Inhoudsopgave Geschiedenis van de handboog
2
Handboogsport
2
FITA
3
Nederlandse Handboog Bond
4
Olympische Spelen
5
Materiaal
5
Wedstrijden en competitie
9
Een aantal spelregels
11
Interview Wietse van Alten
12
Als je zelf wilt schieten
14
1 Informatie over de handboogsport
Geschiedenis van de handboog De pijl en boog is waarschijnlijk een van de oudste wapens die de mensheid kent. In de prehistorie gebruikte de mens dit wapen om zich te verdedigen tegen zijn vijandige omgeving en om ervoor te zorgen dat hij zich kon verzekeren van voedsel. Meestal werd hout gebruikt bij het maken van pijlen en bogen. Hout vergaat, daarom kunnen we het gebruik van de boog door de prehistorische mens, slechts terugvinden op de rotsgravures en rotsschilderingen. Deze tekeningen zijn te vinden in Zuid-Frankrijk, Spanje, de Sahara en Namibië. Alleen de vuurstenen pijlpunten getuigen ons van het bestaan en gebruik van pijl en boog. Egyptenaren, Scyten, Assyriërs en Babyloniërs bezaten hele legioenen handboogschutters, regelmatig ook op paarden. De oorlogsbogen waren vaak kort van model, omdat ze zo beter van een paard konden schieten. Er waren zelfs mensen die hun paard met de benen konden besturen, om zo de handen vrij te houden voor het schieten van de boog! Er waren twee bogen te onderscheiden in de middeleeuwen, de korte en de lange boog. De lange boog (Long Bow) werd gebruikt bij de lopende soldaten. De lange boog (Long Bow) schoot een stuk verder en werd veel door de vikingen gebruikt. De korte boog werd gebruik op het paard. Met de invoering van de vuurwapens verdween eerst de kruisboog en daarna de handboog als oorlogswapen. Op dit moment gebruiken de Pygmeeën in Zuid Afrika en de Amazone indianen de boog nog steeds als jachtwapen. Het materiaal wat gebruikt werd voor het maken van bogen was afhankelijk van wat de mensen vonden of ruilden. Zo zijn er bogen van hout, bamboe, walvisbeen en hoorn gemaakt. De boog werd op veel plekken in de wereld gebruikt. In het regenwoud, op de poolcirkels, in open terrein en in dichtbebost terrein. De boog was een populair wapen vanwege de nauwkeurigheid waarmee een pijl kon worden geschoten en vanwege de reikwijdte (pijlen konden wel verder dan 200 meter komen).
Handboogsport Toen er steeds meer vuurwapens (geweren etc.) werden gebruikt, is het schieten met de hand- en kruisboog een aangelegenheid geworden van schuttersgilden, die vooral in de 16e eeuw tot grote bloei kwamen. In de late middeleeuwen ontstonden op het platteland schutterijen, het handboogschieten werd nu meer een sport. Na een vervalperiode in de 18e eeuw werden in Nederland van 1815 tot 1901 de schutterijen opgenomen in de militaire organisatie. Na de eer2
ste wereldoorlog werden talrijke oude gilden opnieuw opgericht. De handboogsport als moderne wedstrijdsport ontwikkelde zich voor het eerst sterk in Engeland. Tegen het einde van de 18e eeuw werden daar al wedstrijden gehouden. In Amerika werd in1828 het Verenigde Boogschuttersgilde van Philadelphia (The Philadelphia Bowman) opgericht. Tussen die begin jaren en de tegenwoordige tijd is er wel het een en ander veranderd. Nu zijn er enige honderdduizenden handboogsporters verdeeld over bijna 100 landen! Deze landen zijn aangesloten bij de FITA.
