© Felix Kindermann
‘Ik heb per ongeluk kunst gemaakt.’ (Thomas Bellinck over Sans papiers zingen de Brabançonne in de drie landstalen)
EDITORIAAL Mijn collega redacteurs hebben de afgelopen kranten in het editoriaal een blik geworpen op de ideële of concrete achtergrond van Het Theaterfestival. De filosofische beslommeringen en het human interest karakter in hun teksten geven weer wat ons bezighoudt in de uren tussen kijken, discussiëren, schrijven, maaltijden en uurtjes slaap. We ondervinden dan ook net iets meer last van de eventuele dode momenten die ons op het festival overvallen. We hebben al vier dagen achter de kiezen en nog geen last van onze darmen. Het bier is nochtans heerlijk fris en de voorstellingen roepen meer dan ooit op tot tumultueus gesprek en hersenbrekende reflectie. Het feestgedruis lijkt echter beperkt tot de weinige escapisten die na de voorstellingen alsnog een stapje in het laatzomerse Brussel zetten. Zij omzeilen dan met supermanmanoeuvres de nachtsloten van hun herberg en beklimmen de gevel om, voor de nieuwe dag aanbreekt, in hun gezellige groepskamers nog wat uurtjes slaap te vinden. Het lijkt erop dat in deSingel vorig jaar niet alleen meer volk over de vloer kwam maar ook meer katers uit de kamers kropen en ongedirigeerde dansjes werden geplaceerd op het terras. Maar gisteren was dé rustdag Gods voor een nieuwe start, het kantelmoment van een ingetogen en verkennende sfeer naar een feestelijke en vrije spirit die in het festivalcentrum – laat ons hopen - zal opstuiven. Op Wake me up before you go-go schudden productieleidster Lana Willems en de ganse cateringcrew de spieren los en voor de nogal controversiële aflevering van Toneelstof III was een gros goedgeluimd volk uit theaterminnend Vlaanderen present. De kick-off stress en de confronterende speeches van Bellinck en Etchells lijken verwerkt, het meeste organisatorische werk ligt achter de rug en de positieve energie van het biovoedsel en de ludieke festivalradio lijken eindelijk hun vruchten af te werpen. Schep dus nog maar wat extra groenten op, trakteer jezelf en de toevallige buur aan de toog een pint meer en kijk vooral niet op de klok bij het heengaan of huiswaarts keren. Want zoals mijn voorgangers helder omschreven hebben, staan de mooiste stukken tussen ieder van ons en in alle ruimtes die ons omgeven wanneer we in de juiste stemming het theaterbezoek ervaren. We moeten dit festival en alle cultuur en creatieve momenten in ons kleine landje omarmen als het feest dat de vergane glorie van boerenkermissen en folklore huwelijksrituelen vervangt. De sociale cocktail die je niet alleen spiritueel genot biedt en een verhaal om te vertellen, maar je ook in je eigenheid deel maakt van het geheel en misschien meer dan ooit mens onder de mensen. [CH]
© Felix Kindermann
BLOG BLOG BLOG en spui je mening over de voorstellingen! Reageer op Abattoir Fermé’s Nimmermeer artikels en interviews, stel vragen die je bezighouden, formuleer je eigen kritiek, … op
http://tf09.urbanmag.be/
-2-
Duivels poppenspel Dat Stef Lernous een hoofd vol bizarre gedachten heeft, daar moeten we niet aan twijfelen. Dat hij een musical voor kinderen zou maken, daar hadden we echter geen geld op durven inzetten. Fijn dat hij niet alleen de grote mensen schrik wil aanjagen maar ook aan de kindertjes denkt en speciaal voor hen zijn gekende horror-register opentrekt. Nimmermeer verwijst naar het gedicht The Raven van Edgar Allan Poe waarin de raaf de gekwelde vragen van een man steeds beantwoordt met ‘nevermore’. Ook de biografie van Poe zit erin verwerkt, maar als geheel bekeken is er enkel een gelijkenis qua sfeer. Chiel van Berkel gaat