Informatie over Controle Blusmiddelen om het jaar Of controle Blusmiddelen ( blussers ) wel of niet om het jaar gecontroleerd mogen worden is afhankelijk van meerdere factoren. Een uitspraak van de Verzekering of Brandweer op dit gebied geeft geen zekerheid. Hieronder een paar punten die hierbij behulpzaam kunnen zijn. Primair geldt dat de eigenaar van de Blusmiddelen verantwoordelijk is en dat deze verantwoording pas erg duidelijk wordt als er een aanspraak op gedaan moet worden.
1) Controle van Brandslanghaspels dient altijd jaarlijks uitgevoerd te worden 2) Controle van Tempo draagbare brandblussers dient jaarlijks uitgevoerd te worden vanwege instructie van de leverancier. ( Lever voorwaarden) 3) Controle wel of niet om het jaar van andere merken draagbare blusmiddelen vallen onder de levervoorwaarden van de oorspronkelijke leveranciers. 4) Alle draagbare blusmiddelen moeten worden behandeld in het jaar wat aangegeven staat op het onderhouds label op de blusser zelf. (zie groot onderhoud en/of revisie) 5) Bedrijven die kiezen voor controle om het jaar, doen er goed aan de hieronder geplaatste tekst van VEBON aandachtig te lezen en van hun verzekeraar op papier een verklaring van geen bezwaar te hebben. Indien er ook een Brandslanghaspel in het pand aanwezig is, is controle om het jaar ongewenst. 6) De onderstaande tekst van VEBON en KIWA/NCP is bedoeld om de opdrachtgever te wijzen op zijn verantwoording en zorgplicht.
Uittreksel uit brief van Vebon aan gecertificeerde onderhoudsbedrijven 2014 Vanuit VEBON een advies hoe om te gaan met klanten die willen afwijken van de jaarlijkse onderhoudsfrequentie zoals die in de betreffende NEN-normen is omschreven. We vliegen dit vraagstuk aan vanuit vier perspectieven: - Wetgeving - Verzekeraar - Opdrachtgever - VEBON-lid/REOB bedrijf 1. Wetgeving Verreweg de meest belangrijke wetgeving in het kader van onderhoud van kleine blusmiddelen is het Bouwbesluit. Het bouwbesluit schrijft voor dat: - een brandblusser ten minste eenmaal per 2 jaar moet worden onderhouden en dat verder onverminderd ook de zorgplicht geldt; - voor brandslanghaspels de zorgplicht geldt. Zorgplicht Zorgplicht betekent volgens het Ministerie van Binnenlandse Zaken dat in ieder geval de onderhoudsinstructies van de fabrikant worden gevolgd. Dit betekent dat als in de onderhoudsinstructies van de fabrikant een onderhoudsfrequentie staat vermeld of naar een document (bijvoorbeeld een norm) wordt verwezen waarin een onderhoudsinstructie staat vermeld deze onderhoudsfrequentie moet worden aangehouden om te voldoen aan de zorgplicht. Bijgaande flyer laat zien hoe VEBON meent dat een ondernemer op de beste manier zijn zorgplicht kan vervullen. Een tweede bijlage (melding 17 en antwoord melding bouwbesluit) geeft aan wat de visie is van Binnenlandse Zaken als het gaat om de relatie zorgplicht en onderhoudsinstructies fabrikant. Doelstelling Het doel van de wetgever is dat kleine blusmiddelen worden gebruikt om beginnende branden te blussen. Het uiteindelijk doel van de wetgever is dat in alle gevallen slachtoffers worden voorkomen. Het Ministerie formuleert dit als volgt: “Bouwwerken moeten passen in hun omgeving. Ook mogen ze geen gevaar opleveren voor de veiligheid en gezondheid van bewoners en gebruikers. Voor het bouwen, verbouwen, slopen én gebruiken van woningen en andere gebouwen gelden daarom bouwregels”. Samengevat: veiligheid van personen staat voorop. De inzet van de brandweer, als het niet bij een beginnende brand blijft, is erop gericht om slachtoffers (gewonden en doden) te voorkomen en het voorkomen dat een brand zich uitbreidt naar een ander perceel. Het behouden van het bouwwerk en het voorkomen van schade aan het milieu, monumenten of maatschappelijke voorzieningen of belangen zijn geen doelstellingen
