Lesbrief bij de voorstelling
Meneer Klein, kater Co & vrouwtje Vogel Voorstelling voor kinderen in de leeftijd van 3 t/m 7 jaar.
Algemene informatie voor leerkrachten Het verhaal Meneer Klein woont samen met kater Co heel tevreden in zijn kofferhuisje. Maar op een dag wordt Vrouwtje Vogel gewond in de tuin gevonden. Meneer Klein geeft de vogel meer aandacht dan kater Co. Als hij haar dan ook nog in Co zijn bedje laat slapen is voor kater Co de maat vol. Hij gooit de gewonde vogel uiteindelijk uit zijn bed. Meneer Klein is zo boos dat hij Co buiten de deur zet. Co voelt zich alleen totdat hij een visje in de vijver ziet. Hij springt erachteraan maar kan niet zwemmen. Gelukkig redt de vogel hem. Co sluit vriendschap met de vogel en Vrouwtje Vogel bouwt een nestje op het dak van het huisje van meneer Klein. Vormen van poppenspel in deze voorstelling Handpoppen Stokpoppen Staafmarionetten Marionet Figuren in de voorstelling Meneer Klein Een klein roze mannetje met een vrolijke inslag. Kater Co De huisgenoot en dikke vriend van meneer Klein, hij mag zelfs bij meneer Klein in bed slapen. Vrouwtje Vogel Een vreemde vogel die iedere nacht uit de vijver van meneer Klein komt drinken of daarin gaat badderen. Thema’s binnen de voorstelling Jaloersheid Het delen van je plekje Elkaar helpen/verzorgen Vriendschap
Gebruik van de lesbrief De lesbrief bestaat uit verschillende onderdelen zoals ideeën voor opdrachten, kringgesprekken, handvaardigheid, boekentips enzovoorts, binnen verschillende thema’s uit de voorstelling. Er kan een keuze gemaakt worden welke onderdelen de leerkracht aan bod wil laten komen in de klas. Kringgesprek Leerdoel: de kinderen leren vertellen in de kring. De kinderen leren hun gevoelens te verwoorden n.a.v. het verhaal van Meneer Klein, Kater Co en Vrouwtje Vogel. Over jaloers zijn: Wat is dat en wie is er weleens jaloers geweest op bijv. een broertje of zusje? Wat doe je dan als je jaloers bent? Ga je dan net zo lelijk doen als kater Co tegen vrouwtje Vogel doet? Vriendschap: Heb je vriendjes of een vriendinnetje? Wat doe je als je vriendjes bent? Speel je ook spelletjes met elkaar en fop je elkaar ook weleens zoals meneer Klein kater Co fopt als hij Co wakker maakt? Of zoals Co als spook verkleed meneer Klein laat schrikken voor de grap? Elkaar helpen: Meneer Klein helpt Co als Co in de schoorsteen is geklommen en er niet meer uit kan komen. Vrouwtje Vogel heeft haar vleugel gebroken en meneer Klein verzorgt haar dan. Als er met jouw vriend iets zou gebeuren waar hij hulp bij nodig heeft, zou jij dan gaan helpen? Heb jij je vriendje of vriendinnetje wel eens geholpen?
