ACE-GROEP T Anticipative Continuing Education Vesaliusstraat 13 3000 Leuven Telefoon: 016/30 10 30 Fax: 016/30 10 40 Email:
[email protected]
Leerplan Graduaat
Boekhouden
Leerplan graduaat Boekhouden
1
Inhoudsopgave 1. Structuur van de afdeling en de lessentabel (document 8)
3
2. Beginsituatie
4
3. Doelstellingen
5
4. Leerinhouden: doel, inhoud en bibliografie
6
5. Methodologische wenken
65
6. Evaluatie
65
Leerplan graduaat Boekhouden
2
Structuur van de afdeling en de lessentabel Afdeling:
Boekhouden
Categorie:
Economisch Hoger Onderwijs
Aantal weken:
40 weken
Duur van de lestijd:
50 minuten
Aantal studiejaren:
3
Aantal lestijden: - Eerste jaar: - Tweede jaar: - Derde jaar:
1040 360 360 320
Lessentabel:
Zie bijlage.
Eerste jaar
360 lestijden
Tweede jaar
360 lestijden
Derde jaar
320 lestijden
Burgerlijk recht Handelsrecht Sociaal recht Betalingsverkeer Kredietverlening Boekhouden en BTW Practicum boekhouden Vennootschapsboekhouden Audit en beleidscontrole Practicum computerboekhouden en ERP-systemen Analystisch boekhouden Budgettering Analyse van de jaarrekening Investeringsanalyse en –financiering De geconsolideerde jaarrekening Fusies en overnames Personenbelasting Vennootschapsbelasting Fiscaal ondernemingsbeleid Practicum beheerssoftware Ondernemingsproject
Leerplan graduaat Boekhouden
20 lestijden 40 lestijden 20 lestijden 40 lestijden 40 lestijden 80 lestijden 120 lestijden
60 lestijden 20 lestijden 80 lestijden 80 lestijden 20 lestijden 60 lestijden 40 lestijden
20 lestijden 20 lestijden 40 lestijden 40 lestijden 40 lestijden 80 lestijden 80 lestijden
3
Beginsituatie Worden toegelaten tot de opleiding (bron: www.ond.vlaanderen.be): - houders van een diploma van secundair onderwijs; - houders van een diploma van een hogere secundaire technische leergang; - houders van een brevet van het aanvullend secundair beroepsonderwijs; - houders van een diploma van voltijds hoger onderwijs. Studenten die niet in het bezit zijn van één van de bovenvermelde diploma's en die uiterlijk op 31 december van het kalenderjaar waarvoor men zich inschrijft de leeftijd van 21 jaar bereiken, worden eveneens toegelaten indien ze slagen voor een toelatingsproef. Zij nemen een voorlopige inschrijving en volgen best vanaf het begin van het academiejaar nauwgezet alle lessen. In de tweede helft van oktober (week 7 in de kalender) worden ze ondervraagd over de leerstof die tijdens de eerste 6 lesweken werd gezien. Men slaagt voor de toelatingsproef indien men een totale score van 50% of meer behaald. De voorlopige inschrijving wordt dan definitief. Is de totale score lager dan 50% dan wordt de voorlopige inschrijving geannuleerd en wordt het inschrijfgeld (uitgezonderd € 25) teruggestort. Studenten die al met succes hoger of universitair onderwijs volgden kunnen voor één of meerdere opleidingsonderdelen een vrijstelling krijgen. De ervaring leert dat motivatie en doorzettingsvermogen in vrijwel alle gevallen van doorslaggevend belang zijn.
Leerplan graduaat Boekhouden
4
Doelstellingen De wet van 22 april 1999 (B.S. 11-05-1999) heeft wettelijk de titel van “accountant en boekhouder” beschermd en erkend. Wie accountant of zelfstandig boekhouder wil worden vindt in deze opleiding de noodzakelijke basisvorming. Het graduaat ‘Boekhouden’ is erkend door het Instituut der Accountants en Belastingconsulenten (IAB) en door het Beroepsinstituut van Boekhouders en Fiscalisten (BIBF). Het studieprogramma werd opgesteld uitgaande van het profiel en de taken van de accountant en de zelfstandige boekhouder. De organisatie en het voeren van een moderne boekhouding, inclusief analytische boekhouding, consolidatieboekhouding en de boekhoudkundige controle, staan hierbij centraal. Het juridisch gedeelte behandelt die delen van de wetgeving waar de boekhouding direct of indirect mee te maken krijgt. Vennootschapsrecht en fiscaal recht nemen hierbij een belangrijke plaats in. De grondslagen voor een modern financieel management komen ruimschoots aan bod. Het financieel management vereist aandacht voor het opsporen van de vermogensbehoeften in de onderneming (financiële structuur en analyse, budgettering en liquiditeitsbeleid) en het voldoen aan die behoeften op de kapitaalmarkt (bankwezen en ondernemingsfinanciering, investeringsevaluatie en -beleid). Het voeren van een moderne boekhouding is ondenkbaar zonder gebruik te maken van de computer. Het uitwerken van toepassingen met een boekhoudprogramma en met standaardtoepassingssoftware vormen dan ook een essentieel onderdeel van de opleiding. De opleiding wordt afgesloten met de realisatie van een ondernemingsproject. Dit project wordt gerealiseerd door een studententeam waarbij de voor een boekhouder belangrijkste kennisitems aan bod komen zoal ondermeer het opstellen van een ondernemingsplan, de oprichting van een vennootschap en aanverwante verplichtingen, het managen van groei welke gepaard gaat met het aantrekken van meer financiële middelen, de afsluitwerkzaamheden en opstellen van de jaarrekening en verplichte verslagen, het voorbereiden van het fiscale dossier gevolgd door een belastingcontrole, het te koop aanbieden van het bedrijf of fuseren met een ander bedrijf, waardebepaling van de onderneming en dies meer. Tijdens de realisatie van het ondernemingsproject komen ook andere vaardigheden aan bod zoals projectmatig werken, werken in teamverband en communicatievaardigheden.
Leerplan graduaat Boekhouden
5
Leerinhouden: doel, inhoud en bibliografie Eerste jaar
Burgerlijk recht Handelsrecht Sociaal recht Betalingsverkeer Kredietverlening Boekhouden en BTW Practicum boekhouden
Leerplan graduaat Boekhouden
6
Burgerlijk recht – Handelsrecht – Sociaal recht
1/6
Situering in het studieprogramma Eerste jaar – 80 lestijden Burgerlijk recht: 20 lestijden Handelsrecht: 40 lestijden Sociaal recht: 20 lestijden Doel 1.
Teneinde de boekhouding te kunnen voeren dient de boekhouder enkele elementaire onderwerpen uit het recht te beheersen. De studie van deze basisonderwerpen is dan ook onontbeerlijk bij de aanvang van een opleiding tot boekhouder.
2.
De taak van de boekhouder beperkt zich echter al lang niet meer tot “het houden van de boeken”. De boekhouder heeft meer en meer een adviserende functie gekregen t.a.v. zijn cliënt of werkgever, niet alleen op het financiële en boekhoudkundige vlak, doch ook op juridisch vlak. Hij/zij wordt vaak beschouwd als een eerste adviesverstrekker inzake kleinere en grotere juridische problemen. Voor een student boekhouden is de studie van enkele andere essentiële onderdelen van het recht dan ook onontbeerlijk, zonder de ambitie te koesteren van hem/haar een jurist te maken.
3.
Het recht is dermate complex en wijd verspreid dat het onmogelijk is het in haar geheel te beheersen en te kennen. Bovendien is het recht de laatste jaren zeer fel geëvolueerd. Steeds meer domeinen uit het dagelijks leven en het handelsleven worden door het recht beheerst en op steeds meer niveaus worden rechtsregels uitgevaardigd. Selectie en specialisatie dringen zich op voor wie actief bezig is met het recht. Uit de veelheid van regelgeving dient derhalve een selectie gemaakt te worden van de onderwerpen die in de opleiding boekhouden aan bod moeten komen. Deze onderwerpen zullen slechts een uitermate klein onderdeel vormen van het ganse normensysteem. Ze vormen de absolute basis om een elementaire notie te verkrijgen van het recht. De keuze voor de rechtstakken burgerlijk recht, sociaal recht en handelsrecht in de opleiding boekhouden is ingegeven vanuit de volgende overwegingen: a) Het burgerlijk recht is het gemeen recht bij uitstek en vormt de absolute basis voor alle andere rechtstakken. Bij de studie van het burgerlijk recht kan het juridisch denkvermogen ontwikkeld worden. b) Als boekhouder zal de student vooral te maken krijgen met zelfstandige handelaars of ondernemingen, wiens activiteiten voor het grootste deel beheerst worden door het handelsrecht. c) De boekhouder zal vaak werken voor ondernemingen of handelaars die personeel tewerkstellen. Op deze verhoudingen tussen werkgever en werknemer is het sociaal recht van toepassing.
Leerplan graduaat Boekhouden
7
Burgerlijk recht – Handelsrecht – Sociaal recht
2/6
Binnen elk van de voormelde rechtstakken dient nog een keuze gemaakt te worden van te behandelen onderwerpen. De keuze voor de inhoud van het concrete leerplan zoals het hierna is weergegeven, is erop gericht de toekomstige boekhouder met enkele basisbeginselen van het recht vertrouwd te maken in die rechtstakken waar hij in zijn professioneel leven het meest mee geconfronteerd zal worden. 4.
Het doel van deze cursus is de student enkele voor zijn studie essentiële regelgevingen aan te leren. Bovendien dient de student voeling te krijgen met het juridisch denkproces, zodat hij problemen waarmee de cliënten of hijzelf geconfronteerd worden in hun professionele bezigheden in de juiste juridische context kan plaatsen. Nadien kan de boekhouder dan beoordelen of dit probleem makkelijk op te lossen is door een eenvoudige opzoeking of dat meer gespecialiseerde hulp en advies vereist zijn, waarna hij de cliënt best doorverwijst i.p.v. hem foutief advies te verlenen.
In de cursus zullen geen abstracte rechtsregels gepresenteerd worden die dan uit het hoofd geleerd moeten worden. Het gebruik van wetboeken en –teksten zal het uitgangspunt zijn, zowel tijdens de lessen als op het examen. Het aanleren van het gebruik van wetboeken zal een garantie zijn dat de student in de toekomst de oplossing voor een eenvoudig probleem zelf zal kunnen terugvinden, ook al is hij de regels dan al vergeten. Een tweede belangrijke werkwijze is het praktische nut van de droge regelgeving naar voren te brengen. De rechtsregels doen leven in concrete situaties van elke dag maakt dat de student juridisch leert denken en de materie langer zal blijven onthouden. Dankzij een praktijkgerichte aanpak zal de boekhouder meer kans op slagen hebben in zijn functie als eerste adviesverstrekker. Tijdens de lessen zullen dan ook cases opgelost moeten worden en zal er geoefend worden op het zoeken naar de vindplaats van een bepaalde regel. Praktische oefeningen maken vergt een goede beheersing van voormelde twee vaardigheden en zal de eindfase zijn in de studie van ieder onderwerp uit het recht dat bestudeerd zal worden. De eigen inbreng van de studenten, zowel wat vragen stellen betreft indien er zaken onduidelijk zijn, als eigen concrete situaties aanhalen, zal zeer belangrijk zijn om de praktijkgerichte behandeling te optimaliseren.
Leerplan graduaat Boekhouden
8
Burgerlijk recht – Handelsrecht – Sociaal recht
3/6
Inhoud
Deel 1: Algemene inleiding 1. 2.
3.
4.
5.
Inleiding Wat is objectief recht?
2.1. 2.2.
Definitie Ontleding van de definitie
Enkele andere fundamentele begrippen
3.1. 3.2.
Gemeen recht en bijzonder recht Dwingend en aanvullend recht en regels van openbare orde
Indeling van het recht
4.1. 4.2. 4.3. 4.4.
Publiek recht Privaat recht Gemengde rechtstakken Internationaal recht
Bronnen van het recht
5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5.
De wet Het gewoonterecht De algemene rechtsbeginselen De rechtspraak De rechtsleer
Deel 2: Burgerlijk recht 1. Inleiding: indeling, situering, gemeen recht en vindplaats 2. Verbintenissenrecht 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 2.6. 2.7. 2.8. 2.9. 2.10. 2.11.
