De intreeredes en alle promoties worden gehouden in de Aula van de TU Delft, Mekelweg 5, Delft
Intreeredes In de wetenschap van succesvolle produkten
07 juni 2006 | 15.00 uur Prof.dr. C.J.P.M. de Bont | Faculteit Industrieel Ontwerpen
Wat maakt een produkt succesvol en hoe kan de wetenschap hieraan bijdragen? 23 juni 2006 | 15.00 uur Prof. U. Knaack | Faculteit Bouwkunde
Promoties Sonar
02 juni 2006 | 10.00 uur hr. J. Groen | wiskundig ingenieur promotoren | Prof.dr.ir. A. Gisolf (fac TNW) en prof.dr. D.G. Simons (fac LR)
Adaptive motion compensation in sonar array processing Voor verder lezen: - Josef Bigun, Vision with direction a systematic introduction to image processing and computer vision, 2006 - Kaluri Venkata Rangarao, Digital signal processing a practitioner’s approach, 2005 - Jonathan M. Blackledge, Digital image processing mathematical and computational methods, 2005
Sensor
06 juni 2006 | 10.00 uur hr. S.F. Persa | Diploma de Studii Aprofundate in moderne Telecommunicatie technieken, U. Tehnica din Cluj-Napoca, Roemenië promotoren | Prof.dr. I.T. Young (fac TNW) en prof.dr.ir. R.L. Lagendijk (fac EWI) toeg.prom. | Dr.ir. P.P. Jonker (UHD-fac TNW)
Sensor fusion in head pose tracking for augmented reality Voor verder lezen: - Ivan Kadar, Signal processing, sensor fusion, and target recognition XIV: 28-30 March 2005, Orlando, Florida, USA, 2005 - Frank Cremer, Polarimetric infrared and sensor fusion for the detection of landmines, 2003 - Gee Wah Ng, Intelligent systems - fusion, tracking and control by Gee Wah Ng, 2003
Chirurgie
06 juni 2006 | 12.30 uur hr. F. Tatar | inginer electric and communication, U.Technica din Cluj-Napoca, Roemenië promoter | Prof.dr. P.J. French (fac EWI) toeg.prom. | Dr.ir. A. Bossche (UHD-fac EWI)
Ultrasound 3D positioning system for surgical instruments Voor verder lezen: - Thomas L. Szabo, Diagnostic ultrasound imaging inside out, 2004
Brandstof
06 juni 2006 | 15.00 uur hr. S.M. Kuijper | doctorandus in de biologie promotoren | Prof.dr. J.T. Pronk en prof.dr. J.P. van Dijken (fac TNW)
Engineering of saccharomyces cerevisiae for production of fuel ethanol from xylose Om uiteenlopende redenen is men op zoek naar alternatieven voor fossiele brandstoffen. Een van deze alternatieven is ethanol gemaakt uit plantenmateriaal. Waneer dit plantenmateriaal door middel van hydrolyse wordt afgebroken tot de suikermonomeren bestaat een substantieel deel hiervan uit xylose, een suiker met 5 koolstofatomen ook wel pentose genoemd. In tegenstelling tot de suikers met 6 koolstofatomen (hexoses) kan een wildtype bakkersgist pentoses niet omzetten in ethanol. De meest toegepaste methode voor de productie van ethanol is fermentatie met Saccharomyces cerevisiae beter bekend als bakkersgist. Voor een economisch rendabele productie van bioethanol uit plantenmateriaal is een organisme nodig dat naast de hexoses ook de pentoses van het hydrolysaat fermenteert tot alcohol. In de afgelopen 30 jaar is vaak geprobeerd xylose metabolisme te introduceren in bakkersgist met twee strategieën: - de introductie van bacteriële xylose isomerase genen, of - de introductie van de schimmel genen xylose reductase en xylitol dehydrogenase. Beide aanpakken zijn onsuccesvol gebleken. Het werk in dit proefschrift beschrijft een grote doorbraak in de anaërobe fermentatie van xylose door bakkersgist. De doorbraak kwam met de ontdekking van het eerste xylose isomerase in een prokaryoot, in de obligaat anaërobe schimmel Piromyces sp. E2. In tegenstelling tot de bacteriële xylose isomerases kon dit gen wel functioneel tot expressie worden gebracht in Saccharomyces cerevisiae. De introductie van het isomerase stelde de gist direct in staat onder aërobe condities te groeien op xylose als de enige koolstofbron. Uiteindelijk, met een gecombineerde aanpak van metabolic en evolutionary engineering werd een giststam ontwikkeld met een anaerobe groeisnelheid op xylose van 0.12 h-1 en een xylose consumptiesnelheid van 1.4 gram xylose per gram biomassa per uur. De eindconclusie die getrokken kan worden uit het in dit proefschrift beschreven onderzoek is is dat de kinetiek van xylosefermentatie nu niet langer een intrinsiek probleem vormt voor de industriële productie van bioethanol met gist. Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
1
Voordat het beschreven concept daadwerkelijk toegepast kan worden in een industriële fermentatie van lignocellulosehydrolysaat, is nog wel aanvullend onderzoek nodig naar de tolerantie van deze stam voor de remmers en zuren die aanwezig in hydrolysaten. Voor verder lezen: - H. Rothman, THE ALCOHOL ECONOMY; fuel ethanol and the Brazilian experience, 1983 - Schnittker Associates, ETHANOL: FARM AND FUEL ISSUES, 1980 - POTENTIAL OF ETHANOL AS A MOTOR VEHICLE FUEL; report to the honorable Max Baucus United States Senate, 1980
Herkenning
08 juni 2006 | 12.30 uur hr. P. Juszczak | Magister inźynier, Polen promotor | Prof.dr.ir. M.J.T. Reinders (fac EWI) toeg.prom. | Dr.ir. R.P.W. van Duin (UHD-fac EWI)
Learning to recognise, a study of one-class classification and active learning Het proefschrift behandelt classificatie problemen die onvoldoende bemonsterd zijn of waarvan de bemonstering van de klassen erg onevenwichtig is. Het proefschrift is verdeeld in drie delen. De eerste twee delen behandelen het probleem van één-klasse classificatie. In het één-klasse classificatie probleem wordt aangenomen dat er alleen voorbeelden van één van de klassen, de ‘doel’ klasse, beschikbaar zijn. Het feit dat er (vrijwel) geen voorbeelden van de andere klassen aanwezig zijn, maakt het één-klasse classificatie probleem een voorbeeld van een extreem onevenwichtig bemonsterd probleem. Hierdoor kan zo’n probleem niet goed beschreven worden door bestaande veel-klasse classificatoren. Echter, er bestaat de behoefte op zulke classificatie problemen op te lossen in vele theoretische en praktische problemen, zoals het leren van concepten, machine diagnostiek en gezichtsherkenning. In het derde gedeelde van het proefschrift behandelen we problemen die onvoldoende bemonsterd zijn door het toevoegen van extra objecten gedurende de training van multi-klasse classificatoren. De prestaties van de classifiers verbeteren significant. We onderzoeken twee methoden om met extra kennis een kleine train set te verbeteren door gebruik te maken van een grote ongelabelde data set: ’actief leren’ en ’semi-supervised leren’. Voor verder lezen: - Josef Bigun, Vision with direction a systematic introduction to image processing and computer vision, 2006 - Nikos Paragios, Yunmei Chen, Olivier Faugeras, Handbook of mathematical models in computer vision, 2006
