Schoolbrochure met opvoedingsproject, schoolreglement en algemene informatie. Lijsterbeslaan Assisiëlaan
versie september 2016
Beste ouder Ons schoolreglement bestaat uit verschillende delen. Het eerste deel bevat heel wat nuttige informatie en contactgegevens. Dit deel maakt strikt genomen geen deel uit van het schoolreglement, maar is er wel nauw mee verbonden, daarom worden ze hier toch opgenomen. In het tweede deel vind je het pedagogisch project. In het derde deel vind je het eigenlijke reglement dat bestaat uit de engagementsverklaring, informatie rond inschrijving, ouderlijk gezag, de organisatie van de leerlingengroepen, afwezigheden, uitstappen, het getuigschrift basisonderwijs, onderwijs aan huis, orde- en tuchtmaatregelen, de bijdrageregeling, vrijwilligers, leefregels, privacy.
De inschrijving van je kind op onze school houdt in dat jullie akkoord gaan met het volledige schoolreglement. Soms is het nodig om het schoolreglement aan te passen. Aanpassingen aan het eerste deel zijn eerder administratieve wijzigingen, hiervoor is er niet opnieuw een akkoord nodig van de ouders. Wijzigingen aan het pedagogisch project en aan het eigenlijke reglement worden opnieuw ter akkoord aan jullie voorgelegd. Alle delen van het schoolreglement worden op de schoolraad besproken.
Wij hopen op een goede samenwerking! De directie en het schoolteam.
1
Inhoud 1. Algemene informatie 1.1. Verwelkoming 1.2. Wie is wie in onze school? 1.2.1. Aard van de school 1.2.2. Het schoolbestuur van het O.-L.-Vrouwecollege 1.2.3. De scholen van de scholengemeenschap 1.2.4. Inspraak 1.2.4.1. Schoolraad 1.2.4.2. Leerlingenraad 1.2.4.3. Oudercomité 1.2.4.4. Situering van de school 1.3. Onze samenwerking met het CLB 1.3.1. Wat is het CLB? 1.3.2. Waarvoor kan je bij het CLB terecht? 1.3.3. CLB-begeleiding is voor een deel verplicht 1.3.4. Hoe werkt het CLB? 1.3.5. Hoe werken de school en het CLB samen? 1.3.6. Preventieve gezondheidszorg 1.3.7. Waar kan je met een klacht terecht? 1.3.8. Wie begeleidt jouw school? 1.3.9. Wanneer kan je het CLB bereiken? 1.4. De organisatie van de schooluren 1.5. De voor- en naschoolse opvang 1.6. Privacy 1.6.1. Verwerken van persoonsgegevens 1.6.2. Overdracht van leerlingengegevens bij schoolverandering 1.6.3. Publiceren van foto‟s 1.7. Vrije dagen en pedagogische werkdagen 1.8. Preventie en welzijn op school 1.8.1. School en preventie 1.8.2. Medicatie 1.8.3. Rookverbod 1.9. Revalidatie / logopedie 1.10. Maaltijden, rij, studie en melk 1.10.1. Maaltijden 1.10.2. Rij 1.10.3. Studie 1.10.4. Melk
2
2. Pedagogisch project 2.1. Een herkenbare katholieke school 2.2. Opvoedend onderwijs waarin het kind centraal staat 2.3. Een samen op te bouwen schoolgemeenschap 2.4. Visie op zorg 2.4.1. Uitgangspunt: het lerende kind 2.4.2. Klemtonen/krachtlijnen 2.4.3. Zorg heeft grenzen 3. Schoolreglement 3.1. Getuigschrift basisonderwijs 3.2. Onderwijs aan huis 3.3. Afwezigheden 3.4. Te laat komen 3.5. Huiswerk, agenda‟s en rapporten 3.5.1. Het huiswerk 3.5.2. De schoolagenda 3.5.3. Het grote toetsenrapport 3.6. Geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning die niet afkomstig is van de Vlaamse Gemeenschap en de rechtspersonen die daarvan afhangen (reclame en sponsorbeleid) 3.7. Bijdrageregeling ouders 3.8. Lessen lichamelijke opvoeding en zwemmen 3.9. Eén- of meerdaagse schooluitstappen (Extra-muros activiteiten) 3.10. Ongevallen en de schoolverzekering 3.10.1. De waarborgen 3.10.2. De terugbetaling 3.10.3. Vrijwilligers 3.11. Als schoollopen niet zo vanzelfsprekend is 3.12. Vormen van leerlingengroepen en zittenblijven 3.12.1. Algemeen 3.12.2. Doorstromen 3.12.3. Zittenblijven 3.12.4. Samenwerking met de scholen van het buitengewoon onderwijs binnen onze scholengemeenschap 3.12.5. Weigeren 3.12.6. Inschrijving onder de opschortende voorwaarde 3.13. Orde- en tuchtmaatregelen 3.13.1. Ordemaatregelen 3.13.2. Tuchtmaatregelen
3
3.14. Contact met ouders 3.14.1. Engagementsverklaring 3.14.2. Oriëntering naar het middelbaar onderwijs 3.14.3. Briefwisseling naar beide ouders in geval van scheiding 3.15. Inschrijven van leerlingen 3.15.1. Toelating tot het lager onderwijs 3.15.2. Inschrijvingsbeleid van de school 3.15.3. Verloop van een inschrijving en instapdata 3.15.4. Ouderlijk gezag 3.16. Leefregels 3.16.1. Klas, taken en eerbied voor materiaal 3.16.2. De speelplaats 3.16.3. Pesten 3.16.4. Eten en drinken op school 3.16.4.1. In de eetzaal 3.16.4.2. Buiten de eetzaal 3.16.5. Levenshouding 3.16.6. Kledij 3.16.7. Stijl 3.16.8. In de computerhoek
4
1.
5
Algemene informatie
Hartelijk Welkom Beste ouders, Wij heten u en uw kind van harte welkom en danken u voor het vertrouwen dat u in ons stelt. Het schoolteam (directie en leerkrachten) zal zich ten volle inzetten voor een goede opvoeding en degelijk onderwijs, zodat uw kind een goed schooljaar doormaakt. U mag van ons een christelijk geïnspireerde, eigentijdse opvoeding en degelijk onderwijs verwachten. Wij hopen dat wij goed met u kunnen samenwerken. Bij vragen en problemen staan wij klaar om samen naar een oplossing te zoeken. Wij hopen dat u uw kind aanmoedigt de doelstellingen van onze school na te streven en de afspraken na te leven.
Beste leerlingen, Ook jij, jongen of meisje, bent van harte welkom op onze school. Ben je nog maar pas ingeschreven in onze kleuterklas, dan kom je in een boeiende wereld terecht. Ga je naar het eerste leerjaar, dan gaat een nieuwe wereld voor je open. Ben je nog maar nieuw, dan zal de aanpassing in onze school wat tijd vragen. We zullen je helpen. Wie je ook bent, je hoort erbij. We wensen je een fijn schooljaar toe ! Beschouw dit boekje als een leidraad, als een geschreven bindmiddel in het opvoedingsgebeuren tussen kind, school en ouders. Groeien van 2,5 tot 12 jaar is op de eerste plaats leren omgaan met elkaar. Omgaan met elkaar vraagt : richtingsbakens, afspraken om te leren, mee-gaan met elkaar, samenwerking tussen: leerkracht - leerling ouders - leerling leerkracht - ouders door de jaren van kleuter- en basisonderwijs. De directeurs basisonderwijs
6
1.2 Wie is wie in onze school? 1.2.1 Aard van de school Onze school is een Gesubsidieerde Vrije Katholieke Basisschool. 1.2.2 Het schoolbestuur van het O.-L.-Vrouwecollege Het schoolbestuur is de eigenlijke organisator van het onderwijs in onze school. Het is verantwoordelijk voor het beleid en de beleidsvorming en schept de noodzakelijke voorwaarden voor een goed verloop van het onderwijs. Naam: VZW Inrichtend comité van het Onze - Lieve - Vrouwecollege Adres: Vindictivelaan 9 - 8400 Oostende Leden van het schoolbestuur: De Raad van Bestuur: De heer Broidioi Philip De heer Dauwe Freddy De heer Carrein Lucien, gevolmachtigd afgevaardigde De algemene vergadering bestaat uit de leden van de Raad van Bestuur en De heer Claus Patric De heer Vande Pitte Eugeen De heer Herpelinck Johan Mevr Van Heers Sigrun De heer Wullepit Antoon 1.2.3 De scholen van onze scholengemeenschap Samen met de vrije basisscholen van Groot-Middelkerke, de twee BuO- scholen van het vrije net uit onze regio en de basisscholen van het O.-L.-Vrouwecollege vormt onze school de scholengemeenschap “De Zeemeeuw”. Het contactadres van de scholengemeenschap “De Zeemeeuw” is Aartshertoginnestraat 38 te 8400 Oostende. De coördinerend directeur is mevrouw Gerda Colpaert. Hieronder vindt u de adressen van de verschillende basisscholen van de scholengemeenschap “ De Zeemeeuw”. BuO-scholen uit de regio H.-Hartschool (BuO) Clivialaan 9 8400 Oostende tel. en fax. 059/80 28 80 directie : Mevr. Versavel Nele e-mail:
[email protected]
7
De Rietzang aan Zee (BuO) Heirweg 1 8430 Middelkerke tel. en fax. 059/27 88 37 directie: mevr Katrien ‟T Jonck e-mail:
[email protected] Vrij Gesubsidieerd Onderwijs Groot-Middelkerke Sint-Jozef Kerkstraat 41 8430 Middelkerke tel. 059/30 19 39 directie: dhr. Germonpré Hugo e-mail
[email protected] Sint-Jozef Ieperleedstraat 59 8432 Leffinge tel. 059/30 06 17 directie: mevr Dewulf Bieke e-mail:
[email protected] Sint-Lutgardis Westendelaan 344 8434 Westende tel. 058/23 35 34 directie: dhr. Devos Kristof e-mail:
[email protected]
fax. 059/31 12 92
fax. 059/30 06 17
fax. 058/24 36 01
Vrije Basisschool Lombardsijde Santhovenstraat 1b 8434 Lombardsijde tel. 058/23 56 35 fax. 058/23 56 35 directie: dhr. Vanassche Stijn e-mail:
[email protected] Vrije Basisscholen van het O.-L.-Vrouwecollege Oostende O.-L.-Vrouwecollege Aartshertoginnestraat 38 8400 Oostende tel. 059/70 55 62 fax.059/70 01 55 directie: Mevr. Colpaert Gerda e-mail:
[email protected] O.-L.-Vrouwecollege Aartshertogstraat 26 met wijkafdeling Rosa Mystica, Duinhelmstraat 2 8400 Oostende Aartshertogstraat tel. 059/50 55 47 fax. 059/51 12 43 Duinhelmstraat tel. 059/50 87 85 directie: Mevr. Vanhove Ann e-mail:
[email protected] O.-L.-Vrouwecollege Gerststraat 109 8400 Oostende tel. 059/70 07 75 directie: dhr. Storme Stijn e-mail:
[email protected]
8
fax. 059/51 98 55
O.-L.-Vrouwecollege Kaaistraat 22 8400 Oostende tel. 059/70 20 03 fax. 059/51 81 83 directie: Mevr. An Feryn en mevr. Martine Vandemaele e-mail:
[email protected] O.-L.-Vrouwecollege Lijsterbeslaan 5 met wijkafdeling Mariasteen, Assisiëlaan 3 8400 Oostende Lijsterbeslaan tel. 059/70 99 15 fax. 059/80 01 59 Assisiëlaan tel. 059/50 34 94 directie: Mevr. Declerck Micheline en mevr. Pylyser Els e-mail:
[email protected] O.-L.-Vrouwecollege Stanleylaan 55 8400 Oostende tel. 059/32 24 67 fax. 059/32 16 49 directie: dhr. Soete Piet en mevr. Aspeslagh Greet e-mail:
[email protected] 1.2.4 Inspraak 1.2.4.1 Schoolraad Een schoolraad is verplicht in iedere school. Ze bestaat uit 3 geledingen (oudergeleding, personeelsgeleding en lokale gemeenschap) en heeft een aantal overlegbevoegdheden evenals een informatie- en communicatierecht ten opzichte van de school en omgekeerd. Zij wordt samengesteld voor een periode van vier jaar. De schoolraad bepaalt zelf in haar huishoudelijk reglement op welke wijze nieuwe leden kunnen toetreden tijdens de lopende mandaatperiode. In onze school worden de leden van de ouder- en personeelsgeleding door middel van rechtstreekse verkiezingen aangeduid. De leden van de lokale gemeenschap worden vervolgens gekozen door de twee voornoemde geledingen. De vertegenwoordigers voor onze school zijn: - voor de ouders: mevrouw Cockhuyt Ann mevrouw Verhellen Greet - voor het personeel: mevr. Hemelsoen Lieve mevr. Proot Trees mevr. Van Laethem Hilde - voor de lokale gemeenschap: de heer Vanneste Manuel de heer Vanslembrouck Philip mevr. Verbanck Leen
9
1.2.4.2
Leerlingenraad
In elke lagere school kan een leerlingenraad opgericht worden. De oprichting is verplicht wanneer tenminste tien procent van de leerlingen van de leeftijdsgroep elftot dertienjarigen erom vragen, voor zover dit percentage ten minste drie leerlingen betreft. De leerlingenraad heeft als functie de betrokkenheid van de leerlingen met de school te verhogen. Tevens is het een ontmoetingsplaats tussen leerlingen en leerkrachten waarbij de leerlingen op een gestructureerde wijze hun ervaringen, ideeën en bedenkingen bij het dagelijkse schoolleven kunnen formuleren waarbij de goede werking van de school vooropstaat. 1.2.4.3 Oudercomité Het oudercomité is een vertegenwoordiging van de oudervereniging van de school. Alle ouders, van wie hun kinderen deze school bezoeken, zijn lid van de oudervereniging. De ouders van het oudercomité vertegenwoordigen deze groep en behartigen hun belangen in die mate dat deze overeenkomen met de visie van de school en het schoolreglement. Naast deze ouders is er ook een afgevaardigde van de leerkrachten en van de directie. De vereniging heeft tot doel de opvoeding en het onderwijs van de kinderen te bevorderen door een nauwe samenwerking tussen de ouders en de school. De werking van het comité bestaat in hoofdzaak uit het plannen, organiseren en ondersteunen van verschillende activiteiten.
