Nota reacties en commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014
N o t a
R e a c t i e s
e n
C o m m e n t a a r
Natuurbeheerplan Groningen 2014
Vastgesteld door Gedeputeerde Staten van Groningen op 24 september 2013
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014-
Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Reacties en Commentaar 3. Planaanpassingen Bijlage I - Overzicht insprekers
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
1. Inleiding
5
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
1.1 Gevolgde procedure Op 23 april 2013 hebben wij het Ontwerp Natuurbeheerplan Groningen vastgesteld. In het Natuurbeheerplan hebben wij vastgelegd waar, welke subsidies voor natuur- en landschapsbeheer op basis van het nieuwe Stelsel voor Natuur en Landschapsbeheer (SNL) van toepassing zijn. Het SNL vervangt het Programma Beheer dat vanaf 1 januari 2000 van kracht was. Het Ontwerp Natuurbeheerplan Groningen heeft van 1 mei tot 12 juni 2013 ter inzage gelegen. Gedurende deze periode is een ieder in staat gesteld om schriftelijk of mondeling zijn of haar zienswijzen over het ontwerp aan ons kenbaar te maken. Deze reacties worden in deze Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen van commentaar voorzien.
die in bijlage I is opgenomen. De kolom "Reactie" bevat de betreffende reactie van de inspreker. Wij hebben ervoor gekozen om deze reactie niet samen te vatten maar zoveel mogelijk letterlijk weer te geven. In de kolom "Commentaar en verwerking" wordt de reactie beantwoord waarbij, indien van toepassing, aangegeven wordt op welke wijze de reactie verwerkt wordt. In hoofdstuk drie wordt een overzicht gegeven van de wijze waarop het Natuurbeheerplan Groningen wordt aangepast als gevolg van de reacties. In bijlage 1 van deze nota geven wij een overzicht van alle insprekers/zienswijzen.
1.2 Reacties op het Ontwerp Natuurbeheerplan Groningen Er zijn in totaal 5 reacties ontvangen, binnen de wettelijke termijn. 1.3 Verdere procedure Deze nota hebben wij vastgesteld op 24 september 2013 tezamen met het definitieve Natuurbeheerplan Groningen. Wij hebben ervoor gekozen om bij de vaststelling van dit Natuurbeheerplan Groningen de in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht geregelde procedure te volgen. Dat betekent dat belanghebbenden die gereageerd hebben op het Ontwerp of die redelijkerwijs niet verweten kunnen worden dat zij niet eerder gereageerd hebben op het Ontwerp, binnen zes weken na bekendmaking van het vaststellingsbesluit een beroepschrift in kunnen dienen bij de Rechtbank Groningen.
1.4 Leeswijzer In hoofdstuk twee voorzien wij de ingekomen reacties op het Ontwerp Natuurbeheerplan Groningen van commentaar. In de kolom "Inspreker" staat de code van de inspraakreactie zoals
- Inleiding -
6
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
2. Reacties en Commentaar
- Planaanpassingen -
7
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
1
Zienswijze 1 Onlangs hebben wij subsidie aangevraagd voor de functieverandering van het op de bijgevoegde kaart aangegeven perceel. Wij verzoeken u het perceel als subsidiabel op te nemen in het Natuurbeheerplan 2014.
Reactie Op 16 april 2013 hebben wij besloten het laaggelegen deel van het betreffende perceeltje met een oppervlakte van maximaal 0.8 ha toe te voegen aan de EHS en met terugwerkende kracht ook op te nemen in ons natuurbeheerplan 2013. Terecht merkt u op dat het betreffende perceel op de beheertypenkaart en de ambitiekaart van het ontwerp natuurbeheerplan 2014 ontbreekt. Wij zullen het perceeltje alsnog opnemen met het beheertypen kruiden- en faunarijk grasland.
2
Zienswijze 2 Ondergetekende verzoekt aanpassing van het ontwerp op onderstaande punten : 1. De EHS-begrenzing aanpassen aan de nieuwe kavelindeling door de LI Haren. Het betreft het perceel kad.nr. P368 ged. en eventueel P369 ged. (bijgaand kadasterkaartje). Wij zullen dan het gehele perceel P368 en P383 aanmelden voor functieverandering naar natuur in het kader van de inrichting van de Besloten Venen.
