Revalidatie Magazine
jaargang 15 nummer 4 december 2009
Marketing:
weten wat werkt
> Topsport in het revalidatiecentrum > Jongeren met onbegrepen klachten > Zorglogistiek voor de hele organisatie > Werken in balans > Creatief omgaan met aanvraagprocedures > Motivatie mobiliseren
inhoud 4-09 Wilt u reageren op RM? Hebt u een idee voor een artikel? De redactie hoort het graag:
[email protected]! 6> Berichten 7 > Motivatie mobiliseren Het Centrum voor Revalidatie – UMCG schoolt iedereen die werkt met revalidanten in de ‘motiverende gesprekstechniek’.
4>
Nederland heeft grote ambities voor de Paralympische Spelen. Bij de verwezenlijking
8 > Creatief omgaan met procedures De aanvraag van hulpmiddelen en voorzieningen duurt vaak erg lang. Enkele revalidatiecentra verzonnen creatieve oplossingen. 10 > Werken in balans Rijndam ontwikkelde een programma voor human resource management. 11 > ‘Ik maakte mij drukker om de Donald Duck’jes’ Daan Schuur. 15 > Het centrum Leijpark.
Naar de top in het revalidatiecentrum kunnen revalidatiecentra een belangrijke rol spelen. Zelf kunnen zij ook veel hebben aan een topsportimpuls.
• Adri Bolt
Concurrentie maakt marketing noodzakelijk In deze tijd van marktwerking in de gezond-
<12
heidszorg, zullen ook revalidatiecentra zich meer moeten profileren en beter moeten inspringen op de behoeften van hun omgeving. Marketing kan daarbij helpen.
• John Ekkelboom 18 > Het revalidatieproces kanaliseren Het Roessingh maakt zorglogistiek een zaak van de hele organisatie.
‘Iemand weer fit maken is het minste probleem’
19 > C olumn Ware dingen. 20 > H et standpunt Overheveling gerontologische revalidatie: een mooie kans. 21 > H et werk Frans van Vilsteren, medewerker technische dienst.
Een kind met chronische pijn in spieren of gewrichten. Een puber die doodvermoeid is en niet meer naar school gaat. Pijnklachten
16>
van jongeren die somatisch niet te verklaren zijn. Als niets lijkt te werken, kan revalidatie uitkomst bieden.
• Alice Broeksma
COLOFON Revalidatie Magazine is een uitgave van Revalidatie Nederland. Het tijdschrift verschijnt viermaal per jaar. Dit wordt mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van het Johanna Kinderfonds. Uitgever Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij, Karin Linden (www.bsl.nl) Redactie Frans van den Broek MHA (hoofdredacteur, Raad van Bestuur Rijnlands Revalidatie Centrum) • John Ekkelboom (journalistiek adviseur) • Drs. Annelies van Lonkhuyzen (eindredacteur) • Sjoerd Vegter MHA (hoofdredacteur, Raad van Bestuur De Trappenberg) Raad van Advies Prof.dr. Hans Arendzen (hoofd afdeling revalidatiegeneeskunde Leids Universitair Medisch Centrum) • Drs. Chiel Bos (directeur Zorg Zorgverzekeraars Nederland) • Gijsbert van Es (lid hoofdredactie NRC) • Drs. Henk van Exel (cardioloog Rijnlands Revalidatie Centrum) • Drs. Karin van der Aa (directeur Johanna Kinderfonds) • Dr. Frank Weller (longarts Astmacentrum Heideheuvel) Redactieraad Dr. Renata Klop (programmacoördinator ZonMw) • Judith Boot (kwaliteitsfunctionaris Sophia Revalidatie) • Drs. Karin van Londen (senior communicatieadviseur Revalidatie Nederland) • Drs. Hans Slootman (revalidatiearts Stichting Heliomare) • Drs. Ria Zondervan (communicatieadviseur Revalidatiecentrum Amsterdam) Redactieadres Bohn Stafleu van Loghum • Odette Winter • Postbus 246, 3990 GA Houten • Telefoon (030) 638 37 66 • Fax (030) 638 39 91 •
[email protected] Vormgeving AC+M, Maarssen Foto omslag Inge Hondebrink Foto’s worden bij de artikelen gekozen, maar worden niet altijd op de betreffende locatie gemaakt. Abonnementen Bohn Stafleu van Loghum, Afdeling Klantenservice, Postbus 246, 3990 GA Houten, (030) 638 37 36, e-mail via www.bsl.nl/service • Abonnementsprijs Jaarabonnement particulieren ? 33,00, studenten ? 16,50, instellingen ? 66,15 • Voor buitenlandse abonnees geldt een toeslag • Het abonnement kan elk gewenst moment ingaan en wordt automatisch verlengd, tenzij twee maanden voor de vervaldatum schriftelijk is opgezegd • Levering en diensten geschieden volgens de voorwaarden van Springer Uitgeverij, gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Utrecht onder dossiernummer 32107635 op 1 januari 2008. De voorwaarden staan op www.bsl.nl of worden op verzoek toegezonden. Adreswijzigingen Bij wijziging van de tenaamstelling en/of het adres verzoeken wij u de adresdrager met de gewijzigde gegevens op te sturen naar de Afdeling Klantenservice (adres zie Abonnementen). Advertenties • Bureau Van Vliet • Postbus 20 • 2040 AA Zandvoort • Telefoon (023) 571 47 45 • Fax (023) 571 76 80 •
[email protected] • Het overnemen envermenigvuldigen van artikelen en berichten uit dit tijdschrift is slechts geoorloofd met bronvermelding en na schriftelijke toestemming van de uitgever. Het verlenen van toestemming tot publicatie in deze uitgave houdt in dat de standaard publicatievoorwaarden van Bohn Stafleu van Loghum, gedeponeerd ter griffie van de rechtbank te Utrecht onder nummer 281/2003 van toepassing zijn, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen. De standaard publicatievoorwaarden zijn in te zien op www.bsl.nl/auteurs of kunnen bij de uitgever worden opgevraagd. • ISSN 1382-6174
Volgend voorjaar zijn de Paralympische Winterspelen in Vancouver, in 2012 de Zomerspelen in Londen. Nederland heeft daar grote ambities. Bij de verwezenlijking kunnen revalidatiecentra een belangrijke rol spelen. Tegelijk kunnen zij zelf ook veel hebben aan een topsportimpuls. • Door Adri Bolt
Topsport en revalidatie
Naar de top in het revalidatiecentrum ‘P
aralympische topsport heeft veel overeenkomsten met de reguliere
rugbyen vanuit de rolstoel – moet je weten dat je niet mag meedoen aan inter-
topsport’, vertelt André Cats. ‘Het gaat om perfectionisme, om presteren
nationale competities. Dat kan alleen als een sporter beperkingen heeft aan
in een keiharde competitie. Maar het vinden van nieuwe talenten
alle vier ledematen.’ NOC*NSF wil topsport en revalidatie dichter bij elkaar
gaat deels op een andere manier. Veel van de paralympische topsporters zijn
brengen. ‘In juni hadden we een Paralympische Talentdag op Papendal, waar
mensen die later in hun leven een handicap opliepen en bij een revalidatiecen-
getalenteerde revalidanten zich aan bondscoaches van diverse paralympische
trum revalideerden.’ Cats werkt als prestatiemanager voor de paralympische
sporten konden presenteren. Deze dag heeft meerdere potentiële paralympische
sporten bij NOC*NSF. Ook is hij chef de mission bij de Paralympische Spelen
topsporters opgeleverd. Dergelijke talentendagen gaan navolging krijgen.’
in Vancouver en Londen. Als prestatiemanager begeleidt hij de paralympische topsportprogramma’s. Vier jaar geleden droeg Gehandicaptensport Nederland
Peking
de verantwoordelijkheid daarvoor over aan NOC*NSF. ‘NOC*NSF is tevens
Ondertussen ondernemen revalidatiecentra ook initiatieven om revalidanten
officieel verantwoordelijk voor de uitzending van het Nederlands team naar de
meer in aanraking te brengen met topsport. Het duidelijkste voorbeeld is
Paralympische Spelen. Concreet ondersteunen we onder meer bondscoaches
het project ‘One World – One Dream – One Hoogstraat to Peking’ van De
op sporttechnisch vlak bij hun planning en bij de selectie van sporters. Goede
Hoogstraat in Utrecht. In het kader van dit project maakten acht sporttalenten
topsport- en sportontwikkelingsplannen vanuit de sportbonden met paralym-
een ‘ervarings- en stimuleringsreis’ naar de Paralympische Spelen van vorig
pische programma’s ondersteunen we ook financieel.’
jaar in Peking. Twee van deze talenten zijn inmiddels doorgestroomd naar de nationale selectie van hun sport. ‘Topsporters zijn uitstekende rolmodellen
4
Fysieke mogelijkheden
voor mensen die nog aan het begin van hun revalidatietraject staan’, vertelt
‘Revalidatiecentra werken al in meer of mindere mate met sport in hun reva-
Karin den Balvert. Zij is therapeut sport en bewegen bij De Hoogstraat, en was
lidatieproces’, licht Cats toe. ‘Revalidanten maken kennis met sporten die ze
projectleider van het Peking-project. ‘Wanneer je ziet dat je met een handicap
voorheen niet deden, zoals rolstoeltennis of rolstoelbasketbal. Een deel van de
nog steeds ambities kunt nastreven, motiveert dit om zelf ook doelgericht te
centra helpt mensen ook gericht bij het zoeken naar een geschikte sport en bij
gaan werken.’ De acht deelnemers presenteerden zich na de Spelen tijdens een
het blijvend beoefenen daarvan na de revalidatie.’ NOC*NSF wil het enthousi-
symposium, waar ze hun ervaringen deelden. ‘Ook vertellen we nog steeds de
asme voor topsport stimuleren. ‘We willen aan revalidatiecentra uitleggen wat
verhalen aan mensen die nieuw worden opgenomen en brengen soms revali-
paralympische sport tegenwoordig inhoudt.’ Onderdeel daarvan is het maken
danten in contact met één van de acht.’ De afdeling Sport en Bewegen organi-
van goede keuzes. ‘Om de top te halen, is het essentieel dat je een sport doet
seert regelmatig clinics met topsporters, zoals rolstoeltennisster Esther Vergeer:
die bij je fysieke mogelijkheden past. Met de verkeerde match tussen handi-
‘Dat is heel inspirerend, ook vanwege het zelfvertrouwen, plezier en geluk dat
cap en sport ben je internationaal kansloos. Ook moet je de regels kennen.
zij uitstraalt. Het zou prachtig zijn als ook sportbonden of -verenigingen zich
Wanneer je bijvoorbeeld met een beenamputatie wil gaan quadrugbyen –
geregeld zouden komen presenteren.’ Deze stimulans om te sporten is belang-
RM 4 2009
Foto: Inge Hondebrink
rijk, vertelt Den Balvert: ‘Als je gehandicapt raakt, moet je je beperkingen leren
Luciën de Louw: op naar de top?
