III. Technische voorschriften

III. Technische voorschriften De nummering van de artikels stemt overeen met deze van het standaardbestek 250 voor de wegenbouw - versie 3.1. De volgende bepalingen dienen te worden beschouwd als aanvullingen of wijzigingen van de vermelde artikels van het typebestek. HOOFDSTUK I – ALGEMENE ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN.

Criteria voor de gunning van de opdracht Het enige gunningscriterium is de prijs. De materialen kunstgras en shockpad dienen zo goed mogelijk aan de gestelde eisen te voldoen. Om de kwaliteit te controleren dient er eveneens een staal bijgevoegd te worden. Offertes die niet voldoen aan de gestelde eisen worden geweerd. Gelijktijdig uit te voeren opdrachten. De opdrachtnemer mag zich niet verzetten tegen het mogelijk gelijktijdig uitvoeren van werkzaamheden. Voor gelijktijdig uit te voeren werken waarbij kan verwacht worden dat deze een invloed hebben op deze opdracht, zal de aanbestedende overheid in de mate van het mogelijke de nodige communicatie voeren teneinde de werken zo vlot mogelijk te laten verlopen. Algemene organisatie van de bouwplaats. De bepalingen van het standaardbestek worden met de hieronder beschreven bepalingen aangevuld. Er wordt extra de aandacht op gevestigd dat de werken in een publiek toegankelijk domein uitgevoerd worden. De opdrachtnemer moet steeds de nodige vakkundigheid hebben/opleggen om de werken op een veilige manier te laten voltooien. Het werfterrein wordt dus voldoende afgesloten met werfhekken. De werfzone moet te allen tijde volledig afgesloten zijn voor het publiek. Indien er vastgesteld wordt dat de opdrachtnemer te weinig maatregelen treft, kan de aanbestedende overheid te allen tijde bijkomende maatregelen eisen, uit te voeren en te bekostigen door de opdrachtnemer. De opdrachtnemer voorziet tijdens de hele duur der werken de nodige signalisatie, werfafsluiting (minimaal rood-wit lint rond de volledige werf), afbakening, werfaanduiding enz., zodat alle gebruikers in de dichte omgeving van de werken veilig het sportcentrum kunnen blijven betreden of er langs kunnen gaan/rijden. De opdrachtnemer is voor de hele duur van de werken ervoor verantwoordelijk dat er geen onbevoegde personen de werfzone betreden. De opdrachtnemer blijft steeds verantwoordelijk voor de staat en het proper houden van de wegen en paden binnen en in de directe omgeving van de werfzone en/of alle toegangswegen door hem ook gebruikt. De opdrachtnemer moet een plan van de signalisatie, afbakening e.d. opmaken, en op voorhand ter goedkeuring aan de aanbestedende overheid voorleggen. In functie van de evolutie van de werken kan dit plan gewijzigd worden. Indien niet anders uitdrukkelijk vermeld of overeengekomen is het verboden binnen de wortelzone (d.i. een zone gelijk aan de projectie van de kroon vermeerderd met twee meter) werken uit te voeren, zelfs die met een tijdelijk karakter. Hieronder wordt o.a. verstaan: afgravingen, ophogingen, materialen stapelen en/of verwerken, materieel stallen, bouwstoffen stapelen, werfinrichtingen plaatsen, cementresten en/of afval ophopen, spoelwater uitgieten of welke activiteiten ook uit te voeren.

Indien niet anders haalbaar, kan de opdrachtnemer een methode voor bescherming ter goedkeuring aan de aanbestedende overheid voorleggen. Tenzij anders uitdrukkelijk vermeld is het de opdrachtnemer verboden om takken, wortels of welke delen ook van de bomen en/of struiken te verwijderen. Bij beschadiging van bomen en/of struiken, zowel van de bovengrondse als ondergrondse delen, is de opdrachtnemer verplicht dit onmiddellijk aan de aanbestedende overheid te melden. De aannemer inventariseert op voorhand schade op en rond de werfzone, toegangswegen, … . Dit om al dan niet te kunnen vaststellen welke schade door de werken werd veroorzaakt. Schade als gevolg van de werken wordt door de aannemer hersteld.

Dagboek van de werken. Het dagboek wordt dagelijks en gelijktijdig in tweevoud opgemaakt (één exemplaar voor de opdrachtnemer en één exemplaar voor de aanbestedende overheid). Het dagboek vermeldt minimaal per dag: - de titel der werken zoals vermeld op de frontpagina van het bijzonder bestek; - een bladnummer (één per dag en chronologisch volgens de werken); - naam en adres van de opdrachtnemer; - datum van de betroffen werkdag; - komt die dag in aanmerking als weerverletdag? En indien ja de reden van weerverlet aangeven; - het resterend aantal werkdagen volgens de opgegeven uitvoeringstermijn; - de aard van de op die dag uitgevoerde werken zodat chronologisch een beeld kan gevormd worden van de vooruitgang der werken; - ruimte tot handtekenen van het dagboek door beide partijen. Het dagboek is door de opdrachtnemer bij te houden, vanaf de eerste dag zoals opgegeven in het aanvangsbevel. Voor elke werkdag wordt het dagboek bijgehouden. Tenzij anders op voorhand afgesproken, dient het dagboek minimaal wekelijks ter goedkeuring voorgelegd te worden en voor akkoord ondertekend door beide partijen. Het dagboek dient opgemaakt worden volgens het bijgevoegd model, te vinden achteraan hoofdstuk 1 (kan digitaal .xls verkregen worden van de aanbestedende overheid). Mogelijke kosten voor het opmaken van het dagboek, worden opgenomen in de post I.3.2. Algemene organisatie van de bouwplaats. --bijgevoegd-- As built-dossier. Het as built-dossier wordt aan de ontwerper overgemaakt uiterlijk de dag waarop de werken effectief worden voltooid (opgelet : dit is niet de dag voor het nazicht met het oog op de voorlopige oplevering van de werken). Het dossier maakt een substantieel onderdeel uit van de opdracht en het ontbreken van dit document of van belangrijke onderdelen ervan, zal dan ook leiden tot weigering van de voorlopige oplevering van de opdracht. De bewijslast voor afgifte van dit dossier ligt bij de opdrachtnemer. De opdrachtnemer en de aanbestedende overheid dienen hiervoor m.b.t. coördinatie van documenten (as built-plannen waarop de opdrachtnemer zijn schema’s of details dient in te tekenen) vanaf de eerste werfvergadering de nodige afspraken te maken. Een as built-plan dient opgemaakt te worden, met vermelding van alle zichtbare bovengrondse elementen zoals gerealiseerd, en aanduiding van voldoende maten om een lokalisatie mogelijk te maken. Ook de aangelegde ondergrondse leidingen, buizen, kabels e.a. elementen dienen opgegeven te worden, met vermelding van de diepte en mogelijke afloop. Mogelijke tijdens de werken gevonden leidingen, kabels, of andere ondergrondse Brasschaat - Sportcentrum Peerdsbos Verplaatsen van een sportveld in kunstgras en uitbreiden van een parking p.2 / 36

elementen dienen ook vermeld te worden. Het plan dient opgesteld te worden op basis van een door de aanbestedende overheid te leveren digitaal plan (AutoCad 2007). Daarnaast zal de opdrachtnemer volgende, op zijn opdracht van toepassing zijnde gegevens bezorgen (fysisch in 3-voud en digitaal): - installatieschema's (technieken); - technische fiches en gebruikershandleidingen; - keuringsattesten en attesten verwerkte materialen; - coördinaten onderaannemers, leveranciers, fabrikanten.

Brasschaat - Sportcentrum Peerdsbos Verplaatsen van een sportveld in kunstgras en uitbreiden van een parking p.3 / 36

Betreft:

bladnr.:

uitvoerder:

DATUM:

aantal resterende werkdagen na vandaag:

aantal weerverletdagen sinds aanvang:

is vandaag een weerverletdag?

Nee: ja:

rede:

aard der vandaag uitgevoerde werken:

voor akkoord: aanbestedende overheid:

opdrachtnemer:

+ datum

+ datum


HOOFDSTUK II – ALGEMENE BEPALINGEN II.6.

Meetmethoden voor hoeveelheden.

II.6.2.1.

Beschrijving. In de opmeting worden geen codenummers gebruikt.

II.11.

