Keuringscriteria voor de periodieke keuring van stalen nietstationaire opslag- en afleverinstallaties tot ten hoogste 3 m 3

KC-112/03 2001-12-17

Keuringscriteria

voor de periodieke keuring van stalen nietstationaire opslagen afleverinstallaties tot ten hoogste 3 m3

Comment: Let op! Dit logo verwijderen indien de regeling niet onder de accreditatie van Kiwa valt.

KC-112/03 2001-12-17

Keuringscriteria

voor de periodieke keuring van stalen nietstationaire opslagen afleverinstallaties tot ten hoogste 3 m3

©2000 Copyright, Kiwa N.V. Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Het gebruik van deze Beoordelingsrichtlijn door derden, voor welk doel dan ook, is uitsluitend toegestaan nadat een schriftelijke overeenkomst met Kiwa is gesloten waarin het gebruiksrecht is geregeld. Bindend verklaring Deze keuringscriteria zijn door de manager van Kiwa Inspectie B.V. bindend verklaard per 17 december 2001

Kiwa N.V Certificatie en Keuringen Sir Winston Churchill-laan 273 Postbus 70 2280 AB Rijswijk Telefoon 070 – 41 444 00 Telefax 070 – 41 444 20 Internet www.kiwa.nl

Voorwoord De keuring van stalen niet stationaire en mobiele opslagen afleverinstallaties beoogt een objectieve en deskundige beoordeling om de veiligheid voor mens, dier en milieu te waarborgen. De resultaten van de keuring geven de eigenaar en het bevoegde gezag inzicht over de staat waarin de installatie zich bevindt.

Deze keuringscriteria zijn van toepassing op stalen niet stationaire en mobiele opslagen afleverinstallaties die door of namens Kiwa periodiek moeten worden gekeurd zoals vermeld in de CPR 9 -6, 2 e druk 1999 en in het kader van de Wet Bodembescherming en de Wet Milieubeheer verplicht zijn gesteld. Het doel van deze keuringscriteria is een éénduidige uitvoering te bewerkstelligen waarbij de beoordeling van de keuringen op onafhankelijke en integere wijze wordt uitgevoerd.

INHOUD 1

INLEIDING.....................................................................................................................................................5 1.1 O NDERWERP..............................................................................................................................................5 1.2 T OEPASSINGSGEBIED...............................................................................................................................5 1.3 O MVANG VAN DE PERIODIEKE INSPECTIES ...........................................................................................5 1.4 K EURINGSAANVRAGEN...........................................................................................................................6 1.4.1 Keuringsstation...............................................................................................................................6

2

OPLEIDING INSPECTEURS ...................................................................................................................8 2.1 2.2

VERKRIJGEN VAN DE KWALIFICATIE.....................................................................................................8 BEHOUD VAN KWALIFICAT IE..................................................................................................................9

3

MEETAPPARATUUR/ONDERHOUD/KALIBRATIE...................................................................10

4

EISEN..............................................................................................................................................................11 4.1

5

EISEN MET BETREKKING DE VISUELE INSPECTIE................................................................................11

INSPECTIERAPPORTEN .......................................................................................................................13 5.1 5.2 5.3

M ODEL VAN HET K IWA-INSPECTIERAPPORT ......................................................................................13 REGISTRATIE VAN UITGEVOERDE KEURING .......................................................................................13 A RCHIVERING .........................................................................................................................................13

1 Inleiding 1.1 Onderwerp In deze keuringscriteria zijn eisen opgenomen die door Kiwa worden gehanteerd om de staat en de duurzaamheid te beoordelen van stalen niet stationaire en mobiele opslagen afleverinstallaties met een inhoud tot ten hoogste 3 m3. De afgegeven kwaliteitsverklaring wordt aangeduid als Kiwa-inspectierapport. Voor een goede beoordeling op duurzaamheid wordt verondersteld dat de stalen niet stationaire en mobiele opslagen afleverinstallaties onder zware omstandigheden worden gebruikt.

