BEGROTING 2011 MEERJARENRAMING 2012-2014
INHOUD Pagina 1 2
INLEIDING ............................................................................................................................................... 3 PROGRAMMA MARN .............................................................................................................................. 5 2.1 Inleiding .......................................................................................................................................... 5 2.2 Bestuur ........................................................................................................................................... 5 2.3 Afvalverwerking .............................................................................................................................. 7 2.4 Regionale handhaving .................................................................................................................... 9 2.5 Projecten....................................................................................................................................... 11 3 PARAGRAFEN....................................................................................................................................... 13 3.1 Financiële paragraaf ..................................................................................................................... 14 3.1.1 Uitgangspunten ................................................................................................................... 14 3.1.2 Treasury .............................................................................................................................. 14 3.2 Risicoparagraaf............................................................................................................................. 14 3.2.1 Aangegane en verstrekte leningen ..................................................................................... 14 3.2.2 Vereveningsovereenkomst Borgen ..................................................................................... 15 3.2.3 Wachtgeldverplichting......................................................................................................... 16 3.2.4 Resumé............................................................................................................................... 17 3.3 Omzetbelasting............................................................................................................................. 17 3.4 Verbonden partijen ....................................................................................................................... 17 3.4.1 Aandeelhouderschap .......................................................................................................... 17 3.4.2 Stemrecht............................................................................................................................ 17 3.4.3 Raad van commissarissen .................................................................................................. 17 3.5 Weerstandsvermogen .................................................................................................................. 18 3.6 Bedrijfsvoering .............................................................................................................................. 18 3.6.1 Bestuursorganen................................................................................................................. 18 3.6.2 Ambtelijke organisatie ......................................................................................................... 19 3.6.3 Informatievoorziening.......................................................................................................... 19 3.6.4 Automatisering .................................................................................................................... 19 3.7 Onderhoud kapitaalgoederen ....................................................................................................... 20 3.7.1 Algemeen ............................................................................................................................ 20 3.7.2 Stortlocatie .......................................................................................................................... 20 3.7.3 Opstalrecht installaties ........................................................................................................ 20 4 PROGRAMMABEGROTING 2011 ......................................................................................................... 21 4.1 Begrote lasten 2011...................................................................................................................... 22 4.2 Begrote baten 2011 ...................................................................................................................... 23 4.3 Kostenverdeelstaat ....................................................................................................................... 24 4.3.1 Lasten ................................................................................................................................. 24 4.3.2 Baten................................................................................................................................... 27 5 MEERJARENRAMING 2012 - 2014 ....................................................................................................... 29 5.1 Lasten Meerjarenbegroting 2012 – 2014...................................................................................... 30 5.2 Baten Meerjarenbegroting 2012 – 2014 ....................................................................................... 31
BIJLAGE 1.
Staat van geldleningen................................................................................................... 33
BIJLAGE 2.
Omzetbelasting .............................................................................................................. 35
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
2
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
1
INLEIDING
De MARN is een gemeenschappelijke regeling met tien deelnemende gemeenten in de regio Nijmegen. De gemeenschappelijke regeling behartigt de gemeenschappelijke belangen van de deelnemende gemeenten op het gebied van milieu, waaronder in ieder geval begrepen een doelmatige en milieuhygiënisch verantwoorde verwijdering van afvalstoffen. Voorliggend document betreft de begroting van de MARN voor 2011 inclusief een Meerjarenraming voor de periode 2012-2014. Hierin is tevens een globale beschrijving van het programma met daarin de hoofdactiviteiten voor 2011 opgenomen. In het najaar van 2010 wordt op basis van de wensen en opdrachten van deelnemende gemeenten een gespecificeerd jaarprogramma met concrete projecten voor 2011 vastgesteld. Leeswijzer In dit document beschrijven we allereerst op hoofdlijnen het programma voor 2011 (hoofdstuk 2). In hoofdstuk 3 wordt vervolgens ingegaan op de financiële kenmerken. Hoofdstuk 4 bevat tenslotte de begroting voor 2011 en de meerjarenbegroting. In de bijlagen zijn de Staat van geldleningen alsmede een toelichting op het gehanteerde BTW-beleid opgenomen.
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
3
4
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
2 2.1
PROGRAMMA MARN Inleiding
De gemeenschappelijke regeling MARN is getroffen ter ondersteuning van de behartiging van de gemeenschappelijke belangen van de deelnemende gemeenten ter bescherming van het milieu, waaronder in ieder geval begrepen een doelmatige en milieuhygiënisch verantwoorde verwijdering van afvalstoffen. Zo wordt het omschreven in de basis van de samenwerking, de tekst van de gemeenschappelijke regeling Milieusamenwerking en Afvalverwerking Regio Nijmegen. Dit is ook haar programma. Met het aangaan van de nieuwe werkwijze in 2000 is nadrukkelijk gekozen voor een projectorganisatie waarbij de uitvoering van onderdelen voor en namens de deelnemende gemeenten voorop staat. In dat kader voert de MARN jaarlijks een groot aantal activiteiten uit die tot doel hebben de belangen van de tien deelnemende gemeenten op milieugebied te behartigen dan wel de gemeenten op milieugebied te ondersteunen. Binnen het programma worden de volgende vier producten onderscheiden: 1. Bestuur; 2. Afvalverwerking, in het bijzonder de relatie met ARN B.V.; 3. Regionale handhaving; 4. Projecten. Hierna gaan we in op de vier producten, waarbij bij elk product aangegeven wordt wat we willen bereiken (doel), wat we ervoor doen (activiteiten) en wat mag het kosten (middelen). 2.2
Bestuur
Wat willen we bereiken? Om de doelstelling te kunnen realiseren en als ondersteuning voor de taken en bevoegdheden kent de MARN een bestuur en een ambtelijke ondersteuning in de vorm van een secretariaat, alsmede een ambtelijke adviesstructuur vanuit de gemeenten. Met deze ondersteuning op zowel ambtelijk als bestuurlijk niveau willen we bereiken dat de doelstelling, de taken en bevoegdheden zoals omschreven in de tekst van de regeling in goed overleg gerealiseerd kunnen worden. Wat doen we ervoor? Voor een omschrijving van de organisatie wordt verwezen naar paragraaf 3.6 Bedrijfsvoering. Gedurende het gehele jaar wordt een aantal vergaderingen van het Algemeen (3) en Dagelijks Bestuur (7) gepland. Deze vergaderingen worden ambtelijk voorbereid. Tevens vindt de verslaglegging en de archivering plaats door het secretariaat. De ambtelijke voorbereiding vindt plaats op het secretariaat waarbij adviezen worden opgesteld in samenwerking met de ambtelijke vakberaden en de Commissie van Advies. Deze ambtelijke vergaderingen worden door medewerkers van het secretariaat voorbereid en voorgezeten. Tevens vindt wederom de verslaglegging en de archivering plaats door het secretariaat. Na besluitvorming in het Dagelijks en, indien van toepassing, het Algemeen Bestuur worden de besluiten waar nodig uitgewerkt en uitgevoerd door het secretariaat. Indien gewenst of noodzakelijk vindt de uitwerking plaats door een externe partij, waarbij het secretariaat een coördinerende rol heeft.