sardonisch van start aan de piano waar hij lustig op los ramt en als een bezetene zijn tekst spuwt terwijl Barbara Claes er als een duivelse, krolse kat overheen kronkelt. Gotische erotiek is nog nooit zo opwindend geweest, Nosferatu nog nooit zo vrouwelijk. Dan doet Figurentheater De Maan zijn intrede met een afzichtelijk maar o zo charmant klein wezen, een aartslelijk jongetje dat alleen maar ellende kent en met de jaren lelijker en slechter wordt. Deze beginscène is van zo’n merkwaardige schoonheid dat je even vergeet dat je in de theaterzaal van BRONKS zit. Maar dat schept natuurlijk verwachtingen die zelfs Abattoir Fermé niet kunnen inlossen. De intensiteit daalt, de teksten zijn niet altijd verstaanbaar en de beelden, hoe mooi ook, kunnen zich geen diepere weg banen door de inhoud waardoor ze bijgevolg op het beschrijvende niveau blijven hangen. Een tweede vraag die rijst is of kinderen hier veel van zullen meedragen. Uiteraard is er de sfeer die nog lang in hun dromen zal rondspoken, maar de inhoud zal met momenten toch wel aan hen voorbijgaan. Natuurlijk moet niet alles van a tot z verklaard worden en het is een verdienste dat Stef Lernous het dikwijls betuttelende kindertheater naar een hoger niveau wil tillen, maar misschien is hij toch net iets te radicaal geweest. Nu lijkt het alsof hij helder is begonnen maar onderweg zijn doelgroep compleet uit het oog is verloren. Een maker hoeft zijn voorstelling niet op maat te maken van zijn publiek maar hij moet er wel rekening mee houden dat hij iets voor een publiek aan het maken is en in dit geval ook voor kinderen. En hoe mooi de beelden ook zijn of hoe beklijvend de sfeer, ook voor hen mag of moet theater meer zijn, en dat is niet betuttelend bedoeld. Verder worden er te veel bekende elementen uitgespeeld waardoor ze spijtig genoeg nog weinig teweegbrengen en daardoor een groot deel van hun kracht verliezen. We kunnen er alleen nog met een gevoel van gewenning naar kijken, een beetje zoals naar het zoveelste oorlogsbeeld op televisie. Er is de rook als we binnenkomen, de dreunende soundscape van Kreng, zelfs de reutelende rochelhoest van Chiel van Berkel, en als die niet chronisch is mag die in de volgende voorstelling wel achterwege gelaten worden. Iedere maker heeft zijn eigen stijl en zal daardoor altijd wel herkenbaar blijven, maar steeds dezelfde bouwstenen gebruiken houdt ook het gevaar in van voorspelbaarheid. Moet niet juist iedere maker zichzelf daar voor behoeden? Moet niet bij het maken van iedere nieuwe voorstelling alles weer in vraag gesteld worden om zo niet vast te lopen in het gemak of de luxe van het vormelijk en/of inhoudelijk kader? Toch is dit geen vervelende of ergerlijke voorstelling, Chiel is in staat om enkel met zijn mimiek een zaal in de ban te houden, de groteske speelstijl brengt humor en lichtheid in het verhaal, de esthetiek van de beelden weet ons aandachtig te houden, net als de poppen die een absolute meerwaarde vormen. De algemene toon van Nimmermeer is echter te vlak en mist gelaagdheid, waardoor Abattoir Fermé vooral in de uitwerking en engagement naar het publiek toe een enorme kans laat liggen. [CVC] © Rudy Gadeyne © Felix Kindermann
-3-