1.2 Toepassingsgebied In deze keuringscriteria zijn eisen beschreven voor: de periodieke inspectie van niet-stationaire en mobiele opslagen afleveri nstallaties tot 3 m3 die zijn voorzien van een productcertificaat volgens BRL- K 744/01 of zijn voorzien van een Kiwa-introductiekeuringsrapport volgens BRL-K 744/01. Installaties die niet voldoen aan de constructie-eisen van de BRL-K 744/01 of zijn voorzien van een Kiwa-introductiekeuringsrapport worden tijdens de periodieke keuring afgekeurd. Niet-stationaire opslaginstallaties zijn gedefinieerd als bovengrondse verplaatsbare tankinstallaties die uitsluitend bestemd zijn voor de opslag en aflevering van brandbare producten op tijdelijke locaties. Hieronder vallen installaties die gebruikt worden voor zowel vervoer als opslag in bijvoorbeeld de wegenbouw, groenvoorziening, agrarische sector, bouw, evenementen, etc.. Opmerking : De 3- jaarlijkse dichtheidsbeproeving van kleine mobiele tanks tot 1 m3 is beschreven in de concept- Regeling Rijkskeuringsvoorschriften betreffende het vervoer over Land van Gevaarlijke Stoffen in Kleine Mobiele Tanks 1999 (RMT ´99). De 2½- jaarlijkse introductiekeuring van niet-stationaire en mobiele opslagen afleverinstallaties tot maximaal 3.000 liter is beschreven in de BRL- K 744/01.

1.3 Omvang van de periodieke inspecties De periodieke inspectie omvat een 18 maandelijkse visuele beoordeling van de gehele constructie. Opmerking: Indien van toepassing kan de visuele inspectie worden uitgebreid met een dichtheidsbeproeving of introductiekeuring zoals beschreven in de BRL-K744/01 of RMT '99.

KC-112/03 Keuringscriteria voor de periodieke keuring van stalen niet-stationaire opslagen afleverinstallaties tot ten hoogste 3 m3

1.4 Keuringsaanvragen De keuringen zoals vermeld in § 1.2 moeten door of namens Kiwa worden uitgevoerd. Keuringen door Kiwa kunnen rechtstreeks bij Kiwa worden aangevraagd. Opmerking : Ten behoeve van een dichtheidsbeproeving of een introductiekeuring zoals vermeld in § 1.2 is assistentie van een BRL-K744/01 gecertificeerde fabrikant noodzakelijk. Keuringen namens Kiwa kunnen worden aangevraagd bij bedrijven die door Kiwa zijn aangesteld als Keuringsstation zoals beschreven in § 1.4.1.

1.4.1 Keuringsstation Bedrijven die als Keuringsstation namens Kiwa periodieke visuele keuringen, dichtheidsbeproevingen en introductiekeuringen willen uitvoeren op niet-stationaire opslagen afleverinstallaties tot maximaal 3.000 liter kunnen schriftelijk een aanvraag indienen bij de Manager van Kiwa Inspectie BV, Sir Winston Churchilllaan 273, 2288 EA RIJSWIJK.

Om in aanmerking te komen moet worden voldoen aan de volgende voorwaarden: a) het bedrijf moet beschikken over aantoonbare deskundigheid, naar oordeel van Kiwa. b) het bedrijf moet BRL-K744/01 zijn gecertificeerd of moet beschikken over een samenwerkingsovereenkomst met een BRL- K744/01 bedrijf om eventuele herstelwerkzaamheden aan de tank te kunnen uitvoeren. (aanpassingen en herstelwerkzaamheden kunnen uitsluitend door een BRL- K744/01 gecertificeerd bedrijf worden uitgevoerd); c) het bedrijf moet in het bezit zijn van een procedure om een tank te reinigen, hierbij dient een gelijkwaardig veiligheidsniveau te worden behaald als beschreven in BRL- K905/01 "Tankreiniging"; d) een overeenkomst met Kiwa met betrekking tot klachtbehandeling, beoordeling en toezicht door Kiwa, vergoeding, gebruik van de naam Kiwa, aansprakelijkheid en duur van de overeenkomst. Bij de uitvoering namens Kiwa is Kiwa verantwoordelijk voor de uitvoering van de keuringen en het toezicht op het Keuringsstation. De overeengekomen verantwoordelijkheden tussen de inspectie -instelling en het Keuringsstation worden in een overeenkomst vastgelegd.


Kiwa zal tenminste tweemaal per jaar het Keuringsstation bezoeken en beoordelen op basis van deze keuringscriteria.


2 Opleiding inspecteurs Een medewerker die belast is met de beoordeling van de periodieke visuele inspectie, dichtheidsbeproeving en introductiekeuring zoals beschreven vermeld in § 1.2 moet over een MBO-denkniveau beschikken op het relevante werkgebied. Tevens moet hij beschikken over een aantoonbare kennis en ervaring waarmee wordt gewaarborgd dat hij bekwaam is om de resultaten van de inspectie professioneel te beoordelen.