accepteren en op zoek gaan naar nieuwe mogelijkheden en kansen. Sport kan
‘Voor mij had handbiken niets met fietsen te maken; het was zitten
veel betekenen in dat proces.’ Naast de breedtesport wil De Hoogstraat, geïn-
in een rolstoel met een trappertje ervoor. Dat veranderde door contact
spireerd door het Peking-project, daarbij meer ruimte maken voor topsport:
met Edward Maalouf, die twee keer paralympisch brons won met een
‘We willen meer structurele aandacht voor topsport. We hebben al een consulent
vastframe bike en bij De Hoogstraat verbleef voor een doorligplek. Ik zag
aangepast sporten, die revalidanten begeleidt naar de breedtesport. Nu moeten
zijn wedstrijdbike; dat was echt andere koek.’ Luciën de Louw (40) reva-
we op zoek naar structuren om ook revalidanten te begeleiden naar de topsport.
lideert in De Hoogstraat nadat hij eind mei een lage dwarslaesie opliep
Een mooie ambitie!’
na een val met de fiets. ‘In eerste instantie staat heel je leven op zijn kop. Je wordt van de ene dag op de andere in een rolstoel gezet en ze
Kort
zeggen: “dit is de rest van uw leven”. Je denkt dan dat heel veel dingen
André Cats is eveneens enthousiast over het Peking-project. ‘Hopelijk stimuleert
weg zijn, waaronder het sporten. Ik heb zeventien jaar gefietst, waarvan
het andere revalidatiecentra om sport nog nadrukkelijker op hun agenda te zet-
vier jaar als professional op de weg. Dat sporten heb ik nodig om mijn
ten.’ En daar ziet het wel naar uit. Cats overlegde inmiddels twee keer met
energie kwijt te raken. Van het handbiken wilde ik eerst niets weten.
vertegenwoordigers van revalidatiecentra die aangaven sportbeoefening te
Maar op een leuke manier werd ik vanuit De Hoogstraat gestimuleerd.
willen stimuleren. ‘We zijn aan het inventariseren wat we voor elkaar kunnen
Onder andere met een bezoek aan Double Performance, het bedrijf van
betekenen. Met ingang van oktober dit jaar heeft NOC*NSF daarnaast een
handbike-specialist Kees van Breukelen. Toen ik het eenmaal ging doen,
projectleider gehandicaptensport aangesteld, die zich gaat bezighouden met
kreeg ik er al snel plezier in. Handbiken geeft me het gevoel van vrijheid
activiteiten die de doorstroom van ex-revalidanten naar sport en mogelijk
dat ik met fietsen ook had. Je bent op de weg, in de natuur, onder de
topsport bevorderen. Het aanhalen van contacten met revalidatiecentra
mensen. Je voelt je weer sterk, een mens met mogelijkheden.’ De Louw
speelt hierin een belangrijke rol. Nederland heeft de ambitie om bij de tien
is zelfs zo enthousiast dat hij weer richting topsport denkt. ‘Er blijken
beste paralympische landen ter wereld te komen. Daarvoor moeten we het
relatief weinig echte toppers te zijn, de wereldtop bestaat uit een man
hebben van een goed netwerk. Het is zaak dat we zorgvuldig kijken naar de
of veertig. Wanneer je topsport wil doen moet dat echt uit jezelf komen,
revalidatiecentra. Welke mensen revalideren daar en welke sporten zouden ze
het heeft geen zin om dat bij iedereen te stimuleren. Wel is het goed dat
kunnen doen na hun revalidatieproces?’ Tot slot heeft hij nog een opsteker
een revalidatiecentrum veel sport in het revalidatieproces doet en erop
voor de sporters: ‘De weg naar de Paralympische Spelen is soms heel kort,
inspeelt als mensen topsport willen gaan doen. En het is voor iedereen
vergeleken met die naar de Olympische Spelen.’
interessant als regelmatig topsporters hun verhaal komen doen. Voor mij persoonlijk is sporten echt ontzettend belangrijk, het is mijn uitlaatklep.
Meer informatie op www.nocnsf.nl, ‘olympische droom’, ‘paralympische sport.’
Ik moet er niet aan denken om die te missen.’ RM 4 2009
5
b e richt e n
Inge Hondebrink wint fotoprijs
Subsidie voor invoering EPD
Inge Hondebrink, vaste fotograaf van RM, won
In juli is het overdrachtsdocument van het
op 16 oktober 2009 de tweede prijs in een wed-
Revalidatie EPD getekend. Hiermee werd VIR
strijd voor beroepsfotografen. Dit jaar vroegen
e-care Solutions eigenaar van het EPD. Zij zijn
organisatoren Fonds Slachtofferhulp en Canon
verantwoordelijk voor de verdere ontwikkeling
Nederland om werk in te sturen dat de veerkracht
ervan. Revalidatie Nederland ondersteunt de
van slachtoffers van een misdrijf, verkeersongeluk
lidinstellingen bij de voorbereiding van de invoe-
of ramp in beeld brengt. Tientallen fotografen
ring van het Revalidatie EPD. Dit gebeurt door
gaven gehoor aan de oproep; de jury noemde de
het uitvoeren van een impactanalyse en door het
inzendingen van hoge kwaliteit.
bieden van ondersteuning bij het opstellen van
Inge Hondebrink stuurde drie van de foto’s in die
een implementatieplan. Revalidatie Nederland
ze maakte voor Perspectief, een verhalenbundel
heeft hiervoor van fonds NutsOhra een subsidie
die is uitgebracht door Revalidatie Nederland. In
van 300.000 euro ontvangen. Het fonds wil op
de bundel vertellen mensen die om uiteenlopende
deze manier een bijdrage leveren aan de suc-
redenen moesten revalideren over hun ervaringen.
cesvolle implementatie van het Revalidatie EPD.
Perspectief kan voor € 9,50 worden besteld op
Verschillende instellingen zijn al bezig met de
www.revalidatienederland.nl/bestellen_perspectief.
voorbereiding van de implementatie. Hier komt
De foto’s uit het boek zijn te zien op een reizende
veel bij kijken. Gemiddeld zal de implementatie
expositie, die op dit moment bij het Academisch
een jaar tot anderhalf jaar in beslag nemen. Naar
Medisch Centrum in Amsterdam is.
verwachting zullen in 2010 en 2011 de meeste Foto: Ridderhof Fotografie
revalidatiecentra het Revalidatie EPD volledig in gebruik nemen.
Pieter van Vollenhoven, voorzitter van Fonds Slachtofferhulp. Links Martin Trampe, directeur van Canon Nederland.
Dankzij slimme ICT kunnen paramedici beschikken over actuele en complete vakinformatie, die van belang is voor hun werk. Expertisecentrum Nictiz wil samen met het veld in het programma e-Paramedici ICT-toepassingen ontwikkelen
Instrument vraaggerichte revalidatie
voor informatie-uitwisseling op paramedisch gebied. Tijdens de eerste fase van het programma is onderzocht wat de wensen en ervaringen op ICT-gebied zijn van dertien paramedische
6
Vilans ontwikkelde in samenwerking met de afdeling
beroepsgroepen. Uit dit onderzoek blijkt bijvoor-
neurorevalidatie van de Sint Maartenskliniek in
beeld dat paramedici graag willen aansluiten op
Nijmegen het instrument Vraaggerichte revalidatie.
een landelijk elektronisch patiëntendossier, voor
Het instrument bestaat uit een poster, aandachts-
het uitwisselen van behandelgegevens met andere
kaartje en brochure, die revalidatieprofessionals
zorgverleners in de keten. Onlangs verscheen de
helpen om tijdens het dagelijks werk steeds aan te
rapportage. Paramedici in de revalidatiesector
sluiten bij de wensen van revalidanten. Om pro-
die willen weten welke visie op ICT hun beroeps-
fessionals met het instrument te leren werken is
vereniging heeft en welke activiteiten worden
een scholing ontwikkeld. Uitgebreide informatie
ondernomen, kunnen het rapport inzien en
vindt u op www.vilans.nl/revalidanten.
bestellen op www.nictiz.nl/paramedici.
RM 4 2009
> Rijksuniversiteit Groningen. Op 2 september 2009 promoveerde Martin Willian Stenekes op het proefschrift Cerebral reorganization and motor imagery after flexor tendon repair. > Universiteit van Amsterdam. Op 2 oktober 2009 promoveerde Annemieke Videler op het proefschrift The hand in Charcot-Marie-Tooth disease 1A. > Universiteit Twente, Enschede. Op 2 oktober 2009 promoveerde Judith Fleuren op het proefschrift Assessment of spasticity; from EMG to patients’ perception. > Radboud Universiteit, Nijmegen. Op 6 oktober promoveerde Marleen van der Linden op het proefschrift Perturbations of gait and balance: a new experimental set-up applied to patients with CMT 1a. > Universiteit Twente, Enschede. Op 8 oktober 2009 promoveerde Jasper Reenalda op het proefschrift Dynamic sitting to prevent pressure ulcers in spinal cord injured. > Universiteit Twente, Enschede. Op 15 oktober 2009 promoveerde Gerdienke Prange op het proefschrift Rehabilitation Robotics - Stimulating restoration of arm function after stroke. > Vrije Universiteit, Amsterdam. Op 26 oktober 2009 promoveerde Gaby van Dijk op het proefschrift Course of limitations in activities in elderly patients with osteoarthritis of the hip or knee. > Universiteit Utrecht. Op 3 november 2009 promoveerde Ingrid Rentinck op het proefschrift Parental adaptation in families of young children with cerebral palsy.
ICT voor paramedici Inge Hondebrink ontving de prijs uit handen van prof. mr.
Promoties en benoemingen
> Universiteit Twente, Enschede. Op 6 november promoveerde Marije Vos op het proefschrift Prognostic factors and underlying mechanisms in chronic low back pain. > Rijksuniversiteit Groningen. Op 11 november 2009 promoveerde Paul Hodselmans op het proefschrift Psychophysical capacity in non-specific chronic low back pain. > Vrije Universiteit, Amsterdam. Op 24 november 2009 promoveerde Janneke Stolwijk op het proefschrift Functioning and ageing with late-onset sequelae of poliomyelitis. > Rijksuniversiteit Groningen. Op 25 november 2009 promoveerde Joline Bosmans op het proefschrift Rehabilitation aspects of amputation. > Vrije Universiteit, Amsterdam. Op 25 november 2009 promoveerde Jeanine Voorman op het proefschrift Cerebral Palsy and the transition to adolescence; Course of functioning, self-perception and quality of life. > Universiteit van Amsterdam. Op 11 december 2009 promoveert Marike van der Schaaf op het proefschrift Functional Recovery After Critical Illness. > Universiteit van Amsterdam. Op 18 december 2009 promoveert Karen Koldewijn op het proefschrift Supporting resilience in very preterm infants.