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
5
Wat mag het kosten? In onderstaande tabel zijn de begrote kosten van 2010 en 2011 opgenomen alsook de werkelijke kosten van 2009 (concept). Product Bestuur Begroting 2011 Lasten Baten Saldo
6
€ € €
82.638 € 1.000 € 81.638- €
Begroting 2010
Rekening 2009
80.045 € 1.000 € 79.045- €
88.662 4.127 84.535-
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
2.3
Afvalverwerking
Wat willen we bereiken? De MARN heeft als doelstelling vast te stellen hetgeen vermeld wordt in het Gelders provinciale Milieubeleidsplan, hoofdstuk Afval, voor dit samenwerkingsgebied. Daaronder wordt in het bijzonder verstaan het in stand houden van de verwerkingsinrichting ARN B.V. en de daarmee samenhangende taken. Dit betekent dat een goede en constructieve relatie met de ARN B.V. wordt onderhouden, waarbij de (financiële) risico’s zoveel mogelijk worden beheerst dan wel waar mogelijk verlaagd, een zo laag mogelijk tarief wordt nagestreefd en er een maximale uitoefening van bevoegdheden plaatsvindt in de aandeelhoudersvergadering. Wat doen we daarvoor? Het product Afvalverwerking betreft het geheel aan (financiële) relaties die de MARN heeft met de besloten vennootschap naar Nederlands recht, ARN B.V. De MARN is op een aantal wijzen verbonden met ARN B.V., zoals: 1. Contractspartner voor aanlevering van afval en indirect leverancier van afvalstoffen (via de gemeenten); 2. Aandeelhouder in het aandelenkapitaal van ARN B.V.; 3. Eigenaar/verhuurder van gronden waarop de installaties en stortlocatie van ARN B.V. zijn gelegen; 4. Verstrekker van leningen en garanties aan ARN B.V. Daarnaast is in het kader van de aanlevering van het afval aan de ARN B.V. een vereveningsbijdrage transportkosten opgesteld voor de tien MARN-gemeenten. Dit betreft enkel een onderlinge transportkostenverrekening tussen de tien gemeenten, waar de ARN B.V. zelf verder geen rol in heeft. De (complexe) verbondenheid tussen de MARN en ARN B.V. maakt dat ontwikkelingen bij ARN B.V. van groot belang zijn voor de MARN en via haar voor de deelnemende gemeenten. De MARN heeft via die verbondenheid de verplichting om zorg te dragen voor de aanleververplichting van het afval door haar gemeenten. Het MARN-bestuur kan om bepaalde redenen uitzonderingen maken op deze aanleververplichting. Daarnaast heeft de MARN het streven om een zo laag mogelijk verwerkingstarief voor rest- en gft-afval te realiseren. Via het aandeelhouderschap wordt invloed uitgeoefend op de ARN B.V.. Tot slot betreffen de werkzaamheden tevens het beheersen van de risico’s inzake de verstrekte en aangegane leningen. Wat mag het kosten? In onderstaande tabel zijn de begrote kosten van 2011 en 2010 inzake het product Afvalverwerking opgenomen alsook de werkelijke kosten van 2009 (concept). De kosten van het ambtelijk apparaat worden hierin toegerekend naar rato van het ingeschatte gebruik daarvan door de producten. Product Afvalverwerking Begroting 2011 Lasten Baten Saldo
€ € €
479.160 987.749 508.590
Begroting 2010 € € €
631.527 1.088.067 456.540
Rekening 2009 € € €
728.057 2.296.420 1.568.363
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
7
Zowel de lasten als de baten dalen doordat jaarlijks een deel van de leningen wordt afgelost. Dit betekent enerzijds minder rente-inkomsten (betaald door ARN B.V.) en anderzijds minder renteuitgaven. Per saldo levert de relatie met ARN B.V. op deze activiteit volgens de begroting in 2011 € 508.590 op. Deze opbrengst is het saldo van: - De kosten van de MARN in verband met vooral rentebetalingen op aangegane leningen en afschrijvinglasten; - Opbrengsten van verhuur van gronden aan de ARN BV en renteopbrengsten uit aan de ARN B.V. geleende gelden. Uit het voordelige saldo op afvalverwerking dekt de MARN de kosten van de producten Bestuur, Regionale handhaving en Afvalverwerking geheel en gedeeltelijk de kosten die te maken hebben met het product Projecten.
8
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
2.4
Regionale handhaving
Wat willen we bereiken? Op 31 december 2008 liep de samenwerkingsovereenkomst milieuhandhaving in de provincie Gelderland af. Om toch te kunnen vasthouden aan de bestaande en voor de handhavingsamenwerking noodzakelijk afspraken is een Intentieverklaring Samenwerking handhaving in de regio Nijmegen opgesteld. Deze intentieverklaring bevat de afspraken die reeds eerder waren gemaakt. Het Regionaal Bestuurlijk HandhavingsOverleg (RBHO) in de regio Nijmegen heeft in zijn vergadering van 25 maart 2009 besloten deze intentieverklaring vast te stellen. Gedurende 2011 zal uitvoering worden gegeven aan de bovengenoemde uitgangspunten. Eén aspect is van bijzonder belang en wel de discussies over de zogenaamde Omgevingsdiensten ook wel de VTH-discussie genoemd (Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving). Deze is in een stroomversnelling geraakt door de bereikte overeenstemming tussen het ministerie VROM, het IPO (Interprovinciaal Overleg) en de VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten) in de zogenaamde “Package deal”. Het Rijk, de VNG en IPO hebben daarin overeenstemming bereikt over een samenhangend pakket aan maatregelen om de noodzakelijke verbeteringen van de milieu-uitvoering van het omgevingsrecht te realiseren, de "package deal". In deze deal dienen de op te richten uitvoeringsdiensten met de bestaande 25 politie- en veiligheidsregio’s samen te vallen. Hier mag onder voorwaarden van worden afgeweken. Dit moest uiterlijk op 1 december 2009 aan het Rijk kenbaar worden gemaakt. In de provincie Gelderland is men na een aantal bestuurlijke conferenties gezamenlijk tot de slotsom gekomen dat men de voorkeur heeft voor uitvoeringsorganisaties op Wgr-schaal, i.c. de schaal van de MARN. Dit standpunt en de voorwaarden waaronder de provincie en de gemeenten bereid zijn te komen tot instelling van dergelijke diensten zijn vastgelegd in een Intentieverklaring. Deze intentieverklaring met daarbij het verzoek om af te mogen wijken van de door het Rijk voorgestane schaalgrootte is tijdig bij het Rijk ingediend. Binnen MARN-kaders hebben de deelnemende gemeenten overleg gevoerd over deze omgevingsdiensten en is gekomen tot een gezamenlijk voorstel over de intentieverklaring ter behandeling in de Colleges van Burgemeester en Wethouders. Begin 2010 heeft het ministerie van VROM het fiat gegeven aan de ontwikkeling van de zogenaamde Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD) op Wgr-schaal. Gedurende de jaren 2010 en 2011 zal dan ook in nauw overleg met alle betrokkenen gewerkt worden aan de realisering van dergelijke diensten. De provincie Gelderland trekt dit proces als regisseur. Binnen de kaders van de MARN zal een en ander worden voorbereid. Voorzien wordt dat feitelijk met de diensten per 1 januari 2012 kan worden gestart. Of deze datum wordt gehaald gezien de ontstane landelijke politieke situatie is nog niet bekend. In de raming is vooralsnog uitgegaan van een handhaven van het onderdeel handhaving voor de jaar 2012 -2014. Gedurende 2010 en aanvang 2011 zal hierover meer duidelijkheid worden verkregen zodat daar bij de opstelling van de begroting 2012 meer inzicht kan worden verstrekt.
