0 rsie 2.
Ve
2015
Pleintje Verkeer is een initiatief van: GGA Hart van Brabant: een regionaal samenwerkingsverband op het gebied van verkeer en vervoer van de gemeenten Dongen, Goirle, Gilze en Rijen, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk, Tilburg en Waalwijk samen met de provincie Noord-Brabant, Rijkswaterstaat en de politie.
www.pleintjeverkeer.nl www.pleintjeverkeer.nl
1
» Colofon » » » Initiatief De Gebiedsgerichte aanpak (GGA Hart van Brabant) is een regionaal samenwerkingsverband op het gebied van verkeer en vervoer van de gemeenten Dongen, Goirle, Gilze en Rijen, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk, Tilburg en Waalwijk samen met de provincie, Rijkswaterstaat en de politie.
Opdrachtgever Gemeente Hilvarenbeek
Gebruik van het lesmateriaal Het lesmateriaal wordt gratis aangeboden aan BVL-scholen in het basisonderwijs in het GGA Hart van Brabant gebied. Het kopiëren voor educatieve doeleinden is voor deze scholen vrij van rechten.
Rechten Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de opdrachtgever: de gemeente Hilvarenbeek.
Hilvarenbeek, juli 2015
2
» Inhoudsopgave » » »
Pagina Voorwoord 5
1. Leeswijzer
6
2. Fietsbehendigheidsoefeningen
7 7 7 7 7 8 9 10 10 11 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22
3. Het Verkeersparcours
23 23 23 23 23 24 25 27 27
2.1 Algemeen • Wat is de bedoeling van de oefeningen? • Voor wie zijn de oefeningen bedoeld? • Om welke oefeningen gaat het? • Organisatie • Voorbereidende theorieles(sen) • Opbouw oefeningen • Kopieerbladen 1 - 5 2.2 Beschrijving van de oefeningen • Oefening 1: Opstappen en wegfietsen • Oefening 2a: Je evenwicht bewaren op een plank • Oefening 2b: Je evenwicht bewaren op een wip • Oefening 3: Je evenwicht bewaren op drempels • Oefening 4: Met één hand rijden op een smal pad • Oefening 5: Met één hand een cirkel fietsen • Oefening 6: Afslaan op een T-splitsing • Oefening 7a: Slalommen zonder bagage • Oefening 7b: Slalommen met bagage • Oefening 8: Een noodstop maken • Oefening 9: Voorbijfietsen van een obstakel • Oefening 10: Pakken en wegleggen 3.1 Algemeen • Wat is de bedoeling van het parcours? • Voor wie is het parcours bedoeld? • Hoe is het parcours opgebouwd? • Organisatie • Voorbereidende theorieles(sen) • Opbouw Verkeersparcours • Kopieerbladen 6 - 12
3
3.2 Dode Hoek. Draaiboek en handleiding 28 3.3 Beschrijving van het Verkeersparcours 28 • Oefening 1: De start: wegrijden 29 • Oefening 2: Een T-splitsing met verkeerslichten 30 • Oefening 3: Een zebrapad 33 • Oefening 4: Een T-splitsing (gelijkwaardig, geen voorrang geregeld) 34 • Oefening 5: Drempels 36 • Oefening 6: Een rotonde 37 • Oefening 7: Een obstakel 38 • Oefening 8: Een voorrangskruising (voorrangsweg) 39 • Oefening 9: Een voorrangskruising (voorrang verlenen) 40 • Oefening 10: De finish: aankomen 41
4. Kopieerbladen Fietsbehendigheidsoefeningen
42 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55
5. Bijlagen fietsbehendigheidsoefeningen
56 57 58 60 61
• Kopieerblad 1: Fietsen is een kunst! • Kopieerblad 2: Fietscontrole (groep 4 tot en met 6) • Kopieerblad 3: Fietscontrole (groep 7 en 8) • Kopieerblad 4: Pleindiploma Fietsen (voorkant) • Kopieerblad 5: Pleindiploma Fietsen (achterkant) Verkeersparcours • Kopieerblad 6: Wees een peer in het verkeer • Kopieerblad 7: Pleindiploma Oversteken (voorkant) • Kopieerblad 8: Pleindiploma Oversteken (achterkant) • Kopieerblad 9: Pleindiploma Sturen • Kopieerblad 10: Pleindiploma Skelteren • Kopieerblad 11: Pleindiploma Verkeersparcours (voorkant) • Kopieerblad 12: Pleindiploma Verkeersparcours (achterkant)
• Bijlage 1: • Bijlage 2: • Bijlage 3: • Bijlage 4:
Suggestie indeling Fietsbehendigheidsparcours Materialen fietsbehendigheidsoefeningen (2 pag.) Onderdelen parcours fietsbehendigheidsoefeningen Opzet Ouderbrief fietsbehendigheidsoefeningen
6. Bijlagen Verkeersparcours • Bijlage 5: • Bijlage 6: • Bijlage 7: • Bijlage 8: • Bijlage 9: • Bijlage 10:
Suggestie indeling Verkeersparcours Suggestie rijrichting Verkeersparcours Materialen Verkeersparcours Bedieningsvoorschriften verkeerslichten (2 pag.) Opzet Ouderbrief Verkeersparcours Suggestie rijrichting Verkeersparcours
4
62 63 64 65 67 68
» Voorwoord » » » Pleintje Verkeer is een lespakket voor praktisch verkeersonderwijs. Het pakket bestaat uit een beschrijving van fietsbehendigheidsoefeningen, een Verkeersparcours en alle benodigde materialen. De fietsoefeningen zijn bestemd voor kinderen van groep 4 tot en met 8 van het basisonderwijs. Het Verkeersparcours is voor alle leerlingen. Pleintje Verkeer is een project van het GGA-gebied Hart van Brabant: een regionaal samenwerkingsverband op het gebied van verkeer en vervoer van de gemeenten Dongen, Goirle, Gilze en Rijen, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk, Tilburg en Waalwijk samen met de provincie, Rijkswaterstaat en de politie. Bij Pleintje Verkeer hoort een aanhanger met verkeerseducatie-materialen voor lessen op speelplaatsen van basisscholen uit de GGA-gemeenten. Scholen die Pleintje Verkeer in hun verkeersonderwijs willen inzetten, kunnen de aanhanger reserveren. Wij wensen alle basisscholen en hun leerlingen en ouders actieve en vooral leerzame praktische verkeerslessen toe.
5
1.
» Leeswijzer » » » Pleintje Verkeer bestaat uit een beschrijving van fietsbehendigheidsoefeningen (hoofdstuk 2) en een Verkeersparcours (hoofdstuk 3), inclusief verwijzingen naar het deel Kopieerbladen en Bijlagen. In hoofdstuk 2 vindt u een compacte beschrijving van de fietsbehendigheidsoefeningen. Per oefening is aangegeven om welke specifieke fietsbehendigheid het gaat, voor welke kinderen ze bedoeld is, wat de leerlingen achtereenvolgens moeten doen en wat het beoogd leereffect is. Elke oefening wordt geïllustreerd met twee foto’s: de ene van een realistische straatsituatie, de andere van de nagebootste oefensituatie. In het deel Bijlagen treft u onder andere suggesties voor de indeling van een Fietsbehendigheidsparcours, aanwijzingen voor de opbouw van de fietsbehendigheids-oefeningen en een voorbeeld van een ouderbrief aan. Aan de praktijk op het plein gaat een voorbereidende theorieles vooraf. Centraal hierin staat de PowerPointpresentatie Pleintje Verkeer: fietsbehendigheidsoefeningen en de fietskeuring. Hoofdstuk 3 is vergelijkbaar opgebouwd en uitgewerkt. Na een algemeen deel met ook hier aandacht voor het belang van een voorbereidende theorieles volgt een concrete beschrijving van de tien oefeningen van het Verkeersparcours. In het deel Bijlagen vindt u suggesties voor de indeling van het behendigheidsen Verkeersparcours, benodigde materialen en ouderbrieven. Alle bestanden zijn ook te downloaden op de website www.pleintjeverkeer.nl.