Foto: Bert Hofstra / Locatie: Centrum voor Revalidatie - UMCG
Motivatie mobiliseren Revalidatie is een actief proces, dat alleen kan slagen met de inzet van de revalidant. Zonder motivatie geen succesvolle revalidatie. ‘Motiverende gespreksvoering’ kan die motivatie mobiliseren. Daarom gaat het Centrum voor Revalidatie – UMCG uit Groningen iedereen die werkt met revalidanten scholen in deze gesprekstechniek. Het is een primeur. In de revalidatie draait het om keuzes: wat ga je doen om je leven weer op de
soon gewenste gedragsverandering, omdat wat het laatst gezegd wordt, het langst
rails te krijgen? Behandelaars willen daarbij van alles voor een patiënt, maar
blijft hangen. Ongewenst gedrag staat daarbij in de verleden tijd, gewenst gedrag
uiteindelijk bereiken ze niets als die niet meewerkt. Motiverende gespreks-
in de tegenwoordige tijd. Dus: “U had altijd de neiging te veel te doen, maar u
voering – ook wel motivational interviewing genoemd – helpt behandelaars
neemt nu meer pauzes.” Daarmee geeft de techniek heel praktische handvatten.’
om de motivatie bij de patiënt naar boven te halen – en niet hún motivatie aan de patiënt op te dringen. Het gaat erom dat behandelaars waardevrij en
Zelfmanagement
zonder vooroordelen het gesprek ingaan en patiënten helpen om zelf met
Titia Hemminga, manager van onder andere het amputatieteam, heeft de
oplossingen te komen. Dat is vaak lastiger dan het lijkt, omdat behandelaars
cursus gedaan en is enthousiast: ‘Motiverende gespreksvoering sluit naadloos
van nature snel met een advies klaarstaan. Motiverende gespreksvoering wordt
aan bij onze kernwaarde van de patiënt als partner in de behandeling.
wel vaker gebruikt in de revalidatie; zo gebeurde dat bij ons in het Centrum
Zelfmanagement, de behandelaar als coach; die kant gaan we steeds meer
voor Revalidatie (CvR) al in de pijn- en in de diabetesrevalidatie. We gaan nu
op. Je ziet bij amputatiepatiënten vaak dat ze het niveau van functioneren
als eerste revalidatiecentrum deze gesprekstechniek grootschalig inzetten, in
na ontslag niet kunnen vasthouden. We moeten deze mensen meer handvat-
alle behandelvormen. Iedereen die werkt met patiënten – van verzorgende tot
ten bieden om ook thuis actief te blijven. Motiverende gespreksvoering is
revalidatiearts – doet mee. Het gaat om ruim vierhonderd medewerkers die, in
hierbij een uitstekende techniek.’ Behandelaars ontdekken door motiverende
groepen van vijftien, vanaf eind november 2009 worden geschoold.
gespreksvoering in welke mate een patiënt gemotiveerd is voor gedragsverandering. Ze versterken vervolgens door de gehanteerde gesprekstechniek het
Behandelaars staan van nature snel met een advies klaar
zelfvertrouwen en de zelfsturing. En, minstens zo belangrijk, ze herkennen oud en ineffectief gedrag bij zichzelf. Neem bijvoorbeeld de zin: ‘Het lijkt me belangrijk dat we nu de activiteiten gaan opvoeren.’ Die zin gaat niet uit van wat de patiënt belangrijk vindt, maar van wat de behandelaar belangrijk
Tegenwoordige tijd
vindt. Neem dan de formulering: ‘Gezien het herstel zou u nu de activiteiten
De Netherlands School of Public and Occupational Health verzorgt de scholing.
kunnen opvoeren. Wat denkt u, in hoeverre bent u daar aan toe?’ Uitgaand
Er zijn twee trainingsdagen en er is een digitale leeromgeving, waar cursisten
van de patiënt, gaat de behandelaar samen met de patiënt na welke behan-
kunnen oefenen, achtergrondinformatie vinden en ervaringen kunnen uitwis-
deldoelen zij willen bereiken. Van die houding is meer te verwachten.
selen. Enkele teams van het CvR hebben dus al ervaring met motiverende gespreksvoering; zij krijgen een training op maat. Trainer Frans Vlek: ‘Het mooie van motiverende gespreksvoering is dat het gedetailleerd en op gespreksniveau is uitgewerkt. Bijvoorbeeld: aan het eind van het gesprek herhaal je de door de per-
Tilly Söder, opleidingsconsulent Centrum voor Revalidatie - UMCG (
[email protected]) RM 4 2009
7
Creatief omgaan met procedures Veel revalidanten hebben zorg, hulpmiddelen – zoals een rolstoel – en voorzieningen – zoals een woningaanpassing – nodig. Voor de aanvraag daarvan gelden procedures, die heel lang kunnen duren. Dit kan oponthoud geven in de behandeling en het leidt er vaak ook toe dat mensen onnodig lang in het revalidatiecentrum moeten blijven. Enkele revalidatiecentra verzonnen creatieve oplossingen.
Rijndam: knelpunten in de uitstroom aanpakken Al enkele jaren draait in Rijndam revalidatiecentrum een omvangrijk programma
Een reeks van interventies, dus. De eerste resultaten zijn ernaar: patiënten en
om de zorglogistiek te verbeteren. Veel aandacht gaat daarbij uit naar knelpunten
behandelaars zijn tevreden en er is een spectaculaire daling van het aantal
in de uitstroom van patiënten. Als die uitstroom stagneert, stagneert ook de
dagen dat mensen uitbehandeld in het revalidatiecentrum verblijven. En dus
instroom, wat onder meer betekent dat mensen onnodig lang op behandeling
zijn er kortere wachttijden aan de voordeur!
moeten wachten.
Paul Verburg, divisiemanager Rijndam Op de opnameafdeling voor mensen met een dwarslaesie vormde de levering van hulpmiddelen en voorzieningen een groot obstakel voor uitstroom. Met als gevolg: uitbehandelde patiënten die niet met ontslag konden. Sindsdien
Leijpark: toestemming achteraf
zijn diverse verbeteringen gerealiseerd: • Patiënten worden vanaf opname structureel betrokken bij de ontslagplanning,
Revalidatiecentrum Leijpark, het samenwerkingsverband van de gemeenten in
onder andere door participatie in het teamoverleg. Hierdoor nemen zij meer
Midden-Brabant en leverancier Welzorg Tilburg hebben sinds 1 februari 2009
dan voorheen zelf verantwoordelijkheid voor de periode na ontslag: door
een nieuwe werkwijze voor de aanvraag van rolstoelen en scootmobielen, in
proactief aan de slag te gaan met aanvragen van voorzieningen en hulpmid-
het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Deze voorzie-
delen, maar ook door eerder te accepteren dat ontslag plaatsvindt terwijl
ningen worden sindsdien zeer snel verstrekt.
nog niet al deze middelen optimaal aanwezig zijn. • Met gemeenten zijn afspraken gemaakt waardoor middelen op grond van
Het traject van aanvraag van een rolstoel of scootmobiel tot de daadwerkelijke
de Wet maatschappelijke ondersteuning sneller worden verstrekt. Zo is er
verstrekking was voorheen langdurig. De aanvraag ging naar de gemeente, die
kort na opname een overleg van iemand van de gemeente met de patiënt en
acht weken de tijd had om advies te vragen aan het Centrum Indicatiestelling
een behandelaar, zodat de patiënt direct in beeld is. Al na tien weken geeft
Zorg (CIZ) en daarna een offerte bij Welzorg op te vragen. Vervolgens moest
het behandelteam aan welke middelen waarschijnlijk nodig zullen zijn. De
de offerte goedgekeurd worden en dan kon er besteld worden. Het resultaat
gemeente zet dan de procedures in werking.
was dat het drie tot vier maanden duurde voor revalidanten hun rolstoel had-
• Vroegtijdig bepaalde ontslagdata zorgen dat ook AWBZ-middelen veel eerder kunnen worden aangevraagd. • Enkele verpleeghuizen nemen patiënten van Rijndam snel op, ter over-
den. Dit lange traject zorgde voor stagnatie van de revalidatie. Een tijdelijke rolstoel is niet volledig aangepast aan de gebruiker en is vaak niet geschikt om langdurig in te zitten. Hierdoor is het gebruik beperkt en kunnen lichamelijke
brugging naar een verpleeghuis van definitieve keuze of in afwachting van
klachten ontstaan. Het kwam voor dat mensen die wel klaar waren met hun
woningaanpassingen.
klinische revalidatie toch nog niet naar huis konden, omdat hun rolstoel niet
• Met een hulpmiddelenleverancier zijn afspraken gemaakt over een depot.
was geleverd. Kinderen waren soms alweer te veel gegroeid als hun rolstoel er
Hierin zijn bepaalde AWBZ-gefinancierde hulpmiddelen die normaal
eindelijk was. Ondertussen leerde de praktijk dat gemeenten het advies van
gesproken niet direct beschikbaar zijn op voorraad beschikbaar. Het gaat
de ergotherapeut van Leijpark vrijwel altijd overnamen. Daarom vonden de
bijvoorbeeld om een elektrische rolstoel of een douche-toiletrolstoel met
gemeenten na overleg een toetsing achteraf voldoende.
zachte zitting. • Wanneer noodzakelijke voorzieningen, zoals een aangepaste douche, niet tijdig gereed zijn wordt gezocht naar andere oplossingen. Denk bijvoorbeeld aan het douchen bij een instelling in de buurt van de patiënt, zoals een verzorgingshuis, of aan extra ADL-hulp.
8
RM 4 2009
Werkwijze: • Als het gaat om een rolstoel of scootmobiel uit het kernassortiment formuleert de ergotherapeut, met goedkeuring van de revalidatiearts, een advies. • De ergotherapeut stuurt dit advies naar gemeente én leverancier.