Atoomdraden
08 juni 2006 | 15.00 uur hr. P.C. Snijders | materiaalkundig ingenieur promotoren | Prof. H.H. Weitering (U-Tennessee, USA) en prof.dr.ir. T.M. Klapwijk (fac TNW)
Electronic instabilities and structural fluctuations in selfassembled atom wires Één–dimensionale (1D) vaste stof systemen kunnen zich heel anders gedragen dan gerelateerde systemen met meer 2
Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
dimensies. Verhoogde interacties kunnen elektronische en structurele instabiliteiten veroorzaken. In dit licht zijn de volgende fundamentele vragen van belang voor een goed begrip van de eigenschappen van ultieme 1D systemen bestaande uit atomaire draden: Zijn atomaire draden, gemaakt door middel van zelf-organisatie op silicium (Si) oppervlakken eigenlijk wel stabiel? Bestaan er atomaire draden die bij lage temperatuur (nog) metallisch zijn? Welke rol spelen defecten in deze atomaire draden? Dit proefschrift probeert een antwoord op deze vragen te vinden. Atomaire draden werden gemaakt door zelforganisatie op gestapte Si oppervlakken. Door middel van Scanning Tunneling Microscopy en Density Functional Theory berekeningen is een volledige analyse van de (thermodynamische) stabiliteit van Gallium (Ga) atomaire draden op Si(112) gemaakt, inclusief de energetica van fluctuerende intrinsieke structurele defecten. Het blijkt dat de stabiele atomaire draden het oppervlak volledig passiveren, en dat de afstand tussen intrinsieke quasi-1D slingerende vacature lijnen staploos versteld kan worden door experimenteel de Ga chemische potentiaal aan te passen. Goud atomaire draden op het Si(553) oppervlak laten een incommensurabele metallische toestand zien bij kamertemperatuur. Bij lagere temperatuur blijken er twee wedijverende ladingsdichtheid golven (CDW) te ontstaan in één atomaire draad, vergezeld van een derde CDW tussen deze draden in. Defecten in de atomaire draden veroorzaken een interband ladingsoverdracht, hetgeen resulteert in commensurabele CDWs bij lage temperatuur. Als laatste zien we voor de eerste keer in de reële (tastbare) ruimte manipuleerbare fasesprongen in een CDW. Deze fase sprongen hebben een fractionele lading en spin. Voor verder lezen: - Hans Ludwig Hartnagel, Ramunas Katilius and Arvydas Matulionis, Microwave noise in semiconductor devices, 2001 - Osvaldo de Melo and Isaac Hernández-Calderón, Surface science and its applications: proceedings of the 9th Latin American congress, La Habana, Cuba, 5-9 July 1999, 2000
Onzekerheid
12 juni 2006 | 10.00 uur mw. H.M. Weening | doctorandus in de bestuurskunde promotor | Prof.mr.dr. J.A. de Bruijn (fac TBM)
Smart cities. Omgaan met onzekerheid Dit promotieonderzoek gaat over omgaan met onzekerheid in Smart City projecten. Dit zijn projecten waarbij ICT en online diensten worden ingezet om de sociaal-economische ontwikkeling van steden te stimuleren. Maar Smart City projecten worden bij uitstek gekenmerkt door onzekerheid. Allereerst op organisatorisch gebied: er zijn veel verschillende en wisselende actoren bij Smart City projecten betrokken, actoren die bovendien onderling van elkaar afhankelijk zijn. Daarnaast is op technisch gebied sprake van onzekerheid: Smart City projecten kennen veel verschillende technische componenten, waarbij de interdependentie tussen de dominante onderdelen infrastructuur en diensten kenmerkend is, en daarbij komt dat de technologie zich razendsnel en onvoorspelbaar ontwikkelt. In dit onderzoek zijn drie cases bestudeerd die laten zien hoe managers van Smart City projecten op verschillende
manieren omgaan met onzekerheid en hoe de betreffende managementstijl doorwerkt op het verloop en de uitkomsten van deze projecten. De Nederlandse casus Kenniswijk laat de effecten zien van de keuze om onzekerheid zoveel mogelijk te benutten. De Canadese casus SmartCapital laat het tegenovergestelde zien: wat gebeurt er als onzekerheid zoveel mogelijk wordt beheerst? De Ierse casus Ennis Information Age Town ten slotte toont de effecten van een gemengde strategie waarbij onzekerheid zowel wordt beheerst als benut. Smart Cities: Omgaan met onzekerheid is van belang voor onderzoekers, (publieke) managers en adviseurs die zich bezighouden met projecten die gekenmerkt worden door organisatorische en technische onzekerheid, zoals PPS- en technisch complexe projecten, en voor iedereen die is geïnteresseerd in het totstandkomingsproces van Smart Cities.
Imaging
12 juni 2006 | 12.30 uur hr. Suprijanto | sarjana teknik engineering physics, Institut Teknologi Bandung, Indonesië promotoren | Prof.dr. I.T. Young en prof.dr. A.M. Vossepoel (fac TNW)
Image processing for monitoring locally induced hyperthermia with magnetic resonance imaging Voor verder lezen: - Marinus T. Vlaardingerbroek, Magnetic resonance imaging theory and practice, 2004 - Reinaldo Perez, Design of medical electronic devices, 2002 - Hong Yan, Signal processing for magnetic resonance imaging and spectroscopy, 2002
Ondersteuning
12 juni 2006 | 15.00 uur hr. S.S. Özsariyildiz | Diploma of Architecture, Yildiz TU, Istanbul, Turkije promotoren | Prof.dr.ir. H.A.J. de Ridder (fac CiTG) en prof. dr.ir. S. Sariyildiz (fac Bk) toeg.prom. | Dr.ir. M.R. Beheshti (UHD-fac CiTG)
Inception support for large-scale construction projects: A knowledge modelling approach
Gaten
13 juni 2006 | 10.00 uur mw. V. Bana | Master of Science mechanical engineering, U. Miskolc, Hongarije promotoren | Prof. Dr.-Ing B. Karpuschewski (fac 3mE) en prof. J. Kundra’k (U-Miskolc, Hongarije)
Manufacturing of high precision bores Bij traditionele nabewerkingmethoden, zoals slijpen, wordt, met name bij de bewerking van geharde werkstukken, gebruik gemaakt van significante hoeveelheden koelsmeermiddel. Dit is schadelijk voor het milieu. Daarnaast heeft de procesontwikkeling zich gericht op het verlagen van de proceskosten en het vergroten van de flexibiliteit. Een van de belangrijkste factoren bij de ontwikkeling van nieuwe technologieën is de reductie van de bewerkingskosten en – tijd. In de jaren 70 zijn de eerste onderzoeken uitgevoerd om het harddraaiproces te ontwikkelen als een nieuwe technolo-
