WERK DIRECT
AAN:
WEBSITE EFFECTIEVE ARBEIDSTOELEIDING
WERK DIRECT Beschrijving van de interventie
Datum beoordeling panel: Datum eerste herziening: Datum tweede herziening:
[27-03-2008] [dd-mm-jjjj] / nvt [dd-mm-jjjj] / nvt
1
Inhoudsopgave 1
Beschrijving van de interventie ....................................................................................................... 3 1.1 Toelichting op de naam van de interventie............................................................................. 3 1.2 Doel van de interventie........................................................................................................... 3 1.3 Doelgroep van de interventie ................................................................................................. 4 1.4 Omschrijving van de interventie ............................................................................................ 5 1.4.1 Methodiek .......................................................................................................................... 5 1.4.2 Onderbouwing: Probleem- of risicoanalyse....................................................................... 7 1.4.3 Onderbouwing: verantwoording doelen en aanpak............................................................ 7 1.4.4 Eisen begeleiding, uitvoering en borging........................................................................... 8 1.5 Beschrijving onderzoek effectiviteit ...................................................................................... 8 1.6 Beoordeling onderbouwing & onderzoek effectiviteit ......................................................... 12 1.7 Overige voorwaarden voor toepassing ................................................................................. 13 1.8 Overige informatie ............................................................................................................... 13
2
1
Beschrijving van de interventie
1.1
Toelichting op de naam van de interventie WerkDirect verwijst naar de lik-op-stuk-aanpak waarbij klanten in Rotterdam direct werk bij de Roteb aangeboden wordt teneinde deze klanten direct uit te laten stromen uit de bijstand. WerkDirect is geen regulier re-integratietraject, maar bedoeld als lik-op-stuk-benadering voor klanten met een risicoprofiel. De inzet is daardoor tweeledig: eerst ligt de focus op mensen confronteren met werk. Voor klanten die dat goed oppakken is vervolgens uitstroombegeleiding beschikbaar. De gedachte is dat het aanbieden van relatief onaangenaam werk betrokkenen op andere gedachten brengt: zij gaan actiever op zoek naar werk dat bij hen past, en/of zij zien af van de uitkering. Daarmee is uitstroom uit de uitkering en niet zozeer een geslaagde re-integratie het vooropgezette doel. Er zijn drie redenen om deze interventie toch in de kennisbank / op de website op te nemen: 1. Deze interventie verkent hoe handhaving en re-integratie effectief gecombineerd kunnen worden; 2. De doelgroep van de interventie bestaat o.m. uit personen die (deels) hun reintegratieverplichtingen onvoldoende nakomen; 3. Het gaat deels om het stimuleren van uitbreiding van uren van mensen die wit in deeltijd werken. NB. Anno 2009 is de projectstatus van WerkDirect opgeheven. WerkDirect wordt nu op alle werkpleinen uitgevoerd. Dit kan betekenen dat de werkwijze per werkplein gaat divergeren.
1.2
Doel van de interventie WerkDirect is het resultaat van samenwerking tussen SoZaWe en Roteb in de gemeente Rotterdam. Klanten die niet willen voldoen aan de arbeidsverplichting krijgen per direct eenvoudig, routinematig werk aangeboden bij Roteb, voor 32 uur per week. Wordt dit werk geweigerd dan wordt de uitkering tijdelijk stopgezet of beëindigd. Diegenen die het baanaanbod accepteren gaan voor drie maanden bij Roteb aan de slag en worden in die periode begeleid naar regulier betaald werk of een baan met loonkostensuppletie. Deze aanpak kan worden getypeerd als lik-op-stuk, disciplinerend, controlerend en hinderend. WerkDirect is een van de interventies die de gemeente Rotterdam inzet om een vermindering van het bijstandsvolume te bewerkstelligen. Sinds de invoering van de WWB op 1 januari 2004, voert SoZaWe Rotterdam een stringent volumebeleid teneinde het aantal bijstandsgerechtigden terug te dringen. Rotterdam wil in 2010 7.500 mensen minder in de bijstand. Vermindering bijstandsvolume.
3
Toets Theoretisch Effectief Zijn er expliciete doelen geformuleerd?
