3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving
Realisatie
Begroting voor wijziging 2006
2005
Begroting na wijziging 2006
Realisatie 2006
Lasten
10.660
2.482
11.871
11.891
Baten
8.914
880
5.390
8.532
Saldo
1.746
1.602
6.481
3.359
4. Investeringen Investeringen (x € 1.000)
Beschikbaar gestelde kredieten in 2006: Bijdrage investeringstekort uitbreiding de Hullen Bijdrage Actium in onrendabele top complex Brinkhofweide Overige kredieten <100.000
Overloopkredieten voorgaande jaren: Aftoppingsbijdrage herstructurering Brinkgebied Nieww Roden Herstructurering gebied Statenlaan/Westhove Bijdrage onrendabele top woonvz. gehandicapten Westerstraat Overige kredieten <100.000
Uitgaven
Raming Realisatie Restant
272
272
1.400
1.400
35
41
-6
574
9
565
517
2
515
155 52 3.005
Inkomsten
Raming Realisatie Restant
142
-142
142
-142
155 73 125
-21 2.880
0
63
3.2 ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN Portefeuillehouder : G.Wolters Omschrijving
Het genereren van inkomsten tot een zodanige omvang dat de gemeente in staat is die taken uit te voeren welke door de wetgever zijn of worden opgelegd en uitvoering kan worden gegeven aan de wensen welke de maatschappij verlangt. Uitgangspunt daarbij is het zo efficiënt mogelijk inzetten van middelen waardoor de lastendruk voor de burger beperkt blijft. Voor de directe dienstverlening wordt gestreefd naar volledige kostendekking. In dit hoofdstuk worden de baten van de gemeente, die niet direct aan een programma zijn toe te rekenen, toegelicht. Het gaat hierbij om belastingen, de algemene uitkering uit het gemeentefonds, bespaarde rente, renteresultaat en dividend van deelnemingen. Tot de lasten van dit hoofdstuk worden gerekend het saldo van de kostenplaatsen en de vereveningsbijdrage BTW compensatiefonds Kader
* Financiële kaderbrief 2006 * Voorjaarsnota 2005 * Begroting 2006 * Juni/september/december-ciculaire 2006 en maart-circulaire 2007 * Paragrafen Weerstandsvermogen, Financiering, Verbonden partijen en Lokale heffingen * Diverse belastingverordeningen De bijbehorende productengroepen
Omschrijving 914.1 931.1 932.1 934.1 935.1 936.1 937.1 939.1 960.1 970.1
Geldleningen en uitzettingen > 1 jaar Baten OZB gebruikers Baten OZB eigenaren Baten baatbelasting Baten forensenbelasting Baten toeristenbelasting Baten hondenbelasting Baten precariorechten Saldo van kostenplaatsen Saldo van de rekening van baten en lasten voor bestemming 980.1 Mutaties reserves die verband houden met hoofdfuncties 0 t/m 9 990.1 Saldo rek. van baten en lasten na bestemming
Portefeuillehouder
G. Wolters G. Wolters G. Wolters G. Wolters G. Wolters G. Wolters G. Wolters G. Wolters G. Wolters G. Wolters G. Wolters G. Wolters
64
In onderstaande tabel worden de algemene dekkingsmiddelen van de gemeente Noordenveld aangegeven (bedragen x € 1.000).
Begroting na wijziging
Baten
Belastingopbrengsten Algemene uitkering Bespaarde rente Resultaat op rente Dividend
Realisatie
4.394 20.038 824 1.190 498
Totaal baten
Afwijkingen
26.944
4.305 20.033 817 1.390 538
27.083
89 N 5N 7N 200 V 40 V
297
340 178
43 N 178 N
Lasten
Saldo kostenplaatsen Btw-compensatiefonds
Totaal lasten
297
139 V
518
221 N
en Gemeentelijk tarievenbeleid Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: *
schommelingen
in
retributies
en
belastingen
dienen
zoveel
mogelijk
te
worden voorkomen door het handhaven van een, in relatie tot de inflatie, trendmatige verhoging; *
tarieven en heffingen dienen zoveel mogelijk kostendekkend te zijn.
Kwijtscheldingsbeleid Gemeenten kunnen, met inachtneming van de Invorderingswet 1990, kwijtschelding
verlenen
van
gemeentelijke
kwijtscheldingsbeleid
wordt
heffingen.
gevoerd
en
voor
Gemeenten welke
beslissen
heffingen.
zelf
of
een
Gemeenten
zijn
gebonden aan de landelijke Uitvoeringsregeling. Alleen ten aanzien van de kosten van bestaan hebben gemeenten de mogelijkheid om af te wijken van de regeling. De rijksregeling gaat uit van 90% van de bijstandsnorm. In de gemeente Noordenveld is gekozen om 100% van de bijstandsnorm als bestaansminimum te hanteren. Daarnaast is ervoor gekozen om kwijtschelding mogelijk te maken voor onroerende zaakbelastingen van de gebruikers, afvalstoffenheffing, rioolrecht en hondenbelasting voor de eerste hond. Sinds 2004 voert het waterschap Noorderzijlvest de kwijtscheldingsregeling uit voor de gemeente Noordenveld.
Algemene uitkering uit het Gemeentefonds Jaarlijks ontvangen gemeenten een algemene uitkering berekend aan de hand van een aantal objectieve maatstaven. Deze algemene uitkering komt ten laste van het Gemeentefonds en is voor gemeenten verreweg de belangrijkste bron van inkomsten. Voor de algemene uitkering bestaat een volledige bestedingsvrijheid. Vanaf de oprichting van het Gemeentefonds in 1929 is voortdurend gezocht naar een verdeelsysteem waarbij de individuele behoeften van een gemeente zo goed
65
mogelijk worden vertaald naar objectief meetbare criteria. De laatste grote wijziging van de Financiële-Verhoudingswet vond plaats in 1997. In belangrijke mate wordt rekening gehouden met de kosten die een gemeente moet maken, de verschillen in belastingcapaciteit en de kenmerken van de sociale structuur en de regionale functie. Daarentegen wordt minder rekening gehouden met de grootte van gemeenten gemeten naar inwonertal. De ontwikkelingen binnen de algemene uitkering uit het gemeentefonds zijn de laatste jaren niet alleen divers maar vooral ook gecompliceerd. Met name geldt dat voor het BTW compensatiefonds. Ingaande 2006 is sprake van een fikse korting (nacalculatie) omdat gemeenten teveel bij het Rijk hebben gedeclareerd. Deze korting wordt in een aantal jaren afgebouwd. Ter compensatie ontvangen gemeenten extra middelen met name op het terrein van de openbare orde en veiligheid (de zogenaamde pijnpuntenlijst van de V.N.G.). Eerder berichten wij u al uitvoerig over het bestuurlijk akkoord tussen de (gemeente)fondsbeheerders en de VNG in de programmabegroting 2007 .
In 2006 is het gebruikersdeel onroerende zaakbelastingen woningen afgeschaft en gecompenseerd in de algemene uitkering. Verder werd de maximering van de tarieven onroerende zaakbelastingen actueel. Gemeenten hebben verder in 2006 een voorschot ontvangen in verband met de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning in 2007. De jaarlijkse uitzetting van het gemeentefonds wordt uitgedrukt in accressen. Bij het opmaken van de begroting 2006 is rekening gehouden met een accrespercentage van 3,34. Op grond van de voorjaarsnota 2006 van het Rijk mocht zelfs rekening worden gehouden met een percentage van 4,48 maar uiteindelijk beperkt de uitzetting van het gemeentefonds zich tot 2,95%. Deze tegenvaller wordt verrekend met de eerder op de algemene uitkering ingehouden behoedzaamheidreserve Bij de toelichting op de jaarrekening 2006 komen wij hierop uitvoerig terug. Bespaarde rente
In principe wordt aan de (algemene- en bestemmings-)reserve(s) geen rente toegevoegd mits de gemeenteraad uitdrukkelijk een besluit daartoe heeft genomen. Met betrekking tot de volgende bestemmingsreserves is hiertoe besloten: • Wet Voorziening Gehandicapten • Bovenwijkse voorzieningen • Reserve volkshuisvesting • Vebouw gemeentehuis • BTW-compensatiefonds • Mitigerende maatregelen NAM-locatie • Lokaal onderwijsbeleid • Dekking kapitaallasten Aan de reserves wordt rente toegevoegd op basis van de vaste rekenrente van 6%. De volkshuisvestingsreserve vormt hierop een uitzondering. Hiervoor wordt het rentepercentage gelijk gesteld aan het inflatiepercentage. 66
Resultaat op rente De door de gemeente verschuldigde rente wordt, vermeerderd met de hiervoor vermelde rente over de reserves en voorzieningen, doorberekend aan de vaste activa (die worden immers gefinancierd door de leningen waar de rentelasten uit voortvloeien) tegen een vast rentepercentage van 6%, de zogenaamde rekenrente. De rekenrente wordt constant gehouden om schokeffecten in de productkosten te voorkomen. De op deze wijze doorbelaste rentelasten worden uiteindelijk weer verwerkt in de kosten van de producten ten behoeve waarvan de vaste activa worden ingezet. Dividend Het belang (aantal aandelen) in deelnemingen is als volgt: Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) 30.771 Essent 106.587 Waterleidingmij. Drenthe 68 Het dividend over de aandelen wordt ten gunste van de exploitatie gebracht. De aandelen zijn op de balans gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs. De werkelijke waarde van de aandelen is overigens aanzienlijk hoger. Saldo kostenplaatsen Op de kostenplaatsen worden de salariskosten en de kosten van overhead verantwoord. Op basis van de urenverantwoording van de medewerk(st)ers worden deze personeelskosten toegerekend aan de producten. Deze doorbelasting vindt plaats op basis van voorcalculatorische tarieven. De prijs- en hoeveelheidsverschillen worden verantwoord op het product “Saldo kostenplaatsen”. BTW-compensatiefonds Vanaf 1 januari 2003 hebben gemeenten te maken met het BTWcompensatiefonds (BCF). Gemeenten kunnen daardoor een groot deel van de hen in rekening gebrachte BTW-voordruk terugkrijgen. Tegenover deze vergoeding heeft een korting op de algemene uitkering uit het Gemeentefonds plaatsgevonden. Indien voor een gemeente de korting op de algemene uitkering aanzienlijk hoger is dan de uitkering uit het compensatiefonds heeft men recht op een zogenaamde vereveningsbijdrage. Deze vereveningsbijdrage wordt door alle gemeenten gezamenlijk bekostigd. Hiervoor is de declarabele BTW teruggebracht tot 95% van de betaalde omzetbelasting. De vereveningsbijdrage zou van toepassing zijn voor de jaren 2003 tot en met 2005. Door het Rijk is echter deze termijn verlengd tot 2007.
