. i8og. N°. 290. Drie rookende boeren, door D. Teniers. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 3. Inv. 1808. N°. 269. Cat. 1809. N°. 298. 4 Aug. 1828 te Amsterdam verkocht. Een gezelschap van boeren, door D. Teniers. Cat. 1809. N°. 299. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 48. Twee bedelaars, man, vrouw en hond, door D. Teniers. Gekocht 15 Jan. 1801 van J. B. de Lega. Cat. Roos, 1801. N°. 161. Waldorp, 1804. N°. 95. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 49. Cat. 1809. N°. 300. 4 Aug. 1828 te Amsterdam verkocht. Oud haspelend vrouwtje met kaarslicht, door D. van Tol. Inv. 1808. N'. 282. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 148. Cat. 1809. N°. 308. Bloemengietende oude vrouw in een'nis, door D. van Tol. Cat. Roos, 1801. N°. 163. Gekocht 15 Jan. 1801 van J. B. Lega. Inv. 1808. N". 274. Waldorp, 1804. N°. 146. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert, N°. 59. Cat. 1809. N°. 307. 4 Aug. 1828 te Amst. verkocht. Boerenkermis. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 3. Een burgerwoning, door Janson. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 4. Een ketelschuurster, door van Strij. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 157. Het Spaansch heidinnetje op Majorca. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist i. Vroolijke speelman, door A. de Vois. Wellicht gekocht 10 Sept. 1804, verkooping Baron van Leyden van Warmond. Inv. 1808. N°. 270. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 50. Cat. 1809. N°. 336. 4 Aug. 1828 te Amsterdam, verkocht.
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
— —
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
— —
~
— —
—
—
23 2
Een rencontre
[Ruitergevecht], door A. Cuyp.
—
1808 ontvangen door Temminck. N°. 149. Cat. 1809. N". 67. Rencontre, door Wouwerman. Cat. Waldorp, 1801. N°. 151. Roos, 1801. N°. 134. Waldorp, 1804. N°. 150. 1809. N°. 364. Verkocht 4 Aug. 1828 te Amsterdam. Ruitergevecht, door Huchtenburg. 1805/06 gekocht van George. Inv. 1808. N°. 259. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°, 140. Cat. 1809. N°. 151. 22 Dec.
—
—
—
—
—
—
—
LANDSCHAPPEN.
XII.
Drie landschappen. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist
Twee
5.
landgezichten. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist
2.
Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist
2.
Rots.
Landschap met figuren, koeien en schapen, door Nic. Berchem. Gekocht 11 Aug. 1803. Cat. Waldorp, 1804. N°. 128 >bekend door 22 Dec. 1808 ontvangen door de prent door dien meester zelf geëtst'. Temminck. N°. 145. Cat 1809. N°. 27. 4 Aug. 1828 te Amsterdam
—
—
—
—
verkocht.
Een landschap, door Berchem.
—
Temminck. N°. 159. Cat. 1809. N°. 28. — Amsterdam verkocht. avondlandschap met een kudde door 't water wadende, door
22 Dec. 1808 ontvangen door
4 Aug. 1828 te
Een J.
Italiaansch Blinkvliet.
—
—
Aug. 1800 gezonden door Engelberts. Cat. Roos, 1801. N°. 58. Waldorp, 1804. N°. 108. Landschap met kudde o. a. een roodbonte koe, door M. Carré. 22 Aug. 1800 gezonden door Engelberts. Cat. Roos, 1801. N°. 155. Waldorp, 1804. N°, 158. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven ver22
—
—
—
meld, N°. 107.
Een landschap,
zonlicht, met drie beelden, door A. Cuyp. Waldorp. 1804. N". 99. Inv. 1808. N°. 261 of als in den Haag gebleven vermeld. N°. 129. Landschap, door van der Hagen. 22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 2.
—
Cat.
Amsterdam
—
4
—
13 Febr. 1809
Aug.
1828
te
verkocht.
Italiaansch landschap, door 22 Aug. 1800
Waldorp,
277.
