MADE IN ISRAËL MADE IN PALESTINA
8
BERLIN
lezingen Dinamo
10
21
Avishai Cohen Trio
kalender
14
22
Inhoud
Remah Jabr
3
16
inleiding
4
BADKE
20
Arkadi Zaides
18
L-E-V | Sharon Eyal & Gai Behar 2
ontdek de volgende maanden in de warande
28
en dit waren de voorbije maanden
MADE IN PALESTINA – MADE IN ISRAEL ¨ Naar goede gewoonte organiseert provinciaal cultuurhuis de Warande een reeks activiteiten rond een thema. Zo organiseerden we de voorbije seizoenen onder andere Het Gedroomde Landschap (een artistieke kijk op het veranderende landschap), Technologic (technologie in kunst en cultuur), O Congo (focus op Congo), een Horrorfestival en Festival Bonjour (kunst en cultuur uit Brussel en Franstalig België). Met ‘MADE IN PALESTINA – MADE IN ISRAËL’ willen we je laten kennismaken met kunst en cultuur die gemaakt wordt in / over Israël of Palestina. De focus ligt niet op de politieke kwestie, maar op de creatie en de artiest. Tine Danckaers, journalist van MO*, is erg bekend met het thema. We vroegen haar om een inleiding. “Kunst mag de werkelijkheid ontwrichten. Het is een geruststellende premisse. Maar, vertelde een kunstenaar me, ‘weet ook dat kunst niet zomaar uit de heldere hemel komt vallen’. Met andere woorden: aan de werkelijkheid valt niet te ontsnappen. Dat geldt eens zo hard voor kunstenaars wiens atelier zich op een conflictplaats bevindt. Nergens lijkt de realiteit zo ontwricht en bipolair als die in Israël en Palestina. In de herfst van 2015 speelt zich alweer een nieuwe geweldfase af in Hebron en Oost-Jeruzalem, plaatsen Palestijnen en Israëli’s hun doden in staafdiagrammen en zeggen westerse diplomaten hun afspraken in Ramallah en Tel Aviv af. Het langst durende conflict van onze moderne samenleving lijkt verder weg te zinken in hopeloosheid. Het tekent de individuen binnen dit conflict.
pessimisme haar generatie heeft ingehaald. Jazzmuzikant Avishai Cohen ziet met lede ogen hoe groot het potentieel is om nog meer de verkeerde richting uit te gaan. Tegelijk triggert die trieste realiteit Cohens inspiratie. En voor Remah Jabr biedt theater een reddingsboei tot iemand verandering brengt in de Catch22 waarin de Palestijnen zitten. De Warande koos er voor om te focussen op de creaties en de artiesten, niet op de politieke situatie waarin Israël en Palestina zich bevinden. Het is een bewuste keuze, niet om de polemiek te ontwijken, wel om bressen in de muren te slaan en om het individu te tonen. Er gaan steeds meer stemmen op voor een internationale boycot van Israël, als het ultieme geweldloze verzetsmiddel voor de Palestijnen. Maar de verwarring heerst dat daarmee alle deuren worden dichtgegooid en de dialoog wordt stopgezet. Alain Platel, oprichter van dansformatie Les Ballets C de la B, benadrukte in 2015 zijn culturele boycot van Israël. ‘Maar’, zei hij erbij, ‘dat ik niet meer perform in Israël, betekent niet dat ik niet meer samenwerk met Israëlische artiesten. Ik blijf hen graag uitnodigen.’ Kunst kan de perfecte vrijstaat zijn waarin Israëli’s en Palestijnen hun gemeenschappelijke grond vinden. ‘Het doet er niet toe wàt je wilt uitdrukken, het is belangrijker hoè je het uitdrukt’, zegt een van de gastperformers in dit project. Vanuit de idee dat kunst niet aan de werkelijkheid ontsnapt, klinkt dit alvast als het perfecte startschot voor dialoog.”
Theatermaakster Remah Jabr vertelt hoe een alomtegenwoordig
3
BADKE een Palestijnse beeldenstorm interview door Tine Danckaers
Op 24 februari brengen tien Palestijnse dansers hun eigen eigentijdse versie van hèt icoon van de traditionele Palestijnse dans: de dabke. De performance belooft niet alleen vuurwerk op de planken. Ze belooft ook een loopje te nemen met onze beeldvorming over Palestina, en blijft tegelijk ver weg en heel dicht bij de realiteit. “We brengen misschien dat wat niemand verwacht: Palestijnen die kunnen lachen en doen lachen, die zich amuseren op het podium”, zegt een van de performers, Samaa Wakim. “De dansers brengen de dabke bovendien in de meest brutale versie die ervan bestaat, met een vitaliteit die wij niet kennen”, zegt podiumdramaturge Hilde De Vuyst, die vanuit de KVS betrokken was bij de productie van Badke. En daarmee hakt Badke lustig in op onze beeldvorming over de humor, de vitaliteit en de kracht van Palestijnen. De originele Palestijnse dans kent vele varianten, gaande van de volkse populaire versie bij trouwfeesten tot de eerder academische dabke. “De laatste wordt altijd opgevoerd in een puriteinse, opgeschoonde versie, het uithangbord van
de ideale Palestijnse natie”, legt De Vuyst uit. “Dat wordt dan doorspekt met symbolen die de Palestijnse strijd en het lijden verbeelden, zoals de sleutels die traditioneel de Naqba uit 1948 symboliseren. We hebben echter bewust gekozen om juist dat volkse te valoriseren, weg van het verhevene, van het cerebrale. Daarvoor gebruiken we ook de over-the-edge-muziek van Naser al-Faris, notoir orkestleider voor trouwfeesten op de Westbank, met een populismegehalte dat te vergelijken is met dat van Franz Bauer.”
Beeldenstorm of vernieuwing Met tien dansers die elk een eigen achtergrond, verhaal en discipline meebrachten, krijg je een groepsmix die doorspekt wordt met individuele invloeden en persoonlijke bewegingen. Maar al blijft Badke op het eerste gezicht weg van de Palestijnse zaak, toch ontsnapt de voorstelling niet aan de collectieve Palestijnse identiteit. “Dat collectieve verhaal is niet het einddoel van Badke. Zet echter tien Palestijnse individualisten op een podium en je krijgt onvermijdelijk een onderhuidse terugkeer naar die gemeenschappelijke deler Palestina”, zegt danser Yazan Eweidat. “Laat het ons zo zeggen: je kan de Palestijnse identiteit niet ontwijken”, vult Samaa Wakim aan. “De feestelijke toplaag van de performance misleidt aanvankelijk, trekt de toeschouwer weg van wat we als ‘Palestijns’ beschouwen”, zegt De Vuyst. “Gaandeweg komt die onderlaag meer boven waarin je leest: „wij, Palestijnen, gaan door, ook al betekent het dat we in rondjes draaien of erbij neervallen”.” De dansvoorstelling tourde met
4
succes in Europa maar werd in 2014 ook op eigen Palestijnse bodem gelanceerd. Badke was te zien in onder meer Ramallah, Jeruzalem, Haifa, Betlehem, Tulkarem. Andere realiteiten, diverse publieken, verschillende reacties. “You don’t mess with dabke, vinden puriteinen”, legt Wakim uit. “De dabke is voor sommige Palestijnen een bijna heilige dans, heel erg gelinkt aan de Palestijnse natie en de samenhorigheid. Palestijnse steden zijn erg verschillend. Een publiek van het snobistische Ramallah of progressieve toeschouwers van Haifa reageren anders dan een meer traditioneel publiek van Hebron. Overigens, daar moeten we ook niet halfnaakt gaan dansen.”