FITA De FITA is een overkoepelende organisatie voor de handboogsport in zijn totaliteit en is in 1931 opgericht. Het betekent: Federation Internationale de Tir à l'Arc (Internationale federatie voor handboogschieten). De FITA is geen bond die regels maakt voor zichzelf en haar leden. Ook organiseert de FITA geen wedstrijden. Het is eigenlijk een ontmoetingsplek waar de nationale bonden (van alle landen) met elkaar afspreken hoe bij internationale ontmoetingen te handelen. Er worden hier dus afspraken gemaakt, leef- en gedrags regels bepaald en normen vastgesteld. De regels en afspraken gelden voor de hele wereld, zodat iedereen dezelfde regels heeft. De FITA heeft een aantal doelstellingen: - het promoten en bevorderen van de handboogsport over de hele wereld - het laten organiseren van wereldkampioenschappen en andere continentale of regionale kampioenschappen, zoals die door het congres (in Nederland noemen we het de ledenvergadering) kunnen worden verlangd - het opstellen van de schiet- en wedstrijdregels alsmede het interpreteren ervan - het officieel erkennen en registreren van: records wereldkampioenschappen, records continentale kampioenschappen, wereldrecords en Olympische records - het samenstellen van de complete uitslagenlijsten van: Wereldkampioenschappen, Continentale kampioenschappen, Olympische Spelen De nationale sportbonden zijn leden van de FITA, één van elk land. Voor Nederland is dit de Nederlandse Handboog Bond.
3 Informatie over de handboogsport
Nederlandse Handboog Bond De handboogsport bestaat al honderden jaren, maar werd in het begin vooral beoefend in gildenverband. Cica 1835 werden de eerste verenigingen opgericht waar alleen de handboogsport aangeboden werd. Dit was toen vooral een sport van de hogere kringen. Koning Willem III heeft zich ook met de sport bemoeid. Hij organiseerde een wedstrijd waar medailles te winnen waren. Dit zorgde ervoor dat er meer verenigingen opgericht werden. De regels werden steeds uitgebreider. Er kwam steeds meer behoefte aan samenwerking om zo veel dingen beter te regelen. Op 5 maart 1922 werd in Eindhoven de Algeemene Nederlandsche Bond van Handboogschutterijen opgericht. In 1934 wordt de RK Bond van Handboogschutterijen St. Sebastiaan te Eindhoven opgericht. Dit was een andere bond dan de ANBvH. Ondanks veel pogingen kwamen de bonden niet bij elkaar. De tweede wereldoorlog bracht daar verandering in. Tijdens de oorlog heeft de bezetter er op aangedrongen dat de twee gingen fuseren. Dit gebeurde dan ook. In 1947 werd er weer de interland met België geschoten (na een afwezigheid van een aantal jaar). Vanaf 1972 schieten de heren voor het Nederlands Kampioenschap (NK) nog steeds in 5 klassen (A t/m D) en 1 klasse voor de jeugd, maar wordt de discipline uitgebreid met een dameskampioenschap. In 1979 komt de klasse D te vervallen. In 1979 worden de damesklassen uitgebreid met B - C - D en de jeugdkampioenschappen worden gewijzigd in jongens en meisjes en in verschillende leeftijden. Op dit moment zit de handboogbond in Rosmalen en draagt de bond de naam Nederlandse Handboogbond (NHB). De NHB is lid van de FITA. Voor de NHB is het belangrijk om lid te zijn van de FITA: - op deze manier blijft de NHB op de hoogte van bijvoorbeeld de andere bonden. Samen sta je sterk en kun je veel meer bereiken - het stimuleert de organisatiegroei van de topsporters die in hun eigen kring mogelijk in onvoldoende mate tegenstanders van hun niveau aantreffen - omdat de NHB zo dezelfde spelregels en afspraken heeft als alle andere landen. Dit maakt de samenwerking een stuk makkelijker en is de handboogsport meer één geheel.
4
Olympische Spelen De eerste moderne Olympische spelen is gehouden in 1896 te Athene. De handboogsport was aanwezig op de spelen van 1900 (Parijs),1904 (St. Louis), 1908 ( Londen) en in 1920 (Antwerpen) waar een Nederlandse Ploeg goud haalde op een 28 meter baan. Daarna heeft het erg lang geduurd voordat de sport weer in het programma werd opgenomen nl. tot 1972 in München. Op de spelen van 2000 in Sydney werd er voor het eerst door een Nederlandse handboogschutter een individuele medaille gehaald. Wietse van Alten werd derde in het individuele mannenklassement. Door deze medaille heeft Wietse de handboogsport veel bekender gemaakt.