Reactie 1. EHS- begrenzing aanpassen aan nieuwe kavelindeling door LI Haren Door de landinrichting Haren is de kavelindeling gewijzigd. In het plan van toedeling Herinrichting Haren zijn de kadastrale percelen 368 en 383 aan u toebedeeld. De betreffende percelen zijn in ons ontwerp natuurbeheerplan grotendeels begrensd als EHS. Alleen een smalle strook van deze percelen valt buiten de EHS-begrenzing. Deze begrenzing was gebaseerd op de oude perceelgrenzen, waarbij de vroegere drafbaan buiten de begrenzing van de EHS was gehouden. De drafbaan is inmiddels vervallen. Omdat de betreffende percelen een cruciaal onderdeel vormen van de te realiseren robuuste verbindingszone tussen het beekdal van de Drentse Aa en het Hunzedal zullen wij de EHS-begrenzing aanpassen aan de nieuwe kavelindeling, waarbij de kadastrale percelen 368, 369 en 368 als geheel binnen de EHS worden opgenomen.
2. Door een omissie is perceel ged. P375 ten onrechte als natuur opgenomen. Bij de inrichting van natuurontwikkeling "Pollmeer" is de aanvraag met nr. 4944929 gesplitst - brief 18 november 2004 (bijgesloten). De SAN-overeenkomst op het perceel P375 is beëindigd en niet verlengd zie beschikking 2 september 2010 (bijgesloten). Het perceel is door ons als agrarische grond aangekocht in 1983. Wij verzoeken u de beheertypenambitiekaart aan te passen. 3. 2.3 provinciaal beleid onderdeel particulier natuurbeheer Ten aanzien van de doorlevering van BBL-gronden willen wij het volgende inbrengen : Omdat mogelijk het betrekken van gelijkberechtiging in deze gaat meespelen, is ons inziens van belang welke afspraken en toezeggingen gehandhaafd dienen te worden. Eén en ander op grond van het feit dat er recht wordt gedaan aan jarenlange particuliere (financiële) inspanning om het gebied Besloten Venen te ontwikkelen naar natuur. Wij verzoeken u dan ook om Landgoed Blanckenborch B.V. aan te wijzen als belanghebbende voor de doorlevering van de gronden in de Besloten Venen
2. Een deel van perceel 375 is ten onrechte opgenomen als gerealiseerde natuur. Op basis van de door u aangeleverde informatie concluderen wij dat het westelijke deel van perceel P375 in het ontwerp natuurbeheerplan 2014 ten onrechte is aangegeven als gerealiseerde natuur. Wij zullen voor dit deel de ambitiekaart aanpassen. Het betreffende deel van perceel P 375 zal als "nog om te vormen naar natuur" op de ambitiekaart worden opgenomen. 3. Verzoek landgoed Blankenborch B.V. aan te wijzen als belanghebbende voor doorlevering van BBL-gronden in de Besloten Venen en het noordelijk deel van de Westerlanden. Zoals u terecht opmerkt mogen wij op grond van Europese regels voor staatssteun
- Planaanpassingen -
8
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
3
en het noordelijk deel van de Westerlanden (driehoeksruil NM / SBB / Buist), Eén en ander mede omdat er sprake is van duurzaam beheer, één en ander in relatie met onze onderneming 't Hoogeveld te Eelde, waar inmiddels 20 jaar ervaring is opgebouwd samen met o,a. Natuurmonumenten voor betaalbaar natuurbeheer. Wij zijn bereid voor genoemde gebieden te komen tot een overeenkomst met SBB en NM om ongewenste versnippering tegen te gaan. In het geplande gezamenlijk overleg dd. 2 juli 2013 zal dit zeker aan de orde moeten komen.