Dansen in de leemte In de Palestijnse Gebieden begin en stop je met dansen voor je je vleugels open slaat, klinkt het bij de dansers. Terwijl de IsraëlischPalestijnse Samaa Wakim opleidingen volgde in een joodsIsraëlische kibboets en drama volgt aan de universiteit van Haifa, is het voor de Westbankers of Jeruzalemieten een calvarie om een professionele danscarrière uit te bouwen. Yazan Eweidat werd bijvoorbeeld ingewijd in de dabke toen hij acht werd. Hij kreeg het dansen zowat ingelepeld door zijn moeder die zelf danseres is. Hij liep school in de internationaal bekende Palestijnse circusschool van Ramallah, en bewaart zijn grote droom om ook een acteeropleiding te volgen. Maar al komt hij uit een open en progressief gezin, ook daar was het kwestie van eerst zijn hoger diploma bedrijfsmarketing te halen. “Bij wijze van een Plan B, vindt
mijn vader. Niet dat mijn vader niet gelooft in podiumkunsten maar er is voor dansers in het versnipperde Palestina simpelweg geen of weinig toekomst.” De Palestijnse Gebieden kennen geen professionele dansschool. Het is een gat die de Brusselse KVS, in samenwerking met Les Ballets C de la B en de Palestijnse tak van de Qattan Foundation, sinds 2004 probeerde te dichten door workshops en producties aan te bieden aan Palestijnse podiumkunstenaars. De Vuyst die de lijnen mee uittekende: “Voor de beeldende kunsten bestaat wel een opleiding in Ramallah en film is een kunsttak die veel verder reikt dan het lokale niveau. Podiumkunsten, waarvoor de lokale context heel belangrijk is, zitten echter in een verdomhoekje, met vooral „ngotheater”.”
heel erg belangrijk vind.” Een anoniemere, opener plek als Haifa biedt veel meer individuele ruimte, vertelt Samaa Wakim. “Ik maak daar zeker gebruik van, maar ik heb rode lijnen ingebouwd na mijn kibboetservaring. Ik neem geen beslissingen die indruisen tegen het collectief Palestijns belang. Ik werk niet voor Israëlische instituten, en wat ik doe moet de Palestijnse zaak op een of andere manier ten goede komen. Dat is een heel persoonlijke keuze, veel van mijn PalestijnsIsraëlische collega’s beslissen daar anders over. Ze zijn bereid om samen te werken met Israëlische gezelschappen.”
“In dat kleine hoekje is al helemaal geen ruimte voor zelfontplooiing, individualisme en vernieuwing. De Palestijnse kunstenaar heeft nauwelijks autonome ruimte. Waar de Belgische podiumkunsten meer aandacht moeten hebben voor de connectie met de wereld en minder voor de autonomie van de kunstenaar is dat in de Palestijnse Gebieden net andersom.” “Het is niet eenvoudig om als Palestijnse kunstenaar individuele keuzes te maken”, bevestigt Yazan Eweidat. “Maar het kan, ook zonder te schofferen. Ik ben een individualist maar dat botst niet met de idee dat ik de gemeenschap
5
Boycot Beide dansers steunen de, in Palestijnse kringen breed gedragen, BDS- beweging of internationale boycotcampagne (BDS=boycot, divestment, sanctions) en de PACBI, de Palestijnse campagne voor de Academische en Culturele Boycot van Israël, die in 2004 gelanceerd werd. Het idee is dat alle Israëlische academische en culturele instituten, tenzij het tegendeel is bewezen, ‘medeplichtig zijn in het in stand houden van de bezetting en het negeren van de Palestijnse rechten’. De campagne heeft felle voor- en tegenstanders. Sommigen vinden de richtlijnen te flou, anderen zien geen heil in een boycot maar eerder in samenwerken naar verandering. En ook Wakim is voorzichtig. “Ik vind dat je heel omzichtig moet omspringen met individuele artiesten. Het is niet altijd duidelijk wat de criteria zijn. Je kan niet elke Israëli over dezelfde kam scheren. Er zijn heus wel antizionistische Israëli’s. Moet je die ook boycotten?” Productiepartners Les Ballets C de la B en de KVS onderschreven de PACBI. “Daarin volgen we heel duidelijk de richtlijn dat we niet samenwerken met Israëlische instituten. De boycot is niet van toepassing op individuen”, reageert Hildegard De Vuyst. Maar ze erkent ook onduidelijkheden in de campagne, en waarschuwt voor een perfide hantering ervan. “Ik heb al meegemaakt dat artiesten op basis van foute informatie werden geboycot. Die hadden daar niet eens verweer tegen. Dat roept zeker ethische vragen op. Hoe ga je bijvoorbeeld om met een Israëlisch gezelschap dat zich juist heel kwetsbaar opstelt binnen Israël? Ik vind samenwerking mogelijk als de Israëlische partner gelijke rechten onderschrijft voor inwoners van Israël. Concreet: men dient uitdrukkelijk het joods karakter van de staat Israël te laten vallen.” noot: deze tekst verscheen eerder op www.mo.be
6
© Danny Willems
DANS KVS, Les Ballets C de la B & A.M. Qattan Foundation (palestina) Badke woensdag 24.02 20.15 uur / schouwburg 19 euro // +60: 17 euro / -19 en studenten: 10 euro donderdag 25.02 13.45 uur / schouwburg 16 euro Na de voorstelling kan je naar een gratis nagesprek met Hildegard De Vuyst door Tine Danckaers in de Tuinzaal.
7
BERLIN Een uurtje in Jeruzalem interview door Camille Truus
Het in Antwerpen gevestigde Berlin startte in 2003 de stedencyclus Holoceen. Het vertrekpunt situeert zich steeds in een stad of streek ergens op deze wereld. Het resultaat is een reeks intrigerende stadsportretten. Jerusalem werd de pilootaflevering van de Holoceencyclus. Tien jaar later bezocht Berlin de stad opnieuw en het resultaat is een beklijvend portret van één van de meest complexe steden op aarde. Live muzikanten begeleiden de documentaire die op drie schermen simultaan wordt afgebeeld. De Wereld Morgen ging in gesprek met één van de drijvende krachten achter het collectief, Bart Baele.
werken of om terug te keren naar de chaos van een grootstad. Het werd uiteindelijk Bonanza in Colorado met slechts zeven inwoners en één burgemeester. Terug het ritme opzoekend van een grote stad, trokken we vervolgens naar Moskou. En nu zijn we terug bij het begin, namelijk Jeruzalem. Maar de stedencyclus blijft doorgaan, we toeren nog steeds met alle voorstellingen.”
Het uitgangspunt van de cyclus ‘Holoceen’ is een stad. Andere theatermakers vertrekken regelmatig vanuit fictie, maar jullie kiezen voor de realiteit. Waarom die keuze?
Bart Baele: “De waarheid in zijn grote context vatten is haast onmogelijk. Hoe meer je over de Heilige stad leert, hoort en zelfs beleeft, hoe minder grip je op de ‘waarheid’ krijgt. Je bengelt tussen diverse opinies. De constructies rond een bepaald discours, de reacties die al dan niet terecht zijn en de opeengestapelde angst en frustraties die van generatie op generatie worden doorgegeven. Je blijft maar vergroten en vergroten en voor je het weet ben je over wereldpolitiek bezig, terwijl het startpunt van ons project in principe een klein gebied betreft.”
Bart Baele: “We vertrekken inderdaad niet van een roman, maar van de werkelijkheid van een stad. We gaan ter plaatse, leggen contacten en nemen interviews af die volledig worden uitgeschreven. Dat levert dan ook letterlijk een boek op en van dat boek maken we iets. Natuurlijk ligt de setting vast, maar het eindproduct is niet op voorhand berekend. We maken een portret van een stad met de bewoners als personages.” “Uiteindelijk willen we iets vertellen dat verder gaat dan een stad. We zoeken universele thema’s in mensen en verhalen, ook al is onze stadskeuze redelijk extreem. Zo trokken we in 2003 naar Jeruzalem, met zijn densiteit en beladenheid. Daarna gingen we naar Iqaluit, een stad met vijfduizend inwoners in het Noorden van Canada. Na Iqaluit stonden we voor de keuze om op een nog kleinere schaal te
Jeruzalem is één van de meest omstreden gebieden ter wereld met velerlei waarheden en perspectieven. Hoe benaderen jullie die diverse standpunten in de voorstellingen rond Jeruzalem.