Afbeelding 1: Wietse van Alten laat zijn bronzen medaille zien.
Afbeelding 2: Het recurveteam tijdens de Olympische spelen van 2004 in Athene. Op de achtergrond Nederlandse suporters.
Materiaal De boog en pijlen Er zijn verschillende bogen waarmee geschoten kan worden. De meest voorkomende bogen in Nederland zijn de barebow (afbeelding 3), de recurveboog (afbeelding 4) en de compound boog (afbeelding 5). Barebow Dit betekent letterlijk vertaald 'kale boog'. Dit is een boog zoals hij vroeger gebruikt werd. De boog bestaat uit een middenstuk en handgreep, twee werparmen en een pees.
Afbeelding 3
5 Informatie over de handboogsport
Op het middenstuk zit een oplegger. Hier kan de pijl opgelegd worden. Op de pees zit een nokpunt. De pijl zit op dit punt vast aan de boog. Bij de geschiedenis is gesproken over de Long Bow. Hier wordt nog steeds mee geschoten en valt onder de bare bow. Recurveboog De basis van deze boog is hetzelfde als bij een Barebow. Daarnaast mag je nog als extra hulpmiddelen een vizier en stabilisatoren gebruiken. Het vizier is er om goed te richten. De stabilisatoren zorgen ervoor dat de boog beter in balans blijft en dat er minder trillingen zijn. De boog is zo dus extra stil. Dit zorgt ervoor dat de pijlen beter vliegen en dus minder afwijkingen hebben. De recurveboog is de enige boog die mee mag doen op de Olympische spelen. Compoundboog De compoundboog is de nieuwste ontwikkeling op het gebied van bogen. Dit is een kleinere boog dan de barebow en de recurve. Aan het uiteinde van beide werparmen zitten wieltjes. Door deze wieltjes is het mogelijk om met minder inspanning toch de pijlen met een grote kracht weg te schieten. Bij de compound boog mag je nog meer hulpmiddelen gebruiken dan bij de recurve boog. Als extra richtpunt mag er een peep-sight gebruikt worden. Dit is een soort oogje waar je door heen kunt kijken. Dit oogje zit aan de pees vast en staat in één lijn met het vizier. Bij het vizier mag je een waterpas en een vergrotende lens gebruiken. Voor het lossen (loslaten) van de pijl, mag je een mechanisch losapparaat, een release, gebruiken. Deze release zorgt ervoor dat de pijl, zonder extra bewegingen (die je wel hebt als je de pees met de vingers los laat) de pees verlaat. De compoundboog is geen Olympische boog. Op de Paralympische Spelen (Olympische Spelen voor mensen met een beperking) is de compound naast de recurveboog wel toegestaan.
Afbeelding 4
Omdat bij beginners meestal met een recurve boog geschoten wordt, wordt deze iets uitgebreider beschreven.
Afbeelding 5
6
De boog bestaat uit de volgende onderdelen (zie afbeelding 6): 1 werparm boven en onder, zijn de actieve delen van de boog 2 oplegger, hier komt de pijl op te liggen 3 middenstuk, basis van de boog 4 handgreep, het handvat 5 de pees, hier wordt de pijl op bevestigd. Door de pees uit te trekken en los te laten, gaat de pijl naar voren 6 nokpunt, hier “klik” je de pijl vast, zodat de pijl niet van de boog af valt.
