INSTRUCTIEBOEKJE
WAC9 – WAC12 - WAC18 airconditioner (split-unit) wandmodel met met warmtepomp
2
HARTELIJK DANK Hartelijk dank dat u voor deze EUROM airconditioner gekozen hebt: u hebt daarmee gekozen voor een uitstekend apparaat waar u ongetwijfeld jarenlang veel plezier van zult hebben! Om de werking zo veilig en probleemloos mogelijk te laten verlopen willen wij u dringend adviseren het instructieboekje voor gebruik geheel en aandachtig door te lezen: het bevat belangrijke veiligheidsinformatie, aanbevelingen enz., en helpt u maximaal profijt uit uw airco te halen! Wij raden u aan het instructieboekje goed te bewaren, om het t.z.t. zonodig nogmaals te kunnen raadplegen. Wij wensen u veel plezier van uw airco toe!
3
Inhoud Inhoud
.
.
.
.
.
.
.
.
.
3
Veiligheidsvoorschriften .
.
.
.
.
.
.
4
Wat is wat?
.
.
.
.
.
.
6
Horizontale ventilatorbladen .
.
.
.
.
.
7
Service en onderhoud
.
.
.
.
.
.
.
8
Bediening noodknop
.
.
.
.
.
.
.
9
.
.
.
.
.
.
10
Eenvoudige storingen en oplossingen
.
.
.
.
12
Technische gegevens
.
.
.
.
.
.
.
13
CE-verklaring .
.
.
.
.
.
.
.
.
14
Afstandsbediening
.
.
.
.
.
.
.
15
Werking .
.
.
.
.
.
.
.
.
.
16
Tijdklok
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
17
Installatie
.
.
.
.
.
.
.
.
.
18
Installatieschets
.
.
.
.
.
.
.
.
18
Installatie-instructies
.
.
.
.
.
.
.
20
Installatie binnenunit
.
.
.
.
.
.
.
20
Installatie buitenunit
.
.
.
.
.
.
.
24
.
.
.
.
.
.
.
26
.
.
.
.
Problemen en oplossingen.
Werkingtest
.
.
4
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Lees de onderstaande veiligheidsregels zorgvuldig door en zorg ervoor dat u ze ook begrijpt. Ze bevatten belangrijke veiligheidswaarschuwingen en dienen daarom nauwkeurig te worden opgevolgd! • De airco dient aangesloten te worden op een geaard stopcontact.. De elektrische installatie dient voorzien te zijn van een aardlekschakelaar van 30 mA. Slechte aarding kan tot elektrische schokken leiden! • Trek tijdens de werking niet aan de kabel, dat kan brand veroorzaken. Als u de stekker uit het contact wilt nemen dient u het apparaat uit te schakelen en de stekker in de hand te pakken. • Gebruik geen verlengsnoeren of verdeeldozen. • Zorg dat de elektrokabel niet beschadigd raakt en breng zelf geen verbindingen aan. Zet geen zware voorwerpen op de kabel en houd hem uit de buurt van warmtebronnen. Brand- en schokgevaar! • Stel het lichaam niet te lang bloot aan de koude luchtstroom uit de airco. Dat kan de gezondheid schaden. • Schakel de airco uit en neem de stekker uit het stopcontact wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt. • Maak de airco schoon met een droge, zachte doek. Gebruik geen agressief schoonmaakmiddel, insecticide, ontvlambare spray enz. om het apparaat te reinigen: dat kan de buitenzijde beschadigen. Spuit geen water op de airco. • Zet geen brandende apparaten in de luchtstroom van de airco, dat veroorzaakt onvolledige verbranding. • Sluit ramen en deuren (en z.m. gordijnen) tijdens gebruik van de airco. Als de lucht vervuilt kunt u even iets openen om frisse lucht binnen te laten. • Als u iets abnormaals waarneemt (bijv. rook of branderige lucht) schakel de airco dan onmiddellijk uit en neem de stekker uit het stopcontact. • Installeer de airco niet op plaatsen waar brandbare gassen zouden kunnen ontstaan of ontsnappen. Een klein vonkje in de airco is dan voldoende om een explosie te veroorzaken! • Gebruik de airconditioner niet voor speciale doeleinden, zoals de opslag van precisieapparatuur, voedsel, verf enz., dat voor het
5
•
• •
• • • • •
behoud van kwaliteit een bepaalde temperatuur en vochtigheid vereist. Laat de airco niet langere tijd koelen of drogen (‘cool’ of ‘dry’) bij hoge luchtvochtigheid (boven de 80%) of met open deur/raam. Dan kan er condens van het apparaat gaan druipen! Steek geen vinger, stokje of welk voorwerp dan ook door een rooster in de airco. Dat kan letsel of schade veroorzaken! Deze airco mag niet worden bediend door kinderen of volwassenen die daartoe niet in staat moeten worden geacht. Houd ook de afstandsbediening uit hun buurt. Dit apparaat dient te worden geïnstalleerd in overeenstemming met de landelijke voorschriften Dit apparaat mag niet in een washok, badkamer of wat voor vochtige ruimte dan ook worden geïnstalleerd Dit apparaat dient 2,3 m. boven de grond te worden geplaatst. Dit apparaat dient zó te worden geïnstalleerd dat de stekker eenvoudig bereikbaar is. Dit apparaat mag niet met gewoon huishoudelijk afval worden afgevoerd maar dient op een daartoe aangewezen plaats te worden ingeleverd teneinde de elektrische en elektronische onderdelen passend te kunnen recyclen.
