Coöperatieve antwoorden op woningnood in Vlaanderen Design Charles & Ray Eames - Hang it all © Vitra
Input voor Rondetafel Vlaamse Bouwmeester, Brussel, 29 juni 2012
Dr. Caroline Gijselinckx HIVA-K.U.Leuven
Definitie van coöperatief ondernemen
Caroline Gijselinckx 2
Coöperatief ondernemen is… Coöperatief ondernemen is… •
een manier van ondernemen,
•
die gepraktiseerd wordt in economische organisaties,
•
die vrijwillig worden opgericht door personen,
•
om gemeenschappelijke noden en verwachtingen te lenigen,
•
die ze ieder afzonderlijk niet of niet in dezelfde mate kunnen lenigen,
•
en die het gezamenlijk eigendom zijn van haar leden,
•
die haar democratisch controleren.
Caroline Gijselinckx 3
Coöperatieve principes Coöperatief ondernemen is ondernemen volgens bepaalde principes: De Coöperatieve Principes volgens de International Co-operative Alliance (ICA), 1995 •
Vrijwillig en open lidmaatschap
•
Democratische controle door de leden
•
Economische participatie door de leden
•
Autonomie en onafhankelijkheid
•
Opleiding, vorming en informatie
•
Coöperatie tussen coöperaties
•
Aandacht voor de gemeenschap
Caroline Gijselinckx 4
Wettelijk kader voor coöperatief ondernemen in België
Caroline Gijselinckx 5
De erkende coöperatie CVBA en CVOA Erkenning door de Nationale Raad voor de Coöperatie Criteria voor erkenning (Wet van 20 juli 1955) • de vrijwillige toetreding • gelijk stemrecht of beperking van het stemrecht op de algemene vergadering • de aanstelling van de bestuurders door de algemene vergadering • een matig dividend (*) • een restorno aan de vennoten Voordelen (KB van 8 januari 1962) • beperkte vrijstelling roerende voorheffing dividend • vrijstelling prospectusplicht bij uitgifte aandelen (onder bepaalde voorwaarden) • sociaal statuut bestuurders (*) max. 6 procent
Caroline Gijselinckx 6
Coöperatief ondernemen met sociaal oogmerk Vennootschap met sociaal oogmerk (VSO) (wet van 1995) Transversaal statuut Handelsvennootschap met sociaal doel Vereisten: Geen / beperkt vermogensvoordeel nastreven Omschrijving sociaal oogmerk Omschrijving winstbesteding Beperking stemrecht AV (10% of 5%) Beperking vergoeding op kapitaalsinbreng: max. 6% dividend Speciaal verslag Modaliteiten waarop werknemer vennoot kan worden / blijven Bestemming bij vereffening
Caroline Gijselinckx 7
Herontdekking van het coöperatief model
Caroline Gijselinckx 8
Coöperaties in heden en verleden • Historisch belangrijke en opnieuw ontdekte rol in – – – – –
retail, farmaceutische distributie, spaar- en bankwezen, onderlinge verzekeringen, landbouwsector
• Hedendaagse noden – Duurzame productie en consumptie (landbouwproducten, energie, mobiliteit) – Maatschappelijke dienstverlening • zorg & woon-zorg, • wonen, • kinderopvang, • … – Participatieve economie – Lokale verankering
Caroline Gijselinckx 9
Renaissance van coöperatief model •
Internationale erkenning van het coöperatief model: – 2012 UN International Year of Co-operatives – ILO (2002) Promotion of Cooperatives Recommendation No. 193 – European Commission • COM(2004)18 • Greenbook on CSR (July 18, 2001)
•
ICA (International Cooperative Alliance): – – – – – –
•
223 ledenorganisaties (verenigingen, federaties van coops) in 84 landen Meer dan 800 millioen leden Meer dan 100 millioen jobs Actief in alle economische sectoren top-300 turnover = GDP derde land ter wereld
Vlaanderen: – Vlaams actieplan ter promotie van coöperatief ondernemen (Vandenbossche)
Caroline Gijselinckx 10
Troeven van coöperatief ondernemen Economische voordelen: • Coöperatief ondernemen creëert schaalvoordelen – Coöperatief ondernemen werkt kostenverlagend – Coöpereren versterkt de onderhandelingsmacht van haar leden – Coöperatief ondernemen kan de toegang tot de markt openen of vereenvoudigen – Coöperatief ondernemen is middel tot brede en lange termijn kapitaalsopbouw
• Coöperatief ondernemen verlaagt transactiekosten • Coöperatief ondernemen zorgt voor lokale financiële verankering
Caroline Gijselinckx 11
Troeven van coöperatief ondernemen Sociale voordelen: • Coöperatief ondernemen kan voor draagvlak zorgen • Correctie- en prospectiefunctie van coöperatief ondernemen • Coöperatief ondernemen is een alternatieve manier van ondernemen: – – – – –
Nabijheid Lokale verankering Democratische participatie Economische participatie Zelfverantwoordelijkheid, zelfhulp, solidariteit
Caroline Gijselinckx 12
Vergelijking met andere ondernemingsvormen Meer maatschappijgericht dan kapitalistisch economisch circuit
goede aansluiting formulering behoeften en eigenaarschap
lokale verankering
Winst als middel, niet als primair doel Meer marktgericht dan verenigingen / vzw’s
in de markt, niet ernaast pro-actieve houding
winstverdeling toegelaten & democratische besluitvorming prikkel tot efficiëntie en innovatie
Meer autonomie dan de overheidsinstelling
geen (minder) politieke logica, enz.