gronden niet meer doorleveren aan NB-organisaties. Andere partijen moeten dezelfde kansen krijgen om natuurterreinen te verwerven en te beheren. In overleg met de betrokken partijen werken wij aan een nadere concretisering van dit beleid. De uitgangspunten daarvoor zijn vastgelegd in onze beleidsnota Natuur 2013 -2021 (Groningen, groen van Wad tot Westerwolde). Uitgangspunt daarbij is dat wij in grote aaneengesloten natuurgebieden in de EHS het beheer en eigendom zo willen regelen dat natuurdoelen optimaal worden gediend en dat efficiënt beheer mogelijk is. Per gebied wordt het beheer daarom bij voorkeur uitgevoerd door één beheerder of door een collectief van beheerders (zoals een gebiedscoöperatie). Door deze inrichtings- en beheerstrategie willen wij versnippering tegengaan, samenwerking bevorderen en kosten terugdringen. In overleg met beheerders zullen wij nagaan hoe we deze besparingen kunnen realiseren. Het op voorhand aanwijzen van Landgoed Blankenborch als belanghebbende voor eventuele doorlevering van gronden in de besloten Venen en het noordelijk deel van de Westerlanden gaat in tegen het principe van gelijke kansen voor iedereen. Uiteraard zullen wij in voorkomende gevallen de huidige eigendoms- en beheersituatie betrekken bij een eventuele doorlevering van gronden.
Zienswijze 3 Op bladzijde 28 van het plan (roodgekleurde tekst - eerste en derde zin) geeft u aan dat u agrarisch natuur- en landschapsbeheergebieden heeft aangewezen als gebied waarbij een collectief beheerplan is vereist, en dat subsidie alleen mogelijk is als deze onderdeel uitmaakt van een collectief beheerplan. Wij nemen aan dat deze wijziging van het plan te maken heeft met het besluit van de gezamenlijke provincies (IPO) dat ook subsidies voor botanisch beheer en landschapsbeheer nog alleen collectief (door een gebiedscoördinator) kunnen worden aangevraagd. Wij menen dat u genoemd besluit niet geheel juist heeft vertaald naar het Natuurbeheerplan. De strekking van het IPO-besluit is dat de aanvragen collectief worden ingediend. Aan die collectieve aanvraag heeft IPO niet de voorwaarde verbonden dat deze deel uitmaakt van een collectief beheerplan. Wij verzoeken u om het Natuurbeheerplan op dit punt te corrigeren door het vereiste van "het onderdeel uitmaken van een collectief beheerplan" te schrappen.
Reactie Het Subsidiestelsel Natuur en Landschap blijft in de huidige vorm tot 2016 van kracht. Wel wordt het SNL waar mogelijk goedkoper en effectiever uitgevoerd. Dit betekent dat er voor 2014 al iets wijzigt, als opmaat naar het vernieuwde subsidiestelsel. Vanaf 2014 is subsidie voor agrarisch natuurbeheer alleen nog mogelijk via een collectief beheerplan. Dit geldt zowel voor het weidevogel- en akkervogelbeheer, als voor botanisch beheer en landschapsbeheer. Het individueel aanvragen van agrarisch natuurbeheer is niet meer mogelijk. Een collectief beheerplan is een gezamenlijk plan voor al het agrarisch natuurbeheer in een bepaald gebied. De gebiedscoördinator maakt dit plan en neemt de beheerpakketten en oppervlaktes van de deelnemende agrarisch beheerders hierin op. Dit betekent dat als een subsidie voor agrarisch natuurbeheer (landschap- of botanisch) vanuit de Provinciale subsidieregeling agrarisch natuurbeheer (PSAN) afloopt vóór 1 december 2014 men vanaf 2014 alleen in aanmerking komt voor subsidie voor agrarisch natuurbeheer als men deelneemt aan een collectief beheerplan (een plan voor al het agrarisch natuurbeheer in het gebied). De verandering geldt voor aflopende
- Planaanpassingen -
9
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
contracten in 2014. De gebiedscoördinator geeft het collectief beheerplan voor 2014 (het weide- en akkervogelbeheer, botanisch beheer en landschapsbeheer) tussen 1 september en 15 december 2013 op in de SNL-applicatie. Uiterlijk 15 december 2013 legt de gebiedscoördinator het collectief beheerplan ter goedkeuring voor aan de provincie. De provincie beoordeelt of het plan aansluit bij de doelen uit het natuurbeheerplan en of het past binnen de financiële afspraken. Tussen 15 januari en 15 februari 2014 wordt de SNL-applicatie nogmaals opengesteld. De gebiedscoördinator kan dan eventuele aanwijzingen van de provincie nog verwerken in het collectief beheerplan voor 2014.
