Les 3 – Baas boven baas
Lezen uit de Bijbel
Jesaja 55: 1-4
Hierheen! Hier is water,
voor ieder die dorst heeft. Kom, ook al heb je geen geld. Koop hier je voedsel en eet. Kom, koop voedsel zonder geld, koop wijn en melk zonder betaling. Waarom geld betalen voor iets dat geen brood is, je loon besteden aan wat niet verzadigen kan? Luister aandachtig naar mij, en je zult ruimschoots te eten hebben en genieten van een overvloedig maal. Leen mij je oor en kom bij mij, luister, en je zult leven. Ik sluit met jullie een eeuwigdurend verbond, als bevestiging van mijn liefde voor David. Verklaring: Water Dit stukje gaat niet over gewoon water, maar over water van het leven, blijdschap zou je kunnen zeggen. Dorst Niet naar water maar naar de dingen die je echt gelukkig maken. zonder geld, het evangelie is gratis. We worden gered zonder ervoor te hoeven te betalen. Leen mij je oor dat wil zeggen luister. David. Hier wordt Jezus mee bedoeld, want Jezus was de zoon van David en God zei bij zijn doop: Dit is mijn geliefde Zoon, hoort naar hem.
Kringgesprek Als Jezus de Baas is zullen we echt vrolijk kunnen zijn. Ben je wel eens echt vrolijk. Heb je iets nodig om vrolijk te zijn? Zou je in een moeilijke periode toch vrolijk kunnen zijn? Waarom gebruiken zoveel jongeren drugs? Maakt alcohol je echt vrolijk? Als er zoveel verdriet is in de wereld, waarom zingen de mensen in de kerk dan zo blij? Als Jezus er nooit was geweest, zou de wereld er dan anders uitzien?
VERTELLEN 42 – Het feest gaat door
'Steffie, ben je klaar?' roept Maria over de heg naar de buren. Ze gaat met haar buurjongetje naar de bruiloft van Israël en Tikwah in Kana. Ja hoor! Daar komt Steffie al aan, zowaar in gewassen kleren. Zelfs zijn snoet is voor dit keer schoongeboend. 'Kom op, joh!' zegt Maria lachend. 'We moeten er op tijd zijn, want ze rekenen op onze hulp.' Het joch voelt zijn hart zwellen van trots. Geweldig, hè. Hij, Steffie, mag op de grote bruiloft in de keuken helpen. Spannend, zeg! Wie weet... ziet hij zijn grote vriend Jezus nog, die is namelijk ook uitgenodigd. Vrolijk babbelend stapt hij naast Maria voort. 'Misschien zie ik Jezus nog,' denkt ook Maria. Sinds haar zoon een paar maanden geleden zijn timmerwinkel sloot om het werk van God te beginnen, heeft ze hem niet meer gezien. Van kennissen had ze vernomen dat Jezus zich door Johannes had laten dopen en dat hij nu een stuk of zes discipelen om zich heen had verzameld. Ze zal blij zijn om van Hemzelf te horen hoe het gaat. 'Lala lalala, lala lalala...' Vanuit de verte horen Maria en Steffie al het feestlawaai. Kijk, een vrolijke groep mensen danst hand in hand in een lange rij. Het bandje, bestaande uit twee fluitspelers, een drummer en een citerspeler doen hun uiterste best het tempo bij te houden. Maria en Steffie verdwijnen in de keuken. In deze topdrukte is hun hulp daar hard nodig. Er zijn veel gasten op het feest gekomen. Gewone boeren en rijke kooplui. Geleerden met saaie kleren aan en ook de rabbi van de synagoge, die voor iedereen een vriendelijk woordje heeft. Ja, feesten wil iedereen wel. Voor een tijdje zet men zijn zorgen, pijn en verdriet aan de kant. De baasspelers doen vriendelijk en de armen hebben te eten. Was het maar altijd feest. Steffie, die even vrij heeft, loopt tussen al die zoekende mensen door. Iemand trapt op zijn teen. Een ander geeft hem een duw, maar hij trekt er zich niks van aan. 