gie die aan dezelfde eisen kan voldoen als slijpen. De ontwikkeling van geavanceerde verspaningsmachines en PCBN snijgereedschappen in de jaren 90 maakte harddraaien beschikbaar voor industriële toepassing. Het is reeds bewezen dat harddraaien een geschikte technologie is voor het verspanen van gehard staal, er zijn echter weinig resultaten die het bewerken van gaten behandelen. Daarom moet de vervangbaarheid van slijpprocessen door harddraaien bij het bewerken van precisie gaten gedefinieerd worden in relatie tot de gat geometrie (gat diameter, lengte diameter verhouding, wanddikte verhouding). Tevens moet dit overgangsgebied van harddraaien naar slijpen worden gedefinieerd met betrekking tot de werkstuk toleranties. In sommige situaties kan het de moeite waard zijn om beide processen te combineren om zo een krachtige gecombineerde technologie te creëren. Daarom is een set vuistregels opgesteld om de keuze van het juiste proces in de werkvoorbereidingsfase te ondersteunen. Het onderzoekswerk richtte zich op de productie van gaten met hoge nauwkeurigheid, zoals toegepast in de automobiel industrie. De onderdelen, zoals tandwielen en injectie nozzles, zijn gehard om de levensduur en de functionaliteit te verbeteren. Het doel was om het juiste proces en de juiste proces condities te selecteren voor het vervaardigen van hoognauwkeurige gaten. De limiet van harddraaien is bekeken en het overgangsgebied tussen harddraaien en slijpen is gedefinieerd. Voor verder lezen: - Ioan D. Marinescu, Tribology of abrasive machining processes, 2004 - Ronald A. Walsh, McGraw-Hill machining and metalworking handbook, 2006 - Hassan El-Hofy, Advanced machining processes nontraditional and hybrid machining processes, 2005 - Bert P. Erdel, High-speed machining, 2003
Nanodraden
13 juni 2006 | 15.00 uur hr. J.A. van Dam | doctorandus in de technische natuurwetenschappen promotor | Prof.dr.ir. L.P. Kouwenhoven (fac TNW)
Quantum transportation semiconductor nanowires Dit proefschrift beschrijft experimenten gericht op het begrijpen van de elektrische transporteigenschappen van halfgeleider nanodraden bij lage temperaturen. De halfgeleider nanodraden (met een diameter van 1-100 nm) worden gegroeid uit nanodeeltjes van goud via een chemisch proces genaamd gas-vloeistof-vast (VLS) groei. De enorme veelzijdigheid van dit materiaalsysteem (bijv. in afmetingen en materialen) resulteert in een breed scala aan mogelijke toepassingen in de (opto-)elektronica. Tegelijkertijd biedt de veelzijdigheid van halfgeleider nanodraden nieuwe mogelijkheden voor het fundamenteel onderzoek naar quantummechanische transportverschijnselen. De quantummechanische eigenschappen van halfgeleider nanodraden worden zichtbaar bij lage temperaturen (beneden een paar Kelvin) en kunnen enorm verschillen van de transporteigenschappen bij kamertemperatuur. Bijvoorbeeld, de opsluiting van elektronen in een klein stukje nanodraad resulteert in een discreet energiespektrum en zo kan een quantum dot, of artificieel atoom, worden gevormd. Andere quantummechanische verschijnselen beschreven in dit proefschrift zijn gerelateerd aan supergeleiding. Door het gebruik van halfgeleider Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
3
nanodraden is het nu voor het eerst mogelijk een superstroom te meten door een quantum dot waarin ladingsinteracties domineren. Met dit nieuwe device is het mogelijk om de superstroom van richting om te keren door het toevoegen van één elektron aan de quantum dot. Voor verder lezen: - Zhong Lin Wang, Nanowires and nanobelts. Vol. 1. Metal and semiconductor nanowires: materials, properties and devices, 2006 - Supriyo Datta, Quantum transport atom to transistor, 2005 - Pablo David Jarillo-Herrero, Quantum transport in carbon nanotubes, 2005
Verbindingen
19 juni 2006 | 10.00 uur hr. E. Philibert Petit | Maestro en Arquitectura, U. Nacional Autónoma de Mexico promoter | Prof.dr. P. Drewe (fac Bk) toeg.prom. | Dr. E.D. Hulsbergen (UHD-fac Bk)
Connectivity-oriented urban projects
Infrastructuur
19 juni 2006 | 12.30 uur hr. M.L.C. de Bruijne | doctorandus in de bestuurskunde promotor | Prof.mr.dr. E.F. ten Heuvelhof (fac TBM)
Networked reliability. Institutional fragmentation and the reliability of service provision in critical infrastructures Kritieke infrastructuren vormen de bloedvaten van westerse maatschappijen. De diensten en producten die deze systemen leveren, zijn essentieel. In recent hervormde kritieke infrastructuren lijken zich de afgelopen jaren echter steeds vaker problemen voor te doen. Wat is er gebeurd in de kritieke infrastructuren? Vitale diensten worden niet langer geleverd door monopolistische publieke nutsbedrijven, maar door (geliberaliseerde) markten en netwerken van organisaties. Kritieke infrastructuren zijn institutioneel gefragmenteerd. Hoe hebben deze markthervormingen de betrouwbaarheid van de dienstverlening beïnvloedt? Dit proefschrift bestudeert het dagelijks functioneren van kritieke infrastructuren en gaat na hoe markthervormingen de totstandkoming van een betrouwbare dienstverlening beïnvloedt. Hoe worden organisaties die verantwoordelijk zijn voor het betrouwbaar functioneren van infrastructuren geraakt door markthervormingen en hoe gaan zij om met de gevolgen hiervan? Networked reliability beschrijft het functioneren van de California Independent System Operator (CAISO) tegen de achtergrond van markthervormingen in de elektriciteitssector en een daaruit voortvloeiende elektriciteitscrisis. Een tweede studie beschrijft hoe KPN Mobile in de Nederlandse, geliberaliseerde mobiele telefoniemarkt, haar mobiele netwerk bedient. Networked reliability belicht de consequenties van recente markthervormingen en institutionele fragmentatie voor het functioneren van kritieke infrastructuren en concludeert dat de betrouwbaarheid van de dienstverlening in toenemende mate het resultaat is van real-time operaties. Diegenen die werkzaam zijn in de controlekamers van kritieke infrastructuren moeten in een nieuwe, grillige en onvoorspelbare omgeving onconventionele middelen inzetten om een continue en betrouwbare dienstverlening te kunnen blijven 4
Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
realiseren.
