D U I K S C H O O L
VERKOOP - ONDERHOUD - HERSTELLINGEN DUIKMETERIAAL - VULSTATION NITROX & TRIMIX 200 - 300 BAR Alle merken: Mares - Scubapro - Suunto - Aqualung - Bare - Metalsub Green Force - Sea and Sea - Dive System - O.M.S. - Ikelite O’Neill - Sealife - Cressi Koningin Astridlaan 107 www.divingworld.be 7700 MOUSCRON Tel. 056 / 84 77 67 Open Fax 056 / 84 12 08 di tot zat: 10.00 - 19.00
[email protected] zondag & maandag: gesloten
HUIS TE KOOP: bel 056 / 35 20 35 !"#$"%&'()*#!+*,,,-,,,*./%012,034)5"#$"%&'()*#!+* ,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,678,9:;,<=>,.,678,9:9,??@ ,,,,,,,,,
WWW.TARCY.BE !!"#$%&'()*"+&))!##,##-.$"+/0%$##,##1"+2*"!!&.3".##,##-4!"&$&.3". 5%!2*)*&0.#6778977#:)+# 1--;<=>
=#?9@#,#ABB>CDEF#,#7G@H#8#9@#76#I6
Zoals te zien is aan de getijkromme van Hoek van Holland (aan het begin, links) blijft het water na het laagste niveau bereikt te hebben een tijdje laag. Na een klein beetje gestegen te zijn, zakt het water weer en volgt er een tweede laagwater. Pas daarna stijgt het water snel en wordt het weer vloed. Zo’n kleine stijging, waarna weer een daling volgt wordt een agger genoemd. Bij Den Helder doet zich een zelfde verschijnsel voor, maar dit keer gebeurt het bij vloed. De vloed wordt als het ware uitgerekt. Hier spreekt men niet van een agger, maar van een dubbele kop. De sterkte van dit verschijnsel is afhankelijk van tijd en plaats. Bij springtij is er sprake van een grotere agger en bij doodtij van een kleinere. De verklaring van dit verschijnsel moet worden gezocht in de nabijheid van het amfidrome punt, zo’n 70 km uit de kust. Dit punt verzwakt het maansgetij, waardoor andere getijcomponenten hun invloed kunnen doen gelden. Aangezien de cotidal lines van andere getijcomponenten heel anders lopen dan die van het maansgetij, kunnen in bepaald situaties deze ervoor zorgen dat aggers en dergelijke ontstaan. Bron: Marc Claus
Getijden zijn voor ons belangrijk als duiker, laten we Zeeland en de Oosterschelde als voorbeeld nemen. Voor de zichtbaarheid en de veiligheid is het zeer belangrijk dat je op het juiste moment aan je duik begint. Als onderdeel van het duikplan, 1) Getijdentabel raadplegen 2) Correctietabel toepassen, ( tijd optellen of afrekken) 3) Algemene regel – 20 min 4) De in te schatten tijd om je te verplaatsen naar de plaats waar je duik start + de tijd briefing aan het water en materiaal check. Voorbeeld: 1) Plaats: Zeelandbrug, maandag 9 april 2012 Hoogwater HW Laagwater LW 6:10 12:00 18:35 ----2) Herleidingtabel tov. Zierikzee HW: -40’ LW: -20’ 3) -20’ 4) -10’ stappen +materiaal check en briefing aan (in het water) We hebben beslist in de namiddag 40 minuten te duiken bij hoogwater : we vertrekken van de parking, volledig klaar om te duiken naar het duikbeginpunt om 17u25. (18u35’-40’=17u55* 17u55’-20’=17u35* 17u35’-10’=17u25)
Cafetaria Magdalena zwembad Kortrijk
Noël & Fatiha 10
Leeftijd van het getij Als de getijgolf in de Noordzee aankomt, dan heeft zij een flinke reis achter de rug. Het grootste gedeelte van de Atlantische Oceaan is dan immers al doorkruist. De tijd tussen het ontstaan van een hoogwater in de Zuidelijke IJszee en de aankomst van datzelfde hoogwater noemt men de leeftijd van het getij. Afhankelijk van waar u zich bevindt, kan het getij dus jong, oud of zelfs hoogbejaard zijn. Ter hoogte van Brest bijvoorbeeld is de getijgolf ongeveer 29 uur jong. In IJmuiden daarentegen komt het getij pas 52 uur na de geboorte aan. Dit vanwege een langere route om de Britse eilanden heen. Voor de gehele Nederlandse kust geldt dat het getij al meer dan 2 dagen