HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOOR HET COMITE VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING EN HET WELZIJN OP HET WERK

Raffinage-Chemie Total Raffinaderij Antwerpen

Rev. 18 – Februari 2014

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOOR HET COMITE VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING EN HET WELZIJN OP HET WERK 1. ZETEL EN SAMENSTELLING Artikel 1 De zetel van het Comité voor Preventie en Bescherming en het Welzijn op het werk (afgekort Comité P.B.W.) is gevestigd te Antwerpen, Scheldelaan 16, Haven 447. De werkgever stelt de lokalen en het materieel, nodig voor de vergaderingen, ter beschikking van het Comité P.B.W. De werkgever geeft aan de werknemersafgevaardigden van het Comité P.B.W. de mogelijkheid om, met hemzelf of zijn afgevaardigden, de preventieadviseurs en de werknemers, alle contacten te hebben die nodig zijn voor uitvoering van hun opdracht. De werkgever stelt de nodige middelen ter beschikking van de leden van het Comité P.B.W., waardoor zij vastgestelde gevaren en risico’s rechtstreeks kunnen melden aan de hiërarchische lijn. Artikel 2 Leden:  De werkgeversafvaardiging, aangeduid door het ondernemingshoofd (zie bijlage).  De werknemersafvaardiging volgens lijst van de verkiezingen (zie bijlage).  De werkgever of zijn afgevaardigde aan wie hij zijn bevoegdheden overdraagt, neemt het voorzitterschap op zich. Artikel 2bis Indien een personeelsafgevaardigde of een vervanger gedurende een lange periode verhinderd is om zijn mandaat uit te oefenen ten gevolge van een detachering naar een andere Total vestiging, kan een vervanging voorgesteld worden voor de periode van de verhindering. Dit zal gebeuren conform de wettelijke voorzieningen. Echter, bij een terugkeer wordt de oorspronkelijke organisatie terug actueel. 2. OPDRACHT Artikel 3 Het Comité P.B.W. heeft als opdracht adviezen uit te brengen en voorstellen te formuleren over het beleid inzake het welzijn van de werknemer bij de uitvoering van hun werk en over het globaal preventieplan en het jaarlijks actieplan, de wijzigingen, de uitvoering en de resultaten ervan.

RC/RBE/ANV/RA – VGMK –2014-008 – pag. 1

Dit welzijn heeft betrekking op:  De arbeidsveiligheid.  De bescherming van de gezondheid van de werknemer op het werk.  De psychosociale belasting veroorzaakt door het werk.  De ergonomie.  De arbeidshygiëne.  De status van de werkplaatsen.  De maatregelen van de ondernemingen inzake leefmilieu, wat hun invloed op bovenstaande punten betreft.  De bescherming van de werknemers tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk. De specifieke taken van het Comité P.B.W. zijn opgesomd in de veiligheidswetgeving (A.R.A.B, in de wet op het welzijn en zijn uitvoeringsbesluiten in de Codex) alsook de specifieke wetgevingen rond milieu (Vlarem I en II). 3. TAAK VAN DE VOORZITTER Artikel 4 Het voorzitterschap van het Comité P.B.W. wordt ingevuld door een senior manager. Bij de eerste zitting van het Comité P.B.W. na de verkiezingen, duidt de voorzitter de plaatsvervangende voorzitter aan, die dezelfde bevoegdheid en hetzelfde gezag heeft als de voorzitter. Indien de voorzitter niet het ondernemingshoofd is, stelt het ondernemingshoofd tevens de plaatsvervangende voorzitter aan. De voorzitter zorgt voor de goede werking van het Comité P.B.W., leidt en sluit de besprekingen, stelt de vragen waarover een beslissing moet worden genomen en kondigt de genomen beslissingen aan. De voorzitter draagt er zorg voor dat alle betrokkenen duidelijk en volledig hun argumentatie kunnen uiteenzetten en dat alle standpunten op gelijkwaardige wijze aan bod komen. De voorzitter zorgt er voor dat de leden van het Comité P.B.W. over alle informatie beschikken om met kennis van zaken adviezen uit te brengen. De voorzitter is belast met en verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van de beslissingen van het Comité P.B.W. Bij ontstentenis van wettelijke beschikkingen terzake, bepaalt het Comité P.B.W. de periode binnen dewelke een genomen beslissing moet worden uitgevoerd. 4. VERGADERINGEN 4.1. Tijdstip en plaats Artikel 5 Het Comité P.B.W. vergadert op de tweede dinsdag van elke maand van 14.00 tot in principe 16.00 uur. Het Comité P.B.W. vergadert eveneens op verzoek van de voorzitter of op verzoek van tenminste 1/3 van de werknemersafvaardiging van het Comité P.B.W. Dit verzoek wordt aan de voorzitter gericht, de vergadering vindt plaats binnen de 8 werkdagen daarna. Twee donderdagen vóór de vergadering is er een voorvergadering van 14.00 tot in principe 15.00 uur. Op deze voorvergadering zijn buiten de preventieadviseur en de