Microscoop
19 juni 2006 | 15.00 uur hr. P.B. Turmezei | master of science in mechanical engineering, TU Budapest, Hongarije promoter | Prof.dr. P.J. French (fac EWI) toeg.prom. | Dr.ir. A. Bossche (UHD-fac EWI)
Integrated particle shape sensor (microscope on a chip) Voor verder lezen: - Bhaskar Krishnamachari, Networking wireless sensors, 2005 - Halit Eren, Electronic portable instruments design and applications, 2004
Filtratie
19 juni 2006 | 17.30 uur hr. H. Evenblij | civiel ingenieur, Nederland promotor | Prof.ir. J.H.J.M. van der Graaf (fac CiTG)
Filtration characterisation in MBR Mijn onderzoek gaat over de filtratie-eigenschappen van actiefslib in membraanbioreactoren. Ik heb een meetinstallatie en -protocol ontwikkeld waarmee filtreerbaarheid kan worden gekwantificeerd. Deze methode is toegepast bij een drietal MBR-installaties in Nederland. Opvallend resultaat is dat de filtreerbaarheid enorm varieert. Verder heb ik een aantal experimenten gedaan waarbij de filtreerbaarheid werd gemanipuleerd. Deze experimenten heb ik gebruikt om erachter te komen welke stoffen verantwoordelijk zijn voor membraanvervuiling in deze toepassing. Hierbij is vastgesteld dat de zogenaamde extracellulaire polymere substanties (proteinen en polysacchariden) niet gecorreleerd kunnen worden aan vervuilingsgedrag, iets wat in de literatuur algemeen werd aangenomen. Het onderzoek is gedurende 3,5 jaar gefinancierd door DHV Water bv.
Emissies
20 juni 2006 | 10.00 uur hr. B. Adouane | master of science in mechanical engineering promotoren | Prof.ir. J.P. van Buijtenen (fac 3mE) en prof.Dr.Ing. H. Spliethoff (TU München)
Low NOx emissions from fuel-bound nitrogen in gas turbine combustors Voor verder lezen: - Philip P. Walsh, Gas turbine performance, 2004 - Günter P. Merker, Simulating combustion simulation of combustion and pollutant formation for engine-development, 2006 - Kenneth K. Kuo, Principles of combustion, 2005
Prestaties
20 juni 2006 | 12.30 uur hr. S.G. Douma | werktuigkundig ingenieur promotor | Prof.dr.ir. P.M.J. Van den Hof (fac 3mE)
Form data performance. System identification uncertainty and robust control design Voor verder lezen: - Richard C. Dorf, Modern control systems, 2005 - S. Bittanti, P. Colaneri, Robust control design 2003 (ROCOND 2003): a proceedings volume from the 4th IFAC symposium, Milan, Italy, 25-27 June 2003, 2004 - P.N Paraskevopoulos, Modern control engineering, 2002
Nanobuisjes
20 juni 2006 | 15.00 uur hr. S. Sapmaz | natuurkundig ingenieur promotor | Prof.dr.ir. L.P. Kouwenhoven (fac TNW) toeg.prom. | Dr.ir. H.S.J. van der Zant (UHD-fac TNW)
Carbon nanotube quantum dots Lage temperatuur elektron transport metingen aan enkel wandige koolstof nanobuisjes zijn beschreven in dit proefschrift. Deze buisjes zijn kleine holle cilinders die uitsluitend uit koolstof atomen bestaan. Eindig lange nanobuizen vormen bij lage temperaturen (onder ~ 10K) kwantum dots. Vanwege zijn kleine afmetingen heeft een kwantum dot een discrete set van energie niveaus waarin elektronen geplaatst kunnen worden. Derhalve vertoont het in vele aspecten een gelijkenis met atomen. Het onderzoek dat hierin beschreven is richt zich op het begrijpen van kwantum dots in koolstof nanobuis. Tot voor kort, hebben we de koolstof nanobuis kwantum dots gefabriceerd door metalen contacten bovenop nanobuis segmenten te dampen. Op deze wijze vormen tunnelbarrières zich op een natuurlijke manier aan het nanobuismetaal raakvlak. De additie van een enkel elektron vergt een aanzienlijke energie vanwege de kleine afmetingen van de nanobuis. Bij lage temperaturen is deze energie afwezig en de nanobuis kwantum dot is dan in het ‘Coulomb blokkade’ regime. Door een ‘bias’ voltage tussen de elektroden of door het veranderen van de elektrostatische potentiaal van de kwantum dot kunnen we de Coulomb blokkade opheffen en derhalve enkel elektron tunnel processen door de barrières toestaan. Door het meten van de stroom door de nanobuis bestuderen wij het elektron transport gedrag van de nanobuis kwantum dot. Wij zijn hoofdzakelijk geïnteresseerd in nanobuis kwantum dots in het ‘gesloten’ kwantum dot regime. In dit regime zijn de tunnelbarrières erg hoog en de elektronen zijn goed opgesloten in de kwantum dot. Ook is de breedte van energie niveaus scherp gedefinieerd en is het mogelijk om nauwkeurig spectroscopische metingen te verrichten. Voor verder lezen: - Garnett W. Bryant, Glenn S. Solomon, Optics of quantum dots and wires, 2005 - Ronald Hanson, Electron spins in semiconductor quantum dots, 2005 - W. Dieter Heiss, Quantum dots: a doorway to nanoscale physics, 2005
Helder
20 juni 2006 | 17.30 uur hr. V.N. Tondare | Master of Philosophy in Physics, U. Poona, India promoter | Prof.dr.ir. P. Kruit (fac TNW)
Towards a high brightness, monochromatic electron impact gas ion source Voor verder lezen: - Andrew M. Ellis, Electronic and photoelectron spectroscopy fundamentals and case studies, 2005 - Majid Farahmand, A novel tissue-equivalent proportional counter based on a gas electron multiplier, 2004 - Thorwald León van Vuure, Thermal-neutron detection based on the gas electron multiplier, 2004
Ontwerpmethode
22 juni 2006 | 10.00 uur mw. O.E. Marinescu | Licenţiat în Fizică, Roemenië promotor | Prof.dr.ir. J.J.M. Braat (fac TNW)
Novel design methods for high-quality lithographic objectives Voor verder lezen: - Ali M. Khounsary, Udo Dinger, Kazuya Ota, Advances in mirror technology for X-ray, EUV lithography, laser, and other applications II: 5 August 2004, Denver, Colorado, USA, 2004 - Clivia M. Sotomayor Torres, Alternative lithography : unleashing the potentials of nanotechnology, 2003 - Hiroyoshi Tanabe, Photomask and next-generation lithography mask technology X : 16-18 April 2003, Yokohama, Japan, 2003
Kringlopen
23 juni 2006 | 10.00 uur hr. A. van Timmeren | bouwkundig ingenieur promotoren | Prof.ir. L.C. Röling, prof.ir. J. Kristinsson (em. hgl, (2001) fac Bk) en prof.ir. C.A.J. Duijvestein (fac Bk)
Autonomie én Heteronomie. Integratie van duurzame kringlopen in de gebouwde omgeving De methoden en technieken die worden toegepast bij de huidige essentiële infrastructuren voor de energie- en sanitatievoorziening zijn te duiden als traditioneel en centralisatie-paradigma volgend. Er is sprake van schaalvergroting. Door de globalisering in combinatie met de liberalisatie van de energie- en (in mindere mate) vaste afvalmarkt is dit zelfs structureel. Er is toenemende heteronomie van essentiële voorzieningen, vooral van energie en sanitatie. Stringente regelgeving maakt dit vaak onontkoombaar. Oplossingen voor nieuwe of bestaande problemen zijn daarbij als padafhankelijk en endogeen te karakteriseren. Er wordt slechts weinig gedaan aan de onderliggende milieuproblemen. Sterker nog, ook deze nieuwe oplossingen hebben vrijwel altijd onverwachte en onbedoelde neveneffecten, en kunnen opnieuw tot problemen leiden. Het besef dat andere, meer duurzame alternatieven gevonden kunnen worden door juist af te stappen van de specifieke kenmerken van de traditionele paradigma’s, lijkt bij een grote groep van de relevante actoren nog te ontbreken. Dit onderzoek benadrukt het belang voor volhoudbaarheid van een wederkerige relatie tussen centrale en decentrale systemen, en de integratie (interconnectie) van oplossingen voor de energie, afval en Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
5
afvalwatervoorziening. Gesteld kan worden dat differentiatie en flexibiliteit op het gebied van ruimtelijke ordening voorwaardelijk zijn om te kunnen inspelen op de onzekerheden op de lange termijn. Voorkomen moet worden dat het proces van verstedelijking en de uitleg van infrastructurele netwerken gebaseerd op het op afstand transporteren en oplossen van de essentiële stromen zich los van elkaar ontwikkelen. Een nauwkeurige, integrale (Eu)regionale planning gebaseerd op een combinatie van conventionele (centrale) systemen en toegevoegde decentrale systemen vermindert de risico’s van mogelijke impasse als gevolg van onvolhoudbaarheid van de bestaande netwerken en systemen, met alle bijkomende gezondheidsrisico’s. De cultuurfilosoof Ton Lemaire stelde hieromtrent “waar het op aan komt, is de juiste verhouding te vinden tussen het globale en het lokale. Het lokale zou door de globalisering niet teniet moeten worden gedaan maar opnieuw een plaats moeten krijgen”. Een uitwerking van volhoudbaarheid, voorzieningszekerheid en onafhankelijkheid lijkt zowel in geval van verdere ontwikkeling op grond van het toekomstpad van schaalvergroting (‘economies of scale’) als van decentralisatie (‘scale economy’) noodzakelijk, zo niet essentieel. Het komt neer op het combineren van voordelen van heteronomie en autonomie.
