JURYR APPORT DE LOEP 2015
Dames en heren, De Loep is dé prijs voor onderzoeksjournalistiek in Vlaanderen en Nederland. De VVOJ heeft de prijs ingesteld om collega’s aan te moedigen en het genre te stimuleren. Ook dit jaar is een aanzienlijke hoeveelheid inzendingen van uitstekende kwaliteit aan de jury voorgelegd. Een prestatie van formaat, van zowel de journalisten als van de media waarvoor zij hun werk verrichten. Onderzoeksjournalistiek is immers verre van goedkoop. Goed journalistiek onderzoek vergt tijd, geld, kunde, geduld en vertrouwen. De journalisten, die vaak zonder duidelijke marsroute maandenlang op intuïtie en gezond verstand onderzoek verrichten, worden danig op de proef gesteld. Datzelfde geldt voor hun hoofdredacties, want resultaat komt zelden snel en nooit zonder strubbelingen. Daarom is het goed nieuws dat de jury van de Loep zich dit jaar heeft mogen buigen over 74 inzendingen: 31 tekstuele (waaronder vier boeken), 25 audiovisuele, zeven digitale en elf inzendingen voor de aanmoedigingsprijs. In aantal waren dat er iets minder dan vorig jaar, maar de gemiddelde kwaliteit was beduidend hoger. Zelfs met deze indeling in vier categorieën was het snel duidelijk dat een verantwoorde weging van de kwaliteiten van alle inzendingen bijzonder lastig zou zijn. Aard en opzet van de inzendingen verschilden ook binnen iedere categorie aanzienlijk. De jury heeft daarom de beoordelingscriteria scherper gedefinieerd. Zo is apart gelet op: 1. De nieuwswaarde van het onderzoek; 2. de opzet van het onderzoek; 3. de originaliteit van het onderwerp en 4. de toegankelijkheid van de presentatie. Daarnaast heeft de jury getracht antwoord te geven op de vraag wat de doelgroep was en of die is bereikt. Iedere inzending is in eerste instantie beoordeeld door twee juryleden. Een inzending moest op alle criteria hoog scoren om naar de tweede ronde door te gaan. Dat was het geval bij 24 inzendingen, die in de tweede ronde door alle juryleden zijn beoordeeld. Daar kwamen na intensief juryberaad tien nominaties uit voort. Vanzelfsprekend hebben juryleden die banden hebben met inzenders zich niet over de betreffende inzending gebogen. De jury kreeg bij het beoordelen te maken met complicaties die deels zijn toe te schrijven aan de aard van het hedendaagse onderzoeksjournalistieke werk: 1. Samenwerkingsprojecten tussen media, die we zeer toejuichen, zijn moeilijk te beoordelen als de inzenders niet exact aangeven wat hun aandeel in het project is geweest; 2. De indeling van de prijs in de presentatieplatforms tekst, audiovisueel en digitaal wringt, omdat de meeste media op meerdere platforms publiceren; 3. In het huidige reglement van de prijs zijn de beoordelingscriteria zo algemeen gesteld, dat inzenders niet makkelijk kunnen taxeren in hoeverre zij voor de prijs in aanmerking komen. Juryleden hebben veel werk om de inzendingen evenwichtig te beoordelen. Daarbij zijn de criteria voor wat inzendingen kunnen omvatten onvoldoende scherp gesteld. We kregen soms tientallen krantenberichten of blogposts, die zeer gevarieerd van kwaliteit waren. Wat hoort nog bij het onderzoek en wat niet meer? Tellen alleen de beste bijdragen in de beoordeling mee of ook de minder markante? De jury zal daarom met het VVOJ-bestuur in overleg treden over aanpassing van het reglement. Na al deze procedurele ernst doet het me genoegen u te kunnen melden dat dit jaar voor het eerst een Loep voor een digitale productie wordt uitgereikt. Drie jaar geleden werd ‘digitaal’ als aparte categorie geïntroduceerd, maar spijtig genoeg kon de jury in de afgelopen twee jaar 2
geen winnaar aanwijzen. De inzendingen waren weliswaar verdienstelijk, maar voldeden nog niet aan de hoge eisen die de jury stelt aan onderzoeksjournalistieke producties. Wel kende de jury in zowel 2013 als 2014 stimuleringsprijzen toe om te benadrukken dat deze digitale producties het niveau benaderden dat nodig is om een Loep te winnen. Dat niveau is dit jaar bereikt: twee producties zijn genomineerd voor de digitale Loep In het algemeen constateerde de jury veel goed klassiek onderzoek. Vele van deze producties vielen echter niet in de prijzen, omdat we de lat hoger konden leggen: we hebben tevens gezocht naar originaliteit in onderzoeksmethode, werkwijze of onderwerp. Een kritische noot valt te kraken over de presentatie van veel projecten. Die schiet er nogal eens bij in. Lappen tekst, talloze artikelen – rijp én groen – over één onderwerp, soms een aaneenschakeling van talking heads: daar wordt het publiek niet makkelijk mee gewonnen. Onderzoek vergt veel werk, maar dat hoeft het publiek niet altijd te zien. In de beperking toont zich de meester. Welnu, de nominaties en aanwijzing van de prijswinnaars per categorie.