1.3
Ja X
Nee
Doelgroep van de interventie
Voor wie is de interventie bedoeld? Aanleiding voor het project was een onderzoek van de Inspectie Werk en Inkomen waaruit naar voren kwam dat landelijk gezien circa 15 procent van de mensen met een bijstandsuitkering zwarte fraude pleegt. Onder zwarte fraude wordt verstaan het verzwijgen van inkomsten waarover geen belastingen en premies zijn afgedragen, woon- en partnerfraude en vermogensfraude. WerkDirect richt zich op alle burgers die van de gemeente Rotterdam een uitkering ontvangen in het kader van de WWB of de IOAW (de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers) en die voldoen aan één of meerdere van de volgende kenmerken: - Klanten bij wie fraude wordt vermoed. Denk aan klanten die bekend zijn met ambulante beroepen zoals kapster, hulp in de huishouding, schoonmaakster, glazenwasser en schoorsteenveger. Ook klanten die veelvuldig hun rechtmatigheidsformulier (RMF) aan de balie inleveren of klanten van wie de post retour komt, vallen onder het risicoprofiel, omdat het vermoeden bestaat dat men niet woonachtig is op het adres dat bij SoZaWe bekend is. - Klanten bij wie fraude is vastgesteld. - Klanten die onvoldoende medewerking verlenen aan een terugkeer naar de arbeidsmarkt via een re-integratietraject. - Klanten die weigeren een bestaande deeltijdbaan dusdanig uit te breiden dat de uitkering overbodig wordt. - Klanten die agressief gedrag hebben vertoond en daarom een pandverbod opgelegd hebben gekregen. Daarnaast wordt WerkDirect ook kleinschalig ingezet voor specifieke doelgroepen, in het bijzonder bolletjesslikkers en woonwagenbewoners. De doelgroep van WerkDirect wordt verondersteld ten onrechte een uitkering te hebben. Het onderliggende probleem is dat in Rotterdam een kleine 10% van de beroepsbevolking een bijstandsuitkering krijgt. Van deze mensen zit bijna tweederde al meer dan drie jaar in deze situatie. “Dat is een grote sociale schande” stelt de gemeente in het beleidskader werk en reintegratie. “Niet alleen omdat het duur is voor de gemeente (red.: sinds de invoering van de WWB dragen gemeenten de financiële verantwoordelijkheid voor het bijstandsbudget), maar vooral omdat we blijkbaar hebben geaccepteerd dat tienduizenden mensen niet op eigen benen staan, dat ze afhankelijk zijn – misschien wel afhankelijk gemaakt zijn. Rotterdam kan niet zonder deze mensen en deze mensen hebben er recht op serieus genomen te worden. ‘Iedereen werkt mee’, dat is de komende jaren ons parool voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid.” Prevalentie In de stukken wordt de omvang van de doelgroep niet in cijfers uitgedrukt. Wel wordt vermeld dat uit onderzoek van IWI gebleken is dat circa 15 procent van de mensen met een bijstandsuitkering zwarte fraude pleegt.
4
Spreiding De doelgroep is verspreid over de verschillende wijken in Rotterdam. Contra-indicatiecriteria Binnen WerkDirect worden de volgende contra-indicatiecriteria gehanteerd: - klanten ouder dan 57,5 jaar zonder arbeidsmarktperspectief; - klanten van de afdelingen Stedelijke Zorg (speciale doelgroepen zoals dak- en thuislozen en klanten met verslavingsproblematiek); - klanten tot 27 jaar (jongeren gaan of naar school of zijn aan het werk) - klanten zonder arbeidsverplichting op basis van arbeidsmedische of sociaal-maatschappelijke gronden; - klanten die al in een re-integratietraject zitten en zich aan de afspraken met het reintegratiebedrijf houden. Toets Theoretisch Effectief Bevat de documentatie een definitie van de doelgroep met demografische kenmerken en/of aard van de problematiek?
1.4
Ja X
Nee
Omschrijving van de interventie
1.4.1 Methodiek
WerkDirect wordt uitgevoerd door medewerkers van de afdeling Werk en Scholing (W&S) van SoZaWe in samenwerking met medewerkers van Roteb: beide zijn uitvoerende diensten van de gemeente Rotterdam.
Klanten worden in eerste instantie op grond van het risicoprofiel (zoals in paragraaf 1.3 beschreven) geselecteerd. De afdeling P&C levert selecties aan, op grond waarvan de projectmedewerkers tot een definitieve selectie komen.
Daarnaast worden er door de klantmanagers klanten geselecteerd op basis van kennis van hun caseload; Werkpleinen zijn eenmalig in staat gesteld om 20 (extra) klanten voor het project aan te melden. Dit laatste staat bekend als de ‘veegactie’.
