Nieuwsbrief van d.d. 20-02-2007 Nummer: 04-2007
1)
Aangifteprogramma Belastingdienst geeft foutmelding bij gebruik Windows 98 of Windows Millenium
IB - Bericht Ministerie van Financiën - 2007-02-08
Gebruikers van computers met het besturingssysteem Windows 98 of Windows Millenium (ME) kunnen op dit moment met het programma van de Belastingdienst geen elektronische aangifte Inkomstenbelasting 2006 doen. Wordt de aangifte toch verzonden, dan wordt er een foutmelding gegeven. Het probleem beperkt zich tot het eigen aangifteprogramma van de Belastingdienst. De Belastingdienst zoekt een oplossing voor dit probleem. Zodra de oplossing er is, wordt die bekend gemaakt op de website van de Belastingdienst.
2)
Garantieregeling voor banken aangepast.
Als een bank failliet gaat, bent u vanaf nu beter beschermd door DNB. tussen de
3)
Hulp in uw woonhuis ?
Vanaf dit jaar mag u drie dagen per week hulp in uw huis of tuin inschakelen zonder dat u daarvoor loonbelasting en premies moet inhouden. Commentaar: Uw hulp moet deze inkomsten wel zelf in zijn/haar aangifte I.B. opgeven en is daar zelf ook verantwoordelijk voor.
4)
De fiscus komt naar u toe!
U kunt er maar beter voor zorgen dat uw salarisadministratie helemaal op orde is, want de Belastingdienst heeft aangekondigd de controles dit jaar aanzienlijk te gaan uitbreiden! U heeft dus een grotere kans om de fiscus op bezoek te krijgen.
Het jaarlijks gemiddelde van zevenduizend controles wil de Belastingdienst in 2007 verhogen naar maar liefst achtendertigduizend! Bovendien wordt niet alleen het aantal controles uitgebreid maar zal de fiscus ook nieuwe controletechnieken gaan gebruiken. Hierdoor moeten er meer fouten aan het licht komen en zal de fiscus waarschijnlijk flink kunnen gaan innen. U bent dus gewaarschuwd
5)
Het nieuwe kabinet Balkenende IV is een feit.
De afspraken die de coalitiepartijen met elkaar hebben gemaakt zijn in een regeerakkoord vastgelegd en inmiddels door de achterban goedgekeurd. Hierna hebben we de belangrijkste zaken op het terrein van de fiscaliteit en de sociale zekerheid op een rij gezet. Maatregelen in de fiscaliteit a.. Fiscalisering van de AOW. Iedereen die na 1945 is geboren, zal vanaf 2011 naar draagkracht een bijdrage betalen van 0,6% over het aanvullende pensioen boven de 18.000 tot het maximum van de tweede schijf. Verder zal de heffing ook gelden voor degene die jonger is dan 65 jaar en is gestopt met werken. Het percentage van de bijdrage wordt jaarlijks met 0,6% verhoogd totdat in 2040 het maximum van 17,9% is bereikt. Doorwerken tot aan 65 jaar of langer wordt met een arbeidsbonus gestimuleerd; Commentaar: Indien de vutter of gepensioneerde een eigen bedrijf start tijdens zijn vut of pensioen periode die misschien zelfs verlies maakt en niet meer dan 2 uur per jaar in beslag neemt, is het dan de bedoeling dat deze persoon niet wordt gekort ? of krijgen we hiervoor ook nog nadere regels wat wordt verstaan onder werken ? b.. Arbeidsparticipatie door ouderen wordt verder gestimuleerd door verhoging van de specifieke aanvullende arbeidskorting voor ouderen vanaf 57 jaar; c.. De overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting aan een niet of weinig verdienende partner wordt in 20 jaar afgeschaft met 5% per jaar. De maatregel geldt alleen voor personen die na 1971 zijn geboren en geen kinderen