Installatiehandleiding oplaadstation © Reewoud Chargepoint P5
Datum: 26 september 2014 Versie: 1.20 Chargepoint© Vosselmanstraat 274 7311 CL Apeldoorn +31 (0) 55 30 20 011
[email protected]
Inhoudsopgave 1.
2.
Veiligheidsvoorschriften............................................................................................. 3 1.1.
Algemeen................................................................................................................................. 3
1.2.
Vervoer en opslag.................................................................................................................... 3
1.3.
Werkinstructies ....................................................................................................................... 3
Installatie................................................................................................................... 4 2.1.
Plaatsen fundering .................................................................................................................. 4
2.2.
Slaan aardpen* ........................................................................................................................ 4
2.3.
Plaatsen cilinderslot ................................................................................................................ 4
2.4.
Plaatsen laadstation ................................................................................................................ 4
2.5.
Aansluiten laadstation aan LS-net (afbeelding 1).................................................................... 4
2.6.
Inbedrijfstelling........................................................................................................................ 6
3.
Stuklijst...................................................................................................................... 6
4.
Positionering componenten ....................................................................................... 7 ............................................................................................................................................................. 7
Pagina 2 van 7
1. Veiligheidsvoorschriften 1.1.
Algemeen
Wij maken u erop attent dat u met elektriciteit werkt. Bij verkeerd gebruik of verkeerde installatie kan er een gevaarlijke situatie ontstaan. Het apparaat is volgens de laatst geldende voorschriften ontworpen en beveiligt de gebruiker en de aangesloten apparatuur tegen de gevolgen van kortsluiting en aardfouten.
1.2.
Vervoer en opslag
Voor bescherming van de buitenzijde van het laadstation wordt altijd de behuizing in noppenfolie gehuld en daarna in een daarvoor bestemde kartonnen doos verpakt. Het product dient staand of liggend vervoerd te worden. Let erop dat de verpakking van het oplaadobject niet beschadigd raakt tijdens het vervoer, zodat de lak en folie van het laadstation in goede staat blijft. Til het laadpunt met minimaal twee personen. Gewichten van de diverse onderdelen: Laadstation: ca. 35 kg Fundament: ca. 18 kg Voetplaat: 50 x 55,5 x 66 cm (l*b*h)
1.3.
Werkinstructies
Werk altijd volgens de geldende veiligheids- en werkinstructies van lokale netbeheerder. U dient altijd onder regie van de lokale netbeheerder te werken. Het aansluiten van een laadstation komt overeen met het uitvoeren van een woonhuisaansluiting. Dat betekent, dat de veiligheidsvoorschriften van de netbeheerder, waarvoor de aansluiting wordt uitgevoerd, van toepassing zijn op het plaatsen en aansluiten van het laadstation. Neem vooraf kennis van de juiste veiligheidsprocedures en werkinstructies. Voer de werkzaamheden volgens de werkinstructie, de geldende wettelijke landelijke veiligheidswerkinstructie en mofmontage-instructie uit.
Pagina 3 van 7
2. Installatie 2.1.
Plaatsen fundering 1. Graaf een gat van ca. 60x65 cm en 66 cm diep (voetplaat is 50x55,5 cm); 2. Verdicht de grond zodat een stevige basis wordt verkregen voor plaatsing van de fundatie en latere verzakking wordt voorkomen; 3. Zorg ervoor dat het plaatsingsvlak horizontaal is. Meet dit met behulp van een waterpas; 4. Plaats de fundatie zodanig dat de onderkant van driehoekige bovenplaat (zie afbeelding op de kaft van dit document) gelijk is aan maaiveldniveau en zet deze waterpas (let op: de pijl in de driehoekige bovenplaat wijst altijd naar de voorzijde van het laadstation); 5. Voer de voedingskabel door de meegeleverde flexibele mantelbuis heen; 6. Voer de voedingskabel door één van de sparingen in de fundering heen zodat er ca. 50 cm kabel boven de fundering uitsteekt voor voldoende overlengte t.b.v. montage en het aansluiten van de voedingskabel.
2.2.
Slaan aardpen* 1. Sla naast de voetplaat een aardpen volgens voorschrift (weerstandswaarde <167 Ohm); 2. Sluit de aarddraad aan op de aardpen; 3. Voer de aarddraad door één van de sparingen in de fundering heen zodat er ca. 50 cm kabel boven de fundering uitsteekt voor voldoende overlengte t.b.v. montage en het aansluiten van de voedingskabel.
*Indien de netbeheerder aarde levert, dient de aarde en de nul een vaste verbinding te hebben aan de onderzijde. In dat geval moet de sticker ‘netbeheerder levert aarde’ worden aangebracht.
2.3.
Plaatsen cilinderslot 1. 2. 3. 4. 5. 6.
2.4.