Illustratie: Roel Seidell
• De leverancier gaat onmiddellijk over tot passing en bestelling. Indien nodig is de ergotherapeut bij de passing aanwezig. • De gemeente toetst de aanvraag achteraf.
van het RCA, Amsterdamse kinderen tot achttien jaar en poliklinische revalidanten met onder meer ALS of MS. Ook werkt ARCA voor revalidanten van andere instellingen, na toestemming van de gemeente. Het Transferbureau verzorgt de logistiek rond opname en ontslag van klinische
Met deze nieuwe procedure hebben revalidanten na drie tot vier weken de
RCA-revalidanten. Aan de ontslagkant werken RCA-ontslagcoördinatoren en
benodigde voorziening. Zij kunnen zich eerder zelfstandig verplaatsen en
zorgadviseurs van de OsiraGroep (biedt verpleging en verzorging in een instelling
optimaal deelnemen aan de maatschappij. Gezien de goede ervaringen hebben
of thuis) aan een goede uitstroom van revalidanten naar AWBZ-zorg.
de gemeenten in Midden-Brabant de ambitie om de nieuwe werkwijze ook te gaan toepassen voor andere voorzieningen binnen de Wmo, zoals douchestoelen,
ARCA en Transferbureau werken nauw met elkaar samen, in dezelfde ruimtes
driewielfietsen en rolstoelen die buiten het kernassortiment vallen.
en met dezelfde dossiers. De procedures van beide teams zijn grotendeels hetzelfde. Een cliënt wordt door het behandelteam aangemeld bij ARCA/
Wilma Rijkers, ergotherapeut Leijpark
Transferbureau. Eenvoudige vragen gaan rechtstreeks naar de voorzieningenof zorgadviseur voor productbepaling en levering. De adviseur controleert ook
RCA: één team vormen met betrokken organisaties
de doorlooptijden. Complexe vragen gaan naar de casemanager of ontslag coördinator, die de cliënt naar de levering van de benodigde voorziening of zorg begeleidt en zo nodig de betrokken organisaties aanspreekt op de gemaakte samenwerkingsafspraken.
Om procedures rond woon- en vervoersvoorzieningen uit de Wmo en AWBZ zo efficiënt mogelijk te laten verlopen, heeft het Revalidatiecentrum
Omdat er altijd iemand is die het hele proces van aanmelding tot levering
Amsterdam (RCA) samenwerkingsovereenkomsten afgesloten met de belang-
bewaakt, verlopen aanvraagprocedures beter en gecontroleerder. Door de
rijkste betrokken organisaties. In de praktijk betekent dit dat binnen de
intensieve samenwerking kan flexibeler worden omgegaan met procedures.
muren van het RCA twee teams zijn gevormd met deze organisaties: ARCA
Indicatiestelling en beschikking zijn altijd nodig, maar komen in het teamwerk
(Adviesbureau RCA) voor de Wmo-aanvragen en het Transferbureau voor de
in alle volgorden voor. Zo is afgesproken dat de levering van zorg en vervoer-
AWBZ-aanvragen.
of woonvoorzieningen aan een ALS-patiënt direct na advies ingezet kan worden, dus vóór de formele beschikking. Door de samenwerking weten cliënten en
Bij ARCA werken casemanagers en voorzieningenadviseurs van het RCA,
verwijzers eerder welke voorzieningen er komen en wanneer. Ook kunnen zo
en daarnaast medewerkers van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ),
nodig tussentijdse oplossingen worden gerealiseerd.
gemeente Amsterdam (vervoer- en woonvoorzieningen en woonruimte) en Welzorg (leverancier). Doelgroep van dit team zijn de klinische revalidanten
Jac van Rheenen, stafmedewerker zorgondersteuning en mobiliteit RCA RM 4 2009
9
Werken in balans Een organisatie is niets zonder medewerkers: zij doen het werk. Daarom is een verstandige organisatie zuinig op haar medewerkers. Dit is precies wat revalidatiecentrum Rijndam voor ogen heeft met Werken in balans. Ze kregen voor dit programma voor human resource management (HRM) een stimuleringspremie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
komt er een loopbaan- en ontwikkelpunt. Dit servicepunt bemiddelt ook bij re-integratie en herplaatsing, beheert alle interne vacatures en houdt bij wie binnen de organisatie een overstap wil maken. Nog drie componenten • Mentorschap. Ervaren medewerkers kunnen aangeven dat ze mentor willen worden, om zo hun ervaring over te dragen. Medewerkers die professioneel willen groeien kunnen een mentor aanvragen. Mentoren krijgen een training. Voor de ervaren medewerker kan het mentorschap een motiverende prikkel Foto: Inge Hondebrink / Locatie: Rijndam
zijn, voor de minder ervaren medewerker een goede ondersteuning. Bovendien wordt revalidatiekennis zo optimaal ingezet en behouden. • Vitaliteitsbeleid. Om het werk lang leuk te houden, is de fysieke en mentale vitaliteit van medewerkers essentieel. Daarom wordt een programma ontwikkeld waarin dit thema aandacht krijgt, bijvoorbeeld in de vorm van gezondheidsadviezen of cursussen. Momenteel onderzoeken we wat we hierover kunnen leren van het Finnish Institute for Occupational Health, dat al vele jaren onderzoek doet naar duurzame inzetbaarheid. Het uitgangspunt bij Werken in balans is dat leidinggevende en medewerker
• Competentiemanagement. Om een functie succesvol te kunnen uitoefenen,
samen verantwoordelijk zijn voor de duurzame en efficiënte inzet van de
zijn competenties nodig: kennis, vaardigheden, motivatie en persoonlijke
medewerker. In een snel veranderende wereld is het belangrijk dat je je als
eigenschappen. Om hier vanuit de organisatiedoelen op te sturen en om
medewerker steeds afvraagt: zijn werk en privé in balans; hoe staat het met
medewerkers gemotiveerd en flexibel te houden, worden de competenties
mijn belastbaarheid; is mijn kennis up to date; is mijn attitude goed; heb ik
voor alle functiegroepen benoemd en besproken.
nog plezier in mijn werk? Het nieuwe HRM-programma stimuleert medewerkers na te denken over hun werk en actie te ondernemen als dat nodig is.
Samenhangend
Leidinggevenden ondersteunen hen daarbij en spelen daarmee een sleutelrol
Met Werken in balans hebben we met een aantal bestaande beleidsinstru-
in het nieuwe beleid. Zij hebben hiervoor een training gevolgd.
menten een samenhangend programma gevormd. In januari 2009 zijn we begonnen met de gefaseerde invoering ervan; eind 2010 zijn we klaar.
Levensfasen
Inmiddels wordt in de jaargesprekken gesproken over de manier waarop de
Een belangrijke component van Werken in balans is het levensfasegericht
loopbaan wordt ingevuld. Hierdoor kan tijdig actie worden ondernomen
personeelsbeleid. Medewerkers zitten in verschillende levens- en loopbaan-
om problemen zoals overbelasting, demotivatie, arbeidsongeschiktheid of
fasen, die hun eigen kenmerken hebben. Zo loopt vaak de ‘spitsuurfase’
vertrek te voorkomen. Het is allemaal nog pril, maar in Rijndam verwachten
in het leven van een medewerker parallel met de ‘carrièrefase’. Kinderen
we dat het nieuwe HRM-beleid een grote bijdragen gaat leveren aan een
opvoeden en bouwen aan een loopbaan vraagt veel. Om de balans te
plezierige werksfeer en een duurzame en efficiënte inzet van medewerkers.
behouden, kan bijvoorbeeld tijdelijk wat meer vrije tijd uitkomst bieden. In
Werken in balans zijn de fasen beschreven. Het jaargesprek vormt vervolgens het vertrekpunt: medewerker en leidinggevende bespreken, uitgaand van
Ineke Vooijs, hoofd afdeling Personeel, Ontwikkeling & Onderzoek Rijndam
de levens- en loopbaanfase, het huidige functioneren en de wensen voor de toekomst. De ontwikkelafspraken worden vastgelegd in een persoonlijk ontwikkelplan. Voor medewerkers die loopbaan- of opleidingsadvies willen,
10
RM 4 2009
Meer informatie over de beleidsinstrumenten van ‘Werken in balans’ is te vinden op www.rijndam.nl, knoppen ‘werken’ en ‘downloads’.
2002 27 april 2002 tot 25 juli > ziekenhuis 25 juli tot 18 oktober 2002
‘Ik maakte mij drukker om de Donald Duck’jes’
Foto: Inge Hondebrink
> klinische revalidatie
Daan Schuur, nu achttien, was elf jaar toen hij met zijn ouders en twee jongere zusjes op weg naar hun vakantieadres in Italië een ernstig auto-ongeluk kreeg. Hij was er heel slecht aan toe, maar ging er altijd van uit dat het wel weer goed zou komen. • Door Anne Merkies ‘We reden ’s nachts op de Duitse snelweg bij Mainz toen we met volle vaart
Tijdens mijn drie maanden revalidatie heb ik veel geleerd: de juiste houding
tegen een Porsche reden, die na een bocht zonder lichten midden op de weg
aannemen voor mijn rug, op mijn been staan, op krukken lopen en later
stond. Nog twee keer werd ik even wakker voordat ik wegzakte in een coma
fietsen. Ook werd een orthese voor me gemaakt, met een soort hakje voor
van zes weken. Ik ben direct geopereerd. Mijn linker nier, de onderkant van
onder mijn hiel, vanwege die verkorte achilispees. Ik heb er tot anderhalf
mijn maag, het grootste deel van mijn alvleesklier, mijn galblaas en mijn
jaar geleden mee gelopen. Hoewel niemand het ermee eens was en ik er
milt zijn verwijderd. Later ben ik nog geopereerd aan mijn urineleider en
beter mee liep, ben ik anderhalf jaar geleden gestopt met ‘m te dragen. Ik was
mijn middenrif die gescheurd waren. Verder was er een rugwervel verschoven
het spuugzat en wilde niet langer opvallen met zo’n ding, dat eigenlijk nog
en mijn rechtervoet en mijn linkerpols waren gebroken. Na twee maanden
het meest op een soort vrouwenlaars leek. Als ik nu terug kijk op mijn jeugd
werd ik per helikopter naar een Nederlands ziekenhuis gevlogen. Dat was
vind ik dat ik die normaal was, met natuurlijk wat beperkingen. Dat ik niet
gaaf, want liggend vanaf de brancard kon ik genoeg zien.
meer kon hockeyen, vond ik het allerergste.
