No title

Vzw Onderwijsinrichtingen Zusters der Christelijke Scholen Koepel Preventie Vorselaar Markt 19 – 2290 Vorselaar Tel : 014 / 50 86 69 PREVO R

Externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPB) IDEWE

Afspraken aangaande gezondheidsrisico’s

OZCS-IDEWE 200805.doc

1/15


1. ALGEMEEN - WETGEVING KB 28 mei 2003 betreffende het gezondheidstoezicht (GT) op de werknemers -

toepassingsgebied: 4 grote groepen werknemers o werknemers met een veiligheidsfunctie: VF o werknemers met een functie verhoogde waakzaamheid: FVW o werknemers met een functie met een welbepaald risico: AWR  fysisch, biologisch, chemisch agens  ergonomische belasting  fysieke of mentale werkbelasting o werknemers met een activiteit verbonden aan voedingswaren: AVW in de scholen kennen we enkel werknemers uit groep 3 (AWR)

-

doelstellingen/ verplichtingen WG (werkgever)/ verplichtingen PA-AG (preventieadviseurarbeidsgeneesheer) o doelstellingen  gezondheid van de werknemers bevorderen en behouden door risico’s te voorkomen,  tewerkstellingskansen voor iedereen bevorderen,  beroepsziekten opsporen,  werknemers informeren en adviseren, ... o werkgever:  naamlijsten opstellen,  werkgever licht werknemer in over procedure gezondheidstoezicht,  gezondheidstoezicht tijdens de arbeidstijd,  werknemers die zich onttrekken aan preventieve medische onderzoeken of verplichte inentingen of ID (intradermo) mogen door de werkgever niet aan het werk worden gesteld of gehouden, o preventieadviseur-arbeidsgeneesheer:  preventief gezondheidstoezicht,  geneeskundig dossier,  inentingen en tuberculinetesten;  beslissing rekening houdend met resultaat preventief onderzoek en resultaat risicoanalyse,  advies aan werknemer,  collectieve en individuele beschermingsmaatregelen,  aangifte Fonds voor Beroepsziekte;  vrije toegang tot de onderneming;  geen controle op afwezigheid;  beroepsgeheim

-

vormen van gezondheidsbeoordelingen door de externe dienst o voorafgaande gezondheidsbeoordeling: VGB o periodieke gezondheidsbeoordeling: PGB o onderzoek bij werkhervatting na ziekte (HZ), ongeval (HO) of bevalling (HB). Bij afwezigheid vanaf 4 weken: onderzoek tijdens de eerste 8 dagen vanaf werkhervatting. o spontane raadpleging: SC (onderworpen en niet-onderworpen werknemers)


2/15


voortgezet gezondheidstoezicht VGT (bij bepaalde risico’s, ten laste van de werkgever of van het Fonds voor Beroepsziekte) o gezondheidstoezicht van een definitief arbeidsongeschikte werknemer met het oog op zijn re-integratie (onderworpen en niet-onderworpen werknemers, werknemer definitief ongeschikt verklaard door behandelend geneesheer, werknemer neemt het initiatief) o uitbreiding van het gezondheidstoezicht UGT (PA-AG, CPBW, RA) o bijzondere bepalingen voor bepaalde categorieën van werknemers  mindervalide werknemers  jongeren  zwangere werknemers  stagiairs, leerlingen en studenten  uitzendkrachten  PWA beslissingen van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer o formulier voor de gezondheidsbeoordeling FGB (overleg/beroep) o

-

KB 4 juli 2004 (wijziging KB 28 mei 2003) bezoek van de werknemer aan de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer (PA-AG) voorafgaand aan werkhervatting  onderworpen en niet-onderworpen werknemers,  4 weken afwezig,  initiatief van werknemer,  de werkgever licht de werknemer in over de mogelijkheid van een bezoek aan de PA-AG. Het onderzoek vóór werkhervatting is mogelijk voor werknemers die meer dan 4 weken arbeidsongeschikt zijn en die een schriftelijk en persoonlijk verzoek indienen om een medisch onderzoek te ondergaan alvorens hun doktersattest afloopt. 2. TOEPASSING Elke school moet één naamlijst gezondheidstoezicht voor IDEWE actueel houden (per kwartaal) = kwartaalstaat. Op deze lijst moeten alle werknemers (zowel arbeiders als gesubsidieerde personeelsleden) vermeld staan. Vermits het over personeelsleden in actieve dienst gaat moeten zij die van een verlofsysteem genieten voor hun volledige opdracht niet op de lijst worden vermeld. Personeelsleden die met TBS55+ zijn zijn niet meer in dienst. Zij moeten dus ook niet meer vermeld worden (datum uit dienst opgeven). Sommige scholen vulden tot op heden meerdere kwartaalstaten in (bv. één voor arbeiders, één voor stagiairs,…..). Voor stagiairs (secundair onderwijs) worden geen kwartaalstaten meer ingevuld. Hiervoor geldt een specifieke werkwijze.


