Onderdeelnr. 46526 Rev. B V1 9/01
35
Combinaties:
PS536
Enkele oven Dubbele oven (twee rekken) Driedubbele oven (drie rekken)
BEDIENINGS- EN INSTALLATIEHANDLEIDING voor ovens die worden uitgevoerd naar Europa
Enkele oven
Dubbele oven
Driedubbele oven
Nominale warmte-invoer, Gasovens
Aardgas 14,6 kW-uur. Propaan 13,2 kW-uur.
Aardgas 2 x 14,6 kW-uur. Propaan 2 x 13,2 kW-uur.
Aardgas 3 x 14,6 kW-uur. Propaan 3 x 13,2 kW-uur.
Nominale warmte-invoer, Elektrische ovens
17kW
2x17kW
3x17kW
1 geregelde verwarmingszone
2 geregelde verwarmingszones
3 geregelde verwarmingszones
Verwarmingszones
© 2001 Middleby Marshall, Inc. is een gedeponeerd handelsmerk van Middleby Marshall, Inc. Alle rechten voorbehouden. Middleby Cooking Systems Group 1400 Toastmaster Drive Elgin, IL 60120 +(847)741-3300 FAX +(847)741-4406
103
pagina 103
NEDERLANDS
Modellen:
side 69
PS536 Gas- en elektrische ovens
DANSK
pagina 1
ITALIANO
PS536 Gas en elektrisch Europa Italiaans/Grieks/Deens/ NEDERLANDS
ATTENTIE: Deze bedienings- en installatiehandleiding dient aan de gebruiker te worden overhandigd. De bediener van de oven moet bekend zijn met de functies en werking van de oven. Deze handleiding moet op een duidelijke, gemakkelijk bereikbare plaats nabij de oven worden gehouden. Gasovens zijn bestemd voor gebruik met OFWEL aardgas OF vloeibare propaangas, zoals vermeld op de serieplaat. Indien toegelaten door plaatselijke en nationale voorschriften kan de oven worden omgezet van aardgas naar propaangas of van propaangas naar aardgas. Deze omzetting wordt beschreven in het hoofdstuk Installatie in deze handleiding. Voor de omzetting is de installatie van de geschikte Middleby Marshall Gasconversiekit vereist. Het is aanbevolen om een servicecontract bij een erkend service-agent van Middleby Marshall te nemen.
WAARSCHUWING
HANG HET TELEFOONNUMMER VOOR NOODGEVALLEN VAN UW PLAATSELIJKE GASLEVERANCIER EN TE VOLGEN VOORSCHRIFTEN WANNEER U GAS RUIKT OP EEN DUIDELIJKE PLAATS. Voorschriften die dienen te worden opgevolgd in geval dat de gebruiker gas ruikt moeten worden verkregen via de plaatselijke gasleverancier. Indien u gas ruikt, bel dan onmiddellijk het telefoonnummer voor noodgevallen van uw plaatselijk gasbedrijf. Dit bedrijf heeft personeel en apparatuur beschikbaar om het probleem te verhelpen.
VOOR UW VEILIGHEID Bewaar of gebruik geen benzine of andere ontvlambare dampen of vloeistoffen in de nabijheid van dit of andere apparaten.
WAARSCHUWING:
Een onjuiste installatie, afstelling, wijziging, service of onderhoud kan materiële schade, letsel of de dood veroorzaken. Lees grondig de installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften voordat u deze apparatuur installeert of er onderhoud aan uitvoert.
NEDERLANDS
BELANGRIJK Een elektrisch aansluitschema voor de oven bevindt zich in het compartiment met onderdelen. BELANGRIJK Het is de verantwoordelijkheid van de klant om enige verborgen of niet verborgen schade te melden aan de vervoermaatschappij. Bewaar alle verzendingsmateriaal totdat het zeker is dat de apparatuur geen verborgen schade tijdens het vervoer heeft geleden. ATTENTIE: NEEM CONTACT OP MET EEN ERKENDE SERVICE-AGENT VAN MIDDLEBY MARSHALL OM ONDERHOUD EN REPARATIES UIT TE VOEREN. EEN LIJST VAN ERKENDE SERVICE-AGENTSCHAPPEN IS MEEGELEVERD BIJ UW OVEN. ATTENTIE: Het gebruik van andere dan originele, door Middleby Marshall vervaardigde onderdelen ontheft de fabrikant van alle garanties en aansprakelijkheid. ATTENTIE: Middleby Marshall (Fabrikant) behoudt zich het recht voor om de specificaties te allen tijde te wijzigen. ATTENTIE: De garantie voor de apparatuur is niet geldig tenzij de oven is geïnstalleerd, gestart en gedemonstreerd onder het toezicht van een door de fabriek gecertificeerde installateur.
Bewaar deze handleiding om in de toekomst te raadplegen Middleby Cooking Systems Group 1400 Toastmaster Drive Elgin, IL 60120 USA +(847)741-3300 FAX +(847)741-4406
Telefonische hulpdienst voor 24-uur service: 1-(800)-238-8444
www.middleby.com 104
INHOUDSOPGAVE pagina
pagina
HOOFDSTUK 1 - BESCHRIJVING ........................................ 106
V.
GASTOEVOER ...................................................... 119
I.
GEBRUIK VAN DE OVEN ..................................... 106
A.
Aansluiting ..................................................... 119
II.
ONDERDELEN VAN DE OVEN ............................ 106
B.
Klaarmaken voor gebruik met verscheidene gassen ........................................................... 120
Venster ........................................................... 106
B.
Uitvoerbak aanvoerband ............................... 106
C. Vervangen van de gasopeningen ................. 120 D. Controle van de gastoevoer (inlaat) druk ..... 121
C. Eyebrows ....................................................... 106
E.
D. Einddoppen ................................................... 106 E.
Bedieningspaneel ......................................... 106
F.
Toegangspaneel tot compartiment met onderdelen .................................................... 106
HOOFDSTUK 3 - WERKING ................................................. 123 I.
G. Serieplaat ...................................................... 106
III.
LOCATIE EN BESCHRIJVING VAN BEDIENINGSELEMENTEN ................................... 123
H. Aandrijfmotor aanvoerband .......................... 106
A.
BLOWER (VENTILATOR) (
I.
Kruimelbakken .............................................. 106
B.
J.
Aanvoerband .................................................. 106
) CONVEYOR (AANVOERBAND) ( schakelaar ..................................................... 123
K.
Verwarmingselementen ............................... 106
C. Snelheidsregelaar aanvoerband ................. 123
L.
Ventilators ...................................................... 106
D. RESET (
) schakelaar .. 123
) schakelaar ............................. 123
M. Luchtvingers .................................................. 106
E.
Digitale temperatuurregelaar ....................... 123
SPECIFICATIES VAN DE OVEN ........................... 106
F.
Veiligheidschakelaar toegangspaneel compartiment met onderdelen ..................... 123
A.
Afmetingen ..................................................... 106
B.
Algemene specificaties ................................ 106
II.
C. Elektrische specificaties voor elektrische ovens .............................................................. 107 III.
D. Elektrische specificaties voor gasovens ..... 107 E.
Gasopening en drukspecificaties ................ 107
I.
INSTALLATIEKIT ................................................... 109
II.
VENTILATIESYSTEEM .......................................... 110 A.
Vereisten ........................................................ 110
B.
Aanbevelingen ............................................... 110
B.
Opstapelen .................................................... 112
C. Installatie van aanvoerband .......................... 113
Aanvullende informatie - gasovens .............. 118
B.
Aanvullende informatie - elektrische ovens . 118
B.
Dagelijkse uitschakelprocedure .................. 125
BEKNOPTE SAMENVATTING: DIGITALE TEMPERATUURREGELAARS ............................. 126
I.
ONDERHOUD - DAGELIJKS ................................ 129
II.
ONDERHOUD - MAANDELIJKS ........................... 130
III.
ONDERHOUD - DRIEMAANDELIJKS .................. 130
V.
BELANGRIJKSTE RESERVEONDERDELEN ..... 134
HOOFDSTUK 5 - ELEKTRISCHE AANSLUITSCHEMA'S ..... 135
IV. STROOMTOEVOER .............................................. 118 A.
Dagelijkse startprocedure ............................ 124
IV. ONDERHOUD - HALFJAARLIJKS ........................ 134
MONTAGE ............................................................. 111 Montage van basisplatform .......................... 111
A.
HOOFDSTUK 4 - ONDERHOUD ........................................... 129
C. Andere opmerkingen m.b.t. ventilatie ........... 110
A.
NORMALE WERKING, STAP-VOOR-STAP .......... 124
IV. BEKNOPTE SAMENVATTING: PROBLEMEN OPLOSSEN ........................................................... 128
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE ........................................... 108
III.
Afstellen van de druk en warmte-invoer aan de opening (verdeelstuk) ................................... 121
C. Aansluiting ..................................................... 118 105
I.
AANSLUITSCHEMA, PS536 ELEKTRISCHE OVEN, 380V, 50 Hz, 3 Ph ................................................. 135
II.
AANSLUITSCHEMA, PS536 GASOVEN, 220-230V, 50 Hz, 1 Ph .......................................... 136
NEDERLANDS
A.
HOOFDSTUK 1 - BESCHRIJVING I.
Niet afgebeeld:
GEBRUIK VAN OVEN PS536 ovens kunnen worden gebruikt om een uitgebreide reeks voedselproducten, zoals pizza, pizza-producten, koekjes, sandwiches en andere producten te bakken en/of te koken.
II. ONDERDELEN VAN DE OVEN - zie afbeelding 1-1. A.
Venster (op ovens waarop dit voorzien is): Laat de gebruiker de voedselproducten in de bakkamer bekijken en bereiken.
B.
Uitvoerbak aanvoerband: Voorkomt dat voedselproducten van het uiteinde van de bewegende aanvoerband vallen.
C.
Eyebrows (op ovens waarop dit voorzien is): Kunnen op verschillende hoogte worden gesteld om warmteverlies te voorkomen.
D.
Einddoppen: Bieden toegang aan de binnenkant van de oven.
E.
Bedieningspaneel: Locatie van de bedieningselementen voor de oven. Raadpleeg hoofdstuk 3, Werking, voor details.
F.
Toegangspaneel voor compartiment met onderdelen: Biedt toegang aan de binnenste onderdelen van de oven. Er bevinden zich geen onderdelen in het compartiment die door de gebruiker kunnen worden gerepareerd.
G.
Serieplaat: Biedt specificaties voor de oven die betrekking hebben op de installatie en werking. Raadpleeg hoofdstuk 2, Installatie, voor details.
H.
Aandrijfmotor aanvoerband: Beweegt de aanvoerband.
I.
Kruimelbakken: Vangen kruimels en ander materiaal op dat door de aanvoerband valt. Aan beide uiteinden van de aanvoerband bevindt zich een kruimelbak.
J.
Aanvoerband: Verplaatst het voedselproduct door de oven.
III. SPECIFICATIES VAN DE OVEN Tabel 1-1: Afmetingen Inbouwhoogte:
NEDERLANDS
Totale lengte:
Gasbrander (gasovens) of verwarmingselementen (elektrische ovens): Verwarmen de lucht die dan door de ventilators naar de luchtvingers wordt gestuwd.
L.
Ventilators: Ventilators die warme lucht van de brander of verwarmingselementen naar de luchtvingers stuwen.