'Hé, Jezus!' roept hij plotseling. Hij heeft zijn vriend ontdekt. Uitgelaten vliegt hij hem om de hals. O, wat heeft hij hem gemist. Altijd, als Steffie in de put zat ging hij naar Jezus. Die kon troosten als geen ander. Hij vertelde Steffie dan van het Koninkrijk van God, dat spoedig komen zou... Als Steffie weer terug komt in de keuken, heerst er echt een ruziestemming. Tora, de leider van het feest, schreeuwt tegen de bedienden. 'Het is jullie schuld! Jullie hebben veel te vaak wijn rondgedeeld. Wat moeten we nu beginnen?' 'We wisten niet dat er zo weinig was...' zegt een bediende brutaal. 'Er zijn meer gasten gekomen dan we hadden verwacht...' valt een ander hem bij. O, Steffie's hart bonst van de angst. Ruzie! Daar is hij bang voor. 'De wijn is op!' dreunt het in zijn hoofd. Wat nou? Straks zullen de gasten boos weglopen. Dan zal de muziek zwijgen en het hele feest is naar de knoppen. Onbewust zoekt hij bescherming bij tante Maria. 'Ik zal er wel met mijn zoon over praten,' zegt Maria tegen de leider van het feest. 'Misschien weet hij raad.' Voor Steffie is de lol eraf. Er heerst zo'n zenuwachtige sfeer in de keuken. Om een kleinigheidje snauwen ze tegen hem. Een beetje triest spoelt hij de borden af. Hij is blij als tante Maria even later naar hem toekomt. 'Steffie, ik heb alles aan Jezus verteld.' zegt ze met een rode kleur, 'Ik... eh... Hij komt straks... als het zijn tijd is, zegt'ie.' Maria veegt langs haar ogen. Heeft ze soms gehuild? 'Nee hoor! Maar ik was zo dom om te denken dat ik Hem kon bevelen, zoals vroeger. 'Moeder, wat heb ik met u te maken?' zei hij. Dat klonk zo hard. Ik moet eraan wennen dat Jezus nu niet meer in de eerste plaats mijn zoon is, snap je?' Steffie snapt het heel goed. Jezus werkt immers voor het Koninkrijk. 'Stef, nog meer afwas,' wordt er geroepen. 'Tante Maria,' fluistert hij nog snel, 'De bedienden... als ze maar doen wat Jezus zegt!....' Steffie spartelt met zijn benen omhoog over de rand van één van de zes stenen waterpotten. Poeh! Wat zit het water diep. Zijn pollepel schraapt over de bodem... Plotseling pakt iemand zijn benen vast en tilt hem omhoog.
'Ha, die Stef!' lacht Jezus. 'Is er zo weinig water?' Ja, Steffie had bij moeten vullen, maar het was steeds zo druk. Nu dat geeft niks. Jezus geeft de andere bedienden opdracht om ze te vullen tot de rand. Die durven niet tegen te sputteren, want Maria had gezegd: 'Denk eraan. Als Jezus komt moet je precies doen wat Hij zegt.' 'Steffie,' zegt Jezus, terwijl Hij zijn vriendje naar zich toe trekt, 'Weet je nog van dat Koninkrijk, waar we samen van droomden? Dat is nu gekomen. Iederen moet het nu zien. God wil ons een feestelijk leven geven. Schep dadelijk een beker water uit een vat en breng dat naar Tora om te proeven...' Steffie snapt er niks van, maar hij doet wat Jezus zegt. En... onder zijn handen verandert het water in wijn!! 'Waar komt die wijn vandaan?' vraagt Tora verbaasd. 'Dat is de beste wijn die ik ooit geproefd heb.' Met grote stappen loopt hij, zonder op antwoord te wachten, naar de bruidegom. Die weet nergens van af. 'Waarom heb u de beste wijn tot het laatst bewaard? Dat doet toch niemand!' roept Tora verontwaardigd. Hij heeft toch maar voor niks in de zorgen gezeten. Steffie en Maria die hem achterna gelopen zijn, moeten lachen om het verbaasde gezicht van de bruidegom. 'Proost! Op het leven!' toast men overal om hen heen. De ruzies zijn over. Het feest gaat door. Steffie en Maria kijken elkaar veelbetekenend aan. Zij weten zeker dat er nog veel meer fijne dingen gaan gebeuren als Jezus maar bij hen is.