Afbeelding 6
De pijl Behalve een boog gebruiken we natuurlijk ook pijlen. De pijl bestaat uit een holle schacht met aan de ene kant een metalen punt en aan het andere einde een kunststof nok. In de nok zit een gleuf waar de pees in past. Sommige schachten zijn gemaakt van hout. Deze worden voornamelijk gebruikt door de Long Bow schutters. De meeste schachten worden echter gemaakt van een aluminiummengsel of een combinatie van een dun aluminium buisje omhuld door een dun laagje glasvezel-carbon. De veertjes aan het einde van de pijl zorgen ervoor dat de pijl tijdens de vlucht in balans (dus niet gaat wiebelen) blijft en houden de pijl in evenwicht. De pijlpunt is zwaar, dus zonder de veertjes is de pijl niet in evenwicht. Pijlen zijn er in allerlei lengtes. De pijl heeft de volgende onderdelen (zie afbeelding 7): 1 nok, voor de bevestiging aan de boog 2 bevedering, stabiliseren van de pijl en het compenseren van de zwaardere pijlpunt 3 index veer, is de veer die haaks op de nokgroef staat en wijst van de boog af als de pijl genokt (vast zit) aan de boog, deze heeft meestal een andere kleur 4 schacht, wordt gemaakt van diverse materialen Afbeelding 7 5 pijlpunt 7 Informatie over de handboogsport
Bescherming Voor de beginner is er een aantal materialen nodig bij het schieten. De armbeschermer (afbeelding 8) is erg belangrijk om te voorkomen dat de pees tegen de onderarm aan komt. Als de pees tegen de onderarm komt en er is geen bescherming, is de kans op een zere arm groot.
Afbeelding 8
Afbeelding 9
Afbeelding 10
Voor de vingers kan het erg fijn zijn om een vingertab (afbeelding 9) te hebben. Dit voorkomt pijnlijke vingers tijdens het lossen van de pijl. Ook kan de vingertab het lossen vergemakkelijken. De pees rolt over de tab een stuk gemakkelijker dan over de huid. De borst wordt beschermd door een borstbeschermer (afbeelding 10). Overig materiaal Uiteindelijk heb je nog het materiaal waarop geschoten wordt. Het blazoen (een vel met allerlei kleuren), het doelpak en de standaard. Het blazoen (afbeelding 11) heeft 5 kleuren en 10 ringen: ring 1 en 2 zijn wit = 1 en 2 punten ring 3 en 4 zijn zwart = 3 en 4 punten ring 5 en 6 zijn blauw = 5 en 6 punten ring 7 en 8 zijn rood = 7 en 8 punten ring 9 en 10 zijn geel = 9 en 10 punten
Afbeelding 11
Het doelpak (afbeelding 12) is vaak gemaakt van geperst stro dat bij elkaar wordt gehouden door een metalen band die eromheen zit gespannen. Het blazoen prik je vast op het doelpak. Het doelpak wordt op een standaard geplaatst, zodat het blazoen op de juiste hoogte staat.
Afbeelding 12
8
Wedstrijden en competitie Binnen de handboogsport zijn er verschillende disciplines. - 25m 1 pijl - Indoor - Outdoor - Veld 25 meter 1 pijl Er wordt geschoten over 25 meter op een blazoen met een doorsnede van 60 cm. Per beurt wordt 1 pijl geschoten. Als alle schutters hun pijl hebben geschoten wordt de pijl opgehaald. Elke sporter krijgt 5 proefpijlen om het vizier mee af te stellen, deze tellen niet mee voor de score. Er volgt dan een wedstrijd over 25 pijlen of soms 2x25 pijlen. Er is een bondscompetitie die loopt van september t/m maart die per regio georganiseerd wordt. Van de regio's gaan de beste schutters naar het Rayonkampioenschap in april/mei en de top daarvan strijdt uiteindelijk om de titel van Nederlands Kampioen in juni. Deze discipline is voor zowel recurve als compound schutters. Deze discipline is een zuiver nationale aangelegenheid, er is alleen een internationale wedstrijd in de vorm van de Nederland-België