M. Luchtvingers: voedselproduct.
B
Stuwen warme luchtstromen op het
Afb. 1-1 - Onderdelen van de oven
C
D
F
E
G
A H J
I
Ovens met Ovens met Ovens met Ovens met 1422 mm lange 1524mm lange 1524mm lange 1930mm lange Type 1 aanvoerband* Type 1 Type 2 Type 2 aanvoerband* (volgens specificaties aanvoerband* aanvoerband* (volgens specificaties van klant) (standaard) (standaard) van klant)
enkele oven met standaard poten 446 mm
1105 mm
1105 mm
1105 mm
--
enkele oven met aangepaste poten 597mm
--
1256 mm
1256 mm
--
dubbele oven met standaard poten 446 mm
1549 mm
1549 mm
1549 mm
--
--
1624 mm
1624 mm
1624 mm
dubbele oven met aangepaste poten 521 mm Totale diepte:
K.
driedubbele oven met standaard poten 152 mm 1702 mm
1702 mm
1702 mm
--
zonder optioneel voorste venster
1010 mm
1010 mm
1010 mm
1010 mm
met optioneel voorste venster
1092 mm
1092 mm
1092mm
1092 mm
zonder uitvoerbak geïnstalleerd
1422 mm
1524 mm
1537 mm
1943 mm
--
1734 mm
1734 mm
2140 mm
met uitvoerbak geïnstalleerd Lengte van bakkamer Breedte van aanvoerband:
< - - - - - - - - - - - - - - - - - - 914 mm - - - - - - - - - - - - - > Enkele band
< - - - - - - - - - - - - - - - - - - 508 mm - - - - - - - - - - - - - >
Gescheiden band Lengte van aanvoerband
< - - - - - - - - - - - - - - - - - 2 x 241 mm - - - - - - - - - - - - > 1422 mm
Aanbevolen minimum tussenruimte: Achterzijde van oven tot muur
1524 mm
1524 mm
1930 mm
< - - - - - - - - - - - - - - - - - - 76 mm - - - - - - - - - - - - - - >
Bedieningszijde van aanvoerband tot muur
<----------------
Niet-bedieningszijde van aanvoerband tot muur
< - - - - - - - - - - - - - - - - - - 76 mm
457 mm - - - - - - - - - - -- - - > -------------->
* Raadpleeg afbeelding 2-9 en 2-10 in het hoofdstuk Installatie voor illustraties van Type 1 en Type 2 aanvoerbanden.
Tabel 1-2: Algemene specificaties (per ovenholte) Gewicht
182kg
Nominale warmte-invoer: Gasovens, aardgas
14,6 kW-uur.
Gasovens, propaan
13,2 kW-uur.
Elektrische ovens
17kW
Bedrijfstemperatuur Opwarmingstijd
93-316°C 106
25 minuten
HOOFDSTUK 1 - BESCHRIJVING
Tabel 1-3: Elektrische specificaties voor elektrische ovens (per ovenholte) Voltage Voltage hoofdventilator controlecircuit 230V
120V aanvoerband snelheidsregelaar, aandrijfmotor, contactgever en temp. regelaar; alle andere 230V
Fase
Freq.
Stroomstoot
kWwaarde
Polen
Draden
3 Ph
50 Hz
25A
17,0 kW aan 380V
4 polen
5 draden (3 hitte, 1 neutraal, 1 aarding)
BELANGRIJK: Aanvullende elektrische informatie treft u aan op de serieplaat van de oven en op het aansluitschema in het compartiment met onderdelen. LET OP: De stroomstoot in de tabel is een gemiddelde waarde voor normale werking. De aanvankelijke ampèrage bij het opstarten van de oven kan hoger zijn dan de vermelde waarde.
Tabel 1-4: Elektrische specificaties voor gasovens (per ovenholte) Voltage hoofdventilator 220-230V
Voltage controlecircuit 120V aanvoerband snelheidsregelaar (met transformator);alle andere controlecircuits 230V
Fase
Freq.
Stroomstoot (gem.) *
Polen
Draden
1 Ph
50Hz
4,0-4,6A *
2 polen
3 draden (1 hitte, 1 neutraal, 1 aarding)
BELANGRIJK: Aanvullende elektrische informatie treft u aan op de serieplaat van de oven en op het aansluitschema in het compartiment met onderdelen. LET OP: De stroomstoot in de tabel is een gemiddelde waarde voor normale werking. De aanvankelijke ampèrage bij het opstarten van de oven kan hoger zijn dan de vermelde waarde.
Tabel 1-5: Gasopening- en drukspecificaties (per ovenholte) Toevoer (inlaat) druk
G20
2,3749 mm
G25 G30
Gastype
SE,CH,AT,DK, FI,DE,NL I3B/P
BE,IE,IT,PT, Opening Nominale ES,GB (verdeelstuk) warmteI3+ druk invoer
NL I2L
DE I2E
BE,FR I2E+
20 mbar
--
20 mbar
20 mbar
--
--
11,21 mbar
14,6 kW-uur.
2,3749 mm
--
25 mbar
--
--
--
--
16,19 mbar
14,6 kW-uur.
2,3749 mm
--
--
--
--
29 of 50 mbar
28, 30, 37, of 50 mbar
26,15 mbar
13,2 kW-uur.
107
NEDERLANDS
Diameter hoofdopening
IT,PT,ES,SE, UK,CH,IT,AT, DK,FI,GB I2H
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE WAARSCHUWING - Doe het volgende voor gasovens, na elke omzetting, aanpassing of service
aan de oven: Voer een gaslektest uit. Controleer of er voldoende luchttoevoer is. Controleer of ER verbranding en gastoevoer is. Controleer of het ventilatiesysteem werkt.
WAARSCHUWING
Controleer voor elektrische ovens, na elke omzetting, aanpassing of service aan de oven of het ventilatiesysteem (indien voorzien) werkt.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat er zich geen brandbaar materiaal nabij de apparatuur bevindt.
WAARSCHUWING
De oven moet geïnstalleerd zijn op een vlakke (horizontale), niet-ontvlambare vloer en alle omliggende muren moeten niet-ontvlambaar zijn. Aanbevolen minimum tussenruimte is gespecificeerd in het hoofdstuk Beschrijving in deze handleiding.
WAARSCHUWING
De stroom van verbrande of geventileerde lucht naar en van uw oven niet blokkeren. Er mogen zich geen obstakels rond of onder de oven bevinden. Structurele wijzigingen in de ruimte waar de oven geïnstalleerd is mogen geen invloed op de luchttoevoer naar de oven hebben.
LET OP
Voor aanvullende informatie over installatie, neem contact op met een plaatselijke bevoegde service-agent.
NEDERLANDS
OPMERKING
Er moet voldoende tussenruimte zijn tussen de oven en brandbare constructies. Er moet tevens tussenruimte voorzien zijn voor onderhoud en een juiste bediening.
OPMERKING
Er bevindt zich een elektrisch aansluitschema voor de oven in het compartiment met onderdelen.
OPMERKING
Er zijn vier rolwieltjes voorzien om de oven gemakkelijker te verplaatsen naar de plaats van installatie. Deze rolwieltjes zijn bedoeld om alleen de verplaatsing vóór de installatie te vergemakkelijken en zijn NIET geschikt voor gebruik als onderdeel van de oveninstallatie. Tijdens de installatieprocedure MOETEN de rolwieltjes worden verwijderd zodat de oven kan worden ondersteund door de geleverde, afstelbare poten van 152 mm.
OPMERKING
Alle aspecten van de oveninstallatie, waaronder de plaatsing, aansluitingen voor water/gas/elektriciteit en ventilatie-vereisten, moeten voldoen aan de toepasselijke plaatselijke, nationale of internationale voorschriften. Deze voorschriften krijgen voorrang op de vereisten en richtlijnen in deze handleiding.
108
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
Afbeelding 2-1 - Installatiekit
3
7 1
2 8a
8b
13 12 11 6
17
9
16 10
5 4
15
1
INSTALLATIEKIT - zie afbeelding 2-1
Item
Aantal Enkele oven
Aantal Dubbele oven
Aantal Driedubbele oven
Onderdeelnr.
1 2 3 4 5 6 7 8a 8b 8c 8b 9 10
1 2 2 ---1 4 4 4 -4 4
2 2 2 1 1 4 1 4 -4 -4 4
3 2 2 2 2 8 1 ---4 4 4
42882 220352 3A80A8801 44837 44918 4111A8815 42893 42890 45329 45360 44799 22450-0028 22290-0010
11 12 13 14
32 32 32 1
32 32 32 1
32 32 32 1
220373 21416-0001 21422-0001 46526
15 16
1 1
1 2
1 3
1002040 22361-0001
Optionele onderdelen (afzonderlijk verkrijgbaar): 17 1 1 1 46393
Beschrijving Bovenpaneel Schroef, cilinderkop #10 x 1" (bovenpaneel - voorzijde) Schroef, cilinderkop #10 x 2" (bovenpaneel - achterzijde) Stapelpaneel Isolatie, stapelpaneel, voorgesneden Schroef, zeskantkop #10-32 x 1/2" (stapelpanelen) Basisplatform 445mm verlengstuk voor poten (standaard), voor enkele en dubbele ovens 597mm verlengstuk voor poten (aangepast), voor enkele ovens 521mm verlengstuk voor poten ( aangepast), voor enkele en dubbele ovens 152mm verlengstuk voor poten (standaard), voor driedubbele ovens Poot, regelbaar, 152 mm Rolwiel, met platte plaat (geen rem) OPMERKING: Deze rolwieltjes zijn voorzien om de oven gemakkelijker te verplaatsen naar de plaats van installatie en zijn NIET geschikt voor gebruik als onderdeel van de oveninstallatie. Raadpleeg de opmerking op de vorige pagina. Zeskantbout, 3/8 inch -16 x 1 inch Platte sluitring, 3/8 inch Sluitring, 3/8 inch Bedieningshandleiding, PS536 gas- en elektrische ovens (modellen voor export naar Europa), Italiaans/Grieks/Deens/Nederlands Overzicht van Middleby Marshall bevoegde service-agentschappen Gasslang (alleen bij gasovens) Onderste schap 109
NEDERLANDS
I.
14
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
B.
II. VENTILATIESYSTEEM
BELANGRIJK
Indien de nationale of plaatselijke voorschriften de installatie van brandbestrijdingsapparatuur of andere aanvullende apparatuur vereisen, mag u de apparatuur NIET rechtstreeks aan de oven monteren. HET MONTEREN VAN DERGELIJKE
De snelheid van de luchtstroom die wordt uitgestoten door het ventilatiesysteem kan verschillen naargelang de configuratie van de oven en het ontwerp van de kap. Raadpleeg de fabrikant van de kap of ventilatiespecialist voor deze specificaties. Om negatieve druk in de keuken te vermijden moet de retourlucht worden teruggebracht om de lucht die werd uitgestoten aan te vullen. Een negatieve druk in de keuken kan warmteproblemen veroorzaken voor de ovenonderdelen alsof er helemaal geen ventilatie was. De beste methode om retourlucht te voorzien is via het verwarmings-, ventilatie- en airconditioningsysteem (HVAC). De temperatuur van de lucht kan via het HVAC-systeem worden geregeld voor zomer en winter. De retourlucht kan ook rechtstreeks van buiten het gebouw worden binnengebracht, maar extreme seizoengebonden warme en koude temperaturen van buiten kunnen nadelige gevolgen veroorzaken.
APPARATUUR AAN DE OVEN KAN: CERTIFICATIES VAN HET AGENTSCHAP ANNULEREN SERVICE-TOEGANG BEPERKEN LEIDEN TOT HOGERE SERVICEKOSTEN VOOR DE EIGENAAR A.
Aanbevelingen
MERK OP DAT DE IN AFBEELDING 2-2 GETOONDE AFMETINGEN VOOR DE KAP SLECHTS AANBEVELINGEN ZIJN. PLAATSELIJKE, NATIONALE EN INTERNATIONALE VOORSCHRIFTEN MOETEN WORDEN OPGEVOLGD BIJ HET INSTALLEREN VAN HET VENTILATIESYSTEEM. ALLE TOEPASSELIJKE VOORSCHRIFTEN KRIJGEN VOORRANG OP DE AANBEVELINGEN IN DEZE HANDLEIDING.
OPMERKING: De retourlucht van het mechanisch aangedreven systeem mag niet blazen aan de opening van de bakkamer. Dit zal resulteren in een slechte werking van de bakfunctie van de oven.
Vereisten
LET OP Gasoveninstallaties VEREISEN een mechanisch aangedreven ventilatiesysteem met een elektrisch detectiesysteem voor uitlaatlucht. Een mechanisch aangedreven ventilatiesysteem is STERK AANBEVOLEN voor elektrische oveninstallaties. HET IS DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE EIGENAAR OM DE OVEN GOED TE VENTILEREN.