Er zijn voldoende redenen om mee te werken aan de ouderwerking van de school: - solidariteit tussen ouders en de school bevorderen - andere mensen leren kennen - zo nauw mogelijk betrokken zijn bij de leefwereld van de kinderen - een helpende hand,
10
1.2.4.4 Situering van de school
legende:
11
schoolgebouw
1.3 Onze samenwerking met het CLB. 1.3.1 Wat is het CLB? Het centrum voor leerlingenbegeleiding of CLB is een dienst waarop leerlingen, ouders, leerkrachten en schooldirecties gratis een beroep kunnen doen. We geven informatie, hulp en begeleiding. We werken samen met de school, maar we behoren er niet toe. Je kind kan dus gerust los van de school bij ons terecht. 1.3.2 Waarvoor kan je bij het CLB terecht? Je hebt vragen over : 1. leren en studeren: bijv. heeft mijn kind dyslexie? mijn kind heeft moeite met rekenen, … 2. de loopbaan van mijn kind in het onderwijs (onderwijsloopbaanbegeleiding): bijv. een vraag over schoolrijpheid, wat na het 6de leerjaar, wat na het secundair onderwijs, is buitengewoon onderwijs aangewezen, …? 3. de lichamelijke gezondheid (preventieve gezondheidszorg): bijv.‟Ontwikkelt mijn kind lichamelijk goed ?‟ of „Vragen over inentingen‟ 4. de geestelijke gezondheid (psycho-sociaal functioneren): bijv. Mijn kind heeft faalangst, is schoolmoe, voelt zich niet goed in zijn vel, vertoont moeilijk gedrag, … 1.3.3 CLB-begeleiding is voor een deel verplicht : 1.
het medisch onderzoek en maatregelen bij infectieziekten op school
2.
als een leerling te vaak afwezig is op school (leerplicht)
3.
voor een overstap naar het buitengewoon onderwijs
4.
om vroeger of net later aan de lagere school te beginnen
5.
bij een niet zo voor de hand liggende instap in het eerste jaar A of B van het secundair onderwijs. Bijv. als je kind overgaat naar 1A als het advies 1B is of omgekeerd
6.
tussenkomst bij crisissituaties
1.3.4 Hoe werkt het CLB? Als het CLB een vraag krijgt om een leerling te begeleiden, zal het CLB een voorstel doen. Als de ouders van de leerling hiermee instemmen, wordt er verder begeleid. Vanaf de leeftijd van 12 jaar mag het kind zelf beslissen of het de begeleiding verder wil. 12
Vanaf de leeftijd van 12 jaar neemt de wet aan dat een kind voldoende competent is om zelfstandig te beslissen of hij/zij wil instemmen met het voorgestelde begeleidingsplan.
Als de begeleiding start, maken we een dossier. In het dossier komen enkel de gegevens die nodig zijn voor de begeleiding. Je kan vragen om sommige gegevens niet in het dossier op te nemen. (Sommige gegevens moeten verplicht in het dossier zoals de resultaten van de medische onderzoeken). Als je kind naar een andere school gaat, dan gaat het dossier naar het CLB waar die school mee samenwerkt. Je kan je daartegen verzetten. Sommige gegevens geven we verplicht door: identificatiegegevens, gegevens over leerplicht, inentingen, medisch onderzoek en de opvolging hiervan. Als je niet wil dat het hele dossier naar het nieuwe CLB gaat dan moet je dat binnen de 10 dagen na je inschrijving in de andere school schriftelijk laten weten aan je (oude) CLB.
Na het einde van de schoolloopbaan houden we het dossier van je kind minstens 10 jaar bij op je CLB, te tellen vanaf het laatste medisch onderzoek. Voor het buitengewoon onderwijs is dit tot de leeftijd van 30 jaar. Vanaf 12 jaar mag je kind het dossier meestal inkijken, maar hierop bestaan enkele uitzonderingen. Ouders of voogd mogen het dossier enkel inkijken met de toestemming van de leerling. Is je kind jonger dan 12 jaar, dan mag je als ouder of voogd het dossier inkijken. Dat geldt wel niet altijd en ook niet voor het volledige dossier. Voor gezondheidsgegevens bijvoorbeeld beslist de arts. Je kan een kopie vragen van de gegevens die je mag inkijken. Inkijken gebeurt wel altijd samen met een gesprek om uitleg te geven. Die kopie is erg vertrouwelijk en mag niet voor iets anders dienen dan jeugdhulp. Indien je vragen hebt over het inkijken van dit dossier, neem gerust contact op met het CLB. 1.3.5 Hoe werken de school en het CLB samen? De school en het CLB overleggen samen om de begeleiding zo goed mogelijk te laten verlopen. Het CLB heeft recht op de nodige informatie die over de leerlingen in de school aanwezig is en de school heeft recht op de nodige informatie over de leerlingen in begeleiding. Het CLB houdt bij het doorgeven en het gebruik van deze informatie rekening met de regels van het decreet rechtspositie minderjarigen en het beroepsgeheim, de deontologie en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Ook de school houdt rekening met het ambtsgeheim, deontologie en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Dit houdt in dat je kan weigeren om bepaalde gegevens door te geven. 13
1.3.6 Preventieve gezondheidszorg Elke leerling moet verschillende keren op medisch onderzoek bij de CLB-arts en verpleegkundige. Deze onderzoeken zijn verplicht. Je kan de onderzoeken door een andere arts laten uitvoeren, maar daar zijn enkele voorwaarden aan verbonden. Die vraag je best aan je CLB. Tijdens het onderzoek mag je kind aan de verpleegster en de dokter altijd vragen stellen. Je kan ook met de dokter een afspraakje maken op een later tijdstip. Wanneer gebeuren de medische onderzoeken? 1ste kleuterklas ......... 3 / 4 jaar 2de kleuterklas .......... 4 / 5 jaar 1ste lagere school ..... 6 / 7 jaar 3de lagere school ...... 8 / 9 jaar 5de lagere school ...... 10 / 11 jaar 1ste secundair ........... 12 / 13 jaar 3de secundair ............ 14 / 15 jaar De medische onderzoeken binnen het buitengewoon onderwijs gebeuren in de 1ste en 2de kleuterklas en verder om de twee jaar. Ook bij leerlingen die het eerste jaar beginnen in het deeltijds onderwijs of een erkende vorming aanvatten, voert de CLBarts een medisch onderzoek uit. Welke inentingen kan je waar en wanneer krijgen? Polio (Kinderverlamming), Difterie (Kroep), Tetanus (Klem), Kinkhoest ...............................1ste leerjaar .................... 6 / 7 jaar Mazelen, Bof (Dikoor), Rubella (Rode hond) ...5de leerjaar ..................... 10 / 11 jaar Baarmoederhalskanker .....................................1ste secundair ................. 12 / 13 jaar Difterie, Tetanus, Kinkhoest..............................3de secundair ................. 14 / 15 jaar Het CLB biedt deze inentingen gratis aan. Daarbij volgen we het „vaccinatieprogramma‟ dat door de overheid is aanbevolen. Om ze te krijgen moeten de ouders toestemming geven. 1.3.7 Waar kan je met een klacht terecht? Heb je een klacht, dan luisteren we daar graag naar. Elk CLB heeft een vaste werkwijze om klachten te behandelen. Deze kan je vragen aan je CLB-medewerker of de directeur van je CLB.
14
1.3.8 Wie begeleidt jouw school? Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding Oostende - Gistel Frère Orbanstraat 145 8400 Oostende T 059/506801 F 059/802028 website: www.clboostende.be email:
[email protected]
Jouw CLB-team: Contactpersoon: Suvée Myriam Calcoen Krista, arts Deconinck Andrea, verpleegkundige Contact:
[email protected]
1.3.9 Wanneer kan je het CLB bereiken? Ma tot vrijdag: 8.30uur-12uur / 13.30uur-17uur (donderdag tot 18uur) Vrij spreekuur medisch team: donderdagavond van 17 uur tot 18 uur Open in de herfstvakantie, 2 dagen in de kerstvakantie, krokusvakantie, 1 tot 14 juli, 16 tot 31 augustus. Link naar onze website openingsuren: http://www.clboostende.be/openingsuren
Heb je vragen ? Neem gerust contact op !
15
1.4 De organisatie van de schooluren Tijdens de klasuren gaan de ouders nooit rechtstreeks naar de klaslokalen zonder voorafgaande toestemming van de directeur. Enkel wanneer er ernstige en dwingende redenen voorhanden zijn, kan aan de ouders de toestemming verleend worden om een onderhoud te hebben met een leerkracht. Wanneer de directeur het nodig acht, kan hij aan de ouders voorstellen het onderhoud op een ander moment te laten plaatsvinden. De directeur kan altijd aanwezig zijn bij een onderhoud tussen leerkracht en ouders. De leerlingen kunnen op school blijven eten over de middag, behalve op woensdag. Er is geen leerlingenvervoer. De school is open: - in de voormiddag: dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag van 8. 35 uur tot 11.45 uur. ( de poort is open om 8.15 uur) op maandagmorgen beginnen de lessen om 8.50 uur tot 11.45 uur. ( de poort is open om 8.30 uur) - in de namiddag: telkens van 13.15 uur tot 16.00 uur. Op vrijdag eindigt de school om 15 uur.
16
1.5 De voor- en naschoolse opvang In de wijkafdeling Mariasteen is er voorschoolse opvang van 7.30 tot 8.15 uur en naschoolse opvang tot 17.30 uur. Daarnaast is er ook buitenschoolse kinderopvang in: “ De Sloeber “, Lijsterbeslaan 57 tel 059/50 01 89 De organisator is het stadsbestuur van de stad Oostende. Er is opvang voorzien voorschools: van 6.30 uur tot begin schooltijd naschools: vanaf einde schooltijd tot 19 uur De kinderen worden begeleid van en naar school. Vooraf inschrijven is noodzakelijk. Dit gebeurt door de ouders zelf.
17
1.6 Privacy 1.6.1 Verwerken van persoonsgegevens De school verwerkt persoonsgegevens van alle ingeschreven leerlingen met behulp van de computer. Dat is nodig om de leerlingenadministratie en de leerlingenbegeleiding efficiënt te organiseren. Om gepast te kunnen optreden bij risicosituaties, verwerkt de school ook gegevens betreffende de gezondheidstoestand van sommige leerlingen, maar dat gebeurt enkel met de schriftelijke toestemming van de leerlingen of hun ouders. De privacywet geeft je het recht te weten welke gegevens de school verwerkt en het recht deze gegevens te laten verbeteren als ze fout zijn of ze te laten verwijderen als ze niet ter zake dienend zijn.
1.6.2 Overdracht van leerlingengegevens bij schoolverandering Bij een schoolverandering worden leerlingengegevens overgedragen aan de nieuwe school onder de volgende voorwaarden: de gegevens hebben enkel betrekking op de leerlingspecifieke onderwijsloopbaan en de overdracht gebeurt enkel in het belang van de persoon op wie de onderwijsloopbaan betrekking heeft. Ouders kunnen op – op verzoek – deze gegevens inzien. Ouders die niet wensen dat deze gegevens doorgeven worden kunnen zich tegen de overdracht verzetten, voor zover de regelgeving de overdracht niet verplicht stelt. Ze brengen de directie binnen de tien kalenderdagen na de schoolverandering hiervan schriftelijk op de hoogte. Gegevens die betrekking hebben op schending van leefregels door je kind zijn nooit tussen scholen overdraagbaar. Wij zijn decretaal verplicht een kopie van een gemotiveerd verslag of een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs aan de nieuwe school door te geven.
