PARACOMMERCIE BELEID GEMEENTE ZEVENAAR 2011 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zevenaar; Overwegende dat het op grond van artikel 4 van de Drank- en Horecawet noodzakelijk is voorschriften en beperkingen te verbinden aan drank- en horecavergunningen voor paracommerciële instellingen; Gelet op het bepaalde in de Drank- en Horecawet, de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet; BESLUIT: Vast te stellen de volgende beleidsregels ter voorkoming van oneerlijke concurrentie tussen paracommerciële instellingen en commerciële horecabedrijven.
Artikel 1.
Begripsbepalingen a. Bijeenkomsten van persoonlijke aard Bijeenkomsten, waarbij meestal alcoholhoudende drank wordt genuttigd, die geen direct verband houden met de activiteiten van de paracommerciële instelling, zoals bruiloften, recepties bij jubilea, verjaardagsfeesten, barbecueavonden of –middagen, bedrijfsfeesten, koffietafels, condoleancebijeenkomsten en dergelijke. b.
College Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zevenaar
c.
DHW Drank- en horecawet
d.
Drank- en horecawet Wet van 7 oktober 1964, tot regeling van de uitoefening van de bedrijven en de werkzaamheid, waarin of in het kader waarvan alcoholhoudende drank wordt verstrekt
e.
Ontheffing Een ontheffing, krachtens artikel 4, vijfde lid van de Drank- en Horecawet, voor een bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijk aard, van de aan een vergunning verbonden voorschriften of beperkingen.
f.
Paracommerciële instellingen Een rechtspersoon niet zijnde een naamloze vennootschap of besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, die zich richt op activiteiten van recreatieve, sportieve, sociaal-culturele, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard die een horecabedrijf voert.
g.
Reglement Een reglement als bedoeld in artikel 9 van de Drank- en Horecawet, waarin het bestuur van de paracommerciële instelling waarborgt dat de verstrekking van alcoholhoudende drank in de inrichting gedurende de openingstijden vanuit het oogpunt van sociale hygiëne te allen tijde geschiedt door op dit gebied gekwalificeerde personen.
h.
Vergunning Een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet.
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Pagina 1 van 12
Artikel 2.
Voorschriften en beperkingen aan vergunning Om oneerlijke mededinging te voorkomen verbindt het college de volgende voorschriften aan een vergunning voor paracommerciële instellingen: a. Het is verboden bedrijfsmatig alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik ter plaatse voor, tijdens of na bijeenkomsten van persoonlijke aard. b. Het is alleen toegestaan om alcoholhoudende drank te verstrekken gedurende de tijd gelegen tussen één uur voor en twee uur na de hoofdactiviteiten van de vereniging of stichting dan wel de hoofdactiviteiten van een andere vereniging of stichting, die zich richt op activiteiten van recreatieve, sportieve, sociaal-culturele, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard, mits de activiteiten passen binnen de doelstelling van laatstbedoelde vereniging of stichting. c. Het is verboden om de mogelijkheid tot het houden van bijeenkomsten van persoonlijke aard openlijk aan te prijzen of onder de aandacht te brengen met bijvoorbeeld posters, brochures of publicaties in kranten en tijdschriften. d. Het is verboden alcoholhoudende drank te verstrekken tussen 01:00 uur en 6:00 uur.
Artikel 3.
Tijdelijke ontheffing 1. Het college kan ontheffing verlenen, van de aan de vergunning verbonden beperkingen, voor bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard. 2. Een aanvraag voor een ontheffing wordt uiterlijk 6 weken voorafgaand aan de te houden activiteit ingediend bij het college.
Artikel 4.