4
Zienswijze 4 Wierde & Dijk , de vereniging voor agrarisch natuur-en landschapsbeheer Noord-Groningen, heeft met belangstelling kennis genomen van uw concept Natuurbeheerplan 2014. Wij vragen uw aandacht voor onze zienswijze met betrekking tot het plan. Het concept Natuurbeheerplan 2014 geeft aan dat het botanisch en landschapsbeheer vanaf 2014 zal vallen onder het collectief beheer. Het botanisch en landschapsbeheer worden daarvoor binnen de invloedsferen van de huidige agrarische natuurverenigingen gevoegd. Per gebied is er één gebiedscoördinator voor het collectieve beheer ingetekend op de kaart. Wierde & Dijk maakt bezwaar tegen de wijze waarop het collectieve beheer staat ingetekend in het kleiweidegebied ten noorden van het Damsterdiep bij Appingedam. In het weidevogelkerngebied geldt het collectief beheerplan weidevogels Hoeksmeer-Appingedam van ANV Meervogel. Volgens het concept natuurbeheerplan zal vanaf 2014 hier ook het botanisch en landschapsbeheer onder vallen. Bovenstaande werkwijze is niet conform de werkafspraken die Wierde & Dijk en ANV Meervogel hebben gemaakt over het uitvoeren van de activiteiten. Deze afspraken zijn eind 2009 gemaakt omdat er onduidelijkheid was over het coördineren van het weidevogelbeheer in het betreffende gebied. Volgens de afspraak tussen Wierde & Dijk en ANV Meervogel, valt het weidevogel beheer onder de gebiedscoördinatie van Meervogel. Het overige
Het openstellingsbesluit 2014 zal inzicht geven in de beschikbare financiële ruimte voor landschaps- en botanisch beheer. Reactie De door inspreker beschreven interpretatie over de taakverdeling in de collectieven van Wierde& Dijk en ANV Meervogel is overeenkomstig de afspraak die eind 2009 is gemaakt n.a.v. onduidelijkheid over de gebiedscoördinatie is over het beschreven gebied. In het kleiweide gebied ten noorden van Appingedam vindt coördinatie van weidevogelbeheer onder ANV Meervogel. De coördinatie van overige vormen van beheer is onder supervisie van Wierde & Dijk.
- Planaanpassingen -
10
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
5
beheer - akkervogels, rietvogels en andere door Wierde & Dijk gebezigde activiteiten - behoort tot Wierde & Dijk. (zie de bijlage) De provincie Groningen heeft, bij het installeren van de acht gebiedscoördinatoren op 27 oktober 2009, deze werkafspraken bevestigt. Op de kaart van de gebiedscoördinatie in de provincie Groningen staat bij het kleigebied ten noorden van het Damsterdiep "2-4". Hiermee is aangeven dat in dit gebied twee gebiedscoördinatoren, Meervogel en Wierde & Dijk, zijn geïnstalleerd. De werkwijze die - volgens de gemaakte afspraken - op kaart gezet dient te worden is: In het kleigebied ten noorden van het Damsterdiep bij Appingedam, coördineert ANV Meervogel het weidevogelbeheer in het weidevogelkerngebied; In dit gebied coördineert Wierde &'Dijk het overige beheer: het botanisch en landschapsbeheer. Zienswijze 5 Voor uw provincie en Staatsbosbeheer wordt 2014 een bijzonder jaar. Staatsbosbeheer zal voor de eerste keer subsidie aanvragen in het kader van de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer (SNL). We zullen dat bovendien in overleg met u doen via de nieuwe, nog in ontwikkeling zijn, werkwijze van de lumpsumovereenkomst. Algemeen Bij de formulering van deze zienswijze heb ik het resultaat van het Decentralisatieakkoord Natuur, aangevuld met het recent gesloten akkoord tussen provincies en de manifestpartners als uitgangspunt gekozen. Uw plan en beheertypenkaart zijn op een aantal onderdelen