Ook is het mogelijk dat klanten zichzelf aanmelden voor het project. Na aanmelding geldt voor hen dezelfde werkwijze als voor de klanten die zijn geselecteerd middels het risicoprofiel.
Wanneer vastgesteld is dat de klant tot de doelgroep behoort, wordt de klant opgeroepen voor een intakegesprek in het kader van de afronding van een doelmatigheidsonderzoek.
Als uit dit gesprek blijkt dat de klant geschikt is om aan het werk te gaan, wordt de klant uitgenodigd om de volgende dag op een centrale locatie te verschijnen om een arbeidscontract te ondertekenen en wordt een op zijn of haar situatie toegesneden werkaanbod gedaan. Voorts wordt de uitkering met onmiddellijke ingang gestopt of opgeschort.
Natuurlijk is het ook mogelijk dat de klant het aanbod weigert. In dat geval wordt de uitkering voor één maand gestopt en volgt er binnen die maand een tweede aanbod om bij de Roteb te gaan
5
werken.
Het gaat om eenvoudig, routinematig werk, voor 32 uur per week. Het betreft functies als medewerker buurt service team, productiemedewerker en schoonmaakmedewerker. Als de klant wederom weigert, volgt stopzetting van de uitkering voor twee maanden. Deze maatregel kan nog eens met twee keer twee maanden worden verlengd.
De medewerkers van WerkDirect benaderen hun klanten overigens niet allemaal op dezelfde wijze. Grofweg zijn er in de ogen van de medewerkers twee soorten klanten te benoemen die totaal verschillend zijn: 1.De ‘hufters’. Deze klanten hebben gefraudeerd, saboteren het re-integratieproces en/of komen hun sollicitatieplicht niet na. Vanuit dat klantbeeld wordt vervolgens de ‘hufterbenadering’ toegepast. Dit betekent dat de klant per direct naar Roteb wordt verwezen. 2.Klanten die als het ware een duw(tje) in de rug nodig hebben. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om klanten die, vaak al jaren, in deeltijd werken in combinatie met een aanvullende uitkering. Bij deze klanten wordt weliswaar gedreigd met verwijzing naar Roteb, maar is er sprake van een onderhandelingsproces. Zij worden in de gelegenheid gesteld om urenuitbreiding bij hun werkgever te realiseren, waarbij de termijn die zij hiervoor krijgen van geval tot geval wordt bepaald. Deze groep omvat ruim een kwart van de geselecteerden. Gelet op deze laatste groep gaat het te ver om WerkDirect als geheel een hufterproject te benoemen.
Na zes maanden opschorting van de uitkering, voert De Afdeling Bijzondere Onderzoeken een bijzonder rechtmatigheidsonderzoek (BRO) uit om na te gaan op welke wijze de klant voorziet in zijn levensonderhoud. Afhankelijk van de uitkomst kan de uitkering dan definitief worden beëindigd.
Ook is het mogelijk dat de klant niet reageert op de oproep voor het gesprek. Indien dit het geval is, wordt de uitkering gestopt of opgeschort.
Het kan ook zijn dat de klant zelf de uitkering opzegt. Diegenen die het baanaanbod accepteren gaan voor drie maanden bij Roteb aan de slag en worden in die periode door een uitstroomconsulent van de gemeente ondersteund bij het vinden van een vervolgbaan na beëindiging van het arbeidscontract bij Roteb. Roteb ontvangt loonkostensubsidie.
Eerst begaven de projectmedewerkers zich van het ene naar het andere SoZaWe-district om de reguliere klantmanagers te ondersteunen bij de selectie van klanten voor WerkDirect en de intakegesprekken te voeren met de klanten. Per 1 april 2008 zijn de projectmedewerkers permanent op de Werkpleinen geplaatst. Wel zal er een roulatieschema van drie maanden worden gehanteerd. Aansluiting wordt gezocht bij de werkzaamheden van de front-officeteams. Toets Theoretisch Effectief Bevat de methodiek een protocol dat / een handleiding die de benodigde handelingen (volgorde, duur, frequentie, intensiteit) en materialen aangeeft?