Weigeringsgronden Het college weigert de tijdelijke ontheffing indien: a. in één kalenderjaar reeds twee ontheffingen aan de vergunninghouder zijn verleend; b. in afwijking van het bepaalde onder a, wordt voor de onderstaande locaties de aanvraag geweigerd indien in één kalenderjaar reeds vier ontheffingen zijn verleend aan de vergunninghouder: Locatie Angerlo, Prinses Margrietlaan 3/A Babberich, Babborgaplein of Dorpstraat 26 Giesbeek, Kerkstraat 68-74 Lathum, Kerkstraat 16 Ooy-Zevenaar, Slenterweg 2 Oud-Zevenaar, Babberichseweg 58 (Zevenaar, Ringbaan Zuid 16)* Zevenaar, Oude Doesburgseweg 1 * Voor de Ringbaan Zuid 16 wordt een specifieke regeling opgesteld.
c. de aanvrager niet beschikt over een geldige vergunning; d. de paracommerciële instelling geen reglement heeft vastgesteld. Artikel 5.
Hardheidsclausule In bijzondere omstandigheden kan het college gemotiveerd van deze beleidsregel afwijken, indien toepassing ervan niet in verhouding staat tot de met deze beleidsregel te dienen doelen.
Artikel 6.
Evaluatiebepaling Het college evalueert deze beleidsregel binnen 24 maanden na inwerkingtreding daarvan.
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Pagina 2 van 12
Artikel 7.
Citeertitel, inwerkingtreding en horizon 1. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als “Beleidsregel Paracommercie Zevenaar”. 2. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2011.
Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Zevenaar, d.d. 4 januari 2011
Burgemeester,
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Secretaris,
Pagina 3 van 12
Hoofdstuk 1
Algemene toelichting
Inleiding Voor u ligt de beleidsregel “Beleiedsregel Paracommercie Zevenaar 2011” (hierna; paracommerciebeleid of de beleidsregel). In de beleidsregel legt het college vast onder welke voorwaarden drank- en horecavergunningen worden verleend aan instellingen met paracommerciële horeca-activiteiten. Grondslag 1 Het college is bevoegd vergunningen te verlenen voor een horecabedrijf. Als het om paracommerciële horeca gaat, dan moeten aan de vergunning beperkingen worden 2 verbonden met het oog op concurrentie. Het stellen van beperkingen is noodzakelijk om de gewone, commerciële horeca te beschermen tegen oneerlijke concurrentie. Paracommercie en oneerlijke concurrentie We kennen in Zevenaar commerciële horecaondernemers en paracommerciële instellingen. Paracommerciële instellingen zijn verenigingen en stichtingen die horeca-activiteiten 3 ontplooien maar dit doen als nevenactiviteit. U kunt bijvoorbeeld denken aan wijk- en buurthuizen, schutterijen en kantines van sportverenigingen. Indien paracommerciële instellingen concurreren met commerciële horecaondernemers dan is dat oneerlijk als eerst genoemde bepaalde voordelen genieten, zoals: • krijgen van subsidies. • niet als bedrijf ingeschreven staan in het handelsregister. • in beginsel niet-inschrijfplichtig zijn bij het bedrijfschap Horeca en Catering, met als gevolg dat men zich niet hoeft te houden aan de horeca-cao. • werken met vrijwilligers. • fiscaal gunstiger voorwaarden. Doelen De beleidsregel is enerzijds opgesteld om oneerlijke concurrentie tegen te gaan. Anderzijds is de beleidsregel opgesteld om duidelijkheid te verschaffen over de regelgeving rondom paracommerciële instellingen. In de afgelopen jaren is gebleken dat onduidelijkheid bestaat over de regels voor paracommercie. De gebouwen van paracommerciële instellingen worden steeds vaker gebruikt voor feesten die niet vallen onder de doelstelling van die paracommerciële instellingen. Te denken valt aan festiviteiten in schutterijgebouwen, zoals: Metal Treffen, Soospop en de Hollandse Hitsavond. Belangenafweging Bij het opstellen van deze beleidsregel staan twee belangen tegenover elkaar. Enerzijds het belang van de commerciële horeca om geen oneerlijke concurrentie te ondervinden. Anderzijds het belang van paracommerciële instellingen om een aanvullende inkomstenbron te genereren door festiviteiten te organiseren. 1
