‘Grafische Termen’
Geachte bezoeker, Met de zoekfunctie kunt u een zoekterm invoeren. Wanneer deze niet gevonden wordt, kunt u dat melden en zullen wij uw vraag z.s.m. aan onze lijst toevoegen.
[email protected]
A Afbreken De zetter laadt de computer automatisch woorden afbreken wanneer deze niet meer op de regel passen. Aflopend drukken Het bedrukte loopt door tot de rand van het papier. Hiervoor moet de opmaak minimaal 3 mm groter zijn aan de aflopende zijdes. Afwerken Alle handelingen die nadat een vel gedrukt is nog nodig zijn om tot het eindproduct te komen. Ai Bestandsformaat voor een Adobe Illustrator bestand. Akte-envelop Envelop met de sluiting (klep) aan de korte zijde. Alfanumeriek Alle 26 letters uit het alfabet en de getallen 0 t/m 9. Ansichtkaart Een in de volksmond gebruikte term voor een papierformaat van 150 x 100 mm. Auteurscorrectie Een correctie door de opdrachtgever na een gemaakte drukproef waarbij de correctie niet het gevolg is door een fout van de zetter.
B Bankpost Papiersoort welke meestal wordt gebruikt voor briefpapier en goed beschrijfbaar is. Banderen Voorzien van een papieren wikkel Bestandsformaat De manier waarop een bestand is opgeslagen op de computer. Het bestandsformaat wordt aangegeven met de extensie. Binnenwerk Het deel van een boekwerk wat niet tot de omslag word gerekend. Bitmapping Het ontstaan van vierkante blokjes / kartels in een afbeelding doordat de resolutie van de afbeelding te laag is. Black Zwarte drukkleur. Bladzijde Een bladzijde/pagina is een zijde van een vel papier in een boek, krant of tijdschrift. Bold Dik/vet gedrukt. Boren Het aanbrengen van 1, 2 of 4 ronde gaten in het papier. Breedlopend De vezels in het papier liggen evenwijdig aan de korte zijde van het papier.
B Briefkaart Een in de volksmond gebruikte term voor een papierformaat van 150 x 100 mm. Brocheren Het vervaardigen van tijdschriften. (met 2 nietjes in de rug) Brocheren linnen band Boek waarvan de rug is bekleed met een linnen strook, maar het voor- en achterplat zijn beplakt met bedrukt papier. Brocheren ringband Boek waarbij er gebruikt is gemaakt van een 21-rings plastic ringband. Meestal in combinatie met transparant voor- en achtervel.
C Centreren De tekst steeds in het midden van de zetbreedte plaatsen. CMYK De afkorting voor Cyaan, Magenta, Yellow en Key. Wordt standaard toegepast in vierkleurendruk. Key staat hierbij voor zwart. Contourletter Een vorm van een letter waarbij alleen de omtrek zichtbaar is. Corps (Korps) Lettergroote, meestal aangegeven in punten. Couverteren Het machinaal vouwen en insteken van items in een envelop. Cursief Schuin gedrukte tekst. Cyaan Blauwe drukkleur uit CMYK.
D Data services Alle werkzaamheden die te maken hebben met dataverwerking (Redactionele werkzaamheden, beheren van adressenbestanden, data-entry (hardcopy ingeven van bestanden), digitaliseren van gegevens (pre-press werkzaamheden), verwerken en analyseren van enquêtes) Diapositief Zwart (negatief) wordt wit en andersom. Dienstenvelop Envelop zonder venster met de sluiting (klep) aan de lange zijde. DPI (dots per inch) Dots per Inch, afbeeldingen dienen minimaal 300DPI te zijn. Lijnen en teksten 600DPI. Drukken Het via een machine aanbrengen van inkt op een voorwerp, veelal papier. Drukproef Een redelijk nauwkeurige weergave van de pagina’s zoals deze er uiteindelijk gedrukt uit komen te zien. DTP (Desk Top Publishing) Het van te voren met de computer opmaken van drukwerk. Duotoon Manier van drukken waarbij er maar 2 kleuren worden gebruikt.