Uniforme methode voor de waardebepaling van bomen behorend tot het openbaar domein. De inschrijver dient het terrein aan een kritisch onderzoek te onderwerpen (plaats en ondergrond), zodat zijn prijs rekening houdt met de nodige aandacht aan bestaande bomen en struiken. De inschrijver voorziet het leveren en plaatsen van alle elementen, ondergrond e.d., met aangepast materieel en de nodige vakkundige zorg, om boven- en ondergrondse delen van de bomen te beschermen. Bij beschadiging van bomen zal een schadevergoeding worden aangerekend, berekend op basis van de gegevens van het Standaardbestek 250 voor de wegenbouw versie 3.1 : De boomwaarde wordt berekend volgens de vastgestelde formule W = B x S x ST x C x P Waarbij W = de boomwaarde in EUR; B= oppervlakte in cm² op 130 cm van de wortelhals vermenigvuldigd met een vaste eenheidsprijs van minimaal 5,20 EURO, of hoger indien de herziene waarde op het moment van de waardebepaling zo zou aangeven. S = soortwaarde volgens standaardbestek 250 voor de wegenbouw – versie 3.0 ST = standplaats: aan alle standplaatsen wordt de waarde 0,8 gegeven. C = conditiewaarde 0,5 voor zieke bomen; 0,9 voor gezonde bomen die ooit takbreuk hebben gehad met habitusverandering tot gevolg; 1,0 voor gezonde bomen P = plantwijzewaarde = zoals in het standaardbestek, waarbij de waardes kleiner dan 0,8 worden opgetrokken naar 0,8. Bij bomen met een bijzondere vorm (o.a. gesnoeide vormen, leivormen, dakvormen, …) zal de waarde vermenigvuldigd worden met 3,5. Behoudens de opgesomde gevallen voorzien in het standaardbestek 250 voor de wegenbouw – versie 3.0, zullen ook alle gevallen ten gevolge van een inbreuk op het bestek in aanmerking komen voor het berekenen van waardebepaling en aanrekenen van schadevergoeding, zelfs al is er geen directe schade waarneembaar (bv. Door het samendrukken van de grond door gebruik van te zware machines). Indien de schade aanleiding zal geven tot conditieverlies zal schadevergoeding gelijk zijn aan de helft van de waarde van de boom.

de

Indien de boom voor 50% of meer in waarde daalt, zal de schadevergoeding verhoogd worden met de kostprijs voor het omhakken van de boom;


de kostprijs voor het verwijderen van de stronk; de kostprijs voor het afvoeren van het materiaal; de kostprijs voor aankoop van een gelijkvormige boom, of zo groot mogelijke boom indien gelijkvormige niet haalbaar zou zijn; de kostprijs voor het vakkundig aanplanten met hergroeigarantie van 3 kalenderjaren; de kostprijs van eventuele beschadigingen en herstellen in de originele toestand; de kostprijs van eventuele bijkomende kosten, nodig voor het vakkundig heraanplanten van een boom. Deze kostprijzen zullen bepaald worden door het gemiddelde te maken van prijzen die aan minimaal 3 opdrachtnemers (te bepalen door de aanbestedende overheid) gevraagd zullen worden. Ongeacht of de boom effectief vervangen wordt of niet, zal de schadevergoeding in haar totaliteit geëist worden.


HOOFDSTUK III – MATERIALEN

III.2.

Primaire en gerecycleerde secundaire granulaten.

III.2.2.

Gerecycleerde en secundaire granulaten.

III.2.2.6.

Betongranulaat. Er wordt zuiver betonpuin 0/40 gebruikt. Het betonpuin moet COPRO gekeurd zijn. Een attest van de keuring zal aan de aanbestedende overheid overhandigd moeten worden

III.2.2.9.

menggranulaat. Er wordt zuiver mengpuin 4/20 gebruikt. De samenstelling: - minmimum 50 % betonachtige materialen - maximum 50 % metselwerkachtige materialen - maximum 2 % glasachtige materialen - maximum 5% bitumineuze materialen - maximum 1% vreemde materialen Het mengpuin moet COPRO gekeurd zijn. Een attest van de keuring zal aan de aanbestedende overheid overhandigd moeten worden

III.7.

Steenslag, rolgrind, ruwe steen en brokken puin.

III.7.1.1.1.A.

Natuursteenslag afkomstig van natuurlijk gesteente. Er wordt zuiver gebroken en gewassen lava 0/16 gebruikt. De natuursteenslag voldoet aan de van toepassing zijnde paragrafen uit de normen NBN-EN 12620, NBN-EN 13043, NBN-EN 13055, NBN-EN 13139, NBN-EN 13242 of NBN-EN 13383-1

III.11.

Koolwaterstofproducten. Voor de onderlaag wordt asfaltbeton AB-3A gebruikt. Voor de toplaag wordt asfaltbeton AB-4C gebruikt, zwarte asfalt. Tussen de naden van het oude en het nieuwe asfalt wordt warme geëxtrudeerde voegband gebruikt. De naad wordt nabehandeld met een kationische emulsie met strooisellaag.


III.12.

Metaalproducten.

III.12.4.1.

Riooldeksels Riooldeksels voor het afdekken van mangaten (bestaande inspectieputten, …). De elementen moeten voldoen aan de voorschriften van PTV 800 en 801. - Deksels en kaders in nodulair gietijzer, zwart afgewerkt. - Minimaal klasse D 400 - Diameters aangepast aan de mangaten - De prijs voor het leveren en plaatsen van de deksels is inbegrepen in de prijs van de putten

III.12.4.3.

Rioolkolken Rioolkolk voor plaatsing in goot type IIE 1 - Rioolkolken met een breedte van 30 cm en een lengte van 75 cm met aangepaste aansluiting diameter 160 mm. - De gietijzeren kolken zijn roestbestendig (zwart geteerde afwerking) - Met reukafsnijder - Geschikt voor zwaar verkeer Alle types zijn door de opdrachtnemer te kiezen, technische fiches ter goedkeuring voor te leggen aan de aanbestedende overheid.

III.12.14.

Aluminium voor verkeerstekens. Er worden kleine verkeersborden volgens III.12.14.1.1. gebruikt. -

bord E9a (blauwe rechthoek met witte P), ca. 30 x 45cm onderbord type VI d (blauwe rechthoek met pictogram rolstoel), afmeting passend bij het hoofdbord de achterzijde van de borden is oranje

Bij de borden horen ook alle nodige elementen om de borden op een vakkundige manier aan de paal te bevestigen. III.12.16.

Staal voor steunen van verkeerstekens. Het betreft ronde buizen volgens III.12.16.1.2., buiten dia 51 mm wanddikte 2.6 mm. De kleur van de paal is oranje. Bij de palen horen alle nodige elementen om de paal op een vakkundige manier in de grond stevig te bevestigen. De palen zijn bovenaan voorzien van een sluitende dop. De palen zijn van voldoende lengte om het bord op een hoogte van ca. 180 cm te kunnen plaatsen.

III.12.18.

--bijgevoegd-- leunhekwerk hoogte 110 cm. Het artikel omvat de levering en plaatsing van een leungaashekwerk met bovengrondse hoogte 110 cm. Het gaas hangt 10 cm boven de grond zodat bladafval onder de afsluiting door geblazen kan worden. Staanders :  Ronde stalen buispalen met lengte 180 cm, ø 60 x 2,0 mm wanddikte verzinkt volgens NBN657, geplaatst op tussenafstanden van 2,50 m as op as, ca. 80 cm in de grond.  De verticale staanders zijn geplastificeerd volgens Duplex systeem,


laagdikte + 80 micron. De palen zijn bovenaan voorzien van een aluminium doorvoerkop voor bovenbuis ø 42 mm.  Kleur alle materialen: zwart Bovenbuis :  Ronde stalen leunbuis ø 42 x 2,0 mm verzinkt volgens NBN657, lengte 6 m.  De leunbuis is alle 6 m gekoppeld door middel van aluminium koppelingsmof.  De stalen leunbuis is geplastificeerd volgens Duplex systeem, laagdikte + 80 micron.  Kleur: zwart Geplastificeerd zwaar gaas :  Geplastificeerd vlechtwerk met enkelvoudige torsie en ruitvormige mazen, vervaardigd uit hard verzinkt geplastificeerde draad. Boven- en onderaan het vlechtwerk worden de draaduiteinden omgeplooid en in elkaar gehaakt.  Diameter draad : 3,7 mm  Mazen +/- 5 cm x 5 cm  Treksterkte draad : 650 -850 N/mm2  Hoogte 200 cm  Draad wordt in het midden en onderaan voorzien van spankabel, verweven in het gaas  Kleur: zwart 

Voor bestelling moet het gekozen systeem aanbestedende overheid worden voorgelegd.

ter

goedkeuring

aan

de

Alle elementen in gegalvaniseerd en geplastificeerd staal (polyester powder coated), in zwarte kleur; RAL 9005

III.12.19.

--bijgevoegd-- Ballenvanger hoogte 6 m. Het artikel omvat de levering en plaatsing van ballenvangers met bovengrondse hoogte 6,00 meter. De ballenvangers zijn opgebouwd uit een geplastificeerd gaaswerk over de onderste 2 meter en een ballenvangnet over de bovenste 4 meter. Staanders:  Ronde stalen buispalen met lengte 700 cm, ø 90 x 3,0 mm wanddikte verzinkt volgens NBN657, geplaatst op tussenafstanden van 5 m as op as, ca. 100 cm in de grond. De afmeting van de fundering in mager beton is 70 x 70 x 100 cm.  Ronde stalen buispalen met lengte 280 cm, ø 60 x 2,0 mm wanddikte verzinkt volgens NBN657, geplaatst op tussenafstanden van 5 m1 as op as (geplaatst midden tussen de palen van 700 cm), ca 80 cm in de grond. De afmeting van de fundering in mager beton is 50 x 50 x 80 cm.  De verticale staanders zijn geplastificeerd volgens Duplex systeem, laagdikte + 80 micron.  De palen zijn bovenaan voorzien van een aluminium doorvoerkop voor bovenbuis ø 42 mm. Bovenbuis:  De ronde stalen bovenbuis met lengte van 500 cm of 600 cm, ø 60 x 2,0 mm verzinkt volgens NBN657, is geplaatst op een hoogte van 210 cm (als scheiding tussen het gaas en het net) en op een hoogte van 600 cm (als bovenbuis voor het net).  De bovenbuis is alle 6,00 meter gekoppeld door middel van


aluminium koppelingsmof. De stalen bovenbuis is geplastificeerd volgens Duplex systeem, laagdikte + 80 micron. Geplastificeerd gaas:  Ruitvormige mazen 50 x 50 x 4,5 mm met hoogte 200 cm.  Met 4 spankabels verdeeld over de hoogte in het gaas ingewerkt.  Kleur: zwart Ballenvangnet:  Het ballenvangnet heeft mazen van 13 x 13 cm en heeft een netdikte van 2,5 mm. Het net heeft aan de boven- en onderzijde een spankoord van 6 mm dat bevestigd is aan de horizontale buizen door middel van binddraad.  Het net is zwart van kleur, UV-bestendig en heeft een hoogte van 400 cm. Alle materialen worden geleverd in zwart Ral 9005. 