Enjoy Poverty, please enjoy poverty van Renzo Martens “Een portret van een status quo”, zo karakteriseerde Renzo Martens zijn Enjoy Poverty tijdens het nagesprek. Een film die helemaal gedraaid is in een door oorlogen geteisterd Congo. In grote neonletters met daartussen in felrood oplichtend ‘PLEASE’, of ze daar in Afrika en met name in Congo asjeblieft van de armoede willen gaan genieten. Met een glossy flyer nodigt Renzo Martens ons onbescheiden en ijdel uit naar de film te gaan. Rijst de vraag meteen of een film als dit, een autonoom kunstwerk van een beeldend kunstenaar, thuishoort op een theaterfestival. De film en het nagesprek tezamen rechtvaardigen dat echter. Het is theater op zijn best. Tijdens een interview gaf Renzo toe al vier jaar te kunnen leven van de opbrengsten van de film. Of de arme drommels in Congo daarvan meeprofiteerden was privé, deelde hij desgevraagd mee. Waarschijnlijk niet, want Renzo vertelde en passant dat het altijd zo gaat in de wereld: ”Wij worden er beter van, niet zij.” Enjoy Poverty gaat over armoede in Afrika. In dit geval de armoede in Congo in een door oorlogen getroffen gebied. Ellende gezien door de bril van een westerse kunstenaar. Armoede is betrekkelijk en dat weet Renzo als geen ander. Met ‘enjoy’ bedoelt Renzo het bevredigende gevoel van vermaak dat westerlingen kunnen ervaren als ze weer eens geconfronteerd worden met de situatie in de wereld. Negatief nieuws wil men in Europa en Amerika, geen feesten en partijen, zo krijgen we te horen van de fotografen die werken voor vooraanstaande kranten en persbureaus. Ellende is verkoopbaar. Lijken worden onder een verantwoorde hoek ten opzichte van de lichtinval gefotografeerd. Arme stervende drommels met hongerige gezichten kijken recht in de lens om later hier, of zelfs daar, gepresenteerd te worden op een dure vernissage met allemaal verkeerde bezoekers. Eén dame is blijkbaar zó geschokt door de vraag of de afgebeelde ‘arm’ dan wel ‘rijk’ is dat ze slechts kan stamelen. Renzo Martens legt situaties bloot. Je zou het hem bijna verwijten maar dat zou onterecht zijn. Zo is de situatie gewoon. Een autonoom fenomeen. Helemaal wrang wordt de situatie als de autochtone fotograaf in de film, die normaal feesten en partijen fotografeert, er maar niet in slaagt een voet tussen de deur te krijgen als ‘fotograaf van dood en verderf’ omdat hij niet de ‘right angle’ kiest bij het maken van zijn fotoshoot: “Jij mag dat niet. Wij zijn de uitverkorenen voor dat werk. Wij verdienen daar aan en niet jullie!” Precies zoals Renzo Martens de uitverkorene is om deze film te maken, niet die Congolese kunstenaar. Die mag een artisanaal houtsnijwerkje afleveren. Voor ons. Want er bestaan geen subsidiestromen in Afrika. Geen geld, geen eten. Indien Renzo het woord exploit had gekozen in plaats van enjoy zou dat een politiek correcte aansporing geweest zijn om de armoede werkelijk te gelde te maken. Dan was deze film gericht op de Congolezen zelf die aangespoord zouden worden om iets onmogelijks te realiseren. Dan was het een ordinaire documentaire geworden. ‘Enjoy’ prikkelt, steekt. De film is gericht op ons, westerlingen. Een zelfstandig portret van de situatie van dat moment, meer niet. Een kunstenaar hoeft zich niet bezig te houden met ethische, esthetische of politieke vragen. Survival of the fittest: hij die het beste kan anticiperen op de situatie zal overleven. Dat geldt zeker voor de Congolezen in de film maar ook voor de westerse fotografen, hulpverleners en ook voor Renzo die op onze manier ‘anticipeert’ op de situatie. Iedereen moet overleven: via een song van Neil Young, subsidiekanalen of 300 dollar per foto. Voor ons tien anderen en profiteren doen we van elkaar zoals dat al eeuwen lang het geval is. Dat is des menselijk. Alsof slavernij een uitvinding van het westen is. Kom nou! Deze film is een kunstwerk dat tot nadenken aanzet, ons bedreigt en verstoort. Kortom alles wat een goed kunstwerk kan doen. Nu, enige tijd na de vertoning, blijft het nog steeds spoken in mijn hoofd, zelfs meer en meer. Dat zal het blijven doen. Het zal mijn attitude vast en zeker beïnvloeden en blijvend veranderen. Dat geldt voor ieder bezoeker. Een film die iedereen moet zien. Zoals Pablo Picasso zei:”Ik maak niets, ik kijk rond en ik vind.” Renzo Martens doet hetzelfde. [HL]