“Ik ben van mening dat we er net geen uitspraak over moeten doen. Wat we uiteraard wel doen is invalshoeken tonen en ik hoop dat mensen vooral gaan voelen bij het zien van die verschillende opinies. Wat we in het nieuws te zien krijgen, klopt niet steeds met de werkelijkheid in de regio. Het merendeel van de Israëlieten is bijvoorbeeld tegen het extremisme van de kolonisten en er is een sterke onderlinge verdeeldheid onder de bevolking. Ook beseffen menig Israëlieten niet dat er in Oost-
8
Jeruzalem Joodse nederzettingen zijn.” Hoe zit het met de mensen die reeds een standpunt hebben ingenomen in het conflict? Bart Baele: “Je voelt de blokkade in het stuk. Een soort van wroeging, maar tegen wie. Ik weet het niet. Indien je reeds een standpunt hebt ingenomen in het conflict kan ik me voorstellen dat je je eigen visie te weinig verdedigd ziet, maar dan van beide kanten. Zoals ik reeds zei, er zijn verschillende waarheden en uiteindelijk zie je de waarheid die wij hebben gecreëerd.” In ‘Jeruzalem [holocene #1.2 revisited]’ maken jullie een tweede portret van de stad. Waarom, tien jaar na datum, terugkeren? Bart Baele: “De voorstelling uit 2003 is helaas niet gedateerd. Jeruzalem blijft brandend actueel. Daarbovenop voelden we een zekere drang de stad nogmaals aan te raken. Er hebben zich in de voorbije tien jaar ook enkele veranderingen voorgedaan, zoals de nieuwe tramlijn die zich een weg baant door de mystieke stad en de voltooiing van de bouw van de muur. Anderzijds gaat het leven van alledag gewoon door.” “Het is geen portret van het conflict of er wordt in die zin toch weinig context geboden. Het gaat meer om de veelheid aan visies en het scheppen van de stadssfeer. Neem nu de densiteit van Jeruzalem. Je kan je er weinig bij voorstellen als je er nog nooit bent geweest, maar de Klaagmuur is bijvoorbeeld het fundament van de al-Aqsa moskee. En die staan op een boogscheut van de Heilige Grafkerk. In de straat van de Heilige Grafkerk bevindt zich een circus, dat is bepaald niet sacraal en allesbehalve een stille ruimte.”
© Gael Maleux
Jeruzalem revisited toont de stad op een vrijdag… Bart Baele: “De rode draad in de documentaire is vrijdag, omdat alle belangrijke religieuze rituelen op die dag plaatsvinden, namelijk het vrijdaggebed, de kruisweg en de start van de sabbat. We beginnen heel keurig met de katholieken en hun Heilige Grafkerk die geopend en gesloten wordt door moslims. Deze contrasten en samenvloeiingen in religies leggen het portret en de complexiteit van de stad bloot.” Wanneer is de voorstelling voor jou geslaagd? Bart Baele: “Ik hoop vooral dat de toeschouwer getriggerd wordt meer te weten te komen over de huidige situatie. Dat als je een artikel of opiniestuk leest je je eigen weg gaat zoeken in die argumenten.” “Als je de voorstelling verlaat en denkt; ‘ik ben een uurtje in Jeruzalem geweest’ dan is het voor mij meer dan geslaagd.”
THEATER / MUZIEK BERLIN JERUSALEM dinsdag 08.03 20.15 uur / KUUB 17 euro // +60: 15 euro / -19 en studenten: 10 euro
bron: www.dewereldmorgen.be
woensdag 09.03 10.30 uur / kuub 14 euro Na de voorstelling kan je naar een gratis nagesprek met Bart Baele door Tine Danckaers in de Tuinzaal.
9 © Gael Maleux
AVISHAI COHEN “De trieste realiteit triggert mijn inspiratie” interview door Gunter Jacobs
Met Avishai Cohen ontvangt de Warande op 9 december een van de topnamen uit de hedendaagse jazz én een van de meest invloedrijke bassisten van de twintigste eeuw. Na zijn overweldigende passage op Jazz Middelheim zakt Israëls succesvolste jazzmuzikant met zijn trio naar Turnhout af. “Ik zie graag hoe muziek mijn publiek met het moment verbindt”, vertelt Cohen. Tussen Avishai Cohen en het Belgische publiek bloeit al lang iets moois. Afgelopen zomer was de Israëlische contrabassist nog een van de grote smaakmakers op Jazz Middelheim. “Zijn buitengewone techniek en ongewone manier om de akoestische bas te bespelen, hebben hem tot een fenomeen gemaakt”, looft de organisatie hem daar. “Cohen tokkelt, plukt, strijkt en slaat op zijn instrument terwijl hij zich er omheen kronkelt. In zijn composities weet hij moeiteloos westerse en oosterse invloeden te versmelten tot een heel persoonlijke stijl.”
Zelf bewaart de 45-jarige contrabassist louter warme herinneringen aan zijn doortochten in ons land. Avishai Cohen: “Ik geniet elke keer opnieuw van mijn optredens in België. Het publiek gaat er echt mee in de concerten, waardoor ik er goede shows kan geven. De jongste jaren lijkt die band met jullie land alleen maar inniger te worden. Hoe meer mensen er met mijn muziek vertrouwd geraken, hoe vaker ik kan terugkeren.” “Ditmaal kom ik met mijn trio, de configuratie waarin ik gewoonlijk optreed. De New York Division, waarmee ik afgelopen zomer heb getoerd, bewaar ik voor bijzondere tournees, en voor een grote show die ik in februari in Parijs ga doen. In Turnhout breng ik een selectie uit mijn jongste plaat en mijn oudere werk.” Het jongste album ‘From Darkness’ is uw eerste trioplaat sinds ‘Gently Disturbed’ uit 2007. Tussenin heeft u vocalen, strijkers en andere instrumenten in uw muziek verwerkt. Ervaart u een triobezetting soms als te beperkend? Avishai Cohen: “Mijn smaak is altijd al divers en eclectisch geweest. Dat zie ik meer als een zegen dan als een vloek. Om te toeren, is een trio het makkelijkste vehikel. Als het aankomt op het maken van platen, hou ik van de mogelijkheid om andere visies en kleuren toe te laten. In mijn hoofd hoor ik niet uitsluitend triomuziek. Ik sta zelfs op het punt om een symfonisch avontuur aan te vatten. Graag wil ik een show brengen waarin ik mijn muziek met een groot orkest vertolk. Daarmee zijn de mogelijkheden eindeloos. Op die manier blijf ik proberen om op zijn minst een aantal van mijn dromen te realiseren.”
10 © Youri Lenquette
Hoe moeten we de titel van uw album ‘From Darkness’ verstaan? Avishai Cohen: “Het staat iedere luisteraar vrij om die titel en mijn muziek te interpreteren zoals hij of zij zelf wil. Met titels probeer ik te intrigeren, gevoelens op te wekken of een denkrichting aan te geven. ‘From Darkness’ komt van de zinsnede ‘From great darkness comes light’. Door die af te korten, vond ik ze iets poëtischer klinken.” “Ik geef toe dat ik mij zelf wel wat aangetrokken voel door de donkere kant van het leven. De duisternis laat dingen gebeuren. Voor mij betekent donker niet noodzakelijk iets slechts. We komen allemaal uit de duisternis. Bij onze geboorte zien we letterlijk het licht. Zonder het donker zou er ook geen licht zijn. Die positieve connotatie wil ik graag benadrukken.” U treedt al twintig jaar voornamelijk in een jazzcontext op, maar etaleert wel een liefde voor uiteenlopende stijlen, van Arabische en Afro-Caraïbische tot klassieke muziek. Wanneer wist u welke richting u uit wilde? Avishai Cohen: “Daar heb ik nooit te veel over nagedacht. Ik wil kunnen improviseren en eender welke muziek goed vinden. Mijn verbondenheid met muziek valt te herleiden tot vrijheid. In dat opzicht ben ik overduidelijk een jazzmuzikant. Jazz is ook de enige muziek die de voedingsbodem vormt waarin alle andere genres wortelen. Moderne jazz gaat over het adapteren en omarmen van veel andere stijlen. Wie vandaag traditionele jazz speelt, doet dat niet meer zoals in de jaren veertig, vijftig en zestig. Een moderne jazzmuzikant blikt vooruit in plaats van te herkauwen wat al is gemaakt. Ik voel me mee verantwoordelijk voor het feit dat jazz zijn grenzen opschuift en zich ook door muziek uit Latijns-Amerika, Afrika en het Midden-Oosten laat beïnvloeden. Dat ik die evolutie mee op gang heb gebracht en merk dat de jonge generatie die voortzet, stemt me gelukkig. Jazz moet vooruit.”