Caroline Gijselinckx 13
De coöperatie is een handelsvennootschap •
Cruciaal verschil met vzw: – Een vzw mag geen winst uitkeren – Een vzw heeft geen aandelen. Ingebrachte middelen kunnen niet teruggevorderd worden – Een vzw mag niet in hoofdzaak handels- of nijverheidszaken drijven
•
Cruciaal verschil met stichting: – Een stichting heeft geen leden – Een stichting mag geen winst uitkeren – De inbreng in de stichting is eeuwig en kan niet teruggevorderd worden – Een stichting mag geen stoffelijk voordeel verschaffen aan een persoon (behalve indien dit kadert in de verwezenlijking van het belangeloos doel)
Caroline Gijselinckx 14
In de coöperatie staan de leden centraal
Caroline Gijselinckx 15
De coöperatie is een ledenorganisatie Leden zijn het hart van de coöperatie
doel(en)
Leden
voorde(e)l(en) bijdrage(n)
Caroline Gijselinckx 16
Types coöperaties Afhankelijk van wie de ‘leden’ zijn -
Consumentencoöperatie
-
Coöperatie van ondernemers - Producentencoöperatie - Coöperatie van handelaren
-
Werknemers- of expertencoöperatie
-
Multistakeholdercoöperatie (min. 2, in de praktijk max. 3 groepen van stakeholders zijn ‘leden’)
-
Investeringscoöperatie
-
Ontwikkelingscoöperatie
Caroline Gijselinckx 17
De relatie van de leden met de coöperatie •
•
Klassieke coöperaties: dubbele identiteit van leden – Leden zijn gebruikers • Coöperatie is economisch instrument om hun noden & verwachtingen te lenigen – Leden zijn eigenaars • Financieel: coöperatieve aandeelhouder • Sociaal : inspraak & controle Door die dubbele identiteit zijn ze • Investor & user driven Nieuwe coöperaties: niet alle leden zijn ‘gebruikers’ – ‘Multistakeholdercoöperaties’ – Welwillend kapitaal ingebracht door private en institutionele investeerders die maatschappelijk verantwoord willen investeren ‼ Belang van betrokkenheid van deze investeerders op doel, visie, missie
Caroline Gijselinckx 18
Verschillende bijdragen van leden – In traditionele coöperaties: • lid=gebruiker=aandeelhouder • Aandeel is toegang tot lidmaatschap • Verschillende aandeelhouderscategorieën mogelijk
– In multistakeholder-coöperaties: • Verschillende aandeelhouderscategorieën mogelijk • Verschillende ‘bijdragen’ als toegang tot lidmaatschap – Aandeel – Ledenbijdrage of prijs voor diensten – Werknemer – Vrijwillige inzet – Donateur – investeerder van ‘welwillend kapitaal’ – Inbreng van roerende of onroerende goederen – … Caroline Gijselinckx 19
Democratische participatie • Principe: – Coöperatie is er voor de leden. De leden bepalen de koers die de coöperatie vaart, op welke behoeften de coöperatie inspeelt en hoe
• Structurele verankering van democratische participatie: – AV en RvB bestaan uit leden (evt. aangevuld met experten) – In grote coöperaties: daarnaast extra: lokale ledenkringen, gebruikerscommissies, ledenenquêtes, tevredenheidsmetingen,… – Democratisch stemrecht (in principe “een lid – een stem”)
• Belang van: – Tijdige, duidelijke (As Simple As Possible) en transparante informatie – Vorming en opleiding (coöp. identiteit, kennis & vaardigheden) • Van leden • Van management
– Engagement van leden/gebruikers
Caroline Gijselinckx 20