6
2.
» Fietsbehendigheidsoefeningen » » »
2.1 Algemeen Wat is de bedoeling van de oefeningen? Fietsen is een kunst en jong geleerd is oud gedaan. De bedoeling van de oefeningen is om op een speelse manier de fietsvaardigheid van basisschoolleerlingen te vergroten. Ook al hebben ze als peuter of kleuter van hun ouders hun eerste fietslessen gehad, fietsten ze al vroeg zonder zijwieltjes, met de toegenomen verkeersdrukte in hun woon- en schoolomgeving ontwikkelen ze hun fietsbehendigheid in het algemeen langzamer of later. Daarnaast maken de leerlingen kennis en raken ze meer vertrouwd met verkeersborden, verkeersregels en hun toepassingen. Voor wie zijn de oefeningen bedoeld? De oefeningen zijn bedoeld voor kinderen uit groep 4 tot en met 8 van de basisschool. Voor leerlingen van groep 4 tot en met 6 ligt het accent op het uitbreiden van hun motorische fietsvaardigheid, voor kinderen uit de bovenbouw (groep 7 en 8) op het op peil houden van hun fietsbehendigheid. Om welke oefeningen gaat het? Het gaat om 10 oefeningen die de kinderen leren om handiger en daarmee veiliger te fietsen: 1. opstappen en wegfietsen 2. je evenwicht op de fiets bewaren op een plank (a) en op een wip (b) 3. je evenwicht op de fiets bewaren op drempels 4. met één hand fietsen op een smal pad 5. met één hand een cirkel fietsen 6. afslaan op een T-splitsing 7. slalommen zonder bagage (a) en met bagage (b) 8. een noodstop maken 9. voorbijfietsen van een obstakel op de weg 10. pakken en wegleggen De oefeningen zijn nabootsingen van voor leerlingen realistische straatsituaties. Niet alle oefeningen lijken ons voor alle kinderen geschikt. In de uitwerking van elke oefening geven we een suggestie voor de leeftijd aan. De keuze is aan u als leraar. U kent uw leerlingen het beste en weet wat uitdagende opdrachten voor hen zijn. Voor een mogelijke indeling van een Fietsbehendigheidsparcours verwijzen we naar Bijlage 1.
7
Organisatie
Voor Pleintje Verkeer
Reserveer de aanhanger tijdig • Ga minimaal uit van een oefen- en een praktijkdag. • Neem vooraf de handleiding door. • Ga de mogelijkheden van de ruimte (speelplaats) na en maak een concrete opstelling / een concreet parcours). • Informeer de kinderen en de ouders (schoolkrant, ouderbrief). • Organiseer de nodige hulp (denk aan de wijkagent, fietsenmaker, ouders). • Instrueer de ouders vooraf (fietskeuring, opbouw oefeningen / parcours, uitleg oefeningen, afname diploma). • Plan de voorbereidende theorieles(sen) in en voer de activiteiten uit. • Laat de fietsen keuren (denk aan de wijkagent, fietsenmaker, ouders).
Tijdens Pleintje Verkeer
Controleer de inhoud van Pleintje Verkeer • Zet de oefeningen / het parcours uit. • Instrueer de kinderen met medewerking van ouders. • Laat de kinderen oefenen. • Laat de kinderen voor het diploma opgaan. • Ruim de oefeningen / het parcours op. • Controleer de inhoud van Pleintje Verkeer.
Na Pleintje Verkeer
Reik de diploma’s uit en bespreek de resultaten • Evalueer met alle betrokkenen (kinderen, collega’s, ouders, de wijkagent, fietsenmaker).
8
Voorbereidende theorieles(sen) Wie kinderen wil uitdagen om hun fietsvaardigheid te vergroten kiest naar ons idee voor een combinatie van: 1. voorbereiden in de klas (zie Powerpointpresentatie); 2. fietsen keuren op de speelplaats; 3. oefenen op de speelplaats; 4. opgaan voor het Pleindiploma Fietsen en 5. afsluiten in de klas.
Met andere woorden: geen praktijk zonder theorie. 1.
Voorbereiden in de klas
• U voert een gesprek met de leerlingen over De kunst van
Activiteiten
2.
Fietsen keuren op de speelplaats
Activiteiten 3.
het fietsen (op welke leeftijd hebben ze leren fietsen, van wie hebben ze fietsen geleerd, wat kunnen ze nu allemaal op de fiets, welke “kunstjes” zijn heel handig in het verkeer, welke zijn eigenlijk heel gevaarlijk?). • U oriënteert de leerlingen met behulp van de PowerPointpresentatie Pleintje Verkeer: fietsbehendigheidsoefeningen interactief op de oefeningen (relatie tussen straat- en oefensituatie, de verkeersborden, verkeersregels en hun toepassingen, wat moeten ze doen, wat gaan ze leren?). • De leerlingen maken per oefening een inschatting van hun fietsvaardigheid (zie Kopieerblad 1). • U voert een gesprek met de leerlingen over een veilige fiets. • U keurt samen met de leerlingen een fiets (zie Kopieerblad 2 of 3).
• De leerlingen keuren onder leiding van bijvoorbeeld een fietsenmaker met Kopieerblad 2 of 3 hun eigen fiets.
Oefenen op de speelplaats
• U loopt met medewerking van ouders met groepjes leerActiviteiten
4.
Opgaan voor het Pleindiploma Fietsen
Activiteiten 5.
lingen langs de fietsbehendigheidsoefeningen. De oefeningen worden uitgelegd, voorgedaan en uitgevoerd. Zie voor het gewenste fietsgedrag de beschrijving van de afzonderlijke oefeningen). • De leerlingen oefenen zelfstandig.
• De leerlingen gaan op voor het Pleindiploma Fietsen (Kopieerblad 4 en 5).
Afsluiten in de klas
• U reikt aan alle leerlingen het fietsbehendigheidsdiploma uit (zie Kopieerblad 4 en 5; u kopieert dubbelzijdig).
Activiteiten
• U bespreekt de resultaten met de leerlingen (hoe hadden ze zichzelf op Kopieerblad 1 ingeschat, wat gaat al goed, wat moet nog beter, hoe gaan ze dat doen?).
9
Opbouw oefeningen Voor de opbouw van de oefeningen verwijzen we naar de foto’s van de nagebootste oefensituaties en het overzicht van de benodigde materialen in Bijlage 2. Kopieerbladen • Kopieerblad 1: • Kopieerblad 2: • Kopieerblad 3: • Kopieerblad 4: • Kopieerblad 5:
Fietsen is een kunst! Fietscontrole (groep 4 tot en met 6) Fietscontrole (groep 7 en 8) Pleindiploma Fietsen (voorkant) Pleindiploma Fietsen (achterkant)
10
2.2 Beschrijving van de oefeningen Oefening 1: opstappen en wegfietsen Groep 4
Groep 5
Groep 6
Groep 7
Realistische straatsituatie
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Goed links en rechts achteromkijken en als het veilig is, opstappen en wegfietsen. • Voldoende snelheid maken. • Zo veel mogelijk rechts rijden.
Beoogd leereffect • Vanuit stilstand veilig kunnen opstappen en wegfietsen.
11
Oefening 2a: je evenwicht op de fiets bewaren op een plank Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Geringe snelheid maken en de plank opfietsen. • Over de volle lengte van de plank fietsen. • Goed voor zich uit kijken. Beoogd leereffect • Met voldoende snelheid rechtuit kunnen fietsen, als de ruimte op de weg beperkt is.
12
Oefening 2b: je evenwicht op de fiets bewaren op een wip Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Met geringe snelheid de wip opfietsen. • Recht over de wip fietsen. • Goed voor zich uitkijken.
Beoogd leereffect • Met voldoende snelheid rechtuit kunnen fietsen, als de weg ongelijk is.
13
Oefening 3: je evenwicht op de fiets bewaren op drempels Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Snelheid maken. • Over de drempels fietsen. • Goed voor zich uit kijken. Beoogd leereffect • Met voldoende snelheid rechtuit kunnen fietsen, als de weg drempels heeft.