Zonnecel
26 juni 2006 | 10.00 uur mw. A.M.H.N. Petit | D’Ingenieur Dipl. Sciences et Techniques U. Lyon, Frankrijk promotoren | Prof.dr. C.I.M. Beenakker (fac EWI) en prof.dr.ir. D.C. Schram (TU Eindhoven) toeg.prom. | Dr. R.A.C.M.M. van Swaaij (UHD fac EWI)
Expanding thermal deposition of hydrogenated amorphous silicon for solar cells Voor verder lezen: - Martin A. Green, Third generation photovoltaics advanced solar energy conversion, 2006 - Bastiaan Arie Korevaar, Integration of expanding thermal plasma deposited hydrogenated amorphous silicon in solar cells, 2002 - Adrianus Johannes, High-temperature CVD silicon on ceramic substrates for solar cell applications, 2001
Controle
26 juni 2006 | 12.30 uur hr. P-J.A.T.M. van Overloop | werktuigkundig ingenieur promotoren | Prof.ir. R. Brouwer (fac CiTG) en prof.ir. O.H. Bosgra (fac 3mE)
Model predictive control on open water systems De mens is dagelijks afhankelijk van water, met name voor drinkwater en voedselvoorziening. Ook dient de mens zich te verdedigen tegen een teveel aan water. Om die reden worden waterstromen gemanipuleerd. Hiertoe worden regelbare kunstwerken, zoals schuiven en pompen gebruikt. De manier waarop deze kunstwerken worden ingesteld, afhankelijk van de wensen van de gemeenschappen van mensen, betreft het onderzoeksgebied van de meet- en regeltechniek, binnen het waterbeheer, ook wel operationeel waterbeheer genaamd. In het promotieonderzoek Model Predictive Control on open Water Systems is de relatief nieuwe regelmethodiek Model Predictive Control geconfigureerd voor toepassing op het 6
Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
waterkwantiteitsbeheer van open watersystemen, met name op irrigatie en grote drainagesystemen. Deze regelmethodiek is vergeleken met de klassieke regelmethodieken Feedback en Feedforward om de potentie ervan aan te tonen, vooral voor de problematiek rondom het beheer van open watersystemen. De methodiek maakt gebruik van een intern model van het watersysteem, dat optimale regelacties berekent over een voorspelhorizon. Binnen de uitgevoerde optimalisatie wordt rekening gehouden met de beperkingen die gelden voor de kunstwerken. De optimalisaties worden iedere regeltijdstap herhaald, waarbij alleen de eerstvolgende set van regelacties wordt uitgevoerd. Hierdoor ontstaat een geregeld watersysteem met een continue optimale handhaving van het regeldoel, rekening houdend met verwachtingen, zoals extreme neerslag of irrigatiebehoefte en met de beperkingen die gelden in het watersysteem. De regelmethodiek is toegepast op nauwkeurige open watermodellen en op werkelijke irrigatie en drainage systemen. De resultaten van deze testen tonen duidelijk de meerwaarde aan ten opzichte van de klassieke regelmethodieken. Door de generieke opzet van de methodiek, geeft deze de mogelijkheid tot uitbreiden naar tal van aanliggende werkgebieden, zoals waterkwaliteit, waterkrachtopwekking en toepassing op andere type watersystemen zoals reservoir en rioolstelsels.
Optimalisatie
26 juni 2006 | 15.00 uur hr. V. Cuoco | Laurea Ingegneria Elettronica U. Napoli, Italië promotor | Prof.dr.-ing. J. Burghartz (fac EWI) toeg.prom. | Dr.ing. L.C.N. de Vreede (UHD-fac EWI)
“Smoothie - A model for linearity optimization of FET devices in RF applications” Voor verder lezen: - Yongwang Ding, High-linearity CMOS RF front-end circuits, 2005 - David J. Allstot, Parasitic-aware optimization of CMOS RF circuits by David J. Allstot, Kiyong Choi and Jinho Park, 2003
Urine
26 juni 2006 | 17.30 uur hr. J.A. Wilsenach | Bachelor of Engineering in Water Resources, Zuid Afrika promoter | Prof.dr.ir. M.C.M. van Loosdrecht (fac TNW)
Treatment of source-separated urine and its effects on wastewater systems Voor verder lezen: - Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA), Separate urine collection and treatment: options for sustainable wastewater systems and mineral recovery, 2002 - U. M. Shamsi, GIS applications for water, wastewater, and stormwater systems, 2005 - Paul Seidenstat, Management innovation in U.S. public water and wastewater systems, 2005
Regulering
27 juni 2006 | 10.00 uur hr. A.J. Barendse | Masters in Business Administration, U. Cape Town, Zuid Afrika promotoren | Prof.dr. W.H. Melody (em.hgl(2002) fac TBM) en prof.dr. J.P.M. Groenewegen (fac TBM) toeg.prom. | Dr. R.W. Kunneke (UHD-fac TBM)
Regional regulation as a new form of telecom sector governance: the interactions with technological socio-economic systems and market performance Voor verder lezen: - Yusaf H. Akbar, The multinational enterprise, EU enlargement and Central Europe: the effects of regulatory convergence, 2003 - Paul de Bijl, Regulation and entry into telecommunications markets by Paul de Bijl and Martin Peitz, 2002 - Martin E. Cave, Sumit K. Majumdar and Ingo Vogelsang, Handbook of telecommunications economics. Vol.1 : structure, regulation and competition, 2002
Golffront
27 juni 2006 | 12.30 uur hr. O.A. Soloviev | Diploma Applied Lomonosov Moscow State U., Rusland promoter | Prof.dr. P.J. French (fac EWI) toeg.prom. | Dr.ir. G.V. Vdovin (UHD-fac EWI)
Mathematics,
Methods and sensors for accurate wavefront measurements Golffrontmetingen zijn belangrijk in zowel adaptieve optica alsmede in optische fabricage. Er zijn verscheidene golffront sensoren beschikbaar die zijn gebaseerd op interferometrische principes of de Hartmann methode. In het uitgevoerde onderzoek zijn specifieke technologieën onderzocht die een bijdrage kunnen leveren aan het verhogen van de nauwkeurigheid van bestaande golffront sensoren. Dit is gedaan door het golffront reconstructie algoritme te optimaliseren of door de hardware te optimaliseren. De drie hoofdonderwerpen van dit proefschrift zijn: interferogram analyse, optimaliseren van de Hartmannmasker geometrie en het ontwerp van een 2D heterodyne fase detector. Voor verder lezen: - P. Hariharan. Optical interferometry. Academic Press, 2nd edn. (2003). - D. Malacara, M. Servin, and Z. Malacara. Interferogram analysis for optical testing. - Marcel Dekker, Inc., New York, Basel, Hong Kong (1998). - R. K. Tyson. Principles of adaptive opticsrieg. Academic Press, 2nd edn. (1998).