Coöperatief kapitaal • Aandelen – op naam – niet verhandelbaar op de beurs – in principe vrij overdraagbaar tussen vennoten (tenzij anders bepaald in de statuten – voorwaarden voor uittrede worden bepaald in de statuten (bv. niet in de eerste drie jaren, enkel in de eerste zes maanden van het boekjaar) – dividend uitkering mogelijk bij winst en bepaald door ALV (voor erkende coöperaties en VSO’s wettelijk beperkt tot maximaal 6%) – gelijkblijvende waarde, berekening evt. controle voor inflatie statutair bepaald – Men kan statutair een onderscheid maken tussen A, B, C,…-aandelen
• Eigen vermogen wordt opgebouwd door inhouding winsten intergenerationeel, sociaal kapitaal
Caroline Gijselinckx 21
Kapitaalsstructuur • Vast gedeelte – statutair bepaald – volledig geplaatst – wettelijk minimum (voor cvba): 18.550 EUR (VSO: 6.150 EUR) – minimum te volstorten (voor cvba): 6.200 EUR (VSO: 2.500 EUR) – 1/4de per aandeel – financieel plan vereist bij oprichting • Variabel gedeelte
Caroline Gijselinckx 22
Kapitaalsstructuur • Vast gedeelte • Variabel gedeelte – kan variëren zonder statutenwijziging – toename kapitaal: • Bestaande vennoten nemen aandelen bij • Nieuwe vennoten treden toe – afname kapitaal: • Bestaande vennoten nemen aandeel terug • Bestaande vennoten treden uit of worden uitgesloten
Caroline Gijselinckx 23
Coöperatieve antwoorden op woningnoden
Caroline Gijselinckx 24
Woningcoöperaties wereldwijd •
•
Canada: – Eerste woningcoöperaties ontstaan in de jaren 1930; – Vandaag • zijn er 2 186 Canadese woningcoöperaties • en huren 250 000 mensen • een van de 92 000 coöperatieve woningen; Duitsland: – Eerste coöperatie van huiseigenaren in Hamburg (1862), – Eerste huurderscoöperatie in Hannover (1885). – 58% van het huidige coöperatieve patrimonium werd gebouwd tussen 1949 en 1970. – Vandaag • beheren 2 000 Duitse woningcoöperaties samen • 2 200 000 huurwoningen, • en tellen ze 3 000 000 leden en 5 000 000 bewoners; Caroline Gijselinckx 25
Woningcoöperaties wereldwijd •
Frankrijk: – eerste huisvestingscoöperatie in Parijs (1867). – HLM-coöperaties voorzien goedkope huisvesting aan gezinnen met een bescheiden inkomen. – De voorbije 100 jaar hebben HLM’s meer dan 300 000 woningen gebouwd. – Anno 2007 • beheren 104 HLM-coöperaties • 30 000 eenheden, waarvan 20 000 huurwoningen, • en staan ze jaarlijks in voor de ontwikkeling van 50% van de sociale huisvestingsmarkt in Frankrijk • ze beheren ook 774 co-eigenaarsverenigingen;
Caroline Gijselinckx 26
Woningcoöperaties wereldwijd •
Noorwegen: – eigenaarscoöperaties vanaf de jaren 1930. – één nationale koepel van woningcoöperaties met • 750 000 individuele leden (waarvan 25 000 verkozen leden deelnemen aan de besluitvorming), • 5 000 primaire woningcoöperaties (goed voor 250 000 woningen) en • 89 coöperatieve huisvestingsverenigingen (secundaire coöperaties) met tussen de 100 en de 200 000 leden. – Daarnaast zijn er nog ‘onafhankelijke woningcoöperaties’, goed voor zo’n 70 000 eenheden. – De coöperatieve huisvesting is goed voor 15% van de woningmarkt in Noorwegen (40% in Oslo);
Caroline Gijselinckx 27
Woningcoöperaties wereldwijd •
Zweden: – woningcoöperaties hebben marktaandeel van 18% (tot 40% in de grote steden). – Ze vormen er 2/3 van de private woningmarkt. – De twee grootste verenigingen van huisvestingscoöperaties (HSB en Riksbyggen) tellen samen • 5 545 woningcoöperaties • met meer dan 750 000 woningen • en in totaal meer dan 1 000 000 leden.
