Minorregeling - 2009-2010 1. Naam minor: Persoonlijke en professionele ontwikkeling 2. Engelse benaming: Personal and professional development 3. Catalogusnummer: 42 4. Inhoud minor Persoonlijke en professionele ontwikkeling Studenten leren tools te gebruiken en te ontwikkelen om persoonlijk en professioneel competenter te worden in de cultuur van vandaag. Hierbij staat kennis centraal uit vier verschillende domeinen: • Persoonlijkheidspsychologie (narratieve psychologie, ik-posities, model meerstemmige of dialogische zelf van Hermans, reflectie) • Cultuursociologie en -filosofie (levenslopen, leefstijlen en waardenpatronen in een tijd van individualisering, informalisering, internationalisering en informatisering en de rol van gender en sociale netwerken) • Filosofische antropologie (overheersende en soorten mensbeelden, vooroordelen, de rol en plaats van waarden, generatieverschillen) • Communicatiewetenschappen (gender, kernkwadranten, feedback, roos van Leary, communicatietechnieken, hoeden van De Bono) Behalve hoor- en werkcolleges en opdrachten over deze domeinen voeren studenten een zelf gekozen project uit waarin stage/praktijkervaringen en (literatuur)onderzoek opgenomen moeten zijn. Diplomasupplement in het Engels In the minor Personal and professional development the candidate has learnt to use and develop tools that assist him to work on their personal and professional competencies needed in contemporary culture. Knowledge from four different domains plays a central role: • Personality psychology (narrative psychology, I-positions, multi-voiced or dialogue-oriented self by Hermans, reflection) • Cultural sociology and cultural philosophy (life courses, lifestyles and value patterns in an age of individualisation, informalisation, internationalisation and informatisation and the role of gender and social networks) • Philosophical anthropology (governing and kinds of human concepts, prejudices, the role and position of values, generational diversities) • Communication science (gender, nuclear quadrants, feedback, the rose of Leary, communication techniques, thinking heads De Bono) Beyond lectures, working sessions, and assignments on these domains, the candidate has worked on a selfchosen project in which internship or practice experiences and (literature)research is included. Prestatie-indicatoren introductie en vier domeinen De student: 1. verkent het gebied waarop de minor zich beweegt en de bij de minor behorende disciplinaire domeinen. 2. oriënteert zich op de (beroeps)contexten waarbinnen een activiteitenplan realiseerbaar is; 3. verkent de mogelijkheden die het werken in zijn peer group heeft en ontwikkelt de daartoe vereiste vaardigheden; 4. onderzoekt de competenties waarover hij beschikt en plaatst deze in het perspectief van de minordoelen; 5. legt zijn leer- en onderzoeksintenties vast in een persoonlijk ontwikkelplan en een persoonlijk activiteitenplan.
De student onderzoekt de indentiteitsontwikkeling van de mens vanuit de veelheid en veelsoortigheid van posities die mensen innemen. De student: 1. herkent en beschrijft tegenstellingen of tegenposities (de verschillende ik-ken ) 2. reflecteert op de verschillende ik-ken 3. benoemt voorbeelden van het ‘meerstemmige zelf ‘ in de maatschappij (bijv. in literatuur, kunst, media en communicatie) 4. onderzoekt binnen de eigen professie of bachelor-opleiding de rol en betekenis van het ‘meerstemmige zelf’ en past daarbij deze theorie toe. 5. onderzoekt ook een ander dan eigen beroepsprofiel om zo nieuwe perspectieven in eigen beroep te toetsen De student analyseert verschillende betekenissen van het begrip cultuur en onderzoekt zijn positie daarbinnen. De student 1. herkent en beschrijft dominante denkbeelden in de Westerse cultuur, analyseert en interpreteert culturele diversiteit daarbinnen 2. benoemt en beschrijft de veranderingsprocessen in de samenleving en in de levensloop van mensen 3. onderzoekt en interpreteert de impact van de moderne massamedia en informatietechnologie op de persoonlijke en professionele ontwikkeling 4. maakt een sociale kaart van zijn omgeving, herkent en beschrijft de wisselwerking tussen individu en sociale leefwereld en de eigen rol daarbinnen 5. reflecteert op zijn steeds veranderende identiteit, het eigen leven: een steeds opnieuw verteld verhaal en analyseert de betekenis hiervan voor zijn persoonlijke en professionele ontwikkeling 6. communiceert met anderen en met ‘zijn meerstemmige zelf’ over de steeds