Let op! Een gezonde temperatuur hangt samen met de buitentemperatuur. De temperatuur die u instelt dient niet teveel van de buitentemperatuur te verschillen. De verwarmingstechnologie in deze airco met verwarmingsmodule brengt met zich mee dat de verwarmingscapaciteit terugloopt wanneer de buitentemperatuur onder de 5°C zakt.
6
WAT IS WAT? Buitendeel:
Binnendeel:
Display:
7
Iconen:
Deze informatie kan zonder aankondiging worden gewijzigd!
HORIZONTALE VENTILATORBLADEN
Door de knoppen te bewegen (zie afb.) kunt u de vinnen naar rechts of links omzetten en zo de uitblaasrichting wijzigen. Doe dit nooit wanneer de airco in werking is: de draaiende ventilator kan uw vingers afklemmen en/of verwonden.
8
SERVICE EN ONDERHOUD Maak het rooster aan de voorzijde en het luchtfilter minstens eenmaal per twee weken schoon. Schakel de airco daartoe uit en neem de stekker uit het stopcontact. De illustraties dienen slechts ter ondersteuning! Schoonmaken rooster voorzijde en luchtfilter
1. Open het frontrooster door dat d.m.v. de tabs aan de zijkanten op te tillen tot het vastklikt. Neem de luchtfilters eruit. 2. Verwijder al het stof van het frontrooster en de luchtfilters met een stofzuiger of een borsteltje. Als het stof zich niet gemakkelijk van het filter laat verwijderen, was het filter dan met een neutraal wasmiddel in lauwwarm water (max. 45°C.) 3. Spoel de filters na met schoon water en laat ze in de schaduw drogen. 4. Plaats luchtfilters terug in de originele positie en sluit het frontrooster. 5. Neem het oppervlak van de airco af met een neutraal schoonmaakmiddel en tenslotte met een droge doek. Gebruik nooit bijtende of ontbrandbare schoonmaakmiddelen of andere chemische producten! Als u de airco langere tijd niet gebruikt:
1. Laat de ventilator een paar uur draaien om de binnenzijde goed te drogen. (Kies voor KOELEN of VERWARMEN en stel de hoogste temperatuur in, dan zal de ventilator draaien). 2. Schakel de airco uit en neem de stekker uit het stopcontact. Maak de filters en de buitenzijde schoon. 3. Haal de batterijen uit de afstandsbediening.
9
Als u de airco langere tijd niet hebt gebruikt:
1. Maak de filters schoon en breng ze terug in de originele positie. Maak binnen- en buitendeel schoon met en zachte doek. 2. Steek de stekker in het stopcontact met randaarde. 3. Plaats de batterijen in de afstandsbediening. Let op! • Luchtinlaat- en uitlaatopeningen mogen niet geblokkeerd worden • Gebruik geen benzine, benzeen, thinner, schuurmiddel, insectenverdelgingsmiddelen, scherpe schoonmaakmiddelen enz. Die kunnen de omkasting beschadigen. • Peuter batterijen niet uit elkaar en gooi ze niet in vuur; dat kan tot een explosie leiden.
BEDIENING NOODKNOP Wanneer de batterijen van de afstandsbediening leeg zijn of de afstandsbediening werkt niet, kunt u de noodknop gebruiken.