Caroline Gijselinckx 28
Woningcoöperaties wereldwijd •
Oostenrijk: – oudste nog bestaande woningcoöperatie opgericht in 1895. – Vandaag: • 101 woningcoöperaties samen goed voor 334 000 woningen • 8% van de totale woningmarkt en 15% van de meergezinswoningmarkt, – waarvan 228 000 op de huurmarkt (15% marktaandeel) – en 106 000 op de markt van de private eigendommen (21% marktaandeel). • 412 000 leden (opmerkelijke stijging sinds 1970, toen ze 150 400 leden telden);
Caroline Gijselinckx 29
Woningcoöperaties wereldwijd •
Verenigd Koninkrijk: – coöperatieve huisvesting sinds 1770 met eerste gemeenschappelijke woningbouwverenigingen – tweede golf van woningcoöperaties in de vroege jaren 1900 met de zogenaamde ‘copartnership coöperaties’ die op verschillende plaatsen zogenaamde ‘tuinwijken’ realiseerden. Demutualisering omwille van winstbejag van niet-bewoners-investeerders op een huisvestingsmarkt waar de prijzen snel stegen, leidde tot het verval hiervan – derde golf van woningcoöperaties in de jaren 1960 met de coeigenaarscoöperaties, opnieuw echter grotendeels gedemutualiseerd ten tijde van de regering van Tatcher. – vierde golf is deze van sociale huisvestingscoöperaties.
Caroline Gijselinckx 30
Types huisvestingscoöperaties Afhankelijk van welke diensten aangeboden worden door de coöperatie: • • •
•
ontwikkeling van woonprojecten (nieuwbouw, aankoop en renovatie van bestaande woningen); dienstverlening in verband met het beheer van de woningcoöperatie en het woningpatrimonium; beheer, onderhoud en controle door bewoners (van het hele patrimonium in het geval de leden-bewoners huurders zijn; van gemene delen bij een coöperatie van eigenaars; soms ook financiering van groot onderhoud en herstellingen van de private delen in een coöperatie van eigenaars); investeringscoöperatie voor investeren in (aangepast, duurzaam,…) wonen
In sociale huisvestingssector Zowel als op de private woningmarkt Denk aan samenhuizen, cohousing, kangoeroewonen, aangepast wonen, zorgwijken, coöperatieve projecten van stadsvernieuwing,…) Caroline Gijselinckx 31
Types huisvestingscoöperaties Afhankelijk van het type van de leden-bewoners van coöperatieve woningen: – coöperaties met huurders als leden • doel is wooneenheden van een goede en verzekerde kwaliteit op de huurmarkt te ontwikkelen en tegen een zo laag mogelijke prijs te verhuren. • bewoners hebben zeggenschap en controle en ze dragen bij tot de gemeenschapsopbouw en het beheer van het patrimonium
– coöperaties met woningeigenaars als leden • doel is wooneenheden van een goede kwaliteit te bouwen of te (verwerven en te) renoveren tegen een zo laag mogelijke prijs. • Met spaarformules, formules van huurkoop of formules waarmee men enkel een eigen wooneenheid in een groter geheel aankoopt terwijl gemeenschappelijke delen en buitendelen (vaak ook grond) in eigendom van de coöperatie blijven (bv. systemen van ‘community land trust’)
– Nog niet opgemerkt: gemengde vormen: huurders & eigenaren
Caroline Gijselinckx 32
Types huisvestingscoöperaties
Afhankelijk van de graad van de coöperatie •
Eerste graadscoöperatie: Eigenaarscoöperatie Coöperatie van huurders
•
Tweede graadscoöperatie: Ondersteunt primaire coöperaties, verenigingen of ondernemingen in het realiseren van hun dienstverlening In de huisvestingssector: ontwikkelingscoöperatie
Caroline Gijselinckx 33
Voor de juridische en financieringsaspecten: over naar Lieve Jacobs (Coopburo) Voor inspirerende voorbeelden: over naar Anne Malliet (Team Vlaamse Bouwmeester)
Caroline Gijselinckx 34
Nieuwste ontwikkelingen -
In huurderscoöperaties worden huurders erkend als leden van primaire coöperaties en dragen ze bij tot het beheer van het patrimonium (gevoel van eigenaarschap, empowerment, sociale cohesie, kostenefficiëntie). Ze worden hiertoe opgeleid en begeleid door secundaire huisvestingscoöperaties (ontwikkelingscoöperaties).
-
In coöperatieve projecten van stads- en dorpsvernieuwing integreert men commerciële en sociale functies (winkels, apotheken, kinderopvang, ouderenzorg, hulp in de huishouding, mobiliteit,…)
-
Van ‘hebben’ naar ‘gebruiken’: niet iedereen nog een eigen auto, wasmachine, ruimte voor feestjes, logeerkamer,… - maar toegang (toegankelijk) gebruik ervan
Caroline Gijselinckx 35
Contact
Dr. Caroline GIJSELINCKX Onderzoeksleider Middenveld en Sociale Economie & Coöperatief Ondernemen HIVA – K.U.Leuven Parkstraat 47 3000 Leuven Tel. 016 32 33 44 / GSM 0484 59 99 75 E-mail:
[email protected] www.hiva.be www.cooperatiefondernemen.be
Caroline Gijselinckx 36