oud is. Als de getijgolf zich bij de Britse eilanden bevindt, dan betreedt zij de Noordzee vanuit twee verschillende richtingen. Ten eerste beweegt de golf zich verder westelijk langs de Ierse en Britse kust naar het noorden en stroomt dan om Schotland heen. Omdat de opening daar het grootste is, zorgt deze tak van de getijgolf voor het grootste effect in de Noordzee. De Corioliskracht dwingt de stroom een soort cirkelbeweging tegen de klok in te maken door de Noordzee. De getijgolf plant zich daardoor voort langs de Britse kust naar het zuiden en wordt vervolgens omgebogen langs de Belgische en Nederlandse kust weer naar het noorden, richting Denemarken en Noorwegen. Een ander deel van de Atlantische getijgolf nadert het Kanaal vanuit het zuiden met een gemiddelde snelheid van 200 meter per seconde en wordt daar vervolgens grotendeels geblokkeerd. Hierdoor ontstaat stuwing van het water, wat resulteert in een groot tijverschil aan de zuid-Engelse en Normandische kusten. Als de stroom zich door het Kanaal heeft geperst, dan is zij al een groot gedeelte van haar snelheid en kracht kwijt en heeft daardoor aan onze kust nog maar weinig invloed. Door veel waarnemingen te doen (en deze in wiskundige modellen te verwerken) is het mogelijk op de Noordzee lijnen te trekken waar gelijktijdig hoogwater bestaat. Deze zgn. ’cotidal lines’ kunnen voor zowel de maansinvloed als voor de zonsinvloed worden getekend. De lijnen van het overheersende dubbeldaagse maansgetij in de figuur laten zien dat er op de Noordzee twee punten bestaan, waar de lijnen samenvallen en waar het getij omheen draait. Op deze knooppunten komt vrijwel geen getijbeweging voor. Zij worden amfidromieën genoemd. Tijverschillen langs de kust Door de bodemconfiguraties, de vormen van de kusten en allerlei andere neveneffecten kent de Noordzee een ingewikkeld getijsysteem. De getijkrommen van een aantal meetpunten langs de Nederlandse kust laten onderlinge verschillen zien tussen hoog- en laagwaterstanden. De grootste tijverschillen in Nederland treden op bij Bath achterin de Westerschelde door stuwing van de getijgolf in het estuarium, gemiddeld 4,80 meter tussen hoog- en laagwater. Vanaf Vlissingen neemt het tijverschil in noordelijke richting langs de kust duidelijk af. Bij Den Helder is het effect minimaal door de nabijheid van het amfidrome punt, waarna het weer langzaam toeneemt. Uit de getijkrommen valt het verschil in tijdsduur van eb en vloed op te maken. In Harlingen duurt het gemiddeld 4 uur en 58 minuten voordat het water op zijn hoogst is, maar 7 uur en 27 minuten voordat het weer laagwater is. Het is dus veel langer eb dan vloed. Hetzelfde verschijnsel valt ook op andere plaatsen waar te nemen. De verklaring hiervoor ligt voornamelijk onder water. De getijgolf beweegt zich met een bepaalde snelheid voort. Hoe dieper de zee, hoe meer bewegingsvrijheid. Het getij van de oceaan vertoont in tijdsduur van eb en vloed nauwelijks asymmetrie. De Noordzee en zeker de Waddenzee zijn echter niet zo diep. Als de vloed tussen de eilanden door de Waddenzee in wordt gedrukt richting Harlingen, dan gebeurt dat met een grote kracht. Het water ondervindt veel weerstand van de zeer ondiepe Waddenzee. Als na de vloed het water met eb weer terug moet, dan is de stuwende kracht van de Noordzee niet aanwezig, maar de weerstand van de bodem natuurlijk nog wel. Eb doet er daarom veel langer over om het water weg te krijgen dan de vloed erover doet om het water binnen te krijgen. Langs de Hollandse kust en landinwaarts op de rivieren doet zich een merkwaardig verschijnsel voor.