Het type is door de opdrachtnemer te kiezen, en ter goedkeuring voor te leggen aan de aanbestedende overheid. III.13.2.1.4.

Geotextiel voor baanbed van wegen. Er wordt een geweven geotextiel gebruikt.

III.23.

Bestratingselementen.

III.23.2.

Betonstraatstenen en betonnen grasdallen. Het betreft betonstraatstenen: - lichtgrijs - 22 x 11 x 8 - Met vellingkant 2/2 mm. - benor-keuring voor te leggen Het betreft betonnen grasdallen: - lichtgrijs - 60 x 40 x 10 - Ruitvormig profiel, vlakke bovenzijde - Lijnen parkeervakken in te werken met betonstraatstenen 22 x 11 x 10 met witte deklaag - Op te vullen met een mengeling van teelaarde, graszaad en substraat tot 2 cm onder de rand - benor-keuring voor te leggen

III.24.4.

Kunststofbuizen en hulpstukken.

III.24.4.

PVC-buizen en leidingen


De PVC-buizen en hulpstukken (inbegrepen in de prijs per lm) behoren tot SN 8 (SDR 41) en hebben een diameter van 160 en 200 mm. III.26.

Materialen voor draineerleidingen.

-

-

Voor de drainageleidingen: materialen specifiek gemaakt voor velddrainage PVC-buis d.80mm omwikkeling met fijne polypropyleen om de buis vastgebonden mogelijke daartoe bestemde verbindingsstukken inbegrepen Doorspuitputjes: pvc doorspuitputjes d. 315 mm - hoogte in functie van de diepte van de drainage: put te voorzien van aangepast metalen deksel op maaiveldhoogte type zwaar verkeer - twee schuine doorspuitarmen te voorzien - profielbodem en geprefabriceerde aansluitingen voor verzamelleiding diameter 160 mm - detailafbeelding (voorbeeld enkel indicatief)

III.32.

Geprefabriceerde lijnvormige elementen van beton voor wegenbouw.

III.32.1.

Geprefabriceerde betonnen kantstroken. De gebruikte kantstroken zijn: type IIE1 – 100 x 20 x 30 cm (lxhxb) vlak, lichtgrijs De boordstenen/kantstenen/borduren zijn: type ID1 – 100 x 30 x 10 cm (lxhxb) lichtgrijs

III.36.

Inspectieputten uit kunststof diameter 400 mm -

put als trekput op wachtleiding diam 160 mm; constante putdiameter van 400 mm tot aan het deksel; putten worden voorzien van aansluitingen met gelijke diameter als de aan te sluiten buizen; inclusief berijdbaar metalen deksel D 400 (zwaar verkeer, zwart geteerd) en de nodige verlengstukken van de put om het deksel op maaiveldhoogte te plaatsen;


-

inclusief alle mogelijke elementen voor een vakkundige plaatsing en aansluiting.

III.62.

Bodemverbeteringsmiddelen.

III.62.1.

Groencompost. Er wordt enkel zuivere groencompost gebruikt. Afkomstcertificaten bij verwerking voor te leggen.

III.63.

Zaden. Er wordt een type sportgazon gebruikt.

III.65.

Materialen voor boom- en haagsteunen. Er worden naaldhouten palen gebruikt, ONBEHANDELD. De palen zijn rond, ontschorst, gekruind en gepunt, diameter 8/10 cm, lengte 150 cm.

III.66.

Houtachtige gewassen. Alle planten moeten op vraag van de aanbestedende overheid op kwekerij gekeurd kunnen worden. De inschrijver dient op zijn kosten alle regelingen te treffen (vertrekkende van het adres van de inschrijver) opdat het keuren van de planten mogelijk wordt binnen de vijf werkdagen na de vraag.

III.66.1.

Bosgoed. Er wordt gebruikt : - Acer campestre 60/90 - Cornus sanguinea 60/100 - Corylus avellana 60/100 2/3 tak - Euonymus europea 60/90 - Sambucus nigra 60/90 - Viburnum opulus 60/90 2/3 tak

III.66.3.

Hoogstammen. Er wordt gebruikt : - Tilia Tomentosa 16/18

III.66.6.

Hagen. Er wordt gebruikt: - Acer campestre 80/120 5 planten per meter

III.90.

Markeringsproducten.

III.90.5.

Voorgevormde markeringen. Het betreft een symbool van het type P omcirkeld en schuin doorstreept,


teneinde het parkeerverbod voor toegangen naar de achterliggende parking te handhaven. Het symbool heeft een doormeter van minimaal 1.25 m. Aan de zijkanten van de zone voor de poort wordt eveneens een witte markeringslijn voorzien. Daarnaast worden thermoplastische markeringen voorzien voor de aanduiding van de parkeervakken. De mindervaldidenparkings worden bovendien uitgerust met een thermoplastische rolstoelmarkering. Eigenschappen analoog als deze van het parkeerverbod. -

De markeringen hebben de kleur wit Dikte van minimaal 2 mm Met reflecterende eigenschappen

Het type is door de opdrachtnemer te kiezen en ter goedkeuring voor te leggen aan de aanbestedende overheid. III.94.

--bijgevoegd--

Uitrusting sportvelden.

Alle hierna beschreven uitrusting moet qua uitzicht en maatgeving overeen te komen met het gebruikte materiaal voor de sportvelden aan de overzijde van de parkweg. Alle voorgeschreven elementen dienen te voldoen aan de voorschriften opgesteld door de FIFA, UEFA en KBVB. De rugbyuitrusting dient te voldoen aan de voorschriften opgesteld door de rugbybond FBRB. III.94.1.

--bijgevoegd--

Schoonloopbak.

De constructie betreft : - een opvangbak waarin het zand en kurk van de schoenen kan vallen, afgedekt met roosters in gegalvaniseerd staal. De opvangbak: - is ca. 20 cm diep; - de wanden en de bodem zijn glad en vervaardigd uit beton; - de bodem is waterdoorlatend; - de zijwand bestaat uit beton en is voorzien van een uitsparing waarin het rooster past. De roosters : - doorpersroosters, voor een minimale wielbelasting van 1,5 ton, 400 cm x 100 cm, mazen maximaal 2 cm x 2 cm; - elk rooster dient op alle vier randen volledig te steunen; - ze zijn gegalvaniseerd; - te verankeren, zo dat ze manueel niet eenvoudig wegneembaar zijn, maar voor onderhoud van de bak tijdelijk verwijderbaar zijn. De uitwerking van de schoonloopbak wordt door de inschrijver bepaald, en wordt samen met de technische elementen ter goedkeuring aan de aanbestedende overheid voorgelegd. III.94.2.

--bijgevoegd--

Voetbaldoelen.

Voetbaldoelen in witte ovengelakte aluminiumbuis; ovaal profiel dia 120-100 mm met inwendige verstevigingsribben. Bovenaan de zijpalen is er een Pvormige beugel waarover het net hangt. De achterkant der palen is voorzien van verstelbare open nethaken die in een verzonken gleuf glijden. De palen worden geplaatst in grondbussen. Bij de doelen hoort ook een weersbestendig en robuust net uit knooploos


gevlochten polypropyleen, draaddikte minimaal 4mm. Het type is door de opdrachtnemer te kiezen, en ter goedkeuring voor te leggen aan de aanbestedende overheid III.94.3.

--bijgevoegd--

Hoekvlaggen.

Het betreft : - daartoe bestemde witte, vlagstok, dia 30 mm; - rood-witte vlag; - grondpot om hoekvlag aan te brengen. Het type is door de opdrachtnemer te kiezen, en ter goedkeuring voor te leggen aan de aanbestedende overheid III.94.4.

--bijgevoegd-- Dug-outs. De dug-out bestaat uit drie wanden (achterwand en twee zijwanden) en een dakconstructie, voldoende uitstekend om bescherming te bieden tegen regen. Een zitelement is over de hele lengte voorzien, en biedt plaats aan minimaal 9 personen (à minimaal 50 cm/pers). De zitting is gemaakt in hardhout. De constructie is gemaakt uit een solide aluminium constructie, bekleed pet UVresistente schokbestendige p0lycarbonaatplaten van minimaal 3 mm dik. Verharding onder de constructie inbegrepen. De dug-out moet verplaatsbaar zijn. Het type is door de opdrachtnemer te kiezen, en ter goedkeuring voor te leggen aan de aanbestedende overheid.

III.94.5.

--bijgevoegd-- Rugbydoelen. Er worden twee wegneembare rugbydoelen voorzien, te voldoen aan de internationale voorschriften. De doelen zijn uitgevoerd in een aluminium ovaalprofiel 120 x 100 mm met een wanddikte van 2,5 mm. De hoogte van de dwarslat zit op 3 m, de totale hoogte is 6,5 m. De doelen zijn wit gelakt. Het type is door de opdrachtnemer te kiezen, en ter goedkeuring voor te leggen aan de aanbestedende overheid.