Artikel 27 Drank- en horecawet. Artikel 4 Drank- en horecawet formuleert het als volgt: “Aan een vergunning, die op grond van artikel 3 voor het horecabedrijf wordt verleend aan een rechtspersoon niet zijnde een naamloze vennootschap of besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, die zich richt op activiteiten van recreatieve, sportieve, sociaal-culturele, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard, verbinden burgemeester en wethouders een of meer voorschriften of beperkingen die, gelet op de plaatselijke of regionale omstandigheden, nodig zijn ter voorkoming van mededinging door het verstrekken van alcoholhoudende drank, die uit een oogpunt van ordelijk economisch verkeer als onwenselijk moet worden beschouwd.” 3 Voor een stroomschema om te bepalen of in een concreet geval sprake is van een paracommerciële instelling zie: F. Joosten, Horecawetgeving in de praktijk 2009, Alphen aan de Rijn, Kluwer, p. 822. 2
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Pagina 4 van 12
Het belang van de commerciële horeca komt tot uitdrukking in artikel 2 van de beleidsregel. Daarin staan de beperkingen die gelden voor paracommerciële instellingen. Meer informatie daarover vindt u in de toelichting bij artikel 2 in hoofdstuk 2. Het belang van de paracommerciële instelling komt tot uitdrukking in artikel 3 van de beleidsregel. Daarin staat de mogelijkheid om tijdelijke ontheffingen te verlenen van de beperkingen in artikel 2. De mogelijkheid om tijdelijke ontheffingen te verlenen is aan een maximum verbonden (zie artikel 4). Ook met dat maximum wordt aan de belangen van de commerciële horeca tegemoetgekomen. Handhaving De beleidsregel voorziet niet in regels voor de handhaving, omdat andere wetgeving dat al regelt. In de Drank- en Horecawet, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht zijn regels opgenomen voor handhaving en toezicht. De vergunningen en ontheffingen op basis van de Drank- en Horecawet worden afgegen door het college. Het toezicht vindt plaats door het college, de Voedsel en waren autoriteit (hierna: VWA) en de politie. De VWA kan controles uitvoeren en boetes opleggen. De marechaussee, politie en VWA kunnen optreden voor zover er strafbare feiten worden opgespoord. Daartoe aangewezen gemeentelijk toezichthouders, kunnen controles uitvoeren voor 4 overtredingen van vergunningsvoorschriften die door het gemeentebestuur zijn opgesteld. Over het algemeen worden de controles echter uitgevoerd door medewerkers van de VWA. Op termijn zullen de toezichthoudende taken van de VWA worden overgeheveld naar de 5 gemeente. De gemeente kan op basis van de controles bestuursdwang toepassen, een last onder dwangsom opleggen en/of een vergunning intrekken. Indien nodig kan het college een preventieve last onder dwangsom opleggen. Dat doet zich bijvoorbeeld voor als het college weet dat een activiteit zal gaan plaatsvinden in strijd met de vergunning en zonder ontheffing. Het college kan dan voorkomen dat de activiteit plaatsvindt. Gaat de activiteit dan toch door dan verbeurt de organisator een dwangsom. Handelen in strijd met de aan de drank- en horecavergunning verbonden voorschriften en beperkingen of ontheffing, kan leiden tot korting op de subsidieverstrekking of het opleggen van andere dwangmaatregelen ter beëindiging van de overtreding.