NEDERLANDS
C.
Andere opmerkingen m.b.t. ventilatie Speciale locaties, condities of problemen kunnen de diensten van een ventilatiespecialist vereisen.
Onvoldoende ventilatie kan de werking van de oven hinderen.
Het wordt aanbevolen om het ventilatie- en kanaalsysteem op courante intervallen te laten controleren zoals gespecificeerd door de fabrikant van de kap en/of HVACtechnicus of -specialist.
Afb. 2-2 - Ventilatiesysteem 305mm minimum
305mm minimum
203mm minimum
25mm minimum 51mm minimum
110
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
III. MONTAGE
2.
3.
4. 5.
Afbeelding 2-3 - Installatie van verlengstuk en rolwieltjes
Montage van basisplatform Installeer de vier verlengstukken van de poten op het basisplatform met de 3/8 inch-16x1 inch schroeven, 3/8 inch platte sluitringen en 3/8 inch sluitringen geleverd in de basisplatformkit. Zie Afbeelding 2-3. Zorg ervoor dat de afgewerkte kant van elk verlengstuk naar BUITEN is gericht. Plaats indien gewenst de optionele onderste schap zoals afgebeeld in afbeelding 2-3. Zorg ervoor dat de rand van de schap naar BENEDEN is gericht. De schap is afzonderlijk verkrijgbaar en is NIET inbegrepen in de installatiekit. De installatiekit bevat vier rolwieltjes EN vier regelbare poten (152 mm). De rolwieltjes zijn voorzien om de oven gemakkelijker te verplaatsen naar de plaats van installatie en zijn NIET geschikt voor gebruik als onderdeel van de oveninstallatie. Raadpleeg de opmerking aan het begin van dit hoofdstuk. Indien de oven zich reeds op de plaats van installatie bevindt, installeert u een regelbare poot in de middelste opening van elk verlengstuk, zoals getoond in afbeelding 2-4. Indien de oven naar de plaats van installatie moet worden verplaatst, installeer dan TIJDELIJK de rolwieltjes met de resterende 3/8 inch -16x1 inch schroeven, 3/8 inch platte sluitringen en 3/8 inch sluitringen. Verplaats de oven naar zijn vaste locatie en verwijder de rolwieltjes. Installeer vervolgens de regelbare poten (152 mm) zoals beschreven in de vorige stap. De schroefbouten op de regelbare poten gaan door de onderste schap in de verlengstukken. Hierdoor wordt de onderste schap stevig op zijn plaats gehouden. Installeer de onderste ovenholte op het basisplatform. Zie afbeelding 2-4. Installeer UITSLUITEND bij enkele ovens het bovenpaneel met de schroeven in de basisplatformkit zoals getoond in afbeelding 2-5. Ga vervolgens naar Deel C, Installatie van aanvoerband. Ga voor dubbele of driedubbele ovens naar Deel B, Stapelen. Merk op dat het bovenpaneel NIET mag worden geïnstalleerd voor dubbele en driedubbele ovens totdat de ovenholtes zijn gestapeld. Afbeelding 2-4 - Installatie van basisplatform
Afgewerkte zijden van verlengstuk zijn gericht naar hoek van basisplatform
Sluitring, 3/8 inch
Zeskantbout, 3/8 inch -16 x 1 inch
Onderste schap
Regelbare poot (152 mm) MOET worden gebruikt voor installatie
Afbeelding 2-5 - Installatie van bovenpaneel OPMERKING: Installeer het bovenpaneel NIET op de dubbele of driedubbele ovens totdat de ovenholtes zijn gestapeld. Zie Deel B, Stapelen. #10 x 2 inch schroeven bevestigen achterzijde van bovenpaneel
Onderste ovenholte
#10 x 1 inch schroeven bevestigen voorzijde van bovenpaneel
Gemonteerd basisplatform
111
Platte sluitring, 3/8 inch
Bovenpaneel
NEDERLANDS
A. 1.
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
B.
Stapelen
Afbeelding 2-6 - Monteren van de stapelafstandstukken
Ga voor enkele ovens naar Deel C, Installatie van aanvoerband.
#10-32 x 1/2 inch zeskantschroeven
BELANGRIJK Middleby Marshall BEVEELT TEN STERKSTE AAN dat PS536 ovenholtes met het volgende worden gestapeld:
38 mm-dikke isolatie, voorgesneden
PS500-reeks stapelliftkit, onderdeelnr. 30580 PS536 stapelgereedschapskit, onderdeelnr. XXXXX
Neem contact op met uw Middleby Marshall bevoegd serviceagent voor volledige stapelinstructies. 1.
Monteer de stapelafstandstuk(ken) zoals getoond in afbeelding 2-6. Een afstandstuk is voorzien voor een dubbele oven en twee voor een driedubbele oven.
2.
Plaats een van de gemonteerde afstandstukken boven de onderste ovenholte en zorg ervoor dat de isolatie omhoog is gericht.
3.
Plaats een ovenholte boven het afstandstuk. Zorg ervoor dat alle vier zijden van het afstandstuk de basis van de oven overlappen en dat de oven zich horizontaal bevindt en stevig vastzit. Zie afbeelding 2-7.
4.
Herhaal voor driedubbele ovens stap 2 en 3 om de bovenste ovenholte te installeren.
5.
Installeer het bovenpaneel met de schroeven geleverd in de basisplatformkit zoals getoond in afbeelding 2-8.
Stapelpaneel, onderdeelnr. 44837 Bovenpaneel, onderdeelnr. 42882
Afbeelding 2-7 - Stapelen
Afbeelding 2-8 - Installatie van bovenpaneel #10 x 2 inch schroeven bevestigen achterzijde van bovenpaneel #10 x 1 inch schroeven bevestigen voorzijde van bovenpaneel
NEDERLANDS
Gemonteerd afstandstuk Isolatie naar omhoog gericht
112
Bovenpaneel
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
Installatie van aanvoerband
Het is mogelijk dat PS536 ovens twee verschillende ontwerpen hebben voor de aanvoerband. Beide ontwerpen zijn verkrijgbaar in configuraties met enkele band en gescheiden band. Raadpleeg afbeelding 2-9 en 2-10 om te bepalen welke aanvoerband werd verstuurd bij uw oven.
Indien uw oven het Type 1 aanvoerband heeft, ga dan naar Stap 1 in dit hoofdstuk, "Installatie van type 1 aanvoerband".
Indien uw oven het Type 2 aanvoerband heeft, ga dan naar Stap 2 in dit hoofdstuk, "Installatie van type 2 aanvoerband".
Afbeelding 2-9 - Identificatie van de type 1 aanvoerband Pennen op frame passen in sleuven op beugel
Spanschroeven (2 per zijde)
Bepaalde aanvoerbanden KUNNEN uitgerust zijn met externe lagers op de aandrijfas Frame van aanvoerband vervaardigd uit rechthoekige stalen delen
Afbeelding 2-10 - Identificatie van de type 2 aanvoerband Stelschroeven voor spanning (2) aan leirol van aanvoerband Scharnierplaten in het midden van frame van aanvoerband
Frame van aanvoerband vervaardigd uit roestvrijstaal C-profiel
113
NEDERLANDS
C.
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
1.
Installatie van type 1 aanvoerband a.
Vouw het frame van de aanvoerband open zodat het plat op de vloer ligt. Terwijl u het frame openvouwt, controleert u of de in afbeelding 2-11 getoonde richtpennen in de sleuven op de beugel vastklemmen.
b.
Raadpleeg afbeelding 2-11. Let op de locatie van de vier spanschroeven (2 per zijde) in de sleufgaten op de beugels. Maak deze schroeven los om de aanvoerband goed aan te spannen.
c.
Hef de aanvoerband uit het frame zoals getoond in afbeelding 2-11 om de bandspanning te controleren. U dient de band tussen 25 en 50 mm te kunnen opheffen.
Afbeelding 2-11 - Monteren en opspannen van de aanvoerband
Gevouwen frame
Pennen op frame passen in sleuven op beugel
Indien het noodzakelijk is om de bandspanning te regelen, duwt u de twee delen van het frame van de aanvoerband voorzichtig samen of van elkaar, zoals vereist. Controleer vervolgens de spanning van de aanvoerband opnieuw. Herhaal deze stap totdat de juiste bandspanning is verkregen. d.
Wanneer de bandspanning goed is afgesteld, draait u de twee spanschroeven aan elke zijde van het frame vast. Hierdoor worden de twee delen van het frame samengebracht op de juiste bandspanning.
e.
Indien het nodig is om schakels uit de aanvoerband te nemen of eraan toe te voegen om de juiste spanning te verkrijgen, OF indien het nodig is om de aanvoerband om te keren voor een juiste oriëntatie, zal de band van het frame moeten worden genomen. Voer de volgende procedure uit indien dit nodig is:
NEDERLANDS
f.
g.
Verwijder de hoofdschakels met de langbektang. Rol vervolgens de band op langs de lengte van het frame.
Voeg schakels toe of verwijder schakels om de juiste bandspanning te verkrijgen.
Plaats de band terug op het frame. Controleer of de schakels van de aanvoerband zijn gericht zoals getoond op afbeelding 2-12 en dat de gladde zijde van de aanvoerband naar OMHOOG is gericht.
Spanschroeven in sleufgaten (2 per zijde)
Verbind de binnenste hoofdschakels. Controleer of de schakels zijn gericht zoals getoond in afbeelding 2-12. Verbind de buitenste hoofdschakels. Merk op dat de buitenste hoofdschakels elk een open haak aan een zijde hebben. Deze haak ligt op één lijn met de haken langs de zijden van de andere schakels van de aanvoerband. Zie afbeelding 2-12.
25 - 50 mm verticale deflectie
Indien de spanschroeven loszitten, kunnen de delen van het frame worden verplaatst om de bandspanning te regelen
Afbeelding 2-12 - Oriëntatie van de aanvoerband en hoofdschakels Looprichting
CORRECTE positie van hoofdschakel
Incorrecte positie van hoofdschakel
114
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
Hef de aanvoerband op en plaats hem in de oven. De Afbeelding 2-13 - Plaatsing van aanvoerband aanvoerband kan alleen worden geïnstalleerd aan het uiteinde van de oven met de aandrijfmotor. i. Ga verder met het plaatsen van de aanvoerband in de oven totdat het frame goed is geplaatst. De binnenste steunen voor de kruimelbakken moeten stevig tegen de onderste einddoppen rusten, zoals getoond in Steunbeugel afbeelding 2-13. van kruimelbak j. Als de aanvoerband goed geplaatst is, controleert u of de aanvoerband vrij kan bewegen door er 60 tot 90 cm Einddop aan te trekken met uw vingers. De aanvoerband moet vrij bewegen. k. Installeer de aandrijfketting tussen het aandrijfkettingwiel van de aanvoerband en het kettingwiel van de motor. Om de ketting te installeren Afbeelding 2-14 - Kruimelbakken moet het aandrijfeinde van de aanvoerband lichtjes worden opgetild. Kruimelbakken MET l. Installeer de kap van de aandrijfmotor van de openingen (indien oven aanvoerband zoals getoond in afbeelding 2-15. hiermee is uitgerust) - alle bovenste ovens m. Sommige ovens worden geleverd met ZOWEL geperforeerde ALS vaste kruimelbakken, zoals getoond in afbeelding 2-14. Voor deze ovens moeten de vaste kruimelbakken worden gebruikt voor de onderste (of een enkele) oven, terwijl de geperforeerde bakken moeten worden gebruikt voor alle bovenste ovens. Installeer de kruimelbakken zoals getoond in afbeelding 2-15. Plaats eerst de binnenste rand van elke bak op de steunbeugel. Haak dan de buitenste rand van de bak over het uiteinde van het frame van de Kruimelbakken aanvoerband. ZONDER openingen n. Druk de uitvoerlade van de aanvoerband over de rand alleen voor onderste van het frame van de aanvoerband aan de uitvoerkant oven van de oven. Zie afbeelding 2-15. Ga vervolgens naar Hoofdstuk V, Stroomtoevoer. Afbeelding 2-15 - Definitieve montage Druk de uitvoerlade van de aanvoerband omlaag over het uiteinde van de aanvoerband
Plaats de kettingbescherming over het kettingwiel van de aanvoerband
Kruimelbakken
1. Plaats de binnenste rand op de steunbeugel
115
2. Haak de buitenste rand over het frame van de aanvoerband
NEDERLANDS
h.
