Werkplan CLICK//NextFashion ** ** Lucie Huiskens Matthijs Crietee José Teunissen September 2012
oktober 2012
Inhoud Samenvatting 2 1 Inleiding 3 2 Organisatie 3 3 Activiteitenplan en ondersteuning vanuit TKI CLICKNL 4 4 Financiën 7 Bijlage 1: overzicht activiteitenplan 2012-‐2013 9 Bijlage 2: begroting 2012-‐2013 10 ** Verantwoording bij de voorplaat: mode&technologie: Skin+Body (bron: wearablesenses.net; Aegis Parka, Nieuwe Heren (bron: www. design.nl); Huggycare antibacterieel breisel (bron: www.materialdesign.nl) mode&duurzaamheid: foto’s recycling (bron: www.texperium.nl); biopolymeren for textile (bron: www.centexbel.be) waarde van mode: Maxima in NL-‐postzakken outfit van Jan Taminiau (bron: www.gossipqueen.nl) innovatie modesysteen: virtueel passen (bron: www.futurestore.nl). Alle sites geraadpleegd op 30-‐08-‐2013
oktober 2012
1
Samenvatting
In dit werkplan beschrijft het innovatienetwerk Next Fashion (NF) hoe de innovatieagenda tot en met 2013 uitgevoerd gaat worden. Het beschrijft de organisatie, het activiteitenplan 2012-‐2013, en een begroting gericht op onderbouwing van de gevraagde ondersteuning van TKI CLICKNL. Voor wat betreft de organisatie: het netwerk wordt gedragen door 3 partijen uit de gouden driehoek: ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten (Kennisinstellingen); Modint, ondernemersorganisatie voor mode, interieur, tapijt en textiel (Bedrijfsleven) en Provincie Gelderland en Gemeente Arnhem (Overheid). In overleg met de partijen is ervoor gekozen om Next Fashion onder te brengen bij ArtEZ, en vooralsnog geen aparte rechtspersoon op te richten. In de komende twee jaar wil NF op basis van de ervaringen in de innovatieprojecten die gestart worden meer duidelijkheid krijgen over de gewenste organisatievorm en bijbehorend businessmodel. Daarbij wordt niet uitgesloten dat Next Fashion als innovatiesysteem blijvend gedragen kan worden vanuit de kernactiviteiten van de constituerende partners zelf. Het activiteitenplan is beschreven in aansluiting op de werkpakketten zoals gedefinieerd door TKI CLICKNL, waarbij de nadruk de komende twee jaar ligt op het verder ontwikkelen en uitbouwen van een grens-‐ en sectoroverschrijdend netwerk, en het opstarten van innovatieve samenwerkingsprojecten via verschillende kanalen, zoals de NWO/TNO-‐call; Europese Innovatieprogramma’s, en SIA/Raak. De begroting tenslotte, beperkt zich tot het deel waarvoor ondersteuning wordt gevraagd van TKI CLICKNL: 60.000 euro in 2e helft 2012, en 70.000 euro in 2013. NF zal daarnaast uiteraard met en door zijn netwerk aanvragen indienen voor de additionele instrumenten als de Pilot Projecten en Challenges, maar zijn als zodanig niet in de begroting opgenomen. Wij zien hier overigens ruime mogelijkheden voor, omdat we, als spinoff van de grote onderzoeksprojecten die we momenteel in voorbereiding hebben, al in contact zijn met bedrijven die ook concrete, korte termijn ontwikkelvragen hebben, die gelinked met, maar separaat van het project, zijn op te pakken. Wij verwachten er dan ook zeker 2 of 3 te kunnen indienen.