4 5
Rechtbank Groningen 22 december 2005, zaaknr. 04/989. TK 32 022
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Pagina 5 van 12
Hoofdstuk 2
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 1 Begripsbepalingen In artikel 1 staan acht begrippen gedefinieerd. Het merendeel van de definities spreekt voor zich. Vooral het begrip ‘bijeenkomsten van persoonlijke aard’ behoeft toelichting: Het begrip ‘bijeenkomsten van persoonlijke aard’ is belangrijk om dat het één van de onderwerpen is waarvoor het college voorschriften of beperkingen kan opleggen. ‘Met bijeenkomsten van persoonlijke aard wordt, volgens de Memorie van Toelichting die behoort bij de Drank- en horecawet, gedoeld op bijeenkomsten met een veelal feestelijk karakter, waarbij alcoolhoudende drank pleegt te worden genuttigd, die geen geen direct verband houden met de activiteiten van de betreffende rechtspersoon of hoofddoelstelling. Daarbij moet dan worden gedacht aan bruiloften, recepties, bij jubilea, verjaardagsfeesten, 6 barbecueavond, feestavond, koffietafel, condoleancebijeenkomsten (…) en dergelijken.’ Artikel 2 Voorschriften en beperkingen aan vergunning Artikel 4 van de Drank- en Horecawet verplicht ons college om beperkingen op te leggen ter voorkoming van (oneerlijke) concurrentie. Als duidelijk is dat de instelling activiteiten ontplooit die genoemd worden in artikel 4, moet worden bepaald of sprake is van oneerlijke concurrentie. Het stroomschema in bijlage 2 kan helpen bij het beantwoorden van die vraag. In artikel 2 van de beleidsregel staat welke beperkingen worden verbonden aan een vergunning voor een paracommerciële instelling. Wij verbinden vier beperkingen aan dergelijke vergunningen. De eerste twee beperkingen zorgen dat alleen alcohol wordt geschonken bij activiteiten van de vereniging of stichting. Het gaat dan om de activiteiten die passen binnen de hoofddoelstelling. De hoofddoelstellingen van de stichting of vereniging kunnen blijken uit de doelstellingen en de activiteiten, zoals omschreven in de statuten, een beleidsplan en een werkplan. Ook uit de feitelijke handelingen van een paracommerciële instelling kan de doelstelling blijken. Valt een activiteit buiten de doelstellingen dan mag geen alcohol worden geschonken en mag er geen reclame voor worden gemaakt. In bijlage 1 staat een lijst van verenigingsactiviteiten die kunnen passen binnen de hoofddoelstellingen van de vereniging (of stichting). De opsomming is onderverdeeld in vier groepen: • sportieve/recreatieve instellingen; • sociaal-culturele instellingen; • educatieve instellingen; • instellingen van levensbeschouwelijk of godsdienstige aard. De schutterijgebouwen en dorpshuizen worden sinds jaar en dag gebruikt door andere verenigingen dan de eigenaar van het gebouw. In overleg met Koninklijke Horeca Nederland heeft het college bepaald dat tijdens de activiteiten van deze verenigingen ook alcohol geschonken mag worden. Beperking schenktijden Paracommerciële instellingen mogen op beperkte tijden alcohol schenken. Er geldt een algemeen schenkverbod tussen 1:00 uur en 6:00 uur. Verder mag er alleen alcohol worden geschonken tussen één uur voor en twee uur na de activiteiten van de instelling. 6