Ja X
Nee
6
1.4.2 Onderbouwing: Probleem- of risicoanalyse Kenmerken risico of probleem De interventie WerkDirect is een van de interventies die richt zich op het probleem dat in Rotterdam een kleine tien procent van de beroepsbevolking een uitkering krijgt. Van deze mensen zit bijna tweederde al meer dan drie jaar in deze situatie. Dat is niet alleen sociaal onwenselijk, maar ook heel duur. Immers, sinds de invoering van de WWB op 1 januari 2004, dragen gemeenten zelf de financiële verantwoordelijkheid voor het bijstandsbudget. Budgetoverschrijdingen drukken direct op de gemeentelijke begroting, daar waar dit risico in het verleden werd afgedekt door het Rijk. WerkDirect is een van de interventies die de gemeente Rotterdam inzet om een vermindering van het bijstandsvolume te bewerkstelligen. Sinds de invoering van de WWB op 1 januari 2004, voert SoZaWe Rotterdam een stringent volumebeleid teneinde het aantal bijstandsgerechtigden terug te dringen. WerkDirect richt zich op klanten waarvan het vermoeden bestaat dat zij ten onrechte een uitkering ontvangen, bijvoorbeeld omdat ze hebben gefraudeerd, het re-integratieproces saboteren en/of hun sollicitatieplicht niet nakomen. Toets Theoretisch Effectief Is het probleem duidelijk omschreven? Is duidelijk wie het probleem heeft? Is er een analyse gemaakt van de met het probleem samenhangende oorzakelijke, risico-, in stand houdende of verzachtende factoren?
Ja X X
Nee X
1.4.3 Onderbouwing: verantwoording doelen en aanpak Koppeling risico/probleem - doelen - aanpak Verondersteld wordt dat de confrontatie met het werk bij Roteb als onaangenaam ervaren wordt en daarmee een afschrikwekkende werking heeft. Men verwacht dat door dit aanbod te doen veel klanten weer zelf verantwoordelijkheid nemen en (ander) werk gaan zoeken. Ook gaat men ervan uit dat sommige klanten ervoor zullen kiezen geen beroep meer te doen op een uitkering. Verondersteld wordt dat beide effecten resulteren in een daling van het bijstandsvolume. Alhoewel het hier nadrukkelijk geen re-integratietraject betreft, gaat men er wel van uit dat het voor die klanten die wel bij de Roteb aan de slag gaan weer arbeidsritme en werkervaring kunnen opdoen, hetgeen hun kansen op werk verbetert. Werkzame ingrediënten De belangrijkste ingrediënten: - Lik-op-stuk-aanpak: direct een baanaanbod in combinatie met een sanctie indien het aanbod geweigerd wordt; - Het werk dat aangeboden wordt bestaat uit eenvoudige, routinematige werkzaamheden bij Roteb voor 32 uur per week voor de duur van drie maanden; - De sanctie bestaat uit het opschorten en eventueel beëindigen van de uitkering; - Rechtmatigheidsonderzoek in geval van langdurige opschorting van de uitkering; - Inzet van uitstroomconsulenten om de deelnemers te begeleiden naar werk aansluitend op
7
beëindiging van het arbeidscontract met Roteb. Ja Toets Theoretisch Effectief X Is de verantwoording gebaseerd op een samenhangend betoog (een theorie) over met het probleem samenhangende factoren en de veronderstelde werkzame ingrediënten in de interventie (er wordt méér beschreven dan een algemene verwijzing naar een theorie zoals “De interventie is gebaseerd op de sociale leertheorie”)? X Sluit de keuze van de doelen van de interventie aan bij de probleemanalyse? Is aannemelijk gemaakt dat de veronderstelde werkzame factoren in de methodiek leiden tot het bereiken van de genoemde doelen (uit onderzoek, theorie en / of praktijk blijkt dat de methodiek de beoogde doelen bij de doelgroep kan bereiken)?
Nee
X
1.4.4 Eisen begeleiding, uitvoering en borging Eisen uitvoerders en begeleiders WerkDirect wordt uitgevoerd door (project)medewerkers van de afdeling Werk en Scholing (W&S). Het betreft ervaren klantmanagers die achter de doelstelling van het project staan. Door de projectmedewerkers zijn de volgende competenties genoemd die nodig zijn om deze methodiek goed uit te kunnen voeren: - Zakelijkheid (vermijden van discussies met de klant); - Duidelijkheid (goed nagaan of de klant begrijpt wat de bedoeling is); - Niet vatbaar zijn voor intimidatie (voet bij stuk houden als de klant gaat dreigen of emotioneel gedrag vertoont); - Gedegen gesprekstechniek (logische opbouw, taalgebruik aanpassen aan de klant); - Consistentie (het resoluut toepassen van maatregelen bij ongewenst gedrag van de klant).