oktober 2012
2
1 Inleiding
Next Fashion is een van de zeven thematisch netwerken in het kader van het Topconsortium Kennis en Innovatie (TKI) CLICK, het landelijke kennis-‐ en innovatienetwerk van de creatieve industrie. Next Fashion is een publiek/privaat consortium dat een kennis-‐ en innovatieagenda ontwikkelt en uitvoert rond mode en textiel. ArtEZ, gemeente Arnhem en provincie Gelderland 'trekken' het netwerk. De innovatieagenda van Next Fashion (NF) is rond 4 programmalijnen opgebouwd: 1. De waarde van mode. Het gaat hier om geestes-‐ en sociaalwetenschappelijk onderzoek rond onderwerpen die raken aan de meer ontwikkelingsgerichte onderzoeksvragen uit de volgende thema’s. In die zin is deze programmalijn ondersteunend aan, voortbouwend op de overige. 2. Mode en technologie. Dit betreft technologisch onderzoek naar nieuwe materialen (smart & sustainable materials) en naar innovatie in de keten door inzet van mediatechnologie (slimme keten, omkering keten, 3d-‐modelleren en mass-‐customization). Beide raken aan het volgende thema: 3. Mode en duurzaamheid. Het gaat hier om onderzoek naar verduurzaming van de levenscyclus van kleding en textiel, gemotiveerd vanuit onder meer de toenemende schaarste aan grondstoffen en water schaarste. Onder meer door onderzoek-‐ en ontwikkelingsprojecten op het gebied van bio-‐based materialen en recycling. 4. Versterking van het innovatiesysteem. In de mode zijn zowel (heel) grote als (heel) kleine spelers actief. Dit compliceert het innovatievraagstuk enorm, waarbij de kleine spelers nodig zijn voor baanbrekende vernieuwingen in toepassingen, en de grote voor de opschalen van vernieuwingen, waarbij ze elkaar dus wederzijds nodig hebben voor innovatie. Kernwoorden zijn dus duurzaamheid en business innovation. Veel van de vragen raken aan de innovatievraagstukken in andere CLICK//Networks (zoals Gather, Media&ICT en CI-‐Next) en in andere (top)sectoren, (denk aan High-‐tech, Chemie, Logistiek). Binnen de regio sluit Next Fashion aan bij andere programma’s (zoals Masterplan mode & vormgeving, Gelderland Valoriseert!), daarbij wordt samenwerking gezocht met eerstelijns dienstverleners op het gebied van innovatie en ondernemerschap zoals Oost NV, RCT’s, Syntens, KiEMT e.d. waarmee ook betrokkenheid MKB wordt gestimuleerd. Buiten de regio sluit NextFashion aan bij innovatieprogramma’s rond mode in de rest van het land, met name Amsterdam, maar ook Utrecht. Ook internationaal willen we uitbouwen middels Europese Calls; door aansluiting bij het programma Kennisalliantie Euregio Rijn-‐Waal 2020; en door samenwerking met internationale kennisinstellingen (georganiseerd binnen IFFT) zoals bijvoorbeeld UAL Londen en Swedish School of Textiles (University of Borås). Het managen van deze cross-‐overs is een belangrijke factor bij de vormgeving van de organisatie van NF. Dit vraagt veel aandacht voor de ontwikkeling en verdere uitbouw van (sector-‐en grensoverstijgende) netwerken.
2 Organisatie
Er is voor gekozen om van NF geen afzonderlijke rechtspersoon te maken, maar het onder te brengen bij ArtEZ. Dat betekent onder meer dat de bijdragen vanuit Provincie Gelderland en Gemeente Arnhem aan Next Fashion via ArtEZ lopen; en datzelfde zal gelden voor bijdrage vanuit TKI CLICKNL. Daarbij wordt er uiteraard zorg gedragen worden voor een transparante (financiële) administratie in verband met verantwoording van de activiteiten en besteding middelen. NF wordt aangestuurd vanuit een kernteam, verantwoordelijk voor de agendering, afstemming en besluitvorming, organisatie, financiering van activiteiten en besteding van de middelen rond project-‐ en netwerkontwikkeling, kennisuitwisseling en doorontwikkeling van de innovatieagenda in de komende jaren. Dit kernteam bestaat uit de (vertegenwoordigers van de) drie O’s: namens