Noodknop (niet op alle types)
Controleknop
De controleknop mag alleen voor een werkingtest worden gebruikt! Elke keer wanneer u de noodknop indrukt verandert de instelling van koelen → verwarmen → uit Onderstaande tabel toont hoe de temperatuur is ingesteld, de ventilator draait en de blaasinstelling is tijdens de noodprocedure: Instelling
Ingestelde temperatuur
Ingestelde temperatuur
Koelen Verwarmen
24°C 24°C
Hoog hoog
Uitblaasrichting Zwenkend Zwenkend
10
PROBLEMEN … Sommige storingen veroorzaken een gevaarlijke situatie, anderen zijn eenvoudig op te lossen. In de onderstaande situaties dient u onmiddellijk de airco uit te schakelen, de stekker uit het stopcontact te nemen en u tot uw leverancier te wenden voor reparatie. • De elektriciteitskabel is abnormaal warm of beschadigd • Tijdens de werking hoort u een abnormaal geluid • De veiligheidsschakelaar, zekering of aardlekschakelaar onderbreekt regelmatig de werking van de airco • Bepaalde knoppen of schakelaars doen hun normale werk niet • De airco produceert een branderige lucht tijdens de werking • Het binnendeel lekt water Neem, als de bovenvermelde situatie zich voordoet, contact op met uw leverancier. Probeer nooit zelf reparaties uit te voeren: dat is gevaarlijk en doet de garantie vervallen! …. EN OPLOSSINGEN De onderstaande problemen zijn betrekkelijk gemakkelijk door uzelf op te lossen. Volg s.v.p. de aangegeven oplossing op. In de meeste gevallen zal het probleem daarmee uit de wereld zijn. Is dat niet het geval, wend u dan tot uw leverancier voor controle/reparatie. De airco werkt helemaal niet • Is er geen sprake van stroomuitval? • Zit de stekker in het stopcontact? • Geen doorgebrande zekering of uitschakeling door de aardlekschakelaar? • Geeft het stopcontact wel tussen de 207 en 253V af? • Zijn er geen obstakels of voorwerpen in de ruimte die het signaal van de afstandsbediening storen? De afstandsbediening werkt niet of niet goed • Controleer of de batterijen goed op hun plaats zitten en niet leeg zijn. • Als het display onduidelijk wordt of allerlei symbolen gaat tonen dient u de batterijen te vervangen
11
• Als er teveel tegenstrijdige opdrachten worden gegeven of de functies te vaak worden gewijzigd wordt de afstandsbediening soms in de war gebracht waardoor functieverlies optreedt. Haal de batterijen uit de afstandsbediening, plaats ze weer terug en druk op het resetpunt. Mogelijk werkt hij nu weer (zie ook handleiding afstandsbediening). De airco werkt niet nadat op de I/O-knop opnieuw is gedrukt • Op deze wijze wordt de compressor beschermd door de microprocessor. Wacht s.v.p. drie minuten Na uitschakeling lijkt de ventilator niet helemaal te stoppen • De motor kan het resetpunt niet vinden; start de airco opnieuw en schakel hem weer uit. De airco koelt en/of verwarmt niet goed • Is de temperatuur goed ingesteld? • Zijn de filters wel schoon? • Zijn de inlaat- en uitlaatopeningen van binnen- en buitenunit niet geblokkeerd? • Wordt de slaapstand wellicht overdag geactiveerd? • Staat de ventilatorsnelheid misschien te laag? • Zijn ramen en deuren gesloten? Na het starten van de Verwarmingsfunctie wordt er niet onmiddellijk lucht uitgeblazen • Dit is volgens de programmatuur: er wordt pas lucht uitgeblazen wanneer ze voldoende is opgewarmd. Wacht s.v.p. even. Nadat de stroomvoorziening onderbroken is geweest hervat de airco automatisch dezelfde instellingen als voor de stroomuitval. • Dit heet ‘auto-restart’ en treedt alleen op bij types die met deze voorziening zijn uitgevoerd. De ventilator van de binnenunit stopt tijdens het verwarmen 10 minuten • De spiraal van de buitenunit wordt ontdooid; dit duurt hoogstens 10 minuten, daarna hervat de ventilator automatisch zijn werking. De spiraal bevriest wanneer de buitentemperatuur laag is en de luchtvochtigheid hoog.
12
Het apparaat maakt krakende geluiden • Door de temperatuurschommelingen zetten bepaalde materialen uit en krimpen ze weer in. Dit kan frictiegeluiden veroorzaken. Het geluid van stromend water is te horen • Dit kan het geluid zijn van het stromen van het koelmiddel binnenin de airco • Het geluid kan worden veroorzaakt door opgehoopt water dat op de warmtewisselaar druppelt • Het kunnen smeltgeluiden zijn van vorst op de warmtewisselaar. De binnenunit laat ‘zucht’- en ‘klik’-geluiden horen • Het klikgeluid wordt veroorzaakt door het in- of uitschakelen van ventilator of compressor • Het zuchtgeluid wordt veroorzaakt door het koelmiddel binnenin de airco Soms kiest de airco uit zichzelf een paar minuten voor een grotere uitblaashoek • Geen zorgen: dit voorkomt de productie van condenswater De uitgeblazen lucht bevat een vreemde geur • Een airco laat lucht circuleren. De opgenomen lucht kan geurtjes van muren, vloerbedekking, meubels, kleding, een toilet o.i.d. hebben bevat, die niet geheel zijn uitgefilterd. De buitenunit lekt water • Tijdens het koelen is de verbindingspijp of de pijpverbinding zodanig afgekoeld dat er condenswater wordt gevormd. • Tijdens het verwarmen of ontdooien ontsnapt smeltwater en waterdamp. • Tijdens het verwarmen kan er water op de warmtewisselaar druppelen.