67
3.3 ONVOORZIEN In
de
programmaverantwoording wordt
inzicht
gegeven
in
het
gebruik
van
het
geraamde bedrag voor onvoorzien. De post onvoorzien is niet per programma, maar als één post in de begroting opgenomen. De aanwending van de post onvoorzien wordt in ieder geval per programma zichtbaar gemaakt.
In de primitieve begroting is in het hoofdstuk ‘Algemene Dekkingsmiddelen en onvoorzien’ een post voor onvoorziene uitgaven opgenomen van € 87.000. De raming van deze post is gebaseerd op een bedrag van € 2,75 per inwoner.
Bij de laatste concernrapportage 2006 is het budget geheel afgeraamd.
68
Paragrafen
69
3.4.1 Paragraaf lokale heffingen Inleiding
De gemeentelijke belastingen en heffingen vormen een belangrijk onderdeel van de inkomsten van de gemeente. Van de lokale heffingen die bij de algemene dekkingsmiddelen horen is de onroerende zaakbelasting de belangrijkste. Ook de opbrengsten toeristenbelasting, hondenbelasting en forensenbelasting moeten als algemeen dekkingsmiddel worden aangemerkt. Daarnaast zijn er nog heffingen die niet tot de algemene dekkingsmiddelen horen, maar wel in het beleidsmatige deel van het overzicht betrokken zouden kunnen worden. De belangrijkste zijn de afvalstoffenheffing en het rioolrecht. Prijzen van musea, zwembaden en dergelijke komen niet in deze paragraaf aan de orde. Nota lokale heffingen
Volgens de vastgestelde financiële verordening gemeente Noordenveld (ex. artikel 212 Gemeentewet) dient tenminste éénmaal in de vier jaar een (bijgestelde) nota lokale heffingen te worden opgesteld waarin in ieder geval wordt opgenomen: * de samenstelling van het pakket aan gemeentelijke belastingen en heffingen; * de verdeling van de druk van de belastingen over de diverse bevolkingsgroepen en belanghebbenden;
* de kostendekkendheid van de heffingen; * de druk van de lokale belastingen en heffingen; * het kwijtscheldingsbeleid en het tarievenbeleid.
Door diverse omstandigheden is nog geen nota lokale heffingen opgesteld. In 2007 zal de nota, met in achtneming van de conclusies en aanbevelingen van het onderzoek in 2006 van de rekenkamercommissie naar de kostentoerekening en – dekking van de gemeentelijke heffingen in Noordenveld, worden samengesteld. De geraamde en werkelijke baten in het jaar 2006 (bedragen x € 1.000) Begroting 2006
Onroerende zaakbelastingen Afvalstoffenheffing/reinigingsrechten Rioolrechten Bouwleges Secretarieleges Lijkbezorgingrechten Toeristenbelasting Hondenbelasting Marktgelden
Begroting voor wijziging
Begroting na wijziging
Realisatie
3.900
4.004
3.945
3.213 2.626 447 309 242 165 73 44
3.213 2.730 547 315 242 174 73 45
3.195 2.738 935 363 210 147 70 43
Afwijkingen begroting en realisatie
59N
18N 8V 388V 48V 32N 27N 3N 2N 70
Forensenbelasting Baatbelasting Totaal belastinginkomsten
105 1 11.125
142 1 11.486
142 1 11.789
0 0 303V
Onroerende zaakbelastingen (ozb) Met ingang van 2006 is de afschaffing van de gebruikersbelasting van de onroerende zaakbelastingen op woningen en de maximering van de resterende ozbtarieven van kracht. Bij raadsbesluit van 22 december 2005 is besloten om de afschaffing ook ten goede te laten komen aan de gebruikers van woondelen in niet-woningen, zoals boerderijen. De Raad heeft in zijn vergadering van 22 december 2005 besloten tot een opbrengstverhoging in 2006 van 2%.
De tarieven van het jaar 2006 Woningen: Zakelijk gerechtigden Gebruikers
€ 2,31 € 0,00
Niet-woningen: Zakelijk gerechtigden Gebruikers
€ 3,31 € 2,65
De tarieven gelden per € 2.500,00 getaxeerde waarde. Afvalstoffenheffing / reinigingsrechten Conform het voorstel bij de begroting zijn de tarieven voor 2006 bij raadsbesluit van 24 november 2005 niet verhoogd. Het tarief voor eenpersoonshuishoudingen bedroeg in het verslagjaar € 190,35 en voor meerpersoonshuishoudingen € 237,20. Uitgangspunt bij de tariefstelling is 100 % kostendekkendheid. Rioolrechten Conform het voorstel bij de begroting zijn de tarieven voor 2006 bij raadsbesluit van 7 november 2005 met € 7,00 (4,1%) per aansluiting verhoogd tot een bedrag van € 176,65. De opbrengst van het rioolrecht mag alleen worden benut voor het onderhouden van het rioolstelsel. Bouwleges Conform het voorstel bij de begroting zijn de tarieven voor 2006 bij raadsbesluit van 7 november 2005 met 2% verhoogd. Secretarieleges Conform het voorstel bij de begroting zijn de tarieven voor 2006 bij raadsbesluit van 7 november 2005 met 2% verhoogd. Lijkbezorgingrechten Door de gemeenteraad is op 24 november 2005 besloten tot de invoering van een nieuwe methodiek van beheer, uitvoering en toepassing van voorzieningen met betrekking tot de begraafplaatsen met inbegrip van een nieuw model 71
tariefopbouw.
De
opgenomen
in
vertaling de
van
dit
besluit
tarieventabel
is
voor
behorende
wat
betreft
bij
de
de
tarieven
verordening
lijkbezorgingsrechten 2006.
Toeristenbelasting Conform het voorstel bij de begroting zijn de tarieven voor 2006 bij raadsbesluit van 7 november 2005 verhoogd van € 0,60 tot € 0,65 per persoon per overnachting.
Hondenbelasting Het tarief van de hondenbelasting is ongewijzigd gebleven.
Marktgelden Conform het voorstel bij de begroting zijn de tarieven voor 2006 bij raadsbesluit van 7 november 2005 met 2% verhoogd.
Forensenbelasting Bij de raming van de forensenbelasting 2005 in september 2004 is uitgegaan van de
voor
2004
geldende
waardegrondslag.
Geen
rekening
is
gehouden
met
de
waardestijging (64%) ten gevolge van de herwaardering met ingang van 2005. Immers de waardegegevens waren op dat moment nog niet beschikbaar. Maatstaf van heffing is de waardegrondslag zoals deze ook voor de onroerende zaakbelastingen
wordt
gehanteerd.
Het
verschuldigde
belastingtarief
wordt
aan
de
hand van een klasse indeling bepaald. Door deze waardestijging zijn voor 2006 een aantal recreatiewoningen in een naastgelegen klasse met een hoger tarief terecht gekomen. Deze verschuiving heeft geleid tot een gelijkmatiger verdeling en meer progressieve opbouw van de tarieven.
Conform het voorstel bij de begroting is de opbrengst voor 2006 bij raadsbesluit
doel van deze verhoging is om de tarieven in een periode van vier jaren naar een gemiddeld Drents niveau te tillen.
van 7 november 2005 met 36% verhoogd. Het
Baatbelasting De enige nog van kracht zijnde baatbelasting is de baatbelasting Noordstukken. Deze belasting wordt jaarlijks geheven en beloopt de belastingjaren 1985 tot en met 2014. De opbrengst is in de loop der jaren afgenomen, omdat veel belastingplichtigen gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid van afkoop.