!! TIPS !! * Hou de SALONS in de gaten! GRATIS TOEGANG – 18u – Forum Kaaitheater. 2/09: Publieksbemiddeling, hoe en wat? 3/09: Tekst op scène - nieuwe en ongespeelde teksten komen voor de eerste keer tot leven – 5/09 (17u!): Slotgesprek met Karolien Derwael, Geert Opsomer en Ditte Pelgrom over de Keuze '09 . * Op 4/09 staat er What’s art got to do with it?! op het programma: over de laaglandse podiumkunsten in een veranderende wereld. * a.pass organiseert van 31/08 tot 4/09 een werkweek rond de rol van de performer in de publieke ruimte. In het kader hiervan worden ook een aantal projecten gepresenteerd: Jozef Wouters – Toren (1/09); Ariane Loze – MÔWN (2 t.e.m. 5/09) -4en Michel Yang – Scar Stories (3 t.e.m. 5/09). GRATIS TOEGANG
Toneelstof III – The Wonder years
Verwonderd over de wonderjaren De grote en gevulde zaal in het Kaaitheater zakt met oude videobeelden van Bob Marley weg naar de jaren tachtig in een bui van (pseudo-) nostalgie. Een tijdperk dat, behalve in de herinnering van enkele fenomenale jeugdfilms en foute songs, aan mij voorbij is gegaan en waar ik vaak – wellicht onterecht – op terug kijk zonder al te veel gemis. Men probeert voor de aanpak van de avond het midden te vinden tussen een vrije creatieve voorstelling van het materiaal op de DVD en informatieve gesprekken en getuigenissen van de bijna iconografische figuren die uiteindelijk mede hebben geleid tot de Vlaamse golf. Presentatoren zijn vervangen door avatars met robotvoices en kondigen de eerste gast Paul Goossens aan. Goossens geeft een historische contextualisering en brengt de verschuiving in denken over kunst en theater in verband met de continuïteit in politieke macht: de zogeheten 'jaren Martens'. Die hebben, mede onder invloed van een even monopolistisch bewind in Amerika, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, geleid tot de massieve impact van het neoliberalisme. Het moraalverlies en het gedwongen geloof in identiteit zorgde bij mensen met artistieke aspiratie voor een revolutionaire geest en een in vraag stellen van bestaande vormen en strategieën. Vanuit deze idee van verandering en tijdsgeest wordt een debat opgezet door Wouter Willaert en Karlien Vanhoonacker, met Jan Joris Lamers, Pol Dehert, Frie Leysen en Wim Vandekeybus als gasten. In een gesprek dat erg moeizaam op gang komt brengen ze aan dat hun eigenzinnigheid en vastberadenheid gebood om vooral niet te doen wat hen was voorafgegaan en aangeleerd, en wel te doen wat ze zelf voelden als noodzakelijk. Jan Joris Lamers vindt het blijkbaar 'noodzakelijk' om enkel te spreken wanneer hem niets gevraagd wordt en geen inhoudelijke respons te geven als hij direct wordt aangesproken, alsof hij net terug was van een veel te uitbundige vakantie op Mars. Pol Dehert verklaart het ontstaan van de Vlaamse Golf als een activistische maar niet noodzakelijk politieke nood aan uitdrukkingsvormen. De zee waarin de Golf tot stand kwam werd ook gestuwd door het ontstaan van kunstencentra. Frie Leysen richtte kunstencentrum deSingel op als tegenantwoord op een landschap vol cultuurcentra met een programmatie 'voor het brede publiek'. De focus verschoof van het publiek naar de artiest. Leysen creëerde een plaats en middelen voor radicalere kunst van hedendaagse makers met internationale focus. Wim Vandekeybus zocht naar eigen zeggen als uitgesproken self-made artiest de mogelijkheid om de grens tussen theater en dans open te breken, los van conventies en vanuit het