van het Bouwbesluit. Kort gezegd zijn het Bouwbesluit en de inzet van brandweer niet bedoeld voor de continuïteit van een onderneming. Handhaving/Controle door de overheid De overheid controleert de naleving op wetgeving en in geval van nalatigheid zal deze ook de wetgeving moeten handhaven middels allerlei vormen van sancties. Adviezen door de overheid Soms horen wij uit het veld dat de brandweer die wordt ingezet als controlerende instantie ook adviezen geeft over de onderhoudsfrequentie. Deze adviezen wijken vaak af van de feitelijke eisen uit het Bouwbesluit en de brandweer meent daarbij vaak voor de ondernemer een kostenbesparing te kunnen aandragen: “onderhoud hoeft maar eens in de twee jaar”. De vraag is natuurlijk of de brandweer zich moet bezighouden met dergelijke adviezen, welke verantwoordelijkheid zij daarvoor dragen en welke aansprakelijkheid ze bereid zijn te aanvaarden. VEBON is van mening dat de brandweer deze adviezen niet moet geven. Het perspectief van de overheid (voorkomen slachtoffers) is een ander perspectief dan dat van de ondernemer die ook zeer gebaat is bij continuïteit van zijn bedrijf en dus zekerheid als het gaat om blusmiddelen. Verder gaat men bij dergelijke adviezen ook voorbij aan het zorgplichtartikel en de daaraan gekoppelde onderhoudsinstructies van de fabrikant. Als de onderhoudsinstructies van de fabrikant niet worden nageleefd neemt de ondernemer een extra en onnodig risico. De fabrikant zal enige vorm van aansprakelijkheid op niet functioneren van blusmiddelen afwijzen en de overheid zal deze aansprakelijkheid niet overnemen. Mocht u veel te maken hebben met dergelijke adviezen vanuit de overheid dan vernemen wij dat graag van u. 2. Verzekeraar De verzekeraar zal in het algemeen ook uitgaan van hetgeen in de wetgeving is gesteld. De verzekeraar stelt soms nadere eisen aan het onderhoud van blusmiddelen en de frequentie ervan. Dit zal altijd in de polis of bijbehorende voorwaarden zijn opgenomen. Wij hebben hierbij geen uniformiteit in optreden vanuit de verzekeraars waargenomen. Het is voor een ondernemer altijd zinvol om zijn polis goed na te lezen om te beoordelen of er specifieke voorwaarden zijn gesteld. Sinds 2014 hebben de verzekeraars een beleidswijziging doorgevoerd die heeft geleid tot aanpassing van de zogenaamde brandregresregeling. Dit betekent dat het nemen van regres door brandverzekeraars op niet-particulieren, met uitzondering van de zakelijke huurder, per 1 januari 2014 mogelijk wordt. Brandverzekeraar gaan weer gebruik maken van het recht om de uitgekeerde schadevergoeding te verhalen op de daadwerkelijke schadeveroorzaker. Hierdoor worden bedrijven gestimuleerd om hun brandpreventie goed op orde te hebben omdat zij nu zelf aangesproken kunnen worden als er op dit vlak wordt verzuimd of als er anderszins onzorgvuldig wordt gehandeld. Het is dus voor de ondernemer ook belangrijker geworden om te kunnen aantonen dat de eisen op het gebied van brandveiligheid goed worden nageleefd. Meer weten: https://www.verzekeraars.nl/overhetverbond/zelfregulering/Paginas/Bedrijfsregelingen/B edrijfsregeling-Brandregres.aspx 3. Ondernemer De ondernemer heeft primair belang bij het continueren van zijn onderneming en het zo goed mogelijk renderen hiervan. Daarnaast moet een ondernemer aan de wet voldoen, zijn zorgplicht vervullen, en tevens voldoen aan eventuele voorwaarden van de verzekeraar. Alleen het voldoen aan wetgeving en eventuele verzekeringsvoorwaarden is geen doel op zich. Een ondernemer heeft een groot belang bij blusmiddelen die het werken. Het jaarlijkse onderzoek dat VEBON uitvoert laat zien dat veel ondernemers (en
medewerkers natuurlijk) zelf in staat zijn om beginnende branden te blussen en veel schade te voorkomen. Zelfs beperking van een kleine rookschade kan de ondernemer al heel opleveren in de zin van continuïteit en beperking van kosten als gevolg van brandschade. Om die reden is het zaak voldoende bereikbare blusmiddelen in een bedrijf te hebben die het ook allemaal doen. Het jaarlijkse onderzoek van VEBON laat ook zien dat zelfs bij een jaarlijkse onderhoudsfrequentie er in veel gevallen nog preventief onderhoud noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat het blusmiddel geschikt is voor gebruik. 