INHOUD ‘OVERIGE ACTIVITEITEN IN HET ZIEKENHUIS’ STAND 1 HART & LONGEN
Wat weet je eigenlijk van hart en longen? Enig idee hoe groot je longinhoud is? Twee liter? Vijf liter? Tien liter? Kom het maar zelf meten op stand 1 van de divisie Hart & Longen. Daar staat trouwens nog wel meer apparatuur voor je klaar om zelf mee aan de slag te gaan. Wat te denken van onze reanimatiepoppen? Probeer ze maar ‘tot leven te wekken’. En wat is die pomp in dat aquarium? Kijk, dat is nou een kunsthart als dat getransplanteerd is in het lichaam van een hartpatiënt. Veel te zien, te doen en te leren dus, op deze stand. Maar dat heeft natuurlijk alles te maken met de diversiteit van het werken met hart- en longpatiënten. En al die veelzijdigheid komt dan weer samen in onze Hart & Long Quiz. Meedoen hoor: je kunt er bovendien een leuke prijs mee winnen!
STAND 2 INTERNE GENEESKUNDE & DERMATOLOGIE
Dermatologie: Weet jij hoe je goed smeren moet? De huid is ons grootste orgaan. Zowel qua oppervlakte als qua gewicht. Alle reden dus om er zuinig mee te zijn. Om niet te lang in de zon te bakken, bijvoorbeeld. En om te weten wat je kunt doen aan een beschadigde huid. Alleen al omdat leven met een huidaandoening geen pretje is. Dat geeft tegelijkertijd aan hoeveel voldoening het werken op de verpleegafdeling Dermatologie geeft. Hoeveel je voor patiënten kunt betekenen: hoe je ze behandelt en psychosociaal kunt begeleiden. Om daar meer over te weten, ga je naar stand 2. En om meer te vóélen kun je diverse zalven uitproberen. Je kunt je arm of been laten zwachtelen. Je leert waarin verbandmiddelen van elkaar verschillen. En hoe belangrijk dat is. Want als één zorg op maat is, is het wel huidzorg. Diabetologie: Snoepen of niet: dat is de kwestie Goed of fout: diabetes is een aangeboren ziekte. En: waarom krijgen steeds meer mensen diabetes? Wat kun je doen om het te voorkomen? Ja, jijzelf? Over diabetes mellitus is veel te vertellen en veel te weten. En dat het vak van diabetesverpleegkundige toekomst heeft, is ook zeker een bezoek aan stand 2 waard. De hoogte van je bloedsuikerspiegel vormt een belangrijke indicatie voor het hebben van diabetes. Laat het meten op stand 2. Doe ook
INHOUD ‘OVERIGE ACTIVITEITEN IN HET ZIEKENHUIS’ meteen de diabetesrisicotest en ontdek welke rol de omvang van je buik, je lengte en je gewicht hierbij spelen. Je krijgt bovendien meteen een leefstijladvies: hoe gezond is je voeding?, dat is de kwestie. Ondertussen vertellen onze diabetesverpleegkundigen je alles over hun opleiding en dagelijks werk. Over het begeleiden van patiënten, het adviseren over medicatie, en de technische ontwikkelingen in de diabeteszorg. En je eigen ontwikkelingen? Ook die komen aan de orde. Zo kun je op de polikliniek Diabetologie doorgroeien tot verpleegkundig specialist. Best een aantrekkelijk vooruitzicht.
STAND 3 OOGHEELKUNDE
Ik zie ik zie wat jij niet ziet Wat ziet iemand met oogsterkte -8 eigenlijk? Of met +6? Zie je dan dubbel, scheel, helemaal niets? Ervaar het zelf op stand 3. Waar ook als je zelf een bril draagt nog genoeg te ontdekken valt. Over de gevaren van contactlenzen bijvoorbeeld. Plus natuurlijk hoe afwisselend het werken op de afdeling Oogheelkunde is. Want het opmeten van ogen – dat ga je straks zelf doen, trouwens − is heel iets anders dan het ondersteunen bij een staaroperatie, waar je op deze stand ook getuige van bent. En de werkdag van een technisch oogheelkundig assistent verschilt enorm van die van een doktersassistent. En als je talenten naast je interesse voor techniek bij patiëntencontact en -begeleiding liggen? Dan is werken bij oogheelkunde misschien wel iets voor jou. Wat in elk geval steeds terugkomt, is de hoge kwaliteit van het werk op de polikliniek en de verpleegafdeling Oogheelkunde. Daar zijn we met z’n allen ook reuze trots op. Het gééft natuurlijk ook veel voldoening als je iemand weer goed kunt laten zien. Zoals je patiënten ook al veel plezier doet als je ze leert beter om te gaan met hun slechte zicht. Natuurlijk laten we je op stand 3 ook de werking van het oog zien aan de hand van een model. Bovendien liggen er oogprotheses voor je klaar. Heb je enig idee hoe die eruitzien...?