lichaam. In een eerste bespreking van een Toneelstof DVD-fragment wordt Maria Magdalena van Jan Decorte aangehaald als een cruciale voorstelling met een voorbeeldfunctie, volgens het panel omdat ze stond voor ontvoogding, samenwerking en eenvoud. Tekstexperimenten en de inbreng van verschillende, ook beeldende en amateur-, kunstenaars zorgden voor een theater dat geen illusie wilde scheppen maar dat echtheid en eigenheid te bieden had, zonder evidente binding met een traditie of context en met veel verschillende middelen. De bewondering voor het ‘echte’, het aanwezige en het gewone werd opgepikt uit de volwassen geworden film, waarbij Godard als grote voorbeeld wordt genoemd. Daarna wordt nog scherp gediscussieerd over de invloed van het beleid en de relatie met het theater vandaag, al blijkt daar geen eenstemmige reactie van de gasten mogelijk. Na de pauze moeten de sprekers het doen met een minder volle zaal. Een groot aandeel van het publiek vindt het half uur vertraging of de nogal eigenzinnige inbreng van de gasten blijkbaar reden genoeg om niet te blijven voor het tweede deel. Geert Opsomer vertelt aan de hand van een montage van een aantal DVD-fragmenten over de cultuurshock die de jaren tachtig voor hem was. Daarnaast was de vernieuwing voor hem een impuls van en uit verveling: het gevoel op iets onbestemd te wachten dat wellicht niet komen zal. In dit dubbele gevoel van onmacht en inspirerende bevreemding werden toen heel wat mensen geïnitieerd. Dit leidde tot nieuwe discussies en theater dat met zichzelf brak en steeds op zoek ging naar openingen. In tegenstelling tot een gestructureerd landschap vandaag dat ambachtelijkheid en impulsiviteit minder mogelijk maakt. Verveling wordt genegeerd in een cultuur die 'sexy' belevenissen voorop stelt, aldus Opsomer. In het relaas dat hij, ondanks de inkortdwang, overzichtelijk uiteenzet komt hij zeer dicht bij een oprecht en helder verhaal. Jammergenoeg leest hij zijn slotstuk rechtstreeks af van het blad, waardoor een nogal saaie en droge colloquiumsfeer even de overhand neemt. Dit wordt echter volledig doorbroken dankzij een spontane en ludieke getuigenis van Joost Vandecasteele die met een ander generatiegevoel 'the wonder years' heeft bekeken en een ironische noot biedt bij al het voorafgaande. Hij wordt beangstigd door de 'onderdanigheid' van sommige acteurs en de 'woede' die ontstaat bij de makers, die hij oppikte uit een fragment – opnieuw met Jan Decorte in de hoofdrol. Toch heeft hij initieel het zelfde probleem als de 'golfgenoten': niet(s) anders kunnen dan theater maken. John Zwaenepoel zet de humoristische trant verder met een gevatte en in fictie verpakte historie over zijn betrokkenheid bij een televisie-interview met Guy Cassiers. De avond kan niet anders dan afsluiten met een zelfridiculiserende re-enactment van Stef Lernous en Maria-Clara Lobos. Zij brengen een afwisseling van dans en spel vol verwijzingen naar Toneelstof DVD-fragmenten en komen tot een grote anticlimax van het affichebeeld van Het Theaterfestival ‘09 dat in elkaar stort - laat dit geen voorbode zijn. De presentatie doet veel toneelstof opwaaien en laat mij met enige verwondering over de jaren tachtig. Mijn interesse is alleszins geprikkeld. [CH]
De Toneelstof III – The Wonder Years DVD is verkrijgbaar via www.toneelstof.be voor de milde prijs van 15 euro (12 euro voor studenten). -5-