4. VEBON lid bedrijf REOB gecertificeerd De VEBON leden die onderhoud aan kleine blusmiddelen uitvoeren zijn allemaal REOB erkend en hebben daarvoor allemaal een certificaat van CIBV of Kiwa/NCP. Met dit certificaat tonen de bedrijven aan dat ze over vakbekwaam personeel beschikken en het onderhoud goed en volgens de onderhoudsnormen (NEN) en de onderhoudsinstructies uitvoeren. Afwijken van de onderhoudsinstructies van de leverancier en/of de NENnormen past niet binnen de REOB-regeling. De REOB regeling vraagt ook om het juist inknippen van het onderhoudsetiket. Dit is een jaarlijkse periode voor brandblussers, brandslanghaspels en droge blusleidingen. Kiwa/NCP heeft hiervoor in 2013 al een brief (bijlage) gezonden dat juist inknippen een belangrijk onderdeel is van de regeling waar niet vanaf geweken mag worden. De opdrachtgever wil toch wat anders Ondanks alle argumenten zijn er opdrachtgevers die het onderhoud minder vaak willen uitbesteden en vaak op advies van derden zuiver in lijn met de wetgeving willen zitten en denken dat een frequentie van eenmaal per twee jaar ook afdoende is. Hoe daar nu mee om te gaan? a) Geen jaarlijkse opdracht. Als een opdrachtgever geen opdracht geeft of slechts een opdracht voor lagere frequentie dan eenmaal per jaar dan is dat de keuze en verantwoordelijkheid van de opdrachtgever. Er rust geen enkele verplichting op een opdrachtgever om het onderhoud aan blusmiddelen uit te besteden. Wel kan het VEBON lidbedrijf de opdrachtgever wijzen op de wettelijke zorgplicht ( adequaat beheer, onderhoud en controle) middels de flyer en dat het verstandig is om het onderhoud te laten verrichten door een deskundig onderhoudsbedrijf met een REOBcertificaat. b) Verder kan het VEBON lidbedrijf de opdrachtgever wijzen op de onderhoudsinstructies van de fabrikant als deze een jaarlijkse onderhoudsfrequentie vermelden of verwijzen naar een document (bijv. NEN-norm) waarin een jaarlijkse frequentie wordt vermeld. Als de opdrachtgever hier geen notie van neemt is dat de verantwoordelijkheid van de opdrachtgever. Wij adviseren het VEBON lidbedrijf om deze keuze van de opdrachtgever altijd schriftelijk te bevestigen en te wijzen op de eigen verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid van de opdrachtgever. Desgewenst kan VEBON hiertoe een modelbrief opstellen. Ook zal er in deze situatie binnen het REOB certificaat volgens de regels ingeknipt moet worden. c) Minder opdracht en verkeerd inknippen? Wij hebben begrepen dat er opdrachtgevers zijn die en minder onderhoud willen uitbesteden en ook vragen om etiketten in lijn daarmee in te knippen. Dit laatste kan natuurlijk niet. Enerzijds past dit niet in de REOB-regeling en kan er een serieuze sanctie (zie bijlage brief Kiwa/NCP) volgen vanuit de certificerend instelling. Structureel verkeerd inknippen is niet geoorloofd. Anderzijds trekt het REOB-onderhoudsbedrijf ook onnodig risico naar zich toe. Het REOB-bedrijf is immers deskundig en moet de consequenties als deskundige kunnen inschatten. Het anders inknippen dan jaarlijks maakt ook dat een oordeel achteraf zal luiden dat een deskundig REOB bedrijf dit willens en wetens heeft gedaan. Belangrijker wordt dit aspect nog wanneer de onderhoudsinstructies van de fabrikant een jaarlijkse frequentie voorschrijven en het REOB-bedrijf akkoord gaat met een
andere frequentie door anders in te knippen. Hiermee wordt door een deskundig REOB bedrijf de productaansprakelijkheid richting de fabrikant doorkruist en onnodig verantwoordelijkheid genomen. Als een blusmiddel dan nodig is om een brand te blussen en het niet doet heeft het REOB bedrijf achteraf wat uit te leggen en is een claim niet uit te sluiten. Als de opdrachtgever toch volhard in zijn standpunt tot anders inknippen adviseren wij om in ieder geval alle risico’s en aansprakelijkheid bij de opdrachtgever neer te leggen en de opdrachtgever vooraf te laten tekenen als bewustwording hiervan en voor volledige vrijwaring van het REOB-bedrijf. Ook in dit geval kan VEBON hiertoe desgewenst een modelbrief opstellen. Anders inknippen onder het REOB certificaat is niet geoorloofd en leidt tot sancties vanuit de certificerende instelling. Bedrijven die dergelijke opdrachten desondanks willen aanvaarden zullen dergelijke opdrachten buiten het REOB certificaat moeten accepteren en uitvoeren. Wij adviseren om in dergelijke gevallen altijd contact te zoeken met de certificerende instelling hoe dit op de beste manier gedaan kan worden zonder dat het REOB-certificaat ter discussie komt te staan. d) Samengevat: Neem de opdrachtgever serieus en probeer deze eerst altijd te overtuigen van nut en noodzaak van jaarlijks