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
9
Wat doen we er voor? Gedurende het jaar 2011 zal een viertal projecten op dit terrein worden ondernomen in onderling overleg met de aan de samenwerking deelnemende gemeenten. Voor wat betreft de oprichting van de regionale uitvoeringsdiensten heeft het Algemeen Bestuur van de MARN begin 2010 aangegeven dat de regionale voorbereiding van de tot stand koming van de regionale uitvoeringsdienst op MARN schaal vorm gegeven kan worden binnen de MARN-kaders en van daaruit gefaciliteerd wordt. Wat mag het kosten? In onderstaande tabel zijn de begrote kosten van 2010 en 2011 inzake het product Regionale Handhaving opgenomen alsook de werkelijke kosten van 2009 (concept). De kosten van het ambtelijk apparaat worden hierin toegerekend naar rato van het ingeschatte gebruik daarvan door de producten. Product Regionale Handhaving Begroting 2011 Lasten Baten Saldo
10
€ € €
106.200 € - € 106.200- €
Begroting 2010
Rekening 2009
96.727 € - € 96.727- €
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
98.617 3.854 94.763-
2.5
Projecten
Wat willen we bereiken? Projecten op het terrein van het milieu worden op verzoek en in opdracht van de deelnemende gemeenten dan wel een deel van de deelnemende gemeenten opgezet en uitgevoerd. Het kan ook zijn dat vanuit de MARN in overleg met de gemeenten projecten worden opgezet en uitgevoerd. Voor elk project wordt in het jaarprogramma (zie onder) aangegeven wat de doelstelling van het betreffende project en wat het beoogde resultaat is, alsmede de planning, de taakverdeling, en de kosten die daarmee gemoeid zijn en of die door de MARN, dan wel door de individuele gemeenten worden gedragen. Het zijn projecten die te maken (kunnen) hebben met het gehele milieubeleid dat door gemeenten gestalte wordt gegeven, gerangschikt naar thema’s zoals afval, bodem, geluid, externe veiligheid en duurzame energie. De projecten kunnen daarbij gericht zijn op inhoudelijke vernieuwing, maar kunnen ook een meer procesmatig karakter hebben zoals de gezamenlijke inkoop van diensten. Wat doen we er voor? Voor het jaar 2011 zal een jaarprogramma met een concrete projectenlijst worden opgesteld op basis van discussies met de portefeuillehouders Milieu van de regio als ook op basis van inventarisatie bij alle deelnemende gemeenten. Dit programma zal worden opgesteld rond de zomer van 2010. Hierbij wordt allereerst een concept-jaarprogramma opgesteld op basis van de inbreng vanuit de vakberaden, de ambtelijke commissie van advies en het secretariaat. Het conceptprogramma wordt door het Algemeen Bestuur vastgesteld en wel zodanig op tijd dat de gemeenten de middelen nodig voor de projecten in hun begroting kunnen reserveren. Het streven van deze werkwijze is om op een gestructureerde manier aan te sluiten bij actuele onderwerpen en zodoende ook de gemeenten beter te kunnen ondersteunen. Daarna dient daarover door de respectievelijke gemeenten besluiten te worden genomen over deelname aan de projecten zodat bij de opstelling van de gemeentelijke begrotingen daar rekening mee kan worden gehouden. Door deze werkwijze is het bij het opstellen van voorliggende begroting van de MARN nog niet exact duidelijk welke projecten worden ondernomen gedurende het begrotingsjaar 2011. Daarom wordt er in de begroting een algemeen bedrag voor de uitvoering van projecten opgenomen in de grootte van € 100.000,--. De werkwijze maakt het ook mogelijk om een actueel jaarprogramma op te stellen en zorgt er tevens voor dat de gemeenten de bijdragen, die zij nodig hebben voor deelname aan projecten, tijdig kunnen reserveren ten behoeve van hun begrotingen. Op basis van het jaarprogramma worden vervolgens de projectvoorstellen nader uitgewerkt. Het secretariaat ontplooit activiteiten die er voor zorg dragen dat de projecten voorbereid, opgezet, begeleid en worden uitgevoerd. In dat hele traject fungeert het secretariaat als spil. Per project is de inzet van het secretariaat wisselend, van een algehele uitvoering van het hele proces tot het verstrekken van een opdracht aan derden. In de projecten zelf wordt dit nader uitgewerkt. Indien aan een project door alle of een groot deel van de gemeenten wordt deelgenomen kan het Dagelijks Bestuur besluiten dit project ten laste te laten komen van de exploitatie van de MARN (ondermeer onder de post Regionale activiteiten maar daar niet toe beperkt). Één aspect dient nog nader te worden vermeld. De financiering van het onderdeel Externe veiligheid loopt tot en met 2010. Voor de periode na 2010 heeft het Rijk aangegeven dat er wederom financiering vanuit het Rijk mogelijk is en dat deze wederom over de provincies worden verdeeld via het provinciefonds. De provincie, i.c. Gelderland, zal vervolgens moeten besluiten de Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
11
bedragen door te sluizen naar de regio’s. Echter de formele toezegging(en) noch de hoogte van het bedrag voor de MARN zijn bij het opstellen van de begroting bekend. Vanwege die reden is met Externe veiligheid bij het product Projecten geen rekening meer gehouden. Indien in de loop van het jaar 2010 duidelijk wordt hoe voor het onderdeel Externe veiligheid de financiering zal lopen zal hierover nader een besluit worden genomen hoe dit verder in de regio MARN zal worden ingevuld. In de financiële paragraaf 3.2.3. wordt nader ingegaan op de formatie die gemoeid is met Externe veiligheid. Wat mag het kosten? In onderstaande tabel zijn de begrote kosten van 2011 en 2010 inzake het product Projecten opgenomen alsook de werkelijke kosten van 2009 (concept). De kosten van het ambtelijk apparaat worden hierin toegerekend naar rato van het ingeschatte gebruik daarvan door de producten. Voor 2011 is aan de batenkant (nog) geen rekening gehouden met een financiële bijdrage van de provincie inzake Externe veiligheid. Ook aan de lastenkant zijn daarvoor geen bedragen opgenomen. Kosten Product Projecten Begroting 2011 Lasten Baten Saldo
12
€ € €
265.225 € - € 265.225- €
Begroting 2010
Rekening 2009
249.753 € 81.000 € 168.753- €
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
665.279 302.686 362.593-
3
PARAGRAFEN
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
13
3.1
Financiële paragraaf
3.1.1 Uitgangspunten De gemeenschappelijke regeling houdt zich aan de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen voor wat betreft haar financieel beleid. De MARN realiseert zich dat de bezuinigingen die door het Rijk worden opgelegd gevolgen hebben voor de deelnemende gemeenten. De begroting van de MARN kent echter geen bijdragen van gemeenten maar heeft een eigen financieringsstructuur. Wel kan het zijn dat vanwege de bezuinigingen door gemeenten minder aan projecten wordt deelgenomen; aan de andere kant kan het ook zij dat door schaalgroottevoordelen meer werkzaamheden gezamenlijk worden uitgevoerd en ook zullen de oprichting van de regionale uitvoeringsdiensten extra werkzaamheden met zich brengen. De (beperkte) personeelsformatie wordt conform de huidige gevolgde lijn daarop blijvend flexibel ingezet. Positieve exploitatiesaldo’s, op basis van een vastgestelde jaarrekening, worden conform besluit van het Algemeen Bestuur uitgekeerd aan de deelnemende gemeenten conform de bepalingen van de tekst van de gemeenschappelijke regeling MARN met inachtneming van een weerstandsvermogen van € 100.000. 3.1.2 Treasury In de vergadering van het Algemeen Bestuur d.d. 8 maart 2001 is het Treasury-statuut van de gemeenschappelijke regeling vastgesteld en gewijzigd bij besluit van het Algemeen Bestuur d.d. 10 maart 2005. 3.2
Risicoparagraaf
In deze paragraaf worden alle risico’s opgenomen en toegelicht. 3.2.1 Aangegane en verstrekte leningen De MARN is de volgende leningen aangegaan bij BNG: 1. Een lening van € 13.346.477, looptijd van 10 jaar met een rentepercentage van 5,045%, aflossing voor het eerst op 15 juli 2004; 2. Een lening van € 6.673.238, looptijd 10 jaar met een rentepercentage van 5,045%, aflossing voor het eerst op 15 juli 2004. Deze leningen zijn onder dezelfde voorwaarden doorgeleend aan ARN B.V. met dien verstande dat een rentepercentage verschuldigd is door ARN B.V. van 5,245%. Deze opslag (0,2%) is conform de besluitvorming in het Algemeen Bestuur een tegemoetkoming van de kosten van de MARN. Tegenover deze leningen staan geen zekerheden. Voor wat betreft het risico dat deze leningen niet worden afgelost kan het volgende worden opgemerkt. Gedurende 2007 is als gevolg van de besluitvorming betreffende de oplossing van de baksteenproblematiek de firma REMONDIS toegetreden als aandeelhouder. Hierdoor is er sprake van een nieuwe situatie waarbij een vast tarief geldt voor de deelnemende gemeenten (voor 2009 gesteld op € 121,14 per ton ex BTW) en is er een vollastgarantie tegen een bepaald minimumtarief voor afval dat door REMONDIS wordt gegarandeerd. Dit betekent dat de gemeenten niet meer het sluitstuk vormen van de begroting, maar dat er een solide basis ligt waarop ARN B.V. verder kan bouwen. Het risico dat de leningen niet worden afgelost is door deze solide basis beperkt.