3/15


Voor het invullen van deze kwartaalstaat gelden volgende afspraken: - kolom 1: CENT (door IDEWE in te vullen) - kolom 2: WN-NR. (wordt door IDEWE ingevuld) - kolom 3: naam en voornaam van de werknemer - kolom 4: A/B (Arbeider/Bediende): de gesubsidieerde personeelsleden en de opvoeders in het internaat zijn allemaal bedienden - kolom 5: M/V (man/vrouw) - kolom 6: geboortedatum - kolom 7: functie/werkpost: o hier de functie van het personeelslid invullen volgens de mogelijkheden (en geen andere) die in de kolom hieronder voorzien zijn, o indien meerdere functies deze allemaal vermelden - kolom 8: scherm Hier het gemiddeld aantal uren beeldschermwerk per dag invullen. Van zodra voor iemand 4 uren of meer wordt opgegeven valt deze persoon onder een periodiek gezondheidstoezicht en moet voor deze persoon een verhoogde jaarlijkse bijdrage betaald worden. - kolommen 9: reden van onderzoek Voor elke functie of werkpost worden vaste risico’s toegekend (zie tabel hieronder). Deze risicocodes in deze kolommen vermelden (één per kolom). Op de achterzijde van elke kwartaalstaat vind je alle mogelijke codes, maar in onze scholen gebruiken we enkel de codes die in de tabellen hieronder aangegeven zijn. - kolom 10: laatste onderzoek IDEWE o wordt door IDEWE ingevuld, o hier kan u aflezen wanneer het personeelslid voor het laatste gezien werd door de arbeidsgeneesheer - kolom 11: maand/jaar inenting: wordt door IDEWE ingevuld. - kolom 12: datum in dienst invullen - kolom 13: datum uit dienst invullen. -

Elk kwartaal moeten de nieuwe werknemers toegevoegd worden en niet meer in dienst zijnde werknemers worden geschrapt.

-

Bij een langere inactiviteitsperiode bij het betrokken personeelslid in de kolom functie/werkpost de aard vermelden met begin- en, zo mogelijk, einddatum. De persoon die zo een personeelslid vervangt wordt aan de lijst toegevoegd.

-

Voor werknemers die in verschillende scholen werken en waarvoor risico’s moet worden opgegeven moeten deze risico’s maar in één school worden opgegeven.

De verschillende functies/werkposten worden volgens volgende afspraken opgegeven: BASISONDERWIJS

Functie/werkpost directeur onderwijzer

Te vermelden voor volgende ambten

Reden van onderzoek (te vemelden codes)

in het lager onderwijs: onderwijzer, zorgcoördinator, ICT-coördinator, leermeester LO

geen


4/15


kleuterleidster

in het kleuteronderwijs: kleuterleidster, zorgcoördinator, leermeester LO

Geen zie toelichting In de kolom ‘scherm’ het gemiddeld aantal uren beeldschermwerk per dag vermelden. Indien 4 uur of meer dan code 8120 Geen zie toelichting 4220 / 3562 / 8110

kinderverzorgster admin. medewerker

schoonmaakster minder dan halftijds schoonmaakster halftijds of meer Onderhoudswerkman minder dan halftijds Onderhoudswerkman halftijds of meer

middagtoezicht chauffeur

Geen zie toelichting

zie toelichting

vervoer van personen met (mini)bus

zie toelichting 4000 / 3562 / 8110 1210 / 1262 / 4200 (chem) 2030 / 5500(hout) 2120 / 5500(lassen) geen 6700