72
3.4.2 Paragraaf weerstandsvermogen 1. Inleiding
De paragraaf weerstandsvermogen geeft aan hoe robuust de financiële middelen zijn. Dit is van belang wanneer er zich een financiële tegenvaller voordoet. Door aandacht voor het weerstandsvermogen kan worden voorkomen dat elke financiële tegenvaller dwingt tot bezuinigen. Het weerstandsvermogen kan betrekking hebben op het exploitatiejaar zelf (statisch weerstandsvermogen), het kan ook betrekking hebben op de consequenties voor meerdere exploitatiejaren (dynamisch weerstandsvermogen) ingeval van een financiële tegenvaller. Voor het beoordelen van de robuustheid van de financiële middelen is inzicht nodig in de omvang en in de achtergronden van de risico’s en de aanwezige weerstandscapaciteit. De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten die onverwachts en substantieel zijn te dekken. Het gaat om die elementen waarmee tegenvallers eventueel bekostigd kunnen worden zoals de algemene reserve, maar ook de onbenutte belastingcapaciteit en de stille reserves. Onderscheid kan worden gemaakt in incidentele en structurele weerstandscapaciteit. Met het eerste wordt bedoeld het vermogen om calamiteiten en eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op de voortzetting van taken op het geldende niveau. Met de structurele weerstandscapaciteit worden de middelen bedoeld die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van bestaande taken. De risico’s relevant voor het weerstandsvermogen zijn die risico’s die niet anderszins zijn ondervangen. Reguliere risico’s – risico’s die zich regelmatig voordoen en die veelal vrij goed meetbaar zijn – maken geen deel uit van de risico’s in de paragraaf weerstandsvermogen. Hiervoor kunnen immers verzekeringen worden afgesloten of voorzieningen worden gevormd. Voorbeelden van risico’s die wel tot de paragraaf weerstandsvermogen horen zijn bedrijfsrisico’s m.b.t. grondexploitatie, open-einde regelingen en de algemene uitkering uit het Gemeentefonds. In het vervolg van deze paragraaf zal nader worden in gegaan op: weerstandscapaciteit; risico’s; weerstandsvermogen. Vervolgens kunnen conclusies worden getrokken over hoe het gewenste weerstandsvermogen zich verhoudt tot de weerstandscapaciteit. 2. Weerstandscapaciteit
Zoals hiervoor is aangegeven bestaat de weerstandscapaciteit uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten die onverwachts en substantieel zijn te dekken. Tot de incidentele weerstandscapaciteit kunnen de reserves behoren en tot de structurele buffer de onbenutte belastingcapaciteit van de onroerende zaakbelasting. In het vervolg van dit hoofdstuk zal 73
nader worden ingegaan op de beschikbare incidentele en structurele weerstandscapaciteit.
2.1 Reserves en voorzieningen
In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) wordt een duidelijke afbakening gegeven van reserves en voorzieningen. Reserves zijn vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken. De reserves worden onderscheiden naar: de algemene reserve; bestemmingsreserves die dienen om ongewenste schommelingen op te vangen in de tarieven die aan derden in rekening worden gebracht (egalisatiereserves); overige bestemmingsreserves. Zodra door de gemeenteraad een bestemming aan een reserve is gegeven, is er sprake van een bestemmingsreserve. Zonder een dergelijk oormerk behoort het beschikbaar eigen vermogen tot de algemene reserve. Deze reserve is geheel vrij aanwendbaar. Voorzieningen zijn te beschouwen als vreemd vermogen. Voorzieningen hebben betrekking op de per balansdatum te verwachten verplichtingen en verliezen. Voorts kunnen voorzieningen worden getroffen voor kosten die in een volgend exploitatiejaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het (lopende) exploitatiejaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal jaren (onderhoudsvoorzieningen). De gemeente Noordenveld beschikt per balansdatum over de navolgende reserves en voorzieningen (x € 1.000):
Reserve/voorziening
Balans 2006
Balans 2005
Algemene reserve Bestemmingsreserve Voorzieningen Jaarresultaat
€ € € €
3.231 25.463 7.647 1.345
Totaal
€ 37.866
€ € € €
5.962 23.952 7.682 1.637
€ 39.233
Voor de reserves en voorzieningen geldt dat sprake is van (toekomstige) claims op grond van besluitvorming van de gemeenteraad. In bovenstaande bedragen is hiermee nog geen rekening gehouden. Hiervoor wordt verwezen naar de toelichting op de balans.
2.1.1 Algemene reserve
De algemene reserve is als volgt ingedeeld:
Niet vrij-aanwendbaar deel
De omvang van dit deel bedroeg per ultimo 2006 € 0. Bij de behandeling van de begroting 2006 is dit bedrag geheel toegevoegd aan de bestemmingsreserve “onderhoud kapitaalgoederen”.
Vrij-aanwendbaar deel
Het vrij-aanwendbaar deel bedroeg ultimo 2006 € 3.231.000. Bij deze reserve is sprake van diverse (toekomstige) claims. In feite zijn deze claims aan te merken als 74
bestemmingsreserve. Hier is concrete besluitvorming door de gemeenteraad aan voorafgegaan. Derhalve worden deze claims niet gerekend tot de beschikbare weerstandscapaciteit. Na aftrek van de claims bedraagt het nog vrij aanwendbare deel van de algemene reserve € 2.816.000. Voorgesteld wordt (zie jaarrekening) van het jaarresultaat 2006 een bedrag van € 222.000 aan deze reserve toe te voegen. De totale buffer bedraagt zodoende € 3.038.000. In het vervolg van deze paragraaf wordt toegelicht dat de algemene reserve behoort tot de weerstandscapaciteit van de gemeente.
2.1.2 Bestemmingsreserves
De bestemmingsreserves worden vooral gevormd door: reserve volkshuisvesting (€ 5,6 miljoen) reserve verbouw gemeentehuis (€ 3,6 miljoen) reserve BTW-compensatiefonds (€ 2,4 miljoen) reserve onderhoud kapitaalgoederen (€ 5,4 miljoen) reserve IHP (€ 2,3 miljoen) Voor een volledig overzicht van de beschikbare bestemmingsreserves wordt verwezen naar de toelichting op de balans. De bestemmingsreserves zijn door de gemeenteraad ingesteld voor het concretiseren van bepaalde doelstellingen. Bij aanwending voor andere doeleinden zou het oorspronkelijk voorgenomen besluit niet meer gerealiseerd kunnen worden. Op grond van het vorenstaande worden de bestemmingsreserves niet tot de weerstandscapaciteit gerekend. Een uitzondering hierop vormt de reserve grondexploitatie. Deze reserve is ingesteld als buffer voor het opvangen van eventuele negatieve resultaten op de exploitatie van bouwgronden. Enkele jaren geleden is deze reserve afgeroomd tot een buffer van € 2,2 miljoen maar daarna grotendeels ingezet voor dekking van de kosten van het MaSTERplan te Roden. De reserve grondexploitatie bedraagt ultimo 2006 € 1.5 miljoen.
2.1.3 Voorzieningen
V oorzieningen worden gevormd voor:
verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs ingeschat kan worden; op de balansdatum bestaande risico’s m.b.t. bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs kan worden ingeschat; kosten die in een volgend exploitatiejaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het (lopende) jaar of in een voorafgaand jaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal jaren (zgn. onderhoudsvoorzieningen). Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden (b.v. rijksvergoedingen voor onderwijs). Uit het vorenstaande blijkt, dat de voorzieningen slechts voor bepaalde doeleneinden mogen en kunnen worden aangewend. Bestuurlijk kan hiervan ook niet worden afgeweken. De voorzieningen worden dan ook als vreemd vermogen beschouwd en als zodanig niet tot de weerstandscapaciteit gerekend.
75
2.2 Omvang reserves in relatie tot andere gemeenten In
onderstaand
overzicht
zijn
laatst
bekende
(2003)
gemiddelde
reserves
van
gemeenten met een inwoneraantal tussen 20.000 en 50.000 inwoners opgenomen. Ter vergelijking zijn
de gemiddelde reserves van gemeenten Noordenveld
over 2005 en 2006 vermeld.
Soort reserve
Noordenveld Noordenveld Landelijk 2006 2005 2003
Algemene reserve
€ 103
€ 189
€
425
Bestemmingsreserve
€ 815
€ 758
€
700
Totaal (excl. Jaarresultaat 2006)
€ 918
€ 947
€ 1.125
De
bestemmingsreserves
van
de
gemeente
Noordenveld
komen
dus
redelijk
overeen met de gemiddelde reserves van gemeenten met een inwoneraantal van 20.000 tot 50.000. In vergelijking met andere gemeenten is de algemene reserve echter beperkt van omvang.
2.3 Omvang van de weerstandscapaciteit In de inleiding van deze paragraaf is aangegeven, dat de weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote
kosten
die
onverwachts en substantieel
zijn
te
dekken.