E Elektronische prepress Het van te voren met de computer opmaken van drukwerk. Envelop formaten EA5/6: 110 x 220 mm C6: 114 x 162 mm C5/6: 114 x 229 mm EA5: 156 x 220 mm C5: 162 x 229 mm EA4: 220 x 312 mm C4: 229 x 324 mm Eps Uitwisselbaar vectoren bestand. Etiket formaten Etiket 3x8: A4 vel met 24 etiketten van 70 x 37 mm Etiket 2x8: A4 vel met 16 etiketten van 105 x 37 mm Etiket 2x7: A4 vel met 14 etiketten van 105 x 42 mm Etiket 2x4: A4 vel met 8 etiketten van 105 x 74 mm Etiket 2x2: A4 vel met 4 etiketten van 148 x 105 mm Extensie Digitale beschrijving van een bestand waaraan gezien kan worden welk bestandsformaat wordt gehanteerd.
F Familiedrukwerk Geboortekaarten, trouwkaarten, overlijdenskaarten, etc. Fiat Als je ergens een fiat op geeft, geef je een akkoord voor drukken. Flyer Een flyer is een gedrukt plano product, derhalve geleverd zonder nabewerkingen zoals vouwen of brocheren (leaflet). Font Lettertype. Frequentie Aantal maal per jaar dat een soortgelijke mailing plaats vindt. Fulfilment Het samenstellen van pakketten of documentatiesets, opslag en voorraadbeheer, relatie en artikelbeheer. Full-colour Drukproces opgebouwd uit de vier basis kleuren CMYK, met deze kleuren kunnen bijna alle kleuren nagebootst worden.
G Gehecht gebrocheerd In elkaar gestoken vellen voorzien van twee nietjes. Gesatineerd Papier Papier dat extra glad is gemaakt door het tussen rollen glad te wrijven. Gestreken papier/karton Papier/karton dat is voorzien van één of meer strijklagen van krijt en/of porseleinaarde. Daardoor is het mogelijk er met fijne rasters op te drukken. De strijklaag kan mat, ‘silk’-achtig, glanzend en zelfs hoogglanzend zijn. Gif Bestandsformaat voor het opslaan van een gecomprimeerde afbeelding waarin transparante pixels gebruikt kunnen worden, wordt gebruikt voor het web. Is geen drukformaat. Golvend papier Golvend papier verzoorzaakt plooien of een wazige afdruk. Het probleem is in de regel erger als het papier is blootgesteld aan sterke schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid. Gommen Het aanbrengen van een laagje Arabische gom of ander plakmiddel, zodat dit later bij bevochtiging zal plakken (denk aan enveloppen). Gramgewicht Massa van papier, aangegeven in grammen per vierkante meter, aangeduid als g/m2. Deze aanduiding zegt in principe niets over de dikte van het papier. Grijperwit De extra ruimte van een drukvel waaraan de grijper van de pers het papier kan vastpakken. Deze ruimte kan niet bedrukt worden. Grijsbord Grijskarton welke onder andere wordt gebruikt als onderbord voor (schrijf)bloks.