1804.
meld. N°. 99.
J.
v.
Huj'sum.
gezonden door Engelberts.
—
N°.
105.
—
—
Cat. Roos, 1801. N°. 108.
13 Febr. i8og als in
Thans Mauritshuis
den Haag gebleven
(Cat. 1895 p. 189).
Landschap, door Konings en Poelenburg [Alex. KeirinckJ. Roos, 1801. N°. 143. Cat. Waldorp, 1801. N°. 149.
—
—
—
ver-
—
—
Waldorp,
1804.
Inv. 1808. N°. 260. N°. 154. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 103. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 198). Landschap. [De rijschool], door Lingelbach. Cat. Waldorp, 1804. N°. 160. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert.
—
—
N°. 35 «een manege".
—
Cat. 1809. N*. 182.
—
223 Maneschijntje [De vloed, door Egb. van der Poel]. Inv. 1808. N°. 283. 13 Febr. 1800 vermeld als in den Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 288). N°. 247.
—
—
Landschap met
Haag
gebleven.
door P. Potter. gekocht van J. B. de I.ega. Cat. Roos, 1801. N°. 164, drie koeien waarvan een door een boerin gemolken wordt. Waldorp, 1S09. N°. 243. 1804. N". 98. 4 Aug. 1828 te Amsterdam verkocht. Groote waterval, door J. van Ruisdael. Cat. Waldorp, 1804. N°. 144. Gekocht n Aug. 1803. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 51. Cat. 1809. N°. 267. Waterval, door J. van Ruisdael. Gekocht 5 Mei 1802 van R. Meurs Pruyssenaer. Cat. Waldorp, 1804. N°. 129, als de waterval van Schaflhausen. 30 Juli 1808 ontvangen Cat. 1809. N°. 268. door Smissaert. N". 52. 1825 geruild met het 15
Jan.
vee, drie beesten,
—
1801
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
Mauritshuis.
Twee landschappen, door W.
Schellings.
Cat. Roos, 1801. N". 149, 150.
Landschap en veldgezicht met verscheiden Ph.
Wouwerman. Cat. 1809. N°. 355.
—
4 Aug. 1828 te
figuren,
paarden en bijwerk, door
Amsterdam
verkocht,
Landschap met paarden [Paardenwed], door Ph. Wouwerman. Gekocht 5 Mei 1802 van R. Meurs Pruyssenaer. Cat. Waldorp, 1804. Inv. 1808. N°. 281. N°. 121. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 53.
— - Cat.
—
—
1809. N=. 359.
een fontein, met twee paarden en een ezel, door P. Verbeek. 22 Aug. i8co gezonden door Engelberts. Cat. Roos, 1801. N°. 159. Waldorp, 1804. N°. 107. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven
Pleisterplaats
bij
—
—
—
vermeld. N°. 109.
Landschap met een vrouwtje te paard, door J. Wynants. 22 Aug. 1800 gezonden door Engelberts. Inv. 1808. N°. Landschap met een lastdragenden ezel, door J. Wynants. 22 Aug. 1800 gezonden, door Engelberts. — Cat. Waldorp,
—
241.
1804. N°. 159.
Inv. 1808. N°. 242.
De
boerenwoning, door J. Wynants. Verk. Mr. Bicker, 1809. Cat. 1809. N". 367. Landschap [met vee], door J. Wynants en A. van de Velde. Cat. Roos, 1801. N°. 162. 15 Jan. 1801 gekocht van j. B. de Lega. Waldorp, 1804. N°. 127. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N". 41. 1809. N°. 365. Wintergezicht, door Nic. Berchem. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 36.
—
—
—
—
—
XIII.
ZEEGEZICHTEN.
uitzeilen van de vloot van Chatham [Het admiraalzeilen], door Cuyp [Joh. van de Cappelle]. Gekocht 11 Aug. 1803. Cat. Waldorp, 1804. N°. 35, als door Capelle. Inv. Meerman, 1808. N°. 39. Inv. 1808. N°. 66. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N". 8. Cat. 1809. N". 335, als door S. de Vlieger.