CAT EGORIE: A A NMOEDIGINGSPRI JS Het is ieder jaar prettig de inzendingen van starters te bekijken en te constateren dat jonge journalisten graag de (vaak Afrikaanse) buitenwereld intrekken op zoek naar een onthullend of verrassend verhaal. Anderen analyseren massa’s gegevens uit digitale databanken en/of archieven, daarbij niet zelden gebruikmakend van de kennis van hun publiek. Aan moed en doorzettingsvermogen ontbreekt het de jonge inzenders zeker niet. Deze inspanningen leveren nog niet altijd Loep-waardig materiaal op, al zaten onder de niet-geselecteerde inzendingen interessante, mooie en zelfs hartverwarmende reportages. Om voor de Loep in aanmerking te komen, misten ze vaak nog structuur, diepgang, uitwerking, presentatie of – toch niet onbelangrijk – een echte onthulling. Van de vier inzendingen die de eerste rondes overleefden, bleven na grondig beraad de volgende twee nominaties over:
Anoek Nuyens (Apache) en Lynn Berger (De Correspondent): Dossier Staatsgeheimen Waarom zijn dossiers ooit als ‘geheim’ gecatalogeerd door de overheid en wat vertellen die over de samenleving van vroeger en nu? Die vragen zetten Anoek Nuyens en Lynn Berger ertoe aan zich door een massa pas vrijgekomen archiefmateriaal te worstelen. Dat zouden meer journalisten vaker moeten doen, oordeelde de jury. Tussen de vrijgegeven dossiers vonden ze in Nederland ‘vertrouwelijke’ dossiers, die eigenlijk pas in 2060 openbaar gemaakt mogen worden. Ze constateerden ook met verbazing dat de collaboratiedossiers in België nog steeds niet toegankelijk zijn voor het grote publiek. En die bekendmaking had impact: na de publicatie liet de nieuwe Vlaamse staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, Elke Sleurs (N-VA), weten daarin verandering te willen brengen. Een prettige bijkomstigheid is dat een groot deel van het onderzoek plaatsvond in het Nationale Archief in Den Haag, waar deze VVOJ Conferentie plaatsvindt.
3
Anne de Blok, Frederick Mansell (Brandpunt / Reporter): Vissen naar Subsidies In deze reportage vertelt Anne de Blok hoe Brabantse varkensboeren werden omgeturnd tot viskwekers, waarna ze zakelijk werden fijngeknepen door een dubieuze, maar zeer genereuze Europese subsidieregeling aan een concurrent. Dit absurde verhaal, dat zij aan het eind van haar stage hoorde, zocht ze in haar eentje verder uit. Anne de Blok wist haar verhaal te slijten aan Brandpunt, dat er een mooie en heldere televisiereportage van maakte.