Intuïtie
27 juni 2006 | 15.00 uur hr. R.P. Groeneveld | doctorandus in de psychologie promotoren | Prof.dr.ir. J.A. Buijs (fac IO) en prof.drs. A.D.M. Elders (U-van Humanistiek) toeg.prom. | Dr. A. Smaling (U-van Humanistiek)
Slib
27 juni 2006 | 17.30 uur mw. M.K. de Kreuk | ingenieur in de milieuhygiëne promotoren | Prof.dr.ir. M.C.M. van Loosdrecht en prof.dr.ir. J.J. Heijnen (fac TNW) Aerobic granular sludge – scaling up a new technology De meeste conventionele afvalwaterzuiveringen hebben een groot oppervlak nodig om het afvalwater te reinigen. Dit komt doordat de biomassa, waarmee het afvalwater wordt gereinigd in vlokkige open structuren groeit, waardoor slibconcentraties in de reactietanks laag zijn en bezinktijden lang om de biomassa in het systeem te houden. Tijdens dit promotieonderzoek is een nieuwe compacte technologie voor afvalwaterzuivering ontwikkeld, waarbij het slib in compacte korrels wordt gegroeid in plaats van in open vlokken. Het grote voordeel hiervan is dat er hogere slibconcentraties bereikt kunnen worden en dat alle processen, nodig voor de zuivering van ons afvalwater, in één (discontinu bedreven) reactor kunnen plaatsvinden. Hierdoor is ongeveer 80% minder ruimte nodig en wordt ruim 30% minder energie verbruikt voor de reiniging van het afvalwater. Het unieke van het proces is dat door de natuurlijke opbouw van het korrelslib, gecombineerd met de verschillende diffusie limitaties en omzettingen, alle processen voor de afbraak van de vervuiling tegelijkertijd en in dezelfde korrel kunnen plaatsvinden. In het laboratorium zijn verwijderings rendementen van 100% CZV (acetaat), 94% fosfaat en 94% stikstof (waarvan volledige nitrificatie) gemeten. Tijdens het promotieonderzoek is een praktijkschaal ontworpen door de ingenieurs van DHV, Amersfoort. Hierbij werden knelpunten uit de praktijk direct vertaald naar wetenschappelijk onderzoek en werden resultaten uit het onderzoek toegepast in het praktijkontwerp. Verschillende knelpunten die in het laboratorium onderzocht zijn, waren de invloed op omzettingen en korrelmorfologie van i) de manier van influent dosering, ii) het gebruik van een bellenkolom of airlift, iii) invloed van de temperatuur en iv) het type afvalwater. Tevens is een model voor het korrelslib ontwikkeld om de gevoeligheid van verschillende parameters op de omzettings processen te bestuderen. De snelle werkwijze voor innovatie heeft ertoe geleid dat in 2005 een pilotonderzoek succesvol is afgerond op de rioolwaterzuivering Ede en dat DHV heeft besloten de technologie op de markt te zetten als NeredaTM. Voor verder lezen: - Damià Barceló, A. Agüera, Emerging organic pollutants in waste waters and sludge. Vol. 2, 2005 - Gabriel Bitton, Wastewater microbiology, 2005 - Damià Barceló, M. Bailey, Emerging organic pollutants in waste waters and sludge, 2004
Waterhuishouding
29 juni 2006 | 10.00 uur hr. N.L. Nyagwambo | Master of Science in Water and Environmental Resources Management, UNESCO-IHE promoter | Prof.dr.ir. H.H.G. Savenije (fac CiTG)
Groundwater recharge estimation and water resources assessment in a tropical crystalline basement aquifer
De innerlijke kracht van de ontwerper. De rol van intuïtie in het ontwerpproces
Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
7
Congressen & Symposia Gastschrijver Tijs Goldschmidt De Eilandbaron 19 april 2006 – 15 juni 2006 Locatie | Aula TU Delft
In de maanden april, mei en juni 2006 treedt auteur Tijs Goldschmidt op als zesde gastschrijver aan de Technische Universiteit Delft. Tijs Goldschmidt begint zijn collegeperiode met een openbaar college, getiteld Het Moerasmuseum. Vervolgens geeft hij voor studenten van de TU Delft een masterclass bestaande uit zes bijeenkomsten en een excursie naar Insel Hombroich. Tijs Goldschmidt sluit zijn gastschrijverschap af met de Vermeerlezing, getiteld De Eilandbaron. Jaarlijks wordt een schrijver uitgenodigd om gedurende een periode van twee maanden het gastschrijverschap aan de TU Delft te vervullen. De TU Delft organiseert het gastschrijverschap in samenwerking met de K.L. Poll-stichting voor Onderwijs, Kunst en Wetenschap (OKW) en Studium Generale van de TU Delft.