Definitie en terminologie De bronnen van verbintenissen De overeenkomsten of contracten De oneigenlijke contracten De aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad De wet De gevolgen van verbintenissen De modaliteiten van verbintenissen De wijzen van teniet gaan van de verbintenissen De ongewone wijzen van uitdoven van verbintenissen Het bewijs van verbintenissen
3. De bijzondere overeenkomsten 3.1. 3.2. 3.3.
Algemene inleiding De koop-verkoopovereenkomst Korte bespreking van enkele andere bijzondere overeenkomsten
Leerplan graduaat Boekhouden
9
Burgerlijk recht – Handelsrecht – Sociaal recht
4/6
4. Zakenrecht 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5.
Algemene inleiding Zakelijke rechten Overzicht en definitie van de verschillende wettelijke zakelijke rechten Begripsverduidelijking: goederen en zaken Roerende en onroerende goederen
5. Zekerheden 5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7.
Wetgeving Begrippenkader Indeling Borgtocht Inpandgeving Voorrechten Hypotheken
Deel 3: Handelsrecht 1. Inleiding: indeling, bijzonder en afwijkend handelsrecht, vindplaatsen, bevoegde rechtbank 2. Wie is handelaar? 2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Begripsbepaling Voorwaarden Daden van koophandel: objectieve en subjectieve Oefeningen en besluit
3. De ministartersgids 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6.
Advies inwinnen De vereiste bekwaamheden om handelaar te worden Het ondernemingsplan Keuze van rechtsvorm: eenmanszaak of vennootschap? De verplichtingen van de handelaar bij het opstarten De handelaar en het huwelijk
4. Het bewijs in handelszaken 4.1. 4.2.
Het toepassingsgebied Het bewijs in handelszaken
5. Vennootschapsrecht 5.1. 5.2. 5.3. 5.4.
5.5. 5.6. 5.7. 5.8.
Algemene voorafgaande opmerkingen: recente wetswijziging Algemene inleiding De vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid De vennootschap met onvolkomen rechtspersoonlijkheid: de V.O.F. en de gewone commanditaire vennootschap De vennootschappen met volkomen rechtspersoonlijkheid: de N.V. De vennootschappen met volkomen rechtspersoonlijkheid: de B.V.B.A. De coöperatieve vennootschap Een vergelijking tussen de gewone commanditaire vennootschap en de commanditaire vennootschap op aandelen
Leerplan graduaat Boekhouden
10
Burgerlijk recht – Handelsrecht – Sociaal recht
5/6
6. Het gerechtelijk akkoord 7. Het faillissement
Deel 4: Sociaal recht 1. Algemene inleiding: situering, historiek, bronnen, hiërarchie tussen de verschillende bronnen 2. Aanneming versus arbeidsovereenkomst 2.1. 2.2.
Arbeidsovereenkomst en aanneming Ondergeschikt verband en de problematiek van de schijnzelfstandigen
3. Collectieve arbeidsverhoudingen 4. Het sluiten van een arbeidsovereenkomst 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7. 4.8. 4.9. 4.10.
De individuele arbeidsovereenkomst Soorten arbeidsovereenkomsten Voltijds werk Opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd Deeltijds werk Arbeiders en bedienden Handelsvertegenwoordigers en commissieloon Kaderleden Vervangingsovereenkomst en uitzendarbeid Werknemers ter beschikking stellen
5. De inhoud van een arbeidsovereenkomst 5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7. 5.8. 5.9. 5.10. 5.11.
Verboden clausules Indexeringsmechanismen Het proefbeding Niet-concurrentiebeding Wijzigingen van bestaande arbeidsovereenkomsten Geheimhouding Big Brother is watching you Telefoongesprekken afluisteren en opnemen Camerabewaking Fouilleren van werknemers Alcohol- en drugscontrole
6. De loonproblematiek 6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6. 6.7.
Loonbescherming Loonbeslag en loonsoverdracht en loondelegatie Wijzen van verloning Loonmatiging Samenstelling bruto- en nettoloon Sociale zekerheidsbijdragen Documenten inzake uitbetaling van het loon
Leerplan graduaat Boekhouden
11
Burgerlijk recht – Handelsrecht – Sociaal recht
6/6
7. De beëindiging van de arbeidsovereenkomst 7.1. 7.2. 7.3. 7.4. 7.5. 7.6. 7.7. 7.8. 7.9. 7.10. 7.11. 7.12.
Overgang of overname van een onderneming Faillissement of gerechtelijk akkoord Overmacht Wederzijdse beëindiging Opzegging Outplacement Verbreking Ontslag om dringende redenen Beschermde werknemers Collectief ontslag Sluiting van de onderneming Willekeurig ontslag
8. Ziekte, ongevallen en arbeidsongevallen 9. Het pensioen: de drie pijlers 9.1. 9.2. 9.3.
Het wettelijk pensioen De aanvullende pensioenen binnen de tweede pijler Individuele pensioenvoorzieningen
Handboek-Cursustekst Cursustekst Een set van begeleidende/ondersteunende documentatie Burgerlijk wetboek (pocketuitgave) Uitgeverij: Maklu Wetboek van koophandel (pocketuitgave) Uitgeverij: Maklu
Leerplan graduaat Boekhouden
12
Betalingsverkeer
1/2
Situering in het studieprogramma Eerste jaar – 40 lestijden Doel Boekhouden heeft met geld te maken. Bij het financieel gebeuren zijn er verschillende belanghebbenden. We onderscheiden vier grote groepen: beleggers, ondernemingen, financiële instellingen en de overheid. Sommigen hebben geld, anderen zoeken geld. Het is niet gemakkelijk om zijn weg te vinden in de wereld van de financiële markten. De cursus betalingsverkeer probeert de studenten wegwijs te maken in deze wereld. Hij handelt over de traditionele vormen van betalingsverkeer en beleggingen, maar ook over de risico’s die veranderingen in wisselkoersen en rente met zich meebrengen. De rode draad die doorheen de cursus loopt, wordt gevormd door de sterke en zwakke punten van elk product. Inhoud 1.
2.
Wat is geld?
1.1. Functies, soorten en kenmerken 1.2. EMS, ECU en EURO
Begrippen en instellingen uit de financiële wereld
2.1. Begrippen 2.1.1. Geldschepping 2.1.2. Economische kringloop 2.1.3. Indexcijfer van consumptieprijzen 2.1.4. Inflatie 2.1.5. Handelsbalans en betalingsbalans 2.2. Monetaire en financiële instellingen 2.2.1. ECB 2.2.2. NBB 2.2.3. CBF 2.2.4. Ministerie van Financiën 2.2.5. Ministerie van Economische Zaken 2.2.6. FIF 2.2.7. CFI 2.2.8. CDV 2.2.9. Kredietinstellingen 2.3. Taak en nut van financiële instellingen 2.4. Recente structuurwijzigingen in het financiewezen
Leerplan graduaat Boekhouden
13
Betalingsverkeer 3.
4.
5.
2/2
Productbeschrijvingen van het betalingsverkeer
3.1. Voor particulieren 3.1.1. Zichtrekening 3.1.2. Spaarrekening 3.1.3. Termijnrekening 3.1.4. Betaalmiddelen 3.1.5. Elektronische betalingsverkeer 3.2. Voor ondernemingen 3.3. Buitenlandse overschrijvingen
De beurs
4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6.
Geschiedenis Werking Het aandeel De obligatie De kasbon De gemeenschappelijke beleggingsfondsen en beveks
Beheer van risico’s
5.1. Wisselrisico’s 5.1.1. Termijncontracten 5.1.2. Swaps 5.1.3. Opties 5.1.4. Oefeningen 5.2. Renterisico’s 5.2.1. Forward-forward 5.2.2. FRA 5.2.3. Opties 5.2.4. IRS 5.2.5. Oefeningen
Handboek-Cursustekst Cursustekst
Leerplan graduaat Boekhouden
14
Kredietverlening
1/2
Situering in het studieprogramma Eerste jaar – 40 lestijden Doel In de cursus wensen we de principes van de intrestberekening, de tijdswaarde van het geld en een inzicht in de verschillende kredietvormen bij te brengen. Deze vaardigheden zullen de afgestudeerde studenten van pas komen o.m. bij het ondersteunen van haar/zijn management of cliënt op het vlak van bedrijfsvoering (beoordelen en vergelijken van kosten en opbrengsten via de toekomst- en/of huidige waarde van het geld), bij de voorbereiding van kredietonderhandelingen (welke kredietsoorten bestaan er, wanneer moeten we ze gebruiken, welke waarborgen bestaan er), bij het bepalen van kredietlimieten en geven van kredieten aan klanten (wat is de waarde van de waarborgen die zij geven). Inhoud 1. Intrestberekening
1.1. Basisonderstelling van de intrestberekening 1.2. Enkelvoudige intrest 1.3. Samengestelde intrest 1.4. Huidige waarde, toekomstige waarde, annuïteiten 1.5. Oefeningen
2. Consumentenkrediet
2.1. Situering 2.2. Soorten 2.2.1. Verkoop op afbetaling 2.2.2. Lening op afbetaling 2.2.3. Kredietopening 2.2.4. Financieringsduur 2.2.5. Oefeningen 2.3. Wet op het consumentenkrediet 2.4. Hypothecair krediet 2.4.1. Kredietvormen 2.4.2. Aangehechte contracten 2.4.3. Bedrag dat kan geleend worden 2.4.4. Modaliteiten en voorwaarden 2.5. Speciale kredieten 2.5.1. Voorafbetalingskrediet 2.5.2. Directe creditering 2.5.3. Privé-krediet
Leerplan graduaat Boekhouden
15
Kredietverlening
2/2
3. Kortlopende kredieten aan ondernemingen 3.1. Kaskrediet 3.2. Straight loan 3.3. Wentelkrediet 3.4. Wisselkrediet: disconto- en acceptkrediet 3.5. Borgstellingskrediet 3.6. Factoring 3.7. Incassokrediet 3.8. Documentair krediet 3.9. Leasing
4. Halflange en lange kredieten
4.1. Investeringskrediet, dikwijls met overheidssteun 4.2. Exportfinanciering op middellange en lange termijn
5. Waarborgen
5.1. Bepaling 5.2. Doel 5.3. Soorten 5.4. Waarde 5.5. Bespreking
Handboek-Cursustekst Cursustekst
Leerplan graduaat Boekhouden
16
Boekhouden en BTW – Practicum boekhouden
1/5
Situering in het studieprogramma Eerste jaar – 200 lestijden Boekhouden en BTW: 80 lestijden Practicum boekhouden: 120 lestijden Doel De bedoeling van deze cursus is de beginnende student in te leiden in de basismaterie aangaande boekhouden en BTW, en gaandeweg tijdens het cursusjaar alle basisbeginselen inzake de boekhoudkundige logica en wetgeving en de meest courante BTW-beginselen eigen te maken. De theoretische beschouwingen zullen steeds worden ingeoefend aan de hand van uit de praktijk geplukte voorbeelden en situatieschetsen ten einde het de student mogelijk te maken zich in elke situatie in te leven welke moet leiden tot een optimaal resultaat: het begrijpen van de theorie en ze ook in een praktijksituatie kunnen toepassen. De student moet na afloop van de cursus in staat zijn via gebruik van het MAR de courante boekingen van een handelsonderneming te kunnen voeren, rekening houdend met de in Europa van toepassing zijnde BTW-reglementering. De student zal in staat zijn de courante boekhouding te voeren van een internationaal georiënteerd bedrijf langs de in- en outputzijde, zijnde een must voor de Belgische boekhouder, gezien de openheid van de Belgische economie. Inhoud 1. Inleiding 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.6. 1.7.
Doel van boekhouden Indeling van de ondernemingen in categoriën en hun wettelijke verplichtingen Stappenplan voor het oprichten van een eigen zaak/vennootschap Begrippen: de factuur, BTW en maatstaf van heffing Facturatierecht en/of –plicht Aanrekenen van BTW: recht en/of plicht, vrijgestelde handelingen Boekhouding van de kleine onderneming: het enkelvoudig boekhouden
2. Het systeem van dubbel boekhouden 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 2.6.
De balans (activa en passiva) Opdeling van de balans volgens graad van liquiditeit/opeisbaarheid De balansrekeningen en indeling in klassen De resultatenrekening: kosten- en opbrengstenrekeningen Het journaal en het grootboek Het M.A.R.