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
2.
Installatie van type 2 aanvoerband a.
Afbeelding 2-16 - Installatie van aanvoerband
Vouw de aanvoerband gedeeltelijk open zoals getoond in afbeelding 2-16. Schuif vervolgens de aanvoerband in het uiteinde van de oven. De aanvoerband kan alleen worden geïnstalleerd aan het uiteinde van de oven met de aandrijfmotor.
b.
Schuif de aanvoerband in de oven door totdat het frame gelijk uit beide zijden van de oven steekt. Controleer of de steunen van de kruimelbakken aan de onderzijde van het frame van de aanvoerband stevig tegen de onderste einddoppen zitten, zoals getoond in afbeelding 2-16.
c.
Als de aanvoerband goed geplaatst is, controleer of de aanvoerband vrij kan bewegen door er 75 - 100 cm aan te trekken met uw vingers. De aandrijfassen en tussenassen moeten vlot draaien en de band moet zich vrij kunnen bewegen zonder te schuren langs de binnenkant van de oven.
d.
Controleer de spanning van de aanvoerband zoals getoond in afbeelding 2-17. De band moet ongeveer 25 mm kunnen worden opgetild. DE AANVOERBAND NIET TE HARD AANSPANNEN.
Gevouwen frame
OPMERKING: Indien vereist kan de spanning van de band worden geregeld door aan de stelschroeven van de aanvoerband aan de leirol van de aanvoerband (nietbedieningszijde) te draaien. Zie afbeelding 2-18.
Afbeelding 2-18 - Spanning van aanvoerband
Afbeelding 2-17 - Plaatsing van aanvoerband
NEDERLANDS
Steunbeugel van kruimelbak
Einddop
Aanvoerband in oven geplaatst
25 mm verticale deflectie
Stelschroeven (2) aan leirol van aanvoerband
116
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
Indien het nodig is om schakels uit de aanvoerband te nemen of eraan toe te voegen om de juiste spanning te verkrijgen, OF indien het nodig is om de aanvoerband om te keren voor een juiste oriëntatie, zal de band van het frame moeten worden genomen. Voer de volgende procedure uit indien dit nodig is:
Verwijder de aanvoerband uit de oven en plaats hem plat op de vloer.
Verwijder de hoofdschakels met de langbektang. Rol vervolgens de band op langs de lengte van het frame.
Voeg schakels toe of verwijder schakels om de juiste bandspanning te verkrijgen.
Plaats de band terug op het frame. Controleer of de schakels van de aanvoerband zijn gericht zoals getoond op afbeelding 2-19 en dat de gladde zijde van de aanvoerband naar OMHOOG is gericht.
f.
Installeer de aandrijfketting tussen het aandrijfkettingwiel van de aanvoerband en het kettingwiel van de motor. Om de ketting te installeren moet het aandrijfeinde van de aanvoerband lichtjes worden opgetild.
Afbeelding 2-19 - Oriëntatie van de aanvoerband en hoofdschakels Looprichting
CORRECTE positie van hoofdschakel
Incorrecte positie van hoofdschakel
Verbind de binnenste hoofdschakels. Controleer of de schakels zijn gericht zoals getoond in afbeelding 2-19. Verbind de buitenste hoofdschakels. Merk op dat de buitenste hoofdschakels elk een open haak aan een zijde hebben. Deze haak ligt op één lijn met de haken langs de zijden van de andere schakels van de aanvoerband. Zie afbeelding 2-19.
g.
Installeer de kettingbescherming van de aanvoerband zoals getoond in afbeelding 2-20. Controleer of de kettingbescherming niet vastzit op het kettingwiel van de aanvoerband of de aandrijfas.
h.
Schuif de kruimelbakken op hun plaats zoals getoond in afbeelding 2-20.
i.
Druk de uitvoerlade van de aanvoerband over de rand van het frame van de aanvoerband aan de uitvoerkant van de oven. Zie afbeelding 2-20. Ga naar Hoofdstuk V, Stroomtoevoer.
Plaats de aanvoerband in de oven.
Afbeelding 2-20 - Definitieve montage
Druk de uitvoerlade van de aanvoerband omlaag over het uiteinde van de aanvoerband
Plaats de kettingbescherming over het kettingwiel van de aanvoerband
Schuif de kruimelbakken op hun plaats via de voorzijde van de oven
De kruimelbakken liggen in de steunrails onder de aanvoerband
117
NEDERLANDS
e.
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
IV. STROOMTOEVOER
A.
WAARSCHUWING De aansluitingen voor het ventilatiesysteem, stroomtoevoer en gastoevoer worden normaal uitgevoerd door door de leverancier bevoegd personeel, zoals geregeld door de klant. Na deze aansluitingen kan de door de fabriek bevoegde installateur de oven voor het eerst opstarten.
Alle stroomverbindingen worden gedaan via de elektrische aansluitdoos achteraan de oven, getoond in afbeelding 2-21. De stroomleidingen worden vervolgens verbonden met de ovencircuits via veiligheidsschakelaars die zich in het compartiment met onderdelen en elk compartiment van de ventilatormotor bevinden. Deze schakelaars onderbreken de stroom naar de oven wanneer het toegangspaneel tot het compartiment met onderdelen wordt geopend OF wanneer een van de ventilators of achterste versterkingen wordt verwijderd.
OPMERKING: Alle aspecten van de stroomaansluiting moeten voldoen aan de huidige IEC/CEE-vereisten en aan alle toepasselijke plaatselijke, nationale en internationale voorschriften. Controleer de serieplaat van de oven voordat u de stroom aansluit. De stroomaansluitingen moeten overeenkomen met de gegevens op de serieplaat van de oven. De locatie van de serieplaat is getoond in afbeelding 1-1 (in Hoofdstuk 1, Beschrijving). Een van zekeringen voorziene stroomonderbreker of een hoofdstroomonderbreker (door de klant voorzien) MOET geïnstalleerd zijn in de stroomtoevoerleiding voor elke ovenholte. De stroomonderbreker moet minimaal 3 mm contactseparatie hebben waarbij alle polen van de toevoer worden onderbroken. Het is aanbevolen dat deze stroomonderbreker kan worden vergrendeld/gemerkt. De stroomgeleiders moeten vervaardigd zijn uit koperdraad met een weerstand van 90 °C. Aanvullende bedradingsinformatie treft u aan in de aansluitschema's in Hoofdstuk 5, Elektrische aansluitschema's en in het compartiment met onderdelen.
NEDERLANDS
De oven vereist een aardverbinding naar de aardingschroef van de oven die zich in de aansluitdoos bevindt. (De doos wordt getoond in afbeelding 2-21.) De aardverbinding moet voldoen aan de huidige IEC/CEE-vereisten en aan alle plaatselijke, nationale en internationale voorschriften. Laat indien nodig de elektricien de aarddraad leveren. De bedradingsbuis of andere buis NIET gebruiken voor aardverbindingen!
B.
Aanvullende informatie - gasovens
Aanvullende informatie - elektrische ovens
Een opening met een diameter van 33 mm in de achterste wand van het compartiment met onderdelen biedt toegang tot de stroomaansluitingen. De eigenlijke bedradingsaansluitingen worden gedaan op het klemmenblok in de elektrische aansluitdoos. Zie afbeelding 2-21. Bij gebruik van flexibele kabels voor stroomgeleiders is een snoerontlastingsfitting van 33 mm vereist (niet geleverd bij de oven) voor een veilige toegang tot het klemmenblok. C.
Aansluiting
Raadpleeg het aansluitschema in het compartiment met onderdelen of in Hoofdstuk 5 van deze handleiding om de juiste aansluitingen voor de stroomleidingen te bepalen. Sluit de stroom aan zoals aangegeven op het aansluitschema. Indien vereist door nationale of plaatselijke voorschriften dient u een equipotentiaalaarddraad aan te sluiten op het aansluitpunt naast het
-symbool (getoond in afbeelding
2-21). De equipotentiaalaardverbinding moet voldoen aan alle toepasselijke nationale en plaatselijke voorschriften.
Afbeelding 2-21 - Locatie van aansluitingen voor elektriciteit Elektrische aansluitdoos
Opening van 33 mm voor aansluiting van elektriciteit
Aansluitpunt voor equipotentiaalaarding
118
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
V. GASTOEVOER TIJDENS HET TESTEN VAN DE DRUK DIENT U TE LETTEN OP HETVOLGENDE:
3. Indien de binnenkomende druk hoger is dan 50 mbar, MOET een afzonderlijke regelaar worden geïnstalleerd in de leiding VOOR de individuele afsluitklep van de oven.
1. De oven en de individuele afsluitklep moeten worden losgekoppeld van het gastoevoerpijpsysteem tijdens een druktest van dat systeem aan een testdruk die hoger is dan 3,45 kPa.
WAARSCHUWING: Om schade te voorkomen aan de controleklepregelaar tijdens het initieel inschakelen van het gas is het zeer belangrijk om de handmatige afsluitklep zeer traag te openen.
2. De oven moet worden afgezonderd van het gastoevoerpijpsysteem door de individuele handmatige afsluitklep te sluiten tijdens een druktest van het gastoevoerpijpsysteem aan een testdruk die lager of gelijk is aan 3,45 kPa.
Na het initieel inschakelen van het gas moet de handmatige afsluitklep open blijven, uitgezonderd tijdens de druktest zoals beschreven in de bovenvermelde stappen of wanneer dit nodig is tijdens service.
Aansluiting
Afbeelding 2-22 - Installatie van flexibele gasslang
WAARSCHUWING Voor bepaalde procedures in dit hoofdstuk zijn omzettingen, afstellingen of service aan het gassysteem van de oven vereist. Controleer of de hoofdgastoevoerklep en de stroomonderbreker/van zekeringen voorziene onderbreker zich in de OFF ("O") stand bevinden voordat u deze procedures uitvoert. Voer na het uitvoeren van deze procedures een gaslektest uit voordat u de oven gebruikt.
¾ inch-1/2 inch verloopstuk voor gasleiding
Bochtpijp 90° Naar gastoevoerbuis
LET OP De voorwaarden van de garantie van de oven vereisen dat alle opstartprocedures, omzettingen en onderhoudswerk moet worden uitgevoerd door een bevoegd service-agent van Middleby Marshall. De vereiste installatie, opstartprocedure en wijzigingen bij het wijzigen van een gastype naar een ander mogen UITSLUITEND worden uitgevoerd door een bevoegd deskundige. OPMERKING: De gastoevoeraansluiting moet worden uitgevoerd volgens de toepasselijke ISO 228-1 of ISO 7-1 aanbevelingen. Alle aspecten van de gastoevoeraansluiting moeten voldoen aan de huidige IEC/CEE-vereisten en aan alle toepasselijke plaatselijke, nationale en internationale voorschriften. Controleer de gastoevoervereisten van de oven voordat u de gas aansluit. De gastoevoervereisten zijn vermeld op de serieplaat van de oven en in tabel 1-5, Specificaties voor gasopeningen en druk (in hoofdstuk 1, Beschrijving). Controleer de serieplaat en bepaal het type gas dat dient te worden gebruikt bij de oven. Controleer of het aangegeven gastype overeenkomt met de plaatselijke toevoer aan de installatie. Indien het gastype op de serieplaat NIET overeenkomt met de plaatselijke toevoer, kunt u de aanwijzingen voor het omzetten van de oven voor gebruik met andere gassen vinden in dit hoofdstuk in deel B, Klaarmaken voor gebruik met diverse gassen. Een bochtpijp van 90° is gelijk aan een buislengte van 2,13 m. De aanbevolen buisgroottes zijn groter dan gewoonlijk vereist om problemen tijdens de werking te elimineren. Het is heel wat goedkoper om de eerste installatie groot genoeg te maken dan later het werk opnieuw te moeten uitvoeren. Raadpleeg de instructies in de verpakking van de gasslang (in de installatiekit) voordat u de gasleiding aansluit. Een methode voor aansluiting van de gasleiding is getoond in afbeelding 2-22; de toepasselijke normen en voorschriften moeten echter worden nageleefd.