F. Joosten, Horecawetgeving in de praktijk 2009, Kluwer, Alphen aan den Rijn 2009.
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Pagina 6 van 12
Zo kan bijvoorbeeld van één uur voor tot twee uur na een voetbaltraining of -wedstrijd alcohol worden geschonken. Deze regel is ook van toepassing op een uitwedstrijd. Na thuiskomst van een uitwedstrijd kan er dus nog twee uur alcohol worden geschonken. De beperking is opgenomen om te voorkomen dat in de inrichting alcohol wordt verstrekt als er geen activiteiten plaatsvinden die passen binnen de doelstelling. Op dagen dat er geen doelstellingsactiviteiten zijn georganiseerd, mag er dus geen alcohol worden geschonken. Uniforme openbare voorbereidingsprocedure Het verlenen van een vergunning wordt voorbereid met de uniforme voorbereidingsprocedure. Voordat het college een definitief besluit neemt, moet een ontwerpbesluit ter inzage worden gelegd. In een huis-aan-huis-blad wordt het ter inzage leggen gepubliceerd. Vervolgens kunnen belanghebbenden hun zienswijze indienen en 7 neemt het college een definitief besluit. Tegen het besluit kunnen belanghebbende, die 8 zienswijze hebben ingediend, beroep instellen. De afwijzing van een aanvraag om een vergunning, volgt de reguliere procedure voor het nemen van besluiten. Het definitieve besluit wordt dus genomen zonder dat een ontwerp ter inzage wordt gelegd. Tegen het besluit om een vergunning te weigeren, staat bezwaar en 9 vervolgens beroep open. Artikel 3 Tijdelijke ontheffing De Drank- en Horecawet geeft het college de bevoegdheid om ontheffing te verlenen van de 10 beperkingen in de vergunning. Voor bijzondere gelegenheden wil het college ook van deze mogelijkheid gebruikmaken. De wijze waarop het college van gebruikmaakt van de ontheffingsmogelijkheid staat in de artikelen 3 en 4. De aanvraag moet zes weken van te voren met alle bijbehorende stukken worden ingediend. Een aanvraag die later binnenkomt of 11 niet volledig is, kan worden geweigerd. Het tijdig en volledig indienen van aanvragen is nodig om de aanvraag goed te kunnen beoordelen. Wij hebben ongeveer zes weken nodig om de aanvraag te beoordelen en een beslissing voor te bereiden en te nemen. Reguliere besluitprocedure Anders dan het verlenen of wijzigen van de vergunning geldt voor ontheffingen de reguliere procedure. Het definitieve besluit wordt dus genomen zonder dat een ontwerp ter inzage wordt gelegd. Tegen het verlenen of weigeren van een ontheffing staat voor 12 belanghebbenden bezwaar open. Artikel 4 Weigeringsgronden In artikel 4 staan de weigeringsgronden. De kern van de regeling is dat het college per vergunning een maximaal aantal ontheffingen verleend per jaar. Het maximum is standaard 2 ontheffingen per vergunninghouder per jaar. Voor acht locaties geldt een maximum van 4 13 ontheffingen per jaar. Dat maximum is in samenspraak met de Koninklijke Horeca Nederland en een aantal schutterijen vastgesteld. De extra ontheffingen zijn wenselijk omdat deze locaties van oudsher door meerdere verenigingen worden gebruikt. Artikel 5 Hardheidsclausule Onder bijzondere omstandigheden is het college niet alleen bevoegd maar zelfs verplicht van de beleidsregel af te wijken. Dat geldt als de strikte toepassing van de beleidsregel onder bijzondere omstandigheden leidt tot nadelige of voordelige gevolgen voor één of meer 7
Titel 3.4 Algemene wet bestuursrecht. Artikel 8:1, eerste lid jo 7:1, eerste lid, aanhef en onder d, Algemene wet bestuursrecht. Artikel 7:1, Algemene wet bestuursrecht. 10 Artikel 4, vijfde lid, Drank- en Horecawet. 11 Artikel 5, eerste lid, aanhef en onder c van deze beleidsregel. 12 Artikel 7:1, Algemene wet bestuursrecht. 13 Voor de locatie aan de Ringbaan Zuid 16 zal een specifieke regeling worden opgesteld. 8
9
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Pagina 7 van 12
belanghebbenden die onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidregel te dienen 14 doelen. Het moet dan gaan om omstandigheden waarin de beleidsregel niet voorziet. Dat heeft tegelijkertijd tot gevolg dat onder normale omstandigheden niet afgeweken mag worden en de beleidslijn moet worden gevolgd. Het is de aanvrager die de bijzondere omstandigheden moet aanvoeren en zo nodig bewijzen. Alleen als de bijzondere omstandigheden overduidelijk aanwezig zijn, kan van het college worden verwacht dat het daar uit eigen beweging rekening mee houdt bij de besluitvorming. Strikt genomen hoeft de hardheidsclausule niet in het beleid opgenomen te worden. De wet 15 voorziet in een algemene formulering van deze clausule. Artikel 6 Evaluatiebepaling Het Paracommerciebeleid is nieuw. Daarom is het tijdig evalueren van dit beleid belangrijk. Het beleid zal in 2011 inwerkingtreden. Na twee jaar wordt het beleid geëvalueerd. Mochten er tussentijds aanpassingen noodzakelijk blijken waarvoor de evaluatie niet kan worden afgewacht, dan is tussentijdse aanpassing mogelijk. Bij de evaluatie zal in ieder geval het maximumstelsel voor ontheffingen worden geëvalueerd. Artikel 7 Citeertitel en inwerkingtreding Deze bepalingen spreken voor zich.