1.6.3 Publiceren van foto’s De school publiceert geregeld foto‟s van leerlingen op haar website. De beeldopnamen gebeuren steeds met respect voor wie op de beelden staat. We gaan ervan uit dat je geen bezwaar hebt tegen de publicatie van de beeldopnamen die te maken hebben met de activiteiten van onze school. Mocht je daar toch bezwaar tegen hebben, dan kan je dat op elk moment van het schooljaar melden aan de directie. We zullen het bezwaar respecteren en geen beelden van je kind meer publiceren. Onze school beschikt over een eigen website die regelmatig wordt bijgewerkt. Ons websiteadres: http://www.olvo-mariakerke.be
18
1.7 Vrije dagen en pedagogische werkdagen schooljaar 2016 – 2017 1ste trimester woensdag 19 oktober 2016
pedagogische werkdag
van maandag 31 oktober tot en met zondag 6 november 2016
herfstvakantie
vrijdag 11 november 2016
Wapenstilstand
van maandag 11 november tot en met zondag 8 januari 2017
kerstvakantie
2de trimester woensdag 25 januari 2017
pedagogische werkdag
van maandag 27 februari tot en met zondag 5 maart 2017
krokusvakantie
van maandag 3 april 2016 tot en met zondag 17 april 2016
paasvakantie
3de trimester maandag 1 mei en dinsdag 2 mei 2017
vrije dagen
woensdag 3 mei 2017
pedagogische werkdag
donderdag 25 mei 2017 en vrijdag 26 mei 2017
Hemelvaart vrije dag
maandag 5 juni 2017 dinsdag 6 juni 2017
Pinkstermaandag vrije dag
vrijdagnamiddag 30 juni 2017
kindvrije namiddag
vanaf zaterdag 1 juli 2017
start zomervakantie
19
1.8
Preventie en welzijn op school
1.8.1 School en preventie Het schoolbestuur en de directies van de scholen van het Onze - Lieve - Vrouwecollege verklaren dat zij inzake veiligheid, gezondheid, hygiëne en milieu een beleid zullen voeren conform de verbintenissen omschreven in de beleidsverklaring inzake preventie en welzijn. Deze beleidsverklaring ligt ter inzage op school. 1.8.2 Medicatie Het komt voor dat kinderen een bepaalde medicatie door een arts voorgeschreven krijgen die zij stipt moeten innemen, ook tijdens de schooluren (denk maar aan antibiotica, medicatie ADHD). Ouders vragen dan aan de school erop toe te zien dat het kind de medicatie op de juiste tijdstippen inneemt. Essentieel is de vaststelling dat de personeelsleden dit toezicht uitoefenen ZONDER zich op het pad van de diagnose of de therapie te begeven. Indien de nodige voorzorgen in acht genomen worden, is het verdedigbaar dat de school toeziet op het voorgeschreven gebruik van geneesmiddelen door minderjarige leerlingen. Een ondertekende toelating van de ouders is vereist voor de toediening van medicatie. Wanneer een leerling ziek wordt op school, dan zal de school niet op eigen initiatief medicatie toedienen. Wel zullen de ouders of een andere opgegeven contactpersoon verwittigd worden en zal hen gevraagd worden de leerling op te halen. Wanneer dit niet mogelijk is, zal de school een arts om hulp verzoeken. 1.8.3 Rookverbod In alle gesloten ruimten op school geldt er een algemeen rookverbod voor iedereen. In open lucht geldt op de schoolterreinen een rookverbod tussen 6.30u ‟s morgens en 18.30u ‟s avonds. Tijdens extra-murosactiviteiten is het elke dag verboden te roken tussen 6.30u ‟s morgens en 18.30u ‟s avonds. Als je kind het rookverbod overtreedt, kunnen we een sanctie opleggen volgens het orde- en tuchtreglement.
1.9 Revalidatie / logopedie Ouders moeten toestemming vragen aan de directeur om hun kind therapie te laten volgen tijdens de lesuren. Om een beslissing te kunnen nemen, moet de school over een dossier beschikken dat minstens de volgende elementen bevat: Een verklaring van de ouders waaruit blijkt dat de revalidatie tijdens de lesuren moet plaatsvinden; Een medisch attest waaruit de noodzakelijkheid, de frequentie en de duur van de revalidatie blijkt; Een advies van het CLB dat motiveert waarom de revalidatie tijdens de lesuren vereist is. Revalidatie op initiatief van de ouders kan enkel tijdens de schooluren als er een gemotiveerd verslag is. De toestemming van de directie is verplicht. 20
1.10 Maaltijden, rij, studie en melk 1.10.1 Maaltijden Het eten op school is een service voor kinderen van ouders die ‟s middags niet thuis zijn. De kinderen kunnen een warme maaltijd eten. Als drank krijgen ze water. De kinderen kunnen eveneens hun eigen lunchpakket meebrengen. Daarbij kan al dan niet een kom soep gedronken worden. Vul de brooddoos van uw kind met mate. De kinderen eten op school heus niet meer dan thuis. Na het middagmaal spelen de leerlingen op de speelplaats onder toezicht. Ook in de refter gelden de regels van orde en goede tafelmanieren. De leerlingen die ‟s middags op school blijven mogen de school nooit verlaten om frisdrank of broodjes te kopen. De betaling van de maaltijden gebeurt maandelijks. Wij willen ook de afvalberg kleiner maken. Wij willen vooral afval voorkomen: We vragen de boterhammen mee te geven in een brooddoos i.p.v. aluminiumfolie. Wat het drankje betreft kiezen wij voor een drinkbus. Blikjes worden niet toegestaan, die zijn vaak te groot en worden dan niet helemaal uitgedronken. Gebeurt dit wel, dan is dat vaak ten koste van de speeltijd. Wij willen erop wijzen dat het drinken van water heel goed is voor kinderen. Het is in de eerste plaats gezond en ook goedkoop. Water kan in een handig, herbruikbaar plastic flesje verpakt worden dat niet noodzakelijk in één keer volledig leeggedronken dient te worden. De kinderen kunnen dus drinken als ze werkelijk dorst hebben. 1.10.2 Rij Er wordt een begeleide rij ingericht om 11.50 uur, 16.05 uur en om 17.00 uur na de studie. Mogen wij vragen het formulier in bijlage in te vullen en te ondertekenen a.u.b. 1.10.3 Studie Op maandag-, dinsdag- en donderdagavond kunnen de leerlingen vanaf het derde leerjaar studie volgen. Er is geen studie op vrijdagavond of op de vooravond van een vakantieperiode. Voor de studie wordt een vergoeding gevraagd. De afrekening gebeurt op het einde van een trimester volgens het aantal beurten (zie stempel agenda) Eén studiebeurt kost 1,50 euro. 1.10.4 Melk Tijdens de morgenrecreatie kunnen de leerlingen Europees gesubsidieerde melk drinken. De betaling gebeurt maandelijks.
21
2.
22
Pedagogisch project.
2.1. Een herkenbare katholieke school. Onze school is een vrije, door de kerk erkende onderwijsinstelling, gegrondvest op de persoon van Jezus Christus en waarborgt een degelijk geloofsaanbod aan onze schoolgaande jeugd. Er wordt werk gemaakt van gebedsmomenten, naast klas- en schoolvieringen. De samenwerking met de parochie speelt hier een belangrijke rol. Via geloofsbeleving in de godsdienstlessen en door een eigentijdse schoolpastoraal wordt er naar gestreefd te getuigen van ons geloof. De evangelische waarden worden voorgeleefd door : zelf een blijvend voorbeeld te zijn in het dagelijkse leven verdraagzaam te zijn aandacht te hebben voor leerlingen, ouders en leerkrachten op intense momenten van vreugde en pijn, van lukken en mislukken de bereidheid zich in te zetten voor de “minstbedeelden” mee te werken aan christelijk geïnspireerde acties (zoals adventsactie, Broederlijk Delen,…) Derhalve neemt de school bij de ontwikkelingsbegeleiding iedere gelegenheid te baat om de jongeren religieuze, filosofische, culturele en ethische waarden bij te brengen, waarbij de nadruk wordt gelegd op die waarden die Christus voorleefde. wederzijds begrip tussen mensen inzet voor het algemeen welzijn en solidariteit verdraagzaamheid zin voor rechtvaardigheid en eerlijkheid eerbied voor de rechten van de mens en voor de specifieke rechten van het kind
23
2.2. Opvoedend onderwijs waarin het kind centraal staat. Het onderwijs biedt optimale kansen aan het opgroeiend kind opdat het later kan uitgroeien tot een evenwichtige en sterke persoonlijkheid in dienst van anderen. De school streeft de totale vorming van de persoon na, op grond van eigen aard, bekwaamheid en interesse. Naast kennisverwerving, intellectuele groei en vaardigheidsontwikkeling wordt ook aandacht besteed aan attitude- en waardevorming. De ontplooiing van hoofd, hart en handen staat hier centraal. Eventuele hindernissen die de ontplooiing van hun begaafdheden zouden belemmeren (in het bijzonder culturele en sociale achterstand) worden weggewerkt. Onze school stelt zich actief open, voor al wie in onze maatschappij, op welke manier ook, kansarm is. Het opvoedend onderwijs wil ook bijdragen tot de vorming van jongeren opdat ze : weerbaar, mondig zijn om hun individuele en collectieve belangen te behartigen aandacht en eerbied hebben voor hun omgeving, de natuur en al wat leeft in al zijn facetten een kritisch inzicht in opbouwende zin ontwikkelen Om weetgierigheid te bevorderen en wegwijs te geraken in onze multimediale samenleving voorziet de school in een degelijke en geactualiseerde. Aangepast didactisch materiaal en werkmethodes worden aangewend. De groepsverbondenheid en sociale vaardigheden laten we beleven door sociaal culturele activiteiten, leeruitstappen, het vredesweekend.
24
2.3. Een samen op te bouwen schoolgemeenschap In onze schoolgemeenschap ervaren de kinderen dat hun opvoeders met hen begaan zijn. Directie en personeelsleden zijn dragers van het opvoedings- en vormingsproject en de belangrijkste uitvoerders ervan. Tussen leerkrachten en directie is er een goede samenwerking op basis van gelijkwaardigheid en wederzijdse waardering en respect met nadruk op flexibiliteit. In onze schoolgemeenschap pogen wij een positieve geest te creëren in een sfeer van openheid. Teamvergadering en overlegmomenten tussen parallelklassen dragen daartoe bij. Ouders beschouwen de schoolgemeenschap als een actieve partner bij hun fundamentele opvoedingstaak. Via geplande oudercontacten en frequente informele oudercontacten beogen wij een vlotte wisselwerking tussen ouders en school. Een goede dialoog wordt nagestreefd. Daarnaast helpen schoolraad en oudercomité de schoolgemeenschap mee uitbouwen. Er is samenwerking voorzien met specifieke voorzieningen ten dienste van het onderwijs : CLB,… Het schoolbestuur is namens de kerkgemeenschap verantwoordelijk voor het hele schoolgebeuren. Zij is bestuurlijk ook de eindverantwoordelijke. Vanuit die verantwoordelijkheid betrekt zij alle partners bij het onderwijsgebeuren en stimuleert hun loyaal engagement.
25
2.4. Visie op zorg 2.4.1. Uitgangspunt: het lerende kind Leren-voor-het-leven is het uitgangspunt van ons zorgbeleid. Elke ervaring die een kind meemaakt, zet immers aan tot leren. Leren met hoofd, hart en handen. Elk kind reageert op een individuele wijze op een ervaring. Elke ervaring is bijgevolg een specifiek leermoment voor elk kind. Die ervaringen kunnen op een bewuste manier opgezocht en beleefd worden, of kunnen op een onbewuste manier ondergaan worden. Zijn leren heeft het kind zelf in handen. Hierin wordt het weliswaar begeleid door school en thuis. Opdat een kind tot effectief leren kan komen is er tijd nodig: tijd die een kind nodig heeft om tot leren te komen en tijd die het kind effectief aan het leren wil besteden. We geloven dat de tijd die een kind nodig heeft om tot leren te komen, afhankelijk is van de factoren: aanleg en bekwaamheid. Jammer genoeg kunnen we als school de aanleg niet beïnvloeden. De bekwaamheid wel. Met aanleg bedoelen we datgene wat het kind bij zijn geboorte meekreeg. Verder geloven we dat de tijd die een kind effectief aan het leren wil besteden, afhankelijk is van de factoren: belangstelling, motivatie en wilskracht. Ook deze factoren zien we als beïnvloedbaar. Als we alle factoren op een rijtje zetten, krijgen we: tijd, aanleg, bekwaamheid, belangstelling, motivatie en wilskracht. Hierbij kunnen wij als school tijd, bekwaamheid, belangstelling, motivatie en wilskracht beïnvloeden. Vandaar dat wij zorgbeleid beschouwen als de meerwaarde die we toevoegen aan deze beïnvloedbare factoren, aan de leerinhouden, en aan het optreden van de klastitularis als spil van de zorgverbreding. 2.4.2. Klemtonen/krachtlijnen In onze visie op zorgbeleid staan volgende sleutelwoorden centraal: tijd, aanleg, bekwaamheid, belangstelling, motivatie en wilskracht. Waarom? Omdat we zorgbeleid, als uitademing van onze schoolvisie, zien als de meerwaarde die de school biedt om de bekwaamheid, de belangstelling, de motivatie en de wilskracht van elk van onze kinderen te stimuleren zodat ze het maximum aan kansen krijgen om tot leren te komen.
26
2.4.3. Zorg heeft grenzen Aangezien de aanleg van een kind niet te beïnvloeden is en aangezien de draagkracht van onze school niet oneindig is, stellen we dan ook duidelijk, in eer en geweten, de vraag: kan elk kind, tot het einde van het zesde leerjaar, kwaliteitsvol opgevangen worden binnen onze school? De school zal, na overleg op het MDO een kind naar een andere school of naar het buitengewoon onderwijs oriënteren als: alle haalbare middelen door de klastitularis uitgeprobeerd zijn het kind zich niet blijft ontwikkelen en de leerwinst binnen het voorziene doelenpakket niet maakt (minimumdoelen VVKBao) de klassituatie niet werkbaar blijft omdat er tekort wordt gedaan aan andere kinderen die ook ondersteuning nodig hebben het welbevinden van het kind en/of het schoolteam verloren dreigt te gaan de ondersteuning van externen ontoereikend blijkt te zijn (logo, kine, reva, psycho-therapie, …) de infrastructuur niet aangepast is/of kan worden aan de specifieke noden van het kind Dit oriënteren aanziet de school niet als een falen van haar zorgbeleid, wel als een middel binnen haar zorgbeleid. Ook de kinderen, die wij als school de optimale leerkansen die ze verdienen niet meer kunnen bieden, hebben recht op aangepast onderwijs!
27
3.
28
Schoolreglement.