13
TECHNISCHE GEGEVENS MODEL uitvoering BTU Koelcapaciteit (W) Warmtecap. (W) Opgenomen verm. Opgenomen Amp. Luchtverplaatsing Ontvochtigingcap. Beveiligingsklasse Energielabel Koelmiddel Koelmiddelmassa Isolatieklasse Geluidsniveau dB(A) Netto gewicht Afmetingen lengte breedte hoogte
WAC9
WAC12
WAC18
met verwarming
met verwarming
met verwarming
9200
12000
18000
2700
3500
4800
2850
3800
5300
840W (koeling)
1090W (koeling)
1635W (koeling)
790W (warmte)
1050W (warmte)
1800W (warmte)
3,8 Amp (koeling)
5,0 Amp (koeling)
7,5 Amp (koelen)
3,6 Amp (warmte)
4,8 Amp (warmte)
8 Amp. (warmte)
450 m³/h
500 m³/h
850 m³/h
0,8 l/h
1,2 l/h
2,4 l/h
I
I
I
A
A
B
R410A
R410A
R410A
670 gram
800 gram
1570 gr.
binnen
buiten
binnen
buiten
binnen
buiten
IP20
IP24
IP20
IP24
IP20
IP24
40
49
40
49
46
58
10
26
10
30
12
50
800
665
800
745
860mm
910mm
290
500
290
553
292mm
690mm
196
295
196
328
205mm
370mm
Opmerkingen bij de technische gegevens: • De opgegeven geluidsniveaus zijn gemeten tijdens laboratoriumtests voordat de airco de fabriek verliet. • De opgegeven koel- en verwarmingscapaciteiten zijn gemeten onder de volgende voorwaarden: Koelen
binnen
27°C
buiten
35°C
Verwarmen binnen
20°C
buiten
7°C
14
• De fabrikant is doorlopend bezig de apparatuur te verbeteren. Zij behoudt zich dan ook het recht voor de technische gegevens zonder opgave van reden te wijzigen. Hoewel zij haar uiterste best doet wijzigingen zo snel mogelijk door te voeren, kan dit tot gevolg hebben dat niet alle technische gegevens in deze handleiding exact kloppen. De correcte technische gegevens staan op het typeplaatje van uw apparaat. • Optimale werktemperatuur:
Binnen (°C)
Max. koelen 32
Min. koelen 21
Max. verwarmen 27
Min. verwarmen 20
Buiten (°C)
43
21
24
-5
• Wanneer het voltage van de stroomvoorziening meer dan ongeveer 10% afwijkt van 230V zal de airco abnormaal gaan werken. • Een bedradingdiagram voor de binnen- en buitenunit van de airco is bij het apparaat gevoegd. • Als de stroomtoevoerleiding of de verbindingskabel beschadigd is, dient deze te worden vervangen door uw leverancier, de installateur of een vergelijkbaar gekwalificeerd persoon, om gevaarlijke situaties te voorkomen.
CE-VERKLARING Hierbij verklaart de importeur Euromac bv., Kokosstraat 20, 8281 JC Genemuiden dat het product: Airconditioner (split-unit) Type: WAC9 – WAC12 – WAC18 in overeenstemming is met het Low Voltage Directive 2006/95/EC en voldoet aan de eisen van de onderstaande normen: EN 60335-1:2002+A1+A11+A12 (WAC9 en WAC12 : +A2+A13) EN 60335-2-40:2003+A11+A12 (WAC9 en WAC12: +A1) EN 50366:2003+A1 Genemuiden, 29 januari 2009 J. Bakker, alg. dir.
15
AFSTANDSBEDIENING
Let op! • Om met de afstandsbediening te werken dient die zich niet verder dan 6 m. van de binnenunit te bevinden, met een ononderbroken zichtlijn. • Als u de afstandsbediening langere tijd niet gebruikt, verwijder dan de batterijen. Lege batterijen dienen apart te worden afgevoerd. • Op het plaatje ziet u ter illustratie alle mogelijke iconen afgebeeld; mogelijk heeft uw uitvoering die niet allemaal.