III.95.

--bijgevoegd-- Kunstgrasmat. De kunstgrasmat, de invulling en de onderliggende shockpad dienen minimaal te voldoen aan onderstaande vermelde eisen. De specificaties van de door de inschrijver voorgestelde materialen voor de hierna vermelde minimumeisen dienen bij zijn inschrijving bijgevoegd te worden, zodat het bestuur over voldoende informatie beschikt om het materiaal te beoordelen. De inschrijver verzamelt de gevraagde specificaties in een duidelijke lijst, indien van toepassing worden de gegevens opgegeven volgens de berekeningswijze van de vernoemde norm. De materialen dienen tevens te voldoen de eisen van FIFA*, FIFA**, UEFA, KBVB en de KBK. Aan de hand van het FIFA** testrapport of op basis van FIFA** certificaten dient te worden aangetoond dat het aangeboden kunstgrastype (opbouw, tapijt, schokabsorberende mat en invulling) voldoet aan het FIFA Quality Concept en dit zowel voor 1* als 2**. De normen hebben betrekking op de te behalen waardes voor: de verticale balbots, de balbots onder hoek, de balrol,


de schokabsorptie, de deformatie, de rotatieweerstand, de stroefheid, het kunstgras, de huidwrijving, .... Het behalen van deze speltechnische karakteristieken zal gecontroleerd worden d.m.v. een FIFA ** veldtest, die noodzakelijk is voor de voorlopige oplevering. De producent van het kunstgras dient hiervoor de aanmelding bij FIFA te doen. Het materiaal beschreven in de door de inschrijvers ingediende fifa testrapporten dient volledig overeen te stemmen met het de technische fiches welke door de inschrijver aan de offerte worden toegevoegd. Voor de toleranties tussen de FIFA testrapporten, de opgegeven technische fiches en de in het bestek opgegeven minimumwaarden worden de waarden van de “FIFA Quality Concept” aangehouden. De speltechnische eigenschappen en duurzaamheidseisen vastgelegd in de FIFA* en FIFA** dienen minimaal 3 jaar gewaarborgd te blijven. Hiertoe voorziet de opdrachtnemer bij de definitieve oplevering opnieuw de nodige keuringen. De prijzen van de keuringen worden over de andere eenheidsprijzen verdeeld. Om een goed beeld te krijgen wordt gevraagd eveneens een staal van de voorgestelde materialen bij te voegen. III.95.1.

--bijgevoegd-- Shockpad. Het betreft : - een mat met als doel veerkracht onder de kunstgrasmat aan te brengen en de sporttechnische eigenschappen te verbeteren; - hoge schokabsorptie en lage energierestitutie; - dikte ca. 10 mm; - moet vervaardigd zijn uit ecologisch verantwoord materiaal (uit gerecycleerd of recycleerbaar materiaal); - waterdoorlatend materiaal; - de eigenschappen van de shockpad dienen gedurende 10 jaar gewaarborgd te blijven (hergebruikmogelijkheid bij vervangen kunstgras). De shockpad dient overeen te komen met de in de door de inschrijver geleverde FIFA-certificaten beschreven opbouw voor het kunstgrasveld.

III.95.2.

--bijgevoegd-- Kunstgras. Het kunstgrastapijt bestaat uit een synthetisch grondweefsel (grass backing type), ook wel draagdoek of tuftdoek genaamd, waarin de kunstgrasvezels worden getuft en dat daarna aan de onderzijde wordt afgewerkt met een latexcoating. Het geheel is zo uitgevoerd dat het weerstand kan bieden tegen de inwerkingen van de schoenen met noppen van de spelers en moet een normaal verloop van het spel waarborgen. De oppervlakte moet ruw en gelijkmatig zijn. Er mogen geen randen aan de oppervlakte te zien zijn. De tolerantie met betrekking tot eventuele naden bedraagt 1 mm. De maximale toelaatbare onvlakheid onder een rij van 3 meter bedraagt 5 mm (incidenteel 7 mm). In het kunstgrastapijt wordt belijning voor voetbal ingewerkt. De belijningen dienen te voldoen aan de voorschriften van de Koninklijke Belgische Voetbal Bond. Het kunstgrastapijt zal beantwoorden aan de volgende minimale eisen:


Productie methode: Getuft velours Type garen Polyethyleen 100 % recht monofilament gevormde vezel - Dtex Minimaal 11.000 - Dikte vezel Minimaal 350 Micron - Steken per m² Minimaal 12.000 - Vezels per m² Minimaal 140.000 - Poolhoogte: Minimaal 40 mm - Poolgewicht: Minimaal 1.400 gr/m² - Totaal gewicht tapijt:Minimaal 2.500 gr/m² - De vezels hebben een onregelmatige vorm zodat deze na belasting steeds terug rechtop komen te staan. - Voor verlijming wordt een stevige daarvoor voorziene kunststofband gebruikt. De verlijming zelf gebeurt met een weersbestendige tweecomponentenlijm. Belijning: Voor voetbal wit, 10 cm breed, volgens voorschriften van de Koninklijke Belgische Voetbal Bond. -

Belijning 2: rugby in het geel, volgens de huidige voorschriften van de Belgische rugbyfederatie. In het kunstgrastapijt wordt de belijning voor rugby ingewerkt. Breedte belijning 7,5 cm. De vulling van het kunstgrastapijt bestaat uit een laag zand en een laag kurk. De kurkinvulling heeft na aanleg een minimale laagdikte van 12 mm. - Invulling met kwartszand 0.4 – 0.8 mm gewassen (stofvrij) - Invulling met kurk korrelgrootte 1/2 mm, gewassen en stofvrij - Kurk met een soortelijk gewicht van ca. 200 kg/m³ - Er dient aangetoond te worden dat het materiaal brandbestendig is en bij zonnig weer minder opwarmt dan een standaard invulling met SBR Rubber. - De vulling moet gelijk zijn aan de vulling voorgesteld in het FIFA** laborapport, dit zowel qua grootte, vorm als bulkdensiteit. (wordt getest bij FIFA** keuring voorafgaand aan de ingebruikneming) - Zowel zand als kurk dienen gekeurd te zijn in het FIFA** laborapport. De volledige mat (vezel en drager) dient ongevoelig te zijn voor bederf en aantasting door micro-organismen en UV licht gedurende 10 jaar. Er is tevens een garantie op fabricage, materiaal en inbouwfouten van minimaal 10 jaar. Ten behoeve van het onderhoud voorziet de opdrachtnemer een infosessie voor alle gebruikers en de eigenaars van het terrein, tevens voorziet de opdrachtnemer het nodige onderhoudsmateriaal volgens de specificaties van de leverancier van het kunstgras. Hiertoe horen sleepnetten of matten en of sleepbare borstels. Van elk stuk materiaal worden minstens 2 stuks geleverd. De eenheidsprijzen hiervoor zijn in de eenheidsprijs van het kunstgras opgenomen. III.96.

--bijgevoegd-- Sportveldverlichting. Lichtmasten / palen: het betreft : - ronde, rechte palen uit staal, warm gegalvaniseerd en verzinkt minimaal 80 micron; - constructie zodanig berekend dat ze bestand is tegen alle weersinvloeden en tegen het gewicht van de lichtarmaturen; - een eenvoudige vervanging/onderhoud van de lichtarmaturen moet mogelijk zijn; - inwendige bekabeling met toegangsluiken voor doorvoeren van de


-

kabels; alle assemblage-en bevestigingselementen zijn vervaardigd van roestvrij materiaal; de fundering voor voldoende stabiliteit is inbegrepen; individuele aarding van elke paal is inbegrepen; hoogte 18 m.

Bekabeling : - enkel gewapende kabels conform NBN C 33-121; conform het A.R.E.I. art. 187 en 192.02.; - alle bekabeling te voorzien vanaf bedieningsbord in de voetpadkast aan de rand van het veld. In de toekomst dient de installatie omgeschakeld te worden naar bediening vanuit het nog te bouwen dienstgebouw; - te voorzien van schakelaar en zekering; Verlichting gemiddelde lichtniveaus, op voorhand aan te tonen door middel van een lichtstudie : - één voetbalveld met 4 palen 150 lux; - het licht moet dimbaar zijn (LED); - de installatie moet ook deels aangeschakeld kunnen worden zodat bij trainingen een half veld verlicht kan worden. Het gekozen type, de lichtstudie, de studie van bekabeling en aarding, en de stabiliteitsstudie zijn inbegrepen, en dienen ter goedkeuring aan de aanbestedende overheid voorgelegd te worden.


III.97.