veranderende identiteit, het eigen leven 7. past opgedane kennis over maatschappelijke veranderingsprocessen toe tijdens het onderzoek in de praktijkcontext De student verdiept zich in hoe mensen verschillend het wezen van de mens beschrijven en welke tegenpolen van de menselijke natuur daarbij naar voren komen. De student: 1. definieert het begrip mensbeeld 2. herkent en beschrijft (dominerende) mensbeelden in de maatschappij 3. maakt zichtbaar hoe mensbeelden een rol spelen binnen de beroepscontext 4. reflecteert op de invloed van mensbeelden op de eigen professie / bacheloropleiding 5. communiceert hoe de mensbeelden in zijn persoonlijke en professionele (identiteits)ontwikkeling een rol spelen De student bestudeert communicatieprocessen en communicatiepatronen en bouwt aan zijn eigen vaardigheid daarbinnen. De student 1. herkent en beschrijft communicatieprocessen in de praktijkcontext mbv een observatie-instrument 2. zet creatieve manieren in om in de praktijkcontext het doel van zijn onderzoek duidelijk te maken en praktijkinformatie voor zijn onderzoek in te winnen 3. gebruikt verschillende communicatietechnieken tijdens interpersoonlijke communicatie (waarbij hij actief luistert, ik-boodschappen geeft, een eigen inbreng heeft, begrip/belangstelling toont voor de ideeën van de ander en een professionele relatie aangaat) en intrapersoonlijke communicatie toe 4. werkt aan de opbouw van een netwerk ten bate van zijn persoonlijke en professionele ontwikkeling 5. reflecteert op zijn communicatieve vermogens en het soort netwerk dat hij heeft opgebouwd
3
Prestatie-indicatoren onderzoek(sverslag) 1. De student beschrijft in zijn onderzoeksverslag met concrete voorbeelden dat hij de thematieken van de minor kan integreren in zijn handelen in de praktijkcontext 2. Onderbouwt zijn keuzes op basis van gevonden onderzoeksresultaten, literatuurkennis en eigen inzichten. 3. De student beschrijft waar de door hem gevonden kennis in de maatschappij past en daar een (structurele) plaats zou moeten krijgen. 4. Beschrijft hoe hij daarbij rekening heeft gehouden met ethisch-maatschappelijke vragen. 5. Onderbouwt zijn keuzes op basis van gevonden onderzoeksresultaten, literatuurkennis en eigen inzichten. 6. Reflecteert op de realisatie van zijn persoonlijk activiteitenplan en succes- en faalfactoren daarin. 7. Reflecteert op de betekenis van zijn onderzoeksbevindingen voor een hernieuwing van zijn persoonlijke onwikkelingsplan vanuit het perspectief van zijn major en beroep. Prestatie-indicatoren presentatie 8. De student laat in een presentatie in een forum zien dat hij effectieve communicatiemiddelen kan inzetten om zijn verantwoording te communiceren naar zijn omgeving. Prestatie-indicatoren minordossier De student: 1. beschrijft in zijn minordossier met concrete voorbeelden hoe dat hij de thematieken van de minor integreert in zijn handelen in de praktijkcontext. 2. De student legt verschillende verbanden: - tussen de verschillende thematieken - in bronnen onderling - en tussen theorie en praktijk 3. onderbouwt deze integratie op basis van gevonden onderzoeksresultaten, literatuurkennis en eigen inzichten. a. Dialogische of meerstemmige zelf b. Mensbeelden c. Cultuur d. Communicatie e. Project 4. bouwt op basis van de door hem te verwerven competenties in combinatie met de doelen van de minor het minordossier op. 5. Overzicht onderwijsactiviteiten minor (zie artikel 12, lid 8 algemeen deel OER) Fase 1 Fase 1 is de introductiefase: de opzet van de minor en introductie van de vier domeinen staan centraal en studenten starten met de uitwerking van een persoonlijk projectplan. studielast De genormeerde studielast van fase I beslaat 280 studiebelastingsuren Aanbod en begeleiding Inhoud Contacttijd Toetsing 1 Intakegesprek 1/2 uur per student 2 Introductiecollege Introductie van de minor 4 uur
4
Begeleid peer group overleg
3 hoorcollege Begeleid peer group overleg 4 Hoor/werkcollege Begeleid peer group overleg 5 Hoor/werkcollege Begeleid peer group overleg 6 Hoor/werkcollege Begeleid peer group overleg 7 Werkcollege Studievoortganggesprek: projectplan
Voorbereiding en verwerking van onderwijsbijeenkomsten en peer group feedback individuele projectplannen Identiteit zie hierboven voor inhoud
2 uur
Cultuur zie hierboven voor inhoud
4 uur 2 uur
Mensbeelden zie hierboven voor inhoud
4 uur 2 uur
Communicatie zie hierboven voor inhoud
4 uur 2 uur
Integratie De student heeft met zijn minorbegeleider een studievoortganggesprek.