119
¾ inch nippel voor gasleiding
Gasafsluitklep
Snelkoppeling
Flexibele gasslang
Individuele gasaansluiting voor elke ovenholte
NEDERLANDS
A.
LET OP
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
B.
Klaarmaken voor gebruik met verscheidene gassen Vlamsensor
Controleer of de hoofdgastoevoerklep en de stroomonderbreker/van zekeringen voorziene onderbreker zich in de OFF ("O") stand bevinden voordat u verdergaat met het instellen van de oven voor een specifiek gas.
Afbeelding 2-23
De hoofdopeningen moeten overeenkomen met de afmetingen getoond in tabel 1-5. Vervang zo nodig de openingen. Raadpleeg deel C, Vervangen van de gasopeningen. De druk van de opening (verdeelstuk) moet worden aangepast aan de waarde getoond in tabel 1-5 (in het hoofdstuk Beschrijving) voor het specifieke gastype en de locatie.
Ontsteker
De werkelijke warmte-invoer naar de oven moet overeenkomen met de nominale warmte-invoer. De invoer naar de brander kan worden bepaald aan de hand van de drukgegevens voor de opening (verdeelstuk) of het geleverde volume met de gasmeter. Beide procedures zijn beschreven in deel E, Controle van de warmte-invoer.
Modulatiegasklep
Indien de gemeten invoer niet overeenkomt met de nominale invoer (getoond in tabel 1-5 in het hoofdstuk Beschrijving van deze handleiding), dient u eerst te controleren of de juiste openingen zijn geïnstalleerd. Indien de juiste openingen zijn geïnstalleerd, controleer en corrigeer de toevoerdruk en druk aan de openingen om de juiste invoer te verkrijgen op basis van de waarde op de gasmeter.
NEDERLANDS
C.
Vervangen van de gasopeningen (indien vereist)
1.
Controleer of de hoofdgastoevoerklep en de stroomonderbreker/van zekeringen voorziene onderbreker zich in de OFF ("O") stand bevinden.
2.
Verwijder EN BEWAAR de zeskantschroeven die de achterste wand vastzetten. Verwijder vervolgens het achterste wandpaneel.
3.
Maak de buisfitting van de brander getoond in afbeelding 2-24 los.
4.
Verwijder EN BEWAAR de twee schroeven die het verdeelstuk vastzetten. Neem het verdeelstuk uit de oven.
5.
Verwijder de twee hoofdopeningen en gooi ze weg.
6.
Installeer de twee nieuwe hoofdopeningen in het verdeelstuk.
7.
Plaats het verdeelstuk in de oven. Zet het vast met de twee originele montageschroeven en draai de buisfitting van de brander vast.
Injectiebranders (2)
Ontstekingsmodule
Gasregelklep
Drukkraan verdeelstuk (onder dopschroef)
Drukafstelschroef (regelaar - onder dopschroef)
Drukkraan inlaat (onder dopschroef)
WAARSCHUWING Voer na het uitvoeren van deze procedures een gaslektest uit voordat u de oven gebruikt.
Afbeelding 2-24
Hoofdopeningen (2)
Buisfitting brander 120
Schroeven (2)
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
Controle van de gastoevoer (inlaat) druk Verwijder de drukdopschroef van de toevoer (inlaat) van de gasregelklep. Bevestig een manometer op de schroefbout. 2. Druk de veiligheidsschakelaars in om de oven te laten werken. 3. Open de hoofdgastoevoerklep. Plaats de onderbreker/van zekeringen voorziene stroomonderbreker in de ON ("I") stand. 4. Start de oven volgens de aanwijzingen in het hoofdstuk Werking in deze handleiding. Stel de temperatuurregelaar af op de maximale instelling (316 °C). 5. Meet de toevoerdruk (inlaat). 6. Schakel de oven uit. Sluit de hoofdgastoevoerklep en plaats de onderbreker/van zekeringen voorziene stroomonderbreker in de OFF ("O") stand. Verwijder de manometer en plaats de dopschroef terug op de gasregelklep. 7. Vergelijk de gemeten toevoerdruk (inlaat) met de nominale druk getoond in tabel 1-5 (in het hoofdstuk Beschrijving van deze handleiding). Indien de toevoerdruk lager of hoger is dan de nominale druk, moet de reden hiervoor worden bepaald en dient men contact op te nemen met de gasleverancier. Voor aardgasovens dient u contact op te nemen met de gasleverancier indien de gemeten toevoerdruk lager is dan 17 mbar of hoger dan 25 mbar. DE OVEN NIET GEBRUIKEN en de ovenbedieningselementen niet afstellen. E. Afstellen van de druk en warmte-invoer aan de opening (verdeelstuk) U dient het specifieke gastype en de gebruikte kwaliteit te kennen om de drukmethode voor de opening te gebruiken. Bij gebruik van de drukmethode voor de opening dient u de invoer te controleren met de volumetrische methode. U dient de verwarmingswaarde (HuB) van het gebruikte gas te kennen om de volumetrische methode te gebruiken. Deze informatie kunt u verkrijgen van uw gasleverancier. Tijdens deze metingen mag u geen andere apparatuur gebruiken die dezelfde gasmeter als de oven gebruiken. 1. Drukmethode voor opening (verdeelstuk) a. Controleer of de hoofdgastoevoerklep en de stroomonderbreker/van zekeringen voorziene onderbreker zich in de OFF ("O") stand bevinden. b. Verwijder de afgestelde drukdopschroef (verdeelstuk) van de gasregelklep. Bevestig een manometer op de schroefbout. c. Verwijder de dopschroef van de drukafstelschroef (regelaar) op de gasregelklep. d. Druk de veiligheidsschakelaars in om de oven te laten werken. e. Open de hoofdgastoevoerklep. Plaats de onderbreker/ van zekeringen voorziene stroomonderbreker in de ON ("I") stand. f. Start de oven volgens de aanwijzingen in het hoofdstuk Werking in deze handleiding. Stel de temperatuurregelaar af op de maximale instelling (316 °C). g. Stel zo nodig de drukafstelschroef af zodat deze overeenkomt met de juiste druk voor het specifieke gastype van de oven. Raadpleeg tabel 1-5 in het hoofdstuk Beschrijving in deze handleiding. Indien u de afstelschroef naar rechts draait, verhoogt de stroom en indien u deze naar links draait, verlaagt de stroom. h. Schakel de oven uit. Sluit de hoofdgastoevoerklep en plaats de onderbreker/van zekeringen voorziene stroomonderbreker in de OFF ("O") stand. Verwijder de manometer en plaats de dopschroeven terug op de gasregelklep.
2.
121
Volumetrische methode a.
Bepaal de tijd van 100 liter gasgebruik als volgt.
Verbruik (m3/uur) =
Tijd (in minuten) van = 0,1 m3 gasgebruik
NB (nominale invoer in kW) HuB (verwarmingswaarde [calorische waarde] van gas in kW/m3) 6 Verbruik
b.
Controleer of de hoofdgastoevoerklep en de stroomonderbreker/van zekeringen voorziene onderbreker zich in de OFF ("O") stand bevinden.
c.
Verwijder de dopschroef van de drukafstelschroef (regelaar) op de gasregelklep.
d.
Druk de veiligheidsschakelaars in om de oven te laten werken.
e.
Open de hoofdgastoevoerklep. Plaats de onderbreker/ van zekeringen voorziene stroomonderbreker in de ON ("I") stand.
f.
Start de oven volgens de aanwijzingen in het hoofdstuk Werking in deze handleiding. Stel de temperatuurregelaar af op de maximale instelling (316 °C).
g.
Stel zo nodig de drukafstelschroef af zodat deze overeenkomt met het berekende volume met gebruik van de tijd (in minuten) van 0,1 m3 gasgebruik. Indien u de afstelschroef naar rechts draait, verhoogt de stroom en indien u deze naar links draait, verlaagt de stroom.
h.
Registreer de waarde van de gasmeter en bereken de verkregen gasstroom. Vergelijk deze waarde met de informatie in tabel 1-4 in het hoofdstuk Beschrijving in deze handleiding.
i.
Schakel de oven uit. Sluit de hoofdgastoevoerklep en plaats de onderbreker/van zekeringen voorziene stroomonderbreker in de OFF ("O") stand. Plaats de dopschroef terug op de gasregelklep.
NEDERLANDS
D. 1.
HOOFDSTUK 2 - INSTALLATIE
OPMERKINGEN:
NEDERLANDS 122
HOOFDSTUK 3 - WERKING I.
LOCATIE EN BESCHRIJVING VAN BEDIENINGSELEMENTEN Afb. 3-1 - Bedieningspaneel
E
E B
A
D A.
"BLOWER" (VENTILATOR)-schakelaar: Schakelt de ventilators en koelventilators in en uit. Wanneer deze schakelaar in de "ON"-stand (I) staat, kan men ook de verwarmingselementen activeren. De activering wordt bepaald door de instellingen op de Digitale Temperatuurregelaar.
B.
"CONVEYOR" (AANVOERBAND)-schakelaar: Schakelt de aandrijfmotor van de aanvoerband in en uit.
C.
Snelheidsregelaar aanvoerband: Regelt en toont de baktijd. Ovens met enkele band hebben een enkele regelaar. Ovens met gescheiden band hebben een regelaar voor elke aanvoerband, met de vermelding "FRONT" (voorzijde) en "BACK" (achterzijde).
D.
E.
"RESET"-schakelaar: Alleen bij gasovens. Gaat branden indien de gasbrander niet gaat branden. De schakelaar kan herhaaldelijk worden ingedrukt om te proberen de brander te doen branden. Indien de brander niet gaat branden binnen 15 minuten, wordt de "RESET") vergrendeld. schakelaar( 123
Digitale temperatuurregelaar: Controleert constant de oventemperatuur. De instellingen op de Digitale Temperatuurregelaar bepalen de activering van de brander of verwarmingselementen. Via controletoetsen kan de operator de kooktemperatuur selecteren en de werking van de oven controleren. Merk op dat er twee verschillende modellen van de Digitale Temperatuurregelaar worden gebruikt op PS536 ovens. Dit hoofdstuk verschaft instructies die specifiek zijn voor elke regelaar.
NIET AFGEBEELD: F.
Veiligheidsschakelaar van toegangspaneel voor compartiment met onderdelen: Schakelt de stroom uit naar de bedieningselementen en de ventilators wanneer het toegangspaneel van het compartiment met onderdelen is geopend. Het paneel mag uitsluitend worden geopend door bevoegd servicepersoneel.
NEDERLANDS
C
HOOFDSTUK 3 - WERKING
II. NORMALE WERKING - STAP-VOOR-STAP A.
DAGELIJKSE OPSTARTPROCEDURE
1.
Controleer of de onderbreker/van zekeringen voorziene stroomonderbreker zich in de aan-stand bevindt. Controleer of het venster (indien aanwezig) gesloten is.
2.
Plaats de "BLOWER" (VENTILATOR)schakelaar ( ) in de "ON"-stand ("I").
Indien de oven deze Digitale Temperatuurregelaar gebruikt:
5a. Druk op de drukknoppen 3.
4.
Plaats de "CONVEYOR" (AANVOERBAND)) in de schakelaar ( "ON"-stand ("I").
of op de digitale temperatuurregelaar om zo nodig de ingestelde temperatuur te regelen.
Regel zo nodig de snelheid van de aanvoerband door
Merk op dat de ingestelde temperatuur wordt weergegeven in het onderste venster op het scherm, terwijl de werkelijke oventemperatuur in het bovenste venster wordt weergegeven.
drukknoppen of op de snelheidsregelaar van de aanvoerband in te drukken om de getoonde baktijd te wijzigen.
of
6a. Controleer of het lampje "1" brandt. Dit geeft aan dat de brander of verwarmingselementen zijn ingeschakeld.