--bijgevoegd-- Parkingverlichting. De verlichtingsarmaturen dienen analoog te zijn aan de reeds geplaatste armaturen op de parking. Verlichtingsarmatuur : - algemeen uitzicht: cilinder (dia ca. 20 cm) bestaande uit metalen bovenstuk en glazen onderstuk; - het bovenstuk is voorzien van een koppelstuk, zo dat het armatuur niet vlak tegen de paal gemonteerd wordt; - bovenstuk is vervaardigd uit aluminium en RVS-staal; - minimale beschermingsgraad IP 54; - onderstuk is doorschijnend en geribbeld; - kleur RAL 9006 (aluminiumgrijs); - lamp voldoende sterk voor functionele verlichting. Paal : - cilindrisch (dia ca. 9 cm); het armatuur wordt aan de zijkant van de mast bevestigd; - boven de grond: 400 cm hoog, zo dat het armatuur op ca. 350 cm bevestigd kan worden; ondergronds minimaal 70 cm; - paal heeft dezelfde kleur als armatuur voor een uniform uitzicht; - bestand tegen corrosie; - voorzien voor ondergrondse voeding; - voorzien van dienstdeurtje (daarachter VSA met roestvrije sluiting) Het type verlichtingselement is door de opdrachtnemer te kiezen, en ter goedkeuring voor te leggen aan de aanbestedende overheid. Bekabeling : - enkel gewapende kabels conform NBN C 33-121; conform het A.R.E.I. art. 187 en 192.02.; - alle bekabeling te voorzien vanaf bedieningsbord in de voetpadkast aan de rand van het veld. In de toekomst dient de installatie omgeschakeld te worden naar bediening vanuit het nog te bouwen dienstgebouw; - de opdrachtnemer voorziet zelf de berekening van de benodigde kabelsecties (berekening voor te leggen). Sturing : - te voorzien van de nodige zekeringen, sleutelschakelaars (aan/manueel/af), timer en lichtschakelaar; - de sturing omvat ook het plaatsen van twee bewegingsmelders aan het begin van de parking en aan de toegangsweg langs het voetbalveld.


Het gekozen type, de lichtstudie, de studie van bekabeling en aarding, en de stabiliteitsstudie zijn inbegrepen, en dienen ter goedkeuring aan de aanbestedende overheid voorgelegd te worden. III.98.

--bijgevoegd-- Infiltratieunits. -

belastbaarheid: SLW 60 (asdruk per m²) minimale gronddekking 60 cm afmeting: 600 x 600 x 1200 mm (DxHxB) (dubbele koker) toegankelijke opening diam 500 mm bruto inhoud/gewicht: 432 liter/21 Kg netto inhoud: 95% van het bruto volume materiaal: Polypropyleen (PP) Drinkwaterneutraal infiltratieoppervlak: ca. 6,4 m2 /m3 temperatuurbereik: -30 tot +80 °C aansluitingen: Middels frontplaat met aansluitingen 200 mm er worden inspectieputten diam 400 met deksel D400 op de kokers voorzien


HOOFDSTUK IV – VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN IV.1.

Voorbereidende werken. Vóór alle af- en opbraakwerken, graafwerken, verwijderen van beplanting, … moeten door de opdrachtnemer manuele sleuven gegraven worden teneinde de exacte ligging der kabels te kennen. Mogelijke kosten hiervoor worden verrekend in de posten waarop deze controlesleuven betrekking hebben. Hiervoor wordt vooral gekeken naar de kabels van de te behouden verlichtingsmasten. De op plan vermelde ligging van de kabels is approximatief en niet limitatief. Bij alle grondwerken dient rekening gehouden te worden met de bestaande putten, toezichtluiken, rioleringselementen enz. Deze dienen behouden te worden indien niet anders vermeld en/of overeengekomen. Sommige putten moeten in de hoogte aangepast worden, de prijzen hiervoor worden verrekend in de posten verharding waarin deze putten zich bevinden. Op het terrein van de werken bevindt zich een gasleiding van fluxys, de aannemer dient alle mogelijke voorzorgsmaatregelen te nemen voor het werken in de buurt van deze leiding. Voor de aanvang van graafwerken dient de aannemer dit te melden aan fluxys.

IV.1.1.1.

Verwijderen van houtachtige gewassen. Het verwijderen van houtachtige gewassen omvat o.a. het verwijderen van de bestaande beplanting tussen de bestaande en de nieuwe parking en de afsluiting en de haag aan de kopse zijde van het bestaande voetbalveld. Daarnaast dient een boom ter hoogte van de parkinguitbreiding verwijderd te worden. Alle vrijgekomen materiaal incl. de stronken worden verwijderd door de opdrachtnemer.

IV.1.1.2.

Op- en afbraakwerken, al of niet voor hergebruik. Het opbreken houdt in dat alle elementen die een rechtstreeks verband hebben met de opgebroken elementen afgebroken en afgevoerd worden (o.a. fundering, leidingen, bevestigingselementen, …), tenzij anders vermeld.

IV.1.1.2.1.

Insnijden of verbrokkelen van verhardingen. Het betreft het insnijden van verhardingen in asfalt of beton op de grenzen tussen de te behouden toestand en de heraan te leggen toestand. De insnijding gebeurt steeds recht en voldoende diep zodat de verharding volledig doorsneden is. Schade aan te behouden verhardingen dient ten alle tijden vermeden te worden. Tijdens het zagen wordt steeds waterkoeling gebruikt. De locatie van de zaagsnede wordt op voorhand steeds met de aanbestedende overheid besproken. Het betreft zaagsnedes in asfalt in de parking.

IV.1.1.2.3.

Opbreken en afvoeren van verhardingen.


Het betreft het opbreken van alle verhardingen in de heraan te leggen zone. Materialen als beton en asfalt dienen buiten de werf afgevoerd te worden. Eventuele niet gebonden onderfunderingen kunnen ter plaatse op de werf hergebruikt worden (in overleg met de aanbestedende overheid). -

-

Opbreken van gebroken beton 20/40 voor hergebruik (fundering bestaand voetbalveld Opbreken en afvoeren van dolomietverharding aan de drankenhut Opbreken van betonstraatstenen incl. fundering van de toegangspaden tussen het gebouw en de bestaande parking en de bepading rond de drankenhut. Opbreken van betonstraatstenen incl. fundering van de paden rond de sporthal en de cafetaria. Opbreken van asfaltverharding incl. fundering van de parkings Opbreken en afvoeren van de onderlagen van de tennisterreinen Opbreken en afvoeren van de bestaande kunstgrasmat van de tennisterreinen Opbreken en afvoeren van de bestaande kunstgrasmat van het voetbalveld

Op de bestaande parking dient de belijning verwijderd te worden. De belijning wordt afgefreesd, de asfaltverharding mag niet beschadigd worden. Het uitgegraven materiaal dat niet gerecupereerd wordt dient afgevoerd te worden. Alle bij de verhardingen horende elementen als boordstenen goten , funderingen, geotextiel e.d. dienen eveneens volledig opgebroken te worden. IV.1.1.2.4.

Opbreken van lijnvormige elementen. Het betreft het opbreken van boordstenen tegen de bestaande asfalt aan de parking. Het bestaande asfalt mag niet beschadigd worden.

IV.1.1.2.5.

Opbreken of opvullen van buizen en kokers. De bestaande drainage incl. alle bijhorende elementen onder de huidige sportterreinen dient opgebroken en afgevoerd te worden.

IV.1.1.2.6.

Opbreken van plaatselijke elementen. Het betreft de bestaande uitrusting van het sportterrein, dus hoekvlaggen, goals, ballenvangers, Dug-out, netten, afvalbakken en dergelijke. De bestaande verlichting dient tevens verwijderd te worden. De masten worden afgebroken inclusief funderingsblokken en kabels. De kabels worden ter plaatse gehouden om aan te tonen dat ze uitgegraven werden. De verlichting wordt tevens op een correcte wijze afgekoppeld in het gebouw. De aanbestedende overheid behoudt zich het recht om tegenover de huidige situatie nog materialen te (laten) recupereren voor de aanvang der werken.

IV.1.1.2.7.

Op- en afbreken van afsluitingen en kleine constructies. -

Het opbreken van een duiker ter recuperatie aan de noordoostkant van het domein. Een deel van de duiker zal hergebruikt worden aan de nieuwe nooduitgang. Elementen die niet gerecupereerd worden dienen door de opdrachtnemer afgevoerd te worden. Het opbreken van de duiker omvat eveneens het herprofileren van de gracht na de opbraakwerken.


IV.1.1.2.8.

IV.1.1.4.1.

-

De bestaande plantenbakken in gemetste betonblokken tegen de bestaande sporthal worden volledig verwijderd, inclusief de inhoud. Het gebouw mag hierbij niet beschadigd worden. Eventuele cementbepleistering of andere afdichtingen dienen van het bestaande gebouw verwijderd te worden.

-

Het betreft de afbraak van de bestaande hekwerken rond de sportterreinen. De draadafsluiting, ballenvangers, leunhekwerken en bijhorende poortjes en alle elementen die er rechtstreeks verband mee houden worden volledig afgebroken en verwijderd inclusief de funderingsmassieven aan de voeten van de palen en de poortjes. De rolpoort aan het kunstgrasvoetbalveld wordt opgebroken ter recuperatie.

Afbreken van gebouwen. -

Het afbreken en verwijderen van de drankenhut incl. alle bijhorende elementen zoals funderingen, leidingen, afvoeren, … . De nodige afkoppelingen voor elektriciteit, water worden in het gebouw voorzien.

-

Het afbreken van de speeltuin omvat het verwijderen van de oude speeltoestellen, aan te duiden door de aanbestedende overheid. De piratenboot en het hoogteparcours blijven behouden. Het laagteparcours incl. zandfundering dient gerecupereerd te worden. De overige speeltoestellen kunnen geheel of deels ter recuperatie gehouden worden. Indien gemeld dienen deze eveneens omzichtig afgebroken te worden. Alle bijhorende elementen, funderingen, palissades, zand, heuvels,… worden volledig verwijderd.