Openingscollege Het Moerasmuseum Het openbare openingscollege van Tijs Goldschmidt vindt plaats op woensdag 19 april 2006 in de Aula van de TU Delft; aanvang 20.00 uur. Aansluitend wordt de gastschrijver voor het publiek geïnterviewd door Joyce Roodnat, redacteur van NRC Handelsblad. Van haar hand verscheen eind 2005 de roman ‘Sterrenschot’. Na afloop nodigt de TU Delft alle aanwezigen uit voor een drankje en een hapje. Masterclass Tijs Goldschmidt brengt aan het begin van zijn gastschrijverschap met de studenten een bezoek aan Insel Hombroich. Naar aanleiding van dit bezoek krijgen de studenten een tweeledige opdracht – een schrijfopdracht en een constructieopdracht - die wordt uitgewerkt in de zes bijeenkomsten van de masterclass. De masterclass is uitsluitend toegankelijk voor studenten van de TU Delft. Studenten die de hele masterclass hebben doorlopen krijgen na afloop een certificaat uitgereikt. Darwin’s hofvijver en Darwin’s Nightmare – lezing met film Op zondagmiddag 14 mei vertelt Tijs Goldschmidt in de Synagoge in Delft over de thematiek van zijn boek Darwin’s hofvijver. In aansluiting op deze openbare lezing is er een vertoning van de in 2005 uitgekomen film Darwin’s Nightmare waarin regisseur Hubert Sauper laat zien hoe de hofvijver in een nachtmerrie veranderde. Deze middag wordt mede georganiseerd door Studium Generale Delft. Vermeerlezing De Eilandbaron De Vermeerlezing vindt plaats op donderdag 15 juni 2006 in de Aula van de TU Delft. De lezing begint om 20.00 uur. Bij de Vermeerlezing wordt het resultaat van de masterclass gepresenteerd. Na afloop nodigt de TU Delft alle aanwezigen uit voor een drankje en een hapje. Meer informatie: K.L. Poll-stichting voor OKW, Prinsengracht 583, 1016 HT Amsterdam, Roderick Hageman, T: (020) 623 5451 8
Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
E:
[email protected] W: www.klpoll.nl Technische Universiteit Delft, Postbus 139, 2600 AC Delft, Marjo van Koppen-Westra T: 015 278 8213 E:
[email protected]
PhD-dag
01 juni 2006 | 13.00 - 00.00 uur Locatie | DSD studio
Organisatie door DSD (Delft School of Design) Meer informatie? www.bk.tudelft.nl
Concept House
07 juni 2006 | 09.15 - 17.30 uur Locatie | Aula Congrescentrum
Symposium Door prof.dr.ir. Mick Eekhout, Robert Kroonenburg, prof.ir. Dick van Gameren, Frans J. Louwen, prof. Richard Horden, Dr. Elma Durmisevic, dr.ir. Ad van Berlo, dr.ir. Wim Poelman, dr.ir. Sascha Silvester Op 7 juni 2006 vindt in de aula van de TU Delft het tweede “Concept House” symposium plaats, als terugkerend onderdeel van het onderzoeksprogramma ‘Customized Industrial Concept House’. Het programma beoogt een forse vooruitgang te boeken op het gebied van klantgerichte industrialisatie van woningproductie. De industriële woning zou zich moeten ontworstelen aan de wetmatigheden van het onroerend goed, inclusief het huidige stelsel van bouwvergunningen. Als technisch product zullen de industriële woningen een samenspel zijn tussen nieuwe constructies en materialen. Daarmee zullen zeker niet altijd de bestaande tradities van de hedendaagse woningbouw gevolgd worden. Behalve aan productontwikkeling zal derhalve ook veel aandacht geschonken moeten worden aan marktontwikkeling.
Programma Waar de eerste editie van het symposium zich vooral richtte op de ontwikkeling van een algemene visie op de problematiek, zal ditmaal ingegaan worden op concrete aspecten van woningontwikkeling zoals ontwerpstructuren, materiaalgebruik, energievoorziening, domotica, unitbouw, gevel systemen en gebruikersonderzoek. Ook zal aandacht geschonken worden aan de relatie met ruimtelijke planning. Enkele internationaal befaamde hoogleraren zullen vanuit deze uiteenlopende invalshoeken hun visies presenteren, zoals Mick Eekhout en Dick van Gameren uit Delft, Robert Kronenburg uit Liverpool en Richard Hordon uit München. Voorts zal Elma Durmisevic de mogelijkheden van demontabel bouwen aan de orde stellen, Frans Louwen het belang van panelonderzoek t.b.v. de woningbouw en Ad van Berlo de toekomst van domotica. Voorts zullen enkele onderzoekers de voortgang binnen het programma presenteren.
Meer informatie? www.bk.tudelft.nl
Masterlunch
08 juni 2006 | 12.00 - 13.30 uur Locatie | Grote Vergaderzaal Maandelijkse lunch ter voorlichting van externe BSc en HBO studenten.
Meer informatie? www.bk.tudelft.nl
Seminar Betrouwbaarheid Infrastructuren
22 juni 2006 | 08.30 – 17.00 uur Locatie | Collegezalen A en B, eerste etage, gebouw Civiele Techniek en Geowetenschappen, Stevinweg 1, Delft Next Generation Infrastructures, Transumo en het Stimuleringsprogramma Verkeer en Vervoer organiseren op donderdag 22 juni een seminar over betrouwbaarheid van infrastructuren. Het seminar is bedoeld voor vakmensen op het gebied van infrastructuren uit zowel de wetenschap als uit het bedrijfsleven.
De betrouwbaarheid van infrastructuren staat in toenemende mate onder druk. De economie is voor een groot deel afhankelijk van het functioneren van infrastructuren - voor energie, telecom, informatie, water, verkeer en vervoer – maar de organisatie van infrastructuren wordt steeds ingewikkelder. Bovendien zijn netwerken steeds vaker fysiek met elkaar verbonden. Hoe garandeer je dan de betrouwbaarheid? Hoe zorg je voor voorspelbare reistijden, hoe minimaliseer je de kans op stroomuitval en hoe garandeer je een betrouwbaar elektronisch betalingscircuit? In Delft worden deze onderzoeksvragen beantwoord in een aantal Delft Research Centres en onderzoeksgroepen die deelnemen in door de overheid gesponsorde (BSIK-)programma’s: Next Generation Infrastructes, Transumo (Transition to Sustainable Mobility) en het Stimuleringsprogramma Verkeer en Vervoer (VeV). Tijdens het seminar van 22 juni staan kennisuitwisseling en het delen van ‘best practices’ centraal. Dagvoorzitter is de heer C.M. Paauwe, voorzitter van het bestuur van Transumo. Keynote speaker is de heer G. J. Jansen, Commissaris van de Koningin in Overijssel en voorzitter van de Raad van Verkeer en Waterstaat. In de ochtend zullen infrastructuur-managers uit verschillende sectoren presentaties geven en in de middag zijn er parallelle sessies. Aan het einde van dag reikt hoogleraar Dynamic Traffic Management van de TU Delft, Prof. H.J. van Zuylen, een prijs uit voor de beste sectoroverschrijdende paper. Kosten voor deelname zijn 125,- euro per persoon. Kijk voor het volledige programma en om u aan te melden op http://www.seminarbetrouwbaarheid.nl. Vragen over het seminar kunt u stellen aan Nicole Fontein, T: 015 278 9341, E:
[email protected].
Studium Generale Debat Plenty of Shortage
01 juni 2006 | 16.00 uur Locatie | Cultureel Centrum Mekelweg 10, 2628 CD DELFT Plenty of Shortage zal worden afgesloten met een debat over de vraag wat Technische Universiteit Delft aan haar studenten moet aanbieden om hen voor te bereiden op werk
in ontwikkelingslanden. Het debat wordt medegeorganiseerd door AAG, ORAS en VSSD. Let op de website www.plentyofshortage.nl voor nadere informatie!