NEDERLANDS
Het lampje "2" brandt terwijl de oven opwarmt tot zijn minimale normale bedrijfstemperatuur van 93 °C.
Werkelijke temp Ingestelde temp
of
Verwarmingselementen aan
Oventemperatuur onder 93 °C
7a. Wacht totdat de oven is opgewarmd tot de ingestelde temperatuur. Voor hogere instellingstemperaturen is een langere wachttijd vereist. De oven kan een temperatuur van 232 °C bereiken in ongeveer 15 minuten. 8a. Laat de oven voorverwarmen gedurende 10 minuten nadat hij de ingestelde temperatuur heeft bereikt.
124
HOOFDSTUK 3 - WERKING
Indien de oven deze Digitale Temperatuurregelaar gebruikt:
Druk tegelijkertijd op de toetsen Instelpunt en Ontgrendelen. Wacht tot het lampje "SET PT" gaat branden. Druk zo nodig op de pijltoetsen omhoog en omlaag om het instelpunt te regelen.
6b. Controleer of het lampje "HEAT ON" (verwarming aan) brandt. Dit geeft aan dat de brander of verwarmingselementen zijn ingeschakeld.
DAGELIJKSE UITSCHAKELPROCEDURE
1.
Plaats de "BLOWER" (VENTILATOR)schakelaar ( ) en " C O N V E Y O R " (AANVOERBAND)schakelaar ( ) in de "OFF"-stand ("O"). Open het venster (indien aanwezig) om de oven sneller te laten afkoelen.
+
Merk op dat de ventilators zullen blijven werken totdat de oven is afgekoeld onder 93 °C.
+ 2.
wacht op
Nadat de oven is afgekoeld en de ventilators zijn uitgeschakeld, plaatst u de onderbreker/van zekeringen voorziene stroomonderbreker in de OFF-stand.
LET OP
In geval van stroomuitval plaats alle schakelaars in de "OFF"-stand ("O"), open het venster van de oven en verwijder het product. Nadat de stroom is hersteld, voer de normale opstartprocedure uit.
of
Bij gasovens zal de brander niet werken en vloeit er geen gas door de brander zonder stroom. Probeer niet om de oven te gebruiken tijdens een stroomuitval.
wacht op
7b. (Alleen voor gasovens) Indien de "RESET"schakelaar ( ) gaat branden, is de gasbrander niet geactiveerd. Druk op de "RESET"-schakelaar ( ) (herhaaldelijk indien nodig) om te proberen de brander te doen branden. OPMERKING: Indien de brander niet gaat branden binnen 15 minuten, gaat de oven in een veiligheidsvergrendelingmodus waardoor de "RESET"-schakelaar ( ) wordt uitgeschakeld. Indien dit gebeurt, draait u de "HEAT" (VERWARMING) ( ), "BLOWER" (VENTILATOR) ( ) en ) schakelaars in de "CONVEYOR" (AANVOERBAND) ( "OFF"-stand ("O"). Wacht TEN MINSTE VIJF MINUTEN. Herhaal vervolgens de dagelijkse opstartprocedure. 8b. Wacht totdat de oven is opgewarmd tot de ingestelde temperatuur. Voor hogere instellingstemperaturen is een langere wachttijd vereist. De oven kan een temperatuur van 232 °C bereiken in ongeveer 5 minuten. 9b. Laat de oven voorverwarmen gedurende 10 minuten nadat hij de ingestelde temperatuur heeft bereikt. 125
NEDERLANDS
5b. Stel zo nodig de temperatuurregelaar af op de gewenste temperatuur.
B.
HOOFDSTUK 3 - WERKING
III. BEKNOPTE SAMENVATTING: DIGITALE TEMPERATUURREGELAARS
-lampje
Gaat branden wanneer de brander of verwarmingselementen zijn ingeschakeld. Dit lampje gaat knipperen tijdens normale werking nadat de oven de ingestelde temperatuur heeft bereikt.
-lampje
Gaat branden wanneer de oventemperatuur OFWEL onder 93 °C OF boven 316 °C ligt.
Bovenste scherm
Toont de werkelijke oventemperatuur.
Onderste scherm
NEDERLANDS
Percentage indicatorlampje
Toont de ingestelde temperatuur.
Alleen voor service.
Toevoertoets Alleen voor service.
Oneindigheidtoets Pijltoets omhoog
Pijltoets omlaag
Verhoogt de ingestelde temperatuur. Druk een keer op de toets om het instelpunt met een graad te wijzigen. Houd de toets ingedrukt voor grotere wijzigingen.
Verlaagt de ingestelde temperatuur. Druk een keer op de toets om het instelpunt met een graad te wijzigen. Houd de toets ingedrukt voor grotere wijzigingen.
126
Alleen voor service.
HOOFDSTUK 3 - WERKING
Scherm
Gaat branden wanneer de brander of verwarmingselementen, zoals toepasselijk voor het ovenmodel, in werking staan.
Gaat branden wanneer het instelpunt wordt vergrendeld voor wijzigingen. Deze instelling kan alleen worden gewijzigd door servicepersoneel.
"SET PT"lampje (instelpunt)
Gaat branden wanneer het instelpunt wordt weergegeven op het scherm.
"ACTUAL TEMP"-lampje (werkelijke temperatuur)
OVERTEMP-lampje (over temperatuur)
Gaat branden wanneer de oventemperatuur hoger is dan 343 °C. Raadpleeg de beknopte samenvatting: Problemen oplossen in dit hoofdstuk.
Gaat branden wanneer de werkelijke temperatuur wordt weergegeven op het scherm.
Temperatuurtoets
Servicetoets
Druk een maal op deze toets om de werkelijke temperatuur op het scherm te zien.
Ontgrendelentoets
Druk op deze toets samen met de toets Instelpunt om het instelpunt te wijzigen. Wijzigingen kunnen slechts gedurende 60 seconden worden gemaakt.
Alleen voor service.
Instelpunt-toets
Pijltoetsen omhoog en omlaag
Druk op deze toetsen om het instelpunt te verhogen of te verlagen. Indien het instelpunt niet wijzigt, raadpleeg de Instelpunt-toets en Ontgrendel-toets in dit hoofdstuk.
127
Druk op deze toets samen met de Ontgrendelen-toets om het instelpunt te wijzigen. Wijzigingen kunnen slechts gedurende 60 seconden worden gemaakt.
NEDERLANDS
"SP LOCK"lampje (instelpunt vergrendeld)
"HEAT ON"-lampje (verwarming aan)
Toont de ingestelde of werkelijke temperatuur in graden Fahrenheid (F) of Celsius (C).
HOOFDSTUK 3 - WERKING
IV. BEKNOPTE SAMENVATTING: PROBLEMEN OPLOSSEN SYMPTOOM
PROBLEEM
gaat lampje branden nadat de oven normaal werkt Oven valt volledig stil tijdens werking
De oventemperatuur is hoger dan 316 °C. Indien de oven blijft werken, kan de temperatuur stijgen tot 343 °C en valt de oven stil. De oventemperatuur bedroeg meer dan 343 °C en de oven werd automatisch uitgeschakeld.
OPLOSSING
Schakel de oven uit volgens de dagelijkse uitschakelprocedure. Laat de oven afkoelen. Wacht TEN MINSTE VIJF MINUTEN voor u de oven opnieuw start, ongeacht de tijd die nodig is om de oven te laten afkoelen. Herhaal de dagelijkse opstartprocedure. Schakel de oven uit volgens de dagelijkse uitschakelprocedure. Neem contact op met uw service-agent van Middleby Marshall om de oorzaak van de toestand te bepalen en te verhelpen om schade aan de oven te voorkomen.
lichtje brandt, oven verwarmt niet
verschijnt op scherm, oven verwarmt niet "RESET"-schakelaar (
)
brandt, oven verwarmt niet (alleen bij gasovens)
De oven bereikte niet de temperatuur van 93 °C binnen 15 minuten na het opstarten en verwarmt niet meer. De gasbrander ging niet branden binnen 90 seconden na het plaatsen van de "HEAT" (VERWARMING)-schakelaar
(
Plaats de "BLOWER" (VENTILATOR)-schakelaar ( ) en "CONVEYOR" )in de "OFF"-stand ("O"). (AANVOERBAND)-schakelaar ( Wacht TEN MINSTE VIJF MINUTEN voordat u de oven opnieuw start. Herhaal de dagelijkse opstartprocedure.
Druk op de "RESET"-schakelaar (
) in de "ON"-stand ("I").
) (herhaaldelijk indien nodig) om
te proberen de brander te doen branden. Indien de brander niet gaat branden binnen 15 minuten, gaat de oven in een veiligheidsvergrendelingmodus waardoor de "RESET"schakelaar ( ) wordt uitgeschakeld. Indien dit gebeurt, draait u de "HEAT" (VERWARMING) ( ), "BLOWER" (VENTILATOR) ( ) en )schakelaars in de "OFF""CONVEYOR" (AANVOERBAND) ( stand ("O"). Wacht TEN MINSTE VIJF MINUTEN voordat u de oven opnieuw start. Herhaal vervolgens de dagelijkse opstartprocedure.
Oven wil niet inschakelen
NEDERLANDS
Oven verwarmt niet
Het is mogelijk dat de oven geen stroom krijgt of dat de bedieningselementen incorrect zijn ingesteld.
Controleer of de onderbreker/van zekeringen voorziene stroomonderbreker is ingeschakeld.
Controleer of de "BLOWER" (VENTILATOR)-schakelaar ( ) in de "ON"-stand ("I") is. De brander kan niet worden ingeschakeld totdat de ventilators werken.
Het is mogelijk dat de bedieningselementen incorrect zijn ingesteld.
Controleer of het instelpunt correct is ingesteld.
Controleer of de "BLOWER" (VENTILATOR)-schakelaar ( ) in de "ON"-stand ("I") is. Indien de oven nog steeds niet verwarmt, schakelt u de oven uit volgens de instructies in de dagelijkse uitschakelprocedure. Wacht TEN MINSTE VIJF MINUTEN voordat u de oven opnieuw start. Herhaal de dagelijkse opstartprocedure. Controleer of het instelpunt zich boven 93 °C bevindt.
Oven werkt, maar er wordt weinig of geen lucht uit de luchtvingers geblazen
Aanvoerband beweegt zich schokkend voort of beweegt helemaal niet
Voedingsproducten zijn overgaar of onvoldoende gekookt
Het is mogelijk dat de luchtvingers incorrect zijn gemonteerd na het reinigen.
Schakel de oven uit volgens de dagelijkse uitschakelprocedure. Raadpleeg hoofdstuk 4, Onderhoud, voor instructies m.b.t. het opnieuw monteren van de luchtvingers.
De ventilatorriem kan gebroken zijn.
Schakel de oven uit volgens de dagelijkse uitschakelprocedure. Neem contact op met uw Middleby Marshall bevoegd service-agent om het probleem op te lossen.
Het is mogelijk dat de aanvoerband geklemd zit op een voorwerp in de oven of dat de aanvoerband of het kettingwiel te hard zijn aangespannen.
Schakel de oven uit volgens de dagelijkse uitschakelprocedure. Controleer of de aanvoerband geblokkeerd is door een voorwerp in de oven. Controleer of de aandrijfketting van de aanvoerband niet te hard is aangespannen. Raadpleeg hoofdstuk 4, Onderhoud, voor instructies m.b.t. het controleren van de spanning van de aanvoerband.
Het is mogelijk dat de bedieningselementen incorrect zijn ingesteld.
Controleer of de ingestelde temperatuur en baktijd correct zijn.
INDIEN HET PROBLEEM NIET KAN WORDEN OPGELOST MET DEZE STAPPEN, DIENT U CONTACT OP TE NEMEN MET EEN PLAATSELIJKE BEVOEGDE SERVICE-AGENT VAN MIDDLEBY MARSHALL. EEN LIJST VAN SERVICE-AGENTSCHAPPEN IS BIJ UW OVEN GELEVERD. 128
HOOFDSTUK 4 - ONDERHOUD WAARSCHUWING
Voer de volgende procedure uit voordat u de oven reinigt of er onderhoud aan uitvoert: 1. 2. 3. Na 1. 2. 3.