14
Oefening 4: met één hand fietsen op een smal pad Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Snelheid maken. • Rechtdoor rijden met alleen de rechterhand aan het stuur. • Rechtdoor rijden met alleen de linkerhand aan het stuur. • Goed voor zich uit kijken. Beoogd leereffect • Met voldoende snelheid met één hand aan het stuur rechtuit kunnen fietsen: met de rechter- en linkerhand.
15
Oefening 5: met één hand een cirkel fietsen Groep 4
Groep 5
Groep 6
Groep 7
Realistische straatsituatie
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Snelheid maken. • Een rondje fietsen met de rechterhand aan het stuur. • Een rondje fietsen met de linkerhand aan het stuur. • Goed voor zich uit kijken. Beoogd leereffect • Met voldoende snelheid met één hand aan het stuur een rondje kunnen fietsen: met de rechter- en linkerhand.
16
Oefening 6: afslaan op een T-splitsing Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? Bij naar rechts afslaan. • Zo veel mogelijk rechts rijden en voldoende snelheid maken. • Goed naar links kijken, goed naar rechts kijken. • Op tijd richting aangeven, zodat de andere bestuurders weten wat je van plan bent. • Voordat je het stuur naar rechts draait, eerst over de rechterschouder kijken. • Richting blijven aangeven naar rechts. • Met de linkerhand aan het stuur een korte bocht naar rechts maken. • Na het maken van de bocht op de rechterhelft van de andere weg uitkomen. • Weer voldoende snelheid maken. Wat moeten de leerlingen doen? Bij naar links afslaan. • Zo veel mogelijk rechts rijden en voldoende snelheid maken. • Goed naar links kijken, goed naar rechts kijken. • Op tijd richting aangeven, zodat de andere bestuurdersweten wat je van plan bent. • Voordat een draai naar links wordt gemaakt, eerst links opzij kijken. • Links voorsorteren. Is de weg smal of het uitzicht slecht, sorteer dan niet voor. • Richting blijven aangeven naar links. • Met de rechterhand aan het stuur een bocht naar links maken die zo ruim is dat op de rechterhelft van de andere weg wordt uitgekomen. • Weer voldoende snelheid maken. Beoogd leereffect • Met voldoende snelheid met één hand aan het stuur een bocht kunnen fietsen: een korte bocht naar rechts en een ruime bocht naar links.
17
Oefening 7a: slalommen zonder bagage Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Snelheid maken. • Afwisselend zonder bagage korte bochten naar rechts en naar links maken. Beoogd leereffect • Met voldoende snelheid zonder bagage afwisselend korte bochten naar rechts en naar links kunnen maken, waarbij het evenwicht op de fiets wordt bewaard.
18
Oefening 7b: slalommen met bagage (rugzak, schooltas, boodschappentas, sporttas) Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Snelheid maken. • Afwisselend met bagage korte bochten naar rechts en naar links maken. Beoogd leereffect • Met voldoende snelheid met bagage afwisselend korte bochten naar rechts en naar links kunnen maken, waarbij het evenwicht op de fiets wordt bewaard.
19
Oefening 8: een noodstop maken Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Snelheid maken. • Remmen bij de pylon en zo snel mogelijk stoppen: in elk geval voor de stopstreep. • Een voet aan de grond zetten en afstappen. Beoogd leereffect • Bij flinke snelheid plotseling hard kunnen remmen en op tijd veilig tot stilstand kunnen komen.
20
Oefening 9: voorbijfietsen van een obstakel op de weg Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Snelheid maken. • Op tijd links achteromkijken en linkerhand uitsteken. • Meer naar links fietsen of op de andere weghelft fietsen. • Naar de eigen weghelft terugfietsen. Beoogd leereffect • Veilig een obstakel op de weg voorbijfietsen.
21
Oefening 10: pakken en wegleggen Groep 4
Groep 5
Groep 6
Realistische straatsituatie
Groep 7
Groep 8
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Snelheid maken. • Al fietsend de bal met de rechterhand van de paal pakken. • Fietsend de bal van de rechter- in de linkerhand nemen. • Fietsend de bal met de linkerhand in de mand leggen. Beoogd leereffect • Tijdens het fietsen met de rechter- en linkerhand kleine handelingen kunnen verrichten, waarbij afstanden en snelheden worden ingeschat en het evenwicht op de fiets wordt bewaard.
22
3.
» Het Verkeersparcours » » »
3.1 Algemeen Wat is de bedoeling van het parcours? De bedoeling van het Verkeersparcours is om op een speelse manier de kennis en vaardigheid van basisschoolleerlingen in het verkeer te vergroten. Voor wie is het parcours bedoeld? Het Verkeersparcours is bedoeld voor alle leerlingen van de basisschool. De jongere kinderen (groep 1 t/m 3) kunnen verschillende oversteekoefeningen doen, automobilist of vrachtwagenchauffeur spelen met de stuurtjes en skelteren en fietsen. De oudere kinderen (groep 4 t/m 8) kunnen oversteken, skelteren en fietsen. De leeftijdsgroepen hebben ieder hun eigen praktijktijd op het parcours. Hoe is het parcours opgebouwd? Het Verkeersparcours kent 10 onderdelen: 1. de start: wegrijden 2. een T-splitsing met verkeerslichten 3. een zebrapad 4. een T-splitsing (gelijkwaardig, geen voorrang geregeld) 5. drempels 6. een rotonde 7. een obstakel (zoals een geparkeerde auto) 8. een voorrangskruising (voorrangsweg) 9. een voorrangskruising (voorrang verlenen) 10. de finish: aankomen Voor de indeling van het parcours verwijzen we naar Bijlage 5. Het Verkeersparcours bestaat uit een route waarbij de leerlingen tegenliggers tegenkomen. Voor de rijrichting van het parcours wordt verwezen naar Bijlage 6.
23
Organisatie
Voor Pleintje Verkeer
Reserveer de aanhanger tijdig. • Ga minimaal uit van een oefen- en een praktijkdag. • Neem vooraf de handleiding door. • Ga de mogelijkheden van de ruimte (speelplaats) na en maak een concrete opstelling / een concreet parcours). • Informeer de kinderen en de ouders (schoolkrant, ouderbrief). • Organiseer de nodige hulp (denk aan de wijkagent, fietsenmaker, ouders). • Instrueer de ouders vooraf (fietskeuring, opbouw oefeningen / parcours, uitleg oefeningen, afname diploma). • Plan de voorbereidende theorieles(sen) in en voer de activiteiten uit. • Laat de fietsen keuren (denk aan de wijkagent, fietsenmaker, ouders).
Tijdens Pleintje Verkeer
Controleer de inhoud van Pleintje Verkeer • Zet de oefeningen / het parcours uit. • Instrueer de kinderen met medewerking van ouders. • Laat de kinderen oefenen. • Laat de kinderen voor het diploma opgaan. • Ruim de oefeningen / het parcours op. • Controleer de inhoud van Pleintje Verkeer.
Na Pleintje Verkeer
Reik de diploma’s uit en bespreek de resultaten • Evalueer met alle betrokkenen (kinderen, collega’s, ouders, de wijkagent, fietsenmaker).
24
Voorbereidende theorieles(sen) Wie kinderen wil uitdagen om hun fietsvaardigheid te vergroten kiest naar ons idee voor een combinatie van: 1. voorbereiden in de klas (zie Powerpointpresentatie); 2. fietsen keuren op de speelplaats; 3. oefenen op de speelplaats; 4. opgaan voor het Pleindiploma Fietsen en 5. afsluiten in de klas.