Het
— — —
—
—
224 Twee
zeegezichtjes,
door A. Stork.
Cat. Roos, 1801. N". 151, 152.
Twee
zeegezichten in Nederlandsche havens, door A. Storck.
Gekocht
Aug.
ii
—
1803.
Waldorp,
Cat.
1804. N". 163, 164.
—
Inv. 1808.
—
N°. 239, 240. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 398). Zeegezicht, door Vitringa. Inv. 1808. N°. 243.
Twee
zeegezichtjes,
door Vitringa.
Inv. 1808. N°. 237, 238.
Water en Woelend Water, door W. v. d. Velde. 22 Deo. Gekocht 11 Aug. 1803. — Cat. Waldorp, 1804. N". 122, 123. 1808 ontvangen door Temminck. N°. 151, 152. Cat. 1809. N°. 318, 319. Verkocht Amsterdam 4 Aug. 1828. N°. 140, 141. Storm aan de kust, door L. Backhuysen. 1805/06 gekocht van Roos. 22 Dec. 1808 ontInv. 1808. N°. 289. vangen door Temminck. N°. i. Cat. 1809. N°. 7.-4 Aug. 1828 te Stil
—
—
—
—
—
Amsterdam verkocht. Water en Woelend Water, door Rietschoof. 22 Aug. 1800 gezonden door Engelberts. — Waldorp, 1804. N°. 132, 133. Twee zeestukjes, door Rietschoof. Stil
Cat. Waldorp, 1804. N°. 161, 162.
Woelend
—
Cat. Roos, 1801.N''. 153,
154.—
1809. N°. 256.
water, twee stuks, door N. Baur.
22 Dec. 1808 ontvangen door Temminck, N°. 143, 144. Zeestorm [Schipbreuk], [door H. Kobell]. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 6. — In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N°. 148 Roos, 1801. N". 136. — 1805 gerestaureerd. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N". tio. In 1885 uit het Mauritshuis naar het Rijksmuseum gezonden.
—
—
—
—
XIV.
ARCHITECTUUR.
De Predikheerenkerk
te Antwerpen, door P. Neefifs. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, Cat. Waldorp, 1801. N°. 147. zonder onderwerp. Roos, 1801. N°. 142. Inv. 1808. N°. 209. Waldorp, 1804. N'. 153, als gestoffeerd door Jan Heus.
—
30
—
Juli 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 31. in de oude Kerk te Delft], door H. C.
Kerkje [Gezicht
Gekocht
17
—
— —
—
Nov. 1802 van D. van der Aa.
—
—
—
Cat. 1809. N°. 218.
van Vliet. Cat. Waldorp,
1804. N°. 96.
—
Inv. Meerman, 1808. N°. 162. 30 Juli 1808 ont1805 gerestaureerd. Cat. 1809. N°. 349, als door E. de Witte. vangen door Smissaert, N°. 42.
—
Kerk
te
Haarlem [Gezicht
1808.
N".
163.
—
in
22
de
St.
Bavo], door
Is.
van Nickelen.
Inv.
Meerman.
Dec. ï8o8 ontvangen door Temminck. N°.
156.
—
door P. Saenredam. door P. Neeffs. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1801 gepubliceerde beschrijving, Cat. Waldorp, 1801. N°. 139. zonder onderwerp. Roos, 1801. N°. 157, Waldorp, 1804. N°. 131, >een kerkje te Brussel". als de >St. Gudule". Inv, 1808. N°. 271. 2 Aug. 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 5. Cat. 1809. N°. 271, als
Een Kerk
[bij
kaarslicht],
—
— —
Cat. 1809. N°. 219.
—
—
—
—
225 Trap
in het St. Agatha-klooster te Delft [Portaal in
een Traptoren].
—
Cat. Waldorp, 1804. N". 52. Geschenk 24 Jan. 1803 van D. van der Aa. 1808. N°. 49. — 22 Dec. 1808 ontvangen Inv. Meerman, 1808. N°. 23. door Temminck, N°. 71, als door J. Vermeer. — Cat. 1809. N°. 187.