Schakel de oven uit en laat hem afkoelen. Voer GEEN onderhoud uit aan de oven terwijl hij warm is. Schakel de stroomonderbreker(s) uit en schakel de stroom naar de oven uit. Indien het nodig is om een gasoven te verplaatsen voor reiniging of onderhoud, dient u de gastoevoeraansluiting los te koppelen voordat u de oven verplaatst. het uitvoeren van het reinigen en onderhoud: 4. Schakel de gasveiligheidsklep in voor gasovens. Test de gasleidingaansluitingen voor lekken door gebruik Indien de oven werd verplaatst voor onderhoud, plaatst van goedgekeurde lekteststoffen of dik zeepsop. u hem terug op de originele locatie. 5. Schakel de stroomonderbreker(s) in. Sluit de gastoevoer opnieuw aan voor gasovens. 6. Voer de normale opstartprocedure uit. Sluit de stroom opnieuw aan.
WAARSCHUWING
Bewegende onderdelen en elektrische schokken in deze oven kunnen letsel veroorzaken. Schakel de stroom uit en vergrendel/merk deze VOORDAT u begint met het demonteren, reinigen of onderhoud uitvoeren aan een oven. Demonteer of reinig nooit een oven met de "BLOWER" (VENTILATOR)-schakelaar ( ) of een ander circuit van de oven ingeschakeld.
LET OP
Gebruik NOOIT een waterslang, waterstraal of stoomreinigingsapparaat om deze oven te reinigen. Gebruik NIET teveel water zodat u de isolatie van de oven niet verzadigt. Gebruik GEEN bijtend ovenreinigingsmiddel dat de gealuminiseerde oppervlakken van de bakkamer kan beschadigen.
OPMERKING
ALLE reserveonderdelen die toegang vereisen tot de binnenzijde van de oven mogen UITSLUITEND worden vervangen door een bevoegd service-agent van Middleby Marshall. Het is ook ten sterkste aanbevolen dat de driemaandelijkse en zesmaandelijkse onderhoudsprocedures in dit hoofdstuk UITSLUITEND worden uitgevoerd door een bevoegd serviceagent van Middleby Marshall.
I. ONDERHOUD - DAGELIJKS A.
Controleer of de oven is afgekoeld en de stroom is uitgeschakeld, zoals beschreven in de waarschuwing aan het begin van dit hoofdstuk.
B.
Reinig ALLE roosters van de koelventilator en luchtopeningen met een harde nylon borstel. Raadpleeg afbeelding 4-1 voor de locatie van de roosters en luchtopeningen.
C. Reinig de buitenkant van de oven met een zachte doek en mild reinigingsmiddel. D. Controleer of ALLE koelventilators goed werken. LET OP Indien een koelventilator niet goed werkt, moet hij ONMIDDELLIJK worden vervangen. Het gebruik van de oven zonder voldoende afkoeling kan ernstige schade veroorzaken aan de interne onderdelen van de oven. E.
Reinig de aanvoerbanden met een harde nylon borstel. Dit kan gemakkelijker worden uitgevoerd door de aanvoerband te laten lopen terwijl u aan het uitvoereinde van de aanvoerband staat. Veeg vervolgens de kruimels van de aanvoerband terwijl deze zich verplaatst.
F.
Verwijder en reinig de kruimelbakken. Zorg ervoor dat de bakken in dezelfde posities waaruit zij werden verwijderd worden teruggeplaatst, aangezien zij NIET identiek zijn. Raadpleeg afbeelding 2-11 (in hoofdstuk 2, Installatie).
Luchtopeningen op voorpaneel van oven
Luchtopeningen op achterzijde van toegangspaneel tot compartiment met onderdelen
G. Reinig het venster (indien aanwezig) ter plaatse.
129
NEDERLANDS
Afbeelding 4-1 - Koelventilators en roosters
Roosters/ luchtopeningen op achterzijde van oven
HOOFDSTUK 4 - ONDERHOUD
II. ONDERHOUD - MAANDELIJKS
Afbeelding 4-2 - Verwijderen van luchtvingers en platen
A.
Controleer of de oven is afgekoeld en de stroom is uitgeschakeld, zoals beschreven in de waarschuwing aan het begin van dit hoofdstuk.
B.
Raadpleeg deel C, Installatie van aanvoerband in het hoofdstuk Installatie van deze handleiding. Verwijder vervolgens de volgende onderdelen uit de oven:
Uitvoerbak aanvoerband Kruimelbakken Kettingbescherming Einddoppen Aanvoerband
C.
Schuif de luchtvingers en lege platen uit de oven, zoals getoond in afbeelding 4-2. TERWIJL ELKE VINGER OF PLAAT WORDT VERWIJDERD, SCHRIJFT U EEN "LOCATIECODE" EROP MET EEN MARKEERSTIFT om zeker te zijn dat ze correct opnieuw kunnen worden geïnstalleerd. Voorbeeld van markering: (Bovenste rij) T1 T2 T3 T4 (Onderste rij) B1 B2 B3 B4
D.
Demonteer de luchtvingers. Zie afbeelding 4-3. TERWIJL ELKE VINGER WORDT GEDEMONTEERD, SCHRIJFT U DE "LOCATIECODE" VOOR DE VINGER OP ALLE DRIE STUKKEN. Dit zal u helpen bij het correct monteren van de luchtvingers. LET OP Een incorrecte montering van de luchtvingers zal de bakeigenschappen van de oven wijzigen.
NEDERLANDS
E.
Reinig de onderdelen van de luchtvingers en de binnenzijde van de bakkamer met een stofzuiger en een vochtige doek. Raadpleeg de waarschuwingen aan het begin van dit hoofdstuk voor voorzorgsmaatregelen m.b.t. het reinigen.
F.
Stel de luchtvingers opnieuw samen. Plaats ze vervolgens terug in de oven met de "locatiecode" als richtlijn.
G.
Installeer de einddoppen op de oven. Installeer vervolgens de aanvoerband.
H.
Herbevestig de aandrijfketting. kettingbescherming terug.
I.
Controleer de spanning van de aanvoerband zoals getoond in afbeelding 2-7 (in hoofdstuk 2, Installatie). U dient de band tussen 25 en 50 mm te kunnen opheffen. Stel zo nodig de bandspanning af aan de hand van de procedure in deel C (Installatie van aanvoerband) in het hoofdstuk Installatie van deze handleiding.
J.
Plaats de kruimelbakken en de uitvoerbak terug op de oven.
Plaats
Afbeelding 4-3 - Demonteren van de luchtvingers
Buitenste plaat
Binnenste plaat
Verdeelstuk
de
III. ONDERHOUD - DRIEMAANDELIJKS A.
Controleer of de oven is afgekoeld en de stroom is uitgeschakeld, zoals beschreven in de waarschuwing aan het begin van dit hoofdstuk.
B.
Open het toegangspaneel tot het compartiment met onderdelen. Stofzuig de binnenzijde van het compartiment met een commerciële stofzuiger.
C.
Draai alle schroeven op de elektrische aansluitpunten vast.
130
HOOFDSTUK 4 - ONDERHOUD
D. Demonteren en reinigen van gescheiden band ALLEEN voor ovens met gescheiden band. Demonteer, reinig en smeer de asonderdelen van de aanvoerband zoals beschreven in dit hoofdstuk.
Indien uw oven het Type 1 aanvoerband heeft, ga dan naar Stap 1 in dit hoofdstuk, "Reinigen van type 1 aanvoerband met gescheiden band".
Het is mogelijk dat PS536 ovens twee verschillende ontwerpen hebben voor de aanvoerband. Beide ontwerpen zijn verkrijgbaar in configuraties met gescheiden band. Raadpleeg afbeelding 4-4 en 4-5 om te bepalen welke aanvoerband werd verstuurd bij uw oven.
Indien uw oven het Type 2 aanvoerband heeft, ga dan naar Stap 2 in dit hoofdstuk, "Reinigen van type 2 aanvoerband met gescheiden band".
Afbeelding 4-4 - Identificatie van de type 1 aanvoerband met gescheiden band Pennen op frame passen in sleuven op beugel Spanschroeven (2 per zijde)
Afbeelding 4-5 - Identificatie van de type 2 aanvoerband met gescheiden band Stelschroeven voor spanning (2) aan leirol van aanvoerband Scharnierplaten in het midden van frame van aanvoerband
Frame van aanvoerband vervaardigd uit roestvrijstaal C-profiel
131
NEDERLANDS
Frame van aanvoerband vervaardigd uit rechthoekige stalen delen
HOOFDSTUK 4 - ONDERHOUD
1.
Reinigen van type 1 aanvoerband met gescheiden band
a.
Raadpleeg deel C, Installatie van aanvoerband in het hoofdstuk Installatie van deze handleiding. Verwijder vervolgens de volgende onderdelen uit de oven:
Afbeelding 4-6 - Demonteren van de aandrijfas Afstandstuk (2)
Uitvoerbak aanvoerband Kruimelbakken Kettingbescherming Einddoppen Aanvoerband
b.
Verwijder de hoofdschakels uit elke aanvoerband. Rol vervolgens de banden op langs de lengte van de aanvoerband om hen te verwijderen van het frame.
c.
Maak de stelschroef los (NIET VERWIJDEREN) op het buitenste kettingwiel van het aandrijfmechanisme. Schuif vervolgens het kettingwiel van het uiteinde van de aandrijfas. Zie afbeelding 4-6.
d.
Maak de stelschroeven los (NIET VERWIJDEREN) op alle vier stalen afstandstukken (2 per as) EN op alle twaalf kettingwielen van de aanvoerband (6 per as).
e.
Haal de asgedeelten voorzichtig van het frame van de aanvoerband en verwijder zo nodig de kettingwielen van de aanvoerband. Zie afbeeldingen 4-6 en 4-7.
f.
Schuif de twee delen van elke as apart.
g.
Reinig alle onderdelen van de as grondig met een lap. Smeer vervolgens elke massieve binnenas EN de binnenzijde van elke holle as met een licht huishoudelijk smeermiddel. De assen NIET smeren met WD40 of een gelijksoortig product. Hierdoor kunnen de assen snel slijten.
NEDERLANDS
h.
Schuif de holle asgedeelten over de massieve binnenassen. Controleer of het holle gedeelte dat een aandrijfkettingwiel Heeft, geplaatst is aan het uiteinde van de aandrijfas.
i.
Schuif de opnieuw gemonteerde assen in het frame van de aanvoerband en schuif de stalen afstandstukken en de kettingwielen van de aanvoerband op de assen. Raadpleeg afbeeldingen 4-6 en 4-7.
j.
Nadat de assen goed gecentreerd zijn, plaats de stalen afstandstukken tegen de uiteinden van de bussen op het frame van de aanvoerband. Draai de stelschroeven op de afstandstukken vast om ze vast te zetten. Laat de kettingwielen van de aanvoerband nog los.
k.
Plaats het buitenste kettingwiel van het aandrijvingsmechanisme terug. Draai de stelschroef vast om het vast te zetten.
l.
Raadpleeg deel C, Installatie van aanvoerband in het hoofdstuk Installatie van deze handleiding om de aanvoerband terug te plaatsen. Bij het herplaatsen van de aanvoerband herplaats de kettingwielen weer op de juiste plek.
Glad kettingwiel (2)
2. Maak de stelschroeven op de kettingwielen en afstandstukken (8) los
Kettingwielen met tanden (4)
1. Verwijder het buitenste kettingwiel van het aandrijvingsmechanisme
Bus
3. Schuif de assen van het frame
4. Demonteer, reinig en smeer de assen
Afbeelding 4-7 - Demonteren van de tussenas Afstandstuk (2)
1. Maak de stelschroeven op de kettingwielen en afstandstukken (8) los
Glad kettingwiel (6)
m. Nadat de band geïnstalleerd is en de kettingwielen juist geplaatst zijn, draai de stelschroeven vast om de kettingwielen vast te zetten. n.