9
DE GETIJEN Het getij Het getij, de beweging van eb en vloed in de zee. Het woord getij is, evenals het Engelse woord tide en het Duitse woord Gezeiten, afgeleid van het woord „tijd”. Dit geeft al aan dat het getij onlosmakelijk is verbonden met de tijd. Dat is logisch als we bedenken dat de basis van de getijbeweging ligt bij de schijnbare bewegingen van de maan en de zon om de aarde. Aangezien de bewegingen van deze twee hemellichamen zeer constant zijn, is het ritme van eb en vloed ook zeer constant. Tijdstippen van het getij Zoals iedere rechtgeaarde zeekenner weet, duurt het geen 12 uur van het ene hoogwater naar het andere, maar 12 uur en 25 minuten. Ofwel een verschil van 50 minuten per dag. Hoe komt dat nu? Daarvoor moeten we kijken hoe de maan om de aarde beweegt. De maan draait in een ellipsvorm rond de aarde. Na 27,32 dagen heeft de maan één omloop voltooid. Die omloop wordt de tropische maansmaand genoemd. De maan draait in dezelfde richting om de aarde als de richting waarin de aarde om haar as beweegt. Na één dag is de maan een stukje in haar baan opgeschoven. Een bepaald punt op de aarde (bijvoorbeeld daar waar het hoog water is) heeft daardoor niet dezelfde positie ten opzichte van de maan als 24 uur daarvoor. De aarde moet nog een stukje doordraaien om ervoor te zorgen dat die plek op aarde weer dezelfde positie heeft ten opzichte van de maan. Over dat stukje doordraaien doet de aarde een dikke 50 minuten. Je kan het ook berekenen. De aarde draait, vanuit een ver punt in het heelal bekeken, in 23 uur en 56 minuten om haar as (zie volgend „Het aarde-zon systeem”) Dit betekent dus per uur (360 graden gedeeld door 23 uur 56 min is ongeveer) 15 graden. De maan doet er 27,32 dagen over om eenmaal rond te gaan. Dus per dag schuift de maan 360 gedeeld door 27,32 is ongeveer 13 graden door. De aarde heeft er dan 13/15 uur is ongeveer 50 minuten voor nodig om de maan weer in te halen. Uitgaande van een dag van 24 uur schuift iedere dag het tijdstip van hoogwater gemiddeld 50 minuten op. Bij twee maal daags hoogwater komt gemiddeld het hoogwater dus weer na 12 uur en 25 minuten terug. Spring- en doodtij Als de zon en de maan als het ware in eikaars verlengde staan ten opzichte van de aarde, dan bundelen zij hun krachten en trekken meer water aan. Dit noemen we springtij. Het niveau van het water is dan bij hoogwater hoger en bij laagwater lager. De maan en de zon kunnen elkaar ook tegenwerken. Dat gebeurt als de twee hemellichamen haaks op elkaar staan. Er wordt dan van twee verschillende kanten aan het water getrokken, met als gevolg dat het water veel minder stijgt dan gemiddeld. Dit verschijnsel noemen we doodtij. Springtij komt twee maal per maansmaand (van 29,53 dagen) voor. Je zou verwachten dat het springtij is bij volle maan en bij nieuwe maan. Het blijkt echter twee dagen later te vallen. Hoe dat komt wordt straks uitgelegd. De maansbaan staat in het algemeen onder een bepaalde hoek ten opzichte van de aardbaan om de zon. Hierdoor staan de zon, aarde en maan vrijwel nooit echt op één lijn. Als dit wel het geval is, dan doet zich een maans- of zonsverduistering voor. Het zonsgetij, met een periode van 12 uur, haalt het maansgetij, met een periode van 12 uur en 25 minuten, voortdurend in. Dit zorgt ervoor, dat het maansgetij last krijgt van een zweving: het wordt periodiek versterkt en verzwakt. Het heeft tevens een effect op de timing van het getij. Tijdens springtij en doodtij heeft het zonsgetij een vervroegend effect op het getij, tussen doodtij en springtij een vertragend effect.