hebben in de leeftijd van 0 tot en met 6 jaar; d.. Bevordering van arbeidsparticipatie van mensen met lagere inkomens door de huidige arbeidskorting te vervangen door een inkomensafhankelijke arbeidskorting; e.. Invoering van een inkomensafhankelijke combinatiekorting voor tweeverdieners met kinderen; f.. Bevriezing van de algemene heffingskorting; Commentaar Jammer dat deze wordt afgebouwd in 20 jaar. Het is nu voor partners vaak financieel niet interessant om een kleine bijbaan erbij te nemen i.v.m. verlies van de heffingskorting. Dit is natuurlijk geen stimulans om te komen tot meer arbeidsparticipatie en voor de maatschappij dus lagere kosten. g.. Het eigenwoningregime blijft gedurende de gehele regeerperiode ongewijzigd;
h.. Uitbreiding levensloopregeling. In overleg met de sociale partners zal tevens worden bezien of, en zo ja hoe, de spaarloonregeling in de levensloopregeling kan worden opgenomen en of openstelling voor zelfstandigen en zzp’ers (zelfstandigen zonder personeel) tot de mogelijkheden behoren. Maatregelen in de sociale zekerheid a.. Verlaging met terugwerkende kracht van de leeftijd voor vrijstelling van de herbeoordeling voor WAO/ WAZ en Wajong uitkering naar 45 jaar. Dit betekent dat iedere uitkeringsgerechtigde, die op 1 juli 2004 ouder is dan 45 jaar (geboren vóór 1 juli 1959) niet hoeft te worden herkeurd. Op grond van het huidige Aangepaste schattingsbesluit (Asb) herbeoordeelt het UWV vanaf 1 oktober 2004 nog de WAO/WAZ en Wajong-uitkering van iedereen die op 1 juli 2004 jonger is dan 50 jaar (geboren vóór 1 juli 1954). Dit heeft geleid tot het verlagen en geheel intrekken van uitkeringen. De verlaging betekent tevens dat alle herbeoordeelde uitkeringen ten onrechte zijn verlaagd en ingetrokken, omdat voor deze uitkeringsgerechtigden de situatie geldt van vóór de herbeoordeling; b.. Het op 1 oktober 2004 geldende Schattingsbesluit is van toepassing verklaard op uitkeringsgerechtigden die geboren zijn tussen 1 juli 1954 en 1 juli 1959. Dit is van belang voor uitkeringsgerechtigden die niet op grond van het Asb zijn herbeoordeeld, maar om een andere reden zijn herkeurd. Het UWV heeft aangekondigd vooralsnog niet spontaan tot betaling van deze uitkeringen over te gaan. Wel heeft UWV aangekondigd om degenen die nog herkeurd moeten worden, voorlopig niet op te roepen. Commentaar: Wij adviseren belanghebbende om hiertegen te protesteren. Daarbij dient u twee situaties te onderscheiden: 1.. Alle herkeurde WAO/WAZ en Wajonggerechtigden die op 1 juli 2004 45 jaar of ouder waren en van wie de uitkering is verlaagd of ingetrokken, maar die destijds geen bezwaar hebben gemaakt, of van wie het bezwaar/beroep is afgewezen; 2.. Alle herkeurde WAO/WAZ en Wajonggerechtigden die op 1 juli 2004 45 jaar of ouder waren en van wie momenteel een bezwaar- of beroepsprocedure loopt. Ad 1. Wij adviseren u om cliënten die vallen binnen de eerste categorie het UWV een brief te sturen met het verzoek om de uitkering te herstellen naar de oorspronkelijke situatie (dus vóór de herbeoordeling). Ad 2. Voor cliënten die vallen binnen de tweede categorie adviseren wij om een brief te sturen naar het UWV (bij een bezwaarprocedure) of naar de Rechtbank (bij een beroepsprocedure), waarin u het UWV verzoekt de consequenties van de nieuwe ontwikkelingen voor de procedure aan te geven.