Afpalingswerken. De omtrek van het nieuwe terrein wordt door de opdrachtnemer uitgezet, zodat de aanbestedende overheid een duidelijk beeld op het terrein verkrijgt van de indeling van de zone. Bij de afpaling hoort ook het uitzetten van de eindniveaus van de verhardingen. Mogelijke kosten voor de afpaling zijn zoals bepaald in het standaardbestek verrekend in de eenheidsprijzen. De afpalingen moet door de aanbestedende overheid goedgekeurd worden, vooraleer de werken voortgezet kunnen worden.

IV.2.

Droog grondverzet. De eventueel op plan opgegeven niveaus zijn niet bindend: alle niveaus worden ter plaatse besproken, en zoals bepaald in IV.1.1.4.1. uit te zetten door de opdrachtnemer. De bestaande niveaus worden rond de bomen zo veel als mogelijk behouden, op andere plaatsen kan er grondmodellering nodig zijn. Dit kan gebeuren met grond uit de uitgravingen van de funderingskoffers indien deze niet met (steen-) afval verontreinigd is. Alle grondoverschotten dienen van de werf verwijderd te worden. De grond dient door de aanbestedende overheid goedgekeurd worden voor hergebruik.

IV.2.1.2.2.

Uitgraving.


De post omvat de uitgraving van het terrein voor het voetbalveld, koffers voor terrassen, paden en de parking. Eventuele vrijkomende bodemvreemde materialen worden buiten het domein afgevoerd door de opdrachtnemer. Zuivere grond (na goedkeuring door de aanbestedende overheid) wordt niet afgevoerd maar nadien op het terrein gebruikt voor eventuele terreinprofilering. Overschotten aan grond dienen nadien afgevoerd te worden. De kosten van deze post worden niet ingerekend in de prijzen van de funderingen. IV.2.1.2.4.

Afdekking. Afdekking en profileren van alle zones rond het voetbalterrein en de verhardingen. Het terrein wordt genivelleerd en zal nadien volgens post XI.8.4. ingezaaid. Waar nodig worden de op te hogen zones glooiend geprofileerd tot waar ze naadloos aansluiten met de bestaande toestand. Het geheel dient steeds afgedekt te worden met een laag teelaarde van minstens 5 cm. Eventuele grondoverschotten dienen afgevoerd te worden. Bij het uitvoeren van het afdekken en profileren wordt ervoor gezorgd dat de laag teelaarde bovenaan blijft. Aangevulde grond word in lagen aangebracht en voldoende verdicht.


HOOFDSTUK V – ONDERFUNDERINGEN EN FUNDERINGEN V.1.

Bescherming van onderfundering of fundering. Onder de sportzone en de nieuwe verhardingen wordt een verstevigend en lastenverdelend geotextiel voorzien. De overlapping tussen de banen geotextiel is minstens 30 cm.

V.4.

Funderingen.

V.4.3.

breekpuin. Als onderlaag voor de parking en de paden wordt gebroken beton 20/40 met een laagdikte van 20 en 10 cm gebruikt. De laag dient voldoende verdicht te worden. Als drainerende onderlaag voor het sportveld wordt mengpuin 4/20 met een laagdikte van 15 cm gebruikt.

V.4.3.

Lava 0/16. Als toplaag voor de fundering wordt gebroken lava gebruikt kaliber 0/16, dikte 10 cm. De laag dient na verdichting fijn genivelleerd te worden om aan alle geldende vlakheidseisen van het kunstgrasveld te kunnen voldoen. De maximale toegelaten oneffenheden zijn gelijk aan deze van het afgewerkte sportveld.


HOOFDSTUK VI — VERHARDINGEN Alle mogelijke deksels, roosters e.a. van o.a. riolering, toezichtputten, … worden op niveau gebracht van de aansluitende verhardingen . De kosten hiervoor worden meegerekend in het leggen van de verharding, tenzij anders vermeld. VI.2.

Bitumineuze verhardingen. Het aanbrengen van een kleeflaag voor elke laag asfalt en de eventueel nodige reiniging op een zuivere basislaag te bekomen is te voorzien. De kosten hiervoor worden mee gerekend in de kosten van de erop liggende laag.

VI.2.2.1.1.

Mengsels voor onderlagen. Er wordt een onderlaag AB-3A voorzien, 7 cm dik.

VI.2.2.1.2.

Mengsels voor toplagen. Als toplaag wordt AB-4C voorzien, 3 cm dik, zwart. Om een goede aansluiting met het bestaande te behouden asfalt te verzekeren wordt een voegband geplaatst. De naad tussen het bestaande en nieuwe asfalt wordt afgewerkt met een kationische emulsie met strooisellaag.

VI.3.

Bestratingen.

VI.3.4.

Bestratingen van betonstraatstenen. De betonstraatstenen — BSS worden in een legbed van zand geplaatst, dikte 3 à 4cm. De opdrachtnemer besteed voldoende aandacht aan de afwatering naar de goten en kolken. Het leggen is inclusief het inzanden. De betonstraatstenen worden opgevoegd met fijn wit zand. Het inzanden houdt in dat minimaal 2 keer de hele verhardingszone geborsteld wordt zodat het zand uniform verspreid wordt en goed in de voegen kan treden. Tussen de twee borstelbeurten moet minimaal 10 kalenderdagen, en maximaal 1 maand verlopen. Na de tweede borstelbeurt moet voldoende zand op de verharding overblijven om de resterende voegen te kunnen vullen. Bij het inzanden hoort ook het verwijderen van overtollig zand: indien na 10 kalenderdagen na de tweede borstelbeurt blijkt dat overtollig zand nog aanwezig zou zijn, zal de aanbestedende overheid binnen de twee weken dit melden zodat de opdrachtnemer het zand komt verwijderen. Bij het inzanden hoort ook, een tiental dagen na de tweede borstelbeurt, op vraag van de aanbestedende overheid, het mogelijk ruimen van straatkolken, afvoerbuizen, controleputten en alle andere elementen in en bij de verharding die gehinderd/verstopt zou kunnen worden door het zand. De verharding in betonstraatstenen is voorzien voor de bepading naar en rond het gebouw. De verhardingen worden in een helling van 1,5 % gelegd en dienen op klinkermaat uitgevoerd te worden.


VI.3.9.

Legverbanden. De betonstraatstenen worden in een elleboogverband gelegd.

VI.4.

Andere verhardingen.

VI.4.6.

shockpad. Het shockpad wordt geïnstalleerd volgens de normen van de betreffende producent. Indien nodig worden de nodige bevestigingsmaterialen voorzien. Het shockpad dient te blijven liggen bij manipulatie van het bovenliggende kunstgras, bijvoorbeeld wanneer de kunstgrasmat vervangen dient te worden.

VI.4.6.

kunstgras. Het kunstgras wordt geplaatst volgens de specificaties van de leverancier van het product. De nodige bevestigingsmaterialen worden voorzien. De belijningen voor zowel voetbal als de rugbybelijning worden in de mat ingewerkt. Vervolgens wordt het kunstgras opgevuld met een ballastlaag van zand en een toplaag van kurkgranulaat. Het afgewerkte geheel dient te voldoen aan alle geldende normen betreffende vlakheid en andere speleigenschappen opgelegd in alle geldende normen en richtlijnen, zoals de FIFA*, FIFA**, de normen van de KBVB en FBRB. Om aan te tonen dat het aangelegde sportterrein aan de geldende normen voldoet laat de opdrachtnemer een keuring uitvoeren door een erkende keuringsinstantie. Hiervan dient een gedetailleerd verslag overgemaakt te worden aan de aanbestedende overheid. Een positief keuringsattest is een voorwaarde voor de voorlopige oplevering van de werken. Bij definitieve oplevering laat de opdrachtnemer opnieuw een keuring uitvoeren om aan te tonen dat het terrein nog steeds voldoet aan de geldende eisen. Dit is een eveneens een voorwaarde voor de definitieve oplevering. De kosten voor de keuringen worden verdeeld over de posten met betrekking tot het kunstgrasveld. Mbt tot de rugbybelijning legt de opdrachtnemer een plan ter goedkeuring voor.


HOOFDSTUK VII — RIOLERING EN AFVOER VAN WATER De opdrachtnemer wordt geacht de grondwaterpeilen en de aard van de gronden in situ, ongeacht de mogelijke specificaties hiervan op plans en/of in het bestek te kennen en zijn uitvoeringsmethode alsmede zijn prijzen op grond van zijn eigen berekeningen en van zijn eigen onderzoekingen te hebben vastgesteld. VII.1.

Leidingen in een sleuf. Alle rioleringen worden in een sleuf aangelegd. De buizen worden op een fundering van gestabiliseerd zand aangelegd, dikte 20 cm. De buizen worden helemaal omhuld met minimaal 10 cm gestabiliseerd zand. Bochtstukken, verloopstukken, verbindingsstukken e.a. hulpstukken, worden mee gerekend in de hoeveelheid lopende meter buizen, evenals de nodige extra uitgravingen en het terug aanvullen na de plaatsing. Buizen die dienen als trekbuis worden voorzien van een trekdraad uit kunststof en worden door middel van een ingeslepen W aangeduid op boordstenen en kantstroken.

VII.3.2.

Geprefabriceerde inspectieputten van PVC diam 400 mm. Op een aantal cruciale plaatsen worden inspectieputten voorzien op de riolering. De putten worden voorzien van geprefabriceerde aansluitingen. De PVC-put wordt geplaatst op een fundering van minimaal 15 cm gestabiliseerd zand die langs de zijkanten minstens 15 cm breder is dan de put. Aanvullingen rond de put gebeuren eveneens met gestabiliseerd zand. De put wordt met verlengstuk op hetzelfde peil gebracht als de omliggende verharding en voorzien van een berijdbaar metalen deksel. (D400) Het plaatsen van de inspectieputten is inbegrepen alle nodige elementen zoals opgenomen in het Standaardbestek.