3.1. Getuigschrift basisonderwijs De school stelt tegen 20 juni een lijst op van de leerlingen die op 30 juni het lager onderwijs zullen voltooien. De klassenraad beslist welke leerlingen het getuigschrift behalen en welke niet. Het getuigschrift basisonderwijs wordt uitgereikt aan de regelmatige leerlingen die in voldoende mate die doelen uit het leerplan die het bereiken van de eindtermen beogen, hebben bereikt. De leerlingen die geen getuigenschrift behalen, krijgen een attest met de vermelding dat ze het laatste jaar de lessen regelmatig hebben gevolgd. In dit attest geeft de klassenraad de motivatie waarom geen getuigschrift wordt toegekend. Procedure tot het uitreiken van het getuigschrift De school zal gedurende de hele schoolloopbaan van uw kind communiceren over zijn leervorderingen. Ouders kunnen inzage in en toelichting bij de evaluatiegegevens krijgen. Indien na toelichting blijkt dat de ouders een kopie wensen, dan kan dat. De kosten die hiervoor gevraagd worden, zijn terug te vinden in de bijdrageregeling. Of een leerling het getuigschrift krijgt, hangt af van de beslissing van de klassenraad. De klassenraad gaat na of de leerplandoelen die het bereiken van de eindtermen beogen voldoende in aantal en beheersingsniveau zijn behaald met het oog op het vervolgonderwijs in de A-stroom van het secundair onderwijs. Daarbij zal de groei die de leerling doorheen de schoolloopbaan maakte, en de zelfsturing die hij toont, zeker een rol spelen. Na 20 juni beslist de klassenraad of uw kind al dan niet het getuigschrift basisonderwijs kan krijgen. De beslissing wordt uiterlijk op 30 juni aan de ouders meegedeeld. De ouders worden geacht de beslissing omtrent het getuigschrift basisonderwijs uiterlijk op 1 juli in ontvangst te hebben genomen. Bij niet ontvangst, wordt het getuigschrift geacht op 1 juli te zijn ontvangen. De voorzitter en alle leden van de klassenraad ondertekenen het schriftelijk verslag. Visie van de Scholengemeenschap: Het MDO wordt in L6 vervangen door klassenraad. De klassenraad (klastitularis, zorgcoördinator, directeur, LO-leerkracht) bepaalt of een leerling in voldoende mate de eindtermen en leerplandoelen bereikt heeft. De klassenraad houdt hierbij rekening met diverse factoren: de scores in relatie tot de inzet, het leervermogen, de attitudes. de socio-emotionele ontwikkeling het volgen van een aangepast leertraject de mate van het toepassen van Sticordi-maatregelen wegens een specifieke problematiek vb. dyslexie. De school brengt de ouders tijdig (in de loop van het schooljaar) op de hoogte indien er tijdens een bespreking op een klassenraad twijfel bestaat over: het al dan niet behalen van de eindtermen, het al dan niet kunnen uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs voor een leerling.
29
Beroepsprocedure Let op:
Wanneer we in dit punt spreken over „dagen‟, bedoelen we telkens alle dagen (zaterdagen, zondagen, wettelijke en reglementaire feestdagen niet meegerekend). Wanneer we spreken over de directeur, hebben we het over de directeur of zijn afgevaardigde. 1.8 Ouders die een beroepsprocedure wensen op te starten, vragen binnen drie dagen na ontvangst van de beslissing tot het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs, een overleg aan bij de directeur. 2.8 Dit verplicht overleg met de directeur vindt plaats ten laatste de zesde dag na de dag waarop de rapporten werden uitgedeeld. Van dit overleg wordt een verslag gemaakt. 3.8 Na het overleg beslist de directeur om de klassenraad al dan niet opnieuw te laten samenkomen om het niet toekennen va net getuigschrift basisonderwijs te bevestigen of te wijzigen. 4.8 De directeur of klassenraad brengen de ouders met een aangetekende brief op de hoogte van de beslissing. 5.8 Binnen de drie dagen na ontvangst van de beslissing van de directeur of van de klassenraad kunnen ouders via een aangetekende brief beroep indienen bij de voorzitter van het schoolbestuur. De heer Carrein Lucien VZW Inrichtend comité van het Onze - Lieve - Vrouwecollege Vindictivelaan 9 - 8400 Oostende Het verzoekschrift moet aan de volgende voorwaarden voldoen. Het verzoekschrift is gedateerd en ondertekend; Het verzoekschrift bevat het onderwerp van beroep met feitelijke omschrijving en motivering waarom het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs betwist wordt. Hierbij kunnen overtuigingsstukken toegevoegd worden. 6.8 Wanneer het schoolbestuur een beroep ontvangt, zal het een beroepscommissie samenstellen. In de beroepscommissie, die het beroep behandelt, zitten zowel mensen die aan de school of het schoolbestuur verbonden zijn als mensen die dat niet zijn. Het gaat om een onafhankelijke commissie die de klacht van de ouders grondig zal onderzoeken. 7.8 De beroepscommissie streeft in zijn zitting naar een consensus. De beroepscommissie zal de betwisting ofwel bevestigen ofwel het getuigschrift basisonderwijs toekennen ofwel het beroep gemotiveerd afwijzen wegens het niet naleven van de vormvereisten. Het resultaat van het beroep wordt uiterlijk op 15 september via een aangetekende brief dor de voorzitter van de beroepscommissie aan de ouders ter kennis gebracht. 30
Attest Basisonderwijs Wie bij het voltooien van het lager onderwijs geen getuigschrift basisonderwijs krijgt, heeft recht op een verklaring met de vermelding van het aantal en het soort gevolgde jaren lager onderwijs. Dit attest wordt gegeven door de directie. Indien een ouder het niet eens is met de beslissing van de klassenraad om het kind geen getuigschrift basisonderwijs toe te kennen kunnen de ouders een beroep indienen tegen deze beslissing. De hierbij te volgen procedure is één van de elementen die verplicht opgenomen zijn in het schoolreglement voor het lager onderwijs. Een leerling die het getuigschrift basisonderwijs niet behaalt in het basisonderwijs, heeft ook nog de mogelijkheid het te behalen in het secundair onderwijs, bijvoorbeeld wanneer hij of zij slaagt in het eerste leerjaar secundair onderwijs. Beroepsprocedure van de Scholengemeenschap De Zeemeeuw : De ouders kunnen binnen de zeven kalenderdagen na ontvangst van de beslissing een beroep indienen bij de directeur of zijn afgevaardigde.
De directie roept binnen de vijf werkdagen de klassenraad opnieuw bijeen. De genomen beslissing wordt opnieuw bekeken De ouders worden schriftelijk op de hoogte gebracht van de nieuwe beslissing. Als de betwisting blijft bestaan, kunnen de ouders binnen zeven kalenderdagen een aangetekend beroep indienen bij de voorzitter van het schoolbestuur. Het schoolbestuur beslist of de klassenraad opnieuw wordt samengeroepen. De ouders worden schriftelijk op de hoogte gebracht.
31
3.2. Onderwijs aan huis Als je kind vijf jaar of ouder geworden is voor 1 januari van het lopende schooljaar en meer dan 21 dagen ononderbroken afwezig is wegens ziekte of ongeval heeft het onder bepaalde voorwaarden recht op tijdelijk onderwijs aan huis, synchroon internetonderwijs of een combinatie van beiden. Voor tijdelijk onderwijs moeten de ouders hiertoe een schriftelijke aanvraag indienen bij de directeur en een medisch attest toevoegen waaruit blijkt dat het kind onmogelijk naar school kan gaan, maar wel onderwijs kan krijgen. Bovendien moet het kind op 10 km of minder van de school verblijven. De directeur zal dan op zoek gaan naar een leerkracht om 4 lestijden per week onderwijs aan huis te geven. De school maakt afspraken met deze leerkracht om de lessen af te stemmen op de klas van het kind. De school kan in overleg met de ouders ook contact opnemen met de vzw Bednet. Dit biedt de mogelijkheid om van thuis uit via een internetverbinding live deel te nemen aan de lessen. De school en de ouders maken concrete afspraken over opvolging en evaluatie. De ouders van chronisch zieke kinderen kunnen dergelijke aanvraag indienen, maar voor deze kinderen gelden er andere voorwaarden. Met vragen hierover kan je steeds terecht bij de directeur.
32
3.3. Afwezigheden Bij schoolafwezigheden geldt de volgende reglementering : A. Kleuteronderwijs Daar er in het kleuteronderwijs geen leerplicht is moeten de afwezigheden er niet gewettigd worden door medische attesten. Leerplichtige kleuters vormen hierop wel een uitzondering (zie verder bij lager onderwijs). Uit veiligheidsoverwegingen is het stellig aan te bevelen dat de ouders de directie en/of de kleuteronderwijzer informeren omtrent de afwezigheid van hun kind. B. Lager onderwijs De onderwijsreglementering laat slechts afwezigheden toe om volgende redenen : Wegens ziekte of ongeval. Is een kind méér dan drie opeenvolgende kalenderdagen ziek dan is steeds een medisch attest vereist. Dat attest kan afkomstig zijn van een geneesheer, een geneesheer-specialist, een psychiater, een tandarts, een orthodontist en de administratieve diensten van een ziekenhuis of een erkend labo. Vallen hier buiten: kine - logo – psychologen Is je kind minder dan drie opeenvolgende kalenderdagen ziek, dan is een briefje van de ouders voldoende. Zo‟n briefje van de ouders kan slechts vier keer per schooljaar. Wanneer een kind een chronische ziekte heeft die leidt tot verschillende afwezigheden zonder dat telkens een doktersconsultatie noodzakelijk is (bijv. astma, migraine,...) is het goed contact op te nemen met de school en het CLB. Het CLB kan dan een medisch attest opmaken dat de ziekte bevestigt. Wanneer het kind afwezig is voor die aandoening volstaat dan een attest van de ouders. Voor andere afwezigheden wegens ziekte volstaat een verklaring ondertekend door de ouders of door de personen die de leerling wettelijk of feitelijk onder hun bewaring hebben. Bij veelvuldige afwezigheden wegens ziekte (dit is vanaf de vijfde keer gedurende hetzelfde schooljaar) wordt voor elke afwezigheid een medisch attest gevraagd. Een medisch attest wordt beschouwd als twijfelachtig als: het attest geeft zelf de twijfel van de geneesheer aan wanneer deze schrijft “dixit de patiënt”; het attest is geantedateerd of begin- en einddatum werden ogenschijnlijk vervalst; het attest vermeldt een reden die niets met de medische toestand van de leerling te maken heeft zoals bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in het huishouden,…
Afwezigheden van kinderen van trekkende bevolking, in zeer uitzonderlijke omstandigheden. 33
Van „rechtswege‟ gewettigde afwezigheden. In volgende situaties kan een kind gewettigd afwezig zijn. De ouders moeten een verklaring of een document met officieel karakter kunnen voorleggen ter staving van de afwezigheid. Voor deze afwezigheden is geen voorafgaand akkoord van de directeur nodig. De ouders verwittigen de school vooraf van dergelijke afwezigheden het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van iemand die onder hetzelfde dak woont als het kind, of een bloed- of aanverwant van het kind het bijwonen van een familieraad de oproeping of dagvaarding voor de rechtbank (bijvoorbeeld wanneer het kind in het kader van een echtscheiding moet verschijnen voor de jeugdrechtbank) het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere jeugdzorg (bijvoorbeeld opname in een onthaal-, observatie- en oriëntatiecentrum) de onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht (bijvoorbeeld door staking van het openbaar vervoer, door overstroming,…) voor het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling Afwezigheden waarvoor de toestemming van de directeur nodig is. Enkel mits uitdrukkelijke toestemming van de directeur kan uw kind afwezig zijn in volgende omstandigheden: het overlijden van een persoon die onder hetzelfde dak woont als het kind of van een bloed- of aanverwant tot en met de tweede graad het actief deelnemen aan een culturele of sportieve manifestatie, indien het kind hiervoor als individu of als lid van een club geselecteerd is. Het bijwonen van trainingen komt niet in aanmerking, wel bv. de deelname aan een kampioenschap / competitie in echt uitzonderlijke omstandigheden voor persoonlijke redenen. Voor deze afwezigheden moet de directeur op voorhand zijn akkoord verleend hebben. Het gaat om maximaal 4 halve schooldagen per schooljaar (al dan niet gespreid) afwezigheden wegens topsport voor de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek. Dit kan slechts toegestaan worden voor maximaal 6 lestijden per week, mits het vooraf indienen van een dossier met de volgende elementen: een gemotiveerde aanvraag van de ouders; een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten sportfederatie een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend keuringscentrum van de Vlaamse Gemeenschap een akkoord van de directie.
34
Opgelet: Deze vier categorieën van afwezigheden zijn geen automatisme, geen recht dat ouders kunnen opeisen. Enkel de directeur kan autonoom beslissen om deze afwezigheden toe te staan. Onder geen beding kan toestemming verleend worden om buiten de schoolvakanties op verlof te gaan (vroeger vertrekken of later terugkeren).
Problematische afwezigheden. De school vindt de aanwezigheid van je kind belangrijk. Dit heeft immers gevolgen voor het verkrijgen en behouden van de schooltoelage. Alsook voor de toelating tot het eerste leerjaar. (Zie ook de engagementsverklaring.) De school verwittigt de ouders van elke niet-gewettigde afwezigheid. Na meer dan 10 halve dagen problematische afwezigheden stelt de school samen met het CLB een begeleidingsdossier op. De ouders worden uitgenodigd voor een gesprek. Na 30 halve dagen problematische afwezigheden verwittigt de school het Agentschap voor Onderwijsdiensten.