De
weer-
standscapaciteit kan betrekking hebben op zowel een incidentele als structurele buffer.
De hiervoor aangegeven algemene reserve en bestemmingsreserves behoren tot de incidentele weerstandscapaciteit. Tot de structurele weerstandscapaciteit behoort de onbenutte belastingcapaciteit van de onroerende zaakbelasting. Deze kan
gehanteerd
worden
maximumtarieven.
Voor
als deze
het
verschil
belasting
tussen
geldt
gehanteerde
echter
geen
tarieven
wettelijk
en
de
vastgesteld
maximum meer. In theorie is de ruimte binnen de onroerende zaakbelasting dus onbeperkt.
Wel
zou
gesproken
kunnen
worden
van
een
maatschappelijk
aan-
vaardbaar tarief, maar dat is niet eenduidig vast te stellen. De omvang van deze buffer wordt dus bepaald door wat als maatschappelijk aanvaardbaar wordt beschouwd door het bestuur van de gemeente. Daarnaast wordt de buffer met ingang van 2006 beperkt door het vervallen van het gebruikersgedeelte. De aanwending van de incidentele weerstandscapaciteit – dus de algemene reserve en reserve grondexploitatie – leidt tot een lagere renteopbrengst in de jaarlijkse exploitatie. De onbenutte belastingcapaciteit zou gelijk kunnen worden gesteld aan de derving van deze rentebaten.
Samengevat kan worden geconcludeerd, dat de gemeente ten minste beschikt over
een
weerstandscapaciteit
van
€
4,9
miljoen,
zijnde
de
algemene
reserve
minus toekomstige claims (€ 3,4 miljoen), inclusief jaarresultaat 2006, en de reserve grondexploitatie (€ 1,5 miljoen).
3. Risico’s In deze paragraaf staat het weerstandsvermogen van de gemeente centraal. De omvang van het benodigde weerstandsvermogen wordt bepaald door de omvang
76
van de weerstandscapaciteit in relatie tot de “resterende risico’s”. De omvang van de weerstandscapaciteit is in het vorige hoofdstuk bepaald. Met “resterende risico’s” worden bedoeld de risico’s die onvoldoende onder controle kunnen worden gehouden door stuur- en beheersmaatregelen en waarvoor (nog) geen specifieke voorzieningen zijn of kunnen worden getroffen. Zoals in de inleiding reeds is aangegeven behoren hier niet toe de reguliere risico’s. Reguliere risico’s doen zich regelmatig voor en zijn veelal goed meetbaar. Deze risico’s zijn in beginsel goed in te schatten en te ondervangen door het afsluiten van een verzekering of het treffen van een voorziening. In bijlage 2 van deze paragraaf zijn de geïnventariseerde risico’s ultimo 2006 opgenomen. In hoeverre alle risico’s in beeld zijn gebracht, is moeilijk te zeggen. Gemeenten zijn complexe organisaties, die te maken hebben met een grote diversiteit aan risico’s. Absolute zekerheid met betrekking tot de volledigheid van de risico’s bestaat dus niet.
4. Weerstandsvermogen
Wetenschappelijke of algemeen geldende normen voor de gewenste omvang van het weerstandsvermogen zijn er niet. Iedere organisatie zal aan de gewenste omvang op haar eigen wijze, gelet op haar eigen situatie, zelf invulling moeten geven. Uitgangspunt is evenwel dat de omvang van het weerstandsvermogen in verhouding moet staan tot de risico’s die de gemeente Noordenveld loopt. In bijlage 1 zijn de risico’s van onze gemeente samengevat. Het kwantificeren (op geld waarderen) van deze risico’s is, gelet op de aard van de risico’s, niet in alle gevallen mogelijk. De indeling van de risico’s in een risicoklasse geeft echter wel een indicatie van hoe het risicoprofiel van onze gemeente is samengesteld. De verdeling is dusdanig dat het zwaartepunt momenteel ligt bij een lager dan gemiddeld risico . Op basis van ervaringscijfers en benchmarkgegevens is als uitgangspunt voor de berekening van het benodigde weerstandsvermogen de volgende tabel te hanteren. De minimum en maximum bandbreedtes zijn bepaald op hetgeen provinciale toezichthouders hanteren en op benchmarkgegevens van onder meer onze accountant. Risicoprofiel Hoog risico Meer dan gemiddeld risico Gemiddeld risico Minder dan gemiddeld risico Laag risico
Bandbreedte per inwoner
Minimum € € € €
400 300 200 100 --
Maximum € € € € €
500 400 300 200 100
Zoals vorenstaand reeds aangegeven ligt het zwaartepunt van onze risico’s momenteel op minder dan een gemiddeld risico. Bij dit risico, waarbij ervan wordt uitgegaan dat niet alle risico’s zich gelijktijdig voordoen, kan voor het weerstandvermogen een norm van € 100 tot € 200 per inwoner worden gehanteerd.
77
Aantal inwoners per 31 dec. 2006: 31.449
Minimum niveau weerstandsvermogen
Maximum niveau weerstandsvermogen
€ 3,1 miljoen
€ 6,3 miljoen
5. Conclusie
De huidige weerstandscapaciteit (algemene reserve en reserve grondexploitatie) bedraagt afgerond € 4,5 miljoen. Dit bedrag is inclusief de toevoegingen van het jaarresultaat 2006. Op basis van het gehanteerde pragmatische risicoanalysemodel betekent dit dat de beschikbare weerstandscapaciteit op dit moment tussen het minimum en maximum weerstandsvermogen ligt.
78
Bijlage 1 Indeling risico's inrisicoklassen
maat regel mog.
Indeling in risicoklasse hoog
> gemiddeld
gemiddeld
< gemiddeld
Stafbureau Concerncontrol (CC)
1 Garantstellingen en waarborgfondsen 2 Afschrijvingstermijnen niet in overeenstemming met economische levensduur 3 Risico van extra kosten bij oplopende renteontwikkelingen 4 Het niet behalen van taakstellingen 5 Algemene uitkering uit het Gemeentefonds 6 BTW Compensatiefonds: Juiste toepassing regelgeving (BCF) en nadeel op grond van het BFC 7 Gemeenschappelijke regelingen
1 1
Ja
1 1
Ja Nee Nee
1
Ja
1
Ja Ja
Middelen & Ondersteuning (M&O)
1 1 1 1 1
1
1
1
1
1
Ruimte & Samenleving (R&S)
1 Brandweer: het niet voldoen aan wettelijke eisen 2 Handhavingsbeleid/vergunningenstelsel 3 Risico van planschadeclaims 4 Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen 5 Algemene bepalingen omgevingsrecht 6 Open eind regeling leerlingenvervoer 7 Toereikendheid onderwijsreserves/IHP onderwijs 8 Milieuverontreinigingen 9 GGD Drenthe 10 ICO: nog te verwachten frictiekosten 11 Mensinge Complex 12 Invoering Lumpsumfinanciering onderwijs 13 Open eind regeling inkomensdeel Wet Werk en Bijstand 14 Herpositionering gemeentelijke reïntegratie activiteiten / ISD Noordenveld 15 Open eind regeling Wet Voorziening Gehandicapten 16 Gevolgen Wet Maatschappelijke Ondersteuning 17 Gymnastieklokaal Veenhuizen
1 1
1
1 1 1 1 1 1 1
1 1
1
1
1 1
Openbare Werken & Accommodaties (OWA)
1 Munitie voormalig vliegveld Peest 2 Toereikendheid voorzieningen (met name onderhoud kapitaalgoederen) 3 Wegenbeheer en groenbeheersplan
Overigen (OV)
5%
5%
Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Ja Nee Nee Ja Nee
1 1
Ja Ja Nee
1 2
Nee Nee Nee Ja Nee Ja Nee Ja Nee Nee
1
1
1 Regiovisie
Cumulatief
Nee
1
1 Vergrijzing huidig personeelsbestand 2 Wachtgelden, regelingen bij reorganisaties 3 Vervangingskosten bij ziekte 4 Kostenrisico’s voortvloeiend uit ARBO-wetgeving 5 Grondexploitaties bedrijventerreinen 6 MaSTERplan/vrijetijdsboulevard 7 Masterplan Veenhuizen 8 Automatiseringsomgeving 9 Hulpverleningsdienst Drenthe 10 Realisatie op begrote subsidies
Totaal aantal Totaal procentueel
laag
Ja 6
16%
21%
8
21%
42%
11
29%
71%
11
38
29%
100%
79
Bijlage 2 Toelichting op de risico’s Omschrijving Stafbureau Concerncontrol (CC) Garantstellingen en waarborgfondsen Afschrijvingstermijnen niet in overeenstemming met economische levensduur Risico van extra kosten bij oplopende renteontwikkelingen Het niet behalen van taakstellingen Algemene uitkering uit het Gemeentefonds
BTW Compensatiefonds: Juiste toepassing regelgeving (BCF) en nadeel op grond van het BCF.