Leerplan graduaat Boekhouden
17
Boekhouden en BTW – Practicum boekhouden
2/5
3. De commerciële verrichtingen
3.1. Het aankopen van goederen 3.1.1. Algemene boeking 3.1.2. Creditnota 3.1.3. Commerciële korting 3.1.4. Financiële korting 3.1.5. Bijkomende kosten 3.1.6. Terugstuurbare verpakking 3.2. Het aankopen van diensten 3.2.1. Algemene boeking 3.2.2. Creditnota 3.2.3. Commerciële korting 3.2.4. Financiële korting 3.2.5. Bijkomende kosten 3.2.6. Terugstuurbare verpakking 3.3. Verkopen 3.3.1. Verkopen van goederen uit de core-business 3.3.2. Verkopen van diensten uit de core-business 3.3.3. Algemene boeking 3.3.4. Creditnota 3.3.5. Commerciële korting 3.3.6. Financiële korting 3.3.7. Bijkomende kosten 3.3.8. Terugstuurbare verpakking
4. De voorraadwijziging
4.1. Na aan- en verkopen het nut en het doel aantonen van de voorraadwijziging ter verantwoording van het resultaat 4.2. Berekenen van de bruto-contributiemarge 4.3. De bruto-contributiemarge begrijpen in een bredere bedrijfseconomische context
5. BTW-wetgeving inzake levering van goederen en diensten 5.1. 5.2. 5.3. 5.4.
Herhaling van de reeds geziene algemene BTW-beginselen BTW op intracommunautaire levering van goederen BTW op intracommunautaire verwerving van goederen BTW-regime inzake intracommunautaire levering van diensten 5.4.1. Diensten n.a.v. een levering van goederen – vrijgestelde levering 5.4.2. BTW verschuldigd in het land van levering van de dienst – fiscaal vertegenwoordiger 5.4.3. Recuperatiemogelijkheid van Europese BTW 5.5. Export en verplichte documentatie inzake vrijstelling van BTW 5.6. Import en verplichte documentatie inzake inklaring van goederen in de EU 5.6.1. Invoer via expediteur – fiscaal vertegenwoordiger 5.6.2. Invoer via het systeem van de verlegging van heffing van de BTW 5.7. Levering van goederen en diensten onder het stelsel van de medecontractant
Leerplan graduaat Boekhouden
18
Boekhouden en BTW – Practicum boekhouden
3/5
6. De BTW-aangifte 6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6.
Wie dient een BTW-aangifte in te dienen? Wanneer (maandelijks/kwartaal)? Waar? Wanneer betalen, verrekenen? Overlopen van alle roosters van de BTW-aangifte Het decembervoorschot
7. Recht op aftrek van de BTW
7.1. De gemengde BTW-plichtige 7.1.1. Aftrek van BTW volgens verhoudingsgetal 7.1.2. Aftrek van BTW volgens werkelijk gebruik 7.2. De niet-BTW-plichtige 7.3. Niet-aftrekbare BTW bij volledige BTW-plichtigen 7.3.1. BTW op facturen met deels privé-karakter 7.3.2. BTW op handelsgeschenken 7.3.3. BTW op sociale voordelen aan het personeel 7.3.4. BTW op tabaksproducten en geestrijke dranken 7.3.5. BTW op kosten van logies, spijzen en dranken 7.3.6. BTW op buitenlandse reizen 7.3.7. Buitenlandse BTW 7.3.8. BTW op voertuigen
8. Intrastat en de intrastat-aangifte 9. Studie van de activa: klasse 2 – vaste activa
9.1. De verwerving van vaste activa 9.1.1. Verwerving door aanschaf 9.1.2. Verwerving door eigen productie 9.1.3. Verwerving door inbreng in natura 9.1.4. Leasing 9.2. Tijdens de levensduur van het actief 9.2.1. Afschrijvingen (lineair-degressief-progressief-SYD) 9.2.2. Wardeverminderingen 9.2.3. Herwaarderingsmeerwaarden 9.3. Op einde gebruiksduur 9.3.1. Buitengebruikstelling 9.3.2. Verkoop 9.4. De verschillende rekeningen behorende bij vaste activa (rekening 20 t.e.m. 29) worden uitgebreid met praktijkvoorbeelden toegelicht
10. Studie van de activa: klasse 3 – voorraden en bestellingen in uitvoering
10.1. Wat zijn voorraden? 10.2. Verwerken van voorraden tijdens het boekjaar – permanente inventaris 10.3. Verwerken van voorraden op het einde van het boekjaar 10.4. Waarderingstechnieken (FIFO, LIFO, gewogen gemiddelde, individuele prijzen) 10.5. Wettelijke bepalingen
Leerplan graduaat Boekhouden
19
Boekhouden en BTW – Practicum boekhouden
4/5
11. Studie van de activa: klasse 4 – vorderingen op minder dan 1 jaar
11.1. Debiteuren: een grondige analyse 11.1.1. De wisselbrief 11.1.2. Dubieuse debiteuren 11.2. Andere rekeningen behorende tot deze klasse worden toegelicht a.d.h.v. praktijkvoorbeelden 11.2.1. Terug te vorderen BTW 11.2.2. Terug te vorderen winstbelasting (incl. primitieve belastingberekening en bonificatieregeling inzake voorafbetalingen) 11.2.3. Te innen opbrengsten 11.2.4. Rekening courant
12. Studie van de activa: klasse 5 – geldbeleggingen en liquide middelen 12.1. 12.2. 12.3. 12.4. 12.5. 12.6. 12.7. 12.8. 12.9. 12.10.
Eigen aandelen Aandelen: aanschaffing, rente, waardedaling en verkoop Termijndeposito’s Te incasseren vervallen waarden De cheque Bank- en postrekeningen De kasverrichtingen De financiële verrichtingen Verrichtingen i.v.m. vreemde valuta Interne overboekingen
13. Studie van de passiva: klasse 1 – het eigen vermogen
13.1. Kapitaal 13.1.1. Inbreng in speciën 13.1.2. Inbreng in natura 13.1.3. Gemengde inbreng 13.2. Uitgiftepremies 13.3. Herwaarderingsmeerwaarden 13.4. Verschillende soorten reserves en overgedragen resultaat 13.5. Kapitaalsubsidies
14. Studie van de passiva: klasse 2 – het vreemd vermogen op meer dan 1 jaar
14.1. Voorzieningen 14.2. Achtergestelde leningen 14.2.1. Converteerbaar 14.2.2. Niet-converteerbaar 14.3. Niet-achtergestelde lening 14.4. Kredietinstellingen 14.4.1. Het investeringskrediet 14.4.2. Het acceptkrediet 14.4.3. Het verloop van een lening: de aanvraag, de aflossing (annuïteiten), de vereffening, boekingen op het einde van het boekjaar 14.5. Overige rekeningen
Leerplan graduaat Boekhouden
20
Boekhouden en BTW – Practicum boekhouden
5/5
15. Studie van de activa: klasse 4 – schulden op minder dan 1 jaar
15.1. De rekeningen 42 t.e.m. 48 15.2. De personeelsvergoeding (rekening 45) 15.2.1. Overgang van bruto- naar nettoloon: RSZ-bijdrage en de bedrijfsvoorheffing 15.3. De personeelskost 15.3.1. Loonboeking via loonberekening in eigen beheer 15.3.2. Loonboeking via loonberekening van een sociaal secretariaat 15.3.3. Provisie vakantiegeld
16. De eindejaarsverrichtingen
16.1. Regularisatie van de balansrekeningen 16.2. Regularisatie van de resultatenrekeningen 16.3. Overboeken van alle hulprekeningen 16.4. Boekingen i.v.m. afschrijvingen, voorraden, voorzieningen van risico’s en kosten, BTW, … 16.5. Overlopende rekeningen (rekening 490-493)
Handboek-Cursustekst Algemeen Boekhouden Nu – Deel 1 C. Van Liedekerke, G. Walravens Uitgeverij: MIM, Deurne, 2001 Boekhouden en BTW: bijlagen en cases G. Vanhasbroeck
Leerplan graduaat Boekhouden
21
Leerinhouden: doel, inhoud en bibliografie Tweede jaar
Vennootschapsboekhouden Audit en beleidscontrole Practicum computerboekhouden en ERP-systemen Analytisch boekhouden Budgettering Analyse van de jaarrekening Investeringsanalyse en –financiering
Leerplan graduaat Boekhouden
22
Vennootschapsboekhouden
1/3
Situering in het studieprogramma Tweede jaar – 60 lestijden Doel De bedoeling van deze cursus is de student, welke reeds in het eerste jaar een grondige inleiding inzake boekhouden en BTW heeft gekregen, een aantal topics inzake boekhouden en vennootschapsrecht bij te brengen. De theoretische beschouwingen zullen steeds worden ingeoefend aan de hand van uit de praktijk geplukte voorbeelden en situatieschetsen ten einde het de student mogelijk te maken zich in elke situatie in te leven, welke moet leiden tot een optimaal resultaat: het begrijpen van de theorie en ze ook in een praktijksituatie kunnen toepassen. De student moet na afloop van de cursus in staat zijn via gebruik van het MAR en de vennootschappenwet de behandelde topics toe te lichten. Inhoud 1. Keuze van de juridische ondernemingsvorm 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5.
Keuze tussen eenmanszaak en vennootschap Keuze tussen de verschillende vennootschapsvormen Rechtspersoonlijkheid Aansprakelijkheid van de vennoten Alarmbelprocedure
2. Kapitaalvorming
2.1. Juridische aspecten van de oprichting van vennootschappen 2.2. De oprichtingskosten 2.3. De oprichtingsformaliteiten: voorbereidende studie, financieel plan, statuten 2.4. Inbreng in speciën: juridisch en boekhoudkundig 2.5. Inbreng in natura: juridisch en boekhoudkundig 2.6. Quasi inbreng in natura 2.7. Aandeelhouders in gebreke 2.8. Oprichten met verschillende soorten aandelen 2.9. Aandelen en winstbewijzen 2.10. Waardebepaling van aandelen 2.11. Overdracht van aandelen
Leerplan graduaat Boekhouden
23
Vennootschapsboekhouden
2/3
3. Kapitaalwijzigingen
3.1. Kapitaalverhoging: juridische en bedrijfseconomische aspecten 3.1.1. Oneigenlijke kapitaalverhoging 3.1.2. Bonusaandelen 3.1.3. Eigenlijke kapitaalvehoging 3.1.4. Uitgiftepremie 3.2. Kapitaalvermindering: juridische en bedrijfseconomische aspecten 3.2.1. Kapitaalvermindering door terugbetaling aan de aandeelhouders 3.2.2. Vrijstelling van stortingsplicht 3.2.3. Aanzuivering van verliezen 3.2.4. Inkoop eigen aandelen 3.3. Aflossing van het kapitaal: juridische en bedrijfseconomische aspecten
4. Financiering door vreemd vermogen op lange termijn
4.1. De obligatielening 4.1.1. Juridisch 4.1.2. Verschilpunten obligatie versus aandeel 4.1.3. Boekhoudkundige aspecten van de obligatielening 4.2. De achtergestelde lening 4.2.1. Juridisch en fiscaal 4.2.2. Boekhoudkundige aspecten van de achtergestelde lening
5. Het berekenen en boeken van belastingen 5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7. 5.8.
Toepassingsgebied van de vennootschapsbelasting Grondslag van de vennootschapsbelasting Tarief van de vennootschapsbelasting Belastingvermeerdering Voorafbetalingen en bonificaties Bepalen van de belastbare basis Bepalen en boeken van de fiscale provisie Boekingen op het einde van het boekjaar en in de loop van het volgende boekjaar
6. De winstverdeling
6.1. Wettelijke bepalingen 6.2. Opstellen van de winstverdelingstabel 6.3. Boekingen m.b.t. de winstverdeling
7. De vereffening van de vennootschap 7.1. 7.2. 7.3. 7.4. 7.5.
De ontbinding: juridische aspecten en verplichtingen Gerechtelijk akkoord De vereffening: juridische aspecten en verplichtingen Activiteiten bij de vereffening Sluiting van de vereffening
Leerplan graduaat Boekhouden
24
Vennootschapsboekhouden
3/3
Handboek-Cursustekst Algemeen boekhouden Nu 2: praktisch vennootschapsboekhouden A. Chiau, J. Van Den Bossche Uitgeverij: De Boeck, 2002 Bibliografie Vennootschapsboekhouden R. Vertonghen, C. Lefebvre Uitgeverij: Acco Leuven, 2002 Wetgeving Wetboek Vennootschapsrecht: te raadplegen op www.fisconet.be Wet van juli 1976 op de boekhouding en de jaarrekening KB van januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek Vennootschapsrecht
Leerplan graduaat Boekhouden
25
Audit en beleidscontrole
1/3
Situering in het studieprogramma Tweede jaar – 20 lestijden Doel De bedoeling van deze cursus is de student welke reeds in het eerste jaar een grondige inleiding inzake boekhouden en BTW heeft gekregen en in het tweede jaar een aantal topics inzake boekhouden en vennootschapsrecht heeft doorlopen, een grondige basiskennis te geven over hoe de interne en externe controle over de boeken concreet dient te gebeuren. De theoretische beschouwingen zullen steeds worden ingeoefend aan de hand van uit de praktijk geplukte voorbeelden en situatieschetsen ten einde het de student mogelijk te maken zich in elke situatie in te leven welke moet leiden tot een optimaal resultaat: het begrijpen van de theorie en ze ook in een praktijksituatie kunnen toepassen. De student moet na afloop van de cursus in staat zijn de auditprincipes te kennen en te kunnen toepassen op concrete gevalsituaties. Zowel de interne als de externe auditprincipes en technieken dienen door de student te worden beheerst. Inhoud 1. Inleiding 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.6.