Met andere woorden: geen praktijk zonder theorie. 1. Voorbereiden in de klas
• U voert een gesprek met de leerlingen over het thema
Activiteiten voor groep 1 t/m 3
“Oversteken”. Uitgangspunt vormen hun ervaringen met oversteeksituaties op hun school-thuisroute, zoals oversteken in straten, bij klaar-overs, bij een zebrapad en bij een voetgangerslicht. Wat weten en wat kunnen ze al, bijvoorbeeld samen met hun ouders. Laat de leerlingen niet alleen vertellen maar vooral hun oversteekgedrag voordoen. • U bespreekt drie veiligheidsafspraken met de leerlingen. 1. Steek over waar je alles goed kunt zien. 2. Stoeprand is stop. 3. Steek pas over als er geen verkeer aankomt. • U oriënteert de leerlingen bijvoorbeeld met foto’s uit de PowerPointpresentatie Pleintje Verkeer: Verkeersparcours interactief op de oversteeksituaties. U kiest uit oversteken in straten (rustig en druk), oversteken bij klaar-overs, oversteken bij een zebrapad en oversteken bij een voetgangerslicht. U maakt uw keuze(n) op basis van (veel) voorkomende en ook in het themagesprek besproken oversteeksituaties op de school-thuisroute van de leerlingen.
• U voert een gesprek met de leerlingen over verkeerssituaties
Activiteiten voor groep 4 t/m 8
op hun school-thuisroute / in de schoolomgeving. Welke situaties komen ze tegen: als loper / voetganger, als fietser? Wat moeten ze doen om veilig op school te komen? • U oriënteert de leerlingen met behulp van de PowerPointpresentatie Pleintje Verkeer: Verkeersparcours interactief op de oefeningen (relatie tussen straat- en oefensituatie, de verkeersborden, verkeersregels en hun toepassingen, wat moeten ze doen, wat gaan ze leren?). • De leerlingen maken per oefening een inschatting van hun kennis / vaardigheid als fietser (zie Kopieerblad 6). • U voert een gesprek met de leerlingen over een veilige fiets. • U keurt samen met de leerlingen een fiets (zie Kopieerblad 2 of 3)
25
2. Fietsen keuren op de speelplaats Activiteiten voor groep 4 t/m 8
• De leerlingen keuren onder leiding van bijvoorbeeld een fietsenmaker met behulp van Kopieerblad 2 of 3 hun fiets.
3. Oefenen op de speelplaats
• U loopt met medewerking van ouders met groepjes Activiteiten voor groep 1 t/m 3
leerlingen langs de gekozen oversteeksituaties. De oefeningen worden uitgelegd, voorgedaan en uitgevoerd. Zie voor het gewenste oversteekgedrag in de verschillende situaties Kopieerblad 8. • De leerlingen oefenen met ouders en/of zelfstandig.
• U loopt met medewerking van ouders met groepjes Activiteiten voor groep 4 t/m 8
leerlingen langs de onderdelen van het Verkeersparcours. De oefeningen worden uitgelegd, voorgedaan en uitgevoerd. Zie voor het gewenste verkeersgedrag de beschrijving van de afzonderlijke oefeningen). • De leerlingen oefenen zelfstandig.
4. Opgaan voor het Pleindiploma Oversteken en Verkeersparcours Activiteiten voor groep 1 t/m 3 Activiteiten voor groep 4 t/m 8 5.
• De leerlingen gaan op voor een Pleindiploma (Oversteken, Sturen, Skelteren; zie Kopieerbladen 7 tot en met 10).
• De leerlingen gaan op voor het Pleindiploma Verkeersparcours (Kopieerblad 11 en 12).
Afsluiten in de klas
• U reikt aan alle leerlingen diploma’s (Oversteken, Sturen, Activiteiten voor groep 1 t/m 3
Skelteren) uit (zie Kopieerbladen 7 tot en met 10: u kopieert waar nodig dubbelzijdig). • U bespreekt de resultaten met de leerlingen: wat gaat al goed, wat moet nog beter en hoe gaan ze dat doen?).
• U reikt aan alle leerlingen het parcoursdiploma uit Activiteiten voor groep 4 t/m 8
(zie Kopieerblad 11 en 12: u kopieert dubbelzijdig). • U bespreekt de resultaten met de leerlingen (hoe hadden ze zichzelf ingeschat, wat gaat al goed, wat moet nog beter en hoe gaan ze dat doen?).
26
Opbouw Verkeersparcours Voor de opbouw van het Verkeersparcours verwijzen we naar de tekeningen en de foto’s bij de oefeningen en het overzicht van de benodigde materialen in Bijlage 7. In Bijlage 5 wordt een suggestie gegeven voor de indeling van het parcours en in Bijlage 6 voor de rijrichting. Kopieerbladen • Kopieerblad 6: • Kopieerblad 7: • Kopieerblad 8: • Kopieerblad 9: • Kopieerblad 10: • Kopieerblad 11: • Kopieerblad 12:
Wees een peer in het verkeer! Pleindiploma Oversteken (voorkant) Pleindiploma Oversteken (achterkant) Pleindiploma Sturen Pleindiploma Skelteren Pleindiploma Verkeersparcours (voorkant) Pleindiploma Verkeersparcours (achterkant)
27
3.2 Dode hoek. Draaiboek en handleiding. Oefening 0: een dodehoek
Realistische straatsituatie
Jaarlijks vallen er veel verkeersgewonden en doden in het verkeer door ongevallen met grote voertuigen. De Dode Hoek van deze voertuigen is in veel gevallen de oorzaak van deze ongelukken. Om schoolgaande kinderen in zowel het basis- als het voortgezet onderwijs de gevaren van deze Dode Hoek onder de aandacht te brengen, organiseren scholen, gemeenten of lokale afdelingen van Veilig Verkeer Nederland vaak een Dode Hoek project. Ook de regio Hart van Brabant vindt het Dode Hoek project belangrijk. In samenwerking met de gemeente Dongen en Edusell is daarom een draaiboek en een handleiding Dode Hoek opgesteld. Het draaiboek en de handleiding bieden organisatoren van het Dode Hoek project handvatten om het project met succes te kunnen uitvoeren. Het draaiboek en de handleiding is als pdf-bestand toegevoegd aan de digitale bestanden op de website www.pleintjeverkeer.nl.
28
3.3. Beschrijving van het Verkeersparcours.
Oefening 1: de start: wegrijden
Tekening oefening
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Goed links en rechts achteromkijken en als het veilig is, opstappen en wegfietsen. • Voldoende snelheid maken. • Zo veel mogelijk rechts rijden. Beoogd leereffect • Vanuit stilstand veilig kunnen opstappen en wegfietsen.
29
Oefening 2: een T-splitsing met verkeerslichten
Tekening oefening
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? Naar rechts afslaan, als het licht op groen staat • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van de T-splitsing snelheid minderen. • Goed naar links kijken, goed naar rechts kijken. • Op tijd richting aangeven, zodat de andere bestuurders weten wat je van plan bent. • Voordat je het stuur naar rechts draait, eerst over de rechterschouder kijken. • Richting blijven aangeven naar rechts. • Met de linkerhand aan het stuur een korte bocht naar rechts maken. • Na het maken van de bocht op de rechterhelft van de andere weg uitkomen. • Weer voldoende snelheid maken.
30
Oefening 2: een T-splitsing met verkeerslichten (vervolg)
Naar rechts afslaan, als het licht op oranje of op rood staat • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van de T-splitsing snelheid minderen. • Doorrijden tot de stopstreep. (Soms is er een vak gemaakt vóór het vak van de automobilisten, waar de fietsers kunnen wachten tot het verkeerlicht weer op groen staat.) Als het licht weer op groen staat, goed naar links en naar rechts kijken. • Voordat je het stuur naar rechts draait, eerst over de rechterschouder kijken. • Richting blijven aangeven naar rechts. • Met de linkerhand aan het stuur een korte bocht naar rechts maken. • Na het maken van de bocht op de rechterhelft van de andere weg uitkomen. • Weer voldoende snelheid maken. Naar links afslaan, als het licht op groen staat • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van de T-splitsing snelheid minderen. • Goed naar links kijken, goed naar rechts kijken. • Op tijd richting aangeven, zodat de andere bestuurders weten wat je van plan bent. • Voordat een draai naar links wordt gemaakt, eerst links opzij kijken. • Links voorsorteren. Is de weg smal of het uitzicht slecht, sorteer dan niet voor. • Met de rechterhand aan het stuur een bocht naar links maken die zo ruim is dat op de rechterhelft van de andere weg wordt uitgekomen. • Weer voldoende snelheid maken. Naar links afslaan, als het licht op oranje of op rood staat • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Doorrijden tot de stopstreep. (Soms is er een vak gemaakt vóór het vak van de automobilisten, waar de fietsers kunnen wachten tot het verkeerlicht weer op groen staat.) Als het licht weer op groen staat, goed naar links en naar rechts kijken. • Voordat een draai naar links wordt gemaakt, eerst links opzij kijken. • Richting blijven aangeven naar links. • Met de rechterhand aan het stuur een bocht naar links maken die zo ruim is dat op de rechterhelft van de andere weg wordt uitgekomen. • Weer voldoende snelheid maken.