Gemeenschappelijke regelingen Middelen & Ondersteuning (M&O) Vergrijzing huidig personeelsbestand
Typering risico
Motivering en eventueel reeds genomen maatregelen Nog te nemen maatregelen
< gemiddeld Onvoldoende inzicht in aantallen en omvang van de verstrekte leningen, zonder zekerheidsstellingen en garanties, waarvoor dit geldt. laag Vervanging van activa kan noodzakelijk zijn, terwijl de bestaande activa nog niet afgeschreven zijn. De praktijk wijst tot erop dat dit niet vaak voorkomt. Derhalve is het risico op laag ingeschat. laag De renteontwikkelingen op de kapitaalmarkt zijn de afgelopen jaren relatief stabiel, Eventuele effecten kunnen vanuit de lopende exploitatiebegroting jaarlijks worden meegenomen. In de begroting wordt 6% rente geraamd voor consolidatie van het te verwachten financieringstekort, terwijl de huidige marktrente voor langlopende geldleningen ongeveer 4% bedraagt. laag Voor wat betreft heroverwegingen zijn in een plan van aanpak suggesties gedaan voor ombuigingen en bezuinigingen. Heroverwegingstaakstellingen zullen wellicht niet in alle gevallen gerealiseerd (kunnen) worden. Derhalve risico ingeschat op laag. > gemiddeld Toekomstige uitkeringen zijn onzeker, mede vanwege herverdeling en accressen. Daarnaast is het risico van een lagere algemene uitkering (vanaf 2003) aanwezig vanwege onzekerheid omtrent de hoogte van de BTW compensatie. Gezien bovenstaande (niet beïnvloedbare) zaken is het risico op groter dan gemiddeld geschat. < gemiddeld Met betrekking tot het BCF zijn nagenoeg nog geen ervaringsjaren opgebouwd. Door afspraken met de Belastingdienst is het risico enigszins gekwantificeerd. Onlangs is door de Belastingdienst over het jaar 2003 een controle uitgevoerd. Bij deze controle zijn vrijwel geen fouten geconstateerd. Het risico van een omvangrijke naheffing is derhalve beperkt. Daarom is het risico kleiner dan gemiddeld ingeschat. gemiddeld
GGD, Recreatieschap, Brandweer zijn allemaal gemeenschappelijke regelingen, waarin de gemeente hoofdzakelijk bijdraagt in eventuele exploitatietekorten. Doordat deze GR’s bestuurlijk op afstand staan, terwijl de gemeente wel (deels) moet bijdragen in tekorten, is sprake van een gemiddeld risico.
N.v.t. N.v.t. Lange termijn posities innemen tegen vaste voorwaarden. N.v.t. N.v.t.
Afstemming met de belastingdienst en adequate inrichting van de administratieve organisatie en daarin opgenomen maatregelen van interne controle. Privatiseren GR’s/Besturen op afstand.
< gemiddeld De formatie van de gemeente bedroeg eind 2006 204 fte. N.v.t. Vergrijzing van het personeelsbestand leidt tot hogere personeelskosten. De gemeente Noordenveld beschikt enerzijds over een reserve wachtgeldverplichtingen/nonactiviteitenregeling. Anderzijds wordt in de meerjarenbegroting uitgegaan van een jaarlijkse autonome stijging van slechts 1%. De gemiddelde leeftijd van het personeel van de gemeente bedraagt 46 jaar. Wachtgelden, regelingen < gemiddeld Er zijn geen concrete en vastgestelde plannen voor een N.v.t. bij reorganisaties reorganisatie. Het risico van niet voorzien wachtgeld voor ambtenaren blijft echter aanwezig. Dit risico is bepaald op kleiner dan gemiddeld. Vervangingskosten bij < gemiddeld De hieraan verbonden kosten zijn voor de gemeente N.v.t. ziekte Noordenveld niet bovengemiddeld. Het ziekteverzuim ligt 80
Kostenrisico’s voortvloeiend uit ARBOwetgeving Grondexploitaties bedrijventerreinen
MaSTERplan/ vrijetijdsboulevard
Masterplan Veenhuizen
Automatiseringsomgeving
onder het landelijk gemiddelde. Binnen de gemeente wordt aandacht besteed aan het verder terugdringen van het ziekteverzuim. laag In de huisvestingsplannen van de gemeente worden de Arbo-eisen meegenomen. In het verleden zijn reeds diverse maatregelen door de gemeente genomen, om naleving van de ARBO eisen te waarborgen. > gemiddeld Activiteiten in het kader van grondexploitatie zijn activiteiten met een relatief hoog risicoprofiel. De waardering van industrieterreinen bedraagt eind 2006 € 5,7 miljoen. Hoewel de exploitatie naar verwachting positief wordt afgesloten, is het risico aanwezig dat niet alle gepleegde investeringen terugverdiend worden met grondverkopen. Gezien de relatief hoge boekwaarde is het risico groter dan gemiddeld ingeschat. Daarnaast wordt voor het complex “Haarveld” subsidie ontvangen van SNN. Het uiteindelijk te realiseren subsidiebedrag is een risico. Voor “Haarveld” worden relatief omvangrijke investeringen gedaan voor het bouw- en woonrijp maken van dit complex. Nog onzeker is af al deze kosten in de toekomst terugverdiend kunnen worden. > gemiddeld Het MaSTERplan Roden is een veelomvattend plan, waarbij de kom van Roden, de Vrijetijdsboulevard en het Mensinge-complex wordt aangepast. De financiële omvang van de plannen (€ 21 miljoen) in relatie tot de grootte van de gemeente Noordenveld, is aanzienlijk. Voor de uitvoering van projecten zijn subsidies verkregen. Bij het niet volledig voldoen aan de subsidievoorwaarden, is het risico van terugvordering aanwezig. Een aantal gronden dienen nog te worden verkocht. De geraamde opbrengsten dienen dus nog te worden gerealiseerd. gemiddeld Het Masterplan Veenhuizen is een samenwerking tussen Gemeente, Provincie en Rijk. Het totale masterplan bedraagt € 9 miljoen. Hierbij is tevens sprake van EUsubsidies. Bij het niet naleven van de subsidievoorwaarden is het risico van terugvordering aanwezig. Hiervoor zijn op dit moment echter geen aanwijzingen, maar gelet op het feit dat de gemeente afhankelijk is meerdere partijen wordt het risico gemiddeld ingeschat. < gemiddeld Bij de gemeente Noordenveld is niet voor alle applicaties voldoende zicht op het applicatiebeheer. Hierdoor bestaat het risico op doorbreking van in de systemen opgenomen functiescheidingen. Overigens is in het informatiebeleidsplan 2005-2010 aangegeven dat er een cluster informatiebeheer komt, die verantwoordelijk wordt voor de integriteit van informatie.
Hulpverleningsdienst Drenthe
hoog
Realisatie op begrote subsidies
gemiddeld
Ruimte & Samenleving (R&S) Brandweer: het niet voldoen aan wettelijke eisen
RBD, GGD en GHOR zitten in een traject van bestuurlijke opschaling naar een Hulpverleningsdienst Drenthe. De daarmee samenhangende kwaliteitsslagen zijn in beeld gebracht en resulteren in een fors hogere gemeentelijke bijdrage Een positieve subsidiebeschikking betekent nog niet dat de toegezegde middelen ook daadwerkelijk worden uitbetaald. Het gehele administratieve proces tot aan de financiële eindafrekening dient strak geregisseerd te zijn.
Beoordelen naleving ARBO voorschriften. N.v.t.
Organiseren van interne beheersing voor deze projecten.
Optimaliseren van de organisatie ten bate van interne beheersing.
Een adequate inrichting van de administratieve organisatie en daarin opgenomen maatregelen van interne controle. N.v.t.
Verder ontwikkelen van het werkproces.
