LAN
LAN Setup In deze handleiding kunt u informatie vinden over alle mogelijke LAN instellingen van de DrayTek Vigor 2130 en 2750. Hierin zullen wij alle algemene instellingen bespreken die van toepassing zijn indien u LAN wilt gaan gebruiken.
Door naar het standaard IP-adres van de DrayTek te gaan (192.168.1.1) krijgt u het inlogscherm van de router te zien. Standaard gebruikt de DrayTek ‘admin’ als username en wachtwoord.
2|
LAN – General Setup In de General Setup kunt u het IP-adres aanpassen. Standaard staat het IP-adres op 192.168.1.1 zoals u ziet in onderstaande afbeelding.
For NAT Usage IP-Address: Het privé IP-adres van de DrayTek router. Deze kunt u naar uw eigen wens aanpassen. Subnet Mask: Hier geeft u de grootte van het netwerk op. Standaard staat deze op 255.255.255.0. Hierbij heeft u de mogelijkheid om 254 IP-adressen te gebruiken. Dit is tevens het maximale aantal IP-adressen welke u kunt gebruiken. For IP Routing Usage IP-Address: Indien u van uw provider een blok met publieke IP-adressen ontvangt kunt u deze koppelen aan de LAN interface van de DrayTek, dit kan met deze functie. Wanneer u deze gebruikt kunnen werkstations/servers een publiek IP-adres gebruiken. Subnet Mask: Hier geeft u de grootte van uw public routed subnet op. 2nd Subnet DHCP server: U kunt ervoor kiezen om deze publieke IP-adressen middels de 2e DHCP server uit te delen aan uw netwerk. PPPoE Passthrough: Hierdoor kunt u ervoor zorgen dat een achterliggende router/firewall middels PPPoE kan inbellen naar de provider om zodoende het publieke IP-adres rechtstreeks te ontvangen. DHCP Server Configuration: Indien deze optie aanstaat, zal de DrayTek router als DHCP server voor haar LAN kant fungeren. Indien u een PC aansluit zal deze een IP-adres ontvangen van de DrayTek router. Start IP Address: Geef hier het start IP-adres op van de DHCP server. De DHCP server zal bij dit IPadres beginnen met uitdelen. IP Pool Counts: Hier geeft u aan hoeveel IP-adressen de DHCP server van de DrayTek router mag uitgeven. Lease Time: De maximale tijd dat een IP-adres gekoppeld blijft aan een werkstation. Force DNS Manual Setting: Hier kunt u aangeven of u voor het LAN netwerk de DNS adressen wilt forceren. Primary/Secondary IP Address: Vervolgens kunt u hier de DNS adressen voor uw LAN netwerk opgeven.
3|
LAN – Ports In dit menu kunt u per LAN poort enkele instellingen aanpassen. U kunt bijvoorbeeld per LAN poort aangeven of dit een 10/100 Full of Half duplex poort moet zijn. Bij gebruik van een Gigabit interface kunt u alleen kiezen voor 1000 Full Duplex. Alle mogelijke functionaliteiten zijn onderstaand beschreven.
Port: Hier kunt u zien om welke LAN poort het gaat. Link: Wanneer de LAN poort actief is, ziet u een groen bolletje. Indien een poort niet actief is ziet u een rood bolletje. Current: De huidige snelheid van de desbetreffende LAN poort. Speed Configured: Hier kunt u de snelheid van de desbetreffende LAN poort wijzigen. Standaard staat deze op ‘Auto’, zodat de poort zelf detecteert welke snelheid hij zal gebruiken. Maximum Frame: Hier geeft u de maximale grootte van de datapakketten aan. (1518 – 9600 bytes) Excessive Collision Mode: Deze functie kunt u alleen gebruiken in een Half Duplex situatie. Power Control: Hier kunt u aangeven of de desbetreffende poort gebruik moet maken van de Power Control functie.
4|
LAN – VLAN Met de VLAN functie kunt u bepaalde LAN poorten afschermen door deze in een apart VLAN te zetten. Standaard kunnen alle vier LAN poorten met elkaar communiceren. Echter kunt u dit met VLAN afschermen en ervoor zorgen dat bepaalde LAN poorten elkaar niet kunnen bereiken.
Standaard kunnen alle LAN poorten elkaar “zien”. U kunt ervoor kiezen om deze VLAN regel aan te passen. In onderstaand voorbeeld zorgen we ervoor dat LAN poort 1 en LAN poort 4 wel met elkaar, maar niet met LAN poort 2 en 3 kunnen communiceren.
5|
LAN – Monitor Port Met deze functie kunt u al het inkomende en uitgaande verkeer van de desbetreffende LAN poorten monitoren. Belangrijk is dat u aangeeft welke LAN poort de ‘Monitor port’ zal zijn. Vervolgens kunt u bij ‘Monitor ingress port’ en ‘Monitor egress port’ aangeven welke LAN poorten u wilt monitoren.
6|
LAN – Static Route Wanneer u op ‘Static Route’ klikt ziet u een lege pagina zonder regels. Het voornaamste doel van een router is IP verkeer tussen twee IP-segmenten te routeren. In het geval van een DrayTek router zal dit verkeer zijn tussen het LAN-segment en het WAN–segment van de router (NAT). Het kan voorkomen dat u in het LAN-segment van deze router nog een router heeft staan. Deze heeft op zijn beurt ook een WAN-LAN verkeer routering (NAT).