interland (zie afbeelding 13). Afbeelding 13: Interland Nederland. Indoor De andere discipline waar binnen geschoten wordt heet indoor. Deze discipline wordt internationaal door de FITA erkend. Er wordt geschoten vanaf de schietlijn naar een doel op 18 meter met een blazoen van 40 cm. De schutters schieten 3 pijlen per beurt en hebben daar 2 minuten de tijd voor. Schiet je 1 pijl buiten de tijd, dan vervalt de hoogst genoteerde pijl. Een wedstrijd gaat over 30 of 2x30 pijlen, maar om te beginnen hebben de schutters 2 series van 3 proefpijlen (om het vizier af te stellen), die niet tellen. Deze discipline is toegankelijk voor recurve en comAfbeelding 14: Junioren tijdens het WK pound schutters. De bondscompetitie vindt indoor. De jongens in het wit schieten voor Nederland. van september t/m december plaats en ook 9 Informatie over de handboogsport
hier wordt via Rayonkampioenschappen beslist wie uiteindelijk aan de Nederlandse Kampioenschappen mag deelnemen. Omdat deze discipline door FITA erkend is, vinden er ook Europese en Wereldkampioenschappen (zie afb. 14) plaats en zijn er ook Europese en Wereldrecords. Outdoor De tegenhanger van indoor is outdoor, ook wel doel genoemd. Voor de meeste doelschutters bestaat een sportief jaar uit indoor in de winter en outdoor in de zomer. Een wedstrijd kent verschillende afstanden: de dames, junioren en veteranen schieten op 70, 60, 50 en 30 meter, de heren moeten 90, 70, 50 en 30 meter overbruggen. Alle schutters schieten 36 pijlen per afstand. Op de 2 grootste afstanden is de maat van het blazoen 122 cm, op de 2 kortste afstanden heeft het blazoen een doorsnede van 80 cm. Net als bij indoor worden de pijlen geschoten in series van 3 pijlen binnen 2 minuten, op de twee langste afstanden kan dat ook 6 pijlen in 4 minuten zijn. Overschrijdt een schutter de tijd dan vervalt de hoogst genoteerde pijl. Bij de lange afstanden worden de pijlen om de 6 pijlen gehaald en de score opgeschreven, bij de korte afstanden wordt er iedere 3 pijlen naar het doel gelopen. Outdoor kent Europese en Wereldkampioenschappen (zie afb. 15) en wordt beoefend door recurve en compound schutters. Bovenal is het de discipline van de Olympische Spelen, waar echter alleen de Afbeelding 15: Een Nederlandse compoundrecurve schutters aan mee mogen doen. schutster, Irma Luyting, tijdens het WK Op de Olympische spelen wordt op 70 meter Outdoor 2003 in New York. Hier werd ze derde en won dus de bronzen medaille. geschoten. Veld Schutters lopen in groepjes van maximaal 4 personen door bos en veld en volgt een parcours van 24 doelen die afwisselend staan opgesteld. De moeilijkheidgraad per doel wisselt door omhoog- en omlaag schieten of het gebruik van zon- en schaduw. De afstanden variëren van 5-60 meter en er zijn blazoenen in de afmetingen 20, 40, 60 en 80 cm, afhankelijk van de te schieten afstand. De schietpost vanwaar geschoten wordt is duidelijk aangegeven en de afstand tot het doel staat voor de helft van de wedstrijd aangegeven. De andere helft is onbekend en daar zullen de schutters zelf de afstand moeten schatten. De velddiscipline wordt beoefend door recurve en compound, maar kent daarnaast ook de discipline barebow, een recurveboog zonder vizier en stabilisatie. 10
Deze discipline kent Nederlandse, Europese en Wereldkampioenschappen. Daarnaast is Veldschieten vertegenwoordigd op de tegenhanger van de Olympische Spelen, de Wereldspelen.
Afbeelding 16: Twee veldschutters op een veldwedstrijd speciaal georganiseerd voor jeugdschutters.