H Haarlijn De dunste lijn die gedrukt kan worden. Handling Alle werkzaamheden die bij het prepostaal verwerken en verzendklaar maken horen, zowel handmatig als machinaal Harmonica vouw Wijze van parallel vouwen, om en om in tegengestelde richting gevouwen (z-vouw). Hartpagina’s Het midden van een gevouwen katern in een brochure, boek of tijdschrift. Bij tijdschriften of brochures zijn de nietjes op de hartpagina zichtbaar. Houthoudend papier Papier dat voor een deel, meer dan 10%, uit houtslijp bestaat. Houtslijp is pulp van vezels die nog lignine, kitstoffen (incrusten) en hars bevatten. Dit papier vergeelt vrij snel. De duurzaamheid is minder dan bij houtvrij papier. Houtvrij papier Papier dat gemaakt wordt van boomvezels die met behulp van chemicaliën ontsloten en ontdaan zijn van de stoffen die voor een snelle veroudering zorgen. Html Hyper Text Markup Language is programmeertaal voor het bouwen van websites, waardoor tekst, illustraties en links voor de bezoeker van een website zichtbaar en leesbaar zijn. Huisstijl De manier waarop het logo en de teksten op de formulieren, maar ook op de folders, de brochures, auto,s, gebouwen, enz. worden afgebeeld via een zo strak mogelijk stramien, zodat al deze verschillende bedrijfsonderdelen een eenheid vormen.
I Impositite De montage van de pagina’s volgens een inslagschema. Indd Een opgeslagen Adobe Indesign bestand. Inhangen Het bevestigen van een stapel papier in bijvoorbeeld een multo-map. Inktjetten Beprinten met inkt Instelkosten Kosten om een machine in te stellen voor een bepaalde opdracht Inschiet De hoeveelheid papier of karton dat nodig is voor het instellen van een drukpers en de afwerking. Inslagschema Geeft aan hoe de pagina’s op het drukvel moeten worden gedrukt, zodat ze na het vouwen en brocheren op de juiste volgorde staan. Inspringen Wordt soms voor gekozen bij het starten van een nieuwe alinea. Interlinie De afstand tussen 2 regels. Italic Schuin gedrukte tekst.
J Jpeg Bestandsformaat voor het opslaan van een afbeelding waarop compressie is toegepast. Details verdwijnen.
K Kabinetenvelop Envelop voor het verzenden van een in drieën gevouwen vel A4 (210x297 mm > 99x210 mm). De envelop heeft doorgaans het formaat 110 x 220 mm en heeft de klep aan de lange zijde. Kapitalen Tekst in hoofdletters. Karton Papiermateriaal met een gramgewicht hoger dan 170 g/m2. KIX-code De KIX-code is een eenvoudige streepjescode gebruikt door de Post NL welke gebruikt kan worden bij mailings. Klein kapitalen Hoofdletters welke net zo groot zijn als de normale onderkast letters. Kleurafwijking Het verschil tussen de gereproduceerde kleur en het origineel. Kleurenwaaier (PMS-waaier) Stalenwaaier met daarin alle Pantone Matching System. Kleuren zijn hierin afgedrukt op een gestreken en ongestreken papiersoort. Koker Buisvormige verpakking voor het verpakken en/of versturen van drukwerk dat niet gevouwen mag worden. Kopij De te zetten teksten aanleveren, getypt en voorzien van aanwijzingen met betrekking tot kapitaal zetten, vet-zetten, cursief, etc.
K Korps Lettergroote, meestal aangegeven in punten (pt). Krimping van papier Papier zal krimpen als het papier vocht moet afstaan aan zijn omgeving. Gebeurd meestal door verhitting. Kruisslag vouwen De tweede V-vouw gaat dwars op de eerste V-vouw.
L Lamineren Het aanbrengen van een transparante folie door middel van warmte. Landscape Liggend formaat. Langlopend De vezels in het papier lopen evenwijdig aan de lange zijde van het papier. Laten lijnen Er voor zorgen dat tekst en beeld op één lijn staan of een haakse hoek maken met elkaar. Lay-out Schets/ontwerp over hoe een pagina eruit moet zien (stramien). Leaflet Een leaflet is een gedrukt plano product, derhalve geleverd zonder nabewerkingen zoals vouwen of brocheren (flyer). Lettercontouren U kunt in sommige software teksten omzetten naar lettercontouren. Voordeel van het gebruik van lettercontouren is dat deze letters vrij schaalbaar worden en op andere computers niet het gekozen font meer aanwezig hoeft te zijn. Linkslijnend De tekstkolommen waarvan de linkse zijde van de kolom gelijk is. Looprichting De wijze waarop de vezels van het papier zitten (langlopend, breedlopend). Luikvouw Folder waarbij 2 flappen naar elkaar toe worden gevouwen en elkaar in het midden net niet raken. Een C-vouw.