oktober 2012
3
kennisinstellingen José Teunissen (lector Modevormgeving ArtEZ), namens bedrijfsleven Matthijs Crietee (adjunct-‐directeur Modint), vanuit overheid/provincie: Lucie Huiskens (programmacoördinator Next Fashion). Inhoudelijk functioneert NF als een redactieteam met vertegenwoordigers uit een groot aantal organisaties uit de driehoek ondernemers, onderzoekers, overheden: José Teunissen (ArtEZ), Matthijs Crietee (Modint), Hein Daanen (TNO), Michiel Scheffer (Saxion, fashion materials design), Anneke Smelik (RUN), Souraya Bouwmans (AmFI), Anton Luiken (Texperium), Gijs van der Lee (Control Union), Ger Brinks (Saxion, smart materials), Christine Vroom (Premsela), Berry Kessels (Volkshuisvesting Arnhem), Dominique Brinkhorst (prov. Gelderland), Esther Ruiten (Arnhem). De deelnemers in dit reactieteam zijn alle nauw betrokken bij de ontwikkeling en uitvoering van de innovatieprojecten uit de 4 programmalijnen. Maar het is geen gesloten groep; toetreding staat, zeker in de eerste fase van het netwerk, open voor wie concreet wil bijdragen aan de realisatie van de innovatieagenda. Daarbij geldt wel een maximum van 20 personen, met een evenredige verdeling over de drie hoeken van de driehoek. Voortgang en functioneren en benodigde inbreng wordt jaarlijks geëvalueerd, opdat het team optimaal samengesteld blijft. Directeur Han Bekke van Modint vertegenwoordigt NF in het bestuur van TKI CLICKNL; De voornaamste taken van het Redactieteam, voorbereid vanuit het Kernteam, zijn: Bijdragen aan strategische research agenda • Jaarlijks leveren van draft onderzoeksagenda ten behoeve van nationale strategische agenda • Nadruk op volledige kennisketen: van kortcyclische innovatie tot langlopend fundamenteel onderzoek Ontwikkelen publiek-‐private consortia • Opzetten van consortia die projecten uit de agenda vormgeven en uitvoeren Valorisatie, vermarkting, disseminatie en matchmaking • Opzetten, coördineren, uitvoeren en aanhaken bij activiteiten ter disseminatie, valorisatie en vermarkting van projectresultaten via aangesloten instellingen als AIFW, Modebiënnale en andere relevante partijen. Disseminatie, kennisdeling en matchmaking vormen de basis voor de ontwikkeling van weer nieuwe publiek-‐private consortia. • Relaties met labs en incubatoren Internationalisering, Europese netwerken • Inzet en uitbouw eigen internationale netwerk op het vlak van het bedrijfsleven via IAF (International Apparel Foundation) waar MODINT onderdeel van is en op het vlak van de kennisinstellingen via IFFTI (international organisation for Fashion and Technology Institutes) waar AMFI en ArtEZ deel van uitmaken. • Internationale positionering en marketing van Next Fashion netwerk en -‐projecten Betrokkenheid bedrijfsleven, i.h.b. het MKB • Stimuleren betrokkenheid van MKB bij het netwerk, onder meer via de eerdergenoemde eerstelijns dienstverleners in de regio op gebied van innovatie en ondernemerschap • Stimuleren participatie MKB in projecten en andere activiteiten 3 Activiteitenplan en ondersteuning vanuit TKI CLICKNL In dit hoofdstuk wordt een activiteitenplan uitgewerkt voor 2012-‐2013. Daarbij wordt aansluiting gezocht bij de werkpakketten zoals beschreven in het jaarplan van TKI CLICKNL. Op deze manier wordt meteen duidelijk op welke manier NF bijdraagt aan de uitvoering van de plannen en ambities van TKI CLICKNL, maar wordt ook duidelijk waar de interdependenties liggen. Zie voor een overzicht van de activiteiten in 2012-‐2013 bijlage 1. op bladzijde 9.