secretariaatsfunctie, een vertegenwoordiging van de werknemers- en werkgeversafvaardiging aanwezig. Op deze voorvergadering worden:  De notulen van het voorbije Comité P.B.W. besproken en voorlopig goedgekeurd.  De agenda van het komende Comité P.B.W. vastgelegd.  De agenda topics van toekomstige Comités P.B.W. voorlopig vastgelegd. 4.2. Deelname Artikel 6 Nemen deel aan de vergaderingen:  De voorzitter.  De effectieve leden van de werkgeversafvaardiging en de werknemersafvaardiging of hun plaatsvervangers indien de effectieve leden verhinderd zijn.  Het hoofd van de dienst preventie en bescherming als secretaris.  Eventueel de preventieadviseurs (arbeidsgeneesheer).  Deskundigen die, mits voorafgaande instemming van de deelnemende leden, aan de vergadering mogen deelnemen.  Eventueel de bevoegde arbeidsinspecteur.  De schrijvers van het verslag, deze hebben geen stemrecht. Indien een effectief lid van het Comité P.B.W. verhinderd is, kan hij zich laten vervangen door een plaatsvervangend lid. De preventieadviseurs en de milieucoördinator kunnen aan de vergadering deelnemen telkens wanneer een punt dat tot hun bevoegdheid hoort op de agenda staat, de arbeidsgeneesheer is in elk geval aanwezig op de vergadering waar het jaarverslag van de medische dienst voorgesteld wordt. Artikel 7 Het minimum aantal leden om rechtsgeldig te vergaderen, is als volgt vastgesteld:  Werkgevers: 4 personen + voorzitter.  Werknemers: 5 personen.  De preventieadviseur of vervanger (zoals weergegeven in de bijlage). 4.3. Adviezen Artikel 8 Een unaniem advies vereist dat alle aanwezige leden akkoord gaan. Wanneer geen unanimiteit bereikt wordt, wordt dit zo weergegeven in het verslag. Artikel 9 De werkgever geeft zo vlug mogelijk een conform gevolg aan de met algemene stemmen uitgebrachte adviezen van het comité met betrekking tot ernstige risico’s voor het welzijn van de werknemers waarbij de schade dreigend is en geeft er een passend gevolg aan in geval van uiteenlopende adviezen. De werkgever geeft gevolg aan al de adviezen binnen de door het Comité P.B.W. gestelde termijn of binnen de zes maanden indien geen tijdslimiet werd bepaald.


Indien het ondernemingshoofd het unaniem advies niet volgt of een keuze maakt uit de verdeelde adviezen, deelt hij hiervan de reden van zijn beslissing mee aan het Comité P.B.W. 4.4. Agenda Artikel 10 De voorzitter stelt de agenda op en overweegt elk punt dat ten laatste op de voorvergadering door een comitélid werd voorgesteld. De agenda bevat minstens volgende punten:  Goedkeuring van de notulen van de vorige vergadering.  Bespreking van een geselecteerd aantal punten van de vorige vergadering (overeengekomen in de voorvergadering).  Maandverslag dienst preventie en bescherming.  Periodiek rapporteren over lijst van de achterstallige CPB-acties. Ernstige of dringende kwesties kunnen onder “allerlei” gemeld worden. Volgende punten dienen vast in de jaarplanning opgenomen te worden:  Informatie van medisch toezicht: tweemaal per jaar.  Informatie rond milieu: éénmaal per jaar. 4.5. Uitnodiging Artikel 11 Ten laatste 8 kalenderdagen vóór de vergadering van het Comité P.B.W. wordt door de secretaris de uitnodiging aan de voorzitter en elk effectief en vervangend lid van de werknemers- en werkgeversafvaardiging, evenals aan de arbeidsgeneesheer, per e-mail verstuurd of per post voor die leden die hiernaar gevraagd hebben. De uitnodiging vermeldt de plaats, de datum, de agenda en de locatie van de vergadering en is vergezeld van:  Het maandverslag van de dienst voor preventie en bescherming.  De verslagen van de rondgangen van het comité P.B.W.  Het voorlopig verslag van de vorige vergadering van het Comité P.B.W.  Alle nodige inlichtingen met betrekking tot de agenda.  Tabel met de te behandelen lange-termijn agendapunten. 4.6. Deskundigen Artikel 12 In afwijking van artikel 6, mag de werknemersafvaardiging Comité P.B.W. zich, mits voorafgaandelijke melding bij de werkgever, laten bijstaan door een deskundige van hun keuze. Tijdens de voorvergadering kunnen zij zich, met het stilzwijgende akkoord van de werkgever, laten bijstaan door een bestendig afgevaardigde van hun vakvereniging. Zij mogen steeds beroep doen op de met het toezicht belaste ambtenaar.