Uw muziek spreekt een almaar breder en jonger publiek aan. Welke verklaring ziet u daarvoor? Avishai Cohen: “Dat is iets waar ik de vinger niet op kan leggen. Ik creëer enkel de sfeer. Hoe het publiek daar op inpikt, heb ik niet in de hand. Ik kan alleen maar hopen dat mensen zich in mijn muziek aangesproken voelen door de oprechtheid en authenticiteit. Dat zijn eigenschappen waarmee ik mij zoveel mogelijk tracht te omringen in de wereld waarin we momenteel leven. Muziek, en kunst in het algemeen, hebben het potentieel om die te delen. Ik zie graag hoe muziek mijn publiek met het moment verbindt.” U bent al bestempeld als “een jazzvisionair van wereldformaat”. Wat wil u met uw muziek overbrengen? Avishai Cohen: “Ik heb geen groot plan. Mijn muziek is louter een afspiegeling van mijn fantasie en mijn droomwereld als mens. Ik tracht mijn verbeelding zo veel en zo natuurlijk mogelijk de vrije loop te laten. Ik kijk natuurlijk wel om me heen en absorbeer veel dingen, maar ik heb geen agenda die bepaalt waarover ik het wil hebben. Het hebben van een agenda gaat niet samen met kunst. Zodra je dat laat meespelen, verdwijnt de verbeelding.” Tegenwoordig woont u opnieuw in Israël. Hoe bevalt dat een wereldburger als u? Avishai Cohen: “Ik beschouw mezelf niet als een wereldburger, ook al heb ik jarenlang in New York gewoond. Als ik de wereld rondreis, speelt mijn leven zich vooral tussen hotelkamers en concertpodia af. Dat ik nu weer in Israël woon, is zeker niet ingegeven door artistieke motieven. Integendeel, ik wil een gezin stichten, iets dat ik ook belangrijk vind in het leven. (lacht) Daarvoor ben ik graag waar mijn ouders en broer en zus wonen. In dat opzicht is Israël voor mij de meest vanzelfsprekende plaats om te wonen.”
11
Ik weet dat u zich hoedt voor politiek getinte uitspraken. In het kader van ‘MADE IN ISRAËL - MADE IN PALESTINA’, het festival in de Warande waarvan uw concert deel uitmaakt, wil ik toch graag vragen hoe de situatie in uw verdeelde thuisland u als muzikant beïnvloedt. Avishai Cohen: “Die beïnvloedt mij vooral heel erg als mens. Het artistieke komt later. Ik word door alles geïnspireerd, ook door fluitende vogels, de zon en de maan. In welke mate de huidige toestand in Israël in mijn muziek doorsijpelt, laat zich moeilijk meten. Zoals gezegd word ik er vooral als mens door geraakt. Het is een hopeloze situatie, met een groot potentieel om helemaal de verkeerde richting uit te gaan. Die situatie stemt mij droef. Het is moeilijk om er onbewogen bij te blijven. De realiteit triggert mij zodanig dat ik er vanzelfsprekend inspiratie uit put. Ik kan er niet doof of blind voor blijven, dus wekt die bepaalde gevoelens op.
Niet dat ik daardoor een specifieke song over Israël en Palestina ga componeren, maar de situatie prikkelt wel mijn creativiteit.” Toen u 22 was, bent u naar New York getrokken. Daar speelde u als straatmuzikant terwijl u ook in de bouw werkte om de rekeningen te kunnen betalen. Wat onthoudt u van die tijd? Avishai Cohen: “Ik moest in mijn onderhoud voorzien, dat was een feit. Tegelijkertijd wou ik zoveel mogelijk ervaring opdoen. Daarom stond ik er voor open om in alle omstandigheden muziek te kunnen maken. Er zoveel mogelijk uit leren en er plezier aan beleven, dat was wat ik voor ogen had. Toen besefte ik het misschien niet zo goed maar nu ik er op terugblik, bedenk ik mij dat het een van de mooiste en meest romantische periodes van mijn leven is geweest. Heel sterk in iets geloven en al je kracht aanwenden om dat te bereiken, vormt nog altijd de basis van alles wat ik doe. Die jaren in New York hebben mijn identiteit als muzikant en als mens geschapen.” Velen benadrukken het belang van uw tijd met Chick Corea, de pianist die u midden jaren negentig in zijn New Trio en sextet Origin heeft ingelijfd. Hoe schat u zijn aandeel in uw muzikale ontwikkeling in? Avishai Cohen: “Mijn jaren met Chick zijn even belangrijk geweest als de tijd met mijn ouders. Ik beschouw hem niet alleen als een leermeester maar ook als een vriend, een collega en een vader. Hij is een extreem belangrijke persoon die mee heeft geholpen om mijn leven vorm te geven. Ik spreek over hem niet uitsluitend in de verleden tijd. We hebben plannen om weer eens samen te werken.” U hebt al vaker met collega-groten gewerkt, van Bobby McFerrin en Herbie Hancock tot Alicia Keys. Wat zoekt een sterke persoonlijkheid als u in zulke samenwerkingen? Avishai Cohen: “Die kunnen tot
mooie dingen leiden. Samenwerken is waaraan het in deze wereld momenteel ontbreekt. In muziek biedt het vele mogelijkheden, waarmee ik niet wil zeggen dat alle samenwerkingen creatief even succesvol uitdraaien.” “Ik heb vooral in mijn beginjaren veel met anderen gewerkt. Daarna ben ik mijn muziek meer zelf beginnen te kneden. Die dicteerde me sterker dan ik had verwacht. Dat verklaart waarom ik de jongste tien jaar nog nauwelijks met anderen heb gewerkt. Nu beperk ik me vooral tot het samenbrengen van topmuzikanten voor mijn eigen groepen. Dat zijn natuurlijk ook collaboraties, maar dan wel op mijn terrein.” “Samenwerkingen voor andermans projecten ga ik nog uitsluitend aan als ik een sterke verbondenheid met de persoon in kwestie voel. Ik ben gelukkig met de muzikanten met wie ik me momenteel omring. Ik voel me verplicht om me daar helemaal aan te wijden. Dat vergt al zo veel toewijding dat ik me niet ook nog eens met andermans projecten inlaat. Ik wil nog uitsluitend dingen doen waarvan ik kan genieten.” In hoeverre is het belang van muziek in uw leven veranderd sinds uw debuut ‘Adama’ uit 1988? Avishai Cohen: “Muziek betekent alles in mijn leven, al van zo lang als ik mij kan herinneren. Eigenlijk is er dus niets veranderd. Ik ben natuurlijk ouder geworden en mijn persoonlijke leven en mijn omgeving ogen wel anders, maar mijn passie voor muziek is nog altijd even groot. Ik zou kunnen sterven voor muziek.” (lacht) Welke ambities koestert u nog, na alles wat u al hebt verwezenlijkt? Avishai Cohen: “Ik wil graag gewoon kunnen doorgaan, gelukkig en gezond blijven en me met en door muziek met zoveel mogelijk mensen verbonden voelen. Muziek betekent veel minder als ik die alleen maar voor mezelf zou maken. Pas als ik
12
die met anderen kan delen, ontstaat er iets moois. De droom vraagt om te worden gedroomd. Ik wil niet wakker worden, maar blijven dromen.” “Wat ik doe, hoor ik niet graag omschreven worden als een carrière. Dit is mijn leven. In dat leven heb ik de mogelijkheid om iets te doen waardoor ik iets beteken voor anderen. Die notie volstaat voor mij om me te blijven engageren voor mijn muziek. Dat ik ouder word en op een dag zal sterven, houdt me niet bezig. Ik ben nog altijd enthousiast om op een podium te mogen stappen en met anderen muziek te spelen. Dat is wat mij gezond en geïnspireerd houdt en een reden van bestaan geeft.”