Meer informatie? www.sg.tudelft.nl
Cursussen van het PAO Arbitrage in de bouw
02 juni 2006 Locatie | Technische Universiteit Delft, Gebouw Civiele Techniek
Wat leert u als cursist: - Uw kennis en inzicht van het nieuwe arbitragerecht wordt verhoogd, waarbij de nadruk ligt op de geschillenbeslechting bij civieltechnische projecten. - U leert welke (on)mogelijkheden mediation biedt. Meer informatie? www.pao.tudelft.nl
Het ontwerpen van logistieke netwerken
07 juni 2006 Locatie | Technische Universiteit Delft, Gebouw Civiele Techniek
Wat leert de cursist: - U leert op welke wijze de kwaliteitseisen van de gebruikers te vertalen in een concreet logistieke netwerk ontwerp, gebruikmakend van de state of the art op het gebied van modellen en technieken. - Aan de hand van recente en aansprekende logistieke case studies waarin daadwerkelijk netwerken zijn ontworpen, geëvalueerd en geïmplementeerd, verkrijgt u inzicht in de afweging tussen logistieke service en kosten. Het betreft hier voorbeelden uit de consumenten elektronica, droge kruidenierswaren, chemie, vers en kleding. - U leert hoe strategische, tactische en operationele vraagstukken in de logistiek ondersteund kunnen worden door gebruik te maken van verschillende ontwerp- en evaluatie modellen. - U leert de waarde en toepassingsmogelijkheden van de verschillende bestaande modellen en technieken gedurende het proces van het ontwerpen, evalueren en implementeren van logistieke netwerken. Meer informatie? www.pao.tudelft.nl
Klimaatverandering en zeespiegelstijging; gevolgen voor het waterbeheer 09 juni 2006 Locatie | WL| Delft Hydraulics
Wat leert u als cursist: - U leert wat de huidige stand van zaken is omtrent klimaatverandering en zeespiegelstijging, waarbij de nadruk ligt op die aspecten die relevant zijn voor het waterbeheer. - U leert hoe u in de praktijk kunt omgaan met mogelijke veranderingen in klimaat en zeespiegelstand en hun onzekerheden. Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
9
- U krijgt praktische aanbevelingen hoe invulling te geven aan veranderingen in klimaat en zeespiegel voor het waterbeheer. - U leert meer denken vanuit de doelgroep en krijgt aandachtspunten voor de communicatie. - U kunt de verkregen kennis gemakkelijk op peil houden en indien nodig aanvullen
Meer informatie? www.pao.tudelft.nl
Risicomanagement bij bouw en infrastructuur 09 juni 2006 Locatie | Kok Business Centre Delft
Wat leert de cursist: - U krijgt inzicht in de toepassingsmogelijkheden van risicoanalyse en risicomanagement. - U wordt in staat gesteld de beschikbare methoden en technieken toe te passen, of te laten toepassen, in de eigen organisatie. In een spelsituatie wordt in groepen geoefend met een case.
Meer informatie? www.pao.tudelft.nl
Moderne Rivierkunde
13 juni 2006 Locatie | Technische Universiteit Delft, Gebouw Civiele Techniek De effecten van ingrijpen in de rivier, het programma Ruimte voor de Rivier
Wat leert de cursist: - U krijgt inzicht in de effecten van civieltechnische maatregelen in voornamelijk bovenrivieren. - U krijgt de inleidende basistheorie (zoveel mogelijk toepassingsgericht) van hydraulica en morfologie; gebruik van computermodellen. - U leert de achtergronden van belangwekkende (inter)nationale projecten. - U krijgt het besef dat iedere ingreep in de rivier effecten sorteert met ruimte- en tijddimensies. - U krijgt inzicht in onzekerheden in rivierkundige voorspellingen. - U leert omgaan met conflicterende eisen van de diverse rivierbelangen aan de rivierinrichting. Hierbij staan hoogwaterbescherming, scheepvaart en natuurbelangen centraal. - U krijgt een actueel beeld van de stand van de techniek in de rivierkunde en inzicht te geven in belangrijke rivierprojecten. Meer informatie? www.pao.tudelft.nl
Paalfunderingen 15 juni 2006 Locatie | GeoDelft
Wat leert u als cursist: - U wordt geïnformeerd over de vele ontwikkelingen die zich in de afgelopen jaren hebben voorgedaan in de regelgeving, het ontwerp, de constructie en toepassing van diverse typen paalfunderingen voor civieltechnische werken. - U krijgt inzicht in slimme funderingsconstructies voor nieuwe uitdagende kunstwerken. Meer informatie? www.pao.tudelft.nl
Tentoonstellingen Expositie van projecten aan de TU Delft in ontwikkelingslanden 22 mei - 2 juni Locatie | Aula van de TU Delft, Mekelweg 5, Delft
Benieuwd wat TU Delft aan projecten heeft lopen in ontwikkelingslanden? Kom kijken naar de posterpresentaties van een variatie van verschillende projecten die studenten en medewerkers aan de TU Delft in ontwikkelingslanden uitvoeren of hebben uitgevoerd. Nadere informatie over de presentaties is te vinden op de website www.plentyofshortage.nl. Deze expositie wordt geopend door Egbert Bol (EWI). Hij vertelt over zijn ervaringen met studentenprojecten in Bolivia. Ir. Egbert Bol is ‘long time expert’ in het samenwerkingsverband tussen TU Delft en de universiteit van Cochabamba, Bolivia. Hij heeft lange tijd aan de universiteit van Cochabamba gewerkt en is coördinator van vele gezamenlijke projecten van TU Delft en Cochabamba.
Meer informatie? www.sg.tudelft.nl
Architectoniek
29 mei 2006 t/m 16 juni 2006 | 08.00 - 21.45 uur Locatie | Overloop 1e verdieping, Faculteit Bouwkunde, TU Delft
Een overzicht met informatie en studentenwerken van alle keuzevakken van het msc2 keuzesemester genaamd Architectoniek. Dit een een Bouwtechnologisch Verdiepingssemester voor Architectuurstudenten. Onderwerpen die in de tentoonstelling aan bod komen zijn: - het ontwerp van een paviljoen op de Insel Hombroich - het onderzoeken en beschrijven van een fascinatie (mbt een materiaal/constructie) - Architectural Practise - Smart&Bio-Climatic Design
Meer informatie? www.bk.tudelft.nl
10
Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
In komende maanden 9th TRAIL Congress – 2006
21 november 2006 Locatie | World Trade Center Rotterdam
The 9th TRAIL Congress will focus on the important role of mobility of people and transport of goods for a flourishing society. Researchers of TRAIL and cooperative partners will share their intriguing research findings, and ample opportunities will be given to discuss new research opportunities. Special attention will be for the new partners in TRAIL, Radboud University and University Twente, who will present their research. Further, attention will be paid to research programs such as BSIK-TRANSUMO and other initiatives that are meant to strengthen the knowledge infrastructure.
More information? www.trail.tudelft.nl
Afkortingen BK CiTG EWI IO LR TBM TNW WbMT
Faculteit Bouwkunde Faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Faculteit Industrieel Ontwerpen Faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaart techniek Faculteit Techniek, Bestuur en Management Faculteit Technische Natuurwetenschappen Faculteit Werktuigbouwkunde en Maritieme Techniek
Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
11
Aantekeningen
12
Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
Wetenschapsagenda TU Delft, juni 2006
13