oktober 2012
4
Werkpakket 1: De organisatie van NF is in de basis op orde. Wel dienen hier nog de werkwijze en werkafspraken met CLICKNL nader ingevuld te worden. Idem met de NF-‐interne werkafspraken tussen Kernteam en Redactieteam. Dit valt binnen de verantwoordelijkheid en activiteiten van de programmacoördinator, die volledig gedekt zijn door de bijdrage van provincie en gemeente. Voor de personele ondersteuning van programma-‐coördinator, redactie-‐ en kernteam (organisatie, productie events e.d.) zal ArtEZ zorgdragen (0,1 fte). Vanuit Modint wordt een bijdrage geleverd aan de communicatie-‐activiteiten (0,2 fte). Werkpakket 2: De communicatie-‐activiteiten zijn in 2012 en 2013 nog primair ondersteunend aan de grens-‐ en sector overstijgende netwerk-‐ontwikkeling die randvoorwaardelijk is voor de uitvoering en verdere doorontwikkeling van de strategische research agenda (WP3). Uitgangspunt is dat we geen eigen website maken, maar gebruik maken van CLICKnl.nl, en dus ook in huisstijl meeliften op / betrokken willen worden bij de ontwikkelingen van de huisstijl door CLICKNL. Wij bouwen daarmee op punten 3, 4, en 5 van WP 2 van TKI CLICKNL. Hopen in dat verband ook dat op korte termijn een goed toegankelijk cms ter beschikking komt. Daarnaast ontwikkelen we in 2012 een flyer om achtergrond en doelstelling van CLICK//NextFashion kort en goed neer te zetten, als ‘weggevertje’ op events (van andere topsectoren bijvoorbeeld). Ook komt er een korte film (max. 7 minuten) waarin de innovatieagenda van NF wordt toegelicht en geïllustreerd aan de hand van voorbeelden rond de thema’s mode&technologie en mode&duurzaamheid. Deze kan zowel via de website als bij events, workshops, conferenties een snelle intro bieden tot ons werkterrein. Beide communicatiemiddelen dragen ook bij aan de zichtbaarheid van CLICKNL. Op basis van onze ervaringen bij de ontwikkeling van de initiële innovatieagenda, afgelopen jaar, voorzien we tot slot de noodzaak tot het ontwikkelen van een routekaart voor mode & innovatie, samen met de bedrijven in de sector. In de innovatieagenda is weliswaar aangegeven welke gebieden cruciaal zijn in de komende jaren voor de mode industrie, maar dit is nog een tamelijk grove bepaling, die vanuit de bedrijven nog omgezet moet worden in concrete ontwikkelvragen. Iedere branche kent zijn eigen recept voor een goede vraagsturing. De modebranche is van nature complex en vaak in eerste instantie niet innovatiegericht. Daarom achten wij de ontwikkeling van een routekaart, een geleide studie van de gewenste innovatierichtingen voor de modebranche, noodzakelijk. MODINT heeft hiermee eerder in de textiel-‐ en tapijtbranches goede ervaring opgedaan. Wij willen dit instrument aanpassen aan de specifieke omstandigheden in de modebranche en gezien de beperkt beschikbare budgetten omvormen tot een ‘lite’ versie. Centraal in ieder routekaart traject, hoe ‘lite’ ook staat de werkgroepvorm en het voorstellingsvermogen van de deelnemers om gezamenlijk te denken over de markten in de toekomst, zeg 2020. In goed voorbereide en geleide werkgroepen zal worden bepaald welke innovatierichtingen modebedrijven zelf kansrijk voor de toekomst achten en waarin zij dan ook bereid zouden zijn te willen investeren. Daarmee ontstaat de bereidheid tot deelname in innovatieconsortia. De planning is nog dit jaar het werk daarvoor op te starten, en in 2013 uit te voeren. Resultaat vormt een belangrijke basis voor de voorgenomen update van de Strategische Research Agenda (WP3, punt 1) van TKI CLICKNL, maar ook voor de ontwikkeling van de pilot projecten waar komende 2 jaar vanuit TKI CLICKNL ruimte is gemaakt. De routekaart geldt als pilot voor de manier waarop we, ook op langere termijn, het bedrijfsleven actief willen betrekken bij, aanhaken in het innovatiesysteem dat we bouwen met NF. In 2012 en 2013 worden verder nog een aantal activiteiten op het gebied van communicatie en disseminatie gepland in de vorm van expert meetings, seminars en workshops, en presentaties op oktober 2012
5