MUZIEK AVISHAI COHEN TRIO From Darkness
(ISRAël)
woensdag 09.12 20.15 uur / schouwburg 28 euro // +60: 25 euro / -19 en studenten: 12 euro
© Jos Knaepen
13
Remah Jabr “Theater is de reddingsboei voor de Catch22 waarin we zitten” interview door Tine Danckaers
Niets is wat het lijkt. Dat en haar leven in Nabloes, de Palestijnse stad van verzet, vormen de rode draad doorheen het werk van de Palestijnse Remah Jabr die in het Brusselse RITS afstudeerde. Haar masterproductie ‘Two Ladybugs’ is op donderdag 21 januari in de Warande te zien in het kader van het festival MADE IN ISRAËL - MADE IN PALESTINA. Nadat ze, afgestudeerd in de boekhouding, tien jaar had gewerkt in wat ze zelf “een weinig smachtend bestaan” noemde, schakelde Remah Jabr op haar dertigste over naar de theaterwereld. Een uitgestelde keuze vanwege de cultuurarme ruimte, want “in Palestina wordt kunst letterlijk gezien als speel-tijd, niet iets waarmee je je dagelijkse bestaan vormgeeft.” Intussen maakte Jabr, opgemerkt door onder meer de Brusselse KVS en kunstencentrum Moussem, al drie producties in ons land. Centraal in haar werk staan gebeurtenissen in of observaties uit haar eigen leven slash “dat wat bleef hangen in haar hoofd”. Jabr heft de labels op, onderstreept de gelijkenissen. “Soms reageren mensen uit het publiek verbaasd dat ik lach temidden van de gruwel, dat ik de humor toon in een ongepolijste en brute werkelijkheid. Tegelijk toon ik dat liefde, jaloezie, seks universeel zijn en dus inherent deel uitmaken van elk Palestijns leven.” Ondanks de bezetting en de daaraan verbonden mentale gijzeling van Palestina gaat het leven van de Palestijnen verder, zegt Jabr. “De dag waarop mijn zus trouwde, rouwden we om de dood van kennissen die twee dagen ervoor waren neergeschoten, en bezette het Israëlische leger Nabloes. Er gold een uitgaansverbod maar het
huwelijk moest plaatsvinden. En dus gingen we toch naar kapper. En dus wrong mijn zus zich, perfect opgemaakt, in haar brede bruidsjurk door een smalle checkpoint, tussen legerwagens en soldaten door.” En zo werd de feestvreugde die dag ingeblikt door de realiteit, en omgekeerd kreeg de grauwe realiteit die dag een lichtrand. Jabr was zeven toen de eerste Intifada begon, ze was dertien toen de Oslo-akkoorden werden getekend. In tijden van het opgelegde uitgaansverbod kreeg de kleine Jabr als meisje een streep voor op potentiële stenengooiende jongens. Ze werd ingeschakeld als koerier, bezorgde goederen en berichten aan en van buren en familie. De inkijk op de buitenwereld terwijl anderen gebonden waren aan een binnenbestaan, maakte haar jeugd rijker en avontuurlijker. “Ik sprong over muren en kroop onder draden door om eten te brengen. Ik was soms best bang, maar zweeg om mijn privilege vast te houden.” Jabr beseft dat wat ze beleefde en zag maar een deel van de werkelijkheid was. Het tekende haar beeldvorming. “Het eerste beeld dat in me opkomt als ik aan een Israëli denk, is dat van een soldaat met een geweer.” En net daarover besloot Jabr haar eerste theaterstuk te maken, ‘Two Ladybugs’. Deze voorstelling gaat initieel over de Israëlische scherpschutter die haar nicht doodschoot. De theatertekst gaat aan de ware gebeurtenis voorbij maar centraal staat de impact ervan, en hoe verlies, onrecht en levensdrang samengaan. “‘Two Ladybugs’ gaat over hoe we het uitgaansverbod beleefden, hoe we plezier hadden, hoe we verliefde tieners waren en verder leefden, ondanks de realiteit.” De uitdaging van de voorstelling
14
was het teksgedeelte over de Israëlische soldaat. “Ik had een writers block. Ik kon het niet: me in zijn geest verplaatsen. Ik bleef maar vragen stellen. En er kwamen alleen maar vragen bij. Wat voelen mensen als ze iemand hebben neergeschoten? Wat doen ze wanneer ze thuiskomen? Is doden met je hand minder afwendbaar dan doden met een machinegeweer dat de afstand bewaart?” De antwoorden presenteert Remah Jabr niet. Ze kent ze overigens niet, kan alleen maar gissen naar hoe het allemaal begon. Maar in toeval gelooft ze niet. “Ik geloof dat alles georganiseerd was: de bezetting, de inplanting van de nederzettingen op Palestijnse grond. Dit was een uitgekiend Israëlisch plan, waarin zelfs de route van de Muur al was getekend.” Een deel van dat plan was volgens haar de psychologische oorlogsvoering: het uitlokken van reacties. Het was gewoon kwestie van wachten op de voorspelbare reacties van de moegetergde Palestijnen, om dan te kunnen zeggen: “zie je wel, nu moeten we die verdomde Verdedigingsmuur bouwen.” Het element van Israëlische verdediging tegen Palestijns geweld verwerpt Jabr. “Hoeveel Palestijnen zijn gewapend en maken deel uit van het gewapend verzet? Dat is een kleine minderheid. Maar toch wordt een heel volk gestraft en worden zeer veel onschuldige mensen gedood, mensen die nooit — nooit — één vinger naar iemand hebben uitgestoken. Wie aanvaardt dat nog als „verdediging”?” “Soms”, zegt Jabr, “op lichtmomenten, denk ik dat we onze hoop kunnen stellen in die Israëli’s die het proberen anders te doen, die proberen hun samenleving en het collectieve denken van die samenleving te veranderen. Maar
die hoopvolle momenten worden telkens genadeloos in elkaar geslagen, door de aanvallen op Gaza, door de zetten van de huidige regering die door de Israëli’s werd verkozen. En dan denk ik: dit is wat de Israëli’s willen, dit is wat ze kiezen.”
De toekomst voor Palestina ziet Jabr pessimistisch in. Ze gelooft niet in een oplossing voor de Palestijnen en de Israëli’s, noch in twee staten, noch in één staat. ‘Ik denk niet dat we als Palestijnen met Israëli’s kunnen samenleven, het is te laat. Het zal alleen maar gecompliceerder, gruwelijker, onrechtvaardiger worden. We zitten op de lijn naar een onafwendbare en gruwelijke climax. Misschien bevinden we ons al in de beginfase van die vernietiging.’
Een mens moet toch iets, waar ze zich dan wel aan vastklampt? “Ik geloof dat theater een methode kan zijn, een instrument kan aanreiken om verder te gaan in het leven. Het kan een reddingsboei zijn tot iemand eindelijk een mondiale tegenbeweging in gang trekt, tot iemand verandering brengt in de Catch 22 waarin de Palestijnen zitten.”
Het is onder Palestijnen overigens niet aan de orde, zegt ze, ‘praten over de zogenaamde oplossingen’. “De theorie en hypothese bevinden zich absurd ver weg van de realiteit waarin we ons bevinden.” Terwijl zich in de zomer van 2015 een derde intifada leek aan te kondigen, bleef het gewelddadig verzet beperkt tot Hebron en Oost-Jeruzalem. De gewone Palestijnen zijn moe, zegt Jabr. “De geest van verzet is overgenomen door pessimisme, zeker bij mijn en de volgende generatie. We hebben het geloof in een oplossing nooit gekend die mijn ouders nog wel hadden.”