Bij een personeelslid dat meerdere ambten uitoefent vermeldt men alle functies. Indien een personeelslid in meerdere scholen werkt en in het totaal halftijds of meer dan moet dit personeelslid in één van deze scholen de nodige risicocodes krijgen (onderling af te spreken). Toelichting:  kleuterleidster bij zwangerschap: medisch onderzoek moederschapsbescherming  kinderverzorgster: bij zwangerschap: medisch onderzoek moederschapsbescherming  schoonmaakster indien minder dan halftijds: niet onderworpen aan medisch onderzoek indien halftijds of meer volgende codes vermelden: o 4220: contact alkaliën (schoonmaakproducten, zepen, ...) o 3562: tetanus o 8110: tillen van lasten bij zwangerschap: medisch onderzoek moederschapsbescherming  onderhoudswerkman indien minder dan halftijds en geen risico chemicaliën, hout, lassen: niet onderworpen aan medisch onderzoek; tetanusopvolging via huisarts indien halftijds of meer één of meer van volgende groepen van codes vermelden: o cluster 4000/3562/8110: huidaandoeningen, tetanos, heffen en tillen tgv algemene activiteiten o cluster 1210/1262/4200: risico KWS, tolueen, huid tgv activiteit met chem agentia (schilderen) o cluster 2030/5500: risico lawaai en allergiserende agentia bij inademing tgv activiteit houtbewerking o cluster 2120/5500: risico UV en allergiserende agentia bij inademing tgv activiteit lassen chauffeur o 6700: rijgeschiktheidsattest o als alleen chauffeur: niet onderworpen aan periodiek gezondheidstoezicht

SECUNDAIR ONDERWIJS


5/15


Functie/werkpost

Te vermelden voor volgende ambten directeur directeur, adjunct-directeur secretariaatsmedewerker administratief medewerker, leerlingenbegeleiding, personeelsadministratie, boekhouding. leraar leraar biologie of aanverwant biologie leraar leraar chemie of aanverwant. chemie leraar leraar huishoudkunde. huishoudkunde leraar TSO praktijkleraar in het studiegebied lichaamsverzorging lichaamsverzorging (haartooi, bioesthetiek,..) die minimum 1 uur praktijk geeft. leraar BSO praktijkleraar in het studiegebied lichaamsverzorging lichaamsverzorging (haartooi, bioesthetiek,..) die minimum 1 uur praktijk geeft. stagebegeleider stagebegeleider verzorging of verzorging aanverwant die regelmatig op de stageplaats meewerkt. Het gaat voornamelijk om de stagebegeleiders in het studiegebied personenzorg (verzorging, organisatiehulp,…). leraar iedereen die aangesteld is in lesuren en niet onder één van de hierboven genoemde groepen is onder te brengen Internaatsopvoeder Internaatsopvoeder bij kleuters kleuter internaatsopvoeder Internaatsopvoeder niet bij kleuters schoonmaakster minder dan halftijds

Reden van onderzoek (te vermelden codes)

schoonmaakster halftijds of meer onderhoudswerkman minder dan halftijds

4220 / 3562

onderhoudswerkman halftijds of meer

chauffeur


Poetspersoneel en andere logistieke helpers Arbeider die allerlei onderhoudswerkzaamheden verricht Arbeider die allerlei onderhoudswerkzaamheden verricht

Vervoer van personen met (mini)bus

In de kolom ‘scherm’ het gemiddeld aantal uren beeldschermwerk per dag vermelden. Indien 4 uur of meer dan code 8120

geen zie toelichting geen zie toelichting geen zie toelichting geen zie toelichting

4220 / 5500

3110 / 3643 / 3843 / 4220 / 8110

geen

geen zie toelichting geen geen zie toelichting

geen

Zie toelichting 4000 / 3562 / 8110 1210 / 1262 / 4200 (chem) 2030 / 5500 (hout) 2120 / 5500(lassen) 6700