3.4 Te laat komen Het is de verantwoordelijkheid van de ouders om er zorg voor te dragen dat de kinderen tijdig op school aanwezig zijn. Te laat komen stoort het klasgebeuren. Leerlingen die te laat zijn melden zich bij de directie. Bij laattijdige aankomst noteert de leerkracht dit in de agenda. Bij herhaling wordt contact opgenomen met de ouders. Ook voor de kleuters dringen we er sterk op aan om tijdig op school aanwezig zijn. Bij het begin van elke halve dag worden de afspraken voor de werking in de klas vastgelegd. Het gezellig onthaalmoment is dus belangrijk voor het verdere verloop van de dag. Niet storen a.u.b.! Om de veiligheid te verhogen vragen wij ook de leerlingen niet vroeger naar school te sturen dan noodzakelijk is. Op de speelplaats is er ‟s morgens en ‟s middags 15 minuten voor de aanvang van de lessen, toezicht voorzien.
35
3.5 Huiswerk, agenda’s en rapporten 3.5.1. Het huiswerk Het huiswerk is een waardevol middel tot inoefening en verwerking van de leerstof. Het kan ook een opgave zijn tot het verzamelen van documentatie of een andere opdracht ter voorbereiding of verwerking van een lessenreeks. 3.5.2. De schoolagenda De schoolagenda is een belangrijk werkinstrument voor de leerlingen en hij beoogt een uitstekend communicatiemiddel te zijn tussen ouders en school. De schoolagenda vullen we altijd nauwkeurig en stipt in. De leerlingen hebben dit document altijd bij zich. In de schoolagenda noteren we de te leren lessen en de te maken taken zorgvuldig. Er kunnen ook aanmerkingen in voorkomen in verband met de houding, de studie-ijver van de leerling, evenals mededelingen aan de ouders. DAGELIJKS legt de leerling de schoolagenda ter ondertekening aan de ouders voor. De ouders paraferen elke dag de schoolagenda zodat zij de evolutie van hun kind op de voet kunnen volgen. Van hun kant kunnen ouders hun eventuele vragen of mededelingen in de agenda schrijven. De allerkleinsten gebruiken een heen-en-weerschriftje. WEKELIJKS kan de leerkracht één of meer toetsen geven. Naast taal en wiskunde, de twee hoofdvakken, wordt regelmatig na een les of leerstofgeheel het toetsresultaat in de schoolagenda vermeld. Om te weten waar uw kind met zijn resultaat in de groep staat, wordt telkens de midscore van de groep gegeven. Die midscore is het middelste puntenaantal dat werd behaald. Voorbeeld : in een klas van vijfentwintig leerlingen is de midscore het resultaat van de dertiende leerling in de rangschikking van hoog naar laag. Bij “Communicatie” probeert de titularis in de schoolagenda op het einde van elke week geregeld kort en bondig een persoonlijke toelichting te geven. De ondertoon van die toelichting kan lovend of vermanend zijn, vragend of bemoedigend, waarderend of afwachtend. Met de beperkte aanduidingen in de agenda is het soms moeilijk de nodige nuances weer te geven in onze beoordeling. Het is vooral een signaal om waar nodig met de leerkracht in een persoonlijk gesprek de leef- en werkhouding van uw zoon of dochter te duiden. Wij durven dan ook aandringen om tijdig contact op te nemen om samen te bespreken hoe wij uw kind het best kunnen helpen. Toon uw belangstelling door voldoende tijd te nemen om de resultaten van uw zoon/dochter in de schoolagenda te bespreken en het niet zomaar vluchtig te ondertekenen. Belangstelling tonen is voor een kind hoogst waardevol, gepast aanmoedigen soms echt nodig ! 36
3.5.3. Het grote toetsenrapport Driemaal per jaar brengt de school uitgebreid rapport uit over de prestaties van uw kind. Er zijn vijf grote rubrieken : de leervakken, bewegingsopvoeding, de vaardigheden, het leren leren en de sociale vaardigheden. Met dit rapport is het niet de bedoeling driemaal alle vakken te evalueren tijdens een proefwerkweek. Bij een aantal vakken en onderdelen wordt een proef gegeven na het afsluiten van een leerstofgeheel. De leerling laat elk rapport door de ouders ondertekenen. Het wordt de eerstvolgende schooldag na een vakantieperiode aan de leerkracht terugbezorgd, die voor het bewaren verantwoordelijk is.
37
3.6. Geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning die niet afkomstig is van de Vlaamse Gemeenschap en de rechtspersonen die daar van afhangen Het schoolbestuur ziet af van inkomsten uit reclame of sponsoring. Bij activiteiten die in samenwerking met het oudercomité georganiseerd worden, kan soms een beroep op sponsoring gedaan worden. Deze sponsoring kan bestaan uit geldelijke steun of geschenken in natura, bijvoorbeeld voor een tombola. Uitzonderlijk kan een sponsor ook vermeld worden tijdens het feest zelf. (Bijvoorbeeld onder de vorm van een reclamepaneel). Gewone giften of geschenken worden in dank aanvaard. Definitie van sponsoring, gift, reclame:
Sponsoring : de school ontvangt van een persoon, bedrijf of organisatie geld, diensten of goederen voor een tegenprestatie. De sponsor hoopt op een grotere naambekendheid via de school en daardoor rechtstreeks of onrechtstreeks op een gunstig effect van de verkoop van zijn producten of diensten. Gift of schenking: de sponsor vraagt geen tegenprestatie voor de geleverde dienst, geld of goederen. Reclame: mededelingen die rechtstreeks of onrechtstreeks de verkoop van producten of diensten tot doel hebben.
Reclame of sponsoring moeten verenigbaar zijn met de letter en de geest van ons opvoedingsproject.
38
3.7. Bijdrageregeling ouders Onze school biedt kosteloos onderwijs aan om de ontwikkelingsdoelen na te streven en de eindtermen te bereiken. Vanuit ons opvoedingsproject kiest de school om een aantal verplichte maar rijke en kwaliteitsvolle activiteiten aan te bieden. Wij vragen daarvoor een bijdrage. Onze school biedt u ook een aantal diensten aan. Deze diensten zijn niet verplicht. Maar indien u zich hiervoor inschrijft, vragen wij u deze stipt te betalen. De scherpe maximumfactuur bedraagt max. 45 euro voor kleuters. Voor het lager onderwijs bedraagt het geïndexeerd bedrag max. 85 euro per leerjaar. In de bijlagen vindt u een lijst met een raming van de financiële bijdragen die we kunnen vragen. Voor sommige posten vermeldt de lijst vaste prijzen, voor andere zijn enkel richtprijzen vermeld. Voor een aantal posten kennen we de kostprijs niet vooraf. We geven daarvoor richtprijzen. Dat betekent dat het te betalen bedrag in de buurt van de richtprijs zal liggen, het kan iets meer maar het kan ook iets minder zijn. Het schoolbestuur baseert zich voor het bepalen van de richtprijs op de prijs die de zaak of activiteit vorig schooljaar kostte. Deze lijst werd overlegd in de schoolraad. Betalingsmodaliteiten : Indien u problemen ondervindt met het betalen van de schoolrekening, kunt u contact opnemen met de directeur. Het is de bedoeling dat er afspraken worden gemaakt over een aangepast betalingsschema. Wij verzekeren een discrete behandeling van uw vraag. Bij afwezigheden en annulaties kunnen kosten worden aangerekend. Dat gebeurt als de school kosten heeft gemaakt en deze niet kan recupereren. Bij verlies of beschadiging van materiaal kunnen de door school gemaakte kosten voor aankoop van nieuw materiaal verrekend worden aan de ouders. Ouders zijn, ongeacht hun burgerlijke staat, hoofdelijk gehouden tot het betalen van de schoolrekening. Dat betekent dat we beide ouders kunnen aanspreken om de volledige rekening te betalen. We kunnen dus niet ingaan op een vraag om de schoolrekening te splitsen. Als houders het niet eens zijn over het betalen van de schoolrekening, bezorgen we jullie beiden een identieke schoolrekening. Zolang die rekening niet volledig betaald is, blijven beide ouders elk hun volledige resterende saldo verschuldigd, ongeacht de afspraken die ze met elkaar gemaakt hebben.
39
3.8. Lessen lichamelijke opvoeding en zwemmen De lessen lichamelijke opvoeding en zwemmen maken integraal deel uit van ons aanbod. Alle kinderen moeten eraan deelnemen. Een medisch attest is nodig om vrijstelling voor zwemmen te krijgen. Om hygiënische redenen dragen alle leerlingen het voorgeschreven turngerief (witte turntrui, blauwe broek en witte pantoffels). Het turngerief wordt opgeborgen in een linnen zak. Het gerief blijft op school en wordt op geregelde tijdstippen meegenomen naar huis voor een wasbeurt. Om veiligheidsredenen (eigen veiligheid en de veiligheid van anderen) vragen wij géén juwelen te dragen tijdens de turnlessen. Het dragen van oorringen door meisjes gebeurt op eigen risico. De turnlessen vinden plaats in de turnzaal van de school, terwijl voor het zwemmen een verplaatsing naar het zwembad noodzakelijk is. Indien de afstand naar het zwembad te voet te veel tijd in beslag neemt, zal een lijnbus ingeschakeld worden. Er wordt om de twee weken gezwommen in het Stedelijk Zwembad. De vaardigheid zwemmen staat opgenomen in de lijst van de eindtermen van het lager onderwijs. Derhalve moet één klas gratis kunnen zwemmen. In de schoolraad werd geopteerd om de leerlingen van het zesde leerjaar gratis te laten zwemmen. Omdat zwemmen een zeer complexe en gezonde lichamelijke activiteit is, blijven we zwemlessen organiseren voor alle klassen. Voor deze klassen vragen we een bijdrage voor het vervoer van en naar het zwembad. Door tussenkomst van het stadsbestuur van Oostende kunnen in het eerste trimester alle klassen gratis zwemmen. De regeling van de turn- en zwemuren van uw kind wordt in de klas meegedeeld.
40
3.9. Eén- of meerdaagse schooluitstappen (Extra-murosactiviteiten) 3.9.1. Eendaagse uitstappen De ondertekening van dit schoolreglement geldt als een principiële toestemming met de deelname van de leerlingen aan alle ééndaagse uitstappen. Als de ouders de toestemming bij een concrete ééndaagse extra-murosactiviteit toch zouden weigeren, dienen zij dat vooraf aan de school te melden. Ouders kunnen de deelname niet weigeren wanneer de extra-murosactiviteit minder dan een volledige lesdag duurt. Leerlingen die niet deelnemen aan extra-murosactiviteiten dien op de school aanwezig te zijn.
3.9.2. Meerdaagse uitstappen Meerdaagse uitstappen: voor deze categorie respecteren we voor het schooljaar 2016 2017 een maximumfactuur van € 420 per kind voor de volledige loopbaan lager onderwijs.
41
3.10. Ongevallen en schoolverzekering Elke afdeling van het O.-L.-Vrouwecollege heeft voor de leerlingen en voor het personeel een verzekeringspolis afgesloten. Deze verzekering omvat een aansprakelijkheidsverzekering en een verzekering voor lichamelijke ongevallen. De school betaalt integraal de kosten van deze verzekering. De leerlingen die op weg van en naar de school een ongeval hebben, melden dit onmiddellijk bij de directie of bij het secretariaat. Wanneer doktershulp nodig is, verwittigt de directie of het secretariaat de ouders. Zijn die niet te bereiken, dan neemt de directie de beslissing. De directie of het secretariaat zorgt voor de nodige formulieren voor de aangifte van het ongeval : de ongevalsverklaring die door de directie of het secretariaat wordt ingevuld. het geneeskundig getuigschrift dat door de behandelende arts wordt ingevuld. de uitgavenstaat die door de mutualiteit en door de ouders wordt ingevuld. De terugbetaling door het Interdiocesaan Centrum aan rechthebbenden gebeurt bij aanbieding van de bewijsstukken na de tussenkomst van de mutualiteit of van een ander verzekeringsorganisme. Alle voornoemde formulieren worden uitsluitend door de school verstuurd. De school kan niet aansprakelijk gesteld worden voor het verdwijnen van of de beschadiging aan persoonlijke voorwerpen. 3.10.1. De waarborgen
Burgerlijke aansprakelijkheid Deze waarborg dekt de ongevallen die de leerling veroorzaakt aan derden, wanneer deze leerling onder het toezicht van de school is. Dit betekent dat de ongevallen door de leerling veroorzaakt aan derden op weg van en naar de school niet gedekt zijn. Vandaar het belang van een verzekering “Familiale Burgerlijke Verantwoordelijkheid” die door de ouders wordt afgesloten bij een maatschappij van hun keuze.
Persoonlijke ongevallenverzekering Deze waarborg geldt voor : alle schoolactiviteiten, waaronder ook uitstappen en studiereizen die de school inricht in België en in de aangrenzende landen. de weg van en naar de school. Dit betekent dat de leerlingen altijd de veiligste en/of de normale weg van huis naar school en omgekeerd moeten volgen.
42
3.10.2. De terugbetaling
Ingeval de burgerlijke verantwoordelijkheid niet betrokken is of ingeval de rechthebbenden verzaken deze in te roepen, waarborgt de maatschappij de terugbetaling van :
de medische en paramedische kosten, evenals de kosten voor prothese-apparaten tot de som van 24.789,35 euro na tussenkomst van de mutualiteit. de hospitalisatiekosten aan het tarief van de onderhoudsdag bepaald door het Ministerie van Volksgezondheid. de kosten van tandprothese tot 1.487,36 euro per slachtoffer en een maximum van 371,89 euro per tand. de verzorging in het buitenland tot 859,20 euro Ingeval van dodelijk ongeval : de begrafeniskosten tot 1.859,20 euro en een kapitaal van 2.478,94 euro. Ingeval van ongeval met blijvende invaliditeit : betaling van een kapitaal van 12.394,68 euro. Alle vermelde bedragen worden jaarlijks geïndexeerd. 3.10.3. Vrijwilligers De school heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de lichamelijke schade die geleden is door vrijwilligers tijdens de uitvoering van het vrijwilligerswerk op weg naar- en van de activiteiten. Het vrijwilligerswerk houdt in dat de vrijwilliger geheimen kan vernemen ten aanzien waarvan hij gehouden is tot de geheimhoudingsplicht bedoeld in artikel 458 van het strafwetboek “ Geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat of beroep kennis dragen van geheimen die hun zijn toevertrouwd, en deze bekend maken buiten het geval dat zij geroepen zijn om in rechte of voor een parlementaire onderzoekscommissie getuigenis af te leggen en buiten het geval dat de wet hen verplicht die geheimen bekend te maken, worden gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met een geldboete.” Een vrijwilliger gaat discreet om met de geheimen die hem/haar zijn toevertrouwd.