REMAH JABR (palestina) TWO LADYBUGS
15
theater
donderdag 21.01 20.15 uur / KUUB 16 euro // +60: 14 euro / -19 en studenten: 10 euro Na de voorstelling kan je naar een gratis nagesprek met Remah Jabr in de Tuinzaal.
Arkadi Zaides Geweld in het lichaam adaptatie van interviews door Griet Menschaert
‘Archive’ begint als een lezing, maar ontaardt in een ware choreografie van geweld. Choreograaf Arkadi Zaides onderzoekt hoe in ieders lichaam potentieel geweld verscholen zit. Ethische vragen rond betrokkenheid en verantwoordelijkheid ontvouwen zich, terwijl het lichaam van de danser transformeert tot een levend archief van bewegingen. De bewegingen van Arkadi zijn gebaseerd op videobeelden van gewelddadige scènes in de bezette gebieden die je tijdens de voorstelling ook ziet. Zaides werd geboren in WitRusland en verhuisde in 1990 naar Israël waar hij danser werd bij de beroemde Batsheva Dance Company. Sinds 2009 maakt hij eigen stukken. Zo creëerde hij
eerder ‘Quiet’ waarin Israëlische joden en Arabieren verenigd werden en ‘Land Research’ waarin hij het begrip ‘territorium’ in vraag stelde. Arkadi woont momenteel in Tel Aviv, op twintig kilometer van de Westelijke Jordaanoever. ‘Archive’ trok de aandacht van de politiek omdat Zaides zich in zijn stuk kritisch uitlaat over de Palestinaproblematiek en de militaire uitwassen daarvan. Hij gebruikt videomateriaal dat B‘Tselem, het Israëlisch informatiecentrum voor mensenrechten, ter beschikking stelt. Deze organisatie staat erom bekend om schendingen van de rechten van Palestijnen door Israëliërs aan te kaarten. Ze geeft videocamera’s aan Palestijnen in bezette gebieden zodat misbruiken bewezen kunnen worden. Zaides staat tijdens de voorstelling tussen de videoprojecties en het publiek. Hij kijkt samen met het publiek naar de film, versmelt met de cameraman of identificeert zich met de persoon die gefilmd wordt. Bij momenten is hij ook gewoon zichzelf, te midden van dit alles. De bewegingen die hij in zijn lichaam opneemt en vertaalt, veranderen de manier waarop je de beelden bekijkt. Ze maken sommige elementen scherper en plaatsen andere in een nieuw perspectief. Wat kan dit lichaam toevoegen aan deze beelden? Deze vraag brengt Zaides in beweging. De choreograaf verplaatst zich zo tussen uiteenlopende conflictsituaties. Hij verandert van een jonge stenengooier in een soldaat die een traangasgranaat afvuurt in een slachtoffer dat gewond wordt afgevoerd. Als een bezetene probeert Zaides het conflict te belichamen. Hij laat alle kanten zien zonder partij te kiezen.
16 © Gadi Dagon
Hij geeft vorm aan een levend archief dat een breder perspectief opent op een eeuwenoud conflict. Zaides reflecteert op de maatschappij en op zijn positie in de verwarrende context die Israël vormt. Hoewel deze voorstelling sterk verbonden is aan de problematiek in het Midden-Oosten, is de stelling dat geweld zich in andere conflictsituaties op een gelijkaardige manier manifesteert. Bedreiging heeft altijd impact op de bevolking. Zaides wil met andere woorden het geweldvraagstuk op een universele manier benaderen. In de video’s wordt Hebreeuws
of Arabisch gesproken. Er wordt niets vertaald. Dit is een bewuste keuze. Zaides meent dat iedereen de beelden anders interpreteert, uitgaand van eigen ervaringen. Het vertalen zou de reacties vlakker maken aangezien je dan meer zou letten op wat er precies gezegd wordt. Hij vindt de intensiteit waarmee iets gezegd wordt, of het geweld in een stem, de spanning, veel interessanter.
DANS
Arkadi Zaides was met ‘Archive’ onder meer te gast op het Kunstenfestival des Arts in Brussel. Sindsdien reisde hij ermee door half Europa. Rechtse Israëlische activisten en politici raakten aardig verhit door ‘Archive’. Het stuk werd tot op heden niet gecensureerd, maar gezien de huidige politieke omstandigheden in Israël is dat niet ondenkbaar.
Na de voorstelling kan je naar een gratis nagesprek met Arkadi Zaides door Tine Danckaers in de Tuinzaal.
ARKADI ZAIDES ARCHIVE
(israël)
WOensdag 09.12 20.15 uur / KUUB 16 euro // +60: 14 euro / -19 en studenten: 10 euro
gebaseerd op een interview door Ora Brafman bron: tanz, augustus/september 2015, p. 64-67 Het Duitse magazine tanz is hét maandelijks magazine over internationaal ballet, dans en performance. Probeer gratis de digitale versie op www.kultiversum.de/shop/tanz.html. en een interview door Renan Benyamina voor het festival van Avignon
17 © Jean Couturier
L-E-V / Sharon Eyal & Gai Behar Dynamische live kunst interview door Griet Menschaert
De Israëlische Sharon Eyal ontwikkelde een dansstijl waarin ze technische virtuositeit combineert met intense emoties, androgyne erotiek en tribalisme. In samenwerking met partner en underground producer Gai Behar en dj en drummer Ori Lichtik vormt ze sinds drie jaar L-E-V. Vorig jaar kreeg L-E-V in de Warande een staande ovatie voor ‘House’. In april 2016 komen ze met ‘Killer Pig’ en ‘Sara’. Een gesprek met Eyal en Behar over waarom u dat niet mag missen. “‘Killer Pig’ is ‘full dance’, er komt geen tekst of theatraal gebeuren aan te pas”, vertelt Eyal enthousiast. “Het is pure beweging met elementen uit het tribale en het klassieke. Ik zie het als iets ouderwets in een nieuwe constellatie. Het ouderwetse zit in de compositie en in de ideeën, de nieuwe sensatie ontstaat vooral door de beweging. Die komt recht uit mijn lichaam. Het nieuwe zit ook in het feit dat wij als een team werken. Gai komt uit andere hoeken van de kunst, niet uit de dans. Hij brengt een andere esthetiek en ander gedachtengoed aan. Ori is een fenomenaal muzikant.” Voordat L-E-V werd opgericht, danste Eyal al 23 jaar bij Batsheva Dance Company. Daar zette zij haar eerste stappen als choreograaf. In welke omstandigheden maakte je ‘Killer Pig’? Eyal: “Het is gemaakt toen ik acht maanden zwanger was. Ik creëerde vanuit mijn diepste gevoel.” Behar: “Het is het eerste dat we los van Batsheva Dance Company maakten. Ik hou van dit stuk omdat het ruw, intens en gewelddadig is, terwijl er ook iets tragisch aan zit.” Daarnaast brengen jullie in de Warande ook ‘Sara’?