Draai het beschermingskapje zodanig tot de lege huls zichtbaar is; Open het slot d.m.v. een passe-partout sleutel (bouwsleutel) in de lege huls te steken; Draai de sleutel links of rechts om en de hendel springt op; Plaats een europrofielcilinder van de netbeheerder via de achterzijde in de lege huls; Schroef de europrofielcilinder vast met een op maat gemaakt boutje; Test goed of het slotmechanisme functioneert.
Plaatsen laadstation 1. Plaats het laadstation correct op de fundering (stellen kan m.b.v. de sleufgaten); 2. Maak een stabiele bevestiging met de vier bijgeleverde bouten en sluitringen, het aandraaimoment is 25Nm; 3. Vul de grond aan tot onderzijde driehoekige bovenplaat en zorg voor goede verdichting.
2.5.
Aansluiten laadstation aan LS-net (afbeelding 1) 1. Bevestig de aarddraad aan de aardbout in het onderste compartiment; 2. Bevestig de voedingskabel in de PUK-klem voor de trekontlasting en voer deze in via de wartel in de uitneembare wartelplaat; 3. Leg de voedingskabel in de voedingskast tot op de klemmenblokken en pel deze aan op de juiste lengte; 4. Sluit de aders van de voedingskabel aan op de daarvoor aangegeven klemmen in de aansluitkast, aarde en nul gaan op het klemblok links; 5. In alle type netten wordt standaard genuld middels het aardblok rechtsboven in de kast.
Pagina 4 van 7
Hoofdschakelaar
Buispatroonhouders (3x25A)
Klemblok 3x (grijs) voor fasen netaansluiting Klemblok (blauw) voor nul en aarde netbeheerder
IP54 aansluitkast
Pakkingbus voor IP54 classificatie laadstation
Uitneembare wartelplaat Aarddraad aansluiten op aardbout PUKklem/trekontlasting
Afbeelding 1; aansluitgedeelte onder in laadstation.
Pagina 5 van 7
2.6.
Inbedrijfstelling
1. Controleer de weerstandwaarde van de aardpen. De weerstand van de aardelektrode mag maximaal 167 Ohm bedragen. (conform NEN1010); 2. Zet de hoofdschakelaar in de 0-stand; 3. Plaats de 3 buispatronen (25A)** die los zijn bijgeleverd in de buispatroonhouders (zie afbeelding 1); 4. Schakel de voedingsspanning in door middel van de hoofdschakelaar in de 1-stand te zetten; 5. De LED band om het stopcontact geeft de volgende kleur indictie weer: a. ROOD (knipperend) Opstarten; b. ROOD/GROEN (knipperend) Verbinding zoeken met netwerk (piept tussendoor); c. GROEN Gereed, LED zal na ca. 20 seconden uitgaan. 6. Controleer aanwezigheid spanning op 3 fasen, werkend conform NEN3140; 7. Na gereed dient u contact op te nemen met ElaadNL op telefoonnummer 06-81400684. De volgende gegevens worden aan u gevraagd: a. Laadpaalnummer (staat onder RFID reader of in het componentengedeelte rechts bovenin); b. Meternummer (op voorzijde kWh-meter); c. Adresgegevens (op bijgeleverd basisdocument van ElaadNL); 8. Breng verzegeling aan op de IP54 aansluitkast (boven en onder) en aan het kijkvenstertje; 9. Optioneel: verwijder de gele sticker met de tekst ‘dit laadpunt is binnenkort beschikbaar’; 10. Plaats het losneembare deel van de achterwand terug in het laadstation en verbind de aarddraden met elkaar. **Er zijn 3 extra reserve buispatronen meegeleverd, deze bevinden zich aan de binnenzijde van het laadstation. Deze zijn bedoeld voor storingen en dienen achter gelaten te worden in het laadstation.
3. Stuklijst Item 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17
Code F4 K1 K2 Q1 Q2 Q3 RFID U1 U2 U3 U4 U11 U14 U17 U17-1 V1 V2
Omschrijving Zekeringslastscheider 3p 20A Contactor 4/25A Contactor Lastscheider 4/25A Aardlekschakelaar 25A 30mA Installatieautomaat 2p B6A RFID reader kWh-meter Outlet 3f 16A Type 2 Controller outlet LED en controller LCC controller Modem GSM/GPRS Voedingskast IP54 Zekeringslastscheider 1p. 25A Voeding 12VDC Voeding 5VDC
Artikel CMS143M CT6 CMA31C OT25F4N2 RM80 M80 Multitop/PCB Conto 4D MID Rec T2 EVCC2 Z2223 Raspberry Pi Din.Box AKP5 CMS101 PSS8VKG PSS8VKG5
Fabricaat Ferraz Gacia Farnell ABB Gacia Gacia Proxtech IME Telerex eNovates eNovates eNovates Bausch Chargepoint Ferraz Omron Omron
Tabel 1; hoofdcomponenten in laadstation.
Pagina 6 van 7
4. Positionering componenten
Afbeelding 2; hoofdcomponenten in laadstation.
Pagina 7 van 7