43
3.11. Als schoollopen niet zo vanzelfsprekend is. Even vooraf... In de klas wordt er vanaf de kleuterklassen gewerkt met een kindvolgsysteem. Via dit kindvolgsysteem worden de te volgen aandachtspunten, zowel goede als minder goede, bijgehouden. Op een MDO-vergadering vermeldt de klastitularis dat een bepaald kind moeite heeft met vb. spelling. Ook de mama van het kind sprak al verschillende keren met de leerkracht en/of de directeur over de moeilijkheden. De CLB-medewerker, de taakleerkracht, de klastitularis, de zorgcoördinator en de directeur bespreken samen in de MDO-vergadering hoe ernstig het probleem is en hoe we kunnen helpen. In de klas : - Het kind krijgt taakjes op zijn/haar niveau. - Tijdens de zorgverbreding krijgt het kind eventueel extra uitleg van zijn/haar klastitularis terwijl een andere leerkracht de klas overneemt. (= GOK-leerkracht) In de school: Als dit niet voldoende is (de achterstand blijkt groter dan aanvankelijk gedacht of het kind gaat niet vooruit) wordt het kind, na overleg, doorverwezen naar de taakleerkracht. De klastitularis brengt de ouders hiervan op de hoogte. Bij een eerste opname worden de ouders uitgenodigd om deze aanpak te bespreken. Dit omdat het zeer belangrijk is het kind ook thuis te ondersteunen en te begeleiden. Via bv. 2 keer een halfuurtje uitleg per week bij de taakleerkracht proberen we de achterstand te verkleinen of zelfs weg te werken. Wanneer het niet meer nodig is om naar de taakklas te komen, wordt dit schriftelijk gemeld via de agenda. Heel veel 'leerproblemen' kunnen hierdoor al opgelost worden. Maar misschien heeft het kind wel een heel grote leerachterstand, die niet kan verkleind of weggewerkt kan worden in de taakklas... Buiten de school: Dan bespreken we in het MDO of externe hulp (van buiten de school) aangewezen is. Dit kan de hulp zijn van het Centrum voor Gehoorrevalidatie en Logopedie uit de Koninginnelaan, de hulp van een logopedist(e), een kinesist, psycholoog,...
De school streeft een goede samenwerking met deze diensten of mensen na. Enkel door op dezelfde manier de moeilijkheden te begeleiden kunnen we tot een goede evolutie komen.
44
We organiseren dan ook overleg met de betrokken diensten en de ouders. Als op het einde van het jaar blijkt dat het kind zijn/haar leerachterstand zo groot is dat er getwijfeld wordt of het kan overgaan naar de volgende klas, wordt het kind na overleg in het MDO en na overleg met de ouders, getest door de CLB-medewerker. Eventueel wordt aan de ouders het advies gegeven om het kind de klas te laten overzitten. En als dat ook niet helpt... Voor sommige kinderen blijkt ook dit niet voldoende. Dan wordt overwogen of het kind eventueel naar het buitengewoon onderwijs zou kunnen overstappen. Dit is een onderwijsvorm op maat voor kinderen met leer- en/of gedragsmoeilijkheden. Dit kan slechts na grondig overleg met de ouders, CLB en de school. Zoals u merkt heeft het kind ondertussen al heel wat hulp op onze school en eventueel daarbuiten gekregen. Zijn/haar vorderingen werden ook op de voet gevolgd door de klastitularis en verschillende keren besproken en eventueel bijgestuurd in het MDO. Met al uw vragen omtrent medische (diabetes, epilepsie,...) sociale (overlijden, echtscheiding, pestgedrag, faalangst,...) pedagogische problemen kunt u terecht bij de klastitularis, de taakleerkracht, de zorgcoördinator of de directie. Steeds willen we de ouders helpen met: goede raad met eventueel een verwijsadres van een zelfhulpgroep met het doorverwijzen naar een dienst die u kan helpen met het bespreken van de vorderingen van uw kind. Hiervoor neemt u altijd best vooraf contact op met de leerkracht of de school om een afspraak te maken. Daarvoor is het agenda als communicatiemiddel tussen de school en ouders een prachtig instrument. Maak er als ouder dan ook gerust gebruik van. We maken echt werk van een leerlingbegeleiding op de maat van uw kind!
45
In een schema: Taakjes op zijn/haar niveau b.v. geen „ + oefeningen” voor wiskunde
In de eigen klas
Extra uitleg tijdens zorgverbreding door de klastitularis b.v. leerstof wordt opnieuw uitgelegd en ingeoefend
De taakleerkracht begeleidt de leerling voor de leerstof waar hij/zij moeite mee heeft
In de school
Eventueel samen met hulp van buitenaf b.v. revalidatiecentrum b.v. logopediste
Buiten de school
Indien al deze maatregelen onvoldoende blijken kan zittenblijven een oplossing bieden
Soms is doorverwijzing naar een B.O. school op lange termijn een betere oplossing
Andere onderwijsvorm
46
3.12. Vormen van leerlingengroepen en zittenblijven . 3.12.1. Algemeen Normaal gezien doorlopen de kinderen de lagere school in zes jaar. Een leerling kan maximum acht jaar in het lager onderwijs doorbrengen. Voor de toelating tot het achtste jaar is een gunstig advies van het MDO en het CLB nodig. 3.12.2. Doorstromen Er worden proeven afgenomen om de leerstofbeheersing en de schoolvorderingen na te gaan. De resultaten van deze proeven kunnen een signaal zijn voor bijzondere zorg. De doorstroming naar een volgend leerjaar is in het lager onderwijs echter niet expliciet verbonden aan het slagen voor een proef. Daarenboven moeten cijfers en schoolrapporten kritisch gelezen worden want cijfers kunnen een heel verschillende lading dekken : zij kunnen verwijzen naar leerstofbeheersing of naar attitudes ... De school bepaalt hoe de leerlingen in klassen worden ingedeeld. Leerlingengroepen kunnen heringedeeld worden op basis van gewijzigde instroom (bijvoorbeeld in de kleuterschool na een instapdatum). 3.12.3. Zittenblijven De school beslist, in overleg en in samenwerking met het CLB dat onze school begeleidt, of je kind kan overgaan naar een volgende leerjaar. Wil de school dat je kind een jaar overdoet, dan is dit omdat ze ervan overtuigd is dat dit voor je kind de beste oplossing is. De genomen beslissing wordt ten aanzien van de ouders schriftelijk gemotiveerd en mondeling toegelicht. De school geeft ook aan welke bijzondere aandachtspunten er in het daaropvolgende schooljaar voor je kind zijn. De school neemt deze beslissing dus in het belang van je kind. Dit besluit is dan bindend binnen onze school, binnen de scholen van ons schoolbestuur en van de scholengemeenschap. 3.12.4. Samenwerking met de scholen van het buitengewoon onderwijs binnen onze scholengemeenschap Tot onze scholengemeenschap „De Zeemeeuw‟ behoren 2 scholen van het Vrij Buitengewoon Onderwijs: Heilig-Hartschool type 1 en 9 (Oostende) De Rietzang type 1 en 8 (Middelkerke) Beide scholen bieden onderwijs en opvoeding aan kinderen met noden die in het gewoon basisonderwijs niet langer geholpen kunnen worden. Onze school kan na overleg binnen het MDO de ouders adviseren hun kind naar één van deze scholen (of 47
een andere BuO-school indien het om een ander typeaanbod gaat) te sturen. (uitzondering type 8) In de school voor BuO is de draagkracht voldoende uitgebouwd om aan de specifieke nood van de leerling inzake onderwijs, therapie en eventueel verzorging tegemoet te komen. Het advies van het MDO gebeurt in nauw overleg met het CLB. Dit CLB staat in voor het opmaken van een inschrijvingsverslag. Dit verslag omvat volgende zaken: een psycho-pedagogisch luik, een medisch en een sociaal verslag. Tevens levert het CLB een attest af waarop duidelijk aangegeven is in welk type buitengewoon onderwijs het kind best verder begeleid wordt. 3.12.5. Weigeren In bepaalde omstandigheden kan een kind geweigerd worden in onze school; ook al stemt u in met het pedagogisch project en het schoolreglement van de school : Indien uw kind niet voldoet aan de toelatingsvoorwaarden. Indien voor de klas, het leerjaar, de studierichting of de school het maximum aantal leerlingen bereikt is. Eens onze capaciteit bereikt is, wordt elke bijkomende leerling geweigerd. Indien uw kind het vorige of daaraan voorafgaande schooljaar definitief werd uitgesloten uit de school. Indien uw kind een inschrijvingsverslag heeft voor het buitengewoon onderwijs en onze school voor gewoon onderwijs onvoldoende ondersteuning kan geven aan uw kind. De beslissing tot weigering wordt binnen vier kalenderdagen bij aangetekend schrijven of tegen afgiftebewijs aan de ouders van de leerling bezorgd (niet-gerealiseerde inschrijving). Ouders krijgen toelichting bij de beslissing van het schoolbestuur. 3.12.6. Inschrijving onder de opschortende voorwaarde De leerling kan worden ingeschreven onder de opschortende voorwaarde dat de school kan tegemoet komen aan de individuele noden van de leerling. Dit kan enkel als uw kind een inschrijvingsverslag heeft voor het buitengewoon onderwijs (uitgezonderd type 8). Wanneer de school, na het volgen van de vastgestelde procedure, kan aantonen dat ze niet kan voldoen aan de individuele noden van de leerling, kan ze de leerling weigeren. Het Lokaal Overlegplatform (LOP) start dan automatisch een bemiddeling. De ouders en het CLB worden bij elke stap in de procedure betrokken. procedure: - in kaart brengen van de verwachtingen van de ouders - in kaart brengen van de individuele ondersteuningsnoden van de leerling - in kaart brengen aan welke ondersteuningsnoden de school tegemoet kan komen - in kaart brengen aan welke ondersteuningsnoden de school tegemoet kan komen met externe hulp
48
Indien u niet akkoord gaat met de weigering van de school om uw kind in te schrijven kan u best eerst de school om uitleg vragen. In een gesprek wordt misschien duidelijk waarom de school uw kind weigert. Daarnaast kan u voor meer informatie over of bemiddeling bij de weigering een beroep doen op het Lokaal Overlegplatform (LOP). In sommige gevallen zal het LOP automatisch een bemiddelingstaak opnemen bij een weigering. Gaat u nog steeds niet akkoord met de weigering, dan kan u een klacht indienen bij de Commissie inzake leerlingenrechten Onze school maakt deel uit van het Lokaal Overlegplatform (Oostende) Het contactadres van het LOP is: dhr. Johan L. Vanderhoeven Breeweg 28 8020 Hertsberge Voor klachten rond weigeringen of doorverwijzingen kunt u steeds terecht bij de Klachtencommissie Katholiek Onderwijs Vlaanderen Guimardstraat 1040 Brussel. Tel 02/507 06 01 e-mail:
[email protected] Commissie Zorgvuldig Bestuur: Vlaamse Ministerie van Onderwijs en Vorming, AGODI t.a.v. Marleen Broucke, Adviseur, Kamer 1C 24, Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel. Tel. 02/553 65 56 e-mail:
[email protected]
3.13. Orde- en tuchtmaatregelen. Het orde- en tuchtreglement is een middel om de goede gang van zaken in onze opvoedingsgemeenschap te vrijwaren. Elke klastitularis stelt samen met zijn leerlingen een gedragscode op. 3.13.1. Ordemaatregelen Wanneer een leerling de goede werking van de school hindert of het lesverloop stoort, kan er een ordemaatregel worden genomen ( en/of kunnen er meer bindende gedragsregels worden vastgelegd in een geschreven begeleidingsplan). Mogelijke ordemaatregelen zijn: - een verwittiging. - strafwerk. - een tijdelijke verwijdering uit de les gevolgd door aanmelding bij de directie. Deze ordemaatregelen kunnen genomen worden door elk personeelslid van de school in samenspraak met de directie. Tegen een ordemaatregel is er geen beroep mogelijk. Voor kinderen waar ordemaatregelen geregeld voorkomen, worden in overleg met ouders en CLB bijkomende afspraken opgemaakt. 49
3.13.2. Tuchtmaatregelen Wanneer het gedrag van een leerplichtige leerling in het lager onderwijs een gevaar of ernstige belemmering vormt voor de goede werking van school of voor de fysieke of psychische veiligheid en integriteit van zichzelf, medeleerlingen, personeelsleden of anderen, dan kan de directeur een tuchtmaatregel nemen. Let op: wanneer we spreken over directeur, hebben we het over de directeur of zijn afgevaardigde.
Mogelijke tuchtmaatregelen zijn: - een tijdelijke uitsluiting van minimaal één schooldag en maximaal vijftien opeenvolgende schooldagen; - een definitieve uitsluiting.