N.v.t. < gemiddeld Het niet voldoen aan wettelijke eisen kan mogelijk leiden tot aansprakelijkstelling. De eisen die aan rampenplannen worden gesteld zijn door recente rampen aangescherpt. Om risico’s te beperken, worden de bedrijven met de meeste risico’s het eerst gecontroleerd op naleving van de (wettelijke) eisen. Hierdoor is het risico kleiner dan 81
Handhavingsbeleid/ vergunningenstelsel
Risico van planschadeclaims Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen
Algemene bepalingen omgevingsrecht
Open eind regeling leerlingenvervoer
Toereikendheid onderwijsreserves/ IHP onderwijs
Milieuverontreinigingen GGD Drenthe
gemiddeld ingeschat. < gemiddeld Uit inspecties van het Ministerie zijn vooralsnog geen bijzonderheden gebleken. Daarom is het risico ingeschat kleiner dan gemiddeld. Voor de verstrekking van bouwvergunningen geldt dat relatief nieuwe regelgeving (gewijzigde Woningwet en nieuw Bouwbesluit) toegepast moeten worden. Voor actualisering van horecavergunningen is sprake van een achterstand. gemiddeld Door plannen van de gemeente kunnen planschadeclaims ontstaan. laag Doel van deze wet is een regeling te bieden voor de registratie van publiekrechtelijke beperkingen. Hieronder wordt verstaan iedere inbreuk op het recht van gebruik en beschikking van vastgoed, die op grond van een administratiefrechtelijke bevoegdheid door de overheid wordt opgelegd. Het gaat dus om belastende besluiten die op een onroerende zaken rusten, ongeacht wie de eigendom of het gebruik heeft van deze zaak. Aan deze wet zijn financiële en organisatorische consequenties verbonden. laag Er bestaat een groot aantal verschillende stelsels met betrekking tot toestemming van bestuursorganen voor het verrichten van activiteiten die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving (bijv. bouwvergunning, milieuvergunning, monumentenvergunning, kapvergunning, etc.). Het is wenselijk die stelsels zoveel mogelijk samen te voegen opdat een samenhangende beoordeling van die activiteiten op de betrokken aspecten mogelijk is in één procedure die leidt tot één besluit. Ook de handhaving van het nieuwe stelsel moet worden geregeld. De invoering van deze nieuwe regelgeving heeft financiële en organisatorische consequenties. Gelet op de beoogde ingangsdatum (2008) is het risico voorlopig als laag ingeschat. laag Het open eind karakter van de regeling blijft bestaan. De voorwaarden om gebruik te kunnen maken van de regeling worden in de komende jaren na aanpassing van de verordening aangescherpt. Er is inmiddels enkele jaren ervaring opgedaan met de nieuwe doelgroep gehandicapte leerlingen in het regulier onderwijs. De instroom van leerlingen uit die groep is beperkt gebleven. De ervaringen met aanbesteding van het vervoer geven aan dat er voldoende marktwerking is. Vanwege de relatief beperkte doelgroep binnen de gemeente Noordenveld die gebruik maakt van de voorzieningen voor leerlingenvervoer is sprake van een laag risico. laag Het IHP onderwijs is geactualiseerd. Inmiddels zijn de inflatiekosten opgenomen in de planning. Middels deze planning is inzichtelijk gemaakt welke investeringen in schoolgebouwen de komende jaren noodzakelijk zijn om de bestaande scholen in stand te houden. Daarnaast is een ambitieniveau uitgesproken voor investeringen in verbetering van de kwaliteit en functionaliteit van gebouwen. Middels het jaarlijks vaststellen van een bekostigingsplafond wordt aangegeven welk budget daadwerkelijk beschikbaar is. Gelet hierop is het risico laag. laag De risico's van nog niet getaxeerde kosten als gevolg van bekende en onbekende milieuverontreiniging zijn laag. laag Medio 2006 is een gewijzigde begroting 2006 vastgesteld waarin de bekende risico's zijn vertaald in een hogere gemeentelijke bijdrage. Deze staan opgenomen in de begrotingen 2006 en 2007. De inschatting is dat volstaan kan worden met de gebruikelijke aanpassingen. Er zijn gesprekken gaan om de wvg/sma-activiteiten af te stoten. Indien dit lukt, worden de huidige risico's nog verder verlaagd.
Wegwerken evt. achterstanden
N.v.t. N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.; uitvoering wettelijke taak.
Jaarlijkse ijking van de onderwijsreserve.
N.v.t. N.v.t.
82
ICO: nog te verwachten
laag
frictiekosten
Het door de raad gereserveerde budget is naar beneden
N.v.t.
bijgesteld tot € 324.131. Er zijn geen aanwijzingen dat dit budget niet toereikend zal zijn. Het risico is dus laag.
Mensinge
gemiddeld
De stichting Mensinge ontvangt subsidie op basis van een door haar ingediende begroting. Hierin is nog
N.v.t.
geen
bedrijfsplan voor exploitatie van de Winsinghhof opgenomen. Evenmin bestaat voldoende zicht op de gehele bedrijfsvoering van het complex. Het risico moet daarom worden getypeerd als gemiddeld. Invoering
gemiddeld
Per 1 augustus 2006 is de lumpsum financiering definitief
Lumpsumfinanciering
een feit. Het openbaar schoolbestuur beschikt hiermee
onderwijs
over een gelimiteerd budget voor het bekostigen
N.v.t.
van alle
uitgaven voor het verzorgen van onderwijs. Het reguliere budget is op dit moment voldoende om te voldoen aan de bestaande verplichtingen. Daarnaast beschikte de gemeente als schoolbestuur over een behoorlijke financiële reserve. Op de korte termijn is sprake van een laag risico. Op dit moment wordt een analyse uitgevoerd om na te gaan welke aanpassingen en maatregelen eventueel nodig zijn om toekomstige risico's af te dekken. Voor de middellange termijn wordt
het risico vooralsnog
ingeschat als gemiddeld. Open eind regeling
Als gevolg van rijksbeleid gaan de budgetten weer naar de
Sturen op
inkomensdeel Wet Werk
>gemiddeld
gemeenten. Voor Noordenveld wordt teruggegrepen op
kwaliteit en
en Bijstand
het historisch verdeelmodel; het schaalvoordeel van de
uitstroom.
ISD komt daarmee te vervallen. Herpositionering
gemiddeld
De ISD Noordenkwartier bestaat sinds 2005. Harmonisatie
gemeentelijke reïntegratie
van beleid en werkwijzen is inmiddels gerealiseerd. De
activiteiten / ISD
ervaringen tot nu toe niet op een meer dan gemiddeld
Noordenveld Open eind regeling Wet
risico. < gemiddeld
Door de vergrijzing is het denkbaar dat de vraag naar
Geen maatregel
Voorziening
voorzieningen toeneemt. Het risico is volledig voor
mogelijk;
Gehandicapten
rekening van de gemeente. Voor de WVG is een
uitvoering van
bestemmingsreserve beschikbaar. Deze heeft eind 2006
wettelijke taak.
een omvang van € 930.795. Gezien de relatief omvangrijke bestemmingsreserve voor dit risico, is het risico kleiner dan gemiddeld ingeschat. Gevolgen Wet
> gemiddeld
De budgetten 2007 zijn bekend. Het beroep op de
Inventariseren en
Maatschappelijke
voorzieningen is nog niet bekend. Invoering van deze wet
kwantificeren van
Ondersteuning
betekent aanpassingen binnen de organisatie, waaraan
de risico’s van
kosten zijn verbonden. Onduidelijk is of de uitkering die de
invoering van
gemeente zal ontvangen, voldoende zal zijn om de
deze wet.
uitgaven te dekken. Intern is de inschatting bij de gemeente gemaakt dat hier sprake is van een groter dan gemiddeld risico. Gymnastieklokaal
> gemiddeld
Veenhuizen
Op grond van een anti-kraak overeenkomst wordt het
N.v.t.
gymnastieklokaal Veenhuizen gebruikt. Het gebouw is eigendom
van Domeinen en verkeert in slechte staat. De
technische installaties zijn sterk verouderd en de kans is reëel dat de apparatuur binnenkort volledig uitvalt. Om de voortgang van het onderwijs te waarborgen zullen dan kosten moeten worden gemaakt. In die zin is de risico inschatting hoog maar de omvang beperkt, derhalve groter dan gemiddeld.
Openbare Werken & Accommodaties (OWA) Munitie voormalig
< gemiddeld
vliegveld Peest
Voor het verwijderen van munitie op voormalig vliegveld
Activiteiten bijna
Peest wordt een bijdrage van het Rijk ontvangen. De
afgerond.
eigen bijdrage van de gemeente bedraagt in principe 10%. De werkelijke bijdrage is echter afhankelijk van de omvang van de door de gemeenten ingediende declaraties. Het budget is op macroniveau een vast bedrag. Over de resterende nog te ontvangen bijdragen is thans nog geen duidelijkheid verkregen. Toereikendheid
< gemiddeld
Er zijn onvoldoende onderbouwingen van het benodigde
Actualisatie van
voorzieningen (met name
voorzieningenniveau aanwezig. Overigens is voor
de
onderhoud
onderhoud van kapitaalgoederen inmiddels een
onderbouwingen
83
kapitaalgoederen) Wegenbeheer en groenbeheersplan
Overigen (OV) Regiovisie
bestemmingsreserve aanwezig van € 5,4 miljoen, waarmee het risico waarschijnlijk is afgedekt. gemiddeld
Voor de openbare ruimte geldt dat de beheerplannen nog vastgesteld moeten worden. Voor het beheer van de openbare ruimte wordt gewerkt aan een systematiek om jaarlijkse benodigde budgetten in beeld te krijgen, Tot die tijd is onzeker of de huidige budgetten toereikend zijn.
van het voorzieningenniveau. Actualisatie van de onderbouwing van het voorzieningenniveau.
hoog
In het kader van de Regiovisie moeten veel aankopen en investeringen gepleegd worden door de gemeente. Het is onzeker of deze allemaal terugverdiend kunnen worden. Gezien de verwachte omvang van de investeringen is het risico als hoog ingeschat. Het eventueel verlies van grondposities is in de risicoafweging meegenomen.
Kritisch beoordelen voortgangsrappor tages en terugverdienmog elijkheden.