M Macromontage De montage van de pagina’s volgens een inslagschema. Mailbag Transparante envelop Magenta Rode drukkleur uit CMYK. Mailing Een rondschrijven welke meestal in grote aantallen geadresseerde (reclame) brieven per post verstuurd wordt. Marges Wit ruimte(n) buiten de zetspiegel van een pagina. MC-papier (Machine Coated) Dat is papier, voorzien van een strijklaag, gesatineerd, halfmat of ‘silk’ en mat. Mengkleur Kleur met een PMS-nummer die speciaal gemengd wordt volgens de mengverhouding van het Pantone Matching System. Micromontage De montage van al de onderdelen op één pagina alvorens deze naar de macromontage gaat. Moiré Ongewenst optisch verschijnsel in de vorm van ‘ruis’ in het gerasterde drukbeeld, het ontstaat doordat de rasterhoeken niet op de juiste wijze uit elkaar liggen. Monotoon Manier van drukken waarbij er maar 1 kleur worden gebruikt.
N Nabewerking Alle handelingen die na het drukken worden uitgevoerd. Denk hierbij aan snijden, vouwen, rillen en stansen zijn, maar ook lamineren, binden, hechten etc. Natuurkarton Effen, wit karton uit zeer goed gebleekte celstof, houtvrij, goed gelijmd, geschikt om te beschrijven, egaal van doorzicht, laat zich goed vouwen. NAW-gegevens Lijst met NAW (Naam, Adres en Woonplaats) gegevens die gebruikt gaan woorden voor een mailing of periodieke verzending. Nesten In elkaar vouwen van documenten Nummeren Het drukwerk per exemplaar voorzien van een oplopend nummer.
O Oblong Liggend formaat. Offset Vlakdrukprocédé waarbij het beeld vanaf een vlakke plaat eerst voorzien van vocht en daarna voorzien van inkt via een rubberdoek wordt overgezet op het papier. Onderkast De kleine letters werden vroeger in de letterkasten (loodzetsel) in het onderste gedeelte opgeborgen, vandaar de term onderkast. Oognieten Hechtnietjes die voorzien zijn van een extra rondgebogen oog aan de buitenkant van het product. Deze ogen worden gebruikt om het product op te kunnen bergen in bijvoorbeeld een ordner. Opmaken DeskTopPublishing (DTP). Origineel Foto, tekening of afbeelding, dat voor reproductie wordt aangeboden. Overzetten Overzetten is het afgeven van de inkt aan de onderzijde van het bovenliggende vel, meestal door een te ‘vette’ inktlaag.
P Papierformaten A0 Papier van het formaat 840 x 1188 mm. A1 Papier van het formaat 594 x 840 mm. A2 Papier van het formaat 420 x 594 mm. A3 Papier van het formaat 297 x 420 mm. A4 Papier van het formaat 210 x 297 mm. A5 Papier van het formaat 148,5 x 210 mm. A6 Papier van het formaat 105 x 148,5 mm. A3+ Papier van het formaat 305 x 440 mm of 305 x 457 mm SRA4 Papier van het formaat 225x320 mm SRA3 Papier van het formaat 320 x 450 mm Parallelvouw Vouw die evenwijdig is aan een eerdere vouw (C-vouw of Z-vouw). Paskruis Hulpteken op een drukplaat, dat het mogelijk maakt om meerdere kleurvormen nauwkeurig (passend) over elkaar heen te monteren en te drukken. Pdf Een Portable Document Format; een WYSIWYG (drukklaar) bestand welke je kunt bekijken met Adobe Acrobat Reader. Om een PDF te maken heeft u een speciale PDF printer nodig (software). Perforeren Afwerkingtechniek waarbij kleine gaatjes in het papier worden gestanst. Personaliseren Het persoonlijk maken van een schrijven door bijvoorbeeld iemand zijn persoonlijke naam en adres mee te drukken. Persvernis Oxidatief drogende offset vernis laagglanzend.