14 15
ABRS 16 februari 2005, 200403595/1. Artikel 4:84 van de ‘Algemene wet bestuursrecht’.
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Pagina 8 van 12
Bijlage 1: Checklist (niet limitatief) Activiteiten die zonder ontheffing door een vereniging of stichting mogen worden georganiseerd en waarbij alcoholhoudende dranken mogen worden verstrekt: Sportieve / Recreatieve instellingen: (zoals voetbalvereniging, tennisvereniging, scouting etc) • jubileumfeest van het bestuur; • afscheidsfeest van het bestuur / een bestuurslid; • feestavond voor vrijwilligers (maximaal 1 a 2 keer per jaar); • kerstviering (alleen voor leden); • nieuwjaarsborrel (alleen voor leden); • jaarvergaderingen; • jaarfeest of afsluiting seizoen (maximaal 1 keer per jaar); • toernooi; • kampioenschap; • overige strikt clubgerelateerde feesten voor leden. Sociaal-culturele instellingen: (zoals dorps- en buurthuizen, schutterijen, carnavalsverenigingen) • bijeenkomsten / vergaderingen / feesten van en voor verenigingen en stichtingen die gebruik maken van het pand (dus alleen toegankelijk voor leden); • sociaal-culturele evenementen gerelateerd aan de activiteiten van de vereniging/stichting; • jubileumfeest van het bestuur; • afscheidsfeest van het bestuur / een bestuurslid; • feestavond voor vrijwilligers (maximaal 1 a 2 keer per jaar); • kerstviering (alleen voor leden); • nieuwjaarsborrel (alleen voor leden); • jaarvergaderingen. Educatieve instellingen: • • • • • •
lessen / cursussen (indien alcoholverstrekking hier direct verband mee heeft); afstudeerbijeenkomst / diploma-uitreiking; schoolfeesten voor leerlingen; ouderavond; laatste schooldag; sportdag voor leerlingen en leraren.
Instellingen van levensbeschouwelijke of godsdienstige aard: •
Alle activiteiten die te maken hebben met levensbeschouwelijke of godsdienstige zaken, zoals bijeenkomsten, cursussen, kerstviering etc.
Extra attentie: aan personen tot 16 jaar mag in het geheel geen alcoholhoudende drank verstrekt worden en aan personen tot 18 jaar geen sterk alcoholische dranken.
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Pagina 9 van 12
Bijlage 2 Stroomschema oneerlijke concurrentie 1. Welke activiteiten?
sociaal-cultureel sport educatief recreatief kerkelijk of levensbeschouwelijk
Ja
2. Private onderneming?
3. Is er sprake van:
Ja
Nee
5. Vallen de activiteiten binnen de doelstelling?
inschrijving KvK inschrijving Bedrijfschap horeca toepassing horeca-cao afdracht premies sociale verzek. belastingplichtig/geen BTW vrijstelling marktconfomre prijzen reële pacht-/huurprijs/eigendom rekening en risico ondernemer geen vrijwilligers, en gebruik overeenkomstig bestemmingsplan?