Borging: Voortgang- en kwaliteitbewaking De cliënten zijn betrokken bij de voortgangsbewaking middels de enquêtes; ook de medewerkers van SoZaWe en Roteb zijn geïnterviewd. Na beëindiging van de uitkering zijn klanten niet verder gemonitord. Zie paragraaf 1.5 De wijze van kwaliteitsbewaking wordt verder bepaald door de uitvoerder.
1.5
Beschrijving onderzoek effectiviteit
Onderzoeksopzet De Sociaal-wetenschappelijke afdeling (SWA) van de gemeente Rotterdam heeft het project geëvalueerd.
8
De looptijd van het project beslaat de periode 1 mei 2005 – 1 augustus 2007. Omdat de gehanteerde methodiek per 1 september 2006 als volledig uitgekristalliseerd wordt beschouwd, loopt de daadwerkelijke onderzoeksperiode van 1 september 2006 tot 1 augustus 2007. SWA heeft verschillende onderzoeksmethoden ingezet: - Analyse van beschikbare documenten; - Schriftelijke enquête onder klanten van wie de uitkering is beëindigd door SoZaWe of door de klant zelf (enquête A, n=230, respons 28%) en onder deelnemers die het werkaanbod bij de Roteb hebben geaccepteerd (enquête B, n=274, respons 44%) om zo een deel van de klantkenmerken, de klantbeleving en het (voorlopige) resultaat in kaart te brengen; - Individuele interviews met deelnemers gericht op de wijze waarop men is benaderd, de mate waarin men er in is geslaagd om een zelfstandig inkomen te verwerven, de ervaren ondersteuning van uitstroomconsulenten, de opgedane ervaringen bij Roteb en de eigen inzet bij het vinden van regulier werk; - Bestandsanalyse gericht op omvang van de uitstroom uit de bijstand, de duurzaamheid van deze uitstroom en een deel van de klantkenmerken; - Groepsinterviews met projectmedewerkers, uitstroomconsulenten en teamchefs over de invulling van de uitvoering en klantbenadering. Daarnaast een groepsinterview met medewerkers/leidinggevenden van Roteb om het werkgeversperspectief en de organisatie van de banen in kaart te brengen. De onderzoeksopzet en de resultaten worden uitvoerig beschreven in het document: Evaluatie WerkDirect.:http://www.sozawe.rotterdam.nl/Rotterdam/Openbaar/Diensten/SZW/SWA/Werkg elegenheid/werkdirect.pdf Procesevaluatie (Hoe werkt de interventie?) Het onderzoek naar de ervaringen van de klanten levert onder meer het volgende op: Het merendeel van de respondenten voelt zich tijdens het intakegesprek inderdaad onder druk gezet om aan het werk te gaan (enquête A: 84%, enquête B: 54%) en om zijn of haar uitkering op te zeggen (enquête A: 76%, enquête B: 53%). De meeste respondenten (enquête B: 80%) zijn van mening dat goed is uitgelegd waarom er werd verwacht dat men aan het werk ging. Een meerderheid van de respondenten (enquête A: 57%, enquête B: 69%) vindt het terecht dat zij niet meer voor een uitkering in aanmerking kwamen. Geconcludeerd wordt dat een meerderheid van de respondenten er begrip voor kan opbrengen dat er door SoZaWe stevige druk is uitgeoefend om uit de WWB te stromen. De uitleg over de aard van de werkzaamheden bij Roteb wordt door 53 procent van de respondenten (enquête B) als onvoldoende ervaren. Uit enquête B komt naar voren dat 48 procent van de respondenten vindt dat er niet goed is uitgelegd dat SoZaWe door middel van uitstroomconsulenten ondersteuning biedt bij het vinden van een vervolgbaan na beëindiging van het arbeidscontract bij Roteb. In enquête A geldt dat zelfs voor tweederde van de respondenten. Ook is nagegaan waarom respondenten het baanaanbod bij Roteb hebben geweigerd. Ca. 60 procent van de respondenten blijkt een negatief beeld te hebben van werken bij Roteb. Daarnaast vormt de tijdelijkheid van het arbeidscontract een belangrijke reden.