nog niet in overeenstemming met het gesloten akkoord tussen de gezamenlijke provincies en de beheerders / manifestpartners. De kaart is ook nog niet tot stand gekomen via de in IPO-verband nog in ontwikkeling zijnde standaardwerkwijze bij het sluiten van lumpsumovereenkomsten. Graag wil ik het gesprek met u aangaan hoe het plan en de beheertypenkaart aangepast kan worden op de recente gemaakt afspraken. Volledigheid van de Beheertypenkaart. De beheertypenkaart geeft de huidige typen en de ligging van alle typen natuur en landschap in de provincie Groningen aan, de zogenaamde bestaande situatie; zowel binnen als buiten EHS. Ik constateer dat sommige terreinen van Staatsbosbeheer nog ontbreken op de beheertypenkaart. In de verschillende bijlagen heb ik een overzicht
Reactie De inspreker constateert dat sommige terreinen van Staatsbosbeheer ontbreken of niet op de juiste manier op de beheertypenkaart zijn aangegeven. Hieronder geven wij per terrein aan of en zo ja hoe wij deze terreinen op de beheertypenkaart zullen weergeven. 1. (Kaart 1 tm 10) 1. Recreatieterreinen in het Lauwersmeergebied. In ons omgevingsplan 2009 - 2013 zijn de terreinen ten noorden van het Nieuwe Robbengat aangegeven als recreatieterreinen. Dat betekent dat deze terreinen niet op de natuurkaart van onze omgevingsverordening zijn aangegeven als EHS natuur of als overig bos- en natuurgebied. Wij willen de subsidiering van het natuurbeheer vooral richten op gebieden die in onze omgevingsverordening zijn aangeduid als EHS-natuur of als overig bos- en natuurgebied. Daarom nemen wij deze gronden niet op de beheertypenkaart op. De door u aangegeven zone langs de zuidzijde van het Nieuwe Robbengat heeft geen recreatieve aanduiding in ons omgevingsplan. Dit deel van het gebied valt buiten aanwijzingsbesluit van de vogelrichtlijn en is eveneens geen NB-wet gebied. Wij hebben de begrenzing hierop afgestemd. Mede gezien het recreatieve medegebruik nemen wij deze zone niet op in ons natuurbeheerplan. Het terrein van de werkschuur valt buiten de begrenzing van de EHS en is ook niet opgenomen in ons natuurbeheerplan.
- Planaanpassingen -
11
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
opgenomen welke terreinen dit zijn. Ik ben van mening dat deze terreinen met de door mij aangegeven beheertypen - die huidige situatie weergevenaan de beheertypenkaarten moeten worden toegevoegd. Recreatie terreinen. Een deel van de terreinen van Staatsbosbeheer kent een specifiek recreatief doel, bijvoorbeeld natuurkampeerterreinen en dagrecreatie terreinen. Dit type terrein bestaat meestal uit kruidenrijke vegetatie en worden als zodanig beheerd. Los van de recreatieve functie zou het logisch zijn hierop een Natuurdoel te leggen. Toelichting op de bijlagen. Op de bijlagen (PDF beschikbaar) staat per kaart aangegeven waar ik voorstellen doe om de beheertypen te wijzigen. Het betreffen 3 soortige wijzigingen: 1. Wijzigingen voor bij Staatsbosbeheer in eigendom behorende terreinen, conform de kaartnummers 1 tot en met 10. Deze kaarten zijn op A4 bijgevoegd. Het betreffen hier wijzigingen voornamelijk als gevolg van geometrische verschillen, terreinen van Staatsbosbeheer die niet zijn opgenomen of bijvoorbeeld omdat de actuele terreindoelen dat naar mijn mening rechtvaardigen. 