84
3.4.3 Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen Inleiding
De gemeente Noordenveld is een gemeente met een grondoppervlakte van ruim 20.000 hectare en kent 23 plattelandskernen. De gemeente heeft veel openbare ruimte in beheer. De gemeente Noordenveld is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte. Bij het beheer en onderhoud gaat het om de volgende kapitaalgoederen: * Infrastructuur zoals wegen, water, riolering en kunstwerken; * Voorzieningen zoals groen, openbare verlichting; * Gebouwen zoals openbare gebouwen, monumenten, scholen. Al deze kapitaalgoederen dienen te worden onderhouden. Gezien de duurzaamheid van de kapitaalgoederen is dat een taak die continu budgettaire middelen vergt. In het kader van het BBV is ingaande 2004 daarom de paragraaf Onderhoud van kapitaalgoederen verplicht. De paragraaf onderhoud kapitaalgoederen geeft een dwarsdoorsnede van de begroting. Lasten van onderhoud kunnen op diverse programma's voorkomen. Met onderhoud van kapitaalgoederen is een substantieel deel van de begroting gemoeid. De paragraaf Onderhoud van kapitaalgoederen is een groeimodel. Allerlei beleidsontwikkelingen zullen gedurende deze Bestuursperiode kunnen leiden tot een nadere invulling van deze paragraaf. Het beleidskader
Het beheer van de openbare ruimte binnen de gemeente Noordenveld kent tot nu toe vooral een inputbenadering, de taakstellende budgetten voor het onderhoud zijn bepalend voor het kwaliteitsniveau. De gemeente Noordenveld heeft op dit moment geen bestuurlijk vastgesteld ambitieniveau voor het onderhoud van kapitaalgoederen. Wel is er in de gemeenteraad een werkgroep gevormd die zich oriënteert op de normering van het beheer van de openbare ruimte middels het zogenaamde BORmodel (Beheer Openbare Ruimte). De werkgroep heeft aangegeven de invoering van BOR uit te willen stellen naar 2007. Op basis daarvan kunnen de financiële consequenties van het beleidskader (gewenste onderhoudsniveau) en de vertaling ervan in de begroting expliciet worden aangegeven. Kapitaalgoederen zijn van belang voor het verwezenlijken van een aantal gemeentelijke programma’s (Beheer Openbare Ruimte, Onderwijs, Sport, Recreatie en Toerisme, Milieubeheer). Het beleid van de gemeente Noordenveld voor het onderhoud van kapitaalgoederen is onder meer opgenomen in de nota’s: • Groenvisie • Landschapsbeleidsplan • Waterplan • Schouwbestek
85
• • • • • • • •
Bosbeheerplan Noordenveld G.V.V.P. GBI-beheerprogramma (meldingen, verkeerstekens, wegen, riolering, groen, kunstwerken) G.R.P. Richtlijnen NSVV voor openbare verlichting Renovatieplan openbare verlichting IHP (integraal huisvestingsplan) VTA-controle
De volgende beheerplannen zullen in het komende begrotingsjaar worden opgesteld/bijgesteld: • Wegen: Jaarlijkse uitvoeringsprogramma’s • Speelvoorzieningen: speelbeleidsplan • Bruggen: Realisatie meerjarenonderhoudsprogramma kunstwerken • Watergangen: Uitvoering schouw middels schouwbestek. • Water: Uitvoering van projecten uit het, in 2005, vastgestelde Waterplan Noordenveld • Natuurbescherming: Actualiseren bosbeheerplan Noordenveld in 2005/ 2006, vaststellen monumentale bomenlijst in 2005/2006 • Openbaar groen: bermbeheerplan. • Afvalverwerking/ -verwijdering: • Riolering: Uitwerking GRP 2005- 2008 • Gebouwen: Uitbreiding gemeentehuis, vervangen nieuwbouw 2 scholen
Wat hebben we in 2006 bereikt c.q. gerealiseerd? Wegen, straten en pleinen De door de gemeente Noordenveld beheerde oppervlakte aan verharde wegen bedraagt ruim 2.480.000 m2. Van de verharde oppervlakte wordt ongeveer 80% gebruikt als rijbaan. Voor fietspaden is dit ongeveer 7% en voor voetpaden ongeveer 12%. De wegen bestaan voor ongeveer 48% uit asfalt, ongeveer 3% uit betonverharding en voor ongeveer 48% uit klinker-/ tegelverharding. Voorgenomen beleid 2006 * Verharde wegen Onderzoeken of door wijzigingen in de infrastructuur het verkeer kan worden geleid naar hoofdroutes. De verkeersdruk en daarmee de kosten van onderhoud op de wegen van lagere orde kunnen daardoor verminderen. Het verschil tussen benodigde en beschikbare middelen zal daardoor lager worden. Criteria laten vaststellen door het bestuur aan het onderhoud van welke verhardingen een hogere prioriteit moet worden toegekend zolang de beschikbare financiën lager zijn dan de benodigde financiën. De administratieve gegevens uit het wegbeheer programma GBI koppelen met de kaart.
86
* Onverharde wegen
Het huidige beleid continueren.
* Bebording en markering
niet (meer) noodzakelijke borden verwijderen; -een meerjaren vervangingsplan opstellen voor te handhaven bebording; -zoveel mogelijk markeringen van wegenverf vervangen door markeringen van thermoplastisch materiaal. -
Wat is uitgevoerd
Er zijn diverse werken uitgevoerd waaronder MaSTERplan fase 5, de Bomenbuurt, parkeervoorziening Haulerweg te Veenhuizen en reconstructie Stoomweg/Oude Norgerweg te Veenhuizen. In 2006 is daarnaast gestart met de voorbereiding van uitvoering werkzaamheden Ds. Germsweg en Veenhuizerweg. Door de inspanningen van het MaSTERplan Roden zijn enkele werken gepland voor 2006 niet tot uitvoering gekomen. Uitvoering vindt plaats in 2007. Straatreiniging De gemeente reinigt op een doelmatige wijze de straten, papierbakken en verwijdert het zwerfvuil teneinde het straatbeeld een verzorgd aanzien te geven. Er wordt 490 km wegen gereinigd met een veegauto en er wordt 25.000 m2 straten en pleinen handmatig gereinigd. De door de gemeente Noordenveld beheerde afvalbakken cq. blikvangers bedraagt 300 stuks. De afvalbakken worden door wijkbeheer en reiniging 70 keer per jaar geleegd. De kosten en uren hiervoor worden verantwoord op het product straatreiniging ca. Openbare verlichting De gemeente Noordenveld is verantwoordelijk voor ca. 6500 lichtpunten.
Voorgenomen beleid 2006
De uitvoering van beheerwerkzaamheden aan masten, armaturen, lampen e.d. via een aanbesteding laten uitvoeren. Het renovatieplan voor de openbare verlichting actualiseren (tot 2007). Om het renovatieplan volledig uit te kunnen voeren is voorgesteld om het budget gelijk te houden maar de termijn van 10 jaar te verlengen met een periode van minimaal 6 jaar.
Wat is uitgevoerd
In 2006 is gestart met de Bomenbuurt waarmee de openbare verlichting is mee gelift. Water en Kunstwerken De gemeente heeft 144 km schouwsloten en 414 ha water in beheer. De gemeente Noordenveld heeft 2 steigers, 78 duikers en 52 bruggen in onderhoud.
Voorgenomen beleid 2006
Voldoen aan wateropgave zoals beschreven in het GRP 2005- 2008, het Regionaal Bestuursakkoord Water en het Waterplan Noordenveld. 87
Ook projecten benoemd in het Waterplan Noordenveld zullen worden uitgevoerd. Een meerjaren onderhoudsprogramma opstellen voor de kunstwerken.
Wat is uitgevoerd
In 2006 is met het verhoogde budget het onderhoud voor de schouwsloten uitgevoerd. Het bestek is in 2006 nog op de oude manier aanbesteed. Een meerjarig onderhoudsbestek gaat in per 2007. Het Waterplan is in februari 2006 vastgesteld. De uitvoering van het Waterplan verloopt naar wens. In 2006 zijn 4 van de 7 projecten uit het Projectenplan gestart. In verband met de verwerking van de inspecties en het in kaart brengen van kwetsbare punten in GBI Kunstwerken is in 2006 een pas op de plaats gemaakt. Rioleringen De gemeente Noordenveld beschikt over 267 km riolering, 102,6 km drukriolering, 7 bergbezinkbassins, 48 rioolgemalen, 508 rioolpompen, ca.13.000 straatkolken en 6.645 rioolputten. Na uitvoering van het project ‘Fase III riolering buitengebied’ zijn, op de 85 percelen op het terrein De Natuurvrienden na, alle percelen aangesloten op de riolering of voorzien van een IBA-installatie.