Het delen van je plekje: Co moet zijn plekje delen met Vrouwtje Vogel. Hoe is het als je met een vriendje of vriendinnetje net lekker aan het spelen bent en er komt een ander kindje bij? Mag dat kindje dan meespelen? Of heb je zoiets van “Ik was net zo lekker aan het spelen en nu wil zij/hij ook nog eens meedoen, nou daar heb ik helemaal geen zin in”. Maar het kindje waar je mee aan spelen bent vindt het juist leuk. Hoe is dat dan voor jou? Het maken van een verteltafel Kinderen kunnen tijdens de werklessen in tweetallen werken aan de verteltafel. Wat kun je allemaal op de verteltafel zetten, in het thema van de voorstelling. - Zelfgemaakte poppen n.a.v. de figuren uit de voorstelling (zie ‘Figuren uit de voorstelling maken op een simpele manier’) - Boeken die aansluiten op het thema of de thema’s (zie ‘boekentips’) - Platen van verschillende woonvormen (zie bijlage) - Poppenhuis Uitbeelden Leerdoel: de kinderen leren hoe ze een emotie kunnen uitbeelden, ze leren gezichtsuitdrukkingen kennen. Benodigdheden: kaartjes met daarop verschillende emoties uit de bijlage. In de voorstelling wordt bijna niets gezegd. Meneer Klein heeft zijn eigen taaltje. Co begrijpt hem wel. Af en toe hoor je een woordje wat je kent. Gebruik de kaartjes uit de bijlage, met daarop poppetjes met verschillende emoties. Bespreek de emoties van de poppetjes met de kinderen. Geef de leerlingen een kaartje en laat het kind de emotie uitbeelden. De andere kinderen moeten raden welke emotie het kind uitbeeldt. Bewegingsexpressie Leerdoel: kinderen leren naar muziek te luisteren en daarop te reageren met bewegingen. Benodigdheden: verschillende soorten muziek, het liefst zonder tekst. De plaatjes uit de bijlage ‘uitbeelden’. De kinderen luisteren telkens naar een muziekstuk en kijken dan naar de plaatjes. De kinderen geven aan welk plaatje ze het beste bij het muziekstuk vinden horen. Daarna kan de muziek nogmaals worden aangezet en kunnen de kinderen die emotie uitbeelden op de muziek. Wonen Leerdoel: de kinderen leren een koppeling maken tussen een kamer in een huis en meubels die daarbij kunnen horen. Benodigdheden: kartonnen, tijdschriften, potloden, plaat van een huis uit de bijlage. Meneer Klein heeft zijn eigen huisje. Wat zit er allemaal op en aan het huisje van meneer Klein? Benoemen: Dakpannen, deur, gordijnen of ramen, een doucheruimte (hoor je wel maar zie je niet), een wc, een keuken, een schoorsteen, een slaapkamer en een eetkamer. Hoe woon jij thuis? Heb je een eigen kamer of deel je een kamer. Wat voor spulletjes staan er allemaal in jouw huis? Maak kartonnen platen met daarop, de afbeelding uit de bijlage. Teken of zoek plaatjes in tijdschriften van meubels en spulletjes die in huis horen. De kinderen leggen de plaatjes bij de juiste ruimte. Als voorbeeld de badkamer. Daarin horen: kraan, douche, water, washandjes, handdoeken, badschuim, zeep, shampoo, spiegel, bad etc. Teken je eigen huis of het fijnste plekje in huis en kleur het in met jouw lievelingskleuren.
Verschillende woonvormen Leerdoel: de kinderen maken kennis met verschillende woonvormen en denken na over hun eigen woonvorm. Ze leren hun eigen huis vormgeven en werken met verschillende materialen. Benodigdheden: afbeeldingen uit de bijlage, karton, kurk, gekleurd papier, potloden, scharen, lijm, doosjes, stokjes. Bespreek met de kinderen de afbeeldingen van verschillende woonvormen uit de bijlage. Wat zien ze? Waar wonen de kinderen zelf? Kennen de kinderen de naam van de verschillende woonvormen? Je kunt in een rijtjeshuis wonen of een vrijstaand huis zonder buren. Maar je kunt ook in een flat wonen. Je hebt ook mensen die in tenten wonen of in zelfgemaakte hutjes. Maak van karton een huisje waar jij graag in zou willen wonen. Maak een poppetje van kurk of van karton. Dat ben jij en plaats jezelf in het eigen gemaakte huisje. Wie wonen er nog meer bij jou in huis? Maak ook de anderen die bij jou in huis wonen. Woont er ook een dier bij jou in huis? Als je geen huisdier hebt vraag je dan af welk dier je graag bij jou in huis zou willen hebben en ga deze maken. Zet je