Een aantal spelregels Spelregels • Je wacht tot iedereen klaar is om met schieten te beginnen en gaat met andere schutters tegelijk op de schietlijn staan (zie afbeelding 17). • Als je eerder klaar bent loop je van de schietlijn weg zonder andere schutters te storen. • De wachtende schutters maken geen lawaai en storen andere schutters niet in hun concentratie. • Als iedereen geschoten heeft ga je gezamenlijk de pijlen halen. • Als je aan de lijn staat en een pijl valt van je boog dan mag je hem nog schieten en tellen als een deel van de pijl tussen de schietlijn en de 3 meter ervoor ligt. Bij veldschieten mag je schieten en tellen als je de pijl kunt aanraken terwijl je achter de schietlijn blijft staan. • Bij een schot op het randje telt altijd het hoogste aantal punten. Als een pijl in de 9 zit, maar het randje van de 10 raakt, dan telt hij als een 10. Dit geldt voor alle soorten wedstrijden. • Je mag de pijlen en blazoenen pas aanraken als de scores zijn genoteerd en gecontroleerd. • Als je een pijl bovenop of in een andere schiet (een zogenaamde Robin Hood) dan telt voor de 2e pijl de score van de 1e pijl die al in het blazoen stak. • Een pijl op een ander doel telt niet! • Je komt niet zonder toestemming aan de boog of pijlen van iemand anders. 11 Informatie over de handboogsport
Afbeelding 17: Alle schutters staan op de schietlijn. In het blauw/donker zijn 3 Nederlandse heren recurve tijdens het WK in New York.
Interview Wietse van Alten Wietse van Alten, geboren op 24 september 1978 te Zaandam zoon van Elly en Cees van Alten en broer van zus Ellen (inmiddels ook al zwager van Misja en trotse oom van Koen en Lotte). Wietse heeft als eerste Nederlander bij het handboog schieten een medaille gewonnen op de Olympische Spelen. Daardoor heeft hij de handboogsport op de kaart gezet. Hoe ben je begonnen? Op 7 jarige leeftijd ging ik mee met een vriendje naar handboogvereniging Czaar Peter in Zaandam. Daar was ik meteen verkocht! Daarna kocht ik snel een boog. Ik ben zelfs later naar Brabant verhuist om me daar nog beter op mijn sport te concentreren. Wie was je voorbeeld? Ik had niet echt een voorbeeld, maar Dennis Bruntink was iemand waar ik tegen op keek. Wat is een record waar je trots op bent? Mijn record dat ik geschoten heb in 2000. Dit was een Olympische ronde ik schoot daar 176 punten van de mogelijke 180! Wat is je mooiste prestatie? Dat is natuurlijk niet zo moeilijk… de bronzen medaille op de Olympische spelen in Sydney! Mijn droom is nu nog wel een keer goud te halen. Wat is je beste en mooiste afstand Mijn beste en ook mooiste afstand is 70 meter. Dat is de afstand die op de Olympische spelen geschoten wordt. Die afstand train ik erg veel.Welk 12
Materiaal gebruik je? Iedereen is als schutter anders en heeft daardoor ook ander materiaal nodig. Ik kies uit alle verschillende materialen altijd wat voor mij het fijnste is. Alles past precies bij mij, er kan dan ook niemand zomaar met je materiaal schieten. Boog - Hoyt Matrix 25” Latten - Hoyt G3 70" - 40# Vizier - Sure Loc Quest X Oplegger - Spigarelli Oplegger Pijlen - Easton X10 pijlen Vinger tab - A&F ankertab Als je 1 ding wilt veranderen in de sport, wat zou dat dan zijn? Voor veel mensen is de sport best saai om naar te kijken. Ik zou wat meer show willen. Ook zou de sport wat spannender mogen zijn en het is belangrijk dat het voor toeschouwers duidelijker wordt wie er voor staat tijdens een wedstrijd. Maar dat zijn eigenlijk drie dingen, ze hebben wel allemaal met elkaar te maken. Wat voor werk doe je? Ik kan van mijn sport leven. Dus eigenlijk werk ik als handboogschutter. Daarnaast heb ik heel lang bij een handboogwinkel gewerkt. Sinds kort werk ik bij de Nederlandse Handboog Bond als regio-ondersteuner. Ik geef voor talentvolle schutters speciale trainingen over speciale onderwerpen. Hoe zie je je toekomst? In 2008 is er weer een Olympische spelen. Dit keer is dat in Bejing in China. Ik ga er vol tegenaan om daar weer te kunnen presteren. En ik ga voor die gouden plak! Na de spelen van 2008 kijk ik wel verder. Ik denk wel dat ik wil werken in de Handboogsport. Heb je ten slotte nog tips voor de jeugd? Zorg dat je de sport leuk blijft vinden! Als je goed wilt worden moet je echt heel veel trainen en veel wedstrijden schieten. Het is belangrijk om veel ervaring op te doen. Het kan altijd iets minder gaan, dat geeft niets, gewoon doorgaan dan gaat het vanzelf weer beter! Wietse heeft een eigen website, www.wietsevanalten.nl. Daar kun je ook vragen stellen aan hem. Hij probeert ze dan zo snel mogelijk te beantwoorden. 13 Informatie over de handboogsport
Als je zelf wilt schieten Waar kun je schieten? Als je nu denkt, goh wat een leuke sport, dan kun je bij een vereniging. In Nederland zijn ongeveer 260 verenigingen en de verenigingen hebben bij elkaar ongeveer 9000 leden. Van deze leden zijn ongeveer 2500 jeugd lid. Dat zijn er best veel. Sommige verenigingen zijn erg groot (meer dan 100 leden)
Afbeelding 18: Wietse in actie tijden de Runarchery Cup 2005. Runarchery is een discipline binnen de handboogsport waar hardlopen gecombineerd wordt met de handboogsport.