Ontstaan van het dubbel boekhouden Verplichting tot het voeren van een boekhouding Boekhouding als bron voor bedrijfseconomische informatie Structuur van de boekhoudafdeling Algemene auditdoelstellingen Internationalisering
2. Interne audit
2.1. Karkateristieken van interne audit 2.2. Administratieve procedures 2.2.1. Goed afgelijnde taakomschrijvingen 2.2.2. Functiescheiding 2.2.3. Sluitend systeem van goedkeuringen en volmachten 2.2.4. Administratieve procedures 2.2.5. Flow chart 2.3. Controle en controletechnieken 2.3.1. De steekproef 2.3.2. Het interview 2.3.3. Complotten tussen operationeel en administratief personeel 2.3.4. Computeraudit 2.3.5. Transactiecontrole: audit trail 2.4. Bijlage 2.4.1. Flow chart
Leerplan graduaat Boekhouden
26
Audit en beleidscontrole
2/3
3. Externe audit
3.1. Reden van bestaan 3.1.1. Het Instituut der Bedrijfsrevisoren (IBR) 3.1.2. Verplichte aanstelling van een commissaris-revisor 3.2. Controlenormen: deontologie van de bedrijfsrevisor 3.2.1. Controle in een geest van volledige onafhankelijkheid 3.2.2. Normen betreffende de controlewerkzaamheden 3.2.3. Normen betreffende de verslaggeving 3.3. Controlewerkpapieren 3.3.1. Het permanent dossier 3.3.2. Het werkdossie 3.4. Het controleprogramma 3.5. Audit van de administratieve organisatie 3.5.1. Audit van de verkoopprocedure 3.5.2. Audit van de aankoopprocedure 3.6. Boekhoudkundige controles 3.6.1. Oprichtingskosten (20) 3.6.2. Immateriële vaste activa (21) 3.6.3. Materiële vaste activa (22-27) 3.6.4. Financiële vaste activa (28) 3.6.5. Voorraden (30-36) 3.6.6. Handelsvorderingen (40) 3.6.7. Overige vorderingen (41) 3.6.8. Geldbeleggingen en liquide middelen (50-58) 3.6.9. Eigen vermogen (10-15) 3.6.10. Voorzieningen (16) 3.6.11. Vreemd vermogen op lange termijn (17) 3.6.12. Vreemd vermogen op korte termijn (42-47) 3.6.13. Overlopende rekeningen (49) 3.6.14. Controle van de resultatenrekening 3.7. De jaarrekening en bijkomende bescheiden 3.7.1. De jaarrekening 3.7.2. Verslag van de Raad van Bestuur 3.7.3. Verslag van de Algemene Vergadering 3.8. Bijlagen 3.8.1. Verslag van de Raad van Bestuur 3.8.2. Notulen van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 3.8.3. Aanwezigheidslijst Algemene Vergadering 3.8.4. Volmachtovereenkomst voor stromannen 3.8.5. Revisoraal verslag
Leerplan graduaat Boekhouden
27
Audit en beleidscontrole
3/3
Handboek-Cursustekst Audit en beleidscontrole: een excerpt G. Vanhasbroeck Externe controle in de praktijk Dirk Van Vlaenderen Uitgeverij: De Boeck, 2002 Bibliografie Handboek Auditing R. Dries, L. Van Brussel, M. Willekens Uitgeverij: Intersentia, 2001 Een praktische kijk op administratieve organisatie en interne controle H. Wilmots Uitgeverij: Standaard – IBR-IRE, 2002
Leerplan graduaat Boekhouden
28
Practicum computerboekhouden en ERP-systemen
1/3
Situering in het studieprogramma Tweede jaar – 80 lestijden Doel De doelstelling van deze module is de studenten vertrouwd te maken met de verwerking van verschillende boekhoudkundige verrichtingen aan de hand van een boekhoudpakket (ProAcc). Diverse modules (menu's) komen aan bod: boekhoudkundige verrichtingen (aankopen, verkopen, financiële verrichtingen, diverse verrichtingen), afschrijvingen, BTW-aangifte, intrastat-aangifte, analytische boekhouding, interne en externe rapportering inclusief de opmaak van een jaarrekening, …. Er wordt aandacht besteed aan de mogelijkheden van het boekhoudpakket maar evenzeer aan de beperkingen ervan. Er wordt verondersteld dat de studenten een goede kennis hebben van boekhouden. Door middel van gevallenstudies kunnen zij deze kennis verder uitdiepen en aan de praktijk toetsen. Door de nodige aandacht te schenken aan de architectuur van het boekhoudpakket is het eveneens de bedoeling dat de studenten zich vlug kunnen aanpassen aan andere boekhoudpakketten. Uiteindelijk moeten de studenten instaat zijn een volledige boekhouding te voeren via de computer. In een volgende fase is het de doelstelling om de studenten kennis te laten maken met ERPsoftware, namelijk geïntegreerde administratieve software gaande van het beheer van de facturatie, orders, voorraden, aankopen, workflowopvolging, …. Na een algemene situering van ERPsoftware wordt aan de hand van een gevallenstudie de module orderadministratie van ProAcc aangeleerd. Inhoud
Deel 1: Module boekhouding en uitbreidingen 1. Inleiding 2. De opbouw van het boekhoudpakket 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5.
Hoofdscherm en belangrijke menu’s Navigeren (invoeren, opvragen en wijzigen van gegevens) Overzicht van de belangrijkste modules Instellingen (boekjaren, periodes, parameterrekeningen, …) Databanken (gemeenten, valuta, betalingswijze, vertegenwoordiger, …)
Leerplan graduaat Boekhouden
29
Practicum computerboekhouden en ERP-systemen
2/3
3. Eenvoudige verrichtingen 3.1. 3.2. 3.3. 3.4.
Ingeven van klanten (belangrijkste velden) Ingeven van leveranciers (belangrijkste velden) Aanmaak van rekeningen (overzicht van de opties) Aankoopverrichtingen 3.4.1. Eenvoudige aankopen 3.4.2. Verwerking van financiële kortingen 3.4.3. Verwerking van handelskortingen 3.4.4. Intracommunautaire verwervingen 3.4.5. Invoer 3.4.6. BTW-medecontractant 3.4.7. CN 3.5. Verkoopverrichtingen 3.5.1. Eenvoudige verkopen 3.5.2. Verwerking van financiële kortingen 3.5.3. Verwerking van handelskortingen 3.5.4. Intracommunautaire leveringen 3.5.5. Uitvoer 3.5.6. BTW-medecontractant 3.5.7. CN 3.6. Financiële verrichtingen 3.7. Diverse verrichtingen 3.8. Automatisering van verrichtingen 3.9. Bijwerken en afpunten 3.10. Specifieke oefeningen
4. Documenten/output 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7. 4.8. 4.9.
Boekhoudplan Proef- en saldibalans Verschillende dagboeken Bankafschriften Openstaande vorderingen en schulden Lijst ontbrekende BTW-nummers BTW-aangifte Intrastat-aangifte …
5. Afsluitverrichtingen en opening van het nieuwe boekjaar 6. Uitbreiding 6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5.
De jaarrekening en financiële ratio’s Analytische boekhouding Budgettering inclusief verschillenanalyse Management rapporten Automatisering van verrichtingen : automatische overschrijving (ISABEL), e-facturatie, indienen van BTW-aangiften via het internet
7. Gevallenstudies
Leerplan graduaat Boekhouden
30
Practicum computerboekhouden en ERP-systemen
3/3
Deel 2: ERP-systemen 1. Inleiding 1.1. 1.2. 1.3. 1.4.
Ontstaan en situering Definitie Documentenflow Overzicht van de verschillende onderdelen
2. De orderadministratie als een aparte module bij ProAcc 2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Overzicht van de verschillende modules Samenhang tussen de verschillende modules Mogelijkheden van de orderadministratie Artikelen (code, omschrijvingen, opzoekmogelijkheden, verkoopprijzen en koppeling met leveranciersfiches en klantenfiches, IntraStatgegevens, …)
3. Gevallenstudie
3.1. Facturatie 3.1.1. Aanmaak verkoopfacturen en creditnota’s 3.1.2. Automatische overbrenging naar de boekhouding 3.2. Voorraadbeheer 3.2.1. Genereren van leveringsbonnen voor klanten en leveranciers 3.2.2. Leveringsbonnen omzetten naar factuur 3.3. Voorraad- en aankoopbeheer 3.3.1. Orderbevestigingen klanten 3.3.2. Automatische bestelbon leveranciers 3.4. Verschillende opvraagmogelijkheden 3.4.1. Overzicht documenten klanten en leveranciers 3.4.2. Historieken klanten en leveranciers 3.4.3. Artikellijsten 3.4.4. Prijslijsten 3.4.5. Voorraadlijst 3.4.6. Valorisatielijst 3.4.7. Inventarislijst 3.4.8. Lijst ‘te bestellen’ 3.4.9. Overzicht verkoopprijzen 3.5. Uitbreiding documenten: offertes, magazijnbonnen, …
Handboek-Cursustekst Practicumtekst met specifieke opgaves en gevallenstudies Boekhouden op computer met ProAcc Marieke Van Beylen, Filip De Maeseneer Uitgeverij: De Boeck Facturatie en orderadministratie op computer met ProAcc Uitgeverij: De Boeck
Leerplan graduaat Boekhouden
31
Analytisch boekhouden
1/4
Situering in het studieprogramma Tweede jaar – 80 lestijden Doel De doelstelling van analytisch boekhouden is de studenten inzicht te geven in de verschillende manieren van kostprijsberekening inclusief de eventuele boekhoudkundige verwerking. Het juist interpreteren van de bekomen resultaten neemt een centrale plaats in. De cursus heeft uiteindelijk als doel dat de studenten: - de relatie kunnen leggen tussen de algemene boekhouding en de analytische boekhouding; - een aantal begrippen inzake kostencalculatie begrijpen; - inzicht verwerven in de opbouw van een systeem van kostprijsberekening inclusief de boekhoudkundige verwerking in de analytische boekhouding; - inzicht krijgen in de administratieve gevolgen; - kennis verwerven in nieuwe evoluties op het vlak van kostencalculatie; - zelfstandig systemen van kostencalculatie kunnen toepassen in andere omgevingen dan deze die gezien werden tijdens de cursus; - de bekomen kostprijzen juist kunnen interpreteren en op basis hiervan een deskundig en gemotiveerd advies kunnen uitbrengen. Inhoud 1. Inleiding
1.1. De verschillende deelgebieden van de boekhouding 1.2. De kostprijs 1.3. Doelstelling van de kostencalculatie 1.3.1. Kostprijsbepaling, voorraadwaardering en resultaatsbepaling 1.3.2. Van kostensoorten naar kostenplaatsen 1.3.3. Efficiencybeoordeling 1.4. Verhouding tussen de kostprijscalculatie en de algemene boekhouding 1.5. De kostprijs bij het verantwoorden van beslissingen 1.6. Belgische wetgeving
2. Studie van de kostenelementen 2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Directe en indirecte kosten: voorbeelden Vaste en variabele kosten: voorbeelden Historische, gebudgetteerde en standaardkosten Studie van enkele kostensoorten
Leerplan graduaat Boekhouden
32
Analytisch boekhouden
2/4
3. Full costing
3.1. Techniek van de kostencalculatie 3.1.1. Situering 3.1.2. Diverse technieken van analytische informatie 3.1.3. Het verzamelen van kostengegevens 3.1.4. Verdeling van de kosten 3.1.5. Van kostenplaatsen naar kostendragers 3.1.6. Bepaling van de kostprijzen en resultaatbepaling 3.1.7. Kostencalculatie en resultaatbepaling: documenten 3.2. De extra-comptabele kostencalculatie 3.2.1. Algemene principes 3.2.2. Gevallenstudie 3.2.3. Kenmerken van deze methode 3.3. Verdeelproblematiek 3.3.1. Enkele begrippen 3.3.2. Probleemstelling: voorbeeld 3.3.3. Doelstelling van de verdeling 3.3.4. Verdelingsmethodes 3.3.5. Criteria voor de keuze van verdeelsleutels 3.3.6. Toepassing van de verdeling van kosten 3.3.7. Trends in verdelingsmethodes 3.3.8. Problematiek van de wederzijdse dienstverlening 3.3.9. Gemeenschappelijke kosten en bijproducten 3.4. Full costing toegepast op industriële bedrijven 3.4.1. Typologie 3.4.2. Kostencalculatie bij massaproductie 3.4.3. Kostencalculatie bij serieproductie 3.4.4. Stukcalculatie 3.4.5. Toepassingen