lievelingsdier bij jou in huis. Maak aan de bovenkant een stokje zodat je met de figuurtjes kan spelen. Speel verschillende thuissituaties na met de eigengemaakte poppetjes. Bijv. als je opstaat en gaat eten, wie zitten er nog meer bij jou aan tafel of eet je bij de t.v. etc. Je kunt ook met de kinderen een stadswandeling maken, waarbij je een route uitstippelt langs verschillende soorten woningen. Bespreek met de kinderen tijdens het wandelen wat voor verschillende huizen ze allemaal zien en benoem daarbij het soort woning en kenmerken daarvan. Het poppenhuis Leerdoel: de kinderen leren de samenstelling van een huis kennen. Waar horen welke meubels ed.? Haal alle meubels uit het poppenhuis. Laat de kinderen de meubels in de juiste kamer terug zetten. Laat de kinderen de meubels ook benoemen. De kinderen kunnen daarna met het poppenhuis spelen, stimuleer spel waarbij kinderen huiselijke situaties naspelen. Rollenspel spelen in het poppenhuis Leerdoel: de kinderen leren de verschillende rollen van personen in een gezin kennen, de kinderen oefenen door het spelen van een rollenspel met hun woordenschat. Benodigdheden: poppenhuis met verschillende kamers, meubels en poppetjes. Laat de kinderen het aantal personen dat bij hun thuis woont uitzoeken, om daar vervolgens mee te spelen. Laat twee kinderen samen spelen en wissel van gezinssamenstelling. De kinderen leren dan ook dat er verschillende gezinssamenstellingen zijn. Woonvormen bij dieren Leerdoel: de kinderen leren een koppeling maken tussen verschillende dieren en hun woonplaats. Benodigdheden: plaatjes uit de bijlage. Vogels bouwen een nestje. Konijnen graven een hol. Paarden wonen in een stal etc. Kun je andere dieren benoemen die weer anders wonen. Zoek plaatjes van dieren in tijdschriften knip ze uit en teken daarbij hoe de beestjes wonen. In de bijlage staan verschillende afbeeldingen van dieren en hun woonplaatsen. Laat de kinderen de dieren en de woonplaatsen bij elkaar zoeken. Daarna zou je met de afbeeldingen een memorie kunnen spelen. Figuren uit de voorstelling maken op een simpele manier Leerdoel: kinderen leren hoe zij zelf een pop kunnen maken en ze leren spelen met een zelfgemaakte pop. Je kunt de kinderen ook rollenspellen laten spelen met hun pop, dit om de woordenschat te vergroten.
Vrouwtje vogel: Benodigdheden:
Stap 1:
Stap 3:
Stap 4:
Stap 6:
Stap 7:
Stap 2:
Stap 5:
Kater Co: Benodigdheden:
Stap 1:
Stap 2:
Stap 3:
Stap 4:
Stap 5:
Stap 6:
Stap 7:
Stap 7 (van zijkant)
Stap 1:
Stap 2:
Meneer Klein: Benodigdheden:
Stap 3:
Stap 4:
Stap 5:
Evaluatie na de voorstelling Leerdoel: kinderen leren nadenken over een voorstelling en verwerken de voorstelling door te reflecteren. Naspelen van de voorstelling Kinderen kunnen het verhaal naspelen op de verteltafel, ze kunnen daarbij gebruik maken van de poppen die ze zelf hebben gemaakt (zie ‘figuren uit de voorstelling maken op een simpele manier’. Richt de tafel zo veel mogelijk in als in het theater. Maar ze kunnen ook zichzelf verkleden en dan zelf een figuur uit de voorstelling naspelen. Vertel als leerkracht het verhaal nog eens en laat de kinderen daarbij uitbeelden. Nabespreken van de voostelling Waar ging het verhaal over? Wie kwamen er allemaal voor in de voorstelling? Wat vond je van het verhaal? Boekentips Prentenboeken die passen bij het thema jaloezie: - Aller- allerbeste vrienden van Doortje Hannig (vanaf ca. 4 jaar) - Als je jaloers bent.. van Brian Moses (vanaf ca. 4 jaar) - Annabella krijgt een zusje van Mieke van Hoogt (vanaf ca. 2,5 jaar) - De beste vriendin van Petra Mathers (vanaf ca. 4 jaar) - Boris is de liefste van Marly van Otterloo (vanaf ca. 4 jaar) - Broertje te koop van Marian De Smet - Donsje en Pluimpje: beste vriendjes voor altijd van Tad Hills (vanaf ca. 4 jaar) - Kleine muis zoekt een huis van Petr Horácek (vanaf ca. 2 jaar)
Veel plezier! Gea de Vries. Poppentheater MUZIPO www.muzipo.nl
Bijlage Afbeeldingen bij de opdracht ‘woonvormen bij dieren’
Afbeeldingen bij de opdracht ‘verschillende woonvormen’
Afbeelding bij de opdracht ‘wonen’
Afbeeldingen bij de opdracht ‘uitbeelden’