14
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
Uit tabel “MARN Verplichtingen op basis van uitstaande leningen” wordt ook duidelijk dat de verplichtingen en daarmee het risico elk jaar beduidend afnemen. In 2013 zal van de leningen die de MARN heeft uitgeleend aan ARN B.V. het laatste bedrag worden afgelost. Een ander gevolg van de toetreding van REMONDIS is dat REMONDIS een concerngarantie geeft naar rato van haar aandelenkapitaal. Dat houdt in dat de MARN het risico voor een deel van haar uitstaande verplichtingen ten behoeve van ARN B.V., in het geval daar een beroep op wordt gedaan, kan doorschuiven naar REMONDIS. Het percentage aan aandelen van REMONDIS in ARN B.V. bedraagt 39,96%. In onderstaande tabel zijn de bedragen weergegeven voor de jaren 2011 – 2013, die de MARN nog aan deze leningen is verschuldigd, als ook berekend naar de gemeenten voor het jaar 2011. MARN Verplichtingen op basis van uitstaande leningen MARN VERPLICHTINGEN OP BASIS VAN UITSTAANDE LENINGEN: MARN leningen
MARN minus REMONDIS deel:
2.011
€
4.003.943
€
2.403.967
2.012
€
2.001.972
€
1.201.984
2.013
€
-
€
-
Gemeenten:
Inwoners:
Beuningen
25.693
€
Bedrag in 2010 MARN-leningen: 317.960
€
Bedrag - REMONDIS deel (39,96%): 190.903
Druten
18.120
€
224.241
€
134.634
Groesbeek
19.000
€
235.132
€
141.173
Heumen
16.649
€
206.037
€
123.705
Millingen aan de Rijn
5.880
€
72.767
€
43.689
Mook en Middelaar
7.990
€
98.879
€
59.367
Nijmegen
162.500
€
2.010.993
€
1.207.400
Ubbergen
9.310
€
115.214
€
69.175
West Maas en Waal
18.400
€
227.706
€
136.715
Wijchen
40.000
€
495.014
€
297.206
323.542
€
4.003.943
€
2.403.967
De MARN is tevens een tweetal leningen aangegaan in het kader van de aanschaf van de gronden waarop de installaties van ARN B.V. zijn gebouwd en de stortplaats wordt geëxploiteerd alsmede de financiering van de aandelen in ARN B.V.: 1. Een kasgeldlening van € 2.245.000 met een wisselend rentepercentage bij de BNG; 2. Een lening van € 1.973.944 af te lossen in 20 gelijke jaarlijkse termijnen bij de gemeente Nijmegen. 3.2.2 Vereveningsovereenkomst Borgen Het Algemeen Bestuur van de MARN heeft tezamen met de drie andere overheidsaandeelhouders in ARN B.V. in zijn vergadering van 26 juni 1997 besloten tot het aangaan van een vereveningsovereenkomst borgen. De leningen die door ARN B.V. onder de door de aandeelhouders verstrekte garanties zijn aangetrokken dan wel aan ARN B.V. zijn geleend (zoals in het geval van de MARN) hebben alle verschillende voorwaarden en looptijden. Hierdoor kan het zijn dat over een aantal jaren de leningen van één of meerdere regio’s zijn afgelost en daarmee voor die regio het risico teniet is gedaan, terwijl het risico voor de andere partij(en) nog deels bestaat. Het simpele feit dat bepaalde leningen reeds eerder worden afgelost, bepaalt of men in meer of mindere mate risico blijft lopen. Vanuit de gedachte van de gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle aandeelhouders voor de risico’s inzake ARN B.V. is dit ongewenst geacht. De oplossing daarvoor is gevonden in de vereveningsovereenkomst borgen. Elke aandeelhouder blijft gedurende de gehele tijd van aflossingen naar rato van de garantstellingen/leningen
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
15
overeengekomen percentage draagplicht behouden, ook al zijn de leningen waarvoor men garant staat dan wel heeft verstrekt al afgelost. In dat kader heeft de MARN een draagplicht van 34,7804 % van het totale bedrag, overeenstemmend met het deel van de MARN in de leningen die zijn aangegaan ten behoeve van de aanpassing en uitbreiding van de installaties ARN B.V.. In tabel “MARN Verplichtingen op basis van borgtochtovereenkomst” (onderstaand) zijn de bedragen weergegeven die de MARN op basis van deze overeenkomst gegarandeerd heeft voor de jaren 2011 – 2015. Voor wat het risico betreft dat deze leningen niet door ARN B.V. tijdig worden afgelost kan hetzelfde worden opgemerkt als vermeld bij de door de MARN afgesloten leningen ten behoeve van ARN B.V.. Uit tabel “MARN Verplichtingen op basis van borgtochtovereenkomst” (onderstaand) komt eveneens naar voren dat de komende tijd meer en meer leningen zullen worden afgelost met als gevolg dat het risico flink afneemt. In 2015 zal de laatste lening die op basis van deze overeenkomst is aangegaan zijn afgelost. Het verschil tussen het bedrag aan uitstaande leningen en het bedrag op basis van de borgtochtovereenkomst wordt in de balans bij de rekening van elk jaar vermeld als een garantstelling die niet uit de balans blijkt. Voor het jaar 2011 wordt dit begroot op € 444.135 (€ 4.448.078 - € 4.003.943). MARN Verplichtingen op basis van borgtochtovereenkomst MARN VERPLICHTINGEN OP BASIS VAN BORGTOCHTOVEREENKOMST: Jaar Totaalbedrag leningen:
Deel MARN (34,7804%):
MARN - REMONDIS deel (39,96%):
2.011
€
21.300.861
€
7.408.525
€
4.448.078
2.012
€
15.108.635
€
5.254.844
€
3.155.008
2.013
€
11.638.570
€
4.047.941
€
2.430.384
2.014
€
4.830.867
€
1.680.195
€
1.008.789
2.015
€
-
€
-
€
-
Gemeenten:
Inwoners:
Beuningen
25.693
€
Bedrag 31-12-2010 borgtochtovereenkomst: 588.323
€
Bedrag - REMONDIS deel: 353.229
Druten
18.120
€
414.915
€
249.115
Groesbeek
19.000
€
435.066
€
261.213
Heumen
16.649
€
381.232
€
228.892
Millingen aan de Rijn
5.880
€
134.641
€
80.839
Mook en Middelaar
7.990
€
182.957
€
109.847
Nijmegen
162.500
€
3.720.955
€
2.234.062
Ubbergen
9.310
€
213.182
€
127.995
West Maas en Waal
18.400
€
421.327
€
252.965
Wijchen
40.000
€
915.927
€
549.923
323.542
€
7.408.525
€
4.448.078
Voor het overige zijn naar onze kennis reikt geen investeringen gepland waarvoor door ARN B.V. een beroep op de aandeelhouders zou worden gedaan. 3.2.3 Wachtgeldverplichting De MARN heeft één functionaris tijdelijk in dienst voor Externe veiligheid tot en met 31 december 2010. Voor wat de functionaris in tijdelijke dienst betreft kan worden opgemerkt dat voor de MARN per 1 januari 2011 een verplichting kan ontstaan, indien deze functionaris geen ander werk weet te vinden. Bij het opstellen van de begroting kan nog niet worden bepaald of de verplichting en, zo ja, wat de daadwerkelijke kosten zullen zijn. Voor het overige wordt verwezen naar het gestelde onder het Product Projecten, Externe veiligheid.