6/15


Bij een personeelslid dat meerdere ambten uitoefent vermeldt men alle functies. Het risico ‘beeldschermwerk’ (code 8120) enkel aangeven voor de functie secretariaatsmedewerker met 4 uur of meer beeldschermwerk per dag. Toelichting:  leraar biologie/chemie geen periodiek gezondheidstoezicht zo er geen contact met carcinogenen en mutagenen is de school beschikt over een risicoanalyse chemicaliën (inventaris, veiligheidsinformatiebladen (MSDS of VIB) , algemene en specifieke maatregelen) bij zwangerschap: medisch onderzoek moederschapsbescherming  leerkracht huishoudkunde geen periodiek gezondheidstoezicht: TBC opvolging niet langer van toepassing de school beschikt over een risicoanalyse hygiëne en producten  leraar lichaamsverzorging TSO geen periodiek gezondheidstoezicht (theoretisch onderwijs, minder praktijk) de school beschikt over een riscicoanalyse producten (lichaamsverzorging/ haarverzorging)  leraar lichaamsverzorging BSO (sterk praktijkgericht): volgende codes vermelden 4220: contact alkaliën (zepen, ontsmettingsproducten, ...) 5500: allergierende agentia bij inademing  stagebegeleider verzorging: volgende codes vermelden 3110: algemeen risico infectie 3643: TBC 3843: hepatitis B 4220: contact alkaliën (zepen, ontsmettingsproducten, ...) 8110: tillen van lasten bij zwangerschap: medisch onderzoek moederschapsbescherming  internaatsopvoeder kleuter geen periodiek gezondheidstoezicht bij zwangerschap: medisch onderzoek moederschapsbescherming  internaatsopvoeder niet kleuter geen periodiek gezondheidstoezicht  schoonmaakster indien minder dan halftijds: niet onderworpen aan medisch onderzoek indien halftijds of meer volgende codes vermelden: o 4220: contact alkaliën (schoonmaakproducten, zepen, ...) o 3562: tetanus o 8110: tillen van lasten bij zwangerschap: medisch onderzoek moederschapsbescherming  onderhoudswerkman indien minder dan halftijds en geen risico chemicaliën, hout, lassen: niet onderworpen aan medisch onderzoek; tetanusopvolging via huisarts indien halftijds of meer één of meer van volgende groepen van codes vermelden: o cluster 4000/3562/8110: huidaandoeningen, tetanos, heffen en tillen tgv algemene activiteiten o cluster 1210/1262/4200: risico KWS, tolueen, huid tgv activiteit met chem agentia (schilderen) o cluster 2030/5500: risico lawaai en allergiserende agentia bij inademing tgv activiteit houtbewerking o cluster 2120/5500: risico UV en allergiserende agentia bij inademing tgv activiteit lassen  chauffeur 6700: rijgeschiktheidsattest als alleen chauffeur: niet onderworpen aan periodiek gezondheidstoezicht OPMERKINGEN

Voor sterk theoretische onderwijsrichtingen (TSO) zijn risicoanalyses belangrijker dan medische onderzoek. Voor alle leerkrachten en administratieve medewerkers zijn beeldschermergonomie en psychosociale belasting een algemeen aandachtspunt.


7/15


STAGIAIRS SECUNDAIR ONDERWIJS (LEERLINGEN VAN DE SCHOOL)

Algemeen - Niet alle stagiairs lopen risico’s waarvoor een gezondheidsbeoordeling door de arbeidsgeneesheer vereist is. - Kortdurende stages (minder dan 30 dagen in totaal) vereisen geen gezondheidsbeoordeling. - Als gezondheidstoezicht door de arbeidsgeneesheer nodig is volstaat in principe een eenmalige voorafgaande gezondheidsbeoordeling vooraleer de eerste stage verricht wordt. - Een jaarlijks herhaalde “periodieke” gezondheidsbeoordeling wordt enkel verricht indien de stagiair onderworpen is aan een verplichte tuberculinetest of indien de hepatitis B vaccinatiestatus nog moet opgevolgd worden. Afspraken per studiegebied - studiegebied handel: o geen gezondheidsbeoordeling - studiegebied chemie (TSO: Techniek-wetenschappen, Farmaceutisch-technisch assistent, Chemie): o gezondheidsbeoordeling door de arbeidsgeneesheer, o risico huid- en ademhalingswegen - studiegebied lichaamsverzorging o haarzorg / haarstilist BSO:  gezondheidsbeoordeling door de arbeidsgeneesheer,  risico huid- en ademhalingswegen o lichaamsverzorging buiten haarzorg (Schoonheidsverzorging / Grime / Esthetische lichaamsverzorging TSO):  gezondheidsbeoordeling door de arbeidsgeneesheer op basis van vragenlijst,  risico huid- en ademhalingswegen - studiegebied personenzorg TSO: Sociale en Technische wetenschappen, Jeugd- en gehandicaptenzorg, Gezondheids- en welzijnswetenschappen, Internaatswerking BSO: Verzorging, Organisatiehulp en –assistentie, Kinderzorg, Thuis- en bejaardenzorg o gezondheidsbeoordeling door de arbeidsgeneesheer op basis van vragenlijst en gegevens vaccinatie, o risico biologische agentia Organisatie van de gezondheidsbeoordeling - De vragenlijst stagiairs dient vooraf ingevuld - De vaccinatiegegevens en de antistoffentiter HBsAS worden bij voorkeur doorgeven via een aparte vragenlijst, - Deze bevraging vaccinatie en antistoffen wordt door iemand van de school (de lokale preventieadviseur) nagekeken op volledigheid alvorens over te gaan tot het uitvoeren van de medische onderzoeken. Omwille van het beroepsgeheim i.v.m. vaccinatiegegevens mag maar één persoon aangeduid zijn. - Alle stagiairs waarvan de vragenlijsten en vaccinatiegegevens volledig zijn, ontvangen via de instelling een uitnodiging voor het gezondheidstoezicht.