andere verenigingen zijn klein (minder dan 10 leden). Het is belangrijk om bij een vereniging te gaan die jij leuk vindt. Sommige verenigingen hebben jeugdleden, maar er zijn ook verenigingen die geen jeugdleden hebben. Wat heb je nodig? Als je net begint bij de vereniging mag je vaak een boog lenen van de vereniging. Ook de andere materialen zijn vaak bij de vereniging aanwezig. Mocht je het echt leuk vinden en een eigen boog willen dan kost een boog voor beginners ongeveer 150 euro. De andere benodigdheden zijn niet zo duur. Voor het schieten heb je lekker zittende kleding nodig (sportkleding) en een paar goed zittende schoenen (sportschoenen). De kleding moet niet te ruim zijn en geen loshangende delen hebben (wijde blouse of een klep van een borstzakje), want dan heb je kans dat de pees erachter blijft hangen. Dit heeft natuurlijk invloed op je schot. De kleding moet eventueel ook beschermen tegen wisselende weersomstandigheden (regen en wind). Veel schutters gebruiken buiten een petje tegen de zon. Wat heeft een vereniging te bieden? Elke vereniging heeft een ander programma. Sommige verenigingen zijn heel erg actief voor de jeugd. Zij organiseren allerlei extra wedstrijden. Vaak wordt er met kerstmis een kerstverschieting georganiseerd waar je bijvoorbeeld op 14
kerstballen mag schieten! Ook wordt er vaak diploma schieten georganiseerd. Voor een bepaald aantal punten staat een diploma. Hoe beter je wordt, hoe meer diploma's je krijgt. Natuurlijk kan er bij de vereniging ook aan een competitie deelgenomen worden. Zo ontmoet je andere sporters en verenigingen. Bij de meeste verenigingen met jeugd is er een speciale trainingsavond voor de jeugd. Mocht je nu heel erg goed zijn dan kan het zijn dat je een extra training mag meedoen. Er zijn speciale Regio- en Rayon trainingen. Als je echt goed bent kan het zijn dat ze je voor jong Oranje vragen. Dan ben je eigenlijk al een topsporter. Aangepast sporten De handboogsport is een van de weinige sporten waar aangepast sporters op hetzelfde niveau kunnen schieten als mensen zonder beperking. Het is een goede manier om de romp-, schouder- en armspieren te trainen (zie afbeelding 19). Hoe aan te pakken? Kijk in het telefoonboek of kijk op Internet, www.handboogsport.nl, voor de
Afbeelding 19: Een sporter in actie tijdens het WK aangepast sporten in 2005
15 Informatie over de handboogsport
dichtstbijzijnde vereniging. De meest verenigingen hebben een introductieprogramma waar je kunt kijken of je het echt leuk vindt. Als je het dan leuk vindt kun je lid worden van de vereniging. Heb je nog vragen dan kun je contact opnemen met de Nederlandse Handboog Bond. Daar is een medewerker speciaal voor jeugdactiviteiten, voor jou dus!
Afbeelding 20: Hitmiss4all, een leuke manier om op school kennis te maken met de handboogsport.
16