Eyal: “Ja, dat duurt veertien minuten. Het is kort, haast niet uitgewerkt, grof. Het is iets dat bijna niet bestaat. Als je je ogen sluit, is het alsof het er niet geweest is, zo klein en kwetsbaar, net zoals je met de wind meegaat en hem voelt. Het gaat over herinneringen, dromen, angsten en eenzaamheid.” Behar: “Ik vind die twee stukken een mooi avondprogramma vormen. Ik hou van korte stukken. ‘Sara’ is klein en zacht, een beetje zoals een muziekclip, het heeft een ‘poppy’ opbouw die toch natuurlijk is. Na een korte pauze komt ‘Killer Pig’, dat ook relatief kort is, 44 minuten. Het is heel intens, ik hou heel erg van de opbouw daarvan. Ik zou willen dat het publiek kon meedansen, zoals wij achter de schermen. Door de muziek van Ori is het altijd feest.” Waarom zorg je er niet voor dat het publiek kan meedansen? Behar: “Goed idee, vraag jij dat aan de programmator? Dat zou geweldig zijn. Het is zo ‘trancy’!” Heb je regels voor jezelf? Eyal: “Mijn regel is: eerlijk zijn, werken vanuit mijn liefde en mijn geest met mensen die mij oprecht inspireren. Voor de rest ben ik slecht met regels. Ik ben erg wild met mijn hoofd.” Behar: “Toen ik jong was, werd ik vaak geraakt door muziek. Maar veel muziek waarnaar ik luisterde was in het Engels, zoals de Pixies, waardoor ik niet alles verstond. En toch: ik voélde het. Het doet er dus niet echt toe wát je wilt uitdrukken, het is belangrijker hoé je het uitdrukt. Enkel wanneer je vanuit je diepste bron uitdrukt, kan je iedereen raken. Denk ook maar aan jazz of bluesartiesten die aan gibberish doen, waw: dat komt 18
binnen. Bij dans is het net zo.” Is dat waarom jullie zo makkelijk samenwerken? Jullie maken geen schema’s of technisch concept? Behar: “Ons proces is inderdaad allesbehalve conceptueel. Het werkt zo: Sharon doet iets waarvan we weten dat het echt goed is. Wanneer één van de dansers dit herhaalt en we het nog steeds goed vinden en het ook met de muziek werkt, weten we dat het goed zit. Het gaat om het plezier. Als iedereen in de studio eenzelfde idee tof vindt, blijft het. Ik denk niet echt na over wat ik probeer te geven aan mensen, ik probeer meer te denken aan wat ik zelf wil uitdrukken. Een groot stuk van het proces probeer ik te doorlopen zonder na te denken. Dat doen we trouwens als team. We zijn in een constant proces. Sommige ideeën die niet in het ene stuk kunnen, kunnen naar het volgende. Het enige waarvoor we telkens moeten stoppen met creëren is de deadline, de première.” Wat is voor jou het belangrijke van deze stukken, het meest krachtige ervan? Eyal: “Het gaat om de sensitiviteit, het scheppen van een moment waarin mensen contact maken met elkaar, authentiek te zijn, om de dansers die plezier hebben en zichzelf zijn en om het verkennen van manieren daarvoor, in combinatie met de muziek. Zie het als live dynamische kunst. De focus ligt op de ontwikkeling en op hoe het werk ieder moment verandert, en natuurlijk om het raken van het publiek.” Jullie werk vertelt niet het verhaal van een individu? Eyal: “Het individu is het resultaat van de mensen die het omringen.
Alle mensen zijn anders en hebben een unieke stem. Ik hou van de groep waarmee ik werk en van de mensen waarmee ik dans. Ze zijn totaal anders en tegelijk behoren ze tot eenzelfde familie.” Zodat jij en je dansers als een soort individu bewegen samen, een collectief individu? Eyal: “Ja, mooi.”
het is belangrijk hoe dingen samenvallen - kleur, geluid...” De titel ‘Killer Pig’, verwijst die naar het oerdier? Eyal: “Nee, eerlijk gezegd ben ik slecht met namen en titels. Ik wilde dat ik in plaats van een naam een kleur, een geluid of een geur aan een stuk kon verbinden.”
Jullie creëren intuïtief... Eyal: “Ja, ik begin te improviseren vanuit mijn lichaam, beïnvloed en geïnspireerd door de muziek en de dansers. Ik sluit mijn ogen en ik dans. De dansers en Gai filmen mij en nemen de bewegingen dan uit de films over.” Behar: “Er zit een vreemd conflict in het dansmedium. Het is abstract en soms vinden mensen het elitair, maar de waarheid is dat dans de meest primitieve manier is om je uit te drukken. Dans komt voor elke andere manier van uitdrukken. Als je nog niet kan spreken, beweeg je al.” Gai Behar, wat is jouw achtergrond?
DANS l-e-v / sharon eyal & gai behar sarah & killer pig
(israël)
WOensdag 13.04 20.15 uur / schouwburg 22 euro // +60: 20 euro / -19 en studenten: 10 euro Na de voorstelling kan je naar een gratis nagesprek met Sharon Eyal in de Tuinzaal.
Behar: “Mijn rol is een beetje vaag, er zijn niet veel mensen die werken zoals ik, zo dicht bij de choreograaf. Ik ben betrokken bij ieder aspect van de creatie al heb ik nooit kunst gemaakt. Ik was producer van raves, events met undergound muziek en kunstevenementen. Ik ben met Sharon beginnen werken toen ze mijn mening vroeg over een stuk. Op de feesten die ik als producer organiseerde, speelde Ori. Sharon kwam naar die feesten als dansende bezoeker en zo kwamen we heel vanzelfsprekend bij elkaar.” Welk soort input geef jij? Behar: “Sharon maakt een beweging en daar praten we over: is het goed, snel, traag, gewelddadig, vredig, moet een vrouw of man het doen, is het iets voor een groep of een solo...? Het enige dat ik niét doe, is het maken van de bewegingen, wat de essentie vormt van het werk. Het is als bij het realiseren van een film: er komen meer elementen dan alleen het acteren bij kijken, het gaat over het scheppen van een momentum,
19
lezingen dinamo Geweld, oorlog en vrede
Israël - Palestina In 1948 werd de Joodse staat gesticht. Eindelijk zou er rust aanbreken voor het Joodse volk na meer dan 2000 jaar rondzwerven. Niemand had immers verwacht dat de aanwezigheid van een Joodse staat in het uiteengevallen oude Ottomaanse rijk voor zoveel problemen zou zorgen. Ondanks de vele UNO-resoluties lopen gewelddadige conflicten tussen Palestijnen en Joden over de staat Israël hoog op. Onschuldige burgers zijn het slachtoffer.
“Zoveel verschrikkingen waren niet mogelijk geweest zonder zoveel deugden” (Valery Paul) Geweld heeft vele verschijningsvormen: terreur, huiselijk, verbaal, seksueel en dictatoriaal geweld. De meest indringende vormen zijn genocide, oorlog en burgeroorlog. Als we de Ilias, de Odyssee en het Bijbels verhaal van Kaïn en Abel als historische ijkpunten van de westerse beschaving beschouwen, dan is geweld van alle tijden.
Tijdens een eerste lezing bekijken we het landschap en zijn natuurlijke grondstoffen. Een berggebied doorsneden door een rivier biedt militaire uitdagingen en mogelijkheden! De Jordaan zorgt dan weer dat het Bijbelse land “van melk en honing” voor vele joden realiteit werd.
Is geweld een onvermijdelijk fenomeen van de menselijke conditie of ligt er nog een geweldloze of geweldarme samenleving in het verschiet? In drie bijeenkomsten onderzoeken we wat historici, schrijvers en filosofen ons hierover kunnen vertellen.