In Nederland moest ik nog vier weken aansterken in het ziekenhuis voordat
Ik heb na mijn revalidatie nog jarenlang fysiotherapie gehad voor mijn been
ik kon revalideren. Eerst leek het me niks, maar later viel het mee. Er lagen
en mijn rug. Op dit moment ga ik nog een keer per maand naar de fysio
leuke kinderen op mijn kamer, en de therapieën werden spelenderwijs aan-
en drie keer per week naar de sportschool om mijn rug te versterken. De
geboden. Het was ook zwaar. Bij fysiotherapie moest ik dagelijks proberen
artsencontroles zijn gereduceerd tot een keer per drie maanden. Gelukkig
op mijn been te staan en ik moest mijn achillespees oprekken, omdat die
maak ik me geen zorgen en ben ik positief ingesteld. Het gaat goed met me;
ernstig verkort was. Dat deed pijn, maar de fysiotherapeut hielp me steeds
ik zit op het vwo en wil volgend jaar medicijnen gaan studeren. Met lopen
weer over een drempel heen. De sportuurtjes vond ik het leukst. Lekker
heb ik nog steeds moeite, ik kan niet alles eten en ben vaak misselijk. Dit
met een groep rolstoelhockeyen of -basketballen, zonder met je ziekte bezig
alles weerhoudt me er niet van om naast mijn school als kok te werken, want
te zijn. Dat was ik toch al niet zo erg, want ik maakte me drukker om de
koken is een nieuwe hobby van me geworden. Het liefst sta ik dagelijks in de
Donald Duck’jes of wanneer ik op de computer mocht. De psycholoog vond ik
keuken om lekkere dingen te maken.’
vreselijk; na twee keer ben ik gestopt, ik had helemaal geen zin om te praten. RM 4 2009
11
Foto: Inge Hondebrink
‘Wat werkt en wat juist niet?’ Huub Raemakers, senior adviseur strategie en marketing in de gezondheidszorg bij Twynstra Gudde Adviseurs en Managers in Amersfoort: ‘Zorgorganisaties willen trots zijn op wat zij doen en willen dit ook laten zien, zodat nieuwe patiënten hen kennen en voor hen kiezen. Dat is voor mij de essentie van marketing in de gezondheidszorg. Daarom is marketing motiverend en inspirerend: helder verwoorden wat je kunt betekenen voor je patiënten, vervolgens dit dagelijks waarmaken en hierin steeds beter worden.’ ‘Je moet je vooral afvragen waarin je goed bent of goed wilt worden en waarom de patiënt voor jou zou moeten kiezen. Wat is je onderscheidende vermogen? Waarom is dat relevant voor de patiënten? Hoe kun je je onderscheidende vermogen verbeteren? Hoe zorg je ervoor dat zorgconsumenten, maar ook verwijzers en financiers, weten wat je te bieden hebt? Het beantwoorden van deze marketingvragen gebeurt niet alleen aan de top van zorgorganisaties. Juist niet, zou ik zeggen. Door met professionals samen deze vragen te beantwoorden, wordt de marketing in lijn gebracht met de dagelijkse zorg aan patiënten.’ ‘Marketing is een vak. Het kennisgebied is erg groot. Denk bijvoorbeeld aan onderwerpen als marktanalyse, positionering, segmentering, merkenbeleid, portfoliomanagement en serviceconcepten. Marketing in de gezondheidszorg is nog specialistischer. Zorg is iets wat mensen diep raakt, daar zul je in je marketing rekening mee moeten houden. Mijn ervaring is dat zorgorganisaties veel kunnen leren van eerder opgedane ervaringen in de zorgmarkt en daarbuiten. Wat werkt en wat juist niet? Zo is gebleken dat je juist niet-medische onderwerpen moet benadrukken om kwaliteit uit te stralen, zoals verzorgde professionals, verzorgde kamers en een goede bereikbaarheid. Een externe expert kan de organisatie op het goede spoor helpen en zorgen dat valkuilen worden vermeden.’
12
RM 4 2009
In deze tijd van marktwerking in de gezondheidszorg zullen ook revalidatiecentra zich meer moeten profileren en beter moeten inspringen op de behoeften van hun omgeving. Marketing kan daarbij helpen. Daarom heeft Revalidatie Nederland een marketingplatform in het leven geroepen. • Door John Ekkelboom
Concurrentie maakt marketing noodzakelijk O
m de kosten van de zorg terug te dringen en de kwaliteit ervan te
dineerde toen dat onderzoek. Volgens hem kwam een aantal strategische
verbeteren, streeft de overheid naar meer marktwerking. Ook de reva-
vragen er nadrukkelijker door aan bod. Hij noemt enkele voorbeelden: ‘Wat
lidatiesector is deze ontwikkeling niet ontgaan. Bijna vier jaar geleden
voor soort organisatie willen we zijn, wie willen we wel en niet bedienen, welke
startte Revalidatie Nederland de werkgroep Marktwerking, die de discussie over
activiteiten voeren we wel en niet uit, welke uitstraling willen we hebben en
marktwerking binnen de sector moest aanjagen. Dit resulteerde onder andere in
hoe kunnen we aan productinnovatie blijven doen?’ Om de antwoorden in
twee boekjes: Oriëntatie op de Markt en Revalidatie Toekomstverkenning 2015.
beleid te borgen, ging De Trappenberg meer initiatieven nemen in ketenzorg
Nadat de werkgroep in 2007 werd opgeheven, kwam het thema marketing onder
en andere vormen van samenwerking. Harkema constateert dat het onderzoek
verantwoordelijkheid van de Bestuurscommissie Informatiebeleid en Marketing,
het management en de medewerkers er nadrukkelijker van heeft doordrongen
die medio dit jaar het marketingplatform in het leven riep. In dat platform zitten
dat in gesprek zijn met en luisteren naar elkaar en de omgeving essentieel is
marketingdeskundigen van Groot Klimmendaal, Rijnlands Revalidatie Centrum,
om het voortbestaan van de organisatie ook op de langere termijn te waar-
Het Roessingh, de Maartenskliniek, Revalidatiecentrum Amsterdam/Jan van
borgen. ‘Als wij ons realiseren dat de zorgmarkt in hoog tempo verandert,
Bremen Instituut (RCA-JBI) en Adelante Zorggroep. Deze experts zullen enkele
er steeds meer aanbieders komen, de prijzen onder druk staan en patiënten
keren per jaar bij elkaar komen.
steeds kritischer consumenten worden, is zo’n benadering anno 2009 zeker geen overbodige luxe.’
Marktmonitor Jos Buijs, voorzitter van het platform en voorzitter van de raad van bestuur van
Reactivering
RCA-JBI, licht toe dat het platform zich met verschillende zaken zal bezighouden,
Dat vooral de laatste jaren de concurrentie meer op de loer ligt en de financiering
zoals het organiseren van bijeenkomsten, het aangeven waarin de branche
en patiëntentoestroom niet meer vanzelfsprekend zijn, maakt een gedegen
zich kan onderscheiden van andere revalidatieaanbieders en het ontwikkelen
marketingbeleid volgens Harkema steeds noodzakelijker. Als voorbeeld noemt
van marketinginstrumenten en van methoden om markten, concurrentie en
hij de stimulans van de overheid om steeds meer zorg in de eerste lijn aan te
klantbehoeften te analyseren. ‘We zijn een denktank die Revalidatie Nederland
bieden, zodat doorverwijzen naar de tweede en derde lijn – en daarmee dus
gaat ondersteunen. De instellingen maken uiteindelijk zelf de keuzes in wat
ook de revalidatiesector – zal afnemen. ‘En natuurlijk zal de voorgenomen
ze wel en niet gebruiken en in welk tempo ze dat doen. Marketing is in ieder
overheveling van de reactivering uit de AWBZ naar de zorgverzekering de
geval niet meer weg te denken in deze tijd. Daarbij is het van groot belang dat
nodige gevolgen hebben voor de revalidatiesector. Een naburig verpleeghuis
revalidatiecentra hun gedifferentieerde markt goed kennen. Een marktmonitor,
zou dan een geduchte concurrent kunnen worden, en dan vooral omdat de
zoals wij die enkele jaren geleden in ons centrum hebben ontwikkeld, zou daar
zorgverzekeraar daarvoor kiest. Op dat soort ontwikkelingen moeten we anti-
goed bij kunnen helpen.’
ciperen door ons meer te profileren.’
Niet nieuw
Naamsbekendheid
Marketing binnen de revalidatie is niet nieuw. Zo schakelde De Trappenberg
Adelante Zorggroep, tot voor kort bekend als Stichting Revalidatie Limburg
in Huizen al in 1995 een marketingbureau in voor de ontwikkeling van een
(SRL) in Hoensbroek, timmert de laatste tijd flink aan de weg op het gebied
strategisch beleidsplan. Rienk Harkema, onder meer hoofd van de afdeling
van marketing. Ongeveer twee jaar geleden liet het centrum een onderzoek
communicatie, marketing en kwaliteit van de Trappenberg-holding, coör-
doen onder verwijzers en bestuurders van ziekenhuizen en zorginstellingen > RM 4 2009
13
Foto: Inge Hondebrink
> in de regio. Daaruit bleek dat de ondervraagden de organisatie soms niet eens kenden, en als dat wel zo was ze slechts globaal wisten waar de organisatie voor staat. Ook waren de meesten er niet van op de hoogte dat SRL was onderverdeeld in drie onderdelen: audiologie; volwassenenrevalidatie en arbeidsre-integratie, met een aantal topklinische functies zoals traumatologie, niet-aangeboren hersenletsel en chronische pijn; kinderrevalidatie en speciaal onderwijs. Dat SRL niet alleen revalidatie aanbiedt, zoals de naam wel deed vermoeden, was voor velen onbekend. Daarop besloot de organisatie met veel elan een nieuwe start te maken. Verbreding Zo werd eind vorig jaar Sandra Adriaansens als manager marketing en communicatie aangetrokken. Zij had op dat gebied al vele jaren ervaring, vooral als adviseur in de bankwereld. Verder ging advieskantoor Twynstra Gudde aan de slag met de merkenstrategie en de merkwaarden. Dit resulteerde in de nieuwe naam en de slogan ‘Haal het beste uit jezelf’. Adriaansens, die ook lid is van het marketingplatform: ‘Adelante is Spaans voor vooruitgang. Die naam staat voor waar wij naar streven. We zullen in de toekomst onder meer een verdere verbreding opzoeken van ons aanbod binnen de revalidatie en audiologie, samen met de eerste en tweede lijn.’ Als voorbeelden noemt zij oncologische revalidatie, revalidatie en arbeid en parkinson/MS-programma’s. Met die verbreding kan volgens haar de verdere ontwikkeling van de topklinische producten worden gefinancierd. ‘We willen dit alles samen doen met onze ketenpartners en de patiënt. Daarbij zal mijn afdeling er de komende jaren op toezien dat we onderbouwde keuzes maken voor een gebalanceerd medisch aanbod, zodat we daarmee een eenduidige uitstraling krijgen.’ Onderbelicht Ook Adriaansens is ervan overtuigd dat revalidatiecentra vanwege hun toenemende kwetsbaarheid niet aan marketing ontkomen. Voor de ene instelling zal die noodzaak er meer zijn dan voor de andere, afhankelijk van de concurrentie in het werkgebied. ‘Door de DBC’s – de diagnose-behandelingcombinaties –
‘Als sector moeten we naar buiten toe te laten zien wat gespecialiseerde revalidatie is.’
kan minder gespecialiseerde revalidatie makkelijker verschuiven naar de tweede en eerste lijn. Ziekenhuizen, verpleeghuizen en fysiotherapeuten houden zich in toenemende mate bezig met vormen van revalidatie. Ook de commerciële
Atriumziekenhuis in Heerlen en het Maastricht Universitair Medisch Centrum.
sector springt daarop in. Onze expertise waarvoor we echt staan – gespecia-
Ook zijn er plannen om de eerste lijn duidelijk te maken wat de toegevoegde
liseerde revalidatiegeneeskunde en audiologie – kan daardoor onderbelicht
waarde kan zijn van Adelante, bijvoorbeeld door het organiseren van kennis
raken. Het is daarom van belang je eigen sterktes te kennen, hierin keuzes te
bijeenkomsten voor huisartsen, het maken van aparte verwijzersfolders en het
maken, deze goed te profileren en samenwerking met eerste en tweede lijn op
bieden van gerichte informatie op de nieuwe website. Adriaansens is ervan
te zoeken waarin deze sterktes complementair benut kunnen worden.’
overtuigd dat een goede samenwerking zal leiden tot een efficiëntere zorg en daarmee tot geldbesparing.