16
WERKING Wanneer de airco volgend de gebruiksaanwijzing is aangesloten, stelt u hem in werking door op de grote ronde ON/OFF-knop op de afstandsbediening te drukken. Vervolgens kiest u met de ‘operation mode’-knop voor een bepaalde functie of werkwijze. Druk op deze knop tot het gewenste icoontje in beeld verschijnt. 1. AUTOMATISCHE WERKING Onder deze werkwijze zal de airco automatisch de kamertemperatuur (kt) aangenaam houden. Bij het starten van deze werkwijze selecteert de airco automatisch een functie, afhankelijk van de kamertemperatuur. De onderstaande tabel toont de standaard ingestelde waarden: Kamertemperatuur (kt) ≥ 26°C 26°C > kt ≥ 25°C 25°C > kt ≥ 23°C kt < 23°C
Functie koelen koelen drogen verwarmen
Ingestelde temperatuur tot 24°C tot kt – 2°C tot kt – 2°C tot 26°C
2. Functie: KOELEN Onder deze functie zal de airco koelen. Druk indien gewenst op de swingknop om de vertikale blaasrichting aan te passen, op de ventilatorsnelheidknop om de ventilatorsnelheid te wijzigen en op de temperatuurinstellingknoppen om de ingestelde temperatuur te wijzigen. 3. Functie: DROGEN / LUCHTONTVOCHTIGEN Onder deze functie verwijdert de airco vocht uit de lucht. De airco stelt automatisch de kamertemperatuur in en deze temperatuur verschijn niet op het display. Ook temperatuurinstellings- en ventilatorsnelheidknoppen werken niet. Druk op de swing- of automatische swing-knop om de vertikale blaasrichting aan te passen. 4. Functie: VENTILEREN Onder deze functie werkt slechts de ventilator van de binnenunit; de buitenunit werkt niet. Druk op de swing- of handmatige swing-knop om de vertikale blaasrichting aan te passen. Druk op de ventilatorsnelheidknop om de ventilatorsnelheid aan te passen. 5. Functie: VERWARMEN Onder deze functie verspreidt de airco warmte. Druk op de swing- of handmatige swing-knop om de vertikale blaasrichting aan te passen, op de temperatuur-
17
instellingsknoppen om de ingestelde temperatuur aan te passen en op de ventilatorsnelheidknop om de ventilatorsnelheid aan te passen. 6. Functie: SLAAPSTAND Onder deze functie draait de ventilator van de binnenunit op lage snelheid. Hij kan worden ingesteld op: A – koelen of drogen: Na een uur wordt de ingestelde temperatuur met één graad verhoogd; na nog een uur nogmaals met één graad. De airco blijft koelen tot twee graden boven de ingestelde temperatuur. B – verwarmen: Na een uur wordt de ingestelde temperatuur met twee graden verlaagd; na nog een uur nogmaals met twee graden. De airco blijft verwarmen tot vier graden onder de ingestelde temperatuur.
TIJDKLOK: AUTOMATISCH AAN/UIT-SCHAKELEN Als u de airco automatisch over een aantal uren wilt laten aan- of afslaan gebruikt u de tijdklokknoppen. 1. Druk op de ‘tijdklok UIT’ (OFF) knop als de airco in werking is en u wilt hem automatisch laten afslaan over enkele uren. Op het display begint het cirkeltje naast het kloksym-booltje te knipperen. Druk op de ‘tijdklok AAN’ (ON) knop als de airco buiten werking is en u wilt hem automatisch laten starten over enkele uren. Op het display begint het streepje naast het kloksymbooltje te knipperen. 2. Elke keer wanneer u op één van de tijdklokknoppen drukt neemt de ingestelde tijd met een uur toe (tot max. 12 uur). Op het display ziet u het ingestelde aantal uren. 3. Druk op de tijd-instel-knop (SET) om de gewenste tijd in te stellen. Het cirkeltje of streepje op het display zal stoppen met knipperen. 4. Als u de tijdklokinstelling wilt annuleren, druk dan op de tijdklok-annuleringsknop tot de cijfers van de instelling en het kloksymbooltje met de streep of cirkel van het display verdwijnen. Let op! • Na stroomuitval moet de tijdklokinstelling opnieuw worden ingesteld. • Als u ingestelde tijdklokinstellingen wilt wijzigen, éérst de huidige instellingen annuleren en vervolgens nieuwe instellingen ingeven. • Als u per ongeluk op de tijd-instelknop (SET) drukt terwijl een tijd is ingesteld, zal het systeem tijd bijtellen, gebaseerd op de huidige displaytijd.
18
INSTALLATIE De installatie van een split-unit airconditioner vraagt vakmanschap en specifieke kennis. Slechts de voorbereidende werkzaamheden tot de installatie mogen wettelijk door niet-bevoegden worden verricht. Probeer dus niet uw airco zelf te installeren of er onderhoud aan uit te voeren, dat is wettelijk niet toegestaan. Laat de installatie over aan speciaal daartoe opgeleide en bevoegde monteurs. Fabrikant en importeur waarschuwen zeer nadrukkelijk voor amateuristische installatie: dat kan leiden tot het weglekken van de koelmiddel en brandgevaar, elektrische risico’s, lekkage, beschadiging van de apparatuur en lichamelijk letsel opleveren. Zij aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor ongelukken en schade, veroorzaakt door onoordeelkundige en/of foutieve installatie c.q. inbedrijfstelling van de airco.