Activiteiten die altijd buiten de doelstelling vallen: bruiloften en partijen personeelsfeesten openbaar café/restaurant dikwijls commerciële activiteiten dikwijls bingo-/kaartavonden dikwijls zaalverhuur acitviteiten buiten doelgroepen hiervoor adverteren overtreden sluitingstijden etc.
Nee
Nee
4. Is er sprake van: vrijwillgers, of verstrekte subsidies?
en is er geen sprake van:
Ja
inschrijving Bedrijfschap horeca toepassing horeca-cao marktconfomre prijzen rekening en risico ondernemer, en reële pacht-/huurprijs/eigendom
Nee
GEEN ONEERLIJKE CONCURRENTIE
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
WEL ONEERLIJKE CONCURRENTIE
Pagina 10 van 12
Ja
Toelichting bij stroomschema oneerlijke concurrentie Stap 1 Eerst moet bepaald worden of sprake is van activiteiten van sociaal culturele, sportieve, kerkelijk of levensbeschouwelijk, educatieve of recreatieve aard. Voorbeelden van dergelijke activiteiten zijn: Sociaal cultureel: • buurt-/dorpshuizen; • clubgebouwen/theater; • diensten-/jongerencentra; • wijkcentra, bioscopen. Sport: • kantines van bijvoorbeeld sportverenigingen Kerkelijk, levensbeschouwelijk • kerken; • kerkzaaltjes; • parochiehuizen. Educatief: • scholen algemeen; • hotelscholen; • universiteiten/hbo; • musea. Recreatie: • speeltuinverenigingen Stap 2 Ten tweede moet worden bepaald of het gaat om een private onderneming. Meestal geeft de rechtsvorm duidelijkheid. Besloten en naamloze vennootschappen (B.V./N.V.), eenmanszaken, Vennootschappen onder Firma (V.o.F.) EN Commanditaire vennootschappen zijn private onderneming. Maar ook een stichting tot exploitatie van een horecabedrijf is een private onderneming. Is het geen private onderneming dan volgt stap 5, anders stap 3. Stap 3 Ten derde volgt een inhoudelijk toets. Als aan alle tien de vereisten wordt voldaan, dan is er geen sprake van oneerlijke concurrentie. Is dat niet het geval dan volgt een vervolgtoets, dat is stap 4. Stap 4 Als de horeca-instelling met vrijwilligers werkt of subsidie ontvangt en niet wordt voldaan aan één of meer van de volgende criteria: • inschrijving Bedrijfschap horeca • toepassing horeca-cao • marktconforme prijzen • rekening en risico ondernemer, of • reële pacht-/huurprijs/eigendom dan is er sprake van oneerlijke concurrentie. Stap 5 Blijkt bij stap 2 dat het geen private onderneming is, dan volgt stap 5. Bij stap 5 moet worden bepaald of de activiteiten binnen de doelstelling van de onderneming vallen. De doelstellingen van de stichting of vereniging kunnen blijken uit de doelstellingen en de activiteiten, zoals omschreven in de statuten, een beleidsplan en een werkplan. Ook uit de feitelijke handelingen kan de doelstelling blijken.
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Pagina 11 van 12
Bijlage 3 Horeca in en rondom Zevenaar In de gemeente Zevenaar zijn acht horecabedrijven met een capaciteit van 250 tot 550 personen: HORECABEDRIJVEN IN ZEVENAAR (met een capaciteit tussen 250 en 500 personen)
1 3
2
2
Babberich
Giesbeek
Lathum
Zevenaar
In een straal van 10 kilometer rondom de gemeente Zevenaar zijn zestien horecabedrijven met een capaciteit van 175 tot 1.000 personen: HORECABEDRIJVEN RONDOM ZEVENAAR, (m et een capaciteit tus s en 175 en 1.000 pers onen)
1
2
7
3
3
Montf erland
Beleidsregel Paracommercie Zevenaar Versie 2.0 Status: vastgesteld op 4 januari 2011
Doesburg
Duiven
Rijnw aarden
Westervoort
Pagina 12 van 12