onderhoud volgens de norm door een REOBgecertificeerd bedrijf. Dit kost tijd en energie maar is de beste weg. De flyers, brieven en mails dienen altijd ter ondersteuning van het gesprek met de klant. De klant beslist uiteindelijk altijd zelf wat hij gaat doen en is hiervoor ook verantwoordelijk. Wijs de opdrachtgever op een goede manier op zijn eigen verantwoordelijkheid voor brandveiligheid en de risico’s als deze toch kiest voor een andere onderhoudsfrequentie. Sluit iedere vorm van aansprakelijkheid schriftelijk uit als u besluit om een opdracht tot anders inknippen van het etiket te aanvaarden en voer deze opdracht in samenspraak met uw certificerende instelling buiten het REOB-certificaat uit.
Brief van Kiwa aan gecertificeerde onderhoudbedrijven 2014 Kiwa NCP Groningenweg 10 Postbus 256 2800 AG Gouda Geachte contactpersoon REOB, Op dit moment ontvangen wij vragen uit de markt van diverse REOB gecertificeerde bedrijven over het inknippen van het onderhoudsetiket. Standaard wordt het etiket conform de geldende NEN normen jaarlijks ingeknipt. Indien een opdrachtgever / eisende partij het onderhoud pas na twee (2) jaar wil laten uitvoeren is deze opdrachtgever / eisende partij zelf verantwoordelijk voor het ‘’werkvaardig’’ zijn van het blusmiddel in het 2e jaar. Er zijn nu aanbestedingstrajecten gesignaleerd waarin wordt geëist dat het onderhoudsetiket twee (2) jaar vooruit moet worden ingeknipt. Het REOB gecertificeerde bedrijf dient derhalve te verklaren dat het blusmiddel ook het tweede jaar werkvaardig blijft. Deze 2-jaars verklaring – op basis van het onderhoudsetiket - is strijdig met de NEN normering over het onderhoud van blusmiddelen en is in afwijking op de certificatie-eisen die in de huidige REOB certificatieschema staan. Het niet correct inknippen van het onderhoudsetiket levert bij constatering door de certificatie-instelling een afwijking op. De zwaarte van de afwijking is afhankelijk van omvang van het incident. Het éénmalig verkeerd inknippen van het onderhoudsetiket door een REOB monteur zal niet leiden tot het schorsen / intrekken van het certificaat van een gecertificeerd REOB bedrijf. Het betreft dan een incident. Het bewust - in grote getalen – onjuist inknippen van het onderhoudsetiket kan wel leiden tot het schorsen en intrekken van het certificaat van het gecertificeerde REOB bedrijf. Het betreft dan geen incident en een bewuste keuze tot afwijken. Hieronder valt het inknippen van een termijn van meer dan één (1) jaar. Dit is gelijk een A-afwijking waarbij de certificatie-instelling de mogelijkheid heeft om meteen het certificaat in te trekken en er geen hersteltermijn is voor het bedrijf. Ik ga ervan uit u hierbij voldoende te hebben geïnformeerd. Wat is adequaat onderhoud? Adequaat onderhoud betekent dat een blusser en een brandslanghaspel op de juiste wijze, tijdig en goed wordt onderhouden en altijd gebruiksklaar is. Een brand laat zich immers moeilijk voorspellen! Onderhoud op juiste wijze Onderhoud op de juiste wijze houdt in onderhoud volgens de instructies van de leverancier van het blusmiddel. Alle onderhoudsinstructies zijn afgestemd op de Europese en nationale onderhoudsnormen. Deze normen worden geregeld aangepast en bevatten de laatste stand der techniek. Tijdig onderhoud - Jaarlijks Het hoeft niet te worden gezegd dat het bijzonder vervelend is als er brand uitbreekt en de blusser doet het niet. Daar wil niemand verantwoordelijk voor zijn. Neem geen risico en laat blussers en brandslanghaspels tijdig onderhouden. Een landelijk gangbare termijn is jaarlijks onderhoud volgens de daarvoor geldende normen. In bepaalde situaties kan het wenselijk zijn om meer dan een keer per jaar te controleren en onderhouden. Denk bijvoorbeeld aan locaties met grotere risico’s (industrie) of de kans op vandalisme. Jaarlijks onderhoud is geen verplichting. De gebruiker neemt altijd zelf de beslissing en is verantwoordelijk voor de veiligheid. Bewust of onbewust kunnen zo echter wel grote(re) risico’s worden gelopen. Naast het jaarlijkse onderhoud kennen we de volgende onderhoudsintervallen: het 5-jaarlijks uitgebreid onderhoud en een 10-jaarlijkse revisie. Deze onderhoudsvormen zijn nader uitgewerkt in Europese en Nederlandse normen.