INSTALLATIESCHETS Houd rekening met de opgegeven vrij te houden ruimte! De lengte van de koelleiding mag max. 10m. zijn, het hoogteverschil tussen binnen- en buitenunit max. 5m. Stel vast welke bevestigingsplaat uw binnenunit heeft
De koperen buis kan vanuit de achterkant, de onderkant, rechts of linksachter naar buiten worden geleid. Als de koperen buis op metaal of muur wordt bevestigd, dient er een blokje hout tussen koper en muur/ metaal worden geschoven, of de koperen buis moet met 7 à 8 lagen isolatietape worden omwikkeld. Let op! Zorg ervoor dat de afvoerslang van het condenswater (die ook op de bovenstaande drie punten vanuit de binnenunit naar buiten kan worden geleid) op geen enkel punt naar boven loopt! (Zie ook pag. 21). Omwikkel de koelleidingen met warmteisolerend materiaal.
19
20
INSTALLATIE-INSTRUCTIES De plaats van de binnenunit • Geef de binnenunit een zodanige plaats dat de inkomende en uitgaande luchtstromen nergens belemmerd worden. • Het hoogteverschil tussen de binnen- en buitenunit van de airco mag maximaal 5 meter bedragen. • De binnenunit dient minimaal 2.30 m. boven de vloer te hangen. • Plaats de binnenunit tegen een stevige muur en zorg ervoor dat hij niet aan trillingen onderhevig is. • Voorkom direct zonlicht op de binnenunit. • Installeer het apparaat niet in een wasruimte • Kies een plaats waar het condenswater gemakkelijk afgevoerd kan worden en waar eenvoudig verbinding met de buitenunit mogelijk is. • Zorg ervoor dat het signaal dat de afstandsbediening uitzendt onbelemmerd door de airco ontvangen kan worden. Met name fluorescerende lampen kunnen daar storend op werken! • Houd minimaal een meter afstand tussen de airco en andere apparatuur als tv, radio enz. • Installeer de airco zó dat de stekker te allen tijde toegankelijk is. De plaats van de buitenunit • Kies een plaats die stevig genoeg is om de unit te dragen en zorg ervoor dat de buitenunit niet aan trillingen onderhevig is. Houd rekening met wind! • Zorg voor goede ventilatie en zo weinig mogelijk stof, en voorkom regen of direct zonlicht op de buitenunit. • Plaats de buitenunit zodanig dat uw buren geen hinder ondervinden van het geluid of de luchtstroming die de airco voortbrengt. • Zorg ervoor dat de ingaande en uitgaande luchtstromen nergens worden belemmerd. • Voorkom plaatsing dichtbij ontvlambare gassen enz.
INSTALLATIE BINNENUNIT 1. Bevestig de montageplaat op de muur • Zorg voor een stevige bevestigingsplaats voor de montageplaat: een solide stenen muur, of anders op de steunbalk, post o.i.d. • Bevestig de plaat onwrikbaar met schroeven en pluggen in geboorde gaten. Zeker in de hoeken dient de plaat stevig verankerd te zijn om schudden en trillen te voorkomen. • Zorg dat de plaat volkomen waterpas hangt. Links en rechts dient de airco minstens 10,5 tot 15,5 cm. (afhankelijk van de aansluitingen)
21
vrije ruimte te hebben tot zijmuren, aan de bovenzijde 25 cm. tot het plafond. • Als u de leidingen aan de achterkant langs de muur wilt leiden boort u daartoe op de door u vastgestelde plaats een gat in de muur met een doorsnee van 65 mm. Houd er rekening mee dat de condenswaterafvoer nergens omhoog mag lopen! 2. Bedrading • Open het frontpaneel • Verwijder de schroef van het dekseltje op de box met elektrische aansluitingen en trek het dekseltje opzij. • Verwijder de schroef van de bevestiging en trek de bevestiging opzij. • Sluit de kabel aan volgens kleurencodering. • Schroef de bevestiging en het dekseltje weer op hun plaats Let op! Het apparaat dient overeenkomstig de nationale regelgeving aangaande bedrading en elektra te worden geïnstalleerd! 3. Installeer de condenswaterafvoer binnenunit LET OP! • De slang voor de condenswaterafvoer bevindt zich onderin de binnenunit. Hij dient (evt. door de muur heen) naar een waterafvoerpunt te worden geleid. Zonodig kan de slang worden verlengd; ook kan hij in een PVC afvoerpijp worden geleid. • In de binnenunit dient de afvoerslang onder de koperen leidingen te worden gesitueerd. Rek de slang niet uit en draai hem niet. • Zowel de afvoerslang als de koperen leidingen dienen omwikkeld te zijn met speciaal isolerend materiaal. Daar, waar de leidingen de muur raken dient een isolerende pad tussen leiding en muur te worden geplaatst. ROUTE VAN DE SLANG
•
U kunt de slang op verschillende plaatsen uit de binnenunit laten komen: rechtsonder (2) en aan de linker- en rechterzijkant (1 & 3).