14
Goedkoper en efficiënter
De vraag is of marketing uiteindelijk niet leidt tot onderlinge concurrentie tussen
Adriaansens pleit dus voor meer samenwerking met de eerste en tweede lijn,
de verschillende revalidatiecentra. Adriaansens verwacht van wel en denkt dat
zoals ziekenhuizen en fysiotherapeuten. Haar credo is gezamenlijk de keten te
centra worden gedwongen keuzes te maken en scherp te blijven. Buijs verwacht
bedienen door kennis te delen en naar elkaar door te verwijzen. Volgens haar
dat het niet zo’n vaart zal lopen. Jos Buijs: ‘Het is van groot belang dat revalidatie-
worden alle zorgaanbieders daar beter van, evenals de patiënt. Adelante werkt
instellingen zich heroriënteren op eigentijdse marketingstrategieën om hun
op het gebied van revalidatie en audiologie bijvoorbeeld nauw samen met het
positie in het aanbod van zorg en marktwerking te versterken.’
RM 4 2009
h e t c e ntrum
Een revalidatiecentrum in het centrum van de aandacht
Ketenzorg perfectioneren Door John Ekkelboom Gegevens Leijpark Klinische revalidanten per jaar: 165 volwassenen en 56 kinderen Poliklinische revalidanten per jaar: 1233 volwassenen en 752 kinderen Medewerkers: 300 Revalidatieartsen: 13 Vrijwilligers: 17 Bedden: 24 volwassenen en 16 kinderen Foto’s: John Ekkelboom
Klinische Revalidatiebehandeluren (RBU’s) per jaar: 28.042 Poliklinische Revalidatiebehandeluren (RBU’s) per jaar: 57.495
L
eijpark wordt vaak in een adem genoemd met de Vroege Intensieve
zijn of een doorverwijzing naar bijvoorbeeld Leijpark, de ouderenzorg, de
Neurorevalidatie (VIN). Dit stimuleringsprogramma voor kinderen
gehandicaptenzorg of de psychiatrie. Zo ontstaat er een snelle doorstroom.
en jongeren in een vegetatieve of laagbewuste toestand, ontwikkeld
Normaal moeten deze mensen allerlei loketten af omdat ze niet weten waar
door het Tilburgse revalidatiecentrum, haalde regelmatig het nieuws. Met
ze terechtkunnen. Wij zorgen gezamenlijk voor een optimaal advies en een
deze succesvolle therapie is het in veel gevallen mogelijk herstellende coma-
optimale behandeling.’
patiënten weer bij bewustzijn te brengen. Voor de unieke behandeling heeft Leijpark een landelijke functie gekregen. Ook wordt nog onderzocht of deze
De ketenzorg voor NAH-patiënten gaat nog verder, vertelt Everaars. Hij doelt
aanpak geschikt is voor volwassenen. Sectormanager Ronald Everaars is zeker
op het programma HEADwerk, dat drie jaar geleden van start ging. Hierbij
trots op de VIN, maar benadrukt dat zijn centrum nog veel meer te bieden
werken Leijpark en Blixembosch nauw samen met diverse andere zorgin-
heeft. Het aanbod omvat een breed palet van revalidatiemogelijkheden.
stellingen voor gehandicapten om hen opnieuw een kans te bieden op de arbeidsmarkt. Dit gebeurt met UWV-gelden. De sectormanager merkt dat
Leijpark is ruim tien jaar geleden ontstaan na een fusie tussen Charlotte Oord en
HEADwerk steeds meer regionale bekendheid geniet en dat professionals,
de afdeling revalidatie van het St. Elisabeth Ziekenhuis. In de jaren daarna volgde
zoals bedrijfsartsen, regelmatig om advies vragen. Bovendien krijgen de
nog een fusie met een audiologisch centrum en Gemini Zorg en Dienstverlening.
mensen die deelnemen aan dit programma volgens Everaars meestal een
Ongeveer drie jaar geleden is revalidatiecentrum Leijpark samengegaan met
baan. ‘Verder hebben we ons aangesloten bij het Landelijk Netwerk Vroege
revalidatiecentrum Blixembosch in Eindhoven. Organisatorisch gaan alle
Interventie. Hierbij gaat het ook om arbeidsrevalidatie, maar dan voor
genoemde instellingen nu verder onder de paraplu van de Libra Zorggroep.
mensen met gezondheidsproblemen die al een baan hebben. Zo zijn we een
De samenwerking heeft inmiddels geleid tot meer ketenzorg, vertelt Everaars.
behoorlijke arbeidspoot aan het opbouwen.’
Als meest sprekende voorbeeld noemt hij de ketenzorg voor patiënten met
Het afgelopen jaar heeft Leijpark zich intensief beziggehouden met de HKZ-
niet-aangeboren hersenletsel (NAH). Om hun behandeling optimaal te laten
certificering. Everaars is de projectleider HKZ binnen de Libra Zorggroep.
verlopen, hebben verschillende zorgorganisaties, waaronder Leijpark, de handen
De audits hebben inmiddels plaatsgevonden en hij verwacht dat beide centra
ineengeslagen. Dit heeft in 2007 geresulteerd in de oprichting van het NAH-
binnenkort hun certificaat ontvangen. ‘Voor zover ik weet, zijn we dan de eerste
expertisecentrum. Everaars: ‘Er is nu één loket dat patiënten naar de juiste
revalidatiecentra in Nederland met dit keurmerk. Dat geeft toch aan dat wij erg
zorgverlener of organisatie toe leidt. Dat kan een multidisciplinair traject
veel waarde hechten aan de kwaliteit van onze zorg.’ RM 4 2009
15
‘Iemand weer fit maken is Jongeren met onverklaarde klachten
Een kind met chronische pijn in spieren of gewrichten. Een puber die doodvermoeid is en niet meer naar school gaat. Pijnklachten van jongeren die somatisch niet te verklaren zijn. Als niets lijkt te werken kan revalidatie, met daarin een flinke dosis psychologie, uitkomst bieden. • Door Alice Broeksma
T
wee jaar terug werd Ninette Vermeij (18) in Noordwijkerhout op haar
nog steeds naar een oorzaak gezocht, maar als die niet wordt gevonden
fiets aangereden door een auto. In het ziekenhuis bleek dat Ninette
kunnen jonge patiënten bij ons terecht. Wij zeggen: de oorzaak weten we
niets had gebroken. ‘Maar ik was wel zwaar gekneusd en had overal
niet precies, maar we kunnen wel werken aan de gevolgen van de klacht.
pijn.’ Haar eindexamen, twee maanden na het ongeluk, deed ze in een rolstoel
Bijvoorbeeld het feit dat een meisje geen leuke sociale contacten meer heeft
zonder in de tussentijd nog op school te zijn geweest. ‘Ik heb maanden op
met vriendinnen. Of boos is over de beperkingen of bang dat ze eigenlijk
de bank gehangen, ging vaak naar de dokter, kreeg veel pijnmedicatie met
ernstig ziek is. Aan dat soort gevolgen kun je heel goed werken. Wij zeggen
bijwerkingen als hartkloppingen. Acupunctuur deed me goed, maar na 45
niet: we heffen de pijn op. Maar wel: je kunt weer functioneren. Wij bouwen
sessies gingen de naalden pijn doen. Toen naar een osteopaat die me kraakte;
kinderen en jongeren op, zodat ze uit de vicieuze cirkel komen en weer
daar werd ik beroerd van, dus daar ben ik mee gestopt. Vervolgens naar
zoveel mogelijk kunnen doen. We zien het als coaching. We werken aan hun
fysiotherapie, waar ik moest werken met gewichtjes, maar dan zat ik thuis
inzicht, dat van hun ouders en van school.’
weer met een dikke nek.’ Na de zomervakantie ging Ninette op de vervolgopleiding bijna elke dag eerder naar huis omdat ze te moe was. Met een
Patroon
smoesje, omdat ze zich niet begrepen voelde: ‘Mensen zien niet dat je pijn
Inzicht is een belangrijk doel van de behandeling van chronische pijn en
hebt. Na een jaar tobben zei ook de huisarts: “Wat nu?”’
vermoeidheid, beaamt revalidatiearts Karine Burger. Zij is voorzitter van de Werkgroep Chronische Pijn en Vermoeidheid binnen de Kinderrevalidatie,
Twijfelen
onderdeel van de vereniging van revalidatieartsen VRA. ‘Iemand weer fit
Ninette werd doorverwezen naar het Rijnlands Revalidatie Centrum (RRC),
maken is wel het minste probleem. Twintig jaar terug was behandeling vooral
waar ze zoals de meeste revalidatiecentra een behandelaanbod hebben voor
hierop gericht, dus voornamelijk fysiotherapie, afgestemd op de klachten.
jongeren met pijnklachten. Het schoolmeisje werd opgenomen in het polikli-
Dat werkte maar bij een deel van de mensen. Nu is er veel meer aandacht
nische behandelprogramma voor kinderen met onverklaarde lichamelijke
voor psychische en sociale factoren. Daarbij kijken we naar hoe het patroon
klachten (KOLK). Ninette leerde door ergotherapie, fysiotherapie en sessies
van pijn en vermoeidheid wordt uitgelokt en in stand wordt gehouden.’
met de psycholoog hoe ze zelf meer balans kan aanbrengen in haar leven.