4. Activity based costing 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6.
Ontstaan en problematiek Typologie en omschrijving van het systeem Systematische opbouw van een systeem van ABC ABC geïntegreerd binnen de analytische boekhouding Evaluatie van ABC Toepassingen
5. Full costing boekhoudkundig verwerkt
5.1. Autonome analytische boekhouding 5.1.1. Rekeningstelsel 5.1.2. Relatie met de rekeningen uit de algemene boekhouding 5.1.3. Deelschema’s 5.1.4. Synthese van de werking van de autonoom analytische boekhouding 5.1.5. Didactische gevallenstudie 5.1.6. Synthese 5.1.7. Toepassingen 5.2. Geïntegreerde analytische boekhouding 5.2.1. Principe 5.2.2. Voorbeeld
Leerplan graduaat Boekhouden
33
Analytisch boekhouden
3/4
6. Direct costing
6.1. Kritische omzettechniek en varianten 6.2. Direct costing 6.2.1. Ontstaan 6.2.2. Begrippen ‘productkosten’ en ‘periodekosten’ 6.2.3. Grondvorm van de direct costing 6.2.4. Enkele nevenvormen 6.2.5. De boekhoudkundige verwerking van de direct costing 6.2.6. Resultaatsbepaling bij direct costing versus resultaatsbepaling bij full costing 6.3. Variabele kostencalculatie 6.3.1. Beleidsaspecten van de kostencalculatie 6.3.2. Differentiële kostencalculatie 6.3.3. Knelpuntfactor 6.3.4. Make or buy-beslissingen 6.3.5. Beslissingen in verband met prijspolitiek
7. Standaardkostencalculatie
7.1. Algemene situering 7.1.1. Eisen met betrekking tot de accountant in zijn previsionele taak 7.1.2. Defintie van standaardkosten 7.1.3. Classificatie van standaarden 7.2. Standaardkostencalculatie 7.2.1. Situering 7.2.2. Boekhoudkundige verwerking en rekeningstelsel 7.2.3. Standaardkosten en direct kostensoorten 7.2.4. Standaardkosten en indirecte kostensoorten 7.2.5. Globaal voorbeeld
8. Enkele topics
8.1. Kostprijscalculatie in de dienstensector 8.2. Kostprijscalculatie in niet commerciële omgevingen (ziekenhuizen, gemeenten, …) 8.3. De kostprijs van afval
Handboek-Cursustekst Analytisch boekhouden en kostencalculatie E. de Lembre, W. Bruggeman Uitgeverij: Wolters Gevallenstudies
Leerplan graduaat Boekhouden
34
Analytisch boekhouden
4/4
Bibliografie Cost accounting, a managerial emphasis Charles T. Horngren Uitgeverij: Prentice-Hall Cost accounting Ann Jorissen, Chris Lefebre
Leerplan graduaat Boekhouden
35
Budgettering
1/1
Situering in het studieprogramma Tweede jaar – 20 lestijden Doel De doelstelling van budgettering is de studenten vertrouwd te maken met het volledige budgetteringsproces. Aandacht wordt besteed aan de verschillende deelbudgetten en de samenhang tussen de deelbudgetten. Dit moet uiteindelijk leiden tot het zelfstandig kunnen opstellen van een gebudgetteerde resultatenrekening en een gebudgetteerde balans. Verschillen tussen de gebudgetteerde cijfers en de werkelijke cijfers dienen juist te worden geïnterpreteerd. Inhoud 1. Inleiding 1.1. 1.2. 1.3. 1.4.
Situering Definitie Het nut van budgettering Statische en flexibele budgetten 1.4.1. Voorbeeld 1.4.2. Verschillen- of afwijkingsanalyse 1.4.3. Praktische oefeningen
2. Opstellen van een gebudgetteerde balans en resultatenrekening 2.1. Voorbeeld: pro forma resultatenrekening en balans 2.2. Enkele opmerkingen 2.3. Praktische oefeningen
3. Enkele specifieke topics
3.1. Zero base budgettering 3.2. Budgettering en projecten 3.3. Het financieel plan
Handboek Budgettering Luk Van Haute, Thea Versleegers Uitgeverij: De Boeck
Leerplan graduaat Boekhouden
36
Analyse van de jaarrekening
1/2
Situering in het studieprogramma Tweede jaar – 60 lestijden Doel Zich onderscheiden op een meer en meer concurrentiële markt doet de boekhouder niet (meer) op het vlak van « het houden van de boeken ». Dat dit correct en volgens de (wettelijke e.a.) voorschriften gebeurt, is zonder meer een basisvereiste. Het verschil moet de boekhouder maken op het vlak van ondersteuning (van zijn management of cliënt) inzake bedrijfsvoering in het algemeen en financieel management in het bijzonder. In de cursus wensen we de toekomstige boekhouder het lezen en interpreteren van een niet geconsolideerde jaarrekening van een grotere KMO bij te brengen en dit aan de hand van ratio’s en financiële stromen. Deze vaardigheid zal haar/hem van pas komen o.m. bij het ondersteunen van haar/zijn management of cliënt op het vlak van bedrijfsvoering (knelpunten blootleggen, budgetten opmaken, managementsinfo ontwikkelen zoals een boordtabel), bij de voorbereiding van kredietonderhandelingen (waar let een bank op), bij het bepalen van kredietlimieten op klanten (beperken van het risico op verloren vorderingen), bij de keuze van strategische partners (een belangrijke leverancier, n.a.v. de opstart van een joint-venture) en wanneer de overname van een andere bedrijf wordt overwogen. Na het volgen van de cursus wordt van de toekomstige boekhouder verwacht dat zij/hij: 1 de inhoud en structuur van de niet geconsolideerde jaarrekening in de vingers heeft; 2 op zelfstandige basis een dergelijke jaarrekening van een grotere KMO kan analyseren; 3 een dergelijke analyse methodisch aanpakt; 4 hierbij gebruik maakt van ratio’s en financiële stromen; 5 elke ratio en beweging op het vlak van financiële stromen afzonderlijk en in hun onderling verband doorgrondt; 6 een conclusie (in gewone mensentaal) kan formuleren inzake de financiële toestand en rendabiliteit van de onderneming, inclusief een aanduiding van de aandachtspunten voor de toekomst. Inhoud 1. Inleiding 2. Boekhouden en jaarrekening
2.1. Opfrissing rond balans en RR (concepten aan de basis van het boekhouden) 2.2. Jaarrekening 2.3. Inhoud van de rubrieken
Leerplan graduaat Boekhouden
37
Analyse van de jaarrekening
2/2
3. Financiële Stromen Tabel (FST): opstellen en begrijpen 3.1. 3.2. 3.3. 3.4.
Cashflow (CF): het begrip “niet-kaskosten”, courante CF, uitzonderlijke CF Operationele CF Bronnen en aanwendingen FST opstellen
4. Interpreteren van de FST 4.1. 4.2. 4.3. 4.4.
Doel van de interpretatie Fouten bij interpretatie Structuur van de FST Interpreteren a.d.h.v. verbanden en ratio’s, o.m.: voorraadrotatie, klanten- en leverancierskrediet, liquiditeit, solvabiliteit, …
5. Slot Handboek-Cursustekst Cursustekst Een set van begeleidende/ondersteunende documentatie Jaarrekeningen Balanslezen voor niet-ingewijden Studiedienst KBC Bank Uitgeverij: Roularta Books Bibliografie Financiële analyse van ondernemingen Prof.Dr. H. Ooghe Hoe gezond is mijn KMO? Reeks efficiënt ondernemen, nr.2 Uitgeverij: Mys & Breesh Financial statement analysis Leopold A. Bernstein
Leerplan graduaat Boekhouden
38
Investeringsanalyse en -financiering
1/2
Situering in het studieprogramma Tweede jaar – 40 lestijden Doel Investeringsbeslissingen betreffen in de meeste gevallen grotere bedragen en hebben altijd consequenties op langere termijn. Een behandeling van de voornaamste aspecten gekoppeld aan dergelijke belangrijke beslissingen kan dan ook niet ontbreken in deze opleiding tot boekhouder gezien deze laatste, zeker in kleinere en middelgrote ondernemingen, vaak als (enige) raadsman fungeert voor de bedrijfsleider. Na het volgen van de cursus wordt van de toekomstige boekhouder verwacht dat zij/hij: 1 inzicht heeft in het belang en de praktische uitwerking van een efficiënt beheer van voorraden en handelsvorderingen; 2 ondersteuning kan bieden aan haar/zijn management/cliënt op financieel vlak, wanneer deze wenst over te gaan tot de verwerving van een materieel vast actief, in het bijzonder een machine; 3 de voornaamste waarderingsmethodes onder de knie heeft die worden gebruikt bij de waardebepaling van een onderneming; 4 inzicht heeft in het onderhandelingsproces m.b.t. de koop van een onderneming; 5 kennis heeft over de wijze waarop supra vermeldde investeringen kunnen gefinancierd worden. Inhoud 1. Investeren in bedrijfskapitaal
1.1. Het beheer van voorraden 1.2. Het beheer van handelsvorderingen 1.3. Financiering van voorraden en handelsvorderingen
2. Investeren in materieel vast actief 2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Waarderingsprincipes De soorten investeringen De bepaling van de relevante kasstromen De verschillende methodes 2.4.1. De terugverdienperiode 2.4.2. De gemiddelde boekhoudkundige rendabiliteit 2.4.3. Intern rendementsgraad 2.4.4. Netto-contante waarde 2.5. Financiering
Leerplan graduaat Boekhouden
39
Investeringsanalyse en -financiering
2/2
3. Investeren in financieel vast actief 3.1. De waardebepaling 3.1.1. De boekwaarde 3.1.2. De intrinsieke waarde 3.1.3. De vergelijkingswaarde 3.1.4. De rendementswaarde 3.2. Het onderhandelingsproces 3.3. De financiering
Handboek-Cursustekst Cursustekst Bibliografie Management accounting Drury Bedrijf te koop Dalhuisen, Van Dieren Uitgeverij: Business Bibliotheek Het midden en kleinbedrijf … voor dummies Eric Tyson, Jim Schell Uitgeverij: Addison Wesley
Leerplan graduaat Boekhouden
40
Leerinhouden: doel, inhoud en bibliografie Derde jaar
De geconsolideerde jaarrekening Fusies en overnames Personenbelasting Vennootschapsbelasting Fiscaal ondernemingsbeleid Practicum beheerssoftware Ondernemingsproject
Leerplan graduaat Boekhouden
41
De geconsolideerde jaarrekening
1/3
Situering in het studieprogramma Derde jaar – 20 lestijden Doel Het Koninklijk Besluit van 6 maart 190 op de geconsolideerde jaarrekening van de ondernemingen voert in België de consolidatieverplichtingen in die gestoeld zijn op Europese Richtlijnen. De geconsolideerde jaarrekening beoogt in de eerste plaats het verschaffen van financiële informatie van een geheel van ondernemingen waartussen een affiliatieverband bestaat en waarbij abstractie wordt gemaakt van de afzonderlijke rechtspersoonlijkheden van de ondernemingen die deel uitmaken van de consolidatiekring. Bijgevolg behelst de geconsolideerde jaarrekening in eerste instantie de financiële positie en de resultaten van de groep als één geheel beschouwd. Het belang van de consolidatiewetgeving neemt bovendien steeds toe. De recente ontwikkelingen op het gebied van de nieuwe International Accounting Standards en hun implicatie op voornamelijk beursgenoteerde ondernemingen, bevestigen dit. De doelstellingen van onderhavige cursus kunnen als volgt worden samengevat : - inzicht verschaffen in de wettelijk kader waarbinnen de consolidatieverplichtingen zijn omschreven; - een aantal belangrijke basisbegrippen inzake consolidatie begrijpen; - inzicht verwerven in de problematiek die voorafgaat aan het consolidatieproces; - het vertrouwd geraken met de belangrijkste consolidatiemethoden; - de nodige kennis verwerven met betrekking de de diverse consolidatietechnieken en dit binnen elke methode; - de voornaamste consolidatieverrichtingen boekhoudkundig leren verwerken; Inhoud
Deel 1: De geconsolideerde jaarrekening 1. Belgisch wettelijk kader en toepassingsgebied
1.1. Belgisch wettelijk kader – K.B. ban 6 maart 1990 (B.S. 27 maart 1990) 1.2. Toepassingsgebied van het K.B. van 6 maart 1990 m.b.t. de geconsolideerde jaarrekening
