info voor de ouders
man, vrouw en kind
Naar huis met een monitor
Inhoud
01 Inleiding....................................................... 04 02 Materiaal afhalen......................................... 04 03 Monitor aanleggen....................................... 04 04 Wat te doen bij een alarm?.......................... 06 05 Opmerkingen............................................... 07 06 De monitor terugbrengen............................. 07
01. Inleiding De monitor registreert de ademhalings- en hartfrequentie van uw kindje en geeft een alarm wanneer uw kindje gedurende een bepaalde periode stopt met ademen en/ of wanneer de hartfrequentie buiten de ingestelde waarden valt. Dan licht een rood lampje op en klinkt een luid geluidssignaal.
02. Materiaal afhalen In de week Materiaal afhalen kan enkel na een telefonische afspraak op tel. 09 332 51 44. Afhalen kan vervolgens op volgende tijdstippen: DDVoor elektroden en nieuw materiaal zoals kabels, adapter: 8u tot 17.30u. DDVoor een nieuwe thuismonitor bij defect: van 8u tot 12u. DDVoor het tussentijds uitlezen van het geheugen van de monitor: van 8u tot 10u.
Buiten de kantooruren en in het weekend Is er ’s nachts of in het weekend een defect aan het toestel, dan kan u een vervangset afhalen in gebouw K12B op de 10de verdieping (Centrum voor Neurofysiologische Monitoring, tel. 09 332 47 21). Kabels, adapters en ander toebehoren kan u daar niet krijgen.
03. Monitor aanleggen Benodigdheden DDMonitor DDPatiëntenkabel DDAdapter DDElektroden (apart doosje) DDBatterij (meestal al in monitor) DDBeschermhoesje voor de monitor
Werkwijze Monitor klaarmaken DDPlaats de batterij in de monitor. DDSluit de adapter aan op de netstroom (is er geen netstroom, dan kan u ook 4 AA-batterijen gebruiken). Het groene lampje licht nu op. DDPlaats de patiëntenkabel in de groene insteekplaats. Elektroden bevestigen
Monitor opstarten DDWacht om de monitor op te starten tot uw baby rustig is. DDZet aan met de ‘ENTER’-toets (u moet een kort geluid horen. Is dit er niet, dan is er ook geen geluidsalarm. In dat geval moet u de monitor gaan inwisselen in het Centrum voor Neurofysiologsche Monitoring). DDZelftest van de monitor (als deze faalt, opnieuw opstarten). DDPlaats de monitor niet te dicht bij andere elektrische toestellen, dit kan storing veroorzaken.
N A A R HUI S MET EEN MONI TOR
DDKleef een elektrode onder de rechteroksel van uw baby en plaats deze in de patiëntenkabel in het rode bolletje. DDKleef de tweede elektrode onder de linkeroksel van uw baby en plaats deze in het gele bolletje van de patiëntenkabel. DDEen derde elektrode is niet nodig.
5
De parameters verschijnen en er licht een groen lichtje op bij elke ademhaling en hartslag. DDNa 5 minuten verdwijnen de parameters (de monitor staat nog steeds aan). Bij een alarm komen de parameters terug tevoorschijn. DD Op het scherm ziet u dat zich een zwart balkje vult bij elke ademhaling (vult dit niet volledig, dan wordt de ademhaling niet volledig geregistreerd. Vervang dan de elektroden). Wil u de monitoring stoppen en het toestel uitschakelen, druk dan lang op ENTER. DDDruk ook op ESC (samen met ENTER) als er ‘uitschakelen’ op uw scherm komt. DDU hoort een geluidssignaal en er verschijnt ‘toestel schakelt uit! Even geduld…’ laat de toetsen los en de monitor is uit.
04. Wat te doen bij een alarm? De monitor gaat in alarm wanneer de hart- of ademhalingsfrequentie buiten de ingestelde waarden valt (de waarden worden ingesteld door de arts en mogen niet gewijzigd worden!). Er gaat een rood lampje branden, een luid alarm gaat af en de parameters verschijnen. DDGa steeds naar uw kindje kijken! Kijk of uw kindje ademt en hoe zijn of haar kleur is. DDAls uw kindje ademt, zet u het alarm af. Stimuleer uw kindje als het niet ademt, tot de ademhaling herstart en de hartfrequentie weer stijgt. DDLukt dit niet, start dan Basic Life Support en verwittig de hulpdiensten. DDHet alarm kan uitgezet worden door op de ESC-toets te drukken. DDWanneer uw kindje zich vanzelf herpakt, gaat het alarm uit maar het rode lampje blijft knipperen. Dit kan u ook met de ESC-toets uitzetten. DDZorg er steeds voor dat u het alarm kan horen (bv. door een babyfoon te gebruiken). Zet geen voorwerpen op de monitor.
05. Opmerkingen DDElk alarm wordt in het geheugen opgeslagen. Als dit geheugen ongeveer 80% vol is, kan u best contact opnemen met het Centrum voor Neurofysiologische Monitoring om de monitor te laten uitlezen. Maak hiervoor een afspraak op tel. 09 332 51 44. Dit kan enkel tijdens de kantooruren. DDOm het geheugen te bekijken drukt u op ‘< ‘ naar de rubriek info en vervolgens ’ ^ ‘ naar bladzijde 6/7. Bovenaan deze bladzijde ziet u hoeveel geheugen u hebt gebruikt. Ga terug naar hoofdscherm met ‘>’. DD Om irritatie te voorkomen kleeft u de elektroden best elke dag op een andere plaats. U hebt de beste registratie als het hart op een denkbeeldige lijn ligt tussen de elektroden. DDVerwijder de elektroden voor het badje. Doe dan een druppeltje water op de gelkant van de elektrode en kleef ze terug op de plastic verpakking. Het water verspreidt zich en de elektroden kleven beter. Na de verzorging kan u de elektroden terugkleven. DDGebruik geen crème of lotion op de huid van uw baby. DDDe elektroden kunnen 3 à 4 dagen gebruikt worden. DDZijn de parameters op het scherm slechter leesbaar, controleer dan of de elektroden nog voldoende kleven. DDLeg de monitor altijd aan als uw kindje slaapt. DDNeem de monitor overal mee, ook in de auto. DDBent u alleen met uw kindje in de auto, zorg er dan voor dat u uw kindje steeds ziet en dat de monitor binnen handbereik is. Zo weet u wat er aan de hand is.
06. De monitor terugbrengen Als er defecten zijn als gevolg van verkeerd gebruik of omdat u de monitor liet vallen, dan krijgt u de herstelkosten aangerekend.
N A A R HUI S MET EEN MONI TOR
Als er geen verhoogd risico meer bestaat bij uw kind, zal de arts u melden dat u mag stoppen met de monitoring. U moet dan de monitor en alle toebehoren zo vlug mogelijk terugbrengen naar het Centrum voor Neurofysiologische Monitoring.
7
v.u.: Eric Mortier, afgevaardigd bestuurder UZ Gent, De Pintelaan 185, 9000 Gent MODULO.be 338535 - februari 2015 - AS
Dienst Neonatale Intensieve Zorgen Gebouw B1, 1ste verdieping Tel. 09 332 35 37 Deze brochure werd enkel ontwikkeld voor gebruik binnen het UZ Gent. Alle rechten voorbehouden.Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het UZ Gent.
UZ Gent Postadres De Pintelaan 185 Toegang C. Heymanslaan B 9000 Gent T: +32 (0)9 332 21 11
[email protected] www.uzgent.be volg ons op