CO N C LU S I E Origineel en sluitend onderzoek, met hoge maatschappelijke relevantie en veel nieuwswaarde, en dat alles in een mooie vorm gegoten, dat is wat de Loep beloont. Vissen naar subsidie van Anne de Blok en Frederick Mansell beantwoordt zonder meer aan deze criteria en is de Aanmoedigingsprijs dus meer dan waard.
CAT EGORIE: T EKS T Voor de inzendingen in de categorie tekst is veel goed onderzoek gedaan met klassieke onderzoeksmethoden, zoals het uitpluizen van documenten en het raadplegen van bronnen. Daarnaast berustte dit jaar veel onderzoek op tips of door klokkenluiders gelekte dossiers. Dat is mooi, maar doet ook de vraag opkomen of de onderzoeksjournalistiek in voldoende mate een eigen agenda heeft, met eigen vragen en eigen besluiten over welk onderwerp het navolgen waard is. Of is dit toeval? In de categorie tekst heeft de jury genomineerd:
Bram van der Heijden en Serge Sekhuis (Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad): Defensie en de doofpot van giftige chroom6-verf Na een tip van een raadslid over grondwatervervuiling op een NAVO-terrein ontdekken de verslaggevers al snel iets veel kwalijkers: defensiewerknemers hebben jarenlang met giftige chroom6-houdende verf legervoertuigen onderhouden. Het lijkt erop dat velen van hen daar ziek van zijn geworden. Al snel vermoeden de verslaggevers dat Defensie dat risico al jarenlang kende en niets heeft ondernomen. Het onderzoek richt zich erop dat te verifiëren en op de vraag of er een aantoonbaar verband is tussen verf en gezondheidsklachten. Honderden documenten zijn doorgenomen en systematisch geordend om ze snel te kunnen doorzoeken. Er is gesproken met oud-medewerkers, die zich deels aanmeldden na oproepen in de krant. De informatie uit de gesprekken is digitaal geordend en voorgelegd aan deskundigen. Een Wob-verzoek werd lang tegengewerkt, maar de uiteindelijk daaruit verkregen documenten tonen aan dat Defensie niets heeft gedaan om gezondheidsklachten van medewerkers te voorkomen, terwijl de risico’s bekend waren. De jury bewondert het open oog waarmee de verslaggevers het onderzoek begonnen. Ze keken verder dan de tip en zagen er geen been in de focus van het onderzoek te verleggen naar chroom6 toen daar meer te halen bleek. Ook is er veel respect voor de pragmatische stapeling van onderzoeksmethoden en de systematische manier van werken. Terwijl de publicatiedruk toenam, omdat na de eerste publicaties ook concurrenten met het onderwerp aan de slag gingen, hebben de verslaggevers vastgehouden aan hun grondige manier 4
van werken. Het resultaat staat als een huis: goed onderbouwd nieuws dat Defensie laks is omgegaan met de gezondheidsklachten van de eigen medewerkers. Vaststellen dat medewerkers ziek zijn geworden door chroom6 hebben de verslaggevers aan het RIVM moeten overlaten, maar ze hebben het wel zo aannemelijk kunnen maken dat Defensie alvast is begonnen de meest schrijnende gevallen te compenseren.