—
—
JACHT EN GEVOGELTE.
XV.
Jacht op een krokodil, door Rubens. Inv. 1808. N°. 287. 24 April 1804 gekocht van P. C. Huybrechts. 1808. N°. 287. 30 Juli i8o8 ontvangen door Smissaert. N°. 34. 1809. N°. 285 als door Snyders.
—
—
Vossenjacht, door Carl Ruthard.
— Inv.
—
Cat.
—
Gekocht 12 Jan. 1803 van P. C. Huybrechts. Juni 1805 schoongemaakt door Cuylenburg13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. Wellicht de aan Adriaan Beeldemaker toegeschreven vossenN°. 142. jacht in het Mauritshuis te 'sGravenhage (Cat. 1895 p. 16).
—
—
Berenjacht, door Carl Ruthard.
—
Gekocht 12 Jan. 1803 van P. C. Huybrechts Juni 1805 schoongemaakt Inv. 1808. N°. 274. door Cuylenburg. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 242.
—
—
Tacbstuk, door P. Boel.
In de 7 Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. iSoi gepubliceerde beschrijving vermeld, zonder onderwerp. Cat. Waldorp, 1801. N^. 71. Roos, 1801. Inv. 1808. N°. i. N°. 248. Waldorp, 1804. N°. 267. 13 Febr1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 115.
Groot
schilderij
—
met dood
Cat. Waldorp, «66.
—
Inv.
— —
—
—
N°.
1808.
door P. Boel. Roos,
wild,
1801. N°.
—
131.
—
2.
Febr.
13
—
Waldorp, 1804, den Haag gebleven
1801. N°. 123.
1809 als in
vermeld. N°. 115.
Stuk met vreemd gevogelte. Cat. Waldorp, 1801. N°. 159.
De
bedreigde zwaan, door Jan Asselyn.
Gekocht Amsterdam
Juni 1800.
11
—
In de 7 Dec. 1800 verzonden be-
schrijving, 16 Januari 1801 gepubliceerd.
Roos, 1801. N°.
Meerman, N°. 21.
—
27.
—
N°.
1808.
—
Cat. Waldorp, 1801. N". 30.
Waldorp, 1804. N°.
—
115.
Cat. 1809. N°.
30 Juli
119.
Inv.
1808. N°.
138.
—
door Smissaert,
2.
Vier kapitale stukken. (De Ekster in Bespiegeling,
Hen met
—
1808 ontvangen
De
Hofstede,
De
Menagerie,
kuikens), door Melchior d'Hondercoeter.
—
9 Febr. 1799 door Roos gezien in de Vestibule te Soestdijk. In de 7 Dec. 1800 verzonden en 1799 weggenomen door Temminck. 16 Jan. gepubliceerde beschrijving, zonder aantal. Cat. Waldorp, 1801. 28 Jan.
—
—
N°. 141, 145, 152, 156. 1804. N°. 120, 141, 142. Inv.
1808.
Smissaert.
Hen met
N°.
267,
N°.
38,
kuikens
is
143.
288.
47,
—
Roos, 1801. N°.
—
142.
—
Een
30 Juli
—
Cat.
4 Aug. 1828 te
130,
131,132,
134.
—
Waldorp,
—
hiervan in 1805 gerestaureerd. 1808 drie hiervan ontvangen door 1809.
N°. 137, 142, 143, 144. verkocht.
Amsterdam
—
De
—
220 Dood en levend
wild [De Hofstede], door J. Weenix. Dec. 1800 verzonden en 16 Jan. 1 801 gepubliceerde beschrijving. VValdorp, 1804. Cat. Waldorp, 1801. N°. 128. Roos, 1801. N*. 122. N°. 118. Inv. 1808. N°. 284. 30 Juli 1808 ontvangen door Smissaert.
In de
7
N°. 32.
Vreemd
— — Cat.
— —
—
1809. N°. 340.
gevogelte.