8
Niveau D kan niet autonoom duiken en heeft veel hulp nodig bij het duiken. Niveau C kan ook niet autonoom duiken, maar kan met een beetje hulp op weg gezet worden. Niveau B kan autonoom duiken, maar kan geen redding uitvoeren. Niveau A kan autonoom duiken en kan een redding uitvoeren. Dit alles is een niveaubepaling die jaarlijks moet geëvalueerd worden. Niveau C en D hebben een maximum duikdiepte van 15 meter. De personen met niveau A en B mogen tot 30 meter diep duiken. Een niveau-A-duiker mag met minstens een 3*duiker een buddypaar vormen. Een persoon met niveau B moet minstens met een 3*duiker en een 2*duiker een groep vormen, terwijl niveau C met minstens een 3*duiker-begeleider en een 3*duiker kan duiken. Ten slotte, voor een niveau D geldt er dat er minstens met een 3*duiker gevorderd begeleider en een 2*duiker-begeleider moet gedoken worden. Na dit stukje theorie waren we toe aan een broodjeslunchpauze. Terwijl we onze maag vulden, konden we al enkele personen met een handicap verwelkomen. Het was dan ook de bedoeling om na de pauze met deze mensen nader kennis te maken. Bij de voorstelling van deze personen konden we dan ook gerichte vragen stellen in verband met hun specifieke handicap. De ene had hemiplegie (verlamming langs één zijde). De ander had, van bij de geboorte, geen onderbenen en stompjes als armen. Een derde had een verlamming ter hoogte van zijn middel (paraplegie). Een vierde had een spierziekte. En de laatste was een persoon met een visuele handicap (blind). Het viel ons op dat we bij het praten met deze personen onze woorden zeker niet moesten wikken of wegen. Ze zeiden zelf: “Ik ben degene zonder benen, ik ben blind, je mag er gerust grapjes over maken, we kunnen er tegen.” Het kwam erop neer dat we ze zeker niet moesten bemoederen. We konden hiermee duidelijk bepalen wat hun tekortkomingen waren en hoe we hier onder water mee moesten om gaan. Na dit interessant gesprek en een korte pauze vertrokken we met z’n allen richting zwembad. Daar aangekomen konden we bij de briefing aanschouwen hoe Remco zijn wandelbenen verwisselde door zwembenen. Indrukwekkend, maar voor Remco en degene die hem kennen was dit de normaalste zaak van de wereld. We werden in groepjes onderverdeeld en kregen per groep van ongeveer 7 personen een Wet Wheler toegewezen. We zouden de Wet Wheler in het zwembad begeleiden en aanleren wat wij in het zwembad ook allemaal in het begin geleerd hebben: ledigen masker, werken met trimvest, apnee, en zoveel meer. Deze mensen konden die duikbeginselen zelfstandig uitvoeren maar deden alsof ze voor de eerste maal in een zwembad aankwamen en stonden te popelen om van de duiksport te genieten. Voor ons vergde dat een iets specialere aanpak maar door hen werden we allemaal op ons gemak gesteld en bemoedigd voor onze inzet. Het doorschuifsysteem zorgde er voor dat we konden kennis maken met de verschillende beperkingen van de Wet Whelers. Nadat sommigen het wel erg koud hadden gekregen (2 uur zwembad) konden we ons douchen en ons klaarmaken voor de eindbriefing. Hier werden de kaartjes uitgedeeld en werden we door het bestuur van de Wet Whelers uitbundig bedankt voor onze inzet. Het kon ook niet ontbreken dat hier een groepsfoto bij hoorde. Blij en voldaan konden we terug huiswaarts keren. We hadden immers deze dag enorm veel bijgeleerd en willen met plezier onze ervaringen met jullie delen. Groetjes en meer info bij: Reginald, Marc en mezelf (Koen).