Lars Bové (De Tijd), Kristof Clerix (MO*magazine), Martijn Roessingh, Jan Kleinnijenhuis en Han Koch (Trouw): Luxleaks Een aan het internationale journalistenconsortium ICIJ gelekte database met Luxemburgse belastingakkoorden (‘rulings’) is de start van een internationaal onderzoek door journalisten uit 26 landen. Zij gaan per land na wat de akkoorden met Luxemburg behelzen en hoeveel belasting er is ontdoken. Na een door ICIJ georganiseerde startbijeenkomst, waar onder meer de fiscaal-technische materie wordt toegelicht door een belastingdeskundige, zijn landenteams geformeerd. De inzenders voor de Loep vormen het Nederlandse team en het Nederlandstalige deel van het Belgische team. Ze hebben intensief contact gedurende het onderzoek, sparren onderling en reageren op elkaars resultaten. Ook maken ze gebruik van een online platform voor alle participanten, waarmee onderzoeksresultaten worden gedeeld. Het onderzoek van de Vlaamse en Nederlandse journalisten is klassiek van opzet. Schriftelijke (register, jaarverslagen) en levende bronnen worden geraadpleegd en resultaten worden voorgelegd aan fiscale experts voor interpretatie en verdere uitleg. Het vragen van weerwoord bij bedrijven verliep moeizaam, omdat de meeste niet wilden reageren. Het uiteindelijke resultaat bestaat uit verschillende verhalen voor de Vlaamse en Nederlandse media, gebaseerd op gezamenlijk vergaarde inhoud. Daarnaast werd gebruik gemaakt van verhalen geproduceerd door ICIJ: een openingsartikel en een achtergrondartikel over vier grote consultancybedrijven. De jury heeft grote bewondering voor de internationale opzet van dit onderzoek. Weliswaar is de samenwerking op zichzelf niet een verdienste van de inzenders, maar zij hebben het wel aangedurfd mee te doen, over taal- en cultuurbarrières heen te stappen en zich open te stellen voor het delen van werk met andere media. En dat terwijl het over technisch zware kost gaat. Als jury van een internationale prijs voor onderzoeksjournalistiek juichen we dat toe. De gekozen onderzoeksmethoden zijn misschien niet bijzonder creatief, maar we hebben veel respect voor de volharding die de verslaggevers aan de dag hebben gelegd om de materie te doorgronden en de feiten te checken. Het resultaat mag er dan ook zijn, nu is vast komen te staan dat grote internationaal werkende bedrijven en families worden bevoordeeld door belastingdiensten, terwijl kleine ondernemers en burgers het volle pond moeten betalen.
Siem Eikelenboom, Yteke de Jong en Jeroen Molenaar (FD): reconstructie van het Imtechdrama Als Royal Imtech uit Gouda een rapport publiceert waarin verantwoording wordt afgelegd voor een omvangrijke interne fraude, krijgen de inzenders het gevoel dat er iets niet pluis is. Is dit niet vooral een rapport om de betrokken bestuurders uit de wind te houden? Ze starten een onderzoek om erachter te komen hoe de interne fraude precies in elkaar steekt. Op de klassieke manier, door betrokkenen, experts en documenten te raadplegen. Dit alles onder grote druk door de tegenwerking van Imtech, dat niet schroomt de hoofdredactie van het FD te benaderen. In vier artikelen is komen vast te staan dat de omvang van de fraude veel groter is dan het miljardenbedrijf beweerde, dat de rol van vroegere bestuurders daarin veel groter was dan men deed voorkomen en dat het beeld niet klopt dat het bedrijf slachtoffer is geworden van externe omstandigheden. 5
De jury heeft grote bewondering voor de alertheid van de verslaggevers als het gaat om het ontdekken van onderzoeksonderwerpen. Een rapport dat was bedoeld als cover-up was voor de verslaggevers het begin van een ontmaskering. De aanpak om te beginnen met een reconstructie heeft goed gewerkt. Zo ontstond een tijdlijn die het makkelijker maakte de omvang van de fraude te achterhalen. Tenslotte verdienen de verslaggevers groot respect omdat zij erin zijn geslaagd een miljardenbedrijf, dat alles op alles zette om de ware gang van zaken onder de pet te houden, open te breken. Met als resultaat het inzicht dat ook het bestuur van zo’n groot bedrijf er een beleidsmatig en organisatorisch rommeltje van kan maken. Hoezeer de verslaggevers het daarmee bij het rechte eind hadden, is wel gebleken nu het bedrijf in onderdelen is verkocht.