22
Daartoe bevinden zich geperforeerde stukjes in de kast van de binnenunit. Daar, waar u de afvoerslang naar buiten wilt leiden kunt u het stukje omkasting eenvoudig wegnemen. • Standaard is de slang rechts gemonteerd. Wanneer u de slang links uit het apparaat wilt laten komen, dient u hem links te monteren. Verwissel daartoe afvoerslang en het rubberen afsluitplugje, zie tekening. Zorg ervoor dat de aansluitingen goed dicht zijn, om lekkage te voorkomen! 4. Installeer de binnenunit Leid evt. kabel en leidingen door de muur en zet ze tijdelijk vast. Bevestig de binnenunit op de montageplaat; daartoe bevinden zich gleuven, klemmen en (bij sommige uitvoeringen) schroefgaten op plaat en binnenunit. 5. Koelleidingen binnenunit • In de koperen buizen van de koelleiding mogen niet teveel bochten zitten: max. 10 in het binnenunitgedeelte en max. 15 in het binnen- en buitenunitgedeelte samen. De bochten mogen nooit te scherp zijn, om ‘afknijpen’ te voorkomen. De bochtdiameter moet minimaal 10cm. zijn. • Breek het uitloopstukje buis, dat aan de koperen koelleiding van de binnenunit zit, met een tang voordat u tot aansluiten overgaat. Nadat de inwendige lucht ontsnapt is gebruikt u een sleutel om de moer van de koelleiding los te draaien (fig. 1). Let op: Laat de inwendige lucht in het binnendeel niet ontsnappen door simpelweg de moer los te draaien. Dat kan gevaar opleveren of tot beschadiging van de flens leiden want de lucht staat onder druk. Breek altijd eerst het uitloopstuk. • Gebruik wat afdichtingsolie om de verbindingen en de flenzen in te vetten. • Breng het centrum van de verbinding en van de flens met elkaar in lijn en draai de moer van de verbindingsleiding dicht met een sleutel (fig. 2). Doe dit voor beide leidingen.
23
Doorsnee leiding
Koppel (Nm)
6,35mm (1/4”) 9,52mm (3/8”) 12,7mm (1/2”) 15,88mm (5/8”)
13,7---17,6 34,3---41,2 49,0---56,4 73,0---78,0
6. Sluit de waterafvoer aan • Als de slang niet lang genoeg is kunt u hem verlengen. Ook kunt u hem in een pvc-afvoerbuis laten lopen. Om het water vlot weg te laten lopen dient de slang (en evt. de pvc-buis) overal naar beneden te lopen; voorkom dus bochten in de slang waar water in kan blijven staan! Hang de afvoer niet in water maar houd min. 50 mm. afstand tot een wateroppervlak. • Foute situaties:
• Controleer tenslotte alle aansluitingen en verbindingen van de waterafvoer (zowel in- als buiten de binnenunit) minutieus, om lekkage te voorkomen 7. Afdichten en vastzetten • Gebruik afdichtpasta om de leidingdoorvoer af te dichten. • Gebruik montagebeugels en/of kabelklemmen om de diverse leidingen tenslotte op hun juiste plaats tegen de muur te bevestigen.
24
INSTALLATIE BUITENUNIT Algemene aanwijzingen en waarschuwingen De buitenunit wordt buitenshuis geplaatst, zodanig dat er zich voldoende vrije ruimte omheen bevindt om de lucht onbelemmerd te laten circuleren: aan zij- en achterkant minimaal 300 mm., aan de voor- en bovenkant als ook rond de aansluitingen minimaal 500mm. In de buitenunit bevindt zich de motor, die geluid en trilling produceert. Het verdient dus aanbeveling isolerend materiaal te bevestigen tussen de buitenunit en de ondergrond, waarop hij wordt geplaatst. Vanuit de buitenunit wordt de elektrokabel naar de binnenunit geleid. 1. Bedrading Verbind de elektrokabel van het binnen- en buitendeel met elkaar d.m.v. de stekkertjes en de contactjes.