6)
Vakantie en Ziekte en opbouw vakantiedagen volgens de Wet (c.a.o. kan afwijken van deze regels)
Wel of geen vakantieopbouw? Bouwt een zieke werknemer eigenlijk wel vakantiedagen op? Wanneer een werknemer ziek wordt, gaat de opbouw van vakantiedagen in principe gewoon door. Dit recht vervalt echter als de werknemer bepaalde verzuimregels overtreedt. Hij mag zijn ziekte bijvoorbeeld niet onnodig rekken. Ook wanneer hij niet bereid is om mee te werken aan zijn herstel of re-integratie, kan hij het recht op vakantiedagen verliezen. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan het weigeren van begeleiding of therapie. Tenslotte moet hij alle belangrijke informatie over zijn gezondheidstoestand naar de werkgever communiceren en is hij verplicht om passend werk te accepteren. Bij langdurige ziekte gaat de opbouw van vakantiedagen ook door, zij het in beperkte mate. Kortom: een zieke werknemer bouwt in vrijwel alle gevallen vakantiedagen op. Neemt hij echter ontslag, dan verliest hij de vakantiedagen die hij tijdens zijn ziekte heeft opgebouwd. Voorbeeldberekening deeltijdwerk Peter is ziek, maar kan desondanks gedeeltelijk doorwerken. Hij werkte voorheen vijf dagen in de week en bouwde daarmee 24 vakantiedagen per jaar op. Nu haalt hij 2,5 dagen in de week en bouwt hij alleen vakantiedagen op over de dagen dat hij werkt. Als hij door zijn ziekte een heel jaar op halve kracht blijft werken, bouwt hij in dat jaar dus de helft van 24 = 12 vakantiedagen op. Daar staat echter tegenover dat als hij een week op vakantie wil, hij ook maar 2,5 dagen opneemt. Hoe wordt de opbouw berekend? Er zijn verschillende factoren die de hoeveelheid vakantiedagen bepalen. Hoe wordt het aantal dagen bij ziekte vastgesteld? Een werknemer bouwt normaal gesproken twintig vakantiedagen per jaar op bij een fulltime dienstverband. Is de werknemer maar kort ziek, dan behoudt hij het recht op dit wettelijke aantal. Bij langdurige ziekte wordt er echter een maximum gesteld aan de opbouw van vakantiedagen. Een werknemer die lang uit de running is, kan alleen aanspraak maken op het aantal vakantiedagen van de laatste zes maanden van zijn ziekte. De dagen daarvoor vervallen; vóór de ziekte opgebouwde dagen blijven in principe wel gewoon staan. Per ziektejaar bouwt hij dus tien wettelijke vakantiedagen op. Als een zieke werknemer gedeeltelijk doorwerkt, geldt er geen beperkte opbouw van vakantiedagen. Maar hij bouwt ook geen volledig aantal vakantiedagen op. Wie parttime doorwerkt, bouwt namelijk alleen vakantiedagen op over de uren dat hij arbeid verricht. De zieke is in feite een deeltijdwerker. Werkt de zieke werknemer
niet structureel parttime, maar slechts tijdens korte herstelperiodes, dan mag de werkgever de regel van maximumopbouw wél toepassen. Zolang de zieke werknemer tijdens zo’n periode korter dan een maand werkt, mag de werkgever de ziekteperiodes bij elkaar optellen voor het berekenen van de vakantie. Ook hier geldt dan de maximale opbouwtermijn van zes maanden. De werknemer krijgt vervolgens apart vakantiedagen voor de tussenpozen dat hij wel kan werken.