CO N C LU S I E Deze drie inzendingen verdienen het allemaal om de Loep van 2015 te winnen. De onderzoeken gaan over ingewikkelde onderwerpen, ze zijn het resultaat van veel doorzettingsvermogen, klassieke onderzoeksmethoden zijn perfect toegepast en voor de doelgroepen van de verschillende media zijn zeer relevante resultaten opgeleverd. Na lang beraad heeft de jury besloten te kiezen voor de inzending die een extra handicap in het onderzoek heeft moeten overwinnen: internationale samenwerking. De winnaar van de Loep 2015 in de categorie tekst is daarom: Luxleaks door Lars Bové (De Tijd), Kristof Clerix (MO*magazine), Martijn Roessingh, Jan Kleinnijenhuis en Han Koch (Trouw).
CAT EGORIE: AUDIOV ISUEEL De jury was verheugd over de hoge kwaliteit van de inzendingen. De onderzoeken bevatten grondig, klassiek journalistiek uitzoekwerk. De relevantie van de inzendingen was eveneens groot: ze ontstegen de incidentenjournalistiek en onthulden complete systemen en hun tekortkomingen. De jury nomineert ook dit jaar geen radio-uitzending. Hoewel er een flink aantal interessante en relevante inzendingen waren, bleven de onderzoeksmethoden achter. Vanwege hun relevantie, impact en onderzoeksmethoden nomineert de jury wel de volgende drie uitzendingen.
Jet Schouten en Linda Stoltenberg (Radar): Mandarijnennetjes als implantaat - goedkeuring implantaten is een farce Met ‘Mandarijnennetjes als implantaat’ presenteert Radar een schoolvoorbeeld van het adagium ‘show, don’t tell’. De kijker wordt meegenomen op een steeds absurdere tocht langs de Europese medische keuring van implantaten. Met het uitpluizen van één vraag – kan een mandarijnennetje doorgaan voor medisch implantaat? – stelt Radar een, structureel probleem aan de kaak dat velen malen groter is: de controle op medische hulpmiddelen is te koop. Gedegen toezicht ontbreekt en de markt van medische certificaten is simpelweg rot. De jury prijst Radar voor het gebruik van ondernemend onderzoek. Door in de uitzending een ‘making of’ van haar eigen onderzoek te laten zien, wordt de kijker deelgenoot van het onderzoeksproces. Medewerkers van het programma deden zich voor als fabrikant van een nieuw soort bekkenbodemmatje, een hulpmiddel voor vrouwen die last hebben van bekkenverzakkingen. 6
In werkelijkheid was het een mandarijnennetje. Under cover volgen de Radar-journalisten alle stappen naar goedkeuring van drie zogenaamde ‘Notified Bodies’, zodat het mandarijnennetje de medische markt op kan. De Notified Bodies blijken commerciële bedrijven te zijn, zonder artsen in dienst, die op basis van een ‘technisch dossier’ het medisch instrument goedkeuren. Met hulp van een wetenschapper uit Oxford bouwen de makers van Radar in het dossier zelfs een aantal valstrikken in, die eerder op gevaar van hun mandarijnennetjes/matjes wijzen dan op de vermeende veiligheid ervan. Waar de Notified Bodies zouden moeten handelen in het publieke belang en de netjes zouden moeten afkeuren, laat Radar zien dat de Europese controle op medische hulpmiddelen een industrie is waar alles te koop is. De netjes ontvangen de benodigde goedkeuring zonder enig probleem. Het programma gaat simpel, maar transparant te werk. De kijker ziet de gesprekken met artsen en patiënten en de verborgen-camerabezoeken aan de Notified Bodies. Maar Radar maakt tevens gebruik van gedegen onderzoekstechnieken: de makers doen onderzoek in archieven en baseren zich op openbare documenten en rapporten. Zo toont Radar op indringende wijze de zwakke plekken uit het Europese systeem voor de keuring van medische hulpmiddelen. De kijker blijft verbaasd, verontwaardigd en ietwat ontredderd achter.