Aansluitdiagram WAC9 & WAC12:
of
Aansluitdiagram WAC18:
25
• • • • • •
Let op: Als de kleur van de draden niet overeenkomt met het in het bovenstaande diagram vermelde, ga dan uit van de werkelijkheid. Dus altijd de tekentjes op de aansluitingen aansluiten op dezelfde kleur! Leid de kabels door de daarvoor bestemde opening in het afdekplaatje van de elektronaansluiting. Sluit stekkertje 1 aan op het passende contactpunt van de binnenunit en stekkertje 2 op dat van de buitenunit. Als de stuurstroomkabel ooit apart gekocht moet worden, kies dan voor een kabel met meer dan 0,75 mm² doorsnee. Als het aansluitdiagram dat u nodig hebt ontbreekt, zie dan het bedradingsdiagram. Als de voedingskabel ooit vervangen moet worden, kies dan voor een kabel ≥ 2,5 mm².
Waarschuwingen: • Gebruik het bij de binnen- en buitenunit ingesloten diagram als eerste referentiedocument bij de installatie. • De voedingskabel en de stuurstroomkabel tussen het binnen- en buitendeel moeten één voor één worden aangesloten volgens de corresponderende nummers op de bedradingaansluiting. • De aansluitkabels moeten aan elkaar worden geklikt. • Binnen- en buitendeel moeten met speciale kabel met elkaar worden verbonden. Zorg voor onbeschadigde aansluitingen; slechte aansluitingen kunnen brand veroorzaken! • Nadat u de elektrische aansluitingen tot stand hebt gebracht moet het afdekplaatje weer over de elektra-aansluitingen worden geplaatst. Zorg voor een goede afsluiting; stof of vocht kunnen brand of een elektrische schok veroorzaken! • De temperatuur van het koelmiddel kan hoog oplopen; houd de voedingskabel uit de buurt van de koperen leiding! • Let er tijdens het aansluiten op dat de stroomvoorziening zwaar genoeg is voor de airco. 2. Installatie van de waterafvoer Klem/draai de koppeling voor de waterafvoer in het passende gat in de bodem van de buitenunit. Sluit er vervolgens de waterafvoerslang op aan.
26
3. Verbinden van de koelleiding buitenunit • Breng wat afdichtingsolie aan op de verbinding en de flens. • Breng het centrum van de verbinding in lijn met die van de flens en draai de moer van de verbindingsleiding dicht met een sleutel. (Pas het koppel aan op dezelfde manier als bij de verbindingsleiding van het binnendeel, zie pag. 22/23). 4. Ontluchting Deze modellen Airco dienen in bedrijf te worden gesteld door een STEK-gecertificeerd installateur. 5. Inkorten leidingen Voor het inkorten van te lange leidingen is speciaal gereedschap nodig. Laat dit aan bevoegden (STEK-monteurs) over of kies ervoor het overschot aan leiding te laten zitten. De EUROM WAC9 en WAC12 zijn standaard uitgevoerd met 3,5 meter koelleiding; de EUROM WAC18 heeft standaard 5 meter koelleiding. Bij verlenging tot max. 7 meter hoeft de hoeveelheid koelmiddel niet te worden bijgevuld. Wanneer de totale hoeveelheid leiding boven de 7 meter uitgaat, dient er per extra meter 50 gram koelmiddel R410a te worden bijgevuld. 6. Bijvullen van koelmiddel Het bijvullen van koelmiddel mag in Nederland uitsluitend worden uitgevoerd door gecertificeerde STEK-monteurs.
WERKINGTEST Voordat u de werking van de airco test, dient nogmaals een controle op de veiligheid van de bedrading te worden uitgevoerd. 1. Werking onder de noodknop: elke keer dat u op de noodknop drukt werkt de airco onder een andere functie, in onderstaande volgorde: koelen
>
verwarmen > uit
2. Werking onder de afstandsbediening: Als de binnenunit een piepje laat horen nadat u op de I/0 AAN/UIT-knop hebt gedrukt geeft dat aan dat hij onder controle staat van de afstandsbediening. Druk daarna op alle knoppen om de werking te testen. 3. Werking onder de controleknop: Open het frontpaneel en druk op de controleknop. Schakel nu de stroom in; daarmee activeert u de
27
werkingtest. Als de indicatielampjes eerst even oplichten en vervolgens doven, of het LED-venstertje van de binnenunit licht eerst op en dooft dan weer, dan werkt het systeem normaal. Als één van de indicatielampjes blijft knipperen, of wanneer er foutcodes op het LEDvenstertje verschijnen is er iets mis met het systeem. Controleer onmiddellijk wat er mis en herstel het zo mogelijk. Voer echter zelf geen reparaties uit, maar wend u daartoe tot uw leverancier of een erkend elektricien. De gevolgen van onoordeelkundig uitgevoerde reparaties vallen niet onder de garantie en doen de aansprakelijkheid van leverancier, importeur en fabrikant vervallen!
------------------------------------------------------------------------EUROMAC BV. Kokosstraat 20, 8281 JC Genemuiden tel. 038-3854321 fax 038-3856464