2. Concepten en definities
Leerplan graduaat Boekhouden
42
De geconsolideerde jaarrekening
2/3
3. Consolidatieplicht
3.1. Wie moet consolideren? 3.2. Vrijstelling van consolidatie 3.3. Uitzonderingen op de vrijstelling van consolidatie
4. De geconsolideerde jaarrekening 4.1. 4.2. 4.3. 4.4.
Samenstelling van de geconsolideerde jaarrekening Structuur en inhoud van de geconsolideerde jaarrekening Eenheidsmunt Boekhoudkundige grondslag
5. Harmonisatie
5.1. Waarderingsregels 5.2. Afsluitingsdata
6. Controle en openbaarmaking
6.1. Controle van de geconsolideerde jaarrekening 6.2. Openbaarmaking van de geconsolideerde jaarrekening
7. Administratieve organisatie
Deel 2: Consolidatiemethoden 1. Consolidatiemethoden
1.1. Integrale consolidatiemethode 1.2. Proportionele of evenredige consolidatiemethode 1.3. Vermogensmutatiemethode
2. Concept van de geconsolideerde reserves
2.1. Concept van de geconsolideerde reserves 2.2. Het continuïteitsprincipe van de geconsolideerde reserves
3. Technieken van samenvoeging
3.1. Consolidatie per niveau 3.2. De directe consolidatiemethode
Deel 3: Het consolidatieproces 1. De verschillende stappen in het consolidatieproces 2. Beschrijving van het geconsolideerd geheel 2.1. Bepaling van de consolidatiekring 2.2. Bepaling van de consolidatiemethoden 2.3. Berekening van het integratieperentage
Leerplan graduaat Boekhouden
43
De geconsolideerde jaarrekening
3/3
3. Opstellen en controle van de consolidatiebundels 4. De muntconversie van de jaarrekening in vreemde munt 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7.
Conversiemethoden toepasbaar op de balans Toepasbare conversiemethoden op de resultatenrekening Omzettingsmethodes die worden erkend door het K.B. van 6 maart 1990 Behandeling van het wisselkoersverschil De norm FAS 52 De norm IAS 21 De gemengde methode met omzetting aan historische koers van het eigen vermogen en de geconsolideerde deelnemingen 4.8. Omzetting van stromen
5. De afstemming van wederzijdse saldi en transacties 5.1. 5.2. 5.3. 5.4.
De wederzijdse transacties en saldi Bepalen en meedelen van de wederzijdse transacties en saldi Oorsprong van verschillen Herwerkingen van de verschillen
6. Herwerkingen voor de consolidatie 6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6. 6.7. 6.8. 6.9.
Waarderingsregels van de groep Dividenduitkering door een geconsolideerde vennootschap De uitkering van tantièmes aan derden door een geconsolideerde vennootschap Winsten en verliezen inbegrepen in de waarde van immateriële en materiële vaste activa Verkoop van een geconsolideerde deelneming aan een andere geconsolideerde vennootschap Geboekte waardevermindering en herwaarderingsmeerwaarden op geconsolideerde deelnemingen Interne winst begrepen in de voorraden Afschrijvingen op positieve consolidatieverschillen Impact van de eliminatie van interne resultaten op het aandeel van derden
7. Eliminatieboekingen voor de consolidatie 7.1. 7.2. 7.3. 7.4. 7.5.
Toepassing van de evenredige integratiemethode Toepassing van de vermogensmutatiemethode Eliminatie van de wederzijdse saldo’s en transacties Berekening van het minderheidsbelang Eliminatie van het eigen vermogen en de deelnemingen
Handboek-Cursustekst Cursustekst en slides Diverse artikels omtrent consolidatie Bibliografie Handboek consolidatie S. Plateau, G. Van Herck Uitgeverij: ACCO, Leuven
Leerplan graduaat Boekhouden
44
Fusies en overnames
1/2
Situering in het studieprogramma Derde jaar – 20 lestijden Doel De bedoeling van deze cursus is de ervaren student in te leiden in de basismaterie aangaande fusies, splitsingen en overnames. Meer bepaald wordt er aandacht besteed aan de vennootschapswettelijke aspecten, de fiscale aspecten en de boekhoudtechnische aspecten. Verder wordt eveneens even stilgestaan bij de begrippen inbreng van een bedrijfstak of van een algemeenheid van goederen. De theoretische beschouwingen zullen steeds worden ingeoefend aan de hand van uit de praktijk geplukte voorbeelden en situatieschetsen ten einde het de student mogelijk te maken zich in elke situatie in te leven welke moet leiden tot een optimaal resultaat: het begrijpen van de theorie en ze ook in een praktijksituatie kunnen toepassen. De student moet na afloop van de cursus in staat zijn zich op basis van een concrete situatie de belangrijkste procedures die dienen te worden nageleefd bij fusies, splitsingen en overnames te beheersen. Bovendien moet hij de belangrijkste boekhoudtechnische aspecten die bij deze operaties te pas komen, beheersen. Inhoud 1. Fusies 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5.
Definties van fusie: wettelijke basis Vennootschapsrechtelijke procedure bij een fusie Verslaggeving Raad van Bestuur: het fusievoorstel Verslaggeving Commissaris/Bedrijfsrevisor: oordeel over de ruilverhouding Boekhoudkundige aspecten bij de overnemende vennootschap en bij de opgeslorpte vennootschap(pen) 1.6. Fiscale aspecten bij een vrijgestelde fusie
2. Splitsingen 2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Definties van splitsing: wettelijke basis Vennootschapsrechtelijke procedure bij een splitsing Verslaggeving Raad van Bestuur: het splitsingsvoorstel Verslaggeving Commissaris/Bedrijfsrevisor: oordeel over de ruilverhouding en verslaggeving inbreng in natura 2.5. Boekhoudkundige aspecten bij de overnemende vennootschap en bij de opgesplitste vennootschap 2.6. Fiscale aspecten bij een vrijgestelde splitsing
Leerplan graduaat Boekhouden
45
Fusies en overnames
2/2
3. Overnames 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6. 3.7. 3.8.
Definties van overname: wettelijke basis Overname door verwerving van aandelen Overname door fusie Overname door verkoop/inbreng van algeheelheid van goederen Gedeeltelijke overname door verwerving van een bedrijfstak Gedeeltelijke overname door een splitsing Boekhoudkundige aspecten bij de overnemende vennootschap en bij de overgenomen vennootschap Fiscale aspecten bij overname
Handboek-Cursustekst Cursustekst Bibliografie Uitgavan van het Instituut der Bedrijfsrevisoren Wetboek Vennootschapsrecht Handboek consolidatie S. Plateau, G. Van Herck Uitgeverij: ACCO, Leuven Vennootschapsboekhouden R. Vertongen, C. Lefebvre Uitgeverij: ACCO Leuven, 2002
Leerplan graduaat Boekhouden
46
Personenbelasting
1/4
Situering in het studieprogramma Derde jaar – 40 lestijden Doel Een up-to-date cursus fiscaliteit doceren is een moeilijke aangelegenheid. Vrijwel wekelijks worden wetsartikelen gewijzigd of werpt nieuwe jurisprudentie roet in zorgvuldig opgebouwde wettelijk toegelaten constructies, om van de steeds wijzigende houding van de fiscale administraties nog maar te zwijgen. De cursus fiscaliteit in het derde jaar beoogt dan ook enkel het verstrekken van een gedegen inleiding tot de Belgische directe belastingen en dit op het vlak van de personenbelasting. Waar nodig wordt de link gelegd met indirecte belastingen. Een continue verdere bijscholing op fiscaal vlak is echter onontbeerlijk. Gezien de belangrijkheid van het KMO-segment in de economie wordt in eerste instantie aandacht besteed aan de interactie tussen de te voeren boekhouding en de corresponderende fiscale verplichtingen met bijzondere aandacht voor de figuur van de bedrijfsleider. Als objectief wordt gesteld dat de toekomstige boekhouder met kennis van zake aan de courante fiscale verplichtingen van zijn klanten zelfstandig moet kunnen voldoen, in het bijzonder het tijdig en juist indienen van de verschillende aangiftes. Een op de juiste administratieve praktijk gebaseerde interactie tussen het voeren van een boekhouding en het vervolledigen van de aangiftes is van primordiaal belang ter vrijwaring van zowel het privaat- als beroepsvermogen van zowel de belastingplichtige alsook de professionele boekhouder. Inhoud 1. Actuele bedragen
1.1. Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen 1.2. Bedrijfsvoorheffing
2. Algemene bepalingen - Toepassingsgebied 2.1. Algemene bepalingen 2.2. Onderworpen belastingplichtigen 2.3. Onderworpen belastbaar inkomen
Leerplan graduaat Boekhouden
47
Personenbelasting
2/4
3. Inkomen van onroerende goederen
3.1. Algemene bepalingen 3.2. Begrip onroerende goederen 3.3. Kadastraal inkomen 3.4. Belastbare inkomsten uit in België gelegen onroerende goederen 3.5. Belastbare inkomsten uit in het buitenland gelegen onroerende goederen 3.6. Vrijstellingen en verminderingen 3.7. Woningaftrek 3.8. Aftrekbare kosten 3.9. Onroerende voorheffing
4. Inkomen van roerende goederen en kapitalen
4.1. Algemene bepalingen 4.2. Dividenden 4.3. Intresten 4.4. Inkomsten van verhuring, verpachting, gebruik en concessie van roerende goederen 4.5. Inkomsten begrepen in lijfrenten of tijdelijke renten 4.6. Inkomsten van buitenlandse oorsprong 4.7. Roerende voorheffing
5. Beroepsinkomen
5.1. Begrip beroepsinkomen 5.2. Winst 5.3. Baten 5.4. Winst en baten van een vorige beroepswerkzaamheid 5.5. Bezoldigingen van werknemers 5.6. Bezoldigingen van bedrijfsleiders 5.7. Pensioenen, renten en als zodanig geldende toelagen 5.8. Vrijgestelde inkomsten zonder ondersheid van genieter
6. Vaststelling van de netto-beroepsinkomsten
6.1. Algemene bepalingen 6.2. Werkelijke beroepskosten 6.3. Niet aftrekbare kosten 6.4. Forfaitaire beroepskosten 6.5. Economische vrijstellingen 6.6. Beroepsverliezen 6.7. Toekenning aan de medewerkende echtgenoot 6.8. Toekenning aan de andere echtgenoot: huwelijksquotiënt
Leerplan graduaat Boekhouden
48
Personenbelasting
3/4
7. Bedrijfsvoorheffing
7.1. Algemene bepalingen 7.2. Bezoldigingen van werknemers en daarmee gelijkgestelde bedragen 7.3. Pensioenen, renten, kapitalen, afkoopwaarden en ermee gelijkgestelde inkomsten 7.4. Bezoldigingen van bedrijfsleiders 7.5. Baten en winsten 7.6. Prijzen, subsidies, renten of pensioenen aan geleerden, kunstenaars en schrijvers 7.7. Onderhoudsuitkeringen, betaald aan niet-rijksinwoners 7.8. Bepaalde inkomsten, betaald of toegekend aan niet-rijksinwoners 7.9. Bezoldigingen en brugpensioenen, betaald of toegekend aan niet-inwoners, die geen tehuis hebben in België gedurende het volledig belastbare tijdperk 7.10. Winst en baten van niet-inwonende vennoten of leden van burgerlijke vennootschappen of van verenigingen zonder rechtspersoonlijkheid
8. Diverse inkomsten
8.1. Begrip diverse inkomsten 8.2. Opbrengsten behaald buiten de uitoefening van een beroepswerkzaamheid 8.3. Prijzen, subsidies, … toegekend aan geleerden, schrijvers of kunstenaars 8.4. Onderhoudsuitkeringen 8.5. Onderverhuring of huuroverdracht van huurceel van onroerende goederen 8.6. Toelating om reclamedragers op een onroerend goed te plaatsen 8.7. Loten van effecten van leningen 8.8. Opbrengsten uit de verhuring van jacht-, vis- en vogelvangstrecht 8.9. Meerwaarden op ongebouwde onroerende goederen 8.10. Meerwaarden verwezenlijkt naar aanleiding van de overdracht van belangrijke deelnemingen 8.11. Meerwaarden verwezenlijkt naar aanleiding van de overdracht van gebouwde onroerende goederen
9. Aftrekbare bestedingen
9.1. Begrip aftrekbare bestedingen 9.2. Onderhoudsgelden 9.3. Giften 9.4. Bezoldigingen van een huisbediende 9.5. Uitgaven voor kinderoppas 9.6. Uitgaven voor onderhoud en restauratie van beschermde onroerende goederen 9.7. Intrest van hypothecaire leningen 9.8. Begrenzing van de aftrek 9.9. Omslag tussen de echtgenoten 9.10. Aanrekening van de bestedingen