Voorbeeldberekening opbouwtermijn Karen is secretaresse bij een grote bouwonderneming en bouwt per jaar 24 vakantiedagen op. Helaas loopt ze bij een ongeval ernstige verwondingen op, waardoor ze vier maanden niet kan werken. Na deze periode probeert ze de draad weer op te pakken, maar dit is toch wat veel gevraagd. Ze is gedwongen weer drie maanden thuis te blijven. Omdat de ziekte van Karen maar kort onderbroken is geweest, mag de werkgever de twee ziekteperiodes bij elkaar optellen. Er is dan sprake van langdurig ziekteverzuim en een werknemer bouwt daarom slechts vakantie op over de laatste zes maanden van de ziekte. In het geval van Karen levert dit een opbouw van twaalf maanden op. Wel bouwt ze gewoon vakantie op over de twee weken die ze tussentijds heeft gewerkt. Deze vakantiedagen moet haar werkgever bij het tegoed van twaalf dagen optellen. Hoe lang blijven vakantiedagen staan? Vakantiedagen hebben een verjaringstermijn. Geldt die ook voor de vakantiedagen die een zieke werknemer voor en tijdens zijn ziekte heeft opgebouwd? Een werknemer mag vakantiedagen naar een volgend jaar overhevelen, maar deze dagen zijn niet onbeperkt geldig. Vakantiedagen verjaren vijf jaar na het einde van het kalenderjaar waarin ze zijn opgebouwd. Daarom neemt de werknemer altijd eerst de oudste vakantiedagen op. In de cao kan overigens ook een langere verjaringstermijn zijn opgenomen. De verjaringstermijn van vijf jaar verandert niet als een werknemer ziek wordt. Wel mag de werkgever, tenzij de cao anders bepaalt, met de werknemer afspreken dat die bij ziekte vakantiedagen moet inleveren. Dit kan alleen als het gaat om de bovenwettelijke vakantiedagen: het wettelijk minimum blijft altijd overeind. Een afspraak om bij ziekte vakantiedagen in te leveren moet schriftelijk worden vastgelegd. Dit kan bijvoorbeeld in de arbeidsovereenkomst. Mag een zieke werknemer op vakantie? Ziektedagen zijn geen vakantiedagen. Mag een zieke werknemer er toch een weekje tussenuit zonder vakantiedagen in te leveren?
Als een werknemer ziek is, heeft hij vooraf toestemming van de werkgever nodig om op vakantie te mogen gaan. De werkgever betaalt immers zijn loon door. Bovendien hoeft een zieke werknemer voor zijn vakantie geen vakantiedagen op te nemen. Ziekte tijdens vakantie komt dus volledig voor de rekening van de werkgever. Hij heeft dan ook het recht om vakantie te weigeren als de plannen van de werknemer in zijn ogen het herstel in de weg staan. De werkgever doet er overigens goed aan om hiervoor het advies van de bedrijfsarts te vragen: de werkgever is immers geen medisch deskundige. Verder kan hij overwegen of een korte vakantie in bepaalde gevallen het reintegratieproces wellicht juist positief beïnvloedt. De cao kan soms bepalen dat een zieke werknemer gewoon recht heeft op vakantie. Als het bedrijf onder een cao valt, moet de werkgever nagaan of hierin zo’n afspraak is opgenomen. Ziek op vakantie, wat nu? Kan een werknemer, die op vakantie ziek wordt, zijn verlofdagen als ziektedagen tellen? Ziektedagen zijn in principe geen vakantiedagen. Als een werknemer op vakantie ziek wordt, hoeft hij de dagen dat hij ziek is niet als verlofdagen te rekenen, tenzij hij dit anders heeft afgesproken met de werkgever. Wanneer een werknemer ziek wordt voor zijn vakantie begint en de ziekte tijdens zijn vakantie doorloopt, tellen de ziektedagen niet als vakantiedagen. Het is verstandig om een protocol voor ziekte tijdens vakantie op te stellen. Er kan bijvoorbeeld worden afgesproken dat de vakantieganger zich binnen een bepaalde termijn moet ziek melden. Ook kan de werkgever verlangen dat de werknemer zich in het buitenland bij een erkend controleorgaan meldt of een doktersverklaring stuurt. De werkgever moet daarvan wel de kosten dragen. Als de werkgever twijfelt aan de ziekte van een werknemer, kan hij de doorbetaling van zijn loon opschorten. Hij kan zelfs besluiten de werknemer op staande voet te ontslaan als die na zijn vakantieperiode niet op het werk verschijnt. Voor werknemers die onder de vangnetregeling van de Ziektewet vallen, geldt een speciale procedure als ze op vakantie ziek worden. De werknemer moet de ziekte op de eerste dag aan de werkgever melden, zodat die de melding aan UWV kan doorgeven. Hoogachtend, R.A.M. van der Velden Hoewel aan de inhoud van deze nieuwsbrief de uiterste zorg wordt besteed, kunnen wij geen aansprakelijkheid aanvaarden voor onverhoopte onjuistheden. Aanmelden nieuwsbrief, c.q. afmelden en e-mailadres wijzigen:
[email protected]