Burgers landelijke werkgroep bestaat uit twintig tot dertig kinderrevalida-
‘Dus niet meer op de dagen dat ik me goed voel te veel doen om de dag erna
tieartsen, psychologen en orthopedagogen. ‘Er is redelijke consensus over de
totaal in te klappen’, zegt Ninette. ‘Als je zo uitgeput bent ga je weer enorm
aanpak, daarover zijn we het aardig eens. Alleen de duur en intensiteit van
twijfelen, aan wat je kan en over die pijn. Het is moeilijk daar uit te komen.
de behandeling variëren in den lande. Het verschilt verder of er enkel poli-
Maar dat is toch gelukt. Met de pijn gaat het ook een stuk beter. Als ik nu
klinisch of ook klinisch wordt behandeld.’
voel dat het te veel wordt, doe ik het even rustig aan.’ Selectie
16
Gevolg
De uitkomst van de behandeling is meestal goed, mede door een veel strengere
‘Vroeger werd eigenlijk alleen gekeken naar de oorzaak van de klacht’,
selectie. Karine Burger: ‘Mensen staan niet open voor dit soort revalidatie zolang
zegt Ninettes revalidatiearts Wendela Van Zomeren, ‘Natuurlijk wordt er
ze nog denken dat er ergens een dokter met een pilletje is. De diagnostiek
RM 4 2009
Foto: Inge Hondebrink
het minste probleem’
moet helemaal zijn uitgezocht. Jongeren en ouders moeten de gedachte
doen heeft dus niet zoveel nut. Ook de nazorg moet van beperkte duur zijn.
accepteren dat er méér aan de hand is dan de lichamelijke klacht alleen.
Anders geef je de boodschap mee dat ze eigenlijk toch nog patiënt zijn.’ Bij
Er mogen ook geen gerechtelijke procedures lopen, waardoor de patiënt
Ninette Vermeij sloeg de behandeling goed aan. Ze is nu weer een gewone,
misschien gebaat is bij ziek blijven.’ Karine Burger is zelf revalidatiearts bij
vrolijke meid van achttien, met een leven dat daarbij hoort. Ninette: ‘Het
De Trappenberg, waar zoals gebruikelijk wordt gewerkt met het ‘biopsycho-
gaat super nu, het gaat goed met mijn opleiding sociale dienstverlening, ik
sociaal’ model dat uitgaat van medische, psychologische en sociale factoren.
doe alles weer en rijd zelfs paard. En dat terwijl ik soms wel eens dacht: ik zie
Trappenberg-psycholoog Marjolein de Craen, pijnspecialist, zegt: ‘Pijn is
het er niet van komen dat dit echt beter wordt.’
vaak een uiting van stress door psychische en sociale problemen. Pijn kan ook voortkomen uit psychische overbelasting, als de lat te hoog ligt. De pijn kan dan een alibi zijn minder te moeten.’ In 30 procent van de gevallen vragen de behandelaars van De Trappenberg om de mening van een psychiater; in 5 tot 10 procent wordt een kind alsnog doorverwezen naar de psychiater. Burger: ‘Dan blijkt er toch nog wat anders aan de hand te zijn, zoals een persoonlijkheidsstoornis of depressie.’ Bij het RRC, zegt Wendela van Zomeren, is er een laagdrempelige overlegmogelijkheid met de kinderpsychiater en de mogelijkheid van gezamenlijk consult. Boodschap Als de behandeling achter de rug is volgt doorgaans nog wel controle, maar moet de jongere het – met een ‘terugvalpreventieplan’ – in principe weer zelf kunnen. Karine Burger vertelt dat behandeling bij voorkeur eenmalig is. ‘In de praktijk is gebleken dat er grofweg twee groepen zijn: kinderen en jongeren die het wél ‘doorhebben’, of niet. De behandeling nog eens over-
Ruim de helft van kinderen en pubers heeft recent pijn ervaren. Een kwart van alle jongeren, vooral meisjes vanaf twaalf tot veertien jaar, heeft chronische pijn. Dit blijkt uit studie door de Erasmus Universiteit (2000-2002) en registratieonderzoek binnen revalidatiecentra (2003-2006). Meestal gaat het om pijn in ledematen, hoofd en buik. Jaarlijks worden naar schatting 150 kinderen en jongeren met onverklaarde chronische pijn of vermoeidheid door revalidatiecentra behandeld. Verwacht wordt dat dit aantal zal stijgen, ook door grotere bekendheid en dus snellere herkenning van het probleem. Op dit moment loopt een subsidieaanvraag voor vervolgonderzoek, om een landelijke behandelconsensus en een dataset – dat is een geadviseerde set van vragenlijsten – te kunnen vaststellen voor deze groep. Voor volwassenen bestaan die al. RM 4 2009
17
Foto: Inge Hondebrink / Locatie: Het Roessingh
Het Roessingh pakt zorglogistiek groot aan
Het revalidatieproces kanaliseren Zorgen dat revalidanten vlotter instromen, doorstromen en uitstromen: dat is het doel van Revalidatie in Beweging, het landelijke programma voor een betere zorglogistiek. Revalidatiecentrum Het Roessingh in Enschede doet niet mee aan dit programma, maar werkt wel degelijk hard aan de logistiek. Daarbij maken ze het een zaak van de hele organisatie. Waarom doet Het Roessingh niet mee aan Revalidatie in Beweging?
wel samen. Wij willen leren van andere centra en stellen onze kennis en ervaring
We hadden graag meegedaan, maar omdat we al langer bezig zijn met
open voor hen.
zorglogistiek en het thema breed willen aanpakken viel de planning van ons programma en dat van Revalidatie in Beweging niet te combineren. We werken
Wat doet Het Roessingh aan zorglogistiek? We zijn in 2006 begonnen met de pilot FLOW en hebben nu het project
Revalidatie in Beweging is een initiatief van het ministerie van VWS en Revalidatie Nederland. Het doel is om in drie jaar tijd de instroom, doorstroom en uitstroom van revalidanten aanzienlijk te verbeteren. Het programma wordt onder verantwoordelijkheid van ZonMw uitgevoerd door CC Zorgadviseurs en Prismant. In 2008 deden vier revalidatiecentra mee aan de eerste fase van het project; in 2009 haakten elf andere centra aan voor de tweede fase, die loopt tot eind 2010. Informatie over de resultaten van de eerste fase en verdere informatie vindt u op www.revalidatieinbeweging.nl.
18
RM 4 2009
FOLLOW. De kern van zorglogistiek is voor ons dat het behandelproces van begin tot eind soepel verloopt, voor de revalidant en voor de organisatie. Dat betekent dat je het behandelproces beter moet voorspellen, sturen en plannen. Het betekent ook dat zorglogistiek iedereen in de organisatie raakt: niet alleen de planner en de manager, maar ook de arts, behandelaar en ondersteunend medewerker. Vanuit deze gedachte werken bij Het Roessingh ruim dertig behandelaars en planners in werkgroepen en verbeterteams aan de logistiek. Om te weten wat beter kan, moet je eerst precies weten hoe het behandelproces er nu uit ziet. Daarom zijn we begonnen met het beschrijven van logistieke zorgpaden voor alle patiëntengroepen. Daarbij gaat het niet om de inhoud van
de behandeling, maar om het zorglogistieke proces. Dat bleek lastig denken voor praktijkmensen! Om hen daarbij te helpen is een model ontworpen om de zorgpaden te beschrijven. Met behulp van de logistieke paden kan het behandelproces beter voorspeld en dus gepland worden. Bekend is hoe lang een zorgpad gemiddeld duurt en hoeveel inzet er op welk moment van alle disciplines nodig is. Tegelijkertijd wordt het Zorglogistiek Dashboard ontwikkeld, een digitaal stuurinstrument. Behandelaars kunnen op het beeldscherm actuele informatie oproepen over het behandelproces van een revalidant. In één oogopslag is zichtbaar wat is afgesproken met die persoon, welke disciplines betrokken zijn, of de afspraken gehaald zijn, wat de voorlopige ontslagdatum is en hoe het behandeltraject van deze persoon zich verhoudt tot het zorgpad. Met behulp van deze informatie kan de revalidatiearts samen met het team beslissingen nemen over de behandeling. Door in het Zorglogistiek Dashboard de gegevens van revalidanten te combineren, kan ook het behandelproces van revalidantengroepen beter worden voorspeld en gestuurd.
column
A Ware dingen
De planning speelt een belangrijke rol in de zorglogistiek. In de praktijk zorgt de beschikbare planningsmethodiek voor veel logistieke problemen. Daarom gaan we
Het gekke is, dat ik de laatste paar jaar toch steeds tot
nu na aan welke eisen de methodiek moet voldoen om het behandelproces soepel
dezelfde conclusie kom als ik in de heerlijke donkerte van
te laten verlopen. We willen toe naar een methodiek die uitgaat van de vraag van
de laatste decemberweken terugkijk op het afgelopen jaar.
de revalidant en niet van de beschikbare capaciteit.
Dat, hoe imperfect ons leven soms ook kan aanvoelen en hoe onvolmaakt ons lichaam ook lijkt, het er uiteindelijk
Wie heeft er iets aan?
om gaat dat we datgene wat op onze weg komt zien als
Door de aandacht voor zorglogistiek weten revalidanten beter en sneller hoe hun
uitnodiging om onszelf meer voor het leven te openen.
behandeltraject eruit ziet. Het Roessingh kan de therapieën beter plannen, zich beter aan afspraken houden en behandelaars en ruimtes efficiënter inzetten. Zo
‘Wie zijn je helden?’, vroeg iemand me laatst in een inter-
kunnen we bijvoorbeeld straks voorzieningen die nodig zijn na de revalidatie eerder
view. Dat zijn alle mensen die door de hobbels en kuilen
aanvragen, zodat mensen na hun behandeling niet onnodig in het revalidatiecentrum
op hun pad niet bitter of teleurgesteld zijn geraakt. Die
hoeven te blijven. Eind december worden de eerste concrete resultaten van het
pijn en verdriet niet als excuus hebben gebruikt om niet
project zichtbaar, maar nu al merken we dat management, behandelaars en planners
gelukkig te hoeven zijn. Mensen die de soms onbegrijpe-
elkaar beter weten te vinden, een voorlopige ontslagdatum eerder in beeld is en
lijke wendingen van het bestaan gebruiken om zichzelf
er over de grenzen van de eigen discipline heen wordt gekeken. Bovendien is het
op een dieper niveau te ontmoeten, en het leven juist
werken met zorgpaden een prima voorbereiding op de DBC’s, die immers worden
meer diepte, betekenis en glans te geven. Mijn helden
gefinancierd op basis van inzet van behandelaars en verpleegdagen. Als de zorglogistiek
zijn de mensen die in staat zijn om alle ontmoetingen
goed is geregeld, wordt iedereen daar beter van.
en gebeurtenissen – hoe negatief ook – als wegwijzer te gebruiken. En die het leven écht omarmen zoals het zich
Wanneer is het klaar?
aan hen voordoet.