4 uur 1/2 uur per student gesprek
4 uur 2 uur
Summatieve toetsing: Individueel projectplan
Fase 2 In fase 2 van de minor start de student zijn project en/of onderzoek. Op elk van de inhoudelijke domeinen krijgt de student een verbredings- en verdiepingsaanbod. Ook kan de student via n@tschool en sharepoint docentonafhankelijk werken. Het onderwijsaanbod is verdeeld over 4 blokken. Per blok worden er 4 hoor- en werkcolleges aangeboden en neemt de student samen met de andere studenten die dat blok volgen, deel aan peer group bijeenkomsten. Per blok wordt in deze fase indien wenselijk één responscollege georganiseerd. studielast De genormeerde studielast van fase 2 beslaat 420 uur, waarbij verwacht wordt dat 140 uur in een praktijkcontext gerealiseerd wordt: naast ondergenoemd aanbod realiseert de student in fase 2 dus zijn projectplan in een praktijkcontext. Dit project kan evt. ook worden uitgevoerd in fase 3 van de minor. Domein persoonlijkheidspsychologie (meerstemmige zelf) Aanbod en begeleiding Contacttijd Toetsing summatieve toetsing: Hoor/werkcollege 4 x 4 uur • Instaptoets Responscollege (mogelijk) 1 x 2 uur • Verwerkingsopdracht waarbij Peer group 5 x 1 uur opgegeven en zelfgekozen literatuur verwerkt is Domein cultuursociologie en –filosofie (cultuur) Aanbod en begeleiding Contacttijd Toetsing Hoor/werkcollege 4 x 4 uur summatieve toetsing: • Leerverslag over Responscollege (mogelijk) 1 x 2 uur
5
Peer group
5 x 1 uur
Domein wijsgerige antropologie (mensbeelden) Aanbod en begeleiding Hoor/werkcollege Responscollege (mogelijk) Peer group
Contacttijd 4 x 4 uur 1 x 2 uur 5 x 1 uur
Blok communicatiewetenschappen (communicatie) Aanbod en begeleiding Contacttijd Hoor/werkcollege 4 x 4 uur Responscollege (mogelijk) 1 x 2 uur Peer group 5 x 1 uur Studievoortganggesprek met minorbegeleider over projectplan
deelopdrachten waarbij opgegeven en zelfgekozen literatuur verwerkt is Toetsing summatieve toetsing: • presentatie • schrijven van een column waarbij opgegeven en zelfgekozen literatuur verwerkt is Toetsing summatieve toetsing: • reflectieverslag waarbij opgegeven en zelfgekozen literatuur verwerkt is
1/2 uur per student gesprek
Fase 3 De laatste fase van de minor is gericht op het integreren van de in de minor opgedane kennis en ervaring. studielast De genormeerde studielast van fase 3 140 uur). Deze fase kan evt. ook worden doorlopen in het 3e semester dat de minor wordt gevolgd. Aanbod en begeleiding Toetsing Werkcollege 1 x 4 uur Summatieve toetsing: • onderzoeksverslag + presentatie Presentaties project 4 x 5 uur • minordossier Assessment 1/2 uur per • individueel criterium gericht student interview over minordossier Studievoortganggesprek met minorbegeleider over 1/2 uur per projectplan student gesprek
6
• •
In fase 3 is er geen nieuw aanbod. Begeleiding is op eigen initiatief van de student verkrijgbaar in de vorm van coaching door de studiebegeleider of organiseren van peer groupintervisie
• •
•
• •
Tijdens deze fase rondt de student zijn praktijkonderzoek/project af. Als afsluiting geeft hij een presentatie van wat hij geleerd heeft van het project Daarnaast doet de student verslag van wat hij heeft geleerd en geeft hij verantwoording van de gevonden kennis en/of van het uitgevoerde onderzoek/project. Experts beantwoorden evt. vragen. De student levert een minorodossier in.