2. Wijzigingen voor gronden in eigendom van BBL. Dit betreffen gronden met zeer verschillende situaties. Gronden waarbij overdracht naar Staatsbosbeheer voor de hand ligt, er afspraken zijn over overdracht zoals bijvoorbeeld in de overeenkomst met RWE is vastgelegd, of Staatsbosbeheer reeds de gronden beheerd. In twee bijlagen op A3 formaat treft u twee voorbeelden aan. Ik vraag u met mij in overleg te treden over voorstellen van beheertypen voor eigendommen van BBL. Hierbij zal ik in lijn met eerdere afspraken en de criteria die voor doorlevering in de beleidsnota |Natuur 20132021 zijn opgenomen met voorstellen komen. Deze zullen zoveel als mogelijk aansluitend bij de keuze van de beheertypen van de terreinen van Staatsbosbeheer. 3. Ik adviseer de terreinen van Staatsbosbeheer die in erfpacht zijn uitgegeven ook te voorzien van een beheertype. Om zo als provincie het volledige overzicht te houden van natuurterreinen en hun beheertype. Het gaat hier om terreinen die fysiek een natuur en landschap functie hebben,
2. Terreintje zuidzijde Schildmeer Het terreintje is op bijlage 10 kaart 4 van onze omgevingsverordening aangegeven als EHS natuur. Daarom zullen wij dit terreintje alsnog opnemen op de beheertypenkaart en de ambitiekaart van het natuurbeheerplan met het beheertype Kruiden- en faunarijk grasland. 3. Landschapselement langs Egyptische Dijk. Wij zullen het betreffende landschapselement op de beheertypenkaart en de ambitiekaart opnemen met het landschapstype Poel en klein historisch water. 4. Gronden ten noorden van Grootegast tussen Grootegast en de Caspar Roblesdijk In 2001 hebben wij op verzoek van de gemeente Grootegast bevorderd dat de gemeente in aanmerking kwam voor Europese subsidies voor ontwikkeling van het gebied tussen het Caspar de Roblespark en de Caspar de Roblesdijk. Daarbij hebben wij destijds ook een financiële bijdrage van de provincie toegezegd. Doel hiervan was de ontwikkeling van een overgangsgebied tussen de uitbreiding van de bebouwing van Grootegast en de Ecologische hoofdstructuur in de Grootegastermolenpolder. Kennelijk zijn de betreffende gronden in een later stadium in het kader van het plan van toedeling van de landinrichting Lutjegast-Doezum in eigendom overgegaan van gemeente naar Staatsbosbeheer, waarbij Staatsbosbeheer de gronden aan de gemeente in erfpacht heeft gegeven. Gezien de functie van het gebied als uitloopgebied voor het dorp Grootegast en de deels parkachtige uitstraling zien wij het beheer vooral als een gemeentelijke taak. Daarom nemen wij deze gronden niet op in ons natuurbeheerplan. 5. Gronden ten zuidoosten van Lutjegast Volgens onze informatie is het door u aangegeven perceel in de Grootegastermolenpolder nog geen eigendom van uw organisatie, maar eigendom van Bureau Beheer Landbouwgronden. Dit perceel maakt deel uit van bezittingen van BBL waarover wij met u en twee andere partijen afspraken hebben gemaakt over het toekomstig eigendom en beheer. Deze afspraken gaan er van uit dat van het totale BBL-bezit ten zuidoosten van Lutjegast 8 ha zal worden doorgeleverd aan Staatsbosbeheer en ca. 22 ha zal worden verkocht aan particulieren. Op grond van deze afspraken zal een deel van het door u aangegeven perceel worden verkocht aan de Stichting Dotterbloem. Zolang de doorlevering/cq verkoop van de grond nog niet definitief heeft plaatsgevonden handhaven wij de aanduidingen op de beheertypenkaart en de ambitiekaart.
- Planaanpassingen -
12
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
dus exclusief de bebouwd terreinen en andere infrastructuur. Tenslotte merk ik voor de goede orde op dat ik geen opmerkingen maak ten aanzien van de ambitiekaart. In overleg met uw provinciale medewerkers is afgesproken dat hiervoor de komende tijd nog ruimte zal zijn.