31
Oefening 2: een T-splitsing met verkeerslichten (vervolg)
Rechtdoor rijden, als het licht op groen staat • Zo veel mogelijk rechts rijden en voldoende snelheid maken. • De T-splitsing recht oversteken. Rechtdoor rijden, als het licht op oranje of rood staat • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Doorrijden tot de stopstreep. (Soms is er een vak gemaakt vóór het vak van de automobilisten, waar de fietsers kunnen wachten tot het verkeerlicht weer op groen staat.) Als het licht weer op groen staat, goed naar links en naar rechts kijken. • Voldoende snelheid maken. • De T-splitsing recht oversteken. Beoogd leereffect • Bij een T-splitsing met verkeerslichten bij groen licht met voldoende snelheid met één hand aan het stuur een bocht kunnen fietsen: een korte bocht naar rechts en een ruime bocht naar links. • Na het maken van de bocht uitkomen op de rechterhelft van de andere weg. • Bij rechtdoor rijden op een T-splitsing voldoende rekening houden met bestuurders van links en rechts. • Bij oranje of rood licht je op de juiste plek voor het verkeerslicht opstellen. • Als het verkeerslicht bij de T-splitsing weer groen wordt op de juiste rechtdoor rijden of rechts of links afslaan.
32
Oefening 3: een zebrapad
Tekening oefening
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • De voetganger op een zebrapad altijd voor laten gaan. • Op tijd snelheid minderen en zo nodig stoppen, als een voetganger bij een zebrapad wil oversteken. De voetganger voor laten gaan. Beoogd leereffect • Op tijd snelheid minderen en zo nodig stoppen bij een zebrapad voor een voetganger die oversteekt of wil oversteken.
33
Oefening 4: een T-splitsing (gelijkwaardig, geen voorrang geregeld)
Tekening oefening
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? Naar rechts afslaan • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van de T-splitsing snelheid minderen. • Goed naar links kijken, goed naar rechts kijken. • Op tijd richting aangeven, zodat de andere bestuurders weten wat je van plan bent. • Bij de T-splitsing moet je van alle bestuurders die van links komen voorrang krijgen. Let op: voorrang moet je krijgen; je mag nooit voorrang nemen! • Voordat het stuur naar rechts wordt gedraaid, eerst over de rechterschouder kijken. • Richting blijven aangeven naar rechts. • Met de linkerhand aan het stuur een korte bocht naar rechts maken. • Na het maken van de bocht op de rechterhelft van de andere weg uitkomen. • Weer voldoende snelheid maken.
34
Oefening 4: een T-splitsing (gelijkwaardig, geen voorrang geregeld)
Naar links afslaan • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van de T-splitsing snelheid minderen. • Goed naar links kijken, goed naar rechts kijken. • Op tijd richting aangeven, zodat de andere bestuurders weten wat je van plan bent. • Bij de T-splitsing moet je alle bestuurders van rechts voorrang geven. • Voordat een draai naar links wordt gemaakt, eerst links opzij kijken. • Links voorsorteren. Is de weg smal of het uitzicht slecht, sorteer dan niet voor. • Met de rechterhand aan het stuur een bocht naar links maken die zo ruim is dat op de rechterhelft van de andere weg wordt uitgekomen. • Weer voldoende snelheid maken. Rechtdoor rijden • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van de T-splitsing snelheid minderen • Kom je bij de T-splitsing een weg naar rechts tegen, dan moet je alle bestuurders van rechts voorrang geven. • Kom je bij de T-splitsing een weg naar links tegen, dan moet je van alle bestuurders van links voorrang krijgen. Let op: voorrang moet je krijgen; je mag nooit voorrang nemen! • De T-splitsing oversteken. • Weer voldoende snelheid maken. Beoogd leereffect • Bij het maken van een bocht bij een T-splitsing met voldoende snelheid met één hand aan het stuur een bocht kunnen fietsen: een korte bocht naar rechts en een ruime bocht naar links. • Na het maken van de bocht uitkomen op de rechterhelft van de andere weg. • Bij rechtdoor rijden op een T-splitsing voldoende rekening houden met bestuurders van links en rechts. • Het kunnen toepassen van de voorrangsregels.
35
Oefening 5: drempels
Realistische straatsituatie
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Snelheid maken. • Over de drempels fietsen. • Goed voor zich uit kijken. Beoogd leereffect • Met voldoende snelheid rechtuit kunnen fietsen.
36
Oefening 6: een rotonde
Tekening oefening
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? Uitgaande van fietsers hebben voorrang op de rotonde • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van de rotonde snelheid minderen. • Alle bestuurders op de rotonde hebben voorrang: ook fietsers op de rotonde. De bestuurders voorrang geven. • Goed naar links kijken, goed naar rechts kijken. • Voor het verlaten van de rotonde tijdig richting blijven aangeven, zodat de andere bestuurders weten wat je van plan bent. • Voordat het stuur naar rechts wordt gedraaid, eerst over de rechterschouder kijken. • Met de linkerhand aan het stuur rechts afslaan. • Na het afslaan weer zo veel mogelijk rechts rijden. • Weer voldoende snelheid maken. Beoogd leereffect • Het kunnen toepassen van de voorrangsregels op rotondes.
37
Oefening 7: een obstakel (zoals een geparkeerde auto)
Tekening oefening
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van het obstakel snelheid minderen. • Als het obstakel aan de kant van de weg is waar jij fietst, moet je tegemoetkomende bestuurders voorrang geven. • Als het obstakel aan de andere kant van de weg is, moeten tegemoetkomende bestuurders jou voorrang geven. Let op: voorrang moet je krijgen; je mag nooit voorrang nemen! • Voor je het obstakel voorbij fietst moet je goed links, achter en voor je kijken. Als je zelf wordt ingehaald, moet je het obstakel niet voorbijfietsen. • Let op bij het voorbijfietsen van het obstakel. Als een tegemoetkomende bestuurder ook langs het obstakel wil rijden, kan er een botsing ontstaan. Beoogd leereffect • Bij het voorbijfietsen van een obstakel rekening houden met tegemoetkomende en achteropkomende bestuurders en het obstakel veilig kunnen passeren.
38
Oefening 8: een voorrangskruising (voorrangsweg)
Tekening oefening
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van de voorrangskruising snelheid minderen. • Bij de kruising goed naar links en naar rechts kijken of de bestuurders van links en rechts je wel voorrang gaan geven. Let op: voorrang moet je krijgen; je mag nooit voorrang nemen! • De kruising recht oversteken, of links- of rechts afslaan. • Weer zo veel mogelijk rechts rijden. • Weer voldoende snelheid maken. Beoogd leereffect • Het kunnen toepassen van de voorrangsregels: op voorrangskruisingen hebben alle bestuurders voorrang op verkeer dat de kruising van links en rechts nadert.
39
Oefening 9: een voorrangskruising (voorrang verlenen)
Tekening oefening
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Zo veel mogelijk rechts rijden. • Bij het naderen van de voorrangskruising snelheid minderen. • Bij de kruising goed naar links en naar rechts kijken of er bestuurders van links en rechts komen. • Je moet alle bestuurders van rechts én links voorrang geven. • Opnieuw goed naar links en goed naar rechts kijken. • De kruising recht oversteken, of links- of rechts afslaan • Weer zo veel mogelijk rechts rijden. • Weer voldoende snelheid maken. Beoogd leereffect • Het kunnen toepassen van de voorrangsregels: op voorrangskruisingen hebben alle bestuurders voorrang op verkeer dat de kruising van links en rechts nadert.