8/15


-

De arbeidsgeneesheer maakt een selectie van de stagiairs waarvoor een persoonlijk contact noodzakelijk is (haarzorg/chemie/andere richtingen op basis van vragenlijst), alle andere stagiairs worden ontvangen door de verpleegkundigen.


9/15


3. MOEDERSCHAPSBESCHERMING EN BEROEPSZIEKTE ALGEMEEN – WETGEVING wetgeving/documenten - arbeidswet 16/03/1971 - wet van 3/04/1995 – BS 10/05/1995 - KB van 2/05/1995 – BS 18/05/1995 - CAO 46 ivm nachtarbeid - CAO 80 borstvoedingspauze - criteria Fonds voor Beroepsziekte - omzendbrief ref. PERS/2002/21 (13AC) dd. 24.09.02, gewijzigd 3/05/05 http://edulex.vlaanderen.be praktisch Zwangerschap wordt door de werknemer zo vlug mogelijk aan de werkgever gemeld. Kleuterleidsters, kinderverzorgsters, internaatsopvoeder kleuters, schoonmaakpersoneel, onderhouds(man): zo snel mogelijk consultatie bij preventieadviseur-arbeidsgeneesheer; o de werknemer brengt de uitslag mee van de antistoffentiters voor rubella, o varicella, CMV, toxoplasma leerkrachten van het lager en van het secundair onderwijs, internaatsopvoeder: verklaring van behandelend geneesheer dat de werknemer voldoende o antistoffen heeft tegen rubella en varicella, bij onvoldoende antistoffen consultatie arbeidsgeneesheer o


10/15


Mogelijke beslissingen van de arbeidsgeneesheer Kleuteronderwijs kleuterleidster, kinderverzorgster, internaatsopvoeder kleuters, schoonmaakpersoneel, onderhoudswerk(man) 1ste kleuterklas: - fysische agentia: tillen van lasten vanaf 7de maand (verwijderen of verplaatsen nr 2de en 3de kleuterklas); - biologische agentia: Antistoffen bepalen van rubella, varicella, CMV, toxoplasma neg rubella: verwijderen neg varicella: verwijderen neg CMV: verwijderen (of werkaanpassing: naar 2de of 3de kleuterklas) neg toxoplasma: hygiënische maatregelen 2de en 3de kleuterklas: - fysische agentia: geen risico - biologische agentia: Antistoffen bepalen van rubella, varicella, CMV, toxoplasma neg rubella: verwijderen neg varicella: verwijderen neg CMV: hygiënische maatregelen neg toxoplasma: hygiënische maatregelen - chemische agentia: eventueel van toepassing op onderhoudswerk(man) bijlage 1 en 2 van KB 2/5/1995 aandacht voor R-zinnen (40,45,46,49,60,61,63,64,68) Lager onderwijs leerkrachten, internaatsopvoeder, onderhoudspersoneel, onderhoudswerk(man) - fysische agentia: tillen van lasten vanaf 7de maand voor leerkracht bewegingsopvoeding en onderhoudspersoneel. In principe is voor de leerkrachten werkaanpassing mogelijk - biologische agentia: Antistoffen bepalen van rubella, varicella neg rubella: verwijderen (profylactisch verlof) neg varicella: verwijderen (profylactisch verlof) bij een geval van mazelen: Antistoffen bepalen, zo negatief verwijderen (profylactisch verlof) - chemische agentia: eventueel van toepassing op onderhoudswerk(man) bijlage 1 en 2 van KB 2/5/1995 aandacht voor R-zinnen (40,45,46,49,60,61,63,64,68) Secundair onderwijs leerkrachten, internaatsopvoeders, onderhoudspersoneel, onderhoudswerk(man) - fysische agentia: tillen van lasten vanaf 7de maand voor leerkracht lichamelijke opvoeding en onderhoudspersoneel, in principe is voor de leerkrachten werkaanpassing mogelijk - chemische agentia: bijlage 1 en 2 van het KB 2/5/1995 aandacht voor de R-zinnen (40,45,46,49,60,61,63,64,68) - biologische agentia: Antistoffen bepalen van rubella, varicella neg rubella: verwijderen bij geval van rubella (profylactisch verlof) neg varicella: verwijderen bij geval van varicella (profylactisch verlof)