P Pixel Een punt op het beeldscherm. Plano Niet gevouwen, vlak. Platte tekst Een niet opgemaakte tekst. Plotten Printtechniek om grote (kleuren)afbeeldingen te reproduceren in kleine oplages. PMS Pantone Matching System, een universeel kleuren systeem voor drukinkten, ofwel een mengrecept, wordt in de gehele Grafimediabranche gebruikt. Tegenhanger is bijvoorbeeld: RAL-kleuren voor de Verf/Bouw-industrie. Png Bestandsformaat voor het opslaan van een gecomprimeerde afbeelding waarbij pixels ook half transparant kunnen zijn. Postscript Een speciaal ontwikkelde taal waarin onze printers worden aangestuurd. Prepress Al het voorbereidende werk voordat er iets gedrukt kan gaan worden. Printen Het drukken van het door de afdeling DTP vervaardigde werk met toner. Printing on demand Printing on demand is printen (of drukken) op afroep.
P Psd Bestandsformaat voor een photoshop bestand.
R Rar Een bestandsformaat waarnaar je één of meerdere bestanden kunt comprimeren. Raster Patroon van fijne puntjes waardoor een beeld of foto gedrukt kan worden. Rasteren Het halftoonbeeld van een foto met behulp van een camera of scanner omzetten in puntjes zodat het gedrukt kan worden. Rasterliniatuur De fijnheid van een raster wordt vermeldt in dots per inch (dpi). Rechtslijnend De tekstkolommen waarvan de rechtse zijde van de kolom gelijk is. Resolutie De dichtheid van het aantal punten of pixels van een afbeelding. Voornamelijk aangegeven in DPI. RGB RGB is een andere manier van kleuren maken dan CMYK. Beeldschermen en televisies maken hun kleuren met behulp van Rood, Groen en Blauw. Riem Pak van identieke vellen papier. Inhoud is afhankelijk van het gramgewicht. Bijvoorbeeld 500 vellen A4 80 grams papier per riem. Rillen Een groef in papier of karton aanbrengen zodat het makkelijk en recht gevouwen kan worden.
S Satineren Het doorvoeren van papier door een satineerkalander met als doel het oppervlak van het papier te effenen en het realiseren van glans. Scannen Door middel van licht wordt een foto of afbeelding lijn voor lijn afgetast, daarna verdeeld in de vier drukkleuren (Cyaan, Magenta, Yellow en Black). Schermfont Bestand met bitmap-informatie van een lettertype, specifiek voor weergave van het betreffende lettertype op een beeldscherm. Een schermfont kan niet worden gedrukt. Schoon- en weerdrukken Drukwijze waarbij de voor- en achterzijde van één drukvel met dezelfde drukvorm wordt gedrukt. Schoonsnijden Het nasnijden van drukwerk (plano of product) op het gewenste formaat. Schreef Kleine dwarsstreepjes aan een lettertype, zoals bij het lettertype ‘times new roman’. Schreefloos Geen kleine dwarsstreepjes aan een lettertype, zoals gebruikt bij het lettertype ‘times new roman’. Sealen Machinaal verpakken in plastic folie. Striplock sluiting Zelfklevende sluiting van een envelop.