2.1 Verkrijgen van de kwalificatie Het opleidingsplan van medewerkers die dichtheidsbeproevingen uitvoer en moet minimaal de volgende elementen bevatten: - Theorie De medewerker, in opleiding, zal door een gekwalificeerd inspecteur kennis moeten verkrijgen in: -

de meet- en inspectietechnieken;

-

de geldende inspectiecriteria;

-

relevante wet- en regelgeving;

-

de branches waarvoor de inspectie van toepassing zijn;

-

uitvoeringsaspecten zoals in de normen en criteria zijn aangegeven.

- Introductieperiode De medewerker in opleiding, zal minimaal 5 visuele inspecties en 5 dichtheidsbeproevingen bijwon en, welke worden uitgevoerd door een gekwalificeerde inspecteur. Tevens zal de medewerker de complete documenten- en rapportstroom krijgen uitgelegd.

- Werkperiode onder toe zicht van een gekwalificeerde inspecteur De medewerker in opleiding, zal minimaa l 5 visuele inspecties, 2 dichtheidsbeproevingen en 2 introductiekeuringen zelfstandig maar onder direct toezicht van een gekwalificeerd inspecteur uitvoeren. Tevens moet de medewerker in opleiding, zelfstandig de eindrapporten opstellen en deze volgens de vigerende documenten- en rapportstroom distribueren.

De medewerker in opleiding, zal door de Kiwa worden gekwalificeerd wanneer de medewerker naar oordeel van Kiwa het opleidingsplan naar tevredenheid heeft afgerond.


2.2 Behoud van kwalificatie Gekwalificeerde medewerkers dienen middels vervolgopleidingen en onderling overleg op niveau te worden gehouden met de ontwikkelde technologieën. Om de kwalificatie te behouden moet de medewerker jaarlijks tenminste 5 visuele inspecties, 2 dichtheidsbeproevingen en 1 introductiekeuring uitvoeren. De kwalificatie van de medewerker moet één keer per 2 jaar door Kiwa worden geëvalueerd.


3 Meetapparatuur/onderhoud/kalibratie Een keuringsstation dient over faciliteiten en apparatuur te beschikken om alle activiteiten gerelateerd aan het uitvoeren van een dichtheidsbeproeving en introductiekeuring uitvoerbaar te maken. Tevens moet kunnen gegarandeerd dat alle gebruikte apparatuur geschikt is om een inspectie uit te voeren en dat alle apparatuur wordt onderhouden c.q. gekali breerd volgens vastgelegde procedures. Voor de dichtheidsbeproeving zijn de volgende middelen nodig: drukslangen met bijbehorende appendages, koppelingen, afsluiters en appendages, lage druk compressor of ventilator.

Voor het vastleggen van de resultaten van de dichtheidsbeproeving met een overdruk van 30 kPa lucht dient een inspecteur te beschikken over een manometer. De manometer mag maximaal een bereik hebben van 60 kPa (0,6 bar). De nauwkeurigheidsklasse is tenminste 1,6. De drukverschilmeter moet iedere 12 maanden worden gekalibreerd.

Om de veiligheid te waarborgen bij het reinigen en het betreden van besloten ruimten moeten continue gasmetingen worden uitgevoerd om explosiegevaar en verstikkingsgevaar te voorkomen. De inspecteur dient te beschikken over een gekalibreerde Ex/O2- meter.

Om de putdiepte in de wand van een tank te kunnen bepalen moet de inspecteur in het bezit zijn van een putdieptemeter met een meetklok. De putdieptemeter moet een meetbereik hebben van 0 -5 mm en moet een absolute nauwkeurigheid hebben van 0,01 mm. De putdieptemeter moet iedere 12 maanden worden gekalibreerd