5
Vanaf nu een nieuw item in ons Apneetje. Hoe is het idee gegroeid? In Barges stelt Reginald heel vaak enkele theorievragen aan duikers. Ook voor die mensen die weinig naar Barges komen of mensen die geen proeven meer doen is het interessant om de theorie af en toe eens te herhalen. Vandaar....er komen in elk volgend ‘t Apneetje, 2 vragen. Het is de bedoeling dat je het antwoord op die vragen probeert te vinden tegen het volgend ‘t Apneetje. Daarin verschijnen dan de antwoorden. Onze nieuwe rubriek heeft nog geen titel. Vind jij een passende titel voor deze interessante rubriek laat het ons zo spoedig mogelijk weten.
Hier komen de eerste vragen: Vraag 1: Is er een verschil tussen a) De 12 meter procedure En b) Stoppen op 12m en lucht en computer vragen? Vraag2: Hoeveel druk komt er op het menselijk (duiker) lichaam dat op een diepte van 20m, als je weet dat de gemiddelde oppervlakte van een volwassen lichaam +/- 1,6m² is?
Wetwheels Zondag 26 februari 2012 Klaar om te vertrekken naar wat voor mij een zeer boeiende dag zou worden. Om 8 uur sprak ik af bij Regie (Reginald) thuis. Even aanbellen en daar zat Marc te smullen van de boterkoeken. Na een lekker kopje koffie waren we vertrekkensklaar. Het duikershuis in Mechelen konden we, na een uurtje rijden, bewonderen. Het is voor elke duiker wel eens de moeite om het mekka van onze duikfederatie te aanschouwen. Bij het zien van de talrijke massa (ongeveer 60 personen) wisten we dat er veel belangstelling was voor deze opleiding. Het ging die dag over het begeleiden van duikers met een handicap, vlot in de mond noemend als de “Wetwheels”. We begonnen met een boeiende uitleg omtrent het medisch aspect van duikers met een handicap. Hierop volgend konden we kennis maken met het aangepaste materiaal en handige weetjes om bestaand duikmateriaal aan te passen aan de noden van de Wet Wheler. Bij de Wetwheels hebben we 4 niveaus (A, B, C en D).
4
kevin
in de spotlights decaluwe
Kevin werd geboren te Kortrijk op 1 maart 1982 waar hij in de omgeving van het Astridpark met zijn ouders woonde. Hij liep school op het St.-Amandscollege waarna hij met het AFS uitwisselingsproject een jaar bij een gastgezin op de Dominicaanse Republiek vertoefde. Daarna ging Kevin nog bedrijfsbeheer studeren op Hantal in Kortrijk en dan nog een jaartje Sport économie en communicatie op het VLEKHO in Brussel. Na zijn studies vond Kevin werk bij Alpro in Wevelgem. Daar was hij vier jaar produktieplanner voor hun producten op de Engelse markt. Een van zijn collega’s gaf er daar toen de brui aan om zich zelfstandig te vestigen met een bedrijfje in bouw en renovatie. Toen deze zaak goed draaide vroeg hij Kevin om bij hem te komen werken. Tot op heden zit Kevin nog steeds in „den bouw”. Aan sport had Kevin nooit gebrek : lopen - fietsen kwarttriatlon en mountainbiken. In Spanje deed Kevin een wedstrijd mountainbike mee van „coast to coast”, van Barcelona tot San Sebastian. Vier jaar terug wou Keven een iets anders, namelijk duiken ! Via internet zocht hij een duikclub in de streek en kwam zo bij de KDK terecht. In die tijd heeft hij reeds zijn 3sters brevet gehaald maar daar zal het niet bij blijven. Kevin ziet het immers zitten om zijn assistent instructeur brevet te halen. Ongeveer dezelfde