4.7. Notulen Artikel 13 Het verslag van de vergadering wordt opgesteld door het hoofd van de dienst voor preventie en bescherming of zijn plaatsvervanger die onder zijn verantwoordelijkheid deze taak vervult. De notulen bevatten een samenvatting van de besprekingen, de adviezen en het resultaat van de raadpleging. De notulen worden ten laatste 6 kalenderdagen vóór de volgende voorvergadering bezorgd aan de effectieve en plaatsvervangende leden en de arbeidsgeneesheer. 4.8. Secretariaat Artikel 14 Het hoofd van dienst voor preventie en bescherming of één van de preventieadviseurs verricht het secretariaatswerk. Dit houdt o.m. in:  Het maanden jaarverslag van de dienst preventie en bescherming overmaken aan de leden en plaatsvervangende leden van de vergadering Comité P.B.W., ondernemingsraad en de syndicale afvaardiging binnen dertig dagen vanaf het tijdstip opgelegd voor het opstellen ervan.  Opstellen van de notulen (zie artikel 13).  Het goedgekeurde verslag binnen de 8 kalenderdagen na de volgende vergadering elektronisch verspreiden via Lotus Notes en e-mail en op sommige plaatsen uitgehangen in de raffinaderij. 4.9. Opvolging actiepunten Comité P.B.W. Artikel 15 Na elke vergadering van het Comité P.B.W. worden de actiepunten van het CPB ingegeven in een database in Lotus Notes telkens met een uitvoeringsverantwoordelijke. Als uitvoeringsverantwoordelijke wordt iemand van de werkgeversafvaardiging Comité P.B.W. genomen. 5. AANWIJZING VAN EEN AFVAARDIGING Artikel 16 Het Comité P.B.W. draagt bij tot de toepassing van het dynamisch risicobeheersingssysteem door sommige van zijn leden werkgevers en werknemers af te vaardigen om samen met de bevoegde preventieadviseur en het bevoegde lid van de hiërarchische lijn, periodiek en ten minste éénmaal per jaar een grondig onderzoek (rondgang) in te stellen op al de arbeidsplaatsen waarvoor het Comité P.B.W. bevoegd is. Het Comité P.B.W. wijst twee vaste leden van de werkgeversafvaardiging en twee vaste vertegenwoordigers van de werknemersafvaardiging, die bij afwezigheid kunnen vervangen worden door leden uit de lijst, aan om de arbeidsinspectie te woord te staan bij zijn toezichtsbezoeken in de onderneming. Telkens er zich een ernstig risico – waarbij de schade dreigend is – voordoet, een ernstig ongeval of incident gebeurd is of wanneer ten minste éénderde van de