Preventieve schorsing als bewarende maatregel In uitzonderlijke situaties kan de directeur of zijn afgevaardigde bij het begin van de tuchtprocedure beslissen om je kind preventief te schorsen. Deze bewarende maatregel dient om te kunnen nagaan of een tuchtsanctie aangewezen is. De beslissing tot preventieve schorsing wordt schriftelijk en gemotiveerd meegedeeld aan de ouders van de betrokken leerling. De directeur bevestigt deze beslissing in de brief waarmee de tuchtprocedure wordt opgestart. De preventieve schorsing gaat onmiddellijk in en duurt in principe niet langer dan vijf opeenvolgende schooldagen. Uitzonderlijk kan deze periode eenmalig met vijf opeenvolgende schooldagen verlengd worden, indien door externe factoren het tuchtonderzoek niet binnen die eerste periode kan worden afgerond. De directeur motiveert deze beslissing.
50
Procedure tot tijdelijke en definitieve uitsluiting Let op: wanneer we in dit punt spreken over „dagen‟, bedoelen we telkens alle dagen (zaterdagen, zondagen, wettelijke en reglementaire feestdagen niet meegerekend). Bij het nemen van een beslissing tot tijdelijke en definitieve uitsluiting wordt de volgende procedure gevolgd: 1. De directeur wint het advies in van de klassenraad in en stelt een tuchtdossier samen. In geval van een definitieve uitsluiting wordt de klassenraad uitgebreid met een vertegenwoordiger van het CLB die een adviserende stem heeft. 2. De leerling, zijn ouders en eventueel een vertrouwenspersoon worden per aangetekende brief uitgenodigd voor een gesprek met de directeur. Een personeelslid van de school of van het CLB kan bij een tuchtprocedure niet optreden als vertrouwenspersoon van de leerling en/of de ouders. Het gesprek zelf vindt ten vroegste plaats op de vierde dag na verzending van de brief. 3. In tussen hebben de ouders en hun vertrouwenspersoon inzage in het tuchtdossier, met inbegrip van het advies van de klassenraad. 4. Na het gesprek neemt de directeur een beslissing. Deze beslissing wordt schriftelijk gemotiveerd en binnen een termijn van vijf dagen aangetekend aan de ouders van de betrokken leerling bezorgd. De beslissing vermeldt de beroepsmogelijkheden bij een definitieve uitsluiting. Als ouders geen inspanning doen om hun kind in een andere school in te schrijven, krijgt de definitieve uitsluiting effectief uitwerking na één maand (vakantiedagen niet meegerekend). Is het kind één maand na de schriftelijke kennisgeving nog niet in een andere school ingeschreven, dan is onze school niet langer verantwoordelijk voor de opvang van de uitgesloten leerling. Het zijn de ouders die erop moeten toezien dat hun kind aan de leerplicht voldoet. Het CLB kan mee zoeken naar een oplossing. Ten gevolge van een definitieve uitsluiting het huidige, het vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar kan het schoolbestuur de betrokken leerling weigeren terug in te schrijven.
Opvang op school in geval van preventieve schorsing en (tijdelijke en definitieve) uitsluiting Wanneer je kind tijdens een tuchtprocedure preventief geschorst wordt of na de tuchtprocedure tijdelijk wordt uitgesloten, is je kind in principe op school aanwezig, maar neemt die geen deel aan de activiteiten van zijn leerlingengroep. De directeur kan beslissen dat de opvang van je kind niet haalbaar is voor de school. Deze beslissing wordt schriftelijk en gemotiveerd bekend gemaakt aan de ouders.
51
In geval van een definitieve uitsluiting heeft de uitgesloten leerling één maand de tijd om zich in een andere school in te schrijven. In afwachting van deze inschrijving is je kind in principe op school aanwezig, maar neemt die geen deel aan de activiteiten van zijn leerlingengroep. De directeur kan beslissen dat de opvang van je kind niet haalbaar is voor de school. Deze beslissing wordt schriftelijk en gemotiveerd bekend gemaakt aan de ouders.
Beroepsprocedures tegen een definitieve uitsluiting Ouders kunnen tegen de beslissing tot een definitieve uitsluiting beroep aantekenen. De procedure gaat als volgt: 1. Binnen vijf dagen na ontvangst van de beslissing tot definitieve uitsluiting kunnen ouders via een aangetekend schrijven beroep indienen bij de voorzitter van het schoolbestuur. De heer Carrein Lucien VZW Inrichtend comité van het Onze - Lieve - Vrouwecollege Vindictivelaan 9 - 8400 Oostende Het verzoekschrift moet aan de volgende voorwaarden voldoen. Het verzoekschrift is gedateerd en ondertekend; Het verzoekschrift bevat het voorwerp van beroep met feitelijke omschrijving en motivering waarom het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs betwist wordt. Hierbij kunnen overtuigingsstukken toegevoegd worden. 2.
Wanneer het schoolbestuur een beroep ontvangt, zal het een beroepscommissie samenstellen. In de beroepscommissie, die het beroep behandelt, zitten zowel mensen die aan de school of het schoolbestuur verbonden zijn als mensen die dat niet zijn. Het gaat om een onafhankelijke commissie die de klacht van de ouders grondig zal onderzoeken. 3. De beroepscommissie zal steeds de leerling en de ouders uitnodigen voor een gesprek. Men kan zich daarbij laten bijstaan door een vertrouwenspersoon. In de brief met de uitnodiging zal staan wie de leden van de beroepscommissie zijn. Het gesprek gebeurt ten laatste tien dagen nadat het schoolbestuur het beroep heeft ontvangen. De schoolvakanties schorten de termijn van tien dagen op. 4. De beroepscommissie streeft in zijn zitting naar een consensus. De beroepscommissie zal de betwiste beslissing ofwel bevestigen ofwel vernietigen ofwel het beroep gemotiveerd afwijzen wegens het niet naleven van de vormvereisten. 5. De voorzitter van de beroepscommissie zal de gemotiveerde beslissing binnen een termijn van vijf dagen met een aangetekende brief aan de ouders meedelen. De beslissing is bindend voor alle partijen. Het beroep schort de uitvoering van de beslissing tot uitsluiting niet op.
52
3.14. Contacten met ouders 3.14.1.
Engagementsverklaring
Ouders hebben hoge verwachtingen van de school voor de opleiding en opvoeding van hun kinderen. Onze school zet zich elke dag in om dit engagement waar te maken, maar in ruil verwachten we wel de volle steun van de ouders. Daarom maken we in onderstaande engagementsverklaring wederzijdse afspraken. Zo weten we duidelijk wat we van elkaar mogen verwachten. Ouders en school zullen op afgesproken momenten de engagementen en het effect ervan evalueren. Onze school kiest voor een intense samenwerking met de ouders. We doen dat omdat we partners zijn in de opvoeding van uw kind. Het is goed dat u zicht hebt op de werking van de school. Daarvoor plannen we in september een info-avond . We organiseren ook geregeld individuele oudercontacten. Bij het begin van elk schooljaar laten we u weten op welke data die doorgaan. Wie niet op het oudercontact kan aanwezig zijn kan een gesprek aanvragen op een ander moment. Na de kerstvakantie worden de ouders van de leerlingen vanaf het eerste leerjaar op school uitgenodigd om het kerstrapport met de leerkracht te bespreken. Met Pasen krijgen de eersteklassertjes hun eerste cijferrapport. Ook dat rapport kan met de leerkracht besproken worden. Ook voor de overgang van de derde kleuterklas naar het eerste leerjaar wordt er in de loop van het tweede of derde trimester een ouderavond georganiseerd. Bij het einde van het schooljaar gaan we in op de mogelijkheid die door het beleid geboden wordt om de leerkrachten gedurende de laatste halve dag van het schooljaar kindvrij te maken. Zo kan, indien gewenst, nog eens met de leerkracht gesproken worden. Als u zich zorgen maakt over uw kind of vragen hebt over de aanpak dan kan u op elke moment zelf een gesprek aanvragen met de leerkracht van uw kind. Dat doet u via de agenda. Wij verwachten dat u zich als ouder samen met ons engageert om nauw samen te werken rond de opvoeding van uw kind en steeds ingaat op onze uitnodigingen tot oudercontact. Wij engageren ons om steeds te zoeken naar een alternatief overlegmoment indien u niet op de geplande oudercontactmomenten kan aanwezig zijn. Wij verwachten dat u met ons contact opneemt bij vragen of zorgen t.a.v. uw kind. 53
Aanwezig zijn op school en op tijd komen. De aanwezigheid van uw kind op school heeft gevolgen voor het verkrijgen en behouden van de schooltoelage en voor de toelating tot het eerste leerjaar. Daartoe moeten wij de afwezigheden van uw kind doorgeven aan het departement onderwijs en aan het CLB. Wij verwachten dat uw kind dagelijks en op tijd op school is. Te laat komen kan niet. Wij verwachten dat u ons voor 9 uur verwittigt bij afwezigheid van uw kind. Het CLB waarmee wij samenwerken staat in voor de begeleiding bij problematische afwezigheden. U kan zich niet onttrekken aan deze begeleiding. U kan steeds bij ons terecht bij problemen. We zullen samen naar de meest geschikte aanpak zoeken. Individuele leerlingenbegeleiding. Onze school voert een zorgbeleid. Dit houdt onder meer in dat we gericht de evolutie van uw kind volgen. Dit doen we door het werken met een leerlingvolgsysteem. Sommige kinderen hebben op bepaalde momenten nood aan gerichte individuele begeleiding. Andere kinderen hebben constant nood aan individuele zorg. Als je kind specifieke onderwijsbehoeften heeft, kun je dit melden aan de directie. Specifieke onderwijsbehoeften is een breed begrip. Het betekent dat je kind mee als gevolg van een fysieke, verstandelijke of zintuigelijke beperking niet zomaar aan het gewone lesprogramma kan deelnemen. De school kan ook zelf aanpassingen voorstellen op basis van de vaststellingen in de loop van het schooljaar. Welke maatregelen aan de orde zijn, zal afhangen van wat je kind nodig hebt en wat wij als school kunnen organiseren. We zullen in overleg met u als ouder vastleggen hoe de individuele begeleiding van uw kind zal georganiseerd worden. Daarbij zullen we aangeven wat u van de school kan verwachten en wat wij van u als ouder verwachten. Wij verwachten dat u ingaat op onze vraag tot overleg en de afspraken die we samen maken opvolgt en naleeft. Positief engagement ten aanzien van de onderwijstaal. Onze school is een Nederlandstalige school. Niet alle ouders voeden hun kind op in het Nederlands. Dit kan ertoe leiden dat hun kind het wat moeilijker heeft bij het leren. Wij als school engageren er ons toe alle kinderen zo goed mogelijk te begeleiden bij hun taalontwikkeling. Wij verwachten van de ouders dat ze positief staan ten aanzien van extra initiatieven en maatregelen (taaltraject en/of taalbad) die de school neemt om de 54
taalachterstand van hun kind weg te werken en dat ze er alles aan doen om hun kind, ook in de vrije tijd, te stimuleren bij het leren van Nederlands. Dit kan onder meer door:
Zelf Nederlandse lessen te volgen. Uw kind naschools extra Nederlandse lessen te laten volgen. Te zorgen voor een Nederlandstalige begeleiding van uw kind bij het maken van zijn huistaak, bij het leren van zijn lessen, (bv. kind in de studie laten blijven, een Nederlandstalige huiswerkbegeleidingsdienst zoeken,) Bij elk contact met de school zelf Nederlands te praten of er voor te zorgen dat er een tolk is. (volgens de gemeentelijke regels). Uw kind te laten aansluiten bij een Nederlandstalige jeugdbeweging. Uw kind te laten aansluiten bij een Nederlandstalige sportclub. Uw kind te laten aansluiten bij een Nederlandstalige cultuurgroep. Uw kind te laten aansluiten bij een Nederlandstalige academie (muziek, woord, plastische kunsten, ) Uw kind laten dagelijks naar Nederlandstalige tv-programma‟s te laten kijken en er samen met hem over te praten. Uw kind dagelijks naar Nederlandstalige radioprogramma‟s te laten luisteren. Uw kind met Nederlandstalige computerspelletjes te laten spelen. Elke avond voor te lezen uit een Nederlandstalig jeugdboek. Geregeld Nederlandstalige boeken uit te lenen in de bibliotheek en er uit voor te lezen of ze uw kind zelf te laten lezen. Binnen de school en bij elke schoolactiviteit enkel Nederlands te praten met uw kind, met andere kinderen, met het schoolpersoneel en met andere ouders Uw kind, in zijn vrije tijd, geregeld te laten spelen met zijn Nederlandstalige vriendjes. Uw kind in te schrijven voor Nederlandstalige vakantieactiviteiten. Uw kind in te schrijven voor Nederlandstalige taalkampen
3.14.2. Oriëntering van de leerlingen van het zesde leerjaar naar het middelbaar onderwijs. Binnen onze scholengemeenschap hechten we bijzonder veel belang aan de oriëntering van de leerlingen van het zesde leerjaar naar het middelbaar onderwijs. De betrokkenheid van de ouders m.b.t. een goede studiekeuze staat hierbij voorop. Daarom worden in de loop van het tweede trimester de ouders uitdrukkelijk verwacht op de infovergadering hieromtrent. Op deze infovergadering stellen we naast het aanbod in het middelbaar onderwijs ook de zgn. BASO-fiche voor. Met deze fiche is het de bedoeling de kinderen te oriënteren naar de eerste graad van het secundair onderwijs en er voor te zorgen dat ze tijdens de eerste graad niet van richting moeten veranderen. Rond de paasvakantie is er dan een individueel oudercontact waarbij de ouders samen met de klastitularis van het zesde leerjaar de Baso-fiche aanvullen en bespreken. Tijdens 55
dit gesprek wordt de beslissing van de klassenraad aan de ouders gemotiveerd. De besluiten van het MDO werden door een team van experten genomen. Samen met de ouders worden de andere rubrieken besproken en beslissen de ouders welke relevante gegevens wel of niet op de fiche genoteerd worden. Bij de inschrijving in het middelbaar onderwijs is de Baso-fiche meteen een aanknopingspunt om de studiekeuze te duiden. 3.14.3.