Leerplan graduaat Boekhouden
49
Personenbelasting
4/4
10. Samenvoeging van de inkomsten en belastingberekening 10.1. 10.2. 10.3. 10.4. 10.5. 10.6. 10.7.
10.8. 10.9. 10.10. 10.11. 10.12. 10.13. 10.14. 10.15. 10.16.
Samenvoeging van de inkomsten van ouders en kinderen Samenvoeging van de inkomsten van de echtgenoten Synthese van de belastingberekening Belastingtarief Belastingvrije som Belastingvermindering voor het langetermijnsparen Belastingvermindering voor uitgaven, betaald in het werkgelegenheidsagentschappen Belastingvermindering voor pensioenen en vervangingsinkomsten Belastingvermindering voor inkomsten uit het buitenland Bijzondere stelsels van aanslag Verrekening van de voorheffing Belastingkrediet Voorafbetalingen Aanvullende gemeente- en agglomeratiebelasting Aanvullende crisisbijdrage Korting
kader
van
plaatselijke
Handboek-Cursustekst SBB Fiscale Gids Uitgeverij: Standaard Geïntegreerde oefeningen op basis van de aangifte in de personenbelasting (deel I en deel II) Bibliografie Tijdschriften -
Tijdschrift voor Fiscaal Recht, uitgeverij Larcier, maandelijks Fiscale Koerier Accountancy & Tax, tijdschrift van het IAB, driemaandelijks Fiscale Actualiteit, wekelijkse nieuwsbrief Ced.Samsom Accountancy & Fiscaliteit, wekelijkse nieuwsbrief Standaard Uitgeverij F.J.F., A.F.T.
Websites www.larcier.be/tfr.net www.taxup.com www.ibc.tax.be www.minfin.fgov.be
Leerplan graduaat Boekhouden
50
Vennootschapsbelasting
1/3
Situering in het studieprogramma Derde jaar – 40 lestijden Doel Een up-to-date cursus fiscaliteit doceren is een moeilijke aangelegenheid. Vrijwel wekelijks worden wetsartikelen gewijzigd of werpt nieuwe jurisprudentie roet in zorgvuldig opgebouwde wettelijk toegelaten constructies, om van de steeds wijzigende houding van de fiscale administraties nog maar te zwijgen. De cursus fiscaliteit in het derde jaar beoogt dan ook enkel het verstrekken van een gedegen inleiding tot de Belgische directe belastingen en dit op het vlak van de vennootschapsbelasting. Waar nodig wordt de link gelegd met indirecte belastingen. Een continue verdere bijscholing op fiscaal vlak is echter onontbeerlijk. Gezien de belangrijkheid van het KMO-segment in de economie wordt in eerste instantie aandacht besteed aan de interactie tussen de te voeren boekhouding en de corresponderende fiscale verplichtingen met bijzondere aandacht voor de figuur van de bedrijfsleider. Als objectief wordt gesteld dat de toekomstige boekhouder met kennis van zake aan de courante fiscale verplichtingen van zijn klanten zelfstandig moet kunnen voldoen, in het bijzonder het tijdig en juist indienen van de verschillende aangiftes. Een op de juiste administratieve praktijk gebaseerde interactie tussen het voeren van een boekhouding en het vervolledigen van de aangiftes is van primordiaal belang ter vrijwaring van zowel het privaat- als beroepsvermogen van zowel de belastingplichtige alsook de professionele boekhouder. Inhoud 1. Toepassingsgebied 1.1. 1.2. 1.3. 1.4.
Onderworpen vennootschappen Uitgesloten vennootschappen Verenigingen zonder winstoogmerk Landbouwvennootschappen
2. Belastbare gereserveerde winst
2.1. Winstbegrip 2.2. Aangroei van de reserves 2.3. Correcties aan de aangroei van de reserves
Leerplan graduaat Boekhouden
51
Vennootschapsbelasting
2/3
3. Vrijgestelde gereserveerde winst 3.1. Meerwaarden 3.2. Andere vrijgestelde reserves
4. Verworpen uitgaven
4.1. Algemene bepalingen 4.2. Aftrekbare kosten 4.3. Niet-aftrekbare kosten
5. Uitgekeerde dividenden
5.1. Gewone dividenden 5.2. Vrijgestelde dividenden
6. Vaststelling belastbare grondslag en belastingberekening 6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6. 6.7. 6.8.
Algemene bepalingen Omdeling resultaat volgens oorsprong Aftrekposten Aftrekverbod Gewone aanslagen Afzonderlijke belastbare meerwaarden Bijzondere aanslagen Berekening belasting
7. Speciale regimes 7.1. 7.2. 7.3. 7.4. 7.5. 7.6.
Verkrijging van eigen aandelen Gedeeltelijke verdeling maatschappelijk vermogen Verdeling van maatschappelijk vermogen Tewerkstellingszones en coördinatiecentra Distributiecentra Dienstencentra
Handboek-Cursustekst SBB Fiscale Gids Uitgeverij: Standaard Geïntegreerde oefeningen op basis van de aangifte in de vennootschapsbelasting
Leerplan graduaat Boekhouden
52
Vennootschapsbelasting
3/3
Bibliografie Tijdschriften -
Tijdschrift voor Fiscaal Recht, uitgeverij Larcier, maandelijks Fiscale Koerier Accountancy & Tax, tijdschrift van het IAB, driemaandelijks Fiscale Actualiteit, wekelijkse nieuwsbrief Ced.Samsom Accountancy & Fiscaliteit, wekelijkse nieuwsbrief Standaard Uitgeverij F.J.F., A.F.T.
Websites www.larcier.be/tfr.net www.taxup.com www.ibc.tax.be www.minfin.fgov.be
Leerplan graduaat Boekhouden
53
Fiscaal ondernemingsbeleid
1/3
Situering in het studieprogramma Derde jaar – 40 lestijden Doel De cursus dient vanuit een praktische benadering capita selecta aan te laten sluiten bij de cursussen ‘Personenbelasting’ en ‘Vennootschapsbelasting’, welke reeds op zich apart deel uitmaken van de opleiding. In deze cursus wordt gepoogd vanuit de praktijk op bevattelijke wijze een basis te geven in de veelheid van aspecten bij taxplanning, waarbij de nadruk wordt gelegd op de Belgische aspecten. Internationale belastingplanning van ondernemingen komt quasi niet aan bod. De cursus heeft haar doelstelling bereikt als de student in staat is eventuele fiscale problemen te voorzien en desgevallend opportuniteiten te onderkennen. Het is onmogelijk (daarvoor is de materie te veel in beweging) en onaanvaardbaar in een democratisch staatsbestel (hierdoor wordt een verkeerd beeld gekregen van belastingadvies) om een cursus aan te reiken van fiscale planningstechnieken die uitsluitend aangewend worden om geen of toch zo weinig mogelijk belastingen te betalen. Het heffen van belastingen is noodzakelijk om de staatsuitgaven te financieren. Fiscale planning betekent in de eerste plaats “belastingen voorzien en voorspellen” zodat onverwachte gebeurtenissen zo veel mogelijk vermeden worden, zodat de belastingplichtige deze op voorhand kan berekenen en inschatten. In tweede orde zal de totale belastingdruk van een verrichting of gebuertenis dienen te worden beperkt. Inhoud 1. Belastingvriendelijke bezoldigingstechnieken voor kaderleden
1.1. Fiscale waardering van voordelen van alle aard 1.2. Vergoeding van kosten eigen aan de werkgever 1.3. Niet-belastbare sociale tegemoetkomingen 1.4. Pensioenvorming en afzonderlijke belastbare bedrijfsinkomsten 1.5. Toekenning van winstbewijzen 1.6. Aandelenoptiewetgeving 1.7. Aankoop van aandelen van de werkgevers 1.8. Werknemersparticipatie 1.9. Investeringsspaarplan 1.10. Salarissplitsing 1.11. Fiscaal regime van buitenlandse kaderleden 1.12. Sociaal zekerheidsstatuut als werknemer of zelfstandige 1.13. Managementvennootschap 1.14. Vennootschap van kaderleden
Leerplan graduaat Boekhouden
54
Fiscaal ondernemingsbeleid
2/3
2. Bezoldigingsaspecten van bedrijfsleiders 2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Aftrek van intresten om aandelen te verwerven De tenlastneming van verliezen door bestuurders De pensioenvorming via de bedrijfsleiderverzekering en de interne pensioenbelofte Bijzonderheden: de herkwalificatie van intresten in dividenden, het attractiebeginsel, …
3. De overgang van eenmanszaak naar vennootschap 3.1. 3.2. 3.3. 3.4.
Het verschillend belastingsregime Fiscale aspecten van de vennootschapsvorm: voor- en nadelen Juridische en bedrijfseconomische aspecten van de vennootschapsvorm: voor- en nadelen Fiscale aspecten bij de overgang van eenmanszaak naar vennotschap bij overdracht van een handelszaak 3.4.1. Op het gebied van de directe belastingen 3.4.2. Op het gebied van de registratierechten 3.4.3. Op het gebied van de BTW
4. Overdracht van KMO’s
4.1. Overdracht van de KMO in de vorm van eenmanszaak 4.1.1. Fiscaal: successie- en registratierechten 4.1.2. Juridisch: e juridische aspecten van de contractuele overdracht van de handelszaak 4.2. Overdracht van de KMO in vennootschapsvorm 4.2.1. Fiscaal: verkoop en schenking van aandelen 4.2.2. Juridisch: verkoop en schenking van aandelen 4.2.3. Andere juridische mogelijkheden bij familiale opvolging 4.3. Aandeelhoudersovereenkomsten, corporate governance, …
5. Rulings inzake directe en indirecte belastingen – Comité voor voorafgaande beslissingen
5.1. Verschillen, bevindingen: vb. de meer open houding van de DVB vergeleken met de rulingcommissie 5.2. Welke verrichtingen? 5.3. Procedure, betekenis van de beslissing
6. Procedure
6.1. Aangifte 6.2. Onderzoek en controle 6.3. Bewijsmiddelen van de administratie 6.4. Aanslagprocedure 6.5. Aanslag 6.6. Bezwaar 6.7. Ontheffing van ambtswege 6.8. Hervorming procedure 1999 6.9. Oude gerechtelijke procedure 6.10. De nieuwe gerechtelijke procedure
7. Praktisch: AOIF-controle (controle van de belastingadministratie)
Leerplan graduaat Boekhouden
55
Fiscaal ondernemingsbeleid
3/3
Handboek-Cursustekst SBB Fiscale Gids Uitgeverij: Standaard Recente artikels als ondersteunend materiaal Bibliografie Tijdschriften -
Tijdschrift voor Fiscaal Recht, uitgeverij Larcier, maandelijks Fiscale Koerier Accountancy & Tax, tijdschrift van het IAB, driemaandelijks Fiscale Actualiteit, wekelijkse nieuwsbrief Ced.Samsom Accountancy & Fiscaliteit, wekelijkse nieuwsbrief Standaard Uitgeverij F.J.F., A.F.T.