Goed onderhoud - REOB Goed onderhoud wil zeggen dat er zekerheid is over de kwaliteit van het uitgevoerde onderhoud. Voor het onderhoud van blussers en brandslanghaspels bestaat al sinds jaar en dag het REOB-certificaat. REOB-gecertificeerde onderhoudsbedrijven worden regelmatig door certificatiebedrijven gecontroleerd en beoordeeld. Eigen belang Naast het belang van de overheid zoals neergelegd in het Bouwbesluit, namelijk veilig vluchten en geen overslaande brand naar buurpanden, heeft de ondernemer nog eigen belang: de continuïteit van uw bedrijf. Ook hierbij speelt brandveiligheid een belangrijke rol. Jaarlijks onderzoek door VEBON Sinds 2008 voert VEBON jaarlijks onderzoek uit naar het onderhoud en inzet van blusmiddelen. Uit dat onderzoek blijkt dat brandblussers succesvol worden ingezet bij beginnende branden. Meer dan 90% van alle beginnende branden wordt door de gebruiker zelf geblust met een draagbare brandblusser of brandslanghaspel! Voorts wordt bij 10-15% van de brandblussers bij het jaarlijks onderhoud een defect ontdekt. De aandacht voor zichtbaarheid en bereikbaarheid van blusmiddelen kan nog flink verbeterd worden. U bent als ondernemer verantwoordelijk voor de veiligheid van uw medewerkers, bezoekers en de continuïteit van uw onderneming! Zorg dat uw blusmiddelen altijd in optimale conditie verkeren en laat deze jaarlijks onderhouden. De kans op brand is niet zo groot, de gevolgen zijn dat wel! Wat betekent adequaat onderhoud in de praktijk? Als u gebruikt maakt van een REOB-gecertificeerd bedrijf dan zal dat bedrijf het jaarlijkse en periodieke onderhoud kwalitatief en op juiste wijze voor u verrichten, volgens de daarvoor geldende normen en onderhoudsvoorschriften. U voldoet dan niet alleen aan uw wettelijke zorgplicht, maar zorgt ook voor uw bedrijfscontinuïteit. Met het Bouwbesluit 2012 zijn de regels voor brandveiligheid in bouwwerken verder vereenvoudigd. Het Bouwbesluit stelt eisen aan zowel nieuwbouw als bestaande bouw. Net als in vorige versies zijn ook eisen opgenomen voor het hebben en onderhouden van blusmiddelen. Doel Het doel van de brandveiligheidsvoorschriften in het Bouwbesluit is ongewijzigd gebleven: het voorkomen van slachtoffers (gewonden en doden) en het voorkomen dat een brand zich uitbreidt naar een ander perceel. Het behouden van het bouwwerk en het voorkomen van schade aan milieu, monumenten of maatschappelijke voorzieningen of belangen zijn geen doelstellingen van het Bouwbesluit. Ook het behoud van uw bedrijf, uw klanten en uw positie als ondernemer zijn geen doelstellingen van het Bouwbesluit. Ten opzichte van de oude versie van het Bouwbesluit zijn er enkele wijzigingen die bijzondere aandacht vragen. Nieuw artikel Zorgplicht Een opvallende wijziging in het Bouwbesluit 2012 is de invoering van de zorgplicht (artikel 1:16):“een blusser en een brandslanghaspel functioneren overeenkomstig de van toepassing zijnde voorschriften en adequaat worden beheerd, onderhouden en gecontroleerd.” Wat dit precies betekent, staat in de toelichting op het Bouwbesluit. “In het algemeen zal het voldoende zijn wanneer de in de handleiding of productspecificaties opgenomen instructies van de fabrikant, leverancier en installateur worden gevolgd. Ook moet het gebruik zodanig zijn dat er geen gevaar voor gezondheid of veiligheid is. Hiervoor geldt eveneens dat rekening moet worden gehouden met handleidingen en dergelijke.”