STAND 4 UMC UTRECHT ACADEMIE + OVERIGE OPLEIDINGEN
Iets verpleegkundigs of medisch ondersteunends: is dat wat voor jou? Tja, is dat nou wat voor jou – verpleegkunde? En wat bedoelen ze toch met leren in de praktijk: hoeveel uur leren en hoeveel uur praktijk is dat per week? Op deze en nog veel meer vragen krijg je op stand 4 het antwoord. Zodat je straks in alle overtuiging kunt zeggen: “Ik word verpleegkundige!” Of: “Goed dat ik nu weet dat verpleegkunde echt níéts voor mij is.”
INHOUD ‘OVERIGE ACTIVITEITEN IN HET ZIEKENHUIS’ Onze interne opleidingen Verpleegkunde, maar ook die voor medisch ondersteunende beroepen als anesthesiemedewerker of operatieassistent, worden door de UMC Utrecht Academie verzorgd. Hoe ze dat doen en wát je leert, ontdek je op deze stand. Wel eens bloed geprikt? Een verband aangelegd? Iemands bloeddruk gemeten? Daarvoor hebben we twee workshops voor je ontwikkeld. Leuk, leerzaam en ook zeker spannend. Want we gaan je ook reanimeren leren. Wie kunnen je echter beter vertellen wat je tijdens je opleiding en in de praktijk te wachten staat dan onze huidige studenten? Vraag ze gerust het hemd van het lijf over alles wat je altijd al hebt willen weten. Welke vakken je gaat leren of hoe je patiënten op hun gemak stelt. En waarom je je opleiding eigenlijk bij het UMC Utrecht zou moeten volgen. Het antwoord op díé vraag kunnen we je trouwens al geven: omdat wij onze zorg voortdurend vernieuwen, waardoor het werk altijd interessant blijft.
STAND 5 DIVISIE BEELD
Van radioactieve spuit tot bestralingsmasker Straling? Gevaar! Jawel, maar ook: een middel om ‘de inwendige mens’ in kaart te brengen. Om ziektes op te sporen én te behandelen. Denk maar aan het bestralen van tumoren. Daarnaast maken mbb’ers (medisch beeldvormings- en bestralingsdeskundigen) gebruik van geluidsgolven en magnetische velden. Behoorlijk technisch werk dus, wat ze doen. En razend interessant. We gaan je op stand 5 natuurlijk niet aan echte straling blootstellen. Wél bootsen we een ‘radioactieve spuit’ na. Sterker, je mag de spuit zelf vullen met injectievloeistof. Zoals we je ook uitdagen beelden op röntgenfoto’s te herkennen. Verder kun je meedoen aan een angiodemonstratie: dan schuif je zelf een catheter in een bloedvat (oké, in een model daarvan…). En misschien kun je je zelfs een bestralingsmasker laten aanmeten. Zo krijg je op stand 5 een goede indruk van wat er op de afdelingen Radiologie en Radiotherapie allemaal gebeurt. Welke apparaten en toestellen gebruikt worden. En wat de verschillende beroepsmogelijkheden zijn.
STAND 6 OPERATIECENTRUM
Hoe handig ben jij in de operatiekamer? Je gaat hier echt zelf aan de slag! Want alleen dán kun je ervaren of dit mooie vak iets voor jou is. Leer hier intuberen, zoek heb juiste instrumentarium bij elkaar en
INHOUD ‘OVERIGE ACTIVITEITEN IN HET ZIEKENHUIS’ plaats de schroeven in een (kunst) bot. En daarbij wordt je uiteraard begeleid door een operatieassistent. Dus ook voor al je vragen over het operatiecentrum kun je terecht bij stand 6!
STAND 7 LABORATORIA
Bloedprikken, privéles volgen bij een Patholoog, weefsels en cellen bekijken………. Dit ga je allemaal doen bij stand 7 van de Laboratoria! Je kunt ook zelf leren pipetteren, je eigen bloedgroep bepalen en een infuus inbrengen op een fantoomarm. Te veel om op te noemen dus ga zéker langs bij deze boeiende en veelzijdige afdeling.