events als de Kick-‐off, Fashion Week en Modebiënnale (Wp2, punten 9 en 10). Een voorbeeld daarvan zijn de innovatielabs en -‐ateliers die we samen met MOTI Museum of Image, in het kader van de tentoonstelling Couture Graphique, organiseren in 2013. Door onze activiteiten tijdens en samenwerking met deze events positioneren we ons als hét kenniscluster voor mode en innovatie in de regio en daarbuiten. En ontstaat er een goede voedingsbodem voor de ontwikkeling van (cross-‐ over) samenwerkingsprojecten. Hiermee overigens geven wij invulling aan Werkpakket 4 en 5 van CLICKNL. Voor wat betreft de ontwikkeling van punt 8 (Challenges) laten we de lead aan CLICKNL, maar zullen we uiteraard het NF-‐netwerk ervoor proberen te interesseren. Zo zien wij bijvoorbeeld voor een Challenge samen met Biobased Economy goede kansen voor de modesector. Werkpakket 3: In 2012 wordt een drietal consortia en projectaanvragen ontwikkeld (Wp 3, punt 2): 1 Recycling in Design, een aanvraag binnen het Europese programma Eco-‐innovation, een consortium van o.m. Modint, ArtEZ, Texperium, Saxion, en Kwintet (bedrijfskleding), waarin ook een aantal kleine spelers (eco-‐modelabels) zullen participeren; dit project biedt ook aansluiting bij de energiesector, dat in Gederland ook speerpunt van beleid is. 2 Van ketendenken naar netwerkdenken, mogelijk een ELI-‐cofinancieringsaanvraag, mogelijk elders, een consortium van o.m. TNO, ArtEZ, AMFI, Modint; hier sluiten we aan bij de SIA/RaakMKB aanvraag Virtuele verwachting, fysieke beleving van Saxion, een vervolg op het project FutureStore (topsector HTSM). 3 Crafting wearables, een aanvraag binnen de NWO-‐call, een consortium van o.m. ArtEZ, Tu/e, RUN en een aantal mode-‐ontwerpers. Met deze laatste maken we cross-‐overs met CLICK//SDS en topsector HTSM. Op internationaal gebied bereiden we een INTERREG aanvraag voor The Future of Fashion is Innovation (FoFiI), waarin we een innovatief netwerk van kennisinstellingen en (maak)bedrijven aan beide zijden van de grens (Euregio Rijn-‐Waal) willen ontwikkelen dat de basis gaat vormen voor grotere onderzoek-‐ en/of ontwikkelprojecten in 2013 en verder. In dat kader sluiten we ook aan bij de onlangs gestarte INTERREG-‐project Kennisalliantie 2020, waarin naast HAN en RUN onder meer ook TU/e en WUR in deelnemen. Het project heeft tot doel een strategische, bedrijfsgerichte samenwerking tussen de vier grote universiteiten en twee hogescholen in de Euregio Rijn-‐Waal tot stand te brengen om een sterke kennisregio te vormen. Onder meer gericht op de ontwikkeling van een infrastructuur waarin nieuwe innovatieve bedrijvigheid kan ontstaan. Het is uiteraard afwachten of we (al) deze projecten gehonoreerd krijgen, maar wij zien dat wel als randvoorwaardelijk voor het verkrijgen van de benodigde ervaring met en input voor de ontwikkeling van een duurzaam businessmodel, bijvoorbeeld voor het benutten van de TKI-‐toeslagregeling (wp 3, punt 5), wat een element zal zijn van zo’n businessmodel. Andere mogelijkheden zijn dat vanuit deze projectconsortia een organisatie kan worden gevormd, een coöperatie bijvoorbeeld, of vereniging, waarin de leden financieel deelnemen. Ook andere vormen zijn mogelijk, maar dat zal ook afhangen van de ervaringen in en succes van de projecten. Derhalve is het op dit moment nog lastig aan te geven op welke wijze de hier geschetste activiteiten tot een zelfdragend businessmodel zullen leiden. Werkpakket 6: NextFashion is, via de constituerende partners al behoorlijk stevig ingebed in een internationaal netwerk. Zo voert MODINT het secretariaat van de International Apparel Federation (IAF), dé internationale koepel van brancheorganisaties in de mode industrie. 41 landenorganisaties zijn lid van de IAF vormen de kern van het lidmaatschap. Daarnaast zijn grote, in mode gespecialiseerde oktober 2012
6