6. Aanmelding onderwijsactiviteiten minor De minor is toegankelijk voor studenten in de hoofdfase van alle bacheloropleidingen. De inhoud van de minor kan bij elke major aansluiten en is niet gericht op een specifieke beroepscontext. Bij inschrijving in Peoplesoft kiest de student uit een lint- of blokprogrammering; voor deeltijders is er alleen de lintvariant. Is eenmaal de vorm van de minor gekozen dan volgen alle studenten dezelfde onderwijsactiviteiten. De uit te voeren projecten zijn echter naar individuele keuze. 7. Toetsing minor en aanmeldingvoor toetsen (artikel 16, lid 3 en artikel 21 algemeen deel OER) Frequentie en rooster van toetsing worden bekend gemaakt via de portal van de minor (http://portal.fontys.nl/minors/ppo) en afgenomen aan het einde van fase 1, gedurende de domeinblokken in fase 2 of in fase 3. Voor alle fasen geldt als noodzakelijke voorwaarde voor deelname aan toetsing: 80% aanwezigheidsverplichting. Dit wordt geregistreerd in Peoplesoft. In uitzonderlijke omstandigheden kan per blok een bijeenkomst gemist worden na overleg met de minorbegeleider. Voldoende aanwezigheid is een voorwaarde voor deelname aan de toetsing. Bij onvoldoende aanwezigheid maakt de student een plan van aanpak. Dit overlegt hij met zijn minorbegeleider. Fase 1 – Fase 2 •
•
•
Individueel projectplan (beoordeling door minorbegeleider)
Persoonlijkheidspsychologie (meerstemmige zelf) – Schriftelijke, individuele instaptoets (beoordeling door domeinexpert) – Schriftelijke, individuele producttoetsing: verwerkingsopdracht waarbij opgegeven en zelfgekozen literatuur verwerkt is (beoordeling door domeinexpert) Cultuurpsychologie en –sociologie (cultuur) – Schriftelijke, individuele producttoetsing: leerverslag over deelopdrachten waarbij opgegeven en zelfgekozen literatuur verwerkt is (beoordeling door domeinexpert) Filosofische antropologie (mensbeelden) – Groepspresentatie (beoordeling door domeinexpert en externe deskundigen)
7
–
•
Schriftelijke, individuele producttoetsing: column waarbij opgegeven en zelfgekozen literatuur verwerkt is (beoordeling door domeinexpert) Communicatie – Schriftelijke, individuele producttoetsing: logboek (beschrijven van ervaringen en reflectie daarop) met deelopdrachten waarbij opgegeven en zelfgekozen literatuur verwerkt is (beoordeling door domeinexpert)
Fase 3 – – –
–
Individuele presentatie project (beoordeling door 2 docenten) Onderzoeksverslag (beoordeling door minorbegeleider) Individueel, schriftelijk product: minordossier (met hierin o.a. de summatieve toetsen van de domeinen) waarin je relaties legt tussen de domeinen en het uitgevoerde project. Je toont aan wat je hebt geleerd binnen de minor. (beoordeling door een andere docent dan de minorbegeleider) Mondeling, criterium gericht interview over minordossier (beoordeling door 2 docenten)
De student ontvangt een akkoord of niet akkoord als beoordeling. 8. Minorafronding (zie artikel 9, lid 3 algemeen deel OER) De student heeft de minor behaald wanneer alle summatieve toetsen, zoals beschreven bij punt 7, met een akkoord zijn afgerond. 9. Examencommissie (artikel 13, lid 5 algemeen deel OER) De examencommissie van Fontys PABO Tilburg is tevens de bevoegde examencommissie voor de minor PPO. Marian Mengelers, secretariaat - 0877874568,
[email protected] Willy Derksen, voorzitter – 0877874757,
[email protected] Johan Copic, secretaris en plv. voorzitter – 0877874794,
[email protected] Astrid Venes,lid – 0877878036,
[email protected] Patricia Linden van der-Straatman, lid – 0877875192,
[email protected] Suzanne Kratsborn, lid – 0877879036,
[email protected] 10. Geldigheid Deze informatie geldt voor het studiejaar 2009-2010. Aan studenten worden voor deelname en afronding van de minor geen andere eisen gesteld dan opgenomen in de hier uitgewerkte minorregeling. 11. Praktische informatie Zie het minoroverzicht in Peoplesoft S. (kies vanuit de Fontys portal onder ‘Direct naar’ voor ‘Inschrijven onderwijsactiviteiten (voor studenten) of ‘Selfservice Docenten’ (voor medewerkers) 12. Ingangseisen minor (zie artikel 1, definitie minor type 2) nvt 13. Niet toegankelijk voor: Nvt
8
14. Contact De minor valt onder de verantwoordelijkheid van Fontys PABO Tilburg. Minorcoördinator is Bernolf Kramer, 0877874586,
[email protected] De examencommissie is te bereiken via Marian Mengelers, 0877874568,
[email protected]
9