Wat is uitgevoerd
Conform het vermelde in het Gemeentelijk Rioleringsplan is in 2006 een aantal projecten afgerond. Verder is er een aantal projecten gestart, welke nog in uitvoering zijn. Natuur-/ Landschapsbescherming- Openbaar Groen- Speelvoorzieningen- Lijkbezorging De gemeente heeft 210 ha bos en landschapselementen in beheer. Daarnaast heeft de gemeente 35.000 bomen, waarvan 6.396 monumentale bomen. De door de gemeente beheerde oppervlakte openbaar groen bedraagt ongeveer 1.160.000 m2. Hiervan is bijna 60 % gazon. Daarnaast is er 18,3% bosplantsoen, 10,6 % heesters, 27 % bermen, 0,6 % hagen en 0,1 % rozen en wisselperken. Daarnaast bestaat het openbaar groen uit 10 sportcomplexen met in totaal 26 sportvelden en 7 begraafplaatsen met een oppervlakte van ongeveer 14 ha. Ook vallen visvijvers, kampeerterreinen, volkstuinen, toeristische fietspaden ed. onder het beheer van openbaar groen. In de gemeente Noordenveld zijn 73 speelveldjes en 385 speeltoestellen. De gemeente heeft 7 begraafplaatsen in onderhoud. In totaal worden er 308 graven onderhouden en 10 urnenmuren.
88
Voorgenomen beleid 2006
-actualiseren van het bosplan Noordenveld in 2005/ 2006 -uitvoering V.T.A. controles. -in 2006 de Monumentale bomenlijst voor de gemeente Noordenveld (gemeentelijke en particuliere bomen) vaststellen. Bomen moeten voldoen aan een aantal uitgangspunten om de status monumentaal te krijgen. Voorgesteld wordt om particulieren een onderhoudsvergoeding te geven indien de bomen ouder dan 75 jaar zijn. -inzicht geven in kosten voor onderhoud en beheer van het openbaar groen en inzicht geven in onderhoud openbaar groen met kwaliteit basis of hoog (uitwerking BOR, vanaf 2007) -opstellen bermbeheerplan. -het huidige beleid voor onderhoud sportvelden continueren. -in nauw overleg met de (sociaal)wijkbeheerder wordt vormgegeven aan onderlinge roulatie en of verplaatsing van speelvoorzieningen naar nieuwe dan wel “verjongde” buurten en wijken. Dit gebeurd volgens het, intern op te stellen, ‘speelbeleidsplan.’ Dit plan moet, naar aanleiding van de mogelijke bezuinigingen genoemd in de Voorjaarsnota, leiden tot minder aanschaf van speeltoestellen.
Wat is uitgevoerd
In 2006 is, door onvoorziene omstandigheden niet gestart met de VTA- controle. Voor het opstellen van het bermbeheerplan heeft de gemeente een subsidietoezegging ontvangen van de provincie (SGB). Uitwerking van het bermbeheerplan kon niet in 2006 starten daar inventarisaties in het voorjaar dienen te worden uitgevoerd. In 2006 zijn met behulp van een hoogwerker veel bomen langs wegen gesnoeid. In 2006 heeft het fruitbomenproject van Landschapsbeheer Drenthe in de gemeente plaatsgevonden. Het Bosplan Peize is in 2006 afgerond maar nog niet vastgesteld. Het Bosbeheerplan Noordenveld wordt in 2007 opgestart waarna beide plannen ter vaststelling worden aangeboden. Er is hard gewerkt aan de verdere uitwerking van de Monumentale Bomenlijst. Vaststelling kon echter nog niet in 2006 plaatsvinden. In 2006 zijn de financiële middelen voor 2007 beschikbaar gesteld voor het opstellen van het speelbeleidsplan. In 2006 zijn middelen beschikbaar gesteld voor uitvoeren werkzaamheden volgens planning. Op alle openbare begraafplaatsen in Noordenveld zijn nu strooiveldjes gerealiseerd. In Norg, Een, Roderwolde en Roden zijn nieuwe muren bijgeplaatst. Ook voor Veenhuizen was de planning hier een muur te plaatsen, in verband met de procedures ten aanzien van monumenten heeft uitvoering nog niet plaatsgevonden. Verder zijn er urnenkelders geplaatst op Peize, Een, Veenhuizen, Roden en NieuwRoden. Ook zijn er infoborden besteld welke nog geplaatst moeten worden. Hierin kan informatie over de begraafplaatsen worden opgenomen.
89
Afvalverwijdering-/ verwerking In de gemeente Noordenveld zijn 13.766 aansluitingen. Per aansluiting zijn er 2 containers (GFT en restafvalcontainer) en daarnaast nog een papiercontainer. In totaal zijn er drie maal 13.766 containers vermeerderd met 10% in verband met aansluitingen met meerdere containers. Dit geeft een totaal van ruim 45.000 containers. Gebouwen De gemeente Noordenveld heeft 112 gebouwen in eigendombeheer, met een totale oppervlakte van circa 53.250 m² en een gemiddelde leeftijd van 30 jaar (exclusief monumenten). De gemeente heeft 11 gebouwen, kantoren, werkplaatsen en brandweerkazernes in eigendom voor haar eigen organisatie; 25 onderwijsgebouwen, scholen en gymnastieklokalen; 8 dorpshuizen, bibliotheken, multifunctionele gebouwen; 7 sportgebouwen en 61 overige gebouwen, zoals kerktorens, molens, bergingen, aula, woningen etc., waarvan 11 monumenten.
Wat is uitgevoerd
In 2006 is de voorbereiding voor uitbreiding van het gemeentehuis afgerond. Daarnaast zijn diverse installatiewerken in de Brinkhof en De Hullen uitgevoerd en is het dak van de kleedkamers van VV Nieuw-Roden gerenoveerd. Voor schoolgebouwen wordt verwezen naar het hoofdstuk Speerpunten van beleid.
Reserve onderhoud kapitaalgoederen en de relatie met Beheer Openbare Ruimte (BOR) In 2003 is begonnen met het in een periode van drie jaar gefaseerd beëindigen van de algemene reserve voor zover deze niet vrij aanwendbaar is. Dit deel van de algemene reserve ging eerder door het leven als de zogenaamde Regas reserve. De rente van deze reserve werd aangewend ten gunste van de jaarlijkse exploitatie. Inmiddels is deze reserve “vrij van rente” en gewijzigd in Reserve Onderhoud Kapitaalgoederen. De omvang van deze bestemmingsreserve bedraagt bijna € 5.4 miljoen. De reserve is dus gerelateerd aan het Beheer van de Openbare Ruimte. De kosten van het dagelijks onderhoud van de “openbare ruimte” zijn opgenomen in de exploitatiebegroting. Anders is het met de kosten van bepaald groot onderhoud (b.v. dek- en slijtlagen) van wegen e.d. Op deze investeringen dient, op grond van het B.B.V. in principe niet te worden afgeschreven. In de gemeente Noordenveld wordt momenteel een B.O.R. systematiek ontwikkeld. Doel van deze systematiek is om ook op de langere termijn gewaarborgd te zijn van niet alleen voldoende onderhoud maar ook van voldoende financiële middelen. Vandaar de in het leven geroepen bestemmingsreserve Onderhoud van kapitaalgoederen. Zolang de BOR in Noordenveld niet van kracht is, is het reguliere jaarlijkse onderhoudsbudget en een deel van het budget voor de zogenaamde
90
vervangingsinvesteringen jaarlijks nog voldoende om in de dekking van de kosten te voorzien.
91
3.4.4 Paragraaf financiering Inleiding
De financieringsfunctie ondersteunt de uitvoering van de in de begroting opgenomen programma’s. De financieringsfunctie omvat de financiering van beleid en het uitzetten van geldmiddelen die niet direct nodig zijn. Volgens de ministeriële voorschriften neergelegd in het BBV dient de paragraaf financiering minimaal de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille te bevatten. Volgens de vastgestelde financiële verordening gemeente Noordenveld (ex. Art. 212 GW) dient in de paragraaf financiering verslag te worden gegeven over: * kasgeldlimiet; * renterisiconorm; * liquiditeitsplanning en -positie; * omvang en samenstelling van het vreemd vermogen; * omvang en samenstelling van de uitzettingen. De financieringsparagraaf is, in samenhang met het financieringsstatuut, een belangrijk instrument voor het transparant maken, en daarmee voor het sturen, beheersen en controleren, van de financieringsfunctie. Het financierings-(of treasury)statuut geeft de infrastructuur voor de inrichting van de financieringsfunctie aan (in de vorm van uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten). Ingevolge de financiële verordening ex. art 212 gemeentewet is door het college op 15 maart 2005 het treasurystatuut vastgesteld en ter kennisname aan de gemeenteraad gezonden. Er wordt gewerkt binnen het juridische kader van de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido). De berekening van de kapitaalbehoefte per 1 januari 2006, resp. 31 december 2006 is als volgt (bedragen x € 1.000): Omschrijving Reserves en voorzieningen Vaste geldleningen Totaal geïnvesteerd bedrag Financieringstekort
begin 2006 39.233 10.977 50.210 55.989 -5.779
eind 2006 37.866 25.391 63.257 64.691 -1.434
92
ERROR: syntaxerror OFFENDING COMMAND: --nostringval-STACK: -mark/DecodeLMN -dictionary-dictionary/CIEBasedA -mark/40 -mark-