4 Eisen 4.1 Eisen met betrekking de visuele inspectie Iedere 18 maanden moet de niet -stationaire opslagen afleverinstallatie visueel worden beoordeeld op de volgende aspecten: a) de algemene staat van onderhoud b) de staat van de verflaag voor corrosiebescherming c) de aanwezigheid van overmatige mechanische beschadigingen in het tanklichaam, lekbak, vulpunt morsbak, leidingen en appendages d) overmatige vervormingen en beschadigingen in de lasnaden zijn niet toegestaan e) mechanische vervormingen van de hijsplaten, hijsogen of hijsvoorzieningen zijn ni et toegestaan f) de aanwezigheid en werking van de antihevel voorziening g) reinheid van de lekbak (een productlaag of rommel is niet toegestaan) h) afdichting van peilinrichting (afsluitpakking en schroefdraad) i) afdichting van het vulpunt (afsluitpakking en schroefdraad) Opmerking: De eisen van de dichtheidsbeproeving voor de 3 -jaarlijkse dichtheidsbeproeving van kleine mobiele tanks tot 1 m 3 zijn beschreven in de Regeling Rijkskeuringsvoorschriften betreffende het vervoer over Land van Gevaarlijke Stoffen in Kleine Mobiele Tanks 1999 (RMT 1999), de eisen voor 2½-jaarlijkse introductiekeuring van niet-stationaire en mobiele opslagen afleverinstallaties tot maximaal 3.000 liter zijn beschreven in de BRL -K 744/01.

Veiligheidsvoorwaarden met betrekking tot de dichtheidsbeproeving: - tanks moeten zoveel als mogelijk van vloeistof zijn ontdaan; - tijdens de beproeving op dichtheid moet, voor onbevoegden, een veiligheidsafstand van 6 meter worden aangehouden; - de beproevingsdruk tijdens de meting mag niet worden overschreden in verband met exploderen van de tank. Om ongevallen door fouten tijdens de uitvoering te voorkomen moet de drukmeter direct op de tank zijn aangesloten en moet een afblaaspunt aanwezig zijn die te allen tijde direct geopend moet kunnen worden om eventuele overdruk af te blazen.


Veiligheidsvoorwaarden met betrekking tot de introductiekeuring: - Tanks moeten leeg zijn; - Tanks moeten gasvrij zijn; - Voor het betreden van de tank voor het uitvoeren van een inwendige inspectie moet het Arbo -informatieblad, AI-5 Veilig werken in besloten ruimten van het ministerie Sociale Zaken en Werkgelegenheid worden nageleefd.


5 Inspectierapporten 5.1 Model van het Kiwa- inspectierapport Het inspectierapport zal tenminste de volgende items moeten bevatten: - registratienummer van het rapport (KS.AAA.2002.****); KS= Keuringsstation AAA= Lettercode inspectie-instelling (uit te geven door Kiwa) 2002= Jaar van Keuring ****= Volgnummer (uit te geven door Kiwa) - naam en adres van het keuringsstation; - naam en adres van de opdrachtgever; - datum en identificatie van de ontvangen opdracht; - identificatie van de te inspecteren objecten; - beschrijving van de inspectiewerkzaamheden; - verwijzing naar de norm waaraan wordt getoetst; - plaats en datum van de inspectie; - naam van de inspecteur; - meetresultaten en conclusies; - indien van toepassing bijzondere condities.

5.2 Registratie van uitgevoerde keuring De keuringen die door of namens Kiwa worden uitgevoerd worden door Kiwa geregistreerd. 5.3 Archivering Alle rapporten moeten door Kiwa veilig worden opgeborgen en opvraagbaar zijn voor een periode van ten minste 5 jaar.


LITERATUURLIJST

-

CPR 9- 6, Opslag tot 150 m 3 van brandbare vloeistoffen met een vlampunt tot 100 C in bovengrondse tanks, Commissie Preventie van Rampen door Gevaarlijke Stoffen, ISBN 90 12 08785 6, tweede druk 1999.

-

BRL-K 744/01, Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa productcertificaat voor Metalen nietstationaire en mobiele opslagen afleverinstallaties van ten hoogste 3 m³ voor de bovengrondse drukloze opslag van vloeistoffen, Kiwa, mei 1996.

-

BRL-K905/01, Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa procescertificaat voor Tankrei niging, Kiwa, februari 1995.

-

Arbo-informatieblad, AI- 5 Veilig werken in besloten ruimten, ISBN 90 12 08464 4, SZW, SDU, 1998.

-

EN 45004, General criteria for the operation of various types of bodies performing inspection, March 1995.

-

Regeling Rijkskeuringsvoorschriften betreffende het vervoer over Land van Gevaarlijke Stoffen in Kleine Mobiele Tanks 1999 (RMT '99).


Keuringscriteria voor de periodieke keuring van stalen nietstationaire opslag- en afleverinstallaties tot ten hoogste 3 m 3

Recommend Documents