toeleveranciers en enkele mondiaal opererende mode aanbieders zoals VF, Esprit en Li and Fung bij de IAF aangesloten. Met het secretariaat heeft MODINT een zeer directe, interessante connectie met een wereldwijd netwerk. In de praktijk fungeert de IAF als fysieke en virtuele ontmoetingsplek. Fysiek in de vorm van vooral het jaarcongres dat ieder jaar op een ander continent plaats vindt en in de vorm van regionale, vaak thematische bijeenkomsten. Virtueel in de vorm van committees en werkgroepen van mode mensen van over de hele wereld, die vooral digitaal met elkaar communiceren. Dit betekent voor Next Fashion dat de IAF gevraagd kan worden om de internationale connectie van onderwerpen te helpen gestalte te geven door inzet van netwerk en instrumentarium. Zo zou op het gebied van recycling bijvoorbeeld een ‘regional seminar’ georganiseerd kunnen worden. Ook kan de IAF participeren in projecten en zo internationale connecties inbrengen. Daarnaast is Next Fashion, via ArtEZ en AMFI, nauw verbonden met IFFTI, de internationale Foundation of Fashion Technology Institutes, een wereldwijd netwerk van internationale modescholen in het Hoger Onderwijs die zich als doel gesteld hebben om excellentie in het mode-‐onderwijs en onderzoek te bevorderen door middel van samenwerkingsverbanden zoals student-‐ en stafuitwisseling en samenwerkingsprojecten op het gebied van onderzoek. Op deze manier denkt IFFTI urgente thema’s in de mode als duurzaamheid en technologie en de implicatie die zij hebben op het modevak enerzijds en het modeonderwijs anderzijds te kunnen tackelen. In september 2012 werd een Europees subcommittee opgericht onder leiding van Dr Frances Corner, dean van LCF (UAL) dat uitwisseling en samenwerking binnen Europa gaat organiseren op zowel vlak van onderwijs als onderzoek. Next Fashion is dus internationaal goed aangehaakt, en de activiteiten om dit uit te nutten en verder uit te bouwen vallen voor een belangrijk deel onder de dagelijkse activiteiten en verantwoordelijkheden van de bij NF betrokken medewerkers van Modint, en ArtEZ. Daarmee is het niet nodig de activiteiten binnen WP 6 voor NextFashion apart te benoemen of te begroten. Dit is overigens een aspect dat deel uit zou kunnen maken van het gewenste businessmodel: zoveel mogelijk gekoppeld aan reguliere kernactiviteiten van spelers in de sector.
4 Financiën
De begroting in dit werkplan is gericht op de onderbouwing van de gevraagde ondersteuning van TKI CLICKNL niveau. Zie voor het overzicht de bijlage 2 op blz. 10. Zoals hierboven vermeld ligt in 2012-‐2013 de focus op het ontwikkelen van sector-‐ en grensoverschrijdende netwerken van waaruit onderzoeks-‐ en ontwikkelingsprojecten kunnen worden opgezet. Hoewel in het afgelopen jaar het proces ter ontwikkeling van de innovatieagenda al een basis heeft gelegd, blijkt de ontwikkeling van consortia die concreet projecten opzetten meer tijd te vragen van het kernteam dan oorspronkelijk gedacht en begroot. Dit is met name voor Modint en ArtEZ moeilijk te dragen, en daarvoor wordt ondersteuning gevraagd vanuit het CLICK budget voor de inzet vanuit Modint en ArtEZ: 40% in 2e helft van 2012, 25% in 2013. De uitvoering (schrijven van de onderzoeksplannen, de projectaanvragen en het management van de onderzoeksprojecten) behoort in principe tot de verantwoordelijkheid van de tot het NextFashion-‐ netwerk behorende consortia(in-‐ontwikkeling) zelf. Het gaat hier echter om specifieke expertise die de vaak kleinere spelers in de modesector niet vanzelfsprekend in huis hebben. Het is dus moeilijk om de benodigde capaciteit (in tijd of geld) ‘in huis’ te vinden voor dergelijke activiteiten. De huidige economische crisis helpt vervolgens niet mee externe expertise in te huren. Daarom wordt een bijdrage in de penvoering gevraagd van 20.000 euro in 2012, en 15.000 euro in 2013, met dus een licht stijgende bijdrage vanuit het netwerk.
oktober 2012
7
Ter ondersteuning van de netwerkontwikkeling maken we in 2012 een flyer. We vragen hiervoor een bijdrage voor de productiekosten van 5000 euro. Voor de Routekaart Mode, die we samen met bedrijven in de sector oppakken als basis voor de verdere ontwikkeling en uitvoering van de innovatie-‐agenda, reserveren we ca. 60.000 euro; dit is exclusief de tijd overigens die door deelnemende bedrijven erin geïnvesteerd wordt (bijdrage in-‐kind). We vragen hiervoor een bijdrage vanuit TKI CLICKNL van 75%: ca. 15.000 euro in 2012, en 30.000 in 2013. De gevraagde ondersteuning voor de penvoering van projecten (door deelnemende bedrijven) en van de ontwikkeling van de Routekaart zien wij als onderdeel van de 25% pilotgelden, aangezien die specifiek bedoeld zijn voor het aanhaken van cq mogelijk maken van de inbreng van bedrijven.
oktober 2012
8
Bijlage 1. Schematisch overzicht activiteitenplan 2012-‐2013
oktober 2012
9
Bijlage 2. Begroting 2012-‐2013
oktober 2012
10