11/15


bij een geval van mazelen: Antistoffen bepalen, zo negatief verwijderen (profylactisch verlof) Stagebegeleiders van de richting personenzorg: Antistoffen bepalen van: - Hepatitis B: aHBs < 10IU/l: verwijderen uit reëel risico: verzorgende activiteiten met contact bloed, speeksel of lichaamsvochten (werk in ziekenhuis, RVT, psychiatrie, MPI, contact met dragers hepatitis B (druggebruikers) -

rubella: verwijderen uit kinderdagverblijven, afdeling pediatrie, BKO, thuiszorg met kinderen < 6 jaar

-

varicella: verwijderen uit kinderdagverblijven, afdeling pediatrie, BKO, thuiszorg met kinderen < 6 jaar

-

CMV: CMV neg: verwijderen uit kinderdagverblijven, afdeling pediatrie, BKO, thuiszorg met kinderen < 6 jaar

-

toxoplasma: hygiënische maatregelen

-

mazelen, parvovirus, bof: Antistoffen bepalen bij geval van, Indien antistoffen negatief: verwijderen

Toelichting Kleuteronderwijs a) Fysische agentia: manueel tillen van lasten (MB: moederschapbescherming) gedurende het laatste trimester van de zwangerschap in de eerste kleuterklas. De kleuterleidster wordt verplaatst naar de tweede of derde kleuterklas of als er verder geen aangepast werk voorhanden is wordt ze verwijderd uit het werk. Tijdens de borstvoeding is er een verwijdering gedurende de 10de week na de bevalling. b)

Biologische agentia (BZ: beroepsziekten) door het intens contact met kinderen is de kans op contact met biologische agentia verhoogd. Bepaalde biologische agentia houden een verhoogd risico in, als de werknemer geen antistoffen heeft dienen maatregelen genomen. Procedure Bij het begin van de zwangerschap worden antistoffentiters bepaald op rubella, varicella, cytomegalovirus en toxoplasmose. Eventueel kunnen ook antistoffen op parvovirus B19, mazelen en bof bepaald worden. Als de zwangere werkneemster geen antistoffentiters heeft dienen volgende maatregelen genomen te worden: 

Negatief voor rubella (rode hond): verwijdering uit alle kleuterklassen



Negatief voor varicella (windpokken): verwijdering uit alle kleuterklassen



Negatief voor cytomegalovirus: verwijderen uit de eerste kleuterklas/peuterklas aangezien ook gezonde kinderen drager zijn van cytomegalovirus. Tijdens de borstvoeding geldt een verwijdering tot maximaal einde 5de maand voor de seronegatieve werknemers.


12/15


De kleuterleidsters in de tweede en derde kleuterklas dienen strikte hygiënerichtlijnen te volgen wat betreft het knuffelen, handhygiëne, algemene hygiëne, hygiëne bij verpamperen en wat betreft contact met lichaamsvochten. Als er een geval van CMV is bij een kind van de tweede of derde kleuterklas dient de zwangere leerkracht verwijderd te worden.

c)



Negatief voor parvovirus B19 (vijfde ziekte): er is een gering risico. Strikte hygiënerichtlijnen zijn noodzakelijk. Als er een geval gesignaleerd wordt de immuniteit van de zwangere bepalen en antistoffen negatieve werknemers verwijderen.