VII.6.

Rioleringsonderdelen.

VII.6.1.

Voetpadkolken en straatkolken. De locatie van de te plaats(en) kolk(en) is indicatief op het plan aangegeven. De plaatsing van de kolken gebeurt in overleg met de aanbestedende overheid, de opdrachtnemer dient ervoor te zorgen dat het water van de verhardingen volledig en snel genoeg wordt opgevangen zodat plasvorming vermeden wordt. De kolken worden op een fundering van gestabiliseerd zand geplaatst, minimaal 20cm dik en 15cm uitkragend t.o.v. het grondvlak. Het aanvullen rond de kolk wordt ook met gestabiliseerd zand uitgevoerd. De aansluitingen op de afvoerbuis inclusief hulpstukken en eventuele grondwerken per kolk worden mee gerekend in de kostprijs van de kolk.


VII.8.

Draineringen en infiltratievoorzieningen. Het sportterrein wordt voorzien van een samengesteld drainagesysteem : zuigdrains, doorspuitputten en hoofdleiding. Het plaatsen van drainage betreft alle nodige werkzaamheden voor een correcte werking van de drainage: o.a. grondwerken voor de sleuven (uitgraven en opvullen), drains, koppelen van alle elementen, enz. De drainage wordt ca. 60 cm verdiept onder het afgewerkte peil van het sportveld geplaatst in een sleuf van 20 cm breed, en met een onderlinge afstand van ca. 4 m (tenzij anders vermeld of overeengekomen). De drainagesleuf wordt opgevuld met draineerzand. Op de kop van elke zuigdrain, wordt net buiten het veld een doorspuitput voorzien. Alle doorspuitputten worden met elkaar verbonden (=de hoofddrain) d.m.v. een PVC buis diameter 160 mm. Op de doorspuitputten wordt een deksel voor zwaar verkeer geplaatst. De PVC-putten worden op een fundering van gestabiliseerd zand geplaatst.

VII.28.

Infiltratieunits. De infiltratieunits worden op een legbed van verdicht genivelleerd zand geplaatst. De units worden omhuld met geotextiel en de zone errond wordt aangevuld met grof zand (0/4) en verdicht. De opdrachtnemer respecteert de voorschriften met betrekking tot de gronddekking op de units van de leverancier. Er wordt voorzien om een dubbele koker te plaatsen. De units worden aangesloten met gepaste afsluitstukken en aansluitstukken op de riolering. Aan het afvoerpunt wordt een toegankelijke terugslagklep ingewerkt zodat er geen water vanuit de gracht kan terugstromen naar de infiltratieunits. Er dienen eveneens op drie punten inspectie en reinigingspunten op de units voorzien te worden. (begin midden einde) De inspectiepunten hebben een diameter van 400 mm en worden allen voorzien van een rond deksel D400.


HOOFDSTUK VIII — LIJNVORMIGE ELEMENTEN VIII.1.

Trottoirbanden (borduren).

VIII.1.2.b.

Geprefabriceerde betonnen kantstroken, type IIE 1 en type ID 1. De kantstroken, type IIE 1 en boordstenen, type ID1, worden in een fundering van mager beton geplaatst, minimaal 15 cm dik en voorzien van een zijdelingse steun. Mogelijke hoeken worden in verstek gezaagd, andere aansluitingen, op andere verhardingen, kantstroken en dergelijke, worden eveneens gezaagd. De kantstroken komen gelijk met het afgewerkte peil van het sportterrein, tenzij anders op het plan vermeld.


HOOFDSTUK IX – ALLERHANDE WERKEN IX.22.

--bijgevoegd-- Uitrusting voetbalterrein.

IX.22.1&2.

--bijgevoegd-- Hoekvlaggen en voetbaldoelen. De hoekvlaggen en voetbaldoelen worden in geprefabriceerde voeten geplaatst volgens de normen van FIFA, UEFA en de KBVB. Alles dient wegneembaar te zijn ten behoeve van het onderhoud van het terrein.

IX.22.3.

--bijgevoegd-- Dug-out. De Dug-outs worden geplaatst op stelconplaten 1 x 2 m op een legbed van gestabiliseerd zand. De dug-outs worden op deze platen vastgemaakt met chemisch verankerde draadstaven en moeren. Het geheel wordt stevig en vandalismebestendig geplaatst. De exacte locaties van de dug-outs zal ter plaatse aangeduid worden door de aanbestedende overheid.

IX.22.4.

--bijgevoegd-- Rugbydoelen. De opdrachtnemer stelt een type voor dat combineerbaar is met de hoofdfunctie voetbal. Bij wegneembare types worden de nodige grondpotten en deksels met grasinvulling voorzien. De doelen worden geplaatst volgens de voorschriften van de leverancier.

IX.23.1.

--bijgevoegd-- Schoonloopbakken. De schoonloopbakken worden geplaatst aan de toegang tot het kunstgrasveld. De betonnen randelementen worden geplaatst in een fundering van schraal beton om zettingen te vermijden. De bodem wordt verhard met een waterdoorlatend materiaal dat toelaat de schoonloopbak eenvoudig te reinigen, en tevens onkruidgroei in de bak vermijd. De roosters worden vastgemaakt op de betonnen omranding van de bak zodat deze niet eenvoudig te verwijderen zijn. Eventueel wordt een klokputje voorzien met aansluiting naar de riolering

IX.24.

--bijgevoegd--

Afsluitingen.

IX.24.1.

--bijgevoegd-- Ballenvanger hoogte 6 m. De ballenvangers worden aan beide zijden van het sportterrein voorzien, en aan de kant van het bos. De palen worden geplaatst om de 2,5 m in een sokkel van schraal beton, en bovenaan verbonden met een bovenbuis. De eindpalen worden voorzien van diagonale stutten om voldoende dwarse sterkte te bekomen. Onderaan wordt een zwaar gaas voorzien, welke verstevigd wordt met tenminste 5 horizontale spankabels. Over het bovenste deel van de ballenvanger wordt een polypropyleennet bevestigd. De palen worden door de kantstroken geplaatst. Ter hoogte van de dug-outs wordt het zware gaas onderbroken.


IX.24.2.

--bijgevoegd-- Leunhekwerk met zwaar gaas hoogte 1,1 m De palen van het leunhekwerk worden tussen de kantstroken voorzien, om onderhoud te vergemakkelijken. De palen worden om de 2,5 m geplaatst. De palen mogen ingetrild worden, er dienen echter voldoende voorzorgsmaatregelen genomen worden om schade aan de lak te vermijden. Het leunhekwerk wordt eveneens voorzien van een bovenbuis. Het zwaar gaas is 1 m hoog en wordt op 10 cm van de grond gehangen, zodat bladafval eenvoudig van het terrein geblazen kan worden. Het gaas wordt verstevigd met tenminste 2 horizontale spankabels.

IX.24.3.

--bijgevoegd-- Herplaatsen schuifpoort uit recuperatie. De schuifpoort van het bestaande voetbalveld wordt herplaatst als nieuwe toegang voor onderhoudsvoertuigen. Nieuwe funderingen en sokkel voor de geleidingsrail worden voorzien.

IX.25.

--bijgevoegd-- Sportveldverlichting en parkingverlichting. Alle sturing voor de verlichting wordt aangesloten in een voetpadkast, te plaatsen aan het voetbalveld. Deze voetpadkast krijgt een voorlopige voeding vanuit het gebouw. Deze voeding en de aansluiting ervan is eveneens inbegrepen. Later zal deze overgeschakeld worden naar het nieuwe gebouw. In de voetpadkast wordt de sturing voor zowel sportveldverlichting als parkingverlichting geplaatst. De nodige sleutelschakelaars worden op de kast geplaatst. De opdrachtnemer legt op voorhand een leidingplan en installatieschema voor. Het plaatsen van de sportveldverlichting omvat hoofdzakelijk : - het plaatsen van 4 verlichtingsmasten met een hoogte van 18 m incl. alle nodige elementen voor montage van de armaturen, eventuele schakelborden en de fundering; - het leveren en plaatsen van 12 armaturen; - aansluiten en plaatsen sturing in de kast; - het leveren en ingraven van grondkabels; - keuring van de installatie. Het plaatsen van de parkingverlichting omvat hoofdzakelijk : - het leveren en plaatsen van 10 palen en verlichtingsarmaturen analoog aan de bestaande parkingverlichting; - het leveren en ingraven van grondkabels; - aansluiten en plaatsen van sturing in de kast; - aansluiten via bewegingsmelders, lichtschakelaar en timer incl. bekabeling. De installateur is volledig verantwoordelijk voor alle geplaatste apparatuur, de goede werking, het uitzicht, benevens alle beschadigingen en dit tot aan de voorlopige oplevering der werken. Hij zal de geplaatste installatie op afdoende wijze beschermen en garandeert een perfecte werking. Vóór de ingebruikneming van de installatie, brengt hij de personen, belast met het gebruik of onderhoud, volledig op de hoogte van de werking. Bij het beëindigen van de werken zal de hele installatie gekeurd worden volgens de geldende wetten; mogelijke aanpassingen aan de installatie met