Wie is verantwoordelijk? Het Bouwbesluit legt de zorgplicht neer bij eigenaren en exploitanten van gebouwen. Zij zijn er verantwoordelijk voor dat installaties volgens de voorschriften functioneren en goed worden beheerd, onderhouden en gecontroleerd. Elk jaar aandacht voor uw brandveiligheid Kleine Blusmiddelen Vereniging VEBON De vereniging VEBON is een professionele ondernemersvereniging met een groot aantal leden. Dit zijn gespecialiseerde bedrijven met (technische) oplossingen voor vele brandveiligheids- en beveiligingsvraagstukken. Waar vindt u de leden van VEBON? Ga naar www.vebon.org en selecteer de door u gewenste markt. VEBON-leden staan voor hun producten en zijn daar op aan te spreken. Wat is het Bouwbesluit? In het Bouwbesluit staan landelijke voorschriften voor brandveiligheid in bouwwerken. Dit zijn uniforme voorschriften die voor alle gemeenten gelden. Per 1 april 2012 is het nieuwe Bouwbesluit in werking getreden. NEN 2559 NEN-EN 671-3 Wat is adequaat onderhoud? Adequaat onderhoud betekent dat een blusser en een brandslanghaspel op de juiste wijze, tijdig en goed wordt onderhouden en altijd gebruiksklaar is. Een brand laat zich immers moeilijk voorspellen! Onderhoud op juiste wijze Onderhoud op de juiste wijze houdt in onderhoud volgens de instructies van de leverancier van het blusmiddel. Alle onderhoudsinstructies zijn afgestemd op de Europese en nationale onderhoudsnormen. Deze normen worden geregeld aangepast en bevatten de laatste stand der techniek. Tijdig onderhoud - Jaarlijks Het hoeft niet te worden gezegd dat het bijzonder vervelend is als er brand uitbreekt en de blusser doet het niet. Daar wil niemand verantwoordelijk voor zijn. Neem geen risico en laat blussers en brandslanghaspels tijdig onderhouden. Een landelijk gangbare termijn is jaarlijks onderhoud volgens de daarvoor geldende normen. In bepaalde situaties kan het wenselijk zijn om meer dan een keer per jaar te controleren en onderhouden. Denk bijvoorbeeld aan locaties met grotere risico’s (industrie) of de kans op vandalisme. Jaarlijks onderhoud is geen verplichting. De gebruiker neemt altijd zelf de beslissing en is verantwoordelijk voor de veiligheid. Bewust of onbewust kunnen zo echter wel grote(re) risico’s worden gelopen. Naast het jaarlijkse onderhoud kennen we de volgende onderhoudsintervallen: het 5-jaarlijks uitgebreid onderhoud en een 10-jaarlijkse revisie. Deze onderhoudsvormen zijn nader uitgewerkt in Europese en Nederlandse normen. Goed onderhoud - REOB Goed onderhoud wil zeggen dat er zekerheid is over de kwaliteit van het uitgevoerde onderhoud. Voor het onderhoud van blussers en brandslanghaspels bestaat al sinds jaar en dag het REOB-certificaat. REOB-gecertificeerde onderhoudsbedrijven worden regelmatig door certificatiebedrijven gecontroleerd en beoordeeld. Eigen belang Naast het belang van de overheid zoals neergelegd in het Bouwbesluit, namelijk veilig vluchten en geen overslaande brand naar buurpanden, heeft de ondernemer nog eigen belang: de continuïteit van uw bedrijf. Ook hierbij speelt brandveiligheid een belangrijke rol. Jaarlijks onderzoek door VEBON Sinds 2008 voert VEBON jaarlijks onderzoek uit naar het onderhoud en inzet van blusmiddelen. Uit dat onderzoek blijkt dat brandblussers succesvol worden ingezet bij beginnende branden. Meer dan 90% van alle beginnende branden wordt door de gebruiker zelf geblust met een draagbare brandblusser of brandslanghaspel! Voorts wordt bij 10-15% van de brandblussers bij het jaarlijks onderhoud een defect ontdekt. De aandacht voor zichtbaarheid en bereikbaarheid van blusmiddelen kan nog flink verbeterd worden.