Negatief voor toxoplasma: contact met tuinaarde en katten dient vermeden te worden. Een zorgvuldig onderhoud en afdekken van de zandbak is noodzakelijk. Hygiënemaatregelen!



Negatief voor bof of mazelen: aangezien de meeste kinderen op de leeftijd van 15 maanden een trivalent vaccin krijgen tegen mazelen, bof en rubella is de kans gering dat deze ziektes zich voordoen in de kleuterschool. Als er een geval gesignaleerd wordt de immuniteit van de zwangere bepalen en antistoffen negatieve werknemers verwijderen.



andere infectie uit bijlage 2 of 1 (oa mononucleosis (klierkoorts), coxsackie (mond- en klauwzeer), ...): de immuniteit en het risico dienen bepaald te worden, als er een risico is dient de zwangere werknemer verwijderd te worden



Hepatitis A: na contact met ziek kind vaccinatie opstarten; bij epidemie antistoffen bepalen, negatieve werknemers verwijderen



Hepatitis C: bij gekend reëel risico verder te evalueren: bloedcontact is verboden, dicht sociaal contact moet vermeden worden



Tuberculose: te evalueren bij niet-occasioneel verhoogd risico

Chemische agentia: niet van toepassing

Lager onderwijs a)

Fysische agentia: tillen van lasten gedurende de drie laatste maanden (MB: moederschapsbescherming): bij de leerkrachten bewegingsopvoeding kan in principe het werk aangepast worden gedurende de drie laatste maanden van de zwangerschap

b)

Biologische agentia (PV: profylactisch verlof) Procedure Bij het begin van de zwangerschap worden antistoffentiters bepaald op rubella en varicella,. Als de zwangere werkneemster geen antistoffentiters heeft dient zij verwijderd te worden. Bij een geval van mazelen of een andere infectie uit bijlage 2 of 1 dient de immuniteit en het risico bepaald te worden van de zwangere werknemer, als er een risico is dient de zwangere werknemer verwijderd te worden. Deze verwijderingen vallen onder het profylactisch verlof (PV) en duren voor de duur van de zwangerschap of voor de duur van de ziekte op school.

c)

Chemische agentia: niet van toepassing

Secundair onderwijs a)

Fysische agentia: tillen van lasten gedurende de drie laatste maanden (MB: Moederschapsbescherming) : bij leerkrachten bewegingsopvoeding kan in principe het werk aangepast worden gedurende de drie laatste maanden van de zwangerschap;


13/15


b)

Biologische agentia (PV: profylactisch verlof) Procedure Bij het begin van de zwangerschap worden antistoffentiters bepaald op rubella en varicella,. Als de zwangere werkneemster geen antistoffentiters heeft dient zij verwijderd te worden als er zich een geval voordoet van rubella of varicella. Bij een geval van mazelen of een andere infectie uit bijlage 2 of 1 dient de immuniteit en het risico bepaald te worden van de zwangere werknemer, als er een risico is dient de zwangere werknemer verwijderd te worden. Deze verwijderingen vallen onder het profylactisch verlof en duren voor de duur van de zwangerschap of voor de duur van de ziekte op school. Stagebegeleiders richting personenzorg (BZ: beroepsziekte) Antistoffentiter bepalen van Hepatitis B, rubella, varicella, CMV, toxoplasma Hepatitis B Leerkrachten die belast zijn met de begeleiding van de stageopdrachten in de richtingen verpleegkunde, klinisch laborant, personenzorg … dienen beschermd te zijn tegen Hepatitis B, bij onvoldoende antistoffentiter dient er een verwijdering te gebeuren als er een reëel risico is (bloedcontact mogelijk/ contact druggebruikers/ werk in ziekenhuis, psychiatrie, RVT,…/ verzorgingen of nauwe contacten buitengewoon onderwijs met zwaardere mentaal gehandicapten). Risico wordt bepaald door de stageplaatsen en werkinhoud. rubella: As negatief: verwijdering voor stageopdrachten met risico: kinderdagverblijven, ziekenhuis afdelingen pediatrie of thuiszorg met kinderen beneden de 6 jaar varicella: As negatief: verwijdering voor stageopdrachten met risico: kinderdagverblijven, ziekenhuis afdelingen pediatrie of thuiszorg met kinderen beneden de 6 jaar CMV: As negatief: verwijderen voor stageopdrachten met risico: kinderdagverblijven, ziekenhuis afdelingen pediatrie of thuiszorg met kinderen beneden de 6 jaar toxoplasma: hygiënische maatregelen andere infecties: zie supra bij secundair onderwijs/biologische agentia/procedure

c)