periode dat Kevin met zijn duikopleiding startte, verscheen Sophie ten tonele. Kevin begon zich meer en meer in de duiksport te interesseren, maar ook in Sophie… Intussen wonen de twee samen te Moorsele in hun huisje dat ze aan het renoveren zijn, en raad eens door wie ? Kevin dook, zoals iedereen zeker, in Barges en Zeeland maar ook in Egypte (Marsa Alam). In 2011 maakte Kevin samen met Sophie een rondreis op de Filipijnen waar ze zich ook waagden aan enkele duiken, meestal wrakduiken. Daar is Kevin zo niet voor te vinden, hij verkiest meer fauna en flora, of meer vis zoals in Egypte. In juni dit jaar hebben ze samen een rondreis in Marokko gepland waarbij ze ook in het Atlasgebergte willen stappen. Van duiken zal er daar helaas weinig in huis komen daar Sophie van de dokter duikverbod heeft gekregen. Kevin zou nog graag eens tussen de haaien gaan duiken, dat staat momenteel op zijn verlanglijstje. Hij heeft niets op te merken over de KDK, hij vindt het een toffe bende met steeds nieuwe en jongere gezichten. Kevin ik wens dat je binnenkort je AI brevet mag halen en nog veel mooie duiken, en samen met Sophie nog veel gelukkige jaren. Michel
3
EDITORIAAL Inmiddels zij we aan nummer 88 van ons Apneetje toe. Zonder aan eigenlof te doen kunnen we momenteel nog altijd bogen op een verzorgde uitvoering met aangename teksten en foto’s, en dit door de voortdurende inzet van enkele plichtsbewuste personen uit onze klub. Het redaktieteam komt regelmatig bijeen teneinde de voorbereiding tot aanmaak van het „’t Apneetje” tot een goed einde te brengen. Ondanks dit alles kan er soms ongewild een foutje in de tekst binnensluipen. Dit willen wij verhelpen met een versterking van onze ploeg. Onze vriend Tom Christiaen zal in de toekomst de teksten op zetduiveltjes en onregelmatigheden nazien. Met Tom in ons redactieteam zal er ongetwijfeld een nieuwe wind waaien. Sophie Lambrecht verlaat ons team. We danken haar voor de inzet gedurende de twee voorbije jaren. De lente is weer in het land en voor ons, sportduikers, wordt het weer stilaan tijd om onze vertrouwde duikstekken terug op te zoeken. Enkele dapperen doken de winter door en trotseerden de koude, helse wind en striemende regen. Voor het grote merendeel echter breken de langverwachte openwaterduiken weer aan. Denk eraan: duik veilig en voorzichtig. Maar ook boven water staat de tijd niet stil. Er is weer van alles te beleven: evaluaties en examens, zwembadproeven, feestelijkheden(?) en… straffe verhalen die menig beginner te horen krijgt. Michel
e-mail adressen: “apneetje”
[email protected] [email protected] KDK site: www.kortrijkseduikersklub.be e-mail KDK:
[email protected]
‘t Apneetje: periodiek tijdschrift van de Kortrijkse Duikers Klub Redactieteam: Michel Matten - Katrien Vanneste - Dirk Verledens - Tom Christiaen Druk en vormgeving: Michel Matten Verantwoordelijke uitgever: Michel Matten, Mellestraat 2A13, 8501 Heule, 0473/32.20.37
Nr 88 INHOUD:
MAART / APRIL
2012
Editoriaal ..................................... 2 In de spotlights ............................. 3 Nieuw item in ’t Apneetje................ 4 Wetwheels ................................... 4 Ledenlijst ..................................... 6 De getijden .................................. 8