GEBED Lieve Jezus, lachen vinden we leuk. Dankuwel voor echt leuke grappen. Voor schaterlachen en glimlachjes, voor het lachen van baby’s en alle vrolijkheid om mij heen. Dankuwel Jezus, dat we onze emoties kunnen tonen, want we zijn geen houten klazen. Geef dat we het leven van anderen ook vrolijker maken, net als u.
Heer, bewaar me ervoor dat ik lach om andermans pijn. Dat ik lach om de verkeerde dingen, om smerige dingen. U geeft mij inlevingsvermogen.
Uw vriendelijk aangezicht geeft vrolijkheid en licht aan alle oprechte harten. Amen.
Opdracht *Kies een jongen en een meisje uit. De jongen is de bruidegom. Een groepje gaat hem interviewen voor de huis aan huiskrant van Kana. Ze kunnen ook nog een foto maken met hun mobieltje, waarop hij een verbaasd gezicht trekt. Het meisje is iemand die in de keuken werkte op de bruiloft. Een tweede groep gaat haar interviewen. Laat de artikelen voorlezen voor de plenaire groep. * of maak werkblad 32b
* of
Tekst 1 Kor. 13:6 De liefde verheugt zich niet over het onrecht maar vindt vreugde in de waarheid.
Stel vragen over lachen als een ander in elkaar geslagen wordt.
Schrijf de tekst op een vel papier. Als ze hun tekst opzeggen mogen ze een lipstickkus erop zetten of een mondje erop tekenen.
Activiteit *Laat ze hun eigen lekkere mixdrankje maken, door het mixen van diverse vruchtensappen en yoghurt plus prik. * Stoelendans. Denk aan een cadeautje voor de winnaar.
*Doe een koningsquiz
1
Noem een koning die mooie liederen maakte ……….
David
2
Wat hebben schapen nodig?…………………………
Een goede herder
3
Wie was de eerste koning van het volk Israël?………
Saul
4
Een slechte koning die in Egypte de baas was………
Farao
5
Wie leidde het volk door de woestijn?………………
Mozes
6
Wat draagt een koning op zijn hoofd?………………
Een kroon
7
Hoe heet onze koningin?……………………………
Beatrix
8
Wat doen mensen als ze de koningin zien? …………
Buigen
9
Wie is de baas in een klas?…………………………..
Meester/JuF
10 Wie is de baas in het gezin?…………………………
Vader/Moeder/Verzorger
11 Wie is de baas van de stad?………………………….
Burgemeester
12 Wie is de koning van de hele wereld?……………….
De Here God
13 Wie willen wij altijd volgen?…………………………
Jezus
14 Hoe heet de wet die de Here God ons heeft gegeven?…
De tien geboden
15 Wat deed Jezus om te laten zien dat hij wilde dienen?…
Hij waste voeten
16 Als je de baas wilt zijn, zegt Jezus, dan moet je niet heersen, maar?..
dienen
17 Wat deed de Heer Jezus om te laten zien dat hij onze allerbeste koning is?.
Hij stierf aan het kruis
18 Wat bouwden de mensen om God van zijn troon te stoten?
Een toren
19 Wie heeft David tot koning gezalfd?……………………..
Samuël
20 Waarom was Saul geen goede koning?…
Hij luisterde niet naar God
Quiz Welk vraagnummer hoort bij welk antwoordnummer ? Zie de antwoorden onderaan deze pagina
Vragen
Antwoorden
1 In welke plaats vond het wonder plaats dat water veranderde in wijn?
1
2 Op wat voor feest gebeurde dit wonder?
2 Waarom heb je de beste wijn tot het laatst bewaard?
3 Hoeveel vaten waren er?
3 Het was veranderd in wijn
4 Wie wilde Jezus aan het werk zetten?
4 vrolijkheid
5 Wat vroeg de leider van het feest aan de bruidegom?
5 Het was zijn eerste wonder
6 Wie had Jezus bij zich?
6 bruiloft
7 Wat was er gebeurd toen ze het water uit de watervaten schepten?
7 Vrouw, wat heb ik met u te maken. Mijn tijd is nog niet gekomen.
8 Waarmee kun je wijn vergelijken in dit verhaal?
8 Kana
9 Had Jezus al eerder wonderen gedaan?
9 Zijn discipelen
10 Wat zei Jezus tegen Maria?
10 Maria
Antwoorden: 1- 8
2- 6
3-1
4-10
5- 2
6-9
zes
7-3
8-4
9-5
10- 7