16
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
3.2.4 Resumé In de begroting van de MARN zijn geen voorzieningen voor bovengenoemde risico’s getroffen. In artikel 28 lid 1 van de tekst van de gemeenschappelijke regeling MARN wordt vermeld dat de gemeenten gezamenlijk garant staan voor de juiste betaling van rente, aflossing, boeten en kosten van de door het openbaar lichaam gesloten en af te sluiten langlopende en kasgeldleningen en in rekening opgenomen en op te nemen gelden, en voor de door het openbaar lichaam verstrekte garanties. In lid 2 van dat artikel wordt verder vermeld dat elke deelnemende gemeente hierbij is verbonden naar verhouding van haar inwonertal. Daarbij zijn de inwonertallen bepalend zoals deze door het Centraal Bureau voor de Statistiek worden bekend gemaakt. De deelnemende gemeenten dienen deze door het openbaar lichaam aangegane verplichting te vermelden in hun risicoparagraaf aangezien uiteindelijk deze gemeenten garant staan. Tevens zijn er geen claims van derden, noch zijn er bijzondere risico’s in de deelnemingen (ARN B.V.) en zijn er geen rechtsgedingen. 3.3
Omzetbelasting
Ten aanzien van de BTW geldt dat de MARN: 1. volledig in de BTW-heffing is betrokken; 2. opteert voor een met BTW-belaste verhuur; 3. voor 99% vooraftrek geniet; 4. de gemeenten periodiek een opgave verstrekt van de door MARN gefactureerde BTW minus de ter zake in aftrek gebrachte BTW naar evenredigheid van de bijdragen van de gemeenten. De Inspecteur heeft dit bij schrijven van 21 maart 2003 bevestigd. Een nadere toelichting hierop is opgenomen in bijlage 2. 3.4
Verbonden partijen
Voor de financiële consequenties van deze relatie wordt verwezen naar het Treasuryverslag als ook de Risicoparagraaf. 3.4.1 Aandeelhouderschap MARN heeft een groot aandelenpakket in de vennootschap ARN B.V. Het betreffen 3.750 aandelen. Daarmee heeft de MARN een belang van 37,5%. Deze aandelen zijn door de MARN voor 100% volgestort. De aandelen hebben een nominale waarde van € 453. 3.4.2 Stemrecht Gedurende het jaar 2011 heeft MARN een stemrecht overeenstemmend met 37,5% van de aandelen resulterende in een stemrecht van 37,5%. 3.4.3 Raad van commissarissen De ARN B.V. kent naast de directie tevens een Raad van commissarissen. Deze commissarissen dienen de directie met raad en daad bij te staan als mede deze te controleren. Namens de regioaandeelhouders, waaronder de MARN, hebben een drietal leden in het jaar 2011 zitting in de Raad van commissarissen. Medio 2010 zal in de Algemene Aandeelhoudersvergadering wederom besloten worden tot invulling van een deel van deze zetels. Bij het opstellen van de begroting had de MARN twee zetels in de Raad van Commissarissen, t.w. de heren Lepoutre, wethouder te Druten, en Kersten, raadslid te Beuningen.
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
17
3.5
Weerstandsvermogen
Het Algemeen Bestuur heeft in de vergadering van 19 maart 2007 bepaald dat het weerstandsvermogen van de MARN dient te worden gesteld op € 100.000 op basis van ingeschatte risico’s. Dat houdt dan in dat het Algemeen Bestuur elk jaar door het Dagelijks Bestuur wordt voorgesteld om indien de Algemene reserve meer bedraagt dan € 100.000, het (positieve) rekeningsresultaat te bestemmen tot uitkering aan de deelnemende gemeenten conform de verdeelsleutel, die in de tekst van de gemeenschappelijke regeling is vermeld (naar rato van het inwonertal van een bepaald jaar conform de cijfers van het CBS), tenzij er naar de mening van het Bestuur gronden aanwezig zijn voor een andere (deel)bestemming. Hierbij worden de regionale richtlijnen (BRN) zoals vastgesteld door de regionale portefeuillehouders Financiën in acht genomen. Indien de Algemene reserve onvoldoende is om in een bepaald jaar tekorten, die voortvloeien uit de rekening, op te vangen en er geen andere dekking kan worden gevonden, wordt het bepaalde in de tekst van de gemeenschappelijke regeling MARN artikel 28 van toepassing. Daarin is bepaald dat de gemeenten naar rato van het inwonerstal dienen bij te dragen in tekorten van de MARN. Daarbij dienen cijfers van het CBS over het inwonertal te worden gebruikt. Tevens kent artikel 27 van de tekst van de gemeenschappelijke regeling MARN nog een bepaling waarin is bepaald dat de gemeenten gezamenlijk garant staan voor de juiste betaling van rente, aflossing, boeten en kosten van de door de MARN lichaam gesloten en af te sluiten langlopende en kasgeldleningen en in rekening courant opgenomen en op te nemen gelden, en voor de door de MARN verstrekte garanties. Elke gemeente is daarbij verbonden naar rato van het inwonertal dat bij het CBS dient te worden opgevraagd. Vanwege het feit dat de risico’s voor de MARN voornamelijk liggen in de leningen en garantstellingen die zij heeft verstrekt aan ARN B.V. is daar in de risicoparagraaf nadrukkelijk bij stilgestaan. 3.6
Bedrijfsvoering
De gemeenschappelijke regeling kent op basis van de tekst van de regeling de volgende te onderscheiden organen: het Algemeen Bestuur, het Dagelijks Bestuur en de Voorzitter. Daarnaast bestaat er een ambtelijke organisatie bestaande uit een Secretariaat, de Commissie van Advies en diverse vakberaden. 3.6.1 Bestuursorganen Het Algemeen Bestuur Het Algemeen Bestuur bestaat uit tien leden, te weten de leden van de Colleges van Burgemeesters en Wethouders van de deelnemende gemeenten. Tevens zijn er evenzoveel plaatsvervangende leden aangewezen. Aan het Algemeen Bestuur komt de bevoegdheid toe die in de gemeente toekomt aan de raad met dien verstande dat de verhoudingen bij de gemeenschappelijke regelingen niet volledig zijn gedualiseerd. Het Dagelijks Bestuur Het Dagelijks Bestuur telt sinds de nieuwe raadsperiode vier leden inclusief de Voorzitter.
18
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
Conform de wet en de regeling komt het Dagelijks Bestuur de bevoegdheid toe die in de gemeente toekomt aan het College van Burgemeester en Wethouders. De Voorzitter De Voorzitter wordt door en uit het Algemeen Bestuur benoemd. De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het Dagelijks als ook het Algemeen Bestuur en is lid van beide organen. Hij vertegenwoordigt de regeling in en buiten rechte. 3.6.2 Ambtelijke organisatie Secretariaat Het secretariaat is het scharnierpunt in de organisatie MARN. Het secretariaat ondersteunt de Besturen en draagt gezamenlijk met de ambtelijke voorbereidingscommissie, Commissie van Advies, zorg voor de voorbereiding van de bestuurlijke besluitvorming als ook de uitvoering daarvan. Tevens is het secretariaat in de projectorganisatie het scharnier en de spil voor de coördinatie van de projecten. Het is het kristallisatiepunt waar de informatie, ideeën en de wensen binnenkomen, worden geïnventariseerd, gebundeld, voorbereid en gecoördineerd om vervolgens te bestemder plaatse te worden behandeld. Administratie De administratie zal ook voor het jaar 2011 worden verzorgd door het bureau BGH Accountants & Adviseurs. De salarisadministratie zal gedurende het jaar 2011 eveneens worden gevoerd door het bureau BGH Accountants & Adviseurs. Personeel Het personeel van de MARN dat in vaste dienst is, beslaat een drietal personen en bedraagt 2,7 fte. Vanwege de discussies over de zogenaamde omgevingsdiensten is besloten dat de formatieplaats regionale handhaving, die medio 2009 is vrijgevallen, deels op te vangen binnen de bestaande formatie en deels tijdelijk in te vullen middels detachering, waarmee 0,35 fte is gemoeid. De totale formatie bedraagt daarmee 3,05 fte. Op basis van de tekst van de gemeenschappelijke regeling MARN worden de arbeidsvoorwaarden van de gemeente Nijmegen gevolgd voor het in vaste dienst zijnde personeel. 3.6.3 Informatievoorziening De verschillende onderwerpen en projecten worden geregeld besproken in de vergaderingen van het Algemeen Bestuur. Voor specifieke onderwerpen worden Colleges van Burgemeester en Wethouders als ook Raden tussentijds geïnformeerd en naar hun opvattingen gevraagd naar gelang het onderwerp. Voor een aantal voorstellen is in de tekst van de gemeenschappelijke regeling bepaald dat gemeenten daarover vooraf dienen te worden benaderd, zoals de begroting en de rekening. Op de website van de MARN worden algemene openbare zaken vermeld die voor eenieder toegankelijk zijn. Voor deelnemende gemeenten en hun ambtenaren is er informatie over specifieke onderwerpen beschikbaar. Tevens zal op gezette tijden een nieuwsbrief worden gepubliceerd. 3.6.4 Automatisering De automatisering is uitbesteed vanwege de kleine personele personeelsbezetting en het specifieke karakter van deze ondersteuning.