FOLLOW stopt eind december 2009, maar dan zijn we niet klaar. Het werken met zorgpaden wordt ingevoerd, het planningssysteem wordt aangepast, het Zorglogistiek
De schoonheid leren zien van ware dingen – is dat niet
Dashboard wordt in gebruik genomen. En boven alles: het werken aan zorglogistiek
waar het uiteindelijk om gaat? De werkelijke schoonheid
krijgt op verschillende manieren een vaste plaats in Het Roessingh. Zo wordt binnenkort
van het leven en van onszelf wordt tegenwoordig zó
afgesproken waar de eindverantwoordelijkheid voor zorglogistiek ligt in de organisatie
bedolven onder alle gedachten, concepten en ideeën die
en wordt een zorglogistieke ‘trekker’ aangesteld voor een dag in de week. Deze trekker
we erover hebben. We leggen zo’n druk op de werkelijk-
coördineert alle activiteiten op het gebied van zorglogistiek, toetst ontwikkelingen op
heid dat we ons leven als we niet oppassen volledig op
zorglogistieke consequenties en organiseert kennisoverdracht. Omdat zorglogistiek
de rem zetten. Vrijheid vind je alleen als je de werkelijk-
niet alleen een interne zaak is, betrekken we ook de buitenwereld er bij. Een goede
heid toestaat in jouw wereld. Geen verzet, maar zonder
aansluiting met andere organisaties – aan de voorkant en achterkant van de revalidatie –
oordeel openstaan. Bereid om in alles wat zich voordoet
is immers een voorwaarde voor een goed verlopend behandeltraject. Kortom, werken
een glimp op te vangen van de glorie van het ware, het
aan zorglogistiek houdt niet op. We blijven leren en verbeteren, in het belang van
mooie, het heilige. Waar we ook zijn, in welk lichaam we
revalidant, behandelaar en organisatie.
ook huizen en in welke omstandigheden we ook verkeren.
Angenieta Snoek (Snoek-advies), tot 31 december 2009 projectleider FOLLOW
Annemarie Postma
Meer informatie: Olaf Roukens, projectleider FOLLOW,
[email protected], (053) 487 52 81. RM 4 2009
19
HET STANDPUNT Hebt u ook een standpunt dat u kwijt wilt? Mail met
[email protected].
Overheveling gerontologische revalidatie: een mooie kans
D
e gerontologische revalidatie die plaats-
ziektekostenverzekeraar kosten. Bekostiging uit de
en dus duurder dan de behandeling in verpleeg-
vindt in verpleeghuizen wordt op dit
Zorgverzekeringswet maakt het ook mogelijk om
huizen. In de revalidatiesector bestaat de vrees
moment betaald uit de AWBZ, de
een deel van de gerontologische revalidatie polikli-
dat om die reden verzekeraars wellicht meer
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. Het
nisch te doen, met dagrevalidatie. Dat is beter en
revalidatie zullen inkopen bij verpleeghuizen.
ministerie van VWS wil deze revalidatie, ook wel
goedkoper dan alle patiënten op te nemen. Op dit
Dat is niet in het belang van cliënten. Daarom
‘somatische revalidatie’ genoemd, gaan betalen
moment is niet duidelijk of dagrevalidatie bekos-
is het een gezamenlijke uitdaging om de toene-
vanuit de Zorgverzekeringswet. Vanuit de ziek-
tigd moet worden uit de AWBZ of de ziektekos-
mende vraag adequaat in ketenverband beter
tekostenverzekering dus. Waarschijnlijk gebeurt
tenverzekering, en daardoor is het lastig te regelen.
en kostenefficiënter te bedienen. Ik zie daarbij wel een ander risico. De overheid zou de over-
dat in 2011 of 2012. Dat is een goede zaak. Revalidatie, dus ook gerontologische revalidatie,
Als ook de revalidatie binnen verpleeghuizen
gang van de gerontologische revalidatie naar
is altijd een schakel in een langer proces. Er gaat
wordt betaald vanuit de zorgverzekering, wordt
de ziektekostenverzekering moeten aangrijpen
vaak opname in een ziekenhuis aan vooraf. En na
de samenwerking tussen revalidatiecentra en
om de bureaucratie aan te pakken. Met name
de revalidatie pakt iemand zo goed mogelijk het
verpleeghuizen vergemakkelijkt. Het is dan ook
de financiële verantwoording moet versimpeld
oude leven weer op, liefst in de oude woonsituatie. Voor de patiënt gaat het om de juiste zorg op de juiste plaats op het juiste moment. Zakelijk gezien gaat het in een keten om de optimale efficiency. Maar de huidige financiering
‘De huidige financiering staat efficiency soms in de weg’
staat dat soms in de weg. Zo werken wij in Leiden samen met het LUMC, in een zogenaamde schakelunit. Daar nemen we mensen zo snel mogelijk
mogelijk om meer van elkaars kennis gebruik te
worden. Verder moet er, wanneer er een keten-
vanuit het ziekenhuis over in revalidatie, omdat
maken, iets wat nu niet of mondjesmaat gebeurt.
DBC komt, geen kassiersfunctie komen. Het
wij ze beter hulp kunnen verlenen. Heel vaak gaat
Bovendien kunnen cliënten sneller naar de
moet niet zo worden dat één zorgverlener de hele
dat goed, omdat de hulp die nodig is past binnen
juiste instelling worden verwezen. Met het oog
keten-DBC declareert bij de zorgverzekeraar, en
de ‘zorgzwaartebekostiging’ van de AWBZ. Maar
op deze voordelen hebben wij in onze regio een
zelf andere zorgverleners inhuurt en uitbetaalt.
soms gaat dat niet. Met name wanneer een patiënt
samenwerkingsproject opgezet met het Rijnlands
Hierdoor zouden zorgverleners in ongelijke ver-
meer dan in onze tarieven zit gebruik moet maken
Revalidatie Centrum, LUMC en Topaz.
houding tot elkaar komen te staan en zich moe-
van fysiotherapie, of duurdere medicatie of ver-
20
ten bezighouden met taken die niets te maken
pleegartikelen gebruikt. Wanneer dat om aanzien-
De vraag naar gerontologische revalidatie zal
hebben met hun eigenlijke werk. Wij moeten ons
lijke bedragen gaat kunnen wij zo’n patiënt niet
toenemen, gezien de vergrijzing en de trend
kunnen blijven concentreren op kwaliteit en effi-
overnemen, want dan moeten we teveel bijbetalen.
dat ouderen zo lang mogelijk thuis willen blijven
ciency van de zorg.
Dus blijft de patiënt in het ziekenhuis. Maar als
wonen. Daarom zie ik absoluut geen risico
alle zorg voor die patiënt vanuit de ziektekosten-
dat verpleeghuizen en revalidatiecentra – zoals
verzekering betaald wordt, kun je de keten opti-
revalidatiecentra soms vrezen – elkaar om
maliseren. Een ziekenhuisbed is namelijk veel
markaandeel gaan beconcurreren. De behande-
duurder dan een bed bij ons, dus het scheelt de
ling die revalidatiecentra bieden is complexer
RM 4 2009
Diny de Bresser, voorzitter Raad van Bestuur Topaz, instelling voor verpleging en verzorging in de Leidse regio
h e t w e rk
Frans van Vilsteren Door Kitty Rotteveel Werk > medewerker technische dienst bij De Vogellanden in Zwolle Leeftijd > 47 jaar Privé > getrouwd, twee kinderen Grootste hobby > fietsen, skaten, hardlopen Hekel aan > ‘de rotzooi op de kamer van mijn zoon’
Waar bestaat jouw werk uit? ‘Om te beginnen natuurlijk uit het gewone td-werk: een lampje indraaien, een plank ophangen, dat soort dingen. Samen met mijn collega ben ik verantwoordelijk voor alle technische installaties, van verwarming tot keukenapparatuur. Naast dit echte td-werk doe ik ook adaptatie. Dit houdt onder meer in dat ik kleine aanpassingen doe aan rolstoelen. Ik stel ze in op lengte en breedte, plak banden, plaats hoofdsteunen en bladen. Voor de grotere en meer gespecialiseerde klussen komt iemand van Welzorg, onze rolstoelleverancier. We houden ons ook bezig met andere therapiehulplators en zijn er therapiefietsen waar nogal eens naar gekeken moet worden. Alles wat maar stuk is, proberen wij te repareren. Daarnaast maken we ook zelf therapiemiddelen. Bijvoorbeeld helping
Foto: Inge Hondebrink
middelen. Zo repareren we de remmen van rol-
hands, een soort grijpers, of bestek in een hoek
magneetje papier blijft liggen, zodat een kind met
We oefenen tweemaal per maand een deel van
van 90 graden met brede handvaten. Soms zijn
één hand kan knippen of tekenen. Natuurlijk zijn
een ontruiming. Vandaag hebben we geoefend
oplossingen heel simpel, zoals een touwtje aan de
deze dingen ook te koop, maar ze zijn makkelijk
met een stoel met een soort rupsbanden, waar-
deurkruk waarmee een rolstoelganger makkelijker
zelf te maken en dat is een stuk voordeliger.’
mee we mensen die niet kunnen lopen de trap af
de deur open en dicht kan doen.’
kunnen krijgen.’ Weet je van tevoren hoe je werkdag er uit
Werk je alleen voor volwassenen?
gaat zien?
Zou je iets willen veranderen aan je werk?
‘In De Vogellanden hebben we naast klinische en
‘Nee, nooit, geen dag is hetzelfde. Maar die
‘Nee hoor. Het is een relatief kleine organisatie,
poliklinische volwassenenrevalidatie poliklinische
afwisseling is nou juist zo leuk, er sluipt nooit
dus je kent alle medewerkers. We zijn een hecht
kinderrevalidatie. Daar worden we regelmatig
een sleur in. De echte td-klussen gaan via de
team en werken goed samen, dat vind ik belangrijk.
bijgeroepen om bijvoorbeeld rolstoeltjes aan te
servicedesk, daar wordt een bonnenlijst gemaakt
En het is erg gezellig! Daarnaast vind ik het fijn
passen. En ook voor de kinderen maken we zelf
en die krijgen we via de computer binnen, zodat
als ik zie dat een revalidant echt iets heeft aan
dingen. Een leesplank: een schuine plank waar een
we aan de slag kunnen. Maar vaak krijgen we
een aanpassing die ik heb gemaakt. Vooral bij
boek op kan liggen, met een touwtje waaraan een
ook kleine klussen in de wandelgangen te horen,
kinderen geeft dat me veel voldoening. Ik heb
balletje is bevestigd om de bladzijde om te slaan.
en dan voeren we ze zo mogelijk direct uit. Wat
lang gewerkt als elektromonteur en als sport-
Handig voor kinderen die niet de fijne motoriek
betreft het adaptatiewerk, die opdrachten komen
instructeur, vervolgens kwam ik terecht in het
hebben om een bladzijde te pakken, maar die wel
vanuit de zorg of vanuit de disciplines, meestal
vervoer van kinderen naar de polikliniek van De
zo’n balletje kunnen pakken. Of een knipplankje:
de ergo- en fysiotherapeuten. Naast mijn werk
Vogellanden. Van daaruit ben ik hierin gerold en
een plankje met blik bedekt, waardoor met een
ben ik lid van het bedrijfshulpverleningsteam.
ik ben hartstikke tevreden.’ RM 4 2009
21