STAND 8 MEDISCH MAATSCHAPPELIJK WERK
Omgaan met ziekte: lang niet gemakkelijk Ziek zijn we allemaal wel eens. Maar wat als mensen ernstig ziek zijn? Misschien zelfs terminaal? Wat betekent dat voor hun dagelijks leven? Voor dat van hun gezin? En wat als angst alles gaat overheersen? Dan zijn er medisch maatschappelijk werkers die patiënten helpen omgaan met hun ziekte en de gevolgen ervan. Boeiend is het werken bij het Medisch Maatschappelijk Werk in het UMC Utrecht zeker. Je biedt patiënten namelijk niet alleen psychosociale ondersteuning bij het verwerken van hun ziekte en het omgaan met angst, afhankelijkheid en onzekerheid, maar bent ze ook heel praktisch van dienst. Met informatie en advies op het gebied van wonen, werk en financiën bijvoorbeeld. En de uitleg van allerlei wetten en regels. Standaardantwoorden geef je als medisch maatschappelijk werker niet. Creatieve oplossingen bedenk je des te meer. Zo is ieder begeleidingstraject een zoektocht naar wat het beste bij je patiënt past. Wat het werk verder zo afwisselend maakt, is dat je voor diverse specialismen werkzaam bent. Bovendien heb je ook niet-patiëntgebonden taken. Zoals voorlichting geven op open dagen. Of verpleegkundigen lesgeven over de emotionele kanten van het ziek-zijn. Op stand 8 vertellen we je er alles over. Oh, en vergeet niet onze stresstest te doen: kijken hoe je er zelf onder bent als de druk opgevoerd wordt…
INHOUD ‘OVERIGE ACTIVITEITEN IN HET ZIEKENHUIS’ STAND 9 KINDEREN (WKZ)
Als je patiënt een patiëntje is Kinderen verplegen? Dat is héél anders dan patiëntenzorg aan volwassenen bieden. Kinderen van nul tot achttien jaar kunnen niet altijd duidelijk maken wat ze voelen en wat ze willen. Sommigen ondergaan alles lijdzaam, anderen gaan stevig tekeer. En dan heb je ook nog eens met hun ouders te maken die zich – terecht – vaak uiterst bezorgd tonen. Op stand 9 lichten we een tipje van de sluier rond het werken op de verpleegafdelingen van de divisie Kinderen op. Van wassen en aankleden tot het toedienen van medicatie. Van het samenwerken met andere disciplines tot het voeren van gesprekken met ouders. Waarbij er nog grote verschillen zijn tussen de verschillende ziektes en de verschillende afdelingen. Verder krijg je op stand 9 meer informatie over de opleiding van (kinder)verpleegkundigen. Mondeling, schriftelijk én aanschouwelijk. Er ligt bijvoorbeeld een pop in de wieg die ook gebruikt wordt voor het onderwijs aan studenten Verpleegkunde. Daar kun je diverse verpleegtechnische handelingen mee leren uitvoeren. En heb je je wel eens afgevraagd hoe drinkvoeding smaakt? Grijp je kans! Test ook hoe stressbestendig je bent, speel een spelletje dokter Bibber!
STAND 10 WKZ GEBOORTECENTRUM: VERLOSKUNDE EN NEONATOLOGIE
Verloskunde: Doe eens een bevalling Ben je wel eens bij een bevalling aanwezig geweest? Behalve bij je eigen geboorte waarschijnlijk niet. Laat staan dat je ooit een bevalling begeleid zult hebben. Of een ongeboren kind in de baarmoeder hebt gedraaid. Dat ga je straks allemaal wél doen. Weliswaar met behulp van een pop, maar toch… Het wordt in elk geval spannend genoeg op de stand van het WKZ Geboortecentrum, afdeling Verloskunde. Behalve dat je zelf ervaart hoe het is om de leiding over een vlotte bevalling te hebben, krijg je uitleg over moeilijke geboortes. Over hoe een vacuümextractie werkt bijvoorbeeld, of wat een stuitbevalling is. En een keizersnede – wat komt daar eigenlijk bij kijken? Kan een geboorte zelf behoorlijk complex zijn, het werk dat eraan voorafgaat kun je ook lang niet altijd standaard noemen. Welke zorg geef je een aanstaande moeder en hoe bereid je haar op eventuele complicaties bij de bevalling voor? Je ontdekt het op stand 10.