werknemersafvaardiging in het Comité P.B.W. er om verzoekt, zal kan deze afvaardiging zich ter plaatse begeven. De werknemersvertegenwoordigers van het Comité P.B.W. hebben het recht om te vragen deel te nemen aan de analyse van een ongeval. Bij een ernstig ongeval zal een afvaardiging van de werknemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan het onderzoek. 6. INFORMATIE EN DOCUMENTATIE VOOR DE LEDEN VAN HET COMITE P.B.W. Artikel 17 De leden van het Comité P.B.W. hebben inzage in documenten die verband houden met het welzijn van de werknemer bij de uitvoering van hun werk, het intern en het extern milieu zodat zij met volkomen kennis van zaken advies kunnen uitbrengen. 7. INFORMATIE VAN HET PERSONEEL BETREFFENDE DE WERKZAAMHEDEN VAN HET COMITE P.B.W. Artikel 18 Conform artikel 19 wordt de agenda van het comité P.B. bekend gemaakt aan alle werknemers zo snel mogelijk na de voorvergadering via het Lotus Notes systeem en via een aantal aanplakborden in het bedrijf. De goedgekeurde verslagen van de vergaderingen en de maandverslagen van de dienst preventie en bescherming worden ten laatste 8 kalenderdagen na de vergadering ter beschikking van het personeel gesteld via het Lotus Notes systeem en via een aantal aanplakborden in het bedrijf. 8. ARCHIEF Artikel 19 Alle documenten betreffende de veiligheid, de hygiëne, het intern milieu, het extern milieu en de werking van het Comité P.B.W. worden door de secretaris bijgehouden. Elk lid van het Comité P.B.W., zowel gewoon als vervangend, heeft het recht om deze documenten te raadplegen en eventueel ter beschikking te krijgen. 9. SLOTBEPALINGEN Artikel 20 Onderhavig reglement kan gewijzigd worden op voorstel van de voorzitter of van een lid van het Comité P.B.W. Aan het reglement kan geen enkele wijziging aangebracht worden die zou indruisen tegen de van kracht zijnde wettelijke reglementaire bepalingen. Artikel 21 Een exemplaar van het huishoudelijk reglement wordt aan alle effectieve en plaatsvervangende leden van het Comité P.B. overgemaakt.


De beslissing met betrekking tot wijziging wordt genomen met een tweederde meerderheid van de aanwezigen bij de werkgeversafvaardiging en tweederde meerderheid bij de aanwezigen van de werknemersafvaardiging. Artikel 22 De leden van het Comité P.B.W. mogen zowel de globale als de individuele informatie waarover zij beschikken ingevolge de functies of mandaten die zij vervullen, niet aan anderen meedelen of openbaar maken, indien dit de belangen van de werkgever of de werknemers schaadt. De bepaling van het eerste lid heeft niet tot doel de normale betrekkingen tussen de vakverenigingen en de afgevaardigden in het Comité P.B.W. te belemmeren en doet geen afbreuk aan hun recht om zich tot de werkgever te wenden in geval een geschil rijst in het Comité P.B.W. Artikel 23 De werktaal van het Comité P.B.W. is het Nederlands. 10. AANSTELLING NIEUW COMITE Artikel 24 Ten laatste op de voorvergadering van het eerste comité na de sociale verkiezingen, krijgen alle leden van het Comité P.B.W. een copie van het huishoudelijk reglement.


SAMENSTELLING COMITE VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING OP HET WERK

WERKGEVERSAFVAARDIGING Effectieve leden

WERKNEMERSAFVAARDIGING

Plaatsvervangers

Effectieve leden

Plaatsvervangers

P. Kolen (Voorzitter)

B. Wellens

T. Moelants

B. Van de Mosselaer

S. Serrien (Plaatsverv. voorzitter)

L. Janssens

W. Van den Breen

J. Van Aerde

J. Jansen

K. De Moor

P. Celi

D. Verbesselt

W. Lefever

W. Steenkamp

W. Penris

K. Cornelis

I. Maes

M. Keuleers

G. Bouckaert

W. Gonthier

R. Van den Heuvel

D. Janssens

J. Dekrem

R. De Bruyn

V. Remans

L. Wayaffe

B. Cambré

W. Van den Bulck

K. De Ketelaere

P. Voets

T. Mertens

R. Verhaegen

P. Vermeiren

J. Hendrickx

S. Naessens

R. Benoot

H. Luystermans

K. Van Leuven

P. Brarens

Deskundige (effectief lid): A. Verschaffelt (secretaris) of haar vervanger (Jan Van Hecke of Filip Vandeweyer), M. Pauwels (milieucoördinator) Vertegenwoordigers bij bezoek Arbeidsinspectie : -

Werkgeversafvaardiging : P. Kolen Werknemersafvaardiging : G. Bouckaert, W. Van den Breen Plaatsvervangers: S. Naessens, B. Van de Mosselaer


HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOOR HET COMITE VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING EN HET WELZIJN OP HET WERK

Recommend Documents