6. Bosje tussen A7 en spoorbaan nabij Winschoten. Wij zullen het betreffende bosje opnemen op de beheertypenkaart en de ambitiekaart met het beheertype Bossingel en bosje 7. Bosgebied nabij Nieuwe Pekela Wij zullen de begrenzing van het bosgebiedje op de beheertypenkaart en ambitiekaart iets aanpassen zodat de betreffende graslandperceeltjes binnen de begrenzing vallen. Daarbij zal het beheertype Kruiden- en faunarijk grasland worden toegekend. 8. Gronden gelegen in de bosgebieden nabij Jipsingboertange Het betreft hier een drietal kleine stukjes grond. Voor het meest westelijk gelegen element geeft u aan dat dit geen natuur betreft, maar in erfpacht is uitgegeven ten behoeve van opslag. Dat is juist, daarom hebben wij dit perceeltje niet opgenomen op de natuurkaart van onze omgevingsverordening en ook niet op de kaarten van het natuurbeheerplan. Wat betreft de overige twee perceeltjes zullen wij de beheertypenkaart en de ambititiekaart aanpassen overeenkomstig uw voorstel. 9. Perceel nabij Laude Wij zullen het betreffende perceel opnemen op onze beheertypenkaart als kruiden- en faunarijk grasland. 10. SBB eigendom Allersmaborg. Wij hebben het landschapstype Historische tuin niet opengesteld in ons openstellingsbesluit. Subsidiering van het herstel van historische tuinen vindt niet plaats via het SNL. Daarom nemen wij dit landschapstype niet op op de beheertypenkaart. 2. Wijzigingen gronden BBL U stelt voor BBL gronden, waar doorlevering aan Staatsbosbeheer voor de hand ligt, in overleg met u te voorzien van een beheertype. Doorlevering van BBL-gronden is op dit moment nog onderwerp van discussie. Dit in verband met de Europese regelgeving inzake gelijkberechtiging. Momenteel werken wij aan de ontwikkeling van spelregels voor doorlevering van gronden in de EHS, waarbij uitgangspunt is dat alle natuurbeheerders gelijke kansen krijgen en de natuur adequaat wordt ingericht en beheert. Daarbij zullen wij ook rekening houden met ge-
- Planaanpassingen -
13
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
maakt afspraken. Hierover zullen wij binnenkort met u in overleg treden. In relatie tot de door u aangegeven voorbeelden en het toekennen van een beheertype op de kaart hebben wij als volgt gehandeld. BBL-gronden die al zijn ingericht en door u worden beheerd hebben wij voorzien van een beheertype. BBL-gronden die nog niet zijn ingericht (bijvoorbeeld Dannemeer fase 2) hebben wij op de beheertypenkaart opgenomen met het beheertype N 00.01 “Nog om te vormen naar natuur”. 3. Erfpacht Op de beheertype kaart zijn de beheertypen opgenomen die de actuele beheersituatie aangeven. Afhankelijk van de plaatselijke situatie ligt er een beheertype op de gronden die eigendom zijn van SBB.
- Planaanpassingen -
14
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
3. Planaanpassingen
- Planaanpassingen -
15
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
3.1
Aanpassingen kaarten
Naar aanleiding van de inspraakreacties zullen we een aantal wijzigingen doorvoeren op de beheertypenkaart en ambitiekaart die opgenomen zijn als bijlagen van het Natuurbeheerplan Groningen. Daarnaast zijn ambtshalve enkele wijzigingen doorgevoerd. Overige ambtelijke/ technische aanpassingen:
•
•
De beheertypekaart is daar waar nodig aangepast op de actuele beheersituatie, daarnaast zijn er enkele kleine technische wijzigingen doorgevoerd. Enkele voor continuering vrijgevallen elementen/ percelen zijn niet opnieuw op kaart gezet omdat deze niet voldoen aan voorwaarden in het natuurbeheerplan.
3.2 Aanpassingen tekst NBP De tekst is op een beperkt aantal onderdelen aangepast. O.a. het omzetten van de wijzigingen die in het ontwerp in rood waren gearceerd, zijn geïntegreerd in de tekst.
- Planaanpassingen -
16
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
Bijlage I - Overzicht inspreker
- Bijlage I - Overzicht insprekers -
17
- Nota Reacties en Commentaar Natuurbeheerplan Groningen 2014 -
Inspreker 1 Inspreker 2
Dhr. F. Schuitemaker en mevr. C. Baan Dhr. K. Buist en mevr. J.C.W. Buist-Koudijs
Inspreker 3 Inspreker 4 Inspreker 5
- Bijlage I - Overzicht insprekers-
Dhr. R. Sytema, BoerenNatuur Dhr. E. Smink, ANV Wierde& Dijk Dhr. P. Winterman, Staatsbosbeheer
18