Theatertater Wanneer men iets doet, mag men er nooit voor terugdeinzen dat ter discussie te stellen. Het vlijtige werk elke dag in het redactielokaal doet onvermijdelijk vragen rijzen over het nut van onze bezigheden. Hongerig naar de mening in en rond het festival duwen we onze notitieboekjes onder eenieders neus om er zoveel mogelijk onszelf bevestigende antwoorden uit te persen. De vraag vandaag luidde concreet als volgt: “Wat vindt u het nut van recenseren?” Schouderklopjes moeten we van Angelo (van Radio Angelo) niet verwachten: “Besprekingen, dat is toch sowieso niet nuttig, aangezien theater zelf niet nuttig is. Wat is nuttig? Eten, drinken, penicilline. De dag dat theater nuttig wordt…” De technicus vindt de aandacht die aan de voorstelling wordt gegeven om een publiek aan te spreken het eerste nut. “Dat is veel belangrijker dan de subjectieve analyse van de recensent.” Waar de technicus het belang ervan ziet voor de toeschouwer ziet recensente Stefanie eerder het nut voor de theatermakers: “Het is een feedback naar de theatermakers toe. Het kan tendensen blootleggen waar de makers zichzelf niet van bewust zijn.” “Summing up what the performance was about, that’s the use. In this respect everyone is reviewing after all.”, horen we van de fotograaf. Dat doet onvermijdelijk denken aan het citaat op de cover van ons tweede krantje: “We’re all audiences, we’re all critics, and once we know three chords we can form a band.” Eleanor, de pientere bedenkster van het vermelde citaat heeft er nog aan toe te voegen dat “reviews of any kind should be in dialogue with the performance. A dialogue that continues and makes people continuously think about their thoughts. A review is a performance in itself. It’s not about judgements.” Ook de architect in het kaaicafé lijkt daarmee akkoord te gaan: “Het discours is even belangrijk als het werk zelf. Het gaat erom een discussie op gang te brengen.” Vandaag krijgen we opnieuw iemand van de Summerschool te pakken, ditmaal van de workshop kunstkritiek. Ze leest graag de dagkrant: “Het geeft me de mogelijkheid mezelf te positioneren tegenover de mening van een ander. De contouren van mijn eigen opvattingen worden erdoor beter afgelijnd waardoor ik mijn mening beter kan formuleren.” De barman denkt een halve minuut heel lang na en flanst er in één adem een zin uit die ons in één trek terug naar het redactielokaal blaast: “Ik denk dat een bespreking van een voorstelling dient om een enkelvoudige mening op een wervende dan wel afbrekende manier te communiceren aan de massa zodat die zich een vooroordeel kan vormen.” [KD]
© Felix Kindermann
-6-
VOORSTELLINGEN zondag 30 augustus KEUZE ‘09 Renzo Martens (NL): Episode III - Enjoy Poverty 30/08 – 16:00 + 20:30 & 31/08 – 20:30 - Kaaistudio’s | € 6 | Duur: 90 min |- Nederlands ondertiteld – surtitré en françaisGesprek met Renzo Martens | 30/08 – 17:30 Kaaistudio’s | gratis | Nederlands
Gewapend met een filmcamera, ondernam Renzo Martens een jarenlange tocht door Congo. Hij onderzocht er Afrika’s meest lucratieve exportproduct: gefilmde armoede. En wat blijkt: net als bij goud of cacao krijgt de lokale bevolking er amper iets voor terug. Daarom zet Martens diep in de Congolese jungle een bewustmakingscampagne op waarbij hij de Afrikaanse bevolking leert ‘profiteren’ van hun armoede. Enjoy Poverty is een combinatie van onderzoeksjournalistiek, satire en een eigenzinnige, kritische blik. Het is een provocatief kunstproject waarin Martens zichzelf als (Westerse) maker en kijker op de voorgrond plaatst. Renzo Martens heeft het over beeldvorming, over kijken en bekeken worden. Hoewel vaak ironisch en hilarisch, houdt Enjoy Poverty de kijker een intrieste spiegel voor. Van: Renzo Martens. Montage: Jan De Coster. Consultant montage: Eric Vanderborght. On-line studio: Condor. Geluid: Raf Enckels. Mix: Federik van de Moortel. Productie: Renzo Martens Menselijke Activiteiten. Peter Krüger / Inti Films.