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
19
3.7
Onderhoud kapitaalgoederen
3.7.1 Algemeen De MARN is eigenaar van gronden waarop de installaties van ARN B.V. zijn gevestigd alsmede de stortplaats is gesitueerd. Voor het overige is de MARN, behoudens enkele gebruiksgoederen ten behoeve van het secretariaat, geen eigenaar van enige andere kapitaalgoederen. 3.7.2 Stortlocatie De stortlocatie is verhuurd aan de ARN B.V.. ARN B.V. is gerechtigd op deze locatie een stortplaats te exploiteren. Op dit deel van de gronden in eigendom van de MARN wordt door de MARN afgeschreven. De stortlocatie zal bij beëindiging conform de daarvoor geldende regels worden afgewerkt waarbij de zorg voor de stortlocatie op de Provincie Gelderland overgaat. 3.7.3 Opstalrecht installaties Ten behoeve van de installaties die gebouwd zijn op een deel van de gronden is ten behoeve van ARN B.V. een opstalrecht gevestigd. Dit opstalrecht is bij notariële acte vastgelegd. Bij beëindiging van het opstalrecht dient ARN B.V. dat deel van de gronden op te leveren vrij van alle opstallen en verontreinigingen, voor rekening van ARN B.V. Op dit deel van de gronden in eigendom van de MARN wordt niet afgeschreven.
20
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
4
PROGRAMMABEGROTING 2011
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
21
4.1
Begrote lasten 2011
In onderstaande tabel zijn de begrote lasten voor 2010 en 2011 opgenomen. De kosten van het ambtelijk apparaat worden hierin toegerekend naar rato van het ingeschatte gebruik daarvan door de producten. Daarnaast zijn de werkelijke lasten over 2009, die in concept bekend zijn, opgenomen.
Begrote lasten Volg
Omschrijving
nr.
geraamde lasten
geraamde lasten
werkelijke lasten
dienstjaar
dienstjaar
dienstjaar
2011
2010
2009
euro's
euro's
euro's
Bestuur 1.1
Personeel
€
56.788
€
54.320
€
63.935
1.2
Overige goederen en diensten
€
21.000
€
20.875
€
19.721
1.3
Afschrijving inventaris
€
4.850
€
4.850
€
5.006
€
82.638
€
80.045
€
88.662
Totaal Bestuur Afvalverwerking 2.1
Personeel
€
9.538
€
12.900
€
6.326
2.2
Overige goederen en diensten
€
4.200
€
4.175
€
3.944
2.3
Afschrijving grond
€
98.405
€
98.405
€
98.405
2.4
Rente
€
54.336
€
102.367
€
104.703
2.5
Rente leningen o/g t.b.v. ARN B.V.
€
255.958
€
356.957
€
457.956
2.6
Vereveningsbijdrage transportkosten
€
56.723
€
56.723
€
56.723
€
1.104.584
631.527 €
1.832.641
Uitgekeerd dividend ARN B.V. Totaal Afvalverwerking
€
479.160
€
Regionale handhaving 3.1
Personeel
€
80.400
€
71.002
€
70.824
3.2
Overige goederen en diensten
€
12.600
€
12.525
€
11.382
3.3
Projecten
3.4
Budget studiebijeenkomsten
€
13.200
€
13.200
€
15.961
€
106.200
€
96.727
€
98.167
179.299
Totaal Regionale handhaving Projecten 4.1
Personeel
€
94.025
€
178.828
€
4.2
Overige goederen en diensten
€
46.200
€
45.925
€
43.385
4.2
Projecten
€
100.000
€
416.897
4.3
Regionale activiteiten
€
25.000
€
25.000
Totaal Projecten
€
265.225
€
249.753
€
665.279
5.1
€
10.000
€
10.000
€
9.385
€
110.240
Onvoorzien Ontrekking/toevoeging reserves
5.2
22
25.698
Voordelig exploitatiesaldo
€
45.527
€
102.015
€
22.744
Totalen
€
988.749
€
1.170.067
€
2.607.087
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
4.2
Begrote baten 2011
In onderstaande tabel zijn de begrote lasten voor 2010 en 2011 opgenomen. Daarnaast zijn de werkelijke lasten over 2009, die in concept bekend zijn, opgenomen.
Begrote baten Volg
Omschrijving
geraamde baten
geraamde baten
werkelijke baten
dienstjaar
dienstjaar
dienstjaar
2011
2010
2009
euro's
euro's
euro's
nr.
Bestuur 1.4
Rente ING bank
Totaal Bestuur
€
1.000
€
1.000
€
4.127
1.000
€
1.000
€
4.127
Afvalverwerking 2.7
Huren en pachten
€
664.921
€
660.236
€
659.002
2.8
Rente leningen u/g t.b.v. ARN B.V.
€
266.105
€
371.108
€
476.111
2.9
Vereveningsbijdrage transportkosten
€
56.723
€
56.723
€
56.723
€
1.104.584
1.088.067 €
2.296.420
Ontvangen dividend ARN B.V.