In de tweede lezing overlopen we bondig de geschiedenis van beide volkeren. We kijken naar de hervestiging van de joden in Palestina tussen 1878 en 1948 en het ontstaan en de gevolgen van de kleine en grote oorlogen. Ook gaan we in op de Palestijnse organisaties en hun intifada’s. We eindigen met mogelijke oplossingen voor het conflict. Kunnen ze haalbaar zijn?
lezing
lezing
Wilfried raus geweld, oorlog en vrede
jef abbeel en luc steeman Israël - Palestina
maandag 30.11, 07.12 en 14.12 van 10 tot 12 uur / de warande 16,50 euro
maandag 29.02 en 07.03 van 19.30 tot 22 uur / de warande 11 euro
een organisatie van DINAMO dinamo.warande.be
een organisatie van DINAMO dinamo.warande.be
20
Kalender made in palestina / made in israël Arkadi Zaides
berlin
Archive
Jerusalem - Holoceen (#1.2)
WOensdag 09.12 20.15 uur / KUUB
dinsdag 08.03 20.15 uur / kuub woensdag 09.03 10.30 uur / kuub
Avishai Cohen Trio from darkness WOensdag 09.12 20.15 uur / schouwburg
l-e-v / sharon eyal & gai behar sarah & killer pig woensdag 13.04 20.15 uur / schouwburg
Remah Jabr Two Ladybugs donderdag 21.01 20.15 uur / KUUB
Wilfried Raus Geweld, oorlog en vrede maandag 30.11, 07.12 en 14.12 van 10 tot 12 uur / de warande
KVS, Les Ballets C de la B en A.M. Qattan Foundation badke
Jef Abbeel en Luc Steeman
woensdag 24.02 20.15 uur / schouwburg
Israël-Palestina maandag 29.02 en 07.03 van 19.30 tot 22 uur / de Warande
donderdag 25.02 13.45 uur / schouwburg
Turnhouts Wetenschapscafe´ met Ludo Abicht DONDERDAG 10.12 20 uur / café Barzoen
21
ontdek de volgende maanden in de Warande Tot 14 februari Nicolas Provost Exodus In twee monumentale installaties krijg je de schoonheid van onze planeet te zien en tegelijk ook de horror van het heelal. expo
Tot 10 januari midden in mali Deze tentoonstelling laat je kennismaken met Mali en de cultuur van dit land. Historisch en hedendaags Malinees textiel staat daarbij centraal. expo
Tot 10 januari Sebastian Schutyser Deze foto-expo toont een reeks portretten, gaande van bedelaars tot dorpshoofden, van jonge meisjes tot Malinese beroemdheden. expo
4 december De Mannschaft Timothy De Mannschaft is een nieuw, professioneel Turnhouts gezelschap van Stijn Van de Wiel en onze artist in residence Michai Geyzen. Samen maken ze een voorstelling over de liefde, maar vooral over de fatale bijwerkingen ervan. Première / theater 22
8 december Two Dogs Company / Kris Verdonck Untitled Kris Verdonck plaatst de figuur van de mascotte centraal en reflecteert over het fenomeen van de ‘werkende armen’ en de industrialisering van de mensheid. theater / performance
11 december A Winged Victory for the Sullen (vs) + iLLUMININE
Autumn Falls Ambient van topniveau. Muziek
20 januari I Solisti Del Vento, Opera Vlaanderen en HETPALEIS
babel Een ontroerende voorstelling vol muziek en humor, in een taal die niet bestaat, maar die iedereen begrijpt. Met het kinderkoor van Opera Vlaanderen en drie operazangers. theater / familie 6+
21 januari Le Trio Joubran (pal) Le Trio Joubran zijn oud-spelers met wereldfaam. Dit snaarinstrument, met warme, oosterse klanken, speelt een belangrijke rol in de Palestijnse cultuur. muziek
23
23 januari Akram Khan Company (vk) Kaash De Brits-Bengaalse danser en choreograaf Akram Khan creëert een perfecte symbiose tussen klassieke Indiase en westerse hedendaagse dans. dans
3 februari Bára Sigfúsdóttir / Alexander Vantournhout
The Lover / ANECKXANDER ‘THE LOVER’ is een beeldende en poëtische dansvoorstelling over de complexe verhouding tussen mens en natuur. Vantournhout is een aanstormend talent dat circus en dans op een unieke wijze combineert. double bill / dans / circus
19 februari Fairport Convention (vk) Legendarische grondleggers van de Europese folkrock. muziek
2 maart Fun Lovin’ Criminals (vs) In 1995 brachten de Fun Lovin’ Criminals hun debuutalbum ‘Come Find Yourself’ uit. Ze vieren dit jubileum met een aparte concertreeks. “Stick ‘em up, punk!” muziek
24
10 maart & 26 april Theater Stap & Koen De Preter To belong Koen De Preter en Theater Stap tonen ongekende of zelf uitgevonden rituelen en bewegingsrituelen uit het verleden. Première / theater
van 18 tot 20 maart STORMOPKOMST Een kunstenfestival voor kinderen en volwassenen. Een van de hoogtepunten is de expo ‘Mens en Machine’ die loopt tot 15 mei. festival / expo
18 maart Compagnie 111 (fr) Sans Objet ’Sans Objet’ combineert op een spectaculaire manier dans, circus en techniek (inclusief enorme robot). circus / dans
24 maart Majid Bekkas Afro Oriental Jazz Trio (mar) De ambassadeur van de Afrikaanse gnawa. muziek
25
22 april tot 1 mei MooOV filmfestival Tijdens dit festival zie je cinemaparels uit alle hoeken van de wereld, films die je raken en zich onderscheiden door een eigenzinnige filmtaal met een rijke inhoud. film
30 april Gerald Clayton Trio (vs) De Amerikaanse pianist Gerald Clayton is een van de nieuwe grote muzikanten in de jazzscene. muziek
4 mei Halory Goerger en Antoine Defoort (be/fr) Germinal ‘Germinal’ houdt het midden tussen theater en comedy. Je bent getuige van de geboorte van een nieuwe beschaving, het ontstaan van een absurd universum en een hilarisch spel met taal. Theater
5 mei Joana Amendoeira (prt) Joana is een van de grote namen van de nieuwe fado-generatie. Ze leerde de fado-traditie van oudere zangers en gitaristen die onder de indruk waren van haar talent en fantastische stem. muziek
26
19/26/27/28 mei Comp.Marius Figaro Deze deurenkomedie in openlucht was een groot succes op de Zomer van Antwerpen. theater / op locatie
Van 22 tot 25 juni Suzanne Grotenhuis Ark on ice Suzanne Grotenhuis trekt voor haar nieuwe voorstelling naar de schaatsbaan van Turnhout. Op de ijspiste gaat ze op zoek naar wie we zijn en over hoe je alles zou opofferen om grip te kunnen krijgen op het hier en nu. première / theater
Van 11 juni tot 14 augustus Nick Andrews Recente en oudere schilderijen. Expo
27
© Bart Van der Moeren
en dit waren de voorbije maanden
28 © Noemie Boone
© Bart Van der Moeren
29 © Bart Van der Moeren
© Bart Van der Moeren
© Noemie Boone
© Wendy Marijnissen
30
© Bart Van der Moeren
© Johan Smeyers
31 © Bart Van der Moeren
© Bart Van der Moeren
DE WARANDE
Provinciaal cultuurhuis de Warande Warandestraat 42, 2300 Turnhout info: 014 41 94 94 tickets: 014 41 69 91 of via www.warande.be Er zijn kortingen voor -19 jaar, studenten, +60 jaar, abonnees en groepen vanaf 20 personen, vraag ernaar! café Barzoen Voor of na de voorstelling ben je steeds welkom in café Barzoen.
bereikbaarheid De Warande ligt in het centrum van Turnhout op 5 minuten wandelen van de Grote Markt en van het station.
in de Warande wonen… Naast haar eigen werking biedt de Warande onderdak aan DINAMO, Kunst in Zicht, MOOOV, Stripgids, AR-TUR, STORMOPKOMST en KAAIMAN.
met de auto Turnhout is met de wagen eenvoudig te bereiken via de E34 AntwerpenEindhoven. In je GPS geef je best de Wezenstraat in. Aan de Warande is een ondergrondse parking van Indigo (www.parkindigo.be). Parking Indigo geeft de klanten die een voorstelling in de Warande bezoeken een korting.
colofon concept en vormgeving: dienst communicatie de Warande drukkerij: Koninklijke drukkerij Em. de Jong
Deze BIJLAGE IS gedrukt DOOR
Koninklijke
Drukkerij Em. de Jong Visweg 8 Postbus 8 www.emdejong.nl
driemaandelijks magazine okt/nov/d
5111 H J Baarle-Nassau 5110 AA Baarle-Nassau
[email protected]
088-6655555 Fax 013-5079100 014 - 690324
ec 2015 jg7 nr 4 p308996 afgifteka ntoor 2300 turn
hout 1
DE WARANDE TURNHOUT www.warande.be