Miranda Grit en Sietze van Loosdregt (De monitor): Hoe sociaal is de sociale dienst? Op indringende wijze tonen de makers van De Monitor de gevolgen van de bezuinigingen in de sociale sector. De jury prijst het feit dat de onderzoekers hun werkproces vrijwel geheel inzichtelijk maken voor de kijker. Het onderzoek volgt een sterke opbouw, onderzoeksvragen worden helder medegedeeld en de kijker wordt gedwongen het onderzoek scherp te volgen. Wat begon met een nieuwsbericht in de krant, groeide uit tot een gedegen onderzoek, waarbij de tips van kijkers van grote toegevoegde waarde waren. Door het systematisch oppakken van klachten, het uitpluizen van incidenten en het uitzetten van een enquête stijgt het programma uit boven incidentenjournalistiek. De Monitor heeft op deze manier een duidelijk licht geworpen op de keten van misstanden in de sociale dienst. We krijgen duidelijk te zien hoe de financiële druk op de sociale dienst leidt tot willekeurig beleid tussen gemeentes en dubieuze inzet van detectivebureaus. Sociale diensten worden aangezet om burgers te ontmoedigen en hen bewust met een kluitje het riet in te sturen. Bovendien gaat het programma online verder. Het is wat lastig navigeren, maar kijkers kunnen op de website een groot dossier vinden. Het tv-programma brengt zo op een heldere manier een overtuigende analyse. Dankzij De Monitor zien wij de participatiesamenleving in de praktijk.
Norbert Reintjens en Sander Rietveld (Zembla): Wie is de mol? Met een tip in de vorm van een goed gevulde USB-stick gingen de onderzoekers van Zembla maanden aan de slag. Het leidde tot dusver tot drie uitzendingen, waarvan de jury er twee heeft beoordeeld. De eerste uitzending biedt door het uitpluizen van een reeks voorbeelden de kijker een scherp beeld hoe één ICT-bedrijf overheidsopdrachten verwerft. We krijgen te zien hoe Ordina op vrijwel alle niveaus van de overheid, van Defensie in Uruzgan tot de gemeente Rotterdam, haar medewerkers naar binnen wurmt. Medewerkers moeten zo lang mogelijk op projecten blijven zitten en tips voor nieuwe klussen doorspelen aan het moederbedrijf. De uitzending suggereert dat er sprake zou zijn van ‘een tweede bouwfraude’. Deze claim wordt niet voldoende hard gemaakt. Met de tweede uitzending onthult Zembla de praktijk van smeren en fêteren in de ICT-branche. Ambtenaren worden strategisch en bewust in de watten gelegd, ICT-bedrijven zoeken daarbij willens en wetens de randen van het toelaatbare op. 7
Dit vult het eerste onderzoek zeer goed aan, omdat de focus breder is en het goed licht werpt op de relatie tussen de overheid en het bedrijfsleven. Ook de verantwoordelijkheid van de overheid wordt beter onder de loep genomen. Opmerkelijk is dat overheidsinstanties gevoelig zijn voor oneigenlijke beïnvloeding en topambtenaren zich soms niet eens lijken te realiseren dat ze hun eigen aanbestedingsregels overtreden. Het is een relevant onderzoek over een relevant thema. Niet alleen biedt het een inkijkje in de wereld van de ICT-sector, maar het laat ook zien hoe gevoelig de overheid is voor deze praktijken. De jury wil de makers prijzen dat het hen is gelukt om uiterst complexe materie die nauwelijks tot de verbeelding spreekt, toch helder uit te leggen en er spannend programma van te maken.
CO N C LU S I E De jury heeft besloten de prijs toe te kennen aan Radar. De makers laten aan de hand van één voorbeeld op overtuigende wijze zien hoe een compleet systeem faalt. De makers tonen met hun mandarijnennetje het falen op alle onderdelen van het Europees medisch toezicht. De zoektocht is helder in beeld gebracht en laat de kijker onthutst achter.
DIGI TA A L Dit jaar is er voor het eerst een winnaar in de categorie ‘digitaal’. Een digitale Loep winnen is geen sinecure. Want er moet sprake zijn van uitmuntende, onthullende onderzoeksjournalistiek én bij de presentatie moet gebruik gemaakt zijn van de specifieke (interactieve) mogelijkheden van digitale media. Dit jaar voldeden twee inzendingen aan die criteria. Bovendien maakten beide inzendingen gebruik van digitale onderzoeksmethoden waarvoor behoorlijke expertise vereist is. De jury is blij om te kunnen constateren dat hieruit blijkt dat de digitale onderzoeksjournalistiek in Nederland weer een stap voorwaarts heeft gezet.