Totaal Afvalverwerking
€
987.749 €
Regionale handhaving 3.5
Bijdrage SKP
Totaal Regionale handhaving
pm
€
-
pm
€
3.854
€
-
€
3.854
Projecten 4.4
Projecten
Totaal Projecten
Totalen
€
-
€
81.000
€
302.686
€
-
€
81.000
€
302.686
988.749 €
1.170.067
€
2.607.087
€
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
23
4.3
Kostenverdeelstaat
In onderstaande tabel is de kostenverdeelstaat opgenomen gevolgd door een nadere toelichting. Kostenverdeelstaat 2011 Totaal LASTEN 1. Personeel 2. Overige goederen en diensten 3. Projectkosten 4. Afschrijvingen 5. Rente 6. Budget studiebijeenkomsten 7. Overige regionale activiteiten 8. Onvoorzien 9. Vereveningsbijdrage Totaal Lasten BATEN 1. Huren en pachten 2. Rente 3. Vereveningsbijdrage 4. Projecten Totaal Baten
Bestuur
240.750 84.000 100.000 103.255 310.294 13.200 25.000 10.000 56.723 943.222
Afvalverwerking
56.788 21.000
9.538 4.200
4.850
98.405 310.294
Handhaving
Projecten
80.400 12.600
Onvoorz
94.025 46.200 100.000
13.200 25.000 10.000 82.638
664.921 267.105 56.723 0 988.749
56.723 479.160
1.000
664.921 266.105 56.723
1.000
987.749
106.200
265.225
10.000
0
0 0
0
Hierna volgt voor alle kosten en baten een toelichting per categorie. 4.3.1
Lasten
1. Personeel De vaste formatie zal in 2011 bestaan uit een drietal dienstverbanden met in totaal 2,7 fte. Vanwege de discussies over de zogenaamde omgevingsdiensten is besloten de formatieplaats regionale handhaving, die medio 2009 is vrijgevallen, deels op te vangen binnen de bestaande organisatie en tijdelijk deels in te vullen middels detachering, waar 0,35 fte mee is gemoeid. De formatie voor Externe veiligheid is vooralsnog hierin weggevallen (zie verder product Projecten en paragraaf 3.2.3.). Het bedrag voor personeel is daarom ook lager. Voor de kostenverhoging zijn de BRN-richtlijnen gebruikt die aangeven met welk percentage de kosten mogen worden verhoogd (0%). Voor de meerjarenraming 2012 – 2014 is gebruik gemaakt van hetzelfde percentage wegens de onduidelijkheden voor de komende tijd. De totale formatie bedraagt 3,05 fte. De toedeling naar de producten is gebaseerd op een inschatting van de benodigde uren van elke medewerker ten behoeve van elk product. De personeelsformatie is verdeeld over de volgende producten. Verdeling personeelsformatie 2011 Product Bestuur Afvalverwerking Handhaving Projecten Totaal
24
€ € € € €
Bedrag 56.788 9.538 80.400 94.025 240.750
Formatie fte 0,78 0,14 0,73 1,41 3,05
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
2. Overige goederen en diensten Ten opzichte van de begroting 2010 is een aantal posten licht verhoogd (rekening houdend met de feitelijke uitgaven voor het jaar 2009), andere op basis van de feitelijke uitgaven verlaagd, zij het dat het totaalbedrag binnen de door de BRN toegestane 0,5% verhoging blijft. Overzicht begrote kosten Overige goederen en diensten Overige goederen en diensten
Kostenpost Juridische adviezen Controle jaarrekening Bureaukosten Vergader- representatiekosten Belastingen Diverse kosten (Salaris)administratie Telefoon en postverzorging Reprografie Huisvesting (waaronder schoonmaak) Automatisering Verzekeringen Nieuwsbrief Onverrekenbare BTW Totaal
Begroting 2011
Begroting 2010
€ € € € € € € € € € € € €
Bedrag 2.000 4.675 10.500 4.850 1.000 550 6.050 6.625 4.500 22.000 5.500 750 15.000
€ € € € € € € € € € € € €
Bedrag 3.250 4.650 10.500 6.500 3.100 500 6.000 4.500 4.000 25.000 5.000 1.000 9.500
€
84.000
€
83.500
Rekening 2009
€ € € € € € € € € € € € € € €
Bedrag 654 4.575 8.643 4.440 746 284 5.631 6.603 4.400 20.749 5.631 607 15.653 266 78.882
De kosten van de overige goederen en diensten zijn naar rato van het aantal uren inzet van medewerkers toegedeeld aan de producten. Hierbij is geschat welke kosten te maken hebben met welk product. Toedeling begrote Overige goederen en diensten naar producten Product Bestuur Afvalverwerking Handhaving Projecten Totaal
€ € € € €
Bedrag 21.000 4.200 12.600 46.200 84.000
Percentage 25% 5% 15% 55% 100%
3. Afschrijvingen Het betreft hier afschrijvingen op inventaris en grond. Het storten van afval op de stortlocatie zal naar verwachting gedurende 25 jaar plaatsvinden. De grond van de stortplaats wordt lineair afgeschreven op basis van de verwachte gebruiksduur van 25 jaar. Op de grond van de verwerkingsinrichting, welke is vastgesteld op € 544.536 wordt niet afgeschreven. Overzicht begrote Afschrijvingen Aanschafwaarde grond Af: Ondergrond afvalverwerkingsinstallatie Basis voor afschrijving Afschrijving o.b.v. lineaire afschrijving (25 jaar) Afschrijving inventaris Totaal
€ € €
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
2.460.118 554.536 1.905.582 € 98.405 € 4.850 € 103.255
25
4. Rente Overzicht begrote Rente Rente leningen ter financiering van de aanschaf van aandelen en gronden Rente leningen ontvangen gelden t.b.v. ARN B.V.: leningen aangegaan ten behoeve van uitbreiding en aanpassing installaties Totaal
€ 54.336 € 255.958 € 310.294
Uit de staat Programmabegroting, product Afvalverwerking wordt op basis van een vergelijking tussen de conceptrekening 2010 en de bedragen die voor 2011 worden vermeld duidelijk dat de rentelasten aanzienlijk lager liggen. Dit heeft te maken met de jaarlijkse aflossingen op de leningen. In de risicoparagraaf is onder het kopje van de aan ARN B.V. verstrekte leningen in een tabel weergegeven dat de komende jaren de bedragen aan uitstaande leningen aanzienlijk afnemen.
5. Subsidies/budget bijeenkomsten Voorafgaande aan de projecten Handhaving worden bijeenkomsten georganiseerd als voorbereiding op de uitvoering van de projecten. Begroot wordt een viertal bijeenkomsten. Overzicht begrote Subsidies/budget bijeenkomsten Budget studiebijeenkomsten Totaal
€ €
13.200 13.200
6. Overige Regionale activiteiten Voor regionale activiteiten wordt elk jaar vanuit het budget van de MARN een bedrag opgevoerd in de grootte van € 25.000. Dit is bedoeld ter stimulering van regionale activiteiten. Indien aan het einde van een begrotingsjaar een bedrag resteert, kan dit alleen worden meegenomen naar een volgend begrotingsjaar indien daaraan vooraf een bestemming is gegeven. Overzicht begrote Overige regionale activiteiten Regionale activiteiten Totaal
€ €
25.000 25.000
€ €
10.000 10.000
7. Onvoorzien Overzicht begrote Onvoorzien Onvoorzien Totaal
26
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
8. Vereveningsbijdrage: uit te keren bedragen Overzicht begrote Vereveningsfonds Transportkosten Vereveningsfonds transportkosten uit te keren Totaal
4.3.2
€ €
56.723 56.723
Baten
1. Huren en pachten Voor 2011 wordt een vergoeding voor het opstalrecht en een huursom geraamd van in totaal € 664.921. In de vergoeding voor het opstalrecht alsmede in de huursom is een bedrag van € 197.394, (1997 als basis) onderhevig aan, afhankelijk van kostenstijging, jaarlijkse indexering. Overzicht begrote Huren en pachten Huur/retributierecht Totaal
€ 664.921 € 664.921
2. Rente Het betreft hier ontvangen rente op de rekening bij de ING als ook de van ARN B.V. ontvangen rente op uitstaande leningen. Overzicht begrote Rente Rente-inkomsten ING bank Rente leningen uitstaande gelden t.b.v. ARN B.V. : leningen ten behoeve van de aanpassing en uitbreiding installaties ARN B.V. Totaal
€ 1.000 € 266.105 € 267.105
3. Vereveningsbijdrage transportkosten: te ontvangen bedragen De totaal te ontvangen gelden zijn exact gelijk aan de door de MARN uit te keren bedragen. Overzicht begrote Vereveningsfonds Transportkosten Vereveningsfonds transportkosten te ontvangen Totaal
€ €
56.723 56.723
4. Projecten Er worden voor 2011 geen opbrengsten voor projecten geboekt. Indien duidelijkheid wordt verkregen over het onderdeel Externe Veiligheid zal dit kunnen wijzigen.