9
De meerderheid van de respondenten die wel bij Roteb is gaan werken is tevreden over het werk. Bijna de helft van de respondenten zou bij Roteb in vaste dienst willen werken. Blijkbaar wordt het baanaanbod bij Roteb, dat oorspronkelijk was bedoeld als afschrikwekkend middel, door een fors deel van de respondenten als passend ervaren. Als belangrijke minpunten van werken bij Roteb komen naar voren de beloning en het niveau van het werk. 60% van de respondenten vindt het werken bij Roteb vervolgens een goede voorbereiding op een volgende baan; 48% van de respondenten is door het werk bij Roteb werken (weer) leuk gaan vinden. 51 procent van de respondenten (enquête B) is tevreden tot zeer tevreden is over de geboden ondersteuning bij het vinden van een vervolgbaan nadat het arbeidscontract bij de Roteb is beëindigd. 17 procent is ontevreden tot zeer ontevreden. De reden voor deze onvrede komt vooral voort uit het feit dat het (nog) niet is gelukt om een vervolgbaan te vinden. Bovenstaande bevindingen bevestigen de veronderstellingen niet die ten grondslag liggen aan deze methodiek, namelijk dat het betreffende werk bij de Roteb als onaangenaam wordt gezien en daarmee een afschrikwekkende werking heeft. De ervaring is anders dan wat men vooraf vreest: de meerderheid van de respondenten die wel bij Roteb is gaan werken blijkt tevreden over het werk. De belangrijkste conclusie uit de gesprekken met de medewerkers van WerkDirect en Roteb is dat de geïnterviewden zonder uitzondering positief zijn over het project. Dit geldt voor de resultaten, de samenwerking tussen Roteb en SoZaWe, de opzet van het project en de werkwijze. Als sterke punten worden onder meer benoemd: Middels deze aanpak beschikt SoZaWe over een adequaat middel om niet-willers stevig onder druk te zetten om de weg naar werk (weer) op te pakken; - Per 1 april 2008 zijn er projectteams permanent op de Werkpleinen geplaatst, maar voor de medewerkers wordt een roulatieschema van drie maanden gehanteerd. - Omdat er sprake is van sturing op afstand, wordt door de projectmedewerkers een grote mate van vrijheid en verantwoordelijkheid ervaren; - De huidige projectorganisatie kent een platte structuur en korte, duidelijke communicatielijnen. Dit bevordert de slagkracht van de medewerkers en versterkt daarmee de lik-op-stuk-benadering; - De samenwerking, de uitwisseling van klantgegevens en de terugkoppelingsprocessen tussen SoZaWe en Roteb verlopen goed; Het enige kritiekpunt is dat er bij tussentijds ontslag bij Roteb niet altijd duidelijk is of dit de klant kan worden verweten of niet. - Bij de uitvoering van het project is er bewust voor gekozen om niet blind te varen op het registratiesysteem van SoZaWe (was GWS4all, is nu RAAK). De handmatige controles die worden uitgevoerd tonen voortdurend de meerwaarde aan van deze extra check. - WerkDirect kan een attitudeverandering bewerkstelligen bij zowel de klanten als de klantmanagers. Zo raakt een gedeelte van de klanten die bij Roteb aan de slag gaan weer gemotiveerd om zo snel mogelijk een reguliere baan te vinden en zien sommige klantmanagers in dat een deel van hun klanten in staat blijkt om zelfstandig te voorzien in hun inkomen. Effectevaluatie Gebleken is dat WerkDirect een zeer belangrijke bijdrage levert aan volumedoelstellingen van SoZaWe. Vanaf de start van het project in mei 2005 tot aan 1 augustus 2007 is ten aanzien van de doelgroep een netto uitstroom/bestanddaling gerealiseerd van 1.053 klanten. Hieraan zou gerelateerd kunnen worden dat de doelgroep van WerkDirect in deze periode bestond uit 1517 personen, daarvan is de uitkering in alle gevallen beëindigd of opgeschort (ofwel door
10
werkaanvaarding bij de Roteb, ofwel door beëindiging vanuit de klant of vanuit SoZaWe). Hiervan zijn er 464 heringestroomd (netto herinstroom). Indien we ons beperken tot de daadwerkelijke onderzoeksperiode, die loopt van 1 september 2006 tot 1 augustus 2007, zien we dat er bij selectie op grond van het onderzoeksprofiel een netto bestandsdaling is gerealiseerd van ruim 500 klanten (bruto uitstroom 691, netto herinstroom 187). Van het onderzoeksprofiel behoorde uiteindelijk 81% niet tot de doelgroep (dat wil zeggen, onder één van de contra-indicaties viel). Dit percentage gold in beide periodes. (namelijk: =2964/3655 en =3670/4496, tabel 3.9 van het onderzoeksrapport). WerkDirect