Kris Verdonck (B): END 31/08 – 20:30 | Kaaitheater - €15/12 | Duur: 75 min | in English - Nagesprek | 22:00 | Forum Kaaitheater
Beeldend kunstenaar/theatermaker Kris Verdonck, vorig jaar geselecteerd met I/II/III/IIII, werkt op het grensgebied tussen beeldende kunst en theater, tussen installatie en performance, tussen dans en architectuur. Met END begeeft hij zich op de dunne lijn tussen installatie en theater. Het apocalyptische END kent geen verhaal of chronologie, maar wordt gevat in één grote cyclische beweging. Centraal staat een onophoudelijk pratende ‘overlevende’ waarrond tien eindeloos wederkerende taferelen draaien: vreemde figuren machines en mensen - die elk een mogelijke eindfase van een menselijke samenleving belichamen. Smeltende gletsjers, brandende wouden, de ongecontroleerde aanwezigheid van massavernietigingswapens, uitstervende diersoorten, ... Van: Kris Verdonck. Dramaturgie: Marianne Van Kerkhoven (Kaaitheater). Met: Johan Leysen, Carlos Pez González, Claire Croizé, Geert Vaes, Marc Iglesias, Eveline Van Bauwel Productie: Margarita Production voor stilllab vzw. Coproductie: KFDA, Kaaitheater, Buda, Vooruit, Le Grand Théâtre de Luxembourg, Productiehuis R’dam, NXTSTP
SKaGeN (B): DegrotemonD 31/08 – 20:30 & 1, 2/09 – 20:30 - Bibliothèque Solvay | € 15/12 - Duur: 80 min | Nederlands – surtitré en français – surtitled in English
In DegrotemonD brengt Valentijn Dhaenens een ode aan 2500 jaar redevoeren. Hij rijgt tal van bekende en minder bekende speeches uit de wereldgeschiedenis aan elkaar: de preek, de oorlogsverklaring, de overwinningsspeech, het eindpleidooi,… Meer dan een rij microfoons, een indrukwekkende locatie en een schoolbord heeft Valentijn niet nodig om u aan zijn lippen te laten hangen. Met een strakke tekst en dito timing bedient hij zich van alle truken van de retoricafoor. Wie zijn woorden juist kiest, kan van het zwakste argument het sterkste maken. Van & met: Valentijn Dhaenens. Techniek: Jeroen Wuyts. Kostuum: Barbara De Laere. Productie: SKaGeN i.s.m. STUK en De Tijd
COLOFON Dagkrantmedewerkers: Hoofdredactie: Marieke Rummens Redactie: Carmen Van Cauwenbergh, Christoffel Hendrickx, Tina Ameel, Stefanie Van Rompaey, Hennie Lenders, Kjel Dupon, Eleanor Hadley Kershaw, Michael Bijnens, Roosje Lowette Fotografie: Felix Kindermann, Ruben Van Eeckhout Coördinatie: Lana Willems
All we hear is Radio Angelo LUISTER vanaf 18h naar Radio Angelo via www.theaterfestival.be, www.fmbrussel.be (low stream) of in het Kaaicafé! ©Felix Kindermann
-7-
Maandag 31 augustus 18h
19h
20h
20h30
21h
21h30
21h45
22h
22h30
23h
Enjoy Poverty Kaaistudio’s
END
Nagesprek END
Kaaitheater
Forum Kaaitheater
DegrotemonD Bibliothèque Solvay
Radio Angelo – Kaaitheater: festivalcentrum
Dinsdag 1 september 18h
19h
19h15
20h
20h30
21h
21h30
21h45
22h
23h
DegrotemonD Bibliothèque Solvay
Eet smakelijk Kaaistudio’s
Brandhout Kaaitheater
Amateurs Bronks
Lezing Benjamin Verdonck Kaaistudio’s
Radio Angelo – Kaaitheater: festivalcentrum
Radio Angelo via theaterfestival.be of fmbrussel.be BLOG via http://tf09.urbanmag.be Lees ook de speech ‘We waren aan het sterven en toen kregen we een prijs’ van Thomas Bellinck op onze BLOG
-8-