Websites www.larcier.be/tfr.net www.taxup.com www.ibc.tax.be www.minfin.fgov.be
Leerplan graduaat Boekhouden
56
Practicum beheerssoftware
1/5
Situering in het studieprogramma Eerste jaar – 80 lestijden Doel De belangrijkste doelstelling van deze module is de studenten op een gevorderd niveau te leren werken met de MS Office 2000-omgeving (Word, Excel, Access en Powerpoint). Aandacht wordt besteed aan de samenwerking tussen de verschillende onderdelen en praktische toepassingen. De toepassingen gezien in de verschillende modules van het graduaat boekhouden worden via bovenvermelde software ingeoefend/herhaald. De studenten worden vertrouwd gemaakt met de Windows NT-omgeving en ze leren werken met het internet, het intranet en de e-mail mogelijkheden die hen via ACE-GROEP T ter beschikking staan. Inhoud
Deel 1: Windows NT 1. Situering 2. NT-architectuur 3. Belangrijkste mogelijkheden
Deel 2: Het internet 1. Internet Explorer – Netscape 2. Overzicht van verschillende menu’s 3. Navigeren 4. Het ‘World Wide Web’ 5. Adressen op het internet (URL) 6. Zoekmachines 7. FTP 8. Nieuwsgroepen
Leerplan graduaat Boekhouden
57
Practicum beheerssoftware
2/5
9. E-mail 10. Toepassingen
Deel 3: Microsoft Excel Office 2000 1. Overzicht van de verschillenden menu’s 2. Opmaak van werkbladen 3. Gegevensinvoer 4. Opmaak van cellen, kolommen en rijen 5. Formules 5.1. 5.2. 5.3. 5.4.
Opbouw Eenvoudige formules Relatieve en absolute celadressering Complexe formules
6. Enkele functies 6.1. 6.2. 6.3.
Opbouw Opdeling van functies Enkele voorbeelden
7. Grafieken 8. Meerdere werkbladen 9. Werkbladen analyseren 9.1. 9.2. 9.3.
Oplosser Doelzoeken Scenariobeheer
10. Databanken 10.1. 10.2. 10.3. 10.4. 10.5.
Sorteren Filters Subtotalen Draaitabellen Databankfuncties
11. Gegevensuitwisseling met andere softwarepakketten (Word , Boekhoudpakketten, …)
Leerplan graduaat Boekhouden
58
Practicum beheerssoftware
3/5
12. Specifieke toepassingen 12.1. 12.2. 12.3. 12.4. 12.5.
Opstellen van een kostenverdeelstaat Regressieanalyse Investeringsanalyse Opstellen van een gebudgetteerde balans en resultatenrekening Berekening van belastingen
Deel 4: Microsoft Access Office 2000 1. Configuratie van een database 2. Begrip ‘Relationele database’ 3. Overzicht van de verschillende menu’s 4. Gegevens invoeren 5. Opmaak van een tabel, inclusief instellingen 5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7.
Soorten velden Primaire sleutel Weergave Invoermasker Validatieregel Controle op de invoer Standaardwaarde
6. Relaties tussen tabellen 6.1. 6.2.
Soorten relaties Referentiële integriteit
7. Queries 7.1. 7.2. 7.3. 7.4. 7.5. 7.6. 7.7.
Sorteren Selectiecriteria (enkelvoudige en meervoudige) Gebruik van parameters Berekende velden Statistische gegevens Kruistabellen Actiequeries
8. Formulieren 8.1. 8.2. 8.3. 8.4. 8.5. 8.6. 8.7.
Opbouw Besturingselementen Opmaak Eigenschappen Berekende velden Keuzevakjes Keuzelijsten
Leerplan graduaat Boekhouden
59
Practicum beheerssoftware
4/5
9. Rapporten 10. Macro’s 11. Gegevensuitwisseling met andere softwarepakketten 12. Toepassing: orderdatabank
Deel 5: Microsoft Word Office 2000 1. Overzicht van de belangrijkste menu’s 2. Opmaak van tekens 3. Opmaak van een alinea 4. Opmaak van secties 5. Tabellen 6. Mailmerge 7. Aanmaak van een inhoudstafel 8. Formules 9. Sjablonen aanmaken 10. Inhoudstafel aanmaken 11. Samenwerking met andere softwarepakketten
Deel 6: Microsoft Powerpoint Office 2000 1. Basisvaardigheden 1.1. 1.2. 1.3.
Weergaven in Powerpoint Overschakelen van weergave Dia’s sorteren
2. Gegevens invoeren 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 2.6.
Illustraties Tabellen Excel-werkblad Organogram Word Art Figuren
Leerplan graduaat Boekhouden
60
Practicum beheerssoftware
5/5
3. Een grafiek maken en bewerken 4. Een diavoorstelling verzorgen 4.1. 4.2. 4.3.
Navigeren Diaovergangen instellen Dia’s verbergen
5. Een multimediapresentatie maken 6. Een internetpresentatie maken 6.1. 6.2. 6.3. 6.4.
Een agendadia maken Hyperlink Actieknop Verbinding met internet
Handboek-Cursustekst Easy Computing Gids – Office 2000 Uitgeverij: Easy Computing, Brussel, 1999
Leerplan graduaat Boekhouden
61
Ondernemingsproject
1/2
Situering in het studieprogramma Derde jaar – 80 lestijden Doel en opzet van het ondernemingsproject Het ondernemingsproject wordt opgevat als een ‘echt’ bedrijfsproject, waarbij de studenten leren werken in team en, onder begeleiding van de verschillenden vakdocenten, concrete dagdagelijkse vraagstukken uit het bedrijfsleven oplossen. Ook het projectmatig werken en het gebruik van ICTtools komen tijdens dit ondernemingsproject aan bod. De projectgroepen bestaan uit maximaal vier studenten, elke groep wordt begeleid door een tutor, de projectgroepen kunnen beroep doen op consultants (de vakdocenten) voor inhoudelijk input en aan elke projectgroep wordt een andere bedrijfstak toegekend. Het project start bij het begin van het cursusjaar met opeenvolgende bijkomende gegevens per maand. 1. September: oprichting van de vennootschap (incl. alle wettelijke verplichtingen) 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.6.
Aanvraag en storting geblokkeerde bankrekening Inschrijving in het handelsregister Opmaken van de statuten Inschrijving BTW Inschrijving Sociaal Verzekeringsfonds Verplichte en aan te raden verzekeringen
2. Oktober: ondernemingsplan – investeringsplan – financieringsplan 2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Financieel plan Ondernemingsplan – wordt case/best case Investeringsplan en returnberekening Voorbereiding onderhandelingen over aangepaste kredietlijnen bij de bank
3. November: groei – meer behoefte aan informatie – interne procedures – rapportering 3.1. 3.2. 3.3. 3.4.
Personeel in dienst (selectie: contract/interim) Opstellen van een analytische opvolgingssysteem van kosten en opbrengsten Opstellen flow charts m.b.t. interne procedures, documentenstromen en authorisaties Opstellen van aangepaste interne rapportering ter opvolging van de rentabiliteit
4. Februari: afsluiting boekhouding eerste boekjaar 4.1.
4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6.
Vertrekkende vanuit een dossier met bestaande verrichtingen de afsluitverrichtingen toevoegen om te komen tot een eindbalans en resultatenrekening voor belastingen Interne audit over het afgesloten boekjaar Vennootschapsbelastingaangifte Raad van Bestuur en notulen Verdeling van het resultaat en sluiting van het boekjaar Voorlegging resultaat aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders en notulen
Leerplan graduaat Boekhouden
62
Ondernemingsproject
2/2
5. April: potentiële overname/fusie met een concurrent 5.1. 5.2. 5.3. 5.4.
Waardebepaling van de vennootschap Prijszetting van de aandelen 50% cash, 50% aandelenruil Reorganisatie na fusie
6. Mei: controle inzake directe en indirecte belastingen 6.1. 6.2.
Voorbereiding van het fiscale dossier Verdediging van het fiscale dossier voor de belastingcontroleur
De studenten zullen per team van elk onderdeel een volledig werkschema en aanverwante documenten moeten bewaren in een map, hun bevindingen en werkwijzen schriftelijk weergeven en niet gekozen alternatieven dienen aan te bieden en te verduidelijken waarom ze niet werden gekozen. Als sluitstuk van het project zal het team voor de jury haar bedrijf voor een zo hoog mogelijke prijs moeten komen verkopen waar de jury alle elementen zal aanhalen de prijs te drukken: slecht beleid in het verleden, verkeerde beslissingen, ….
Leerplan graduaat Boekhouden
63
Methodologische wenken De lessen worden voornamelijk gegeven door docenten uit de praktijk zodat de praktijkgerichtheid van de opleiding gewaarborgd is. Tijdens de opleiding wordt niet alleen de nodige theoretische kennis aangereikt maar ligt het accent voornamelijk op de toepassing ervan in concrete situaties. De opleiding wordt afgesloten met de realisatie van een ondernemingsproject waarbij in een reële bedrijfssituatie een project wordt aangepakt. Teamwork en communicatievaardigheden (schriftelijke rapportering en mondelinge presentatie) komen hierbij eveneens aan bod.
Evaluatie Per schooljaar worden twee examenzittijden georganiseerd. De eerste examenzittijd wordt verdeeld over twee ondervragingsperiodes op het einde van elk semester. De tweede examenzittijd wordt georganiseerd in augustus. Een cursist mag in de loop van hetzelfde schooljaar maximaal tweemaal examen afleggen over een bepaald vak. Naast een permanente evaluatie tijdens het jaar op basis van het uitvoeren van laboproeven, gevallenstudies, verslagen van bedrijfsbezoeken, bedrijfspractica, ... worden de colleges geëvalueerd door middel van een mondeling en/of schriftelijk examen. Het ondernemingsproject wordt enerzijds permanent geëvalueerd door de promotor (in samenspraak met de copromotor) en anderzijds door een team van juryleden op basis van de tekst, de presentatie en de verdediging van het project. De resultaten van zowel de permanente evaluatie als van de examens worden in rekening genomen voor de bepaling van het eindresultaat. Als gewichtsfactor wordt het aantal wekelijkse lestijden voor een bepaald vak genomen (20 punten per wekelijkse lestijd). Voor het ondernemingsproject van het derde studiejaar wordt een vast puntenaantal van 60 als maximale score in rekening genomen. Om te slagen voor een studiejaar moet de cursist ten minste 60% halen op het totaal aantal punten van het studiejaar. Cursisten die niet slagen voor de eerste examenzittijd worden verwezen naar de tweede examenzittijd met overdracht van het resultaat voor vakken waarop hij/zij minstens 12/20 scoort. Vakken met permanente evaluatie worden automatisch overgedragen naar de tweede examenzittijd tenzij de examencommissie anders beslist.
Leerplan graduaat Boekhouden
64