40
Oefening 10: de finish: aankomen
Tekening oefening
Nagebootste oefensituatie
Wat moeten de leerlingen doen? • Bij het naderen van de finish snelheid minderen. • Goed naar links en naar rechts kijken en over de rechterschouder. • Op tijd stoppen en afstappen. • Met de fiets aan de hand weglopen. Beoogd leereffect • Op tijd voor een verkeerssituatie kunnen stoppen en daarbij rekening houden met achteropkomend verkeer. • Kunnen lopen met de fiets aan de hand.
41
» Pleintje Verkeer » » » Kopieerbladen Fietsbehendigheidsoefeningen
42
Kopieerblad 1:
Fietsen is een kunst! Naam
School en groep
Wat kan ik al goed?
Wat moet ik nog leren?
Opstappen en wegfietsen
Opstappen en wegfietsen
Mijn evenwicht op de fiets bewaren
Mijn evenwicht op de fiets bewaren
op een plank
op een plank
Mijn evenwicht op de fiets bewaren op een wip
Mijn evenwicht op de fiets bewaren op een wip
Mijn evenwicht op de fiets bewaren op drempels
Mijn evenwicht op de fiets bewaren op drempels
Met één hand fietsen op een smal pad
Met één hand fietsen op een smal pad
Met één hand een cirkel fietsen
Met één hand een cirkel fietsen
Afslaan op een T-splitsing
Afslaan op een T-splitsing
Slalommen zonder bagage
Slalommen zonder bagage
Slalommen met bagage
Slalommen met bagage
Een noodstop maken
Een noodstop maken
Voorbijfietsen van een obstakel op
Voorbijfietsen van een obstakel op
de weg
de weg
Pakken en wegleggen
Pakken en wegleggen
43
herkeuring herkeuring NNNEEEEEE NNNEEEEEE
Kopieerblad 2:
Herkenning, is de fiets in orde? (groep 4 tot en met 6)
Kruis aan wat in orde is.
ja
1.
De bel.
2.
Een achterrem.
3.
Een voorrem.
4.
De witte reflector vooraan.
5.
Oranje reflectoren in elke trapper.
6.
De rode reflector achteraan.
7.
Spaakreflectoren, 2 per wiel
8.
En/of lichtweerkaatsende banden.
Is de fiets anders ook veilig? Het stuur, minstens even hoog als het zadel. Het spatbord vooraan, vast. Spaken, volledig en strak. Trapas en trappers, zonder speling. De ketting, gesmeerd en kleine speling. Het zadel, op passende hoogte en vast Het spatbord achteraan, vast. Goede banden, hard opgepompt. Datum controle:
Handtekening:
44
nee
herkeuring
Kopieerblad 3:
Fietscontrole (groep 7 en 8) Kruis aan wat in orde is.
X
1.
Zit mijn stuur goed vast?
2.
Doet mijn bel het goed?
3.
Zitten mijn handvatten goed vast?
4.
Werken mijn remmen goed? Is mijn voorband goed?
5. Is mijn achterband goed? 6.
Zit mijn bagagedrager goed vast? Kan ik met mijn fietstas goed bagage meenemen?
7. Kan ik met mijn snelbinders goed bagage meenemen? 8.
Zit mijn zadel goed vast?
9.
Zit mijn zadel op de goede hoogte? Is mijn koplamp goed?
10. Is mijn achterlicht goed? Is mijn grote rode achterreflector goed? 11.
Is de zijreflectie op beide wielen goed? Zijn mijn trapreflectoren goed?
12.
Is mijn ketting goed gespannen?
13.
Heb ik een goed slot?
Mijn conclusie:
45
Kopieerblad 4:
Pleindiploma Fietsen (voorkant) Pleindiploma Fietsen Naam: School: Groep: Datum:
Pleindiploma
Fietsen
Naam: School: Groep: Handtekening:
Datum:
Handtekening:
» Pleintje Verkeer » » »
46
Kopieerblad 5:
Pleindiploma
Fietsen
Wat kan ik al goed?
Wat moet ik nog leren?
Opstappen en wegfietsen
Opstappen en wegfietsen
Mijn evenwicht op de fiets bewaren
Mijn evenwicht op de fiets bewaren
op een plank
op een plank
Mijn evenwicht op de fiets bewaren
Mijn evenwicht op de fiets bewaren
op een wip
op een wip
Mijn evenwicht op de fiets bewaren
Mijn evenwicht op de fiets bewaren
op drempels
Met één hand fietsen op een smal
op drempels
Met één hand fietsen op een smal
pad
pad
Met één hand een cirkel fietsen
Met één hand een cirkel fietsen
Afslaan op een T-splitsing
Afslaan op een T-splitsing
Slalommen zonder bagage
Slalommen zonder bagage
Slalommen met bagage
Slalommen met bagage
Een noodstop maken
Een noodstop maken
Voorbijfietsen van een obstakel op
Voorbijfietsen van een obstakel op
de weg
Pakken en wegleggen
de weg
Pakken en wegleggen
47
Kopieerbladen Verkeersparcours
48
Kopieerblad 6:
Wees een peer in het verkeer! Naam
School en groep
Wat kan ik al goed?
Wat moet ik nog leren?
Opstappen en wegfietsen
Opstappen en wegfietsen
Rechtdoor fietsen op een
Rechtdoor fietsen op een
T-splitsing met verkeerslichten
T-splitsing met verkeerslichten
Over een zebrapad fietsen
Over een zebrapad fietsen
Rechtdoor fietsen op een
Rechtdoor fietsen op een
gewone T-splitsing
gewone T-splitsing
Over drempels fietsen
Over drempels fietsen
Rechtdoor fietsen op een rotonde
Rechtdoor fietsen op een rotonde
fietsen
fietsen
Langs een obstakel fietsen
Langs een obstakel fietsen
Rechtdoor over een voorrangs-
Rechtdoor over een voorrangs-
kruising fietsen en voorrang krijgen
Rechts afslaan op een T-splitsing met verkeerslichten
kruising fietsen en voorrang krijgen
Rechts afslaan op een T-splitsing met verkeerslichten
Links afslaan op een voorrangs-
Links afslaan op een voorrangs-
kruising en voorrang geven
kruising en voorrang geven
Links afslaan op een rotonde
Links afslaan op een rotonde
Links afslaan op een gewone
Links afslaan op een gewone
T-splitsing
T-splitsing
Links afslaan op een T-splitsing met verkeerslichten
Links afslaan op een T-splitsing met verkeerslichten
Rechtdoor over een voorrangs- kruising fietsen en voorrang geven
Stoppen en afstappen
Rechtdoor over een voorrangs- kruising fietsen en voorrang geven
Stoppen en afstappen
49
Kopieerblad 7:
Kopieerblad 7:
Pleindiploma Oversteken (voorkant) Pleindiploma Oversteken Naam: School: Groep: Datum:
Pleindiploma
Oversteken Naam: School: Groep: Handtekening:
Datum:
Handtekening:
50
Kopieerblad 8:
Pleindiploma
Oversteken Oversteken in straten Wat kan ik al goed?
Wat moet ik nog oefenen?
Oversteken waar je alles goed
Oversteken waar je alles goed
kunt zien
kunt zien
Stoppen bij de stoeprand Bij de stoeprand: naar links kijken dan naar rechts kijken dan weer naar links kijken Als er geen verkeer aankomt,
Stoppen bij de stoeprand Bij de stoeprand: naar links kijken dan naar rechts kijken dan weer naar links kijken Als er geen verkeer aankomt,
rustig en recht oversteken
rustig en recht oversteken
Oversteken bij klaar-overs Wat kan ik al goed?
Wat moet ik nog oefenen?