betrekking tot een negatieve keuring worden kosteloos door de opdrachtnemer uitgevoerd, tot het bekomen van een positief keuringsattest. Dit attest wordt aan de aanbestedende overheid overhandigd. Alle mogelijke aanpassingen aan het circuit, bord e.d. voor een correcte functie zijn inbegrepen. Kabels voor laagspanning en voeding naar de masten zijn volgens de geldende veiligheidsregels, en worden gelegd uit één stuk zonder moffen. Waar kabels onder verhardingen geplaatst worden, zullen ze in wachtbuizen geplaatst worden, zo dat indien er later aan de kabel gewerkt moet worden, de hele verharding niet opengebroken moet worden. De kruisingen met andere leidingen gebeuren volgens de voorschriften van het AREI. De kabels worden voorzien van kabelbeschermband uit polyetheen of gelijkwaardig, minimum 2 mm dik, kleur overeen te komen, met een ruime overlapping van  5 cm aan beide zijden. Een waarschuwingslint wordt geplaatst  0,30 m onder het maaiveld . Op het ogenblik van de plaatsing zal rekening gehouden worden met de door de fabrikant opgegeven minimum temperaturen voor het betrokken kabeltype. De eenheidsprijs van een verlichtingsarmatuur omvat het leveren en plaatsen van het verlichtingsarmatuur en alle bijbehorende elementen voor het vakkundig functioneren van de verlichtingselementen, incl. bekabeling in de masten zelf. De ligging van de kabels naar de masten is in overleg te bepalen met de aanbestedende overheid. De eenheidsprijs van de laagspanningskabels omvat het leveren en plaatsen van de kabels inbegrepen mogelijke wachtbuizen en alle bijbehorende elementen voor het vakkundig plaatsen van de kabels. IX.26.

--bijgevoegd-- Verplaatsen nooduitgang Het betreft het verplaatsen van de bestaande nooduitgang achteraan op het terrein. De huidige poort in de afsluiting wordt opgebroken en verderop herplaatst in de afsluiting. De ontstane openingen in de afsluiting worden afgedicht met gaas. Voor een optimaal functioneren van de nooduitgang wordt ook de duiker verplaatst. Het herplaatste deel dient minstens even breed te zijn als de poort van de nooduitgang. Indien nodig worden nieuwe kopmuren gemetst. Tussen de nooduitgang en tot op de kopmuur wordt een halfverharding van kalksteenslag 0/4 op geotextiel aangebracht.

IX.27.

--bijgevoegd-- Verplaatsen laagteparcours incl. fundering Het bestaande laagteparcours dient verplaatst te worden voor aanleg van de parking. Het huidige parcours is ingeplant rond een boom, en moet opnieuw rond een bestaande boom naast het nieuwe voetbalveld gemonteerd worden. De onderdelen van het laagteparcours moeten op dezelfde manier gemonteerd worden, indien nodig worden nieuwe funderingsvoeten gestort.


HOOFDSTUK X - SIGNALISATIE. X.1.

Niet-inwendig verlichte verticale verkeerstekens. De borden aan de parkeerplaatsen voor mindervaliden worden op de kop van de parkeervakken geplaatst, in de beplantingsvakken.

X.2.

Markeringen.

X.2.1.

Thermoplastische markeringen. Het betreft : - voorgevormde markering parkeerverbod; - voorgevormde markering mindervalidenparkings; - belijning voor aanduiding van de parkeervakken. De voorschriften van de fabrikant voor plaatsing dienen opgevolgd te worden. De voorgevormde markeringen worden na grondige reiniging van het asfalt door verhitting aan het asfalt gekleefd.


HOOFDSTUK XXI – GROENAANLEG EN GROENONDERHOUD.

XI.2.

Grondbewerkingen. Bij het uitvoeren van alle bewerkingen wordt onder de boomspiegel van de bestaande bomen met de nodige zorg/vakkundigheid gewerkt om de wortels niet te beschadigen

XI.2.2.6.

Spitfrezen en/of spitten. Alle zones die ingezaaid moeten worden, worden gespit, minimaal 20 cm diep, en heeft tot doel de grond goed luchtig te maken en mogelijke gecompacteerde grond terug van een structuur te voorzien. In de omgeving van bomen wordt vakkundig gewerkt om de wortels van de bomen niet abnormaal te beschadigen. Mogelijk verdichte grond moet voor ophoging gespit worden Deze post omvat ook het frezen, verkruimelen en egaliseren van de grond, zodat een losse bodem verkregen wordt, klaar om in te zaaien.

XI.3.

Verwerken van bodemverbeteringsmiddelen. Er wordt groencompost verwerkt a rato van 1m³/100 m². Het materiaal wordt uniform over de oppervlaktes uitgespreid, en ingewerkt in de bovenste laag van 10 cm. Na het inwerken worden alle stenen e.a. afval groter dan 20 mm verwijderd.

XI.6.

Aanleg van grasmatten.

XI.6.3.

Aanleg van grasmatten door bezaaiing. De grasmat wordt aangelegd volgens de bepalingen van het standaardbestek. Zoals in het standaardbestek beschreven zijn de twee eerste maaibeurten te voorzien, met bijbehorende handelingen. Er wordt 3 kg graszaad per 100 m² gebruikt.

XI.8.

Aanplanten van houtachtige gewassen. Er wordt aangeplant volgens de bepalingen van het standaardbestek. De planten worden (behoudens na overleg met de aanbestedende overheid) niet op voorhand gesnoeid. Vlak na levering van planten worden deze vakkundig tegen droogte beschermd door af te dekken en/of in te kuilen (indien niet snel aangeplant).


De wortels van planten mogen maximaal één kwartier aan de buitenlucht blootgesteld worden, zowel bij levering als bij aanplanting. Mogelijke grond vrijgekomen van de plantputten wordt in de aanplantingszones uitgespreid. Alle mogelijk afval (plantpotten, bakjes, steeketiketten, rekkers, …) wordt afgevoerd. XI.8.3.

Aanplanten van bosgoed. De plantensoorten worden onderling gemengd, zo dat er geen groepen ontstaan van meer dan 10 planten van dezelfde soort. De groepen zijn niet steeds van hetzelfde aantal, en er mag geen visueel ritme ontstaan in de aanplanting. Er mag niet in rijen aangeplant worden: de planten worden zoveel als mogelijk willekeurig in de plantzone aangebracht, zodat een natuurlijk patroon ontstaat. Er wordt 1 plant/m² gebruikt. Er wordt niet aangeplant in de buitenste zone van 50cm langs gras, verhardingen of constructies.

XI.8.4.

Aanplanten van hagen. Het aanplanten van de Acer-hagen omvat : - het aanbrengen van steunmaterialen; - het planten van de Acer campestre, en hechten aan de steunmaterialen; - het snoeien van de planten; - het mogelijk begieten bij te droog weer. Voor het aanplanten van de haag wordt om de 3 m een naaldhouten paal in de grond geslagen (zonder beschadiging van de kop), 70cm diep zodat de bovenkanten van de palen op 80cm zijn. Op alle hoeken worden de nodige schoren voorzien. Om de 5 palen worden de palen in beide trekrichtingen ook voorzien van schoren. Er worden 3 gegalvaniseerde spandraden voorzien: op 30cm, 65cm en 80cm van het maaiveld. De draden worden gespannen met gegalvaniseerde draadspanners De Acer campestre wordt geplant a rato van 5pl/m’. Ter hoogte van de draad 65 cm, worden de planten aan de spandraad gehecht. Het type van hechting is door de inschrijver te bepalen, en ter goedkeuring aan de aanbestedende overheid voor te leggen (bindtape zal niet goedgekeurd worden). Na het aanplanten van de haag, wordt een eerste snoeibeurt in de hoogte (ter plaatse in samenspraak te bepalen) gegeven zodat een uitzicht van een haag in wording geschapen wordt.

XI.8.6.

Aanplanten van bomen. Het betreft de aanplant van bomen in de zone tussen de parking en het kunstgrasveld. Er worden plantputten gegraven met een diameter van minstens 20 cm groter dan de kluit. De bodem van de plantput wordt losgespit


en rond de kluit van de boom op de bodem van de plantput wordt een drainageleiding diameter 80 mm aangebracht. Deze wordt bovengronds gebracht en afgesloten met een stop. De grond voor het aanvullen van de plantput wordt aangereikt met groencompost. De bomen worden verankerd met een boompaalconstructie met 3 palen en boombanden. XI.10.

Aanleg van bij groenaanleg behorende constructies.

XI.10.1.

Boompaalconstructies. Per boom worden drie boompalen gebruikt, in driehoeksverband rond de boom te plaatsen. In overleg met de aanbestedende overheid zal bepaald worden in welke richting alle driehoeksverbanden geplaatst worden; de richting zal aangehouden moeten worden. Het is belangrijk dat de boompaalconstructies alle gelijkaardig geplaatst worden (één paal in de richting van de verharding). De palen worden ca. 130 cm in de grond gedreven. Alle boompalen van alle bomen die één geheel vormen (lijn, dreef, constructie, …) moeten visueel op gelijke hoogte zijn. De palen worden buiten de kluit geslagen, zonder de kop te beschadigen. De palen worden op 10 cm van de kop van de paal met halfronde dwarslatten met elkaar verbonden. De boom wordt met drie afzonderlijke boombanden aangebonden (per paal één boomband), zo dat de natuurlijke zetting mogelijk blijft. De kost van de constructie is inbegrepen in het leveren en planten van de boom.


III. Technische voorschriften

Recommend Documents