heeft gedurende de periode 1 mei 2005 – 1 augustus 2007 een besparing opgeleverd op het inkomensdeel van de WWB van circa € 16 miljoen. Hierbij is geen rekening gehouden met de autonome uitstroom van de doelgroep. Dit bedrag is inclusief opgelegde kortingsmaatregelen (een besparing ter waarde van ca. € 450.000). Als we verder inzoomen, zien we een aantal interessante constateringen: De groep die zelf de uitkering heeft beëindigd, blijkt vrijwel voorgoed uit te stromen. De drempel om zich weer bij SoZaWe te melden voor een uitkering is ook relatief hoog. Zodra men zich weer bij SoZaWe meldt, wordt men immers alsnog naar Roteb verwezen. De netto herinstroom is het hoogst voor de groep die het baanaanbod heeft geaccepteerd. Dit is ook logisch, omdat het arbeidscontract bij Roteb van tijdelijke aard is en niet is bedoeld als traject dat leidt tot duurzame uitstroom. Bovendien is de drempel om zich weer bij SoZaWe te melden relatief laag, omdat men in principe weer recht heeft op een bijstandsuitkering. Van de klanten die door de klantmanagers zijn geselecteerd stroomt 51 procent uit. Een aantal medewerkers geeft aan dat het merendeel van de klanten die door de klantmanagers worden aangemeld in de categorie ‘hufters’ vallen. Van de klanten die zijn geselecteerd met behulp van het risicoprofiel stroomt 16 procent uit. Op basis van deze uitkomst wordt aanbevolen klantmanagers meer te betrekken bij de selectie. De grootste groep die geselecteerd is bestaat uit mensen die 5 tot 10 jaar in de bijstand zitten. Deze groep laat ook de grootste uitstroom zien. Voor wat betreft leeftijd wordt de hoogste uitstroom gerealiseerd onder klanten van 25 tot 34 jaar. Naarmate de klant ouders is, stroomt hij minder vaak uit en neemt de herinstroom toe. De uitstroom bij mannen is tweemaal zo hoog als bij vrouwen. Voor wat betreft het opleidingsniveau van de klanten is vastgesteld dat er geen grote verschillen zijn in uitstroom tussen de diverse groepen. Voor wat betreft etniciteit is gebleken dat Turken het hoogste uitstroompercentage kennen. Opvallend is dat Nederlanders duidelijk benedengemiddeld uitstromen.
11
1.6
Beoordeling onderbouwing & onderzoek effectiviteit
Inhoudelijk gezien wordt gezocht naar onderbouwing van de hypothese dat een niet vrijblijvende, op handhaving georiënteerde aanpak waarin vermeende fraudeurs en niet willers een baan van 3 maanden krijgen aangeboden, effect sorteert in termen van uitstroom uit de uitkering. In de inleiding is al aangegeven dat de aanpak op twee benen hinkt. Daardoor is er geen eenduidige analyse en redenering. In de aanpak ontbreekt een eenduidig diagnostisch instrument. De doelgroep wordt bepaald door een administratieve en persoonlijke risicobeoordeling van de uitvoerende professionals. Hierdoor is de instroom mogelijk divers. Advies is om per deelpopulatie de resultaten te registreren, en om zo mogelijk aan te geven in hoeverre variatie in de methodiek nodig is voor de verschillende subdoelgroepen en waarom (niet). De aanpak is verder uitermate eenduidig: het niet vrijblijvend en met onmiddellijke ingang aanbieden van werk. Hoewel de interventie aanvankelijk is getypeerd als een aanpak voor hufters, blijkt dat er een (andere) groep uitkeringsgerechtigden is die naar eigen zeggen van de aanpak profiteren en er tevreden over zijn. De resultaatevaluatie lijkt kwantitatief gezien overtuigend. Helaas is alleen het verminderde beroep op de bijstand als resultaat gemeten, en niet “het vinden van werk”, terwijl dat via b.v. een bestandskoppeling wel mogelijk zou zijn. Niet duidelijk wordt wat mensen zijn gaan doen na de uitstroom uit de uitkering. Het advies is dat de interventie aan kracht zou winnen met een specifieke probleemanalyse en aanpak: voor te onderscheiden groepen. Ook heeft het monitoren van klanten, ook nadat zij de uitkering hebben verlaten, zin om het uiteindelijke effect van de interventie in beeld te krijgen. Kwalificatie Theoretisch onderbouwd
Keuze
Operationalisering niveaus Een adequate theoretische onderbouwing ontbreekt
X
Er is een probleemanalyse en een duidelijke en expliciete redenering op welke factoren de interventie aangrijpt en waarom deze zou werken Deze redenering is bovendien gebaseerd op (getoetste) wetenschappelijke inzichten / theorieën, c.q. er worden technieken gebruikt die in de literatuur bekend staan als bewezen effectief.