Rustig naar de klaar-over lopen Stoppen bij de stoeprand Wachten tot de klaar-over
Rustig naar de klaar-over lopen Stoppen bij de stoeprand Wachten tot de klaar-over
“klaar-over” zegt
“klaar-over” zegt
Rustig en recht oversteken
Rustig en recht oversteken
Oversteken bij een zebrapad Wat kan ik al goed?
Wat moet ik nog oefenen?
Rustig naar het zebrapad lopen Stoppen bij de stoeprand Goed uitkijken (zie boven) en, als
Rustig naar het zebrapad lopen Stoppen bij de stoeprand Goed uitkijken (zie boven) en, als
het verkeer stopt, rustig en recht oversteken
het verkeer stopt, rustig en recht oversteken
Oversteken bij een voetgangerslicht Wat kan ik al goed?
Wat moet ik nog oefenen?
Rustig naar het voetgangerslicht
Rustig naar het voetgangerslicht
lopen
lopen
Stoppen bij de stoeprand Bij rood licht de knop indrukken en
Stoppen bij de stoeprand Bij rood licht de knop indrukken en
wachten tot het groen wordt
wachten tot het groen wordt
Bij groen licht goed uitkijken
Bij groen licht goed uitkijken
(zie boven) en dan rustig en recht oversteken
(zie boven) en dan rustig en recht oversteken
51
Kopieerblad 9:
Pleindiploma
Sturen
Naam: School: Groep: Handtekening:
Datum:
52
Kopieerblad 10:
Pleindiploma
Skelteren
Naam: School: Groep: Handtekening:
Datum:
53
Kopieerblad 11:
Pleindiploma
Verkeersparcours
Naam: School: Groep: Handtekening:
Datum:
54
Pleindiploma
Verkeersparcours
Wat kan ik al goed?
Wat moet ik nog oefenen?
Opstappen en wegfietsen
Opstappen en wegfietsen
Rechtdoor fietsen op een
Rechtdoor fietsen op een
T-splitsing met verkeerslichten
T-splitsing met verkeerslichten
Over een zebrapad fietsen
Over een zebrapad fietsen
Rechtdoor fietsen op een
Rechtdoor fietsen op een
gewone T-splitsing
gewone T-splitsing
Over drempels fietsen
Over drempels fietsen
Rechtdoor fietsen op een rotonde
Rechtdoor fietsen op een rotonde
fietsen
fietsen
Langs een wegversmalling fietsen
Langs een wegversmalling fietsen
Rechtdoor over een voorrangs-
Rechtdoor over een voorrangs-
kruising fietsen en voorrang krijgen
Rechts afslaan op een
kruising fietsen en voorrang krijgen
Rechts afslaan op een
T-splitsing met verkeerslichten
T-splitsing met verkeerslichten
Links afslaan op een voorrangs-
Links afslaan op een voorrangs-
kruising en voorrang geven
kruising en voorrang geven
Links afslaan op een rotonde
Links afslaan op een rotonde
Links afslaan op een gewone
Links afslaan op een gewone
T-splitsing
T-splitsing
Links afslaan op een T-splitsing
Links afslaan op een T-splitsing
met verkeerslichten
met verkeerslichten
Rechtdoor over een voorrangs-
Rechtdoor over een voorrangs-
kruising fietsen en voorrang geven
Stoppen en afstappen
kruising fietsen en voorrang geven
Stoppen en afstappen
55
» Pleintje Verkeer » » » Bijlagen
56
Bijlage 1:
Suggestie indeling Fietsbehendigheidsparcours
57
Bijlage 2 (1/2):
Materialenoverzicht fietsbehendigheidsoefeningen Onderdeel
Materialen
1.
Opstappen en wegfietsen
2.
Evenwicht bewaren
2a.
Je evenwicht op de fiets bewaren op een plank
2b.
Je evenwicht op de fiets bewaren op een wip
3.
4.
5.
6.
Je evenwicht op de fiets bewaren op drempels
Met één hand fietsen op een smal pad
Met één hand een cirkel fietsen
Afslaan op een T-splitsing
58
Aantal
Pylonnen
2
Start/markeringsstreep
1
Pylonnen
2
Start/markeringsstreep
1
Plank
1
Verkeersbord J17 + paal en steun
2
Wip
1
Verkeersbord J17 + paal en steun
2
Pylonnen
2
Start/markeringsstreep
1
Drempels (verschillende breedte)
3
Verkeersbord J38 + paal en steun
3
Pylonnen
2
Start/markeringsstreep
1
Markeringskegels
30
Pylonnen
2
Start/markeringsstreep
1
Paal met oog met touw
1
Paal met haak
1
Verkeersbord D1 + paal en steun
1
Pylonnen
2
Start/markeringsstreep (kort)
5
Start/markeringsstreep (lang)
1
Verkeersbord B6 + paal en steun
1
Bijlage 2 (2/2):
Materialenoverzicht fietsbehendigheidsoefeningen Onderdeel
7.
Materialen
Slalomrijden
7a.
Slalommen zonder bagage
7b.
Slalommen met bagage
8.
9.
10.
Een noodstop maken
Voorbij fietsen van een obstakel
Pakken en wegleggen
59
Aantal
Pylonnen
2
Start/markeringsstreep
1
Pylonnen (groot)
7
Verkeersbord J4 + paal en steun
1
Zie boven
-
Zie boven +
-
Rugzakken & spinnen
2
Pylonnen
4
Start/markeringsstreep
1
Meetlint
1
Stopstreep
1
Verkeersbord B7 + paal en steun
1
Pylonnen
2
Start/markeringsstreep
1
Markeringskegels
30
Verkeersbord F5 + paal en steun
1
Verkeersbord F6 + paal en steun
1
Pylonnen
2
Start/markeringsstreep
1
Bakje op paal
1
Mand
1
Balletjes
6
Bijlage 3:
Onderdelen parcours fietsbehendigheidsoefeningen Onderdeel
1. Opstappen en wegfietsen
6. Afslaan op een T-splitsing
2a. Je evenwicht op de fiets bewaren op een plank
7a. Slalommen zonder bagage
2b. Je evenwicht op de fiets bewaren op een wip
plank
wip 7b. Slalommen met bagage
3. Je evenwicht op de fiets bewaren op drempels
8. Een noodstop maken
4. Met één hand fietsen op een smal pad
9. Voorbij fietsen van een obstakel
5. Met één hand een cirkel fietsen
10. Pakken en wegleggen
60
Bijlage 4:
Opzet Ouderbrief Fietsbehendigheidsoefeningen xxxxxxxxxx (Datum) Beste ouders / verzorgers, Fietsen is een kunst en jong geleerd is oud gedaan. Daarom heeft onze verkeerswerkgroep de Edukar besteld: een grote aanhanger met allerlei materialen voor verkeerslessen op de speelplaats. We gaan met de kinderen van groep 4 tot en met 8 op xxxxxxxxxx (Vul hier de data in.) namelijk fietsbehendigheidsoefeningen doen zoals je evenwicht op de fiets bewaren, met één hand een cirkel fietsen, slalommen zonder en met bagage. Stuk voor stuk leuke maar vooral ook leerzame “kunstjes” om veilig te (leren) fietsen. In onze school-krant / Op onze website (Maak zonodig een keuze.) gaan we er verslag van doen. U wilt uw kind vast een handje helpen. Dat kan op verschillende manieren: thuis én op school. Thuis kunt u samen met uw kind met behulp van het kopieerblad Fietsen is een kunst zijn / haar fietsvaardigheid inschatten. Wat kan het al heel goed? Wat moet het nog (beter) leren? Thuis kunt u samen met uw kind met behulp van het kopieerblad Fietscontrole zijn / haar fiets controleren. Op school kunt u helpen bij het keuren van de fietsen, bij het opbouwen en afbreken van de oefeningen, bij het oefenen op de speelplaats, bij het opgaan voor het Pleindiploma Fietsen. We kunnen dus best wat hulp gebruiken! We horen het graag van u via onderstaande antwoordstrook. Met vriendelijke groet en alvast bedankt voor uw medewerking, De Verkeerswerkgroep BVL, xxxxxxxxxx (leerkracht groep x) xxxxxxxxxx (verkeersouder) ----------------------------------------------------------------------------------------------Antwoordstrook (geef hier een overzicht van data, tijden en activiteiten, waaruit de ouders / verzorgers kunnen kiezen)
61
Bijlage 5:
Suggestie indeling Verkeersparcours
62
Bijlage 6:
Suggestie rijrichting Verkeersparcours
63
Bijlage 7:
Materialenoverzicht Verkeersparcours Onderdeel Oefening 1
Start: wegrijden
2
T-kruispunt met verkeerslichten
Materialen
Aantal
startstreep
1
oranje pylonnen
2
verkeerslichten (met 1 regelkast)
3
stopstreep
3
zebrapad
1
3
Zebrapad
verkeerbord L2 + palen en steunen
2
4
T-kruispunt gelijkwaardig
verkeersbord J8 + palen en steunen
3
drempels
3
verkeersbord J38 + palen en steunen
2
witte stip
1
5
Drempels
pylonnen 6
7
8 en 9
10
Algemeen
Rotonde
Wegversmalling
Kruispunt met voorrang
Finish: aankomen
haaientanden
3
verkeersbord B6 + palen en steunen
3
verkeersbord D1 + palen en steunen
3
markeringskegels
20
verkeersbord F5 + paal en steun
1
verkeersbord F6 + paal en steun
1
haaientanden
2
verkeersbord B1 + paal en steun
2
verkeersbord B2 + paan en steun
2
verkeersbord B6 + palen en steun
2
stopstreep
1
oranje pylonnen
2
verkeersbord L8 + paal en steun
1
Pylonnen, paaltjes in de pylonnen, lint en markeringskegels om de rijbaan aan te geven.
