Het lint in Excel 2007 De gebruikersinterface van Excel 2007 is erg grafisch en behoorlijk kleurrijk van opzet. De kern van deze grafische gebruikersinterface bestaat uit het lint, de brede balk boven aan het programmavenster. De in groepen gerangschikte knoppen bieden snelle toegang tot bijna alle opdrachten in Excel. Op het lint staan standaard zeven tabbladen: Start (R), Invoegen (N), Pagina-indeling (P), Formules (M), Gegevens (G), Controleren (G) en Beeld (V). De sneltoetsen van de tabbladen zijn hier voor het gemak tussen haakjes gezet. Druk op Alt om ze op het lint weer te geven. Als je Excel de eerste keer opent, wordt het tabblad Start automatisch op het lint weergegeven. Om de opdrachten van een ander tabblad in beeld te brengen, klik je op de bijbehorende tab of gebruik de sneltoets in combinatie met Alt. Het lint
Tabbladen
Optioneel tabblad Ontwikkelaar (S)
Figuur 1: Werkblad in Excel met het tabblad Start op het lint
Dubbelklik op een van de tabs of gebruik de toetsencombinatie Ctrl+F1 om het lint tijdens het werken te minimaliseren, zodat alleen de tabnamen worden weergegeven. De opdrachten verschijnen dan alleen op het lint als je op een van de tabnamen klikt of de sneltoets van het tabblad gebruikt. Nadat je op een van de knoppen hebt geklikt, vouwt Excel het lint weer samen. Als je nogmaals op een tabnaam dubbelklikt of Ctrl+F1 gebruikt, wordt het lint weer op zijn normale formaat weergegeven.
Figuur 2: Het tabblad Invoegen op het lint
Het tabblad Invoegen bevat opdrachten om verschillende soorten elementen aan werkbladen toe te voegen, zoals draaitabellen, allerlei soorten grafische objecten en afbeeldingen, grafieken, hyperlinks, digitale handtekeningen en speciale symbolen.
Figuur 3: Het tabblad Pagina-indeling op het lint
Het tabblad Pagina-indeling bevat opdrachten voor het wijzigen van de pagina-instellingen van een spreadsheet voor het maken van afdrukken. Je vindt er ook knoppen voor het wijzigen van het onderliggende thema in het huidige werkblad, voor het aanpassen van de uitlijning en voor het stapelen van grafische objecten die aan het werkblad zijn toegevoegd met de opdrachten op het tabblad Invoegen.
Figuur 4: Het tabblad Formules op het lint
Het tabblad Formules bevat opdrachten voor het maken en controleren van de formules in een spreadsheet. Er zijn knoppen voor het selecteren van specifieke functies, geordend per categorie, voor het openen van de wizard Functies en voor het optellen van de waarden in een celbereik met de functie AutoSom. Bovendien heeft het tabblad Formules knoppen om bereiken te benoemen en te beheren en om ze aan formules toe te voegen. Ten slotte heeft het tabblad ook nog knoppen voor het opsporen en verbeteren van fouten in formules en voor het handmatig of automatisch herberekenen van formuleresultaten.
Figuur 5: Het tabblad Gegevens op het lint
Het tabblad Gegevens bevat voornamelijk opdrachten die bedoeld zijn voor tabellen in het werkblad. Dit tabblad heeft knoppen om verbinding te maken met externe gegevensbronnen voor het importeren van gegevens uit databasetabellen en voor het beheren en opnieuw gebruiken van deze verbindingen. Er zijn ook nog knoppen voor het sorteren, filteren, valideren, samenvatten en optellen van de gegevens in tabellen, en voor het verrichten van allerlei soorten ‘wat als’-analyses.
Figuur 6: Het tabblad Controleren op het lint
Het tabblad Controleren bevat opdrachten om de spreadsheet na te kijken en van commentaar te voorzien. Je hebt de mogelijkheid de spelling te controleren, termen in verschillende online bronnen op te zoeken, synoniemen te bekijken en de tekst op een werkblad in verscheidene andere talen te vertalen. Je vindt er ook knoppen om de beveiliging van werkbladen en werkmappen aan en uit te zetten en om werkmappen te delen met collega’s op hetzelfde netwerk.
Figuur 7: Het tabblad Beeld op het lint
Het tabblad Beeld bevat opdrachten voor het aanpassen en instellen van de werkbladweergave. Dit tabblad heeft knoppen om een andere weergave te selecteren, om allerlei schermonderdelen weer te geven of te verbergen, om in en uit te zoomen op het werkblad, om het werkblad in verschillende vensters op te delen en om deze vensters te rangschikken.
De contextuele tabbladen van Excel Naast de gewone tabbladen verschijnen er tijdens sommige bewerkingen contextuele tabbladen aan het einde van het lint. Zoals de naam al aangeeft, is een contextueel tabblad ontworpen om toegang te bieden tot knoppen die je nodig kunt hebben als je een specifieke taak verricht, zoals het maken van een kop- en voettekst voor een spreadsheetrapport, het opmaken van een tabel met gegevens of het maken van een nieuwe grafiek of draaitabel. Contextuele tabbladen worden altijd aan de rechterkant van het lint weergegeven. De tabnaam verschijnt echter niet op dezelfde hoogte als de overige tabnamen, maar op de titelbalk met de naam van de actieve werkmap. Dit gebeurt om ruimte te maken voor de (sub)tabs met hulpmiddelen die aan de rij met standaardtabs worden toegevoegd. Deze (sub)tabs staan allemaal onder het contextuele tabblad.
Figuur 8: Het contextuele tabblad Hulpmiddelen voor tekenen
Figuur 9: Het contextuele tabblad Hulpmiddelen voor grafieken
Figuur 10: Het contextuele tabblad Hulpmiddelen voor draaitabellen
Galerieën met Live Preview Sommige knoppen zijn gekoppeld aan galerieën die worden uitgevouwen als je op de bijbehorende knop klikt. Zulke galerieën bevatten miniaturen met een verscheidenheid aan stijlen en opmaak die je kunt toepassen op een geselecteerde tekst of een geselecteerd grafisch element in het werkblad. Dankzij de nieuwe functie Live Preview in Excel 2007 kun je een voorbeeld van een stijl of van opmaak met de geselecteerde gegevens bekijken door eenvoudigweg de muisaanwijzer op een miniatuur te plaatsen. Je kunt dus controleren of een stijl geschikt is voor je gegevens of afbeelding voordat je hem toepast door op de miniatuur in de galerie te klikken.
Figuur 11: De galerie Tabelstijlen met Live Preview
Figuur 12: De galerie Celstijlen met Live Preview
Figuur 13: De galerie Thema’s met Live Preview