Toelichting
Er een globale doch diffuse probleemanalyse en een redenering op welke factoren de interventie aangrijpt en waarom deze zou werken. De interventie wint aan richting als deze redenering eenduidig per deelpopulatie wordt gemaakt.
Procesevaluatie
Een adequate procesevaluatie ontbreekt De werking van de interventie zelf en de uitwerking op de doelgroep zijn duidelijk in kaart gebracht X
Toelichting
In het onderzoek zijn bovendien de organisatorische voorwaarden en de organisatorische context betrokken De werking van de interventie zelf en de uitwerking op de doelgroep zijn door een eigen, maar onafhankelijk onderzoeksbureau in kaart gebracht. In het onderzoek zijn bovendien de organisatorische voorwaarden en context betrokken.
12
De procesevaluatie zou aan zeggingskracht winnen als nagegaan onderscheid wordt gemaakt hoe de interventie uitwerkt op hufters en op mensen die een duwtje nodig hebben. Voorts kunnen door het voorgenomen vervolgonderzoek (monitoren van klanten, ook na de uitkering) de resultaten in de juiste context geplaatst worden. Resultaatevaluatie
Een adequate effectevaluatie ontbreekt X
Er heeft een resultaatmeting plaatsgevonden met een voor- en een nameting zonder controlegroep (veranderingsonderzoek) Er heeft een resultaatmeting plaatsgevonden waarin gebruik is gemaakt van een experimentele groep en een controlegroep
Toelichting
1.7
Er heeft een resultaatmeting plaatsgevonden met een voor- en een nameting zonder controlegroep (veranderingsonderzoek). De resultaten zijn behaald, maar niet duidelijk wordt hoe deze precies toe te schrijven zijn aan de ingezette instrumenten. Gebruik van aan het doel van de interventie gerelateerde eenduidige prestatieindicatoren wordt aanbevolen
Overige voorwaarden voor toepassing
Kosten Uit de zelf opgestelde kosten-/batenanalyse blijkt dat het project gedurende de periode 1 mei 2005 – 1 augustus 2007 een besparing heeft opgeleverd op het inkomensdeel van de WWB van circa € 16 miljoen (zonder rekening te houden met eventuele autonome uitstroom van de doelgroep in deze periode). Dit bedrag is inclusief opgelegde kortingsmaatregelen. De kosten van het project, bestaande uit apparaatskosten (personeelskosten en overheadkosten), trajectkosten en loonkostensubsidies bedragen € 5 miljoen. Per saldo is in twee jaar en drie maanden ongeveer € 11 miljoen bespaard.
Overige voorwaarden voor toepassing Voor de toepassing van de interventie is geen speciale indicatie vereist, anders dan dat de klant tot de doelgroep dient te behoren.
1.8
Overige informatie
Uitvoerende organisatie De gemeente Rotterdam: SoZaWe in samenwerking met de Roteb.
Overeenkomsten met andere interventies 13
Deze interventie kan getypeerd worden als een Work First aanpak.
Overige informatie Deze methodiek is ontwikkeld in Rotterdam door SoZaWe in samenwerking met de Roteb. Contactpersoon: Klaas Folkerts Afdeling Regie Werk & Inkomen Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus 1024 3000 BA Rotterdam Telefoon (010) 498 5377 Mobiel (06) 423 81 86 7 www.sozawe.rotterdam.nl
Lijst met aangehaalde literatuur Zie website: http://www.sozawe.rotterdam.nl/Rotterdam/Openbaar/Diensten/SZW/SWA/Werkgelegenheid/we rkdirect.pdf
14