Inv.
Loo, 18 Sept.
XVI.
1798, kist
i.
BLOEM- EN FRUITSTUKKEN.
Bloemstuk. Inv.
Loo, 18 Sept. 1798,
kist 2.
Bloemstuk. Inv. Loo. 18 Sept. 1798, kist
Een
5,
stuk [Bloemen], door Rachel Ruysch.
Gekocht
— Twee
10
Mei
1802 van Jurriaan Oudorp.
— Cat. Waldorp, 1804. N". 102.
—
13 Febr. 1809 als in den N°. 91. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 p. 362) bloemstukken [Vruchten], door Joh. Linthorst. 2
—
Inv. 1808. N°. 276.
—
April 1802 gekocht van den schilder.
Haag gebleven vermeld.
— Cat. Waldorp,
1804 N°. 103, 104.
Een hiervan nog aanwezig.
Bloemstuk, door Morel. 2 Aug. 1808 ontvangen door Smissaert. N°. 7. Cat. 1809. N°. 214. Fruit, door J. D. de Heem. Roos, 1801. N°. 156. Cat. Waldorp, 1801. N°. 140. Waldorp, 1804. N°. 130. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 114. Fruit, door C. de Heem. Cat. Waldorp, 1801. N°. 142. Roos, 1801. N°. 148. Waldorp, 1804. N°. loi. 13 Febr. 1809 als in den Haag gebleven vermeld. N°. 104. Thans Mauritshuis (Cat. 1895 P- i44)Fruitstukje met een pijp. Inv. Loo, 18 Sept. 1798, kist 2.
—
—
—
—
—
—
—
—
.
LUST DER PLATEN. De
nationale relieken, ii Maart 1795 naar de Vergaderzaal der Staten-Generaal gebracht. Gravure van R. Vinkeles Tegenover Isaak Jan Alexander Gogel. Schilderij in het bezit van den » heer W. C. Burger te Antwerpen Cornelis Sebille Roos. Schilderij door Adriaan de Lelie in » het bezit van Dr. P. F. van Hamel Roos te Amsterdam Het Huis in 't Bosch in het jaar 1782. Prent van C. Bogerts » naar een teekening van H. Pothoven > De bedreigde zwaan, door Jan Asselyn Jan Gerard Waldorp. Teekening in het bezit van den heer > H. P. Gerritsen te 's-Gravenhage Plattegrond van de Nationale Konstgallery, geteekend door » J. G. Waldorp in 1801, in het Rijksarchief te 's-Gravenhage Plattegrond van een Kamer en een Kabinet der Nationale > Konstgallerj', geteekend door denzelfden Everhardus Temrainck. Teekening in het bezit van de dames > Temminck te 's-Gravenhage Diploma van vrijen toegang. Gravure door R. Vinkeles > naar een teekening van J. G. Waldorp Prent van het in 1805 uitgegeven galerijwerk »Bataafsche » Kunstgallery"
De Besogne-Kamer
te
's-Gravenhage.
Hodges
in
het
8
»
14
»
18
>
20
•
28
»
38
>
40
«42 »
60
»
66
•
76
»
>
80
»
»
88
»
»
96
»
>
iio
»
»
120
Teekening van G.
Toorenburg in het Gemeente-Museum te 's-Gravenhage Mr. Carel Gerard Hultman. Physionotrace door Gonord Mr. Johan Meerman. Gravure van F. John naar een schilderij van L. L. Boilly Lodewijk Napoleon, Koning van Holland. Schilderij door Charles Howard Amsterdam
blz.
Rijksmuseum
Cornelis Apostool. Schilderij door Charles in het Rijksmuseum te Amsterdam
te
Howard Hodges
é
BÏNDfNG SECT. OCT 2
N 24,60 ïtó
1
1969
Moes, Ernst Wilhelm De Nationale konstgallery
PLEASE
CARDS OR
DO NOT REMOVE
SLIPS
UNIVERSITY
FROM
THIS
OF TORONTO
POCKET
LIBRARY