64
naar inzicht
Bijlage 8:
Bedieningsvoorschrift verkeerslichten (1/2):
Bedienings Voorschrift
De schakelaars De33standen standen schakelaars 00==ALLES UIT ALLES UIT 11==RODE RODELEDS LEDSBLIJFT BLIJFTAAN AAN 22==GELE LEDS BLIJFT GELE LEDS BLIJFTAAN AAN 33==GROENE GROENELEDS LEDSBLIJFT BLIJFTAAN AAN Zet alle 3 de standenschakelaars Zet alle 3 de standenschakelaars op stand 2 op stand 2, dan knipperen alle dan knipperen alle 3 de gele leds
3 de gele leds.
Nahet hetaansluiten aansluiten van Na van de netspanningheeft de netspanning heeft de PLC 10nodig sec. de PLC 10 sec. nodig om te starten om op teop starten.
Automatische Automatische Rood-Geel-Groen tijden
Rood-Geel-Groen tijden
LET OP!!!
0 = Automaat uit
01==Automaat 5 sec. aan uit 12==510 sec. aan sec. aan 15sec. sec.aan aan 23==10 3 = 15 sec. aan
DEZE INSTALLATIE IS UITSLUITEND BEDOELD VOOR
LET OP!!! EN / OF SCHOLINGS DOELEINDEN DEZE INSTALLATIE ISEDUCATIEVE UITSLUITEND BEDOELD VOOR EDUCATIEVE EN / OF SCHOLINGS DOELEINDEN.
65
Bijlage 8:
Bedieningsvoorschrift verkeerslichten (2/2):
Algemene Informatie
Aardlekautomaat = voeding PLC enen de de verkeerslichten Aardlekautomaat = voeding PLC verkeerslichten
Zekering links is voor 24 Vdc gedeelte 1 Amp Zekering links is voor 24 Vdc gedeelte =1= Amp
Zekering rechts is voor 42 Vac gedeelte = 1= Amp Zekering rechts is voor 42 Vac gedeelte 1 Amp
Stekkeraansluitingen Stekkeraansluitingen voor voor dededrie drie verkeerslichten verkeerslichten
LET OP!! ALGEHELE INSTALLATIE STAAT ONDER 230 VAC. LET OP!! Algehele installatie staatNETSPANNING onder netspanning 230 Vac ALLEEN GEAUTORISEERD PERSONEEL MAG IN DEZE KAST Alleen geautoriseerd personeel mag in deze kast wijzigingen aanbrengen WIJZIGINGEN AANBRENGEN.
66
Bijlage 9:
Opzet Ouderbrief Verkeersparcours xxxxxxxxxx (Datum) Beste ouders / verzorgers, We willen de kinderen op een bijzondere manier met verkeer in contact brengen. Daarom heeft onze verkeerswerkgroep de Edukar besteld: een grote aanhanger met allerlei materialen voor verkeerslessen op de speelplaats. We gaan met alle kinderen van onze school op xxxxxxxxxx (Vul hier de data in.) namelijk een Verkeersparcours doen. Onze speelplaats wordt één grote verkeerstuin met échte verkeerslichten, een zebrapad, een rotonde en nog veel meer. De leerlingen van groep 1 tot en met 3 gaan oversteekoefeningen doen, automobilist of vrachtwagenchauffeur spelen (met stuurtjes en skelters) en fietsen. De oudere kinderen gaan oversteken, skelteren en fietsen. Stuk voor stuk leuke maar vooral ook leerzame “verkeerssituaties” voor buiten de poort. In onze schoolkrant / Op onze website (Maak zonodig een keuze.) gaan we er verslag van doen. U wilt uw kind vast een handje helpen. Dat kan op verschillende manieren: thuis en op school. Thuis kunt u samen met uw kind (groep 4 tot en met 8) met behulp van het kopieerblad Fietscontrole zijn / haar fiets controleren. Op school kunt u helpen bij het keuren van de fietsen, bij het opbouwen en afbreken van de oefeningen, bij het oefenen op de speelplaats, bij het opgaan voor een Pleindiploma (Oversteken, Sturen, Skelteren, Fietsen of Verkeersparcours). We kunnen dus best wat hulp gebruiken! We horen het graag van u via onderstaande antwoordstrook. Met vriendelijke groet en alvast bedankt voor uw medewerking, De Verkeerswerkgroep BVL, xxxxxxxxxx (leerkracht groep x) xxxxxxxxxx (verkeersouder) ----------------------------------------------------------------------------------------------Antwoordstrook (geef hier een overzicht van data, tijden en activiteiten, waaruit de ouders / verzorgers kunnen kiezen)
67
Bijlage 10:
Totaaloverzicht materialen Materialen
Aantal
Aanhanger
1
Touw met ijzeren handvat (2,5 m)
1
Aluminium oprijdplaat
2
Boekentassen & spinnen
4
Zwengel t.b.v. uitzetpoten
1
Bakje op paal
1
Losse ronde sturen
30
Rieten mand
1
Skelters (incl. 2 keer zwaailamp)
6
Balletjes
6
Kleding (politie)
1
Witte stip
1
Kleding (brandweer)
1
Verkeerslichten
3
Brigadierstopborden
3
Gele kabelhaspel t.b.v. verkeerslichten
3
Zwarte kabelhaspel t.b.v. 220 volt aanvoer
1
Kleding (oranje en groene hesjes)
2 sets van 50
Materialen
Aantal
Megafoon/Microfoon
1
Markeringskegels
80
Ronde voetplaten met opzetstuk t.b.v. verkeerslichten
3
Oranje pylonnen (klein)
20
1
Oranje pylonnen (medium)
60
Ronde voetplaat met regelinstallatie verkeerslichten
Palen voor in pylonnen (gymstokken)
Steekwagen
1
60
Afzetlint
2x500 m
Startstreep/uitrolbare markering (1.50 m)
16
Startstreep/uitrolbare markering (5 m)
1
Uitrolbare haaientanden
5
Uitrolbaar meetlint
1
Uitrolbaar zebrapad
1
Steunen
31
Palen
35
Plank (3 m lang, 20 cm breed)
1
Wip
1
Drempels
3
Paal met steun, haak en oog aan de bovenkant
1
68