Briefwisseling naar beide ouders in geval van echtscheiding.
Om tegemoet te komen aan de problematiek van een doeltreffende communicatie naar de ouders toe, kunnen documenten (rapporten, brieven) steeds in tweevoud verkregen worden. De ouders spreken hiertoe de klastitularis aan . De betrokken ouders staan zelf in voor het doorspelen van het dubbel materiaal. Indien dit door omstandigheden niet mogelijk is, neemt men best contact op met de directie om een regeling uit te werken.
56
3.15. Inschrijven van leerlingen 3.15.1. Toelating tot het lager onderwijs. Om toegelaten te worden tot het gewoon lager onderwijs moet een leerling zes jaar zijn voor 1 januari van het lopende schooljaar. Als hij nog niet de leeftijd van zeven jaar heeft bereikt of zal bereiken voor 1 januari van het lopende schooljaar, moet hij bovendien aan een van de volgende voorwaarden voldoen: 1° het voorgaande schooljaar ingeschreven zijn geweest in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs en gedurende die periode gedurende ten minste 220 halve dagen aanwezig zijn geweest; 2° onze school moet voor elke leerling die voor het eerst in het lager onderwijs instroomt een taalscreening uitvoeren. Indien onze school op basis van de resultaten van de screening het nodig acht, wordt een taaltraject voorzien dat aansluit bij de specifieke noden van het kind. Deze taalscreening gebeurt niet voor anderstalige nieuwkomers, zij krijgen sowieso een aangepast taaltraject. 3° beschikken over een bewijs dat hij het voorafgaande schooljaar onderwijs heeft genoten in een Nederlandstalige onderwijsinstelling uit een lidstaat van de Nederlandse Taalunie. Met uitzondering van de leeftijdsvereiste is deze regeling niet van toepassing op leerlingen die worden ingeschreven in Franstalige scholen in de rand- en taalgrensgemeenten die deel uitmaken van het Nederlandse taalgebied. Een leerling die 5 jaar wordt vóór 1 januari van het lopende schooljaar kan in het lager onderwijs ingeschreven worden, op voorwaarde dat hij tijdens het voorafgaande schooljaar was ingeschreven in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs en gedurende die periode ten minste 185 halve dagen aanwezig was geweest. Een leerling die 5 jaar wordt vóór 1 januari van het lopende schooljaar en die tijdens het voorafgaande schooljaar niet was ingeschreven in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs, kan in het lager onderwijs worden ingeschreven op basis van een taalproef . 3.15.2. Inschrijvingsbeleid van de school. Een kind is pas ingeschreven in onze school als de ouders schriftelijk instemmen met het pedagogisch project en het schoolreglement. Eenmaal ingeschreven, blijft een kind bij ons ingeschreven. De inschrijving stopt enkel wanneer de ouders beslissen om het kind van school te veranderen, zij niet akkoord gaan met een nieuwe versie van het schoolreglement, bij een definitieve uitsluiting als gevolg van een tuchtmaatregel of wanneer het kind een verslag ontvangt dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs (tenzij de school een individueel aangepast programma haalbaar ziet). Bij elke wijziging van het schoolreglement zullen we terug jullie schriftelijk akkoord vragen. Indien jullie niet akkoord gaan met de wijziging dan wordt de inschrijving van jullie kind beëindigd op 31 augustus van het lopende schooljaar. 57
Bij de inschrijving van jullie kind zullen we jullie bevragen over de organisatie van het ouderlijk gezag, de gezinssamenstelling, de verblijfsregeling,… We gaan ervan uit dat beide ouders instemmen met de inschrijving. Indien we op de hoogte zijn van het nietakkoord van een van beide ouders, kunnen we het kind niet inschrijven. We kunnen jullie kind pas inschrijven als beide ouders akkoord gaan. Bij de inschrijving vragen we je naar allerlei informatie voor onze administratieve schoolfiche van je kind. De school heeft geen capaciteitsproblemen en kan zeker alle leerlingen inschrijven. Volgens het decreet gelijke onderwijskansen I heeft elke leerling vanaf het schooljaar 2003 - 2004 het recht op inschrijving in de school, gekozen door zijn ouders. Toch kan het schoolbestuur weigeren of doorwijzen: I. Alle scholen kunnen een leerling weigeren die het vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar definitief werd uitgesloten uit de school. II. Alle scholen kunnen een leerling die blijkens een inschrijvingsverslag georiënteerd werd naar een type van het buitengewoon onderwijs doorverwijzen wanneer de draagkracht van de school onvoldoende is om tegemoet te komen aan de specifieke noden van de leerling inzake onderwijs therapie en verzorging (uitgezonderd type 8). Heeft je kind een inschrijvingsverslag voor het buitengewoon onderwijs (type 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 9) dan zullen wij je kind inschrijven onder de ontbindende voorwaarde. Als na de inschrijving pas blijkt dat er zo een verslag is, wordt ze automatisch omgezet in een inschrijving onder ontbindende voorwaarde. De school onderzoekt samen met de ouders en het CLB of ze de nodige ondersteuning kan bieden aan dit kind op het vlak van onderwijs therapie en verzorging. Na het onderzoek wordt de beslissing schriftelijk of via elektronische drager binnen 4 kalenderdagen aan de ouders bezorgd. De ouders krijgen toelichting bij de beslissing van het schoolbestuur door de directeur. Bij weigering neemt het Lokaal Overlegplatform of de door de Regering aangeduide personen contact op met de ouders en wordt er gezocht naar een oplossing. Een klachtenprocedure bij de Commissie inzake Leerlingenrechten is ook mogelijk. III.
Elke bijkomende inschrijving kan geweigerd worden wanneer deze omwille van de materiële omstandigheden de veiligheid van de leerlingen in het gedrang brengt
58
3.15.3. Verloop van een inschrijving en instapdata. Bij de inschrijving dient een officieel document te worden voorgelegd dat de identiteit van het kind bevestigt en de verwantschap aantoont (het trouwboekje, het geboortebewijs, een identiteitsstuk van het kind zoals : een reispas, een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, ...). De inschrijving van een leerling geldt voor de duur van de hele schoolloopbaan in de school. Is je kind reeds ingeschreven in onze kleuterschool dan hoeft het zich niet opnieuw in te schrijven bij de overgang naar het eerste leerjaar. Kleuters mogen pas ingeschreven worden vanaf de dag dat ze twee jaar en zes maanden oud zijn. Als ze jonger dan drie jaar zijn, worden ze pas in de school toegelaten vanaf de instapdatum na hun inschrijving. Deze instapdata zijn : de eerste schooldag na de zomervakantie de eerste schooldag na de herfstvakantie de eerste schooldag na de kerstvakantie de eerste schooldag van februari de eerste schooldag na de krokusvakantie de eerste schooldag na de paasvakantie de eerste schooldag na de Hemelvaartvakantie Vanaf de leeftijd van drie jaar mag uw kind onmiddellijk na de inschrijving op school zijn. Kleuters zijn niet leerplichtig . In september van het jaar waarin uw kind zes jaar wordt, is het leerplichtig en wettelijk verplicht om les te volgen. Ook wanneer het op die leeftijd nog in het kleuteronderwijs blijft, is het dus net als elk ander leerplichtig kind onderworpen aan de controle op het regelmatig schoolbezoek. Een jaartje langer in de kleuterschool doorbrengen, vervroegd naar de lagere school komen, een achtste jaar in de lagere school blijven kan enkel na kennisgeving van en toelichting bij de adviezen van het MDO en van het CLB. 3.15.4. Ouderlijk gezag Zorg en aandacht voor het kind Voor kinderen die een echtscheiding doormaken, wil de school een luisterend oor, openheid, begrip en extra aandacht bieden. Neutrale houding tegenover de ouders De school is bij een echtscheiding geen betrokken partij. Beide ouders, samenlevend of niet, staan gezamenlijk in voor de opvoeding van hun kinderen. Zolang er geen vonnis van de rechter is, houdt de school zich aan de afspraken gemaakt bij de inschrijving. Is er wel een vonnis, dan volgt de school de afspraken zoals opgelegd door de rechter. Co-schoolschap Dit is het kind tijdens het schooljaar op twee plaatsen school laten lopen, afhankelijk van bij welke ouder het verblijft. Om de verbondenheid met de klasgroep en de continuïteit van het leren te garanderen, weigert de school mee te werken aan het coschoolschap.
59
Afspraken in verband met informatiedoorstroom naar de ouders Wanneer de ouders niet meer samenleven, maakt de school met beide ouders afspraken over de wijze van informatiedoorstroming en de manier waarop beslissingen over het kind worden genomen. Ouders nemen hiervoor contact op met de directie.
60
3.16. Leefregels 3.16.1. Klas, taken en eerbied voor materiaal De leerlingen : - leggen schoolagenda en rapport thuis zelf voor om die door de ouders te laten ondertekenen. - voorzien alle boeken en schriften van een kaft. - noteren op het etiket naam, klas, nummer of titel, zoals de leerkracht aanduidt. - steken in hun schooltas alleen wat nodig is. Overbodig gerief laten ze thuis. - gebruiken op school geen correctielak en grote alcoholstiften. - engageren zich om zorgzaam om te gaan met het schoolmateriaal. Bij opzettelijke beschadiging of veelvuldig verlies, kunnen de kosten aan de ouders aangerekend worden.
3.16.2. De speelplaats De leerlingen : - verlaten de speelplaats niet. - sorteren afval in de juiste afvalbak en houden de speelplaats net. - doen elkaar nooit pijn en praten ruzies uit. - gebruiken geen ruwe, kwetsende taal noch verbaal noch schriftelijk. - zijn voorzichtig, vooral voor jongere kinderen. Ze storen hun spel niet, ze nemen hun gekozen terrein niet af. - spelen zo mogelijk zonder bril. - geven gevonden voorwerpen aan de leerkracht. - spelen enkel met het materiaal dat de school aanbiedt. Persoonlijke ballen zijn niet toegelaten. - spelen fair en sportief. - ruilen geen zaken i.v.m. (tijdelijke) rages. 3.16.3. Pesten De leerlingen : - weten dat pestgedrag niet kan geduld worden. Indien dit opgemerkt wordt, zal er onmiddellijk op gereageerd worden. - beseffen dat door aangehouden pestgedrag een pester zijn/haar aanwezigheid in de klas/op school onmogelijk maakt. - zetten niet aan tot pesten of pesten niet mee. Dit is even erg. - melden pestgedrag of andere vormen van misbruiken. - melden bij de leerkracht of de directie als ze het slachtoffer zijn van pestgedrag.
61
3.16.4. Eten en drinken op school 3.16.4.1. In de eetzaal De leerlingen : - knoeien niet met eten. - eten met mes en vork. - zijn beleefd tegen het dienstpersoneel. - verlaten hun plaats niet zonder toestemming. - verlaten de eetzaal ordelijk na de maaltijd. 3.16.4.2. Buiten de eetzaal De leerlingen : - eten geen snoep of kauwgom; fruit of een koek kunnen ze gebruiken. - drinken enkel zuiver water. 3.16.5. Levenshouding De leerlingen : - komen tijdig op school. (= vóór het belteken !!) - gedragen zich voorbeeldig op de weg naar en van school. Ze zorgen voor hun schooltas en spreken beleefd, nooit luidruchtig. - passen onder alle omstandigheden de verkeersregels toe. - stappen als fietser af aan de schoolpoort. Bij het verlaten van de school gaan ze naast de fiets tot aan de straat. Op de speelplaats wordt niet gefietst. - stallen op school hun fiets , step op de aangeduide plaats. - spreken de directeur en de leerkrachten aan met “Meneer”, “Mevrouw” of “Juffrouw”. - antwoorden altijd beleefd : “Ja, mevrouw.”, “Alstublieft, meneer.” - zetten zich in om goed Nederlands te spreken. - kloppen bij de eigen klas aan en gaan binnen. In een andere klas wordt na het aankloppen gewacht tot de deur geopend wordt. - gebruiken op school geen GSM, elektronische spelletjes en andere audioapparatuur. - verlaten de school nooit zonder toelating. - bezitten op school geen gevaarlijke voorwerpen zoals een zak- of knipmes. 3.16.6. Kledij De leerlingen : - dragen genaamtekende kledij. - dragen geen aanstootgevende kledij. - dragen een gewone T-shirt, hemd of polo. “Spaghettibandjes” en blote buik horen niet thuis op school. - hangen op school hun kledij aan de voorziene kapstok. - rapen op de grond gevallen kledij van andere leerlingen op en hangen die waar het moet, ze trappen nooit op kledingstukken. - dragen op de speelplaats zorg voor hun kleren en schooltas en voor die van anderen. - weten dat materiële schade niet door de schoolverzekering wordt vergoed. - hebben altijd een katoenen zakdoek bij in geval van brand. - dragen sportkledij alleen bij het sporten. 62
-
bergen hun gymspullen op in een genaamtekende sportzak. dragen geen rubberen teenslippers.
3.16.7. Stijl De leerlingen : - hebben een verzorgde haartooi ( geen extravagante kapsels ) - laten zich niet opmerken door piercings of opvallende sieraden; jongens dragen géén oorringen. 3.16.8. In de computerhoek De leerlingen: - gebruiken de toepassingen die door de leerkrachten worden bepaald. - downloaden niets zonder toestemming van de leerkracht. - veranderen geen instellingen aan de apparatuur. - installeren geen programma‟s. - bezoeken nooit onfatsoenlijke websites.
63