Door op ‘Add’ te klikken kunt u een regel toevoegen. U krijgt dan onderstaand scherm te zien waarin u het ‘Destination IP’, ‘Subnet Mask’ en ‘Gateway IP’ op kunt geven. Door vervolgens weer op ‘OK’ te klikken, kunt u de regel opslaan en zal deze verschijnen in bovenstaande afbeelding.
7|
LAN – Policy Route Middels deze functionaliteit kunt u eigen regels aanmaken voor de Routing table van de DrayTek.
Om een regel toe te voegen kunt u op Add klikken, u krijgt dan het volgende scherm te zien.
8|
LAN – Bind IP to Mac Met de functie 'Bind IP to MAC' heeft u meer controle over het gebruik van LAN IP-adressen die binnen het netwerk worden gebruikt. Het is lastig om in de router functies toe te passen op IP adressen die continu veranderen. Wanneer de PC automatisch een IP adres van de router krijgt toegewezen, dan is dit een willekeurig adres. Hierdoor is het niet mogelijk om bijvoorbeeld firewall regels of bandbreedte management toe te passen. De functie Bind IP to MAC zorgt ervoor dat de PC altijd hetzelfde IP adres krijgt toegewezen. Dit gebeurt op basis van het MAC adres van de netwerkkaart in de PC. Doordat de PC altijd hetzelfde IP adres krijgt, worden automatisch alle firewall regels correct toegepast. Er kunnen 300 IP adressen gekoppeld worden. Om Bind IP to MAC in te stellen klik op LAN > Bind IP to MAC.
De Bind IP to MAC functie kent twee mogelijkheden: Normal Bind: Hiermee worden MAC-adressen gekoppeld volgens de IP Bind List. MAC-adressen die niet op die lijst staan kunnen WEL het internet via de router benaderen. Strict Bind: Hiermee worden MAC-adressen gekoppeld volgens de IP Bind List. MAC-adressen die niet op die lijst staan kunnen NIET het internet via de router benaderen. Normal Bind: In het linker gedeelte ziet u een aantal IP-adressen met de MAC- adressen. Dit zijn de IP-adressen die al door de DHCP server zijn toegekend. Om ‘Normal Bind’ te gebruiken vinkt u ‘Enable’ aan.
9|
LAN – Web Portal Middels deze functionaliteit kunt u ervoor zorgen dat gebruikers zich aan moeten melden op de DrayTek om gebruik te kunnen maken van het netwerk. Hiervoor hebt u meerdere mogelijkheden welke hieronder worden uitgelicht.
10 |
Login: Default staat deze op disable, u kunt ervoor kiezen om WEB portal te activeren op HTTP of HTTPS verkeer. Account Setting: Wilt u gebruik maken van 1 account of meerdere. Bij meerdere accounts kunt u op User Configuration klikken om de gebruikers aan te maken. Bij gebruik van User Configuration kunt u onderstaande instellingen aanpassen voor de desbetreffende gebruikers.
Timeout Setting: Hier kunt u aangeven of er een tijd limiet actief moet zijn op elke gebruiker. Welcome Message: Gebruikers welke zich succesvol hebben aangemeld krijgen een welkomstbericht te zien. Bulletin Board: Onderin de pagina kunt u een eigen bericht opgeven welke gebruikers te zien krijgen, deze kunt u naar eigen wens inrichten. Redirect: Gebruikers welke zich succesvol hebben aangemeld kunnen doorgestuurd worden naar een bepaalde webpagina/Bulletin Board. Bypass/Disable: Hier kunt u aangeven of er bepaalde gebruikers zijn welke deze inlogprocedure niet hoeven uit te voeren. View Current Portal: Hier kunt u de huidige inlog pagina bekijken.
11 |
Wanneer gebruikers zich dan aanmelden via LAN/WLAN krijgen ze bij het benaderen van het internet een inlogpagina te zien zoals u hieronder ziet. De gebruiker kan zich dan aanmelden middels de gegevens welke bij hem/haar bekend zijn.
Eventueel kunt u nog controleren hoeveel gebruikers zich hebben aangemeld, dit kunt u doen door op Online Status te klikken. U krijgt dan een pop-up scherm te zien met hier alle gebruikers welke zich hebben aangemeld.
12 |
Voorbehoud We behouden ons het recht voor om deze en andere documentatie te wijzigen zonder de verplichting gebruikers hiervan op de hoogte te stellen. Afbeeldingen en screenshots kunnen afwijken. Copyright verklaring © 2011 DrayTek. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j° het Besluit van 20 juni 1974, St.b. 351, zoals gewijzigd bij Besluit van 23 augustus 1985, St.b. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht. Voor het opnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers of andere compilatie- of andere werken (artikel 16 Auteurswet 1912), in welke vorm dan ook, dient men zich tot de uitgever te wenden. Ondanks alle aan de samenstelling van deze handleiding bestede zorg kan noch de fabrikant, noch de auteur, noch de distributeur aansprakelijkheid aanvaarden voor schade die het gevolg is van enige fout uit deze uitgave. Registreren U kunt via www.draytek.nl/registratie uw product registreren. Geregistreerde gebruikers worden per e-mail op de hoogte gehouden van nieuwe firmware versies en ontwikkelingen. Trademarks Alle merken en geregistreerde merken zijn eigendom van hun respectievelijke eigenaren.
13 |