S Synchroon Met twee of meer gepersonaliseerde of geadresseerde items per mailstuk Spanjool Een stofje op de drukplaat zorgt voor een circelvormige afdruk op het papier (vlekje). Stramien Vastgelegde afspraken in een lay-out over de zetbreedte, zetspiegel, paginering enz. van een boek of krant (dmv. lijnen). Waardoor de vormgever meer eenheid en samenhang aanbrengt. Subscript Tekst welke onder de gewone regel uitsteekt. Sulfaatkarton Bijzonder taai, houtvrij karton, gemaakt van sulfaatcelstof uit naaldhout. Superscript Tekst welke boven de gewone regel uitsteekt.
T Tiff Bestandsformaat voor het opslaan van een afbeelding. Toner Toner is een kleurstof die gebruikt wordt in laserprinters en na verhitting het beeld op de afdruk vormt. Trapping Om twee verschillende kleuren exact (zonder storende kieren) naast elkaar te kunnen drukken, moeten aan beide kleuren extra beeld gezet worden. TrueType Een schaalbaar lettertype welke erg goed gebruikt kan worden voor print- en drukwerk. Tussenschieten Het tussenleggen van blanco papier in de drukoplage om te voorkomen dat het drukwerk zal gaan overzetten.
U Uitlijnen Uitmeten, zorgen dat alle tekst en plaatjes op één lijn en haaks staan. Uitslaander Een pagina die buiten het boekformaat open gevouwen wordt. Uitvullen Teksten in blokvorm worden steeds per regel uitgevuld. De witruimten (spaties) tussen de woorden worden verminderd of vergroot om de juiste lengte te krijgen. Uitwaaieren De vellen papier van een stapel van elkaar los maken door er lucht tussen te laten komen.
V Vectoren Tegenovergestelde van bitmap. Tekeningen in vectoren zijn vrij schaalbaar zonder kwaliteitsverlies. Een programma om vectoren in te maken is Adobe Illustrator. Veel gebruikt voor logo’s. Veredeling Beschermingslaag op drukwerk, zoals vernis of laminaat. Vergaren Het verzamelen van losse vellen, waardoor een set of losbladig boekwerk ontstaat. Verlooptint Een tint/beeld dat van licht naar donker verloopt. Verzendlijst Lijst met NAW (Naam, Adres en Woonplaats) gegevens die gebruikt wordt voor een mailing of periodieke verzending. Vouwlijn Dun lijntje dat wordt meegedrukt om later aan te geven op welke plaatst het vel moet worden gevouwen. Vouwen enkelslag Een enkele vouw aanbrengen in het document Vouwen wikkelslag Beide korte zijden van een vel naar binnen vouwen Vouwen kruisslag Het vouwen van een document en vervolgen in tegenovergestelde richting nogmaals vouwen
W Witregel Een regel in een tekst waarop geen tekens staan. Een witregel wordt vaak gebruikt als afscheiding tussen twee onderdelen in een tekst. WYSIWYG What You See Is What You Get en betekent dat het beeldscherm hetzelfde weergeeft op de latere afdruk (PDF).
Y Yellow Gele drukkleur uit CMYK.
Z Zeefdruk Druktechniek waarbij de inkt door een zeef op het te bedrukken materiaal wordt aangebracht, hierdoor zijn ook moeilijk bedrukbare vormen en materialen te bedrukken. Zelfklevend papier Papier dat aan één of beide zijden een kleeflaag draagt (etiketten). Zelfkopiërend papier Papier dat is voorzien van een ‘gevende’ laag die onder druk (ballpoint/typemachine/matrix-printer) reageert op de ‘ontvangende’ laag van een onderliggend vel. Zetfout Een fout die is gemaakt door de zetter. Zetspiegel De ruimte waarin de tekst wordt gezet. Zetten Het intikken van de aangeleverde teksten en deze voorzien van commando’s zodat deze in het juiste lettertype , korps en op de juiste stand kan worden gedrukt. Zip Een bestandsformaat waarnaar je één of meer bestanden kunt comprimeren. Zwart/wit Drukwerk dat alleen met zwarte inkt of toner wordt gedrukt op wit papier.