Sybren Kooistra en Jeroen Trommelen (de Volkskrant): Marktplaats van de drugs Sybren Kooistra en Jeroen Trommelen zijn afgedaald in de krochten van het ‘deep web’: de onzichtbare delen van het internet die je niet bereikt met een zoekopdracht op Google. Er was dus het nodige vernuft nodig om de illegale drugswinkels op internet binnen te dringen. En nog meer vernuft om ze alle gegevens te ontfutselen over de hoeveelheden drugs die er verhandeld worden. Kooistra en Trommelen kregen het voor elkaar met een scraper: een computerprogramma om data uit een website te trekken. Maar dat ging niet zonder slag of stoot, want de illegale marktplaatsen zijn erop gebouwd om ongewenst bezoek (lees: politie) te herkennen en te weren. Daarom pasten ze een truc toe: de scraper werd ingesteld om via willekeurige patronen data van de sites te oogsten. Hun zoektocht zorgde voor een onthullende kijk in een wereld die anders voor ons verborgen zou zijn gebleven. In de online productie ‘Marktplaats van de drugs’ zijn de verzamelde gegevens gepresenteerd in een serie interactieve grafieken, aangevuld met een begeleidend verhaal, een interview met een illegale online drugshandelaar en een uitlegartikel (‘Anoniem drugs kopen doe je zo’). De jury prijst de inventieve onderzoeksmethode die in dit onderzoek is gebruikt.
8
Dimitri Tokmetzis (De Correspondent): Dit gebeurt er allemaal onder de motorkap van je smartphone Vorig jaar ontving Dimitri Tokmetzis samen met zijn collega Maurits Martijn van de jury een stimuleringsprijs voor een tweeluik over privacy in de digitale wereld. In het juryrapport stond: “De jury wil beide journalisten met de toekenning van de stimuleringsprijs van harte aanmoedigen om door te gaan met hun digitale onderzoekswerk naar privacy in de digitale wereld.” Dat heeft Tokmetzis gedaan met een onderzoek naar de vraag wat apps op je smartphone ongemerkt aan privégegevens inpikken. Dat was niet eenvoudig, Tokmetzis moest het dataverkeer van zijn smartphone omleiden naar zijn laptop. Om ook beveiligd dataverkeer te kunnen onderscheppen moest hij een vals beveiligingscertificaat installeren. Over zijn werkwijze schreef hij een nauwgezette verantwoording: ‘Hoe ik het smartphone-onderzoek heb uitgevoerd’. De jury is onder de indruk van de wijze waarop Tokmetzis dit onderzoek heeft uitgevoerd. Bovendien heeft hij zijn zoektocht in een aantrekkelijke vertelvorm gegoten: hij neemt de lezer aan de hand mee om mee te maken hoe hij zijn onderzoek heeft gedaan en wat het heeft opgeleverd. De vormgeving van de productie is bovendien fraai, met relevante graphics, uitklaptoelichtingen en verwijzingen naar relevante andere publicaties.
CO N C LU S I E De jury is tot het oordeel gekomen dat Dimitri Tokmetzis met zijn onderzoek naar wat er allemaal gebeurt onder de motorkap van je smartphone een verdiende en volwaardige winnaar is van de Digitale Loep 2015.
Namens de jury dank ik het secretariaat van de VVOJ voor het organiseren van het jurywerk. Alle juryleden dank ik hartelijk voor hun trouwe jurydienst. Op naar de Loep 2016.
Marc Chavannes, voorzitter Den Haag, november 2015
De jury van De Loep 2015: Marjan Agerbeek, Henk Blanken, Hilde Geens, Belia Heilbron, Marnix Koolhaas, Thomas Muntz, Alexander Pleijter, Els Vandersypen, Trees Verleyen en Marc Chavannes, voorzitter.
9