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
27
5. Voordelig exploitatiesaldo Hieronder wordt het voordelige exploitatiesaldo voor 2011 geraamd. Overzicht opbouw exploitatiesaldo MARN Overzicht opbouw exploitatiesaldo MARN Product Bedrag Saldo Bestuur € 81.638Saldo Afvalverwerking € 508.590 Saldo Handhaving € 106.200Saldo projecten € 265.225Onvoorzien € 10.000-
28
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
5
MEERJARENRAMING 2012 - 2014
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
29
5.1
Lasten Meerjarenraming 2012 – 2014
Volgens planning zullen per 1 januari 2012 regionale uitvoeringsdiensten operationeel moeten zijn waarbij het onderdeel handhaving daarin zal zijn opgenomen. Echter hoe dit verder zal worden uitgewerkt is nog niet verder aan te geven. In de raming wordt vooralsnog uitgegaan van een handhaven van de taak handhaving bij de MARN. Indien dat gedurende 2010 en 2011 anders wordt zal bij de begroting van 2012 hierop nader worden ingegaan. Tevens is de MARN voornemens om met ingang van 2013 elk jaar € 100.000 af te lossen op de kasgeldlening. Dit zal t.z.t. in de begroting worden verwerkt. In onderstaande tabel zijn de begrote lasten voor de meerjarenbegroting opgenomen. Lasten meerjarenbegroting 2012 - 2014 Volg
geraamde
nr.
geraamde
lasten dienstjaar 2012
geraamde
lasten
lasten
dienstjaar
dienstjaar
2013
2014
Organisatie en bestuur 1.1
Personeel
€
56.788
€
56.788
€
56.788
1.2
Overige goederen en diensten
€
21.105
€
21.211
€
21.317
1.3
Afschrijving inventaris
€
4.850
€
4.100
€
280
€
82.743
€
82.099
€
78.385
Totaal Bestuur en organisatie Afvalverwerking 2.1
Personeel
€
9.538
€
9.538
€
9.538
2.2
Overige goederen en diensten
€
4.874
€
4.899
€
4.923
2.3
Afschrijving grond
€
95.312
€
-
€
-
2.4
Rente
€
49.806
€
45.648
€
45.648
2.5
Rente leningen o/g tbv ARN B.V.
€
154.958
€
3.874
€
-
2.6
Vereveningsbijdrage transportkosten
€
56.723
€
56.723
€
56.723
€
356.799
€
106.245
€
102.371
Totaal Afvalverwerking Regionale handhaving 3.1
Personeel
€
80.400
€
80.400
€
80.400
3.2
Overige goederen en diensten
€
12.663
€
12.726
€
12.790
3.3
Projecten
€
-
€
-
€
-
3.4
Budget studiebijeenkomsten
€
13.200
€
13.200
€
13.200
€
106.263
€
106.326
€
106.390
Totaal Regionale handhaving Projecten 4.1
Personeel
€
94.025
€
94.025
€
94.025
4.2
Overige goederen en diensten
€
13.266
€
13.332
€
13.399 100.000
4.3
Projecten
€
100.000
€
100.000
€
4.4
Regionale activiteiten
€
25.000
€
25.000
€
25.000
Totaal Projecten
€
232.291
€
232.357
€
232.424
5.1
Onvoorzien
€
10.000
€
10.000
€
10.000
5.2
Voordelig exploitatiesaldo
€
100.416
€
199.262
€
207.628
€
782.249
€
629.963
€
630.808
Totalen
30
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
5.2
Baten Meerjarenraming 2012 – 2014
Volgens planning zullen per 1 januari 2012 regionale uitvoeringsdiensten operationeel moeten zijn waarbij het onderdeel handhaving daarin zal zijn opgenomen. Echter hoe dit verder zal worden uitgewerkt is nog niet verder aan te geven. In de raming wordt vooralsnog uitgegaan van het handhaven van de taak handhaving bij de MARN. Indien dat gedurende 2010 en 2011 anders wordt zal bij de begroting van 2012 hierop nader worden ingegaan. Tevens is de MARN voornemens om met ingang van 2013 elk jaar € 100.000 af te lossen op de kasgeldlening. Dit zal t.z.t. in de begroting worden verwerkt. In onderstaande tabel zijn de begrote baten voor de meerjarenbegroting opgenomen.
Baten meerjarenbegroting 2012 - 2014 Volg
Omschrijving
geraamde
nr.
geraamde
baten
geraamde
baten
dienstjaar
baten
dienstjaar
2012
dienstjaar
2013
2014
Organisatie en bestuur 1.4
Rente ING bank
Totaal Bestuur en organisatie
€
1.000
€
1.000
€
1.000
€
1.000
€
1.000
€
1.000
€
674.538
€
679.475
Afvalverwerking 2.7
Huren en pachten
€
669.688
2.8
Rente leningen u/g t.b.v. ARN B.V.
€
161.101
2.9
Vereveningsbijdrage transportkosten
€
56.723
€
56.723
€
56.723
€
887.512
€
735.289
€
736.198
€
-
€
-
€
-
€
-
€
-
Totaal Afvalverwerking
4.028
0
Regionale handhaving
Totaal Regionale handhaving Projecten 4.5
Projecten
Totaal Projecten
€
-
€
-
€
-
€
888.512
€
736.289
€
737.198
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
31
32
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
BIJLAGE 1.
Nummer
Staat van geldleningen
Oorspronkelijk
Datum
Jaar
Rente
Restant
Bedrag
Bedrag van
Bedrag van
bedrag van de
besluit
van de
percentage
bedrag van de
van de in
de rente
de aflossing
restantbedrag van de
geldlening
algemeen
laatste
geldlening
loop van het
of het rente
of het aflossings
geldlening
bestuur
aflossing
aan het begin
dienstjaar op
bestanddeel
bestandsdeel
aan het einde
van het
te nemen /op-
van het
dienstjaar
genomen
dienstjaar
geldleningen
Geldleningen ten behoeve van GR-ARN 1
2.245.000
03-12-2002
2
1.973.944
9-04-1992
2012
2,00%
2.245.000
45.648
4,59%
197.395
8.688
98.697
98.698
2.442.395
54.336
98.697
2.343.698
4.218.944
2.245.000
Geldleningen ten behoeve van ARN B.V. 3
13.346.477
11-28-2002
2013
5,045%
4.003.942
170.639
1.334.648
2.669.294
4
6.673.238
11-28-2002
2013
5,045%
2.001.971
85.319
667.324
1.334.647
20.019.715
6.005.913
255.958
2.001.972
4.003.941
24.238.659
8.448.308
310.294
2.100.669
6.347.639
Totaal
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
33
Begroting 2009 & Meerjarenbegroting 2011-2012
BIJLAGE 2.
Omzetbelasting
Op basis van de wetgeving hieromtrent valt de MARN volledig in de BTW-heffing. Dit houdt in dat de MARN BTW in rekening dient te brengen ten aanzien van de projecten voor de deelnemende gemeenten. Deze BTW komt vervolgens bij de deelnemende gemeenten voor (tenminste) 95% voor compensatie in aanmerking, indien en voor zover projecten noodzakelijk zijn voor hun activiteiten als overheid. MARN dient te voldoen aan de eisen, die de Wet omzetbelasting stelt aan ondernemers. MARN heeft haar administratie aangepast zodat de BTW separaat kan worden geadministreerd. MARN verstrekt periodiek (jaarlijks) aan de deelnemende gemeenten een opgave, waarin het saldo van de door de MARN gefactureerde BTW minus de ter zake in aftrek gebrachte BTW is weergegeven. MARN stelt deze opgave op naar evenredigheid van de financiële bijdragen van de gemeenten. MARN brengt de aan de projecten toerekenbare voorbelasting volledig in aftrek. Eveneens wordt door MARN in het kader van de verhuur van gronden aan ARN B.V. geopteerd voor een belaste verhuur aan deze vennootschap. Hierdoor heeft MARN in beginsel integraal recht op aftrek van voorbelasting behoudens enkele aftrekbeperkende bepalingen uit de betreffende wetgeving. Deze beperking is enigszins gelegen in het feit dat MARN gelden leent aan ARN B.V. Het verstrekken van deze leningen is van BTW vrijgesteld. De activiteiten die MARN in dat kader verricht komen daardoor niet in aanmerking voor verrekening. Deze activiteiten zijn echter zeer beperkt. Met de inspecteur van Belastingen is door de MARN over de BTW overleg gevoerd. De Inspecteur heeft aangegeven dat hij zich grotendeels kan vinden in het bovenstaande met betrekking tot de BTW en de MARN. Hij heeft echter aangegeven dat vanwege het feit dat er, zij het beperkt, enige activiteiten toe te rekenen zijn aan het van BTW vrijgestelde lenen, dat 1% van de bij de MARN in rekening gebrachte BTW niet aftrekbaar is, de facto dus 99% wel.
Begroting 2011 & Meerjarenbegroting 2012-2014
35