Installeer de einddoppen en aanvoerband opnieuw in de oven.
o.
Herbevestig de aandrijfkettingen. kettingbescherming terug.
p.
Controleer de spanning van de aanvoerband zoals getoond in afbeelding 2-11 (in hoofdstuk 2, Installatie). U dient de band tussen 25 en 50 mm te kunnen opheffen. Stel zo nodig de bandspanning af aan de hand van de procedure in deel C (Installatie van aanvoerband) in het hoofdstuk Installatie van deze handleiding. Plaats de kruimelbakken en de uitvoerbak terug op de oven. Ga vervolgens naar deel E, "Ventilatorriem".
q.
Plaats
Bus
de
3. Demonteer, reinig en smeer de assen
132
2. Schuif de assen van het frame
HOOFDSTUK 4 - ONDERHOUD
Afbeelding 4-8 - Tussenas van gescheiden band
1.
Reiniging van type 2 aanvoerband met gescheiden band
a.
Raadpleeg deel C, Installatie van aanvoerband in het hoofdstuk Installatie van deze handleiding. Verwijder vervolgens de volgende onderdelen uit de oven: Uitvoerbak aanvoerband Kruimelbakken Kettingbescherming Einddoppen Aanvoerband
Afstelschroef aanvoerband
b.
Verwijder de hoofdschakels uit elke aanvoerband. Rol vervolgens de banden op langs de lengte van de aanvoerband om hen te verwijderen van het frame.
c.
Verwijder de twee afstelschroeven van de aanvoerband van de leirol van het frame van de aanvoerband, zoals getoond in afbeelding 4-8.
d.
Verwijder de tussenas van de aanvoerband.
e.
Trek de twee delen van de tussenas van elkaar.
f.
Reinig de assen grondig met een lap. Smeer vervolgens zowel de verlengde as en de binnenzijde van de holle as met een licht huishoudelijk smeermiddel. De assen NIET smeren met WD40 of een gelijksoortig product. Hierdoor kunnen de assen snel slijten.
g.
Controleer of de assen goed gericht zijn voordat u de assen opnieuw monteert in het frame van de aanvoerband.
h.
Monteer de tussenas opnieuw in de aanvoerband. Zorg ervoor dat de bronzen sluitring geïnstalleerd is tussen de twee delen van de as. Zie afbeelding 4-10.
i.
Plaats de afstelschroeven van de aanvoerband terug zoals getoond in afbeelding 4-8. Draai de schroeven niet vast om de aanvoerband later opnieuw te kunnen installeren.
j.
Maak de stelschroef op beide kettingwielen van de aanvoerbandaandrijving los. Verwijder vervolgens de kettingwielen van de as.
k.
Maak de stelschroef van de sluitkraag los zoals getoond in afbeelding 4-9.
l.
Duw de aandrijfas naar het aandrijfkettingwiel en hef het uit het frame van de aanvoerband. Demonteer en smeer vervolgens de twee delen van de aandrijfas zoals hierboven beschreven voor de tussenas.
Afbeelding 4-9 - Aandrijfas van gescheiden band
Sluitkraag
Afbeelding 4-10 - Sluitring en afstandstuk
m. Controleer of de assen goed gericht zijn voordat u de assen opnieuw monteert in het frame van de aanvoerband. n.
Monteer de aandrijfas opnieuw in de aanvoerband. Controleer of het nylon afstandstuk geïnstalleerd is, zoals getoond in afbeelding 4-10. Controleer ook of de bronzen sluitring geïnstalleerd is tussen de twee delen van de as.
o.
Plaats de aandrijfkettingwielen terug. Monteer de banden en hoofdschakels opnieuw op aanvoerband.
p.
Installeer de einddoppen en aanvoerband opnieuw op de oven.
q.
Herbevestig de aandrijfkettingen. kettingbescherming terug.
r.
Controleer de spanning van de aanvoerband zoals getoond in afbeelding 2-18 (in hoofdstuk 2, Installatie). U dient de band ongeveer 25 mm te kunnen opheffen. Stel zo nodig de bandspanning af door aan de afstelschroeven van de aanvoerband te draaien.
s.
Plaats de kruimelbakken en de uitvoerbak terug op de oven. Ga vervolgens naar deel E, "Ventilatorriem".
Plaats
Bronzen sluitring op BEIDE tussen- en aandrijfassen Nylon afstandstuk ALLEEN op aandrijfas
de
133
NEDERLANDS
HOOFDSTUK 4 - ONDERHOUD
E.
Ventilatorriem
Afbeelding 4-11 - Toegang tot achterpaneel
1.
F.
Verwijder de zes schroeven getoond in afbeelding 4-11. Verwijder vervolgens het achterpaneel van de oven. 2. Controleer of de ventilatorriem de juiste deflectie van 6,4 mm heeft in het midden en voor barsten of overmatige slijtage. Zie afbeelding 4-11. Het te hard aanspannen van de riem zal voortijdig falen van de lager en mogelijke vibraties veroorzaken. Een te losse riem kan ook vibraties veroorzaken. 3. Stel zo nodig de spanning van de riem af door de vier montagebouten van de motor los te draaien. Wijzig de positie van de motor zoals vereist totdat de juiste deflectie van 6,4 mm is bereikt en draai vervolgens de bouten vast. Smeren van de lagers van de ventilatorriem 1.
2. 3.
Verwijder de zes (6) schroeven om het achterpaneel te verwijderen
Gebruik een smeerpistool om de hoofdaslagers van de ventilatorriem, getoond in afbeelding 4-11, te smeren. Voor het smeren van de lagers: Gebruik een hoogwaardig NLGI-smeermiddel nr. 2 op basis van lithium-zeep met aardolie, zoals Middleby onderdeelnr. 17110-0015. Voeg het vet langzaam toe totdat u een kleine druppel vet ziet op de afdichtingen. GEBRUIK NIET TEVEEL VET. Teveel vet gebruiken kan schade aan de lager veroorzaken. Draai handmatig de ventilatoras door aan de riem te trekken om het vet te verwijderen. Neem het overmatig vet af. Plaats het achterpaneel terug op de oven.
Lagers (2 in totaal) Smeerfitting (1 per lager)
Ventilatorriem
Ventilatormotor
IV. ONDERHOUD - HALFJAARLIJKS A.
B.
C.
Maak de vier (4) schroeven los om de positie van de motor te wijzigen en de riemspanning te regelen
Controleer of de oven is afgekoeld en de stroom is uitgeschakeld, zoals beschreven in de waarschuwing aan het begin van dit hoofdstuk.
Afb. 4-12 - Set met belangrijkste reserveonderdelen
Controleer of de borstels op de aandrijfmotor van de aanvoerband niet teveel versleten zijn. De borstels moeten vervangen worden indien zij versleten zijn tot minder dan 6,4 mm in lengte. Zorg ervoor dat u de borstels terugplaatst in dezelfde positie.
2 1
3
Controleer de bussen en afstandstukken op de aandrijfas van de aanvoerband. Vervang de onderdelen indien zij versleten zijn.
4
NEDERLANDS
V. SET MET BELANGRIJKSTE ONDERDELEN Afzonderlijk verkrijgbaar. Zie afbeelding 4-12.
5
Item A a n t a lOnderdeelnr.Beschrijving 1 1 44695 Aandrijfmotor aanvoerband met opneemtoestel 2 2 30153 Borstels van aandrijfmotor 3 1 37337 Set, snelheidsregelaar aanvoerband 4 1 33985 Set, thermokoppel 5 1 44687 Motor, ventilator 6 1 44685 Riem, ventilator 7 1 33983 Hoge limiet besturingsmodule, 230 V 8 1 97525 Axiale koelventilator, 230 V 9 1 39530 Luchtschakelaar, 230 V
6
9
7 8
Alleen voor elektrische ovens 10
ALLEEN VOOR ELEKTRISCHE OVENS: 10 1 44585 Relais en koelplaat-eenheid 11 3 44701 Zekering, 60 Amp 12 1 45281 Verwarmingselement, 380 V 8 kW 13 1 44783 Set, digitale temperatuurregelaar
13 12
ALLEEN VOOR GASOVENS: 14 1 36939 Set, digitale temperatuurregelaar 15 1 45668 Gasregelklep 16 1 45669 Ontstekingsmodule 17 1 45770 Ontsteker 18 1 45771 Vlamsonde 19 1 31651 Versterkerkaart
14
134
12
11
Alleen voor gasovens 15
18
16 17
19
FILTER, DRIEFASIG
L1
Er bevindt zich ook een elektrisch aansluitschema voor de oven in het compartiment met onderdelen.
BELANGRIJK
135
L3
N
RELAIS, DRIEFASIG
RESETSCHAKELAAR
THERMOKOPPEL
HOGE LIMIET BESTURINGSMODULE
RESET-LAMPJE
LUCHTDRUKSCHAKELAAR
NEDERLANDS
VERWARMER 8kW
THERMOKOPPEL
VENTILATORKOELKOELMOTOR VENTILATOR VENTILATOR
ONDERBREKER 15A CONTACTGEVER, DRIEPOLIG
VERWARMER 8kW
L2
ONDERBREKER, DRIEPOLIG
TEMPERATUURREGELAAR
CONTACTGEVER
VEILIGHEIDSSCHAKELAAR COMPARTIMENT MET ONDERDELEN
VENTILATORSCHAKELAAR
VEILIGHEIDSSCHAKELAAR MOTORKAMER
TRANSFORMATOR 208V PRI. 120V SEC.
SCHAKELAAR AANVOERBAND
AANDRIJFMOTOR
OPNEEMTOESTEL
SNELHEIDSREGELAAR AANVOERBAND
ALLEEN VOOR OVENS MET GESCHEIDEN BAND
OPNEEMTOESTEL
SNELHEIDSREGELAAR AANVOERBAND
AANDRIJFMOTOR
ONDERBREKER 2A
HOOFDSTUK 5 - ELEKTRISCHE AANSLUITSCHEMA'S Afb. 5-1 - Aansluitschema, PS536 elektrische oven 380V, 50 Hz, 3 Ph (Europa)
KOELVENTILATORVENTILATOR MOTOR
KOELVENTILATOR
ONDERBREKER 15A
LIJNFILTER
KLEMMENBLOK
NEDERLANDS
pagina 103
Middleby Cooking Systems Group 1400 Toastmaster Drive Elgin, IL 60120 USA +(847)741-3300 FAX +(847)741-4406 24-uur service-hotline: 1-(800)-238-8444
www.middleby.com
136 E
CONTACTGEVER
VEILIGHEIDSSCHAKELAAR MOTORKAMER
GASREGELKLEP
VENTILATORSCHAKELAAR
VEILIGHEIDSSCHAKELAAR COMPARTIMENT MET ONDERDELEN
LUCHTDRUKSCHAKELAAR
TEMPERATUURREGELAAR
MODULATIEBUIS
VERSTERKERKAART
THERMOKOPPEL
RESETSCHAKELAAR
THERMOKOPPEL
HOGE LIMIET BESTURINGSMODULE
RESET-LAMPJE
DANSK
side 69
E
OPNEEMTOESTEL
AANDRIJFMOTOR
RESETSCHAKELAAR
ONTSTEKER
ONDERBREKER 1A
TRANSFORMATOR 240V PRI : 24V SEC
OPNEEMTOESTEL
SNELHEIDSREGELAAR AANVOERBAND
ALLEEN VOOR OVENS MET GESCHEIDEN BAND
AANDRIJFMOTOR
SCHAKELAAR AANVOERBAND
TRANSFORMATOR 240V PRI : 120V SEC.
VENTILATORSCHAKELAAR
SNELHEIDSREGELAAR AANVOERBAND
ONDERBREKER 2A
35
N
ITALIANO
pagina 1
L
HOOFDSTUK 5 - ELEKTRISCHE AANSLUITSCHEMA'S
Afb. 5-2 - Aansluitschema, PS536 gasoven 220-230V, 50 Hz, 1 Ph (Europa)
BELANGRIJK
Er bevindt zich ook een elektrisch aansluitschema voor de oven in het compartiment met onderdelen.