Chemische agentia: Labo leerkrachten kunnen in contact komen met verboden chemische agentia uit bijlage 2 en met agentia uit bijlage 1. Om dit risico verder te evalueren dient een inventaris aangelegd te worden van de gebruikte producten . Aan de hand van de veiligheidsinformatiebladen kan bepaald worden voor welke producten contact verboden is en welke maatregelen dienen genomen te worden.

Lactatie: Een verwijdering tijdens de lactatie wordt enkel toegepast als er een verwijdering was tijdens de zwangerschap (voor hetzelfde risico als de zwangerschapsverwijdering). Er moet een risico zijn tijdens de lactatie (niet alle infectierisico’s geven een risico) Volgende risico’s leiden tot een verwijdering tijdens de lactatie: Fysische agentia: de tillen van lasten (verwijdering 10 week) Biologische agentia: hepatitis B (5 maanden) als HBsAS<10IU/l CMV (5 maanden): CMV IgG neg HIV (5 maanden) Chemische agentia: - bijlage 2 en R 64


14/15


4. CONTACTGEGEVENS PER REGIO EN PER SCHOOL zie bijlagen 5. BEREKENING BIJDRAGE EN DIENSTVERLENING De bijdrage wordt per school en per jaar berekend (éénmalige facturatie). - Bedragen 2009 per: - jaarlijks onderworpene: € 111,42 - beeldschermwerker € 37,14 - niet onderworpene € 15,91 -

aantal jaarlijks onderworpenen (worden jaarlijks gezien door de arbeidsgeneesheer behalve deze met als enig risico ‘tillen van lasten’ die tweejaarlijks gezien worden): wordt bepaald volgens de kwartaallijst van het eerste kwartaal. - Elk niet-gesubsidieerd personeelslid dat minstens halftijds werkt met een risico wordt voor één eenheid geteld. - De niet-gesubsidieerden die minder dan halftijds werken worden niet geteld. - Elk gesubsidieerd personeelslid met een risico wordt als één eenheid geteld.

-

aantal beeldschermwerkers (worden driejaarlijks gezien) wordt bepaald volgens de kwartaallijst van het eerste kwartaal. Enkel zij die gemiddeld minstens 4 uur per dag beeldschermwerk doen (zie risicocode) worden geteld en gezien.

-

aantal niet-onderworpenen wordt bepaald door het aantal voltijdsequivalenten te berekenen op basis van het lestijdenpakket. De lestijden worden herleid naar uren van 60 minuten (aantal lestijden * 5/6). Per 36 uren wordt één FTE gerekend.

-

Medisch-technische onderzoeken worden afzonderlijk aangerekend.

berekening van het aantal te trekken halve dagen prestaties arbeidsgeneesheer - Dit wordt berekend op basis van het aantal onderworpenen en niet-onderworpenen. in het vorige jaar: - per onderworpene: 0,07917 halve dagen - per niet-onderworpene of beeldschermwerker: 0,0375 halve dagen besteding van deze halve dagen - Deze halve dagen worden besteed aan: - de onderzoeken die moeten gebeuren (a rato van 12 per halve dag) - bijwonen van vergaderingen van het CPBW - de rondgangen in de scholen o in het SO jaarlijks door een arbeidsgeneesheer o in het BaO driejaarlijks door een verpleegkundige. - Indien nog halve dagen dienstverlening overblijven kunnen deze in overleg aangewend worden voor andere doeleinden: bv. ergonomie, EHBO, psycho-sociaal, metingen, .... - Deze aanwending moet steeds gebeuren in afspraak met de regionale PA die hiervoor de nodige afspraken maakt met IDEWE.


15/15

No title

Recommend Documents