INHOUD ‘OVERIGE ACTIVITEITEN IN HET ZIEKENHUIS’ Neonatologie: Hoe kwetsbaar kan het leven zijn Een teer lijfje in een glazen kastje. Met een borstkas die heel zachtjes op en neer gaat. Overal lopen draden. Een luier, veel te groot. Hoe kwetsbaar wil je het hebben? Niets roept zo veel emoties op als een te vroeg geboren baby. Dat maakt het werken op de afdeling Neonatologie WKZ Geboortecentrum van het Wilhelmina Kinderziekenhuis tot iets heel bijzonders. Een stukje van die unieke sfeer proef je straks op stand 10. We vertonen er films, laten je het verschil tussen de ene en de andere couveuse zien. En vertellen je natuurlijk alles over de verschillende beroepsgroepen die op Neonatologie nauw met elkaar samenwerken. Van perinatologie-verpleegkundige tot Neonatologie IC-medewerkers. Reken maar dat er emoties aan de orde komen. Leven en dood liggen op deze afdeling dicht bij elkaar. Hoe begeleid je ouders bij hun intense verdriet? Hoe ga je daar zelf mee om? En nog belangrijker natuurlijk: wat kunnen jij en je collega’s doen zodat de ouders hun kindje straks met een voldaan en vertrouwd gevoel mee naar huis kunnen nemen?
STAND 11 HERSENEN: PSYCHIATRIE, NEUROL/NEUROCHIR EN ERGO- EN FYSIOTHERAPIE
Neurologie/Neurochirurgie: Kortsluiting De hersenen, het ruggenmerg en de zenuwen. Wat zijn ze belangrijk voor ons dagelijks functioneren. En wat kan er allemaal mee misgaan. Denk maar aan een hersenbloeding. Wat zo’n kortsluiting met je dóét en wat je dan vervolgens kúnt doen, hoor je van een neurologieverpleegkundige en een verpleegkundig beleidsmedewerker op stand 11 van het cluster Neurologie & Neurochirurgie. Begin op stand 11 maar eens met het doen van enkele zogenaamde mobilisatieoefeningen. Deze zijn afgestemd op patiënten die een beroerte hebben gehad. En wat gebeurt er (onder meer) na een hersenoperatie? Dan leg je een hoofdverband aan. Probeer dat dus ook maar. Omdat het werken binnen Neurologie & Neurochirurgie zo divers is, stellen we voor dat je van tevoren alvast bedenkt wat je de standbemanning wilt vragen. Over de opleidingen bijvoorbeeld, over het verpleegkundige werk in de praktijk, over het begeleiden van patiënten, of over het totale zorgproces van iemand met een hersen-, ruggenmerg- of zenuwaandoening. En als je meer wilt weten over de functie KNF-laborant (klinische neurofysiologie)? Sluit je dan aan bij een van de gelijknamige rondleidingen.
INHOUD ‘OVERIGE ACTIVITEITEN IN HET ZIEKENHUIS’ Psychiatrie: Wil je meer weten over psychiatrie? Bij stand 11 kun je ook informatie krijgen over de diverse ziektebeelden zoals autisme, psychose, ADHD en stemmingsstoornissen. En je komt te weten hoe je kunt omgaan met agressie. Wil een kijkje nemen op de afdeling kun je je inschrijven voor rondleiding 9. Ergotherapie/Fysiotherapie: Hé, ik kan mijn hand niet meer bewegen… Een hap eten nemen. De gewoonste zaak van de wereld. Daar hoef je ook beslist nooit bij stil te staan. Behalve als… een lepel vasthouden niet zo eenvoudig meer is. Laat staan het schrijven met een pen. Of als je je evenwicht niet goed meer kunt bewaren. Dan komt de ergo- of de fysiotherapeut eraan te pas. De een, de ergotherapeut, helpt mensen met een lichamelijke en / of cognitieve beperking bij het weer mogelijk maken van dagelijkse handelingen. Dan is het wel zo handig om zélf te weten wat het is om je hand niet meer te kunnen gebruiken. Of hoe het voelt als de helft van je lichaam uitgeschakeld is. Je ervaart het op stand 11. En als je niet meer goed kunt zien? Zet straks maar eens een afgeplakte bril op. De ander, de fysiotherapeut, gaat met klachten aan het steun- en bewegingsapparaat van patiënten aan de slag. Met allerlei soorten oefeningen. En hulpmiddelen als krukken en een rollator. Ook te vinden op stand 11! En wat doen ergo- en fysiotherapeuten dan precies in een ziekenhuis? Zorgen dat patiënten van het steeds in bed liggen niet verder achteruitgaan. Dat is op de afdeling Geriatrie een heel andere uitdaging dan op de Hartbewaking. Kun je nagaan hoe afwisselend deze beroepen zijn.
